Auschwitz Bulletin, 1984, nr. 01 Januari
-
Upload
nederlands-auschwitz-comite -
Category
Documents
-
view
239 -
download
4
description
Transcript of Auschwitz Bulletin, 1984, nr. 01 Januari
w Fvan Lanschot
Bankiers
Voor al uw bank- en assurantiezaken. 16 vestigingen.
Hoofdkantoor: 's-Hertogenbosch, Hoge Steenweg 29, tel. 15 34 61.
ROB V.D. GOEN
Chocolade
en Suikerwerken
knikvoetjes... dan p iedro
kor rek t ie schoenen
Kom eens praten met Uw Piedro-dealer:
Tak SPECIAAL SCHOENEN Bilderdijkstraat 69 1053 KM Amsterdam-W. tel. 124193-129465 „ '
nederlands auschwitz c o m i t é
HERDENKINGSNUMMER Oplaag: 25.000 exemplaren
28e jaargang nr. 1, januari 1984 Verschijnt 6x per jaar
Secr.: E. Furth, Diemerkade 43, 1111 AC Diemen, tel.. 020-905310 Bankrek.: AMRO BANK, bijk. van Baerlestr. 58,1071 BA Amsterdam, spaarrek. 40.01.75.088 Gem giro- 4875500, postgiro: 293087 t.n.v. NAC Redaktie: Drs. Eva Tas, Amsteldijk 23, tel. 020-795716, 1074 HS Amsterdam. Administratie krant: D. v. Geens, Renkumhof 50,1106 JB Amsterdam, tel. 020-972869.
Nu het 1984 is Zo werd het dan het veelbeschreven en veelgevreesde jaar 1984. Voor onze vaste lezers ligt de noodlottige datum al een veertigtal jaren achter ons. En voor de 'losse lezer' is 1984 een jaar als zoveel andere met -80: crisis, stijgende werkloosheid, geweld in alle vormen en dreigend supergeweld. Een enkel monument verwijst naar vier decennia terug. Is er geen band tussen het heden en onszelf van, zeg, 1944? Toen waren wij getuigen en verloren onze naasten, nee, niet in de eerste massamoord in de geschiedenis Wel zijn wij de laatste getuigen (zoals Wiesenthal zegt) van een massa-industrie des doods; de doodsfabriek, technisch up to date, was iets ongekends. Later werd de onjuiste term holocaust, d.i., offerande gebruikt. Ondertussen heeft de technologie van de vernietiging niet stilgestaan Mensen als Einstein en Oppenheimer, direct of indirect ingeschakeld bij de ontwikkeling van kernwapens, hebben een diepe morele crisis doorgemaakt. Zij voelden zich verraders niet ten aanzien van enig land of volk, maar van hun menselijkheid. Huidige geleerden, eens baanbrekers, zouden hun vindingrijkheid graag indammen om niet nog meer de slaaf van of stof voor de computer te worden. Ruim een generatie na Auschwitz is de dreiging van een wereldwijd Auschwitz geen lugubere science fiction. Een pervers systeem lukte het toen de Europese Joden en zigeuners voor het overgrote deel machinaal en verder verzetsmensen, homoseksuelen, geesteszieken en andere 'ongewensten' op klassieke wijze uit de weg te ruimen' door ophangen, doodschieten, door uitputting en honger. Men kent nu universeler methoden om hele werelddelen te ontvolken. Onder de loze kreet van wederzijdse afschrikking zijn mensen in staat en vaak bereid alle menselijke leven, natuurlijk te beginnen met de vijand — maar waar stopt die — te vernietigen
Ze mogen niet rustig slapen
In dat grote probleem is afgelopen herfst, ondanks welsprekende volksdemonstraties
— waaronder de grootste ooit in Nederland gehouden — een kwalijke stap gezet Nieuwe en naar militaire deskundigen zeggen, onnodige raketten zijn inmiddels in Europa neergezet. Daarmee zijn wij allen tegenover hoogst ernstige beslissingen inzake ons voortbestaan geplaatst. Nog diepergaande beslissingen dan over het materiele bestaan en ook dat wankelt. In 1984 legt de Nederlandse regering ook de minimumlijders een dneduims-buikriem aan met het argument dat de komende generaties niet voor de kosten van voormalig potverteren mogen opdraaien. Maar de samenleving van 1984 zit nog wel met de nasleep van de jaren 40 en oplossingen a la de jaren 30 zullen niet baten. 'Ik laat ze niet rustig slapen', sprak de 75-jari-ge Simon Wiesenthal over de nazi-misdadigers, als een waarschuwing voor de moor-dernaars van morgen. Hij memoreerde de broederschap van de vervolgden 'Het begint meestal met de Joden, dan komen ook anderen.' De nazi's waren niet slechts Jodenhaters, zij waren mensenhaters. Zolang de herinnering blijft, bestaat er geen vergeten. De betekenis van de massaslachting, van de herdenkingen ervan en van de processen tegen de daders is: het kan ook weer, het kan hier ook gebeuren. "Neo-nazi's wachten op een crisis", meent Wiesenthal. "Zij hebben een antwoord. Als wij vergeten, wordt hun antwoord herhaald " Dit werd gezegd een halve eeuw na de opkomst van de oude nazi's. Vergelijkingen met een halve eeuw geleden zijn niet van de lucht. Wij wijzen liever op een belangrijk verschil. De mensen van de dertiger jaren waren zich in het algemeen van het naderend oorlogsgevaar niet bewust. Dat is nu heel anders. Terwijl overlevende slachtoffers en... moordenaars nog van de wereldramp over zijn.
Zigeuners en anderen
Wie had het kunnen geloven? Racisme is anno 1984 een gemeenplaats geworden. En niet alleen in woorden Moord en brandstichting uit racisme zijn al voorgekomen om van vernielingen, knokpartijen en bele
digingen maar te zwijgen. Een zwart teken aan de wand, ongetwijfeld. Parallel hiermee loopt het wedervaren van zigeuners, ook hier te lande. Sinds de groep zigeuners in Nederland door de nazi's is gedecimeerd is (zo leest men in Heidens, het blad van het Lau Mazirel-fonds) het vooroorlogse aantal nooit meer bereikt. Terwijl, schrijft mr. L. Velleman, de even zwaar getroffen Portugees-Joodse gemeenschap door 'nieuw bloed' uit Marokko en Irak weer enigszins is aangevuld. Van toestroming van zigeuners is geen sprake. Bijzonder wrang doet het aan dat medewerkers van het LMF bij een bezoek aan Polen hebben geconstateerd dat o.a. in Os-wiécim, d.i. Auschwitz, rellen tegen zigeuners 'van pogromachtige aard' hebben plaatsgevonden. In dit nummer schrijven merendeels oudere tot heel oude medeburgers die hun nog oudere moeders, vaders, vrienden gedenken. Hun schrijfsels worden voor 80 procent voorgelegd aan leeftijdgenoten van onze kleinkinderen. Die zitten met heel andere, vaak nieuwe problemen. Ook met oude of gemeenschappelijke. Herman Bleich polemiseerde, in het bekende NIW, met hen die vinden dat wij (omder-wille van de democratie) niet het recht hebben om een racistische, d.i in aanleg fascistische, partij te verbieden. Wij hebben, juist op grond van de democratie, niet het recht om zo een partij te tolereren, vindt Bleich. Deze dingen zijn aan de orde en wij hebben daarin niet het laatste woord. Wel leggen wij u hier persoonlijke herinneringen en verbeeldingen in dubbele zin, voor. Uit de golfstroom publikaties over de oorlogsjaren die ons tegenwoordig meer en meer overstelpt is maar een tweetal gekozen. Beide zien terug op de zware tijd. Dat is bewust gebeurd, met het oog op heden. Wij denken daarover precies als de Do-cumentatiegroep '40-'45 die na twintig jaar activiteit in zijn jubileumnummer aantekende: 'Juist in deze tijd van weer opkomende (rassen)discriminatie en oorlogsdreiging is het goed dat wij ons op de Tweede Wereldoorlog bezinnen.' Bezinnen om te handelen.
mxRXËiT
FIRET bv, Postbus45,3900AA Veenendaal, Holland
H O U S E O F D I A M O N D S
Er is maar een Scbweizer en dat is Scbweizer Damst raa t 2 hoek Nes en D a m
Tel. 241572 Amsterdam
HERGO Slagerijen Beethovenstraat 49
Buitenveldertselaan 40 Buitenveldertselaan 166
Maasstraat 53
HET ADRES VOOR VLEES EN VLEESWAREN
PROBEER OOK EENS DE DOOR ONZE KOKS BEREIDE KANT EN KLARE VOOR- EN HOOFDGERECHTEN.
Boetiek Tric mode voor jonge mensen
Kinkerstraat 111 Amsterdam
Telefoon 18 62 03
Aangeboden door
G. A. K. O. Mister Groep
29 januari Auschwitz-herdenking 1984 Wij zullen ook dit jaar weer met al onze vrienden de bevrijding van Auschwitz en tegelijk van alle andere kampen herdenken bij het spiegelmonument op de Nieuwe Oosterbegraafplaats en vervolgens onze reünie houden in het RAI-restaurant, beide te Amsterdam. Programma voor zondag 29 januari: 12 uur: begin van de stille tocht om bloemen te gaan leggen op het monument 'Nooit meer
Auschwitz'. Vertrek vanaf ingang Kruislaan, N. Oosterbegraafplaats, Amsterdam (tramlijn 9, bus 8). Ed van Thijn, burgemeester van Amsterdam, houdt een korte toespraak; rabbijn Sonny Herman spreekt het Kaddisj-gebed uit.
14 uur: aanvang lunch en reünie in het RAI-restaurant, Europaplein. Zaal open om 13.30 uur. Het koor van de Liberaal Joodse Gemeente o.l.v. Joppe Poolman van Beusekom zal zich laten horen in nieuw repertoire. Shura Lipovsky brengt o.m. Jiddisje liederen ten gehore. Voor de sfeer van ons gezellig samenzijn met een praatje en een hapje zorgen de Silver Seven met salonmuziek.
Voor vervoer van de begraafplaats naar de RAI staat een bus ter beschikking. De gemeente Amsterdam biedt ons ook de lunch aan. Inlichtingen en kaarten (zolang de voorraad strekt!) te verkrijgen bij mevr. E. Furth, Diemerkade 43.1111 AC Diemen. Tel. 020-905310. Wilt u, als u een kosjere lunch wenst, dit duidelijk aangeven? Uiteraard zijn onze begunstigers/adverteerders, tezamen met al onze vrienden hartelijk welkom op onze reünie. Tot ziens op 29 januari! NAC
In memoriam Joop Voogd
Opening van het Joop Voogdpark. Foto naar dia van Jacques I. Furth.
Eens zei Joop Voogd (interview 2 mei 1979 Groene Amsterdammer) dat hij van het Auschwitz Comité hield. Deze liefde was wederkerig: het Auschwitz Comité hield ook heel veel van Joop Voogd. Voor de oorlogsslachtoffers en oud-verzetsstrijders was Joop een steun en toeverlaat. Duizenden brieven liggen in zijn archief, die de mensen in hoop en wanhoop tot hem gericht hebben. De activiteit van het Auschwitz Comité voor uitkeringen aan Joodse oorlogsslachtoffers (in 1959 gestart), de beroemde rede van Ed. Hoornik op de Auschwitz-herdenking van 1968, drukten Joop (zoals hij zelf zei) op de feiten, stelde het onrecht dat Joodse overlevenden van de grote vernietiging, geen enkele financiële steun kregen, aan de kaak. Uiteindelijk kwamen de uitkeringen voor zieke mensen pas in 1968 op gang door de parlementariërs Joop Voogd, Joop Wolff en de steun van enkele andere Kamerleden. Niet alleen op materieel gebied stond Joop aan onze zijde; in de strijd tegen verjaring van oorlogsmisdaden, de berechting van oorlogsmisdadigers o.a. Menten en vooral in de actie tegen de vrijlating van de 'drie van Breda' (1971) was het vooral zijn sobere, bewogen rede in de Tweede Kamer, die de doorslag gaf tegen de collectieve vrijlating van 'De Drie'. Voor een waardige viering van de 5de mei, als nationale feestdag, pleitte hij herhaaldelijk. Zijn bescheiden optreden, zijn met zachte stem, in prachtig Nederlands uitgesproken redes, maakte hem tot een geliefd parlementariër, naar wie men met genoegen luisterde. Zijn heengaan uit de Tweede Kamer was een groot verlies; 18 jaar was hij lid geweest, wegens ziekte verliet hij deze Het
zware Kamerwerk en de talrijke functies in vele verenigingen en instellingen hebben ongetwijfeld roofbouw gepleegd op zijn lichaam; zijn ziekte verergerde. Bij zijn afscheid als Kamerlid, twee jaar geleden, namen oud-wethouder van Amsterdam Wim Polak en rabbijn Awraham Soe-tendorp het initiatief om te zijner ere een park te stichten in Israël In een recordtijd was hiervoor het benodigde aantal bomen (2000) geboekt. Een bewijs hoe populair Joop was. Overigens kunnen er nog steeds bomen bij geplant worden. Mijn echtgenoot, Jacques, en ik hebben het als een groot voorrecht beschouwd als vertegenwoordigers van het Auschwitz Comité de onthulling op 14 april 1983 van het Joop Voogd-park in Afula, bij te wonen. In zijn dankwoord bij deze feestelijke gebeurtenis (zie bijgaande foto) zei Joop dat
het park eigenlijk 'familie Voogd' zou moeten heten, immers zonder de steun van zijn vrouw en kinderen had hij nooit zijn omvangrijk werk kunnen doen. Op deze reis hebben wij Joop, zijn lieve vrouw, dochter en schoonzoon weer van een andere kant leren kennen. Onze reeds bestaande warme vriendschap werd nog intenser Met groot verdriet vernamen wij zijn overlijden op tweede Kerstdag. Wij wensen zijn vrouw en kinderen sterkte met dit grote verlies. De crematie op Westerveld op 30 december j.l., er waren meer dan duizend aanwezigen, was een demonstratie van aanhankelijkheid, respect, vriendschap en liefde voor een waarachtig 'groot' man.
Eva Furth
HANDELSOPLEIDING Dinkgreve Praktijkdiploma's Boekhouden Talen Typen, Steno Middenstandsdiploma Ondernemersdiploma's (Erkende I.M.O.-opleiding)
NIEUW: Secretaresse notuleren
KANT.: WILLEMSPARKWEG 31,1071 GP AMSTERDAM
Boekhouden M.O. S.P.D. M.B.A. Marketing Informatica
761176 LES-ADRESSEN IN *ZUID * WEST * SLOTERMEER * NOORD * AMSTELVEEN * PURMEREND Lid van de V.P.O. Vraagt prospectus
Wereld's grootste speciaalzaak voor
Nappa en suède kleding
Exclusieve modellen en kleuren
NIEUWENDIJK 133-143
HET DUMPPALEIS Nieuwendijk 153 - Nieuwendijk 71
AMSTERDAM
De grootste en best
gesorteerde speciaalzaak voor
vrijefijdskleding
H.H. Emigranten 10% korting
L DE VRIES & CO.
Beurs voor de diamanthandel
Groothandel in
•X- JUWELEN
•X- SIERADEN
Nieuwe Achtergracht 36 — Amsterdam Telefoon 020-22 56 80
GEDIPLOMEERDE
O P T I C I E N S
TELEFOON 020-166927
"afgesproken... ELKE ZONDAG CHAMPAGNE BRUNCH van 11.00-14.30 Een riant buffet met een rijke -v v
keuze uit warme en koude gerechteji Smul zoveel uw hartje begeert ƒ 32.50 p.p. Kinderen ƒ 18 -
(Amsterdam
SIMON SPEYER
N.Y.
Alphen aan de Rijn IMPORT•EXPORT
Dagboek op straat
'Vrede is te mooi om waar te zijn.' Het is maar één van de ontboezemingen van één leerling van de Anne Frankschool, te lezen op de korte kleine tentoonstelling in een benedenlokaal. Burgemeester Van Thijn onthulde, omringd door alle kinderen, op 22 december j.l., de veelbesproken muurschildering van Harry Visser. Het dagboek van Anne is nu buiten in de Niersstraat te lezen, de kern althans. Op kleurige velletjes lieten de leerlingen zich uit over buitenlandse kinderen, discriminatie, oorlog en nog veel meer. Hun commentaar loog er niet om. Voorafgegaan was een lezing door Mies Bouhuys. Gevraagd als schrijfster van 'Anne Frank is niet van gisteren' bleek Mies Bouhuys van dezelfde jaargang als de auteur van Het Achterhuis, een gewichtig punt voor de kinderen. Een welkome aanvulling op het werk van de Anne Frankstichting. Deze stelt zich tot taak te bemiddelen, als scholen vragen om verzetslieden, vervolgden of mensen die de oorlog bewust hebben meegemaakt. Diegenen van ons die het kunnen opbrengen vinden hier nog steeds of liever juist nu een vruchtbare bodem. Dat blijkt uit de reacties van de kinderen. Zij brengen enkelen van ons ertoe steeds weer van hun ervaringen te getuigen. Juist die persoonlijke herinneringen maken de diepste indruk. 'Ik hoop dat u het nog lang zal kunnen doen... Zij gaf eigen relaas, theorie en achtergrondinformatie .. Dat te horen van iemand die het zelf heeft meegemaakt.' Velen schreven: er was niets wat mij minder aansprak. Een kleine bloemlezing, gesprokkeld op het Jordan-Lyceum te Zeist na het aanhoren van onze secretaresse, Eva Furth. De Anne Frankstichting bestrijkt nog tal van andere gebieden. Er zijn geregeld tentoonstellingen op de Prinsengracht, actuele manifestaties ter aanvulling van wat het druk bezochte achterhuis toont. Men ontvangt er hoe langer hoe meer schoolgroepen uit alle geledingen van het onderwijs, zodat het Anne Frankhuis niet meer alleen een trefpunt voor buitenlandse toeristen in Amsterdam is, zoals het wel eens leek. Er zijn ook talloze publikaties en mappen ten dienste van het onderwijs en allereerst de Anne Frankkrant. Dan circuleert tegenwoordig de film De Oplossing, op de nominatie voor bekroning op de filmdagen te Utrecht. De filmt stelt neo-nazidom aan de orde en heeft een open einde. Scholen, buurthuizen, jongerencentra enz. kunnen hem aanvragen met de bijbehorende teksten. De oplossing werd b.v. ook gedraaid na de Hannie Schaft-herdenking in november 1983 te Bloemendaal. Heel belangrijk is de documentatiedienst, die voor iedereen openstaat en waar belangstellenden alle werkdagen van 13 tot 17 uur welkom zijn. Alle mogelijke gegevens
over racisme, antisemitisme en neo-fascis-me zijn hier bijeengebracht en liggen ter inzage. Publikaties op dit gebied uit binnen- en buitenland kunnen worden geraadpleegd, zowel materiaal uit neo-fascistische hoek en wat daarbij hoort, als wat er verschijnt van de hand van tegenstanders van neo-nazi's en racisten. De laatsten krijgen bijzondere aandacht. Pamfletten, brochures en tal van andere geschriften zijn ter informatie aanwezig. De Anne Frankstichting verzamelt voortdurend argumenten en feiten en cijfers over
vooroordelen tegen buitenlanders en maakt die op ruime schaal bekend. Een publikatie op dit gebied is in de maak en verschijnt binnenkort. In een recent boekje 'De crisis en de nieuwe zondebok' van Joke Kniesmeyer gaat deze nader in op uitlatingen en karakter van de Centrumpartij. Terecht, want uit opiniepeilingen is gebleken dat dit te lang was veronachtzaamd Het is bitter dat al dit werk nodig is, maar op de Anne Frankschool, een lagere Montessorischool, is een hartverwarmend voorbeeld gegeven.
Muurschildering van Harry Visser op de Anne Frankschool, Niersstraat, Amsterdam. Foto: Boris Klatser.
De opstand in Sobibor
Monument in Sobibor
Op 14 oktober 1943 brak in Sobibor een goed voorbereide opstand onder de gevangenen uit. Het denkbeeld speelde al geruime tijd door het hoofd van Leon Feld-hendler, de zoon van een Berlijnse rabbijn. Toen op 23 september een transport Russische joden aankwam was Saschja Petjorski, een officier met militaire ervaring, onder hen. Binnen een week had hij al contact met Feldhendler gekregen. Samen met een kleine groep ingewijden organiseerden zij de opstand. Uit een niet gepubliceerde brief die Petsjorski aan Miriam Novitch schreef op 14 maart 1981 citeren wij het volgende: 'Er wordt gezegd dat het menselijk geheugen de tragische dingen in het leven vergeet. Ik geloof het niet. Het is nu al meer dan 37 jaar geleden, maar in mijn gedachten zie ik het nog steeds gebeuren, al was het gisteren. Ik probeer het te verdrijven, maar het lukt niet. Ik was 22 dagen in Sobibor Dat is voldoende. Ik zal u vertellen wat ik nog nooit verteld of geschreven heb. Zelfs nu ik dit schrijf wordt het mij vreemd te moede. Toen ik in het komité zat dat de ontvluchting voorbereidde werkte ik met een groep kameraden in kamp IV. Toen wij daar barakken aan het bouwen waren kwam juist een transport aan. Toen ben ik, samen met Cy-bulski en Ljaitmann naar de kant van de barak geslopen van waaruit we kamp III konden zien. Daar waren de gaskamers. Op dat moment hoorden we het angstige geschreeuw van een kind. Het riep 'mama..' Daarna begonnen vrouwen te gillen... Het was verschrikkelijk... Niet voor onszelf, maar door de machteloosheid. De kreten werden geleidelijk aan minder. Toen werd het mij duidelijk. Wij zullen niet alleen proberen te vluchten. Eerst zullen wij alle SS-ers doden. Toen ontstond ons definitieve plan ' Het Schwurgericht in Hagen besteedde in zijn oordeel van 1966 ruime aandacht aan dit heroïsch gebeuren. Door de afstandelijkheid waarmee het beschreven werd komt de opstand des te indrukwekkender op de lezer over. Wij laten hier een uittreksel volgen.
Neem wraak!
'Hoewel door de gewelddadigheden een voortdurende verlammende druk op de gevangenen werd gelegd werden er telkens plannen voor een opstand of tot ontvluchten beraamd. Talrijke gevangenen waren zich ervan bewust dat ook zij tenslotte in de gaskamers terecht zouden komen. Bij een georganiseerde vlucht zouden weliswaar de meesten het leven verliezen, maar het zou op zijn minst enigen lukken te ontkomen. Die zouden het mogelijk maken te vertellen wat in Sobibor gebeurd is. Nadat Leon Feldhendler al geruimte tijd met ontvluchtingsplannen rondliep lichtte hij een groepje jonge mannen en vrouwen daarover in, nadat de laatste gevangenen uit het vernietigingskamp Belzec waren aangekomen. In kleine groepjes werden de Belzec'ers naar kamp III gebracht waar ze,
duidelijk hoorbaar voor de Sobiborge-vangenen werden doodgeschoten. In de kleren van de vermoorden, die op de gebruikelijke wijze in de sorteerbarak werden behandeld, werden op geheime plaatsen briefjes gevonden die nog snel voor hun aankomst geschreven waren. Men had de Belzec'ers, omdat ze de laatsten waren beloofd, ze niet te doden Toen ze echter Sobibor naderden wisten ze dat ze zouden sterven Men schreef: 'Neem wraak1' De laatste stoot tot de opstand gaf een Russisch transport joodse officieren van het Rode leger, waaronder de jonge Moskouse ingenieur Petsjorski. Van zijn militaire ervaring kon men dankbaar gebruik maken.
Omdat er op 9 oktober weinig te doen was kwamen de gevangenen 's avonds onder goedkeuring van de kampleiding bijeen, om te bidden voor Grote Verzoendag. Onder deze dekmantel kon het gevormde op-standskomité besprekingen over de gemaakte plannen voeren, terwijl de vrouwen hardop baden. Feldhendler en Petsjorski gaven de mensen die door hun werk het nauwst met de Duitsers en Oekraieners te maken hadden opdracht, ze in hun werkplaatsen te lokken en te doden. Anderen moesten de wapenkamer met geweld openen en de buit onder de gevangenen verdelen. De vrouwen die de SS-barakken schoonhielden moesten op de dag van de opstand de daar aanwezige wapens stelen. Het komité wist dat commandant Reichleit-ner en ook Wagner op 14 oktober afwezig zouden zijn. Daarom werd de opstand op die dag bepaald
Te wapen
In de loop van die middag werden de wapens uit de SS-barakken gehaald en zo onopvallend mogelijk naar kamp I gebracht De vlucht was op 16.00 uur bepaald, het tijdstip waarop het normale appèl gehouden werd. Vcor die tijd werden, zoals de opdracht luidde, de eerste Duitsers en Oekraieners naar de afgesproken plaatsen gelokt, gedood en ontwapend. Als eerste werd de plaatsvervangend commandant, de SS-Untersturm-
fuhrer Niemann in de kleermakerij gedood. Bij de schoenmakers het Oberscharfuhrer Graetschutz het leven en op andere plaatsen Beckmann, Floss en Wolf. In de wapenkamer werd Dubois door bijlslagen zwaar gewond, terwijl ook een aantal Oekraieners in dit stadium de dood vond. Toen kwam om 15 45 de SS-er Bauer plotseling met een vrachtwagen in het kamp terug Om zijn auto te lossen riep hij een paar gevangenen, die even tevoren Floss hadden gedood. Toen Bauer dat merkte schoot hij op ze. Eén van dezen, de in Hagen verschenen getuige Biskubicz, wist via kamp IV te ontkomen Ongeveer op dat moment werd alarm geslagen. Van de verwarring die bij de bewaking ontstond probeerden de gevangenen gebruik te maken het kamp te ontvluchten. Een paar gelukte dat door de zuidpoort. De meesten werden door de inmiddels in actie gekomen wachtposten doodgeschoten. Steeds meer gevangenen probeerden over het prikkeldraad te klauteren of het door te knippen. De eersten die de vrijheid bereikten werden op de om het kamp liggende mijnen gedood. Zij baanden voor hen die volgden de doortocht. Een onbekend aantal uit de kampen I en II is het gelukt te ontvluchten. Uit kamp III kon helaas niemand vluchten. Voor velen die wel konden uitbreken begon een leven van nieuwe gevaren. Poolse boeren brachten ze weer bij de Duitsers terug. Dit gebeurde ook door antisemitische partizanen Anderen sneuvelden bij gevechten, nadat ze zich bij bevriende partizanen hadden aangesloten. Ook is niet komen vast te staan hoeveel ontsnapte gevangenen gedurende de volgende dagen door politie- en legereenheden in de omgeving van het kamp opnieuw werden gevangen genomen Ongeveer de helft van alle gevangenen in kamp I was in het kamp achtergebleven. Van dezen werd een groep Russen nog dezelfde dag doodgeschoten. Toen de volgende dag de SS-Hauptsturmfuhrer Hófle als leider van de 'Einsatzgruppe Remhard' het kamp bezocht werden ook zij, en de mensen uit kamp III doodgeschoten. Van alle ongeveer zeshonderd gevangenen die voor de opstand in Sobibor waren, beleefden ongeveer dertig de bevrijding.
Getuigen tegen de beul
Precies veertig jaar na het Grote onheil werden vrijwel alle nu nog in leven zijnde Joden die het, dank zij de opstand die ze zelf georganiseerd hadden en waardoor ze konden overleven, op haast onmenselijke wijze geconfronteerd met de verschrikkingen die in het alleen ter vernietiging opgerichte kamp Sobibor hebben plaatsgevonden. Zij zijn de nog tot getuigen in staat verkerende representanten van de ongeveer tweehonderdvijftigduizend Joden, die in Sobibor van april 1942 tot oktober 1943 de vergassings-dood hebben gevonden. Alles wat ze daar hebben ondergaan, hoe ze hebben geleden nadat zij door een gril bij aankomst niet de gaskamers werden ingejaagd, de angst die ze hebben uitgestaan en het verdriet bij elk nieuw aangekomen transport, dit alles is als een boze droom in de rechtzaal van de Westduitse stad Hagen opnieuw aan hen voorbijgegaan. Waarom hebben de meesten van de overlevenden er toch in toegestemd naar Hagen te komen om in hun nimmer geheelde wonden weer opnieuw zout te laten strooien7
Waarom gaven ze gehoor aan het verzoek van de rechtbank vanuit alle windstreken der aarde naar Duitsland te komen? Allen gaven ze hetzelfde antwoord. Hij, die nog steeds de beul van Sobibor genoemd wordt, dient ook nog in de tachtiger jaren zijn gerechte straf te krijgen. Het moet onmogelijk gemaakt worden dat degenen die in Sobibor geweest zijn, de toenmalige SS-Oberscharführer Karl Frenzel op straat zouden kunnen tegenkomen. Wat destijds gebeurd is kan nooit en te nimmer ongedaan gemaakt worden. Maar misschien draagt het nog steeds lopende proces ertoe bij, hoe gering ook misschien, dat een dergelijk gebeuren zich nooit zal herhalen. Het Schwurgencht in Hagen veroordeelde Frenzel in 1966 tot levenslange tuchthuisstraf op grond van gemeenschappelijke moord op een onbepaald aantal, doch minstens 150.000 mensen, én wegens door hem persoonlijk begane moord op negen mensen.
Berm of barak
Het sinds november 1982 opnieuw gestarte proces kon plaatsvinden omdat de verdediger een aantal tegenstrijdige verklaringen heeft weten te vinden. Zo ontdekte hij een 'tegenstrijdigheid' in de verklaringen van de in Chelm geboren Esther Raab. Zij kwam op 22 december 1942 vanuit een dorpje Staw met nog ongeveer 800 Joden per paard-en-wagen in Sobibor aan. (Eingeliefert is in de rechtzaal de gebruikelijke term). Met eigen ogen had ze in het voorjaar van 1943 gezien hoe Frenzel, na aankomst van een nieuw transport, nog een baby in een der wagons ontdekte. De 'tegenstrijdigheid' bestaat hierin dat Esther Raab in 1949 — volgens een vertaald protocol — verklaarde dat ze deze moord vanaf een bij het perron gelegen berm gezien had, terwijl ze in latere processen verklaarde dat ze het afschuwelijke ge
beuren vanuit een barak in de nabijheid heeft waargenomen. Ze bestrijdt verontwaardigd de destijds uit het Pools vertaalde verklaring. De verdediger wil echter de rechters doen geloven dat Esther Raabs getuigenissen ongeloofwaardig zijn. Aan de moord als zodanig wordt nauwelijks aandacht besteed. Frenzel loopt inmiddels weer vrij rond omdat de rechtbank eind december 1978 besloot tot een voorwaardelijke strafonderbreking. Tot schrik overigens van alle getuigen, die dachten dat ze hem geboeid de rechtzaal zouden zien binnenkomen. Het overkwam Hella Weiss uit Israël — als klein meisje werd zij uit hetzelfde transport als Esther Raab voor werk uitgekozen — dat ze hem plotseling tijdens winkelen tegenkwam. Het gaf haar een geweldige schok, zo onvoorbereid oog in oog te staan met de man die zich als een beest gedragen had in Sobibor. Toen Samuel Lerer uit New York de uitdrukking 'erger dan een beest' bezigde excuseerde hij zich. Een verontschuldiging wel te verstaan tegenover de dieren, die wreed kunnen zijn omwille van eigen levensbehoud Frenzel sloeg, knuppelde en moordde louter en alleen uit lust. Diezelfde man zit nu in de rechtzaal tussen zijn twee verdedigers, die het woord voor hem doen. Tenzij de voorzitter van de rechtbank plotseling Frenzel zelf een vraag stelt. Dan moet hij de vraag herhalen omdat Frenzel de rechtsgang nauwelijks volgt. Alle beschuldigingen wijst hij van de hand. De getuigen fantaseren maar wat, merkt hij nauwelijks verstaanbaar op. Het is trouwens al zo lang geleden Maar hij weet nog precies te vertellen op welke datum SS-man X naar elders vertrok, zodat de getuige als leugenaar wordt uitgemaakt als deze over diens wandaden vertelt 'Dat kan niet, want hij was op dat ogenblik niet meer in Sobibor'
'Enige transporten... naar Sobibor
In zijn vergadering van 26 maart 1943 constateert de Joodse Raad te Amsterdam dat de berichten over de deportaties van Nederlandse Joden naar Duitsland 'niet ongunstig' zijn. 'Enige laatste transporten schijnen niet naar Auschwitz te zijn gezonden, maar naar Sobibor' Deze naam moest dustoen al bij een zeer klein groepje in Nederland bekend zijn geweest. Hoe men aan die naam kwam is niet duidelijk geworden. Wel is door een getuigenverklaring van Eda Lichtman uit Israël bekend dat sommigen van een paar uit Nederland afkomstige transporten een briefkaart naar huis moesten schrijven dat ze goed in Wlodawa waren aangekomen, een plaats in de wijde omgeving van Sobibor. 'Frenzel persoonlijk hield toezicht op het schrijven van deze kaarten ' Ondanks het feit dat de aankomst bepaald niet vriendelijk was — maar aan de 'onvriendelijkheid' van de SS waren we in Nederland al lang gewend — wees niets erop dat Sobibor puur een vernietigingskamp was. Ikzelf maakte de tocht van Westerbork
naar Sobibor samen met mijn vrouw en schoonfamilie. We kwamen daar begin juni 1943 met een transport van ruim drieduizend mensen aan Op het moment waarop wij op 4 juni het kamp binnenreden zag ik een groot bord hangen waarop SS-Sonderlager Sobibor stond. Direct nadat de trein tot stilstand was gekomen werden de deuren van de wagons opengegooid door mannen in overalls met zwepen in de hand. Ze begonnen meteen in het wilde-weg op ons in te slaan, niet lettend op wie ze sloegen. In een minimum van tijd stonden mijn vrouw Chel en ik en de andere familieleden buiten op een soort perron, terwijl gekerm vanuit de wagons opklonk van mensen die niet goed ter been of ziek op de vloer lagen. Ze werden desondanks toch uit de wagons geslagen Mijn schoonvader liep een gevaarlijke zweepslag over zijn rug op. Chel en ik hielden elkaar-stevig vast. We keken elkaar aan en zeiden: 'Zo is dus de ontvangst in Polen' Dat beloofde weinig goeds voor wat er verder nog zou gaan gebeuren. We hadden veel kunnen bedenken, maar dit toch niet. We werden als opgejaagde honden door een grote openstaande deur in een enorme barak gedreven waar we doorheenlopend, alles wat we bij ons hadden aan brood- en rugzakken, jassen en mantels, op grote hopen moesten gooien. Zonder enige bepakking verlieten we weer de andere zijde van de barak. Tijd om te denken werd ons niet gegund. Voor ik het goed besefte waren de mannen van de vrouwen gescheiden. Ik kon Chel niet meer kussen of 'tot straks' toeroepen. Omkijken mocht niet. Voor je uitkijken en Maul halten, luidde het bevel In het voorbijgaan passeerden we een SS-officier die ons van top tot teen monsterde. Tachtig jonge mannen koos hij uit, die aan de kant moesten gaan staan. Mijn zwager Ab was daar ook bij Mijn schoonvader, mijn zwa-gertje Herman en mij liet hij voorbij gaan. Het terrein waarop wij ons nu bevonden grensde aan een ander deel van het kamp dat door prikkeldraad gescheiden was Af en toe kwamen gevangenen bij het prikkeldraad en zochten op die manier met ons contact Waarschijnlijk wilden ze zien of familieleden of bekenden met ons transport waren meegekomen. Wij vroegen hun uiteraard hoe de omstandigheden hier waren Ze antwoordden dat het allemaal best meeviel en dat niemand zich ongerust behoefde te maken 'Wij hebben hier allemaal werk. Het is hier een nieuw kamp. Alles moet nog verder worden opgebouwd.'
Een nieuw kamp
Mijn hersens begonnen snel te werken toen ik hoorde dat wij in een nieuw kamp waren terechtgekomen. De jongemannen die al uitgekozen waren zouden wellicht de ordedienst gaan vormen. Mijn andere zwager stond daar al bij. Ik dacht, laat ik proberen
Vervolg op pagina 7 7
9
z* ' J >
Diamonds Direct Herman Schipper BV
Waar uw sieraad een belegging en uw belegging een sieraad is.
Official Omega-, Juvenia- and Ebel dealer.
Heiligeweg 3. Tel 020-236572 RokmU.Tel 020-237869 Amsterdam
WIJNEN UIT ISRAËL Volledig assor t iment tafel-, aperitief- en desser twi jnen w o.:
Originele bottelingen C h e n i n B l a n c
„ K o s h e r Lepesach" ''"^ "„te tafehc,,n
C a b e r n e t S a u v i g n o n Afkomstig uit de kelders rulle mek tafclwijrt
van de groots te en ouds te w tjncooperatie in Israël. S a u v i g n o n B l a n c
Société Coopera t ive drotji ft uilige witte lafclwijn Vigneronne des G r a n d e s
Caves Richon-le-Zion S a c r a m e n t a l en Zichron-Jacob Ltd. ">de zoete dessertwijn
Rithon-le-Zion. M u s c a t
, . . , , , uitte zoete dessertwijn In Neder land
ve r t egenwoord igd door- P r e s i d e n t A M A G E R B V S p a r k l i n g W i n e
(H B de Beer A n n o 1770), halfdroge mousserende wijn Brouwersgrach t 200-202,
1013 HD A m s t e r d a m A d o m A t i c Telefoon 020 - 24 39 69 met geheel droge rode tafelwijn
RISHON LE ZION % ZOON JACOB
Een indrukwekkend beeld van de joodse samenleving voor de Holocaust
ROMAN VISHNIAC A V A N I S H E D W O R L D In 4 \UIIISIH>(I li at ld is voor het ceisl een mime selectie van Vishniac sberoemde toto's van de verdwenen |oodse samenleving bijeengebracht Tussen 1936 en 1940 maakte Vishniac tal van leizen dooi Polen, I sjeehoslovvakije. Hongarije, Letland en Litauen om illegaal de joodse getto's te lotograferen Van de mannen, vrouwen en kinderen die slaehtolTeis van een massamooid /ouden vvoiden, maakte hii - vaak onder bijna onmogelijke omstandigheden, met gevaar voor eigen leven - meer dan zestienduizend opnamen, waarvan er tweeduizend bewaard zijn gebleven Daarvan zijn er tweehonderd afgebeeld in A Vamshed Woild.
• ( ) zn geven een ontroeiend beeld van een volk, dat destijds ondanks de vei strooiing ovei een leeks landen, leefde in de warmte van een eigen.zorgvuldig gekoesterde cultuur en dat dooi de vveield in de steek zou worden gelaten 'Ik wilde hun gezichten ledden' zegt Roman Vishniac en dat is hem sielukt - Uas Roodnat in MiC lhiiHlel\hl<ul
I-ngelsUilige uitgave, een inleiding van X ishniac en een voorwoord van Flie Wiesel 180 blz , gebonden. 31 x 31 cm, ta 200 foto's in cluotone, ("165,-. In de boekhandel verkrijgbaar.
MEULENHOFF LANDSHOFF
Ook Wet Uitvoering Vervolgingsslachtoffers gekort
Betrokkenen, onder wie WUV-gerechtig-den, zijn niet geraadpleegd: dat is de eerste klacht van de mensen op de kortingen op alle, ook WUV-uitkeringen Volgens o.a. mr. D. M. Loonstein, secretaris van de Uitkeringsraad, verandert er zoveel dat ze (de bewindslieden in Den Haag) om advies hadden moeten vragen. De ons zo goed bekende heer W. Nijsse zegt dat er een heel andere wet komt. Zeer uitvoerig en zeer goed zijn de werking van de WUV, de kortingen en de reacties van belanghebbenden en uitvoerders weergegeven in het NIW van 23 december 1983. Ook op de WUV wordt dus in 1984 gekort: in januari tot 3% en zelfs hoger, berekenen sommigen, wat minder denken anderen. Veel ergere kortingen dreigen in juli, daar zijn allen het over eens. Wij tekenen hierbij het volgende aan. De WUV is bar laat, voor te velen veel te laat ingegaan. De door ieder betreurde Joop Voogd heeft dat altijd onderstreept. De groep door de nazi's vervolgden, steeds al klein en uiterst kwetsbaar, is intussen tot een zeer klein groepje ineengeschrompeld. Wegens hun uitzonderlijk lot is er destijds na veel en langdurig vallen en opstaan een aparte wettelijke regeling voor hen gemaakt, los van de Bijstandswet. De WUV is niet zo maar een wet en een recht, voor menigeen is het een houvast, niet alleen geld, maar een soort erkenning, een zekere genoegdoening De vervolging was in zijn gruwelijkheid iets unieks, de tegemoetkoming die de WUV vormt hangt daarmee nauw samen en staat op zichzelf. Daaraan mag niet worden geknaagd of geknabbeld, deze WUV mag niet met andere wetten op één hoop worden gegooid. Wij weten dat er in de directie Verzet en Vervolging in Rijswijk evenzo wordt gedacht en ook in de Uitkeringsraad. De regering, die dit jaar haar verdere inkrimpingsplannen ook tot de WUV wil uitstrekken, herinneren wij, vervolgden, aan de termen van de dichter en verzetsstrijder Ed Hoornik: eigen uitkeringen voor de vervolgden, de WUV thans, zijn een ereschuld. Niemand mag dat vergeten.
NAC
Vervolg van pagina 9
om daar ook bij te komen. Ik wachtte het moment af waarop diezelfde officier nog een ronde ging maken langs de inmiddels zittende mannen op het grasveld Toen hij bij mij in de buurt kwam stond ik op en vroeg hem of ik mij bij de daar apartstaande groep mocht aansluiten Hij observeerde mij enige tijd en peinsde daarna een ogenblik. Toen sprak hij: 'Nah, los!' Zo belandde ik ook bij de speciaal samengestelde groep, die nu uit een en tachtig man bestond Na een tijdje sprak de Scharfuhrer ons toe met de volgende woorden: 'Jullie zijn uitgekozen om in een ander kamp hier in de buurt te gaan werken. Iedere avond komen jullie met z'n allen terug om tezamen met je familie en kennissen hier te eten en je te verpozen De anderen gaan nu onder de douches. Daarom zijn de mannen en vrouwen apart gehouden want je begrijpt wel dat gezamenlijk baden natuurlijk niet kan. Zij blijven dus hier.' Inmiddels hoorden wij dat aan de grote groep op het grasveld het bevel werd gegeven zich uit te kleden Ik zag dat daarmee een begin gemaakt werd. Hemden en schoenen gingen al uit Toen brak het moment aan waarop wij naar de trein terug moesten. Een deel van de trein die ons gebracht had zou ons nu weer wegvoeren. De anderen, waaronder Chel en haar familie bleven in Sobibor achter.
Sympathiek
De gevangenen die kort met ons bij het prikkeldraad hadden gesproken werden door de SS 'Arbeitsjuden' genoemd, waarmee zij zich onderscheidden van de duizenden die bij aankomst niet voor enig werk in aanmerking kwamen. In Sobibor werkten er ongeveer zeshonderd. Zij moesten ervoor zorgen dat, onder strenge bewaking van de SS en hun Oekraïense handlangers, de hele machinerie gesmeerd en zonder hapering verliep Eén van de Arbeitsjuden was Chaim Engel uit Lodz, kroongetuige in Hagen. Meestal werkte hij als klerensorteerder; als het even kon samen met Selma Wijnberg uit Zwolle, die later zijn vrouw zou worden. Selma kwam op 9 april 1943 in Sobibor aan. Chaim moest bij grote transporten als 'kapper' werken in een speciale barak die het dichtst bij de gaskamers stond Hij kon een nauwkeurige beschrijving geven wat er verder met de Joden gebeurde 'Vóór het ontkleden van de nieuw-aangeko-menen zei een zich symphatiek voordoende SS-man dat om hygiënische redenen ieder een bad moest gaan nemen en daarna zou worden gedesinfecteerd. Na het baden zou men gaan werken en tot het einde van de oorlog bij elkaar blijven De vrouwen werden vervolgens naar een barak geleid waar hun haar door gevangenen geschoren werd. Een SS-man stond in het midden van de barak om op te letten dat niemand van de 'kappers' met ze sprak. Binnen een paar minuten (iepen ze, zonder het te weten, de laatste meters van hun leven, naar het 'badhuis', dat zich gecamoufleerd achter een rij pijnbomen bevond. Toen ze dicht opeenge
pakt in de kleine bunkerstonden konden de vrouwen pas vermoeden dat er toch iets aan de hand was Ik ben ervan overtuigd dat ze de verschrikkelijke waarheid niet eerder beseften dan het moment waarop het eerste gas zich verspreidde In het kamp kon je het geluid van de zware motor horen, die gebruikt werd om het gas te produceren Met buizen werd het naar de bunker gevoerd. Na ongeveer 15 minuten werd het stil... Inmiddels werd de volgende groep slachtoffers door de aardige SS-man toegesproken De gevangenen in kamp III, waar de gaskamers waren, moesten als bezetenen de lijken wegdragen, nadat de gouden tanden en kiezen uit de mond getrokken waren Anderen maakten de gaskamers weer schoon om de volgende groep de indruk te wekken dat men een echt badhuis binnenging. Alleen wij, aldus Chaim Engel, wisten wat zich zo nabij afspeelde .' Toen ik met de groep van 81 de middag van de 4e juni Sobibor verliet en 's avonds in het SS-turflager Doruchucza aankwam wist ik nog niet wat er met de achtergeblevenen in Sobibor was gebeurd De met bonte gordijnen behangen ramen van de barakken konden niet doen vermoeden wat er zich spoedig daarna op korte afstand zou voordoen De gedachte kwam zelfs niet bij ons op. Toen men het ons een paar dagen later in Dorochucza vertelde konden we het nóg niet geloven De rechtbank in Hagen heeft in 1966 in haar 418 pagina's tellend vonnis aan alle facetten van Sobibor ruime aandacht besteed. Zo heeft ZIJ een gedetailleerde opstelling gegeven van de transporten en de aantallen mensen die daar, volgens de voorhanden zijnde documenten en getuigenverklaringen, zijn vermoord. Zij komt tot een bewezen aantal van ruim 150.000. In werkelijkheid is het aantal volgens de rechtbank belangrijk hoger Volgens Poolse berekeningen, afkomstig van de rechtbank in Siedlce werden in Sobibor ongeveer 250 000 joden vergast Het merendeel daarvan kwam uit Polen. Ongeveer 30.000 waren afkomstig uit Tsje-choslowakije; 10 000 uit Duitsland en Oostenrijk, 2 000 uit Frankrijk, een paar honderd uit de Sowjet-Unie en ruim 34 000 uit Nederland. Een derde deel van de Nederlandse Joden heeft in Sobibor zijn einde gevonden, reden om er in dit artikel wat grotere aandacht aan te besteden. Sobibor, dat slechts anderhalfjaar bestond, zal nog, tot de laatste getuige gestorven is, elke dag bestaan
Jules Schelvis
* Binnen de poorten, uitgeverij De Haan 1982
Literatuur Dr E A. Cohen De negentien treinen naar Sobibor, Elsevier 1972. Miriam Novitch. Martyrdom and Revolt, Holocaust Library, New York 1980, Engels. Richard Rashke: Escape from Sobibor, Houghton Mifflin Comp, Boston 1982, Engels. A Ruxkwel: IM. S. Vernichtungslager, DeutscherTa-schenbuch Verlag 1977, Duits. G Sereny Into that darkness, André Deutsch 1976, Engels. S Szmajzner. Heil in Sobibor, Edicoes Bloch Rio de Janeiro 1968, Portugees Alexander Pechersky. The Sobibor revolt, Emes, Moskou, Jiddisch.
Dit indrukwekkende boek krijgt u kado als u zich abonneert
op Vrij Nederland.
r
L
Ik abonneer mij op Vrij Nederland Ik betaal per • kwartaal (ƒ 41,75) • halfjaar (ƒ 82,50) • jaar (ƒ 151,50) (hokje naar keuze dichtmaken a.u.b.) • als welkomsgeschenk ontvang ik het bock: "De samenzwering tegen Simon Wiesenthal" (winkelwaarde ƒ 17,50) : >
Naam Adres Plaats
Bon opsturen in open envelop zonder postzegel aan: Vrij Nederland, An twoordnummer 3043, 1000-PA Amsterdam. Betalen na ontvangst van de acceptgirokaart. Of bel even: 020-262375
BA00XXXAUS
1
J De opbrengs t van dit boek komt ten goede aan het VC'iesenthalfonds
Speciale koopjes in de oudste stoffenzaak van
AMSTERDAM Eigenaar — Leo Horn
FERD. BOLSTRAAT 69 1072 LC Amsterdam — Telefoon 735403
Ook voor uw geschenken.
Maasstraat 77 - Tel. 72 70 76 1078 HE Amsterdam
Dames,
alleen bij ons koopt u het voordeligst. Voor al uw stoffen
Linnaeusstraat 34
Amsterdam
Tel. 653116
STOFFEN HUIS
MARCUS
Bewakingsvormen, portiersdiensten etc. (als maatwerk uitvoerbaar in de
plaatsen waarin WIJ zijn gevestigd);
alarmeringen (ontvangst/verwerking van alarmsignalen; stil alarmcentra
le voor geheel Nederland).
v n v h B E V E I L I G I N G I BEWAKING - ALARMERING BV A 1902
Vestigingen: Amsterdam/Amstelveen, Rotterdam,
Alkmaar'Heerhugowaard, 's HertogenboschTilburg,
Nijmegen, EnschedeHengelo
Hoofdkantoor:
Vossiusstraat 8,1071 AB Amsterdam, Tel. 020-712711
E X C L U S I E V E H E R E N K L E D I N G E N - M O D E
K a l v e r s t r a a t 141 -145 , A m s t e r d a m
Daar ben je niet geweest door Michael Noach
De trein stopte in het stationnetje. De jonge mensen die de coupé met Amram deelden, praatten verder; voor hen was het stoppen aan een grensstation niets opmerkelijks. Amram keek naar het groene, vlakke landschap. Er kwam een spoorambtenaar naar binnen, in uniform. Hij keek onverschillig naar de paspoorten van de passagiers. Am-ram's Israëlische pas nam hij op, keek er lang naar en nam hem mee. Na een paar minuten kwam hij weer en gaf Amram zijn paspoort terug. De trein kwam in beweging. "Kunt u mij zeggen..." zei Amram. Hollands sprak hij niet; hij verstond er genoeg van om te begrijpen, dat ze een groep fotografen waren, op weg naar een fototentoonstelling. "Kunt u mij zeggen, waar hier een grens te zien is? Er is geen hek, geen controle. Hoe is 't te zien, waar Nederland ophoudt en Duitsland begint?" Eén van de jongelui stond op en wees naar buiten: "Ziet u daar de ramen van de boerderijen? In Nederland zijn de gordijnen open. In Duitsland zijn ze dicht." "Wat bedoelde die nou?" dacht Amram. "Wat voelen deze jongelui7 Ze zijn allemaal na de oorlog en na de bezetting geboren. Ze reizen zorgeloos naar een tentoonstelling en voor zaken in Duitsland. En toch. Ze hebben op de gesloten gordijnen gelet. Wat hebben ze daaraan gezien7" Hij dacht na over deze reis. Voor zijn firma, de Maatschapij voor de Avocado-teelt, nam hij deel aan een internationaal congres in Arnhem; en hij kon nou eenmaal niet tot Arnhem reizen zonder even over te springen, tenminste voor één avond, naar zijn oom, Rolf Palmer, de oudere broer van zijn moeder. Oom had zijn zuster in Jeruzalem maar twee keer bezocht, maarthuis werd er niet weinig over hem gesproken. Nadat hij zijn hele familie in de afgrijselijke jaren had verloren, was hij toch in Duitsland gebleven- als journalist kon hij zich niet uit de Duitse taalkring losrukken: "Dat is een van onze abnormaliteiten", had hij gezegd, "Die taal," en hij was teruggegaan naar de plaats waar hij geboren en getogen was. Hij hield zich bezig met het schrijven van artikelen en hij nam deel aan onderzoek. Daarbij was het hem gelukt, het materiaal te vinden dat nodig was, om de herstelbetalingen voor zijn zuster te verzorgen. Zij was in die jaren ook te lang in Duitsland gebleven, tot na de Duitse invasie in Frankrijk; toen was zij erin geslaagd met haar kind te vluchten, over Frankrijk en Spanje, en Palestina te bereiken. Haar man was de zwerftocht samen met haar begonnen, maar werd onderweg gearresteerd, in Lyon, en verdween Jaren lang werd haar gezegd, dat haar man niet "in 't Oosten" was geweest, en misschien wel in Frankrijk was gebleven; maar Oom Rolf bleef aan 't navorsen, tot hij eindelijk de naam van zijn zwager in de vele paperassen had gevonden, omgekomen bij een werkongeval, toen hij als een van de vele arbeidsslaven in een verffabriek werkte. Er waren geen getuigen, maar zo Stond het in de documenten Dat had het voor zijn zuster mogelijk gemaakt, de herstelbetaling te krijgen. Ze nam de som aarzelend aan, maar
ze besloot, het geroofde niet in handen van de moordenaars te laten, en ze voelde ook verantwoordelijkheid tegenover haar kind. Ze kocht een kleine woning in Rechawja, een wijk in Jeruzalem waar veel immigranten uit Midden-Europa wonen, en kreeg werk in Jeruzalem.
De trein vertraagde zijn gang en stopte weer. De grote stad. Amram liep naar de uitgang en vroeg een ambtenaar in uniform, waar de Hildesheimerstraat was. "Ga daar vragen," snauwde de man. "Daar buiten." Amram haalde zijn wenkbrauwen op. Moeder had hem altijd verteld over de opvoeding tot beleefdheid in dit land, en had hem daarin ook altijd een persoonlijk voorbeeld gegeven. "Blijkbaar," dacht hij, "bestaan die manieren alleen nog in Rechawja." Misschien was het alleen daar nog mogelijk, de deftige heren te zien, als ze elkaar op straat tegenkwamen, en de hoed afnamen: "Gu-ten Abend, Herr Doktor'" Hij liep naar buiten en nam een taxi. Hij ging de trappen van het "Unschuld Heim" op en ging de marmeren hal binnen Links bureaux, rechts een vijvertje met goudvissen en een fonteintje. Direct ontdekte hij zijn oom. Hij stond op de binnentrap, naar de ingang te kijken. Amram herinnerde zich hem goed Hij was al zeventig, maar de gelijkenis met Amram's moeder was onmiskenbaar. "Welkom!" riep Oom. Ze omhelsden elkaar en Oom leidde hem naar binnen. Een aantal oude mensen keek ze onverschillig na. Ze gingen een ruime kamer binnen, eenvoudig gemeubileerd. Een boekenkast die aan de woningen in Rechawja deed denken. Amram nam zijn cadeaux uit zijn koffer: een door de kunstschool in Jeruzalem geproduceerde Chanoekia, de achtvingerige kandelaar die op het Chanoekafeest wordt aangestoken, en een doos advocadovruchten. Oom zette de Chanoekia op een buffet en keek er lang naar: "Die doet me aan langvervlogen dagen denken," zei hij. "Heel lang vervlogen. Toen we allemaal .. kom, laten we daar niet over praten. Jammer dat je moeder nog niet kon komen. Kan ik haar 't volgend jaar verwachten7" "Tot nu toe is ze niet in staat de straten van dit land te betreden," zei Amram. "Misschien eens in de toekomst. Intussen... U weet 't wel." "Ik weet 't," zei Oom. Hoe was je congres7" "Heel interessant," zei Amram. "Ik was daar vier dagen, en verder hebben we drie dagen door Nederlandse boomgaarden rondgetoerd." "Kan het jou dus niet schelen, Duitsland te bezoeken7" vroeg Oom. "Wat zal ik u zeggen," zei Amram "Ik heb wel niet echt geleden, op de omzwervingen en de vlucht na, als kind van acht jaar Maar wat moeder voelt heeft natuurlijk zijn invloed ook op mij, dag in dag uit. En vooral ben ik vader niet vergeten, en ook niet dat hij a/s dwangarbeider in hun dienst is omgekomen." "Duitsland van vandaag is een ander Duitsland," zei Oom
"Natuurlijk Op 't congres heb ik met veel Duitsers gesproken. Geen enkele herinnerde zich het derde rijk, of zelfs de periode van Adenauer." De fluitketel floot op het gas. "Thee of koffie7" vroeg Oom. "Koffie, 't mag nescafé zijn." Oom schonk in, en Amram vroeg' "Hoe leeft U hier? Hebt u vrienden7 Ik stel me zo voor, dat dit tehuis voor ouden van dagen één grote familie is." "Hier is 't niet zoals in Israël. Daar is iedereen gemengd in andermans zaken. Hier let iedereen op zijn eigen hoekje, en weinigen hebben banden met de anderen. Daarom heerst hier zo'n goede geest. De meesten hebben kennisen in de stad. Ik ook " "Joden7" vroeg Amram "Ook Joden. Niet hoofdzakelijk Joden. Van de Joden, die hier vroeger waren, is er niemand meer over. Die er zijn, zijn uit andere landen gekomen. Er zijn er ook die uit Israël zijn komen overwaaien, daarvan sommigen onderwereld. Ik heb opgehouden, de Joden op te zoeken. Het grootste deel van mijn leven heb ik door mijn Jood-zijn alleen maar geleden " Er klonk een bel. Oom stond langzaam op, en Amram samen met hem Ze gingen de kamer uit. Uit de naburige deur kwamen een man en een vrouw. De man was een beetje aan 't kaal en dik worden en had slappe gelaatstrekken; de vrouw was mager, met vierkante schouders, met alles vierkant. Het paar maakte een lichte, stijve buiging, en Oom boog terug. Het paar liep verder. "Hebt U met hun burenrelaties7" vroeg Amram. "Nauwelijks. Ik heb geen burenrelaties nodig. Zo zijn 't nette lui. Ik ken niet eens hun volle naam. Baldur en nog wat. We groeten elkaar en één keer per jaar zeggen we gelukkig Nieuwjaar en vrolijk Kerstmis." "Zijn ze getrouwd?" "Vroeger was dat zo'n vraag die gesteld werd. Tegenwoordig stelt men geen vragen meer. Ik heb je gezegd, dit is een ander land, in alle opzichten, en men stelt geen vragen." "Ook niet over het verleden7" "Vooral niet over het verleden. Kom, laten we daar niet over praten." Ze gingen een ruime eetzaal binnen. Met hun mee kwamen langzaam en plechtig-af-gemeten, mensen en mensen en mensen. Meest oude dames, ook oude heren, en paren. En ineens deden hun ogen Amram denken aan de gesloten gordijnen van de boerderijen aan de spoorlijn Hier en daar een glimlach, een buiging, een groet; men ging zitten. Er viel een stilte. "Waar wachten ze op?" vroeg Amram. "Op het dagelijks gebed. Elke dag wordt er een licht en geïmproviseerd tafelgebed uitgesproken, vóór het middageten." Een weldoorvoede dame, met kleine oogjes, stond op, met een papiertje in haar korte handen. Zalvend las ze voor: "0 Heer, wij staan hier voor u als de in beken van zuiver water gewassen schapen, maar zondig voor u door de erfzonde. Vergeef ons in de geest van uw eniggeboren Zoon Jezus, gelijk wij waard zijn, want op
Uitgeverij Pegasus
DOE MEER MET
MINDER GELD.
H E M A
Actuele boeken over oorlog en verzet:
Opnieuw uitgegeven-
Gerard Maas: Terdoodveroordeeld Over het verzet in de Zaanstreek en het verblijf in de dodencel 312 pagina's, f 27,50
Offo Kraan / Jan Brasser Witte Ko, herinneringen uit het gewapend verzet 158 pagina's, f 23,75
Theun de Vries Wieken tegen de tralies Verzamelde verhalen over onderdrukking en verzet (1940 '45). De definitieve keuze van de auteur zelf uit zijn korte verhalen 332 pagina's, f42,50
Verkrijgbaar in de boekhandel. Pegasus, Leidsestraat 25, 1017 NT Amsterdam
Nieuwe kollektie verjongd en vernieuwd
fprrqallatuKi Speciaalschoenen Daar loopt u mee weg
met onze geklede Bandschoenen en modieuze uitvoering zacht leer in mode
De schoen die past als maatwerk levensvreugde verhoogt
Ook in Sportieve schoenen zijn wij ruim gesorteerd BIJ uitstek geschikt voor die
beroepen waarbij u zonder • voetklachten veel moet lopen
of staan Voorkomen is beter genezen Forma Naturaheeft voo
iedere voet de juiste leest Dat geldt voorde moeilijk
voet maar ook voor goede voeten
die gemakkelijk willen lopen en
goedeconditn willen blijve
o r m a
Amsterdam, Amsterdam, Den Haag, Groningen, Rotterdam, Hilversum, Utrecht,
Weteringschans 209, Linnaeusstraat81, Noordeinde 18, St. Walburgstraat 8, W deWithstraat9, 's-Gravelandseweg33B, NobelstraatIA,
tel 23 30 12 tel 65 39 59 tel 46 41 81 tel 12 18 97 tel 13 57 37 tel. 4 90 09 tel 31 10 51
Dé specialist ARCHIEFVERNIETIGING
J O B L I K OUD-PAPIERHANDEL
Vliegtuigstraat 8 Telefoon 155358-b.g.g. 822268
de terreinen der zonden zijn wij niet geweest.' "Dat is interessant," fluisterde Amram. "Wat7" "Die noodzaak om zichzelf te verzekeren, dat ze vlekkeloos is," ging Amram verder "Vind je dat raar7" vroeg Oom "Wel, kijk, over de hele wereld en in alle tijden, is een bejaard persoon natuurlijkerwijze een voorwerp van eerbied. En nou, op dit ogenblik, op deze plaats, toen ik deze groep mensen aankeek en naar dat gebed luisterde, werd het mij ineens duidelijk, dat ze allemaal op zo'n leeftijd zijn dat... dat..." "Je bedoelt... Nee. Niemand," zei Oom. "Misschien toch7" "Ik wil geloven, dat ze allen als de in beken van zuiver water gewassen schapen zijn," citeerde Oom "Dat wil zeggen, soms denkt U ook..." "Ik leef hier en nu," zei Oom vastbesloten. "Weten ze eigenlijk, dat U een Jood bent7" Oom kreeg een kleur: "Ze hebben er niet naar gevraagd en ik praat er niet over." Aan het eind van de maaltijd zei Oom-"Kom, we gaan naar de kamer voor een middagdutje. Om vier uur is hier wat te drinken, en dan gaan we de stad in." Voor de kamerdeur kwamen ze weer het paar buren tegen, die eveneens hun kamer betraden. Een woordeloze buiging. "Neem ou bijvoorbeeld dat paar," zei Amram. Hij zat met zijn Oom aan een glaasje wijn. De
beroemde Rijnwijn "Wie, mijn buren7 Wat is daarmee aan de hand7" "Hoe weet U waar die veertig jaar geleden waren7" "Veertig jaar7 Dat is een hele tijd. Toen waren ze zeker jong en lief " "Misschien jong en niet zo hef7 Sinds 't middageten laat dat onderwerp me niet met rust." "Waarom7" glimlachte Oom, en ging opgewekt door: "Laten we aannemen... misschien was ze een ambtenares. Ze ziet er streng uit. Ambtenares in een elektriciteitsbedrijf, bijvoorbeeld, en ze streek elke dag de betalingen op, en boete van wie achterstallig was. Om drie uur maakte ze de balans op, gaf de kas en de boeken aan de kassier over en ging naar huis om te inspecteren of het huiswerk van haar kinderen netjes geschreven was en of al hun broeksknopen dicht waren. Wat kan er nou verkeerd zijn met een ambtenares van een elektriciteitsbedrijf7" "En hij7" vroeg Amram. "Hoe stelt U zich hem voor?" "Hij7 Hij komt me voor als iemand die . laten we zeggen, winkelier was... iemand met een verfwinkel ." "Wie verzekert u dat hij geen wilde, dronken soldaat was?" vroeg Amram. "Misschien was hij een wilde, dronken soldaat voordat hij een verfwinkel kocht. Hij
komt me te teerhartig voor." ' "Teerhartig7 Dan was hij een opzichter van een magazijn van gestolen waren aan het Oostfront," raadde Amram, "die trouw de voorraad noteerde van de gestolen kunstvoorwerpen .." "We hadden afgesproken, dat we daar niet over zouden praten," zei Oom. "Juist. En het is ook juist, dat men altijd weer terugkomt... daarop. Ook als er sprake is van iemand die ik niet ken en die mij niet kent. En daar moest ik het me toch daarover hebben Al die mensen, die ik daarnet in de eetzaal heb gezien, zien er zo rustig uit, zo afgemeten. . hun ogen deden me denken aan de gordijnen voor de ramen van de boerderijen." "Wat bedoel je7" vroeg Oom, verbrouwe-reerd. Amram vertelde, wat de Hollandse fotografen hem aan de grens hadden verteld. Oom glimlachte: "Die Hollanders hebben je ertussen genomen. Dat is een ouwe mop. De Hollanders hebben de Duitsers uitgelachen sinds tientallen jaren vóór de bezetting." '"t Kan een mop zijn En toch. die gordijnen uit de mop, wat verbergen ze7" "Kom, laten we daar niet over praten," zei Oom
# * *
Het paar buren uit de kamer naast Oom Rolf stond weer rechtop na de beleefde buiging.
De meidagen na de capitulatie. 'Men mag aannemen dat vrijwel allerwege grote angst en verslagenheid hebben geheerst onder de Joden, hier en daar oplopend tot radeloosheid, ja tot paniek. ...van hun vlucht op de twee opengebleven uitwegen, de uitweg in den vreemde, de uitweg in den dood'. J. Presser.
IK « l u i Vf ll-AAf
fjujd*. ^ **** ~
Jut*
-1
A N D E R E H O T E L S S P R E K E N V A A K
VAN I I U N F A N T A S T I S C H E L I G G I N G . . .
.. W I J W I J Z E N DAIM G L I M L A C H E N D O P O N S U I T Z I C H T .
Het Lcidseplein. Hart van Amsterdam. Bel voor reserveringen 0 2 0 - 8 3 5 1 5 1 . Stadhouderskade 2 1 , 1 0 5 4 E S Amsterdam. %é ^ * ^ a . a . I I m. i AVornott Hotel
Ze gingen hun kamer binnen. "Dat maakt me dol," zei buurman Baldur Herzensgut. "Alsof ik hem in een van die jaren heb gezien " "In een van de goede jaren," zei buurvrouw Brunhilde Nelkenschmerz. "Maar waar. " Ze schonk een gele, sterke drank in. HIJ hief het glas op: "Prosit, Nelkie." "Prosit " Ze nam een teugje, en vroeg: "Ben je nog bezorgd?" "Misschien..." zei hij "Best mogelijk," zei zij. "En wat zou dat7" "Een van die..." "Je hebt je over niets bezorgd te maken. Jij was niet daar." "Waar was ik niet?" "Daar. Waar ik was. Daar ben je niet geweest " "Je was Ik weet 't. Je hebt 't me verteld. Wanneer heb 't je vaak verteld. Soms is 't prettig, er nog eens over te praten. We hebben daar grootse dingen verricht " "Denk je dat hij een Jood is?" vroeg de man, alsof hij wakker werd uit diepe overpeinzingen. "Wie?" "Onze buurman. Meneer Rolf Palmer." "Natuurlijk is hij een Jood," zei ze, en duwde haar onderlip minachtend naar voren "Hij denkt alleen maar dat men het niet weet. In ons land van tegenwoordig denkt iedereen, dat de andere 't niet weet, en de andere weet wat de eerste niet weet wat ze allemaal bij mekaar wèl weten. Hier ook, in 't Unschuld Heim. Daarom is 't hier zo goed " "Dus is hij een Jood?" "ledereen apart hier weet dat hij een Jood is en allen bij elkaar weten we van niets." "En over mij, wat weet iedereen7" "Wat valt er over jou te weten? Ze weten dat je daar niet geweest bent. Van mij weten ze niet, dat ik er wèl was. Voor wie 't weet, hoef ik niet bang te zijn. Daar heb ik voor gezorgd." "Hoe heb je daarvoor gezorgd?" "Dat heb ik je verteld. Toen ik na de oorlog onder arrest zat, kreeg ik een brief van iemand in Tel Aviv — dat ligt in Palestina — van iemand die me bedankte, dat ik hem gered had. Ik heb natuurlijk van mijn leven geen Jood gered — ik zou zoiets niet in mijn hoofd hebben gekregen — maar de brief heb ik ze in Neurenberg laten zien, en zo ging ik vrij uit Jaren later ben ik een kennis tegengekomen, een dame die samen met mij was, je wet wel, daar Ze vertelde me, dat ze een Jood had gered, voor diamanten die hij had verstopt — maar in plaats van haar eigen naam had ze hem mijn naam gegeven, uit wraak over iets wat tussen ons was voorgevallen — zomaar 'n liefdesruzietje en ze dacht dat, als de autoriteiten erachter zouden komen, ze mij zouden arresteren. De autoriteiten kwamen erachter — maar de verkeerde autoriteiten, zoals ik je heb uitgelegd, en inplaats van de doos in te gaan, kreeg ik een brief, dat ik zuiver was als de in beken van zuiver water gewassen schapen." "Maar ik..." Hij twijfelde nog. "Niets. Daar ben je niet geweest. Je was hier, als een onschuldige werkopzichter in een onschuldige verffabriek." "Natuurlijk." Hij uitte een zucht van verlichting: "Ik was een geslaagde opzichter. Ik heb goe
de dingen verricht Een elektrische leiding van de stad naar het nieuwe bedrijf. Iets geweldigs. Tientallen mensen heb ik aan 't werk gehad aan de lijnen, elke dag. Mensen en dwangarbeiders. Wat wil dat zeggen, tientallen? Honderden. We werkten in regen en vorst. Ik ben zelfs nat geworden, er zat een scheur in mijn regenjas1 De ingenieurs waren over mij in de wolken Ik was echt daar waar gewerkt werd, ook toen de arbeiders alleen de kuilen voor de hoogspan-nmgspalen groeven, en ook voor de telefoonpalen Een speciale telefoonlijn voor het bedrijf. Als 't vroor, werkten ze met houwelen. Ik werd gewoon moe van ernaar te kijken. In de regen werkten ze met schoppen. Soms stortte de kuil in de regen in; later zorgde ik voor houten steigers in de kuilen, en voor emmers om het water uit de kuilen te scheppen terwijl de dwangarbeiders in de kuilen werkten. Het was zelfs moeilijk, emmers te krijgen, maar ik kreeg ze. Maar de vrachtauto met 't grind... Nou weet ik het." "Wat weet je?" vroeg Brunhilde. "Het is me nu ingevallen," zei Baldur. "Zieje dat ik niet alles vergeet? Ik herinner het me Die man Ik heb 't je verteld. Dat geval met 't grind." "Wat is er met dat geval van 't grind?" "De gast van meneer Palmer." "Hoe kom je erbij'" riep zij uit. "Die is toch veel te jong " "Jong? Ja, jong. Niet zo jong. Maar wel jong. 't kwam me voor alsof ik hem zag." "Indertijd heb je me verteld, dat je hem gesmoord en kapot hebt gezien," zei Brunhilde Nelkenschmerz. "Hoe had je hem kunnen herkennen zelfs als je hem ontmoette?" "Dat heb ik je verteld. Zie je dat jij ook dingen vergeet? Ik heb 't je verteld! 't Was wel niet meer dan een Joodse dwangarbeider, maar juist hem heb ik een keer aangekeken. Alsof 't een mens was. Verdomde gevangene. Van die lui die ze ons uit Frankrijk hadden gestuurd. Ik liep dus langs de arbeiders heen. Allemaal werkten ze, met gebogen rug 'n Plezier om ernaar te kijken. En daar legde me die ene de schop neer. Een ogenblik maar. Ik had hem er een met de zweep moeten geven. Maar hij keek me aan Ogen .. ik heb ze niet vergeten. Echte ogen. Hij keek me aan... Wat wou hij van mij? Direct bukte hij zich weer over zijn schop. Verdomde Jood. Ik liep door. Toen ik hem weer zag, was er niet veel aan hem te zien. Een wiel van de grind-auto was door een weke plek in de berm gereden en weggezonken, de vrachtauto was omgeslagen en 't grind was op de kuil gevallen. Zonde van 't grind. Toen is die vent, die in de kuil werkte, onder 't grind begraven. Later ben ik op 't matje geroepen, wegens 't verlies van 't grind en de schade aan de auto, maar de ingenieurs prezen me bij de directie, en ik kwam eraf met een pluimpje om mijn vlijtig werk bij dat geval. Dat waren grote dageni Er was waardering voor het werk van een man. Ik stond zelf in de regen, toen de hijskraan de omgeslagen vrachtauto optilde, en zelfs toen de gevangenen het grind uit de kuil groeven. Twee ton grind Iemand stelde me voor, die kerel die daar had gewerkt, in de kuil te laten liggen, onder het gegoten beton, maar ik dacht aan het papierwerk dat me wachtte, en als ze de dooie niet zouden zien, zou me dat 't invullen van 't formulier
verzwaren. Daarom zei ik, hem voor identificatie mee te nemen, en ik heb hem zelfs gezien, zodat ik formulier 9384 kon invullen." "Wist je zijn naam toen ook?" "Ik denk 't wel Die ben ik natuurlijk al lang vergeten. Als 't maar in 't formulier stond " "Formulier 9384 — 'n heel werk om dat in te vullen," zei zij. "Mooi. Je hebt met toewijding gewerkt. Je bent een goede, trouwe ambtenaar geweest " "En na de oorlog is niemand met verwijten gekomen " Er kwam een glimlach op meneer Herzensgut's paffige gezicht. "Want daar ben je niet geweest," zei Brunhilde Nelkenschmerz." Jij hebt de dingen niet gezien, die ik heb gezien. Die ik heb gedaan, voor de vervulling van onze tientallen jaren oude droom." "Tegenwoordig weet men dat niet te waarderen," zei hij. "Ze storen ons alleen." "Soms vraag ik me af," zei zij. "Wat die wemelingen eigenlijk van ons willen? De Fransen hadden hun guillotine, en bij hun was dat een volksfeest. Wij hebben onze taak vervuld als een rustige, schone, ordelijke industrie. Zè ordelijk. Wat willen ze? Maar jij hoeft nergens voor bezorgd te zijn. Daar ben je niet geweest. Kom nu, lieveling, voor een middagslaapje, en dan zijn we om vier uur fris voor de koffie-met-koek en de slagroom."
* -X- *
"We hebben geen nieuws gehoord," zei Amram. "De hele avond." Hij stond op het station, de volgende morgen. De avond had hij met zijn oom doorgebracht bij een concert, en 's nachts had hij geslapen in een van de logeerkamers van het Unschuld Heim. Nu wachtten ze op de negen-uur-veertien, die Amram terug zou brengen naar Arnhem, aan de andere kant van de grens "Wat zou het, dat we geen nieuws hebben gehoord?" vroeg Oom Rolf verwonderd. "Het nieuws zou zijn leven niet veranderen." "Wat zou uw leven veranderen?" "Niets. Ik leef goed, tussen rustige mensen waar ik niets mee te maken heb en die me dus niet storen. Ik lees, ga uit, zie films en televisie. Soms een concert, zoals gisteravond. Nieuws? Voor mij is al het nieuws voorbij." De trein kwam het station binnen. De luidspreker kondigde aanwijzingen voor passagiers aan. Amram omhelsde zijn oom, ging een wagon binnen, vond een plaats en opende een raam Oom Rolf kwam naar het raam toe. "We wilden zo graag iets terugdoen," zei Amram. "Bij moeder is een kamer vrij — vrijgebleven sinds ik getrouwd ben. In Re-chawja kunt u uitkomen met Duits, met een krant en koffie-met-koek in 't café." "Oude bomen .." zei Oom. De controleur floot. "U hebt gezegd," zei Amram, "dat u uw hele leven er alleen onder geleden hebt dat u een Jood bent. Israèl is de plaats waar het een plezier is, een Jood te zijn." De trein kwam in beweging. 'Adieu1' riep Oom. "Tot ziensi" riep Amram Hij ging zitten, en keek naar het vlakke landschap en naar de boerderijen met de gesloten gordijnen
Met liefde en strelen in een nacht vol licht van zonnestralen en warmte werd ik verwekt.
Geteisterd en gewond als donder in een nacht die steeds donkerder wordt zo ben ik geboren
Door een nevelveld keek ik verbijsterd om mij heen en vroeg mijzelf waarom
Benjamin Flesschedrager (Peleg)
Mijn kleine zwarte koffertje
In mijn kast staat een koffertje Een klein zwart koffertje De koffer met mijn familie Het enige wat overbleef Past daar in.
In mijn kast staat een koffertje Een klein zwart koffertje Met vergeelde foto's en vergrijsde papieren Het enige wat overbleef Staat daar in.
In mijn kast staat een koffertje Een klein zwart koffertje Met herinneringen geluk en verdriet Het enige wat nog overbleef Stopte ik daar in.
In mijn kast staat een koffertje Een klein zwart koffertje Met jullie brief en wens Dat ik jullie maar niet zou volgen En in het kleine zwarte koffertje Stopte ik jullie brief.
Gunter Kunert Prinsengracht 263 - A n n e Frankhuis
Het mirakel heeft ons bereikt, het wonder ons geteisterd: Wij leven. Zodat wij niet vragen, hoezo wij en waarom zij niet meer.
Na alle moorddadige ongelofelijkheden nemen wij er hier ons gemak van. Heel wat hebben wij nodig, heel wat niet: van bepaalde gezichten zien wij graag af, namen konden wij noemen, als papier niet nu als vroeger schaars was en gereserveerd voor iets anders: ons zichtbaar zijn voor onszelf
Alleen daarvoor hebben wij deze hemel nodig, wat blauws, een paar flessen, een paar sterren, zon en regen, de Westerkerk koepel, het carillon, elk uur het begin van een melodie, die afbreekt, wij zijn er voor alle doden voor wie nergens een graf is behalve in ons geheugen.
vent. Eva Tas
Uit: Verlangen nach Bomarzo. Fischer Taschenbuch Verlag, Frankfurt a. M , 1981
Bij de tekeningen Uit de nog niet voltooide serie welke Clara de Jong maakte op het thema 'De tragedie van de Amsterdamse Joden '40-'45 publiceren wij op de omslag een detail uit de eerste tekening, voorstellende - mei 1940, de Duitse inval -Opmerking: de fascistische machten worden verder in de tekeningen aangeduid met donker getekende roofvogelachtige wezens De serie werd tentoongesteld in september 1983 tijdens de manifestatie tot behoud van de BKR in de Nieuwe Kerk te Amsterdam; de verklarende teksten bij de tekeningen publiceren we bij de afbeeldingen. Naast beelden van gebeurtenissen, de stad etc. werden ook teksten gebruikt, als brieven, de Duitse maatregelen e.d.; deze zijn voor ons bulletin door de noodzakelijke verkleining niet (geheel) leesbaar (oorspronkelijk formaat: 50 x 65 cm).
V
Optreden van de SA tegen de kooplui op de markt van het Amstelveld. Winkelruiten m de Jodenbuurt worden door de Hitlerjugend ingekeild, razzia's op het afgesloten Waterlooplein. Amsterdam antwoordt met de Februaristaking. De opgepakte Joodse mannen worden naar het conentratiekamp Mauthausen gestuurd. Na enige maanden komen de eerste doodstijdingen binnen.
Bezetting en bevrijding, bronsplastiek van Maria Glandorf, op verzoek van bewoners in de Bijlmer geplaatst Naar dia van B. van Bohemen.
}}ohn Rettich b.v Suède- en Nappakleding
Privé: Zacharias Jansestraat 17 hs Amsterdam-Watergraafsmeer Telefoon 020 - 351035
Showroom: Confectie Centrum, 3e toren, Beg. grond Kon. Wilhelminaplein 29, Amsterdam-W.
Telefoon 020- 174364
KELTUM PLEET
GOUD 8 ZILVER
UURWERKEN
OPTIEK
Vaal &~ T)rukher MAASSTRAAT 33 - AMSTERDAM - TELEFOON 793388
^ J L ^ DRUKKERIJ J h \ DE NOORDSTER B.V.
Dir. H. Van Heuvelen
Voor al uw drukwerk Handels Kantoor Reklame Familie
*Sinds 1905
Amsterdam-O. Schollenbrugstraat.22 Telefoon 020-65 52 01
Athenaeum Boekhandel een tuin in de wildernis
NIEUWSCENTRUM
Athenaeum Boekhandel
Spui 14-16, Amsterdam, telefoon 020 - 2339 33/226248
T B I D E M B . V . Import beenbekleding
voor dames-heren en kinderen
PRODUCTIEWEG 52 TEL. 071 -899245 ZOETERWOUDE - RIJNDIJK
T)eklantbkjft
'"Kalief bij Con&Verdonck Con & Verdonck heeft een uitstekende naam hoog te houden in de Perzische tapijtenwereld. Daarom, wat er ook gebeurt, de klant blijft kalief. En natuurlijk doer WIJ er alle moeite voor om u goed te adviseren Hoeveel perzen wilt u zien7
Tien, twintig, vijftig7^ Con & Verdonck ziet u graag komen.
Amsterdam-Den Haag-Rotterdam- Arnhem-
Eindhoven
De Joden worden nu in 3 Amsterdamse wijken samengebracht met de nog niet gedeporteerde Joden uit de provincie. Een stelsel van uitzonderingsgevallen (sperren en speciale lijsten) kon steeds minder mensen beschermen tegen deportatie. Lange rijen bij de kantoren van de Joodse Raad, om een stempel of om familie, vrienden uit een transport te krijgen. Berucht zijn de razzia's zomer '43, duizenden worden op het Olympiaplein en de Polderweg bijeengedreven.
Wij waren zondaren zowel als heiligen zo niet misdadigers en martelaren
Hij heet Charly. Zijn beweeglijkheid dreef hem ongedurig voort, nochtans stug als een snelwandelaar. In de crisis van '29 was hij uit Amerika teruggekomen naar Amsterdam, hopende er weer als diamantzager een baas te vinden. 'Ons vak', een luxe en gevoelig als een barometers stond heel vaak op slecht weer. Wanneer ik meeliep in het leger van werklozen ontmoetten wij elkaar, soms bij het stempellokaal, dan wel straatslijpend in zelfde of in tegengestelde richting. Op 11 februari '43 werd onze Sperr bis auf weiteres ontkracht. Voor een groot deel werden willekeurig namen van de Gesperr-tenlijst geschrapt. Wij pechvogels werden van huis gehaald en naar het concentratiekamp in Vught gevoerd, waar voor ons het 'Weiter' begon. De kleine eigenwerkmaker Bennie B. had op een zelfde zaaltje gewerkt als ik. Hij was een grote flinke man die voor een goede veertiger er toen gezond en sterk uitzag. Als lotge
noten, hij weduwnaar en ik zonder mijn vrouw en mijn zoontje (die dag net twee jaar geworden), trokken wij van uit de Hollandse Schouwburg broederlijk verder samen op. Wij hebben alles gedeeld wat wij hadden en kregen. Er was een speciale brigade opgericht en wij lieten ons er onmiddellijk bij indelen. Wij moesten de binnenkomende transporten begeleiden en assistentie verlenen. Wij droegen de kinderen die veelal angstig huilden (symbool van hulpeloosheid) en de bagage. Voor mij was het in het bijzonder belangrijk, want als de mijnen er bij mochten zijn, kon ik hen letterlijk opvangen. Bij de kindertransporten 6 en 7 juni was Bennie een van de drieduizend mensen die uit Vught en het leven verdwenen (Sobibor)
Vught Auffanglager
In april werd het Joodse kamp overbevolkt.
De provincie moest in de kortst mogelijke tijd 'Judenfrei' worden gemaakt. In plaatselijke en provinciale bladen werden zij per advertentie opgeroepen om zich naar het kamp in Vught te begeven. Er werd hun beloofd dat zij lijfgoederen ongelimiteerd mochten meebrengen. Zo gebeurde het dat de goedgelovige mensen wel zes tot acht koffers en kisten meer naar binnen torsten. Onnodig te zeggen dat zij er niets meer van teruggezien hebben. Het werd een invasie van voornamelijk buitenmensen uit de noordoostelijke en oostelijke provincies, handwerkslieden, winkeliers, boeren en veehandelaren met hun kinderen en oudjes, allen Joden, die lijdzaam gevolg hadden gegeven aan de oproepingen. Net als bij de aankomst van ons transport waren er totaal geen voorbereidingen getroffen. De barakken waar zij ingestopt werden waren onverwarmd, nat en onafgewerkt. Velen, vooral ouderen, kwamen op de gloednieuwe springveren matrassen te
BROOD - ZUIVEL - GROENTE - VLEES LEVENSMIDDELEN
yup0*, Nieuwendijk 175 - Leidsestraat76- Reguliersbreestraat 19
D. DRUKKER & Zn. N. V Sarphatikade 12,1017 W V Amste rdam
Ruwe- en geslepen diamant
MAASSTRAAT 27 AMSTERDAM - TELEFOON 641072
K M c v . drukkeri j uitgeverij
heiermann & co v. Hallstraat 685
Postbus 61175, 1005 HD Amsterdam Telefoon 020 - 840505
OFFSET - OFFSET ROTATIE
Alle illustratie, boek- en handelsdrukwerk
Prima kwaliteiten en service snelle levering
SCHNABEL official CSE™* service
Boendi
Hairstylist Dames en Heren
P C. Hooftstraat 89, Amsterdam Tel. 797993
J. MEERSCHWAM B.V.
AMSTERDAM-ROTTERDAM-BRUSSEL
Met de complimenten van
AMSTEL DIAMONDS
Amstel208 1017 AH Amsterdam
MORRIS AUSTIN
Uitdeuken - spuiten - moffelen Autoreparaties - revisie - doorsmeren
Tevens, financieringen, alle verzekeringen
'N LAAT ONS UW X AUTO VERZORGEN
Schnabel - 2e Boerhaavestr 17 - A'dam-Tel. 020-653126
B O B J M O S C O U
LEER BONT LAMSVACHT
Confectiecentrum 3.01.35 Koningin Wilhelminaplein 29,
1062 HJ AMSTERDAM (Holland) Telefoon 020 - 1 5 60 14*
liggen en probeerden warm te worden onder hun jassen en dekens en hadden hoeden op- en handschoenen aangehouden. Enige OD-ers en Bennie en ik van de treindienst werkten enorm hard om de koffers met kruiwagens van de poort aan de eigenaars te bezorgen. Een jonge blonde vrouw, die ons haar spulletjes had aangewezen, liep op een van de ritten met ons mee terug. We raakten in gesprek met haar. WIJ vroegen of zij niet anders had gekund met zo een licht uiterlijk. Zij had een voorbeeld kunnen nemen aan ons uit de grote steden in het westen, vooral na wat zich al bijna een jaar lang in Amsterdam had afgespeeld Zij haalde haar schouders op, waaruit wij konden opmaken: 'Wat dan, waarheen? Wat konden jullie doen?' en nog zo veel meer. Voor een andere, oude vrouw hadden we de koffers binnen gebracht Met een hartelijk gebaar stopte zij mij vijf gulden in de hand. Ik gaf ze haar ogenblikkelijk weer terug. '0, ik dacht dat dit het tarief was', stribbelde ze nog wat tegen. Wij keken elkaar aan, Bennie en ik. Met een biscuitje had zij ons rijkelijk beloond. Vermoeid na het sjouwen ploften wij neer op een der banken van de barak-eetzaal. Ook Charly kwam binnen en volgde ons voorbeeld. Zijn schoenen, een solide paar bergschoenen, schopte hij met een zucht van verlichting uit. Een grote platte kartonnen doos (stomerij-emballage) legde hij voor zich op tafel en maakte hem open Een stuk of acht rantsoenen kuch lagen er in heen en weer te rollen.
Met de Orde opgeknapt
Omdat wij op zekere dag niet langer doel- of werkloos konden rondhangen in het kamp, lieten wij ons bij de ordedienst inlijven, in het bijzonder om in de treindienst te kunnen blijven. Ik heb altijd wel een gloeiende hekel aan militair gedoe en bewakingsdienst gehad, maar gelukkig heeft de OD in Vught nimmer enigerlei rol van betekenis hoeven te spelen. Na vele beruchte uitgaande transporten, volgden even zovele reorganisaties. Transporten, aan stukgoederen werd meer zorg besteed dan aan ons mensen, die gedeporteerd werden De OD werd tenslotte tot tien man teruggebracht. Onze taak bestond uit het bewaken van de twee vrouwenkampen, het FKL en het Joodse vrouwen-lager Wij dienden er op te letten, dat er geen mannen, vooral kapo's, van het ertegenover gelegen z.g. Schutzhaft sluipend of wild zouden oversteken. We hebben nooit een overtreder gezien, maar ik zou het nog niet weten wat wij hadden moeten doen, wanneer wij iemand hadden betrapt. Op een mooie zomerse middag lagen wij een beetje te zonnen achter de barak. Omdat wij nachtdienst deden, konden wij alleen maar tussen ochtend- en middagappèl slapen. Chronisch leden wij aan tekort aan nachtrust. Om wat fit te blijven had ik na het middageten met onze uiteraard jonge mannen wat Niels-Bück-oefeningen doorgenomen en nu sudderden wij nog wat na. Van de Kommandantur kwam Charly in draf aangelopen Een eigen (ichaamstherapie Hij droeg een soort kastje. Verwonderd en nieuwsgierig ging ik rechtop zitten. Toen hij dichterbij gekomen was bleek het kastje een
groot radiotoestel te zijn Hij las de verwondering van mijn gezicht af. Hij vroeg of ik zin had met hem mee te gaan.dan zou hij mij de nieuwsberichten van de Engelse zender laten horen. Ik dacht dat hij pret maakte, immers, hier en in andere kampen en gevangenissen zaten mensen die naar 'De Zender' hadden geluisterd. Er waren ertoen die het luisteren met de dood hebben betaald Mijn verbazing werd nog groter. Ik ging toch in op zijn voorstel. 'Die moeten zeker hier uit dit kistje komen?, dacht ik te dollen. 'Als je wilt kun je met me mee. Ik moet dittoestel in de Werkstatte (werkplaats) laten repareren. Het is van de SS van de Kommandantur.' Het was niet meer te rijmen. Een Jood die van SS-ers een radio vanuit hun Arische burcht naar een rasreine monteur moest brengen om dat ding te laten herstellen. Voor ons was een radiotoestel verboden bezit en al twee jaar voordien 'onbeschadigd' ingeleverd. Nochtans was mijn nieuwsgierigheid zo aangewakkerd, dat ik besloot mee te gaan. We gingen getweeën op weg en kwamen aan de toegang tot het industrieterrein. Piet de poortwachter hield ons tegen. Deze uit eigen wil kaalgeschoren kapo was het prototype van een aan kampkolder lijdende antisemiet. Hij stapte uit zijn kleine cabine en kwam scheldend en vloekend op ons af, terwijl hij zijn grote op een koolraap lijkende kop als een kraaiende haan schuin omhoog richtte, of hij het niet tegen ons, maar tegen de Joden in het algemeen had. Ik begon al spijt van mijn avonturenzin te krijgen, maar Charly ontvouwde kalm, superieur, een stukje papier en toonde het Piet. Diens hysterische aanval, een uitslaande brand gelijk, schrompelde op slag als een strovuurtje ineen. Zonder verder een kik te geven, opende hij het hek en liet ons doorgaan. Nadat
"Wij waren zondaren zowel als heiligen, zo niet misdadigers en martelaren"
Guillaume Apolinaire
wij deze hindernis genomen hadden, vervolgden wij de tocht Het ging langs barakken waarin verschillende bedrijfjes voor de Wehrmacht werkten. In een van deze barakken, helemaal achteraan, moesten wij zijn Wij stapten er binnen en werden naar een klein lokaal verwezen. Er lagen en stonden vele radiotoestellen en brokstukken verstrooid en rijen dik opgestapeld langs de wanden Enige Haftlingen hingen er rond Zij gaven ee sublieme demonstratie, hoe je het bevel 'Bewegung' met een minimun van doen moest saboteren. Charly ging naar de voorman en gaf het toestel af. Van deze Holland
se kapo kregen wij toestemming om bij de uitzending te blijven, op eigen verantwoordelijkheid natuurlijk. Achterin stond een toestel aan. Alsof de aanwezigen op de aanvang van het programma hadden gewacht, slenterden zij er heen, streken neer en maakten het zich gemakkelijk Thuis hadden ZIJ het heel wat omzichtiger moeten doen. Charly duwde mij er ook naartoe en de jongens maakte een plaatsje vrij voor ons.
Geen rabbinaal toezicht
Nauwelijks hadden wij onze plaats ingenomen, of er stapte een lange magere SS-er binnen. Geen enkele formaliteit van melden of groeten werd in acht genomen. Het was de Kommandofuhrer Hendriks van 'De Philips', het commando dat vele honderden vrouwen en mannen omvatte. Deze mensen die alle drie lagers vertegenwoordigden werkten voor het Philipsconcern aan o.a. elektriciteitsartikelen (knijpkatten, transformatoren, enz. enz ). Ik zelf heb er een blauwe maandag koperdraad geëmailleerd. Het bleek echter een te zwakke draad te zijn om mij hechter aan het bedrijf gebonden te houden. Ik was hevig geschrokken van de groene lange lijs. Ik voelde mij in de fuik gevangen, temeer omdat wij tweetjes de enige Joden hier waren. Menige Joodse werkkracht had hij gedupeerd, uitgescholden en mishandeld. Hij stapte rechtstreeks naar het radiotoestel, dat ononderbroken duidelijk verstaanbaar bleef doorgaan met het programma van de Engelse zender. Hij wendde zich tot de voorman en na even met hem gepraat te hebben, misschien informatie naar het nieuws of afspraak, stapte hij weer naar buiten. Hij trok de deur achter zich dicht, maar daarmee waren wij nog niet van hem af In die deur bevond zich namelijk een opening van twee bij drie decimteer, precies op de hoogte van zijn hoofd De SS-er had er vóór post gevat en met de scherpe trekken en een lange spitse neus leek zijn witte isegrimmige Mephistokop als ingelijst. Charly en ik werden door de overige luisteraars gerust gesteld. De later door het Nederlandse gerecht veroordeelde SS-er stond hier op de uitkijk voor ons. Wanneer de uitzending afgelopen was, moest hem verslag er van uitgebracht worden. Wij verdwenen na afloop zo onopgemerkt mogelijk, na de voorman bedankt te hebben. In onze barak konden wij de zelfgehoorde moed en hoop gevende berichten van radio-Oranje doorgeven.
Er viel nog meer voor
We hadden de eerste wacht betrokken. Op de hoek van het Schutzhaft, tegenover het Frauen-K-Lager, achter de draadversperring, stond Joep de kapo van het crematorium. Tanig, lang en broodmager zou hij met zeis en zandloper in dubbele betekenis een karikatuur van de dood kunnen zijn geweest. Hij stond naar ons te wenken en maakte ons duidelijk dat hij een enorm groot pakket in het vrouwenkamp bezorgd wilde hebben. Er werd verteld, dat als Joep zijn luguber werk moest doen, hem enige li-
Thilène
Beethovenstraat 30 — Amsterdam Winkelcentrum, Binnenhof 35 — Amstelveen
Bekouw Mendes makelaars in assurantiën
Wij willen u helpen
nu en later, bij uw financiering en het treffen van de juiste voorzieningen voor de toekomst.
wettelijke aansprakelijkheid
hypotheek, brand, inboedel, diefstal, ongeval, auto.
onze service houdt niet op na het sluiten van de polis.
Bekouw Mendes Stadhouderskade 2
Amsterdam 020 - 555 6911
Huiskapsters opgelet!
Voor al uw professionele haarprodukten
• Permanent produkten • Haarverfprodukten • Haarherstellende produkten • Coup de Soleil produkten
DORITA'S BOETIEK Kinkerstraat 178 Tramhalte 7 - 17 Tel.: 020 - 164058 Amsterdam
See m morris bef ore you buy
y o u r r e o l
s h e e p s k i n
c o a t .
Uitgebreide sortering dames- heren-en
kinder suede-nappa-en
lamsvacht jassen.
Haarlem: Barteljorisstraat, Tel. (023) 312655 Amsterdam: Leidsestraat, (bij Koningsplein), Tel. (020) 223596
topsliop NIEUWENDIJK
1 1 5 AMSTERDAM *S 238128
Alodana i:.v. HANDSCHOENENGROOTHANDEL
SCHIPHOLWEG 1011 BOESINGHELIEDE
TEL 02505- 1673
ters spiritus (jenever) werden verstrekt, om zonder scrupules die ovens te kunnen bedienen. In het FKL hield zich een vrouw op, dicht bij het prikkeldraad. De afstand tussen de beide mensen was meer dan dertig meter. En wie anders was er om het varkentje even te wassen? Na over hekjes en struikjes geklommen te zijn pakte Charly het 3/4 meter lange pak van Joep aan en bracht het de wachtende vrouw. Het ding was zo kolossaal dat mijn dienstwillige vriend het maar met grote moeite door de afrastering kon wringen. De vrouw griste het weg en verdween er mee tussen de barakken Charly sloeg zijn handen langs elkaar: 'Zo dat heb ik even geklaard.' Joep had de gang van zaken gevolgd en bleef nog even staan. Wij gingen weer de lagerstraat in passen uitmeten en drentelden zijn richting uit. Tegelijkertijd naderde achter ons een dikke Haupt-scharfuhrer. Hij begon van afstand te schreeuwen: Hé Du Fernficker, was machst Du dort!' en reed ons voorbij naar Joep. Bij deze gekomen stapte hij van zijn fiets en sprak hem aan. De lijkverbrander, een man van jarenlange kampervaring had kennelijk met een kwinkslag geantwoord, want de 'hoge ome' stapte weer op en reed lachend verder. Charly kon gedurende de lange uren op wacht staan (per nacht twee maal twee uur)
stierlijk vervelend zijn. Wie niet? Wij hadden ook nog eens toevallig onze zorgen en verdriet. Toch, als hij op dreef was kon hij fantastische verhalen vertellen. Hij had namelijk enige jaren gevaren, naar hij beweerde. Op een donkere nacht hadden wij weer samen wacht, we hadden ons tegen de miezerige regen zo veel mogelijk in de zeildoeken capes verscholen en de puntkap diep over ons hoofd getrokken. Voor de poort van het FKL bleven we tegenover elkaar staan. Ter aanmoediging had ik net gezegd: 'Als de Grote Beer maar eenmaal op zijn rug ligt, zijn wij er weer doorheen.' Plotseling werd ik van achteren aangevallen. Een arm werd om mijn hals geslagen en als een strop aangetrokken. Ik dacht te stikken van benauwdheid. 'Krijg de zenuwen', liet ik gesmoord ontsnappen. Ik dacht dat het Leo was, een van onze jongeren Met Leo stond ik op een rustige, mooie avond op wacht, voor het andere vrouwenkamp. Het was nog licht. Met een wilde schreeuw sprong hij plotseling op mij af en drukte mij tegen het prikkeldraad. Om steun te zoeken had ik achter mij gegrepen en mij flink verwond. Hij was er zelf hevig van geschrokken. Ik begreep dat hij de frustraties kwijt moest en kon er niet kwaad om zijn. Bij het verlaten van de lagere school had ik een soortgelijk voorval meegemaakt. Onze meester, een grote flinke man, hield
toen een afscheidsspeech. Hij had onze klas minstens drie en een halfjaar bij zich gehad. Hij was tot tranen toe bewogen en met moeite ontsnapten hem zijn woorden. Plotseling gaf Gijs, een van de jongens, een rustige figuur, een harde schreeuw en schoot als een losgesprongen veer in de hoogte Het ging gepaard met veel rumoer. 'Dat had je niet moeten doen jongen!', zei meester Hogedoorn met van ontroering zachte stem. Leo, zeker vijftien jaar jonger dan ik, leeft nog, gelukkig. Ik zag Charly een paar passen langzaam achteruit schuiven, zijn hand en de helft van zijn arm uit de spleet van zijn cape omhoog steken. En, alsof hij een goede vriend begroeten wilde, verwonderd die hier aan te treffen, riep hij uit: 'Ha die Reinecker'' Rei-necker, de tweede kampcommandant, Sturmbannfuhrer met meer sterren op zijn kraag dan er die nacht aan de hemel stonden, had mij gelukkig losgelaten. Nu kon ik zien dat hij een wijsvinger op zijn dikke lippen legde en lispelde: 'Oppassen voor de kapo's' Ze bedreigen (?) de vrouwen!' En om ons te tonen hoe gemakkelijk die Vestaalse maagden te benaderen waren, klom hij als een eerbare janmaat in het want, tegen de muur van prikkeldraad op en sprong aan de andere kant over de aansluitende Spaanse ruiters op de grond. Even gemakkelijk als een eekhoorn tegen een boom op-
In de Hollandse Schouwburg aan de Plantage worden de mensen, die van huis gehaald, op straat opgepakt of een oproep ontvingen, verzameld, geregistreerd en in transporten ingedeeld om soms naar het kamp Vught, meestal naar het Durchgangslager Westerbork gestuurd te worden.
V I N N 3 OOV
U 3 § U I J 9 3 r a z j 3 A
N O D 3
rent, klauterde hij er weer boven op terug. Daar bleef hij even kruiselings zitten en nog wat doceren Vervolgens sprong hij naar beneden en verdween weer op zijn ouderwetse gymnastiekpantoffels, geluidloos als hij gekomen was.
De overval
Al dagen was er pakketsperr. Alleen de goddelijke broodsoep die wij er van lieverlede van gegeten hebben, moet ik even oproepen. Dat het manna ten dele ook uit illegale briefjes, stukjes zeep en misschien enige toiletartikelen bestond, hebben wij ons kritiekloos laten smaken. Een van die middagen moesten wij helpen. De vele binnengekomen en niet aan de geadresseerden bezorgde pakketten lagen hoog opgestapeld in het kamppostkantoor De door familie, vrienden en organisaties bij elkaar gebrachte levensmiddelen lagen er in verschillende pakketten reeds te bederven en te rotten. Met een platte wagen, die hoofdzakelijk voor vervoer van de etenske-tels werd gebruikt, moesten wij pakketten van het kantoor naar de keuken rijden. Wij hadden de eerste vracht opgeladen en gingen er mee op weg. De rit voerde langs de appèlplaats. Tussen de weg en het veld lag een brede strook van woekerend gras en struikgewas, het kreupelhout van berken en eiken.
Rovers en postkoets
Een paar van onze jongens en ik trokken aan de gareelbomen en een paar anderen duwden aan de achterkant. Friedlander, onze OD-commandant, die we nooit zagen maar die zich nu een beetje waar moest maken, liep achter het span aan. Tussen de planten 'bewogen' een vijftal mannen van het Schutzhaftlager Niemand vermoedde iets, maar het leek mij vreemd dat zij misschien naar eikels of beukenootjes zochten, de jonge boompjes. Dat was gelijk veren van een kikker willen plukken. Zij schenen heel geen aandacht aan ons te schenken, maar bij het weggedeelte waar wij hen moesten passeren, groepeerden zij zich bliksemsnel en stortten zich als één man op de wagen. Het werd net een filmscène waarin rovers een postkoets overvielen. Ze grepen een pakket en renden naar alle kanten ermee weg Een van hen had een enorm grote te pakken gekregen. Het leek wel de eerste prijs uit het rad van fortuin. Wij gedroegen ons niet als sherifs, maar bleven zijdelings en passief staan en genoten van de vertoning. Behalve Harry Treitel echter, een van onze jongsten. Waarschijnlijk had een pakket, vlak voor zijn neus, hem geïntrigeerd en nu was hij door de sensatie zo opgewonden, dat ook hij zijn slag wilde slaan. Hij greep een pak, stak het als een rugbybal onderzijn arm, kromde zijn rug en spurtte in de richting van de barak alsof hij om te scoren zijn vrachtje over en achter de trylijn wilde deponeren. Friedlander ging achter Harry aan, waardoor de tuiniers helemaal makkelijk konden verdwijn e n Harry, hoewel niet ingehaald, bleef staan. Je zag hem ais het ware denken. 'Quo Vadis7' Harry Treitel was een oersterke jongen, blo
zend van gezondheid Een die het ontginningswerk in het buitencommando spelenderwijs heeft aangekund. Bij onze aankomst in Birkenau kwam hij ook ongehinderd door de selectie. Onwetend op dat moment wat links of rechts gestuurd worden betekende. Dezelfde avond werden wij in blok 11, het zg. bunkerblok van het kamp Auschwitz, voor quarantaine ingekwartierd. De volgende dag reeds werd er bij Harry roodvonk geconstateerd en een andere jongen, eveneens één van de mensen uit het transport uit Vught, was verstijfd van spierkramp. Beiden werden, ten volle bewust nu van wat hun wachtte (de vorige avond was ons verteld wat de rook, stank en vlammengloed behelsden), op deze ook voor ons zwarte dag, de gaskamer ingejaagd. Ondertussen verscheen Charly ten tonele. Met een kruiwagen waarin open en bloot een groot pakket lag kwam hij vanaf de keuken aangereden. Met een suikerzoet gezicht passeerde hij de hele zaak. Voor de ingang van onze barak stopte hij en als een besteller haalde hij de buit uit de kar en stapte er mee naar binnen. Gelukkig was er geen SS-er op de gebeurtenissen gestuit en kwamen wij na een paar rustiger ritten in de barak terug. Balorig, omdat wij zelf niets hadden overgehouden van het avontuur en vermoeid, klommen WIJ op onze bedden, die zich achter in de slaapzaal bevonden Charly zat er reeds met het buitgemaakte en geopende pakket op zijn knieën, zijn ontvangst te tellen
Eerlijk heeft een koe gestolen
Meesmuilend en met jaloerse blikken keken wij toe. Juda, onze wachtcommandant, protesteerde verontwaardigd Hij zei dat Charly zich niet had mogen drukken, maar bij ons had moeten helpen en preste hem alles in te leveren om het te verdelen. Een beetje onredelijk, want wanneer Charly stukgelopen was, had hij er alléén voor moeten boeten. Ter verdediging beweerde deze dat hij niet geklauwd had, maar het van de kapo van de keuken had gekregen. (Eigen)handig of gegapt maakte voor ons niets uit. Wij gaven Juda gelijk en Charly begon zijn verworven heerlijkheden af te dragen. Een pakje boter maakte het een beetje moeilijk. Met alle tien vingers hield hij het voor zich, alsof hij een concertmo (kleine matrozenharmonica) bespeelde en bekende ons dat hij die voor zijn twee vriendinnetjes Roza en Rozine wilde behouden. Een van de jongens vroeg hem: 'Wil je soms je rozentuin besproeien?'. En omdat zonder zon geen rozen bloeien, werd de echte boter hem met algemene stemmen toegekend. De nieuwe commandant Grunewald accepteerde geen enkele door Joden uitgevoerde functie meer Ook de OD, hoe belangrijk onze taak ook was, werd geliquideerd en het buitencommando ingeschopt Op het wereldgebeuren had het niet de minste invloed en ook de vernietiging van tienduizenden Joden per dag in het Auschwitz-complex stokte niet de duur van een hartslag Toen wij naar buiten marcheerden, de eerste dag vooral, werden wij met spottende blik nagekeken door Saathof de Appèl-
fuhrer en Holz de superkapo, de Arbeitsein-satz Voor mij onderging het sterrenbeeld, de helder schitterende, verkwikkende Ori-on, die ochtend een verduistering Op het werk begonnen de wachtposten zich met ons te bemoeien. Normaal mochten zij dat niet, maar van tijd tot tijd hadden zij een verzetje nodig en konden zij nu ongestoord hun gang gaan. Wij, in het bijzonder de OD-ers, moesten boomstammen versjouwen. Die lagen er gerooid en gezaagd in stukken van ongeveer zes meter lang. Natuurlijk moesten wij de dikste met vijf man heffen en op de schouders nemen. Aan een zo'n stam stond Charly voor- en een ander achteraan. De drie mannen tussen hen in werden er onder uit geslagen en Charly kreeg met een rotting een felle striem over zijn kaalgeschoren hoofd. Fier strekte hij zich en zonder een gelaatsspier te vertrekken, marcheerde hij als een deelnemer van een parade vooruit. Wat een aanmoediging was zijn gedrag voor ons. Hij was een van ons; wij waren trots op hem. De wachtposten waren waarschijnlijk ook overbluft, want voor de rest van de dag hebben zij ons met rust gelaten.
Terug naar Auschwitz
Midden zomer '44 kwamen diamantbewerkers weer eens in de aandacht. Van de verschillende werkkampen die onder het (stief)moederkamp Auschwitz resulteerden, werden in totaal vijf en dertig diamantbewerkers als specialisten 'Facharbeiter' terug- en ondergebracht in een zaaltje van blok 7, het transportblok, in quarantaine. Wij kwamen in een periode dat de met-Joden, vooral Polen en Russen, strategisch werden teruggetrokken naar dichter bij Berlijn gelegen kampen. Op een ochtend stond een groep van deze mensen voor het blok in een lange rij klaar om te vertrekken Plotseling kwam Charly, van verkenning terug, op onze kamer. Met, we kunnen hem er haast niet zonder meer denken, een ingepakte doos. Hij riep enigen van ons, gezworenen, bij zich en ontdeed de doos van het papier. Daar lag de inhoud, brood, een rantsoen worst en een stukje margarine voor ons. Overhaast deelde hij het met ons en drukte ons op het hart, alles zo spoedig mogelijk met de verpakking en al te laten verdwijnen. Wantrouwig geworden vroegen wij naar de herkomst, maar hij gaf geen opheldering. Hij plaatste ons voor een fait accompli. Er was geen truc of andere manier van ongedaan maken, dan alles op te schrokken en het papier spoorloos te doen verdwijnen. Gelukkig wisten wij alles onvindbaar weg te werken. Gelukkig voor ons, want nauwelijks was alles verdwenen of er stormde een stoere jonge Poolse man bij ons naar binnen. Hij brulde dat hij zijn pakket kwijt was en woest en desperaat begon hij enigen van ons hardhandig te fouilleren en te ondervragen. Hij gooide het bedde-goed overhoop, zocht tot onder de hanebal-ken, maar vond niets meer en moest onverrichter zaken weer weg om elders verder te zoeken. Wat het voor de bestolene betekende konden wij niet meer in overweging ne-
Vervolg op pagina 35
27
Keesings Historisch Archief Méér weten over het wereldnieuws in minder tijd Aktueel Op de hoogte blijven van het wereldgebeuren is voor veel mensen een "must". Informatiebronnen zijn er genoeg, maar voor het wekelijks doorwerken van stapels kranten en tijdschriften uit binnen- en buitenland is veel tijd nodig. Tijd die vaak niet beschikbaar is.
Objectief Keesings Historisch Archief "zeeft" het belangrijkste nieuws uit binnen- en buitenland en presenteert dat in afleveringen van 32 pagina's, iedere 14 dagen. Daarin wordt beknopt, feitelijk en overzichtelijk weergegeven wat zich vooral op politiek en economisch terrein afspeelt Keesings Historisch Archief streeft naar een objectieve berichtgeving. Waar mogelijk worden de teksten van verklaringen, redevoeringen, rapporten, verdragen e.d. letterlijk weergegeven, aangevuld met de nodige achtergrondinformatie. De aanbiedingen in deze advertentie gelden alleen voor nieuwe
abonnementen
Elke twee weken De 26 twee-wekelijkse afleveringen kunnen worden opgeborgen in een praktische, fraaie opbergband. Al die geïllustreerde afleveringen vormen samen een waardevol en levend overzicht van de huidige wereldsituatie. De periodiek verschijnende, steeds bijgewerkte index, vormt de sleutel tot deze unieke informatieverzameling.
üw informatiebron Voor iedereen die op de hoogte wil zijn van de hedendaagse wereld is Keesings Historisch Archief onontbeerlijk, reeds 50 jaar. Ook voor bibliotheken, leeszalen en documentatieafdelingen is dit archief een dankbare en veelomvattende informatiebron. Door zijn beknoptheid, objectiviteit en gemakkelijke toegankelijkheid.
Een greep uit de jaargang 1983 Opec-conferentie mislukt Iran start "Dageraad" offensief. CDCI/CSU wint Westduitse verkiezingen. Opec verlaagt pnjs ruwe olie. Versobering in Frankrijk. Israëlisch-Libanees akkoord getekend. Rebellie tegen Arafat Craxi eerste socialistische premier Italië. Blank Zuid-Afrika voor
Botha's grondwet Machtsovername op Grenada. Plaatsing
nieuwe kernwapens in Europa.
! ï ü & s \ 'j :.,
Spec iaa l aanbod
Wanneer u zich nu abonneert op de jaargang '84 van Keesings Historisch Archief kunt u bovendien de complete jaargang 1983 ontvangen,̂ inclusief de fraaie opbergband voor slechts ̂ "yQ-|
i B o n voor een complete kijk op het wereldnieuws ÊT I 1 O n d e r s t a a n d e bon in enveloppe zonder postzegel ops turen naar m m . - f I
Uitgeverij Keesing. A n t w o o r d n u m m e r 2199 , 1000 PB A m s t e r d a m
Naam M e v r / H r l Straat I I 1
Pos tcode /Woonp laa t s I
Beroep/Onderwijsinstell ing
Datum I I 1 I 1 1
KEESING
Handtekening .
Wenst tot wederopzegging een j a a r a b o n n e m e n t o p Kees ings Historisch Archief, inclusief een fraaie opbe rgband , die ik ter kennismaking als kado ontvang Ik betaal per • jaar, ad f 190,-, inclusief B.T W. Dat betekent een voordeel van f 18,- op de normale
abonnementspr i j s van f 208.-. inclusief B T W U half jaar. ad f 98,50. inclusief B T W • O m d a t ik s tudent ben, m a a k ik gebruik van het s t uden t en -abonnemen t en betaal per
jaar s lechts f 177,75 • Bovendien wil ik gebruik m a k e n van het a a n b o d o m de gehele jaargang '83 aan te schaffen
voor de speciale prijs van [ 70.-, inclusief o p b e r g b a n d
Keesings Historisch Archief, J o h a n Muyskenweg 22, 1096 CJ A m s t e r d a m Telefoon 0 2 0 - 6 8 1 1 11
l
Jij.
Het Mozeshuis en de nieuwe Amsterdammers door Jan Ruiter
Onlangs werd op een school in Amsterdam een tekst van Anne Frank geschilderd In het Jeugdjournaal vertelde een van de kinderen van die school waarom deze tekst was aangebracht. De tekst was zo aktueel, vond deze leerling, omdat in deze tijd het fascisme en het racisme weer zo opkwamen. En het was goed mensen te blijven waarschuwen tegen die gevaren, want zoals vroeger de Joden het slachtoffer waren, zijn het nu de buitenlanders. Het Mozeshuis is een plaatselijk vormingscentrum in Amsterdam, dat al enige jaren bemoeienis heeft met o.a buitenlanders. In eerste instantie ondersteunde het Mozeshuis acties van buitenlanders. Het meest bekend zijn de asylverleningen van 1957 en 1980 geworden. De laatste jaren doet het Mozeshuis meer kaderkursussen etc. Tevens wordt een aantal eigen organisaties van buitenlanders ondersteund met raad en daad. Wanneer er sprake is van een 'minderheidsprobleem' is er ook sprake van een 'meerderheidsprobleem': wanneer je het hebt over het probleem van de minderheden heb je het tegelijkertijd over het minstens zo grote probleem van de meerderheid. Het is een samenlevingsvraagstuk. Er bestaan grote vooroordelen bij Nederlanders ten aanzien van vreemdelingen en hun gewoonten en kuituur; er bestaat grote onbekendheid over de redenen van hun aanwezigheid in Nederland en de achtergronden ervan. Bovendien valt met zorg te constateren, dat er, mede onder invloed van de verslechterende sociaal-economische omstandigheden sprake is van een groeiende vreemdelin
genhaat, zoals bovenvermelde leerling ook constateerde. Een deel van de bestaande vooroordelen, en een deel van de onbekendheid is weg te halen door Nederlanders te informeren over de achtergronden van buitenlanders, hun cultuur, religie, leefgewoonten, etc. Daarom is een nieuwe tak gegroeid aan het werk van het Mozeshuis: naast ondersteunen van acties en het geven van kadercursussen aan buitenlanders, zijn er ook de cursussen 'De nieuwe Amsterdammers' ontstaan, die erop gericht zijn Amsterdammers uit verschillende instellingen en beroepssectoren voorlichting te geven over deze 'nieuwe' Amsterdammers
De cursussen 'De Nieuwe Amsterdammer'
De titel geeft al aan: de onder ons levende buitenlanders zullen, ook al spreken zij zef de wens uit ooit weer eens terug te kunnen keren naar het thuisland, in overgrote meerderheid in Nederland blijven wonen. Uitgegeven is lang door velen (ook door de overheid) genegeerd, maar thans ziet men onder ogen: Nederland is een multi-etnische samenleving geworden en zal dat blijven. De onder ons levende buitenlanders zijn te beschouwen als nieuwe Nederlanders. En wanneer we spreken over buitenlanders in Amsterdam, spreken we dan ook van 'nieuwe Amsterdammers', hoewel: men behoudt veelal de eigen nationaliteit. De cursussen Nieuwe Amsterdammers, die het Mozeshuis organiseerde samen met de Taakgroep Migranten van de Raad van Ker
ken Amsterdam, en het Amsterdams Centrum voor Buitenlanders, kenden twee aanleidingen: In de eerste plaats wilden de organisatoren een aanbod doen naar diegenen die ten tijde van de asylverleningen in verschillende Amsterdamse kerken betrokken raakten bij de problematiek van buitenlanders en gemotiveerd waren om zich ook actief in te gaan zetten in de eigen wijk of buurt. In eerst instantie richtte de werving zich dan ook op mensen uit parochies en gemeenten. In de cursus moest in de eerste plaats de noodzakelijke achtergrondinformatie worden gegeven en besproken op welke wijze georganiseerd in eigen wijk of buurt verder gegaan kon worden. De tweede aanleiding raakt meer de visie van het Mozeshuis. Steeds wordt duidelijker dat het principieel en feitelijk onjuist is om de problemen van etnische groepen eenzijdig te benadrukken zonder tegelijkertijd te constateren dat er sprake is van een meerderheidsprobleem. De huidige economische omstandigheden hebben de tegenstellingen tussen buitenlanders en Nederlanders versterkt en aangescherpt. Maar dit wordt o.i. nog eens extra versterkt doordat de Nederlandse instellingen, maatschappelijke organisaties enz. onvoldoende rekening houden met en afgestemd zijn op het multi-culturele karakter van onze samenleving. Het eenzijdig leggen van verantwoordelijkheid tot oplossing van de problemen bij de buitenlanders en hun eigen organisaties zelf is dan ook een heilloze weg omdat, dit de kern van het probleem omzeilt.
Derhalve werd al tijdens de eerste cursus Nieuwe Amsterdammers, die hoofdzakelijk bemenst was met deelnemers uit het kerkelijk veld, besloten tot een tweede cursus, bestaande uit mensen uit de meest uiteenlopende disciplines en vertegenwoordigers van verschillende maatschappelijke organisaties. Verheugend is het te constatern dat voor elk van beide cursussen zich ongeveer 100 mensen opgegeven hebben. Gemiddeld waren er per avond een 40 deelnemers.
De toekomst
De grote belangstelling voor de cursus, de brede samenstelling van de deelnemers-groepen, de positieve reacties van deelnemers, de evaluatie, waarin de wenselijkheid van vervolg en de bereidheid tot medewerking werden uitgesproken: voldoende redenen om een vervolg voor te stellen Een eerste stap was het samenstellen en uitgeven van een cursus- of documentatie-
Zo zag Sander Harry Visser aan het werk voor de Anne Frankschool Vervolg op pagina 30
29
Herinnering
Het lijkt mij nog niet zo lang geleden, 1942. Toen de Insulindeweg nog zijn politiebureau en zijn zuigelingenzorg had, waar ik met mijn baby geregeld kwam, werd ik op een dag aangesproken door een mevrouw, ook met haar baby ZIJ had nog vier kinderen bij zich. Wij droegen allebei een ster; hij was nog nieuw. Zij vroeg mij of ik haar moeder een bezoek wou brengen. Ik was verbaasd, want ik kende die mevrouw en haar familie niet. Zij gaf mij een adres in de Benkoelenstraat. Ik ging er de volgende dag heen. Tot mijn verbazing was er een schoolvriend van mij uit Rotterdam. Hij was bij zijn moeder ondergedoken. Zijn vader was al een paar maanden geleden naar Westerbork gebracht. Zijn vrouw en kinderen hoefden nog niet. Ik ben geregeld bij mijn vrind en zijn moeder op bezoek geweest. Op een morgen, toen ik terugkwam van mijn werkhuis bij een dokter aan het President Steynplantsoen en ik wat hoorde van de Joodse Raad, waar die dokter voor werkte, ging ik door de Javastraat en zag op de hoek een man zitten met wat mensen om
zich heen Het was de vader van mijn vrind Ik informeerde en hij vertelde dat hij als ongeneselijk uit Westerbork naar huis was gestuurd. Zijn vrouw was niet thuis en zijn zoon deed natuurlijk niet open. Ik ben op de fiets gestapt en naar een van zijn dochters gereden Daar was zijn vrouw en ik vertelde dat haar man voor de deur zat. Zij ging toen gauw naar huis, bang dat er ruzie zou komen met de zoon, die thuis was Een paar dagen later werd er een briefje bij mij thuis gebracht of ik zo spoedig mogelijk naar de Benkoelenstraat wou komen. Toen ik daar kwam was er de ruzie waar de moeder al bang voor was. De zoon moest het huis uit, voor de vader Zij konden niet met elkaar opschieten. Er werd mij naar een ander onderduikadres gevraagd Ik had er een voor die vrind voor een paar dagen. Ik bracht hem persoonlijk en beloofde aan het eind van de week naar hem toe te komen Ook daar kon hij niet blijven. Hij vroeg mij of hij bij ons kon onderduiken. Ik beloofde hem dat met mijn huisgenoot te bespreken. De volgende dag ging ik hem halen. Wij kleedden hem aan als vrouw en gingen samen
naar mijn huis. De Kerstdagen waren bij ons thuis erg gezellig. Maar er was een dag dat hij een pianoconcert moest geven in Scheveningen. Toen hij terugkwam met een vrind, werd er een half uur later bij ons gebeld. Ik liet hem en zijn vrind op de WC en ging toen pas naar de deur. Daar stonden twee SS-ers. Zij vroegen mij of zij binnen mochten komen. Mijn baby huilde en ik ging hem halen. Intussen haalden die lui mijn kasten overhoop. Onderwijl heb ik die jongens bevrijd en weg laten lopen. Gelukkig was dat geslaagd. Die lui lieten mij een portret zien, maar ik zei dat ik die persoon niet kende. Gelukkig geloofden de SS-ers mij en toen zij hoorden dat mijn zoontje een besmettelijke ziekte had, zijn zij, na veel rommel achter te laten, maar weer weggegaan. De jongens waren naar Rotterdam gevlucht, maar mijn vrind is toch op transport naar Theresienstadt gegaan. Wij hebben hem nooit meer teruggezien
Esther van Geens-Flora
Vervolg van pagina 29
boek; 'De Nieuwe Amsterdammers'. In samenwerking met de Populier werd zomer 1983 het boek samengesteld. Het boek omvat niet enkel het meest relevante cursusmateriaal, maar de organisatoren geven ook hun visie op het minderhedenvraagstuk. Uit een recensie in Het Parool (12-11-83) citeren wij: 'Het is een moedig boekje, dat, zonder de zaken te verdoezelen, uitgaat van de realiteit. Illegalen bv., in de zin der wet bestaan ze niet, maar ze zijn er wel.' In het boekje wordt niet enkel aandacht besteed aan de grootste groepen buitenlanders maar ook aan de kleinere groepen (Ghanezen, Eritreers, Fillipino's etc). Deze dreigen vaak in een vergeethoek terecht te komen, evenals zigeuners. Ook aan deze laatstgenoemden wordt aandacht besteed' immers, het gehele vreemdelingenbeleid van Nederland laat zich toetsen aan de wijze waarop wij omgaan met deze groep die het minste in onze samenleving wordt gerespecteerd en geaccepteerd. Het boek is zeker niet alleen geschreven voor deelnemers aan de cursus, maar ook voor andere geïnteresseerden en mensen die in hun werk veel met buitenlanders te maken hebben. Het bevat 150 pagina's en is te bestellen bij het Mozeshuis voor f 15,— (inclusief verzendkosten) Waterlooplein 57, 1011 PB Amsterdam, tel. 020-221305.
De cursussen De nieuwe Amsterdammers moeten geen geïsoleerd en kortstondig ge
beuren zijn. De cursussen zijn dan ook meer een startpunt geweest. De tweede stap werd een wijkgericht aanbod. Dit heeft twee grote voordelen. In de eerste plaats de bereikbaarheid en in de tweede plaats kan de cursus concreter worden toegespitst op zaken die in de wijk spelen en kan er gemakkelijker contact gelegd worden met groepen buitenlanders in de wijken, wat kan resulteren in ontmoeting en verdere samenwerking In 1984 zullen in drie wijken van Amsterdam cursussen Nieuwe Amsterdammers gegeven worden- in Noord, Oost en Holen-drecht. Hoewel op dit moment de werving nog in volle gang is, kan reeds gesteld worden dat de belangstelling voor dit wijkgerichte aanbod groot is. Daarnaast vindt er in het Mozeshuis een 'vervolgcursus' plaats voor hen die aan de eerste twee cursussen Nieuwe Amsterdammers hebben meegedaan. Dan zal met name op thema's ingegaan worden die te maken hebben met het dagelijkse leven van buitenlanders.
Uitdaging
In alle cursussen wordt aandacht besteed aan de toenemende vreemdelingenhaat. De Nederlandse samenleving is rijk geschakeerde en juist omdat dat zoveel problemen met zich meebrengt moeten daar velen vanuit verschillende invalshoeken meer naar kijken. Het racisme is een van deze problemen en dat roept, omdat het zo schrijnend is, ver
ontwaardiging op. Het lopen onder een spandoek of een ander blijk van verontwaardiging is een eerste stap. Maar daarna moetje mensen ook aanspreken op de zakelijke kant van een en ander. Naast solidariteit met de meest bedreigde groepen in onze samenleving moet je komen tot goede voorlichting: achtergrondinformatie voor al die mensen die in hun werk en vrije tijd, in buurten en wijken en kerken te maken hebben met buitenlanders. De cursussen richten zich dan ook direct hierop. Het is geen poging tot bekering van notoire racisten, maar een poging om mensen te informeren over achtergronden van etnische groepen, om positieve oplossingen voor de bestaande problemen te zoeken. Feitelijk begint daarmee nu pas op gang te komen, wat ongeveer vijftien jaar geleden al had moeten lukken. Soms is er alle aanleiding tot zorg en pessimisme. Maar zonder ook nadruk te leggen op positieve elementen (af en toe zien we goede relaties ontstaan; er zijn ook voorbeelden te noemen van hoe culturen elkaar over en weer verrijken, enzovoorts) wekt men licht de indruk dat men bezig is op een zware, moeilijke en doodlopende weg. Zonder optimisme zullen we er niet komen: we moeten er komen want we hebben geen andere keuze. De buitenlander is een nieuwe Nederlander geworden. Dat is een uitdaging, zowel vor de Nederlander, als voor de nieuwe Nederlander. Maar ook een voor het Mozeshuis
•
Treinen naar de hel Amsterdam, Westerbork, Auschwitz
Het dagboek en de brieven van Etty Hille-sum hebben tot vele reacties aanleiding gegeven, van de onvolwassen, met een totaal gemis aan invoelingsvermogen geschreven reactie van mevr. Boas tot aan de reactie van prof van het Reve die intellectueel de plank geheel missloeg. Op al die reacties nu heeft dr. J. W. van Hulst een ontroerend antwoord gegeven in zijn boven aangehaalde boekje. Treinen naar de hel. Vele lezers van dit blad kennen die treinen. We hebben ze elke week in Westerbork met angst zien binnenkomen en we zijn erin gedeporteerd. En wij die dit nu kunnen lezen, kunnen en moeten er over praten Zoals ik kort geleden in een essay van Martin van Amerongen las (in de bundel Israël, een blanco cheque7): 'Joden kun je wel uit het concentratiekamp halen, maar het is onmogelijk om het concentratiekamp uit de Joden te halen.' Het concentratiekamp is inderdaad niet uit ons te halen. Evenmin als de vraag: Had dit alles voorkomen kunnen worden, en heeft
Nederland geweten wat er stond te gebeuren en wat er uiteindelijk gebeurd is? Wat wisten de kerken, wat déden de kerken7
Dr. Van Hulst, o.a. bekend geworden als directeur van de Hervormde Kweekschool tijdens de oorlog, de school tegenover de 'Schouwburg', de man die zoveel Joodse kinderen heeft helpen ontsnappen en die tot voor kort fractievoorzitter van het CDA in de Eerste Kamer was, is uitermate bezorgd over datgene wat de kerk gedaan heeft. Met name is hij bezorgd over datgene wat de kerk nagelaten heeft te doen. Met een bewonderenswaardige eerlijkheid zegt hij: 'De vraag of er na Auschwitz überhaupt nog christelijke theologie mogelijk is, wordt gelukkig de laatste jaren door velen met klemmende ernst gesteld.' In dat zelfde hoofdstuk getiteld 'De theologie vóór Auschwitz' gaat de schrijver o.a. in op het feit dat in zijn algemeenheid de kerken wel getracht hebben iets voor de tot het christendom overgegane Joden te doen, maar vrijwel niets gedaan hebben voor de Joden in het alge
meen. Hij noemt enkele namen van kerkelijke leiders die wél iets gedaan hebben, zoals Berkhof, Buskes, Miskotte, Horreus de Haas, Kroon, Stufkens en anderen. "Van meet af aan hebben de kerken onderscheid gemaakt tusesn gedoopte en niet-gedoopte Joden. Nog in oktober '43 spreekt (een) herderlijk schrijven over 'de tijdelijke verharding der Joden' omdat zij Christus niet aanvaarden." Einde citaat. Zijn analyse beperkt zich niet tot het Nederlandse christendom Van Hulst onderzoekt, alweer aan de hand van Etty Hillesums dagboek: 'Hebben de Joden het geweten7' Zijn conclusie: 'Voor de Joden, die schrijver dezes op de Amsterdamse Plantage Middenlaan in en om de Joodse schouwburg heeft gesproken was Polen het symbool van een wreed einde.' 'Als we naar Polen gestuurd worden is het met ons afgelopen'. Volledigheidshalve moet opgemerkt worden dat vele Joden dit niet hebben kunnen of willen in-
Vervolg op pagina 35
Eenmaal in de Schouwburg... Het was er overvol, sommigen wisten hun verblijf daar weken te rekken, anderen werden snel doorgestuurd. Middenonder, een brief van een oude (op straat opgepakte?) vrouw aan familie met het verzoek om warme kleren...
ISRAËL AIRLINES In samenwerking met
gaan wij zeker iedere week n a a r l 5 f t A < L Als u plannen hebt in die richting,kies dan ook voor één van onze vrije groepsreizen. U kunt ons bellen of de bon invullen
Wij kunnen voor gesloten groepen reizen naar uw wensen samenstellen. Vrijblijvende offertes.
# Transferkosten per privé auto of sherut op aanvraag.
* Vele mogelijkheden voor één- of meerdaagse tours door Israël.
STUDENTEN- EN SCHOLIERENRETOURS (vraag onze speciale tarieven)
Isfc '- > e n geïnteresseerd en verzoek ö per omgaande volledige inlichtingen. <
z naam adres ^ plaats v telefoon &
IN ET WORLD TOURIST ORGANIZATION ANTWOORDNUMMER 9.
I 1000 RA AMSTERDAM
( KAN ONGEFRANKEERD IN OPEN ENVELOPPE WORDEN TOEGEZONDEN )
Folders en inlichtingen bij:
NET WORLD TOURIST ORGANIZATION Rokin 9-15, 1012 KK Amsterdam Tel. 020 - 243350*
Wij verzorgen al uw reizen over de gehele wereld.
Het gemeenschapsgebouw staat er nog.
Werkdorp 'Nieuwesluïs' door J . W . Reutl inger
In het september/november-nummer stond een bericht 'Westerbork' Daarin werd een kort verslag gegeven over de algemene vergadering van de vereniging 'Ingezetenen voormalig kamp Westerbork'. In het bericht stond onder meer: 'enkele oud-Westerbor-kers hebben dezelfde dag een bezoek gebracht aan het gebouwtje dat van 1934 aftot het Joodse Werkdorp in de Wieringermeer hoorde ' Wat was dit voor een kamp7 Ik heb daar van 1937 tot de opheffing in maart 1941 vertoefd en wil u hier iets over dit kamp vertellen. Met het aan de regering komen op 30 janau-ri 1933 van Hitler begon in Duitsland onmiddellijk de Jodenvervolging. Dit had een eerste vluchtelingenstroom tot gevolg. Deze stroom bereikte in 5 jaar tijd een totaal van 13.000 vluchtelingen Een van de eersten die deze tragedie volledig begreep was professor George van den Bergh. Hij begon spoedig contact op te nemen met de toenmalige Nederlandse regering, teineinde deze te bewegen toestemming te geven tot oprichting van een kamp waar Joodse vluchtelingen konden worden gehuisvest en waar ze gelegenheid zouden krijgen tot herscholing voor een ambacht. De bedoeling was hen in staat te stellen te emigreren en een nieuw leven op te bouwen. Nadat hiervoor toestemming verkregen was, werd in februari 1934 een Stichting opgericht, genaamd 'Joodse arbeid, Stichting tot opleiding van Joodse uitgewekenen'. De Stichting kreeg van de regering toestemming en medewerking om in de pas drooggelegde en in cultuur gebrachte Wieringermeerpol-der een Werkdorp te vestigen Begin maart 1934 werd daarmee een begin gemaakt. De eerste 20 jonge mensen, Joodse vluchtelingen die reeds in Nederland verbleven, begonnen aan de opbouw van barakken, een meubelmakerij en een smederij Later werd dit steeds meer uitgebreid en bestond het kamp uit 16 barakken die in een halve cirkel lagen, 2 (houten) huizen en een boerderij. Er werd een groot stenen gemeenschapsgebouw door een daartoe op
geleide groep vluchtelingen gebouwd dat in maart 1937 gereed was. Dit is het enige gebouw uit die tijd dat er nu nog staat. Nu is daar een landbouw-proefstation gevestigd (onderdeel van de Landbouw Hogeschool te Wageningen). In het totaal kregen ca. 750 vluctelingen daar een meestal 2 jaar durende opleiding in landbouw, tuinbouw, meubelmakerij of smederij. De bouwvakopleiding hield op met het voltooien van het gemeenschapsgebouw. De meisjes kregen een huishoudelijke opleiding met enige mogelijkheden een tijd in de tuinbouw, bijeenteelt of veeteelt te helpen. In de landbouw en veeteelt waren de meeste jongelui in opleiding Daartoe was ca 213 ha. landbouwgronden gepacht Tot het uitbreken van de oorlog hadden ca. 450 praktikanten het kamp verlaten en waren geëmigreerd. Een groot deel daarvan ging naar Israël (het toenmalige Palestina), de overigen naar Noord- en Zuid-Amerika, Zuid-Afrika, Engeland en andere landen In het Werkdorp waren, behalve de bovenbeschreven opleidingen, ook mogelijkheden om talen te leren met het oog op emigratie Er werd daarvan veel gebruik gemaakt, vooral Ivriet en Engels werd geleerd. Ook werd er veel aan sport gedaan, en in de zomermaanden werd er veel gezwommen, zowel in het kanaal vlakbij als in zee, slechts een uur fietsen van het kamp verwijderd Met de inval van het Duitse leger in Nederland zaten 300 in opleiding zijnde Werkdor-pers in de val. Opnieuw in handen van deze doodsvijand, die ze net met veel moeite waren ontvlucht Pogingen van enkelen om vanaf de Noordzeekust per boot alsnog te ontsnappen, mislukten allemaal. In het begin werd het kamp ongemoeid gelaten en men dacht dat het toch nog mee zou vallen. Evenwel verschenen op 20 maart 1941 plotseling 7 bussen van de Amsterdamse G-hjn, vergezeld van auto's met daarin enkele Duitsers in civiel waaronder Klaus Barbie. Kort daarna kwam Lages in vol ornaat de zaak completeren Schreeuwend en tierend deelde hij mede dat het
Werkdorp ontruimd zou worden. Maar er was een groot aantal paarden, koeien, kippen en konijnen en natuurlijk stonden er ook gewassen te velde; 62 praktikanten mochten daarom tijdelijk achterbljven. Zij verlieten eind Juli 1941 het kamp, waarna ze veelal op de boerderijen gingen werken. De 240 werden naar Amsterdam gebracht en tot aller verbazing in de diamantfabriek As-scher vrijgelaten. Voor zover dit mogelijk was, werden de vrijgelatenen bij familie ondergebracht. De overigen, het grootste deel, werd bij Joodse families opgenomen, die onmiddellijk bij het horen wat er gebeurd was, hun gastvrijheid aanboden. Voor vele van deze families zou dit een ramp worden.
Als represaille op twee aanslagen besloot de bezetter 300 Joodse jongeren op te pakken en naar het beruchte KZ Mauthausen te deporteren, waar zij allen op gruwelijke wijze werden vermoord. Het oppakken gebeurde op 11 juni 1941, nadat Klaus Barbie bij de leiding van de Joodse Raad de adreslijsten van de voormalige Werkdorpers in handen had weten te krijgen door voor te wenden dat men de Werkdorpers weer terug zou brengen naar de Wieringermeer. Bij deze actie werden 557 Werkdorpers gearresteerd. Velen waren bij deze bliksemactie niet htuis of wisten zich te verbergen. Bij deze gelegenheid werden vele mannelijke leden van de gastfamilies, die de gezochte leeftijd van 18 tot 35 jaar hadden, eveneens gearresteerd om zo aan de vereiste 300 personen te komen De overgebleven Werkdorpers konden zich redelijk staande houden. Een deel werkte bij de 'Nijkerkschool', hoofdzakelijk de smede nen meubelmakers. Een ander deel, de tuinbouwers werkten op een ter beschikking gesteld stuk land, eerst in Sloten en andat ze daar niet meer welkom waren, achter de oude Joodse begraafplaatsen, bij het Nieuwediep. De rest werkte waar zich werkgelegenheid voordeed. Toen
'Zo ben je daar'
Vlucht voor de Russen, Reichenbach; Tekening van Atie Siegenbeek van Heukelom.
Ja, ze is er weer Tineke, ze is altijd onder ons geweest. In haar boek komt ze levensgroot te voorschijn zoals velen haar kenden en kennen' een moedige, fidele meid! Opnieuw brengt ze ons terug in de donkere jaren van angst en terreur: de bezettingsjaren i Haar aandeel in het verzet (als negentienjarig meisje) haar arrestatie, haar verblijf in gevangenis, in Einzelhaft of met andere moedige vrouwen en soms ook met een verraadster in haar cel. Begin januari 1944 werd zij naar Vught gebracht. Toen zat ondergetekende er al bijna een jaar. Vanaf die tijd lopen onze ervaringen vrijwel parallel. Zij vertelt over kleine en grote voorvallen, soms amusant (humor was nooit verdwenen), maar er waren meer treurige dan leuke dingen te verhalen Overheersend in haar herinnering is het 'Bunkerdrama'. Voor dit blad schreef ze in 1967 een verslag. Het was toen de eerste maal dat zij zich over dit afschuwelijk gebeuren kon uiten, 23 jaar na dato. 15 januari 1944 Cel 115, oppervlakte 9 vierkante meter, hoogte 2V2 meter 74 vrouwen werden als straf in deze kleine ruimte geperst. In de cel daarnaast de overgebleven 17. Deze vrouwen werden gestraft omdat zij zich solidair hadden verklaard met hun gestrafte barakleidster, Non Verstegen. In één nacht werden enkele vrouwen krankzinnig en een tiental anderen vonden de dood; ZIJ werden letterlijk vertrapt Het was en blijft een nachtmerrie voor al diegenen die erbij betrokken waren Ook voor Tineke blijft het een trauma. Alleen dit verslag rechtvaardigt de aankoop van haar boek. Hoe het haarverderging? Het dagelijks eentonig leven in Vught, haar werk bij Philips, het transport van de laatst overgebleven vrouwen uit Vught naar Ravensbruck (begin september 1944) Vandaar naar Reichenbach (Sportschule). Daar kruisten zich opnieuw onze wegen Ikzelf was namelijk ook 16 maanden in Vught, werkte ook voor Phi
lips en ging 3 juni 1944 met het laatste transport Joodse vrouwen uit Vught naar Birkenau (vrouwenkamp Auschwitz), vandaar naar Reichenbach, waar we voor Telefun-ken werkten. Tineke vertelt over de rampzalige evacuatietransporten met hun duizenden doden Het gesleep van de uitgeputte gevangenen van kamp tot kamp: te voet, in veewagens of in open kolenwagens We niet verder kon werd zonder pardon neergeschoten. Tenslotte de bevrijding door Amerikaanse soldaten. 'You are free, go to town ' Zij ging niet alleen naar de stad, maar heel bewust richting Holland, eindelijk na ruim twee jaar naar huis1
Ze was er weer, thuis, liefdevol ontvangen door haar moeder, familie en vrienden Dit
was haar bevrijding; voor de meesten van haar Joodse vrienden was er geen hartelijke ontvangst, er was niemand meer. De tekeningen in het boek (van Atie Siegenbeek van Heukelom) zijn van een treffende eenvoud, dikwijls sprongen de tranen in mijn ogen. Tineke schreef haar ervaringen na 35 jaar op Ook zij kwam tot de conclusie dat vooral de jeugd kennis dient te nemen van de misdadige praktijken van de nazi's
Eva Furth-Halverstad Tineke Wibaut-Guilonard Zo ben je daar, met tekeningen van Atie Siegenbeek van Heukelom Uitgeverij Ploegsma Amsterdam. Prijs f 27,50
ICODO-gids De Stichting ICODO (Informatie- en Coördinatie-Orgaan Dienstverlening Oorlogsgetroffenen) heeft een Gids voor materiele en immateriële hulpverlening aan oorlogsgetroffenen uitgegeven. Het lijkt een droog, het is een praktisch werkje. Het bevat een opsomming van wetten en regelingen, van stichtingen en instellingen voor hulpverlening en dit beroeps- en vrijwillig, iets over belangenorganisaties en tot slot iets over de problematiek. Men kan dit verwijsboekje, dat een wegwijzer wil zijn in de hulpdoolhof, aanvragen bij de Stichting ICODO, Willem Ba-rentszstraat 31c, 3572 PB Utrecht. Tel. 030-730811.
Vervolg van pagina 33
op 15 juli 1942 de transporten naar het oosten begonnen, doken de eersten onder Na de grote razzia's in Amsterdam-centrum, -oost en -zuid waren ook alle Werkdorpers verdwenen. Velen gingen op transport en 81 doken onder. Van de laatsten zijn er 10 gepakt en omgekomen Van de getranspor-teerden keerden 37 terug. Dat het aantal overlevenden redelijk gunstig was, is te danken aan het feit dat voor een aantal de arrestaties aan het naderende einde van de oorlog plaatsvond Ook de keuze tusen deportatie of verzet speelde daarbij een rol. Velen zloten zich aan bij het verzet van de 'Palestina-pioniers' Enkelen kwamen via hun onderduikadres
sen bij het Nederlandse — niet uitsluitend Joodse — verzet terecht, o.a. bij de Westerweel-groep. Anderen die in het kamp Westerbork zaten, richtten daar een verzetsgroep op. Ook hierdoor konden meerderen ontvluchten. Na de oorlog bleven ca. 20 van hun in Nederland, de overigen vestigden zich in andere landen, hoofdzakelijk in Israël en Amerika U kunt dit alles uitgebreid lezen in het kort geleden verschenen boek van Drs. H. B. J. Stegeman en Drs. J. P. Vorste-veld 'Het Joodse Werkdorp in de Wieringer-meer 1934-1941', met daarin een bijdrage van mij, over mijn Werkdorp-ervaringen gedurende de periode 1937-'43 Het boek is uitgegeven door de Walburg Pers onder auspiciën van de 'Stichting voor het bevolkingsonderzoek in de drooggelegde Zuiderzeepolders' Het boek bevat 104 foto's en kost f 39,50 (gebonden).
J. W. Reutlinger
Antisemitisme ook nu
Men leest het op muren en in de ICODO-gids over oorlogsgetroffenen: mensen die Bergen-Belsen hoe dan ook overleefden of die nog de barakken van Birkenau voor zich zien, liggen wakker van weer opduikend of brutaal, gewoon antisemitisme Menige Nederlandse rechter meent dat een niet-Joodverklaring voor een Arabisch land geen kwaad kan en geen discriminatie op grond van ras, afkomst enz. zou inhouden. Ondanks de loodzware ervaringen die wij moesten opdoen. Sinds de decimering van de Europese Jo-denheid is door Joden een staat, Israël, opgericht. Een staat die ligt in een spannmgs-gebied en omringd door landen met een Islamitische meerderheid. De Islam maakt een forse opleving of re-activering door. In het gebied wordt olie gewonnen en geëxporteerd, er zijn felle onderlinge conflicten en nog zo wat perikelen, voorbeeld Libanon. Israël zelf kent, behalve inflatie, doorlopend het Palestijnse probleem. Buiten Israël liggen bij Joden en niet-Joden (en dat weer
verschillend naar landen en ook individuen) sympathieën en voorkeuren verschillend. Dat kan niet anders. Menigeen die handelingen van de Israëlische regering als ongewenst, onsympathiek of verkeerd beschouwt, is geneigd die 'de Joden' aan te wrijven. Je zou zeggen: als vanouds. En vaak gebeurt dat onder het etiket 'antizionisme' Nu hebben duizenden jaren lang elke Seideravond de Joden elkaar 'het volgend jaar in Jeruzalem', dus naar de berg Zion gewenst. Als een trage reactie op de uitmoording van Europa's Joden is de staat Israël er gekomen De Seiderwens is vervuld. Dat wil niet zeggen dat de politieke kwesties aan en om de rivier de Jordaan zijn opgelost en nog minder dat ze zouden zijn verdwenen. Er zijn ook, meest sterk geslonken, Joodse gemeenschappen in de meeste landen van Europa. Die Joden gevoelen de angel van heropluikend antisemitisme. Het zou heel oppervlakkig zijn het antizio
nisme, alias antisemitisme, met het wel en wee, goede of slechte daden van Israël en zijn regering in verband te brengen. Antisemieten hebben geen argumenten nodig, zij ageerden, toen er geen staat Israël was en de nazi's sloegen ook daarzonder hun slag. Men mag ook aannemen, als de ruiten van een synagoge in Chicago worden ingegooid, dat de daders niet eerst hebben gevolgd wat zich in Tel-Aviv afspeelt. De (dichtere of dunnere) Joodse emigrantenstroom uit de Sowjet-Unie richt zich slechts in geringe mate op Israël—al moet men een uitnodiging daar vandaan hebben om in Wenen te arriveren. Wat Joden aandrijft om hun geboorteland te verlaten, als Zion of Haifa geen rol speelt, laat zich raden. Antisemitisme is weer acuut — of het nu gruwelen betreft als de moord op een zwangere Joodse vrouw en haar twee kinderen in Syrië of scheldwoorden in de metro. Het moet gesignaleerd worden en voor het gerecht gebracht. Wij weten immers: Jodenhaat bedreigt de mens.
Vervolg van pagina 27
men. Als Charly betrapt was, hadden ze hem doodgeslagen, wie ze zouden zijn geweest. Wij mochten hem niet aanbrengen, wij waren medeplichtig en tenslotte was en bleef hij toch een van ons
Een weerzien na bijna twee jaar
Na het overleven van de selectie, kwamen wij weer in blok 11, het bunkerblok, terug. Op een avond lagen wij betrekkelijk vroeg op onze bedden. Charly lag met Leo vooraan boven op een derde bed. Het was zomeravond, stil. De deur van de kamer ging
open en een kapo verscheen. Met hem kwam een kleine man mee. Voor mij was die niet te zien, want ik lag aan het andere eind, ook op een derde bed. Charly's naam werd afgeroepen. Deze meldde zijn presentie en richtte zich een weinig op Er klonk haastig getrippen, dicht bij hun bed. Van verre zag ik twee handen de bedrand pakken en opgetrokken, als aan een rekstok, verscheen een oude-mannetjes-achtig, klem, kaal hoofd. Het leek van gebruikt, ge-craqueleerd, goorwit porcelein. Met een ruk zat het mannetje op het bed. Een wilde omarming volgde en zoenen klapten. De kleine man, Johnny, was een broer van Charly en ook een diamantslijper. Als zodanig was hij losgelaten uit de kolenmijnen. Door het werken aan dat zwart gesteente was hij vervuild
Hoe zeep rook en aanvoelde hebben zij daar ook niet meer geweten. De doorgroefde hoofdhuid van de oud uitziende man zat vol kolengruis. Als vakgenoot herkenden wij hem ook, sprongen van onze bedden, omhelsde hem broederlijk en vergoten tranen om het weerzien Zijn levenskansen waren weer verruimd, want er zijn er maar zeer, zeer weinigen levend uit de mijnen vandaan gekomen. Van Johnny kan ik nog vertellen dat hij in '47, bijna een veertiger, verjongd, nog een stevig partijtje heeft meegevoetbald. Ook Charly zal zomer 1945 op het Centraal Station wel tien gulden hebben ontvangen. Meer was er niet voor ons.
Jacques I. Furth
Vervolg van pagina 31
zien. We waren te fatsoenlijk om ons een dergelijke misdaad te kunnen voorstellen. 'Hebben de dichters en de wetenschappers het geweten?' vraagt hij in het volgende hoofdstuk Zijn antwoord:'Ja' Professor de Hartog citerend in diens in 1935 geschreven boek Modern Heidendom zegt hij: 'Hij weet van de Jodenvervolging in vorige eeuwen, maar dit is niets vergeleken bij de gruwelen waarmee de Germaan, en helaas ook wel de dusgenaamde Christen, Israël verwacht.' De auteur gaat na wat — in 1940 — zwart op wit bekend was. Hij gaat tevens na wat voor aanduidingen de bijbel geeft, hoe het allemaal begonnen is. In het 76 bladzijden tellende boekje analy
seert dr. van Hulst datgene wat wij deze dagen herdenken; hij doet dat met een weldadige eerlijkheid. Een eerlijkheid die christenen als dr. van Hulst het recht verschaft op een Christelijk - Joodse dialoog. Nog één keer terug naar Etty Hillesum, en met name naar de briefkaart die ze op 7 september 1943 — met 986 anderen op weg naar Auschwitz — uit de trein gooide. 'De felheid tegenover haar ouders is volledig weggeëbd', schrijft Van Hulst. 'Vader en Moeder zeer flink en rustig', staat in de briefkaart. Het boek roept vele vragen op, maar geeft misschien nog meer antwoorden Dat zijn dan wel antwoorden die velen van ons zullen schokken, omdat nog weer eens blijkt hoe weinig de wereld in al haar geledingen zich van het gevaar dat de Joden in 1940 bedreigde heeft aangetrokken. Dat iemand uit de kring waar zoveel van die fouten zijn ge
maakt zo een openhartig boek schrijft valt erg te waarderen. Tenslotte kunnen we Van Hulst dan ook alleen maar nazeggen: 'En heel misschien zal de wereld beseffen: nooit meer Auschwitz, nooit meer treinen naar de hel.' Beslist lezen, ook al doet het soms pijn.
Amsterdam, december 1983,
Ab Caransa
Treinen naar de hel Amsterdam Westerbork Auschwitz
dr. J. W. van Hulst. Uitgegeven door Buijten & Schipperheijn, Amsterdam.