ISSO Info 47 lowres

32
SPECIAL VSK 2012 ISSO-INFO 47 JANUARI 2012 1 Een nieuw jaar Met het verschijnen van deze Info markeert ISSO de over- gang van 2011 naar 2012. Een nieuw jaar komt ons tege- moet maar lonkt ons niet echt. De verwachtingen voor het jaar 2012 zijn onzekerder dan we ons kunnen herinneren bij een jaarwisseling in een lange tijd. Toch zijn we niet zonder verwachting voor het komend jaar. Natuurlijk, we weten dat de economie nog niet zal opbloeien in 2012 met groeipercentages zoals we die gewend zijn. Ik vind het wel opmerkelijk dat een ‘nulgroei’ alom als stagnatie van de economie wordt gepresenteerd. De economie valt stil, heet het dan. Niets is echter minder waar. Deze hijgerige drang naar groei, liefst met dubbele cijfers, is volgens mij één van de componenten van de mentaliteit die ons deze crisis bezorgd heeft. Een schuldencrisis of een bankencri- sis noemen we het, maar het is een mentaliteitscrisis. En enerzijds hebben we de uitdaging om ons door de crisis heen te innoveren (Jan Kamminga) of te verduurzamen (Jan Terlouw), anderzijds werkt een crisis ook in de hand dat je gedwongen wordt je knopen te tellen. Waar staat mijn onderneming voor en is mijn profiel scherp genoeg? Stroomt onze drive ook in de aderen van mijn personeel en zijn zij toegerust om door de crisis heen te komen? Is focus op de kostenkant nodig, zoals wij nu bij veel banken zien (hoeveel bank wil je hebben verandert dan in: hoeveel bank hou je nog over?), of zoek je het in verbetering van de kwaliteit van je product of dienst of personeel? Tijdens het ISSO Najaarsoverleg, op 15 septem- ber 2011, heeft Cauberg-Huygen de eerste editie van de ISSO-Award voor duurzame pro- jecten gewonnen. Nadat de vier genomineer- den voor deze nieuwe prijs hun project hadden gepresenteerd, mocht het publiek zijn stem uitbrengen. De bijna 200 aanwezigen kozen in meerderheid voor het project ‘Mijnwater: from Black to Green’ van Cauberg-Huygen. Bij dit project worden warmte en koude uit mijnwater gebruikt voor klimatisering van woningen en utiliteitsgebouwen. Bij de realisatie van de klimaatinstallaties stelde de opdrachtgever het gebruik van ISSO-publicaties verplicht. Duurzame technieken staan centraal tijdens ISSO Najaarsoverleg ISSO INFO 47 JANUARI 2012 verder op pag 2 verder op pag 2 De uitreiking van de ISSO-Award was een hoogtepunt tijdens het goed bezochte Najaarsoverleg, de jaarlijkse netwerk- bijeenkomst voor de installatiewereld die ISSO voor haar relaties organiseert. Dit jaar had ISSO bovendien het initiatief

description

 

Transcript of ISSO Info 47 lowres

Page 1: ISSO Info 47 lowres

Special VSK 2012

ISSO-INFO 47 jaNuarI 20121

Een nieuw jaarMet het verschijnen van deze Info markeert ISSO de over-

gang van 2011 naar 2012. Een nieuw jaar komt ons tege-

moet maar lonkt ons niet echt. De verwachtingen voor het

jaar 2012 zijn onzekerder dan we ons kunnen herinneren

bij een jaarwisseling in een lange tijd. Toch zijn we niet

zonder verwachting voor het komend jaar. Natuurlijk, we

weten dat de economie nog niet zal opbloeien in 2012 met

groeipercentages zoals we die gewend zijn. Ik vind het

wel opmerkelijk dat een ‘nulgroei’ alom als stagnatie van

de economie wordt gepresenteerd. De economie valt stil,

heet het dan. Niets is echter minder waar. Deze hijgerige

drang naar groei, liefst met dubbele cijfers, is volgens mij

één van de componenten van de mentaliteit die ons deze

crisis bezorgd heeft. Een schuldencrisis of een bankencri-

sis noemen we het, maar het is een mentaliteitscrisis. En

enerzijds hebben we de uitdaging om ons door de crisis

heen te innoveren (Jan Kamminga) of te verduurzamen

(Jan Terlouw), anderzijds werkt een crisis ook in de hand

dat je gedwongen wordt je knopen te tellen. Waar staat

mijn onderneming voor en is mijn profiel scherp genoeg?

Stroomt onze drive ook in de aderen van mijn personeel

en zijn zij toegerust om door de crisis heen te komen? Is

focus op de kostenkant nodig, zoals wij nu bij veel banken

zien (hoeveel bank wil je hebben verandert dan in: hoeveel

bank hou je nog over?), of zoek je het in verbetering van de

kwaliteit van je product of dienst of personeel?

Tijdens het ISSO Najaarsoverleg, op 15 septem­ber 2011, heeft Cauberg­Huygen de eerste editie van de ISSO­Award voor duurzame pro­jecten gewonnen. Nadat de vier genomineer­den voor deze nieuwe prijs hun project hadden gepresenteerd, mocht het publiek zijn stem uitbrengen. De bijna 200 aanwezigen kozen in meerderheid voor het project ‘Mijnwater: from Black to Green’ van Cauberg­Huygen. Bij dit project worden warmte en koude uit mijnwater gebruikt voor klimatisering van woningen en utiliteitsgebouwen. Bij de realisatie van de klimaatinstallaties stelde de opdrachtgever het gebruik van ISSO­publicaties verplicht.

Duurzame technieken staan centraal tijdens ISSO Najaarsoverleg

ISSO INFO47

januari 2012

verder op pag 2 verder op pag 2

De uitreiking van de ISSO-Award was een hoogtepunt tijdens

het goed bezochte Najaarsoverleg, de jaarlijkse netwerk-

bijeenkomst voor de installatiewereld die ISSO voor haar

relaties organiseert. Dit jaar had ISSO bovendien het initiatief

Page 2: ISSO Info 47 lowres

2

Norm voor energieprestatie gebouwen in 2012 van kracht 4

Bouwbesluit 2012 en ISSO-publicaties 5

Regelgeving Legionellapreventie en procedures zijn complex 6

Herziene versie ISSO-publicatie 18 8

Legionella Award voor Hans van Wolferen 9

ISSO start project ‘BIM-proces in de installatiesector’ 10

Nieuw: Kleintje Meetmethoden Verlichting 11

ISO 9001 certificaat verlengd 11

Onmisbaar voor ontwerp en montage van sanitair 12

Nieuw: ISSO-handboek Zonne-energie 13

Termen en definities voor beheer en onderhoud 14

Nieuw: ISSO-publicatie 111 15

Nieuw: ISSO-publicatie 42 ‘Sprinklerinstallaties’ 15

Praktijkboek gezonde gebouwen - 16

Serie ISSO-instructieboeken EMO compleet! 17

Praktische kennis met de ISSO-KennisKaart 18

Leergang Energieprestatie Gebouwen 20

Ventilatieprestatiekeuring (VPK) woningen uitgebreid 21

Nieuwe zoekfunctionaliteit ISSO-digitaal.nl beschikbaar 22

Applicatie ‘Luchtkanaalberekening’ 22

Update ‘Kleintje Ventilatie woningen 2012’ 23

ISSO Instructiebijeenkomsten 2012 24

ISSO In-Companytrainingen 30

ISS

O-i

nfo

nu

mm

er

47

content

Op het LOPL/ISSO-symposium over nieuwe regelgeving legi-

onellapreventie, gehouden eind november van het oude jaar,

hield Paul Settels van ING een mooi inspirerend verhaal over

hoe ING omgaat met een onderwerp als legionellapreventie.

Hij benaderde het onderwerp vanuit het begrip ‘goed huis-

vaderschap’. Dit geldt bij ING zowel voor het eigen personeel

als voor werknemers die op haar dak aan het werk moeten,

als voor de omgeving van haar bedrijfsgebouw. En dan past

ook geen beperking tot het wettelijk verplichte minimum

als invulling van je verantwoordelijkheid. Dat was een bood-

schap om nog eens over na te kauwen, zo tijdens de feestda-

gen. Om je weer op scherp te zetten voor een nieuw jaar.

ISSO wenst u in dit jaar daarbij alle succes. Wij zullen ons

weer maximaal inzetten om u hierbij te faciliteren met direct

toepasbare kennis. Kennis voor kwaliteit. Van de bouwplaats

tot in de directiekamer. Ook voor de komende 4 jaar heeft

ISSO, met een nieuw beleidsplan, dit als motto. Voor verster-

king van kwaliteit, duurzaamheid en veiligheid.

Rob van Bergen

vervolg van pag 1 - Een nieuw jaar

genomen om marktpartijen uit te nodigen een project in te

sturen voor de ISSO-Award. Deze prijs is bestemd voor orga-

nisaties die actief betrokken zijn bij de totstandkoming van

een duurzaam project en bij de technische realisatie en voor

de benodigde kwaliteitseisen aantoonbaar gebruik maken

van ISSO-publicaties.

CAuBErG-HuyGEN wINT EErSTE ISSO-AwArDWinnaar Cauberg-Huygen was adviseur bij het project in

het Zuid-Limburgse Heerlen, waar men warm en koud water

omhoog pompt uit de oude mijnschachten. Boven de grond

wordt dit water via een warmtepomp geschikt gemaakt voor

het verwarmen en koelen van een groot kantoorgebouw

en een woonwijk. Het ingenieursbureau was genomineerd

voor de award omdat zij zich actief heeft ingespannen om

bij de technische realisatie van de installaties de kwaliteits-

eisen uit de ISSO-publicaties dwingend voor te schrijven. Dit

resulteerde in een opdrachtgever die elke betrokken pro-

jectontwikkelaar en installateur verplichtte om de installaties

conform de richtlijnen uit de ISSO-publicaties aan te leggen.

Het succes van dit project slaat volgens Cauberg-Huygen

over naar andere mijnstreken in Europa, waar men nu ook de

mogelijkheden onderzoekt om verlaten mijnschachten als

WKO te gebruiken.

Naast de winnaar waren er nog drie genomineerden, die

tijdens een eerste beoordeling van alle inzendingen door

een vakjury voor de ISSO-Award 2011 waren voorgedragen.

De andere genomineerden waren Viac Installatie Adviseurs

met de nieuwbouw van multifunctioneel educatief centrum

in De Bilt, DHV met de duurzame renovatie van het eigen

hoofdkantoor in Amersfoort en de combinatie Brink Climate

Systems/KempAir met een passiefhuis renovatieproject van

acht woningen in Tilburg. De vakjury voor de ISSO-Award

2011 bestond uit Herman Eijdems, senior consultant bij de

Rijksgebouwendienst, Egbert Wagenaar, voorzitter van de

Raad van Begeleiding van ISSO, Marco Hofman, projectcoör-

dinator bij ISSO en Rob van Bergen, directeur van ISSO.

GrOEIENDE kENNISBEHOEfTE

vervolg van pag 1 - Duurzame technieken staancentraal tijdens

ISSO Najaarsoverleg

Page 3: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 20123

In het duurzame conferentiecentrum

De Sta@rt in Apeldoorn – een passend decor

voor het ISSO Najaarsoverleg – begon de bij-

eenkomst met de presentatie van een markt-

onderzoek. Daaruit bleek dat de economische

omstandigheden in de bouw- en installatie-

markt nog niet rooskleurig zijn. De meeste

marktpartijen zien nog geen spoedig herstel en

er is een hoge concurrentiedruk. Maar er komen

ook positieve aspecten uit het marktonderzoek

naar voren. Zo blijkt dat de vraag naar duur-

zaamheid en duurzame technieken steeds vaker een sterke

rol spelen in de projecten. Belangrijke markttrends die uit

het onderzoek naar voren komen zijn de vraag naar energie-

besparing maar ook de revitalisering van gebouwen. Tevens

komt uit het onderzoek naar voren dat de informatiebe-

hoefte bij de branche de komende jaren zal toenemen. Voor

ISSO betekent dit dat er vele terreinen zijn waarop zij kennis

kan ontwikkelen, en waarbij duurzaamheid een voorname

positie inneemt.

Rob van Bergen, directeur van ISSO, sloot met zijn presen-

tatie naadloos aan op de onderzoeksresultaten. ISSO heeft

in haar beleidsplan voor de komende jaren nadrukkelijk

voorzien in het uitbouwen van haar activiteiten, met als

speerpunt het versterken van de onderwerpen kwaliteit,

duurzaamheid en veiligheid. In feite zijn er in het beleid tot

en met 2015 zes hoofdlijnen te onderscheiden:

• Duurzaamheid en veiligheid;

• ISSO: merk voor kwaliteit;

• Samenwerking in de kenniskolom;

• Betrouwbare kennisleverancier;

• Ontsluiting kennis: ISSO 3.0;

• Kennis voor het Onderwijs.

COMplExE TECHNIEkENVolgens Van Bergen zijn kennis en kwaliteit doorslaggevend

voor geslaagde duurzame projecten. “En die kennis is brood-

nodig omdat er complexe technieken in het spel zijn. Denk

daarbij aan WKO-systemen en betonkernactivering. Bij ISSO

verloopt de kennisontwikkeling nu op volle snelheid en wij

zullen dit de komende jaren verder uitbouwen. Wel is er bij

ons enige zorg of de branche deze boodschap van brood-

nodige kennis ter harte neemt. Ik besef dat het moeilijk is

in deze economische tijden, maar bedrijven zouden echt

anti-cyclisch met kennis moeten omgaan. Het is overbo-

dig om Vathorst nog te noemen maar de wijk De Teuge in

Zutphen, met een mislukt warmtepompproject, is een nieuw

begrip geworden. Om deze zaken te voorkomen is samen-

werking nodig. Ketenintegratie, integraal ontwerpen, maar

ook samenwerking door de diverse kennisleveranciers. ISSO

steekt de hand uit naar alle partijen die aan dit proces willen

en kunnen bijdragen.

Ook ISSO-voorzitter Cees van Laarhoven sprak de aanwezi-

gen toe en benadrukte dat kwaliteit bij zelfkennis begint.

“In onze branche zouden we wat vaker bij onszelf te rade

mogen gaan om te kijken of we echt wel altijd de kwali-

teit leveren die we zouden kunnen en moeten leveren.”

Vervolgens stelde Van Laarhoven dat kwaliteit niet zonder

verantwoordelijkheid kan. In elk project moet het duidelijk

zijn wie waarvoor verantwoordelijk is, zo betoogde hij. Om

vervolgens zijn betoog af te sluiten met het credo: ‘Kwaliteit

begint bij trots’.

TrOTSE ArCHITECTTrots was in elk geval Ronald de Graan, projectarchitect bij

Rau Architecten en verantwoordelijk voor het ontwerp van

het gebouw de Sta@rt in Apeldoorn. Hij vertelde in een

boeiende presentatie dat Rau Architecten een geheel eigen

visie heeft op het combineren van bouwkunde en installatie-

techniek, waarbij ze een duurzame en vergaande integratie

voorstaan. “Die denkwijze vereist wel een andere houding

bij alle partijen die met ons een gebouw realiseren. We heb-

ben maar één wereld en we zullen daarom veel zorgvuldiger

met grondstoffen moeten omgaan. Wij zien een gebouw

steeds meer als een ‘grondstoffenbank’; het vertegenwoor-

digt een kapitaal. De bezitter van het pand blijft dan ook

eigenaar van alle waardevolle stoffen die hij in principe na

de gebruiksperiode van het gebouw weer zou moeten kun-

nen verhandelen. Tegelijk is het fascinerend dat in de natuur

een termietenheuvel aan de binnenkant altijd een constante

temperatuur behoudt van 15 °C terwijl de buitentempera-

tuur varieert van 4 tot 42 °C. Dit zijn uitgangspunten die ons

bezighouden en waarmee wij aan de slag gaan als we duur-

zame gebouwen ontwerpen”, vertelde De Graan. Ook ziet dit

architectenbureau een absolutie noodzaak om zo snel moge-

lijk met de hele bouwwereld op BIM over te stappen, omdat

hiermee veel faalkosten kunnen worden vermeden.

Voordat alle gasten aan de afsluitende borrel en het netwerk-

diner konden beginnen, was het tijd voor Jan van Setten,

de uitsmijter van de dag. Deze trainer/coach liet in een bijna

cabaretachtige voordracht de aanwezigen zien hoe zij klanten

ervan kunnen overtuigen om vooral in kwaliteit en duur-

zaamheid te investeren. Als er in de branche 8 procent faal-

kosten zijn, dan heeft de branche dus ook 8 procent waarde

om van te leren. Fouten maken je sterker, als je er maar van

leert. “Het leven is verwarrend eenvoudig”, aldus Van Setten.

“En heb je een probleem, doe dan niet problematisch.” Zijn

boodschap: “Overtuig eerst jezelf maar eens dat je echt voor

kwaliteit en duurzaamheid gaat, en ga dan naar de klant toe.”

Page 4: ISSO Info 47 lowres

4

D E C E M B E R 2 0 11 N R 2 4

ThemaTech

“Systeem van proces- en product -certificaten via BRL-6000-systematiek biedt overheid garantie voor duurzaamheidsrichtlijn”

– jAAp hOgeLIng, ISSO

“Nieuwe geluideis kan betekenen dat doorsnede van ventilatiekanalen vergroot moet worden om geluidproductie te beperken”

– guIdO cOppenS, ArcAdIS

“Nieuw richtlijnen Ecodesign en Ecolabel moeten energiebesparing van 10 procent opleveren”

– hAnS-pAuL SIderIuS, AgentSchApnL

“Methode van Duurzaam Beheer en Onderhoud leidt tot forse energiebesparingen en afname klimaatklachten”

– bert eLkhuIZen, cOFeLy en SteF bOtS, InnAX

“ISSO werkt aan opnamemethodiek om na te gaan of nieuwe woning daadwerkelijk aan berekende EPC voldoet”

– keeS ArkeSteIjn, ISSO

IMPLEMENTATIE NIEUWE WETGEVING ENERGIE

K E N N I S I N S T I T U U T V O O R D E I N S T A L L A T I E S E C T O R

Vanaf april 2012, of mogelijk vanaf 1 juli 2012, gaat de nieuwe norm NEN 7120 ‘Bepalingsmethode energieprestatie van gebouwen’ van kracht. Dit betekent dat de normen NEN 5128 voor woningbouw en NEN 2916 voor utiliteitsbouw vervallen. De NEN 7120 wordt aangewezen voor nieuwbouw, ech­ter voor bestaande bouw is de NEN 7120 nog niet geschikt. In opdracht van het ministerie van BZk is er daarom een zogenaamd Nader Voorschrift ontwikkeld. Het Nader Voorschrift is gebaseerd op de NEN 7120 en kan in een later stadium in de NEN 7120 worden opge­nomen. ISSO zal haar ISSO­publicaties 75.1 en 82.1 afstemmen op het Nader Voorschrift. Naar verwachting zal het Nader Voorschrift op 1 juli 2012 voor bestaande bouw worden ingevoerd. Om de installatiewereld daarin te helpen, komt ISSO met hulpmiddelen, testen voor de attes­tering van de software en, samen met DwA in opdracht van OTIB, met een leergang over de NEN 7120 en het Nader Voorschrift.

ISSO bezorgt marktpartijen hulp bij implementatie

Nieuwe norm voor energieprestatie gebouwen in 2012 van kracht

den voor energieopwekking op gebiedsniveau opgenomen.

Zijn er technieken voor energieopwekking die een hoger

rendement hebben dan de forfaitaire waarden, dan kun-

nen marktpartijen met de NVN 7125 op eenduidige wijze

het rendement daarvan bepalen. Verder bevat de NEN 7120

allerlei nieuwe technieken die met de NEN 5128 en NEN 2916

nog niet werden gewaardeerd. Denk daarbij aan de lucht/

water-warmtepomp, dauwpuntkoeling, betonkernactivering,

enzovoorts. De resultaten van de oude normen en de nieuwe

NEN 7120 zullen bij de toepassing van dezelfde technieken

bij de gemiddelde gebouwen nagenoeg gelijk zijn. Ondanks

dat warmteterugwinning (wtw) bij ventilatiesystemen in de

nieuwe norm lager wordt gewaardeerd.

DIVErSE HulpMIDDElENDe invoering in 2012 betekent dat er in zeer korte tijd veel

zaken moeten worden aangepast. Allereerst moet er nieuwe

software worden geschreven die begin 2012 beschikbaar

moet zijn. Dit wordt verzorgd door marktpartijen als Vabi,

Raak, Bink, DGMR, Uniek en de Twee Snoeken. ISSO kreeg

opdracht om testen voor deze software te ontwikkelen.

Dezelfde invoer bij de verschillende softwarepakketten moet

tenslotte tot dezelfde resultaten leiden. Omdat de nieuwe

norm ook voor de installatiesector belangrijke veranderingen

met zich meebrengt, zullen ISSO en DWA, in opdracht van

OTIB, een speciale leergang voor installatiebedrijven ont-

wikkelen. Via cursussen kan men zich op een compacte en

intensieve manier op de hoogte stellen van de belangrijkste

wijzigingen in de NEN 7120. Daarbij focussen we ons vooral

op de betekenis van de wijzigingen voor installatietechniek

in een huis of gebouw.

Ook op het terrein van de energieprestatieadviezen heeft de

overheid nu daadwerkelijk stappen gezet die de vrijblijvend-

heid van het label halen. Zo moeten makelaars vanaf vol-

gend jaar verplicht bij elke advertentie voor een woning het

Energielabel vermelden. Tegelijk gaat er een sanctie gelden

wanneer woningbezitters en -kopers bij de overdracht van

de woning bij de notaris geen geldig Energielabel kunnen

overleggen. Kortom, de notaris mag het huis niet meer laten

passeren zonder Energielabel.

ENErGIElABEl VOOr NIEuwBOuwEen andere uitbreiding van de nieuwe norm, ten opzichte

van de regels die in ISSO-publicaties 75.1 en 82.1 waren

opgenomen, is het feit dat ook nieuwbouwwoningen en

nieuwe gebouwen een Energielabel krijgen. Vanaf volgende

jaar wil de overheid dat ieder huis of utiliteitsgebouw bij

oplevering meteen een Energielabel ontvangt. Tevens heeft

ISSO de opdracht gekregen om een opnamemethodiek

De NEN 7120, de

nieuwe norm voor

de bepaling van de

energieprestatie van

gebouwen en wonin-

gen, zat er al geruime

tijd aan te komen.

Nieuw in de NEN

7120 is bijvoorbeeld

het voorschrift met

betrekking tot ven-

tilatiehoeveelheden uit de NEN 8088, die sinds april van dit

jaar van kracht is gegaan. Voor de bepaling van de ventilatie-

hoeveelheden wordt door NEN 7120 verwezen naar de NEN

8088. Ook nieuw zijn de voorschriften uit de Nederlandse

Voornorm (NVN) 7125 met betrekking tot de energieopwek-

king op gebiedsniveau. In de NEN 7120 zijn forfaitaire waar-

Page 5: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 20125

Bouwbesluit 2012 en ISSO­publicaties

uiteindelijk gaan we het toch beleven in 2012. Het nieuwe Bouwbesluit wordt van kracht! De invoering van enkele onderliggende maatrege­len loopt nog wel vertraging op. Voorbeelden hiervan zijn het opleveringslabel en het ener­gielabel voor nieuwbouwwoningen. Daarnaast stellen we het energielabel voor bestaande woningen en utiliteitsgebouwen voorlopig nog even vast conform de vertrouwde ISSO­methodiek (ISSO 75.1 en 82.1) en niet volgens de NEN 7120 Energieprestatie gebouwen.

Het Bouwbesluit gaat dan toch van start. Helaas zonder

Rc=5-eis voor buitengevels, want dat moet eerst technisch

uitgewerkt worden. En dat slaat de brug naar de ISSO-

publicaties. Want wijzigingen in de regelgeving moeten ook

doorgevoerd worden in diverse publicaties en andere pro-

ducten. Bij de uitgaven van de laatste 2 jaar hebben we de

verwachte (!) nieuwe Bouwbesluiteisen in bijlagen meegeno-

men. Dit geldt bijvoorbeeld voor ISSO 61 en 62, publicaties

over woonhuisventilatie. De gewijzigde ventilatie-eisen voor

woningen zijn hierin benoemd.

ADDErTjE ONDEr HET GrASMaar bij de genoemde bepaling van de Rc-waarde zit er een

addertje onder het gras. Bij de steeds betere isolatiewaarden

van gevels die tegenwoordig worden toegepast en nu dus

ook in het Bouwbesluit worden voorgeschreven, wordt de

verwerkingsmethode van de isolatie steeds belangrijker. Zo

stijgt de voorgeschreven minimale Rc-waarde van 2,5 naar

3,5 m2K/W in het nieuwe Bouwbesluit en zal verdere ver-

hoging wellicht later volgen. Niet alleen het voorkómen en

afwerken van spleten bij het aanbrengen van het isolatiema-

teriaal, maar ook het type en het aantal van de toegepaste

verankering bepalen steeds meer de uiteindelijk gerealiseer-

de isolatiewaarde. Nu zitten we op dit moment alleen nog te

wachten op de definitieve versie van de NEN 1068 waarop

de Rc-bepaling gebaseerd is om bijvoorbeeld ISSO-60 ‘U- en

R-waarden van bouwkundige constructies’ te kunnen herzien

en dan ook deze aspecten te verwerken om weer goed te

kunnen rekenen en uitvoeren op weg naar energieneutraal

bouwen.

GEluIDEISENEen derde aspect is de nu in het Bouwbesluit opgenomen

geluideisen voor de woninginstallaties. De inmiddels mis-

schien wel beruchte eis van 30 dB voor woonfuncties en

35 dB voor onderwijs en kinderopvang (hier dB zonder ‘(A)’

omdat de aanduiding dat het een volgens het A-filter gewo-

gen waarde is tegenwoordig in de aanduiding van de groot-

heid zelf opgenomen is). Deze worden verwerkt in een serie

ISSO-publicaties aansluitend op ISSO 24 ‘Installatiegeluid’.

Deze zullen vanaf begin 2012 het licht zien, te beginnen met

ISSO-publicatie 111 die begin 2012 uitkomt. Ook zijn deze

eisen verwerkt in de BRL 8010 voor de ventilatieprestatie-

keuring waarvan de scope wordt uitgebreid met scholen en

kinderopvang (zie artikel in deze Info).

Het voorgaande maakt duidelijk dat een nieuw Bouwbesluit

een behoorlijk aantal herzieningen van ISSO-producten tot

gevolg heeft. ISSO-publicaties helpen u immers om te vol-

doen aan wet- en regelgeving, dus dienen ze ook up-to-date

te zijn. Daar gaan wij voor zorgen!

Voor meer informatie: Marco Hofman, [email protected]

(ventilatie), Harry van Weele, [email protected] (isolatiewaar-

den) en Jan Aerts, [email protected] (geluid).

te schrijven waarmee de markt kan nagaan of een nieuwe

woning daadwerkelijk voldoet aan de berekende EPC. De

bedoeling daarvan is dat de bouwer of ontwikkelaar daad-

werkelijk moet aantonen dat alle maatregelen die nodig zijn

om een bepaalde EPC te krijgen, ook echt zijn aangebracht

en geïnstalleerd.

wACHTEN Op INSTAllATIEkEurINGIn de EPBD zit ook de verplichting om een installatiekeuring

in te voeren. De Nederlandse overheid is er nog niet over

uit hoe – en wellicht zelfs of - zij deze passage zal opleggen.

Op het ministerie bestudeert men dit onderwerp al zeker

een jaar, en er is nog weinig duidelijk in welke richting het

gaat. ISSO heeft, samen met een groot aantal marktpartijen,

aangegeven dat deze verplichting het best kan worden

gekoppeld aan de methodiek van het Energielabel. De BRL-

gecertificeerde adviseurs zouden dit werk heel goed kun-

nen meenemen.

Meer informatie over dit onderwerp is te vinden in de

ISSO ThemaTech nr. 24. Ook kunt u contact opnemen Kees

Arkesteijn, [email protected].

Page 6: ISSO Info 47 lowres

6

De implementatie van de nieuwe wet­ en regelgeving voor legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater is nog niet zo eenvoudig. Dat bleek zowel uit de presentaties als de discussies over dit thema tijdens het symposium dat op 24 november 2011 in de Doelen te rotterdam werd gehouden. De actuele wet­ en regelgeving trok meer dan 250 belangstellenden.

Conclusie na ISSO-LOPL symposium:

regelgeving legionellapreventie en procedures zijn complex

locaties is volgens artikel 2 van de Regeling legionellapre-

ventie niet van toepassing op zorginstellingen waar uitslui-

tend sprake is van één of meerdere eenvoudige drinkwa-

terinstallaties (lid 2). Artikel 1 van de Regeling definieert die

eenvoudige installatie als volgt: ‘de drinkwaterinstallatie na

de watermeter, aangesloten op het leidingnet van een drink-

waterbedrijf of een collectieve watervoorziening dan wel

op een collectief leidingnet, die in omvang en complexiteit

overeenkomt met dat van een eengezinswoning’. In de toe-

lichting op de Regeling wordt in dat kader gesproken over

een zorgwoning. Dan gaat het dus over een losse woning

waar zorg verleend wordt, gevestigd in een reguliere woon-

wijk of in een appartementencomplex. Een drinkwaterinstal-

latie waar vanwege de oppervlakte van de zorgwoning één

of meerdere brandslanghaspels verplicht deel van uitmaken,

wordt niet als eenvoudige drinkwaterinstallatie aangemerkt.

AlTErNATIEVE TECHNIEkENReinhold ging ook in op de aanpassing van de ladder van

VROM voor de alternatieve technieken en de verplichte certi-

ficering voor deze technieken. Op de eerste trede van de lad-

der staan thermisch beheer, fysisch beheer en fotochemisch

beheer. Het kan ook om een combinatie gaan van deze

beheersvormen. De technieken voor fysisch en fotochemisch

beheer moeten zijn gecertificeerd op basis van BRL K14010-

1. Voor fotochemisch beheer geldt dat deze eerst moet zijn

toegelaten door de Ctgb (Commissie toelating gewasbe-

schermingsmiddelen en biociden). Indien men kan aantonen

dat de beheersvormen op de eerste trede redelijkerwijs niet

mogelijk zijn, kan men kiezen voor elektrochemisch beheer

(de tweede trede). Dat aantonen moet een schriftelijk en

gemotiveerd oordeel zijn van een bureau dat is gecertifi-

ceerd op basis van BRL 6010. Ook voor de elektrochemische

technieken geldt dat deze eerst moeten zijn toegelaten

door de Ctgb en vervolgens gecertificeerd, maar dan op

basis van BRL K14010-2. Het Drinkwaterbesluit kent nog een

derde trede. Die stap is in principe mogelijk indien volgens

de hiervoor genoemde procedure blijkt dat ook elektroche-

misch beheer redelijkerwijs niet mogelijk is. Op een vraag

vanuit de zaal of elektrochemische technieken ook mogen

worden toegepast bij nieuwbouw van prioritaire locaties ant-

woordde Reinhold dat dit niet vanuit het Drinkwaterbesluit is

geregeld maar vanuit de toelating door de Ctgb. Daarin staat

dat de toepassing alleen dan aan de orde kan zijn wanneer

legionella aantoonbaar aanwezig is.

BOATBart-Jan Kordes (TMWS bv) gaf uitleg over het

Brancheoverleg Alternatieve Technieken (BOAT) dat als

Over de veranderingen in de wetgeving met betrekking

tot legionellapreventie sprak mr. Wilfred Reinhold van het

ministerie van Infrastructuur en Milieu. Zijn bijdrage ging

zowel over de regels op grond van de Drinkwaterwet als

van de Wet milieubeheer. Relevant voor legionellapreventie

in drinkwater zijn de Drinkwaterwet, het Drinkwaterbesluit,

de Drinkwaterregeling, en de Regeling legionellapreventie,

die allen sinds 1 juli 2011 van kracht zijn. De wijzigingen ten

opzichte van het Waterleidingbesluit hebben onder meer

betrekking op de verplichte inschakeling van een BRL 6010

gecertificeerd adviesbedrijf voor drinkwaterinstallaties op

prioritaire locaties. Dat is niet alleen het geval voor een

risicoanalyse en beheersplan bij nieuwbouw, maar ook bij

bestaande installaties wanneer er sprake is van relevante

wijzigingen, of wanneer een risicoanalyse en/of beheersplan

niet deugt of niet aanwezig is. Aan de lijst van prioritaire

locaties zijn toegevoegd de bed & breakfasts met meer dan

vijf slaapplaatsen en truckstops.

ZOrGwONINGENZorgwoningen zijn van de lijst met prioritaire locaties

geschrapt. Maar Jos van der Westen van certificatie-instelling

Kiwa Nederland plaatste daarbij een kanttekening. De aan-

wijzing van zorginstellingen die behoren tot de prioritaire

Page 7: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 20127

Conclusie na ISSO-LOPL symposium:

regelgeving legionellapreventie en procedures zijn complex

werkgroep is ondergebracht bij het Landelijk Overlegorgaan

Legionellapreventie (LOPL). Met de inwerkingtreding van de

nieuwe wet- en regelgeving Drinkwater per 1 juli 2011 wordt

er meer ruimte geboden aan de toepassing van fysische

beheerstechnieken en fotochemisch beheer. Die mogen op

alle locaties worden toegepast. Voor deze technieken wordt

geen onderscheid meer gemaakt in prioritaire en zorgplicht

locaties en ook niet in bestaande bouw of nieuwbouw.

Kordes benadrukte dat het toepassen van deze technieken in

nieuwbouw geen excuus kan zijn om fouten te verdoezelen

of ontwerp-

problemen uit de weg te gaan. De apparatuur van deze

technieken hebben geen restwerking in de nageschakelde

leidingwaterinstallatie; het zijn zogenaamde poortwachters.

Deze apparaten houden slechts aan het begin van de instal-

latie de legionellabacteriën tegen, of inactiveren of doden

deze. Het beheer van de dan meer complexe collectieve

leidingwaterinstallaties wordt er niet eenvoudiger door. Om

de toepassing van die alternatieve Legionella beheerstech-

nieken in goede banen te leiden hebben de brancheorgani-

saties Uneto-VNI en Aqua Nederland, ISSO en TVVL het initia-

tief genomen tot een brancheoverleg met medewerking van

deskundigen van het ministerie van I&M, Kiwa Nederland en

de NVTG. De doelstelling van BOAT is opdrachtgevers, archi-

tecten, adviseurs, producenten, installateurs en beheerders

van eenduidige informatie te voorzien, de samenwerking

tussen die partijen te bevorderen en met alle partijen de

kwaliteit te verbeteren.

COMplExE prOCEDurESKordes toonde een complex overzicht van betrokken

instanties en handhavers bij de naleving van de vier wetten

waaronder Besluiten en Regelingen hangen die betrekking

hebben legionellapreventie: Drinkwaterwet, Wet hygiëne en

veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden, Arbo-wet

en Wet Milieubeheer. Op zijn lijstje van knelpunten staat dan

ook dat het begrip van wet en regelgeving voor velen com-

plex is. Daarnaast noemde hij ook de uitstroom van kennis

door de vergrijzing terwijl het vakgebied kennisintensiever

wordt, de traditionele kolom (opdrachtgever, beheerder,

installateur), de procedure voor de producenten rondom BRL

14010-1/2 en het commercieel opportunisme. Fabrikanten

en leveranciers van alternatieve technieken hekelen de com-

plexe en opeenstapeling van procedures, zo bleek tijdens

gesprekken rondom de lezingen. Zo geldt bijvoorbeeld voor

koper/zilver-ionisatie als basiseis voor een certificaat op

grond van BRL 14010-2 dat er eerst een toelating moet zijn

van de Ctgb en een Kiwa ATA-certificaat. Maar nog veront-

rustender voor deze techniek zijn de geruchten die tijdens

het symposium in de Doelen de ronde deden dat er bin-

nenkort een verbod vanuit Brussel komt voor toepassing van

koperionisatie. Deze geruchten werden noch bevestigd noch

ontkend door het ministerie van I&M en de VROM-Inspectie.

kOElTOrENSVoor natte koeltorens is sinds 1 januari 2010 (een wijziging

van) het Activiteitenbesluit (Barim) van toepassing. Reinhold

ging in op de meldingsplicht voor nieuw te installeren koel-

torens en de maatregelen die voortvloeien uit de (wijziging)

Activiteitenregeling (Rarim) zoals het uitvoeren van een

risicoanalyse en het opstellen van een legionellabeheers-

plan. Het verhaal van Paul Settels van ING richtte zich op de

organisatie van legionellapreventie in koeltorens. Dat begint

met een analyse van het proces voor het koelwater: maak

helder welke partijen er bij betrokken zijn (eigenaar gebouw,

eigenaar koeltoren,

beheerder koeltoren, afdeling inkoop, technisch beheer,

adviseur koelwater, waterbehandelaar, onderhoud koeltoren,

monsternemer koeltorenwater); en maak helder wie for-

meel bevoegd is en eindverantwoordelijk (gebouweigenaar,

facility management, technisch beheer). De werkgever is

altijd verantwoordelijk voor zijn werknemers en de eigenaar

van de koeltoren heeft een maatschappelijke verantwoorde-

lijkheid naar publiek en omgeving.

wArMTEpOMpBOIlErS EN ZONNEBOIlErSIr. Hans van Wolferen (TNO) verzorgde een presentatie over

legionellapreventie in warmtepompboilers en zonneboilers.

Over de legionellaveiligheid van deze warmtapwaterberei-

ders bestaat bij een deel van de installatiesector nog altijd

twijfel. Over warmtepompboilers kon Van Wolferen kort zijn.

Hij schaarde deze in een rij van andere direct- en indirect

gestookte boilervaten. Wanneer de temperatuurinstelling

op of boven 60 °C staat is er, ook bij een tijdelijke dip tijdens

groot verbruik, geen risico mits de aanvoer van drinkwater

legionellaveilig is. Staat de temperatuurinstelling onder 60 °C

dan moet wekelijks een preventieve thermische desinfectie

plaatsvinden ( 20 min 60 °C, of 10 min. 65 °C of 5 min. 70 °C).

Bij thermisch beheer waarschuwde de TNO-onderzoeker dat

naverwarming door middel van een combiketel niet leidt tot

afdoding van Legionella, daarvoor is de contacttijd veel te

kort. Periodieke opwarming tot boven 60 °C vergt veel ener-

gie en is dus kostenverhogend. Van Wolferen greep terug

op een TNO-studie van zo’n acht jaar geleden uitgevoerd

in opdracht van de industrie met subsidie van de overheid.

Die studie resulteerde in een aantal eisen en aanbevelin-

gen voor een risiconeutrale zonneboiler. De vraag vanuit

de zaal waarom die aanbevelingen niet hebben geleid tot

Page 8: ISSO Info 47 lowres

8

O p l e i d i n g s - e n

o n t w i k k e l i n g s f o n d s

v o o r h e t T e c h n i s c h

I n s t a l l a t i e b e d r i j f

een Beoordelingsrichtlijn (BRL) voor legionellaveilige zon-

neboilers kon Van Wolferen niet beantwoorden. Volgens de

vragensteller zou een certificaat gebaseerd op zo’n BRL de

twijfels over de legionellaveiligheid van zonneboilers weg-

nemen.

TOEZICHT EN HANDHAVINGDe laatste lezing op het symposium was van Hans de Vries,

projectleider Legionella VROM-Inspectie, en ging over toe-

zicht en handhaving op legionellapreventie. Het toezicht

door de controleurs van de drinkwaterbedrijven bestaat uit

het verzamelen van informatie (de controle) over de vraag of

een handeling of zaak voldoet aan de daaraan gestelde eisen

(richtlijnen, waterwerkbladen, regelgeving). Daarna vormen

zij zich een oordeel (via ingevulde matrix) en eventueel

interveniëren ze naar aanleiding daarvan. Wanneer men niet

voldoet aan de gestelde termijnen voor het opheffen van

de aangetroffen gebreken wordt het dossier overgedragen

aan de VROM-inspectie. Na overdracht van het dossier volgt

de handhaving door de inspecteur. Het handhaven is er op

gericht dat de algemeen geldende rechtsregels en individu-

eel geldende voorschriften worden nageleefd door toezicht

en het toepassen van (of dreigen met) bestuur(srechte)lijke,

strafrechtelijke of privaatrechtelijke middelen. De Vries toon-

de schikbarende percentages van overtreders: 28% onbe-

wuste overtreders en 50% bewuste overtreders.

Nieuw: Herziene versie ISSO­publicatie 18 ‘leidingnetberekening ­ drukverliesberekening’

Bij leidingnetten voor verwarmings­ en koel­installaties in de woning­ en utiliteitsbouw is het noodzakelijk een drukverliesbereke­ning uit te voeren om de opvoerdruk van de circulatiepomp en de door inregelafsluiters weg te smoren drukken te bepalen. Hiervoor is er behoefte aan een gestandaardiseerde drukverliesberekening. Deze betreft zowel de te hanteren berekeningsgrondslagen als de in rekening te brengen weerstandscoëf­ficiënten van hulpstukken. ISSO­publicatie 18 ‘leidingnetberekening ­ drukverliesbereke­ning’ geeft aan hoe op fysisch verantwoorde wijze de drukverliesberekening moet worden uitgevoerd.

In verband met het gebruik van computers voor het uit-

voeren van drukverliesberekeningen geeft de publicatie

de natuurkundige eigenschappen van diverse media en de

weerstandscoëfficiënten van hulpstukken in formulevorm

weer. Voor handberekeningen zijn er uitgewerkte tabellen.

Er is een tendens naar systemen met kleine temperatuurver-

schillen (bijv. LTV en HTK) waardoor grotere volumestromen

rondgepompt moeten worden en een goede drukverliesbe-

rekening steeds belangrijker wordt.

OpTIMAlISATIEDe volledig herziene ISSO-publicatie 18 geeft aanwijzingen

om het leidingontwerp binnen de gestelde randvoorwaar-

den van praktische en technische aard te optimaliseren,

zodanig dat de som van de kosten voor afschrijving, onder-

houd en energieverbruik een minimum bereikt. Deze publi-

catie werkt de drukverliesberekening van een leidingnet in

detail uit aan de hand van twee rekenvoorbeelden.

Deze publicatie geeft alleen de drukverliesberekening.

Andere aspecten van leidingnetberekeningen of hydrauli-

sche schakelingen worden in andere ISSO-publicaties behan-

deld. Het bijgaande overzicht geeft aan wat in welke publica-

tie behandeld wordt en wat de plaats van deze publicatie in

het geheel is.

De herziene publicatie 18 verschijnt in het eerste kwartaal

van 2012 en is verkrijgbaar via de ISSO-winkel op www.isso.

nl. De publicatie is tevens digitaal te raadplegen via www.

isso-digitaal.nl.

Mede mogelijk gemaakt door:

Page 9: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 20129

Nieuwe ISSO projectcoördinator Zorg en Domotica

Vanaf 1 januari 2012 komt joost van Hoof het ISSO­team versterken. Hij zal zich als project­coördinator gaan richten op de gebieden zorg en domotica.

COMBINATIE TECHNIEk EN ZOrGJoost van Hoof behaalde zijn doctoraal diploma Bouwkunde/

FAGO aan de TU/e in 2004 en promoveerde er in 2010 met

het proefschrift ‘Ageing-in-place’. Daarin behandelde hij

onder andere de problematiek van het integraal ontwerpen

van installaties in de woonomgeving van dementerende

ouderen. Hij is naast zijn werk voor ISSO werkzaam als hoofd

van het expertisecentrum gezondheidszorg en technologie

- Fontys EGT - te Eindhoven, bestuurslid in de nieuwe struc-

tuur van TVVL en betrokken bij het SIA RAAK Programma

‘Technologie Thuis Nu!’ met Hogeschool Utrecht, OTIB en

Uneto-VNI. In dit project wordt praktijkgericht onderzoek

gedaan naar de behoefte van ouderen om langer zelfstan-

dig thuis te wonen. Dit wordt vervolgens gekoppeld aan

TNO­Onderzoeker ir. Hans van wolferen heeft tijdens het ISSO/lOpl­symposium over legionellaregelgeving in De Doelen te rotterdam de legionella Award gekre­gen van de Stichting Veteranenziekte. Bij het toekennen van de legionella Award kijkt de Stichting Veteranenziekte welke persoon of welke instelling zich de afge­lopen jaren naar verhouding het meest heeft ‘onderscheiden’ op het brede terrein van legionella­awareness, het bewustzijn, het bezig zijn met de veelomvattende

veteranenziekte, in al zijn aspecten. De legionella Award werd voor de vierde keer toegekend.

BAANBrEkEND wErkFred Bertrand, voorzitter van de Stichting

Veteranenziekte, reikte voor meer dan 250 congres-

gangers de Award uit aan Van Wolferen vanwege zijn

baanbrekend werk op het gebied van legionellapreven-

tie. Van Wolferen heeft in de afgelopen twaalf jaar een

groot aantal onderzoeken gedaan die zijn vastgelegd

in TNO-rapporten. Veel van zijn onderzoeksresultaten

zijn vertaald in richtlijnen die zijn opgenomen in ISSO-

publicaties op het gebied van legionellapreventie.

Voor de meeste van die publicaties is hij ook de (co)

auteur. In zijn dankwoord wees Van Wolferen erop dat

hij zijn onderzoeken bij TNO niet alleen heeft gedaan.

Ook de samenwerking met ir. Frank Oesterholt van KWR

Watercycle Research Institute voor de ISSO-publicaties

werd genoemd. Verder liet hij zich lovend uit over de

wijze waarop hij in de achterliggende periode heeft

kunnen overleggen met het ministerie van VROM, nu

I&M, in de persoon van mr. Wilfred Reinhold.

legionella Award voor Hans van wolferen

betrouwbare technische oplos-

singen.

Joost is een veelgevraagd spre-

ker op conferenties en congres-

sen en auteur voor vakbladen. Hij

gaat daarbij voornamelijk in op

het onderwerp zorg en techniek.

uITBrEIDING wErkVElDENISSO is verheugd dat met de

komst van Joost het nu mogelijk

wordt de werkgebieden zorg en

domotica de noodzakelijke extra

aandacht te geven om de technische kennisbehoefte

in te vullen vanuit een integrale benadering.

U kunt Joost van Hoof bereiken via e-mail,

[email protected]

Page 10: ISSO Info 47 lowres

10

ISSO start project ‘BIM­proces in de installatiesector’

In de bouw­ en installatiesector vinden in hoog tempo (technische) innovaties plaats waardoor de toepassing van het Bouwwerk Informatie Model (BIM) gemeengoed begint te worden. In een BIM wordt alle relevante informatie tijdens de gehele levenscyclus van een gebouw opgeslagen, gebruikt en beheerd in een driedimensionaal gebouwmodel. Het uiteindelijk doel is het delen van kennis en de versterking van de samenwerking tussen partijen in de bouwkolom.

Uit een onlangs door ISSO georganiseerde workshop over

het thema BIM is met een brede doelgroep een drietal ver-

volgstappen - proces, content en opleiding - vastgesteld.

Op basis daarvan heeft ISSO een eerste versie van het ‘BIM-

stappenplan installatiesector’ ontwikkeld:

1 procesbeschrijving BIM: samenwerkingsvormen bij BIM-

projecten;

2 standaard begrippen, symbolen en definities voor de

installatiebranche;

3 beschrijving BIM-content: standaardisatie van BIM-

content t.b.v. uitwisseling;

4 BIM-onderwijs: ontwikkelen en opstarten van opleidingen

in het kader van BIM;

5 competenties integraal ontwerpen: competentiebeschrij-

ving t.b.v. integraal ontwerpers/modelleurs ontwikkelen;

6 software-attestatie: borging kwaliteit van berekeningen

via attestering onderliggende software;

7 certificatie: marktpartijen kunnen aantonen met BIM te

werken via BIM-certificatie.

De workshop is de afronding van de ‘ISSO-voorstudie in de

installatiesector’ waarvan u het rapport, inclusief het verslag

van de workshop, kunt downloaden van www.isso.nl. De

voorstudie geeft de stand van zaken weer van BIM in de

installatiesector. Daaruit zijn kennisvragen voortgekomen die

in de workshop zijn behandeld. Uit de workshop is een aan-

tal actiepunten voortgekomen waarbij een procesbeschrij-

ving van een BIM-project in de installatiesector een hoge

prioriteit heeft gekregen.

De sector ziet graag dat op korte termijn het proces met het

werken met een BIM in kaart gebracht wordt. Het verzoek

vanuit de workshop is dat ISSO dit project als eerste gaat

oppakken en uitvoeren met stakeholders en marktpartijen.

Ondanks dat de volgorde van de stappen in het voornoemde

BIM-stappenplan nog niet vastligt, is de procesbeschrijving

BIM daarom gedefinieerd als eerste stap.

prOCESrICHTlIjNHet project heeft als doel het ontwikkelen van een proces-

richtlijn waarin mogelijke samenwerkingsvormen, rollen en

taken in BIM-projecten worden beschreven. Het product

geeft de partijen binnen de installatiesector een basis die

aangeeft hoe met BIM aan de slag te gaan. Een stappenplan

is onderdeel van de richtlijn.

Vraagstukken die behandeld kunnen worden in de richtlijn

zijn:

• Wat heb ik nodig om als bedrijf met BIM aan de slag te

gaan?

• Hoe communiceer ik met ontwerpteampartners?

• Hoe ga ik om met het ‘Programma van Eisen’ in een BIM?

• Hoe verantwoord ik mij naar de opdrachtgever?

• Welke controlemechanismen kunnen worden ingezet om

fouten te detecteren?

• Welke rollen zijn er in mijn projectteam in een BIM-

project?

Het stappenplan zal ook de andere nog uit te werken modu-

les (juridische aansprakelijkheid, productspecificaties e.d.)

bevatten.

Naar verwachting zal ISSO begin 2012 kunnen starten met dit

project. In aanvulling op dit eerste project hebben de onaf-

hankelijke organisaties STABU, SBR en ISSO afgesproken om

op basis van de genoemde ontwikkelingsstappen met elkaar

verder te werken aan de kennisontwikkeling en -verspreiding

van het thema BIM.

MEEr INfOrMATIEVoor meer inhoudelijke informatie over dit project kunt u

contact opnemen met Marco Hofman, [email protected]

(projectcoördinator techniek) of Michel Verkerk,

[email protected] (projectcoördinator ICT).

Page 11: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201211

O p l e i d i n g s - e n

o n t w i k k e l i n g s f o n d s

v o o r h e t T e c h n i s c h

I n s t a l l a t i e b e d r i j f

Nieuw: kleintje Meetmethoden Verlichting

lichtmeting van de geïnstalleerde verlichtingsinstallatie uit-

gevoerd worden. De resultaten van deze meting moeten in

een meetprotocol worden vastgelegd. Ook voor het bepalen

van de kwaliteit van de verlichting tijdens een onderhouds-

periode moet de installateur lichtmetingen uitvoeren van

het binnenkomende daglicht en de kunstmatige verlichting.

Voor de meting van verlichting is in Nederland sinds 1994 de

norm NEN 1891 ‘Meetmethoden voor verlichtingssterkten

en luminanties’ van toepassing. Deze norm vormt de basis

voor dit ‘Kleintje Meetmethoden Verlichting’. Met deze hand-

leiding voor het op de juiste manier meten van de verlich-

tingssterkte willen we de kwaliteit van de verlichting op een

hoger niveau brengen en in de praktijk behouden.

Deze uitgave is financieel mede mogelijk gemaakt door:

MEEr INfOrMATIEKleintje Meetmethoden Verlichting is het eerste kwartaal

2012 beschikbaar via de ISSO-winkel op www.isso.nl en kost

€ 35,– ( excl. btw). De uitgave is tevens te raadplegen via de

online bibliotheek www.isso-digitaal.nl

Eerste kwartaal 2012 verschijnt de ISSO­uitgave ‘kleintje Meetmethoden Verlichting’. Deze uitgave is bedoeld voor lichtontwerpers en uitvoerende monteurs. Het is een handlei­ding voor het meten en vastleggen van ver­lichting in gerealiseerde projecten. Het kleintje gaat in op de meetmethoden van verlichtings­sterkte en luminanties ter onderbouwing van de geprojecteerde en gerealiseerde verlich­tingsinstallaties, conform NEN­EN 12464 licht en Verlichting ­ werkplekverlichting delen 1 en 2 en Arbo norm NEN 3087 Ergonomie ­ Visuele ergonomie in relatie tot verlichting. De uit­gave sluit aan op NEN 1891 en geeft nuttige tips en handleidingen bij de voorbereiding en uitvoering van lichtmetingen. Ook de NSVV Handreiking ‘lichtniveau meten en weten’ d.d. 08­06­2011 is opgenomen.

Om comfortabel te kunnen werken is het belangrijk dat de

verlichting op werkplekken tenminste aan minimumeisen

voldoet. De richtlijnen voor ontwerp, realisatie en onderhoud

van binnenverlichting liggen vast in de lichtnorm NEN-EN

12464 (2011) Licht en Verlichting - Werkplekverlichting delen

1 (voor werkplekken binnen) en 2 (voor werkplekken bui-

ten). De lichtontwerper en installateur moeten beschikken

over vaardigheden op het gebied van ontwerp, realisatie en

onderhoud van verlichtingssystemen. Dit geldt zowel voor

kunstmatig licht als voor daglicht.

lICHTMETINGBehalve het realiseren van een goed lichtontwerp is het van

groot belang inzicht te krijgen in het gedrag van de verlich-

ting in de praktijk. Om een gedegen kwalitatieve en kwan-

titatieve onderbouwing te kunnen leveren van een gerea-

liseerde verlichtingsinstallatie moet bij de oplevering een

Op 4 februari 2010 ontving ISSO uit handen van Kema het

ISO 9001 certificaat voor het gevoerde kwaliteitsbeleid.

Op 31 oktober 2011 heeft er wederom een externe audit

plaatsgevonden om te toetsen of het kwaliteitssysteem naar

behoren functioneert. Ditmaal heeft Dekra, de opvolger van

Kema, de audit uitgevoerd. Het kwaliteitssysteem van ISSO

ISO 9001 certificaat verlengd

bleek opnieuw te voldoen aan alle gestelde

eisen van ISO 9001. Daarom heeft ISSO

een nieuwe certificaat ontvangen voor het

komende jaar.

Page 12: ISSO Info 47 lowres

12

sanitair montagehandboeksa

nita

ir m

on

tage h

an

dbo

ek ed

itie 2012

voorheen:

de norm voor installerend Nederland

editie 2012

ISSO introduceert Infotheek sanitairtechniek & Sanitair Montage Handboek

Onmisbaar voor ontwerp en montage van sanitair

Op de VSk­beurs te utrecht vindt op de ISSO­stand ( Hal 4, stand A044) de officiële lan­cering van de internetapplicatie ‘Infotheek Sanitairtechniek’ en het Sanitair Montage Handboek 2012 plaats. Deze applicatie biedt u op een snelle wijze informatie over de beno­digde sanitaire voorzieningen en installaties in een nieuw te bouwen bouwwerk.

De applicatie is geschikt voor installatiebedrijven, teken- en

adviesbureaus, architectenbureau en overheidsinstellingen.

U vindt er informatie over wetgeving, soorten sanitaire voor-

zieningen, opstellingstekeningen en verschillende checklists.

Kortom een onmisbare applicatie voor de installateur en

adviseur.

SANITAIr MONTAGE HANDBOEk 2012De standaard voor

sanitaire mon-

tage is onbetwist

het Sanitair Montage

Handboek van

bedenker en samen-

steller Ferry De Cock.

In het lijvige boek-

werk staan alle denk-

bare sanitaire opstel-

lingstekeningen.

De eerste uitgave

verscheen in 1991.

FILOSOOF bv, ver-

kreeg i.s.m. ISSO de

uitgeefrechten van

dhr. De Cock die in

2003 is overleden. Met gepaste trots presenteert FILOSOOF

bv editie 2012, de 18e druk.

SAMENVOEGINGDe internetapplicatie ‘Infotheek Sanitairtechniek’ komt voort

uit de website www.pvesanitair.nl en het Sanitair Montage

Handboek. In de applicatie is veel informatie te vinden over

sanitaire voorzieningen, zoals wetgeving, normen, bijzon-

dere en innovatieve technieken, soort en aantal sanitaire

voorzieningen per gebouwfunctie en diverse checklists.

Daarnaast bevat de website opstellingstekeningen van veel

voorkomende sanitaire toestellen.

In het Sanitair Montage Handboek zijn meer dan 600 opstel-

lingstekeningen opgenomen. De tekeningen zijn via de

applicatie te downloaden in .pdf, .dxf, dwg. De bestanden

kunt u importeren en bewerken in autocad. Omdat de

belangstelling voor opstellingstekeningen erg groot was, is

mede op initiatief van Uneto-VNI de beslissing genomen om

die te integreren in de applicatie. Tegelijkertijd is de naam

van de applicatie omgedoopt in ‘Infotheek Sanitairtechniek’.

IN DE INTErNETApplICATIE VINDT u ONDEr MEEr:• 600 opstellingstekeningen sanitair uit het Sanitair

Montage Handboek 2012;

• sanitaire voorzieningen volgens het Bouwbesluit 2012,

compleet met rekenblad;

• wetgevingen, normen, voorschriften en richtlijnen over

sanitair, brandblus, watertoevoer, vuilwaterafvoer en

hemelwaterafvoer;

• innovatieve en bijzondere montagetechnieken;

• link naar www.2ba.nl voor nadere informatie over sani-

taire toestellen, materialen en leveranciers.

Ook bevat Infotheek Sanitairtechniek de meest gebruikte

checklists uit het Programma van Eisen Sanitair:

• bepalen van omvang ontwerpwerkzaamheden;

• bepalen van omvang installatiewerkzaamheden;

• bepalen overlegmomenten met instanties;

• bepalen werkzaamheden derden.

Met de applicatie doen zowel installateurs als ontwerpers en

beslissers hun voordeel, zoals architecten, werkvoorberei-

ders, projectleiders en ontwerptechnici.

HOE TE VErkrIjGENDe applicatie is een onderdeel van ISSO-digitaal.nl en kan

dus via een abonnement op ISSO-digitaal worden verkregen.

De applicatie is ook te raadplegen door niet-abonnees voor

slechts € 85,00 (excl. btw) per jaar. Het Sanitair Montage

Handboek 2012 wordt uitgegeven door FILOSOOF bv en is

vanaf begin 2012 in gedrukte vorm beschikbaar voor € 45,–

(excl. btw).

Meer informatie is te vinden op www.filosoofbv.nl en

www.isso.nl.

Page 13: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201213

ke

nn

is

in

st

it

uu

t

vo

or

d

e

in

st

al

la

ti

es

ec

to

r

Ha

nd

bo

ek

zo

nn

e-e

ne

rg

ie - b

ou

wk

un

dig

e- e

n in

st

al

la

tie

te

cH

nis

cH

e r

icH

tl

ijne

n v

oo

r z

on

ne

-en

er

gie

sy

st

em

en

Zonne-energie

HandboekHBze

Bouwkundige- en installatietechnische richtlijnen voor zonne-energiesystemen

O p l e i d i n g s - e n

o n t w i k k e l i n g s f o n d s

v o o r h e t T e c h n i s c h

I n s t a l l a t i e b e d r i j f

Nieuw: ISSO­handboek Zonne­energie

Begin 2012 verschijnt het ‘Handboek Zonne­Energie, Bouwkundige en Installatietechnische richtlijnen voor zonne­energiesystemen’. Het handboek is een doe­boek. lezers krijgen relevante informatie voor alle fasen van het voortbrengingsproces van een zonne­energie­toepassing.

De publicatie behandelt zonne-energietoepassingen in

brede zin. Deze omvatten zowel zonnewarmte- als zon-

nestroomtoepassingen waarvan de installatietechnische,

constructietechnische en bouwkundige aspecten worden

behandeld. Hierbij wordende meest gebruikte toepassingen

behandeld. Aangezien zonne-energietoepassing nog een

relatief nieuwe technologie is, kan het voorkomen dat niet

voor elke behandelde toepassing op het moment van ver-

schijnen van de publicatie evenveel kennis beschikbaar is. De

mate van detaillering kan daarom per toepassing verschillen.

VOOr wIE?• De opdrachtgever of gebruiker

Op basis van de geboden informatie kan men een goed

onderbouwde beslissing nemen over de principekeuze

van een installatietype.

• De adviseur, constructeur en ontwerper

Voor hen is deze publicatie een handleiding voor het ont-

werpen van de installaties.

• De installateur of bouwer

Dit betreft degene die de installatie aanlegt, in gebruik

stelt en beheert.

Het handboek vervangt de huidige ISSO-publicaties 14

‘Zonneboilers, ontwerp, uitvoering en advisering’, 59 ‘Grote

zonneboilers- ontwerp, uitvoering en advisering’ en 78

‘Handleiding zonnestroom voor ontwerper en installateur’.

OpBOuwHet nieuwe handboek bestaat uit drie onderdelen:

• zonnewarmte;

• zonnestroom;

• bouwkundige integratie.

Ieder onderdeel is opgebouwd conform de MKK-structuur,

waarbij volgens vijf verschillende projectfases wordt

gewerkt: Programmafase, Ontwerpfase, Uitwerkingsfase,

Uitvoeringsfase en Beheersfase. Bij de uitwerking van de ver-

schillende fases richt de inhoud zich op specifieke doelgroe-

pen. Het nieuwe handboek bevat eveneens geactualiseerde

en deels nieuwe referentiedetails voor integratie van zonne-

energiesystemen in daken en gevels. De uitwerking van de

referentiedetails sluit aan bij de methodiek die SBR hanteert

voor de referentiedetails. Het handboek kwam tot stand in

nauwe samenwerking met SBR, zodat ook de bouwkundige

integratie van de zonne-installaties aan bod komt.

MEEr INfOrMATIEHet Handboek kost € 160,– ( excl. btw) en is verkrijgbaar via

de ISSO-winkel op www.isso.nl. De uitgave is ook te raad-

plegen via www.isso-digitaal.nl.

Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door:

Page 14: ISSO Info 47 lowres

14

ISSO-publicatie 101 ‘Onderhoud en Onderhoudscontracten’

dient als een praktijkrichtlijn voor het beheer en onderhoud

van gebouwgebonden installaties. De publicatie heeft een

aantal doelstellingen:

• verbeteren van de communicatie tussen partijen

(opdrachtgever en opdrachtnemer);

• beschrijven van de verschillende contractvormen;

• geven van een keuzemodel om te komen tot de juiste

contractvorm.

Nieuw: ISSO-publicatie 101 ‘Onderhoud en Onderhoudscontracten’

Termen en definities voor beheer en onderhoud van klimaatinstallaties in gebouwen

eenduidig zijn verwoord. Offertes zijn vaak technisch gefor-

muleerd en opgesteld vanuit het gezichtsveld van de tech-

nisch dienstverlener. De opdrachtgever weet dan ook vaak

niet op welke punten hij of zij offertes voor beheer en onder-

houd moet beoordelen. De offertes van diverse partijen zijn

meestal moeilijk met elkaar te vergelijken.

Opdrachtgevers willen in toenemende mate (langdurige)

onderhoudscontracten afsluiten waarin helder is wie wat

doet en wat de opdrachtgever krijgt voor zijn geld. Het

afsluiten van prestatiecontracten - wat hier dan ook onder

verstaan wordt - speelt tegenwoordig ook een belangrijke

rol. Relevante vragen bij het aangaan van een onderhouds-

contract zijn:

• Wat zijn de risico’s voor de bedrijfsvoering van de

opdrachtgever?

• Wat krijgt de opdrachtgever als hij in zee gaat met een

onderhoudsbedrijf?

• Wat doet het onderhoudsbedrijf allemaal?

• Wat valt er niet onder het contract?

• Welk contracttype moet ik hanteren?

• Wordt met het contract aan alle wettelijke eisen voldaan?

• Hoe moet de uitvoering van een specifiek onderhouds-

contract aangestuurd worden?

De informatie en kennis die bij het onderhoud van de instal-

laties wordt opgebouwd, moet goed worden vastgelegd.

Deze informatie wordt gebruikt voor:

• aansturen van het beheer en de planning van het onder-

houd;

• rapporteren aan het management van de opdrachtgever;

• overdragen van kennis en informatie bij het wisselen van

onderhoudsbedrijf.

Deze publicatie moet op eerder genoemde punten helder-

heid verschaffen. De ideale situatie is dat in het onderhouds-

contract voor beide partijen helder geformuleerd wordt wat

de afgesproken prestatie-eisen zijn, wat men van elkaar mag

verwachten en wat de wederzijdse ontbindende voorwaar-

den zijn.

De publicatie is geschikt voor de gebouwbeheerder en

installateur. Het project wordt mede mogelijk gemaakt door

Uneto-VNI.

De publicatie is eerste kwartaal 2012 beschikbaar via de

ISSO-winkel op www.isso.nl. De publicatie is tevens opgeno-

men in ISSO-digitaal.nl

Beheer en onderhoud zijn van groot belang voor het waar-

debehoud (voor de eigenaar) en het goed functioneren

en presteren van het gebouw inclusief de installaties (voor

de huurder). Gebouwbeheerders en -eigenaren zijn zich

nog niet bewust van de rol die ze eigenlijk zouden moeten

spelen. Veel opdrachtgevers weten vaak niet welk risico zij

nemen als er geen of slecht beheer en onderhoud plaats-

vindt. Als de installaties wel onderhouden worden, blijkt de

communicatie tussen het onderhoudsbedrijf, ook wel tech-

nisch dienstverlener genoemd, en de opdrachtgever vaak

niet optimaal. Dit leidt regelmatig tot inefficiënte inzet van

middelen, methoden en mensen. Doelmatig en duurzaam

beheer en onderhoud is dan ver te zoeken.

MOEIlIjk TE BEOOrDElENBestekken en offertes voor onderhoudscontracten kunnen

onduidelijk zijn voor de opdrachtgever als bepaalde speci-

ficaties ontbreken en gebruikte begrippen niet helder en

Page 15: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201215

Nieuw: ISSO-publicatie 101 ‘Onderhoud en Onderhoudscontracten’

Termen en definities voor beheer en onderhoud van klimaatinstallaties in gebouwen

Nieuw: ISSO­publicatie 111 ‘Geluid voor individuele woninginstallaties’

Nieuw: ISSO­publicatie 42 ‘Sprinklerinstallaties’

ISSO-publicatie 111 ‘Geluid voor individuele woninginstallaties’

is een handig richtlijn waarmee men snel, zonder te rekenen,

kan nagaan of voldaan wordt aan de wettelijke geluideisen vol-

gens het bouwbesluit en eventueel aanvullende geluideisen.

Hiervoor bevat de ISSO-publicatie specificatiebladen voor ver-

schillende installaties in woningen. Afhankelijk van de opstel-

lingsplaats van de installatie in woningen en de ontwerpuit-

gangspunten vermelden de specificatiebladen de benodigde

bouwkundige en installatietechnische maatregelen en voorzie-

ningen. Voor de installaties wordt onderscheid gemaakt in:

1 ventilatie-installaties;

2 verwarmings- en koelinstallaties;

3 sanitaire installaties.

De publicatie behandelt bij de ventilatie-installaties naast de

individuele centrale ventilatiesystemen ook de diverse decen-

trale systemen en bij de verwarmings- en koelinstallaties ook

de duurzame installaties met een warmtepomp als opwekker.

ErVArING NOODZAkElIjkGeluid is een ingewikkelde materie waarbij in principe uitge-

breide theoretische en praktische ervaring noodzakelijk is.

Deze ISSO-publicatie beperkt zich dan ook tot het definiëren

en behandelen van de geluidtechnische begrippen die op de

specificatiebladen voorkomen.

• Bijlage A behandelt de benodigde basiskennis van geluid.

• Bijlage B gaat in op de (theoretische) luchtgeluidisolatie-

waarden van wand- en deurconstructies, inclusief onder-

spleten, zoals deze in de woningbouw voorkomen.

• Bijlage C geeft de verschillende geluidbronnen binnen

installatiesystemen aan en de mogelijke overdrachtswe-

gen van luchtgeluid en constructiegeluid. Deze informatie

is van belang bij het inzicht in het transport van geluid

binnen een woning/gebouw.

• Bijlage D beschrijft het meten van installatiegeluid bin-

nen woningen volgens de formele wettelijke norm en op

een vereenvoudigde wijze zoals vastgelegd in de beoor-

delingsrichtlijn BRL 8010. Tevens wordt een indicatieve

meetmethode besproken, bedoeld voor de installateur

die alleen een eenvoudige geluidmeter bezit, om (slechts)

een indicatie te krijgen of de installatie voldoet aan de

gestelde geluideis.

De publicatie is mede mogelijk gemaakt door een financiële

bijdrage van Uneto-VNI.

MEEr INfOrMATIE:ISSO-publicatie 111 is in het eerste kwartaal van 2012 beschik-

baar. De publicatie is verkrijgbaar via de ISSO-winkel op

www.isso.nl en de digitale versie via www.isso-digitaal.nl.

Onlangs is de nieuwe ISSO-publicatie 42 ‘Sprinklerinstallaties’

verschenen. Het doel van deze ISSO-publicatie is om helder-

heid te brengen in het hoe en waarom van de sprinklerinstal-

latie in het algemeen en de te volgen procedures gedurende

de besluitvorming, het ontwerp, de aanleg en het beheer en

onderhoud van deze installaties in het bijzonder.

De publicatie is primair geschreven voor installateurs en

adviseurs van gebouwgebonden installaties. Maar ook

opdrachtgevers en architecten kunnen hiermee een alge-

meen beeld van sprinklerinstallaties en de mogelijkheden

krijgen. Het maken van het definitieve ontwerp van de sprin-

klerinstallatie is de verantwoordelijkheid van de (gecertifi-

ceerde) installateur.

BETrOuwBAArDe sprinklerinstallatie wordt beschouwd als de meest uni-

versele en betrouwbare automatische blusinstallatie die er

bestaat. De installatie is relatief eenvoudig. Om de betrouw-

baarheid en goede werking in geval van brand te garan-

deren, wordt de installatie omgeven door een netwerk van

voorschriften en bepalingen. In Noord-Amerika worden de

voorschriften veelvuldig aangepast aan wijzigende omstan-

digheden en nieuwe inzichten om de stand van de techniek

te weerspiegelen. In Europa is dit niet altijd het geval.

Deze publicatie belicht de sprinklerinstallatie in het alge-

meen, plus de wetgeving, voorschriften en procedures bij het

tot stand komen van de sprinklerinstallatie als onderdeel van

een integraal plan voor de brandveiligheid van een gebouw.

In aparte stappen beschrijft de publicatie de programmafase,

ontwerpfase, uitwerkingsfase, realisatiefase en beheerfase en

deze zijn in specificatiebladen nader uitgewerkt. De publica-

tie is mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage

van Stichting Promotie Installatietechniek (PIT).

MEEr INfOrMATIEDe ISSO-publicatie 42 kost € 120,00 (excl. btw) ) en is

verkrijgbaar via de ISSO-winkel op www.isso.nl. De publicatie

is tevens te raadplegen via de online bibliotheek

www.isso-digitaal.nl.

Page 16: ISSO Info 47 lowres

16

praktijkboek gezonde gebouwen ­ cahier Betonkernactivering

Betonkernactivering (BKA) staat al jaren volop in de belang-

stelling in de bouw- en installatiesector en dat is niet voor

niets: betonkernactivering is namelijk gebaseerd op het acti-

veren van de gebouwmassa, een bewezen klimaatconcept.

Zelfs al in de tijd van de Romeinen, waar men vloeren en

wanden verwarmde met vuren, rookgas en stoom.

Het onlangs verschenen cahier ‘Thermisch actieve vloeren

- Betonkernactivering’ uit de serie ‘Praktijkboek gezonde

gebouwen’ geeft een compact overzicht van de toepassings-

mogelijkheden van BKA in moderne gebouwen.

Het cahier introduceert op basis van twee publicaties over

BKA de belangrijkste achtergronden en randvoorwaarden

voor het toepassen van betonkernactivering in gebouwen.

Deze publicaties zijn de SBR publicatie ‘Thermisch actieve

vloeren – Koelen en verwarmen met betonkernactivering’

(2007) en de in 2011 uitgebrachte ISSO-publicatie ‘Thermisch

actieve vloeren - Betonkernactivering’.

Naast een algemene introductie van BKA licht het cahier ook

de volgende aspecten toe:

• de fasen in het integrale ontwerpproces bij toepassing

van BKA;

• constructies versus installatietechniek;

• installatieconcepten bij toepassing van BKA.

Nauwkeurige bepalings- en rekenmethoden worden uitge-

werkt in de bovengenoemde publicaties van SBR en ISSO.

Het cahier is ontwikkeld voor partijen die zich breed en

inhoudelijk willen oriënteren op de toepassing van BKA,

maar niet meteen helemaal de diepte in willen gaan. Het is

daarom uitermate geschikt voor alle betrokken partijen in

de bouwkolom en zeker ook voor bouwkundigen en (instal-

latie-)adviseurs met conceptuele kennis van klimaatsystemen

in gebouwen.

MEEr INfOrMATIEDe cahiers van het Praktijkboek Gezonde Gebouwen zijn be-

schikbaar via de online bibliotheek www.isso-digitaal.nl.

VABIsoftwareleverancierwww.vabi.nl

Installatiebedrijf kwEkEl BVwww.kwekel.nl

BINk SOfTwArE BVVoor installatietechniek, bouwfysica en bouwbesluit berekeningenwww.binksoftware.nl

DEkrAvOOrhEEN KEMA QuAlItyTesten, inspecteren en certificeren elektrische producten. Auditering en certificering van beheersystemenwww.dekra.nl

Page 17: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201217

KE

NN

IS

IN

ST

IT

UU

T

VO

OR

D

E

IN

ST

AL

LA

TI

ES

EC

TO

R

INSTRUCTIEBOEK ELEKTROMECHANISCH ONDERHOUD

Metingen8

Serie ISSO­instructieboeken Elektro Mechanisch Onderhoud compleet!

In de afgelopen periode zijn de laatste twee ISSO-

instructieboeken in het kader van Elektromechanisch

Onderhoud verschenen. Het betreft de modulen ‘Pompen’

(IBemopm) en ‘Metingen’ (IBemomt). De ontwikkeling van

de serie instructieboeken is mogelijk gemaakt door het

Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch

InstallatieBedrijf (OTIB) en de vakgroep EMO van Uneto-VNI.

De EMO-instructieboeken, elk gericht op een specifiek

elektromechanisch product, beschrijven de wijze waarop

het onderhoud van het betreffende object dient te worden

aangepakt. De uitvoering van het onderhoud wordt binnen

de instructieboeken op een consequente wijze beschreven

volgens de volgende stappen:

• Herkenning: met welk product heeft de monteur te

maken en wat zijn de specifieke eigenschappen van dat

product?

• Diagnose: hoe achterhaalt de monteur wat er met het

product moet gebeuren?

• Demontage en diagnose onderdelen: op welke wijze

dient de monteur het product uit elkaar te halen?

• Revisie: hoe kan de monteur de onderdelen repareren en/

of reviseren?

• Montage: op welke wijze kan de monteur het product

weer in elkaar zetten?

Daarnaast bevat elk instructieboek een hoofdstuk met theo-

retische achtergrondinformatie over het betreffende product.

INSTruCTIEBOEk EMO pOMpENDe module ‘Pompen’ beschrijft de onderhoudswerkzaamhe-

den voor een drietal soorten pompen:

• centrifugaalpompen;

• dompelpompen;

• vacuümpompen.

De principes van deze meest voorkomende pompen worden

uitgebreid toegelicht. Daarnaast besteedt de publicatie kort

aandacht aan de minder voorkomende, specialere soorten

pompen. De daadwerkelijke onderhoudswerkzaamheden

worden echter alleen voor de drie hoofdsoorten beschreven.

Gezien de specifieke diagnose-, demontage-, reparatie- en

montagewerkzaamheden per type pomp worden deze, in

tegenstelling tot de andere EMO-instructieboeken, in aparte

hoofdstukken behandeld. De monteur hoeft hierdoor niet

continu door het instructieboek te bladeren, maar vindt

direct achter elkaar de benodigde informatie. Het afsluitende

hoofdstuk en enkele bijlagen zorgen voor de theoretische

onderbouwing van het geheel.

INSTruCTIEBOEk EMO METINGENTer afsluiting van de

serie instructieboeken

over Elektromechanisch

Onderhoud heeft ISSO

de module ‘Metingen’

ontwikkeld. Deze module

geeft een overzicht van

alle relevante elektrische

en mechanische metin-

gen tijdens het uitvoeren

van onderhoud aan elek-

tromotoren.

De module bevat een uit-

gebreide beschrijving van

de volgende elektrische

metingen:

• metingen voor isolatiewaarden tussen wikkelingen onder-

ling en behuizing;

• weerstandsmetingen;

• stootspanning of surgetest;

• hoofdspanningstest.

Op het gebied van mechanische metingen worden de vol-

gende zaken beschreven:

• Welke meetinstrumenten zijn benodigd en waar dienen

ze voor?

• Op welke wijze moet ik een meting uitvoeren met een

specifiek meetinstrument?

• Speciale metingen voor lagerpassingen, trillingen en uitlij-

ning.

Daarnaast besteedt de module aandacht aan de meest voor-

komende meet- en afleesfouten.

SErVOTECHNIEkISSO zal de komende periode, in opdracht van OTIB en de

vakgroep EMO, onderzoek doen naar het uitbrengen van

een ISSO-instructieboek over het onderhoud van servomoto-

ren. Het onderhoud van servomotoren is een onontgonnen

gebied. Het ISSO-instructieboek zal, in tegenstelling tot de

bestaande delen in het kader van elektromechanisch onder-

houd, het gehele terrein - dus voornamelijk voor de gevor-

derde monteur - in kaart moeten brengen.

De instructieboeken EMO module 1 t/m 8 zijn verkrijgbaar

via de ISSO-winkel op www.isso.nl. Tevens zijn de uitgaven

ook te raadplegen via isso-digitaal.nl

Page 18: ISSO Info 47 lowres

18

praktische kennis met de ISSO­kenniskaart

recent gebruikersonderzoek toont aan dat op (V)MBO­niveau een sterke informatiebehoefte bestaat. Men is op zoek naar handzame informatie die in de dagelijkse installatiepraktijk toegepast kan worden zoals foto’s, woordenlijsten en stap­penplannen. juist voor deze toe­passingen heeft ISSO, met finan­ciële ondersteuning van OTIB, pIT en fIlOSOOf bv, de ISSO­kenniskaart ontwikkeld.

Een kenniskaart bevat concrete informatie die de gebruikers

kunnen inzetten bij de uitvoering en realisatie van projecten.

De primaire doelgroep zijn alle mensen in de uitvoerende

installatietechniek, zoals:

• monteur of eerste / leidinggevend monteur;

• werkvoorbereider;

• middenkaderfunctionaris;

• leerlingen.

ISSO zal per werkveld - luchtbehandeling, energie & milieu,

verwarming, water & gas, algemene technieken en elektro &

ict - kenniskaarten uitwerken.

Er zijn verschillende soorten ISSO-KennisKaarten:

• ISSO-KennisKaart ‘Wat is …?’:

Deze ISSO-KennisKaart wordt toegepast bij het uitleggen

van bepaalde installatieconcepten, materialen en andere

objecten die relevant zijn bij het uitvoeren van installatie-

technische werkzaamheden.

Voorbeelden: Hoe werkt ventilatiesysteem A? Wat is een vet-

afscheider?, Wat is een brandslanghaspel?

• ISSO-KennisKaart ‘Hoe doe ik …?’:

Deze ISSO-KennisKaart wordt toegepast om een toelichting

te geven bij het uitvoeren van specifieke installatietechni-

sche werkzaamheden.

Voorbeelden: Hoe voer ik het onderhoud van terugstroom-

beveiliging CA uit? Hoe lever ik een leidingwaterinstallatie

op? Hoe reinig ik een WTW-unit? Hoe monteer ik een ventila-

tierooster?

uw EIGEN kENNISkAArTTevens bieden we u de mogelijkheid de kaarten aan te bie-

den aan uw werknemers, opdrachtgevers, relaties e.d. We

drukken uw logo dan op de gewenste kaart. Prijzen voor uw

eigen kenniskaart kunt u opvragen bij Anneli van Kleven,

[email protected].

De kaarten zijn gratis digitaal te downloaden via

www.isso.nl.

ISSO KennisKaart 01

voor beheerders en onderhoudsmonteurs

controle en onderhoud van brandslanghaspels

Brandslanghaspels zijn bedoeld om een (begin van) brand door gebrui-kers van het gebouw te bestrijden. Om de goede werking te allen tijde te waarborgen moeten brandslanghaspels ten minste eenmaal per jaar worden gecontroleerd en onderhoudswerkzaamheden worden uitge-voerd.

Waar staat wat je moet doen?Voor de uitvoering van controle en onderhoud verwijst Waterwerkblad WB 1.4G naar NEN-EN 671-3. Volgens deze Europese norm moet, naast de jaarlijkse controle, eens in de vijf jaar de brandslanghaspel worden onderworpen aan een persproef.

Controles van terugstroombeveiligingen in brandblusleidingen en voorzieningen die deel uitmaken van het legionellabeheersplan, zoals

de verzegeling van bedieningsafsluiters, staan niet in NEN-EN 671-3.

Het Gebruiksbesluit schrijft voor dat controle en onderhoud van brandslanghaspels moeten wor-den bijgehouden in een logboek.

Flexibele aansluiting zwenkbare brandslanghaspel

Wat voor brandblusinstallatie en welke voorzieningen?De brandblusinstallatie kan direct na de watermeter (leveringspunt drinkwater) zijn gescheiden van de leidingwaterinstallatie. Afhankelijk van de leveringsdruk en gebouw-hoogte is een brandpomp opgeno-men. De splitsing in een separate installatie kan ook na een drukver-hogingsinstallatie of verderop in de leidingwaterinstallatie zijn aange-bracht. Direct na de scheiding/splitsing moet de brandblusinstallatie zijn voorzien van een beveiligingseenheid EA, compleet met afsluiter(s) in open stand verzegeld. Deze beveiligingseenheid moet ook zijn aangebracht in de aansluiting van de brand-slanghaspel op een geïn-tegreerde brandblus-/leidingwaterinstallatie, tenzij de lengte van de aansluitleiding tussen de bedienings-afsluiter van de haspel en de af-takking op de doorstroomde leiding < 150 mm is.

Handbediende bedieningsafsluiters moeten in gesloten stand zijn ver-zegeld. Een automatische bedieningsafsluiter in het binnenwerk van een haspel kan niet zijn verzegeld, in dat geval moet de straalpijp of straalpijphouder zijn verzegeld.

Alle brandblusleidingen moeten bij het binnenkomen en verlatenvan een ruimte en bij aftakkingen zijn voorzien van een sticker‘geen drinkwater’. De brandslanghaspel moet zijn voorzien van eensticker ‘alleen te gebruiken bij brand’.

Jaarlijkse controle en onderhoud brandslanghaspel (NEN-EN671-3:2009 en WB 1.4G)Volg instructies op van fabrikant; het onderstaande moet in iedergeval worden uitgevoerd: Slang geheel van de haspel rollen enonder druk zetten door openen van (hand)bedieningsafsluiter envervolgens controleren of:

a) brandslanghaspel geen lekkage, roestvlekken of andere zichtbare beschadigingen vertoont;

b) brandslanghaspel is voorzien van een goed leesbare gebruiksin-structie;

c) plaats van de brandslanghaspel (met een voorgeschreven picto-gram) duidelijk is aangegeven;

d) brandslanghaspel stevig (aan de muur) is bevestigd;e) volumestroom stabiel en voldoende is1);f) drukmeter, indien aangebracht, goed werkt;g) gehele lengte van de brandslang vrij is van scheurtjes, vervormin-

gen, slijtage of andere beschadiging. Vertoont slang een beschadi-ging dan testen op de maximale werkdruk of direct vervangen.

h) slangklemmen van het juiste type zijn en stevig vastgemaakt;i) haspel in beide richtingen soepel draait;j) van zwenkbare haspel het draaimechanisme van de zwenkarm

soepel werkt en onder de vereiste hoek kan uitklappen (delen 1 en 2 van NEN-EN 671);

k) handbediende bedieningsafsluiter van het juiste type is, gebruik soepel en werking correct is;

l) of, werking van automatische afsluiter correct is, en zo ook van de (eventueel) verborgen (in open stand verzegelde) onderhoudsaf-sluiter;

m) watertoevoeraansluiting in goede staat verkeerd, in bijzonder de eventuele flexibele aansluitingen;

n) haspelkast vrij van beschadigingen is en de deur soepel is te ope-nen 2);

o) straalpijp van het juiste type is en makkelijk te gebruiken;p) slanggeleider goed en soepel functioneert en stevig is bevestigd.

Vervolgens:q) brandslanghaspel voorzien van een onderhoudssticker;r) bedieningsafsluiter in gesloten stand, en de afsluiter(s) in brand-

blusleiding in open stand, verzegelen;s) controleren of op haspel de sticker ‘alleen te gebruiken bij brand’

aanwezig is en op de brandblusleiding(en) de sticker ‘geen drink-water’;

t) vastleggen gegevens van controle en onderhoud en eventuele druktest in het logboek.

Zorg dat na de werkzaamheden de brandslanghaspel klaar is voordirect gebruik.Indien uitgebreide onderhoudswerkzaamheden noodzakelijk zijnmoet een waarschuwingslabel ‘Buiten gebruik’ wordenaangebracht en de gebruikers/bewoners van het gebouw hieroverworden geïnformeerd.1) Het gebruik van een stromingsmeter en drukmeter wordt aanbe-

volen.2) Een brandslanghaspel in een kast wordt als een systeem be-

schouwd. Dit houdt onder meer in dat wanneer een deur van een haspelkast een belemmering vormt voor het uitlopen van een slang, het geheel wordt afgekeurd

(Instructie)bijeenkomsten 2012 Datum locatie

Cursus Betonkernactivering (introductie) voor 15 februari en REGIONAAL architecten en projectontwikkelaars, 1 dag 21 maart

Cursus betonkernactivering (integraal) voor ontwerpers, 4 dagen januari en april REGIONAAL

Symposium ‘Groen Vastgoed, goed verhuurd?’ 16 februari DEN BOSCH

Instructiebijeenkomst ‘Legionellapreventie voor april ROTTERDAM/ toezichthouders en gemeenten’ mei UTRECHT

Instructiebijeenkomst ‘Integraal ontwerpen van maart ROTTERDAM legionellaveilige woningen’

Instructiebijeenkomst ‘Legionellaveilig beheren van koeltorens’ februari en maart UTRECHT

Instructiebijeenkomst ‘Veilige leidingwaterinstallaties’ april ROTTERDAM

Cursus Power Quality maart en april WOERDEN

Instructiebijeenkomst ‘Hydraulische schakelingen voor maart ROTTERDAM verwarmen en koelen’

Cursus Ventilatietechniek n.t.b. n.t.b.

Cursus Legionellapreventie in zorginstellingen n.t.b. n.t.b.

Kijk op www.isso.nl voor meer informatie over deze bijeenkomsten en aanmelding.

AGENDA

Page 19: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201219 ISSO-INFO 45

maart 201019

VRAAG NU UW

TOEGANGSKAART AAN OP

WWW.VSK.NL MET CODE 100014536 T/M 10 FEBRUARI 2012

JAARBEURS UTRECHT

WWW.VSK.NL

Page 20: ISSO Info 47 lowres

20

NieuwbouwCursus: Energieprestatie utiliteit

NEN 7120 (EPC)

Energieprestatie utiliteit

ISSO 75.1 (EPA-U energielabel)

BASISCurSuS: ENErGIEprESTATIE GEBOuwDE OMGEVING

Energieprestatie woningen

ISSO 82.1 (EPA-U energielabel)

Energieprestatie utiliteit maatwerk

ISSO 75.2 (EPA-U maatwerkadvies)

Energieprestatie woningen maatwerk

ISSO 82.2 (EPA-U maatwerkadvies)

Binnenmilieuprofiel voor woningen

ISSO 82.4

Cursus: Energieprestatie woningen

NEN 7120 (EPC)

Energieprestatie

gebiedsmaatregelen

NVN 7125 (EMG)

Bestaande bouw

leergang Energieprestatie Gebouwen

Met de komst van de nieuwe energiepresta­tienorm voor gebouwen (NEN7120) is er een grote behoefte aan kennisoverdracht en oplei­ding. Om dit te faciliteren zijn ISSO en DwA in opdracht van OTIB [logo] gestart met de ont­wikkeling van de leergang Energieprestatie van Gebouwen (EpG). De leergang EpG is bedoeld voor een brede doelgroep wat ook blijkt uit de ondersteunende partijen als uneto­VNI, VABI, Bouwend Nederland, partners lente­akkoord/Neprom en BNA.

Door het samengaan van normering op het gebied

van nieuwbouw (EPC) en bestaande bouw (EPA) in de

Energieprestatie Gebouwen (EPG) en toevoeging van de

Energieprestatie gebiedsmaatregelen (EMG) is het gewenst

de scholing op dit gebied te bundelen in één leergang EPG.

plANNINGBegin 2012 start ISSO met de ontwikkeling van de benodigde

materialen voor de leergang EPG nieuwbouw (A) ten behoe-

ve van nieuwe cursussen Energieprestatie woningen en utili-

teit. Naar verwachting zal later dit jaar ook de leergang voor

de bestaande bouw (B) kunnen worden ontwikkeld. Dit is

voor een deel afhankelijk van het moment waarop NEN7120

aangewezen gaat worden voor de bestaande bouw.

fASErINGDe ontwikkeling van de leergang nieuwbouw kent een gefa-

seerde opzet:

Fase 1: Formeren werkgroep leergang EPG

In deze fase formeert ISSO een overkoepelende werkgroep.

Fase 2: Bepalen opzet leergang, wijzigingen en aanvullingen

De werkgroep bespreekt de huidige leergang en de opzet

voor de nieuw te ontwikkelen leergang. Hierbij wordt geke-

ken naar de bestaande cursussen EPN woningen en utiliteit

(cursusloket Uneto-VNI), EPN-materiaal gebruikt voor ISSO

instructiebijeenkomsten en NEN7120 / NVN7125. Tevens

wordt in deze fase vastgesteld of nieuwe examinering (of

herziening van de bestaande examens) nodig is.

Fase 3: Formuleren en vaststellen eindtermen

De eindtermen (leerdoelen) worden geformuleerd op basis

van de vastgestelde leergang.

Fase 4: Ontwikkelen leergang

Op basis van voorgaande fasen wordt in deze fase het instruc-

tiemateriaal ontwikkeld. Dit zal per instructie bestaan uit:

• Instructieboek 1 Energieprestatie woningen (nieuwbouw);

• Instructieboek 2 Energieprestatie utiliteitsgebouwen

(nieuwbouw);

• Docentenhandleiding.

Fase 5: Ontwikkelen examenvragen

In overleg met de werkgroep zal bepaald worden voor welke

onderdelen van de leergang examinering gewenst is.

MEEr INfOrMATIEVoor meer informatie over dit project kunt u contact opne-

men met Marco Hofman, [email protected].

Page 21: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201221

Voor woningen is het sinds begin 2010 moge­lijk de ventilatievoorzieningen van woningen onder certificatie te laten beoordelen. Deze zogeheten Vpk woningen is vastgelegd in een Beoordelingsrichtlijn (Brl8010:2009). Deze Brl is op enkele onderdelen aangepast, mede om deze tevens geschikt te laten zijn voor toepassing in scholen en kinderdagverblijven (Brl8010:2012).

Een belangrijk knelpunt in scholen en kinderdagverblijven is

het gebrek aan ventilatie. In het door het ministerie geïniti-

eerde Activiteitenplan Binnenmilieu Scholen is daarom een

aantal acties en maatregelen geformuleerd om te komen tot

verbetering van het binnenmilieu. Een van de acties is het

ontwikkelen van een ventilatieprestatiekeuring scholen en

het gebruik daarvan te stimuleren.

Doel van de keuring is bij (ver)bouw te kunnen beoordelen

of de voorzieningen de overeengekomen kwaliteit hebben.

Ook kan men daarmee bij bestaande scholen op betrouwba-

re wijze vaststellen wat de kwaliteit van de ventilatievoorzie-

ningen is. Op basis daarvan is het mogelijk te komen tot een

verbeterslag. De ventilatieprestatiekeuring is ook bruikbaar

voor het beoordelen van het ventilatiesysteem van kinder-

dagverblijven.

CErTIfICATIEDe nieuwe BRL8010 biedt (installatie)bedrijven de mogelijk-

heid om de kwaliteit van gerealiseerde ventilatievoorzienin-

gen van woningen, scholen en kinderdagverblijven onder

certificatie te beoordelen. Hierbij kan het gaan om nieuwe

ventilatievoorzieningen, maar ook om bestaande. Bij een

nieuwe voorziening kan worden beoordeeld of er gemaakt is

wat is afgesproken. Bij een bestaande ventilatievoorziening

worden alleen de prestaties beoordeeld.

De BRL8010:2012 onderscheidt twee typen van beoordeling:

• een opleveringsbeoordeling (voor nieuwe ventilatievoor-

zieningen), waarbij de gecertificeerde ‘ventilatiepresta-

tiebeoordelaar’ beoordeelt in hoeverre de op te leveren

voorziening voldoet aan de eisen die aan de levering

gesteld werden (nieuwbouweisen Bouwbesluit 2012 en

eventueel aanvullende eisen uit het bestek);

• een prestatiebeoordeling (voor bestaande ventilatievoor-

zieningen), waarbij de gecertificeerde ‘ventilatiepresta-

tiebeoordelaar’ beoordeelt in hoeverre de prestaties van

de ventilatievoorziening voldoen aan de eisen van het

Bouwbesluit 2012 (bestaande bouw en nieuwbouw) en

Ventilatieprestatiekeuring (Vpk) woningen uitgebreid

eventueel een door de opdrachtgever aan te geven speci-

fiek kwaliteitsniveau.

De methodiek van beide typen van beoordeling is gelijk, het

onderscheid wordt gevormd door de eisen die aan de vast-

gestelde prestatie worden gesteld.

De BRL8010 sluit aan op het Bouwbesluit 2012. Voor de

beoordeling van ventilatievoorzieningen kent de BRL twee

referentieniveaus:

• Bouwbesluit bestaande bouw;

• Bouwbesluit nieuwbouw.

Beide niveaus zijn wettelijk verankerd.

Eigenaren van woningen, scholen en kinderdagverblijven

zijn er verantwoordelijk voor dat hun ventilatievoorziening

aan deze eisen voldoet. Verder kan de eigenaar van een

bestaand gebouw verzoeken de ventilatieprestatie te beoor-

delen op basis van een specifiek kwaliteitsniveau, bijvoor-

beeld de nieuwbouweisen van het Bouwbesluit ten tijde van

de vergunningverlening van het gebouw.

MEEr INfOrMATIEBRL8010:2012 is medio 2012beschikbaar.

Meer informatie over de BRL vindt u op

www.kbi.nl.

Word ISSO-kennispartner!

Kom naar de informatiebijeenkomst

op 23 februari. Tijdens deze bijeen­

komst presenteren we een speciaal

pakket voor ISSO­kennispartners. Hier

kunt u ook uw wensen ten aanzien

van het kennispartnerschap kenbaar

maken.

Meld u gratis aan via [email protected]

Page 22: ISSO Info 47 lowres

22

Nieuwe zoekfunctionaliteit ISSO­digitaal.nl beschikbaar

De hoeveelheid informatie op ISSO-digitaal neemt de laatste

jaren snel toe. Om de vele kennis vindbaar te houden heeft

ISSO een nieuwe zoekfunctionaliteit voor ISSO-digitaal ont-

wikkeld. Deze zoekfunctionaliteit werkt via zogenaamde

kernwoorden.

kErNwOOrDEN INSTAllATIETECHNIEkEr is een selectie gemaakt van de meest relevante kernwoor-

den voor de installatietechniek. Aan de hand van deze kern-

woorden kan de gebruiker een eerste filtering in de zoekre-

sultaten aanbrengen. Voor het gekozen kernwoord krijgt de

gebruiker een aantal onderliggende trefwoorden te zien om

zijn of haar zoekresultaat verder te verfijnen. Na het selecte-

ren van het gewenste trefwoord verschijnen de definitieve

zoekresultaten. De gebruiker kan met 1 druk op de knop

direct naar de relevante informatie over dit onderwerp.

Applicatie ‘luchtkanaalberekening’ gebaseerd op ISSO­publicatie 17

Op basis van ISSO-publicatie 17 ‘Kwaliteitseisen voor luchtka-

nalensystemen in woning- en utiliteitsbouw’ heeft ISSO een

applicatie ontwikkeld voor ISSO-digitaal. Met deze applicatie

is het mogelijk om een luchtkanaalberekening conform ISSO-

publicatie 17 uit te voeren voor woning- of utiliteitsbouw.

De gebruiker krijgt binnen deze applicatie een installatiesche-

ma gepresenteerd waarin een dashboard is opgenomen. In

het dashboard kan de gebruiker alle mogelijke variabelen aan-

passen. In het installatieschema worden de gemaakte wijzigin-

gen direct doorgevoerd waardoor de eindgebruiker direct een

beeld krijgt van de invloed van de gemaakte aanpassing.

• afmetingen van de kanalen;

• aansluitingen;

• stand van de kleppen;

• isolatiewaarden.

De ISSO-applicatie maakt gebruik van de volgende aannames:

• In de utiliteitsbouw is gekozen voor generieke lijnroosters

en zijn de rechthoekige kanalen van metaal en de ronde

kanalen zijn flexibele luchtslangen;

• Het drukverlies over het rooster is een vaste waarde van

4 Pa;

• De inregelstanden van de luchtkleppen/roosters worden

per aftakking berekend aan de hand van het drukverlies

van het ingevoerde systeem en de ontwerpwaardes voor

de luchthoeveelheden over de roosters. De opgegeven

luchthoeveelheden over de roosters zijn vaste waarden

en worden niet beïnvloed door het handmatig aanpassen

van de klepstanden;

• De klep in de aanvoer is uitgevoerd als een constant-

volumeklep. Als de stand van een inregelklep aangepast

wordt, blijft het totale debiet in het systeem constant.

De applicatie is mede mogelijk gemaakt dankzij financiële

ondersteuning van Uneto-VNI, Vakgroep Klimaat- en

Duurzame Techniek (VKD) en is verkrijgbaar via

www.isso-digitaal.nl. Leden van Uneto-VNI kunnen de

applicatie gratis raadplegen via www.installatieportal.nl.

VOOrBEElD:Kernwoord -> Ventilatiesystemen (woningen, centraal)

Trefwoord -> Ventilatiebalans

Resultaten -> 5 paragrafen waar de relevante informatie

beschikbaar is.

De volgende variabelen kunnen worden aangepast:

• ontwerpvolumestromen;

• afmetingen van de aftakkingen;

Page 23: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201223

KLEINTJEkE

NN

ISIN

ST

ITu

uT

VO

Or

DE

INS

TA

ll

AT

IES

EC

TO

rISBN-978-90-5044-223-7

O p l e i d i n g s - e n

o n t w i k k e l i n g s f o n d s

v o o r h e t T e c h n i s c h

I n s t a l l a t i e b e d r i j f

KL

EIN

TJE

VE

NT

ILA

TIE

Ventilatie

HERZIENE VERSIE

O p l e i d i n g s - e n

o n t w i k k e l i n g s f o n d s

v o o r h e t T e c h n i s c h

I n s t a l l a t i e b e d r i j f

De eerste versie van ‘kleintje Ventilatie’ verscheen in 2009. Dit zakboekje is inmiddels alweer bijgewerkt naar een nieuwe versie. Belangrijkste reden is de komst van het nieuwe Bouwbesluit 2012 en de daarmee gepaard gaande wijzigingen. Ook het gereed komen van de complete serie ISSO­publicaties over woningventilatie maken de update wenselijk. De update is mogelijk gemaakt door financiële ondersteuning van OTIB.

update ‘kleintje Ventilatie woningen 2012’

Het vernieuwde ‘Kleintje Ventilatie’ is o.a. aangepast op de

volgende zaken:

• uitbreiding met nieuwe ventilatiesystemen, waaronder

gecombineerde/hybride ventilatiesystemen, aangeduid

met type X. De typenummers van de ventilatiesystemen

sluiten nu aan bij ISSO-publicatie 61 en NEN8088;

• naast individuele ventilatiesystemen zijn er nu ook syste-

men gestapelde bouw opgenomen;

• aspecten t.a.v. installatiegeluid eigen ventilatievoorzie-

ningen mede vanwege de nieuwe eisen installatiegeluid

woningen in het Bouwbesluit 2012;

• energetische aspecten in relatie tot het ventilatiesysteem

mede vanwege de nieuwe eisen in het Bouwbesluit en

NEN-normen;

• aanvullende aspecten zoals montage-eisen en meten

volumestromen van mechanische gevelventilatie-

systemen;

• nadere toelichting m.b.t. meten met nuldrukcompense-

rende volumestroommeter;

• nadere toelichting m.b.t. calamiteitenschakeling;

• materialen en eisen reinheid luchtkanalen opgenomen;

• nadere toelichting m.b.t. wasemkappen.

De basis voor het aangepaste zakboekje is de gewijzigde

wetgeving en o.a. de volgende richtlijnen:

• nieuwe wettelijke eisen uit Bouwbesluit 2012;

• nieuwe wettelijk eisen Energieprestatie (NEN7120) en

Ventilatie (NEN8088);

• beoordelingsrichtlijn BRL8010 voor woningen, scholen en

kinderdagverblijven;

• ISSO-publicaties 61 en 62 (beiden versie 2010).

MEEr INfOrMATIEKleintje Ventilatie kost € 35,– en is te bestellen via de

ISSO-winkel. De publicatie is tevens digitaal beschikbaar via

www.isso-digitaal.nl.

Page 24: ISSO Info 47 lowres

24

ISSO Instructiebijeenkomsten 2012

Instructiebijeenkomst ‘legionellapreventie voor toezichthouders en gemeenten’

De afdeling Bouw- en woningtoezicht van de gemeente

is verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van

het Bouwbesluit en de daarin aangewezen normen. Deze

instructiebijeenkomst is speciaal bedoeld voor toezichthou-

ders van gemeenten die te maken krijgen met het vraagstuk

‘Hoe kan ik ertoe bijdragen dat een leidingwaterinstallatie bij

oplevering voldoet aan de wettelijke eisen met betrekking

tot legionellaveiligheid?’. Een van de eisen waar de installatie

in de praktijk vaak niet aan voldoet is de eis dat de drinkwa-

tertemperatuur onder 25 oC moet blijven en niet onbedoeld

mag worden opgewarmd door bijvoorbeeld een nabij lig-

gende cv-leiding.

De instructiebijeenkomst van een halve dag is gebaseerd

op de ISSO/SBR uitgave 811 ‘Integraal ontwerpen van

Legionellaveilige Woningen’. Deze ISSO/SBR-publicatie geeft

niet alleen technische oplossingen, maar zet ook duidelijk

uiteen hoe het bouwproces moet worden georganiseerd

en in welke fasen er controles uitgevoerd moeten worden.

Samenwerking tussen architect, aannemer en installateur en

toezichthouder zijn onontbeerlijk. Ook toezichthouders moe-

ten goed op de hoogte zijn van wat wel en wat niet (meer)

mag en wat de mogelijke oplossingen zijn. Het realiseren van

de oplossingen is niet alleen een zaak van de installateur,

maar ook van de ontwerper van het gebouw. Daarom zijn

ontwerpconcepten ontwikkeld die voorzien in bruikbare

en toepasbare oplossingen in technisch en organisatorisch

opzicht.

INHOuD VAN DE INSTruCTIEDe onderstaande onderwerpen komen tijdens de instructie-

bijeenkomsten aan de orde:

• Wat is legionella en wat zijn de risico’s?

• Hoe waarborgt men de waterkwaliteit en voorkomt u

legio nella?

• Wat staat er over legionellapreventie in de Drinkwaterwet,

het Drinkwaterbesluit en NEN 1006 (Algemene voorschrif-

ten voor drinkwaterinstallaties)?

• Welke problemen komt u in de praktijk tegen bij het

voorkomen van hotspots?

• Waar mogen de cv- en drinkwaterleidingen wel en waar

mogen ze niet lopen?

• Welke oplossingen staan er in de herziene ISSO/SBR-

publicatie 811?

• Evaluatie

VOOr wIE?De instructie is gericht op medewerkers van gemeenten die

zich (in)direct bezighouden met het toezicht op de naleving

van de wettelijke voorschriften in de bouw.

wANNEEr?Deze instructie vindt plaats in april - mei 2012 in de omge-

ving Rotterdam / Utrecht.

Meer informatie over deze instructie kunt u vinden op

www.isso.nl.

EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012

Page 25: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201225

Instructiebijeenkomst ‘Integraal Ontwerpen van legionellaveilige woningen’

Deze instructiebijeenkomst is gebaseerd op de ISSO/SBR

uitgave 811 ‘Integraal ontwerpen van Legionellaveilige

Woningen’. Deze ISSO/SBR-publicatie geeft niet alleen tech-

nische oplossingen, maar zet ook duidelijk uiteen hoe u dit in

het bouwproces moet organiseren. De opdrachtgever moet

dan wel deze publicatie van toepassing verklaren in zijn

opdracht naar de architect en de adviseur. Samenwerking en

coördinatie tussen architect, aannemer en watertechnisch

en cv-installateur zijn onontbeerlijk. Vervolgens zijn ook de

werkvoorbereiders, uitvoerders en monteurs op de bouw

aan de beurt. Zij moeten goed op de hoogte zijn van wat wel

en wat niet (meer) mag en wat de mogelijke oplossingen zijn.

Het realiseren van de concepten is niet alleen een zaak van

de watertechnisch installateur, maar ook van de ontwerper

van het gebouw. Daarom zijn ontwerpconcepten ontwikkeld

die voorzien in bruikbare en toepasbare oplossingen in tech-

nisch en organisatorisch opzicht.

INHOuD VAN DE INSTruCTIEDe onderstaande onderwerpen komen tijdens de instructie-

bijeenkomsten aan de orde:

• Hoe waarborgt u de waterkwaliteit en voorkomt u

legionella?

• Welke wetgeving is van toepassing (nieuwe

Drinkwaterbesluit)?

• Welke problemen komt u in de praktijk tegen bij het voor-

komen van hotspots?

• Waar mogen de cv- en drinkwaterleidingen wel en waar

niet lopen?

• Hoe kunt u hieraan voldoen?

• Welke oplossingen staan er in de herziene ISSO/SBR-

publicatie 811?

• Hoe moet u dit organiseren?

VOOr wIE?De instructie is gericht op installateurs, projectleiders, bouw-

kundige uitvoerders, technici, werkvoorbereiders en (leiding-

gevende) monteurs die zich direct of indirect bezig houden

met de aanleg van cv- en drinkwaterinstallaties.

wANNEEr?Deze instructie vindt plaats in februari – maart – april 2012 in

de omgeving van Rotterdam.

Meer informatie over deze instructie is te vinden op

www.isso.nl.

Cursus ‘Betonkernactivering’Betonkernactivering maakt op een actieve manier gebruik

van de thermische massa van een gebouw. Dit in tegenstel-

ling tot bijvoorbeeld een middeleeuwse kathedraal, die op

een passieve manier zijn thermische massa gebruikt en daar-

mee in de zomer de warmte buiten houdt. In de kern van

betonnen vloeren, wanden en plafonds worden kunststof

leidingen aangebracht waar water doorheen stroomt. Dit

stromende water versnelt de warmte- of koude overdracht

van de omgeving naar de massa en andersom. Door de tem-

peratuur van het water te variëren kan men op actieve wijze

de gehele constructie, dus ook alle ruimtes in het gebouw,

koelen of verwarmen.

In opdracht van het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor

het Technisch Installatiebedrijf (OTIB). Organiseert ISSO in

samenwerking met DWA een tweetal cursussen.

BETONkErNACTIVErING’ (BkA).

• de introductiecursus BKA basis, een algemene introductie

over het fenomeen betonkernactivering voor de architect

en bouwkundige;

• de 4-daagse integrale BKA-cursus voor ontwerpers die

daadwerkelijk met betonkernactivering in gebouwen aan

de slag gaan. Met deze cursus bent u in staat om met

goed gevolg deel te nemen aan het door Cito Arnhem

georganiseerde examen dat leidt tot een bewijs van vak-

bekwaamheid.

VOOr wIE?Introductiecursus BKA basis is voor architecten, bouwkun-

digen en overige geïnteresseerden. De 4-daagse integrale

BKA-cursus is voor installateurs en installatieadviseurs.

wANNEEr?De cursus vindt plaats in februari - maart - april 2012 in

Woerden.

Meer informatie over deze cursus kunt u vinden op

www.isso.nl.

EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012

Page 26: ISSO Info 47 lowres

26

publicatie

55.3

kE

NN

ISIN

ST

ITu

uT

VO

Or

DE

INS

TA

ll

AT

IES

EC

TO

r

LEG

ION

ELL

AP

RE

VE

NT

IE IN

KLIM

AA

TIN

STA

LLA

TIE

S

legionellapreventie in klimaatinstallaties

Cursus ‘power Quality’De afhankelijkheid van elektriciteit is de laatste tientallen

jaren enorm toegenomen en de elektrische energie is de

levensader van handel, dienstverlening en industrie gewor-

den. Bedrijfsprocessen zijn daardoor steeds meer afhankelijk

van de kwaliteit van de geleverde elektriciteit en de kwali-

teit van de eigen installaties en apparatuur. We hebben het

dan over ‘Power Quality’ en over de overname van de zorg

hiervan door de installateur. In opdracht van OTIB en met

steun van de vakgroep Electro Installateur van Uneto-VNI

heeft ISSO daarom voor de installatiesector een speciale

cursus ontwikkeld rond ‘Power Quality’. Men gaat in op de

problemen die zich op dit terrein kunnen voordoen en er

wordt uitgebreid aandacht besteed aan de oplossingen die

de installateur kan bieden. Deze cursus is onontbeerlijk voor

bedrijven die zich willen begeven op de markt van Power

Quality (PQ) en biedt de installateur de kennis om de proble-

men te herkennen en te kunnen oplossen.

INHOuD VAN DE INSTruCTIEIedere dag bestaat uit een theoriedeel en een practicum-

deel. Met name de practicummodellen die verschillende

oplossingmethodieken behandelen, bieden u een schat aan

informatie.

VOOr wIE?De cursus is op voorhand bedoeld voor installatiebedrijven

die bij de brancheorganisatie Uneto-VNI zijn aangesloten

en/of bij het Opleidingsfonds voor de Technische Installatie

Branche (OTIB) zijn geregistreerd. Voor laatstgenoemde

bedrijven is er een aantrekkelijk korting (ca 65%) op de cur-

susprijs.

wANNEEr?Deze instructie vindt maart - april 2012 plaats in Woerden.

De duur van de training bedraagt 3 dagen.

Meer informatie over deze instructie kunt u vinden op

www.isso.nl.

Instructiebijeenkomst ‘legionellaveilig beheren van koeltorens’

Het legionel-

laveilig beheren

van koeltorens

staat volop in de

belangstelling.

ISSO organiseert

daarom instruc-

tiebijeenkomsten

‘Legionellaveilig

beheren van

Koeltorens’.

Begin 2008

verscheen ISSO-

publicatie 55.3

‘Legionella-

preventie in kli-

maatinstallaties’,

waaronder koel-

torens en lucht-

bevochtigers.

Deze publicatie

is bedoeld voor

alle partijen die

zich professioneel bezighouden met het beheer van deze

installaties. Het is een gereedschap om een gedegen risico-

inventarisatie te doen en passende beheersmaatregelen te

formuleren. Een ander belangrijk hulpmiddel is de model-

risicoanalyse en beheersplan voor natte koeltorens.

VOOr wIE?U heeft te maken met het beheer van koeltoreninstallaties

en werkt bij een van de volgende soorten bedrijven of orga-

nisaties:

1 service- en onderhoudsbedrijven;

2 toezicht en inspectie (gemeenten/overheid);

3 gebouwbeheerders;

4 waterbehandeling, fabrikanten & adviesbureaus ’s.

Door de diversiteit van de doelgroepen is gekozen voor een

modulaire opzet, zodat er voor elke doelgroep een interes-

sant en passend programma bestaat dat aansluit op de prak-

tijk. Voor bepaalde doelgroepen worden enkele onderdelen

slechts elementair behandeld (basis). Voor doelgroepen

1 t/m 3 duurt de cursus 1 dag en voor doelgroep 4 duurt de

cursus 2 dagen.

wANNEEr?Deze instructie wordt gegeven in februari - maart 2012 in de

omgeving van Utrecht.

Meer informatie over deze instructie kunt u vinden op

www.isso.nl.

EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE

Page 27: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201227

Het ontwerpen van een hydraulische schakeling is een

kernactiviteit van een installatieontwerper. Met de hydrauli-

sche schakeling worden de vermogens van de opwekker(s)

naar de warmtegebruikers gedistribueerd. De grootte van

deze vermogens wordt geregeld door in de hydraulische

schakeling volumestromen te smoren of warme en koude

volumestromen met elkaar te mengen. Tijdens het regelen

treedt er onderlinge beïnvloeding op van drukken en volu-

mestromen in de verschillende delen van de hydraulische

schakeling. Deze beïnvloeding moet men vermijden door

het toepassen van bijvoorbeeld kortsluitleidingen of een

drukverschilregeling met een toerengeregelde pomp.

De eigenschappen van een hydraulische schakeling worden

voor een belangrijk deel beïnvloed door het type regelafslui-

ter. Om het drukverschil te beïnvloeden kiest de installatie-

ontwerper een bepaalde grootte voor de autoriteit van de

regelafsluiter.

Het belang van een goed ontwerp van de hydraulische

schakeling is met de energiezuinige technieken zoals de

warmtepomp en energieopslag in de bodem alleen maar

belangrijker geworden.

Om de installatieontwerpers bij het ontwerpen van een

hydraulische schakeling voor verwarmen en koelen een

Instructiebijeenkomst ‘Hydraulische schakelingen voor verwarmen en koelen’

systematische methode te geven, zijn in ISSO-publicatie 44

en 47 verschillende hydraulische modulen gedefinieerd. Met

deze hydraulische modulen kan een installatieontwerper een

complete hydraulische schakeling samenstellen die voldoet

aan de wensen van de opdrachtgever en is afgestemd op de

eigenschappen en randvoorwaarden van de in de hydrauli-

sche schakeling opgenomen apparaten. In deze cursus wordt

het gebruik van de ISSO-publicaten 44 en 47 uiteengezet

en toegelicht met voorbeelden. Na de cursus is men in staat

zelf hydraulische schakelingen samen te stellen en ook het

gedrag van hydraulische systemen te beoordelen voor vol-

last en deellastsituaties.

VOOr wIE?De installatieontwerpers die zich bezig houden met het

ontwerp of beheer van hydraulische schakeling in utiliteits-

gebouwen.

wANNEEr?Deze instructie wordt in maart 2012 gegeven in Rotterdam.

De duur van de training bedraagt 3 dagen.

Meer informatie over deze instructie kunt u vinden op

www.isso.nl.

Instructiebijeenkomst ‘Veilige leidingwaterinstallaties’

Voor het realiseren en in standhouden van veilige leidingwaterinstallaties moet er op de werkvloer van installatiebedrijven kennis aanwezig zijn van de nieuwe voorschriften en richtlijnen.

Tijdens deze instructie wordt u bijgepraat over risicofactoren,

legionellagroei en terugstroming, wettelijke voorschriften en

technische richtlijnen, legionellapreventie, beveiliging van

terugstroming, onderhoud, toezicht door VROM en water-

leidingsbedrijven, uitgangspunten voor legionellaveilig ont-

werpen en aanleggen, legionellaveilig beheer en onderhoud,

maatregelen in collectieve woninginstallaties, maatregelen

tegen terugstroming per installatiecomponent, schouwen en

in kaart brengen bestaande installaties en werkvoorschriften.

Er is tevens veel ruimte voor het behandelen van zaken uit

de eigen praktijk.

VOOr wIE?De instructie is gericht op installateurs, (leidinggevende)

monteurs en technici die zich bezig houden met aanleg en

onderhoud van leidingwaterinstallaties. De instructie is ook

bedoeld voor medewerkers, die leidingwaterinstallaties in

kaart moeten brengen (schouwen), bijvoorbeeld ten behoe-

ve van het beheersplan legionellapreventie.

wANNEEr?De instructie vindt plaats in april 2012 in de omgeving van

Rotterdam.

Meer informatie over deze instructie kunt u vinden op

www.isso.nl.

EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE

Page 28: ISSO Info 47 lowres

28

filosoof bv presenteert Cursus ventilatietechniek op maat

In samenwerking met vakmensen uit de installatie­ en ventilatiesector heeft ISSO cursus modules op maat ontwikkeld voor ver­schillende beroepsgroepen uit de bouwkolom.

Introductiecursus Basis Ventilatietechniek voor alle partijenBinnen een halve dag krijgt u algemene informatie over

ventilatietechnieken. De lesstof is bedoeld voor alle betrok-

ken partijen uit de bouwkolom, waaronder architecten,

bouwkundigen, installatie-adviseurs, woningbeheerders en

ontwikkelaars.

Onderwerpen:

• de basisprincipes van bestaande en nieuwe ventilatiesys-

temen;

• de regels voor woningventilatie in het Bouwbesluit;

• de ontwikkeling van een ontwerp voor een ventilatiesys-

teem en bijkomende facetten, waaronder de selectie van

systeemonderdelen;

• aandachtspunten bij het installeren en beheren van een

ventilatiesysteem;

• maken van een voorlopige systeemkeuze, passend bij de

situatie en de klantwens;

• voordelen, nadelen en aandachtspunten bij het voort-

brengingsproces van een ventilatiesysteem.

Dagcursus voor ontwerpende partijenDeze cursus is gericht op beroepsgroepen die (regelmatig)

betrokken zijn bij de keuze en het ontwerp.

Onderwerpen:

• opstellen van ventilatiebalansen voor enkele typen syste-

men;

• maken van gedetailleerde ontwerpen die voldoen aan de

eisen voor onder andere luchtkwaliteit, comfort, geluid en

brandveiligheid;

• de relatie leggen tussen het ventilatiesysteem en de an-

dere installaties in het gebouw en in het bouwkundige

ontwerp;

• een vertaalslag maken van het gebruikersprofiel, de

locatie en het gebouw naar een passend, gedetailleerd

systeem en een montagegereed ontwerp.

Dagcursus voor partijen verantwoordelijk voor opleveringDeze cursus is bestemd voor beroepsgroepen die betrokken

zijn bij de installatie en oplevering.

Onderwerpen:

• maken van een ventilatiesysteem volgens het ontwerp;

• inbedrijfstellen van een ventilatiesysteem volgens het

ontwerp;

• herkennen van aandachtspunten en valkuilen uit de praktijk;

• opstellen van een opleverings-, controle- en meetproto-

col en het uitvoeren en rapporteren van deze kwaliteits-

controles.

Dagcursus voor partijen verantwoordelijk voor beheer en onderhoudDeze cursus is ontwikkeld voor beroepsgroepen die te maken

hebben met het beheer en onderhoud.

Onderwerpen:

• beoordelen van de conditie van een bestaand ventilatie-

systeem;

• opstellen en uitvoeren van een meerjarenonderhoudsplan;

• het gebruik en de uitleg van de ventilatieonderdelen aan

derden;

• opstellen van een schriftelijk ventilatieprestatierapport.

Cursusdagdeel voor de systeemmonteurDeze cursus is gericht op monteurs en bouwers van ventila-

tiesystemen.

Onderwerpen:

• basiskennis over ventilatie;

• praktijkgerichte kennis over het vakbekwaam monteren

van de nieuwste ventilatiesystemen;

• omgaan met afwijkende situaties en inzicht in de gevol-

gen van montagehandelingen op de kwaliteit van een

ventilatiesysteem.

CurSuSNIVEAuDe cursussen worden gegeven op MBO-niveau. Voor het

volgen van de cursussen heeft u als achtergrond minimaal

nodig:

• MBO 4;

• een technische vooropleiding of vergelijkbaar niveau ver-

kregen door praktijkervaring.

BElANGSTEllING?Voor cursusdata, kosten en aanmelding nodigen wij u uit op

de site www.filosoofbv.nl. Voor nadere informatie over de

cursusinhoud kunt u contact opnemen met Marco Hofman,

[email protected].

fIlOSOOf BVDe cursussen worden georganiseerd door FILOSOOF bv.

FILOSOOF bv is het facilitair bureau voor de bouw- en instal-

latiesector. Het bureau verzorgt ondersteuning bij het uit-

voeren van bedrijfsactiviteiten van kleine en middelgrote

organisaties. FILOSOOF bv staat garant voor maatwerk waar-

bij de wens van de opdrachtgever centraal staat.

EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012

Page 29: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201229

In april 2012 zullen NVTG (Nederlands Vereniging voor

Gentherapie) en ISSO in drie regio’s een compact-cursus

‘Legionellapreventie in zorginstellingen’ organiseren. In de

cursus komen onder meer de volgende zaken aan de orde:

- Wat betekent de nieuwe Drinkwaterwetgeving voor het

ontwerp en beheer van installaties in zorginstellingen?

• Wat houdt de verplichte BRL 6010 certificering in?

• Wanneer en hoe moet ik alternatieve technieken

toepassen?

• Wat moet ik nog doen aan legionellapreventie in

zorgwoningen?

Meer informatie over deze cursus vindt u op www.isso.nl.

CURSUS 1 2 3 4 5

Titel

installatieadviseurs

installateurs en (service-) technici (eindverantwoordelijk)

systeemmonteurs

projectleiders / werkvoorbereiders

medewerkers van gemeentelijke diensten, onder andere Bouw- en Woningtoezicht

medewerkers van technische diensten van woningbouwverenigingen

docenten installatietechnisch onderwijs

gecertificeerde VPK-ers (keurmeester)

overige geïnteresseerden / partijen uit de bouwkolom

getuigschrift

certificaat (Cito)

DOElGrOEpEN

Systeemm

ontage

Beheer en onderhoud

Installeren en opleveren

Ontw

erpen

Basis Ventilatietechniek

x x

x x x

x

x x x

x

x x

x x x x

x x x x

x x x x x

x ­ ­ ­ x

­ x x x ­

Cursus legionellapreventie in zorginstellingen

EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012 EDUCATIE 2012

Page 30: ISSO Info 47 lowres

30

ISSO In­Companytrainingen

EN

Er

GIE

& M

IlIE

uw

AT

Er

& G

AS

Binnenmilieuprofiel woningenGebaseerd op: ISSO-publicatie 82.4

Cursusduur: 2 dagen (Incl. terugkomdag)

Energielabel woningenGebaseerd op: ISSO-publicatie 82.1

Cursusduur: 1 dag

Software: VABI of BINK Software

Voor het afleggen van het officiële Cito-

examen ‘EPA Adviseur/opnemer’ kunt u kij-

ken op www.cito.nl.

Ep Maatwerkadvies woningenGebaseerd op: ISSO-publicatie 82.2

Cursusduur: 1 dag

Software: VABI of BINK Software

Energielabel utiliteitGebaseerd op: ISSO-publicatie 75.1

Cursusduur: 1 dag

Software: VABI Software

Voor het afleggen van het officiële Cito-

examen ‘EPA Adviseur’ kunt u kijken op

www.cito.nl.

Ep Maatwerk utiliteitGebaseerd op: ISSO-publicatie 75.2

Cursusduur: 3 dagen

Software: VABI Software

EpA Examentraining(en) woningbouw & utiliteitCursusduur: 1 dagdeel

Software: VABI of BINK Software

Maximale groepsgrootte: 15 personen

Betonkernactivering (Basis)Gebaseerd op: ISSO-publicatie 85

Cursusduur: 1 dag

Betonkernactivering (Integraal)Gebaseerd op: ISSO-publicatie 85

Cursusduur: 4 dagen

Energiebeleid voor woningbouwcoöperatiesGebaseerd op: VABI Vastgoed Software B.V.

Cursusduur: 3 dagen (Incl. terugkomdag)

Integraal ontwerpen van legionellaveilige woningenGebaseerd op: ISSO-SBR 811

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

legionellapreventie voor toezichthouders van gemeentenGebaseerd op: ISSO-SBR 811 / Kleintje

Legionellapreventie

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

legionellaveilig beheren van koeltorens voor service­ en onderhoudsbedrijvenGebaseerd op: ISSO-publicatie 55.3 en model-

risicoanalyse en beheersplan voor natte

koeltorens

Cursusduur: 1 dag

legionellaveilig beheren van koeltorens voor toezicht en inspectie (gemeenten/overheid)Gebaseerd op: ISSO-publicatie 55.3 en model-

risicoanalyse en beheersplan voor natte

koeltorens

Cursusduur: 1 dag

legionellaveilig beheren van koeltorens voor gebouwbeheerdersGebaseerd op: ISSO-publicatie 55.3 en model-

risicoanalyse en beheersplan voor natte

koeltorens

Cursusduur: 1 dag

legionellaveilig beheren van koeltorens voor waterbehandelingsbedrijven, fabrikanten en adviesbureausGebaseerd op: ISSO-publicatie 55.3 en model-

risicoanalyse en beheersplan voor natte

koeltorens

Cursusduur: 2 dagen

Veilige leidingwaterinstallatiesGebaseerd op: Kleintje Legionellapreventie

Cursusduur: 1 dag

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Gasvoorschriften; ‘kleintje Gas’ en de praktijkGebaseerd op: Kleintje Gas

Cursusduur: 1 dag

Maximale groepsgrootte: 25 personen

praktijkinstructie over toepassing en controle van keerkleppenGebaseerd op: ISSO-publicatie 55.1 en 55.2

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Nieuwe regels voor gebouwrioleringGebaseerd op: NTR 3216

Cursusduur: 1 dag

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Indien niet anders aangegeven bestaat de maximale groepsgrootte uit 20 personen. Tevens ontvangen de deelnemers na afloop van de instructie een Bewijs van Deelname. ISSO verzorgt de onderstaande bijeenkomsten bij voldoende belangstelling, ook regionaal. u kunt uw belangstelling kenbaar maken via [email protected]

Page 31: ISSO Info 47 lowres

ISSO-INFO 47 jaNuarI 201231

i n - c o m p a n yi n s t r u c t i e s

e n t r a i n i n g e n

Energie & Milieu

Sanitaire Technieken

Verwarming & Koeling

Algemene Technieken

Luchtbehandeling

Elektrotechniek

ke

nn

is

in

st

it

uu

t

vo

or

d

e

in

st

al

la

ti

es

ec

to

r

een kleine investering voor veel rendement

regeltechniek voor klimaatinstallatiesGebaseerd op: ISSO-publicatie 94

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Brand­ en rookveilige doorvoeringenGebaseerd op: ISSO-SBR 809 en ISSO Rapport

3217

Cursusduur: 1 dag

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Meer comfort en rendement met inregelenGebaseerd op: ISSO- publicatie 56

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

warmteverliesberekening utiliteits­ en bedrijfsgebouwenGebaseerd op: ISSO-publicatie 53 en 57

Cursusduur: 1 dag

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Ontwerp en realisatie van verticale bodemwarmtewisselaarsGebaseerd op: ISSO-publicatie 73

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Collectieve warmtepompinstallaties voor woningenGebaseerd op: ISSO-publicatie 80

Cursusduur: 1 dag

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Hydraulische schakelingen voor verwarmen en koelenGebaseerd op: ISSO-publicatie 44 en 47

Cursusduur: 3 dagen

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Individuele warmtepompen in woningenGebaseerd op: ISSO-publicatie 72 en 73

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

warmtepompinstallaties in utiliteitsgebouwenGebaseerd op: ISSO-publicatie 81

Cursusduur: 1 dagdeel

Toepassen ventilatievoorschriften woningen met ‘kleintje Ventilatie’Gebaseerd op: Kleintje Ventilatie

Cursusduur: 1 dagdeel

Maximale groepsgrootte: 25 personen

Introductiecursus Basis VentilatietechniekGebaseerd op: Leergang ventilatie

Cursusduur: 1 dagdeel

In combinatie met een aanvullende cursus is

het mogelijk het onafhankelijke Cito-examen

‘Ventilatiedeskundige’ af te leggen.

Vervolgcursus Integraal voor ontwerpende richtlijnGebaseerd op: Leergang ventilatie

Cursusduur: 1 dag

In combinatie met de basiscursus is het

mogelijk het onafhankelijke Cito-examen

‘Ventilatiedeskundige’ af te leggen.

Vervolgcursus voor partijen verantwoordelijk voor opleveringGebaseerd op: Leergang ventilatie

Cursusduur: 1 dag

In combinatie met de basiscursus is het

mogelijk het onafhankelijke Cito-examen

‘Ventilatiedeskundige’ af te leggen.

Vervolgcursus voor partijen verantwoordelijk voor beheer en onderhoudGebaseerd op: Leergang ventilatie

Cursusduur: 1 dag

In combinatie met de basiscursus is het

mogelijk het onafhankelijke Cito-examen

‘Ventilatiedeskundige’ af te leggen.

Vervolgcursus voor systeemmonteurGebaseerd op: Leergang ventilatie

Cursusduur: 1 dagdeel

In combinatie met de basiscursus is het

mogelijk het onafhankelijke Cito-examen

‘Ventilatiedeskundige’ af te leggen.

Binnenklimaat scholenGebaseerd op: ISSO-publicatie 89

Cursusduur: 1 dag

Maximale groepsgrootte: 25 personen

VE

rw

Ar

MIN

G &

kO

El

ING

lu

CH

TB

EH

AN

DE

lIN

GE

lE

kT

rO

TE

CH

NIE

k

power QualityGebaseerd op: Instructieboek PQ

Cursusduur: 3 dagen

Maximale groepsgrootte: 16 personen

V o o r m e e r i n f o r m a t i e o v e r o n z e b i j e e n k o m s t e n z i e w w w . i s s o . n l

Page 32: ISSO Info 47 lowres

32

ColofonISSO Info is een uitgave van

ISSO Kruisplein 25

3014 DB Rotterdam

Postbus 577, 3000 AN Rotterdam

Tel. 010 - 206 59 69

Fax 010 - 213 03 84

[email protected], www.isso.nl

ISSO, het kennisinstituut van

de installatiesector, houdt zich

bezig met het identificeren

van kennisvragen binnen de

installatiesector, het ontslui-

ten en toegankelijk maken van

deze kennis in de vorm van

praktische ISSO-publicaties

en het bevorderen van het

gebruik van ISSO publicaties

als normstellende richtlijnen.

Op 29 april 1974 werd ISSO opgericht door de volgende organisaties:

TVVl Nederlandse Technische Vereniging voor Installaties in Gebouwen

uneto­Vni Ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de techni-

sche detailhandel

pIT Stichting Promotie Installatietechniek

in een later stadium trad de volgende organisatie toe:

Nlingenieurs Organisatie van Nederlandse Raadgevende Ingenieurs bureaus

Vormgeving Stijlmeesters

redactie A.B. van Kleven-Pijpers, P.P.H. ‘t Lam, Stijlmeesters

De uitgever kan niet aansprakelijk worden gesteld voor persoonlijke of mate-

riële schade, veroorzaakt door onjuistheden in de redactionele kolommen.

Bezoek ons op de VSk 2012

Meld u nu aan via www.isso.nl voor een gratis toegangskaart. Hal 4

Stand A044