Strijdkreet #11

24
Magazine van het Leger des Heils Jaargang 127 nr. 11 LIENTJE MAST “Elke dag breng ik mijn dank aan God” ROSA DINNISSEN Over veiligheid in Nederland EX-LIJFWACHT SADDAM “Voor mijn executie bleef de deur op slot” Hoe veilig zijn we nog?

description

Wat kan het stormen in je leven. Wat kan het donker zijn om je heen. Wat kan de angst je om het hart slaan. Geweld op straat, drugsgebruik onder jongeren, ebola, vogelgriep, oorlogen en aanslagen, het neerhalen van vlucht MH17, de dreiging van Islamitische Staat... Logisch dat we ons angstig gaan voelen. Moeten we bang zijn voor dit soort ontwikkelingen? Of zijn we bang voor niets en wordt angst ons aangepraat? Is er een antwoord op angst? Is er licht in de duisternis?

Transcript of Strijdkreet #11

Page 1: Strijdkreet #11

Magazine van het Leger des HeilsJaargang 127 nr. 11

LIENTJE MAST“Elke dag breng ik mijn dank aan God”

ROSA DINNISSENOver veiligheid in Nederland

EX-LIJFWACHT SADDAM“Voor mijn executie bleef de deur op slot”

Hoe veilig zijn we nog?

Page 2: Strijdkreet #11

redactieHoofdredacteur Majoor Robert Paul Fennema

EindredacteurMenno de Boer

Redactie | [email protected] SietsemaWillemijn de JongNathan SudmeierMarko Mellema

VormgevingNathan SudmeierMichelle de Bree

Traffi cArnoud van Roosmalen

CoverNathan Sudmeier

reageren & abonnementenLEGER DES HEILST.A.V. REDACTIEPOSTBUS 3006, 1300 EH, ALMERERedactie | [email protected] | www.legerdesheils.nl

drukSenefelder Misset BVMercuriusstraat 357006 RK Doetinchem

strijdkreetMAGAZINE VAN HET LEGER DES HEILSStichter | William BoothInternationaal leider | Generaal André CoxLeider Nederland | Commissioner Hans van Vlietwww.legerdesheils.nl | [email protected]

© Leger des Heils 2014Het Leger des Heils is een internationale beweging en behoort tot de universele christelijke kerk. Zijn boodschap is gebaseerd op de Bijbel. Zijn dienstverlening wordt gestimuleerd door de liefde tot God. Zijn opdracht is het Evangelie van Jezus Christus te prediken en in Zijn naam menselijke nood te lenigen zonder enige vorm van discriminatie.

nr. 11

Wat kan het stormen in je leven. Wat kan het donker zijn om je heen. Wat kan de angst je om het hart slaan. Geweld op straat, drugsgebruik onder jongeren, ebola, vogelgriep, oorlogen en aanslagen, het neerhalen van vlucht MH17, de dreiging van Islamitische Staat... Logisch dat we ons angstig gaan voelen. Moeten we bang zijn voor dit soort ontwikkelingen? Of zijn we bang voor niets en wordt angst ons aangepraat? Is er een antwoord op angst? Is er licht in de duisternis?

Magazine van het Leger des HeilsJaargang 127 nr. 11

LIENTJE MAST“Elke dag breng ik mijn dank aan God”

ROSA DINNISSENOver veiligheid in Nederland

EX-LIJFWACHT SADDAM“Voor mijn executie bleef de deur op slot”

Hoe veilig zijn we nog?

Page 3: Strijdkreet #11

INHOUDRosa Dinnissen over veiligheid in Nederland 4

Lientje Mast heeft Als 8

Jack nieuwenhuizen: Niet in mijn achtertuin! 12

Moeder, laat het lampje aan! 14

Rasak Avakthi nog altijd bedreigd en achtervolgd 18 Bang in het donker? 20

strijdkreet | 3

Page 4: Strijdkreet #11

Rosa Dinnissen (Clingendael) over veiligheid in NederlandSamenwerken, meedoen en waakzaam zijn

Jurjen Sietsema Clingendael/ANP

De Islamitische Staat (IS), Oekraïne, Mali, Somalië en Afghanistan. Het zijn maar een paar brandhaarden in de wereld van vandaag. Nederland is militair en op andere manieren actief in al deze gebieden en in de strijd tegen IS. Maar, wat betekent dat voor onze eigen veiligheid? In Nederland zelf?

4 | strijdkreet

Page 5: Strijdkreet #11

‘Een wankele wereldorde’. Zo heet de strategische monitor 2014 die Clingendael, het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen, in juni uitbracht. Een jaarlijks rapport waarin het instituut trends in de ontwikkelingen op het wereldtoneel beschrijft. Trends afkomstig uit het vele onderzoek dat Clingendael doet en waarop ministeries als Buitenlandse Zaken en Defensie mede hun beleid baseren. Eén van de onderzoekers is Rosa Dinnissen. Ze studeerde onder andere politicologie, liep stage op Clingendael en ‘bleef hangen’. Ze houdt zich als onderzoeker onder meer bezig met interne en externe veiligheid. Nederland is waakzaam

Dat de wereldorde wankel is, bevestigt ze: “Er gebeurt veel, en veel tegelijkertijd in de wereld.” Toch is ze niet bang voor de veiligheid in Nederland zelf. “Als ik naar mezelf kijk, dan voel ik mij zeker niet onveilig in Nederland. De Nederlandse overheid zit er bovenop. Toch weet je van tevoren natuurlijk nooit wat er kan gebeuren. Daarom is het belangrijk om waakzaam te zijn en dat is Nederland in mijn beleving zeker. Alles wat we kunnen doen om eventuele dreigingen in kaart te brengen, trends te signaleren en eventuele onveilige situaties voor te zijn, doen we.” Internationaal samenwerken belangrijk

Ondanks de relatief veilige situatie in Nederland liegen de conclusies in de monitor van Clingendael er niet om. De spanningen tussen de grote mogendheden, de Verenigde Staten, China, Rusland en de Europese Unie (EU) nemen toe en daarmee het risico van incidenten en conflicten. Ook in de staten die rondom de EU liggen, zijn er meer conflictsituaties waardoor de veiligheid in de EU gevaar zou kunnen lopen. Internationale samenwerking is daarom het kernwoord. Ook binnen de EU en de Verenigde Naties. Daarin speelt Nederland volgens Rosa een belangrijke rol. “Het is niet zo dat wij een klein land zijn dat in internationaal verband niet wordt gezien. Integendeel. Wij hebben veel kennis in huis op het gebied van internationale verhoudingen, diplomatie en op militair gebied. Die kennis delen we met andere landen. Ook in de conflictgebieden waar we bijvoorbeeld militairen en politiemensen trainen. Vooral daar ligt onze kracht. Wij kunnen geen hele vloot F16’s

leveren, maar we hebben wel hoogwaardige kennis in huis en de mensen die die kennis kunnen overdragen.” Media werken mee aan gevoel van onveiligheid

Begrijpt Rosa dat mensen zich in Nederland, als ze naar het journaal kijken, niet altijd even veilig voelen? “Ja. Er is natuurlijk ook wel een zekere dreiging, maar wat ik te weinig in de media hoor, is hoe hard er in Nederland aan wordt gewerkt om binnenlandse dreigingen te beperken. De media werken mee aan het groeiende gevoel van onveiligheid door bijvoorbeeld de IS-terroristen een platform te geven. Aan elk filmpje wat ze de wereld insturen, besteden de media direct en uitgebreid aandacht. Daarmee bereiken de terroristen het doel dat ze met deze filmpjes nastreven: afschrikken en angst zaaien. Het zijn mensen met een heel slim communicatiebeleid en tot nu toe bereiken ze hun doel. Ze willen aandacht en de media geeft ze die. De beelden zijn gruwelijk en je moet er niet aan denken dat zoiets hier zou gebeuren. Dan is het vervolgens niet vreemd dat de gemiddelde Nederlander, die geen volledige kennis heeft van wat er achter de schermen van de nationale en internationale politiek gebeurt, bang is voor aanslagen in ons land. Ik denk dat journalisten, en anderen die terroristische groeperingen zoals IS een platform bieden, zich moeten realiseren welke impact zij als informatievoorzieners kunnen hebben op de emoties en spanningen die er onder de bevolking leven. Als je de ene kant van het verhaal laat zien, moet je ook aandacht besteden aan de andere kant.”

Niet meedoen is geen optie

Hoe kwetsbaar is Nederland eigenlijk, als het om veiligheid gaat? “Naar mijn mening niet kwetsbaarder dan de meeste Europese landen. Je moet er altijd rekening mee houden dat je, als je meedoet aan vredesoperaties in landen als Afghanistan, Mali en Somalië, kwetsbaar bent. Deze kwetsbaarheid is misschien wat toegenomen door de deelname van Nederland aan de strijd tegen IS. Er zijn landen en bevolkingsgroepen die je dat niet in dank zullen afnemen. Maar niet meedoen, is geen optie. Wij maken deel uit van de NAVO, van de EU en van de Verenigde Naties en zetten ons overal in de wereld in voor mensenrechten, veiligheid en ontwikkeling. Wij

strijdkreet | 5

Page 6: Strijdkreet #11

kunnen ons niet afzijdig houden. Dat zou betekenen dat we ons buiten deze internationale verbanden stellen en dat zou misschien nog wel veel negatievere gevolgen kunnen hebben voor onze veiligheid.” Dominantie Europa op wereldtoneel neemt af “Zeker is, dat er continu veel verandert in de wereld en dat we niet weten hoe dat zal uitpakken. De wereld wordt gekenmerkt door onzekerheid en complexiteit. We zien wel dat de dominantie van Europa in de wereld afneemt. Economisch en politiek. Een land als China is veel machtiger geworden en in de toekomst zullen daar nog andere Aziatische landen, zoals Zuid-Korea, Indonesië en natuurlijk India, bijkomen.Daar moeten we in de toekomst rekening mee gaan houden. Daar staat tegenover dat de Verenigde Staten militair nog steeds een leidende rol spelen in de wereld, al lijkt het erop dat zij zich steeds meer willen richten op de eigen interne problemen zoals energieonafhankelijkheid. We weten niet of de machtsspreiding in de wereld vreedzaam zal verlopen en hoe stabiel de opkomende mogendheden uiteindelijk zijn. Kijk bijvoorbeeld naar Rusland. Een land dat relatief dichtbij ligt. Hoe gaat het zich opstellen tegenover Europa in de toekomst? Naar aanleiding van de Oekraïne-crisis en de ramp met MH17, maar daarvoor al, is de verhouding met dit land behoorlijk afgekoeld. Er zal heel wat voor nodig zijn om de verhoudingen te herstellen naar het niveau van de laatste jaren. Daarin spelen diplomatie, politiek en economische verhoudingen een grote rol. Dat is denk ik ook belangrijk voor onze eigen positie in de wereld. Hoe sterk is het economisch herstel in Nederland, in Europa?” Hard blijven werken aan veilige wereld

Samenwerken, meedoen en waakzaam zijn. Dat zijn de belangrijkste eigenschappen waarmee Nederland zijn eigen veiligheid binnen de wereld kan waarborgen. “We hebben de wereld veel te bieden. Veel kennis en de wil om samen met andere landen te werken aan een veilige wereld. Daarom ben ik er niet bang voor dat onze eigen veiligheid direct gevaar loopt. Maar dat er hard aan gewerkt moet worden, dat is zeker. Vrede en veiligheid zijn nooit vanzelfsprekend geweest en dat zullen ze waarschijnlijk ook nooit worden...”

6 | strijdkreet

Page 7: Strijdkreet #11

Hoe veilig zijn

we nog?

strijdkreet | 7

Page 8: Strijdkreet #11

Lientje Mast heeft ALS… en toch:

“Elke dag breng ik mijn dank aan God”

Lientje Mast Guus Mast

8 | strijdkreet

Page 9: Strijdkreet #11

strijdkreet | 9

Page 10: Strijdkreet #11

Er is niets wat me gelukkiger maakt. Dank voor mijn liefde-

volle en zorgzame man, voor ons gezin, voor dierbare familie

en vrienden en hun muur van gebed om ons heen, voor 65

jaar gezondheid, voor alles wat ik nog wel kan, enz. enz. Zo is

mijn/ons bidden veranderd in danken. Vragen zijn overbodig,

die zijn allang bij Hem bekend. Het hartzeer om elkaars

verdriet is verreweg het moeilijkst. Maar ook hierin zorgt de

Heer voor ons: zijn hartverwarmende troost is genoeg voor

elke nieuwe dag.

Hoewel met vertraagde tred, dienen lichamelijke beperkin-

gen zich onontkoombaar verder aan. Van het slechte spreken

heb ik het meeste last. Zo lang dat lukt, doe ik in AMC, VU

en UMC mee aan allerlei wetenschappelijk onderzoek. Er is

enorm veel behoefte aan data van ALS-patiënten. Op deze

manier mag ik iets betekenen voor andere/toekomstige

patiënten, waarbij m'n hart vooral uitgaat naar die jonge

gezinnen, waarvan een ouder door ALS is getroff en.

Als heilssoldaat heb ik jarenlang de meest mooie teksten mo-

gen zingen en uitspreken. Over de dagelijkse kracht en liefde-

volle troost van onze Heiland. Ik kan alleen maar zeggen: het

is waar!! Uitsluitend door Zijn kracht kan ik sterk zijn, daar is

geen enkele eigen verdienste bij. En op mijn beurt mag ik juist

door mijn ziek-zijn de naam van God verheerlijken. Daarbij

verbleekt alles. 'De Heer wil ik loven, zolang ik leef, mijn God

bezingen zolang ik besta!' (Psalm 146:2)

Guus en ik zien de toekomst vol vertrouwen tegemoet. De

kinderen zijn fantastisch voor ons, dat kan niet beter. We

lachen, huilen en bidden samen. God is goed!”

Hoe veilig voelen wij ons nog tussen de dreigingen van vandaag de dag? Ebola, de confl ictsituatie tussen Rusland en Oekraïne, het neerhalen van vlucht MH17, de dreiging van Islamitische Staat... De media komen met zoveel angstige verhalen, dat het bijna lo-gisch is dat mensen zich angstig gaan voelen. Zijn we inderdaad zo bang? En waar zijn we dan bang voor? Voor geweld? Voor wat ons misschien kan worden aangedaan? Of gaat het nog dieper? Gaat het – als je maar lang genoeg door redeneert – eigenlijk om de angst voor de dood? Lientje Mast, heilssoldate en tot voor kort werkzaam voor het Kerkgenootschap van het Leger des Heils, kreeg dit jaar te horen dat ze een levensbedreigende ziekte heeft. Je hele veilige wereld stort in. Wat doet dat met je? Hoe veilig ben je dan? Ben je bang? Ze schreef haar eigen relaas…

“Begin januari '14 kwam de diagnose: u bent getroff en door de

ernstige spierziekte ALS. M'n man en ik waren verbijsterd, we

wisten amper wat ALS inhield (de Ice Bucket Challenge was

nog niet begonnen). In de maanden daarvoor waren er toe-

emende gezondheidsklachten: vertraagd lopen, struikelen,

krachtverlies in handen, vingers die niet meer aan te sturen

bleken, verslikken en moeizamer spreken. Aanvankelijk had ik

voor alles een verklaring...

Omdat ALS een zeldzame ziekte is, werden de symptomen

eerst niet als zodanig door de huisarts herkend en pas bij

het derde consult werd ik doorverwezen naar de neuroloog

in plaats van naar de fysiotherapeut en podoloog. Ineens

ernstige gezichten alom, uitgebreid onderzoek, second opin-

ion in AMC en toen de uitslag. De professor wond er geen

doekjes om: levensverwachting 3 tot 5 jaar, want er is nog

geen doeltreff end medicijn. Op de terugreis kwam de eerste

regel van Psalm 23 in mijn gedachten: 'De Heer is mijn Herder,

mij ontbreekt niets'. Deze regel werd vanaf dat moment ons

uitgangspunt bij alles. En zo kon het gebeuren, dat dankbaar-

heid voor Gods ontelbare zegeningen de grondtoon werd in

plaats van angst, ook toen het desastreuze verloop van deze

ziekte ons duidelijk werd. Elke dag opnieuw breng ik mijn

dank aan God.

‘De Heer is mijn Herder, mij

ontbreekt niets’

10 | strijdkreet

Page 11: Strijdkreet #11

strijdkreet | 11

Page 12: Strijdkreet #11

Niet in mijn

achtertuin!Willemijn de Jong

12 | strijdkreet

Page 13: Strijdkreet #11

‘Not in my backyard’. Het is een inmiddels

bekend begrip voor het fenomeen

‘ik vind het prima als verslaafden

en psychiatrische patiënten worden

geholpen, maar niet in mijn buurt’. Waarom

willen mensen cliënten van het Leger des

Heils bijvoorbeeld niet als buur hebben?

Is het angst voor overlast? We vroegen

het aan de buurman van De Blinkert, een

locatie voor verslaafde en psychiatrische

patiënten van het Leger des Heils.

“Bang? Haha, moet ik even rechtop gaan staan?”

lacht Jack Nieuwenhuizen als ik vraag of hij bang is

voor de cliënten van de Blinkert. Nee, bang is hij niet.

Maar dat Jack en zijn gezin maar enkele meters van de

zorginstelling in Baarn afwonen, is hen lange tijd niet in

de koude kleren gaan zitten. “Een jaar geleden hebben

we nog overwogen om te verhuizen. Ik begrijp dat deze

mensen moeten worden opgevangen, maar dat ze dat

midden in een rustige woonwijk doen, dat snap ik niet.”

Toen de doelgroep van de Blinkert veranderde

van demente bejaarden naar mensen met een

verslavingsachtergrond en zorgindicatie, steigerde de

buurt.

“De oude mensen werden pas om tien uur uit bed

gehaald en lagen er om zeven uur weer in. Daar hebben

we nooit last van gehad.” Inmiddels heeft buurman Jack

een redelijke relatie met de Blinkert, maar ook hij was fel

tegen de komst van de nieuwe bewonersgroep. “Ineens

lopen er hier colonnes mensen van de Blinkert naar de

supermarkt verderop. Daarbij lopen, nou ja zwálken, ze

langs mijn tuin. Dat heb ik geweten, hoor. Lege blikjes en

flessen, maar de tuin werd ook als toilet gebruikt.”

Spijkers

De straat waar de Blinkert aan ligt, werd meer en

meer een openbare vuilnisbak. Maar dat was niet het

enige dat lastig was voor de buurman. “Als cliënten

of medewerkers op het balkon stonden, zeker tijdens

nachtdienst, hoorden we alles van ze. Het was of ze naast

m’n bed stonden. Inmiddels hebben we er geen last meer

van hoor, nu we afspraken hebben gemaakt – maar ik

vond ’t verschrikkelijk.” Jack is met vier megaspijkers

naar de directeur gestapt en heeft gezegd: ‘Hier, die zijn

voor jullie balkondeur’. Eens per jaar is er een buurt-

barbecue op de Blinkert en daar gaan Jack en zijn vrouw

trouw heen. “Dan merk je wel dat er daarbinnen van

alles gebeurt. Er zijn natuurlijk ook mensen die de straat

helemaal niet meer op komen. En ja, als buurman van

deze bewoners kun je boos worden om de overlast, of je

kunt vrienden worden met de instantie en samen zorgen

voor oplossingen. Zo hebben we hier een vuilnisbak

geplaatst en dat scheelt nu een hoop vuil op straat. En

als er hier een cliënt in de tuin van de buren staat te

plassen, dan treed ik wel op. Ik breng dan bijvoorbeeld

zijn rollator naar de receptie – mogen zij de cliënt op

komen halen. Die kan namelijk niet zonder rollator

teruglopen.” Zijn vrouw vult aan: “Ja, ik moet wel

kinderen opvoeden. De regels die in deze buurt gelden,

gelden ook voor hen. Er zit een kleuterschool naast de

Blinkert, die kinderen schrikken zich wild als er een

ontsnapte cliënt in zijn onderbroek op de stoep zit. Kijk,

dan brengen we ‘m wel terug hoor. Een psychose is wel

wat anders dan dronkenschap.”

Straatstenen

Dat ze nu zo goed op kunnen schieten met de leiding

van De Blinkert, komt volgens Jack door de verbeterde

communicatie. “Ik stap gewoon binnen als ik ergens last

van heb. Als er een halfleeg biertje onder de nieuwe auto

van mijn dochter ligt, breng ik die naar de receptie. Dan

voel je je wel de zeikerd, maar de situatie is daardoor

inmiddels wel een stuk verbeterd.”

Op de vraag of ze nu opnieuw hun huis zouden kopen,

zo vlak naast het Leger des Heils, schiet Jack in de lach.

“Als ik nu zeg dat ik mijn huis niet meer zou kopen, dan

raak ik het straks aan de straatstenen niet meer kwijt. De

buurt is er met deze cliënten ook een stuk kleurrijker op

geworden, hoor. Weetje, het heeft gewoon twee kanten.

Enerzijds durf ik de cliënten niet aan te spreken op

hun gedrag, omdat ik geen lege fles door mijn ruit wil.

Anderzijds maken we regelmatig een praatje met ze en

kunnen we vaak met ze lachen. Zolang je goed blijft

communiceren met het personeel van De Blinkert, is het

prima wonen hier!”

“ De situatie is een stuk verbeterd”

strijdkreet | 13

Page 14: Strijdkreet #11

“Bang voor jou en bang voor mij, bang voor dood en bang voor pijn, moeder laat het lampje aan, ‘t is donker hier.” Ken je dat lied ‘bang’ van Doe Maar? Want dat is herkenbaar, toch? Bang zijn we allemaal. Voor de IS, een enge ziekte uit Afrika of – dichterbij huis – bang voor een dodelijk ongeluk. En dat terwijl we nog steeds in een van de veiligste landen ter wereld leven. Waarom zijn we toch zulke angsthazen? En is ons onveilige gevoel terecht?

Volgens Jos Jazie, behandelcoördinator van het

Angstcentrum, is angst onze sterkste emotie. “Angst heeft

een beschermende functie en waarschuwt ons. Dat doet hij

op twee manieren. Hij zorgt ervoor dat we iets niet durven

dat gevaarlijk voor ons is. We zouden bij een autosnelweg

bijvoorbeeld zomaar oversteken als onze gezonde angst ons

niet zou waarschuwen. De tweede manier is angst vooraf. Je

wordt bang voor onheil dat zou kunnen komen. Bijvoorbeeld

als je hoort dat je kind naar het ziekenhuis is gebracht. Dat

maakt je alert op wat komen gaat.” Heel gezond dus, dat bang

zijn.

“We bekijken alles voortdurend vanuit angst, onze

samenleving is doordrenkt van angst,” zegt Damien Danys,

een Vlaamse hoogleraar psychiatrie aan de Universiteit van

Amsterdam, in een interview met Vrij Nederland. Hij somt in

het artikel onze hedendaagse angsten op: angst voor ebola

en terrorisme, voor mobieltjes en drones, voor koolhydraten

en suikers, voor vaccins tegen baarmoederhalskanker en

CO2-opslag in de grond. Volgens Damien willen we in deze

tijd alles zoveel mogelijk controleren. Controle over onszelf

en de wereld is het hoogste ideaal. Maar dat maakt bang,

want het leven en de wereld om ons heen is nu eenmaal niet

controleerbaar.

Remco Spithoven doet zijn promotieonderzoek naar

het gevoel van onveiligheid van Nederlanders. Remco

onderzoekt wat de belangrijkste reden is voor een gevoel

van onveiligheid. Hij geeft aan dat onze belevingswereld in

korte tijd heel complex is geworden en dat we er daardoor

veel minder grip op ervaren. Er komt ook veel negatieve

informatie op ons af via media en mensen om ons heen,

maar we kunnen niet inschatten hoe groot de dreiging voor

onszelf is. Remco: “Ons brein heeft van nature meer aandacht

voor dreigingen. En op het journaal zie je ook voornamelijk

wat er mis gaat in de wereld, want anders is het geen nieuws.

De gruwelijke dingen die in Syrië gebeuren, zie ik nu op mijn

computer in een fi lmpje. De ellende van de wereld staat in

levende beelden op ons netvlies. Tijdens mijn onderzoek

merk ik dat mensen niet precies de verhalen over criminaliteit

weten terug te vertellen die ze dagelijks horen, maar het

gevoel van dreiging dat je van die verhalen krijgt, blijft wel

hangen.”

Hans Boutellier, professor op het gebied van veiligheid,

schreef in zijn boek ‘de veiligheidsutopie’ dat Nederland

in een veiligheidsparadox leeft: hoe veiliger het land, hoe

banger de mensen zijn. Remco sluit hierbij aan: “Hoe veiliger

we objectief zijn, hoe meer ruimte er is om ons druk te maken

over zaken die ons waarschijnlijk niet zullen raken. Je hebt

Moeder, laat het lampje aan, ‘t is donker hier!

Willemijn de Jong Andrey Yurlov

14 | strijdkreet

Page 15: Strijdkreet #11

tijd om je af te vragen hoe dat toch moet met de IS ver weg,

omdat je niet bang hoeft te zijn dat je morgen geen brood

op de plank hebt. Verder hebben criminaliteit en dreigingen

in het algemeen een symbolische betekenis. We zijn bang

voor al het grote waar we geen grip op hebben en wat we

niet begrijpen.”

Uit het onderzoek van Remco blijkt dat mensen zich wel

zorgen maken, maar opvallend genoeg niet zozeer over

hun eigen hachje. Het onveilige gevoel gaat over ‘ons als

Nederland’ of ‘de maatschappij’, maar niet over ‘ik, Johan

in Appelscha’. We maken ons zorgen over het geweld in

Nederland, maar niet over dat we daar zelf het slachtoff er

van worden. Als je zelf iets aan je onveilige gevoel wilt doen

na het zien van het nieuws, kan het volgens Remco helpen

om een reality check te doen. Inschatten hoe klein de kans is

dat jij in de buurt bent als de bom ontploft. Maar ook jezelf

beter laten informeren kan helpen. Wat doet Nederland

tegen criminaliteit? Als je de feiten weet, kun je jezelf ook

geruststellen. De criminaliteit in Nederland daalt. Volgens de

Veiligheidsmonitor van het CBS zeiden in 2005 nog 29% van

de mensen slachtoff er te zijn van één of meerdere delicten, in

2013 was dat 20%.

Naast relativeren en proberen te begrijpen, kun je angst

ook als uitdaging zien. Damien Danys zegt in Vrij Nederland:

“Als je angst voelt, moet je er niet voor weglopen. Ga bij

jezelf na: waarom ben ik angstig? Eigenlijk zouden we angst

als teken moeten zien dat we de essentie van ons leven

naderen, dat we écht worden uitgedaagd omdat we in een

nieuwe situatie terechtkomen waar we geen controle over

hebben.” De fi losoof Epictus zei al eens: ‘niet een situatie

doet je emotioneel bewegen, maar je gedachten en ideeën

over de situatie’. Het veranderen van je denken is een

belangrijk onderdeel van de methodes die het Angstcentrum

gebruikt om mensen met angststoornissen te helpen.

Remco Spithoven maakt ook een brug naar het geloof: “Het is

geen onderdeel van mijn onderzoek, maar wat me opviel, is

dat gelovigen eerder een punt bereiken waarop ze negatieve

emoties en gedachten een halt toeroepen. Dat komt doordat

ze leven vanuit de overtuiging dat God voor hen zorgt.” Je

angst en zorgen weggeven aan een hogere macht is misschien

nog wel de beste manier om je veilig te voelen.

strijdkreet | 15

Page 16: Strijdkreet #11

voetgadd

Uitwendigedoodsoorzaken

Dodelijke verkeers-ongevallen in 2013

Voetganger 56

Fietser 184

Brom- of snorfi etser

85

PersonenautoBestuurder/Passagier

193

Slachtoff ers van moord en doodslag in 2012

Slaan of schoppen

Zelfdoding in 2012

Zelfdoding 1.753

16 | strijdkreet

Page 17: Strijdkreet #11

voetgadd

inNederland

Slachtoff ers van moord en doodslag in 2012

Ophangen, wurgen of verstikken

15

Slaan of schoppen 22

Vuurwapen 58

Steek- of slagwapen

53

Overige of onbekende wijze

14

doodslag in

Overige ongevallen in 2012

Val 2.795

Verdrinking 81

Medicijn-vergiftiging

32

Alcohol-vergiftiging 7

Andersoortige vergiftiging 21

Mechanisch (bekneld raken, meegesleurd worden etc.)

45

Rook, vuur en vlammen

Verstikking

(bron: CBS)

Overig

28

47

516

strijdkreet | 17

Page 18: Strijdkreet #11

18 | strijdkreet

Page 19: Strijdkreet #11

Ex-lijfwacht Saddam Hoessein nog altijd bedreigd en achtervolgd

“Voor mijn executie bleef de deur op slot”

Jurjen Sietsema

strijdkreet | 19

Page 20: Strijdkreet #11

geworden. We gingen als het ware iedere dag dood. Het is

beter één keer te sterven dan iedere dag opnieuw. We hebben

de deur van onze cel opengebroken. Ook andere cellen, vol

met jonge Koerden, maakten we open. We hadden geen

wapens, maar hebben wel de elektriciteit, de waterleidingen

en de wc’s gesaboteerd.”

Die actie leidde ertoe dat een officier van Saddam met de

gevangenen kwam praten. “Ik stapte met een paar vrienden

naar voren. We hebben hem laten weten dat wij vrijheid

wilden of anders de dood. De man beloofde ons dat het

goed zou komen. Vervolgens werden er elke dag mensen van

onze groep neergeschoten. ’s Morgens om vier uur hoorde

je de naam van degene die vermoord zou worden. Op een

dag werd mijn naam genoemd. Een speciale politieman van

Saddam kwam om me uit de cel te halen. Hij morrelde wat

aan de deur, maar die ging niet open. De volgende dag werd

mijn naam opnieuw genoemd. De politieman kwam weer bij

mijn deur, maar kon hem ook nu niet openkrijgen. De derde

dag hetzelfde verhaal. Maar wanneer de man voor het eten

kwam, ging de deur altijd heel makkelijk open. Alleen bij de

man die kwam om mijn doodstraf uit te voeren, bleef de deur

dicht.”

Een paar dagen later hoorde Rasak dat Saddam hem en de

nog overgebleven Koerden wilde vrijlaten als ze beloofden

Irak te zullen verlaten. Rasak vluchtte naar Noord-Iran. Ook

daar werd hij opgepakt en naar een gevangenis gebracht. “Ze

dachten dat ik één van Saddam’s spionnen was.”

Een gevluchte Irakees zorgde ervoor dat hij vrij kwam. Na

een tijd in Teheran te hebben gewoond, leerde hij zijn vrouw

Leila kennen. Ze trouwden en kregen drie zoons. Maar ook in

Teheran bleek het gezin niet veilig. Na een confrontatie met

een groep mannen die hem zwaar mishandelden, besloot

hij te vluchten naar West-Europa. Via Turkije kwamen hij, zijn

zwangere vrouw en hun drie zoons terecht in Zweden en later

in Nederland.

Na zes maanden in een asielzoekerscentrum, kregen ze

een verblijfsvergunning en een huis. De kinderen gingen

naar school en Rasak ging op zoek naar werk. Hij werd

aangenomen bij een schildersbedrijf. Het werk bleek te zwaar

voor Rasak. “Mijn lichaam was en is nog steeds erg zwak door

alle martelingen.” De eigenaar van het schildersbedrijf bleek

een christen. “Als ik weleens bij ze at, dan ging hij bidden voor

het begin van de maaltijd. Ik bad dan altijd mee en wilde meer

weten over het christelijk geloof. Zijn voormalige werkgever,

Rasak was inmiddels afgekeurd, bracht hem in contact met

Bijna had hij Saddam Hoessein vermoord. Maar hij hield zich in. Bang voor de gevolgen voor hemzelf en zijn familie. “Ik werkte als lijfwacht voor Saddam en had een automatisch geweer in de aanslag. Binnen een paar seconden had ik dertig kogels op hem kunnen afvuren. Toen het moment kwam en Saddam naast mij stond, dacht ik opeens aan mijn familie en aan al de Koerden. Ze zouden sterven als ik hem zou vermoorden.”

Het is het dramatische verhaal van Rasak Avakthi (64). Hij

groeide op in een Koerdisch gezin in Noord-Irak, samen met

zijn 16 broers en zussen. Het leven in Irak was hard maar

duidelijk. Dat is nu anders, zegt Rasak. “Het is er nu een

enorme chaos en het leven is er nu misschien wel harder dan

in de tijd van Saddam.” Hij maakt zich ernstig zorgen over de

opmars van de Islamitische Staat (IS) die niet alleen in zijn

geboortestreek huishoudt, maar inmiddels ook oprukt naar

de Iraakse hoofdstad Bagdad.

Het leven van Rasak is een leven waarin veiligheid altijd een

grote rol heeft gespeeld. Nadat hij besloot om Saddam niet

te vermoorden, vroeg hij aan zijn collega’s hoe het precies zat

met de onderdrukking van de Koerden. “Dat had ik achteraf

gezien beter niet kunnen doen. Zo kwamen ze erachter dat

ik ook Koerd was. Toen ik met verlof in Bagdad was, waar

ik toen woonde, werd ik door de geheime dienst van straat

geplukt en in de gevangenis gegooid. Midden tussen veel

andere Koerden. Niemand wist waarom hij er zat. De meesten

waren niet eens politiek actief. Toch zaten we op de afdeling

waar ook de zwaarste criminelen zaten. Er was geen daglicht

waardoor je niet wist of het dag of nacht was. We hadden een

halve deken om onder te slapen en geen kussen. ”

Rasak werd in de gevangenis geslagen en op verschillende

manieren gemarteld. “Ik kon soms niet eens meer ademen.

Ze hebben mijn lichaam kapotgemaakt.” De situatie in de

gevangenis was zo uitzichtloos dat hij op een dag besloot

zelfmoord te plegen. Een paar dagen later werd hij wakker,

vastgeketend aan een ziekenhuisbed. Even later zat hij

weer in de gevangenis waar het slaan en martelen gewoon

doorging.

Na een jaar zagen Rasak en de rest van de Koerdische

gevangenen het niet meer zitten. “We waren levensmoe

20 | strijdkreet

Page 21: Strijdkreet #11

een evangelist die hem wegwijs maakte in de Bijbel.

“Er ging een wereld voor mij open. Ik leefde tot dan toe altijd

in het duister. Kwam uit een donkere situatie, maar las en

merkte hoe Jezus Christus licht in mijn leven bracht doordat

ik met die man in de Bijbel las. Mijn kinderen kregen een

andere vader, mijn vrouw een andere man en ik kreeg een

andere vrouw.”

Rasak is inmiddels een veelgevraagd spreker in Nederland

en Duitsland. Hij gaat voor in samenkomsten en diensten en

vertelt over zijn leven. Over hoe het christelijke geloof hem

en zijn gezin voorgoed heeft veranderd en over hoe die

verandering voor iedereen is weggelegd.

Toch blijkt hij ook in Nederland nog allesbehalve veilig.

Daarom wil hij liever niet herkenbaar op de foto. Hij en zijn

vrouw worden de laatste tijd steeds meer bedreigd. Door wie,

weten ze niet. “Soms gaat midden in de nacht de telefoon

en wordt er op ons gescholden en worden we bedreigd. Ook

komt het regelmatig voor dat ik, als ik van een spreekbeurt

kom, wordt achtervolgd. Dan rijd ik naar het politiebureau en

haken ze vaak af.”

Of het met zijn afvalligheid van de Islam te maken heeft? “Wij

waren vroeger thuis moslims in naam. We gingen in Irak niet

naar de moskee en deden ook niet mee aan de vastenmaand

Ramadan. Gelovig ben ik pas geworden toen ik Jezus Christus

leerde kennen. En ja, het zou kunnen dat de bedreigingen

daarmee te maken hebben. Maar ik laat me daardoor

niet weerhouden. De boodschap van het Evangelie is te

belangrijk en ik weet dat God mij en mijn gezin beschermt.

Dat heeft Hij altijd al gedaan. Anders was ik hier nooit terecht

gekomen. God heeft mij willen gebruiken om Zijn boodschap

te verspreiden. Dat doe ik niet alleen in kerken, maar ook

onder asielzoekers.”

Rasak zegt dat hij ondanks alles niet bang is. “Wel voorzichtig.”

Ook koestert hij geen wraakgevoelens tegen de mensen die

hem hebben gemarteld. “Ik ben vroeger ook een zondaar

geweest. Zij zijn net zo blind als ik toen was. Ook zij hebben

mensen nodig die hen over het Evangelie vertellen. Dan

zullen ze, net als ik, springen van blijdschap als God hun ogen

opent.”

strijdkreet | 21

Page 22: Strijdkreet #11

Vroeger brandde er ’s avonds en ’s nachts bij ons op de overloop altijd licht. En als er geen raampje boven de slaapkamerdeur was om dat licht door te laten, dan stond de deur wel op een kier. Eigenlijk best apart dat je je veiliger voelt als er licht is. En dat het donker voor je gevoel altijd iets bedreigends, iets angstigs heeft.

Ook als je ouder wordt en je allang met de deur dicht en

het licht uit in slaap valt, blijven licht en donker associaties

oproepen. Gevoelens van veiligheid, geborgenheid, rust en

vrede horen bij het licht. En angst, geweld, verlatenheid,

dreiging en strijd zijn voorbeelden die bij de duisternis horen.

Als we iets vrolijks aankondigen, dan gaat dat veelal gepaard

met een veelkleurige, lichte vormgeving: het circus is in de

stad - komt dat zien! Communiceren we iets ernstigs, zoals

een overlijden, of aandacht vragen voor een ernstige situatie

dan voert de kleur zwart vaak de boventoon.

Lang geleden was er een stel vissers dat

met kalm weer in een kleine vissersboot het

meer opvoer. Hun kapitein was moe en trok

zich terug om een tukje te doen. Het was een

stralende dag en de sfeer was opperbest.

Totdat het weer plotseling omsloeg. Dat

gebeurde wel vaker, omdat de koele lucht uit

de bergen naar de warme lucht boven het meer

stroomde, waardoor soms hevige wervelwinden

ontstonden. Dat kon in zo’n snel tempo

gebeuren dat de vissers er doodsbenauwd

voor waren; het water kon in korte tijd enorm

woest worden. Zo ook deze keer.

De stralende hemel maakte in rap tempo plaats

voor donkere wolken. De storm beukte tegen

het schip, dat aan alle kanten kraakte. Het

water sloeg over de reling. Verbeten zwoegden

de bemanningsleden om het schip op koers te

Bang in het donker?

Menno de Boer

22 | strijdkreet

Page 23: Strijdkreet #11

houden. Om hen heen was het aardedonker

geworden en de wind geselde het kleine

scheepje, keer op keer… De vermoeidheid

sloeg toe, de angst bij de mannen werd groter

en groter. “We vergaan!” gilde er een. “Wek de

kapitein!” schreeuwde een ander. Een van de

vissers rende struikelend naar het voorschip,

waar ‘de baas’ vredig lag te slapen. “Hoe

kunt u hier nu gewoon liggen te slapen? We

verdrinken!” riep de angstige visser…

Wat kan het stormen in je leven. Wat kan het donker zijn om je

heen. Wat kan de angst je om het hart slaan. Geweld op straat,

drugsgebruik onder jongeren, ebola, vogelgriep, oorlogen

en aanslagen, het neerhalen van vlucht MH17, de dreiging

van Islamitische Staat... Logisch dat we ons angstig gaan

voelen. Moeten we bang zijn voor dit soort ontwikkelingen?

Of zijn we bang voor niets en wordt angst ons aangepraat? Is

er een antwoord op angst? Is er licht in de duisternis?

Jezus zegt in de Bijbel: “Ik ben het Licht van de wereld. Wie

Mij volgt heeft op zijn weg geen duisternis te vrezen, maar

hij zal het levenslicht bezitten” (Johannes 8, vers 12). En er

zijn meer plaatsen in de Bijbel waar we een uitweg vinden

voor onze angsten. Jesaja hoofdstuk 41, vers 10 bemoedigt

ons bijvoorbeeld als volgt: “Wees niet bang, want ik ben bij

je, vrees niet, want ik ben je God. Ik zal je sterken, ik zal je

helpen, je steunen met mijn onoverwinnelijke rechterhand.”

In Psalm 56, vers 12 zegt de schrijver: “Op God vertrouw ik,

angst ken ik niet, wat kan een mens mij aandoen?”

Dit is een prachtig getuigenis van de kracht die we kunnen

vinden in het vertrouwen op God. Ongeacht wat er gebeurt,

zal de schrijver op God vertrouwen, omdat hij de macht van

God kent en begrijpt. De sleutel tot het overwinnen van angst

is dus volledig vertrouwen op God.

Wil je weten hoe het de vissers uit het verhaal vergaan is?

Lees de afl oop in de Bijbel: Mattheüs 8, vers 23 tot en met 27.

strijdkreet | 23

Page 24: Strijdkreet #11

www.legerdesheils.nl doen wat we geloven

De HEER is mijn licht, mijn behoud, wie zou ik vrezen?Bij de HEER is mijn leven veilig, voor wie zou ik bang zijn?

Psalm 27 vers 1