Reader 2.1 2011-2012 BA 1 is

download Reader 2.1 2011-2012 BA 1 is

of 41

Transcript of Reader 2.1 2011-2012 BA 1 is

UNIVERSITEIT VAN ARUBAFaculteit der Rechtsgeleerdheid Studiejaar 2011-2012 Reader Inleiding Arubaans Privaatrecht (IAP) Bachelor 1 Deel 2: Verbintenissenrecht

Universiteit van Aruba prof. mr. G.R. de Groot dr. mr. C. Bollen mr. M. Gielen1

InhoudVoorwoord Inleiding Omschrijving van het vak Studiedoel Verplichte literatuur Aanbevolen literatuur Onderwijs De opbouw van de stof De wetgeving De rechtspraak De opdrachten Tentamenstof Tentamen Vragen Programma-overzicht Jurisprudentielijst Weekoverzicht 1. Inleiding verbintenissenrecht 2. Totstandkoming van overeenkomsten en totstandkoming van verbintenissen 3. Totstandkoming van verbintenissen (vervolg) en tenietgaan van verbintenissen 4. Nietige en vernietigbare overeenkomsten I 5. Nietige en vernietigbare overeenkomsten II 6. Uitleg en uitvoering van overeenkomsten 7. Niet-nakoming en haar gevolgen I 8. Niet-nakoming en haar gevolgen II 9. Onrechtmatige Daad I 10. Onrechtmatige Daad II 11. Kwalitatieve aansprakelijkheid 12. Andere verbintenissen uit de wet 13. Uitloop en proeftentamen bespreken Proeftentamen Bijlage Krantenknipsels 3 3 3 3 3 4 4 4 4 5 5 5 5 5 6 8 9 9 12 14 15 17 18 21 23 24 27 28 30 32 33 37

2

VoorwoordInleiding Deze reader bevat naast een omschrijving van het vak een opgave van de verplichte voorgeschreven literatuur, jurisprudentie en aanwijzingen voor een studiestrategie. Zo bevat ook deze reader, net als deel 1, de praktische informatie die nodig is om het onderwijs te volgen, zoals het programmaoverzicht, een weekoverzicht van de stof en casusmateriaal en informatie over zaken die verband houden met de tentamens voor het tweede deel van leerstof Inleiding Arubaans Privaatrecht. Tevens wordt verantwoording afgelegd van de wijze van opbouw en presentatie van de stof. Omschrijving van het vak Het privaatrecht is het recht dat de rechtsbetrekkingen tussen burgers onderling regelt. Het is voor een belangrijk deel opgeschreven (gecodificeerd) in het Burgerlijk Wetboek (BW) en wordt ook wel aangeduid als Burgerlijk recht of Civiel recht. Het vak Inleiding Arubaans Privaatrecht (IAP) beoogt de student ter voorbereiding op de privaatrechtelijke vakken in Bachelor 2 en 3 een eerste, grondige kennismaking te geven met een belangrijk deel van het materile privaatrecht, namelijk het vermogensrecht. Het vermogensrecht wordt traditioneel onderscheiden in (a) het goederenrecht en (b) het verbintenissenrecht. Het goederenrecht is het rechtsgebied dat regelt wie welke bevoegdheden heeft ten aanzien van een goed. Dit deel is reeds in het eerste semester aan de orde geweest. Het verbintenissenrecht regelt de rechtsverhouding tussen een schuldeiser en een schuldenaar. Het pleegt te worden onderscheiden naar de wijzen waarop verbintenissen ontstaan, te weten uit een overeenkomst (overeenkomstenrecht) en uit de wet (belangrijkste categorie: de onrechtmatige daad). Andere privaatrechtelijke onderdelen als het personen- en familierecht en het handels- en ondernemingsrecht komen elders in de studie aan de orde. Studiedoel Het vak IAP is gericht op: - Het verwerven van basiskennis van en inzicht in het systeem, de grondbegrippen, de algemene beginselen en de kernleerstukken van het vermogensrecht; - Het leren lezen van vermogensrechtelijke wetgeving en jurisprudentie - Het analyseren en beargumenteerd oplossen van vermogensrechtelijke vraagstukken. Verplichte literatuur 1. O.K. Brahn, Zwaartepunten van het vermogensrecht, bewerkt door W.H.M. Reehuis, uitgeverij: Kluwer; 9e druk uitgave 2010; ISBN 978-90-13-07404-8 2. T.A.W. Sterk, Arrestenbundel Burgerlijk Recht, W.E.J. Tjeenk Willink, Zwolle, uitgeverij: Kluwer, Editie 2009, ISBN 978-90-13-06373-8, of Editie 2011, ISBN 978-90-13-08582-2 (verschijningsdatum 6 sept 2011) Jurisprudentie uit de Nederlandse Jurisprudentie (NJ) kan ook in de bibliotheek op een memory stick worden gedownload, waardoor de aanschaf van arrestenbundels niet nodig is. 3. C. Bollen en J.J.A. Hamers, Wetgeving Arubaans Privaatrecht 2010/2012, Boeken 1, 3, 5, 6, 7 en 7A, Boom Juridische uitgevers, Den Haag 2010 (ook verkrijgbaar bij de universiteit van Aruba) 4. Kluwer Collegebundel, 2011-2012, 2 delen, Kluwer Deventer, f Verzameling Nederlandse Wetgeving, 2011-2012, Koninklijke Vermande, Lelystad.

3

Aanbevolen literatuur Het verdient de aanbeveling om naast bovenstaande (verplicht voorgeschreven) literatuur, andere literatuur te bestuderen. De strekking van onderstaande lijst is, dat als u een bepaald onderdeel van de stof moeilijk kunt doorgronden aan de hand van de verplicht voorgeschreven literatuur, u mogelijk met behulp van deze lijst bronnen kunt opsporen die wel tot het gewenste inzicht leiden. Uiteraard bent u niet verplicht onderstaande boeken aan te schaffen. Alle hieronder genoemde titels staan in de juridische bibliotheek tot uw beschikking. 1. Jac. Hijma en M.M. Olthof, Compendium van het Nederlands vermogensrecht, Kluwer Deventer, 10e druk, ISBN 978-90-13-05239-8, of 11e druk uit 2011, ISBN 978-90-13-08090-2 (verschijnt 28 juli 2011). 2. A.J. Akkermans (red.), Privaatrecht als opdracht, Ars Aequi Libri, 7de druk 2006, ISBN 90-69-16557-0 3. J.H. Nieuwenhuis, Hoofdstukken Vermogensrecht, Kluwer Deventer, 9e druk 2010, ISBN 978-90-13-07463-5 Onderwijs Dinsdag 14.00 uur 16.00 uur Het onderwijs is reeds gestart vanaf dinsdag 25 oktober 2011 en loopt nu verder tot het einde van het collegejaar, dat wil zeggen tot de laatste week van mei 2012. De colleges voor blok 2.1 en 2.2 starten vanaf dinsdag 31 januari 2012. Per week zal er een (1) bijeenkomst plaatsvinden. U dient per bijeenkomst de opgegeven literatuur n jurisprudentie vooraf te hebben bestudeerd. Tijdens de colleges wordt deze stof, zoveel mogelijk, behandeld. Ook wat tijdens het onderwijs niet aan de orde komt, blijft tot de tentamenstof behoren. Opbouw van de stof Privaatrecht is een onderdeel van het vermogensrecht. Het privaatrecht is het recht dat de rechtsbetrekkingen tussen burgers onderling regelt. Het privaatrecht wordt traditioneel onderscheiden in (a) het goederenrecht en (b) het verbintenissenrecht. Het goederenrecht is het rechtsgebied dat regelt wie welke bevoegdheden heeft ten aanzien van een goed. Deze leerstof heeft U tijdens het eerste deel van dit vak bestudeerd. Vanaf nu komt het verbintenissenrecht aan bod. Het verbintenissenrecht regelt de rechtsverhouding tussen een schuldeiser en een schuldenaar. Eerst zal het contractenrecht in zijn geheel worden behandeld. Daarna komen de verbintenissen uit onrechtmatige daad aan bod en tot slot zal er gekeken worden naar andere verbintenissen zoals de verbintenissen uit de zogenaamde rechtmatige daad. De wetgeving Voor een (aankomend) jurist is het een must om regelmatig in de wet te lezen. Dit is de enige manier om samenhang en structuur te ontdekken tussen de verschillende artikelen en leerstukken. U wordt aangeraden de relevante delen van het wetboek steeds mee te nemen naar de colleges. Het ontlenen van wetskennis uitsluitend aan de studieboeken of uitsluitend aan de colleges wordt sterk afgeraden. De wetgeving die tijdens de colleges en/of tijdens de opdrachten ter sprake wordt gebracht, moet worden geraadpleegd en wordt tijdens het tentamen bekend verondersteld. De rechtspraak De voorgeschreven arresten (uitspraken van Gerechtshoven en de Hoge Raad (HR)) vormen een deel van het studiemateriaal en dienen derhalve voor het tentamen te worden gekend, dat wil zeggen dat daarover toetsvragen kunnen worden gesteld. Het gebruiken van de arrestenbundel tijdens het tentamen is niet toegestaan. Het strekt tot de aanbeveling de arresten tijdens de voorbereiding integraal, in zijn geheel, minstens n keer door te lezen. Op deze wijze wordt een inzicht verkregen in: - de relevante rechtsfeiten; - de rechtsvraag of rechtsvragen;

4

de wijze waarop de verschillende rechterlijke instanties, en in het bijzonder het hoogste college (HR), over deze rechtsvraag of vragen heeft geoordeeld; - de betekenis van de uitspraak voor (de ontwikkeling van) het leerstuk waarop zij betrekking heeft (hiervoor is kennis van de noot, indien bij de uitspraak opgenomen, van belang). De ervaring leert dat dit zeker voor een beginnende jurist geen makkelijke taak is. Ook hier geldt het adagium oefening baart kunst. Tijdens het tentamen dient U de hoofdoverweging van de hoogste instantie te kennen en te kunnen toepassen. De opdrachten Bij elke leseenheid is oefenmateriaal opgenomen bestaande uit een aantal casus. Het oefenmateriaal is bedoeld om U concrete situaties te presenteren waarbinnen U de leerstof kunt herkennen en toepassen. De antwoorden op het oefenmateriaal zullen in beginsel niet door de docent worden beoordeeld. Het oefenmateriaal biedt U een goede gelegenheid om bijvoorbeeld in groepsverband de leerstof nogmaals te bespreken en/of toe te passen. De casus dienen steeds kort en bondig te worden beantwoord en met de vermelding van relevante wetgeving en/of jurisprudentie. Bij de beantwoording dient de student zich de vaardigheid eigen te maken dat hij of zij zijn/haar antwoorden motiveert. Dat wil zeggen dat hij/zij nauwgezet rekenschap aflegt langs welke redenering hij de door hem gevonden uitkomst heeft bereikt. Waar het op aankomt is dat steeds wordt getoetst of is voldaan aan de vereisten die het recht stelt aan het intreden van het rechtgevolg. Een antwoord zonder inhoudelijke motivering levert op het tentamen geen punten op. In het recht komt het uiteindelijk aan op de (overtuigings-)kracht van de argumenten. Die zullen dan ook in het antwoord terug te vinden moeten zijn. De ervaring leert dat het ontwikkelen van deze vaardigheid tot de moeilijkste onderdelen van de studie behoort. Verder kan tijdens de colleges studietaken worden uitgedeeld. Tentamenstof Tot de tentamenstof behoren de voorgeschreven hoofdstukken en paragrafen uit Zwaartepunten van het vermogensrecht van Brahn/ Reehuis zoals die zijn terug te vinden in het programmaoverzicht van deze reader, overige voorgeschreven literatuur, de voorgeschreven jurisprudentie, eventueel uitgedeelde stencils en hand-outs en de collegedictaten. Tentamen Het tentamen bestaat uit een schriftelijke toets met enkele casus met een aantal deelvragen. Het totaal aantal te behalen punten bedraagt 40 punten. Bij de beantwoording van de vragen mag slechts gebruik gemaakt worden van de wetboeken. In de wetboeken mogen geen aantekeningen staan. Er mogen derhalve geen opmerkingen, arresten e.d. worden genoteerd in de wetboeken. Tijdens het tentamen worden de wetboeken gecontroleerd en verboden bijschrijvingen kunnen leiden tot uitsluiting van deelneming aan n of meer tentamens. Tijdens het tentamen is het gebruik van de jurisprudentiebundel niet toegestaan. Vragen Indien u vragen of opmerkingen heeft over dit vak kunt u terecht bij: mevr. mr. M. Gielen maandag, dinsdag en donderdag telefoon 582 3901 ext 224 e.mail: [email protected]

-

5

ProgrammaoverzichtN.B. De nummers verwijzen niet naar bladzijden, maar naar de corresponderende nummeraanduiding in het leerboek. BLOK 2.1 Leereenheid 1 31 jan Onderwerp: Inleiding verbintenissenrecht en overeenkomstenrecht Totstandkoming van overeenkomsten en totstandkoming van een verbintenis. Totstandkoming van verbintenissen (vervolg) en teniet gaan van een verbintenis Vernietigbare overeenkomsten wilsgebreken en handelings(on)bekwaamheid Nietige overeenkomsten Uitleg en uitvoering van overeenkomsten Te bestuderen leerstof uit Zwaartepunten en jurisprudentie nrs. 1-10; 323-355; 688 696 Quint / Te Poel Pos / van den Bosch nrs. 356 -373 Hofland/ Hennis Westhoff / Spronssen Nrs. 364-378; 448 - 451 nrs. 382 428; 432 - 447 Booy/ Wisman Elmbt / Feierabent nrs. 448-459 Catoochi nrs. 468-485; 501 510; 521 + 522 Ermes/ Haviltex Saladin/ HBU Kuunders/ Swinkels

2

7 febr

3 4

14 febr 21 febr

5 6

28 febr 6 maart

WIJZIGINGEN VOORBEHOUDEN

6

BLOK 2.2 Leereenheid 7 3 april Onderwerp: Niet-nakoming en haar gevolgen I Te bestuderen leerstof uit Zwaartepunten en jurisprudentie nrs. 521 en 522; 527 561; 569 - 581; 587 - 598

8 9 10 11 12 13

10 april 17 april 24 april 1 mei 8 mei 15 mei

Brok / Huberts Oerlemans / Driessen Geldnet / Kwantum Niet-nakoming en haar gevolgen II Idem als bijeenkomst 7 Onrechtmatige daad I nrs. 599-618; 620 623; 625 - 626 Onrechtmatige daad II Kwalitatieve aansprakelijkheid Andere verbintenissen uit de wet Uitloop / vragen stellen / proeftentamen bespreken Kelderluik Idem als bijeenkomst 9 nrs. 627 633, 636 - 641 geen nrs. 653 - 660 Quint / Te Poel (zie bijeenkomst 1)

WIJZIGINGEN VOORBEHOUDEN

Tentamen: 15 juni 2012 Her-Tentamen: 3 juli 2012

7

Jurisprudentielijstonderdeel verbintenissenrecht (2e semester) HR 30 januari 1959, NJ 1959, 548 (Quint/ Te Poel) HR 29 mei 1964, NJ 1965, 104 (Elmbt / Feierabent)* HR 21 januari 1966, NJ 1966, 183 (Booy / Wisman) HR 5 november 1966, NJ 1966, 136 (Kelderluik ) HR 19 mei 1967, NJ 1967, 216 (Saladin / HBU) HR 17 november 1967, NJ 1968, 42 (Pos/ van den Bosch) HR 13 maart 1981, NJ 1981, 635 (Ermes / Haviltex) HR 10 april 1981, NJ 1981, 532 (Hofland Hennis) HR 12 september 1986, NJ 1987, 267 (Westhoff/ Spronsen) HR 7 september 1990, NJ 1991, 266 (Catoochi) Arubaanse zaak * HR 9 januari 1998, NJ 1998, 272 (Brok/ Huberts) HR 27 april 2001, NJ 2002, 213 ( Oerlemans / Driessen) HR 14 juni 2002, NJ 2002, 495 (Geldnet/ Kwantum) HR 18 juni 2004, NJ 2004, 585 (Kuunders/Swinkels)

* deze arresten staan niet vermeld in de arrestenbundel van Sterk (Arrestenbundel Burgerlijk Recht) 2009. U wordt geacht over voldoende vaardigheden te beschikken om deze arresten zelfstandig te achterhalen en kennis te nemen van de inhoud alvorens ze op het betreffende college worden behandeld.

8

Leereenheid 1 - Inleiding verbintenissenrechtInhoud - plaats van het verbintenis binnen het recht - onderscheid verbintenissenrecht en goederenrecht - rechtsfeit versus rechtshandeling - subjectief recht, objectief recht en rechtssubject - het begrip verbintenis - het begrip natuurlijke verbintenis - aanspraken versus verplichtingen - (hoofdelijk) aansprakelijkheid - uitwinbaarheid en draagplicht - vorderingsrecht versus rechtsvordering Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.:1-10; 323-355; 688 - 696 Jurisprudentie HR 30 januari 1959, NJ 1959, 548 (Quint/ Te Poel) HR 17 november 1967, NJ 1968, 42 (Pos/ van den Bosch) (herhaling eerste blok) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - het begrip verbintenis te definiren en toe te passen; - de elementen van een verbintenis te noemen en toe te lichten; - aan te geven wat de ontstaansbronnen van verbintenissen zijn en deze van elkaar te onderscheiden; - het begrip natuurlijke verbintenis te definiren en toe te passen; - de begrippen (bloot) rechtsfeit, feitelijke handeling, (eenzijdige en meerzijdige) rechtshandeling te definiren, van elkaar te onderscheiden en toe te passen. Oefenmateriaal Casus 1. De stewardesse Anita Croes, een stewardess van Tiara Air, rijdt rond 6 uur p.m. van San Nicolas naar het vliegveld. Om snel te kunnen zijn, neemt ze de oude weg, die bijna altijd leeg is. Door de felle zon ziet ze te laat dat een geit de weg oversteekt. De gevolgen van de aanrijding zijn voor de geit funest, maar Anita heeft haast en rijdt gewoon door. Nog voordat ze het vliegveld bereikt, krijgt ze een lekke band. Als ze bezig is de band te verwisselen, wordt ze gebeten door de hond van weduwe Maduro. "Hij is een heel lief beest, maar hij heeft wel een hekel aan uniformen", zegt mevrouw Maduro, als ze daarvan hoort. Met een vertraging van ongeveer een half uur arriveert Anita met gierende banden voor de vertrekhal. Ze laat de auto gewoon daar staan en snelt naar binnen. Haar vliegtuig is echter zonder haar vertrokken. Haar wordt tevens verteld, dat ze is ontslagen, omdat men genoeg heeft van haar gebrek aan arbeidsdiscipline. Na een flinke ruzie verlaat Anita het kantoor van Tiara Air. Bij de auto vindt ze een politieagent, die een bonnetje voor fout parkeren aan het schrijven is. Tevens blijkt dat Anita de autobelasting nog niet heeft betaald. Anita heeft geen geld bij zich, maar belooft plechtig om alles te zullen betalen en rijdt9

weer richting huis. Ze is nog steeds razend over haar ontslag. Plotseling remt de auto vr haar en Anita knalt tegen die wagen. Haar onoplettendheid en onvoldoende afstand waren de oorzaak. Na de aanrijding wil haar auto niet meer starten. Anita laat hem langs de weg staan en gaat met de bus naar huis. Ze is helemaal uitgeput en wil gaan slapen, maar de bijna nieuwe airco in haar slaapkamer blijkt weer kapot te zijn. Anita belt de winkel en eist een nieuwe airco die wel werkt. Als Anita de volgende dag haar auto laat ophalen, blijkt dat alle vier wielen, alsmede de autoradio zijn gestolen. Later wordt ontdekt, dat het diefstal "werk" is van een groepje minderjarigen, die de onderdelen inmiddels hebben verkocht. a. Geef aan of deze casus zich afspeelt in het publiekrecht, het vermogensrecht, het goederenrecht of het verbintenissenrecht. Of in alle genoemde onderdelen? b. Maak een volledige inventarisatie van verbintenissen, die in deze casus mogelijkerwijs voorkomen. c. Maak een volledige inventarisatie van verplichtingen die geen verbintenissen zijn die in deze casus mogelijkerwijs voorkomen. d. Geef aan welke rechtsfeiten zich in deze casus voordoen. e. Geef aan of zich in deze casus rechtshandelingen voordoen. Casus 2 Geef aan welke, hierna te noemen, begrippen van toepassing zijn op onderstaande concrete voorbeelden. Meer dan n alternatief kan juist zijn. Het gaat om de begrippen: a. M

eenzijdige rechtshandeling eenzijdige overeenkomst

- meerzijdige rechtshandeling - wederkerige overeenkomst

(27), die een kind verwekt heeft bij een vrouw(23) waarmee hij niet gehuwd is, wil dit kind erkennen. b.A, die s avonds onverwacht gasten krijgt, constateert dat zijn drankvoorraad uitgeput is. Hij leent van zijn buurman B twee flessen wijn. c. De hobbyist P heeft op verzoek van zijn vriend Q diens defecte versterker mee naar huis genomen en beloofd deze na reparatie weer terug te bezorgen. d. X heeft aan Y zijn goedlopende kapperszaak verkocht en zich verplicht, binnen 10 jaar in deze stad geen kapperszaak te zullen exploiteren noch op enige andere wijze Y te beconcurreren in het kappersvak. e. L en M spreken af een NV op te richten ex art 33 lid 2 van het Wetboek van Koophandel van Aruba.1 Samen met een notaris wordt een daarvoor bestemde een akte van oprichting opgemaakt in de Nederlandse taal. f. Werknemer F heeft een nieuwe baan gevonden bij het bedrijf van Z. Hij zegt daarom per het eind van de maand zijn arbeidsovereenkomst bij werkgever U op.

1

Vgl. art 2:64 lid 2 en lid 3 BW Nederland. 10

g. R rijdt met zijn fiets door rood licht en rijdt daarbij een voetganger aan die net het zebrapad oversteekt bij groen licht. h.D heeft niet meer zo lang te leven en maakt zijn testament op. i. E schenkt haar antieke eetservies aan haar kleindochter, die op kamers gaat wonen. j. K aanvaard het testament van haar opa. k. H zegt per eind van de maand de huur op van zijn huurwoning. l. K is geld schuldig aan N. N verschijnt met een kwitantie bij het huis van K en vraagt om betaling. K betaalt. Nadat N weer vertrokken is ontdekt hij dat hij een half jaar geleden reeds zijn schuld afbetaald had.

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval.

11

Leereenheid 2 Totstandkoming van een overeenkomst en totstandkoming van verbintenisInhoud aanbod aanvaarding wils- en vertrouwensleer gerechtvaardigd vertrouwen herroepelijk en onherroepelijk aanbod vrijblijvend aanbod Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 356 -373; 448 - 451 Jurisprudentie HR 10 april 1981, NJ 1981, 532 (Hofland Hennis) HR 12 september 1986, NJ 1987, 267 (Westhoff/ Spronsen) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - het begrip aanbod en aanvaarding te definiren en toe te passen; - aan te geven wanneer er sprake is van een rechtsgeldig aanbod; - de vereisten voor het herroepen van een aanbod te noemen en toe te passen; - aan te geven wanneer een aanbod vervalt - de vereisten voor de totstandkoming van een rechtshandeling (leer van de dubbele grondslag oftewel de wils- en vertrouwensleer) te beschrijven en toe te passen. Oefenmateriaal Casus 1 Kwalificeer onderstaande verklaringen (uitnodiging tot doen van een aanbod, aanbod, aanvaarding) I. A: Te koop sportfiets, merk Trek, prijs in nader overleg. II. B: Ik ben bereid deze fiets te kopen voor Afl 550,-. III. A: Ik wil er Afl 625,- voor hebben. IV. B: Goed, maar voor die prijs wil ik er wel een fietshelm bij. V. A: Akkoord. Casus 2 - discussievraag Anton hoort van zijn buurman Buchi dat deze een fraai vitrinekastje wil verkopen, omdat het in de weg staat. Hij gaat diezelfde dag nog mondeling met Buchi onderhandelen over de prijs. Anton wil niet meer dan Afl. 200,- betalen, waarop Buchi hem meedeelt dat hij niet lager dan Afl. 300,- wil gaan. Anton gaat zonder iets met Buchi te hebben afgesproken weer naar huis. De volgende dag belt Anton Buchi op om te laten weten dat hij zijn aanbod alsnog accepteert. Buchi antwoord dat hij geen belangstelling meer heeft. a. Geef gemotiveerd aan of hier een overeenkomst tot stand is gekomen? b. Stel dat Anton en Buchi schriftelijk hebben onderhandeld. Hoe luidt dan uw antwoord op de vorige vraag?12

Casus 3 De Firma Otten biedt in een advertentie kinderveilige pandaberen aan voor Afl. 12,-. Het aanbod is geldig van 1 september tot 1 oktober, zolang de voorraad strekt. De peuterspeelzaal Hummelhonk bestelt schriftelijk op 2 september vijf pandaberen Afl. 12,-. Deze bestelling bereikt Otten op 4 september. Op 3 september heeft Firma Otten door middel van een nieuwe advertentie haar aanbod gewijzigd. Zij heeft gemerkt dat in de krant de advertentie fout is opgenomen. De prijs had Afl. 21,- moeten zijn. a. b. Is er een koopovereenkomst tot stand gekomen? Zo ja, wat is dan de prijs die Hummelhonk voor de pandaberen moet betalen?

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 13

Leereenheid 3 Totstandkoming van een verbintenis (vervolg) en teniet gaan van een verbintenisInhoud wils- en vertrouwensleer gerechtvaardigd vertrouwen wilsontbreken Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 364 - 378 Jurisprudentie Zie bijeenkomst 2 Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - de vereisten voor de totstandkoming van een rechtshandeling (leer van de dubbele grondslag) te beschrijven en toe te passen. Oefenmateriaal Casus 1 Yanika leidt aan een milde vorm van krankzinnigheid. Op 1 januari sluit zij een koopovereenkomst met Zara Lee inzake een scooter. Twee dagen later komt Zara Lee erachter dat Yanika ten tijde van het sluiten van de overeenkomst geestelijk gestoord was en wil daarom van de koopovereenkomst af. a. Ziet U een mogelijkheid voor Zara Lee? Twee dagen na het sluiten van de koopovereenkomst wil Yanika van de koopovereenkomst af omdat zij ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst haar wil niet goed kon bepalen ten gevolge van de geestelijk stoornis. b. Heeft Yanika kans van slagen? c. Hoe luidt Uw antwoord als Yanika aan een ernstige vorm van krankzinnigheid lijdt, die voor Zara Lee kenbaar was? Casus 2 Buchi, werknemer van Alecro, zit al enige tijd overspannen thuis. Zijn werkgever Alecro weet niet meer dan dat Buchi thuis zit met een zware griep. Na 4 weken ziekte stuurt de nog steeds overspannen Buchi een brief aan Alecro waarin hij schrijft dat hij ergens anders gaat werken en ontslag neemt. Alecro verheugt zich over de ontslagname van Buchi, omdat hij nu niet langer ziektegeld behoeft te betalen. Een week later komt Buchis advocaat o.g.v. wilsontbreken van Buchi op diens ontslagname terug. Heeft het beroep van Buchis advocaat kans van slagen?

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 14

Leereenheid 4 vernietigbare overeenkomstenInhoud - wilsgebreken dwaling bedreiging bedrog misbruik van omstandigheden - handelings(on)bekwaamheid - gevolgen vernietiging - partile vernietiging Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 382 428; 432 - 447 Jurisprudentie HR 21 januari 1966, NJ 1966, 183 (Booy / Wisman) HR 29 mei 1964, NJ 1965, 104 (Elmbt / Feierabent) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - de begrippen nietig en vernietigbaar te definiren en van elkaar te onderscheiden; - de bronnen van nietigheid en vernietigbaarheid te noemen, te omschrijven en van elkaar te onderscheiden; - de vereisten van de behandelde wilsgebreken te noemen, toe te lichten en toe te passen; - de begrippen handelingsonbekwaamheid en handelingsonbevoegdheid te omschrijven en van elkaar te onderscheiden; - aan te geven welke personen handelingsonbekwaam zijn en wat de juridische gevolgen zijn wanneer een handelingsonbekwame een overeenkomst sluit; Oefenmateriaal Casus 1 Ga na of in onderstaande gevallen sprake is van vernietigbare, dan wel een onaantastbare overeenkomst? I. Aryan (25 jaar) is wegens gewoonte van drankmisbruik onder curatele gesteld. Hij koopt een auto. II. Barry (32 jaar) is wegens verkwisting onder curatele gesteld. Zijn curator stelt hem per maand Afl 850,- ter beschikking ten behoeve van zijn levensonderhoud. Barry koopt van Ciro een jas en een broek. III. Dianne (17 jaar) koopt met toestemming van haar vader een I-pad. Casus 2 De 9 jarige Jadir veroorzaakt door een verkeersfout schade aan de auto van Bela. Jadirs vader stelt zich op het standpunt dat Jadir niet gehouden is de schade te vergoeden wegens het ontbreken van handelingsbekwaamheid bij Jadir. Is dit standpunt juist?

15

Casus 3 Egon begeeft zich naar VGM, handelaar in airconditioning. Egon deelt VGM mee dat hij op zoek is naar een airco waarmee hij zijn winkeltje (inhoud 250 kubieke meter) adequaat kan koelen. VGM wijst hem op een airco en zegt: Dan is dit net wat u zoekt. VGM vergist zich daarbij in de capaciteit van het apparaat. Egon koopt de installatie en het blijkt dat het apparaat volstrekt niet toereikend is om Egons winkeltje koel te houden. Egon wil van de koop af. Egon beweert dat er sprake was van discrepantie tussen wil en verklaring. Hij heeft immers verklaard iets te kopen wat hij niet heeft gewild. Egon stelt zich dan ook op het standpunt dat de overeenkomst nietig is op grond van 3:33 BW. a. Heeft Egon gelijk? b. Kan Egon zich op een vernietigingsgrond beroepen? Zo ja, geef aan de hand van de vereisten voor de desbetreffende vernietigingsgrond aan of Egons beroep al dan niet zal slagen. c. Op welke wijze dient hij dit beroep te doen? d. Stel dat Egons beroep slaagt, wat zijn dan de gevolgen? Casus 4 -discussievraag Emmy en Lex, een bekende kunstcriticus, spreken af om in een bekend kunstcaf Chaoticeen borreltje te gaan drinken. Terwijl Emmy even naar het toilet gaat, raakt Lex in gesprek met Roselynn, een gezellige dame achter de bar die ook nog eens de eigenaresse van het caf blijkt te zijn. Zij vertelt Lex van haar financile moeilijkheden. Ze heeft een grote belastingschuld en als de omzetten van het caf niet snel verbeteren, is het binnenkort afgelopen met het kunstcaf. Tijdens het gesprek dwalen de ogen van Lex af naar een schilderij van de bekende zangeres/ kunstenares Elvira Lapiz- De la Cruz achter de bar. Waarom verkoopt u mij dat schilderij niet? vraagt Lex. Ik betaal u Afl 2500,- (in werkelijkheid is het schilderij 5x zoveel waard). Als Emmy terug komt van het toilet zit Lex triomfantelijk met het schilderij aan tafel. Mooi voor mijn collectie, mijn dag kan niet meer stuk, zegt Lex. Enkele dagen later krijgt Lex een brief van een advocaat. De eigenaresse van het caf heeft zich bedacht en wil onmiddellijk haar schilderij terug. Kan Rosalynn de koopovereenkomst van het schilderij vernietigen? Zo ja, geef gemotiveerd aan op welke grond. Zo nee, geef gemotiveerd aan waarom niet.

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 16

Leereenheid 5 nietige overeenkomstenInhoud - contractvrijheid - rechtshandelingen in strijd met de wet - rechtshandelingen in strijd met de openbare orde en goede zeden - vormgebrek Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 448 -459 Jurisprudentie HR 7 september 1990, NJ 1991, 266 (Catoochi) Arubaanse zaak Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - de begrippen nietig en vernietigbaar te definiren en van elkaar te onderscheiden; - de bronnen van nietigheid en vernietigbaarheid te noemen, te omschrijven en van elkaar te onderscheiden; - aan te geven in hoeverre vormschriften in acht moeten worden genomen bij het sluiten van overeenkomsten en wat de sancties zijn indien dat niet gebeurd; - aan te geven welke wettelijke beperkingen er worden gesteld aan de inhoud van een contract en wat de gevolgen zijn indien die beperkingen niet in acht worden genomen. Oefenmateriaal Casus 1 De Asser Diergaarde koopt van Blijburg Zoo een Mexicaanse bruine beer. De Asser Diergaarde weet niet en kan niet weten dat Blijburg Zoo om aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen de beer zal moeten invoeren uit Mexico hetgeen formeel bij wet is verboden. a. Kan de Asser Diergaarde met succes nakoming vorderen? b. Hoe luidt Uw antwoord indien de Asser Diergaarde wel weet dat import uit Mexico noodzakelijk is?

17

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval.

18

Leereenheid 6 uitleg en uitvoering van overeenkomstenInhoud - inhoud van de partijafspraak - redelijkheid en billijkheid - nakoming - wie moet nakomen? - wie mag nakomen? - wanneer en waar moet worden nagekomen? - tenietgaan van verbintenissen Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 468-485; 501 510; 521 en 522 Jurisprudentie HR 13 maart 1981, NJ 1981, 635 (Ermes / Haviltex) HR 19 mei 1967, NJ 1967, 216 (Saladin / HBU) HR 18 juni 2004, NJ 2004, 585 (Kuunders/Swinkels) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - aan te geven welke vuistregels gelden bij het bepalen van de inhoud van een contract; - de Haviltex-formule toe te lichten en toe te passen; - de drie aanvullende bronnen (de wet, de gewoonte en de redelijkheid en billijkheid) toe te lichten en toe te passen; - het onderscheid tussen de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid en de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid toe te lichten; - de vereisten voor bevrijdende betaling te noemen en toe te passen. Oefenmateriaal Casus 1 - discussievraag Heinrich, boekenverzamelaar en wijnkenner, heeft al 20 jaar de gewoonte op iedere eerste zaterdag van de maand te dineren met zijn vrienden (onder wie Willy). Tijdens deze etentjes pleegt Heinrich diverse malen naar de bibliotheek te gaan. Hij bedoelt dan de wijnkelder, gelegen onder zijn riante landhuis. Op een kwade dag komt Heinrich te overlijden. In zijn testament komt de volgende zin voor: Ik vermaak aan Willy mijn bibliotheek.a. Wat erft Willy? Stel in het landhuis bevindt zich ook een echte bibliotheek. Deze is in het testament

vermaakt aan Peter. b. Stel Heinrich is een jurist? Hoe luidt uw antwoord dan op vraag a? NB: U dient bij de beantwoording van deze vraag de bepalingen uit het erfrecht buiten beschouwing te laten. Casus 2 Ludo koopt van Perry een vat bier voor Afl 35,-. Wanneer moet Perry het vat leveren?

19

Casus 3 Millarca gaat in Amsterdam studeren aan de Vrije Universiteit. Ze kan een kamer huren in een studentenhuis in het hartje van Amsterdam. In tegenstelling tot de rest van Nederland is het in Amsterdam de gewoonte dat de huurbaas aan het eind van de maand de huurpenningen persoonlijk komt halen bij zijn huurders. In de huurovereenkomst tussen Millarca en haar huurbaas zijn ten aanzien van het voldoen van de huurschuld geen nadere afspraken gemaakt. Nadat de eerste huurtermijn is verlopen wordt Millarca door haar huurbaas gebeld met de vraag wanneer zij de huurpenningen bij zijn huis komt betalen. Millarca wijst haar huurbaas op de gewoonte in Amsterdam dat de huurbaas de huurpenningen dient te komen halen. a. Geef aan of in bovenstaand geval de huurbaas de huurpenningen moet komen halen of dat Millarca de huurpenningen toch naar haar huurbaas moet brengen? b. Hoe luidt uw antwoord indien de huurbaas in Utrecht woont? Casus 4 De Little League heeft een afspraak met Sidney Ponson om een aantal demonstraties te geven aan jonge honkballers. Sidney is verhinderd maar stuurt een minder bekende medespeler uit zijn team, de Amerikaan Steve Forester. Kan Sidney Ponson zijn verplichting zo nakomen? Casus 5 -discussievraag A verkoopt aan B een renpaard voor Afl. 10.000,-. Bovendien zal B aan A de helft van het met het paard verdiende prijzengeld uitkeren. In het contract is de volgende bepaling opgenomen: "koper heeft te allen tijde het recht om zonder opgave van redenen, de overeenkomst te annuleren." Na 4 jaar komt het paard tijdens een van de wedstrijden ongelukkig ten val en breekt zijn been. Uiteindelijk zal het paard niet meer volledig herstellen van deze val en zal nooit meer als renpaard een wedstrijd kunnen lopen. B doet daarop beroep op de bepaling uit de koopovereenkomst met A. B deelt tevens aan A mee dat hij het paard zal behouden totdat A de koopprijs zal hebben terugbetaald. A is het niet eens met deze gang van zaken en weigert het paard terug te nemen, laat staan de koopprijs terug te betalen. Kan B zich met succes op het beding beroepen? Casus 6 (10 punten) tentamenvraag 17 juli 2008 Alfonso is een 18 jarige student aan de Financieel Economische Faculteit (FEF) van de Universiteit van Aruba. Hij woont in Noord. Hij overbrugt deze afstand met een oude motor. Zijn vader vindt dit bezwaarlijk. De vader van Alfonso heeft met Alfonso afgesproken dat als hij het 1e jaar haalt hij een auto mag uitzoeken voor maximaal Afl 10.000,-. Maar niet meer voegt hij hier nog aan toe. Alfonso haalt het 1e jaar met goede cijfers en gaat meteen op zoek naar een leuk autootje. Na enig rondneuzen en slim onderhandelen weet Alfonso van een kennis een goed onderhouden auto voor Afl 8.500,- te kopen. Hij neemt zich voor het restant te gebruiken voor een reisje naar Curaao met zijn vriendin. Zijn vader echter vraagt de Afl 1.500,- terug. a. Alfonso komt naar u en vraagt of de afspraak met zijn vader tevens inhoud dat hij het bedrag van Afl 1500,- moet terug betalen? (3 punten)

20

Alfonsos jongere broer Benno, die 15 jaar is, heeft van zijn vader geld gekregen om studieboeken voor het volgende schooljaar te kopen. In plaats van het geld voor de boeken te gebruiken, koopt hij in een elektronicazaak een DVD-speler en een aantal DVDs. Zijn vader is woest en eist van de eigenaar van de elektronicazaak het geld terug, stellende dat zijn zoon minderjarig is en dat er geen geldige overeenkomst tot stand is gekomen nu zijn zoon geen toestemming had om deze spullen te kopen. De eigenaar van de elektronicazaak meent dat er wel een geldige overeenkomst tot stand is gekomen en weigert het geld terug te geven. b. Geef aan of de koopovereenkomst tussen Benno en de eigenaar van de elektronicazaak geldig, nietig of vernietigbaar is. (3 punten) Stel dat de vader van Benno de koopovereenkomst kan vernietigen. De gekochte DVD-speler en de DVDs blijken verder ook een aantal gebreken te hebben, op grond waarvan de koopovereenkomst kan worden ontbonden. De vader vraagt zich af wat de verschillen tussen de twee - vernietiging en ontbinding - zijn. c. Geef gemotiveerd aan wat de verschillen in rechtsgevolg zijn tussen vernietiging en ontbinding van de koopovereenkomst tussen Benno en de eigenaar van de elektronicazaak. Ga hierbij uitdrukkelijk (maar niet alleen) in op het aspect van eigendomsoverdracht en de tegenprestatie van Benno (4 punten).

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 21

Leereenheid 7 Niet-nakoming en haar gevolgen IInhoud - nakoming - tekortkoming - overmacht - toerekening: schuld en risico - ingebrekestelling - verzuim en haar gevolgen - mogelijke en onmogelijke prestatie - ontbinding versus vernietiging Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 521 en 522; 527 561; 569 - 581; 587 - 598 Jurisprudentie HR 9 januari 1998, NJ 1998, 272 (Brok/ Huberts) HR 27 april 2001, NJ 2002, 213 ( Oerlemans / Driessen) HR 14 juni 2002, NJ 2002, 495 (Geldnet/ Kwantum) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - de acties die de crediteuren kunnen instellen in geval van niet-nakoming kunnen noemen; - de vereisten voor de acties nakoming en (aanvullende) schadevergoeding te noemen, toe te lichten en toe te passen; - (in het bijzonder) de hoofdlijnen voor de verzuimregeling toe te lichten en toe te passen; - de vereisten voor ontbinding te noemen, toe te lichten en toe te passen; - het onderscheid tussen enerzijds het vestigen van de aansprakelijkheid voor het betalen van schadevergoeding en anderzijds het bepalen van de omvang van de schadevergoeding toe te lichten. Oefenmateriaal Casus 1 De in San Nicolas gevestigde vennootschap Artistic Design verkoopt in januari een partij zijden stoffen die speciaal in India worden vervaardigd aan de firma Bon Design (BD) in Oranjestad, af te leveren bij de fabriek van BD op Eagle op 1 juni. Op 15 april verbiedt de regering van Aruba onverwacht de invoer van zijden stoffen. Men meent dat dit invoerverbod een jaar van kracht zal blijven. Levering blijft dan ook op 1 juni achterwege. a. Kan BD op 2 juni schadevergoeding eisen? b. Kan BD op 2 juni de met Artistic Design gesloten koopovereenkomst ontbinden?

22

Casus 2 Tennisclub Big Slam koopt op 1 mei van tennisspeciaalzaak Teunisse 2000 shirts waarop Teunisse het clublogo zal laten borduren. Bij de koop is afgesproken dat op 31 mei betaald zal worden, waarna levering op 3 juni zal geschieden. Op 30 mei komt de tennisclub te weten dat alle reeds geborduurde shirts die dag uit het magazijn van Teunisse zijn verdwenen. Op 31 mei spreekt Teunisse de tennisclub aan tot betaling van de koopprijs. Is Big Slamgehouden om de koopprijs op 31 mei te betalen? Casus 3 - discussievraag Wan Shui Supermarket NV is met Arubian Import NV op 23 maart overeengekomen dat Arubian Import NV uiterlijk 18 april een partij Colombiaanse bananen zal afleveren bij het warehouse van Wan Shui Supermarket NV in Oranjestad. Als het schip met de partij bananen op 15 april de haven van Oranjestad binnen loopt, blijkt dat de stakende ambtenaren zojuist de ingang van het havengebouw hebben geblokkeerd uit protest tegen de vastgelopen onderhandelingen met de regering. Ook het douanepersoneel heeft zich inmiddels bij de stakers aangesloten en weigert mee te werken aan het lossen van het schip. Als gevolg van deze staking worden op 18 april geen bananen geleverd. Is Arubian Import NV aansprakelijk? Casus 4 Rood drijft een restaurant in Oranjestad. Hij laat de zaal die hij verhuurt voor bruiloften en partijen opknappen. De oude houten vloer wordt geschuurd en in de lak gezet door een klusjesman voor een bedrag van Afl 4.000,- op te leveren 4 weken na aanvang van de werkzaamheden. Betaling zal plaatsvinden binnen 2 weken na de oplevering. Rood is evenwel ontevreden over het resultaat; de vloer vertoont oneffenheden. Maar de klusjesman stelt dat hij daar niets aan kan doen. De schuurmachine, die hij bij een bouwbedrijf heeft gehuurd, liep aan een kant aan. Waardoor gelijkmatig schuren onmogelijk was. Kan Rood met succes de klusjesman aanspreken tot schadevergoeding? Casus 5 Vreeman verkoopt aan slijter Bernardo twintig dozen rode wijn, twaalf flessen per doos, uiterlijk te leveren op 10 maart. De koopprijs bedraagt Afl. 3.500,-, te voldoen bij aflevering. Wanneer op 12 maart nog steeds niets is geleverd, koopt Bernardo twintig dozen rode wijn, twaalf flessen per doos van Stein. Stein levert de dozen de volgende dag. Op 14 maart levert Vreeman de bij hem gekochte dozen rode wijn. Geconfronteerd met een verbouwereerde Bernardo blijft Vreeman op het standpunt dat Bernardo moet betalen. Bernardo weigert daarentegen afname n betaling van de door Vreeman meegebrachte dozen wijn. a. Is Bernardo gehouden de koopprijs aan Vreeman te voldoen? b. Kan Bernardo de overeenkomst met Vreeman ontbinden? c. Wat is het rechtsgevolg van de ontbinding?N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 23

Leereenheid 8 Niet-nakoming en haar gevolgen IIInhoud Inhoud - nakoming - tekortkoming - overmacht - toerekening: schuld en risico - ingebrekestelling - verzuim en haar gevolgen - mogelijke en onmogelijke prestatie - ontbinding versus vernietiging Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 521 en 522; 527 561; 569 - 581; 587 - 598 Jurisprudentie HR 9 januari 1998, NJ 1998, 272 (Brok/ Huberts) HR 27 april 2001, NJ 2002, 213 ( Oerlemans / Driessen) HR 14 juni 2002, NJ 2002, 495 (Geldnet/ Kwantum) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - de acties die de crediteuren kunnen instellen in geval van niet-nakoming kunnen noemen; - de vereisten voor de acties nakoming en (aanvullende) schadevergoeding te noemen, toe te lichten en toe te passen; - (in het bijzonder) de hoofdlijnen voor de verzuimregeling toe te lichten en toe te passen; - de vereisten voor ontbinding te noemen, toe te lichten en toe te passen; - het onderscheid tussen enerzijds het vestigen van de aansprakelijkheid voor het betalen van schadevergoeding en anderzijds het bepalen van de omvang van de schadevergoeding toe te lichten. Oefenmateriaal Zie bijeenkomst 7

24

Leereenheid 9 - Onrechtmatige Daad IInhoud onrechtmatigheid toerekening relativiteit schuld en risico causaal verband schade soorten acties Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 599-618; 620 623; 625 - 626 Jurisprudentie HR 5 november 1966, NJ 1966, 136 (Kelderluik ) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - aan te geven wat verstaan wordt onder verbintenissen uit de wet; - de vereisten voor aansprakelijkheid op grond van onrechtmatige daad te noemen, toe te lichten en toe te passen; - aan te geven wat het verschil is tussen wanprestatie en onrechtmatige daad en wanneer er sprake is van samenloop van deze twee rechtsfeiten; - aan te geven wat wordt verstaan onder het begrip schuldaansprakelijkheid. Oefenmateriaal Casus 1 Edson, illegaal Braziliaan, rijdt met 80 km per uur op de autoweg naar San Nicolas als hij plotseling in een slip raakt vanwege het gladde wegdek. Hij verliest de macht over het stuur, glijdt naar de rechterkant van de weg en ziet dat hij in sneltreinvaart de rooi, althans een rooiachtige geul, die langs de weg loopt, nadert. Hij remt krachtig, waardoor hij naar links schiet en met de automobilist Felix in botsing komt. De auto van Felix is fors beschadigd. Felix spreekt Edson aan op grond van onrechtmatige daad. a. Is de daad van Edson onrechtmatig? Beperk uw beoordeling tot het onrechtmatigheidsaspect. b. Maakt het voor de beoordeling van de onrechtmatigheid uit dat Edson illegaal in Aruba verblijft? Casus 2 Uitgever Nubuki krijgt Ollie, die werknemer is bij concurrent uitgever Plaza di Buki, zover om hem vertrouwelijke gegevens met betrekking tot het clintenbestand van Plaza di Buki te verschaffen. Nubuki, die erop uit is om voordeel uit de verkregen gegevens te trekken, betaalt Ollie hiervoor. Is het handelen van Nubuki onrechtmatig? Beperk uw beoordeling tot het onrechtmatigheidsaspect.

25

Casus 3 Shen is eigenaar van het zojuist nieuw opgeleverde hotel Caribbean Florop Eagle met een adembenemend mooi uitzicht op de palmen en het prachtige strand. Tino heeft een long-weekend in Caribbean Flor geboekt. Hij krijgt in het hotel een prachtige slaapkamer met balkon met uitzicht op de mooie blauwe zee aangeboden. s Avonds gaat Tino nog even op het balkon staan om een frisse neus te halen. Op het moment dat hij op de leuning wil steunen, bemerkt hij dat de leuning nog niet aan het balkon verankerd is; echter te laat. De leuning bezwijkt onder Tinos gewicht en Tino valt van het balkon midden in een struik van bougainville. Shen had niet gewaarschuwd dat het balkon nog niet is verankerd en dat er nog niet op geleund mag worden. Is het verzwijgen van Shen onrechtmatig? Beperk uw beoordeling tot het onrechtmatigheidsaspect. Casus 4 Motorrijder Gino rijdt door een rood stoplicht. Daarbij rijdt hij tegen Herry op die met zijn scooter door het groene licht rijdt. Herry komt lelijk ten val en loopt ernstig hersenletsel op. Herry droeg geen helm. Is Gino aansprakelijk voor de door Herry hierdoor gelopen schade? Casus 5 Balashi is eigenaar van een boomgaard met allerlei fruitbomen. In een grote garage bij de boomgaard verkoopt hij mangos, meloenen en peren in soorten en maten. Voordat maandagochtend de deuren opengaan voor zijn klanten schrobt hij nog even de vloer met groene zeep zodat de tegels mooi blinken. Blinkende tegels wil de omzet nog wel eens verhogen, zo weet Balashi. Hij vergeet echter bepaalde delen van de vloer met water na te spoelen waardoor er gladde plekken ontstaan. De eerste klanten die dag zijn mevrouw Oduber met haar twee wildebrassen Tonie en Robert van vijf en acht jaar. Ondanks herhaalde waarschuwingen van moeder blijft het tweetal stoeien terwijl moeder de bestelling opgeeft. Opeens glijdt Tonie uit op een spekgladde plek op de vloer. Hij verliest hierbij beide voortanden. Is Balashi aansprakelijk voor de door Tonie geleden schade?

26

Casus 6 Vecco leidt aan een zware vorm van epilepsie. Hij heeft vaak aanvallen op grond waarvan de artsen hem ten strengste hebben verboden auto te rijden. Vecco stapt op een gegeven moment toch zelf achter het stuur van zijn auto en krijgt tijdens de autorit een epileptische aanval waardoor hij de macht over het stuur verliest en met zijn auto tegen twee andere autos aanbotst, die daardoor zwaar beschadigd worden. a. Geef aan of de schade aan de twee autos aan Vecco kan worden toegerekend? Stel nu dat Vecco niet aan epilepsie zou lijden, maar een gezonde man is. Vecco gaat eveneens zelf achter het stuur van zijn auto zitten. Tijdens de autorit wordt Vecco getroffen door een hersenbloeding, waardoor hij de macht over het stuur verliest en met zijn auto tegen twee andere autos aanbotst, die daardoor zwaar beschadigd worden. b. Geef aan of de schade aan de twee autos aan Vecco kan worden toegerekend? Casus 7 - discussievraag Cor zit met zijn hele gezin naar de TV te kijken. Plotseling wordt Cors 10-jarige dochter helemaal wit en raakt in ademnood. Cor neemt zijn dochter op de arm en springt in de auto van zijn buurman Boris, omdat zijn eigen auto ter reparatie in de garage is (Boris auto staat onafgesloten onder de carport met de sleutels in het contact). Cor is daardoor net op tijd in het ziekenhuis om het leven van zijn dochter te redden. Boris had, in de tijd dat Cor zijn auto te leen had, zijn auto nodig om naar een klant te gaan. Doordat hij niet naar die klant kon gaan krijgt hij geen opdracht en loopt een schade van Afl 12.000,-. Is Cor aansprakelijk voor het lenen van de auto van buurman Boris?

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 27

Leereenheid 10 - Onrechtmatige Daad IIInhoud Zie bijeenkomst 9

28

Leereenheid 11 Kwalitatieve aansprakelijkheidInhoud - kwalitatieve aansprakelijkheid - risicoaansprakelijkheid versus schuldaansprakelijkheid - draagplicht - (hoofdelijke) aansprakelijkheid Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 627 633, 636 - 641 Jurisprudentie Geen jurisprudentie Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - de begrippen schuldaansprakelijkheid, kwalitatieve aansprakelijkheid en risicoaansprakelijkheid te definiren, van elkaar te onderscheiden en toe te passen; - de vereisten voor de behandelde vormen van kwalitatieve aansprakelijkheid te noemen, toe te lichten en toe te passen. Oefenmateriaal Casus 1 Pepe Geerman zaagt in de tuin van neef Renzo een boom om met een kettingzaag. Als hij de boom bijna heeft doorgezaagd komt er een enorme windvlaag die de boom de verkeerde kant op duwt waardoor de boom op de scheidingsmuur en de daarachter geparkeerde auto van buurman Croes valt. De scheidingsmuur wordt geheel verbrijzeld en de auto van Croes wordt zwaar beschadigd. Schade ruim Afl 12.000,- florin. Kan Croes buurman Renzo aanspreken op grond van art 6:174 BW? Casus 2 In Oranjestad wordt de weg opengebroken door werknemers die in dienst zijn van DOW. Zij plaatsen aan weerszijden van het aldus ontstane gat waarschuwingsborden. Als de werklieden naar huis zijn, haalt Carlos een opgeschoten jongen van 16 jaar de borden weg en vertrekt. Marvin, 6 jaar en zijn geestelijk minder valide broer Tony van 15 jaar, zien een en ander, maar slaan er verder geen acht op. Na een uur passeert Regi Croes met zijn auto en rijdt in het gat. Wie is aansprakelijk voor de schade en op welke grond? Bij de beantwoording van deze vraag kunt u ervan uitgaan dat DOW aan alle voorgeschreven (en nodige) voorzorgsmaatregelen heeft voldaan.

29

Casus 3 - discussievraag Stelling I Afdeling 6.3.2 BW vormt een uitwerking van het bepaalde in artikel 6:162 lid 3 BW (toerekening krachtens wet). Stelling II De aansprakelijkheid van de kwalitatief aansprakelijke (bijvoorbeeld de werkgever), maakt dat de eigenlijke dader (bijvoorbeeld de werknemer) niet aansprakelijk is. Welke van de bovenstaande stellingen is of zijn juist? Motiveer uw keuze. a. Alleen stelling I is juist. b. Alleen stelling II is juist. c. Beide stellingen zijn juist. d. Beide stellingen zijn onjuist. Casus 4 Op een kwade nacht wordt Fernandez met een beklemd gevoel wakker want hij hoort iemand in zijn huis stommelen. Fernandez heeft net de politie gebeld als hij een luid gekraak verneemt, gevolgd door een ijzingwekkende kreet. Gewapend met een knuppel gaat hij op het gerucht af en treft een inbreker in volstrekt hulpeloze positie aan: deze is bij zijn strooptocht door Fernandez' kamer door de houten vloer gezakt en klem geraakt tussen vloer en kruipruimte; zijn beide benen zijn gebroken. Achteraf wordt vastgesteld dat de vloer van de woonkamer volkomen door termieten was aangetast en zo zwak geworden dat het levensgevaarlijk was over de vloer te lopen. De inbreker vordert vergoeding van zijn schade - Afl. 15.000 aan ziekenhuiskosten - en stelt Fernandez aansprakelijk op grond van art. 6:174 BW. Slaagt zijn vordering?

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 30

Leereenheid 12 andere verbintenissen uit de wetInhoud - zaakwaarneming - onverschuldigde betaling - ongerechtvaardigde verrijking Te bestuderen stof Uit Zwaartepunten de nrs.: 653 - 660 Jurisprudentie HR 30 januari 1959, NJ 1959, 548 (Quint / Te Poel) (herhaling bijeenkomst 1) Leerdoelen Na het bestuderen van de voorgeschreven en behandelde stof wordt u in staat geacht om: - de vereisten van zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking te noemen, toe te lichten en toe te passen; Oefenmateriaal Casus 1 Bert is eigenaar van een huis. Kort na de verhuizing is Bert een weekend naar Parijs. In de vroege zondagochtend wordt een poging tot inbraak gedaan. Nadat het slot was geforceerd, sloegen de inbrekers, op heterdaad betrapt door de jogger Ger, op de vlucht. Ger belt meteen de politie en direct daarna de 24-uurservicedienst en laat een nieuw slot plaatsen. De kosten bedragen Afl. 175,- die Ger contant voldoet. a. Is hier sprake van zaakwaarneming? Kan Ger het geld van Bert terugvorderen? b. Stel dat Ger het slot laat plaatsen op naam van en voor rekening van Bert. Dient Bert de servicedienst Afl 175,- te betalen? Casus 2 - discussievraag Arnold is bewoner van een huurhuis. Het betreft hier twee woningen onder n kap, die er voor het overige identiek uitzien. Het ene huis, waarvan Arnold de huurder is, behoort toe aan Zwart, het andere aan Maduro voor wie het een tweede huis is. Het huis van Maduro ziet er nogal wat verwaarloosd uit. Maduro geeft Kwast de opdracht zijn huis te schilderen. Wammes, een uitstekend schilder, maar niet al te snugger, schildert in plaats van het huis van Maduro, dat van Zwart. Arnold neemt een en ander met de nodige bevreemding waar. Als de klus geklaard is, stuurt Kwast de rekening naar Maduro die haar prompt betaalt. Wanneer Maduro het fraaie uiterlijk van zijn huis gaat bekijken, schrikt hij zich een ongeluk: het huis staat er nog net zo verwaarloosd bij als voor de opdracht aan Zwart. a. Kan Maduro van Kwast zijn geld terugvorderen? b. Kan Kwast een vordering tot schadevergoeding instellen tegen Zwart? Maakt het in dit verband verschil of Maduro zijn geld terug heeft gekregen van Kwast? Komt nog betekenis toe aan het gegeven dat Arnold het hele tafereel heeft waargenomen en hiervan het zijne heeft gedacht?

31

Casus 3 - discussievraag In juli, vlak voor de geplande vakantie van de familie B, houdt de auto er plotseling mee op. In de garage blijken de problemen vrij groot te zijn. Kosten voor reparatie bedragen zon Afl. 1500,-. Dat bedrag kan de familie B zo vlak voor de vakantie niet ophoesten. Buurman C, die het droeve verhaal rond de wagen aanhoort besluit tot handelen over te gaan. Als de familie B een dagje naar het strand is met de bus repareert hij, in acht uur tijd en met gebruikmaking van Afl. 500,- aan onderdelen, de auto. Als de familie aan het eind van de dag terugkeert presenteert buurman C niet alleen de goede tijding dat de auto weer loopt als een zonnetje, maar ook de rekening van Afl. 820,-. De familie B weigert evenwel te betalen. Heeft C recht op betaling van de Afl. 820,- van de familie B? Kies uit een van onderstaande alternatieven. Motiveer uw keuze. a. b. c. d. ja, want er is hier sprake van ongerechtvaardigde verrijking ex 6:211; nee, want het betreft hier een onverschuldigde prestatie ex 6:203; ja, want het betreft hier zaakwaarneming ex 6:198; nee, want er is geen sprake van een contractuele verbintenis noch van een wettelijke verbintenis

N.B. Alle namen en personages in de casussen zijn fictief. Iedere gelijkenis met bestaande personen berust op toeval. 32

Leereenheid 13 - uitloop

33

ProeftentamenUNIVERSITEIT VAN ARUBA FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID Tentamen Studiejaar Datum Tijd Docent Aanwijzingen: U dient op ieder foliovel uw naam en collegekaartnummer te vermelden en op het eerste vel het totale aantal foliovellen dat u inlevert aan te tekenen. Dit tentamen bestaat uit 4 casus en 1 vraag verdeeld over 3 bladzijden. Formuleer uw antwoorden gemotiveerd in correct Nederlands. Wees expliciet in uw beantwoording. U kunt niet volstaan met een enkel ja of nee. U dient te motiveren en zoveel mogelijk te verwijzen naar relevante wetsartikelen en eventueel jurisprudentie. Alle vragen dienen naar Arubaans recht te worden beantwoord, tenzij in de vraagstelling expliciet anders wordt gevraagd. In totaal kunt u 40 punten behalen voor dit tentamen. Uw eindcijfer wordt berekend door het totaal aantal behaalde punten te delen door 4. Het totaal van 22 punten levert een voldoende op (5,5). Tijdens het tentamen mag uitsluitend van niet-becommentarieerde wetsteksten gebruik worden gemaakt. Mocht tijdens het tentamen blijken dat die aantekeningen er wel in staan, dan leidt dit tot uitsluiting van het tentamen. Voor dit tentamen dient u zich te hebben ingeschreven. Studenten die zich niet hebben ingeschreven kunnen niet aan het tentamen deelnemen. Indien u wilt dat de docent u tentamen niet nakijkt vermeldt u dan NIET NAKIJKEN op uw antwoordformulier. De tentamenopgaven mag u meenemen. Bespreking van dit tentamen zal plaatsvinden op XXXXXXXXXXXXXXXXXXX van 14.00 tot 15.00 uur. VEEL SUCCES! : : : : : INLEIDING ARUBAANS PRIVAATRECHT BACHELOR I 2010-2011 xxxxxxxxxx XXXXXXXXXXXXX (xxxxxxx kans) 14.00 - 17.00 uur mr. M.C.F.E. Gielen

34

Casus 1 7 punten Omdat Jorges wasmachine kapot is koopt hij op 1 juni 2011 bij Kinchi Kordoba een wasmachine. Aangezien Jorge die week aan de beurt is om de toneelkleding van zijn toneelvereniging te wassen spreken Jorge en Kinchi af dat Kinchi de wasmachine de volgende dag zal leveren. Jorge zal dan binnen twee dagen na levering de machine contant bij Kinchi komen betalen. De volgende dag geeft Kinchi zijn werknemer Kendy Kruze opdracht de wasmachine nog diezelfde dag bij Jorge te gaan afleveren. Kendy heeft echter na het inladen van de wasmachine zon dorst gekregen van het zware tilwerk dat hij besluit om eerst langs de rumshop te rijden. Kendy vergeet de wasmachine en komt er pas vijf dagen later achter dat de machine nog steeds in zijn vrachtwagen staat. Jorge heeft in de tussentijd kosten gemaakt om de kleding bij de wasserette te laten reinigen en wil deze kosten nu verhalen op Kinchi. Kinchi wil daar niets van weten. Hij zegt dat hij er niets aan kan doen dat Kendy de wasmachine vergeten is . Het is dus niet zijn schuld en hij hoeft er dus niet voor op te draaien. Geef gemotiveerd aan of Kinchi aansprakelijk is voor de schade van Jorge? Ga hierbij in op de vraag of verzuim vereist is. Zo ja , op welke wijze? Zo nee waarom niet? Ga in uw beantwoording ook uitdrukkelijk in op het verweer van Kinchi dat het niet zijn schuld is en dat hij er dus niet voor hoeft op te draaien. (7 punten)

35

Casus 2 - 9 punten Dionisio biedt op 1 juni 2011 zijn skelter waarmee hij vele jaren heeft deelgenomen aan internationale skelterraces, te koop aan Eduardo aan voor de prijs van Afl 1250. Eduardo stuurt op 10 juni 2011 een brief aan Dionisio waarin hij Dionisio meedeelt dat hij diens aanbod aanvaart. Eduardos brief valt op 14 juni bij Dionisio in de brievenbus. Dionisio haalt op die dag alleen de bankafschriften uit de brievenbus en haalt de rest (dus ook Eduardos brief) pas op 17 juni uit de brievenbus waarna hij de hele stapel doorleest.a. Geef zo precies mogelijk aan wanneer de koopovereenkomst van de skelter tussen Dionisio en

Eduardo tot stand is gekomen? Motiveer uw antwoord. ( 3 punten) b. Stel dat Dionisio op 5 juni spijt krijgt van zijn besluit om de skelter te verkopen. Kan hij zijn aanbod nog ongedaan maken? Zo ja, op welke wijze en tot welk tijdstip is dat mogelijk? Zo nee, waarom niet? (3 punten) c. Stel dat er tussen Dionisio en Eduardo een geldige koopovereenkomst met betrekking tot de skelter tot stand komt. Op welke plaats moet de skelter geleverd worden en waar dient de koopsom te worden voldaan indien Dionisio en Eduardo daar geen concrete afspraken over hebben gemaakt? (3 punten)

Casus 3 10 punten Piet Zaria is eigenaar van een loods op een terrein achter de kerk van Paradera. Door gebrekkig onderhoud waaien golfplaten van het dak en beschadigen nabij geparkeerde autos. a. Geef gemotiveerd aan of Piet Zaria aansprakelijk is voor de geleden schade aan de geparkeerde autos. (5 punten) Stel dat de loods van Piet Zaria wel goed onderhouden was. Op 18 mei 2011 wordt de omgeving van Paradera onverwacht opgeschrikt door een flinke windhoos van een ongekende kracht. Het dak van de loods van Piet Zaria raakt door de windhoos zwaar beschadigd waardoor grote stukken golfplaat van het dak los komen en de nabij geparkeerde autos zwaar beschadigen. b. Geef gemotiveerd aan of Piet Zaria in dit geval aansprakelijk is voor de schade aan de geparkeerde autos. (5 punten)

36

Vragen (6 punten) Beantwoord de volgende vragen kort en bondig onder vermelding van de juiste wetsartikelen en/of relevante jurisprudentie.a. Het kan onrechtmatig zijn anderen in gevaar te brengen door niet te anticiperen op

onvoorzichtig en roekeloos gedrag van anderen. Geef aan in welk arrest de Hoge Raad criteria formuleert die gebruikt kunnen worden om in het concrete geval te bepalen of iemand aansprakelijk is voor het scheppen en of laten voortbestaan van een gevaarlijke situatie. Geef tevens aan welke criteria (of factoren) de HR in dit arrest heeft geformuleerd. ( 3 punten) b. Leg uit wat er wordt verstaan onder de wils-vertrouwensleer bij de totstandkoming van rechtshandelingen. (3 punten)

Casus 4 8 punten Alex werkt als bedrijfsleider in een supermarkt in Oranjestad. Het gaat thuis allemaal niet zo goed. Zijn vrouw is er vandoor met een ander en tot overmaat van ramp heeft ze de hele bankrekening geplunderd. Alex weet niet meer hoe hij de huur van het huis of de benzine voor de auto moet betalen. Dan doet zich een incident voor op het werk. De eigenaar van de supermarkt meent dat de omzet achter blijft en deelt Alex mee dat er personeel moet afvloeien. En dat terwijl Alex vindt dat er al te weinig personeel is. Als Alex aan het einde van de middag thuis komt is hij nog steeds overstuur. Dan overvalt hem een algehele paniekaanval. Alex ziet het niet meer zitten en besluit om alles te verkopen en te gaan emigreren. Hij voegt de daad bij het woord en verkoopt nog diezelfde avond zijn twee jaar oude Chevrolet Aveo aan Roberto Flak voor het lachwekkende bedrag van Afl 2500. Roberto bedenkt zich geen twee minuten en aanvaardt dit uitzonderlijke aanbod meteen. Als Alex echter de volgende morgen wakker wordt heeft hij spijt van zijn besluit. Hij wilde zijn auto niet verkopen en hij wil nog minder emigreren. Roberto Flak is echter niet voornemens om de auto terug te geven. Hij vindt dat de koopovereenkomst geldig is gesloten en dat hij erop mocht vertrouwen dat Alex de auto ook werkelijk wilde verkopen. Roberto weet niets van de thuissituatie van Alex noch wat er op het werk is voorgevallen. Is hier sprake van een geldig aanbod van Alex? Ga bij de beantwoording van deze vraag uitdrukkelijk in op het verweer van Roberto Flak ( 8 punten)

37

Bijlage38

39

40

41