Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

8
Secr.: E. Furth, Diemerkade 43/ Diemen, tel. 020-905310 Bankrek.: AMRO Bank, bijk. Van Baerlestr., Amsterdam-Z. Gemeente Giro N 5500 N.A.C. - Postgiro nr. 293087 Redaktie: E. Tas, Amsteldijk 23, Amsterdam-Z, tel. 795716 Administratie: telefoon 020-18 41 59 AVERECHTS EN GEVAARLIJK nederlands auschwitz comité Terreur werkt averechts. Bijzonder scherp komt dat uit in de Duitse Bondsrepubliek. In ijltempo zijn daar wetten erdoor gejaagd om verdachten van terreurdaden te isoleren, zonder raadsman te laten en zo meer. Tegelijk is een ware heksenjacht op touw gezet tegen hele universiteiten en bekende schrijvers als Heinrich Böll. Hoe komt dat? Wat is het alibi voor politiemannen om een inval te doen op het kantoor van oud-verzetsmen- sen of bij Bölls zoon thuis? Aanleiding tot de heksenjacht zijn terreurdaden van een kleine groep die door even zinloze, als gewetenloze provocaties, dwangmaatregelen uitlok- ken. Zo leveren zij koren op de molen Bij het ter perse gaan van deze krant bereikt ons het bericht van het overlijden van onze oudste, lieve medewerkster Lien van Amerongen. Wij zullen haar zeer missen. Auschwitz- herdenking 1978 Zondag 29 januari 1978 zal in het teken staan van de Auschwitz- herdenking. Op die dag zal er een korte plechtigheid zijn bij het glazen monument op de N.Oosterbegraafplaats en een re- unie in het RAI-restaurant, Eu- ropaplein, beide te Amsterdam. Houdt 29 januari vrij! Nederlands Auschwitz Comité van roepers om wet, orde en de sterke man. Kortom, terreuracties nodigen uit tot noodwetten, zij spelen fascisti- sche elementen in de kaart. De reactie wordt op één hoop en de democratie in het nauw gedreven. De terreur hitst al wat niet of anti-democratisch is in pers en televisie, in staat en maatschappij op. Terreur wekt anti-terreur. De ont- voering van de ondernemersbaas Schleyer versterkt de positie van de arbeiders helemaal niet. Wij hebben iets dergelijks gezien in Drente, waar de terreuracties van de Zuidmoluk- kers, de treinkaping en de school- bezetting, zes doden hebben gekost, terwijl de Nederlandse wet geen doodstraf kent. De Rote Armee Fraktion of RAF- terreur heeft in de Bondsrepubliek de politiestaat benauwend dichtbij ge- haald: niet alleen wie demonstreert wordt tegengehouden of gefouilleerd. Nee, elke ietwat langharige student(e) die b.v. een tentoonstelling gaat be- kijken loopt die kans. De weerslag van de provocaties, de contra-terreur, straalt buiten de Duitse grenzen uit. De terreur ook: in Utrecht viel een politieman aan een RAF-groep ten offer. Meteen kregen wij Westduitse politie-ambtenaren over de vloer, compleet met hun verhoormethoden. SD-ers noemde prof. Nagel hen op 1 oktober voor de KRO-radio. Hij hoopte dat de Nederlandse politie voortaan zal zeggen: dat lossen we zelf op. Maar zonder terreur en provocatie was die inmenging achter- wege gebleven. De uitstraling treft ook Frankrijk: daar is op verzoek van Bonn mr. Croissant, een uitgesloten, toen uit- geweken advocaat van terroristen, ge- arresteerd. 21e jaargang nr. 8-9-10, oktober 1977 Terreur van bovenaf Wij ouderen kennen terreur maar al te goed. Aan den lijve voelden wij de terreur van de bezetter. Die werd toen door legers verbreid, het was de terreur van de staatsmacht, deel van het ergste geweldregime uit de geschiedenis. De terreur van bovenaf is niet ver- dwenen. Wij leven immers allang onder de dreiging van vernietiging, extra-cynisch, nu er gewerkt wordt aan een neutronenbom, die mensen opruimt, maar fabrieken laat staan. Het kan wel zijn dat de jonge mensen die er nu op los schieten eens door het geweld om ons heen ontzet zijn. Maar zij doen nu niet anders dan het geweld verbreiden en verhevigen. Hoogst belangrijk is natuurlijk de vraag: hoe komt het en wat is er tegen of liever er aan te doen. In het geval van de Zuid-Molukkers is een commissie ingesteld. Men pro- beert via plaatselijke besturen en groepen redelijke verhoudingen te scheppen met deze dwarsgeschoten splinter van ons koloniaal verleden. Bij onze Oosterburen heeft zich een heksenjacht ontwikkeld vooral tegen intellectuelen die voor recht en rechts- staat op de bres staan. Die is be- gonnen met uitsluiting en arrestatie van advocaten, raadslieden van hen die van terrorisme zijn beschuldigd. De hetze strekt zich uit tot ieder die aanraadt het hoofd koel te houden of die de Bondsrepubliek min of meer kritisch bekijkt. Rechts wil niets liever dan linkse groepen en partijen verbieden. Heksenjacht afgewezen Katholieke schrijvers als de Nobel- prijswinnaar Heinrich Böll en Louise Rinser, een Günter Grass die geregeld

description

Zondag 29 januari 1978 zal in het teken staan van de Auschwitz- herdenking. Op die dag zal er een korte plechtigheid zijn bij het glazen monument op de N.Oosterbegraafplaats en een re- unie in het RAI-restaurant, Eu- ropaplein, beide te Amsterdam. Houdt 29 januari vrij! Nederlands Auschwitz Comité Katholieke schrijvers als de Nobel- prijswinnaar Heinrich Böll en Louise Rinser, een Günter Grass die geregeld Heksenjacht afgewezen Terreur van bovenaf 21e jaargang nr. 8-9-10, oktober 1977

Transcript of Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

Page 1: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

Secr.: E. Furth, Diemerkade 43/ Diemen, tel. 020-905310 Bankrek.: AMRO Bank, bijk. Van Baerlestr., Amsterdam-Z. Gemeente Giro N 5500 N.A.C. - Postgiro nr. 293087 Redaktie: E. Tas, Amsteldijk 23, Amsterdam-Z, tel. 795716 Administratie: telefoon 020-18 41 59

AVERECHTS EN GEVAARLIJK

nederlands auschwitz c o m i t é

Terreur werkt averechts. Bijzonder scherp komt dat uit in de Duitse Bondsrepubliek. In ijltempo zijn daar wetten erdoor gejaagd om verdachten van terreurdaden te isoleren, zonder raadsman te laten en zo meer. Tegelijk is een ware heksenjacht op touw gezet tegen hele universiteiten en bekende schrijvers als Heinrich Böll. Hoe komt dat? Wat is het alibi voor politiemannen om een inval te doen op het kantoor van oud-verzetsmen­sen of bij Bölls zoon thuis? Aanleiding tot de heksenjacht zijn terreurdaden van een kleine groep die door even zinloze, als gewetenloze provocaties, dwangmaatregelen uitlok­ken. Zo leveren zij koren op de molen

Bij het ter perse gaan van deze krant bereikt ons het bericht van het overlijden van onze oudste, lieve medewerkster Lien van Amerongen. Wij zullen haar zeer missen.

Auschwitz-herdenking 1978 Zondag 29 januari 1978 zal in het teken staan van de Auschwitz-herdenking. Op die dag zal er een korte plechtigheid zijn bij het glazen monument op de N.Oosterbegraafplaats en een re-unie in het RAI-restaurant, Eu­ropaplein, beide te Amsterdam. Houdt 29 januari vrij!

Nederlands Auschwitz Comité

van roepers om wet, orde en de sterke man. Kortom, terreuracties nodigen uit tot noodwetten, zij spelen fascisti­sche elementen in de kaart. De reactie wordt op één hoop en de democratie in het nauw gedreven. De terreur hitst al wat niet of anti-democratisch is in pers en televisie, in staat en maatschappij op. Terreur wekt anti-terreur. De ont­voering van de ondernemersbaas Schleyer versterkt de positie van de arbeiders helemaal niet. Wij hebben iets dergelijks gezien in Drente, waar de terreuracties van de Zuidmoluk-kers, de treinkaping en de school-bezetting, zes doden hebben gekost, terwijl de Nederlandse wet geen doodstraf kent. De Rote Armee Fraktion of RAF-terreur heeft in de Bondsrepubliek de politiestaat benauwend dichtbij ge­haald: niet alleen wie demonstreert wordt tegengehouden of gefouilleerd. Nee, elke ietwat langharige student(e) die b.v. een tentoonstelling gaat be­kijken loopt die kans. De weerslag van de provocaties, de contra-terreur, straalt buiten de Duitse grenzen uit. De terreur ook: in Utrecht viel een politieman aan een RAF-groep ten offer. Meteen kregen wij Westduitse politie-ambtenaren over de vloer, compleet met hun verhoormethoden. SD-ers noemde prof. Nagel hen op 1 oktober voor de KRO-radio. Hij hoopte dat de Nederlandse politie voortaan zal zeggen: dat lossen we zelf op. Maar zonder terreur en provocatie was die inmenging achter­wege gebleven. De uitstraling treft ook Frankrijk: daar is op verzoek van Bonn mr. Croissant, een uitgesloten, toen uit­geweken advocaat van terroristen, ge­arresteerd.

21e jaargang nr . 8-9-10, oktober 1977

Terreur van bovenaf

Wij ouderen kennen terreur maar al te goed. Aan den lijve voelden wij de terreur van de bezetter. Die werd toen door legers verbreid, het was de terreur van de staatsmacht, deel van het ergste geweldregime uit de geschiedenis. De terreur van bovenaf is niet ver­dwenen. Wij leven immers allang onder de dreiging van vernietiging, extra-cynisch, nu er gewerkt wordt aan een neutronenbom, die mensen opruimt, maar fabrieken laat staan. Het kan wel zijn dat de jonge mensen die er nu op los schieten eens door het geweld om ons heen ontzet zijn. Maar zij doen nu niet anders dan het geweld verbreiden en verhevigen. Hoogst belangrijk is natuurlijk de vraag: hoe komt het en wat is er tegen of liever er aan te doen. In het geval van de Zuid-Molukkers is een commissie ingesteld. Men pro­beert via plaatselijke besturen en groepen redelijke verhoudingen te scheppen met deze dwarsgeschoten splinter van ons koloniaal verleden. Bij onze Oosterburen heeft zich een heksenjacht ontwikkeld vooral tegen intellectuelen die voor recht en rechts­staat op de bres staan. Die is be­gonnen met uitsluiting en arrestatie van advocaten, raadslieden van hen die van terrorisme zijn beschuldigd. De hetze strekt zich uit tot ieder die aanraadt het hoofd koel te houden of die de Bondsrepubliek min of meer kritisch bekijkt. Rechts wil niets liever dan linkse groepen en partijen verbieden.

Heksenjacht afgewezen

Katholieke schrijvers als de Nobel­prijswinnaar Heinrich Böll en Louise Rinser, een Günter Grass die geregeld

Page 2: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

WUV en de vrouwen Met dit stukje betreffende de WUV wil ik u wat meer informatie geven. Met ingang van 1 januari 1978 krijgt iedere bij de WUV erkende vrouw, die zelf geen periodieke uitkering krijgt, een maandelijkse uitkering: Het staat er zo simpel in de toelich­ting van de Uitkeringsraad Vervol­gingsslachtoffers 1940-1945 bij letter D. Ter bestrijding van niet-meetbare met de vervolging samenhangende invali-diteitskosten zal de vrouwelijke ver­volgde — voorzover niet reeds be­horende tot de onder C. bedoelde uit­keringsgerechtigden — ingaande ja­nuari 1978 maandelijks een bedrag gelijk aan 10% van de minimum grondslag ontvangen. Heel erg mooi geschreven, maar wie van ons begrijpt nu precies wat hier bedoeld wordt. Na veel geïnformeerd te hebben, ben ik nu zover om u iets duidelijker te vertellen wat bedoeld wordt met het voorafgaande. Het komt er gewoon op neer dat als u geen uitkering voor uzelf krijgt, als vrouw (werkster, telefoon en andere vergoedingen vallen daar niet onder) u in januari ongeveer ƒ180 per maand gaat ontvangen. Dat bedrag komt niet bij de inkomsten van uw man. Het is natuurlijk geen kapitaal, maar laten wij hopen dat het een begin is. Verder is het voor u allemaal die een uitkering met terugwerkende kracht ontvangt van belang te weten, dat u daar wel belasting van moet betalen. Als u een extra vakantie­uitkering krijgt, moet u de beslissing eens goed doorlezen. Het is mogelijk dat u een meerjarige beslissing heeft, maar er zijn er velen van ons, die een toezegging voor 3 jaar hebben. Als u bij deze laatste groep behoort, raad ik u aan, het jaar voor deze beslissing afloopt, opnieuw in Den Haag om een extra-vakantie-uitkering te vra­gen. Als u dat vergeet kan het weer enkele jaren duren voor u weer een andere beschikking krijgt, en dat kan niet de bedoeling zijn van deze wet. Wij worden er met de jaren wat onze gezondheid betreft niet beter, alleen maar slechter op. Wordt het dan geen tijd, dat wij niet steeds opnieuw moeten aanvragen? Wij hopen dat u dat allen nog mag meemaken.

R. Corper—Blik Tel.: 020—168816

Receptie bij Stichting '40-'45 Op 30 september 1977 hebben wij met een receptie afscheid genomen van Mevr. Aling, Mevr. Stroband, Mevr. de Wit en Mevr. Bus. Deze dames hebben de Stichting 40-45 verlaten vanwege hun pensio­nering. Mevr. Aling heeft vele jaren met ons mee geleefd. Dat was niet altijd even gemakkelijk. Hierdoor is er een hechte vriendschap ontstaan, die niet door haar vertrek kan worden verbroken. Zo is het ook met Mevr. Stroband, die zich vanaf het eerste uur voor de nagelaten betrekkingen van de mensen van het verzet heeft geweerd. Zes jaar lang kwam zij met hart en ziel voor de vervolgden op in het kader van de WUV. Voor zover ik weet hebben Mevr. Aling en Mevr. Stoband het eerste werk voor de vervolgden met meer dan gewone aandacht gedaan. Zij hebben hun persoonlijke dingen vaak op zij moeten zetten om som­migen van ons dag en nacht te kunnen bijstaan. Wij wensen ze alle goeds en hopen, dat we ze nog vaak in ons midden mogen zien.

M. Brandes

Vervolg van pag, 1

als propagandist van de regerings­partij de SPD optreedt, zijn mik­punten. Verdachtmaking treft zg. sympathisanten, die uitsluitend sym­pathie koesteren voor een democra­tisch Duitsland. Willy Brandt, ex-Bondskanselier en nu voorzitter van de SPD, die in de Springer-pers en bij Franz-Josef Strauss 'een geestelijke vader van de terreur' heet, heeft al in juli in een brief aan Bondspresident Scheel zijn bezorgdheid over de hele hetze geuit. Hij heeft nu nog klem­mender tot bezinning gemaand. In­tussen hebben wij op tv ook Scheel zelf horen waarschuwen voor de ge­varen die de democratie door de heksenjacht loopt. Hij is daar onge­twijfeld toe aangemoedigd door het koor van verontwaardigde, ontmoe­digde en bezorgde stemmen — in het Duits en andere talen tegen de hysterie en heksenjacht over de Rijn. Bondskanselier Schmidt en oppositie­leider Kohl gingen hem voor. En het zijn ernstige dingen, die niet aan de boulevardpers e.d. mogen worden overgelaten. De schrijver Günter Wallraff, die in vermomming vier

maanden de riool-journalistiek in dook, liet zien hoe die werkt.

Om de rechtsstaat

In Nederland heeft kardinaal Alfrink stelling genomen zowel tegen het veelbesproken terreurwapen de neu­tronenbom als tegen het afglijden van de rechtsstaat naar de politiestaat: dit vanwege de rol die verschillende vei­ligheidsdiensten spelen. Er staat ons overigens de behandeling te wachten van een verdrag op de bestrijding van het terrorisme, dat al door de Raad van Europa is aanvaard en dat voor Nederland in menig opzicht de klok terug zou draaien. Zo zou b.v. het asylrecht, dat hier immers altijd in aanzien stond, erdoor in de knel kunnen raken. Dezer dagen zijn de demissionaire minister van Binnenlandse Zaken, prof. mr. W. F. de Gaay Fortman, over een en ander vragen gesteld. Zou hij, indien zich onverhoopt in Neder­land Westduitse toestanden zouden voordoen, voorstander van een isoleer-wet zijn? vroeg Klaas Peereboom (Parool PS, 8-10-'77). Tk zou tot het alleruiterste het vrije verkeer van de raadsman met de ver­dachte willen handhaven. Slechts wanneer onomstotelijk zou blijken dat de raadsman daarvan misbruik maakt zou men moeten zeggen: we kunnen deze raadsman niet meer aan­vaarden, er moet iemand anders komen, die ook het vertrouwen van de terrorist kan winnen.' Aldus de heer De Gaay Fortman. Hij ging verder: 'Bij de politieke terreur ligt de rechts­staat altijd achter, omdat de rechts­staat zich nooit die middelen kan ver­oorloven die de tegenpartij zich wel veroorlooft. Desondanks zou het mijn trots zijn, als je zou kunnen aantonen dat je de rechtsstaat kunt handhaven zonder de normen van de rechtsstaat voor bepaalde mensen buiten werking te stellen. - - - Het behoud van de enorme waarden van de rechtsstaat gaat mij boven het behoud van iemand die zich zo gedragen heeft dat je hem helaas elementaire verworven­heden van de rechtsstaat moet ont­houden. - - - .. .ik kan mij niet voor­stellen dat uiteindelijk de rechtsstaat de terreur niet overwint.' Niettemin: terreur en anti-terreur jagen elkaar op en leiden tot metho­den die gevaarlijk zijn voor de demo­cratische samenleving. Wij zijn één van zin met die Bondsburgers die dat gevaar onbeschroomd aanwezen.

Page 3: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

MENTEN VOLGEN

Archieven in doofpot

De zaak-Menten, die al het derde deel van een eeuw draait, zou wel eens de zaak van de eeuw kunnen wezen. Een combinatie van een omgekeerde Dreyfus-affaire en een soort Peyton Place zou men denken . . . maar op de achtergrond liggen de massagraven. De beklaagde staat borg voor een on­afgebroken reeks gotspes: hij zou behalve onschuldig geen Nederlander en niet hier te berechten zijn. Een kort geding tegen een journalist en tegen de staat: de zaak zou al geseponeerd, d.i. ter zijde gelegd zijn. De belasting­betalende burger zou tien miljoen gulden per dag voorarrest voor de oud-SS-tolk en multimiljonair moeten neertellen! Zo luidde de eis van de verdediging, maar die is dan wel door de Haagse rechter afgewezen. Er wordt veel gesproken in de rechts­zaal. De hoofdpersoon, door mr. Van Heyningen, als het zo uitkomt, als doodziek of zwaar kwakkelend afge­schilderd, laat zich allerminst onbe­tuigd. Arrogant eh agressief, als een SS-er in zijn beste tijd, provoceert hij de president. Soms wordt er in de zaak-Menten nog welsprekender gezwegen. Bij voor­beeld door de nabestaanden van mr. Kortenhorst, de man die gelijktijdig Kamervoorzitter en Mentens advocaat is geweest. De archieven-Kortenhorst en van de andere advocaten gaan niet open voor de commissie-Schöffer. Toch moet die commissie het op-sporings- en vervolgingsbeleid tegen Menten onderzoeken. Bekend is geworden dat de kroonge­tuige destijds van Mentens verdedigers geld heeft gekregen voor zijn verkla­ringen. De vraag of mr. Kortenhorst toen twee ton heeft geïncasseerd blijft wel open. Geen rijksaccountant mag de administratie van de voormalige KVP-Tweede Kamervoorzitter inzien. De huidige PvdA-leden Kosto en Molleman hebben minister De Gaay Fortman verzocht een tompleet on­derzoek zijnerzijds te bevorderen. Dat Menten een massa-moordenaar, oorlogsmisdadiger, rover, schurk of eventueel iets gelijksoortigs zou kun­nen zijn of zijn geweest mogen Knoop en zijn uitgevers voorlopig niet publiceren, althans zolang dat niet in het proces bewezen is, zo bepaalde de strafkamer van het Am­sterdamse gerechtshof Overigens is het boek met de gewraakte zinsnede

erin praktisch uitverkocht, zodat deze uitspraak weinig gevolgen heeft. Prof. Schöffer heeft trouwens wel in Den Haag een brief teruggevonden waarin de minister van Justitie Van Maarsseveen, Mentens vrijlating na drie maanden voorlopige hechtenis gelastte. Vast staat dat Kortenhorst nadien — Menten ging eerst een Wassenaarse kliniek in en dook tot tweemaal toe onder — veel moeite heeft gedaan om zijn cliënt op vrije voeten te laten. En met succes. Bovendien heeft Kortenhorst naast zijn Kamervoorzitterschap en zijn bemoeienissen met de Katholieke werkgeversorganistaie zich ook be­ijverd als voorzitter van het Landelijk comité voor rechtszekerheid. Dit co­mité had hijzelf in januari 1946 opgericht samen met Aalberse, het tegenwoordige KVP-lid van de Raad van State om vooral economische collaborateurs de hand boven het hoofd te houden. Het heette dat men onrechtvaardigheden bij de Bijzondere Rechtspleging wilde tegengaan. Ook Menten mag men aannemen, heeft van dit streven geprofiteerd. Maar de betrokken juristen zijn of dood of alles vergeten, hun archieven zijn gestolen of verbrand.

O u d en actueel

De zeer ernstige beschuldigingen waarop Menten nu terechtstaat waren o.m. van Poolse zijde in 1949 al tegen hem ingebracht, maar zg. te laat, toen het proces al gesloten was. De lopende aanklacht is dus, hoe oud ook, toch nieuw. Dat belet de miljo­nair en zijn huidige verdediger niet te doen alsof hij zich ooit al voor mede­plichtigheid aan massamoord had te verantwoorden. In verband met de executies in de dorpjes Podhorodce en Urycz is in Zuid-Frankrijk Dirk Menten verhoord, de broer van de verdachte én zelf destijds in België wegens colla­boratie tot levenslang veroordeeld. Hij verklaarde in de bewuste streek, Galicië, beter bekend te zijn geweest dan zijn broer Pieter en deed meer ontlastende maar weinig verhelde­rende uitspraken. Daarentegen is aan het licht gekomen dat de toenmalige minister van Finan­ciën, Lieftinck, op aandringen van zijn collega van Justitie, Van Maarsse­veen, het juist begonnen onderzoek naar de herkomst van Mentens ver­mogen heeft laten stopzetten. Iets waar ook nu weer naar wordt uitge­zien. Een ding is in deze duistere zaak wel duidelijk, wat de rechter ook beslist.

De hele Menten-affaire wordt steeds ingewikkelder en lijkt nauwelijks minder ernstig dan de moordtonelen in Polen. De Nederlandse regering, parlement, rechterlijke macht en financiële wereld zijn op onrustbarende wijze betrokken (geweest) bij een luguber spel van help ik jou, dan help jij mij, met een niet alleen verdonkeremanen van ille­gaal bezit, maar ook van oorlogsmis­daden als inzet. Bijna dagelijks sijpelen er berichten door hoe deze of gene hoogwaar­digheidsbekleder wel eens een deksel op de doofpot heeft gehouden. En geregeld komen er bezwarende stuk­ken boven en mensen die Menten in de zomer van 1941 in actie hebben gezien. Een zwerm journalisten volgt het heropende proces, een nog dichter zwerm becommentarieert. Buiten rechtszaal en departement om wordt nog een campagne voor Menten gevoerd. Dat doet de Amsterdamse hoogleraar mr. dr. Ch. F. Ruter, die volhoudt dat Menten hier niet berecht zou mogen worden en nu bescherming moet missen, aangezien hij hoort 'bij minderheden als Zuid-Molukkers, de Rode Jeugd, oorlogsmisdadigers, druggebruikers en Surinamers'. Wij citeren dit alleen om de stemming­makerij die een enkele geleerde jurist bedrijft. Een zaak met heel veel vertakkingen, o.m. juridische en politieke. Ook financiële. In de jaren 50 klaagde Menten over kunstdiefstal uit zijn toen onder staatsbeheer gehouden villa. Hij vroeg en kreeg daarvoor een schadevergoeding van 600.000 oude guldens, geld van ons allen die over dit alles opening van zaken verlangen. Het geval van de Hongaar die wegens oorlogsmisdaden veroordeeld, hier binnengehaald en tewerkgesteld is en vrij blijft toont een andere kant van misplaatste barmhartigheid.

ANTISEMITISCH Pas nu is bekend geworden dat in fe­bruari van dit jaar elf officieren van de Bundeswehr in München o.a. papiertjes met het woord 'Jood' in het vuur gooiden, uiteraard onder het zingen van naziliederen. Het elftal is nu geschorst, heel misschien wordt een enkele bestraft. Lang niet alleen in de BRD spookt het antisemitisme; vrijwel in de hele wereld steekt het de stinkende kop weer op. Wij zullen in het volgende nummer daaraan de helaas nodige aandacht besteden.

Page 4: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

HET MAJDANEK-PROCES door T. Stamer

Een doodgezwegen aangelegenheid. W a a r o m ? Tellen honderdduizenden doden niet meer?

Lublin-Majdanek, één van de ver­nietigingskampen van Hitler-Duits-land, waar circa 1 miljoen mensen zijn omgebracht. Er waren 7 gas­kamers, 2 crematoria en nog enkele lijkenverbrandingsplaatsen in de open lucht. Uit gevonden documenten is komen vast te staan, dat ruim 7700 kg. 'Zyklon B'-gas (blauwzuurgas) werd verbruikt.

Voor de moord op 250.000 joden is tegen 15 misdadigers thans in Düssel­dorf een proces gaande. Eén van de aangeklaagden, een vrouw van boven de 70 jaar, is inmiddels overleden, zodat het thans nog om vijf vrouwen en negen mannen gaat. Het is een proces, dat na de eerste weken bijna niet meer in de publieke belangstelling is komen te staan, noch dat de publiciteitsmedia er veel aan­dacht aan hebben geschonken. Deels is dat de schuld van het zeer traag verlopen van het proces, deels omdat er weinig spectaculairs geschiedde. Vele maanden zijn gebruikt voor het verhoren van de aangeklaagden, die zich van alles permitteerden om er hun onschuld, hun onbekendheid met wat gebeurd was, aan te tonen. De eerste anderhalfjaar leek het proces meer op een gezellige debating club dan op de aanloop tot een proces over ontelbare moorden en onvoor­stelbare wreedheden.

GETUIGEN

Daarin is sedert enige maanden een kentering gekomen. De eerste zware getuigen zijn verhoord en het is de grote verdienste van de president van de Rechtbank. Günther Bogen, dat zij, ondanks hinderlijke interrupties, insinuaties en verdachtmakingen van de zijde der verdediging, zo volledig mogelijke getuigenissen hebben kun­nen afleggen. De getuigen komen voor het merendeel uit Polen. Zij hebben in veel gevallen geen moeite, ondanks de meer dan 30 voorbije jaren, hun tirannen te herkennen.

Daarbij mag tevens geconstateerd worden, dat het geen zwaar geëmotio­neerde, haatdragende of op wraak beluste getuigen zijn. Daar heeft de tijd wel voor gezorgd, maar moeilijk hebben zij het er wel mee; zoiets kan men nimmer vergeten!

— Dr. Jan Nowak uit Warschau, een man, die Majdanek overleefd heeft, omdat er behoefte aan kampartsen bestond, scheidt zeer duidelijk de ver­schillende aangeklaagden in lieden met een menselijke houding, zoals de SS-Untersturmführer Wilhelm Rein-artz en de rest. Over de kampcommandant Hack-mann zegt hij: 'Een miserabele figuur uit de modderpoelen van het concentratiekamp.' Intussen neemt men met ontsteltenis kennis van zijn ervaringen en verklaringen. — De vrouwelijke getuige Jadwiga Stembrowitz was schoonmaakster in de werkvertrekken van Reinartz en weet zich te herinneren, dat deze met een spuitje naar een zieke gevangene ging, die later dood werd aange­troffen.

VERTRAGINGSMANOEUVRES

Had men bij de aanvang van het proces er op gerekend medio 1977 gereed te zijn, thans kan zonder bezwaren worden aangenomen, dat er tenminste nog wel ruim 2 jaar zal bij­komen. Wie zijn de vertragers van dit na Auschwitz wellicht grootste proces tegen een aantal nazi-misdadigers? Vanzelfsprekend werkten de beklaag­den in de eerste maanden hieraan in hoge mate mede door hun houding van niets te weten, niets gehoord en niets gezien te hebben. Maar de belangrijkste vertragers zijn enige advocaten, waaronder zich Ludwig Bock uit Mannheim bevindt, advocaat o.a. van de neo-nazistische 'Deutsche Volksunion' o.l.v. Gerh. Frey, de uitgever van de 'National Zeitung'. Zij doen dit door het indienen van protesten tegen de rechtsgang, het stellen van niet ter zake doende vragen, het op infame en vaak kwetsende wijze stellen van vragen aan de getuigen, die het uiteraard al moeilijk hebben met hun kamp­

reminiscenties en daardoor snel van hun stuk geraken en hun taalpro­blemen, waarvoor gelukkig uitste­kende tolken beschikbaar zijn. Geluk­kig is voorts, dat de president van de Rechtbank, Günther Bogen, met rust en wijsheid de getuigen begrijpend bijstaat en voorkomt, dat er te rigo-reus tegen hen wordt opgetreden.

— Toen de Israëlische regering de Duitse regering verzocht het proces in elk geval met de nodige voortvarend­heid af te wikkelen en niet door allerlei nazi-trucs en verdere niet ter zake doende zaken te laten vertragen, was dat aanleiding voor verdediger Bock om te stellen, dat de Israëlische regering zich op ongehoorde wijze in deze zuiver Duitse aangelegenheid had gemengd en hij diende daarover een klacht in. Een klacht, welke behandeld moet worden en tijd kost. — Jadwiga Ostrowska uit Warschau, die enige kennis van de Duitse taal had, was daarom tewerkgesteld in het magazijn, waar o.m. de bussen met Zyklon B-gas waren opgeslagen. Op orderbriefjes welke door de chef van het 'bad', de gaskamer, voor ont­vangst werden getekend, werden de bussen op afroep afgeleverd. Reden voor de advocaat Hans Mundorf uit Keulen, die als verdediger van de kampcommandant Hackmann op­treedt om te vragen of er geen aan­leiding is om na te gaan of de getuige zich niet mede-schuldig heeft ge­maakt aan de vergassingen - zo deze hebben plaats gehad - door haar aandeel in de leveringen vanuit het magazijn van het blauwzuurgas. Een vraag, die later door de advocaat Bock wordt omgezet in de eis, dat getuige wordt gevangengezet wegens medeplichtigheid aan moord. Een eis, die uiteraard wordt afgewezen, doch dat kost weer tijd. — Anders verging het Mr. Bock toen getuige Ernst-Albert Fischer, een thans 67-jarige rentenier uit het Saar-land, zijn verklaringen aflegde, Fischer was een gevangene met een zoge­naamde voorkeursbehandeling en leid­de daarom enige arbeidscommando's.

Page 5: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

Vervolg van pag. 4

Bock betwijfelde het bestaan van gas­kamers en vroeg Fischer of hij het be­staan bewijzen kon. 'Had hij zelf gezien, dat de mensen vergast wer­den?' 'Neen,' zei Fischer, 'ik heb gezien, dat ze er ingedreven werden en dat later de lijken op vrachtwagens werden afgevoerd.' En zonder de volgende vraag af te wachten ging hij door: 'Een waarneming met eigen ogen zou men slechts hebben kunnen doen, als men zelf naar binnen was gegaan!'

HERINNERINGSVERMOGEN

Het valt op dat vele getuigen zich -niet zonder smart overigens - vele zaken en mensen herinneren. Het is dan ook een ervaring1 geweest, welke onmogelijk vergeten kan worden. Dit echter in grote tegenstelling tot de memorie van de aangeklaagden, die zich nog immer van geen kwaad bewust zijn en niets weten. Een uitzondering is de 51-jarige Otto Zakis, een Let, die op 16-jarige leeftijd in Duitsland kwam, bij de SS-werd ingelijfd en naar Majdanek werd gestuurd. Op de vraag van de presi­dent of hij wist dat de mensen met blauwzuurgas omgebracht werden, antwoordde hij bevestigend. Op de volgende vraag, wanneer hij voor het eerst gemerkt had, dat de mensen werden vergast, antwoordde hij: 'In de zomer van 1943!' Dat was dus slechts enige weken na zijn aankomst aldaar. Maar alle superieuren weten van niets, van geen gas, van geen gas­kamers. Zakis, de uitzondering, heeft na de oorlog vele jaren als mijnwerker gewerkt en is daarna theologie gaan studeren. Hij is thans predikant in München.

PUBLICITEIT

Zoals reeds werd vermeld, besteden de Duitse en internationale pers praktisch geen of zeer sporadisch enige aandacht aan dit monsterproces, hetgeen typerend is voor deze tijd van opkomend neo-nazisme of -fascisme. Ook in ons land verschijnt er af en toe wel eens een regel maar dan moet er ook iets heel opvallends te vermelden zijn. Over de diepere achtergronden wordt niets gezegd. In Duitsland hebben enkele bladen, waaronder uiteraard de Allgemeine Jüdische Wochenzeitung kortgeleden weer eens extra aandacht aan dit proces besteed

en dank zij de verklaringen der getuigen, waarvan wij er hiervoren enkele vermeldden, hebben nog een paar bladen enkele kolommen daar­aan gewijd, waarbij de linkse pers het meest actief te noemen is. Gelukkig hebben een paar Duitse leraren ont­dekt, dat het bijwonen van het proces, nu de getuigen hun aan­klagende verklaringen afleggen, voor de leerlingen een stuk nazi-realiteit laat zien, dat zij zelf met geen woorden kunne beschrijven, waardoor de publieke tribune de laatste tijd regelmatig volledig bezet is. Van de zijde der leerlingen wordt tegen deze 'geschiedenislessen' geen bezwaar ge­maakt.

Dat is dan een van de weinig goede dingen, omdat daarmede voor deze jongeren het sprookje van 'nichts gehort, nichts gesehen, nichts getan und nichts gewusst' op meer dan rea­listische wijze wordt tegengesproken.

Intussen sleept het proces zich moei­zaam voort. Binnenkort zal het gerechtshof zich ook in Polen op de hoogte gaan stellen. Nuttig, maar opnieuw een veel tijdverbruikende factor. Aan te nemen is, dat we 1980 schrijven als aan dit proces een einde zal zijn gekomen.

Uit 'Aantreden', september 1977.

Bestuur Informatiecentrum (DESK) voor door de oorlog getroffenen geïnstalleerd

Dinsdag 6 september heeft staats­secretaris W. Meijer het bestuur van de Stichting Informatiecentrum voor door de oorlog getroffenen geïnstal­leerd. De wenselijkheid om te komen tot de oprichting van een dergelijk centrum is destijds door het Centraal Orgaan Voormalig Verzet en Slachtoffers aan de regering kenbaar gemaakt. De regering heeft tenslotte tot de oprich­ting besloten nadat uit een door het ministerie van CRM ingesteld onder­zoek de behoefte aan een Centraal Informatiecentrum duidelijk naar vo­ren was gekomen. De thans opgerich­te stichting zal primair tot taak hebben een ieder, desgevraagd, infor­matie te verstrekken over en wegwijs te maken in de wetten en regelingen, die voor getroffenen uit de Tweede Wereldoorlog in het leven zijn ge­roepen. Ook het verstrekken van informatie over andere wetten en regelingen en over personen en in­stanties die zich bezig houden met de immateriële hulpverlening, behoort tot het werkterrein van de stichting.

Tenslotte zal de stichting, indien bij­zondere omstandigheden dit vereisen, ook bemiddeling verlenen, maar dit zal tot uitzonderingsgevallen beperkt blijven. Voor de uitvoering van deze taken zal het bestuur van de stichting worden bijgestaan door een bureau, dat in het centrum van het land zal worden ge­vestigd nl. in de Kamperstraat 1, Utrecht (stad). Het bestuur, dat is benoemd bij be­schikking van staatssecretaris W. Meijer van 5 september 1977, is als volgt samengesteld: W. A. H. C. Boellaard (voorzitter), mr. J . A. B. Gomperts, mr. J . W. van Hoogstraten, mr. A. H. van Namen, D. Reimelink, ir. F. W. Santman, (A. J . Kliest, plv.), H. J . Teengs Gerrit­sen, (H. F. Roos, plv.) en mr. A. F. van Velsen. Adviseurs zijn: J . D. de Kleijn (secretaris van de Uit­keringsraad) en W. Nijsse (hoofd van de Hoofdafdeling Verzetsdeelnemers en Vervolgden van het ministerie van CRM).

Page 6: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

Koppen uit de NU in Duitsland verschijnende kranten

Ëllïjf zDer cR,eldenkampl

Europüsdw Wiöwbrfldrsctaft ppa den Kf

„Judenvergasungen" erfunden

jffEndlich: Rehabilitierung der Waffen-SS

i m»>— leum •fitters letzte Wnrte

130 DM /10,- Dt r.mi<SM̂i.̂H,/T»HLt«;US/> -wj

W O f t e ich Deutschhnri ratten M S S i r ,'echtótaedier regicten inUonn-

- „ï hum»* "*»Tfs f ̂ amwer Mg.,, _

I Deutsche im J^^^^ÊSf « Rotfront

verrecke! NSDAP jetzt!

N S D A P

Kauf nic' bei de; Juden:

NSOAP AHslaafeortMfoatin

Ni$4|4UMbï«i

Page 7: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

Kappler en wat dies meer zij Kappler leeft en, zullen wij hopen, lijdt in zijn Heimat. Op de plek in het Romeinse getto waar de SS-chef een leven in lijden werd toegewenst, sprak Rome's burgemeester: 'De ont­vangst die Kappler in de Bondsrepu­bliek ten deel valt is een symptoom van de herleving van het fascisme in West-Duitsland.' Frau Kappler, eens een vooraanstaand nazi, later werk­zaam in 'Odessa', de organisatie die SS-ers wegwerkte overzee, mocht ook hier op t.v. verschijnen en werd thuis onder lof en bloemen bedolven. Zij heeft al verschillende bombastische lezingen over de ontvoering van haar Obersturmbannfuhrer, ' pas vijf jaar haar man, ten beste gegeven. Vast­staat dat het hulpcomité 'Vrijheid voor Herbert Kappler' met eigen bankrekening bij de volksbank te Siegen, Annelieses woonplaats, de hand in het spel heeft. De Italiaanse regering, die Kappler n.b. als krijgs­gevangene beschouwde en behandel­de, heeft een hoofd vol boter en moest met ministers gaan schuiven — de SS-beul viel onder defensie. Deze had veel meer op zijn geweten dan de represaille-moord op 335 mensen waarvoor bij levenslang had. Al in 1940 was hij bezig met het opzetten van concentratiekampen in Italië en hij heeft 1127 joden onder wie vele kinderen, naar Auschwitz laten stu­ren; er kwamen er 15 terug. Geen wonder dat hij de SS-erering en ere-degen mocht dragen. Hij had sommi­ge joden overigens voorgespiegeld hen in ruil voor 50 kilo goud naar een neutraal land te laten gaan. Het aantal verzetsmensen dat hij heeft laten executeren is niet meer te achterhalen. De Bondsregering, van vele zijden, maar blijkbaar het sterkst door Kapp-lers aanhang bestookt, heeft verklaard hem niet te zullen uitleveren. Er is wel officële bemoeienis met hem aan de gang: zijn pensioen wordt uit­gerekend en dat kan, uiteraard met terugwerkende kracht, wel tot een half miljoen DM oplopen. De wedu­we van zijn vroegere chef Heydrich int immers 7000 mark per maand! Voor ons zit er nog een andere kant aan Kapplers vlucht: weer wordt ge­wezen naar de drie van Breda. De be­schermers van de oude nazi's hebben Reder, nu de enige in Italië gevangen massamoordenaar en Hess voor vrij­lating voorgedragen en de drie wor­den door dit slag niet vergeten. Het

laat opnieuw zien dat het er helemaal niet om gaat hoe oud en ziek die mannetjes zouden zijn — ook aan Kapplers kwaal wordt sterk getwijfeld — maar hoever de invloed van hun aanhang reikt. Zo beroept Kotalla zich bij de Raad van Europa op de rechten van de mens!

W i e moordenaar is

Geen schrillere tegenstelling dat het gejubel om oude misdadigers dan de klopjachten op bedrijvers van een terreurdaad die een fractie uitmaakt van de dagtaak van een kampbeul of bureau-moordenaar. Voor de laatsten geen sprake van isolatiecellen. De rechter acht ze meer en meer buiten staat om terecht te staan, 'verhand-lungsunfahig'. Verzekerde bewaring wordt doorgaans overbodig geacht. Kijken wij alleen maar naar de be­rechting van de misdaad van Ausch­witz. In 1965 vernamen we nog dat er 300 personen terecht zouden staan voor wat zij daar hadden misdreven. Het werden er 36, veelal vrijgesproken en allen vrijgelaten. Het zesde en zeker laatste Auschwitz-proces is zo­juist te Frankfurt begonnen tegen twee verdachten. De heren van I.G.-Farben die gas leverden of slavenarbeiders aannamen en. zij die crematie-ovens bouwden zagen nooit een dagvaarding. Maar zigeuners die vorig jaar protesteerden tegen een SS-reünie in Würzburg be­lagen de openbare veiligheid en krijgen straf. Antifascisten die tegen neo-nazigedoe demonstreren worden afgerost en dan samen met de fascisten berecht. Hitiers staatssecretaris Ganzenmüller, die zelf rapporteerde in een juli-week van 1942 per dag 5000 joden van Warschau naar Treblinka te hebben vervoerd, gaat vrij uit. Zo ook SS-ers die dit jaar bekende eigen­handig meerdere mensen te hebben vermoord. Niemand weet immers met welke 'innere Haltung' die SS-ers ge­moord had. Vast en zeker niet uit 'niedere Gesinnung'! 'Medeplichtigheid aan alle door een bende beganen misdaden' was nog nooit aan één nazi ten laste gelegd, maar wel aan de arts Karl-Heinz Roth, die niemand heeft gedood, maar wel twee jaar gevangen heeft gezeten. De duidelijkste illustratie van de justitie in de Bondsrepubliek is het voortgezette gerechtelijk onder­zoek tegen Emil Carlebach, die jaren­

lang in Buchenwald heeft gezeten, hoofdredacteur van de antifascistische 'tat'. Hij wordt vervolgd op een aan­klacht van .een beruchte fascist en antisemiet, Schönborn. Een aanklacht wegens moord. 'Wordt het nu in alle ernst alweer gevaarlijk om antifascist te zijn?' schreef de vakbondsvoor­zitter van de typografen, Mahlein. Hij heeft al antwoord: het bureau van de W N , de vereniging van vervolgden door het naziregime te Stuttgart is al door de politie doorzocht. Natuurlijk weet die best dat daar geen bommen in de kast liggen. Het geval toont voor de zoveelste maal: de RAF-schoten helpen de reactie.

Verbiedt SS-reünies!

Zo verdacht als een antifascist lijkt, zo rustig kunnen SS-ers zich in de BRD presenteren. Een vijftigtal HIAG- of oud-SS-bijeenkomsten heeft dit jaar in grotere en kleinere steden plaats­gevonden. Er is daartegen in de meeste plaatsen geprotesteerd, een enkele maal heeft een burgemeester een zaal geweigerd. De gemeenteraad van Neurenberg heeft zowel een SS-als neo-nazi-festijn afgeketst. Maar de meeste bijeenkomsten van Wiking, Leibstandarte Adolf Hitier en hoe zij verder heten vonden plaats en de aan­kondigingen gaan door. In juni zijn mensen van zeer vele ver­zets- en kamporganisaties in Brussel bijeen geweest om te protesteren en te overleggen. Het NAC heeft op 3 oktober nog weer eens een telegram over dit ongure gedoe naar Bondskanselier Schmidt te Bonn gestuurd. Het luidt als volgt:

Het Nederlands Auschwitz Comité eist een verbod van verdere H I A G - en andere manifestaties van SS- en nazi­instellingen, aangezien deze de ergste terreurorganisatie uit de geschiedenis zijn geweest.

Te Neurenberg was zowaar een zgn. Auschwitz-congres op touw gezet door o.a. de eerster genoemde Schön­born en met medewerking van een zekere Thies Christophersen. Dit

Vervolg op pag. 8

Page 8: Auschwitz Bulletin, 1977, nr. 08/09/10 Oktober

STUDIE OVER OPVANG Wij verloren . . . Twee mensen die altijd op de bres hebben gestaan voor recht en menselijkheid en daarom ook voor de nazi-slachtoffers, zijn van ons heengegaan: Piet Maliepaard en Annie van Kampen. Piet Maliepaard vocht al in de jaren dertig mee tegen Franco en ging na '40 voort tegen Hitier, waardoor hij in de Duitse kampen belandde. Hij is een van de gang­makers geweest van Centrum '45. Velen van ons hebben zo van zijn activiteiten profijt gehad. Annie van Kampen, voorzitster van de Vrouwen van Ravens­brück, was betrokken bij de Februaristaking en is daarvoor veroordeeld. Tot het laatst toe heeft zij elke actie tegen herlevend fascisme en voor de slachtoffers met alle kracht gesteund. Wij verloren twee voorvechters: de herinnering aan hen zullen wij behouden.

E.T.

Verheugend is de belangstelling voor onze zaak bij jonge mensen. Ver­schillende studenten aan sociale aca­demies hebben scripties gewijd aan de door de nazi's vervolgden.. Soms krijgen wij dan een copie toegezon­den, zoals vorig jaar een studie over hulp aan vervolgden in Polen.

'Over de opvang van vervolgings­slachtoffers uit de oorlog 1940-1945, en over joodse hulpverlening' is een eindexamenscriptie van Leonore Sonn en Liesbeth de Vries voor hun sociale academie. De jonge onderzoeksters deden grondig en betrouwbaar werk; tot hun schrik bemerkten zij hoe ver de verwaarlozing van de teruggekeer­den ging en hoe lang deze duurde. Zij vermelden hoe jarenlang alleen het NAC aan de bel trok en voor welke dovemansoren. Zij laten alle moties, regelingen en rapporten tot en met het WAC-rapport de revue passeren. Het bleek de twee studen­ten dat zij als eersten de geschiedenis van de hulpverlening hadden beschre­ven. Het meeste bereikbare materiaal heeft betrekking op de joodse vervolgden, de talrijksten onder de nazi-slacht­offers. De zigeuners, geschat op on­geveer 250, van wie een vijftigtal terugkwam, zijn slecht geregistreerd en nog slechter opgevangen. De op een andere wijze door een taboe ge­troffen groep, nl. de homofielen, wachtte zich er wel voor zich te melden en bleef daardoor onbekend. Zij komen in de opsomming van ge­gadigden voor de WUV niet voor en kunnen zich zodoende beroepen op de zg. anti-hardheidsclausule, daar zij, hoewel ongenoemd, evenzeer ver­volgd zijn als joden of zigeuners. De vraag waarom de hulpverlening zo laat op gang is gekomen is niet een, twee, drie beantwoord. Duidelijk komt echter uit dat ons comité hiervoor onafgebroken in de weer is geweest, maar op het adres aan de Tweede Kamer in de herfst van 1965 b.v. nooit antwoord kreeg. Een aantal kwesties, zoals de penibele aange­legenheid van de oorlogspleegkinde­ren is door de tijd metterdaad, zij het vaak schijnbaar, opgelost. Natuurlijk komt het KZ-syndroom uitvoerig aan de orde. Waarschijnlijk verergerde dit in de lange periode van verwaarlozing.

Door interviews probeerden de beide onderzoeksters de tweede generatie, waar zij zelf toe behoren, in het beeld te krijgen. Een enkele maal wil men bij de interpretatie van de gegevens wel eens een vraagteken plaatsen, b.v. bij de bewering dat het makkelijker was iemand te vinden voor een sabotagedaad dan voor het onder­duiken van joden tijdens de bezet­ting. Wel was die onderduik inder­daad een zaak van lange adem. Terecht achten beiden het onbegrijpe­lijk dat de zeer weinige teruggekeerde zigeuners n.b. moesten bewijzen dat zij vervolgd waren. Kritiek hebben zij ook op het ontbreken van een eigen zigeunerdelegatie voor het WAC. Ook terecht stellen zij de vraag waar­om, er pas reactie op onze argumenten kwam, toen deze door Ed Hoornik werden uitgesproken. Concluderend wijzen zij erop dat alleen in ons land verschil wordt gemaakt tussen actief en passief verzet, zoals bv. onder­duiken. De rechten van joodse, zi­geuner- en homoseksuele slachtoffers zijn jarenlang ontkend, schrijven zij. Dit in tegenstelling tot die van ver­zetsmensen en Japanse kampslacht­offers. Eerstgenoemden werden mis­schien getolereerd, maar niet geaccep­teerd. En zij besluiten: 'Het is nood­zakelijk dat de hele Nederlandse samenleving geconfronteerd wordt met de problemen van de vervolgings­slachtoffers, zich haar verantwoorde­lijkheid voor hen realiseert en deze omzet in daden.' Wij hebben hieraan niets toe te voegen, behalve dat deze studie ver­spreiding in druk en op ruime schaal waard is.

E.T.

Vervolg van pag. 7

heerschap schreef al eerder de bro­chure 'Die Auschwitz-Lüge', ingeleid door de beruchte advocaat Roeder. Verenigd optreden van raad en demo­cratische burgers van Neurenberg ver­hinderde zowel dit infame 'congres' als een wapenschouw van de horden van de Waffen-SS Westland. Er is dus best iets aan te doen.

BESTUUR EN MEDEWERKERS NAC

Na de dood van onze voorzitter J . Slagter was enige aanpassing van bestuursfuncties nodig. Het bestuur van het Nederlands Auschwitz Comité is nu als volgt samengesteld:

Annie Fels-Kupferschmidt voorzitster Haarlemmermeerstraat 120 Amsterdam-W. tel. 020-158572 Eva Furth-Halverstad secretaresse Diemerkade 43 Diemen, tel. 020-905310 Frits Degen penningmeester Mr. Treublaan 22 Amsterdam-Z., tel. 020-941040 Joop Waterman tweede penningmeester

Dra. Eva Tas redactrice Amsteldijk 23 Amsterdam-Z., tel. 020-795716 David van Geens administratie Orteliusstraat 178 Amsterdam-W., tel. 020-184159 Ro Corper-Blik inlichtingen WUV Barth. Diasstraat 35 Amsterdam-W., tel. 020-168816