Résumé College Klassieke oudheid - Griekenland

1
RESUMÉ COLLEGE 3: HET OUDE GRIEKENLAND ( 500 - 200 V. CHR.) o De bakermat van de westerse cultuur is het oude Griekenland, in het bijzonder de stadstaat (‘polis’) Athene. o Athene was een rijke handelsstad. Bijzonder was dat het de eerste democratie ter wereld was. Op de marktplaats werd door de gegoede burgerij over het beleid gestemd. o Ook bloeide de cultuur als nooit tevoren. Er werden belangrijke ontdekkingen gedaan in de wiskunde; er werden prachtige beelden en gebouwen gemaakt; er was toneel (zowel drama’s als komedies); en er werd aan geschiedschrijving en filosofie gedaan. o De bloei van de handel, de politiek en de cultuur hingen met elkaar samen: pas door het economisch surplus werden andere culturele aciviteiten mogelijk. o Daar behoorde ook opvoeding toe. Om als burger te kunnen functioneren in de vrije, democratische stadstaat Athene had je bepaalde kennis nodig. Er werd pas naar je geluisterd in de politiek als je iets te vertellen had, ofwel, als je ‘gevormd’ was. o Het onderwijs voor de gegoede burgerij bestond in die tijd uit de zogeheten ‘zeven vrije kunsten’ (zie powerpoint). o In Sparta ging het heel anders. Dit was een samenleving van boeren en krijgers. De Spartaanse zonen gingen op hun zevende naar een soort militair kamp, waar ze een jarenlange ‘Spartaanse opvoeding’ kregen. ‘PEDAGOGENVAN HET OUDE GRIEKENLAND Plato o ‘Pedagogen’ staat hier tussen haakjes, omdat er nog niets zoiets was als ‘pedagogiek’. Wel werd er over opvoeding nagedacht. Plato wilde dat filosofen Athene gingen leiden. Vanaf 7 jaar moesten ze (liefst in zijn eigen ‘academie’ natuurlijk) jarenlang studeren – vooral veel wiskunde en filosofie. o Dit had te maken met zijn ideeënleer: de wereld van de waarneming, de wereld waarin we dagelijks leven, was onbetrouwbaar, chaotisch en verdorven. Er was een betere wereld, het ‘Rijk van de Zuivere Ideeën’. o Het ging Plato natuurlijk niet om de ‘zuivere idee’ van de ‘roodheid’ of de ‘stoel-heid’, maar om de sociaal-maatschappelijke en ethische hogere Waarden: het Juiste, het Goede, het Ware en het Schone. o Alleen filosofen waren getraind om die Zuivere Ideeën te ‘zien’ (zie de dia van de Allegorie van de Grot). De rest van de wereld zou hun richtlijnen en adviezen moeten volgen. o Zie verder de paragrafen over Plato in James Bowen A History of Western Education.

description

Résumé College Klassieke oudheid - Griekenland

Transcript of Résumé College Klassieke oudheid - Griekenland

RESUMÉ COLLEGE 3: HET OUDE GRIEKENLAND ( 500 - 200 V. CHR.) o De bakermat van de westerse cultuur is het oude Griekenland, in het bijzonder

de stadstaat (‘polis’) Athene. o Athene was een rijke handelsstad. Bijzonder was dat het de eerste democratie

ter wereld was. Op de marktplaats werd door de gegoede burgerij over het beleid gestemd.

o Ook bloeide de cultuur als nooit tevoren. Er werden belangrijke ontdekkingen gedaan in de wiskunde; er werden prachtige beelden en gebouwen gemaakt; er was toneel (zowel drama’s als komedies); en er werd aan geschiedschrijving en filosofie gedaan.

o De bloei van de handel, de politiek en de cultuur hingen met elkaar samen: pas door het economisch surplus werden andere culturele aciviteiten mogelijk.

o Daar behoorde ook opvoeding toe. Om als burger te kunnen functioneren in de vrije, democratische stadstaat Athene had je bepaalde kennis nodig. Er werd pas naar je geluisterd in de politiek als je iets te vertellen had, ofwel, als je ‘gevormd’ was.

o Het onderwijs voor de gegoede burgerij bestond in die tijd uit de zogeheten ‘zeven vrije kunsten’ (zie powerpoint).

o In Sparta ging het heel anders. Dit was een samenleving van boeren en krijgers. De Spartaanse zonen gingen op hun zevende naar een soort militair kamp, waar ze een jarenlange ‘Spartaanse opvoeding’ kregen.

‘PEDAGOGEN’ VAN HET OUDE GRIEKENLAND Plato o ‘Pedagogen’ staat hier tussen haakjes, omdat er nog niets zoiets was als

‘pedagogiek’. Wel werd er over opvoeding nagedacht. Plato wilde dat filosofen Athene gingen leiden. Vanaf 7 jaar moesten ze (liefst in zijn eigen ‘academie’ natuurlijk) jarenlang studeren – vooral veel wiskunde en filosofie.

o Dit had te maken met zijn ideeënleer: de wereld van de waarneming, de wereld waarin we dagelijks leven, was onbetrouwbaar, chaotisch en verdorven. Er was een betere wereld, het ‘Rijk van de Zuivere Ideeën’.

o Het ging Plato natuurlijk niet om de ‘zuivere idee’ van de ‘roodheid’ of de ‘stoel-heid’, maar om de sociaal-maatschappelijke en ethische hogere Waarden: het Juiste, het Goede, het Ware en het Schone.

o Alleen filosofen waren getraind om die Zuivere Ideeën te ‘zien’ (zie de dia van de Allegorie van de Grot). De rest van de wereld zou hun richtlijnen en adviezen moeten volgen.

o Zie verder de paragrafen over Plato in James Bowen A History of Western Education.