Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

6
nederlands auschwitz s comité 29e jaargang, nr. 12, december 1985, verschijnt 6 x per jaar Secr E Furth, Diemerkade 43, 1111 AC Diemen, tel 020-905310 bankrek AMRO BANK, bijk van Baerlestr 58, 1071 BA Amsterdam, spaarrek 40 01 75 088 Gem giro 4875500, postgiro 293087 t n v NAC Redaktie Drs Eva Tas, Amsteldi|k 23, tel 020-795716, 1074 HS Am- sterdam Administratie krant D van Geens, Renkumhof 50, 1106 JB Amster- dam (Zuid-Oost), tel 020-972869 Uit de woestijn 1985, we hebben het geweten, bete- kende veertig jaar, vier decennia na oorlog en bevrijding. Voor wie aan de vernietiging was ontkomen, zolang als de tocht door de woestijn. We hebben ook het jubileum van het driemaal zo lang, 120 jaar, het zolang als Mozes le- vende N.I.W. meegemaakt. Die peri- ode overlapt deze en een derde van de vorige eeuw. Daarmee is het N.I.W. of Nieuw Israëlitisch Weekblad het oudste opinie-weekblad van Neder- land, een tiental jaren ouder dan de ook eerbiedwaardige Groene (Amster- dammer). Tegen dc 200 jubileumpagina's geven een beeld van de voorouders en voor- geschiedenis van de ruim 100.000 die in 1942, '43 en '44 uit Nederland en van de aarde werden weggevaagd. Da- genlang kan men die krantenpagina's blijven lezen, heel wat langer erover nadenken. Een enkel punt hier en daar: het antisemitisme was in het kei- zerlijke en Weimar-Duitsland tot uni- versiteit, kerk en rechterlijke macht doorgedrongen. Vijftien jaar na Hit- Iers val was één op de vijf Bondsrech- ters in zijn dienst geweest. Vandaar! In een interview met Amsterdams bur- gemeester Ed. van Thijn wordt een passage aangehaald uit diens toespraak op de reünie van de Stichting 1940- 1945 van 11 mei van dit jaar. 'Tot 1972 heb ik getracht mij af te slui- ten voor alle emoties die met de oorlog te maken hadden. Lang niet altijd met succes, of liever gezegd vrijwel nooit met écht resultaat. Keer op keer wer- den, ook in de diverse politieke func- ties die ik na 1962 vervulde, mijn af- weermechanismen op de proef gesteld. Aan affaires die met de oorlog te ma- ken hadden heeft het ook in de jaren zestig niet ontbroken, zoals bekend. Maar telkenmale slaagde ik erin opko- mende emoties als niet ter zake doende van mij af te schudden. Begin 1972 heb ik die strijd definitief opgegeven. Het gebeurde tijdens de hoorzitting over de Drie van Breda, in de vergaderzaal van de Tweede Ka- mer. Het gebeurde toen op uiterst aan- grijpende wijze; enkele kinderen van oorlogsslachtoffers (de tweede genera- tie, toen al), de gezamenlijke Joodse jeugdorganisaties vertegenwoordi- gend, probeerden uit te leggen dat voor hun ouders en voor hen de oorlog nog steeds niet voorbij is. En dat zij die overwogen de Drie vrij te laten er geen benul van hadden welke diepe wonden er zouden worden opengereten, al opengereten waren door de reeds op- gelaaide discussie. 'Horen onze ou- ders, oorlogsslachtoffers, er eigenlijk wel bij?' vroegen zij in feite. Ik was verbijsterd. Moest die vraag 27 jaar na dc oorlog nog gesteld worden? Moest die vraag gesteld worden aan de volks- vertegenwoordiging van Nederland? Aan mijn collega's? Aan mijzelf? In wat voor een wereld had ik al die tijd geleefd? Wie vertegenwoordigde ik eigenlijk? Wie? En vooral: hoorde ik er wel bij?" De voorzitter van de Uitkeringsraad, A.J. van der Leeuw, heeft het niet over de uitkeringen, maar over het hoge percentage Nederlandse Joden, het hoogste van West-Europa, dat ten of- fer viel aan de naziterreur. Hij schrijft dit toe aan het ontbreken van gunstige factoren. Zoals de uittocht in 1940 van veel Belgen naar Zuid-Frankrijk, waar veel Joden toen bleven, of de nabijheid van het neutrale Zweden voor Joden in Denemarken en Noorwegen. Auschwitz Herdenking 1986 Op 26 januari 1986 vindt de 41ste Auschwitz-herdenking plaats. Zie de aankondiging op pagina 6. Vul de strook op pagina 6 nu in! NAC Er rest ons één vraag. Was er op die honderd zoveel pagina's geen regel over voor het werk en wezen van het Nederlands Auschwitz Comité? Wereldburger Behartenswaardige opmerkingen ma- ken Vera Ebels-Dolanova en Anet Bleich in het debat over de tweede ge- neratie. 'De invloed van de massaver- nietiging op het zoeken naar een pas- sende plaats in de wereld van nu gaat ver, ook voor ons', schrijven zij. Zij wijzen op de noodzaak zich te weer te stellen tegen antisemitisme. 'Hitiers poging tot volkerenmoord heeft niet alleen de voornaamste centra van Joodse cultuur in Europa vernietigd, maar ook het geloof in de mogelijkheid om als Jood in de eerste plaats wereld- burger te zijn als al te naïef ontmas- kerd. ... de poging tot genocide heeft het Joods nationaal bewustzijn wel be- slissend beïnvloed. ... Als er één ele- ment is dat ons persoonlijk aanspreekt in dc beleving van het Joods zijn, dan is het de afkeer om zich binnen welke grens ook te laten opsluiten.'

description

Op 26 januari 1986 vindt de 41ste Auschwitz-herdenking plaats. Zie de aankondiging op pagina 6. Vul de strook op pagina 6 nu in! NAC Er rest ons één vraag. Was er op die honderd zoveel pagina's geen regel over voor het werk en wezen van het Nederlands Auschwitz Comité? Wereldburger 29e jaargang, nr. 12, december 1985, verschijnt 6 x per jaar s

Transcript of Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

Page 1: Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

neder lands a u s c h w i t z

s c o m i t é

29e jaargang, nr. 12, december 1985, verschijnt 6 x per jaar

Secr E Furth, D iemerkade 43 , 1111 AC Diemen , tel 020-905310 bankrek AMRO BANK, bijk van Baerlestr 58, 1071 BA A m s t e r d a m , spaa r rek 40 01 75 088 G e m giro 4875500, pos tg i ro 293087 t n v NAC Redaktie Drs Eva Tas , Amsteldi |k 23, tel 020-795716, 1074 HS Am­s t e r d a m Adminis t ra t ie krant D van G e e n s , Renkumhof 50, 1106 JB Amste r ­d a m (Zuid-Oost), tel 020-972869

Uit de woestijn 1985, we hebben het geweten, bete­kende veertig jaar, vier decennia na oorlog en bevrijding. Voor wie aan de vernietiging was ontkomen, zolang als de tocht door de woestijn. We hebben ook het jubileum van het driemaal zo lang, 120 jaar, het zolang als Mozes le­vende N.I .W. meegemaakt. Die peri­ode overlapt deze en een derde van de vorige eeuw. Daarmee is het N.I .W. of Nieuw Israëlitisch Weekblad het oudste opinie-weekblad van Neder­land, een tiental jaren ouder dan de ook eerbiedwaardige Groene (Amster­dammer). Tegen dc 200 jubileumpagina's geven een beeld van de voorouders en voor­geschiedenis van de ruim 100.000 die in 1942, '43 en '44 uit Nederland en van de aarde werden weggevaagd. Da­genlang kan men die krantenpagina's blijven lezen, heel wat langer erover nadenken. Een enkel punt hier en daar: het antisemitisme was in het kei­zerlijke en Weimar-Duitsland tot uni­versiteit, kerk en rechterlijke macht doorgedrongen. Vijftien jaar na H i t -Iers val was één op de vijf Bondsrech-ters in zijn dienst geweest. Vandaar! In een interview met Amsterdams bur­gemeester Ed. van Thijn wordt een passage aangehaald uit diens toespraak op de reünie van de Stichting 1940-1945 van 11 mei van dit jaar. 'Tot 1972 heb ik getracht mij af te slui­ten voor alle emoties die met de oorlog te maken hadden. Lang niet altijd met succes, of liever gezegd vrijwel nooit met écht resultaat. Keer op keer wer­den, ook in de diverse politieke func­ties die ik na 1962 vervulde, mijn af­weermechanismen op de proef gesteld. Aan affaires die met de oorlog te ma­ken hadden heeft het ook in de jaren

zestig niet ontbroken, zoals bekend. Maar telkenmale slaagde ik erin opko­mende emoties als niet ter zake doende van mij af te schudden. Begin 1972 heb ik die strijd definitief opgegeven. Het gebeurde tijdens de hoorzitting over de Drie van Breda, in de vergaderzaal van de Tweede Ka­mer. Het gebeurde toen op uiterst aan­grijpende wijze; enkele kinderen van oorlogsslachtoffers (de tweede genera­tie, toen al), de gezamenlijke Joodse jeugdorganisaties vertegenwoordi­gend, probeerden uit te leggen dat voor hun ouders en voor hen de oorlog nog steeds niet voorbij is. En dat zij die overwogen de Drie vrij te laten er geen benul van hadden welke diepe wonden er zouden worden opengereten, al opengereten waren door de reeds op­gelaaide discussie. 'Horen onze ou­ders, oorlogsslachtoffers, er eigenlijk wel bij?' vroegen zij in feite. Ik was verbijsterd. Moest die vraag 27 jaar na dc oorlog nog gesteld worden? Moest die vraag gesteld worden aan de volks­vertegenwoordiging van Nederland? Aan mijn collega's? Aan mijzelf? In wat voor een wereld had ik al die tijd geleefd? Wie vertegenwoordigde ik eigenlijk? Wie? En vooral: hoorde ik er wel bij?" De voorzitter van de Uitkeringsraad, A.J. van der Leeuw, heeft het niet over de uitkeringen, maar over het hoge percentage Nederlandse Joden, het hoogste van West-Europa, dat ten of­fer viel aan de naziterreur. Hij schrijft dit toe aan het ontbreken van gunstige factoren. Zoals de uittocht in 1940 van veel Belgen naar Zuid-Frankrijk, waar veel Joden toen bleven, of de nabijheid van het neutrale Zweden voor Joden in Denemarken en Noorwegen.

Auschwitz Herdenking 1986

Op 26 januari 1986 vindt de 41ste Auschwitz-herdenking plaats. Zie de aankondiging op pagina 6. Vul de strook op pagina 6 nu in!

NAC

Er rest ons één vraag. Was er op die honderd zoveel pagina's geen regel over voor het werk en wezen van het Nederlands Auschwitz Comité?

Wereldburger

Behartenswaardige opmerkingen ma­ken Vera Ebels-Dolanova en Anet Bleich in het debat over de tweede ge­neratie. 'De invloed van de massaver­nietiging op het zoeken naar een pas­sende plaats in de wereld van nu gaat ver, ook voor ons', schrijven zij. Zij wijzen op de noodzaak zich te weer te stellen tegen antisemitisme. 'Hitiers poging tot volkerenmoord heeft niet alleen de voornaamste centra van Joodse cultuur in Europa vernietigd, maar ook het geloof in de mogelijkheid om als Jood in de eerste plaats wereld­burger te zijn als al te naïef ontmas­kerd. . . . de poging tot genocide heeft het Joods nationaal bewustzijn wel be­slissend beïnvloed. . . . Als er één ele­ment is dat ons persoonlijk aanspreekt in dc beleving van het Joods zijn, dan is het de afkeer om zich binnen welke grens ook te laten opsluiten.'

Page 2: Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

Stiba - symposium Op 14-10-'85 vond een symposium plaats in de Vrije Universiteit van Am­sterdam van de Stiba (Stichting ter be­strijding van het anti-semitisme). Eni­ge interessante opmerkingen en uiteen­zettingen mogen hier worden ge­noemd. De voorzitter, Richard Stein, noemde enige uitingen van antisemitis­me in Nederland, o.a. van mevrouw Rost van Tonningen, de Goerees en Glimmerveen. Dr. Hans Jansen, de schrijver van 'Christelijke theologie na Auschwitz, deel I Theologische en kerkelijke wor­tels van het antisemitisme', toonde de gevaarlijke ambivalentie aan van Karl Barth's Israël-theologie. Hij valt ener­zijds het antisemitisme aan, maar zegt anderzijds dat de Jood het slechte in de mens is. Als men in het laatste gelooft, is het antisemitisme onuitroeibaar. Simon Wiesenthal hield een geestige redevoering, vol anecdoten, die niet al­tijd vrolijk stemden. Enkele voorbeel­den: Wiesenthal zat in de trein (in Oostenrijk) met iemand die alle poli­

tieke ellende van dat ogenblik aan de Joden toeschreef. 'Heeft u weieens een Jood ontmoet?' vroeg Wiesenthal. 'Nee, gelukkig niet.' was het ant­woord. 'Nu, dan praat u nu met één,' zei Wiesenthal. Waarop de antisemiet snel zijn biezen pakte. In de oorlog vroeg een douanebeambte aan de Zwitserse grens aan een uit een kamp gevluchte Jood hoe oud hij was. 'Tweeduizend jaar', antwoordde deze.

Nadat in de pauze naar muziek was ge­luisterd, gaf de heer M. May inlichtin­gen over het 'Institute of Jewish Af-fairs', opgericht in 1941 als deel van het Joodse Wereldcongres. Er is een tijdschrift over Sowjet-Joodse zaken en over betrekkingen tussen Christe­nen en Joden. De heer Korthals Altes, de minister van Justitie, gaf een uiteenzetting over de vraag hoe Justitie kan optreden te­gen uitingen van antisemitisme. Er is een verdrag van New York tegen ras­sendiscriminatie en dit is aan het Ne­derlandse strafrecht toeeevoesrd. Hoe-

et O

wel de minister zich over het algemeen gematigd optimistisch toonde, meende

hij toch dat er nog wel het een en ander kon gebeuren. Essentieel is dat slacht­offers wettelijk weerbaar gemaakt moeten worden. Wenselijk is het straf­baar stellen van niet in het openbaar gedane uitingen en het strafbaar stellen van ambtenaren. Maar justitieel optre­den gebeurt achteraf, het verschijnsel verdwijnt niet. Er waren vervolgens twee fora en en­kele vragen werden gesteld. O.a. trok men het bestaansrecht van de Stiba in twijfel: zijn er met te veel van zulke verenigingen? Op heldere wijze werd uiteengezet dat de Stiba in de vijf jaar van het bestaan ervan zeker heeft bewezen dat er veel nuttig werk is gedaan en dat op deze weg moet worden doorgagaan. Vooral juridisch is veel bereikt. Iedere vereni­ging heeft zijn eigen taak: de Anne Frank Stichting bijvoorbeeld legt meer het accent op culturele activiteiten. Ter gelegenheid van het vijfjarig be­staan van de Stiba is het boek: 'Veertig jaar na '45, visies op het hedendaagse antisemitisme' uitgekomen. Dit boek is al in deze krant besproken.

A.L.K.

Vervolg van pag. 1

Neurenberg

Waarom hebben wij de oorlog ge­voerd? vraagt een hoge militair en ju­rist in de voortreffelijke Amerikaanse film 'Proces van Neurenberg'. Dat proces of die processen liggen inmid­dels ook veertig jaar achter ons. Er is door slachtoffers, onderzoekers en sympathisanten in dezelfde stad in no­vember een weekend aan gewijd. Ro-bert Kempner, een der hoofdaankla­gers bij het grote proces had als onder­werp: 'Ik heb honderden verhoord die miljoenen vermoord hadden.' Het per Duitse tv weer vertoonde filmproces heeft overigens n o o i t en nergens plaats gevonden. Geen van Hitiers bloedrechters heeft ooit te­rechtgestaan. 'Wij waren rechters, geen beulen', zegt een hunner in de film. Zij waren wel beulsbazen. Niet­temin wisten de weduwen van Freisler en Braune, resp. Hitiers Volksge-richts-chef en beul, een pensioen als-. . . oorlogsslachtoffers in de wacht te slepen. Maar pas onlangs, twintig jaar na de aanklacht, is een vervolging inge­steld tegen een 'medeschuldige' aan de dood van de in Buchenwald gelikwi-deerde communistische voorman Ernst Thalmann.

Fassbinder en verder

Veel stof is er opgewaaid in en ver bui­ten Frankfurt in verband met een in­middels uit- of afgestelde première. Het stuk 'Der Müll (het vuilnis), die Stadt und der Tod' van de bekende fil­mer Rainer Werner Fassbinder bevat een reeks antisemitische cliché's. Le­den van de Frankfurter Joodse ge­meenschap beletten de vertoning ervan door op het toneel te gaan zitten. Het gezelschap heeft verdere opvoeringen afgelast; intussen is in het artistieke mi ­lieu om een opvoering ter beoordeling gevraagd.

Ons comité heeft zich per telegram tot de intendant van het theater gewend met het verzoek de voorstelling niet te laten doorgaan 'zonder de vraag te stel­len of de antisemitische teksten in het stuk van Fassbinder als antisemitisme zijn bedoeld. Wij delen volkomen de ongerustheid van de Joodse burgers van Frankfurt in deze nog steeds niet van antisemitisme genezen omgeving.'

Overigens is in hetzelfde Frankfurt een documentatie-centrum over Ausch-wicz geopend. Al deze berichten, die films verschij­

nen op ons scherm tegelijk met de persconferentie en commentaren over het topgesprek van de wereldmachten. Een eerste contact is gelegd. De men­sen durven nog niet eens uit te z i en naar een vermindering van kernbewa­pening, hoogstens hoopt men op een mindere toeneming van kernwapens. Niet voor niets is de vrees voor invoe­ring van weer nieuwe afweer- en dus aanvalssystemen zeer algemeen. We horen de angstaanjagende en de ge­ruststellende berichten als slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, maar niet alleen als mensen van toen. De wonden toen geslagen zijn niet geheeld en zullen niet helen. Als nu levende burgers delen wij de zorg om wapen­geweld en algehele vernietiging en zien wij uit naar vredeskansen en behoud. Ook Nederland is ingeschakeld in de reidans der vernietiging, de tegenstand en afkeer daartegen in brede bevol­kingslagen. Onze ervaringen met angst en vervolging, uitroeiing en wanhoop houden ons gevoelig voor dreigend onheil voor de hele aarde.

Zolang er nog enkelen van ons in leven zijn wij de opgeheven vinger in deze wereld. Zo kwamen wi j uit deze woes­tijn.

Page 3: Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

Verzetsmuseum A Het Verzetsmuseum Amsterdam is open. Lang verbeid en lang voorbe­reid, met veel zorg en overleg opgezet en uitgevoerd op een zelf al veelzeg­gende plaats. Een voormalige, toch nog geen halve eeuw oude synagoge is op even passende als kundige w i j ze museum geworden. Een heel modern, levendig museum met veel video en een computer. Met veel authentiek materiaal en doeltreffend gemonteerde foto's en documenten. Zo is de groei van de illegale pers zichtbaar gemaakt door ingelijste, vaak piepkleine kran-tjes. Elk stuk staat voor een tiental ïll-gale bladen, zodat men de uitbreiding van de illegale pers in de vijf bezet­tingsjaren voor zich heeft. En zo is er meer. Centraal in de plattegrond en opbouw staat de Februaristaking, es­sentieel in de geschiedenis van het ver­zet en in Amsterdams historie. De sta­king was, gelijk bekend, de reactie op de eerste razzia op Joodse jonge man­nen. Het Nederlands verzet in het al­gemeen bestond voor een belangrijk deel in het redden van Joden, helaas voor zo velen te laat en gedwarsboomd door verraad. Een massa is daarvan in het museum te zien. En heel wat kwam bij dit werk kijken. Persoonsbewijzen moesten worden gemaakt of bewerkt, stam- en bonkaarten worden georgani­seerd, schuilplaatsen gebouwd, over­plaatsing geregeld. Heel veel zal ons ouderen direct en jongeren via verha­len bekend voorkomen. Maar ook oude wapens, radiozenders en -ontvangers, affiches en propagan-dafilmpjes, zoals voor de Winterhulp, roepen onderdrukkking en verzet voor ons op. Zwarte panelen karakteriseren de machten der duisternis, al het mate­riaal over het verzet zit op een door­zichtig metalen netwerk. Dat is slechts één van de doordachte invallen van het drietal auteurs van de nieuwe Amster­damse bezienswaardigheid. De histo­ricus Karei Margry heeft in veertien maanden en na een veel langere voor­studie een opmerkelijke collectie bij el­kaar gehaald. Deels zijn dit souvenirs van verzets-activisten, die op enkele oproepen van alle kanten zijn binnen­gestroomd. De vormgeving door Pie­ter Hildenng — die ook de opbouw van de tentoonstelling 1933-19nu op zijn naam heeft - en Martin Rozenheek is voorbeeldig. Geheel aangepast aan het bepaald met luchthartige onderwerp, weinig vermoeiend v o o i de bezoeker

en na enig rondkijken ook overzichte­lijk. Er is zeer efficiënt gebruik gemaakt van de ruimte. Enerzijds geeft de inde­ling een tijdsverloop weer, voor de helft verschillende thema's: onder­duik, artsenverzet enz. Op de galerij komen tijdelijke exposities om b.v. deelonderwerpen te tonen. Het eerst is de omschakeling van het gebouw tot museum aan de beurt gekomen. Ook een vooralsnog bescheiden bibliotheek staat op het verlanglijstje. De vrienden en subsidiegevers, waaronder natuur­lijk ons comité, kunnen tevreden zijn.

Hiernaast... Hiernaast zijn ze weggehaald... Zo heet het boekje dat het prille begin van het Verzetsmuseum Amsterdam bege­leidt. Het slaat op de Rivierenbuurt, eens een grote Joodse buurt. Het eerste exemplaar werd op 18 oktober aan wethouder Wolfensperger van onder­wijs overhandigd. Inderdaad, het hoort er geheel bij, bij deze buurt. Het boekje wordt er aan de hoogste klassen van het voortgezette onderwijs uitge­reikt. Het kreeg zijn vorm van dezelfde kun­stenaars die de permanente tentoon­stelling van het nieuwe museum in de Lekstraat verzorgden en financiële steun van de afdeling onderwijs van de gemeente Amsterdam. De tekst is van Jannie Stegeman cn be­staat voor een belangrijk deel in bij­schriften bij foto's uit het bezit van Oorlogsdocumentatie, het Gemeente­archief cn andere bronnen. Hiernaast zijn ze weggehaald... Het is het refrein bij uitstek geweest in die oorlogsjaren en niet alleen tussen de

Amstellanen. Hier wordt het weerge­geven door achttien ooggetuigen, on­opvallende mensen, destijds onderdui­kers, helpers, buren. Uit alle kringen, dc vrouw van een gazzen cn parochi­anen, communisten en AJC-ers. Buitengewoon volledig fotomateriaal roept inderdaad een beeld op van wat uiteraard illegaal was en dus verborgen moest blijven. Het boekje zal een heel dierbaar bezit blijken voor allen die enige herinneringen aan de Rivieren­buurt in de zwarte nacht bewaren. Wij signaleren hier weer een hedendaagse tendens: om door nauwkeurige be­schrijvingen van een klein stukje verle­den juist een compleet en treffend beeld op te roepen. Allereerst voor de jeugd die zich kan inleven in de simpele woorden van de interviews en al wegwijs is gemaakt door de plattegrondjes aan de binnen­kant van de omslag. Verklaringen van vele termen staan on­der aan de bladzijden. Een enkele op­merking: Rosj Hasjana, het Joodse nieuwjaar valt niet meestal, maar altijd in de herfst. En moet echt worden uit­gelegd wat moffen zijn? Ook als u dat al wist, is het boekje zeer de moeite waard. Het is voor ƒ 5,- te koop in het Verzetsmuseum Amsterdam. In de Lekstraat, in de Rivierenbuurt. Men is op hetzelfde gebied ook op an­dere manier actief in deze contreien. Een werkgroep is in de weer voor een gedenkteken 'Markt voor Joden' in de Gaaspstraat. Enige kunstenaars maken ontwerpen voor een gedenkteken in de speeltuin in de Gaaspstraat, dc plaats die moest dienen als markt voor Joden, tot dezen allen waren weggehaald. Nog een uitstekend initiatief.

E.T.

Page 4: Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

Dr.Hers antwoordt

Lieve allemaal,

Toos en ik hebben er behoefte aan jul­lie te laten weten, hoe dankbaar wij zijn voor de hartelijkheid die wij mochten ontvangen op 29 augustus j.1. in de Van Ghent Marinierskazerne te Rotterdam. Onze grote dank gaat in de eerste plaats uit naar Max Eikerbout en Wim Hoogwerf, alsmede hen die hen ter-wijze stonden en die op bewonderens­waardige wijze met behulp van Ko­lonel J. Cloquet en zijn Staf, kok en hofmeester, die dag tot een meer dan voortreffelijk georganiseerd evene­ment maakten. Het geheel verliep als een goed geoliede, geruisloze machine. Op deze plaats wil ik nog refereren aan de rol die Aart Aardoom heeft ge­speeld bij de voorbereiding daartoe. Hij was naar ik begrepen heb de spil die dit evenement heeft aangekaart. Dat hij die dag niet heeft mogen bele­

ven was voor Toos en mij erg verdrie­tig. Ik was persoonlijk nauw met Aart verbonden doordat hij op de verjaar­dag van zijn eerste, overleden echtge­note op 30 november 1940 omstreeks vier uur 's middags bij vergissing bij mi) werd geplaatst in cel 278 van het 'Oranje Hotel' te Scheveningen on­danks het feit dat ik strenge 'Einzel-haft' had, zodat ik dacht dat Aart een collaborateur of een 'Vertrauens Mann' was van de 'Sicherheitsdienst'. Na een week werd hij bij mij wegge­haald en zag ik hem pas terug in 1945. Sindsdien verloren wij elkaar niet meer uit het oog. Hij stierf op de verjaardag van mijn echtgenote omstreeks vier uur 's middags, veertien dagen voor de 29ste augustus j.l. Het heeft blijkbaar zo moeten zijn, waarbij zijn laatste woorden waren dat ik naar huis moest omdat Toos jarig was! Ongeveer veertien dagen na de 29ste augustus j.l. stierf Wim Langerak, die

ik heb leren kennen als een man met een groot hart. De laatste jaren zag ik hem elke veertien dagen op mijn spreekuur. Ook Wim was een oude rot van de goede stempel. Beiden zul­len altijd in groot respect en vriend­schap in mijn herinnering blijven. De grote opkomst te Rotterdam was hartverwarmend en een afspiegeling van het beste deel van het Nederlandse Volk waarbij alle uitingen van het Voormalig Verzet en de samenleving als één grote familie aanwezig waren. Wij beiden zijn daarvoor ontzettend dankbaar, alsmede voor het vorstelijke cadeau en de talloze geschenken die ons ten deel vielen, om maar met te spreken over de hoge koninklijke on­derscheiding die H.M. Koningin Be­atrix mij waardig keurde. Nogmaals, jullie allen heel, heel harte­lijk dank voor een onvergetelijke dag en wees ervan verzekerd dat dit niet betekent 'uit het oog, uit het hart'.

Tenslotte, 'be brave and keep strong', 'old soldiers never die, theyfade azvay'.

Jullie toegenegen Toos en Hans Hers

VERZETSMUSEUM A M S T E R D A M

Vanaf 20 november geopend. S

Steunt het museum! Wordt do- 5 nateur door overmaking van een 5 door u zelf te bepalen jaarbedrag 5 op postgirorekening 5194045 5 t.n.v. Stichting Vrienden en B Vriendinnen van het Verzetsmu- 5 seum Amsterdam. S

Lekstraat 63,1079 EM Amste rdam tfn 020.44 97 97

G e o p e n d :

d i n s d a g t / m v r i j d a g

v a n 1 0 . 0 0 - 1 7 . 0 0 u u r

z a t e r d a g en z o n d a g

v a n 1 3 . 0 0 - 1 7 . 0 0 u u r

l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l l

O v e r de W U V

Geregeld rijzen er vragen over de WUV. Het ziet ernaar uit dat de uitke­ringen blijven zoals zij zijn. Ons comi­té heeft uitvoerige gesprekken gehad met mr. Kramer, het hoofd van de be­treffende afdeling bij het ministerie van WVC en met de vaste Kamercommis­sie van WVC. Ook houden wij voort­durend contact met de Uitkeringsraad en andere instanties. Inzake het interim-rapport van de commiss ie -Van Dijke keren wij ons te­gen elke vorm van sluitingsdatum voor een aanvraag om uitkering. Verder vinden wij dat de kinderen van ver­volgden, de tweede generatie, niet bij voorbaat mogen worden uitgesloten van uitkering. Een en ander is door de voorzitster van het NAC, Annie Fels-Kupferschmidt, op 26 oktober uiteengezet in het VA-RA-radioprogramma De stand van za­ken.

Reis naar Auschwitz Op ons verzoek — voorlopig — op te ge­ven of men eventueel wil deelnemen aan een gezamenlijk bezoek aan Auschwitz is druk gereageerd. U kunt u nog, ook met familieleden en/of be-kenden,opgeven bij ons secretariaat. Mogelijke data en prijzen, evenals an­dere bijzonderheden, zullen wij later, maar tijdig, bekend maken.

NAC

Herz iene I C O D O - g i d s Het I C O D O heeft een herziene uitga­ve van de Gids voor de materiële en immateriële hulpverlening aan oor­logsgetroffenen laten verschijnen. Zo­veel mogelijk zijn daarin alle wijzigin­gen verwerkt die zich de afgelopen twee jaar op dit terrein hebben voorge­daan. W i e behoefte heeft aan de gids kan de­ze op aanvraag kosteloos krijgen van de Stichting I C O D O Willem Barentszstraat 31c 3572 PB Utrecht tel. 030 - 730811

Page 5: Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

Nederland in Mauthausen

Nog steeds ontbreekt een Nederlands monument op de Appellplatz van het beruchte kamp Mauthausen, waar toch zovele Nederlanders een jammer­lijke dood vonden. De naam Mauthau­sen was zelfs het eerst bekend van al die oorden van verschrikking. In 1984 is de Stichting Vriendenkring Mauthausen opgericht, aanbevolen door het gehele verzet, prins Bernhard en de voorzitter van alle Tweede Ka­

merfracties min een. Nu het geld voor driekwart bijeen is heeft de Stichting de Maastrichtse kunstenaar Appie Drielsma opdracht gegeven een ont­werp te maken. In de tweede week van mei 1986 zal het Nederlands monument in Mauthausen onthuld worden. In de veronderstel­ling dat overlevenden van dit kamp en nabestaanden van slachtoffers (eventu­eel ook anderen) bij deze plechtigheid

aanwezig zouden willen zijn is de Stichting Vriendenkring Mauthausen bereid het organiseren van een collec­tieve reis op zich te nemen. Om de mogelijkheid en de kosten van een dergelijke reis te kunnen bepalen is het nodig te weten op hoeveel deelne­mers ongeveer gerekend moet worden. Om hiervan een indruk te krijgen ver­zoeken wij eventuele gegadigden zich voorlopig vrijblijvend op te geven bij: Mw. M. Ohringer, Borssenbur-gerstr. 35", 1078 VB Amsterdam. Graag schriftelijk.

Ontwerp Nederlands monument te Mauthausen door Appie Drielsma

Beth Simcha Tot 23 december zijn er weer cursus­sen en klubmiddagen in Beth Simcha. Op zondag is er instuif, ook op 29 de­cember. Alle activiteiten starten weer op 2 januari 1986. Beth Simcha (Sitchting JMW samen met het sociaal orgaan van de Ned. Isr. Hoofdsynagoge) is gevestigd De Lai­ressestraat 13, Amsterdam, tel. 020 -738780. Het postadres is De Lairesse­straat 145, 1075 HJ Amsterdam.

Gedenkplaats

Burgemeester en Wethouders van Amsterdam hebben op 11 december 1984 besloten om met ingang van 1 ja­nuari 1985 de openingstijden van de herdenkingsplaats de voormalige Hol­landse Schouwburg te wijzigen en als

volgt vast te stellen:

op weekdagen: 12.00 - 16.00 uur op zaterdag, zon- en feestdagen:

11.00 - 16.00 uur

Door omstandigheden konden de ou­de (ruimere) openingstijden nog ge­handhaafd worden. Thans zijn de gewijzigde tijden inge­gaan.

Een fiets als vervangende krachtbron voor de electromotor. Met behulp daarvan werden de illegale bladen gedrukt. Te zien in het Verzetsmuseum Amsterdam.

Page 6: Auschwitz Bulletin, 1985, nr. 06 December

Auschwitz-herdenking 1986 26 januari 1986 Herdenking: de herdenking vindt plaats bij het spiegelmonument 'Nooit meer Ausch­witz' op de Nieuwe Oosterbegraafplaats te Amsterdam. Om 12 uur vertrekken wij voor de stille tocht vanaf de ingang Kruislaan. Er zal Kaddisj worden gezegd door A.S. Hermann, rabbijn van de Liberaal Joodse Ge­meente te Amsterdam. De burgemeester van Amsterdam, drs. Ed. van Thijn, zal een kort woord spreken.

Aansluitend reünie-lunch in het RAI-restaurant, Europaplein 8, Amsterdam. De zaal gaat open om 13.15 uur. De lunch wordt aangeboden door het gemeentebestuur van Amsterdam. Aan het pro­gramma werken mede het koor van de Liberale Joodse Gemeente Amsterdam o.l.v. Ora Sofer en het vermaarde zigeunerorkest van Andrei Serban. De toegang is vrij, maar uitsluitend met toegangskaart. Wij wijzen vooral oud-kampgenoten, nabestaanden van slachtoffers en vrienden uit het voormalig verzet op deze uitnodiging. Men dient toegangskaarten aan te vragen; deze worden in januari verzonden. Gebruikt onderstaande strook! TsJAC

O P E N BRIEF van de penningmeester aan onze vrienden

U weet eigenlijk al bij voorbaat dat ik in het laatste nummer van het jaar een beroep op uw financiële offervaardig­heid kom doen. U hebt van mij weinig uitleg of uitvoe­rige argumentatie nodig dat ik steeds meer geld moet uitgeven om ons Co­mité te laten doen waar het voor staat en wil blijven staan. Ik hoef U geluk­kig ook niet te overtuigen van het feit dat de steeds groeiende onkosten -zelfs met het nastreven van de grootst mogelijke zuinigheid - ons erg veel zorgen baren. Evenmin vraagt U van mij op deze plaats uitputtend te vertellen welke ac­tiviteiten ons Comité heeft uitgevoerd in het herdenkingsjaar 1985... U hebt dit allemaal niet nodig want een enkel woord van een vriend is tegen­over zijn vrienden is genoeg. Dat is de gelukkige situatie waarin ik, beste vrienden en lezers, in verhouding tot u verkeer... Toch voel ik me gedrongen U allen weer te vragen ons Comité zo royaal

als U mogelijk is te begunstigen. Ik ben dan toch zo vrij U nog eens onder ogen te brengen de drie doelstellingen die de basis van bestaansrecht - of be­ter: bestaansplicht - van ons Comité vormen, namelijk: 1. de eerbiedige herinnering aan onze

dierbaren te bewaren; 2. op te komen voor de materiële en

andere belangen van vervolgden; 3. mee te werken en te strijden voor

een menselijke samenleving waarin een nieuw 'Auschwitz' ondenkbaar is.

In het nu bijna afgelopen jaar is ook door ons Comité getracht op allerlei manieren aan die doelstellingen extra vorm en inhoud te geven. 1986 zal mis­schien voor U en voor ons iets minder zwaar worden in dit opzicht, maar on­ze waakzaamheid en strijdbaarheid zullen zeker niet minder zijn. Daarbij kunt U ons goed helpen en wel door de naar U onderweg zijnde ac­cept-girokaarten snel in te vullen en ons terug te sturen. U geeft daarmee uitdrukking aan uw morele en mate­

riële steun die we nooit zullen kunnen missen . Tenslotte: ik hoop U allemaal op onze herdenking en reünie in januari 1986 te kunnen begroeten.

Uw Nico Boeken

Excuses Onze lezers hebben ons meteen ge­waarschuwd: voorzitster Annie Fels staat op de foto in ons herfstnummer niet in Birkenau, maar bij ons eigen monument, de gebroken spiegels van Jan Wolkers, waar op 26 januari a.s. de 41ste Auschwitz-herdenking zal wor­den gehouden. Wat minder bekend is en waarop dr. A.E. Cohen zo vriendelijk was ons te w i j z e n : ook zijn neef Elie Izak Cohen is op het station Sobibor geweest en vandaar naar elders gebracht. Deze is dus een lotgenoot van Jules Schelvis, die als Nebenklager in het proces tegen Frenzel te Hagen is opgetreden. De hoofdzaken uit diens verklaring vindt u in ons vorige (september-oktober-november) nummer.

Aanvraag plaatsen voor reünie-lunch, aangeboden door de gemeente Amsterdam in het restaurant van de RAI. Aangeven of kosjere lunch wordt gewenst. Ja / Nee

N a a m :

Adres:

Plaats en postcode:

Tel: Aantal plaatsen: