Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

12
Werkt. augustus 2012 1 werkt . Verkiezingsspecial van Cedris, nummer 3 september 2012 2e jaargang ‘Novi is een bijzonder flexibele SW’er’. Lees zijn verhaal op de achterkant. VERKIEZINGEN: 8 partijen over sociale werkgelegenheid na 12-9 Werkgevers: aantal SW’ers in bedrijven kan omhoog Werk maken lukt, ook al is het puzzelen Wethouder wil besluiten en vooruit- kijken in crisistijd de brancheorganisatie van sociale werkvoorzieningsbedrijven

description

Kwartaalmagazine van Cedris

Transcript of Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

Page 1: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

Werkt. augustus 2012 1

werkt.Verkiezingsspecial van Cedris, nummer 3 • september 2012 • 2e jaargang

‘Novi is een bijzonder flexibele SW’er’. Lees zijn verhaal op de achterkant.

verkiezingen:

8 partijen over sociale werkgelegenheid na 12-9

Sectoral association for sheltered employment and labour reintegration

Werkgevers: aantal SW’ers in bedrijven kan omhoog

Werk maken lukt, ook al is het puzzelen

Wethouder wil besluiten en vooruit-kijken in crisistijd

de brancheorganisatie van

sociale werkvoorzieningsbedrijven

Page 2: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

WerkgeverS Willen vakerMensen met een afstand tot de arbeidsmarkt lijken steeds meer een plek te vinden bij reguliere werkgevers. Circa de helft van de werkgevers werkt momenteel met mensen uit de doelgroep (48 procent), in de toekomst verwacht zelfs meer dan de helft van de werkgevers met de doelgroep te (gaan) werken (58 procent). Werkgevers die nu werken met de doelgroep, kiezen daar vooral voor omdat ze vinden dat het past bij de cultuur van hun organisatie (53 procent) of hun beleid rond maatschappelijk verant-woord ondernemen (47 procent). Financieel voordeel speelt een kleinere rol (28 procent). Ruim de helft van de ondervraagden vindt bovendien dat werkgevers medeverantwoordelijk zijn om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in te zetten (52 procent).

finanCiële CompenSatie, en riSiCo omlaagWat stimuleert werkgevers om (meer) mensen met een afstand tot de arbeids-markt in dienst te nemen? Een financiële compensatie, stelt twee op de vijf werkgevers (40 procent). Het helpt ook als het financiële risico vanwege ziekte-verzuim wordt weggenomen (34 procent). Verder noemen werkgevers onder andere een soepeler ontslagrecht (24 procent), externe begeleiding voor het gehele traject (22 procent) en de mogelijkheid om op basis van detachering te werken (20 procent).

Werkt. Cedris is de brancheorganisatie van 91 sociale werkvoorzieningsbedrijven. SW-bedrijven ondersteunen mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt om aan de slag te komen. Op een beschutte werkplek, maar bij voorkeur bij een gewone werkgever. SW-bedrijven hebben ervaring met de doelgroep, kennen de regionale arbeidsmarkt en hebben de expertise om een goede match te maken met werkgevers. Ze kunnen werkgevers alle administratieve rompslomp, risico’s en begeleiding uit handen nemen. Werkt. is een uitgave van Cedris. Uitspraken in dit magazine vertegenwoordigen niet per se de mening van Cedris. Hoofdredacteur Marleen Damen Eindredactie Sabine Jimkes (Cedris), Marije van den Berg Redactionele ondersteuning Monique van der Eijk Artikelen Marije van den Berg, Jenny den Hertog, Sigrid van Iersel, Petra Klap, Birgit Kooijman Beeld Mark van den Brink, De Beeldredaktie, Fotografie Duna Bladconcept: Marije van den Berg Basisvormgeving: Studio Paul Pollmann Vormgeving: Vormix Druk: hsgb stimio Exemplaren bestellen of een gratis abonnement? Mail [email protected]. Rechten van artikelen vallen onder de Creative Commonslicentie. Overname onder vermelding van Cedris en de naam van de auteur is toegestaan. Graag horen wij het via [email protected] wanneer u artikelen overneemt.

2 Werkt. september 2012

onderzoek: Werkgevers en SW

Meer SW’ers bij werkgevers mogelijk411 werkgevers zijn afgelopen maand ondervraagd over hun visie op de onderkant van de arbeidsmarkt.

krimpende arbeidSmarktTwee op de vijf werkgevers heeft te maken met een krimpende arbeidsmarkt (40 procent) en een tekort aan gekwali-ficeerd personeel (39 procent). Dit biedt kansen voor hoogopgeleiden. Mensen die niet of nauwelijks geschoold zijn zullen naar verwachting veel minder van deze ontwikkelingen profiteren.

flexibiliSering nodigDe arbeidsmarkt flexibiliseert, ook voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Werkgevers vinden tijdelijk werk (36 procent) en detachering (20 procent) geschikte dienstverbanden voor deze groep. Daarnaast vindt 42 procent van de werkgevers vooral deel-tijdwerk zeer geschikt. Slechts 16 procent denkt dat een vast con-tract geschikt is. De flexibilisering van de arbeidsmarkt heeft ook positieve kanten voor mensen met aan afstand tot de arbeidsmarkt. Van de werkgevers die momenteel te maken hebben met flexibili-sering (29 procent), denkt ongeveer de helft dat de kansen op een baan voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt hierdoor groter wordt.

toename Werk voor de doelgroepBijna de helft van de werkgevers verwacht een toename van geschikt werk voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in de eigen sector (48 procent). De top 3 kansrijke sectoren zijn volgens werkgevers:1) Groenonderhoud2) Schoonmaak3) Zorg

Dit onderzoek is in augustus 2012 in opdracht van Cedris uitgevoerd door Newcom Research & Consultancy onder 411 werkgevers. Het doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in de kansen en het perspectief voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt vanuit de optiek van werkgevers. In september 2012 kunt u alle resultaten lezen op de website van Cedris.nl.

Foto: De Beeldredaktie / Peter Strelitski

Page 3: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

Banen maken met perspectiefHet is aan een volgend kabinet om de grote onvoltooide opdracht op te pakken uit de nalatenschap van het kabinet-Rutte. Cedris-voorzitter Iris van Bennekom pleit voor reëel perspectief voor 400.000 mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

gebracht en mensen naar werk. Meer en meer is dat de taak die sociale werkvoor-zieningsbedrijven op zich nemen. Het is de kunst om bestaand werk anders te organiseren. Smeed tijdelijke banen aan elkaar en maak van baantjes, banen. En kijk of je van het eenvoudige deel van het werk een baan kunt maken. Een garage die te veel werk heeft voor vijf monteurs, kan iemand aannemen die de auto’s de brug op- en afrijdt, het oliepeil controleert en de auto’s schoonmaakt. Geen dure zesde monteur en een fijne baan voor een SW’er. En houd mensen hoe dan ook in beweging, binnen of bui-ten het SW-bedrijf. Mensen leren wer-ken door te dóen. Dat geldt voor ieder-een, óók voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Politiek is van belang dat we de onaan-gename kanten van onze veeleisende en flexibele arbeidsmarkt niet negeren, maar de consequenties ervan onder ogen zien. Aan de ene kant aansluiten bij de behoeften van de markt: flexibi-liteit, professionele begeleiding en het wegnemen van rompslomp en risico. Aan de andere kant een reëel perspec-tief en wat zekerheid en structuur voor werknemers. Daarom is het van belang dat gemeenten en sociale werkvoorzie-ningsbedrijven de ruimte krijgen – ook financieel – om het werk dat er is, om te smeden naar geschikte banen.

Het werk én het talent is er vaak wel, maar aan de onderkant van de arbeidsmarkt ontbre-ken kant-en-klare banen. Er is

iets voor nodig om mensen aan het werk te krijgen en te houden. Banen zijn soms fysiek te zwaar. Het zijn banen voor vak-mensen of hogeropgeleiden. Werk dat wél geschikt is, bijvoorbeeld in de mon-tage of in de verpakking, wordt steeds vaker verplaatst naar het buitenland. Steeds meer werk ademt mee met het economisch tij. Dat zorgt voor ‘draai-deurbijstandsgerechtigden’ die een paar maanden een baan hebben en dan terug-vallen in een uitkering. Er zijn steeds meer baantjes: deeltijdcontracten en nul-urencontracten in de catering, in de schoonmaak, in supermarkten. Op zichzelf prima werk, maar vaak geen baan waarmee je in je levensonderhoud kunt voorzien of uit een uitkering kunt komen. We moeten het geschikte werk en het ruwe talent zien en ombouwen tot banen met perspectief. Banen die aan-sluiten bij het talent van mensen met een beperking én de behoeften van de markt. Dat talent groeit door mensen aan de slag te houden. Die banen maken we samen met ondernemers in de regio. Het werk moet naar mensen worden

CedriS IrIS van Bennekom

‘Breng het werk naar mensen en breng mensen naar werk’

Werkt. september 2012 3

Page 4: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

Het doSSier: Werk maken

Kant-en-klare banen zijn er vaak niet. Niet al het werk is geschikt. Werkgevers kiezen voor flexibele constructies. Maar inspelen op mogelijkheden van mensen en wensen van werkgevers biedt ook kansen. Op die manier maken SW-bedrijven werk. Bijvoorbeeld in Helmond, Oss en Oosterhout.

SW’ers op de arbeids-markt van de toekomst

dorel, de producent van de maxi-Cosi, en SW-bedrijf de atlant groep werken inmiddels 25 jaar samen. de werkplekken bij dorel zijn volledig ingericht voor deze mensen. Foto: De Beeldredaktie / Bart van Overbeeke Tekst: Sigrid van Iersel en Brigit Kooijman

Page 5: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

Werkt. september 2012 5

oss: ‘Vele baantjes maken één baan’Het beroep van Jos van Vlijmen in Oss is moeilijk te omschrijven, want hij beheert, repareert en regelt van alles en nog wat.

D e eerste werkdag van Jos van Vlijmen in de parkeergarage Bergoss was een verschrik-king. Hij moest de twee

schermpjes in de beheerdersruimte in de gaten houden. “De hele dag op één plek, het was drie keer niks”, zegt hij hart-grondig. “Ik had geen enkel contact met mensen. Nou, dan duurt de dag lang.”

Nu beheert hij chip- en parkeerauto-maten, verhelpt storingen en staat hij op twee locaties in de milieustraat. Ook maakt Jos roosters en planningen. “Als ik voor de fietsenstalling niemand kan vin-den, spring ik zelf bij.”

drempelDeze variatie bevalt Jos van Vlijmen

uitstekend. “Maar sommige SW ’ers moeten eerst over een drempel heen”, zegt Michaëlla Cornelissen, directeur van IBN Facilitair. “Het draait allemaal om een goede mix.” De behoefte van de klant staat centraal bij het indelen van verschillende taken. Sommige werk-zaamheden nemen een paar uur per dag in beslag. Door die slim te combineren

Mi Corazon…’ klinkt het zacht-jes uit de luidsprekers in de productiehal. Enkele tien-tallen handen zetten onder-

tussen vaardig een Maxi-Cosi in elkaar, compleet met fleurige rode bekleding en bijpassende kap. Twee vrolijk lachende mannen schuiven aan het einde van de pro-ductielijn een doorzichtige verpakkings-hoes om het autostoeltje. Klaar voor verzen-ding.De Atlant Groep levert al het assemblage-personeel en de begeleiding. Dorel regelt het ontwerp, de logistiek, de inkoop van componenten en de verkoop.De assemblage zit gecentreerd rondom het magazijn. Belangrijk voor mensen die slecht ter been zijn. Omdat veel taken opgesplitst zijn, vraagt dat om meer werkplekken . Ook is er een relatief grote kantine, meer invali-detoiletten, brede toegangsdeuren en een goede klimaatbeheersing.Alles draait hier om de juiste match tus-sen mens en werk. Niet voor een paar gedetacheerden, maar om een groep

van circa 400 SW-medewerkers. De Atlant Groep krijgt dat voor elkaar door vanaf het prille begin intensief met de opdrachtgever op te trekken. Dat begint met een belangrijke stem in het ontwerp van het productieproces. “We vullen geen vacatures, maar we bouwen groeps-arrangementen, volledig gebaseerd op dit productieproces, déze klant en déze men-sen”, zegt algemeen directeur Theo van Kroonenburg van de Atlant Groep.

puzzelHet bedrijf weet van alle werknemers pre-cies wat zij aan kunnen. Gedrag en vaar-digheden, maar ook de belasting van het bewegingsapparaat of het verwerken van psychische prikkels. Op basis hiervan krijgt een werknemer een geschikte werk-plek, werksoort en werkbegeleiding aan-geboden. “De puzzel moet precies klop-pen: dat is ons vak,”, zegt Paul Verbakel, namens de Atlant Groep verantwoorde-lijk voor de groepsdetacheringen.‘‘Protects precious life’ staat op de dozen

van de Maxi-Cosi’s te lezen. Op allerlei manieren zijn controles ingebouwd om die veiligheid te garanderen. Zo kunnen de onderdelen maar op één manier in elkaar gezet worden: het past of het is niet goed. Ook zijn er instructiekaarten met plaatjes en allerlei technische hulpmid-delen.De Atlant Groep doet er alles aan om werkgevers alle zorg rondom administra-tie en begeleiding uit handen te nemen. Maar uiteindelijk tellen de cijfers ‘onder de streep’: het geheel moet voor de werk-gever kostendekkend en concurrerend zijn. De vrees dat een bedrijf uitwijkt naar een lagelonenland zit altijd in hun achter-hoofd. “Hier bij Dorel zit dat wel goed”, zeggen Van Kroonenburg en Verbakel. “Samen werken we continu aan mogelijkheden om het proces slimmer en goedkoper te organiseren. Daardoor kunnen we nu samen werkgelegenheid voor Nederland behouden.”

Helmond: ‘Groepsdetachering is een puzzel die moet kloppen’Jaarlijks zetten gedetacheerde SW’ers van de Atlant Groep bij Dorel in Helmond zo’n 1,3 miljoen Maxi-Cosi’s in elkaar. Een economische factor van betekenis.

Page 6: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

6 Werkt. september 2012

Het doSSier: Werk maken

met andere taken, kan IBN veel beteke-nen voor opdrachtgevers. En de combinatie levert ook de mede-

werkers veel op, is de ervaring bij IBN. Cornelissen ziet de motivatie en de pro-ductiviteit bij de medewerkers zichtbaar

toenemen, onder meer omdat zwaarder en lichter werk afgewisseld kan worden.

onverWaCHt “Je moet wel verantwoordelijkheid kun-nen dragen voor dit werk”, zegt Jos van Vlijmen. “Vorige week waren we om half zes terug van een cursus in Bodegraven. Ik heb me bij thuiskomst gauw omge-kleed en heb ’s avonds nog een dienst gedraaid. Dat is best vermoeiend, maar je doet het voor elkaar.”De behoefte aan structuur van som-mige medewerkers vult IBN Facilitair op verschillende manieren in. Zo heb-ben de medewerkers één vaste leiding-gevende, ongeacht de variatie in werk-zaamheden. De een kan beter inspelen op onverwachte situaties dan de ander. Daar houdt IBN Facilitair rekening mee, bijvoorbeeld door er een ervaren mede-werker bij te zetten. Michaëlla Cornelissen: “We hebben snel de neiging voor een ander in te vul-len wat wel of niet mogelijk is. Maar je ziet het pas echt als je de mensen er zelf bij betrekt.”

oosterhout: Deeltaken in het buurthuis

‘K om half september terug en het zit hier echt nok-kie-nokkie,” zegt Frits Steenbakker, beheerder

van activiteitencentrum de Bunthoef in het Noord-Brabantse Oosterhout. Niet dat het op deze augustusmiddag een totaal dooie boel is; er wordt gebiljart, de bar zit aardig vol. Steenbakker: “Elke dag is hier wel wat te doen: sjoelen, kaar-ten, linedancen. Of een cursus ‘omgaan met geld’. ”Het gemeentebestuur besloot vorig jaar om de zes buurthuizen in de stad in aantal te halveren en om te vormen tot activiteitencentra voor de wijk.

Welzijnsorganisatie Surplus kreeg de opdracht om de activiteitencentra te gaan runnen. Regiomanager Anja Hartmans: “Het sprak vanzelf om voor het beheer en de schoonmaak samen-werking te zoeken met !GO. Wij werken tenslotte met gemeenschapsgeld en we willen zoveel mogelijk mensen een kans geven op volwaardige participatie.”!GO stelde een team samen van 19 men-sen, van wie 16 SW’ers, die de drie cen-tra moesten laten draaien. Sleutelbeheer, schoonmaak en alle andere facilitaire zaken hoorden tot het takenpakket.

koffiezetapparatenHet is in deze beginfase nog zoeken naar de juiste verdeling van de verantwoorde-lijkheden. Surplus-medewerkers doen de financiën en de planning, en ook worden de SW’ers niet geacht om als hulpverlener op te treden. Lichtenberg: “Onze mensen hebben de neiging om, zodra ze de sleutel van het pand in han-

den hebben, zich voor alles verantwoor-delijk te voelen.”Hartmans had er alle vertrouwen in. Maar dat het zó goed zou gaan, had ze niet verwacht. “Binnen de kortste keren zaten we tijdens vergaderingen te praten over koffiezetapparaten en andere futi-liteiten. Dat zegt genoeg.” Lichtenberg: “Jullie hebben ons de ruimte gegeven om de juiste mensen te zoeken. Ze vol-doen niet voor honderd procent aan het functieprofiel, anders hadden ze wel een reguliere baan gehad. Maar ze hebben vaak een extra vaardigheid. Henk zet-ten we bijvoorbeeld in als klusjesman, Pierre is weer goed in planning en admi-nistratie.” Hartmans: “Ik vind het knap hoe jullie ervoor gezorgd hebben dat iedereen elkaar aanvult.”

Op achterkant van dit magazine de ervaringen van Novi en Yoska.

Voor de facilitaire zaken van de buurthuizen in Oosterhout tekent SW-bedrijf !GO.

Jos van vlijmen: “ik hoef gelukkig nooit stil te zitten.”Foto: De Beeldredaktie / Jeroen Appels

Page 7: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

‘I k sprak onlangs een meisje van 19. Ze wil receptioniste worden. Maar op dat moment ‘zat’ ze in de Wajong omdat ze door een reumatische aandoening haar

opleiding tot bloemist niet kon afronden – ze mag de koelcel niet in. Ik kan haar niet naar school stu-ren, want het re-integratiegeld kan ik voor haar niet aan het onderwijs geven. Dat geld is van het UWV. Ja, zo complex is het.Een gemiste kans dus, dat de Wet werken naar ver-mogen van tafel is gehaald. Je ziet dat de onder-linge verschillen tussen partijen te overbruggen zijn. De wet had na de val van het kabinet, met een aantal amendementen, aangenomen moeten wor-den. Maar we gaan lokaal, en vast samen met Den Haag, na 12 september vooruit kijken. Die discussie over de Wsw-cao, die moeten we dan maar eens echt gaan voeren. Mijn ideaal? Mensen met een beperking krijgen de cao van de sector waarin ze werken. Iemand die bij het Leidse Stadsparkeerplan de P&R-busjes rijdt, heeft de taxi-cao en iemand die bij DZB Partycatering zit, de

horeca-cao. Als je van baan wisselt, wissel je van cao. Net als ieder ander. Herkeuren? Dat sluit ík dan niet uit, nee.Ik zie in Leiden nu de gevolgen van de crisis én de geweldige tijd daarvoor. Aan mijn loket zie ik de jongen die in 2007 ‘lekker geld ging verdienen’ in plaats van naar school. Die heeft geen diploma’s en staat nu op straat. Hij vertelt vol trots over zijn

werk als glaszetter, maar we staan op ons Werkplein… Dus als de werkgevers zeggen dat het ontslagrecht versoepeld moet? Dan onder de voorwaarde dat ze die glazenzetter heb-ben opgeleid. Anders: deze man niet ontslaan tot u dat hersteld heeft. Onderwijs en sociale zaken, het gaat over dezelfde mensen en dezelfde oplossingen voor problemen: aansluiten bij de arbeidsmarkt door vakkennis, begeleiding, opleiding. Maar OCW en Sociale Zaken werken heel, heel erg slecht samen. Ik hoop dat een nieuwe coalitie een brede visie op de onderkant van de arbeidsmarkt heeft. Ik ben overigens tegen een nieuwe wet waar dat echt allemáál tegelijk in moet komen. Dat wordt een verzamelbak waar we echt niets aan gaan hebben. De voorbeelden in dit tijd-schrift geven mij energie. Werk maken, niet alleen bij bestaande bedrijven. Ook ik wil het omdraaien: bedrijven bouwen rond de inzet van SW’ers. Ondernemers en de ‘mensontwikkelaars’ van ons SW-bedrijf met elkaar koppelen en kijken of je een winstgevend bedrijf kunt maken. Dat dus wordt gerund door mensen met verstand van de markt sámen met mensen die weten hoe mensen met een arbeidshandicap tot hun recht komen.”

Wethouder in crisistijdJan-Jaap de Haan is wethouder

Werk en Inkomen in Leiden. Hij ziet aan zijn loketten de gevolgen

van de crisis. En hij kijkt waar de kansen zitten na 12 september.

‘Die discussie over de cao moeten we voeren’

Tekst: marije van den berg / Foto: de beeldredaktie

Page 8: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

De messen zijn geslepen, de campagne nadert zijn einde. Wat kunt u van de grootste politieke partijen verwachten voor de onderkant van de arbeidsmarkt na 12 september? We vroegen bij acht Kamerleden naar hun visie op sociale werkgelegenheid en de regelingen daarvoor.

8 politieke partijen over sociale werkgelegenheid na 12 september

de meeste politieke partijen investeren in begeleiding en het maken van werk.Foto: Fotografie Duna

Page 9: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

Werkt. september 2012 9

M alik Azmani: “Het aan de slag helpen van arbeidsge-handicapten kan wat ons

betreft meer ondernemerszin gebrui-ken. Natuurlijk, je hebt als onderne-mer een maatschappelijke verantwoor-delijkheid om mensen met afstand tot de arbeidsmarkt, een kans te geven op werk. Maar wat ons betreft komt de nadruk niet alleen op MVO te liggen. Er is namelijk ook gewoon geld te verdie-nen met een goede businesscase rond de inzet van mensen met een arbeidshan-dicap.Ik heb grote verschillen gezien bij SW-bedrijven en gemeenten op dat punt. Er zijn er die zeer groot durven te denken, internationale bedrijven weten te inte-resseren voor samenwerking. Maar in andere regio’s draait het nog steeds om de order voor de kerstpakketten van de eigen gemeentehuizen… SW-bedrij-ven moeten de taal gaan spreken van de ondernemer. En gemeenten moeten werkgevers betrekken bij het formuleren van hun beleid rond participatie.Mensen moeten aan de slag, met als meest wenselijke scenario: een baan in loondienst bij een reguliere werkgever. Daarvoor zet de VVD groot in op job-coaches. Zij ontzorgen werkgevers echt. Daarnaast pleiten we voor een no risk-polis, loondispensatie, proefplaatsingen en detachering. Maar uiteindelijk moet het gaan om wat mensen kúnnen. De instrumenten om ze aan de slag te hel-pen, zijn daaraan ondergeschikt. Net als de regelingen die voortkomen uit wat mensen niet kunnen. Eén regeling voor participatie, waarin Wsw, WMO, jeugd-zorg een plek krijgen, dat is het doel.

Of wij quota willen? Nee natuurlijk niet. Dat werkt stigmatiserend. En het werkt ook niet; in Duitsland wordt het massaal afgekocht.En ja, wat ons betreft kan de bestaande groep een herkeuring verwachten. Het is niet uit te leggen dat iemand die gewoon fulltime werkt in een schoonmaakbaan, op 105% van het minimumloon zit, en iemand die bij een SW-bedrijf zit en bij lange na die arbeidsproductiviteit niet haalt, op 140%. Die afspraken moe-ten worden opengebroken. Daar moet de VNG, als vertegenwoordiger van de werkgevers zijnde de gemeenten, zijn nek voor uitsteken, vinden wij. “

M ariëtte Hamer: ‘Dat de PvdA voorstander is van het samen-voegen van de WWB, Wsw,

WMO en Wajong mag geen verrassing zijn; al in 2008 stelden wij ons op dat standpunt. Dat neemt niet weg dat wij van mening zijn dat het te billijken is dat er voor mensen die een arbeidshandicap hebben, andere regels gelden dan voor mensen die zonder werk zitten zón-der arbeidshandicap. Een situatie van gewone werkloosheid kan immers ver-anderen, en dan is iemand weer ‘net als iedereen’. Aan een arbeidshandicap kun je niets veranderen. Die handicap moet je niet ontkennen, maar juist érkennen. Niet om te stigmatiseren, maar er iets aan doen dat die handicap geen belem-mering is voor werk. Eén regeling moet er wat ons betreft zijn, maar met ruimte voor dit belangrijke verschil. Verschil mag er wat ons betreft dan zijn in belo-ning en rechten.Dat SW-bedrijven ondernemender wor-den, zoeken naar werk en zelf werk cre-eren, juichen wij toe. Regionale netwer-ken van gemeente, ondernemers en SW-bedrijf: daar zitten de banen. We nemen

afstand van het instrument loondispen-satie. Waarom? Vooral omdat het niet blijkt te werken. En mensen langdurig onder het minimumloon laten werken, druist in tegen ons idee van loon naar werken.We vinden het nodig om werkgevers krachtiger te stimuleren om mensen met een arbeidshandicap werk te bieden. Dat kan met een quotum. Maar ruim-te is er ook bij ons om te praten over de invoer van een extra premie, die kwijt-gescholden wordt wanneer onderne-mers mensen het bedrijf in halen. Want hoewel verschillende ondernemers in de praktijk bewijzen dat inzetten van arbeidsgehandicapten en een winstge-vend bedrijf samengaan, blijkt dat er toch meer nodig is om werkgevers over de drempel heen te halen.”

L éon de Jong: “We zijn, ook al gedoogden wij het Kabinet, altijd kritisch geweest over de Wet wer-

ken naar vermogen. Ons belangrijkste punt? Wij willen de Wsw houden zoals die is, met alle rechten die mensen nu hebben. Zowel in de indicatiestelling als in de toelating. Wij gaan dus niet her-keuren. Wij vinden ook dat iedereen met een indicatie voor begeleid werken, moet kunnen kiezen voor werken bin-nen een sociale werkvoorziening.De discussie zou moeten gaan over hoe we de bestaande regelingen het best kunnen inrichten en hoe we mensen een kans bieden op de reguliere arbeids-markt aan de slag te gaan. Juist in het belang van deze mensen. Of de schotten tussen regelingen belem-merend werken voor mensen die stap-pen willen zetten? Wij zijn van mening dat dat niet zo hoeft te zijn. De sociale werkvoorziening heeft toch nu ook al de verantwoordelijkheid om te kijken wat mensen nodig hebben en maat-werk te leveren? Dat kunnen ze toch ook gewoon doen? Gemeenten moeten creatiever zijn!

Als we niets doen zijn we op weg naar 400.000 Wajong’ers in 2040. Dat is onhoudbaar. Alleen mensen die vol-ledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn, komen daarom in onze voorstellen nog in aanmerking voor de Wajong. Als vangnet is er de bijstand; en daar hoort dan ook een werkplicht bij. In verschil-lende regio’s zien we dat gemeenten en werkgevers goed samenwerken om de doelgroep bij reguliere werkgevers aan de slag te krijgen. Een quotum? Dat vin-den we getuigen van wantrouwen. Dit soort financiële prikkels werken ave-rechts. Je moet bedrijven laten zien dat bijvoorbeeld een Wajong’er juist ontzet-tend gemotiveerd is. En dan administra-tieve drempels wegnemen. Er zijn bedrij-ven die er beleid van maken om arbeids-gehandicapten in dienst te nemen; daar moeten we meer naartoe!”

Veel partijen vergroten de druk op werkgevers

Page 10: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

10 Werkt. september 2012

E ddy van Hijum: “Onze stip op de horizon is één plek waar men-sen met een handicap terecht

kunnen voor al hun hulpvragen. Ver-voer, opleiding, werk, zorg et cetera. Eén regeling voor participatie is dus logisch. We ‘ontschotten’ in onze plannen meer dan de Wet werken naar vermogen door de status aparte voor de beschermde werkplek op te heffen. Uiteraard moeten er beschutte werkplekken zijn voor wie daarop is aangewezen, maar een apar-te regeling zorgt ervoor dat mensen die méér kunnen, moeilijk eruit weg komen, en dat mensen die – soms tijdelijk – ver-slechteren, lang moeten wachten. Die drempels willen wij wegnemen. We stellen de gemeenten in staat om in een iets langere tijd de bezuinigingsdoel-stelling te halen. En nee, wij herkeuren de bestaande groep niet.Loondispensatie voor maximaal vijf jaar vinden wij billijk. In de Wajong wordt overigens al jaren gewerkt met loon-dispensatie, op een manier die werken lonend maakt. Het streven moet wel zijn: mensen tegen normaal cao-loon in dienst. Daarbij helpt het als sectoren de onderste loonschalen op wettelijk mini-mumloonniveau benutten. Gemeenten moeten elkaar niet gaan beconcurreren, en de kleinere gemeen-ten kunnen de expertise van de grote-re gebruiken. Natuurlijk heeft het SW-bedrijf daar een rol in, maar nadrukkelijk is er ook ruimte voor sociale onderne-mingen binnen de re-integratie, zeker als ze specialistische kennis of een netwerk hebben.Wij pleiten voor regionale samenwer-king; dat moet niet betekenen dat de re-integratie uit het vizier van de lokale politiek is. Scherpe gemeenteraden en scherpe wethouders houden zicht op de uitvoering en op resultaat.Een quotum, dat vinden wij te veel inbreuk doen op de vrijheid van onder-nemen. Maar het idee dat Wientjes van VNO-NCW opperde om een deel van de loonsom bij cao’s te reserveren voor arbeidsgehandicapten, klinkt mij als muziek in de oren. Dan moet de over-heid het goede voorbeeld geven – een motie daartoe hebben wij ooit inge-diend, maar het gaat te langzaam!”

S adet Karabulut: “Wij zijn som-ber over het aantal werkplekken buiten de sociale werkvoorzie-

ning. Wij constateren: die plekken zijn er gewoon niet. Het uitstroompercenta-ge is heel laag. De SP pleit dus ook voor behoud van beschutte werkplekken en waar nodig voor uitbreiding. Dat neemt niet weg dat ook wij er natuurlijk voor-stander van zijn dat mensen buiten de SW-bedrijven aan de slag komen. De cao’s moeten blijven zoals ze zijn. Als iemand arbeidsgehandicapt is, en dat blijft, is zo’n 120% van het minimum-loon tot aan het pensioen, toch niet te veel? In de huidige cao is al afgesproken dat mensen de eerste vijf jaar slechts het wettelijk minimumloon verdienen. Voor scholing. De uitschieters zijn vanuit het verleden.Ik ben bezig met een initiatiefwet ‘Soci-aal ondernemen’ waarmee we werkge-vers willen stimuleren mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Door goede begeleiding, en bijvoor-

beeld loonkostensubsidie. En door een verplicht aantal medewerkers met een arbeidshandicap voor grotere bedrijven. Maar ook door een premie te vragen van bedrijven die niet aan deze verplichting voldoen. Daar moeten we nu maar eens aan.We willen de Wsw in zijn huidige vorm behouden, maar wijzen het samenvoe-gen van regelingen niet principieel af. Wat wij wél afwijzen, is de bezuiniging van 1,85 miljard die met de Wet werken naar vermogen samenging. Die draaien wij terug.Of onze plannen betaalbaar zijn, is een vraag naar ‘wat kost dat’. Daar ga ik niet in mee. Ze zijn betaalbaar: wij maken daar-voor de politieke keuze. Maar ik wil het ook hebben over de maatschappelijke opbrengst: mensen die een zo volwaardig mogelijke plek in de maatschappij kun-nen innemen. De boetes voor werkgevers die hun quotum niet halen, zijn een finan-ciële drager onder onze plannen.”

F atma Koser Kaya: “Mensen met een arbeidshandicap willen hun werk doen op een plaats waar ze

optimaal hun talenten kunnen inzet-ten. Deze mensen willen geen etiket, en niet steeds van het kastje naar de muur worden gestuurd. Eén regeling is ver-standig. De Wet werken naar vermogen wilde dat ook, maar vanwege allerlei overgangsmaatregelen ontstonden er in totaal acht regelingen…In de plannen van het kabinet Rutte werden de bestaande gevallen ontzien. Dat klinkt sympathiek, maar het bete-kent dat de bezuinigingen volledig op het bord van de nieuwe gevallen zouden komen. Dat vinden wij onrechtvaardig. Daarom willen wij dat de gemeente ook ‘oude’, bestaande Wajong’ers en Wsw’ers herkeurt, op individuele basis. Zo krij-gen gemeenten de mogelijkheid om mensen op een plaats te krijgen waar zij hun talenten kunnen benutten én voor-komen we een tweedeling tussen oude en nieuwe gevallen.

Ook willen we 20.000 Wsw-plaatsen éxtra en gaan we niet bezuinigen op re-integratie, maar juist extra investeren in begeleiding en scholing. Wij zijn voorstander van loondispensa-tie. Minder dan het minimumloon ver-dienen, maar wel meer dan een uitke-ring. Wij denken daarmee ook werkge-vers te stimuleren om mensen in dienst te nemen. Deze periode mag van ons maximaal vijf jaar duren.Als werkgevers niet genoeg actie onder-nemen om mensen in dienst te nemen of niet snel genoeg resultaten boeken, stellen we een quotum in.SW-bedrijven hebben veel kennis in huis als het gaat over begeleiding en ondersteuning van mensen met een arbeidshandicap. Wij gaan er vanuit dat gemeenten daar zo optimaal mogelijk gebruik van maken. Maar ook andere ontwikkelingen, zoals het ontstaan van uitzendbureaus voor Wajong’ers vinden we een goede zaak.”

‘Gebruik de kennis en het netwerk van het SW-bedrijf ’

Page 11: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

Werkt. september 2012 11

J esse Klaver: “GroenLinks wil af van de stigma’s en labels. Een mens ís niet zijn handicap of

beperking. Zo mogen we ook niet naar mensen kijken. Ons voorstel, de Wet Werk en Zekerheid, wil gemeenten de ruimte geven om maatwerk te kunnen bieden en dat kan alleen maar als je toe-groeit naar één regeling met een zo veel mogelijk ontschot budget. Maar niet iedereen zal kunnen doorstromen. Er zal dus altijd beschut werk voor een bepaal-de groep mensen blijven bestaan.Wij zijn niet principieel tegen tijde-lijk betalen onder het minimumloon, maar we vinden dat dat nooit langer dan tweeënhalf jaar mag duren. Proeven die ermee gedaan zijn, zijn overigens wei-nig succesvol gebleken. We moeten dus blijven zoeken naar mogelijkheden om mensen aan het werk te helpen. Een quotum? Daar zijn we niet tegen, maar we willen dat achter de hand houden, ook voor stages of leerwerkplekken.Gemeenten en SW-bedrijven wer-ken intensief samen en dat blijft wat ons betreft zo. Ons streven is een ‘leer-werk-bv’. Daarin zit alle deskundigheid en goede praktijken van opleidingsin-stituten, gemeentelijke sociale dienst, SW-bedrijven, het UWV, de vakbe-weging én gewone bedrijven, bijvoor-beeld uitzendbureaus in de gemeente. De mensen in dienst bij de leer-werkbv krijgen voor een substantiële periode baan- of werkzekerheid en een ‘ontwik-kelverplichting’. Bedrijven kunnen een financieel belang in de bv’s nemen, en hen als preferred supplier aanwijzen, in ruil voor bijvoorbeeld de mogelijkheid deze als tijdelijk beschutte werkplek te gebruiken in geval van ziekte of arbeids-ongeschiktheid voor de eigen werkne-mers. Het ‘schaalniveau’ van de leer-werkbv kan locatiegebonden zijn - een regio of een bedrijventerrein - zijn, of een sec-tor. Als de leer-werkbv langs deze lijnen wordt opgezet ligt intensieve samenwer-king met bijvoorbeeld de ROC’s en vak-scholen voor de hand. Daarmee biedt de leer-werkbv ook kansen als opstapbaan voor schoolverlaters. GroenLinks wil gaan onderzoeken hoe een dergelijke leer-werkbv als publiek-private samen-werking kan functioneren.”

C arola Schouten: “Werk, scho-ling en inkomensondersteuning in één regeling bepleiten wij,

met voldoende ruimte voor maatwerk en geen onderlinge concurrentie tus-sen regelingen. Wij draaien de voorge-nomen bezuinigingen op re-integratie terug, omdat je in onze ogen mensen alleen aan het werk krijgt als je voldoen-de geld uittrekt voor begeleiding en aan-passen van werkplekken. De bestaande cao’s laten wij ongemoeid en voor de beschutte werkplek bete-kent dat dat ook nieuwe mensen daar-onder vallen. Er moet een goede selectie vooraf plaatsvinden wie er recht heeft op een beschutte werkplek en nooit in een reguliere werkplek zal kunnen werken. Dan speelt het issue belemmering van de doorstroom door twee regelingen in onze ogen ook niet.Werkgevers die iemand met een arbeids-handicap langer dan vijf jaar in dienst hebben, belonen wij met een ‘waarde-ringsbonus’. Stimuleren en overtuigen is voor ons de weg. Een quotum vinden wij niet de manier: mensen moeten er werken om wat ze toe te voegen hebben, niet om een quotum te halen.Van alle ondernemers heeft slechts vier procent iemand met een arbeidshandi-cap in huis. Dat kan hoger. In sectoren waar het echt te lastig is, zullen wij een extra premie vragen, die dan vervolgens teruggegeven wordt aan werkgevers die wel mensen in dienst nemen. Een wet-telijk quotum is overigens wel een stok achter de deur.Werk moet lonen. Beloning onder het wettelijk minimumloon vinden wij niet wenselijk.De aansluiting van onderwijs op werk, daarvoor willen wij meer aandacht. Er mag geen gat vallen, juist niet bij deze doelgroep. Jobcoaches de scholen in, scholen de werkvloer op, en bij dat alles ook de ouders betrekken. Warme over-dracht is noodzakelijk. Studerende jongeren met een arbeids-beperking lopen tegen barricades op. De studiefinanciering moet hierop wor-den aangepast. En promotieplekken in deeltijd zou mogelijk moeten wor-den om ook die plekken voor mensen met een arbeidshandicap bereikbaar te maken.”

Tekst: Marije van den Berg

Waar het op neerkomt

De meeste partijen streven naar één ontschotte regeling aan de onderkant van de arbeidsmarkt voor mensen die (deels) nog kun-nen werken. PVV en vooralsnog SP willen de bestaande regelin-gen behouden. Alle partijen wil-len de uitvoering neerleggen bij de gemeente.Bij nadere beschouwing worden vaak wel grenzen aan de ‘ont-schotting’ of gemeentelijke vrij-heid gesteld. Zo houdt GroenLinks ‘deels’ de Wsw in stand. PvdA en VVD maken onderscheid tus-sen arbeidsgehandicapten en niet-gehandicapten in de rege-ling (PvdA) of inzet van trajecten (alleen voor gehandicapten, VVD).De druk op werkgevers wordt groter. Meerdere partijen pleiten voor quota of andere (negatieve) financiële prikkels om werkgevers over de streep te trekken. Andere partijen sluiten meer dwingende maatregelen voor de toekomst in elk geval niet uit. Een aantal partijen pleiten voor een vriendelijker klimaat voor sociale ondernemingen: door fis-cale maatregelen of een passende rechtsvorm.Alleen D66 en VVD pleiten expli-ciet voor herkeuring van de bestaande doelgroep Wsw’ers.

Op www.cedris.nl is een analyse van de verkiezingsprogramma’s te vinden.

‘Eén wet, maar met grenzen aan de ontschotting’

Page 12: Werkt. Verkiezingsspecial, september 2012

12 Werkt. september 2012

Novi: “Ik heb jaren administratief werk gedaan bij financiën en op de houtafde-ling van !GO, totdat mijn functie werd opgeheven. Ik kreeg een nieuwe baan als beheerder van een fietsenkelder, maar de kou in de winter was slecht voor mijn gestel - ik heb een chronische darmaan-doening - en ik werd ziek. Toen ik weer opgeknapt was, hoopte ik op een baan waarin ik met mensen kon werken. Dus ik heb enorm geboft met deze functie. Het is ook nog eens in mijn eigen buurt, soms komt er ineens iemand van vroeger bin-nenstappen. Dan zeg ik: ‘Hé, ben jij niet de zoon van die en die?’”Yoska: “Er zijn weinig van dit soort banen in de SW, waarbij je zoveel zelfstandig-heid hebt.”Novi: “Officieel ben ik assistent-beheer-der, maar ik werk alleen. De hoofdbeheer-der en ik wisselen elkaar af. Ik wijs bezoe-kers de weg, sta achter de bar, maak een

praatje met de mensen. Dat gaat goed, het is één keer voorgekomen dat ik Yoska gebeld heb omdat iemand heel erg boos was. ‘Dit gaat me boven de pet,’ dacht ik.” Yoska: “Binnenkort krijgen de beheer-ders een training in omgaan met lastige mensen.” Novi: “Laatst ging een oude man half-dronken aan de bar zitten. Ik heb op een gegeven moment tegen hem gezegd: ‘Vriend, dit is je laatste biertje.’ Maar dan moet ik echt even diep ademhalen.”Yoska: “Novi is een ontzettend aardig iemand, mensen weten dat ze hem din-gen kunnen toevertrouwen. Hij is ook nog eens heel flexibel, uitzonderlijk voor een SW’er; de meeste willen toch wel graag weten waar ze aan toe zijn. Hij is altijd bereid om extra te werken, doet niet moeilijk over werken in de avond en op zaterdag. Soms neem ik hem tegen zich-zelf in bescherming, als ze hem wéér wil-

len bellen. Dan zeg ik: ‘Nee, Novi heeft deze week al genoeg gewerkt.’” Novi: “Jij hebt anders ook veel uren gedraaid in het begin. Ik kreeg weleens een mail van je die ‘s avonds om elf uur verstuurd was.” Yoska: “Dat jou dat opvalt! We zijn met zijn allen in het diepe gesprongen op 1 april, het was aanpoten, alles was nieuw voor iedereen. Daarom voel ik me ook meer collega dan begeleider. We doen het samen.”

Tekst: Brigit Kooijman/Foto: Mark van den Brink

op de Cover

SW’er Novi Djenal (52) is assistent-beheerder in activiteitencentrum De Slotjes in Oosterhout. Yoska Merkxis zijn begeleider.

‘Ik heb enorm geboft’

In de Oosterhoutse buurthuizen maakt

SW-bedrijf !GO samen met de welzijns-

instelling werk geschikt voor mensen aan

de onderkant van de arbeidsmarkt. In het

artikel vanaf pagina 4 hierover meer. Lees

ook het artikel op pagina 7.