Kernkwadranten - NVKVV
Transcript of Kernkwadranten - NVKVV
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 1
Kernkwadranten
“Alles wat ons ergert aan anderen,
kan leiden tot een beter inzicht in onszelf”
Carl Jung
Het kernkwadrant van Ofman laat de ander ‘heel’.
1. Wat is een kernkwadrant?
We zijn ons niet altijd bewust van onze kernkwaliteiten, valkuilen, allergieën en uitdagingen. Het
kernkwadrant van Daniel Ofman (2011) biedt, naast de anderen talentenbenaderingen , uitkomst.
Het model is er op gebaseerd dat iemands kernkwaliteit automatisch een uitdaging in zich
meedraagt evenals een valkuil en een allergie. Het model kan ons ook helpen om binnen het
coachen de ander hierbij te laten stilstaan. Het kernkwadrant laat de ander heel.
Bijvoorbeeld: Iemand met de kernkwaliteit behulpzaamheid kan doorslaan in bemoeizucht,
flexibiliteit kan doorslaan in wispelturigheid en daadkracht in drammerigheid. Dat zijn de valkuilen.
Als iemand anders doorschiet in een bepaalde kwaliteit, kan dat irritatie oproepen. In dat geval heet
dat een allergie. De vervelende eigenschap van de ander verbergt echter een kwaliteit in zich, die
voor degenen die er allergisch voor is een belangrijk ontwikkelpunt kan zijn, de zogenaamde
uitdaging.”
(In bijlage vind je een overzicht terug van de kwaliteiten en valkuilen.)
http://www.budhi.nl/wp-content/uploads/2009/08/kernkwaliteitenkwadrant.gif
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 2
2. De kernkwaliteit
Een kernkwaliteit is een eigenschap die tot het wezen (de kern) van een persoon behoort. Het gaat
niet om aangeleerd gedrag, het komt van binnenuit. Bijv.: “ik kan goed analyseren.” “Ik kan goed
voor mensen zorgen”. “Ik ben van nature heel zelfstandig”.
“Kernkwaliteiten zijn eigenschappen die tot de kern van een persoon horen. Het zijn de specifieke
sterktes die iemand bij uitstek kenmerken. Iedereen heeft een aantal van deze kwaliteiten. Uit onze
kernkwaliteiten komt onze bezieling.
“Een kernkwaliteit is te herkennen aan iemands bijzondere kwaliteit, waarover hijzelf zegt: 'Dat kan
toch iedereen.' Dat kan niet iedereen en als je de achterliggende kernkwaliteit weg zou halen, zou je
de ander zelfs niet eens meer herkennen. Dat komt doordat die ene kernkwaliteit alle andere, minder
uitgesproken kwaliteiten doordringt. Een kernkwaliteit is dan ook altijd potentieel aanwezig. Je kunt
een kernkwaliteit niet naar believen aan- of uitzetten, je kunt hem wel verborgen houden.
Het onderscheid tussen kwaliteiten en vaardigheden zit vooral in het feit dat kwaliteiten van
binnenuit komen en vaardigheden van buitenaf aangeleerd zijn. Vaardigheden zijn dus aan te leren,
kwaliteiten kun je ontwikkelen. Hoe duidelijker het beeld dat we van onze kernkwaliteiten hebben,
des te bewuster kunnen we die laten doorstralen in het werk”. (Ofman D. 2011) (zie ook onderscheid
talenten en competenties)
Voorbeelden van kernkwaliteiten (zie ook bijlage 1) zijn bijv. daadkracht, zorgzaamheid, moed,
ordelijkheid, flexibiliteit …
Kernkwaliteiten van jezelf of de ander kun je op het spoor komen door stil te staan bij:
- wat je/de patiënt in anderen aanmoedigt
- wat anderen in jou/de patiënt waarderen
- wat je/de patiënt van jezelf/zichzelf heel gewoon vindt
Maar kernkwaliteiten kunnen zo dominant dat het mogelijk is dat ze doorslaan en daardoor juist een
valkuil worden. (Ofman 2006) (Zie ook de link met de hefboomvaardigheden zoals beschreven door
De Wulf)
Het is opvallend dat Ofman (2011) al de elementen van zijn kernkwadrant als zelfstandige
naamwoorden omschrijft en niet als eigenschappen. Bijv. daadkrachtigheid ipv daadkracht. Hiermee
onderstreept hij dat we niet samenvallen met onze kernkwaliteiten maar dat we bepaalde
kwaliteiten hebben. Niet "ik ben daadkrachtig" maar" ik heb de kwaliteit daadkracht".
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 3
Binnen de begeleiding van een patiënt met diabetes kan het heel helpend zijn om op zoek te gaan
naar alle kwaliteiten die hij kan inzetten om een aantal doelstellingen te bereiken bijv.
daadkrachtigheid, flexibiliteit, bedachtzaamheid, zelfstandigheid…….
Belangrijk is dat je als begeleider de kwaliteiten van de ander benoemt en helder krijgt zodat hij ze
bewuster kan inzetten.
Ook binnen het werken in een team is het heel belangrijk om aandacht te blijven hebben voor de
kwaliteiten van je teamleden en om hier erkenning voor te geven.
3. De valkuil
http://www.blauwedolfijn.eu/nieuw/valkuil-van-je-succes/
Een kwaliteit heeft echter ook zijn beperkingen.
Zoals er geen licht kan zijn zonder donker, zo heeft ook iedere kernkwaliteit een zon- en een
schaduwkant. Deze schaduwkant wordt valkuil of vervorming genoemd. De vervorming is niet het
tegenovergestelde van de kernkwaliteit maar is datgene wat een kwaliteit wordt als ze te ver
doorschiet. Zo kan behulpzaamheid bemoeizucht of betutteling worden. Of als analyseren te ver
doorschiet dan ontaardt het in besluiteloosheid.
Als we dus een bepaalde kracht of kwaliteit te eenzijdig inzetten lopen we het risico dat we vast te
komen zitten. Andere talenten blijven hierdoor onvolgroeid of onbenut. De valkuil is dus niet het
tegengestelde van de kernkwaliteit maar eerder het teveel van het goede en meer van hetzelfde.
Dit kan er toe leiden dat iemand die daadkrachtig is impulsief wordt omdat hij te weinig
bedachtzaamheid ontwikkelt of hij begint door te drammen, iemand die zorgend is wordt
betuttelend omdat hij te weinig heeft leren loslaten, empathie kan medelijden worden omdat men
niet voldoende begrensd of de nodige afstand neemt waardoor de patiënt afhankelijk wordt van de
hulpverlener of zich gekleineerd voelt enz…
Bijv. je kernkwaliteit is zorgzaamheid. In het begeleiden van personen met diabetes merk je op dat je
soms de neiging hebt om te betuttelend te worden, om de verantwoordelijkheid zelf te veel op te
nemen. Dit is een valkuil van je kernkwaliteit.
Bijv. Je kernkwaliteit is zelfstandigheid. Als je vastzit met je begeleiding heb je echter de neiging om
het zelf alleen te blijven uitzoeken zonder hulp te vragen. Dit is een mogelijke valkuil. Het is als
begeleider belangrijk dat je zicht krijgt op je eigen kwaliteiten maar ook op de valkuilen die hiermee
samenhangen.
Ofman (2006) stelt dat de valkuil gewoon bij de kwaliteit hoort, of we dit nu leuk vinden of niet, ze
zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 4
Het onder ogen zien van onze schaduwkant kan pijnlijk zijn, vooral als blijkt dat we niet zo perfect
zijn dan ons ‘geïdealiseerde zelfbeeld’ ons wil doen geloven. Het leren omgaan met kernkwaliteiten
en vervormingen maakt dat we ons meer bewust worden van onze innerlijke positieve potentie. In
die zin kan het gebruiken van de kernkwadranten tijdens het begeleiden van de coachée op een
positieve manier leiden tot het verkleinen van zijn blinde vlek. (zie joharivenster).
Je kunt de kwaliteiten van jezelf of de ander op het spoor komen door te vertrekken vanuit de
valkuil of vervorming. Dit lijkt misschien niet zo gemakkelijk omdat we van onze valkuilen dikwijls
last hebben en er alleen maar de nadelen van zien. Het is dus een interessante uitdaging.
Bijv. Een patiënt die chaotisch overkomt kan als kwaliteit hebben dat hij zeer flexibel is. Deze
flexibiliteit kan een grote kracht worden die je kunt gebruiken binnen je begeleiding. Een patiënt die
‘arrogant’ overkomt heeft wellicht als kwaliteit dat hij zich goed kan profileren. enz.
Deze manier van denken leert ons ook meer kijken naar het positieve en focust niet alleen op
hetgeen wat niet zo goed loopt. Dit is belangrijk om te onthouden als we begeleiden. Het is
fundamenteel dat we opmerken wat niet goed loopt en dit bijsturen. Maar het is even essentieel dat
we voortdurend op de loer liggen voor hetgeen dat goed loopt, dit opmerken en bekrachtigen.
Op deze manier is het model van Ofman naast het verhogen van zelfkennis ook zeer bruikbaar om
feedback te geven tijdens onze begeleiding. Het spreekt de ander aan op zijn kracht.
Door het kernkwadrant van Ofman te gebruiken kun je de ander met zijn valkullen confronteren
vanuit een positieve houding tav de persoon als geheel, waarbij je ook op zoek gaat naar de
kwaliteit achter de vervorming.
Hierbij is het belangrijk dat de confrontatie zich richt op gedrag en niet op de persoon. (cfr
feedbackregels). Iemand is als persoon niet arrogant. Hij kan wel gedrag vertonen dat op bepaalde
momenten arrogant bij anderen overkomt door bijv. nogal veel bevelen te geven, niet naar de
anderen te luisteren, zijn mening door te drukken, te onderbreken….
Ofman (2006) stelt duidelijk dat bij het geven van feedback of confrontatie het essentieel is dat hier
ook de wens aanwezig is om de kernkwaliteiten van de ander te willen leren kennen of bevestigen.
Op die manier werkt de feedback contactherstellend.
Bijv. Het valt je op dat een patiënt die je begeleidt je heel vaak contacteert met honderd en een
vragen waarbij er zaken zijn waarvan je liever zou hebben dat hij het eerst zelf zou proberen
uitzoeken. Je vindt empowerment heel belangrijk. Hij geeft je een heel afhankelijke, hulpeloze indruk
en je hebt het hier lastig mee. (zie ook later allergie). Je kunt jouw patiënt dan feedback geven over
dit concreet gedrag en jouw wens dat hij een aantal zaken eerst zelf zou proberen uitzoeken. Hierbij
is het echter ook belangrijk dat je de kwaliteit hierachter ook kunt benoemen mn dat de patiënt
iemand is die hulp durft te vragen, die zich kwetsbaar durft opstellen, die in communicatie durft
gaan.
Je merkt op dat een patiënt zich heel vaak niet aan het afgesproken voedings-en bewegingsschema
houdt. Je begrijpt dit niet en je merkt dat dit je ook erg irriteert. Zelf ben je iemand die heel bewust in
het leven staat en het belangrijk vindt om altijd heel consequent met afspraken om te gaan. Als je
hierover in gesprek gaat met de patiënt geeft deze aan dat zijn levensmotto is "carpe diem". Ook
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 5
zegt hij dat hij van nature zeer optimistisch is (ook een kwaliteit). De mogelijke valkuil van deze
patiënt is dat hij zich soms nonchalant gedraagt waardoor hij toch bepaalde risico's loopt. De
uitdaging voor jou als begeleider zit hem hierin dat je toch voldoende de kwaliteiten die hij aangeeft
bevestigt en hier rekening mee houdt EN tegelijkertijd samen met hem kunt gaan kijken hoe jullie
kunnen voorkomen dat hij nonchalant omgaat met zijn schema's.
Binnen een team kan het ook een uitdaging zijn om, telkens als we met een valkuil van een collega
geconfronteerd worden, we ook blijven kijken naar de kwaliteit die hierachter zit.
Een valkuil kom je op spoor door stil te staan bij (Brunklaus 2008):
- wat je/de patiënt bij collega’s en patiënten door de vingers ziet,
- wat anderen jou/de patiënt verwijten
- wat je/de patiënt geneigd bent bij jezelf/zichzelf goed te praten.
Bij stress zijn mensen geneigd om meer in hun valkuil te schieten. In eerste instantie zal de druk of
spanning ertoe leiden dat hij vaker te veel van het goede naar buiten zal brengen maw vlugger in
zijn valkuil zal schieten. Wordt de druk nog groter dan zal hij in extreme gevallen de neiging hebben
om (plotseling) in zijn allergie te schieten en deze uit te gaan leven.
Het onder ogen zien van je valkuil is één –en moeilijk genoeg- maar het accepteren ervan is iets
anders en nog moeilijker.
Ofman benadrukt het belang van het kunnen accepteren van onze valkuil (en die van anderen).
Acceptatie is niet gelijk aan berusten (ik ben nu eenmaal zo) of direct ten strijde trekken tegen (dit
moet kost wat kost veranderen anders ben ik niet OK).
Acceptatie impliceert dat je ervan uit gaat dat de valkuil iets is wat op dit moment bij je hoort, iets
wat er is, zonder er een oordeel over te hebben. Vanuit deze positie van acceptatie kan je gaan
kijken welke uitdaging je meer zou kunnen en willen ontwikkelen, waar je echt naar toe wil. Op die
manier ga je naar iets toe (uitdaging) ipv van iets weg (valkuil). Sowieso houdt acceptatie het besef
in dat we allen als mens incompleet en imperfect zijn.
Ook de confrontatie met onze allergie doet ons soms in onze valkuil schieten.
4. De uitdaging
http://www.thijsenmirandaopreis.nl/uitdagingen/
De positief tegenovergestelde kwaliteit van de valkuil is de uitdaging. De kernkwaliteit en de
uitdaging zijn elkaar aanvullende kwaliteiten. De uitdaging zorgt ervoor dat we niet teveel doorslaan
in onze kwaliteiten en niet teveel van het goede gaan doen. De combinatie van onze kwaliteit met
onze uitdaging maakt dat we veel minder in onze valkuil gaan terechtkomen.
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 6
De uitdaging houdt met andere woorden onze kernbalans in evenwicht. Bijvoorbeeld: het positief
tegenovergestelde van drammerigheid is geduld. (zie onderstaand schema)
Waar het om gaat is de balans te vinden tussen geduld en daadkracht. Dat is dus geen kwestie van
of-of, maar van en-en. Het gaat er dus niet om om minder daadkrachtig te worden maar om
geduldige daadkracht.
Bijv. een diabetes-educator die zorgzaamheid als kwaliteit heeft kan soms in de valkuil van
betutteling terechtkomen. Als hij zijn uitdaging die hiermee samenhangt meer zou kunnen
ontwikkelen mn loslaten dan zou hij minder in de betutteling terechtkomen. Dit verhoogt het
zelfinzicht van de begeleider maar is ook helpend voor de patiënt. In het kader van empowerment is
deze immers ook meer gebaat met een begeleider die hem ook leert om zelfstandig een aantal zaken
op te nemen.
Ofman (2011) stelt dat we het dikwijls moeilijk vinden om te zien dat die twee verschillende
kwaliteiten (kernkwaliteit en uitdaging) samen gaan, dikwijls denken we in termen van of of ipv en
en. Zo kan iemand die zeer zorgzaam is het moeilijk vinden om loslaten ook als een kwaliteit te zien.
Mensen zijn ook dikwijls bang dat als ze hun uitdaging ontwikkelen ze hun kernkwaliteit gaan
verliezen. Ook vrezen ze om in de valkuil van hun uitdaging te komen bijv. loslaten kan tot
onverschilligheid of afstandelijkheid leiden. Iemand die van nature zeer zorgzaam is kan vrezen
onverschillig te worden en van daaruit schrik hebben om te leren loslaten. Belangrijk is hier om
duidelijk het onderscheid te maken tussen de kwaliteiten en de valkuilen.
Bijv. een zorgzame begeleider kan bang zijn om soms ook los te laten omdat hij zeker niet
onverschillig wil worden.
Veelal zijn valkuil en uitdaging de bron van conflicten die de coachée met zijn omgeving heeft.
Conflicten, irritaties en onderlinge spanningen vinden vaak hun oorsprong in de blindheid voor de
eigen kwaliteiten (met hun vervormingen) en die van anderen. Hier wordt dadelijk nog verder op in
gegaan.
Een uitdaging kun je op het spoor komen door stil te staan bij:
- wat je/de patiënt in jezelf/zichzelf mist
- wat anderen je/de patiënt toewensen
- wat je/de patiënt in anderen bewondert.
5. De allergie
http://www.rafael.nl/download/?item=926
Volgens Ofman (2006) blijkt de doorsnee mens allergisch te zijn voor te veel van zijn uitdaging,
vooral als hij die in een ander verpersoonlijkt vindt. Dat is zijn allergie, die aanleiding kan geven tot
conflicten met zijn omgeving. Mensen kunnen er maar slecht tegen als anderen teveel een beroep
doen op hetgeen waar ze juist niet goed in zijn
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 7
Bijvoorbeeld: teveel daadkracht kan ontaarden in impulsief handelen of doordrammen. Iemand die
goed kan analyseren, zal iemand die impulsief handelt of doordramt als lastig ervaren. Iemand die
daadkrachtig is kan iemand die heel lang nadenkt, of iemand die heel veel kalmte heeft als irritant
ervaren. Hij is allergisch voor passiviteit omdat passiviteit teveel van zijn uitdaging (= geduld) is.
Belangrijk hierbij is dat, zoals reeds aangehaald, hoe meer men in een ander met zijn eigen allergie
geconfronteerd wordt des te groter de kans is dat men in zijn eigen valkuil terechtkomt. (Ofman
2006)
Iemand die daadkrachtig is zal in confrontatie met iemand die passief is vlugger gaan doordrammen
waarbij hij de ander verwijt passief te zijn. Het is de allergie die ons vlugger in onze valkuil zal
drijven. Ook de ander zal meer in zijn valkuil terechtkomen. Beide personen haken op elkaar in en
riskeren in een uitzichtloos conflict te komen waarbij men elkaars kwaliteiten niet meer ziet maar
alleen nog maar gefocust is op elkaars valkuilen (die in de conflict ook sterker tot uiting zullen
komen).
Het model van Ofman verplicht ons op die manier ook naar ons eigen aandeel te kijken. Wij zijn
immers allergisch voor de stuk dat we zelf te weinig ontwikkeld hebben. Onze allergie wijst ons met
andere woorden de weg naar onze eigen uitdagingen. Wel moet er de bereidheid zijn om bij onszelf
naar deze schaduwkant te kijken. Het lijkt soms makkelijker om bij conflicten met de vinger naar de
ander te wijzen. Het model van Ofman is dus ook een toepassing van het circulaire denken,
beïnvloeding gebeurt wederzijds en op hetzelfde moment.
Ofman (2006) geeft ook nog mee dat als twee soortgenoten bijv. twee daadkrachtige personen
elkaar tegenkomen ze het niet gemakkelijk zullen hebben met elkaar. Wel zullen ze respect hebben
voor elkaar.
Dit in tegenstelling als we geconfronteerd worden met onze tegenpool. Ofman (2006) zegt dat
minachting kernmerkend is voor situaties waarin men geconfronteerd wordt met zijn allergie.
Minachting hebben voor iemand maakt dat je niet bereid bent om te kijken naar de kernkwaliteiten
van de ander die achter zijn valkuil schuil gaan. Ook maakt die minachting jezelf kwetsbaar omdat je
hierdoor ook zelf in je valkuil schiet en hierdoor niet meer effectief bent.
Het kernkwadrant van Ofman toont ons dat we het meest kunnen leren van mensen waar we
allergisch voor zijn.
Bijv. Je hebt als begeleider de kwaliteit van daadkracht. Je bent heel goed in het aanpakken van
situaties en zaken moeten vooruitgaan. Je valkuil hierbij is dat je soms drammerig kunt worden en
mensen zaken kunt opleggen die hiervoor nog niet klaar zijn. Een mogelijke allergie is passiviteit. Je
werkt samen met een patiënt die nog niet zo lang weet dat hij diabetes heeft. Je wilt voortdurend
doelstellingen opstellen met je patiënt maar deze geeft aan hier nog over te willen nadenken, dat hij
er nog niet klaar voor is, dat hij nog wat meer wil weten en opzoeken enz.. Je merkt dat het effect
hiervan op jou is dat je nog meer geneigd bent om actieplannen op te stellen met als gevolg dat je
patiënt zich nog meer terugtrekt. Je merkt ook dat je geen zin meer hebt om met deze patiënt te
werken aangezien het toch niet vooruitgaat. Belangrijk is dat je hier ook je eigen aandeel kunt zien
mn je allergie voor gedrag dat je als passief ervaart (patiënt is mogelijks iemand die zeer
bedachtzaam, geduldig is of nog wat meer tijd nodig heeft om in actie te kunnen schieten) waardoor
je het gedrag van de ander nog versterkt.
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 8
Bijv. “ Je moet dikwijls samenwerken met een arts die regelmatig sceptisch uit de hoek kan komen en
vaak op voorhand aangeeft dat de kans klein is dat de patiënt zich aan het therapieschema zal
houden. Je merkt dat dit iets is wat je irriteert. Zelf ben je van nature iemand die vertrouwen heeft in
de motivatie van mensen. Soms schiet je hier soms wat in door waardoor je in de valkuil van naïviteit
terecht komt. Jullie hebben dikwijls discussies over patiënten. In deze situatie nodigt Ofman ons hier
zeker twee zaken te doen. In eerste instantie is het belangrijk om aandacht te blijven hebben voor de
kwaliteit die achter de valkuil zit mn de arts is iemand die kritisch is en de zaken niet zomaar
aanneemt en jouw kwaliteit om mensen vertrouwen te geven is zeker iets om te blijven koesteren.
Als mensen in conflict zitten zijn ze echter meer geneigd om naar elkaar valkuil te kijken en niet naar
de talenten erachter. In tweede instantie leert Ofman ons dat we het meest kunnen leren van die
mensen waar we allergisch voor zijn. In deze situatie kan de verpleegkundige leren van de arts om
soms nog wat meer kritisch te zijn, de arts zou van de verpleegkundige kunnen leren dat het heel
belangrijk is om mensen ook voldoende krediet te geven.
Ofman (2011) benadrukt dat onze allergie ons ook sensibele voelsprieten geeft. Zo zal bijv. iemand
die zeer realistisch en pragmatisch is zweverigheid vlugger opmerken dan iemand die andere
kernkwaliteiten heeft. Als hij hier vanuit zijn kwaliteit realisme (en niet vanuit zijn valkuil bijv.
cynisme) op kan reageren kan hij op die manier een nuttige bijdrage leveren in het team.
Dit illustreert ook hoe boeiend het kan zijn om samen te werken met mensen die niet allemaal op
elkaar lijken.
Een allergie kom je op het spoor door stil te staan bij:
- wat ik/de patiënt in anderen minacht
- Wat anderen mij/de patiënt aanraden te relativeren
- Wat ik/de patiënt in mezelf/zichzelf zou verafschuwen
6. Voorbeelden van een kernkwadrant van Ofman
Voorbeeld: iemand die zeer daadkrachtig is (kernkwaliteit) kan doorslaan door drammerig (valkuil)
te worden. Een daadkrachtige persoon kan zich irriteren aan passiviteit van anderen (allergie).
Iemand met een wat passieve instelling herbergt echter een belangrijke kernkwaliteit: geduld
(uitdaging). Dit kan worden weergegeven in een model.
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 9
afbeelding van http://www.empower-project.info/ofman.htm gebaseerd op
Ofman D. (2006) Bezieling en kwaliteit in organisaties.
http://www.tenhaaf.info/personal_nl/visie%20en%20missie/kernkwadrant/kernkw
aliteit.htm
7. Hoe het kernkwadrant maken.
Je kunt het kernkwadrant vanuit de vier verschillende hoeken opbouwen.
Je kunt vertrekken vanuit de kernkwaliteit. Dit is voor een aantal mensen niet zo gemakkelijk. We
leven in een cultuur waarin we dikwijls worden aangesproken op hetgeen niet goed loopt, en minder
op hetgeen we allemaal goed kunnen. We zijn het gewoon om kritiek te krijgen of om kritiek op
onszelf te geven. Dit is ook net de kracht van het kernkwadrant van Ofman, het leert ons om terug te
gaan kijken naar onze kwaliteiten.
De tweede ingang die je kan nemen om het kwadrant op te bouwen is vanuit de valkuil. Je kan
vertrekken vanuit opmerkingen die je regelmatig krijgt zoals bijv. “Wees toch niet zo slordig” , “ je
bent ongelooflijk naïef”, “je bent lui” enz… Het is een boeiende uitdaging om vanuit je valkuilen naar
je kwaliteiten te gaan kijken. Soms is het even zoeken maar je zult altijd een kwaliteit vinden. Ook als
je vertrekt vanuit de valkuil van een ander (bijv. je maakt het kwadrant van een ander) is het
interessant om het volledige kwadrant op te bouwen. Eenzelfde valkuil kan totaal verschillende
kwadranten geven. Zo kan ‘lui’ zowel verwijzen naar de kwaliteit ‘levensgenieter’ als de kwaliteit van
rustig zijn.
En zoals ik reeds vroeger aangaf, als je naast de valkuil ook de kwaliteit benoemt komt er veel meer
ruimte vrij om feedback te kunnen geven zonder dat de ander persoon zich volledig afgebroken voelt.
Ook via de derde ingang, de uitdaging kun je het kwadrant verder opbouwen. Stel je de vraag welke
kwaliteiten je goed zou kunnen gebruiken bepaalde doelstellingen te bereiken bijv. een gezondere
leefstijl aannemen . Of je kunt gaan kijken welke kwaliteiten je bij anderen bewondert.
Volgens Ofman is de vierde mogelijkheid (via de allergieën) de eenvoudigste om een kernkwadrant
uit te werken. De meeste mensen hebben geen moeite om aan te geven waar ze bij een ander
(collega, patiënt, klasgenoot, partner…) niet tegen kunnen. Aangezien veel problemen tussen twee
mensen te herleiden zijn tot wederzijdse allergieën is het zeer handig om dit in een vroegtijdig
stadium te herkennen.
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 10
Het kernkwadrant is ook een zeer mooie toepassing van het circulaire denken. We beïnvloeden
elkaar gelijktijdig en iedereen heeft daarin zijn eigen aandeel. (Watzlawick 2001) Het kernkwadrant is
een handig instrument om als begeleider ons eigen aandeel te leren zien daar waar het in interacties
misloopt. Het helpt ons dus om onszelf als persoon en als begeleider beter te leren kennen.
Bij de laatste in te vullen ‘hoek’ van het kwadrant is een dubbele controle op juistheid mogelijk,
omdat die kwaliteit of vervorming vanuit drie richtingen moet kloppen. Zo moet passiviteit zowel een
teveel zijn van geduld én het (negatief) tegenovergesteld van daadkracht én het andere uiterste van
drammerigheid. Het kwadrant moet kloppen.
In feite kun je elke ingang in het kwadrant op drie verschillende manieren benaderen of checken. Het
is altijd iets wat je naar jezelf zegt of vindt, het is altijd iets wat je naar anderen toe zegt of doet en
het is altijd iets wat anderen naar jou toe wensen of zeggen.
De twaalf checkvragen in onderstaande figuur kunnen je helpen om je kwadrant rond te krijgen.
(Ofman )
http://www.tenhaaf.info/personal_nl/visie%20en%20missie/kernkwadrant/kernkwaliteit.htm
8. Dubbelkwadranten
Zoals reeds gezegd lenen kernkwadranten zich uitstekend om onszelf en de patiënt te helpen
zichzelf beter te leren kennen in zijn kwaliteiten en valkuilen.
Anderzijds kunnen ze ook zeer goed gebruikt worden om bij onszelf na te gaan hoe het komt dat
het met een bepaalde patiënt of collega niet klikt, waarom de communicatie niet goed loopt,
waarom er zoveel wederzijdse irritatie is.
Het maken van een dubbelkwadrant kan hierbij helpen. Vertrekkende van de allergie maak je een
kernkwadrant van de ander Hieruit kan hij leren dat zijn reactie op de ander evenveel zegt over
zichzelf dan over de ander.
Het ander kwadrant kan het omgeklapte kwadrant van de ander zijn maar dat hoeft niet
noodzakelijk zo te zijn. Zoals we al eerder zagen kunnen uit verschillende kwaliteiten verschillende
valkuilen ontstaan en omgekeerd.
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 11
Door het maken van een dubbelkwadrant nodig je jezelf uit om te kijken naar je eigen aandeel. Je
allergie wordt immers veroorzaakt door een teveel van iets wat jij te weinig hebt.
Een kernkwadrant met een patiënt uitwerken laat de ander heel. Hij wordt niet alleen
aangesproken op wat er mis is, hij krijgt ook te horen wat er goed is en hoe hij of zij zich verder kan
ontwikkelen. Ook kijken alle partijen hier naar hun eigen aandeel en wordt op duidelijke wijze
gevisualiseerd hoe kwaliteiten en valkuilen wederzijds op elkaar inwerken.
afbeelding van
http://www.empower-project.info/ofman.htm
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 12
Literatuurlijst kernkwadranten
Brunklaus Okko (2008) Interactieve vaardigheden voor verpleegkundigen. Communicatie in
het perspectief van herstel. Pearson Education Benelux
Ofman D.(2011) Hé, ik daar? Ontdek en ontwikkel je persoonlijke kernkwaliteiten met het
kernkwadrant, Servire
Ofman D (2006) Bezieling en kwaliteit in organisatie, Servire
Watzlawick P. (2001) De pragmatische aspecten van de communicatie.
Websites
http://www.kuleuven.be/thomas/images/algemeen/vorderingsplan/bestanden/93788dc9f4
022963cb5c3071221c674a/De_kernkwadranten.doc
http://www.tenhaaf.info/personal_nl/visie%20en%20missie/kernkwadrant/kernkwaliteit.ht
m
http://www.xs4all.nl/~wjsn/tekst/kernkwaliteiten.htm
http://www.empower-project.info/ofman.htm
www.xs4all.nl/~wjsn/tekst/kernkwaliteiten.htm
Aanbevolen literatuur:
GERRICKENS Peter (2004) : Kwaliteiten, een verfrissende kijk op eigen-aardigheden. ’s-
Hertogenbosch zevende druk 200 pg.
Aanbevolen materiaal
Het kernkwadranten spel van Ofman
Het kwaliteiten spel van Peter Gerrickens
Vorming kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 13
Bijlage 1 Overzicht kwaliteiten en uitdagingen die je kunt hebben (niet zijn)
Aanpassingsvermogen
Aanwezigheid
Accuratesse
Alertheid
Alledaagsheid
Altruïsme
Attentheid
Bedachtzaamheid
Behoedzaamheid
Behulpzaamheid
Beleefdheid
Bereidwilligheid
Bescheidenheid
Beschouwend
Beweeglijkheid
Bezonnenheid
Blijheid
Bondigheid
Buigzaamheid
Confronterend
Correctheid
Creativiteit
Daadkracht
Dapperheid
Deemoed
Degelijkheid
Dienstbaarheid
Diepzinnigheid
Diplomatie
Directheid
Doelgerichtheid
Doelmatigheid
Doordachtheid
Duidelijkheid
Eenvoud
Eerlijkheid
Efficiëntie
Empathie
Enthousiasme
Ernst
Feitelijkheid
Fijngevoeligheid
Fijnzinnigheid
Flexibiliteit
Geaardheid
Gedecideerdheid
Gedegenheid
Gedrevenheid
Geduld
Geestdrift
Geestigheid
Geleidelijkheid
Generositeit
Genuanceerdheid
Gevoeligheid
Gewoonheid
Gezelligheid
Grandeur
Grondigheid
Groothartigheid
Grootmoedigheid
Gulheid
Harmonie
Harstocht
Helderheid
Hoffelijkheid
Hulpvaardigheid
Humor
Idealisme
IJver
Ingetogenheid
Initiatief
Inlevingsvermogen
Innovativiteit
Inschikkelijkheid
Invoelingsvermogen
Kalmte
Klaarheid
Kracht
Lankmoedigheid
Lef
Loslaten
Loyaliteit
Luchthartigheid
Moed
Nauwgezetheid
Nederigheid
Nuchterheid
Omzichtigheid
Onbaatzuchtigheid
Ontspannenheid
Ontvankelijkheid
Onverdrotenheid
Onverholenheid
Ootmoed
Openhartigheid
Openheid
Opgewektheid
Oplettendheid
Oprechtheid
Optimisme
Ordelijkheid
Overlatend
Plechtigheid
Plooibaarheid
Pragmatisme
Precisie
Realisme
Receptiviteit
Rechtgeaardheid
Relativisme
Relaxtheid
Resoluutheid
Rust
Secuurheid
Serieusheid
Soberheid
Souplesse
Spaarzaamheid
Spontaniteit
Standvastigheid
Stelligheid
Stijl
Striktheid
Tact
Tederheid
Terughoudendheid
Toegankelijkheid
Toegeeflijkheid
Toewijding
Vastberadenheid
Vastbeslotenheid
Veelzijdigheid
Verdraagzaamheid
Verlegenheid
Vernieuwend
Volhardendheid
Voorkomendheid
Vooruitstrevendheid
Voorzichtigheid
Vriendelijkheid
Vrijgevigheid
Vrolijkheid
Waakzaamheid
Weloverwogenheid
Werkelijkheidszin
Zachtheid
Zachtzinnigheid
Zakelijkheid
Zelfbewustheid
Zelfstandigheid
Zelfverantwoordelijkheid
Zorgeloosheid
Zorgvuldigheid
Zorgvuldigheid
Zorgzaamheid
Zuinigheid
Zuiverheid.
(Uit Hé ik daar, Daniel Ofman 2011)
Vorming kernkwadranten januari 2012 Francine Craeghs 14
Bijlage 2 Overzicht vervormingen en allergieën.
Aarzeling
Achteloosheid
Achterdocht
Afstandelijkheid
Afwachtendheid
Angstvalligheid
Argeloosheid
Argwaan
Arrogantie
Bagatellisering
Barsheid
Bedeesdheid
Behoudzucht
Bemoedering
Berusting
Besluiteloosheid
betutteling
Bezadigdheid
Bezetenheid
Botheid
Braafheid
Breedsprakerigheid
Brommerigheid
Bruutheid
Chaos
Conflictvermijdend
Conservatisme
Cruheid
Cynisme
Depressiviteit,
Doelloosheid
Dominantie
Drammerigheid
Droogheid
Egocentrisme
Excentriciteit
Fanatisme
Frivoliteit
Gelatenheid
Geobsedeerdheid
Gesjoemel
Geslotenheid
Gierigheid
Grenzeloosheid
Grilligheid
Grofheid
Halfslachtigheid
Hardnekkigheid
Hardvochtigheid
Harteloosheid
Hebberigheid
Hoogmoed
Indirectheid
Inefficiëntie
Ja-knikkerij
Karigheid
Kilheid
Klefheid
Klitterigheid
Koelheid
Koppigheid
Korzeligheid
Krenterigheid
Laiser faier
Lichtzinnigheid
Lijdzaamheid
Lolbroekerij
Lompheid
Losbolligheid
Loslippigheid
Luchtfietserij
Manipulatief
Meedogenloosheid
Mierenneukerij
Moedeloosheid
Muggenzifterij
Naïviteit
Nalatigheid
Nonchalance
Norsheid
Nutteloosheid
Onachtzaamheid
Onbehouwenheid
Onbeleefdheid
Onbenulligheid
Onberekenbaarheid
Onbezonnenheid
Onderdanigheid
Onderkoeldheid
Ongeïnteresseerdheid
Ongenaakbaarheid
Ongenuanceerdheid
Ongerichtheid
Ongevoeligheid
Onnauwkeurigheid
Onnozelheid
Onverbiddelijkheid
Onverdraagzaamheid
Onverwurmbaarheid
Onverschilligheid
Onzichtbaarheid
Opdringerigheid
Opgeblazenheid
Opgefoktheid
Opgesmuktheid
Oppervlakkigheid
Opschepperij
Oubolligheid
Overdrevenheid
Passiviteit
Perfectionisme
Pessimisme
Pietepeuterigheid
Pietluttigheid
Plakkerigheid
Punaisepoetserij
Rigiditeit
Roekeloosheid
Rommeligheid
Ruwheid
Saaiheid
Schijterigheid
Schraalheid
Schuchterheid
Sentimentaliteit
Simplisme
Slapheid
Slijmerigheid
Sloomheid
Slordigheid
Solistisch
Somberheid
Sponsachtigheid
Starheid
Stijfkoppigheid
Stroperigheid
Stugheid
Taaiheid
Tobberigheid
Tomeloosheid
Traagheid
Treuzelig
Twijfelachtigheid
Verkwisting
Verwaandheid
Vleierigheid
Vluchtigheid
Volgzaamheid
Vrijpostigheid
Wantrouwen
Warrigheid
Weerbarstigheid
Weerspannigheid
Wegcijfering
Weifelachtigheid
Wispelturigheid
Zelfgenoegzaamheid
Zelfzuchtigheid
Zoetigheid
Zouteloosheid
Zwaarmoedigheid
Zwartgalligheid
Zweverigheid
Zwijgzaamheid
(Uit Hé ik daar, Daniel Ofman 2011)
Kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 15
Kernkwadranten diabetessymposium Francine Craeghs 16