Inlichtingen bij Bijlagen De raadsgriffier Raadsbrief 2015 ......Een samenspel, waarbij inwoners...
Transcript of Inlichtingen bij Bijlagen De raadsgriffier Raadsbrief 2015 ......Een samenspel, waarbij inwoners...
Aan de gemeenteraad van Tubbergen Uw kenmerk Uw brief Zaaknummer Documentnummer 15.24360 I15.071671
Inlichtingen bij Bijlagen De raadsgriffier Mevrouw H.J.M.J van Limbeek-ter Haar
5
Onderwerp Datum Raadsbrief 2015, nr. 65 18 december 2015
Geachte raadsleden, Waarover gaat deze brief? In onze vergadering van 5 november en 24 november hebben wij het navolgende onderwerp besproken: Heroriëntatie vrij toegankelijke voorzieningen Ons besluit Wij hebben in die vergadering besloten: 1. In te stemmen met de notitie ‘Sturen op Resultaten’ 2. Kennis te nemen van de terugblik op de brainstrom van 16 september 2015 3. Kennis te nemen van de stappen om de subsidie voor de professionele vrij toegankelijke voorzieningen te realiseren. 4. In te stemmen met de resultaten vrij toegankelijke voorzieningen zoals opgenomen in de bijlage. Korte toelichting De hoofdvraag van het project heroriëntatie vrij toegankelijke voorzieningen is: hoe krijgt de nieuwe rolverdeling tussen overheid, professionele organisaties en inwoners vorm met betrekking tot de vrij toegankelijke voorzieningen? Waarom een andere wijze van invulling? De reguliere zorg is duur. Daarom is het belangrijk om in te zetten op deze algemeen toegankelijke en laagdrempelige vorm van zorg om de duurdere vormen van zorg zoveel mogelijk te voorkomen. Door het bedenken van nieuwe en innovatieve concepten binnen de ondersteuning en zorg (samen met inwoners en professionals) willen we ervoor zorgen dat mensen meer vanuit hun eigen ‘kunnen’ gaan kijken en daarna gaan handelen. Daarnaast bestaat de vraag of de voorzieningen anders moeten worden ingericht of georganiseerd? De behoefte kan per dorp verschillen. Dit heeft ook te maken met de demografische gegevens per dorp. Momenteel zorgt een aantal professionele organisaties voor invulling van deze voorzieningen en zij ontvangen subsidie van ons voor de uitvoering daarvan. Wat gaan we doen? Wij zetten met dit project in op een nieuw samenspel! Een samenspel, waarbij inwoners meer de kans krijgen zelf aan het stuur te zitten en hun koers te bepalen. Zij weten waar behoefte aan is binnen hun dorp en zij krijgen de kans om hun eigen invulling te geven aan deze voorzieningen. Dit betekent voor sommige vraagstukken niet langer de gemeente de regisseur is, maar dat de inwoners dit zijn. Dit nieuwe samenspel gaat gespeeld worden tussen de professionele organisaties, de inwoners en de gemeente. Hoe kunnen we er samen voor zorgen dat het aanbod van de voorzieningen beter aansluit
2
op de vraag? Hoe kunnen we er samen voor zorgen dat zorg efficiënter wordt ingericht en ingezet? Als er inwoners of groepen van inwoners zijn die zaken zelf op willen pakken of vinden dat ze het zelf beter of anders kunnen regelen dan krijgen ze hiervoor de ruimte. Daarbij moeten wel duidelijke ‘spelregels’ gemaakt worden over kaders, resultaten en verantwoordelijkheden. In onderstaande tabel staan de stappen die gezet zijn en welke stappen nog gezet gaan worden in het project vrij toegankelijke voorzieningen schematisch weergegeven.
Brainstorm (intern)
Bespreken (extern)
Borgen
Inwoners (proces) Afgerond (3) Wordt gestart i.s.m. Mijn dorp (5)
Inwoners (inhoud) Afgerond (4) Wordt gestart i.s.m. Mijn dorp (5)
Organisaties (proces)
Afgerond (1) Afgerond (notitie sturen op resultaten) (2)
Organisaties (inhoud)
Afgerond (4) In december wordt dit gerealiseerd (6)
In het collegevoorstel van 5 november zijn besluiten genomen over - het onderdeel organisaties (proces, stap 1) met als hoofdvraag; hoe wil de gemeente sturen in het sociale domein?. Voor dit onderdeel zijn de fases brainstorm en bespreken doorlopen. Dit heeft geleid tot de notitie ‘Sturen op Resultaten’. (zie bijlage) - Daarnaast is het college geïnformeerd over het onderdeel inwoners (proces, stap 3). Op dit onderdeel heeft de brainstrom plaatsgevonden. In de bijlage zijn de uitkomsten hiervan verwoord. Naast de procesmatige stappen is het nodig om ook een inhoudelijke vertaling te maken (stap 4 in onderstaand schema). De inhoudelijke vertaling wordt samen met de samenleving gemaakt. Dit bestaat uit twee routes, met de inwoners (stap 5) en met de professionele vrij toegankelijke voorzieningen/ organisaties (stap 6) In het collegevoorstel van 24 november heeft het college ingestemd met de resultaten vrij toegankelijke voorzieningen (stap 4) die in de bijlage is toegevoegd en kennis te nemen van het stappenplan om de subsidie voor de professionele vrij toegankelijke voorzieningen te realiseren (stap 6) Zijn er bijlagen bij deze brief? De volgende bijlagen zijn toegevoegd
- Notitie sturen op resultaat - Terugblik brainstorm 16 september - Resultaten - Collegevoorstel 5 november - Collegevoorstel 24 november (dit is inclusief stappenplan om de subsidie voor de
professionele vrij toegankelijke voorzieningen te realiseren) Waarom deze raadsbrief? In artikel 169, tweede lid, van de Gemeentewet staat dat wij de raad alle inlichtingen verschaffen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. Wij meenden er daarom goed aan te doen u van ons besluit op de hoogte te stellen. Wij stellen u voor deze raadsbrief voor kennisgeving aan te nemen.
3
Heeft u nog vragen? Dan kunt u contact opnemen met de raadsgriffier, mevrouw H.J.M.J. van Limbeek - ter Haar. Zij zal uw vragen dan aan ons college kenbaar maken. Het telefoonnummer van de griffier is (0546) 62 81 46 en haar e-mail adres is [email protected] Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Tubbergen, de secretaris de burgemeester
drs. ing. G.B.J. Mensink mr. M.K.M. Stegers Kopie:
Griffie
Bijlagen:
Resultaten VTV (I15.063804)
B&W-advies 19-11-2015 (I15.063785)
Notitie “Sturen op resultaten” (I15.060238)
Terugkoppeling brainstorm 16 september (I15.060237)
B&W-advies 05-11-2015 (I15.060236)
Ideaal Doel Resultaat VoorbeeldResultaat 'moet' of 'mag'
Vrijwilligers beter toerusten Vrijwilligers ervaren geen barrieres bij het verrichten van vrijwilligerswerk vrijwilligers zijn verzekerd MOET
Vrijwilligers zijn ondersteund bij het verrichten van vrijwilligerswerk. Training en scholing vrijwilligers in bijvoorbeeld de welzijnssector. Buurtsportcoach. MOET
Meer inwoners verrichten vrijwilligerswerk Vrijwillige thuishulp, Coordinatie maatschappelijke stages MOET
Vrijwilligers zijn gewaardeerd en gestimuleerd Verenigingen organiseren bijv. vrijwilligersfeest MAG
Vrijwilligersorganisaties zijn ondersteund bij de vitalisering van hun organisatie. MAG
Ideaal doelResultaat Voorbeeld Resultaat 'moet' of 'mag'
Mantelzorgers beter toerusten Mantelzorgers zijn ondersteund en weten hoe ze overbelasting kunnen herkennen en voorkomen Individuele ondersteuning, groepsgerichte ondersteuning, mantelzorgers van GGZ-clienten, respijtzorg MOET
Jonge mantelzorgers zijn ondersteund en weten hoe ze overbelasting kunnen herkennen en voorkomen Individuele ondersteuning, groepsgerichte ondersteuning, respijtzorg
MOET
Inwoners, vereniging en werkgevers (er)kennen mantelzorgers Voorlichting op scholen, voorlichting werkgevers MOET
Mantelzorgers zijn gestimuleerd tot het vergroten van hun eigen netwerk en dat van hun zorgvrager Mantelzorgcafé, Dag van de Mantelzorg, Eigen Kracht Conferentie MAG (ihgv
clientondersteuning
MOET)
Mantelzorgers zijn gewaardeerd Mantelzorgcompliment MOET
Mantelzorgers zijn bekend en in beeld MOET
Ideaal doelResultaat Voorbeeld Resultaat 'moet' of 'mag'
Eigen kracht behouden en zo mogelijk versterken en de inzet hiervan bevorderen
Alle inwoners herkennen huiselijk geweld en weten wat zij moeten doen als zij ermee geconfronteerd
worden MOET
Inwoners (vrijwilligers)organisaties zijn op de hoogte van het belang van vroegsignalering en weten hoe te
handelen
Cliëntondersteuning
MOET
Gezinsproblematiek is bespreekbaar gemaakt voor inwoners (ouders en kinderen) Scheidingsproblematiek MOET
Vraaggerichter vormgeven van vrij toegankelijke individuele voorzieningen en (daarmee) de doelmatigheid vergroten
Inwoners worden ondersteund bij het formuleren en beantwoorden van hun ondersteuningsvraag
Ouderenadviesfunctie, informatiebureau senioren, seniorenvoorlichting, Korte trajecten AMW,
waakvlamtrajecten, schoolmaatschappelijk werk, schuldhulpverlening, gezinscoach
MOET
Inwoners zijn ondersteund bij reflectie op het eigen leven Cliëntondersteuning MOET
Inwoners zijn ondersteund bij het maken van keuzes en het formuleren van vragen. Cliëntondersteuning MOET
Inwoners zijn ondersteund bij de toegang tot niet vrij toegankelijke voorzieningen Cliëntondersteuning MOET ?
inwoners zijn geadviseerd over het inzetten van hun eigen kracht MOET
Geen uitval van jongeren op school (voor hun 27e) of tot ze een startkwalificatie hebben MOET
Leerlingen op het middelbaar onderwijs weten welke studies kans op werk hebben MOET
Afhankelijkheid van niet vrij toegankelijke ondersteuning verminderen door de regie over het leven te vergroten
Inwoners kunnen regie voeren over hun eigen leven Personenalarmering senioren, open eettafel senioren, tafeltje dekje, educatie, thuisadministratie,
voorlichtingsbijeenkomst jeugd en jongeren, geven van advies jeugd en jongeren, financiele
zelfredzaamheid
MOET
Vergroten van de verschuiving van niet vrij toegankelijke voorzieningen naar vrij toegankelijke voorzieningen en eigen
kracht Er zijn vrij toegankelijke alternatieven ontwikkeld voor de niet vrij toegankelijke voorzieningen.
Was- en strijkservice MOET
Inwoners maken vaker gebruik van de inzet van vrijwilligers dan van professionals Senioren; klussen in en om het huis. Vervoer senioren
Resultaat Voorbeeld Resultaat 'moet' of 'mag'
Bevorderen van een gezonde levensstijl Inwoners leren weerbaar te worden Weerbaarheidstrainingen, omgang met social media, financieel zelfredzaam MOET
Inwoners leven gezonder Middelengebruik, beweging, voeding MOET
Ideaal doel Resultaat Voorbeeld Resultaat 'moet' of 'mag'
Resultaten Project Vrij Toegankelijke Voorzieningen
Thema: Vrijwilligers
Thema: Mantelzorgers
Thema: Verbinden
Thema: Preventie
Thema: Ondersteuning
Doel van het project:
Het inrichten van de vrij toegankelijke voorzieningen om een betere afstemming op de vraagbehoefte van de samenleving te krijgen, zodat er minder een beroep wordt gedaan op de duurdere vormen van zorg (zelfredzaamheid en samenredzaamheid vergroten).
Sociaal netwerk en vrij toegankelijke collectieve voorzieningen versterken en de inzet ervan bevorderen (prioriteit) Er zijn voldoende vrij toegankelijke voorzieningen waar inwoners elkaar kunnen ontmoeten Dagopvang / dagsoos, dag van de ouderen MOET
Inwoners hebben hun netwerk vergroot Dagopvang / dagsoos, dag van de ouderen, opzetten reizen en dagochten senioren, cursus social
media MOET
Inwoners weten welke vrij toegankelijke voorzieningen er zijn. MOET
Inwoners (vrijwilligers)organisaties weten waar ze met een ondersteuningsvraag terecht kunnen. Sociale kaart MOET
Formele en informele ondersteuning en zorg beter met elkaar verbinden Zorgmijders worden zoveel mogelijk voorkomen
B&W-advies Tubbergen Manager:
Directeur:
Datum advies: 19 november 2015 Akkoord Bespreken
Zaaknr: 15.07393 Burgemeester Stegers
Documentnr: I15.063785 Wethouder Vleerbos
Team: Maatschappelijke effecten
Wethouder De Witte
Auteur: R.M. Stamsnieder Wethouder Volmerink
Portefeuille: T. Vleerbos, R. de Witte Secretaris
Afgestemd met: Projectgroep heroriëntatie
Onderwerp:
Heroriëntatie vrij toegankelijke voorzieningen
Samenvattende toelichting voor de besluitenlijst: (voor op de besluitenlijst!!!) Bijlagen: doc.nr(s)
Eerder heeft de gemeente Tubbergen de notitie sturen op resultaten vastgesteld. In deze notitie is bepaald op welke manier de sturing van de vrij toegankelijke voorzieningen plaatsvindt. Na deze procesmatige stap is het nodig om de inhoudelijke vertaling te maken. De inhoudelijke vertaling wordt samen met de samenleving gemaakt en de gemeente heeft ingestemd met het stappenplan en de resultaten.
I15.063804
Advies Wij adviseren u om te besluiten:
1. Kennis te nemen van de stappen om de subsidie voor de professionele vrij toegankelijke voorzieningen te realiseren.
2. In te stemmen met de resultaten vrij toegankelijke voorzieningen zoals opgenomen in de bijlage.
x Openbaar o Raadsvoorstel o Embargo tot
o Niet openbaar x Raadsbrief o Actief openbaar
Datum besluit: 24-11-2015 o Conform advies X
Graag nader advies m.b.t.: financiële paragraaf (geen bezuinigingsoperatie, hooguit besparing op bedrijfsvoering). Raadsbrief vereenvoudigen.
o Aanhouden tot: o Afwijkend/ Aanvullend, namelijk:
2/3
Onderbouwing van het advies
Inleiding Eerder hebt u de notitie sturen op resultaten vastgesteld. In deze notitie is bepaald op welke manier de sturing van de vrij toegankelijke voorzieningen plaatsvindt. Na de procesmatige stap is het nodig om de inhoudelijke vertaling te maken (stap 4 in onderstaand schema). De inhoudelijke vertaling wordt samen met de samenleving gemaakt. Dit bestaat uit twee routes, met de inwoners (stap 5) en met de professionele vrij toegankelijke voorzieningen/ organisaties (stap 6) In dit collegevoorstel wordt u gevraagd in te stemmen met de resultaten vrij toegankelijke voorzieningen (stap 4) die in de bijlage is toegevoegd en kennis te nemen van het stappenplan om de subsidie voor de professionele vrij toegankelijke voorzieningen te realiseren (stap 6)
Brainstorm (intern)
Bespreken (extern)
Borgen
Inwoners (proces) Afgerond (3) Wordt gestart
i.s.m. Mijn dorp
(5)
Inwoners (inhoud) Afgerond (4) Wordt gestart
i.s.m. Mijn dorp
(5)
Organisaties (proces)
Afgerond (1) Afgerond (notitie
sturen op
resultaten) (2)
Organisaties (inhoud)
Afgerond (4) In december
wordt dit
gerealiseerd (6)
Argumentatie Hieronder wordt het stappenplan geschetst. Stap 1: Bepalen resultaten De resultaten zijn opgenomen in de bijlage. Deze set van resultaten wordt besproken met de professionele vrij toegankelijke organisaties en inwoners. Ook zullen de resultaten zo veel als mogelijk nog SMART geformuleerd worden. Het bespreken met de professionele vrij toegankelijke voorzieningen gebeurt in werksessies. De organisaties gaan vanaf 1 juli 2016 aan de slag met de nieuwe set resultaten. Ook inwoners kunnen vanaf dat moment invulling geven aan (een deel van) de resultaten. Het gesprek met de inwoners wordt gestart vanaf januari 2016 (stap 5 onderdeel Mijn dorp). Van belang is om te realiseren dat het proces met de inwoners in een lager tempo verloopt dan het proces met de organisaties. Op basis van de gesprekken met de inwoners kunnen de resultaten worden aangepast. Stap 2: Bepalen budget Aan de professionele vrij toegankelijke voorzieningen wordt gevraagd om met een voorstel te komen welk budget voor welke resultaten nodig is. De genoemde bedragen die worden toegerekend aan de resultaten behelzen een integrale kostprijs. De overhead moet immers worden bekostig vanuit de resultaten. Stap 3: formuleren opdracht
3/3
Als de inhoud en het budget helder zijn kan de maatschappelijke opdracht worden geformuleerd. Deze opdracht kent een inhoudelijke component zoals in stap 1 en 2 bepaald. Ook zal er een procesmatige component zijn (verlenen, verantwoorden, eisen etc). Dit is een vervolg op de notitie Sturen op Resultaten. In ieder geval is het van belang om rekening te houden met de verdeling van de 80 -20. 80 procent van de resultaten en 80 procent van het budget (zoals bepaald in stap 1 en 2) zijn bestemd voor de organisaties, is de aanname. De andere 20% voor de inwoners. Het is echter nog niet helder in hoeverre inwoners uitvoering gaan geven aan de 20%. De opdracht voor de 80% is vrij helder te formuleren. De opdracht voor de 20% kent een grotere mate van onzekerheid. De inwoners komen in aanmerking voor dit budget. Als die besluiten geen gebruik te maken van de regeling, blijft het bedrag wel beschikbaar voor de te behalen resultaten. Het betreft dus geen bezuiniging. De geformuleerde opdracht is maatwerk en flexibel. Dat wil zeggen dat resultaten niet in beton gegoten zijn en aangepast kunnen worden. Belangrijk is om op te merken dat het hier alleen gaat om resultaten die behaald ‘moeten’ worden. Als deze resultaten niet behaald worden is er sprake van een hiaat in de beleidsdoelstellingen voor het sociaal domein. Stap 4: Formuleren activiteiten De professionele vrij toegankelijke voorzieningen formuleren op basis van de geformuleerde opdracht hun activiteiten. De geformuleerde activiteiten worden besproken met de gemeente. Samen met de organisaties wordt besproken hoe het best verantwoord kan worden. De vraag die hierin centraal staat of er al afgerekend kan worden op resultaten of dat dit gelet op het proces in eerste instantie een brug te ver is. In ieder geval wordt nagedacht over nieuwe vormen van verantwoorden, zoals een verantwoordingsevent waar ook inwoners bij aanwezig zijn. Bijzondere aandachtspunten Financieel De 80-20 verdeling houdt geen bezuiniging in, maar zorgt ervoor dat inwoners meer ruimte en verantwoordelijkheid krijgen om zelf (een deel) van het aanbod re realiseren (het zogenaamd right to challenge). Naast het reguliere budget is er ook nog sprake van een innovatiefonds. Dit fonds heeft een katalyserend effect en draagt er aan bij dat nieuwe en innovatieve oplossingen gerealiseerd kunnen worden. Over dit fonds wordt u nader geadviseerd. Juridisch
Als gevolg van het nieuwe inhoudelijke en procesmatige kader zal ook het subsidiekader herzien moeten worden.
Conclusie Gelet op bovenstaande overweging wordt u geadviseerd: 1. Kennis te nemen van de stappen om de subsidie voor de professionele vrij toegankelijke
voorzieningen te realiseren. 2. In te stemmen met de resultaten vrij toegankelijke voorzieningen zoals opgenomen in de
bijlage.
1
STUREN OP RESULTATEN: DE GEMEENTE ALS REGISSEUR IN
HET SOCIAAL DOMEIN
Gelet op de transformatie in het sociaal domein is er sprake van een verschuiving van de rolverdeling
tussen overheid, professionele organisaties (vrij toegankelijke voorzieningen) en inwoners. In het
beleid zijn deze rollen omschreven als ‘zelf’, ‘samen’ en ‘overdragen’.
De hoofdvraag van het project heroriëntatie vrij toegankelijke voorzieningen is: hoe krijgt de nieuwe
rolverdeling tussen overheid, professionele organisaties en inwoners vorm met betrekking tot de vrij
toegankelijke voorzieningen? Deze vraag is een sturings- en financieringsvraagstuk enerzijds en
anderzijds een proces van bewustwording van mogelijke andere invloeden en verantwoordelijkheden.
Volgtijdelijk is het van belang dat eerst de sturingsvraag wordt beantwoord, waarmee het proces van
bewustwording van andere invloeden en verantwoordelijkheden in gang gezet kan worden, voordat
het financieringsvraagstuk ter sprake komt.
Om de hoofdvraag te kunnen beantwoorden is het noodzakelijk eerst het antwoord te krijgen op de
volgende subvragen:
1. Op welke wijze wil de gemeente sturen in het sociaal domein?
2. Op welke wijze gaan we invulling geven aan de vraagsturing vanuit de inwoners?
3. Op welke wijze gaan we de vraag vanuit de inwoners verbinden aan het aanbod (binnen de
gemeentelijke kaders)
4. Welke taken(resultaten) behoren primair tot de professionele organisaties en welke niet?
In dit document wordt de eerste van de genoemde subvragen beantwoord.
1. Op welke wijze wil de gemeente sturen in het sociaal domein?
Voordat met de samenleving (inwoners en professionele organisaties) in gesprek gegaan kan worden
over de inhoudelijke heroriëntatie is het van belang dat de gemeente helder heeft op welke wijze ze
zelf wil sturen in het sociaal domein en welk deel ze daarvan wil overdragen naar professionele
organisaties of inwoners. Hierbij zijn een aantal aspecten van belang:
1 Het niveau van sturen / de maatschappelijke opdracht
2 De wijze waarop de relatie tussen de gemeente en professionele organisaties en / of inwoners vorm
wordt gegeven
3 De inrichting en vorming van ‘het systeem’
2
1 Het niveau van sturen / de maatschappelijke opdracht
In het DIN (doelen inspanningen netwerk) van het programma Omzien Naar Elkaar worden
verschillende niveaus gedefinieerd. De volgende niveaus zijn relevant als het om het bepalen van
subsidie1 gaat: ideaal doel, resultaat en activiteit. Hieronder worden deze verder toegelicht:
Ideaal doel: Kenmerk van een ideaal doel is dat er meerdere partijen nodig zijn om de doelstelling
te realiseren. De doelstelling zijn kwalitatief van aard en geven de ambities van het
thema in algemene termen weer. De ideaal doelen dragen bij aan het realiseren van
de maatschappelijke effecten.
Resultaat: De resultaten dragen bij aan de realisatie van het ideaal doel. Het is in feite een
optelsom (bundeling) van de activiteiten die worden gerealiseerd om het ideaal doel te
bereiken. Resultaten kunnen door één partij bereikt worden, maar worden in de
praktijk door meerdere partijen bereikt. Ook zijn er externe invloeden die het behalen
van een resultaat kunnen beïnvloeden.
Activiteit: Activiteiten zijn de daadwerkelijke inspanningen om de beoogde resultaten te
bereiken. Een activiteit wordt door één partij uitgevoerd.
Hieronder worden bovenstaande begrippen met een voorbeeld verhelderd.
Ideaal doel: Mantelzorgers beter toerusten
Resultaat: 200 mantelzorgers leren hoe zij overbelasting kunnen voorkomen
Activiteit: Aanbieden van 20 activiteiten (bijvoorbeeld trainingen) voor 10 mantelzorgers op het
gebied van overbelasting
De gemeente als regisseur
Gelet op de rol van de overheid als regisseur in het sociaal domein is het meest voor de hand
liggende niveau om op te sturen het niveau van de ‘resultaten’. De gemeente bepaalt dan het ‘wat’
(wat willen we bereiken), de samenleving (professionele organisaties en inwoners) bepaalt het
‘hoe’(welke activiteiten gaan we hiervoor uitvoeren). Het bepalen van de resultaten is nooit een rol die
de overheid alleen uitvoert. Immers wordt samen met de samenleving vorm en inhoud gegeven aan
de beleidsvorming. De resultaten zijn dus altijd tot stand gekomen door middel van een wisselwerking
tussen overheid en samenleving.
Het sturen op resultaten zorgt ervoor dat de samenleving (professionele organisaties en inwoners)
ruimte en de verantwoordelijkheid krijgen om die activiteiten te realiseren die bijdragen aan het
1 Er wordt in dit document gemakshalve gesproken over subsidie. Afhankelijk van de verder
ontwikkeling kan er ook sprake zijn van een inkoop relatie. Juridisch gezien is namelijk de wijze van financiering bepalend voor het gebruik van de terminologie (subsidie of inkoop).
3
beoogde resultaat. De rol van de professional en inwoner komt daarmee volledig tot zijn recht. Ook is
er zodoende meer ruimte om snel in te spelen op ontwikkelingen en kunnen innovatie oplossingen
worden gerealiseerd.
Sturen op resultaten vraagt wel een andere rol van de overheid. Zij moet vertrouwen geven aan (en
krijgen van) de betrokken partijen dat de juiste activiteiten worden uitgevoerd. De gemeente als
regisseur maakt samen met de subsidieontvanger duidelijke afspraken over welke resultaten met de
subsidie moeten worden gerealiseerd. De inzet van de publieke middelen moet uiteindelijk leiden tot
bepaalde meetbare resultaten. Deze resultaten moeten bijdragen aan realisatie van het ideaal doel en
de maatschappelijke effecten.
De gemeente heeft als regisseur ook een procesverantwoordelijke rol en is daarmee dan ook
verantwoordelijk voor een goed samenspel tussen de verschillende actoren. Door het realiseren van
verbindingen en een samenhang tussen de activiteiten wordt een zo hoog mogelijk maatschappelijk
rendement gerealiseerd.
De gemeente is in haar rol als regisseur verantwoordelijk voor het bepalen van de ‘wat’-vraag en
bewaakt de hoofdlijnen. De subsidieontvangers zijn verantwoordelijk voor het bepalen van de ‘hoe’-
vraag. Deze rolverdeling resulteert erin dat de overheid moet durven loslaten waar nodig en zich niet
moet inmengen met de activiteiten die worden uitgevoerd.
Het sturen op resultaten vormt het uitgangspunt. Er kunnen zich situaties voordoen waar het sturen op
resultaten minder gewenst is. Inwoners denken bijvoorbeeld vaker in concrete activiteiten en minder in
resultaten. Alleen sturen op resultaten ligt voor deze groep dan ook minder voor de hand.
In het proces komt de vraagsturing later aan bod. Met name het verbinden van de resultaten (en de
daarbij behorende middelen) en de rol van de inwoners vormt hierin een belangrijk punt. In ieder geval
is het van belang om de inwoners dermate toe te rusten dat ze invulling kunnen geven aan de
resultaten. Dit kan bijvoorbeeld worden gefaciliteerd door een professionele achtervang en
begeleiding.
In ieder geval is het van belang dat inwoners hun rol willen en kunnen uitvoeren en dat de rol wordt
geaccepteerd. Daarbij geldt voor de gemeente dat ze zich constant bewust is van de
(on)mogelijkheden. Dit bewustzijn vraagt om het hanteren van verschillende rollen, te weten:
regisseren, stimuleren, faciliteren of loslaten.
Bij inwoners, en bij organisaties in mindere mate, is het succes afhankelijk van de betrokken
personen. Om deze reden is het van belang dat er borging plaatsvindt waar nodig zodat de
continuïteit zoveel mogelijk is gegarandeerd.
4
2 De wijze waarop de relatie tussen de gemeente en professionele organisaties
en inwoners vorm wordt gegeven
De rol van de gemeente als regisseur vraagt om een heldere relatie tussen de gemeente en de
professionele organisaties en de inwoners. De procesmatige spelregels moeten er voor zorg dragen
dat zowel de gemeente als de andere actoren weten wie welke verantwoordelijkheid heeft. In een
goede relatie is er daarnaast de openheid om elkaar aan te spreken en waar mogelijk te versterken. .
Vertrouwen en betrokkenheid
Al eerder kwam het begrip vertrouwen ter sprake. De nieuwe invulling van het sociaal domein valt of
staat met dit vertrouwen. Het gaat dan om vertrouwen van de overheid in de samenleving en visa
versa. De invulling van het sociaal domein is een constante wisselwerking tussen overheid, inwoners
en professionele organisaties. Alle drie deze partijen moeten vertrouwen in elkaar hebben om zo
gezamenlijk het sociaal domein vorm en inhoud te geven.
Het woord vertrouwen impliceert dat er sprake is van ruimte om te leren. Er is dan ook sprake van een
groeitraject gedurende de implementatie. De mogelijkheid om te leren concentreert zich op het proces.
Vanzelfsprekend blijft de veiligheid van de inwoners een voorwaarde voor dit leerproces.
Naast vertrouwen speelt ook betrokkenheid een grote rol. Door op elkaar betrokken te blijven als
overheid, inwoners en professionele organisaties worden knelpunten en kansen gesignaleerd.
Betrokkenheid impliceert daarnaast ook een samenhorigheid. Alleen door gezamenlijk de uitdagingen
in het sociaal domein aan te gaan kunnen deze het hoofd worden geboden.
Tellen en vertellen (verantwoordingssystematiek)
Sturen op resultaten zorgt er voor dat de subsidieontvanger verantwoordelijk is voor het bepalen van
de activiteiten (de hoe vraag). De verantwoording vindt plaats door middel van vertellen en tellen. Aan
de ene kant moeten er prestaties worden geleverd en verantwoord (het zogenaamde tellen). Omdat
prestaties op zich niets zeggen is het van belang om hier ook de achtergrond van te weten, het
zogenaamd vertellen.
Door zowel te tellen als te vertellen blijven de gemeente en samenleving in gesprek over de
resultaten. Het kan zo zijn dat ondanks dat er wel een prestatie is geleverd het resultaat (buiten de
schuld van de subsidieontvanger) niet wordt bereikt. Door het toevoegen van de component vertellen
kan de gemeente in haar rol als regisseur hierop inspelen en samen met de uitvoerende partij(en) een
oplossing realiseren.
Opdrachtgever – opdrachtnemer relatie
Sturen op resultaten resulteert erin dat er sprake is van een relatie tussen opdrachtgever en
opdrachtnemer. De subsidie wordt verleend op basis van resultaten die SMART zijn geformuleerd
5
(SMART = Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden). Om te kunnen bepalen of de
beoogde resultaten zijn behaald, is in de eerste plaats vereist dat deze resultaten vooraf helder en
inzichtelijk zijn. Vervolgens moeten aan deze resultaten meetbare indicatoren worden gekoppeld.
Een gevaar van sturen op resultaten met meetbare indicatoren is dat dit een te boekhoudkundige
benadering oplevert. De subsidieontvangers zullen zich alleen vast willen leggen in prestatieafspraken
waarvan ze vooraf kunnen inschatten dat ze deze zeker kunnen realiseren, uit
angst om op tegenvallende resultaten te worden afgerekend. Ook ontbreekt een echte uitdaging om
creatief en innovatief te werk te gaan. De gemeente moet daarom met de instellingen in gesprek
blijven om de resultaten en beleidsdoelstellingen en verwachtingen goed in beeld te houden. Hierin
speelt ook het eerder genoemde vertrouwen een grote rol.
Een zakelijke relatie tussen gemeente en subsidieontvanger
In een zakelijke relatie geldt het principe ‘afspraak is afspraak’. Het principe van afspraak is afspraak
werkt twee kanten op. Zowel de gemeente als de subsidieaanvrager moeten zich aan de gemaakte
afspraken houden.
Proportionaliteit tussen subsidiebedragen en administratieve lasten
Het subsidiebedrag en de daarbij behorende verantwoording moeten met elkaar in balans zijn. Er
moet altijd worden gezocht naar een optimale verdeling van inspanningen en resultaten. Het
uitgangspunt bij de proportionalisering is dat de gemeente en de subsidieontvanger samenwerken en
daarbij hetzelfde doel voor ogen hebben. Vanuit oogpunt van samenwerking en wederzijds
vertrouwen is het dan ook onlogisch om te veel verantwoording af te laten leggen.
In de verdere uitwerking van de heroriëntatie zal de genoemde proportionaliteit een blijvend
aandachtspunt zijn.
Geen verschil tussen de relatie met inwoners en professionele organisaties
De genoemde punten gelden zowel voor de relatie tussen overheid en professionele organisaties als
wel voor de relatie tussen de overheid en inwoners.
Voor de genoemde componenten geldt wel dat er sprake is van een verschil in gradaties. Op het
moment dat het complexe onderwerpen of onderwerpen met een hoog risico betreft zal de sturing en
rol vanuit de overheid sterker zijn dan als dit niet het geval is. Vanuit de regisseursrol ligt er dan een
grotere verantwoordelijkheid bij de gemeente.
6
3 De inrichting en vorming van ‘het systeem’ Het uitgangspunt is om een gezamenlijk systeem te realiseren voor de gemeente Tubbergen en
Dinkelland. Voor de verdere uitwerking van de heroriëntatie is het van belang om ‘het systeem’ helder
te krijgen.
Elke kern heeft een eigen DNA, maar kent wel soortgelijke vragen
Het is belangrijk om te realiseren dat elke kern in de gemeenten Dinkelland en Tubbergen haar eigen
uitdagingen en kansen heeft binnen het sociaal domein. Deze verschillen manifesteren zich met name
op het gebied van activiteiten: er worden verschillende wegen bewandeld om gelijksoortige resultaten
te bereiken. Deze pluriformiteit is verrijkend en past volledig in de maatwerkgedachte die het sociaal
domein beheerst. De heroriëntatie sluit hier dan ook volledig op aan.
Het tweede deel van de kop laat zien dat, hoewel er een pluriformiteit is wat betreft het DNA, alle
kernen dezelfde hoofdvragen hebben. Immers overal worden mensen ouder, zijn er jongeren met een
ondersteuningsvraag en zijn mensen op zoek naar een baan. Deze gedachte sluit ook volledig aan op
de wijze waarop de gemeente haar beleid heeft verwoord. Er is namelijk één beleidsplan voor de
gehele gemeente.
Het sturen op resultaten doet dan ook geen afbreuk aan het eigen DNA van de kernen. Het geeft wel
de mogelijkheid om oplossingen te realiseren die aansluiten bij de specifieke vragen en behoeften
binnen een kern. De basis is zodoende voor elke kern gelijk terwijl de invulling kan verschillen.
Overigens kunnen er ook meerdere kernen met een soortgelijk DNA zijn waardoor er in plaats van
kernen over gebieden gesproken kan worden.
De resultaten die worden gerealiseerd en behoren bij de ideaal doelen van de gemeente worden in
een wisselwerking tussen ‘opdrachtgever’ (gemeente) en ‘opdrachtnemer’ (professionele organisatie
en/of inwoners) vormgegeven. Resultaten zijn dan ook niet statisch, maar hebben een dynamisch
karakter.
2 gemeenten met dezelfde opdracht
Eerder is al verwezen naar het gemeentelijk beleid. Dit beleid komt volledig overeen en biedt ruimte
voor lokale inkleuring. Voor de heroriëntatie wordt dan ook gekozen voor 2 gemeenten met dezelfde
opdracht. Op deze manier is het voor organisaties en inwoners helder welke resultaten bereikt kunnen
worden. Daarnaast is het hierdoor mogelijk dat partijen een groter gebied kunnen bedienen. Tot slot
kan op deze manier een katalyserend effect ontstaan doordat partijen positieve voorbeelden en
ervaringen met elkaar kunnen delen.
1 opdracht voor alle maatschappelijke organisaties
7
Gelet op de onlosmakelijke samenhang en het integrale karakter van de resultaten in het sociaal
domein is het doel om één opdracht te formuleren voor alle maatschappelijke organisaties. Op deze
manier kunnen de organisaties de activiteiten optimaal op elkaar afstemmen en wordt onnodige
overlap voorkomen.
De gemeente definieert een brede maatschappelijke opdracht voor het sociaal domein op het niveau
van resultaten. De aanbieders kunnen hiervoor gezamenlijk een subsidie aanvragen (elke partij krijgt
wel zijn of haar deel van het budget om financiële risico’s te voorkomen).
Concreet betekent dit dat er één inhoudelijke opdracht wordt geformuleerd. Juridisch blijft er wel
sprake van twee lijnen omdat de gemeente Tubbergen en Dinkelland aparte bestuursorganen zijn.
Het formuleren van één gezamenlijke opdracht wil niet zeggen dat er sprake is van
populatiebekostiging in de strikte zin. Wel zal het bedrag wat de gemeente beschikbaar stelt voor
bepaalde resultaten gekoppeld worden aan de uitvoering van de activiteiten.
Groeimodel en bestaande partijen met de mogelijkheid voor toetreders
De geschetste ontwikkeling kan niet van de ene op de andere dag worden gerealiseerd. Organisaties
hebben de tijd nodig om aanbod en werkwijze aan te passen. De continuïteit van de activiteiten moet
daarnaast gewaarborgd worden.
Een onderdeel van het groeimodel is om de nieuwe wijze te starten met de bestaande partijen die een
subsidie ontvangen. Het gegeven dat er wordt gekozen voor deze partijen in de eerste periode wil niet
zeggen dat deze partijen de zekerheid hebben dat ze een bijdrage kunnen leveren, ze moeten immers
wel hun activiteiten en werkwijze aanpassen. Ze komen in principe wel als eerste in aanmerking voor
het leveren van een bijdrage.
De reden om te werken met de bestaande partijen dat deze partijen bekend zijn met de lokale situatie
en de gemeenschap en vrijwilligers kennen. Ze kunnen zodoende sneller de juiste activiteiten
realiseren bij de gemeentelijke resultaten en realiseren een grote betrokkenheid van inwoners. Zoals
eerder aangegeven wil de keuze om te starten met deze partijen niet zeggen dat ze automatisch de
gemeentelijke subsidie (blijven) krijgen.
Naast de keuze voor de bestaande partijen moet het echter ook mogelijk zijn dat nieuwe partijen
toetreden. Dit kan er immers in resulteren dat er vernieuwende ideeën en concepten worden
ontwikkeld. Er wordt voor gekozen om voor de jaren 2016 en 2017 te werken met de bestaande
partijen en vanaf 2018 meer een marktwerking te realiseren.
^ m ^ D i n ķ e l l a n d T u b b e r g e n
N i e u w s a m e n s p e l !
L o s l a t e n e n t i j d n e m e n
Inwoners zelf laten bepalen hoe hun dorp er In de toekomst uitziet.
Welke voorzieningen blijven behouden? Welke diensten worden er
geleverd? Wat doen de inwoners zelf, wat wordt gedaan door professionele
organisaties en vooral: wie bepaalt wat er gebeurt? Oftewel, in hoeverre
durven wij als gemeenten Dinkelland en Tubbergen los te laten?
ť H e r o r î e r ^ Ŵ
Wi M e t h e t p r o c e s M i j n D o r p 2 0 3 0 , w a a r v a n d e heroriëntatie o p d e v r i j t o e g a n k e l i j k e v o o r z i e n i n g e n e e n b e l a n g r i j k o n d e r d e e l v o r m t , w i l l e n w e o n z e i n w o n e r s w a k k e r m a k e n , o p s c h u d d e n e n i n s p i r e r e n o m n a t e d e n k e n o v e r h u n e i g e n l e e f o m g e v i n g . E e n m o o i s t r e v e n , m a a r e i g e n
l i j k l o p e n w e a l s g e m e e n t e a c h t e r d e f e i t e n a a n . W a n t i n v e e l k e r n e n w o r d t e r n i e t a l l e e n f l i n k n a g e d a c h t o v e r d e t o e k o m s t , m a a r z i j n e r i n m i d d e l s o o k a l t a l v a n b u r g e r i n i t i a t i e v e n o n t s t a a n . P r o j e c t e n w a a r
d o o r h e t m o g e l i j k w o r d t v o o r o u d e r e n o m l a n g e r z e l f s t a n d i g t e b l i j
v e n w o n e n . W a a r e e n z a a m h e i d w o r d t b e s t r e d e n , w o r d t n a g e d a c h t o v e r a l l e r l e i v o r m e n v a n z o r g , o n d e r w i j s e n n o a b e r s c h a p e n e r d o o r a l l e r l e i a c t i v i t e i t e n w o r d t b i j g e d r a g e n a a n e e n g e z o n d e l e e f s t i j l .
m
!
I n w o n e r s V e r e n i g e n -z-ic|v o m s a m e n
e e n Vxftįraŷe, t e \tMvrt* ŴŴK Ķ
W e f ^ i m e n ^ o r a . ì )e i n w o n e r s
Upa ļe* koe «sfit ^ e W r t W e
k e b b e n k e t k i e r o v e r m a a t w e r k
' G e l i j k s o o r t i g e i w t i a ť ie v e n
k u n n e n n a a s t e f k a a r b e s t a a n
m a a r w o r d e n w e f af g e s t e m
^ r t r o n w e n , v e r a n t w o o r d ^ r e e n t e n
ļ/iWv. ^(e W f l
Durven wi j los te la ten? O m d a t e r d u s i n v r i j w e l i e d e r e k e r n a l p r o c e s s e n g a a n d e z i j n , h o e v e n w i j o n s a l s g e m e e n t e h e t h o o f d n i e t t e b r e k e n o v e r h o e w e d e b u r g e r m o e t e n b e r e i k e n , m a a r k u n n e n w e o n s s i m p e l w e g a a n s l u i t e n b i j d e m e n s e n d i e a l d r u k d o e n d e z i j n . O m v e r v o l g e n s s a m e n m e t h e n o p z o e k t e g a a n n a a r h e t a n t w o o r d o p d e g r o t e v r a a g d i e o n z e g e m e e n t e l i j k e o r g a n i s a t i e o p h a a r g r o n d v e s t e n d o e t l a t e n t r i l l e n , n a m e l i j k : d u r v e n w i j a l s g e m e e n t e l o s t e l a t e n ? —
Wat z i jn de be langr i jks te i ngred iën ten in dit p r o c e s ? I n e e n s a m e n l e v i n g w a a r b i j w e d e k e u z e én d e v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d v o o r d e e i g e n l e e f o m g e v i n g z o v e e l m o g e l i j k b i j d e b u r g e r w i l l e n n e e r l e g g e n , i s l o s l a t e n d e e e r s t e v e r e i s t e . D a a r n a a s t m o e t e n e r m e t d i e i n w o n e r d u i d e l i j k e a f s p r a k e n g e m a a k t w o r d e n o v e r k a d e r s , r e s u l t a t e n e n v e r a n t w o o r d e l i j k h e d e n . I n d i t h e l e s a m e n s p e l is o o k d e f a c t o r t i j d b e l a n g r i j k . W e m o e t e n n i e t u i t g a a n v a n d e a d
l i n e s , m a a r o n s a a n s l u i t e n b i j d e d y n a m i e k i n d e d o r p e n . O o k a l s d a t b e t e k e n t d a t p r o c e s s e n l a n g z a m e r v e r l o p e n d a n w i j a l s g e m e e n t e h a d d e n g e h o o p t .
D e g r o e p i n w o n e r s i ie z i c h
h i e r m e e b e z i g h o u d e n i r e e n
íforp h e b b e n e e n g e i ee f i e
m o t i v a t i e e n b e f a n g . O o k
k f e i n e i o e f g r o e p e n İ 'i e
n i e t i e h e f e g e m e e m s c W p
v e r t e g e n w o o r d i g e n , k u n n e n
h i e r a a n i e e f n e me n
Niet een e n k e l i n g , maar de hele organ isa t ie E e n d e r g e l i j k p r o c e s v e r g t l e f e n is n i e t i e t s w a t m e t j e e e n k l e i n g r o e p j e a m b t e n a
r e n d o e t , m a a r i e t s w a a r d e h e l e o r g a n i s a t i e a c h t e r m o e t s t a a n . O f t e w e l , d e t o t a l e o r g a n i s a t i e z o u e e n d e n k o m s l a g m o e t e n m a k e n . O p 1 6 s e p t e m b e r 2 0 1 5 h e b b e n w e s a m e n m e t c o l l e g e l e d e n , D T , p r o g r a m m a m a n a g e r s e n b e l e i d s a m b t e n a r e n i n g r o e p j e s v a n s t e e d s w i s s e l e n d e s a m e n s t e l l i n g n a g e d a c h t e n g e d i s c u s s i e e r d o v e r a l l e r l e i t h e m a ' s d i e j e i n d i t p r o c e s v a n l o s l a t e n t e g e n k o m t .
T e r u g b l i k A l s t e r u g k o p p e l i n g h e b b e n w e n i e t g e k o z e n v o o r e e n s t a n d a a r d v e r s l a g , m a a r z i j n d e m e n i n g e n r o n d o m d e s t e l l i n g e n s a m e n g e v a t e n v e r p a k t i n k o r t e q u o t e s .
O r g a n i s a t i e s k r i j g e n e e n
e x p e r t i s e i n d a a r w a a r d i t
n w o n e r s W e r k e n s a m e n , o p
b a s i s v a n b e h o e f t e n v a n i e
verschi(ļenie p a r t i j e n . B i n n e n d e z e
s a m e n w e r k i n g w o r d e n W e n s e n e n
i d e e e n u i t g e w i s s e l d e n
D e g e m e e
n t e i s v e r a n t w o o r d e f i j k e o n d
e r s t e u n i n g v a n
n w o n e r s b i
j h e t r e a f i s e r e n v a n d e r e s u f t
a t e n a f s d i t n o d i g
n o d i g i s e n s t e m m e n m e t
i n w o n e r s a f w e f k e a c t i v i t e i t e n
o o r w i e w o r d e n g e o r g a n i s e e r
9
D e g e m e e n t e k e e f t Ķ r o f v a n r e g
i s s e u r e n b e w a a k t d e
S a m e n k a n a t u s s e n k e t ' z e f f ' ,
s a m e n e n D V e r d V a ^ e n ' ' '
ľ ~ — r
R e s u f t a t e n w o r d e n b e h a a f d
n s a m e n w e r k i n g m e t i n w o n e r s ,
o r g a n i s a t i e s e n g e m e e n t e "
G
e f d i s g e e n a a n f e i d i n g o m t e
m n o v e r e n , m a a r e e n b e f o n i n g '
I n w o n e r s k r i j g e n d e ruiŕi i m t e o m r e s u f t a t e n t e r e a f i s e r e n . Z i j b e p a f e n o p
f k e m a n i e r d a t g e b e u r t . D a a r b i j h e b b e n z i j w e f e e n p f a n , m aa
r d i t
h o e f t n i e t t o t i n d e t a i f u i t g e w e r k t t e z i j n . W a a r n o d i g W o r d t a f g e s t e md
o v e r d e a c t i v i t e i t e n m e t a n d e r e p a r t i j e n ( i n w o n e r s e n p r o f e s s i o n a l )
T T
Ŵ K
f 7 ^ W t r ^ ŵ * t
7
" H e t i s d e t a a k v a n d e g e m e e n t e
o m b a r r i e r e s w e g t e n e m e n e n z i c h
b e w u s t t e z i j n v a n d e v a f k u i f
v a n c o n t r o f e e n r e g e f g e v i n g
H e t W d g e t d a t b e s c h i k b a a r i s v o o r d e r e s u f t a t e n ,
w o r d t v e r d e e f d o p b a s i s v a n h e
t a a n t a f i n w o n e r s e n d e
k e n m e r k e n v a n d e p o p u f a t i e '
i
" E r i s e e n i n n o v a t i e f o n d s b e s c hi k b a a r
d a t a f s d o e f h e e f t o m n i e u w e a c ti v i t e i t e n
i d e e e n t e o n t w i k k e f e n g e r i c h t o p p r e v e n t i e .
D i t f o n d s s t a a t f o s v a n d e ge
me e n t e f i j k e
r e s u f t a t e n e n p a s t b i n n e n h e t so c i a a f d o m e i n
M l
Vo o r r e s u f t a t e n w a a r v
a n d e i n w o n e r s a a n g e v e n
Ŵ t z e d e z e k u n n e n e n wíffen r Ą M
W e i e n WMa^r. 6 r torfr ukfr ' b f a n c o c h e
1u e u i t g e s c
h r e v e n , e r m o e t w e f a f t i j d s p r a k e z i j n v a n e
e n b e o o g d r e s u f t a a t
Naar a a n l e i d i n g van de r e a c t i e s h e b b e n w i j de v o l g e n d e s p e l r e g e l s op pap ie r g e z e t :
« A l l e a c t i v i t e i t e n d r a g e n b i j a a n h e t d o e l o m d e z o r g b e t e r e n g o e d k o p e r t e r e a l i s e r e n
« W e h e b b e n v e r t r o u w e n i n e l k a a r « W e n e m e n o n z e v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d e n
a c t i v i t e i t e n z i j n a l t i j d v e r a n t w o o r d « V r i j h e i d is v a n g r o o t b e l a n g , w e w e r k e n
n i e t b u r e a u c r a t i s c h * F o u t e n m a k e n m a g , e r v a n l e r e n m o e t » D e g e m e e n t e s t a a t n a a s t i n w o n e r s e n is p a r t n e r . » W e l e r e n e l k e d a g o p n i e u w v a n e l k a a r .
į į į í o r i ë n t a t ì e
B&W-advies Tubbergen Manager:
Directeur:
Datum advies: 05 november 2015 Akkoord Bespreken
Zaaknr: 15.07393 Burgemeester Stegers
Documentnr: I15.060236 Wethouder Vleerbos
Team: Maatschappelijke effecten
Wethouder De Witte
Auteur: R.M. Stamsnieder Wethouder Volmerink
Portefeuille: T. Vleerbos, R. de Witte Secretaris
Afgestemd met: Projectgroep vtv
Onderwerp:
Heroriëntatie vrij toegankelijke voorzieningen
Samenvattende toelichting voor de besluitenlijst: (voor op de besluitenlijst!!!) Bijlagen: doc.nr(s)
De transformatie binnen het sociaal domein vraagt om een nieuw samenspel tussen
inwoners, organisaties en gemeente met een andere rolverdeling,
verantwoordelijkheden en spelregels. Hier geven we invulling aan door het project
vrij toegankelijke voorzieningen. De genoemde vraagstukken stonden centraal
tijdens een interne brainstorm. De gemeente Tubbergen heeft kennis genomen van
de uitkomsten van deze brainstorm en gebruikt dit als grondtonen om in gesprek te
gaan met de inwoners. De gemeente Tubbergen heeft tevens ingestemd met de
notitie sturen op resultaat. Deze notitie geeft de kaders aan waarmee de gemeente
Tubbergen willen sturen in het sociale domein.
I15.060238
I15.060237
Advies Wij adviseren u om te besluiten:
In te stemmen met de notitie ‘Sturen op Resultaten’ Kennis te nemen van de terugblik op de brainstrom van 16 september 2015
X Openbaar o Raadsvoorstel o Embargo tot
o Niet openbaar X Raadsbrief o Actief openbaar
Datum besluit: 10-11-2015 X Conform advies o Graag nader advies m.b.t.:
o Aanhouden tot: o Afwijkend/ Aanvullend, namelijk:
2/4
Onderbouwing van het advies
Inleiding
Gelet op de transformatie in het sociaal domein is er sprake van een verschuiving van de rolverdeling tussen
overheid, professionele organisaties (vrij toegankelijke voorzieningen) en inwoners. In het beleid zijn deze
rolle o s hre e als zelf , sa e e o erdrage .
De hoofdvraag van het project heroriëntatie vrij toegankelijke voorzieningen is: hoe krijgt de nieuwe
rolverdeling tussen overheid, professionele organisaties en inwoners vorm met betrekking tot de vrij
toegankelijke voorzieningen? Dit bestaat zowel uit inhoudelijke vraagstukken (welke doelen ,resultaten willen
we behalen, waaraan is behoefte) als procesmatige vraagstukken (wie heeft welke rol/ taak/
verantwoordelijkheden en welke spelregels hebben we bij dit nieuwe samenspel nodig)
In onderstaande tabel staan de stappen die gezet zijn en welke stappen nog gezet gaan worden (zie ook onder
vervolgactie) in het project vrij toegankelijke voorzieningen schematisch weergegeven.
Brainstorm (intern)
Bespreken (extern)
Borgen
Inwoners (proces) Afgerond Wordt gestart
i.s.m. Mijn dorp
Inwoners (inhoud) Afgerond Wordt gestart
i.s.m. Mijn dorp
Organisaties (proces)
Afgerond Afgerond (notitie
sturen op
resultaten)
Organisaties (inhoud)
Afgerond In december
wordt dit
gerealiseerd
Het proje t rij toega kelijke oorzie i ge ke t 3 groepe die sa e op zoek gaa aar ee ieu e samenspel, namelijk inwoners, professionele organisaties vrij toegankelijke voorzieningen en de gemeente. Per
groep kennen we een inhoudelijk vraagstuk (doelen, resultaten) en procesmatig deel (rollen,
verantwoordelijkheden en spelregels). Het project doorloopt drie fases: interne brainstorm, bespreken (extern)
en uiteindelijk borgen.
In dit collegevoorstel wordt u gevraagd een besluit te nemen over het onderdeel organisaties (proces) met als
hoofdvraag; hoe wil de gemeente sturen in het sociale domein?. Voor dit onderdeel zijn de fases brainstorm en
espreke doorlope . Dit heeft geleid tot de otitie Sture op ‘esultate . Daarnaast wordt u geïnformeerd over het onderdeel inwoners (proces). Op dit onderdeel heeft de brainstrom
plaatsgevonden. De terugkoppeling vindt u in dit collegevoorstel.
Argumentatie
Notitie Sturen op Resultaten Voordat met de inwoners en professionele organisaties in gesprek gegaan kan worden over de inhoudelijke
heroriëntatie is het van belang dat de gemeente helder heeft op welke wijze ze zelf wil sturen in het sociaal
domein en welk deel ze daarvan wil overdragen naar professionele organisaties of inwoners. Hoewel dit altijd
een wisselwerking is tussen de partijen, is het van belang om vanuit de gemeente grondtonen te bepalen.
Hierbij zijn een aantal aspecten van belang:
1 Het niveau van sturen / de maatschappelijke opdracht.
2 De wijze waarop de relatie tussen de gemeente en professionele organisaties en / of inwoners vorm wordt
gegeven.
3/4
3 De i ri hti g e or i g a het systee .
Deze vragen zijn uitgewerkt en dit heeft geleid tot de notitie Sturen op resultaten. De notitie is besproken met
de professionele vrij toegankelijke organisaties (de professionele organisaties). De organisaties hebben
aangegeven de uitgangspunten van de notitie te onderstrepen. U wordt geadviseerd in te stemmen met de
notitie. Daarmee geeft u aan dat dit de kaders zijn voor de manier waarop u wilt sturen richting de
professionele organisaties.
Richting de inwoners gaat de heroriëntatie wat betreft het proces samen optrekken met Mijn Dorp. De notitie
vormt de leidraad voor het gesprek met de inwoners. Gelet op de dynamiek binnen het sociaal domein zullen
de kaders, indien nodig, bijgesteld worden aan de hand van (nadere) gesprekken met inwoners.
Onderstaand de belangrijkste punten uit de notitie
1. Het niveau van sturen
Sturen op resultate is het uitga gspu t. De ge ee te epaalt het at at ille e ereike , de sa e le i g professio ele orga isaties e i o ers epaalt het hoe elke a ti iteite gaa e hier oor uitvoeren). Het bepalen van de resultaten is nooit een rol die de overheid alleen uitvoert. De resultaten komen
tot stand door middel van een wisselwerking tussen overheid en samenleving.
2. De wijze waarop de relatie vorm wordt gegeven met de partijen.
- Vertrouwen en betrokkenheid: De invulling van het sociaal domein is een constante wisselwerking tussen
overheid, inwoners en professionele organisaties. Alle drie deze partijen moeten vertrouwen in elkaar hebben
om zo gezamenlijk het sociaal domein vorm en inhoud te geven. Naast vertrouwen speelt ook betrokkenheid
een grote rol. Door op elkaar betrokken te blijven als overheid, inwoners en professionele organisaties worden
knelpunten en kansen gesignaleerd
- De verantwoording vindt plaats door middel van vertellen en tellen. Aan de ene kant moeten er prestaties
worden geleverd en verantwoord (het zogenaamde tellen).
- Opdrachtgever – opdrachtnemer relatie: sturen op resultaten resulteert erin dat er sprake is van een relatie
tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De subsidie wordt verleend op basis van resultaten die SMART zijn
geformuleerd (SMART = Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden) met meetbare
indicatoren.
- afspraak is afspraak . - Het subsidiebedrag en de daarbij behorende verantwoording moeten met elkaar in balans zijn. Er moet altijd
worden gezocht naar een optimale verdeling van inspanningen en resultaten.
- Er is geen verschil tussen de relatie met inwoners en professionele organisaties: de genoemde punten gelden
zowel voor de relatie tussen overheid en professionele organisaties als wel voor de relatie tussen de overheid
en inwoners. Voor de genoemde componenten geldt wel dat er sprake is van een verschil in gradaties. Op het
moment dat het complexe onderwerpen of onderwerpen met een hoog risico betreft zal de sturing en rol
vanuit de overheid sterker zijn dan als dit niet het geval is. Vanuit de regisseursrol ligt er dan een grotere
verantwoordelijkheid bij de gemeente.
3. I richti g e vor i g va het systee .
- het sturen op resultaten doet geen afbreuk aan het eigen DNA van de kernen.
- 2 gemeenten hebben dezelfde opdracht.
- 1 opdracht voor alle maatschappelijke organisaties: de gemeente definieert een brede maatschappelijke
opdracht voor et sociaal domein op het niveau van resultaten.
- we gaan uit van een groeimodel met bestaande partijen met de mogelijkheid voor toetreders.
Terugblik brainstorm 16 september 2015
Op 16 september 2015 stond tijdens een brainstorm met betrokken wethouders vanuit de heroriëntatie,
directie, management en beleidsadviseurs het onderdeel i o ers pro es centraal. Vragen als:
- hoe gaan inwoners zich vertegenwoordigen
- werken we per kern, wijk, meerdere dorpen of op een andere manier
- hoe verdelen we het geld over de inwoners
- hoe concreet moet de toekomstagenda eruit zien.
4/4
Dit vraagt om een nieuw samenspel waarbij we met elkaar op zoek gaan naar hoe we dit spel gaan spelen. De
uitkomsten van de brainstorm bepalen hoe wij in gesprek gaan met onze inwoners en hoe de verdere
uitwerking van het project plaats heeft. De uitkomsten van de brainstorm zijn niet bedoel vanuit de gedachte
dat de gemeente zelf bepaald hoe het samenspel moet gaan, wel vanuit de gedachte dat het goed is om met
elkaar grondtonen aan te geven die input zijn voor het gesprek met de inwoners.
In de bijlage vindt u ter informatie de uitkomsten van deze brainstorm.
Bijzondere aandachtspunten
Er zijn geen bijzondere aandachtspunten van financiële, juridische, personele, organisatorische, politiek-bestuurlijke of publicitaire aard of op het gebied van informatie of communicatie.
Conclusie
Het project heroriëntatie vrij toegankelijke voorzieningen gaat naast een inhoudelijke kant over
nieuwe rolverdeling, verantwoordelijkheden en spelregels tussen overheid, professionele organisaties en
inwoners . Dit roept vragen op als: op welke wijze wil de gemeente sturen in het sociaal domein en op welke
wijze gaan we invulling geven aan de vraagsturing vanuit de inwoners?
Op welke wijze de gemeente wil sturen in het sociaal domein is weergegeven in de Notitie Sturen op
Resultaten. U wordt gevraagd in te stemmen met deze notitie. Daarnaast heeft een brainstorm grondtonen
opgeleverd over de wijze waarop wij invulling willen geven aan de vraagsturing richting inwoners. De
uitkomsten zijn ter info aan u meegezonden.
Vervolgacties
Brainstorm (intern)
Bespreken (extern)
Borgen
Inwoners (proces) Afgerond (3) Wordt gestart
i.s.m. Mijn dorp
(5)
Inwoners (inhoud) Afgerond (4) Wordt gestart
i.s.m. Mijn dorp
(5)
Organisaties (proces)
Afgerond (1) Afgerond (notitie
sturen op
resultaten) (2)
Organisaties (inhoud)
Afgerond (4) In december
wordt dit
gerealiseerd (6)
De notitie sturen op resultaat en de uitkomsten van de brainstorm zijn input voor de gesprekken met de
i o ers stap 5 espreke et i o ers i de tabel). Om te voorkomen dat vanuit elk domein de kernen
orde e aderd, sluit de herorië tatie, ij het i gesprek gaa et de i o ers, aa ij het pro es Mij Dorp . De er olgstappe stap 5 : et elke i o ers e hoe gaa ij i gesprek, ordt oorbereid in Mijn
Dorp.
Naast de procesmatige vraagstukken zijn wij binnen de heroriëntatie ook met de inhoudelijke vraagstukken
bezig. Welke doelen en resultaten willen we behalen (stap 4). Deze definitieve set aan resultaten is in
voorbereiding en wordt over twee weken aan u voorgelegd. Richting de organisaties zijn inmiddels
vervolggesprekken gepland (stap 6). Deze vinden plaats op 26 november en 10 december. Richting de
inwoners worden de uitkomsten uit stap 4 meegenomen in stap 5
De raad ontvangt de informatie van dit collegevoorstel en van het voorstel over twee weken in één keer na het
laatste collegevoorstel. Tevens is het voornemen de raad uit te nodigen voor een thema avond.