Raadsbrief Uitvoeringsprogramma VTH-taken 2017 · de verantwoording. Deze indicatoren worden...

Raadsbrief

Onderwerp: Uitvoeringsprogramma Vergunning-verlening, Toezicht- en handhavingstaken (VTH-taken) 2017 Registratienummer: 619648 Datum: 7 februari 2017 Betreft Programma: 4. Leefomgeving Portefeuillehouders: drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel en drs. W.J.H. Meulenkamp Medewerker: A.J. Arends

Aanleiding Ieder jaar stelt het college een programma vast waarin ze aangeeft hoe ze uitvoering geeft aan de taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving.

Het college heeft op 28 februari 2017 besloten daarvoor het Uitvoeringsprogramma VTH-taken 2017 vast te stellen. Daarnaast heeft het college besloten in te stemmen met het Overzicht (bijlage 3 van het uitvoeringsprogramma) waarin keuzen en risico’s zijn vermeld. In deze raadsbrief informeren wij u hierover. Inhoudelijke boodschap Voor een goede uitvoeringscyclus van vergunning-verlening, toezicht en handhaving is de planning van deze taken opgenomen in een uitvoeringsprogramma. Jaarlijks geeft de gemeente in dit uitvoeringsprogram-ma aan hoe ze uitvoering geeft aan deze taken. Voor 2017 is bepaald dat alle milieutaken (basistaken-pakket+) voor vergunningverlening, toezicht/ handhaving en voor specialistische advisering door Hof van Twente verplicht onder de vlag van de Regionale uitvoeringsdienst (RUD) worden uitgevoerd. De overige taken voert de gemeente zelf uit. Voor de uitvoering van de RUD-taken wordt rekening gehouden met de regionale risico-analyse voor het milieu basistakenpakket+, met de kengetallen uit de regionale Producten en Diensten Catalogus (PDC) en met de prioritering van deze taken. Voor de overige taken is aangesloten bij de bestaande gemeentelijke risicoanalyses en ervaringscijfers.

- 2 -

Met de inventarisatietool van de RUD is de verwachte werkvoorraad en de capaciteit die daarvoor nodig is op zowel RUD als op gemeentelijk niveau zichtbaar gemaakt. De inventarisatie is opgebouwd uit de volgende onderdelen:

Vergunningverlening, dat bestaat uit case-management en vakinhoudelijke toets;

Toezicht en handhaving;

Specialistische deskundigheid.

Hieruit volgt dat Hof van Twente voor een groot deel taken zelf met de beschikbare formatie uitvoert. Echter daar waar een tekort is of een vacature door omstandigheden niet kan worden ingevuld wordt ingehuurd om aan de wettelijke verplichtingen te kunnen voldoen. Daarnaast zijn keuzen gemaakt in het uitvoeringsniveau en zijn prioriteiten gesteld waardoor een aantal taken niet worden uitgevoerd. Wij zijn van mening dat de risico’s en de gevolgen van het niet uitvoeren van deze taken beperkt en verantwoord zijn. Bij het maken van keuzen wordt onderscheid gemaakt in taken die wettelijk moeten worden uitgevoerd en taken waarbij ruimte is om te kiezen. Deze keuzen zijn vermeld in Bijlage 3 van het uitvoeringsprogramma. Ook zijn er taken waarin meer tijd dan wettelijk verplicht wordt gestoken. Het gaat hierbij om het toetsen van milieumeldingen en het voeren van vooroverleg bij vergunningaanvragen.

Dit doen wij bij meldingen om handhavingstrajecten achteraf te voorkomen. Bij vergunningverlening wordt met deze werkwijze de proceduretijd verkort. Nieuw beleid Het huidige beleid op gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving is niet meer actueel. In 2017 wordt nieuw beleid opgesteld waarbij uw raad zal worden betrokken bij het vaststellen van de kaders. Conclusie Het college heeft op 28 februari 2017 besloten het Uitvoeringsprogramma Vergunningverlening, Toezicht en handhaving 2017 vast te stellen. Over de resultaten die op basis van dit programma worden gerealiseerd wordt u in het jaarverslag VTH-taken in het eerste kwartaal van 2018 geïnformeerd. Burgemeester en wethouders van Hof van Twente, de secretaris a.i., de burgemeester,

drs. B. Marinussen drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel

Uitvoeringsprogramma Vergunningverlening-, Toezichts- en Handhavingstaken (VTH-taken) 2017

Op 28 februari 2017 vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente.

2

Inhoudsopgave 1 Inleiding ........................................................................................................................................... 4

1.1 Doel ......................................................................................................................................... 4 1.2 Big 8 ......................................................................................................................................... 4 1.3 Regionale UitvoeringsDienst (RUD) ......................................................................................... 5 1.4 Leeswijzer ................................................................................................................................ 5

1.4.1 Indicatoren ...................................................................................................................... 5

2 Ontwikkelingen ................................................................................................................................ 7

2.1 Wet verbetering Vergunningverlening,Toezicht en Handhaving (VTH) .................................. 7 2.2 Integraal Vergunningen, Toezicht en Handhavingsbeleid (VTH beleid) .................................. 7 2.3 Omgevingswet ......................................................................................................................... 7 2.4 Wet private Kwaliteitsborging in de bouw (Wkb) ................................................................... 7 2.5 Wijzigingen Activiteitenbesluit (Reparaties vierde tranche en wijzigingen richtlijnen).......... 8

3 Fysieke Leefomgeving ..................................................................................................................... 9

3.1 Plaats in de organisatie Hof van Twente ................................................................................. 9 3.2 Beschikbare formatie .............................................................................................................. 9

4 Terugblik 2016 ............................................................................................................................... 10

4.1 Interbestuurlijk toezicht ........................................................................................................ 10 4.2 Veranderde wet- en regelgeving ........................................................................................... 10

4.2.1 Algemene plaatselijke verordening ............................................................................... 10

4.2.2 Activiteitenbesluit ......................................................................................................... 10

5 Programma vergunningverlening Wabo ....................................................................................... 11

5.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld ................................................................................. 11 5.1.1 Bouwen/Ruimtelijke ordening ...................................................................................... 11

5.1.2 Milieu info actueel? ....................................................................................................... 12

5.2 Input- en prestatiedoelstellingen per Wabobeleidsveld ....................................................... 13 6 Programma vergunningverlening APV en bijzondere wetten ....................................................... 15

6.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld ................................................................................. 15 6.1.1 APV en bijzondere wetten ............................................................................................. 15

6.2 Input- en prestatiedoelstellingen APV en Bijzondere wetten ............................................... 16 7 Programma Toezicht & Handhaving .............................................................................................. 17

7.1 Programma Toezicht & Handhaving Wabo ........................................................................... 18 7.1.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld ......................................................................... 18

7.1.2 Input- en prestatiedoelstellingen per Wabobeleidsveld ............................................... 23

7.2 Programma Toezicht & Handhaving APV en bijzondere wetten .......................................... 25 7.2.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld ......................................................................... 25

7.2.2 Input- en prestatiedoelstellingen APV en Bijzondere wetten ....................................... 26

7.3 Programma Brandveiligheid .................................................................................................. 26 7.3.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld ......................................................................... 26

3

7.3.2 Input- en prestatiedoelstellingen brandveiliggebruik ................................................... 29

7.4 Programma Specialistische toezichtstaken ........................................................................... 30 7.4.1 Bodem ........................................................................................................................... 30

7.4.2 Sloop met asbest ........................................................................................................... 31

7.4.3 Juridische taken ............................................................................................................. 32

7.4.4 Input- en prestatiedoelstellingen per Specialistische taken ......................................... 33

Bijlage 1 Aantal bedrijven incl. Afwijking controlefrequentie t.o.v. RUD ambitieniveau ................ 34 Bijlage 2 Objectenlijst Hof van Twente (brandweer) ....................................................................... 35 Bijlage 3 Overzicht keuzen en risico’s VTH Taken 2017 ................................................................... 36

4

1 Inleiding

1.1 Doel Voor u ligt het uitvoeringsprogramma vergunningverlening, toezicht- en handhavingstaken (hierna: VTH-taken) voor de fysieke leefomgeving. Het opstellen en vaststellen van een jaarlijks uitvoeringsprogramma is een wettelijke plicht op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het daarbij behorende Besluit omgevingsrecht. Het programma wordt jaarlijks vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders en wordt daarna ter kennisgeving aan de raad aangeboden. Het programma vormt hiermee een belangrijk sturingsinstrument voor college en raad. Tevens wordt het uitvoeringsprogramma naar de interbestuurlijke toezichthouder, de provincie Overijssel gestuurd. Naast het uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks met het jaarverslag VTH verantwoording afgelegd of de doelstellingen uit dit programma zijn behaald. Het uitvoeringsprogramma is integraal van opzet en heeft betrekking op zowel vergunningverlening als toezicht en handhaving. In tegenstelling tot het Wabo-domein geldt er voor APV en bijzondere wetten geen wettelijke verplichting om VTH-taken te programmeren. Ook deze taken maken deel uit van dit uitvoeringsprogramma.

1.2 Big 8 Het Uitvoeringsprogramma vormt het hart van de beleidscyclus voor vergunningverlening toezicht en handhaving en is de schakel tussen de strategische en operationele cyclus. Het maakt onderdeel uit van de gemeentelijke handhavingsbeleidscyclus. Binnen deze cyclus heeft dit de volgende functies: • De vertaling van het vergunningen- en handhavingsbeleid in een concrete aanpak. Het Uitvoeringsprogramma geeft inzicht in de prioriteiten en de uitvoering van de werkzaamheden op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving. • Het transparant maken van de financiële, personele en organisatorische consequenties. • Waarborgen dat ambities en taken in balans zijn met de middelen. • Het richting geven aan de uitvoering van de vergunningen- en handhavingstaken (operationele prioriteiten). • Het transparant maken van de samenhang en context van de uitvoering van de gemeentelijke vergunningen- en handhavingstaken in relatie tot de landelijke en regionale afspraken. Ten aanzien van de activiteiten op het gebied van de Wabo is de verplichting tot het opstellen van een jaarprogramma opgenomen in het Besluit omgevingsrecht (BOR). Op 14 april 2016 is de wet Verbetering vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) in werking getreden (Stb. 2016/139). Deze wijziging van de Wabo heeft onder andere tot doel het verbeteren van de kwaliteit van de uitvoering van de VTH-taken. In 2017 zal een nieuw integraal beleidsplan VTH worden opgesteld voor vergunningverlening, toezicht en handhaving. In het beleidsplan zullen doelstellingen en beleidsuitgangspunten worden geformuleerd. Deze moeten er toe leiden dat de gemeente Hof van Twente op basis van (bestuurlijk)

5

vastgestelde prioriteiten, planmatig en programmatisch, meetbaar en volgens vaste uitgangspunten en juridische randvoorwaarden haar VTH-taken uitvoert”.

1.3 Regionale UitvoeringsDienst (RUD) De Overijsselse partners hebben gekozen voor RUD-vorming volgens de NetwerkRUD. Op die manier willen de Overijsselse partners voldoen aan de eisen die landelijk aan hen gesteld worden. Deze werkwijze zal in 2017 worden gevolgd. De Overijsselse afspraken gaan verder dan landelijk verplicht is. Op 1 januari 2013 is gestart met het basistakenpakket+. Hierin zijn alle milieutaken voor vergunningverlening, toezicht en handhaving en specialistisch advies ondergebracht. Ontwikkeling RUD Op 22 september 2015 heeft de Tweede kamer ingestemd met het Wetsvoorstel VTH-taken. Hierin is o.a. bepaald dat de netwerkomgevingsdiensten uiterlijk per 1 januari 2018 moeten omschakelen naar een uniforme organisatiestructuur (gemeenschappelijke regeling). Dit houdt in dat de NetwerkRUD ophoudt te bestaan. Wat het instellen van een fysieke RUD voor invloed heeft op het toekomstige werkpakket van de RUD is momenteel niet duidelijk. Het toekomstbeeld van de RUD is nader omschreven in paragraaf 4.2. Uitgangspunten 2017 In 2016 wordt op basis van de huidige organisatiestructuur op onderstaande wijze vorm gegeven aan de RUD:

Het ICS draagt zorg voor planning, coördinatie, informatie uitwisseling en analyse.

De Kennispunten vervullen op specialistisch terrein een sleutelfunctie. Zij dragen zorg voor kennisontwikkeling, -ontsluiting en borging.

De partners, die gezamenlijk de RUD vormen, zijn de uitvoerders in de regio. De gemeente Hof van Twente verzorgt de coördinatie van het Kennispunt Agrarisch IPPC Twente. Het kennispunt zorgt voor de uitvoering van de vergunningverlening- en toezichtstaken bij agrarische IPPC-bedrijven in heel Twente.

1.4 Leeswijzer Dit uitvoeringsprogramma is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt een aantal ontwikkelingen benoemd, die gevolgen kunnen hebben voor de vergunningverlening, toezicht en handhaving. Hoofdstuk 3 geeft aan welk team in de organisatie belast is met de uitvoering van de VTH taken. De hoofdstukken 4 tot en met 7 bevatten een weergave van concrete activiteiten voor vergunningverlening, toezicht en handhaving. Naast de reguliere VTH-taken wordt in 2017 een aantal projecten uitgevoerd. Hoofdstuk 8 bevat een samenvattend projectenoverzicht.

1.4.1 Indicatoren

In het programma worden verschillende soorten indicatoren gedefinieerd die de basis vormen voor de verantwoording. Deze indicatoren worden gemonitord via de zaaksystemen Squit XO, Tesz en indien nodig via Excel registraties. Te onderscheiden zijn:

Inputdoelstellingen: deze doelstellingen hebben betrekking op de inzet van de organisatie uitgedrukt in uren;

Prestatiedoelstellingen: deze doelstellingen hebben betrekking op de te leveren prestaties van de organisatie, uitgedrukt in aantallen;

6

Naleefdoelstellingen: deze doelstellingen hebben betrekking op het naleven van afspraken, voorschriften etc. Het naleefgedrag wordt in 2017 gemonitord;

Leefomgevingsdoelstellingen: deze doelstellingen hebben betrekking op de gewenste kwaliteit van de fysiek woon- en leefomgeving.

7

2 Ontwikkelingen

2.1 Wet verbetering Vergunningverlening,Toezicht en Handhaving (VTH) In 2016 is de Wet verbetering VTH in werking getreden. Hierdoor zal in beeld moeten worden gebracht wat de gemeente doet om de kwaliteit van de werkzaamheden op het gebied van VTH te waarborgen. Oorspronkelijk was het voorstel om de zogenaamde Kwaliteitscriteria 2.1 verplicht te stellen. Maar het Rijk heeft besloten dat gemeenten en provincies zelf kunnen aangeven hoe ze de kwaliteit van de uitvoering willen borgen. De kwaliteit van de uitvoering van de basistaken moet worden vastgelegd. Hiertoe is in 2016 door een werkgroep een aantal mogelijke scenario’s voor de kwaliteitsverordening uitgewerkt. Het doel is in 2017 een kwaliteitsverordening voor Hof van Twente vast te stellen.

2.2 Integraal Vergunningen, Toezicht en Handhavingsbeleid (VTH beleid) In 2017 wordt een Integraal Vergunningen, Toezicht en Handhavingsbeleid (VTH beleid)1 gemeente Hof van Twente opgesteld. Het doel is de kwaliteit van vergunningverlening, toezicht en handhaving op het gebied van milieu, bouwen, ruimtelijke ordening en openbare orde te verbeteren. In het beleid zal gemotiveerd worden aangeven welke doelen Hof van Twente zichzelf stelt bij de uitvoering van taken en welke activiteiten ze daarvoor uitvoeren. De keuzes in het beleid worden voor een groot deel bepaald door een probleem- en risicoanalyse waarbij de beschikbare capaciteit wordt ingezet op de gebieden waar het risico het grootst is. Daarnaast moet helder zijn welke prioriteit de taken hebben en met welke intensiviteit ze worden uitgevoerd. Vervolgens wordt ieder jaar aan de hand van dit beleid het VTH uitvoeringsprogramma opgesteld met daarin welke VTH-taken dat jaar worden uitgevoerd en welke capaciteit hiervoor wordt ingezet. Met een meerjarig beleidsplan en jaarlijkse uitvoeringsprogramma’s kan flexibel met de operationele uitvoering worden ingespeeld op de actualiteit.

2.3 Omgevingswet De invoering van de Omgevingswet is verschoven naar begin 2019 ( was 1 januari 2018). In 2017 zet het kabinet verdere stappen in de stelselherziening van het Omgevingsrecht: het doel hiervan is om met minder en eenvoudiger regels flexibiliteit en gebiedsgericht maatwerk mogelijk te maken. De basis wordt gevormd door de nieuwe Omgevingswet waarin 24 bestaande wetten zullen opgaan. Om op tijd klaar te zijn voor de invoering volgen de programmamanager omgevingswet en een werkgroep proactief de ontwikkelingen, sluiten aan bij (landelijke) overleggen en anticiperen waar nodig. Dit onderwerp zal ook in 2017 de benodigde tijd vragen van de werkgroepleden en de diverse afdelingen.

2.4 Wet private Kwaliteitsborging in de bouw (Wkb) In april 2016 heeft de ministerraad ingestemd met het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb). Het wetsvoorstel voorziet een gefaseerde inwerkingtreding van de nieuwe regels vanaf 2017. De consument krijgt als opdrachtgever in de bouw een sterkere positie. Ze krijgen betere bescherming wanneer na oplevering van een bouwwerk verborgen gebreken worden ontdekt. Dat

1 In dit beleidsdocument wordt gesproken over vergunningen, toezicht en handhaving, Waar vergunningen

staat vermeld, kan ook “uitvoering” gelezen worden, zoals benoemd in het Besluit omgevingsrecht.

8

komt door de aanscherping van de wettelijke aansprakelijkheid van de aannemer. Ook wordt kwaliteitsborging dan een zaak voor de marktpartijen zelf. Er zou in 2017 gestart worden met de gefaseerde invoering van deze nieuwe wetgeving. Er is echter nog veel onduidelijkheid of deze wet er werkelijk gaat komen. Op 9 december 2016 heeft minister Blok drie onderzoeken over de Wkb aangeboden aan de Tweede Kamer: Financiële gevolgen voor gemeenten, tussentijdse evaluatie proefprojecten en De rol van de gemeente binnen het stelsel van private kwaliteitsborging. In de aanbiedingsbrief geeft minister Blok aan de aanbevelingen over te nemen en met de VNG en andere betrokkenen in overleg te treden over de uitvoering daarvan. Waarschijnlijk treedt deze wet niet eerder in werking dan de nieuwe Omgevingswet en wordt private kwaliteitsborging daarin opgenomen.

2.5 Wijzigingen Activiteitenbesluit (Reparaties vierde tranche en wijzigingen richtlijnen)

De meeste wijzigingen van dit reparatiebesluit hangen samen met de 'vierde tranche' wijziging van het Activiteitenbesluit per 1 januari 2016, maar er zijn ook andere wijzigingen. Het gaat onder meer om redactionele correcties, verduidelijkingen en het herstel van verwijzingen. Naast het Activiteitenbesluit wijzigen het Besluit omgevingsrecht (bijvoorbeeld rond vergunningplicht, onder andere ziekenhuizen), het Besluit milieueffectrapportage, Besluit emissiearme huisvesting en het Besluit kwaliteitseisen en monitoring water 2009. Het wijzigingsbesluit is 16 maart 2016 voorgepubliceerd in Staatscourant nummer 13076. De wijzigingen en reparaties treden naar verwachting in de loop van 2017 in werking.

9

3 Fysieke Leefomgeving

3.1 Plaats in de organisatie Hof van Twente De Wabotaken op gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving zijn onder gebracht bij het Team Vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) van de Afdeling Leefomgeving. De taken voor toezicht en handhaving op brandveilig gebruik (brandweertoezicht) zijn ook ondergebracht bij team VTH. De 14 Twentse gemeenten vormen samen de veiligheidsregio Twente. Taken op het gebied van specialistische en grootschalige brandweerzorg zijn de verantwoordelijkheid van de veiligheidsregio. Voor het toezicht in het kader van brandveiligheid blijft de gemeente het bevoegd gezag. De brandweertaken op gebied van advisering brandveilig gebruik worden georganiseerd vanuit de Brandweer Twente. In een dienstverleningsovereenkomst (DVO) zijn afspraken gemaakt over de capaciteitsinzet bij de gemeente. De juridische ondersteuning is ondergebracht bij het Team Beleid en Advies. Dit betekent dat de vergunningverlener en toezichthouder primair zelf verantwoordelijk is voor juridische taken die deel uitmaken van het reguliere werk. Daarnaast zijn deze medewerkers verantwoordelijk voor het op tijd inschakelen van juridische deskundigheid als die kennis onvoldoende aanwezig is. Dit geldt ook wanneer dossiers dreigen te ontsporen, waar bestuurlijke consequenties aan de orde zijn of wanneer een strategisch traject nodig is. In dat geval zal het dossier voor de leidende rol in het proces worden overgedragen aan de medewerkers van het Team Beleid en Advies.

3.2 Beschikbare formatie Voor de uitvoering van taken bij het team VTH is formatie beschikbaar van totaal 23,5 fte. In tabel 1 is de formatie per functie weergegeven met het taakveld dat daarbij hoort. In de hoofdstukken 5 en 6 wordt bij de programmering rekening gehouden met eventuele (tijdelijke) inhuur die geen onderdeel is van de formatie.

Formatie Team Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving

Functies taakvelden Formatie

2016

Team coördinator team FLO 0,6

Administratief medewerker FLO administratie 0,5

Senior medewerker FLO team FLO bwt + RO 2

Allround medewerker (A) bwt en RO 3,5

Allround medewerker (B) bwt en RO 1,17

Allround medewerker milieu FLO milieu 2,89

Medewerker milieu FLO milieu 0,67

Medewerker FLO APV 2,16

Senior handhaver FLO team FLO 1

Allround handhaver FLO (A) bwt en RO 2

Allround handhaver FLO (B) bwt en RO 0,5

Allround handhaver FLO (A) milieu 3

Allround handhaver FLO (B) milieu 1

BOA APV 2,5

Totaal

23,5

Tabel 1

10

4 Terugblik 2016 Op 19 april maart 2016 heeft het college van burgemeester en wethouders van Hof van Twente het uitvoeringsprogramma 2016 vastgesteld. Dit programma geeft onder andere inzicht in de doelen en prioriteiten op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving en in de uitvoering van (regionale) projecten en de verschillende wijzigingen in wet- en regelgeving. De evaluatie van het programma 2016 wordt verwoord in het jaarverslag 2016 dat voor vaststelling gepland staat voor 1 april 2017.

4.1 Interbestuurlijk toezicht Het interbestuurlijk toezicht van de provincie Overijssel (IBT) geeft jaarlijks een oordeel over het Uitvoeringsprogramma en over het Jaarverslag. Bij de bestuursovereenkomst is een beoordelingskader voor de uitvoering van de Wabo-taken opgesteld. Hierbij hoort een ‘verkeerslichtmodel’ waarvan de kleur het toezichtregime bepaalt. Op basis van de verstrekte gegevens in het programma 2016 concludeert IBT dat Hof van Twente over de gehele linie een tekort aan personale capaciteit heeft om taken/werkzaamheden naar behoren te kunnen uitvoeren. Tevens verdient het de aandacht om nog concreter gevolgen en risico’s bij het niet uitvoeren van taken te benoemen. Opmerkingen en suggesties die door IBT tijdens het overleg zijn genoemd zijn meegenomen in dit uitvoeringsprogramma 2017 en worden meegenomen in het op te stellen VTH taken beleid in 2017. Per onderdeel is aangegeven wat de benodigde formatie is en welke capaciteit beschikbaar is. Als er een tekort is, wordt aangegeven wat de consequenties hiervan zijn en welke risico’s daaraan zijn verbonden. Tevens is geconcludeerd dat het uitvoeringsprogramma en het jaarverslag niet tijdig zijn vastgesteld. Bij de tussentijdse monitoring is er ambtelijk en bestuurlijk overleg gevoerd over het beoordelingskader. Op basis van de toetsingscriteria, de gemaakte afweging en rekening houdend met de RUD-ontwikkelingen is het toezichtregime in Hof van Twente onveranderd gebleven ten opzichte van 2015. Het verkeerslicht is oranje.

4.2 Veranderde wet- en regelgeving

4.2.1 Algemene plaatselijke verordening

Op 12 juli 2016 is de Algemene plaatselijke verordening (APV) aangepast. Er zijn nieuwe artikelen toegevoegd, artikelen gewijzigd en/of verwijderd. In 2017 wordt uitvoering gegeven aan de aanbevelingen omtrent regelering evenementen, zoals advisering, mandaat, communicatie en toetsing/handhaving. Dit naar aanleiding van een intern onderzoek van de concernstaf en de afdeling Leefomgeving, de Veiligheidsregio en de Onderzoeksraad voor de veiligheid in verband met het Monster truc ongeval in Haaksbergen.

4.2.2 Activiteitenbesluit

In 2015 waren in het kader van de “de vierde tranche” wijzigingen in het Activiteitenbesluit voorzien. Het inwerkingtreden van deze fase is echter grotendeels doorgeschoven naar 2016. Het definitieve wijzigingsbesluit en de definitieve wijzigingsregeling zijn 1 en 2 oktober 2015 gepubliceerd.

11

5 Programma vergunningverlening Wabo

5.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld

5.1.1 Bouwen/Ruimtelijke ordening

Hof van Twente voert zelf de vergunningverlening voor bouwen woningtoezicht (BWT) uit en ook de daaraan gerelateerde taken die niet bij de “basistaken+” horen. Er worden geen taken via centraal gestuurde uitwisseling uitgevoerd. Hof van Twente heeft onvoldoende capaciteit om alle taken uit te voeren zodat daarin keuzen moeten worden gemaakt. Die zijn in Bijlage 3 weergegeven. Door de nieuwe regelgeving is geen vergunning meer nodig voor minder omvangrijke bouwplannen. Daardoor is het aantal aanvragen afgenomen, maar de aanvragen die wij wel ontvangen zijn in de regel complexer. Ook omdat het verlenen van een planologische afwijking en de juridische onderbouwing die daarbij hoort onderdeel uitmaakt van de totale omgevingsvergunning. Hierdoor zijn de kengetallen verouderd. Daar is bij het opstellen van de prognose rekening mee gehouden In 2017 worden de kengetallen opnieuw vastgesteld aan de hand van urenregistratie. Volgens het bestemmingsplan Buitengebied moeten aanvragen om vergunning voor het veranderen of uitbreiden van de oppervlakte van landbouwhuisdieren getoetst worden aan het ammoniak emissieplafond. Als de aanvraag onder het emissieplafond blijft dan is medewerking mogelijk met een binnenplanse ontheffing. Als het plafond overschreden wordt en die overschrijding past binnen de Natuurbeschermingwetvergunning, dan is medewerking slechts mogelijk met een projectbesluit. Dit vraagt om een zorgvuldige beoordeling van de aanvraag en extra onderbouwing van het besluit. Hiervoor is extra formatie gepland van 300 uren. Hier ligt een keuze voor de gemeente die in bijlage 3 met een overzicht van keuzen is weergegeven. Medewerkers van Team Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving zijn gekwalificeerd om inhoudelijk een sloopmelding en het daarbij ingediende asbestinventarisatierapport te beoordelen. De meldingen worden getoetst op het niveau zoals dit regionaal is vastgelegd in de RUD. Gelet op het aantal sloopmeldingen is de verwachting dat deze taak door de gemeente zelf kan worden uitgevoerd en is geen inhuur nodig. Voor de activiteiten Aanleg, Uitrit, brandveilig gebruik (vergunning en melding) en Monument worden er in 2017 geen wijzigingen verwacht. Er zijn geen bijzondere omstandigheden om aan te nemen dat het aantal aanvragen voor deze activiteiten anders is dan voorgaande jaren. Ook het werkproces blijft in 2017 ongewijzigd. Sinds de landelijke regels voor vergunningvrij bouwen zijn aangepast, is het voor de burger moeilijker geworden om zelf te bepalen wat vergunningvrij gerealiseerd mag worden. Daarom ontvangen wij daar veel vragen over. Burgers willen immers niet graag geconfronteerd worden met handhaving van de gemeente of met een conflict met de omgeving als achteraf blijkt dat voor het gerealiseerde bouwplan toch een vergunning nodig was. De formatie voor “vooroverleg” is daar op aangepast. In 2017 wordt het kengetal hiervoor vastgesteld op basis van tijdregistratie. Het aantal aanvragen om een omgevingsvergunning voor een kapactiviteit geeft niet het aantal te kappen bomen op één locatie weer. Regelmatig ontvangen wij aanvragen voor meer locaties tegelijk waarbij het om meer dan honderd bomen kan gaan. Al die houtopstanden worden getoetst aan de

12

gemeentelijke bomenverordening en worden voor de rechtszekerheid met naam en locatie opgenomen in de vergunning. Het aantal aanvragen voor deze activiteit geeft daarom geen realistisch beeld van de werkelijke omvang van deze taak. Duurzaamheid speelt een steeds grotere rol bij de besluitvorming, waarbij vanuit het team input wordt verwacht. Ook is capaciteit nodig voor het actualiseren van beleidsregels en door nieuwe wetgeving voor het opstellen van nieuw beleid. In dit VTH-taken programma zijn hiervoor uren opgenomen. Uit tabel 2 blijkt dat er een te kort is van 316 uur. Hier ligt een keuze voor de gemeente die in Bijlage 3 met een overzicht van keuzen is weergegeven.

5.1.2 Milieu info actueel

Werkvoorraad milieuvergunningverlening door Hof van Twente Klasse I en II producten worden door de gemeente zelf uitgevoerd. Als blijkt dat de formatie voor deze producten op basis van de planning niet voldoende is, zal een deel van deze producten worden uitgezet in RUD verband. Werkvoorraad milieuvergunningverlening door RUD Voor een deel van de aanvragen om vergunning moet verplicht de RUD om advies worden verzocht (Klasse III industrieel en agrarisch IPPC). Dit geldt ook voor het Klasse III product “Productie m.u.v. chemie”. Een medewerker van Hof van Twente maakt als vergunningverlener milieu deel uit van het Kennispunt Agrarisch IPPC. Deze zal zoveel mogelijk taken van onze gemeente uitvoeren die verplicht bij de RUD thuis horen. Behandelen melding Activiteitenbesluit De verantwoordelijkheid voor het juist melden van activiteiten ligt primair bij de ondernemer. Hij moet immers voldoen aan algemeen geldende regels van het Activiteitenbesluit. In de praktijk blijkt het voor de ondernemer niet zo eenvoudig te beoordelen of zijn bedrijfsveranderingen en investeringen voldoen aan die regels. Daarom is besloten dat Hof van Twente de melding bij ontvangst op juistheid toetst en niet pas op termijn bij de periodieke controle. Formeel toetst de gemeente achteraf of de melding correct is. Als dan echter blijkt dat de ondernemer op basis van een onjuiste melding verkeerde investeringen in het bedrijf heeft gedaan, zoals bijvoorbeeld het plaatsen van een luchtwasser die niet voldoet, dan brengt dat in het handhavingstraject hoge kosten voor de ondernemer met zich mee. Ook kost het de gemeente dan handhavingscapaciteit die te voorkomen was als de gemeente vooraf toetst. In dat kader zijn wij van mening dat de gemeente hierin ook een verantwoordelijkheid heeft en daarom toetsen wij de melding niet alleen op ontvankelijkheid, maar ook inhoudelijk. Te meer omdat er bij een melding geen rechtsbescherming meer is zoals dat bij een vergunning wel het geval is. Als wij zien dat de melding niet volledig of niet correct is, dan informeren wij de ondernemer daarover met de gelegenheid het gebrek te herstellen. Consequentie is dat dit in het vergunningen traject uren kost die we achteraf bij toezicht besparen. Wij prevaleren een goede afstemming met de ondernemer in het voortraject boven een handhavingstraject na de uitvoering. Hier ligt een keuze voor de gemeente die in bijlage 3 met een overzicht van keuzen is weergegeven.

13

5.2 Input- en prestatiedoelstellingen per Wabobeleidsveld Bouwen/Ruimtelijke ordening

Wat moeten wij doen op basis van verwachte vraag

Activiteiten Aantallen

Benodigde uren op basis van ervaringscijfers

Benodigde uren op basis van RUD cijfers

- Aanleg 20 170 250

- Bouwen 214 3916 5243

- Monumenten 10 190 230

- Brandveilig gebruik 8 72 72

- Melding brandveilig gebruik 15 45 60

- Handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening 81 445 1296

- Toets agrarische bedrijven aan emissieplafond 85 300 ---

- Sloopmelding met asbest 165 330 330

- Sloopmelding zonder asbest 34 68 68

Totale uren benodigd op basis van verwachte vraag

5536 7549

Opleidingen

100

Coördinatie/vooroverleg/beoordeling verg.vrij

1250

Ad hoc adviezen

750

Beleid

750

Advisering bezwaar leges 30

Projecten 150

Digitaal werken 150

Totale benodigde uren

8716

Totale uren eigen inbreng (formatie)

8400

Te kort 316

Tabel 2

14

Milieu

Wat moeten wij doen op basis van de planning RUD

Activiteiten Aantallen Benodigde uren Eigen inzet Inzet RUD

- Klasse III Agrarisch IPPC 4 424 424 0

- Klasse III Industrie 0 0 0 0

- Klasse II niet agrarisch 13 423 423 - Klasse II agrarisch 81 2785 2785 - Klasse I type B 30 377 377

(4009) (0)

Totale uren benodigd op basis van planning

4009

Overige activiteiten binnen formatie

MER-beoordeling 2 60 60

Melding mobiel puinbreken 9 31 31

OR

200

Advisering geluid in RUD verband en intern

300

Interne advisering milieu

300

Totale uren eigen inbreng (formatie)

4900

Totale uren uitzetten naar RUD

0

Tabel 3

15

6 Programma vergunningverlening APV en bijzondere wetten

6.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld

6.1.1 APV en bijzondere wetten

Het vakgebied APV en bijzondere wetten betreft vooral de vergunningverlening voor evenementen en voor de vergunningverlening Drank- en horecawet. Daarnaast horen bij dit taakveld aanvragen om een omgevingsvergunning voor de activiteit “vellen houtopstanden” als ook werkzaamheden die voortvloeien uit bijzondere wetten zoals een Bibob toets, kansspelen, leegstandswet, marktzaken en routering gevaarlijke stoffen. Bij deze producten ontstaat in het voorjaar een piek van aanvragen om een evenementenvergunning en om een omgevingsvergunning voor de activiteit kappen. Onderzoek regulering evenementen Bij de beoordeling van aanvragen om vergunning voor evenementen worden van verschillende partijen adviezen ingewonnen om de veiligheid te waarborgen, om de openbare orde te kunnen handhaven en om risico’s vooraf te kunnen inschatten. In dat kader worden er aan de vergunning voorschriften verbonden. Naar aanleiding van het ongeluk met de monstertruck in Haaksbergen is een intern onderzoek uitgevoerd door de concernstaf. Ook de Veiligheidsregio en de Onderzoeksraad voor de Veiligheid hebben een onderzoek ingesteld. Uit deze onderzoeken zijn aanbevelingen naar voren gekomen om tegemoet te komen aan de gesignaleerde aandachts- en verbeterpunten in de bestuurlijke en ambtelijke werkwijze. Er is gestart met de uitvoering van deze verbeterpunten. Zo zal het Evenementenbeleid op bais van de regionale handreiking geactualiseerd worden. Verder leggen wij meer verantwoordelijkheid bij de organisatoren van het evenement om de aanvraag op tijd en volledig in te dienen. We hanteren strakkere termijnen, gaan uniform werken en letten meer op veiligheid. Ook krijgt de burgemeester nadrukkelijk een rol in het vergunningverleningsproces en zetten we meer in op communicatie. In 2017 zal daaraan verder invulling worden gegeven. De volgende aanbevelingen vragen per jaar extra formatieruimte van totaal 160 uur:

220 evenementen plaatsen op de regionale evenementenkalender: 36 uur 50 vooraankondigen van evenementen op de regionale evenementenkalender: 8 uur Vooroverleg nieuwe/omvangrijke/risicovolle evenementen: 40 uur Vooroverleg C evenementen: 20 uur Check identiteitsnummers van kermisatraties: 16 uur Constructieve schouw tenten, tribunes en podia: 40 uur

Prognose 2017 De verwachting voor 2017 is gebaseerd op de cijfers van voorgaande jaren. Aan de ene kant is die verwachting wat aantallen betreft naar beneden bijgesteld, omdat als dereguleringstaakstelling en als lastenverlichting voor burgers en bedrijven voor een aantal APV activiteiten de vergunningplicht is vervallen. Aan de andere kant zijn er meer verschillende producten bij het team samengebracht die vóór de organisatieverandering in mei 2014 verspreid in de organisatie werden behandeld. Het aantal soorten vergunningen is daardoor toegenomen. Dat vraagt om deskundigheid van meer producten. Daarnaast waren verschillende producten bij één medewerker in behandeling. Om bij afwezigheid de kwetsbaarheid te verminderen en de klantgerichtheid te vergroten zullen die producten door minimaal twee medewerkers worden uitgevoerd. Voor genoemde taken is formatie nodig zoals in de tabel hieronder is weergegeven. Hieruit blijkt dat er een te kort is van 220 uur. Hiervan is 160 uur nodig voor het uitvoeren van de aanbevelingen uit het Onderzoek regulering evenementen. De

16

andere 60 uur heeft te maken met een toename van het aantal aanvragen om vergunning. Hier ligt een keuze voor de gemeente die in Bijlage 3 met een overzicht van keuzen is weergegeven.

6.2 Input- en prestatiedoelstellingen APV en Bijzondere wetten

Wat moeten wij doen op basis van verwachte vraag

producten aantallen uren

Evenementen 220 580

Drank- en Horeca 100 210

Standplaatsen 37 61

Stookontheffing 95 95

Kansspelen 30 30

Kapvergunningen 165 375

Uitrit 51 150

Overige bijzondere wetten 185 375

Informatie, klachten, werkgroepen, training 295 650

Vervanging administratie + info uit archief 350 230

Uitvoering aanbevelingen 160

Totaal nodigde uren 2916

Totale uren eigen inbreng (formatie) 2695,5

Te kort 220.5

Tabel 4

17

7 Programma Toezicht & Handhaving Dit uitvoeringsprogramma voor onze handhavingstaken is een concretisering van het handhavingsbeleid “Integrale handhaving”. Het beleid beschrijft hoe we onze toezichts- en handhavingstaken op het gebied van de fysieke leefomgeving gaan uitvoeren. In het beleid geven wij aan wat de uitgangspunten en methodieken zijn bij het handhaven van overtredingen. Het beleid maakt duidelijk wat we met toezicht en handhaving willen bereiken, welke prioriteiten wij stellen, wanneer en hoe wij zullen optreden en welke middelen wij daarvoor inzetten. Handhaven van regels doen we om bij te dragen aan een “hoger doel”: een leefbare, veilige en duurzame gemeente Hof van Twente. Hieronder zijn deze drie hoofddoelen op hoofdlijnen weergegeven. Daarnaast streven we als vierde doel naar een groter naleefgedrag, omdat dat essentieel is om de andere drie te bereiken. In dit hoofdstuk zijn deze hoofddoelen nader uitgewerkt. Op deze manier ontstaat een helder verband tussen ons beleidsmatige kader en het uitvoeringsprogramma. Dit biedt ons goede mogelijkheden om de voortgang van onze doelen te monitoren. Leefbaarheid Leefbaarheid gaat over een prettige leefomgeving. Een leefomgeving waar inwoners en bedrijven de dingen kunnen doen die zij willen, zonder anderen daarbij te benadelen. Meer concreet betekent dit dat wij hinder, overlast, ergernissen, zoveel mogelijk proberen te voorkomen. Denk daarbij aan geluidsoverlast, parkeeroverlast, dumpen van afval, hondenoverlast en bodemverontreinigingen. Veiligheid Bij veiligheid praten we over het borgen van de veiligheid in de brede zin van het woord. Bouwveiligheid, brandveiligheid, maar ook milieu gerelateerde veiligheid, zoals het zorgvuldig omgaan met gevaarlijke stoffen bij bedrijven. Waar mogelijk bieden we ruimte eigen verantwoordelijkheid te nemen. Doen zij dat niet, dan treden wij op. Op het gebied van veiligheid doen wij geen concessies! Duurzaamheid Duurzaamheid in ons vakgebied gaat over bevorderen van het gebruik van duurzame materialen in de bouw, het stimuleren van energiebesparende maatregelen bij bedrijven en innovatie. Het stimuleren van energiebesparende maatregelen zal de komende tijd een nadrukkelijk aandachtspunt zijn tijden controlemomenten. Naleefgedrag Naleefgedrag gaat over een toename in het nakomen van regels over leefbaarheid, veiligheid en duurzaamheid. Niet iedereen doet dat even zorgvuldig. Wij willen het naleef-gedrag bevorderen door toezicht uit te voeren, maar ook in te zetten op voorlichting en het doel van regels uit te leggen. De meeste inwoners en bedrijven blijken dan bereid de voor hen geldende regels na te leven. Bij hen die dat niet doen treden wij consequent op. 24-uurs bereikbaarheid Naast de ‘reguliere’ taken is elk bevoegd gezag ook verplicht om een 24-uurs bereikbaarheidsdienst in te stellen. De RUD heeft hieraan geen invulling gegeven. Hof van Twente heeft deze bereikbaarheid geregeld door deze onder te brengen bij de storingsdienst. Wanneer noodzakelijk worden milieu- of bouwmedewerkers ingeschakeld bij klachten, meldingen en incidenten buiten kantoortijd.

18

7.1 Programma Toezicht & Handhaving Wabo

7.1.1 Doelen en prioriteiten per beleidsveld

Bouwen/Ruimtelijke ordening

Beleidsuitgangspunt:

Op basis van de risicomodule/probleemanalyse, is het toezicht op de onderstaande onderwerpen geprioriteerd.

Bouwen zonder of in afwijking van de vergunning Controle op bouwactiviteiten Gebruik in afwijking van het bestemmingsplan Slopen zonder of in afwijking van de vergunning Het wijzigen van een monument zonder of in afwijking van de vergunning Controle op sloopvergunning met asbest

Op basis van bestuurlijke keuze is het volgende projecten geprioriteerd.

Project verwaarloosde bouwwerken De aard en inhoud van de geprioriteerde taken resulteert in de volgende operationele doelstellingen:

Voor de programmering van toezicht en handhaving op het gebied van Bouw- en woningtoezicht en ruimtelijke ordening is de risicoanalyse Hof van Twente uit 2012 gebruikt. Omdat Hof van Twente niet Wabobreed de taken zal inbrengen in de RUD worden voor het BWT deel niet de hogere RUD kentallen gehanteerd. Voor de planning 2017 worden eigen ervaringscijfers gebruikt die de afgelopen jaren zijn gegenereerd en realistisch zijn gebleken. Naast prioritering door de analyse wordt ook het Handhavings- en bouwbeleidsplan gehanteerd dat de raad in 2003 heeft vastgesteld. Hierbij zijn bestuurlijke keuzes gemaakt in de mate en diepgang van toetsing, inspectie en handhaving. Daarbij is onder meer rekening gehouden met de beschikbare middelen en de mogelijke risico’s en zijn aan de hand daarvan vooral prioriteiten gesteld op het gebied van veiligheid, zoals gebruiksveiligheid, constructieve veiligheid en brandveiligheid. Worden

Speerpunten bij bouwtoezicht zijn: controle op gebruiksveiligheid, constructieve veiligheid en brandveiligheid.

1. Controle op alle sloopvergunningen met asbest risicoklassen 2 en 3. 2. Handhavend optreden bij alle constateringen van bouwen zonder of in afwijking van een

vergunning. 3. Handhavend optreden bij alle constateringen van het gebruik in afwijking van het

bestemmingsplan. 4. Handhavend optreden bij alle constateringen van het wijzigen van een monument zonder

of in afwijking van een vergunning. 5. Uitvoering geven aan het project ‘verwaarloosde bouwwerken’.

19

er op de bouwplaats afwijkingen geconstateerd, waarop bij vergunningverlening niet is getoetst, dan zal hiertegen wel worden opgetreden. In 2017 is voorzien in het opstellen van een Integraal Vergunningen, Toezicht en Handhavingsbeleid (VTH beleid) . In dit document wordt het beleid voor VTH op het gebied van de fysieke leefomgeving voor meerdere jaren vastgelegd. Onder de fysieke leefomgeving vallen de VTH-taken die voortvloeien uit wet- en regelgeving op het gebied van milieu, bouwen, ruimtelijke ordening en openbare orde. Het VTH beleid zal de bestaande beleidsregels op dit gebied vervangen. Asbest Gelet op de asbestproblematiek in de gemeente Hof van Twente vindt er op basis van de prioriteitstelling strikt toezicht plaats op het veilig werken tijdens sloopwerkzaamheden waarbij asbest vrijkomt. De geprioriteerde taken hebben vooral betrekking op het voorkomen en bestrijden van illegale handelingen. Deze uren zijn niet beschikbaar binnen de eigen formatie. Voor deze capaciteitsinzet van deze gespecialiseerde taak vindt externe inhuur plaats. Controle permanente bewoning recreatieverblijven Naast de geprioriteerde taken wordt er gehandhaafd op het permanent bewonen van recreatieverblijven. Dit vloeit voort uit de nota “permanente bewoning van recreatieverblijven”. Voor het extern uitvoeren van deze controles is een bedrag voor uitbesteding gereserveerd zodat deze handhaving niet drukt op de uren van Bwt-handhaving. Verwaarloosde bouwwerken Zowel in de kernen als in het buitengebied staan verwaarloosde gebouwen waardoor de risico’s voor de omgeving toenemen. Er ontstaat gevaar voor de weggebruiker, maar ook het gevaar van verspreiding van asbest wordt groter. Daarnaast neemt overlast van ongedierte toe en ontstaat verrommeling van de omgeving. Volgens de Zorgplicht van artikel 1a van de Woningwet moet in deze situaties de eigenaar van een bouwwerk, open erf of terrein, of degene die uit anderen hoofde bevoegd is tot het treffen van voorzieningen er voor zorgen dat er geen gevaar voor de gezondheid of veiligheid ontstaat of voortduurt. Het college is bevoegd de eigenaar te verplichten tot het treffen van voorzieningen. Gelet op de genoemde risico’s is in 2016 gestart met toezicht en handhaving voor enkele geprioriteerde locaties. Voor het project zijn in 2017 80 uren beschikbaar. Het gehanteerde afwegingskader hierbij is gebaseerd op de volgende criteria: veiligheid en gezondheid voor personen, het vrijkomen van asbest, instortingsgevaar en welstand.

Milieutoezicht en handhaving inclusief bodemtaken

Beleidsuitganspunten:

VTH-taken 2017 De geprioriteerde onderwerpen voor het Uitvoeringsprogramma VTH-taken 2017 zijn:

Uitvoeren geprioriteerde bedrijfsmilieucontroles Behandelen van klachten en meldingen Uitvoering van bodemtaken.

Speerpunten bij milieutoezicht zijn: Het bevorderen van veiligheid, duurzaamheid, leefbaarheid en verbeteren naleefgedrag m.b.t. regelgeving.

20

De prioritering is vertaald naar de volgende operationele doelstelling

Inrichtingsgebonden milieucontroles Voor de programmering van toezicht en handhaving op het gebied van milieu- en bodemtoezichtstaken is de risicomodule milieu met bijbehorende objectenlijst gehanteerd. Voor de capaciteitsplanning is gebruik gemaakt van de RUD Producten en Diensten Catalogus versie 5.0 (PDC 5.0). De RUD heeft deze planningsinstrumenten samengebracht in de inventarisatietool 2017. In de matrix wordt per bedrijfsrisicoklasse aan de hand van de gehanteerde toezichtsfrequentie het aantal uit te voeren controles op jaarbasis bepaald. Aan deze controles zijn normuren (PDC-uren) verbonden. Tevens heeft de RUD aan de bedrijfsrisicoklassen een controleambitieniveau verbonden. Van het RUD ambitieniveau kan door het bevoegd gezag gemotiveerd worden afgeweken. De personele milieutoezichtscapaciteit maakt het noodzakelijk om per bedrijfscategorie het gemeentelijke ambitieniveau vast te leggen. Op basis van ervaringscijfers en naleefgedrag is bij diverse bedrijfscategorieën de controlefrequentie naar beneden bijgesteld (van 1x per jaar naar 1x per 3 jaar en van 1x per 3 jaar naar 1x per 5 jaar) waarbij bedrijven waarvan is gebleken dat ze de regels niet naleven, frequenter worden bezocht. Daarentegen is het onze ambitie om agrarische bedrijven met een luchtwasser vaker dan 1x per 5 jaar (RUD ambitie) te bezoeken om de werking van de luchtwasser te monitoren. De Afwijking in controlefrequentie t.o.v. RUD ambitieniveau is weergegeven in bijlage 1. Bij de bedrijfsbezoeken wordt nadrukkelijk aandacht geschonken aan de beleidsuitgangspunten (speerpunten). Dit vindt plaats door open communicatie met de ondernemers. De beleidsuitganspunten zijn vertaald naar aandachtspunten in de checklisten die worden gehanteerd. De tabel hieronder geeft ons totale bedrijvenbestand weer (per klasse en branche): onze planning voor 2017 is hierop gebaseerd. De aantallen uit 2016 zijn tevens aangegeven, dit om het resultaat van de eerder vermelde actualisatie van het bedrijvenbestand weer te geven.

KLASSE III KLASSE II KLASSE I Totaal

Industrieel (IPPC)

Agrarisch (IPPC)

Afval verwerking

Industrie Productie

chemie C

Vergunning B

Melding Type B

Melding Type A

2017 1 42 0 0 0 35 645 498 222 1443

2016 1 41 0 5 2 47 630 516 178 1420

Tabel 5 Opgebouwde achterstand Om diverse redenen, waaronder ziekte van medewerkers, vacatures en verminderde toezichtscapaciteit als gevolg van de reorganisatie en onvoldoende capaciteit bij de RUD zijn de afgelopen jaren substantiële achterstanden bij inrichtingsgebonden toezicht ontstaan.

Inrichtingsgebonden controles uitvoeren overeenkomstig de lokaal bijgestelde RUD-matrix

21

Hieronder zijn de opgebouwde achterstanden in uit te voeren controles per jaar weergegeven.

Jaar Achterstand

2013 22

2014 149

2015 145

2016 31

Totaal 347

Tabel 6 De hierboven vermelde aantallen controles zijn onder te verdelen in de diverse bedrijfsklassen conform de risicoanalyse milieu van de RUD. De achterstand is opgelopen in de ‘klasse II agrarisch OBM’ en ‘Klasse I type B’. Inlopen opgebouwde achterstanden Om de 10 maanden zonder de extra Fte te compenseren zijn er milieu-inspecteurs via de RUD ingehuurd. Deze inspecteurs hebben tezamen 3 controles ‘klasse II m.u.v. agrarisch OBM’, 47 controles ‘klasse II agrarisch OBM’ en 69 controles Klasse I type B uitgevoerd. De begeleiding van deze inhuur heeft tijd gevergd van onze eigen formatie, wat ten koste is gegaan van het geplande aantal controles. Daarnaast heeft het inwerken van de nieuwe collega ook tijd gekost, hetgeen ook ten laste komt van het aantal controles. Ondanks de onvolledige sterkte van de formatie in 2016 is de oplopende achterstand per jaar van gemiddeld 145 controles teruggebracht naar ca. 30 controles. De verwachting is dat deze trend zich voortzet omdat de formatie op sterkte is waardoor er geen begeleidingsuren voor inhuur nodig zijn. Daarnaast is voor de planning 2017 een herijkingsactie van het bedrijvenbestand opgestart, hetgeen naar verwachting resulteert in minder inrichtingen en dus minder uit te voeren controles. Met name in de ‘klasse II agrarisch OBM’ zal het aantal inrichtingen afnemen. Dit is niet verwonderlijk omdat dit een landelijke trend is. Om hoeveel inrichtingen dit gaat, is nog niet te zeggen omdat dit proces nog gaande is. Op basis van het deels herijkte bestand is de planning zonder gebruik van inhuur voor 2017 rond. De planning is realistisch en zal met de huidige bezetting zonder meer gehaald kunnen worden. Het effect van de herijking kan pas eind 2017 bepaald worden. Dit en het feit dat de tendens van het stoppen van agrarische bedrijven zich de komende jaren voortzet, maakt de kans reëel dat de achterstand met de huidige bezetting binnen enkel jaren weggewerkt wordt. Herijking zal naar verwachting leiden tot minder bedrijven met een hoge bezoekfrequentie en een hoger aantal bedrijven met een lagere bezoekfrequentie. Hierdoor zal het aantal uit te voeren controles op jaarbasis afnemen. Energietoezicht bij bedrijven In het VMO (vestigingsmanagersoverleg) van de RUD op 17 november 2016 hebben de vestigingsmanagers aangegeven dat er een herprioritering noodzakelijk is om tijd te kunnen besteden aan energietoezicht bij bedrijven. Door de gemeente Enschede is hiertoe een voorstel gelanceerd. Het gaat hierbij om controle op de toepassing van erkende energiebesparingsmaatregelen De erkende maatregelen voor energiebesparing hebben tot doel om op een eenvoudige en praktische manier energiebesparing te bereiken. Het geeft de drijver en het bevoegd gezag meer duidelijkheid over de gewenste bescherming van het milieu. De erkende maatregelenlijst is in samenwerking tussen vertegenwoordigers van het bevoegd gezag, de omgevingsdiensten en koepel-

22

en brancheorganisaties tot stand gekomen. Hierbij zijn ook de uitvoeringsorganisaties van de ministeries IenM, EZ en BZK betrokken. Op grond van het Activiteitenbesluit moeten bedrijven alle energiebesparende maatregelen nemen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder. Dat geld voor bedrijven waarvan het energieverbruik in enig kalenderjaar groter is dan 50.000 kilowatt uur aan elektriciteit en groter is dan 25.000 kubieke meter aardgasequivalenten aan brandstoffen. Hieronder zijn de Branches genoemd waarvoor al erkende maatregelen op energiebesparing ontwikkeld zijn. • Autoschadeherstelbedrijven • Kantoren • Automotive • Horeca • Detailhandel en supermarkten • Sport en recreatie • Voedingsmiddelen De hierbovengenoemde branches vallen op basis van de milieuklasseindeling in de klasse I, type B. Conform het regionaal opgestelde projectvoorstel gaat Hof van Twente bij de geplande controles categorie Klasse I type B (61 stuks) aandacht schenken aan energiebesparende maatregelen bij bedrijven waarop reeds erkende maatregelen van toepassing zijn verklaard. Naar verwachting zijn per controle 3 uren extra benodigd voor controle op energiebesparende maatregelen en het bespreken van de erkende maatregelen. Deze benodigde uren voor energie komen ten laste van de geplande controle-uren Klasse I Type B. Het voorgaande houdt in dat er minder controles in deze klasse uitgevoerd zullen worden. Het is op dit moment niet in te schatten hoeveel controles als gevolg van het energieproject minder zullen worden uitgevoerd. Dit zal inzichtelijk worden gemaakt in het jaarverslag VTH-taken over 2017.

23

7.1.2 Input- en prestatiedoelstellingen per Wabobeleidsveld

Bouwen/Ruimtelijke ordening

Vergunninggericht toezicht & Handhaving ( lokaal)

Categorie Aantal inspecties

Werkvoorraad

(uren)

Inzet

(uren)

Capaciteitstekort

(uren)

Inspectie Wonen < €100.000 127 350 290 60

Inspectie Wonen > €100.000 160 520 450 70

Inspectie Bedrijfsgebouwen 103 335 300 35

Inspectie Publiekstoegankelijke gebouwen

24 65 65

0

Inspectie Monument 7 15 15 0

Inspectie Sloop algemeen 33 70 70 0

Inspectie Aaanleg 10 4 10 0

Inspectie Overige Bouwwerken 7 10 10 0

Totaal 465 1.375 1.210 165

Tabel 8

Handhaving, projecten en overige taken


Werkvoorraad

(uren)

Capaciteitstekort

(uren)

Handhaving Bouw 59 470 0

Handhaving Slopen 4 25 0

Handhaving Bestemmingsplan 49 295 0

Klachten/Meldingen/Handhavingsverzoeken/

Ad Hoc 67 220

0

Juridische taken en advisering p.m. 490 0

Project vervallen gebouwen p.m. 80 0

0

Totaal 1.580 0

Tabel 9

Milieu Inrichtingsgericht toezicht

Klasse Categorie aantal

bedrijven aantal

controles Werkvoorraad

(uren) Inzet eigen

formatie (uren)

Inzet RUD overig (uren*)

III Industrieel IPPC 1 1 47 47

III Agrarisch IPPC (HvT) 42 14 235 235

III Agrarisch IPPC (Uitleen aan RUD) 5 5 85 -85

III Bevi 3 3 maatwerk

II Industrieel 209 48 460 460

II Agrarisch 650 131 1.575 1.575

I Type B 355 61 365 365

I Type A 214 24 85 85

I/II/III Hercontroles 155 620 620

Totaal 1.479 442 3.387 3.425 -38

Tabel 10 * Er worden meer uren aan de RUD geleverd dan afgenomen

24

Handhaving, projecten en overige taken

Categorie Werkvoorraad

(uren)

Klachten/Meldingen/Handhavingsverzoeken/

Ad Hoc 340

Juridische taken en advisering 650

Totaal 990

Tabel 11

25

7.2 Programma Toezicht & Handhaving APV en bijzondere wetten



De risicomodule/probleemanalyse is de basis voor de prioriteitstelling voor toezicht en handhaving op het gebied van de APV en bijzondere wetten. Uit de probleemanalyse blijkt dat zaken over leefbaarheid en veiligheid hoog scoren. In 2017 wordt gekozen voor het oppakken van:

Het behandelen van klachten en meldingen (Boa-meldingen) Drank- en horecawet (DHW) toezicht op evenementenvergunningen vervuiling door hondenpoep en aanlijnplicht parkeerexcessen afval gerelateerde zaken

De aard en inhoud van de geprioriteerde taken resulteert in de volgende operationele doestellingen:

De werkzaamheden van een BOA liggen voornamelijk op het taakveld van de APV. De werkzaamheden van de Boa worden voor een groot deel direct gestuurd door meldingen en klachten van burgers die via de verschillende (digitale) kanalen binnenkomen. Bekend is dat hondenpoep en zwerfvuil tot de grootste ergernissen horen bij de inwoners van Hof van Twente. Daarnaast is verzocht op te treden bij parkeerexcessen in de kernen. Bij het aantreffen van parkeerexcessen, waaronder het parkeren op een invalidenparkeerplaats zonder (geldige) invalidenparkeerkaart, wordt strafrechtelijk opgetreden. Deze zaken worden rechtstreeks aangeleverd aan het CJIB. In 2017 wordt binnen het taakveld parkeersexcessen extra aandacht geschonken aan de 3 dagen regel voor wat betreft het plaatsen of hebben van kampeermiddelen, aanhangwagens e.d. binnen de bebouwde kommen van de kernen in Hof van Twente. Het voor een langere periode parkeren van deze middelen leidt tot veel irritatie bij omwonenden die hiervan vervolgens melding maken bij de Boa’s. Het college van burgemeester en wethouders van Hof van Twente heeft op 20 december 2016 een aanwijzingsbesluit genomen waardoor handhaving van de 3 dagenregel mogelijk is gemaakt Daarnaast houden Boa’s toezicht op het dumpen en op onjuiste wijze aanbieden van afval en op het plaatsen van reclameborden en uitstallingen van winkels op de trottoirs en terrassen. Ook zal er een grotere inzet worden gepleegd bij grootschalige evenementen. Ook vinden er controles plaats op

Bijdragen aan het vergroten van de leefbaarheid en veiligheid in onze gemeente

1. Boa-meldingen openbare ruimte worden bij spoed direct in behandeling genomen. Overige

meldingen binnen 3 werkdagen. 2. Bij aantreffen van gedumpt of op verkeerde wijze aangeboden afval wordt, als de identiteit

van de overtreder kan worden vastgesteld, strafrechtelijk opgetreden. 3. Voorafgaand aan te houden B en C evenementen wordt toegezien op naleving van de

voorschriften uit de evenementenvergunning voorafgaand aan het evenement. 4. Project 3 dagenregel kampeermiddelen en aanhangwagens wordt uitgevoerd.

26

grond van de Drank- en Horecawet door hiervoor opgeleide Boa’s. Deze controles vinden veelal plaats in afstemming en/of tezamen met de politie. De geprioriteerde B evenementen en alle C evenementen worden aangemeld bij de brandweer en boa’s. Bij alle C evenementen vindt via de Veiligheidsregio een multidisciplinaire schouw plaats waarbij Politie, GHOR, Brandweer en Team Openbare Ruimte (OR) aanwezig zijn. In het VTH taken programma 2017 is het aantal uren voor toezicht op evenementen ten opzichte van 2016 verhoogd van 275 naar 535 uur.

7.2.2 Input- en prestatiedoelstellingen APV en Bijzondere wetten

Toezicht en Handhaving Boa-taken

Categorie Werkvoorraad

(uren)

Behandelen binnengekomen ‘Boa-meldingen’ 1210

Drank- en Horecawet 170

Toezicht op evenementenvergunningen 535

Parkeerexcessen 270

Afvalgerelateerde zaken 270

Vervuiling door hondenpoep 270

Reclame-uitingen 135

Administratieve afhandeling van zaken 530

Gezamelijke acties (politie) 100

Totaal 3.490

Tabel12

7.3 Programma Brandveiligheid



Brandweer Twente voert voor 13 Twentse gemeenten de taakuitvoering op het gebied van toezicht brandveiligheid uit. In dit kader wordt vanuit Brandweer Twente jaarlijks een voorstel gedaan voor het uitvoeringsprogramma ten aanzien van de taken op het gebied van toezicht brandveiligheid. Evenals voorgaande jaren zal het voorstel vanuit Brandweer Twente op dit gebied nagenoeg gelijk zijn. Twee bijzonderheden daarbij voor 2017:

In 2017 zal net als in 2016 het themagericht toezicht in de gebruiksfase worden toegepast.

In 2017 wordt in 5 gemeenten (Almelo, Hengelo, Hof van Twente, Hellendoorn en Enschede) gestart met een pilot ‘Risicogerichte aanpak brandveiligheid Toezicht’In deze pilot zal gebruik worden gemaakt van een nieuw toezichtsmodel. Dit vernieuwde toezichtsmodel is gebaseerd op de daadwerkelijke objectgebonden risico’s, en een aantal belangrijke

Het, in samenspraak met de Twentse gemeenten, realiseren van een hoogwaardige uitvoering van taken en gezamenlijke projecten op het gebied van toezicht en het leveren van een relevante bijdrage aan meer veiligheid en betere naleving in Twente.

27

wetswijzigingen o.a. omgevings- , VTH-wet en de Landelijke handhavingsstrategie(LHS). Brandweer Twente heeft hiervoor het document ‘Toezicht op brandveiligheid, versie 2.06 pilotfase’opgesteld.

Aandachtspunten/ontwikkelingen Brandweer Twente kijkt met name naar de doorontwikkeling van toezicht brandveiligheid, zoals het thematisch toezicht en het nieuwe toezichtmodel, waarbij we dit uiteindelijk uniform in Twente willen uitvoeren. Voor wat betreft de werkafspraken zijn deze per gemeente nog wel verschillend, met name ten aanzien van het versturen van brieven en controlerapporten en het vervolgproces voor toezicht- en handhaving. Ontwikkelingen op het gebied van toezicht brandveiligheid zijn:

De ontwikkelingen op het gebied van het Omgevingsrecht en de private kwaliteitsborging in de bouw worden gemonitord, waarbij wordt gekeken welke mogelijke consequenties dit heeft voor het takenpakket van de brandweer.

De pilot Risicogericht Toezicht wordt in 2017 bij 5 gemeenten uitgevoerd;

Er wordt gestreefd naar meer uniformiteit in de producten vanuit Brandweer Twente als het gaat om rapportages en brieven.

Programma 2017 De belangrijkste kerntaken van Brandweer Twente op het gebied van toezicht zijn:

toezicht tijdens de realisatiefase;

periodieke/reguliere gebruikscontroles;

controles bij evenementen, waarbij het uitgangspunt is dat C-evenementen altijd door de brandweer worden gecontroleerd en A en B evenementen op verzoek van de gemeente. Hof van Twente laat B evenementen door Brandweer Twente controleren.

Daarnaast behoren tot de taken op het gebied van brandveiligheid:

begeleiden van juridische handhavingstrajecten, waarbij brandweer als inhoudelijk adviseur brandveiligheid optreedt;

kennisplatform ten aanzien van nieuwe ontwikkelingen op landelijk en/of regionaal niveau;

beleidsmatig en projectmatig werken (STOOM, kamerverhuur, enz.);

verzoeken van burgers en bedrijven verwerken. Toezicht in de realisatiefase Het ambitieniveau van Brandweer Twente m.b.t. de inspectie aspecten tijdens de realisatiefase is opgenomen in de algemene werkwijze Toezicht. Voor toezicht in de realisatiefase is de afspraak dat Brandweer Twente aansluit op verzoek van het bevoegd gezag en in dit kader ook adviseert aan het bevoegd gezag. De bevindingen naar aanleiding van een inspectie worden in een rapport brandveiligheidsinspectie aan het bevoegd gezag voorgelegd. Toezicht in de gebruiksfase De prioritering en de intensiteit van reguliere controles binnen de pilotgemeenten in Twente wordt bepaald op basis het ‘vernieuwde toezichtmodel brandveiligheid’ (zie bijlage). Bij het vernieuwde toezichtprofiel is gebruikt gemaakt van de publicatie ‘Basis voor brandveiligheid’ om risico’s binnen gebouwen beter te typeren. Risico’s in gebouwen worden verdeeld in primair en secundair. Het gebouw als zodanig in samenhang met de omstandigheden van verblijfbepalen de primaire risico’s. De risico’s vanuit het gebruik (naleefgedrag), inventaris (brandgedrag meubels, gordijnen en matrassen) en de statistische informatie over brandincidenten bepalen de secundaire risico’s. Een

28

optimale afstemming tussen de primaire en secundaire risico’s is uiteindelijk de belangrijkste voorwaarde voor een brandveilig gebouw. Tenslotte wordt het toezicht op brandveiligheid telkens geoptimaliseerd op basis van de daadwerkelijke controle resultaten om risico’s op een adequate manier te kunnen beïnvloeden. In 2017 zal deze nieuwe benadering als pilot bij een aantal gemeenten worden uitgevoerd. Op basis van de resultaten zal het profiel worden verfijnd. Tijdens elke controle maakt Brandweer Twente gebruik van een rapport brandveiligheidsinspectie. Het toezichtprofiel biedt per gemeente handvatten voor eventuele verdere beleidsmatige sturing dan wel integratie van de lokale belangen (maatwerkafspraken). Hierbij kan elke gemeente, in afstemming met Brandweer Twente als uitvoerende partij, gemotiveerd afwijken van dit vastgestelde algemene toezichtprofiel brandveiligheid op grond van ondergenoemde zaken:

veranderen van jaarlijkse frequentie van de controles (bijvoorbeeld vanwege hogere/lagere prioritering van bepaalde gebruiksfuncties);

toevoegen van maatwerk objecten (bijvoorbeeld vanwege lokaal-bestuurlijke overwegingen);

beschikbare capaciteit binnen de gemeente op gebied van handhaving. Op basis van de (verwachte) beschikbare capaciteit van Brandweer Twente en in relatie tot de andere toezichtstaken wordt voorgesteld om in 2017 de objecten te controleren conform de objectenlijst Hof van Twente (Bijlage 2). Echter, door omstandigheden als personeelsproblematiek, ad-hoc aanvragen of bijzondere evenementen kan het voorkomen dat niet alle objecten gecontroleerd kunnen worden. Op voorhand is het lastig inschatten welke risico’s dit met zich meebrengt voor die objecten die niet gecontroleerd worden. Uitgangspunt is en blijft dat deze objecten wel structureel gecontroleerd worden, maar dat mogelijk de frequentie wat lager ligt. De voortgang wordt structureel gemonitord en afgestemd met de gemeente om zodoende gedurende het jaar nog hierop te kunnen sturen / keuzes te maken voor te controleren objecten/categorieën. Toezicht bij evenementen Het ambitieniveau van Brandweer Twente m.b.t. evenementen is opgenomen in de werkwijze toezicht. In dit kader geldt ook de afspraak dat Brandweer Twente aansluit op verzoek van het bevoegd gezag en in dit kader ook adviseert aan het bevoegd gezag. De bevindingen naar aanleiding van een inspectie worden in een rapport brandveiligheidsinspectie aan het bevoegd gezag voorgelegd. Projecten/projectmatige controles Er is een aantal projecten die vanuit Brandweer Twente (gaan) lopen in het kader van brandveiligheid. De belangrijkste projecten in dit kader zijn:

GNBB (Geen Nood Bij Brand) Dit project is in 2014 vanuit Brandweer Nederland gestart. GNBB is in Twente in 2014 middels een pilot uitgevoerd en de evaluatie hiervan is gedaan. In 2016 heeft dit een vervolg gekregen, waarbij enerzijds voor 2 locaties van een zorginstelling die gestart zijn in 2014 het traject verder is uitgevoerd en anderzijds voor 3 tot 4 zorginstellingen een nieuw traject (veiligheidsexpeditie) is opgestart. Duidelijk is geworden dat het uitvoeren van GNBB bij een zorginstelling pas effect heeft als de basis qua brandveiligheid in orde is. Het project GNBB loopt ook door in 2017.

Zorginstellingen Naast het project GNBB is het project Zorginstellingen in 2014 gestart waarbij gekeken is op welke wijze de brandveiligheid bij zorginstellingen structureel geborgd kan worden. Vanuit dit project zijn twee zorginstellingen (DTZC en Aveleijn) in Twente in 2015 al projectmatig gestart met een plan van aanpak voor het op orde brengen van de brandveiligheid op het gebied van bouwkundige, installatietechnische en organisatorische aspecten. Inmiddels is

29

het project Aveleijn afgerond, maar DTZC loopt nog door in 2017. Na afronding zal ook hier GNBB wordt geïmplementeerd. Thematisch Toezicht Evenals in 2016 worden de diverse gebruikscategorieën (HOOG geprioriteerd) gebundeld en binnen dezelfde periode binnen Twente gecontroleerd. De voorstelplanning van 2017 ziet als het volgt uit:

Gebruiksfunctie Periode Reden

Logiesfunctie Januari Tijdens het zomerseizoen zijn meer kamers bezet

dan gedurende het winterseizoen (m.u.v. de

feestdagen)

Onderwijsfunctie en daaraan bijeenkomstfuncties Februari t/m April Tijdens de schoolvakanties kunnen verbouwingen

plaats vinden

Kinderopvang kinderen jonger dan 4 en

bijeenkomstfunctie voor gehandicapten

Mei - Juni Vanwege de zomervakantie (rustige periode)

kunnen verbouwingen plaats vinden

Wonen en zorg gerelateerde gebruiksfunctie en

cellengebouw

Juli t/m Oktober Geen, permanent bewoont of bezit

De overige gebruiksfunctie November - December Brandveilig gebruik voorafgaande de feestdagen

(Aankleding en festiviteiten)

7.3.2 Input- en prestatiedoelstellingen brandveiliggebruik

Controles brandveiliggebruik

Categorie Aantal controles

Werkvoorraad

(uren)

Controles a.d.h.v. objectenlijst HvT 86 516

Evenementen 30 120

Controles realisatiefase 10 40

Ad Hoc controles p.m 50

paasvuurcontroles 13 52

Carnavalscontroles 6 24

Totaal 802

Tabel 13

30

7.4 Programma Specialistische toezichtstaken

7.4.1 Bodem

Het doel van het toezicht op het taakveld bodem is dat aan de wettelijke regels wordt voldaan zodat de kwaliteit van de bodem niet wordt aangetast en dat alle actoren op het terrein van bodem de wettelijke regels gelijk naleven. Om dit doel zoveel mogelijk te kunnen bereiken zijn de toezichts- en handhavingstaken voor het taakveld bodem onderverdeeld in de volgende aspecten waaraan de geplande uren zijn verbonden. De aspecten “toezicht bodemsanering” en “specialistische bodemtaken” zijn verplichte taken die onder de vlag van de RUD worden uitgevoerd. Toezicht bodemsanering Hieronder valt het toezicht op het Besluit bodemkwaliteit en Wet bodembescherming. In het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) staan voorschriften voor het toepassen en opslaan van grond en bouwstoffen op de bodem. Dit houdt onder andere in dat de kwaliteit, hoeveelheid, herkomst en eindbestemming van de grond bekend moet zijn en dat een grondtoepassing gemeld moet worden. Het toezicht richt zich op hetgeen gemeld is ook in het veld wordt toegepast. Bij afwijkingen en niet gemelde grondtoepassingen wordt zonodig handhavend opgetreden. Het doel is dat ten minste elke locatie waarvoor een melding Bbk is gedaan ook wordt bezocht. Het aantal meldingen grondverzet kan per jaar verschillen. De laatste drie jaar ligt het aantal op gemiddeld 60 meldingen per jaar. Het toezicht op de Wet bodembescherming houdt in dat er bij bodemsaneringen, waarvoor de gemeente het bevoegd gezag is, toezicht wordt gehouden op de juiste wijze saneren van de bodem en dat de milieu hygiënische maatregelen in acht worden genomen. Dit bestaat uit de juiste inrichting van de bodemsaneringslocatie. Verder bestaat het toezicht uit het aanschrijven van eigenaren van percelen waar een bodemverontreiniging is aangetroffen en het opleggen van maatregelen bij een ongewoon voorval waarbij de bodem is/wordt verontreinigd. Gemiddeld vinden er per jaar 5 tot 10 saneringen plaats onder het bevoegd gezag van de gemeente. Specialistische bodemtaken De meldingen grondverzet die voor het Besluit bodemkwaliteit worden ingediend, worden beoordeeld op volledigheid en correctheid. Hierbij wordt met name gelet op de kwaliteit van de toegepaste grond en de daarbij beoordelend kwaliteitsverklaring (bodemrapport, partijkeuring). De melder wordt zowel bij goedkeuring als afkeur van de melding grondverzet per email of brief geïnformeerd. Het aantal meldingen dat per jaar wordt beoordeeld ligt gemiddeld op ca. 60 meldingen. Daarnaast valt het beoordelen van nul- en eindsituatierapporten bij omgevingsvergunningen onder de verplichte specialistische bodemtaken. Wanneer een nieuw bedrijf gaat werken met bodembedreigende stoffen of een bedrijf nieuwe activiteiten met bodembedreigende stoffen gaat uitvoeren, moet de bodemkwaliteit vooraf worden vastgelegd. Bij het beëindigen van deze activiteiten wordt door middel van het eindonderzoek getoetst of bodemverontreiniging is veroorzaakt. Voor het beoordelen van beide rapporten is kennis nodig van de gebruikte stoffen en voorzieningen. Per jaar worden circa 5 tot 10 rapporten beoordeeld. Met de medewerkers binnen de RUD/ODT die zich bezig houden met specialistische bodemtaken binnen Twente is afgesproken dat zij kennis gaan uitwisselen op het gebied van beleid en bijvoorbeeld interne procedures en kwaliteitscontrole. Hierin is een belangrijke rol weggelegd voor

31

de gemeenten die nu al bevoegd gezag zijn in het kader van de Wet bodembescherming. Aanleiding vormt de opname van deze wet in de Omgevingswet. Mobiele puinbreker Voor het breken van bouwen sloopafval op locatie met een mobiele puinbreekinstallatie moet een kennisgeving worden ingediend. Deze kennisgeving wordt door vergunningverlening behandeld. Twee dagen voor de start van de werkzaamheden moet een startmelding worden gedaan. Aan de hand van deze melding kan er toezicht worden gehouden op locatie. Steekproefsgewijs worden per jaar enkele mobiele puinbreekinstallaties gecontroleerd. Per jaar wordt er ongeveer 5 tot 10 keer een mobiele puinbreekinstallatie ingezet binnen de gemeente. Klachten/meldingen/adhoc bodem Hieronder vallen de klachten, meldingen en andere vragen op het aspect van bodem. Afhankelijk van de uitkomst, moet er wel of geen vervolg aan gegeven worden. Bij een vervolgactie worden de uren onder een ander aspect opgenomen. Project illegale grondtoepassingen en –depots In november 2016 is het vestigingsmanagersoverleg (VMO) van de RUD ingestemd met het plan van aanpak dat door het kennispunt Bodem van de RUD Twente is opgesteld, om met dit project inzicht krijgen in niet gemelde (illegale) grondtoepassingen en – gronddepots in Twente. Hiermee wordt in beeld gebracht of er in bepaalde gemeenten vaker sprake is van niet gemelde illegale grondtoepassingen en - gronddepots. Ook hopen we inzichtelijk te krijgen of er grondtoepassers zijn die vaker grondtoepassingen en/of gronddepots niet melden dan anderen. Dit inzicht maakt het mogelijk om het toezicht op grondtoepassingen en gronddepots slimmer te organiseren. Hierdoor zal de kwaliteit van de uitvoering verbeteren. In 2017 zal dit plan van aanpak worden uitgevoerd door de toezichthouders van het kennispunt Bodem. Omdat er acht toezichthouders in het Kennispunt Bodem zijn, zullen de toezichthouders ook in andere, dan de eigen, gemeente toezicht gaan uitvoeren. De toezichthouder van de gemeente Hof van Twente zal voor dit project in de eigen gemeente 20 uur besteden en daarnaast 20 uur in een andere Twentse gemeente.

7.4.2 Sloop met asbest

De uitdaging waar de Gemeente Hof van Twente, samen met alle andere gemeenten en handhavende instanties, voor staat is het uitfaseren van asbest in de gebouwde omgeving. Hierbij bestaat de wens om zo veel mogelijk asbest veilig en tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten te laten verwijderen. Gelet op de asbestproblematiek in de gemeente Hof van Twente vindt er op basis van de prioriteitstelling strikt toezicht plaats op het veilig werken tijdens sloopwerkzaamheden waarbij asbest door gecertificeerde partijen wordt verwijderd. De geprioriteerde taken hebben vooral betrekking op het voorkomen en bestrijden van illegale handelingen. Deze uren zijn niet beschikbaar binnen de eigen formatie. Voor deze capaciteitsinzet van deze gespecialiseerde taak vindt externe inhuur plaats. In nagenoeg alle bouwwerken gebouwd voor 1994 is asbest in meer of mindere mate aanwezig. Wanneer bouwwerken worden gerenoveerd of gesloopt kan dit asbest, bij onjuiste verwerking, leiden tot vezelemissie naar mens en milieu. In de gemeene Hof van Twente is veel asbest, als gevolg van de aanwezigheid van de Eternit fabriek, aanwezig. De gemeente heeft vanuit de Woningwet en het Bouwbesluit de taak om er voor te zorgen dat het asbest in gebouwde omgeving veilig en verantwoord wordt verwijderd. De asbestketen is vastgelegd in een gecertificeerd stelsel. Bouwwerken van voor 1994 worden voorafgaand aan (gedeeltelijke)sloop onderzocht op de

32

aanwezigheid van asbest. Indien asbest wordt aangetroffen wordt dit door gecertificeerde partijen veilig verwijderd. Na verwijdering vindt een onafhankelijk onderzoek plaats naar het eindresultaat. Gelet op de risico’s van asbest houdt de gemeente toezicht op o.a. die werkzaamheden. De werkzaamheden worden gemeld waarna een controle plaatsvindt. Een andere mogelijkheid is dat de gemeente op de hoogte wordt gebracht door haar burgers of door andere handhavende partijen zoals ISZW of ILT. Alleen deze twee mogelijkheden vormen de basis van het toezicht. Het toezicht vindt aan de hand van een regionale checklist plaat op het werk. Het toezicht wordt uitgevoerd door gekwalificeerde medewerkers (SC570 certificaat). Naast het strikt controleren van de wet- en regelgeving wordt het hoofddoel: „zo veel mogelijk asbest veilig verwijderen tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten“ niet uit het oog verloren. Er wordt in beginsel zoveel mogelijk getracht de overtredingen op locatie op te lossen. Dit geldt niet wanneer mens en milieu in gevaar worden gebracht door onveilig werken waarbij excessieve vezelemissie plaatsvindt. Middels bovenstaande aanpak wordt recht gedaan aan de gevaren van asbest maar wordt tevens voorkomen dat onwerkbare situaties leiden tot stagnatie en eventuele illegale saneringen. De gemeente Hof van Twente stelt zich op naast de partijen en gezamenlijk wordt gezorgd dat het asbest veilig wordt verwijderd.

7.4.3 Juridische taken

De medewerkers van het team zijn in eerste aanleg zelf verantwoordelijk voor het opstellen van de ambtelijke waarschuwingsbrief tot en met het opstellen van dwangsombeschikkingen, invorderingsbesluiten en dwangbevelen. Bij complexe zaken wordt advies ingewonnen bij de juristen van het team Beleid en Advies. Deze uren van deze afdeling zijn niet in de werkvoorrrad opgenomen.

33

7.4.4 Input- en prestatiedoelstellingen per Specialistische taken

Bodemtoezicht/puibreken (prognose) ( lokaal)


Werkvoorraad

(uren)

Inzet

(uren)

Capaciteitstekort

(uren)

Toezicht op Bodemsaneringen 60 235 235 0

Toezicht Puinbreken 8 20 20 0

Project illegale grondtoepassingen en –depots

p.m. 40 40 0

Totaal 275 275 0

Tabel 14

Sloop met asbest (prognose)Handhaving ( lokaal)


Werkvoorraad

(uren)

Inzet

(uren)

Capaciteitstekort

(uren)

Inspectie Sloop met Asbest 240 660 660 0

Totaal 240 660 660 0

Tabel 15

Juridische taken

Categorie Aantal

Werkvoorraad

(uren)

Handhavingsbeschikking 15 405

Behandeling bezwaar (verweerschrift, pleitnota etc.) 10 375

Baehandeling hogerberoep 5 355

Juridisch advies 15 165

Totaal 1.300

Tabel 16

34

Bijlage 1 Aantal bedrijven incl. Afwijking controlefrequentie t.o.v. RUD ambitieniveau

Code Omschrijving RUD

frequentie HvT

frequentie Aantal

bedrijven

BEVI BEVI bedrijven (Klasse II Type B of C industrieel) 1 1 3

Klasse III Industrieel (GPBV) 1 1 1

Klasse III Agrarisch (GPBV) 3 3 42

Klasse II Type C (vergunning) industrieel (minus 2x BEVI) 3 3 5

Klasse II Type C (vergunning) industrieel 3 5 10

Klasse II Type B (melding) industrieel (minus 1x BEVE) 3 3 12

Klasse II Type B (melding) industrieel 3 5 39

Klasse II Type C (vergunning) agrarisch 5 5 18

Klasse II Type B (melding met OBM) agrarisch 5 5 593

Klasse I Type B (melding) 5 5 498

Klasse I Type A (geen meldingslicht) 10 10 222

Totaal 1.443

35

Bijlage 2 Objectenlijst Hof van Twente (brandweer)

Bijlage 3 Overzicht keuzen en risico’s VTH Taken 2017 Nr. Taak Lokaal of

regionale taak

Waar wijken we af van wettelijk voorschrift

Wat is het minimum niveau

Wat doen we niet Reden Wat zijn de gevolgen Wat doen we wel in

uren

Wat doen we niet in

uren

Risico Besluit college burgemeester en wethouders

1 Melding Activiteitenbesluit Regionaal n.v.t. Kwaliteitscriteria RUD We toetsen op

ontvankelijkheid en daarnaast ook inhoudelijk om te beoordelen of de melding realistisch is, terwijl dat primair de verantwoordelijkheid van de ondernemer is

Wij prevaleren een goede afstemming met de ondernemer in het voortraject boven een handhavingstraject na de uitvoering van voorzieningen.

Er zijn geen risico’s als we vooraf toetsen. Consequenties is dat hiervoor in het voortraject uren nodig zijn die wij bij toezicht besparen.

65 Ondernemer informeren als melding niet correct of niet volledig is. Hof van Twente actualiseert in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toetsten van dit onderdeel worden vastgesteld.

2 Vergunningverlening BWT Lokaal n.v.t. Bouwbeleidsplan (2003)

Tijdig besluiten op aangevraagde omgevings-vergunning.

Hiervoor is niet voldoende formatie beschikbaar

Niet tijdig beslissen op de aanvraag betekent in veel gevallen een van rechtswege verleende vergunning. Aanvrager moet langer wachten op zijn vergunning.

316 Van rechtswege verleende vergunningen. Dit kan leiden tot imagoschade (maatschappelijk en bestuurlijk risico).

Door in 2017 tijdelijke formatie in te zetten van de Afdeling Ontwikkeling kan dit knelpunt worden opgelost. Hof van Twente actualiseert in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toetsten van dit onderdeel worden vastgesteld.

3 Vergunningverlening BWT Lokaal Toets Bouwbesluit Bouwbeleidsplan (2003) Op onderdelen toetsen aan het Bouwbesluit. Conform vastgelegde afspraken in het bouwbeleidsplan 2003.

Hiervoor is geen formatie beschikbaar.

Risico’s zijn beperkt omdat aspecten met hoge risico’s zoals veiligheid en gebouwen waar veel mensen samen komen wel worden getoetst. Als het aantal aanvragen toeneemt, kan hieraan echter ook niet meer worden getoetst en nemen de risico’s toe.

2.013 De kans bestaat dat er niet conform het Bouwbesluit wordt gebouwd (m.u.v. brandveiligheid). Dit kan leiden tot imagoschade en maatschappelijk en bestuurlijk risico.

Voorlopig niet te toetsen op het RUD niveau maar op het niveau zoals dit is vastgelegd in het bouwbeleidsplan 2003. Hof van Twente actualiseert in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toetsten van dit onderdeel worden vastgesteld. Als blijkt dat de afgesproken kwaliteit niet binnen de voorgeschreven termijnen kunnen leveren, dan zal dit via de reguliere manier bij het management kenbaar worden gemaakt. Knelpunten kunnen worden opgelost door gebruik te maken van het gemeente brede budget voor tijdelijke inhuur.

4 Vergunningverlening BWT Lokaal n.v.t. Toets emissieplafond

bestemmingsplan Buitengebied

n.v.t. n.v.t. Wij toetsen consequent aan deze regel uit het bestemmingsplan. Niet toetsen aan het emissieplafond uit het bestemmingsplan is onzorgvuldig en brengt ongewenste risico’s met zich mee voor gemeente en agrarische bedrijven.

300 Hof van Twente actualiseert in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toetsten van dit onderdeel worden vastgesteld. Knelpunten oplossen door gebruik te maken van het gemeente brede budget voor tijdelijke inhuur.

37

Nr. Taak Lokaal of regionale taak

Waar wijken we af van wettelijk voorschrift

Wat is het minimum niveau

Wat doen we niet Reden Wat zijn de gevolgen Wat doen we wel in

uren

Wat doen we niet in

uren

Risico Besluit college burgemeester en wethouders

5 Vergunningverlening APV,

aanbevelingen met verbeterpunten Lokaal APV nvt nvt Naar aanleiding van het ongeluk

met de monstertruck in Haaksbergen is een intern onderzoek uitgevoerd door de concernstaf. Ook de Veiligheidsregio en de Onderzoeksraad voor de Veiligheid hebben een onderzoek ingesteld. Uit deze onderzoeken zijn aanbevelingen naar voren gekomen om tegemoet te komen aan de gesignaleerde aandachts- en verbeterpunten in de bestuurlijke en ambtelijke werkwijze.

Er is gestart met de uitvoering van deze verbeterpunten. Zo zal het Evenementenbeleid op basis van de regionale handreiking geactualiseerd worden. Verder leggen wij meer verantwoordelijkheid bij de organisatoren van het evenement om de aanvraag op tijd en volledig in te dienen. We hanteren strakkere termijnen, gaan uniform werken en letten meer op veiligheid. Ook krijgt de burgemeester nadrukkelijk een rol in het vergunningverleningsproces en zetten we meer in op communicatie.

160 Imagoschade, ambtelijke, maatschappelijke en bestuurlijke risico’s bij het niet uitvoeren van de aanbevelingen

Door in 2017 tijdelijke formatie in te zetten van de afdeling Ontwikkeling. Hof van Twente actualiseert in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toetsten van dit onderdeel worden vastgesteld

6 Vergunningverlening APV Lokaal APV nvt nvt Er is regulier onvoldoende formatie beschikbaar voor het behandelen van evenementenvergunningen.

Niet tijdig beslissen op de aanvraag. Aanvrager moet langer wachten op de vergunning. Vergunningverlening vindt plaats nadat het evenement heeft plaatsgevonden.

60 Imagoschade, ambtelijke, maatschappelijke en bestuurlijke risico’s bij het niet inzetten van de extra uren.

Door in 2017 tijdelijke formatie in te zetten van de afdeling Ontwikkeling en door medewerkers van Team VTH gedeeltelijk op andere taakvelden in te zetten, kan dit knelpunt worden opgelost. Hof van Twente actualiseert in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toetsten van dit onderdeel worden vastgesteld

7 Uitwegvergunningen Wabo/ Lokaal

APV Niet actief handhaven op Uitwegvergunnin-gen of zonder vergunning aangelegde uitwegen

Er is alleen capaciteit beschikbaar voor excessen.

Uitwegvergunningen die niet conform vergunning worden aangelegd of illegaal zijn aangelegd

50 Precedent-werking. Geen uniformiteit in uitvoering en imagoschade

Uitsluitend handhaven op excessen. Er is nieuw beleid in ontwikkeling voor het verlenen van een uitweg. Daarnaast actualiseert Hof van Twente in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toezicht op dit onderdeel worden vastgesteld.

8 Bouwtoezicht Wabo Wabo, Bouwbesluit, Bouwbeleidsplan

Bouwbeleidsplan 66 geprognotiseerde inspecties worden niet uitgevoerd

capaciteitstekort Geen controle op naleving omgevingsvergunning. Mogelijk bouwen in afwijking van de omgevingsvergunning.

165 In afwijking bouwen van de omgevingsvergunning. Geen inspectie op constuctieve en overige veiligeheids-aspecten. (maatschappelijk en bestuurlijk risico)

66 geprognotiseerde inspecties worden niet uitgevoerd

9 Bouwtoezicht Wabo Bouwbesluit, Woningwet, Wet milieubeheer

Bouwbeleidsplan Controle op het juist aansluiten op het gemeentelijk riool.

Hiervoor is geen formatie beschikbaar

Vuilwatersystemen kunnen onjuist op hemelwaterafvoer systemen worden aangesloten.

50 Precedent-werking. Geen uniformiteit in uitvoering en imagoschade

Niet actief controleren op het aansluiten op het gemeentelijk riool.

10 Toezicht kapactiviteiten en herplantverplichting

Lokaal APV en Bomenverordening Controle op uitvoering kapvergunningen en herplantplicht

Hiervoor is geen formatie beschikbaar.

Hierdoor is het niet helder of er volgens de kapvergunning wordt gekapt en of de herplant verplichting wordt nagekomen

150 Percedentwerking en imagoschade. (maatschappelijk en bestuurlijk risico)

Niet controleren op kapactiviteiten en herplantplicht. Daarnaast actualiseert Hof van Twente in 2017 het beleid voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Daarin zal ook het kader voor het toezicht op dit onderdeel worden vastgesteld.

Raadsbrief Uitvoeringsprogramma VTH-taken 2017 · de verantwoording. Deze indicatoren worden...

Documents

Transcript of Raadsbrief Uitvoeringsprogramma VTH-taken 2017 · de verantwoording. Deze indicatoren worden...