Rsmagazine nr.6 [lowres] 2012
-
Upload
raymond-both -
Category
Documents
-
view
614 -
download
0
Transcript of Rsmagazine nr.6 [lowres] 2012
Nederlands Film Festivalstaat voor vitaliteit en talent
Fruitveiling Zuid-Limburgziet toekomst in clubrassen
PK International Sportswear maakt kleurrijke ruiterkleding
Fitness in chocoladefabriek
najaar 2012
DichtbijGwen van Loon
hoofdredacteur RSMagazine
Hoe bewaar je professionele afstand tot je cliënt en ben je
tegelijkertijd dichtbij? Je wilt weten wat er reilt en zeilt binnen zijn
firma, zodat je je klant met raad en daad bij kunt staan. Dat is
de uitdaging van elke accountant, fiscalist en financieel adviseur.
Maar dat geldt niet alleen voor hen: elke dienstverlener – of het nu
een detaillist, een sportschoolhouder of festivaldirecteur is – wil
waar maken wat hij belooft.
Om dat voor elkaar te krijgen, is communicatie tussen
betrokkenen van essentieel belang. Je wilt weten wat de ander
doet, maar ook wat die laat en wat daar de reden voor is. Inzicht
krijg je alleen als je contact zoekt en houdt. Wees daarom waar
je doelgroep is: aan tafel bij de financiële man of de DGA die jou
heeft ingeschakeld, in je (online) winkel of op beurzen waar je
klanten komen, in de sportschool of in de bioscoop.
Dat klinkt eenvoudig en gebeurt ook vaak, omdat het leuk is
om te doen. Wie slim is, maakt daarbij meteen gebruik van alle
communicatiemiddelen die je tot je beschikking hebt. Maar
vergeet niet dat de mogelijkheden die social media bieden ook
een valkuil hebben: je bent er altijd en tegelijkertijd ben je er
nooit. Niet echt, in levende lijve. Dat is waar steeds meer mensen
tegenaan lopen. Ze vinden het ook heerlijk u recht in de ogen te
kijken.
Voor dit nummer hebben we veel mensen live ontmoet. Dat was
leuk én nuttig. Want we willen u het gevoel geven dat u ook bij die
gesprekken bent geweest. En wie weet, staan we volgende keer bij
u op de stoep. Want de mensen die aan het woord komen, hebben
in ieder geval één ding gemeenschappelijk: ze hebben allemaal
een band met RSM. Of dat nu via RSM Niehe Lancée Kooij, RSM
Wehrens Mennen De Vries of RSM Tempelman is. We zijn immers
graag dichtbij.
Colofon RSMagazine
RSMagazine is een uitgave van RSM Nederland, accountants en belastingadviseurs. RSMagazine wordt in controlled circulation verspreid onder cliënten en relaties van de bij RSM Nederland aangesloten kantoren: RSM Niehe Lancée Kooij, RSM Wehrens Mennen De Vries enRSM Tempelman.
Als u voor toezending in aanmerking wilt komen, stuur dan een bericht naar: [email protected]
RedactieGwen van Loon | Punt Tekstproducties (hoofdredactie)[email protected]. 023-54 44 112
Harry van Dam | Paapstvandam beeld en [email protected]
FotografieErik van der Burgt | VerbeeldJeroen OerlemansFrans Strous | Strous FotografieHugo ThomassenChristina Faber-Berg | Pepper Productions Marjolein Ansink | Marjolein Ansink Fotografie
CoverfotoJeroen Oerlemans
Productie en advertentiesAngelique Timmer-Weisscher RSM Nederland [email protected]. (023) 530 04 05
CartoonPaul Kusters | Studio [email protected]
Concept en art directionFrans Spanjaard Spanjaard Strategie & [email protected]
VormgevingPieter Tuinman | [email protected]
DrukkerijHuigHaverlag Printing & Digitale ProductiesWormerveer
RedactieadresRSM Niehe Lancée Kooijt.a.v. redactie RSMagazinePostbus 50372000 CA [email protected]
Overname artikelenArtikelen uit dit magazine mogen alleenworden overgenomen, gekopieerd et cetera na uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van RSM Nederland.
www.rsmnederland.nl
3 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
DOESTRAVEL & CADUSHITOURSWeimarstraat 119 – 2562 GT – Den Haag | Kantoren: Nederland – Curaçao – Suriname
Voor meer informatie en/of reserveringen:Ga naar Caribbean.nl of bel (070) 312 95 95 | E-mail [email protected]
Druk, druk, druk..?
...dan wordt het tijd om te onthaasten
Laat u inspireren en bestel gratis onze reismagazines: Caribbean en Suriname.
Heeft u een idee voor een groepsreis of bedrijfs-event bel of stuur een e-mail en wij maken graag
een persoonlijke afspraak met u.
Wist u dat?Does Travel & Cadushi Tours is de offi ciële reis-
organisatie van o.a. het Curaçao North Sea Jazz Festival en Curaçao International Film Festival Rotterdam
Boek nu uw droomreis naar:• Curaçao, Aruba, Bonaire, St. Maarten,
Saba & St. Eustatius• Suriname en haar prachtig tropisch
regenwoud met:
DOESTRAVEL & CADUSHITOURSDe specialist met ruim 50 jaar ervaring, het grootste aanbod, de beste prijs en service.
Wij verzorgen:• Individuele vakantiereizen op maat• Combinatiereizen & Rondreizen• Groeps & Incentive reizen voor bedrijven
en particulieren• Uitgebreid excursieprogramma
• Transfers en hostess services
Does_Adv_RSM_Magazine_230x300mm-02.indd 1 21-09-12 16:04
6 Fruitveiling Zuid-Limburg verzet bakens
12 Marieke de Heul maakt kleurrijke ruiterkleding
22 Fitnessclub in chocoladefabriek Verkade
30 BRB International is zolderkamer ontgroeid
33 Nederlands Film Festival is lanceerplatform
36 BouMatic Robotics: melkrobots meer dan trend
38 Echtpaar Van Lien-Put blijft kunst verzamelen
5 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
En verder:
10 Pleased To Meet You: Jos Nelis
17 Trivia: Gadgets
18 12 vragen: Chantal van Kessel
20 Opinie: Rudolf Winkenius
21 Cartoon
25 Uit onverwachte hoek:
Karien van Gennip
26 Actueel
28 Web/appside: Cora van Dijk
43 Trivia: Boeken
(linksboven: Restaurant Moeke Mooren, Appeltern | linksonder: Café De Comedie, Maastricht | rechts: Café Vertigo, Vondelpark Amsterdam)
De gehele Keyserlei te Antwerpen voorzien van 57 zon- én regenschermen
U vindt onze van tot
soons ROLLUIKEN-ZONWERING BV SINDS 1896
7 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 6
Directeur Michel Schrijnemaekers van
Fruitveiling Zuid-Limburg:
‘We moeten producerenwat de markt aankan’‘Iedere appel die te veel wordt geteeld,
betekent een lagere opbrengst. Dus
moeten we naar gecontroleerd telen.
Aanbieden wat de markt aankan.
Dat is de enige kans om te overleven’,
zegt directeur Michel Schrijnemaekers
van Fruitveiling Zuid-Limburg. →
Harry van DaM | Hugo THoMaSSen
is erg gegroeid. ‘Ik heb het laatst nog
nagekeken: toen ik begon, maakten we
in een heel jaar net zoveel omzet als nu
vaak in een week. Destijds zetten we
jaarlijks zo’n 900.000 gulden om.
Dat hebben we nu in euro’s per week.’
Grootste concurrentToch is de directeur niet echt juichend
over hoe het er op dit ogenblik in de
fruithandel aan toe gaat. Internationaal
is sprake van overproductie en
die wordt nog aangewakkerd door
Europese subsidies. Die werken vol-
gens Schrijne-maekers concurrentie-
vervalsing in de hand. ‘Vroeger waren
Frankrijk en Italië de landen waartegen
we moesten opboksen’, zegt hij. ‘Nu is
Polen opeens onze grootste concurrent.
Tien jaar geleden hadden we nog nooit
van fruit uit Polen gehoord en nu is dat
land de grootste fruitproducent van
Europa. Dankzij de enorme hoeveelhe-
den geld uit Brussel heerst daar nu een
práchtig investeringsklimaat en zijn de
omstandigheden om in het fruit te be-
ginnen ideáál’, aldus de veilingdirecteur
op een licht sarcastische toon.‘En daar-
door staan de prijzen internationaal,
dus ook bij ons, onder druk.’
‘Polen heeft met Rusland natuurlijk
sowieso een groot achterland en daar
zijn nu de Scandinavische landen bij
gekomen. Die waren altijd erg belang-
rijk voor ons, maar nu is die markt door
de Polen weggekaapt. Het wordt hoog
tijd dat we eens serieus naar de verde-
ling van die Europese subsidies kijken,
want daarvan komt aanzienlijk minder
onze kant op. Het werkt zo concurren-
tievervalsing in de hand’, concludeert
Schrijnemaekers.
Bakens verzettenMaar denk niet – ondanks dit wat som-
bere relaas – dat we met een sombere
man van doen hebben. Integendeel;
het fruit is Schrijnemaekers leven en
hij zou niets anders willen. Hij is er de
man niet naar om bij de pakken neer te
gaan zitten. De directeur van de fruit-
veiling is allang druk bezig de bakens
te verzetten.
‘We proberen het Midden-Oosten en
de Aziatische markten te benaderen’,
vertelt hij. ‘Ondanks de grote afstanden
liggen daar zeker mogelijkheden, als
we de logistieke kanten van het verhaal
goed weten te regelen. Je hebt natuur-
lijk te maken met een product met een
beperkte houdbaarheid. De boot naar
Hongkong is pakweg vijf weken onder-
weg. Dat is lang voor bederfelijke waar.
Maar nogmaals; als we die beperkingen
de baas worden, hebben we er een mooi
afzetgebied bij’, verwacht Schrijne-
maekers. Zijn bedrijf is al vele jaren een
grote klant van accountant Eric Mante-
laers. Die stapte in 2009 met zijn prak-
tijk over naar RSM Wehrens Mennen
De Vries. De Fruitveiling Zuid-Limburg
ging als trouwe relatie met hem mee.
Er is de afgelopen 27 jaar veel veran-
derd in de wereld van het fruit, maar
dat gaat dus ook de komende jaren
gebeuren als we Schrijnemaekers
mogen geloven. Ondanks de veranderde
marktomstandigheden is hij optimis-
tisch over zowel de toekomst van zijn
Fruitveiling als van de branche.
‘De afgelopen vijf jaar waren moeilijk
voor de fruitteelt, maar het beeld is nu
wat gunstiger’, zegt hij. ‘Het verschilt
natuurlijk van jaar tot jaar, maar van-
wege de slechte weersomstandigheden
is er dit voorjaar minder productie
geweest, wat goed is voor de prijzen.’
Gunstiger liggingRegionale omstandigheden blijken
daarbij een belangrijke rol te spelen bij
de opbrengst. Wordt het fruit hoog of
juist laag geteeld, hoe gevoelig is de
locatie voor vorst, het bepaalt allemaal
mede het volume van de opbrengst.
‘Frankrijk, Duitsland en ook een gebied
als Zuid-Tirol zijn vooral de dupe van de
vele nachtvorst die er is geweest’, legt
Schrijnemaekers uit. ‘Wij hebben hier
een gunstiger ligging en dus een betere
productie.’
Maar ook op de langere termijn voor-
ziet de directeur van de Fruitveiling in
Margraten een goede tijd voor zijn
branche. ‘Het aantal leden van onze
coöperatie loopt de komende jaren wel-
iswaar ietwat terug vanwege de schaal-
vergroting, maar de totale omzet wordt
hoger.’ Daarin ziet Schrijnemaekers een
belangrijke rol weggelegd voor de trend
dat de productie wordt aangepast aan
de vraag van de markt.
Clubrassen‘De toekomst zit in het telen van de
zogeheten clubrassen; nieuwe soorten
die zorgen voor meer variatie in de
winkel. Iemand koopt dan de rechten
op een nieuwe appel en bepaalt het
aantal bomen. Op die manier kunnen
we gecontroleerd telen’, aldus Schrijne-
maekers. ‘Zo moet het ook: het is de
enige manier om op de lange termijn
te overleven.’
9 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
Het duizelt de bezoeker als Michel
Schrijnemaekers, boerenzoon uit de
streek zoals hij zichzelf omschrijft, wat
feiten en getallen laat vallen. Het com-
plex van de Fruitveiling Zuid-Limburg
in het Limburgse Margraten is 12
hectaren groot. Vanaf september, als
het seizoen begint, bieden ongeveer
180 telers zo’n 65 miljoen kilogram
fruit aan, waarvan 90 procent appels en
peren zijn. ’En verder aardbeien, kersen,
bramen, frambozen en nog wat klein
spul’, aldus de 53-jarige directeur.
Van die 65 miljoen kilo slaan de telers
er 15 miljoen zelf op, wordt nog eens
15 miljoen direct verhandeld en slaat
de veiling 25 miljoen kilo op in de
gigantische, op constante temperatuur,
zuurstofgehalte en vochtigheid gehou-
den ruimten. Een kleine honderd me-
dewerkers zorgen er vanaf ’s morgens
zeven uur voor, dat met behulp van
enorme sorteermachines de appels met
de juiste soorten en maten in de kisten
komen te liggen.
VeilingklokSchrijnemaekers is al erg lang directeur
van de Coöperatieve Fruitveiling Zuid-
Limburg. ‘Al zolang, dat ik zelf bijna
niet meer weet sinds wanneer’, zegt hij
met een knipoog. ‘Het was 1986 toen
ik hier begon.’ Hij heeft de bedrijfstak in
die bijna 27 jaar sterk zien veranderen.
‘De traditionele veilingklok is er helaas
niet meer. Dat was gemakkelijker wer-
ken dan nu. Het fruit stond er, werd
verkocht en ging zo de vrachtwagen
op naar de winkels. Nu gaat de handel
ongezien, telefonisch en via internet’,
aldus de veilingdirecteur.
Het tempo is enorm toegenomen.
‘Als vroeger iemand een vrachtauto
met dezelfde maat appels wilde heb-
ben, had je daar een dag of twee,
drie de tijd voor. Nu belt zo iemand
’s morgens en moet de hele handel
’s middags klaar staan.’ Ook de omzet
‘Tien jaar geleden hadden we nog nooit van fruit uit Polen gehoord en nu is dat land de grootste fruitproducent van Europa’
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 8
11 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 10
Het was een opmerkelijke move, die Jos
Nelis afgelopen zomer maakte. Nadat
hij ruim 27 jaar in Zuid-Nederland
actief was geweest in de bankwereld
(waarvan vele jaren op directieniveau
in Midden-Limburg), besloot hij over
te stappen naar RSM WMV. Nelis is
geen fiscalist en ook geen accountant,
maar werkt nu wel bij een bedrijf dat
de ambitie heeft hét toonaangevende
kantoor in Zuid-Nederland te zijn op
het gebied van accountancy en fiscale
advisering. Dat maakt zijn overstap des
te opmerkelijker, toch?
’Nou, zo vreemd is die overgang ook
weer niet’, legt Nelis graag uit. ‘Als
bankier kende ik Mathijs Mennen
vanwege zakelijke contacten. We
spraken elkaar wel eens en bleken
hetzelfde te denken over hoe je naar
een klant moet kijken, hoe je ‘m moet
benaderen, wat je voor zo iemand kunt
betekenen.’ Dus toen Nelis besloot
de bankwereld achter zich te laten,
raakten de twee nog wat intensiever
met elkaar in gesprek, wat uiteindelijk
resulteerde in de overstap.
ExcellerenMaar wat is die visie op klantrelaties?
‘Kort en goed komt het erop neer, dat
ik vind dat je niet alleen vaktechnisch
moet excelleren, maar ook in hoe
je de klant benadert’, zegt Nelis.
‘De persoonlijke noot is daarbij erg
belangrijk en die vind je terug in de
manier van werken van RSM Wehrens
Mennen De Vries. Daarin onderscheidt
dit bedrijf zich echt in de markt en in
de loop van de jaren heb ik daarvoor
grote waardering gekregen. Ik ga er nu
aan bijdragen om die kernwaarde nog
verder uit te bouwen.’
Want het kán ook nog beter, vindt
Nelis. ‘We moeten nog sterker toe naar
een relatiegerichte benadering in plaats
van een productgerichte. Je moet een
goede relatie met de klant hebben, de
mens achter de ondernemer begrijpen.
Pas daarna komen de producten en
oplossingen voor de klant aan de orde.’
‘Klantenman’Nelis noemt zichzelf een ‘klantenman’,
die graag out of the box denkt. ‘Ik wil
deze benadering nog sterker in onze
organisatie en bij onze medewerkers tot
leven gaan brengen. We zijn er namelijk
met zijn allen voor om de klant verder
te helpen’, benadrukt hij. ‘Ik ben
ervan overtuigd, dat deze manier van
werken op de langere termijn zakelijk
gezien zowel voor de klant als voor
ons het beste is. Kijk maar eens naar
het steeds meer standaardiseren van
de werkzaamheden in de accountancy
door de digitalisering, waarbij nog
komt dat de klant in toenemende
mate steeds meer zaken zelf kan doen.
Dat betekent dat je als adviseur iets
substantieels moet toevoegen aan
je vakinhoudelijke inbreng. Dat je
dus echt moet meedenken en vooruit
kijken.’
Natuurlijk heeft Nelis in zijn bancaire
periode ook veel met het bedrijfsleven
van doen gehad, met name in recovery
and restructuring. ‘Ik heb in de loop
van de jaren veel ervaring opgebouwd
in wat ik noem de ziekenboeg van
de kredietverlening’, zegt hij. ‘Ik had
dikwijls te maken met bedrijven die in
de problemen waren gekomen. Ik kwam
er steeds vaker achter dat je veel van
die problemen aan de voorkant kunt
voorkomen door werkelijk interesse
te tonen, echt aansluiting met de
business van je klant te zoeken, goed
te luisteren naar de verhalen en
ervaringen van een ondernemer.’
Spin in het webIn die rol voelt Jos Nelis zich ook het
best op zijn plaats. ‘Ik ben graag de
spin in het web’, vertelt hij. ‘Ik praat
met mensen, hoor waar ze mee bezig
zijn en waar ze mee worstelen en leg
dat dan terug in onze eigen organisatie.
En indien nodig leg ik voor de klant
contact met relevante deskundigen
elders.’
Dat doet Nelis voor álle klanten van
RSM Wehrens Mennen De Vries.
‘Bij banken is er nogal eens sprake
van een selecte groep die bijzondere
aandacht krijgt, maar ik vind dat al
onze relaties recht hebben op een
persoonlijke, betrokken benadering.’
Jos Nelis Natuurlijk gaat het uiteindelijk om het vak, om de inhoud, om de zaak. Maar één aspect houdt Jos Nelis (53), sinds 1 augustus director op het kantoor Roermond van RSM Wehrens Mennen De Vries, daarbij altijd in het oog: de menselijke maat. Want de persoonlijke noot is erg belangrijk in de relatie met de klant.
Harry van DaM | erik van Der BurgT
13 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 12
Tien jaar geleden studeerde Marieke de Heul (30) nog
commerciële economie aan de HES in Amsterdam.
Paardrijden was haar grote hobby, maar haar vader
drukte haar op het hart om daar geen werk te maken.
‘Zijn argument: een hobby mag geld kosten, je werk
niet.’ Als ze de kans krijgt haar passie mode met
paarden te combineren door een eigen kledingmerk
op te zetten, grijpt ze die met beide handen aan.
gwen van Loon | jeroen oerLeManS
‘Ik vond mode leuk, maar had daar geen ervaring mee. Dus vroeg ik een ken-
nis die stoffen importeerde of zij misschien een stage voor me kon regelen
bij een winkel als de Bijenkorf.’ De Heul dacht zo haar opleiding aan mode te
koppelen. Maar voor De Heul het wist zat ze bij haar op kantoor te werken
aan een business plan voor een eigen merk ruitersportkleding.
‘De ruitersport was nog heel conservatief, erg klassiek. De collecties beston-
den uit veel donkere kleuren. Er was nauwelijks iets modieus te koop. Om in
dat gat te springen hebben we samen PK International Sportswear opgezet
(PK staat voor paardenkracht, red.), terwijl ik ook mijn HBO-opleiding
afrondde. Mijn scriptie was het exportplan dat ik vast had geschreven.’
Acht jaar bouwden de twee samen aan PK International Sportswear, sinds
twee jaar runt Marieke de Heul het merk in haar eentje met twee vaste →
PK International Sportswear bestaat tien jaar
Mode- en paardenhobby resulteren in eigen ruitersportkleding
15 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 14
mensen op kantoor en freelance ont-
werpers. Tijdens piekuren bij het uit-
leveren van nieuwe collecties huurt
ze extra krachten in, waaronder veel
vrienden en familie.
Jong team‘Ik doe zo veel mogelijk zelf: ik heb
alle contacten met de stoffenleveran-
ciers in Noord-Korea en het atelier in
Vietnam, waar ik ook een agent heb
zitten. Ik pak de dozen uit als de con-
tainer aankomt, ga langs bij klanten,
pik de orders uit en ga naar beurzen.
Eigenlijk doen we alles samen met
een jong team waarvan sommigen
als stagiair zijn begonnen en daarna
hier zijn blijven werken. Ik vind het
ontzettend leuk om jonge mensen
ervaring op te laten doen. Zo ben ik
zelf ook begonnen. Iedereen die hier
werkt heeft een grote verantwoorde-
lijkheid.
Toen de zakenpartners besloten uit
elkaar te gaan, heeft Cora van Dijk
van RSM Niehe Lancée Kooij de over-
name begeleid en hebben ze samen
gekeken welke BV-structuur het
beste zou passen. ‘Ik heb ontzettend
veel aan haar begeleiding gehad’,
vertelt De Heul. Tot op de dag van
vandaag is zij haar financiële steun
en toeverlaat voor het opmaken van
de jaarrekening. Het boekhoudpro-
gramma dat De Heul dankzij haar
gebruikt geeft haar inzicht in de
stand van zaken. ‘Daardoor weet
ik veel beter over welke financiële
zaken ik na moet denken.’
In het begin ging De Heul de boer op
met drie jassen en een paar shirtjes.
PK maakt gebruik van felle kleuren
– tot dan toe ongebruikelijk in de
paardrijbranche – en sets zijn onder-
ling uit te wisselen waardoor je met
de kleding kan variëren. De collectie
is heel goed met elkaar te combine-
ren en we hebben zowel producten
voor het paard als voor de ruiter.
‘Met onze kleding kun je na de ma-
nege zo door naar de supermarkt:
je bent gewoon modieus gekleed.’
Het kleurgebruik en de variatie
slaan snel aan bij ruitersportzaken.
Daardoor heeft ze al snel een aantal
grote spelers zoals keten Divoza
Horseworld die haar producten willen
afnemen en kan ze haar productie
in aantallen en modellen vergroten.
‘Het volume moest ons bestaans-
recht geven.’
Kleding nationale ploeg Sinds vijf jaar sponsort PK Inter-
national Sportswear ook de collectie
voor de nationale hippische ploeg.
Dat betekent dat elke ruitersporter
die Nederland vertegenwoordigt in
het buitenland – of het nu om een
Europees, Wereld Kampioenschap
of de Olympische Spelen gaat – in
kleding van PK loopt.
Dat de Nederlandse sporters het
merk dragen, levert veel naamsbe-
kendheid op. Dat geeft een extra
boost aan de export. PK International
Sportswear is inmiddels te koop in
Scandinavië, Japan, de Verenigde
Staten, Australië, maar ook in België,
Frankrijk en Duitsland.
Elk jaar maakt De Heul twee collec-
ties in overleg met de freelance
ontwerpsters die ze inschakelt.
Ze vindt het leuk om zelf nieuwe
dingen te bedenken die ze vervolgens
met hen bespreekt. In Keulen, Parijs,
Milaan en Hongkong gaat ze op zoek
naar nieuwe materialen en ideeën
die ze zou kunnen gebruiken. Samen
met de ontwerpers worden vervol-
gens technische tekeningen gemaakt
aan de hand van kleurkaarten en
voorbeelden. Twee keer per jaar is
ze in het Verre Oosten om inkopen
te doen, nieuwe stoffenaccessoires
op lokale marktjes te scoren en con-
troles in de fabriek te doen waar de
kleding wordt geproduceerd.
‘Er zijn altijd problemen en pro-
bleempjes, maar die weet ik altijd
weer op te lossen. Dan gaat het bij-
voorbeeld om de levertijd of een stof
die niet goed is. Maar eigenlijk is het
allermoeilijkste het goed afstemmen
van je logistieke proces. Want
ik moet mijn leveranciers van tevoren
betalen, maar krijg pas betaald als
alles geleverd is. De tijd daartussen
wil je dus zo kort mogelijk laten zijn.’
Dat betekent dat De Heul als de
container met de nieuwe collectie
aankomt, ze die ook diezelfde week
wil uitleveren.
Hip De collectie bestaat inmiddels uit
meer dan jassen en broeken. Er zijn
ook kleurrijke shirts, truien en sokken
verkrijgbaar op inmiddels 60 ver-
kooppunten. ‘Een strakke paardrij-
broek kun je bij mij ook in felle kleu-
ren krijgen als dat in de mode is. Ik
zoek die aansluiting, want dat maakt
het voor mij typisch PK.’ Haar kleding
is zowel geschikt voor meisjes van
15 als voor hippe moeders die zelf
paardrijden of langs de kant staan.
De uitstraling is veelzeggend.
Daarom houdt De Heul het liefst
alles in eigen hand en bezorgt ze →
‘Met onze kleding kun je na de manege zo door naar de supermarkt: je bent gewoon modieus gekleed’
Weg met losse blaadjesWordt u ook zo gek van al die vellen papier met aantekeningen,
notities en kladjes die overal en nergens verspreid zijn? Verwelkom het
handige Boogie Board (€ 39,95) als digitaal en natuurvriendelijk alternatief
voor losse kladblokken, plaknotities, tekeningen, lijstjes en meer, want met
dit schrijftablet heeft u daar nooit meer last van. Het Boogie Board (gezien op
www.megagadgets.nl) is duurzaam en praktisch voor binnen- en buitenshuis.
Alvast aantekeningen voor op het werk maken tijdens de file? Of lekker
creatief bezig zijn? Kunstenaars onder ons kunnen het board gebruiken om
digitaal te tekenen. Door het drukgevoelige scherm is er geen standaarddikte
voor een lijn. Je kunt zelfs met je vingers tekenen.
De wereld van dichtbij zien? Vanaf nu hoef je niet meer in een laboratorium te werken of
honderden euro’s uit te geven om de wonderlijke wereld van de
microscoop te ervaren en vast te leggen | De iPhone Mini Microscoop
(€ 39,95) in zakformaat heeft u altijd bij de hand om geen foto-/videomoment
te missen. De minimicroscoop is eenvoudig in gebruik. Je klikt de iPhone Mini
Microscoop gewoon aan de achterkant van je smartphone en hij is klaar voor
gebruik. Deze gadget wordt geleverd met drie LED-lampjes (twee witlicht en
één UV-licht) om mooie close-up foto’s te maken. Het enige dat je nodig hebt,
is de camera-functie van de iPhone 4(s).
Onder meer verkrijgbaar via www.megagadgets.nl.
17 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 16
haar verkooppunten alle materi-
alen om haar producten zo goed
mogelijk te presenteren. Naast
folders gaat het ook om foto’s
die geschikt zijn om de kleding
op internet te presenteren,
omdat steeds meer ruiterzaken
dat verkoopkanaal inzetten. ‘Voor de kleine ondernemer
wordt het steeds moeilijker
om het hoofd boven water te
houden’, weet ze, omdat ze van
dichtbij heeft meegemaakt
dat een paar zaken de deuren
inmiddels hebben gesloten.
Zelf merkt ze ook dat de markt
iets lastiger wordt. ‘Dan wordt
het extra belangrijk dat je collec-
tie onderscheidend is. Ik maak
gebruik van ademende stoffen
en zorg dat er altijd rijke details
op de kleding zitten. Al moet ik
daar niet in doorslaan, want elke
extra handeling maakt het duur-
der om iets te produceren.
Het moet er heel leuk en betaal-
baar uitzien.’
Paarden fokkenIn de vrije tijd die overblijft, rijdt
ze zelf nog veel paard, fokt ze
met haar vader paarden en leidt
ze jonge paarden op. In 1995
was ze Nederlands Kampioen
dressuur, aan wedstrijden doet
ze nog steeds graag mee. Het
liefst gaat ze op concours met
jonge paarden. Ze haalde speci-
aal haar vrachtwagenrijbewijs
om zelf rond te kunnen rijden
met de paardenvrachtwagen.
Zo heeft ze van haar hobby niet
haar werk gemaakt, maar weet
ze de twee zaken die haar het
meest boeien tegenwoordig wel
heel slim te integreren.
angeLique TiMMer-weiSScHer
Compacte joystickWie tegenwoordig een smartphone bezit, heeft vaak heel
wat spelletjes op zijn apparaat staan | Dan heb je vast ook
ervaren hoe moeilijk het soms is om te bewegen in deze spelletjes.
Echte gamers missen dan hun oude vertrouwde joystick. Dat is
voorbij als je de ThinkGeek Joystick (€ 14,99) gebruikt, die geschikt
is voor alle smartphones en tablets met capacitieve touch screens.
Meer info is te vinden via www.mobileware.be.
Chantal van
Kessel (41)
is directeur/
eigenaar van
interieurbedrijf
INTERIOR by in
Venlo. In 1996
kwam ze als
‘regeltante’
binnen bij het
toenmalige
Jos van Rensen
Interieurmakers.
Dit voorjaar werd
ze gekozen tot
Zakenvrouw
2012 van
Noord-Limburg.
Harry van DaM | erik van Der BurgT
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 18
1. Heb je er voordeel van, dat je Zakenvrouw 2012 bent geworden?
‘Absoluut. Ik ben al niet verlegen, maar je merkt dat contacten nu nog minder stroef verlopen. De publiciteit is natuurlijk leuk, het is goed voor de naamsbekendheid. Maar bovenal vind ik het een eer en ben ik supertrots. Ik beschouw die onderscheiding trouwens als een lintje voor het hele bedrijf. Het volledige team van dertien mensen was ook bij de uitreiking. Kippenvel.’
2.Wat doet INTERIOR by eigenlijk?
‘Wij bedenken, ontwerpen en realiseren complete interieurtrajecten, voor bedrijven en particulieren. We hebben veel ambachtelijk vakmanschap in huis en wat we zelf niet maken, halen we elders bij hoogwaardige producenten. Dat is een bijzondere combinatie in ons vak, waardoor er eigenlijk een enorme snoepwinkel is waaruit we kunnen kiezen. We kunnen onbelemmerd het mooiste en het beste voor de klant bedenken en uitvoeren.’
3.Heb je een voorkeur voor het werken met bedrijven of voor particulieren?
‘Nee, hoewel er wel degelijk verschillen tussen zijn, werk ik met evenveel plezier voor beide groepen klanten. Voor het bedrijfsleven richten we vaak volledige etages in, eventueel turn key: dus met alles wat nodig is om zo aan het werk te gaan. Bij particulieren gaat het natuurlijk meestal om woninginrichting. Dat is veel arbeidsintensiever met drukke shopdagen met de klant bijvoorbeeld.’
4. Hoe ben je in dit bedrijf terecht gekomen?
‘De vorige eigenaar, Jos van Rensen, was bevriend met mijn ouders. Omdat zijn bedrijf in die tijd snel groeide, had hij een ‘regeltante’ nodig. In 1996, op mijn 25ste, ben ik in dienst gekomen. In 2001 werd ik mededirecteur en sinds 2011 ben ik volledig eigenaar. Jos is nog steeds commercieel actief in het bedrijf. De opvolging is prima verlopen.’
5. Je hebt geen echt technische vakopleiding. Is dat een belemmering?
‘Nee, juist niet. Er is genoeg technische kennis in het bedrijf. Het gaat erom, dat je een goed team bent. De Beatles waren een goede combinatie, omdat ze alle vier ergens in uitblonken. Je moet elkaar versterken. Ik zeg eerst wat ik mooi vind en dan kijken de techneuten of het technisch ook kan.’
6. Wat heb je van Jos van Rensen geleerd?
‘Op de eerste plaats heel veel vakkennis en liefde voor het vak. Jos heeft me jarenlang intensief begeleid en me veel bijgebracht op het gebied van materiaalkennis en het streven naar de hoogste kwaliteit in de producten.’
7.Wat doe je anders dan Jos?
‘Nou, in principe niet eens zo gek veel. Een verschil is wel dat ik niet alleen streef naar hoge kwaliteit van het product, maar dat nastreef van het eerste klantcontact tot en met de uiteindelijke aflevering. Vergelijk het maar met een vijfsterrenhotel. Ik wil ook naar een hoogwaardig service-apparaat, waarmee we de producten op niveau houden. Daarmee voorkomen we dat een klant moet bellen, bijvoorbeeld omdat er een deurtje scheef hangt. Dat zijn we dan gewoon vóór.’
8.Waarom heb je het bedrijf een nieuwe naam gegeven?
‘De oude naam, Jos van Rensen Interieurmakers, was erg met de eigenaar verbonden. Dat wilde ik meer loslaten. Het heeft ook met imago te maken. Het bedrijf kreeg een jonger elan en dat wilde ik ook in de naam tot uitdrukking laten komen. En INTERIOR by klinkt toch lekker?’
9. Waar haal je je plezier, je drive, uit?
‘Dat is een makkelijke vraag! Ik ben elke dag bezig met het creëren van mooie dingen. Als we ergens bezig zijn en ik rij er langs, dan word ik daar blij van. En heerlijk, als de klant aan het eind van het proces tevreden is. Verder geniet ik echt van de samenwerking in ons team. Die mensen hier vormen het grootste goed dat ik heb.’
10.INTERIOR by draait goed. Wat zijn je verdere ambities?
‘Ik wil naar een nog grotere naamsbekendheid en ik wil ons werkgebied uitbreiden. Maar mijn grootste ambitie ligt in het nog verder opschroeven van onze kwaliteit. Ik hoef echt niet naar een bedrijf van dertig, veertig man. Het moet persoonlijk en hoogwaardig blijven.’
11. Is zakendoen in Limburg andersdan elders in het land?
‘Dat denk ik wel. Boven de rivieren zijn ze wat directer, harder misschien ook. Maar ook in Limburg zijn er verschillen. In het zuiden van de provincie is het leven en ook het zakendoen wat Bourgondischer, terwijl wij in Noord-Limburg al praktischer zijn.’
12. Welke relatie heb je metRSM Wehrens Mennen De Vries?
‘Een paar jaar geleden ontmoette ik Chris Ketelaars van kantoor Roermond van WMV bij een vaart met hun luchtballon. We raakten in gesprek en nu doet hij met zijn mensen onze accountancy en het fiscale deel plus de loonadministratie. Ze denken mee en werken op een open en heldere manier. Daar houd ik van. En wat ik ook sympathiek vind, is dat Chris me nog wel eens in contact brengt met mogelijke klanten.’
19 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
Menselijke maatRudolf Winkenius, managing partner RSM Niehe Lancée Kooij
De oprukkende digitalisering laat
ons steeds efficiënter werken. Goed
nieuws toch? En u denkt wellicht dat
ik dat van harte toejuich als partner
bij een financieel advieskantoor dat
de kosten in de hand wil houden:
zowel vanuit het belang van u als
cliënt als vanuit de invalshoek
van werkgever binnen onze eigen
organisatie. Maar de eerlijkheid
gebiedt me te zeggen dat ik in onze
branche ook de keerzijde ervaar
van deze ontwikkeling.
Daarom ben ik blij dat ik op ons kantoor
– en niet te vergeten thuis – niet automa-
tisch voor eminence grise wordt versleten,
als ik erop hamer hoeveel waarde ik hecht
aan persoonlijk contact. Het gaat mij om
de menselijke maat. Alleen door persoon-
lijk betrokken te zijn, kun je leveren wat
iemand van je vraagt of (indirect)
verlangt.
De toenemende digitalisering is misschien
het duidelijkst te zien in de retailwereld.
Het lijkt wel of alles wat de detaillist om
de hoek verkoopt en steeds vaker ver-
kocht – ook via internet verkrijgbaar is.
Binnen mijn gezin wordt het gemak van
bestellingen via het web eveneens gezien
en gebruikt, maar als het even kan bestel
ik mijn spullen niet on line, maar ga ik
naar een winkelier in de buurt. Daar koop
ik graag mijn wijn, ga ik naar de drogist
en laat ik me adviseren in de verfzaak.
Omdat ik besef dat zij een belangrijke rol
spelen in het maken van de juiste keuzes
en bovendien de leefbaarheid van mijn
omgeving vergroten.
Daarom kan ik niet genoeg herhalen dat
we zelf onze klanten regelmatig moeten
bellen in plaats van mailen en dat we ook
bij ze langs moeten gaan. Ook bij jonge
collega’s dring ik daar op aan, al zijn zij in
staat om als geen ander cliënten te laten
merken dat ze digitaal altijd dichtbij zijn.
Dat we inmiddels altijd bereikbaar zijn via
onze mobiele telefoons wil kortom niet
zeggen dat we elkaar niet meer opzoeken.
Ook op kantoor maak ik graag een wande-
ling door de gangen. Zo hoor je sneller wat
er bij je collega’s speelt – zowel zakelijk als
privé – en ben ik voor iedereen bereikbaar.
Goed voorbeeld doet goed volgen.
Want het is voor mij een schrikbeeld als
ik van cliënten terug zou horen dat ze
superefficiënt zijn bediend, maar dat we
niet in de gaten hebben gehad wat er
daadwerkelijk speelde op de zaak en dat
we ook eigenlijk niet wisten voor wie we
aan het werk waren. Daardoor zouden
we zaken missen die er echt toedoen.
U heeft ons toch juist in de arm genomen
vanwege onze betrokkenheid bij de
financiële handel en wandel van uw
zaak of van uw persoonlijke situatie?
U kunt op ons blijven rekenen.
jeroen oerLeManS
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 20 21 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
De twee fitnessondernemers waren op
zoek naar een nieuwe club in de omge-
ving van Amsterdam waar ze middenin
De Pijp al jaren actief zijn met Fresh
Fitness. ‘Toen ik dit pand had gezien,
kwam ik dolenthousiast terug’, vertelt
De Jong (46) met sprankeling in zijn
ogen. ‘Maar Markus en onze toenmalige
partner keken niet op of om. Terwijl ik
meteen terug wilde naar Zaandam om
hen te laten zien wat voor gave locatie
ik had gevonden. De enige reactie
die Markus gaf: al was het een paleis
geweest, we gaan toch niet naar
Zaandam?’
Nu lachen de mannen erom. De ver-
klaring voor de reactie is ook best te
begrijpen. Ze keken rond in Haarlem,
Utrecht of elders in Amsterdam en dan
ligt Zaandam natuurlijk niet voor de
hand. Toen de foto’s op internet waren
bekeken, groeide het enthousiasme en
ging het idee leven.
Dat was 2006. Inmiddels hebben ze
twee succesvolle fitnessclubs, al zijn er
in Zaandam nog mogelijkheden voor
groei. ‘In Amsterdam zitten we al jaren
op onze maximale capaciteit, maar hier
kunnen we nog meer leden gebruiken’,
vertelt Torenstra (36). Hun sportschool
is niet goedkoop, maar de twee geloven
heilig in kwaliteit en willen daar niet op
inleveren. ‘Bij veel sportscholen krijg je
weinig tegen lage prijzen. Wij bieden
veel, maar niet voor heel weinig.’
Ons kent onsIn Zaandam heerst een echte Zaanse
sfeer. Dat hebben de twee ondernemers
vanaf het begin goed aangevoeld. ‘Het
is hier echt een dorp. Ons kent ons.
Vandaar dat we ook vanaf het begin
alleen met personeel hebben gewerkt
dat ook uit Zaandam kwam. Die andere
mentaliteit hebben we gelukkig goed
aangevoeld.’
Het kost hen in Zaandam meer moeite
dan in Amsterdam om de club vol te
krijgen. ‘Zaankaanters zijn prijsbe-
wuster dan Amsterdammers. Ze kijken
eerst de kat uit de boom.’
Maar daar weten de twee ondernemers
wel raad mee. Zo mogen in de daluren
basisschoolleerlingen onder begeleiding
van hun eigen docent en een instruc-
teur van Fresh Fitness de grote zaal
bijvoorbeeld gebruiken voor hun weke-
lijkse gymlessen.
Hun fitnessclub heeft naast kwaliteit,
gezelligheid en hygiëne hoog in het
vaandel staan. ‘Dat roepen we al vijf
jaar en daar houden we ook aan vast
nu het in de branche minder gaat’, zegt
Torenstra stellig. De twee mannen
zijn ervan overtuigd dat het kaf van
het koren zal worden gescheiden en
zien voor zichzelf louter overlevings-
kansen. Al zullen ze niet op korte
termijn een derde club openen.
Fitnessclub in chocoladefabriekEen fitnesscentrum in een chocoladefabriek? In Zaandam zit Fresh Fitness in het pand waar Verkade vroeger borstplaat maakte. Binnen zie je nog details die duidelijk maken dat dit pand monumentale waarde heeft – de oude fabriek staat op de Werelderfgoedlijst –, maar binnen zie je in dit deel van het terrein vooral de moderne sportschool Fresh Fitness van Markus Torenstra en Marcel de Jong.
23 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 22
Markus Torenstra (links)
en Marcel de Jong
Karien van GennipDirecteur Private Banking & Beleggen ING Nederland
De wereld om ons heen is de laatste tien jaar veel onzekerder geworden. Toen maakte nauwelijks iemand in Nederland zich zorgen over zijn pensioen, was onderwijs voor iedereen toegankelijk en zorg gewoon beschikbaar. Die vanzelfsprekendheid is kleiner geworden. Steeds meer mensen vragen zich af wat de huidige economische situatie voor hen op dat vlak betekent.
Die ontwikkeling impliceert dat een financieel adviseur steeds meer
vragen moet stellen aan zijn cliënt. De gesprekken gaan niet meer
over beleggen in Shell of DSM, maar over het veiligstellen van iemands
financiële toekomst. Daar horen fundamentele vragen bij.
De rol van de adviseur draait in mijn optiek om drie zaken: maak een klant
bewust van zijn financiële situatie, wees een brede adviseur die dient als
toegangspoort tot eventuele specialisten en heb oog voor de emotionele
as. Een adviseur kan ervoor zorgen dat de klant expliciet nadenkt over zijn
voorkeuren. Want iemand komt niet bij ons om een hypotheek te regelen.
Nee, hij wil een huis kopen. Wat zijn daarbij de overwegingen? We moeten
daarvoor goed in kaart brengen wat de gezinssituatie is en wat zijn
wensen zijn, nu én straks.
De vraag hoeveel iemand gunstig aan zijn kind kan schenken, levert zo
een reeks vragen op die ook beantwoordt of iemand wel kán schenken.
Hoeveel geld heeft hij zelf nodig om zijn hypotheek af te betalen en om
zijn oude dag te financieren?
Financiële planning – of dat nu privé of zakelijk is – gaat dus meer dan
ooit te voren over inzicht, overzicht en planning die uitmonden in een
holistische visie. Dat vraagt inspanning van beide partijen: de klant én
de adviseur, of dat nu een private banker, een fiscalist of een accountant is.
Dat vergt een andere werkwijze. Sommige klanten vinden het confron-
terend als een adviseur doorvraagt om het totale financiële plaatje
inzichtelijk te maken. Ik zie het dan ook als onze verantwoordelijkheid
om klanten bewust te maken van hun volledige financiële situatie.
Daarbij moeten we in gedachten houden dat we als bankiers recent
een flinke vertrouwensdeuk hebben opgelopen. Dat moeten we onder
meer door onze andere manier van adviseren stap voor stap terug
winnen. Mijn devies is daarom: het advies dat je geeft, moet je ook aan
je schoonmoeder kunnen geven. Alleen als je ook tegen haar volmondig
zou kunnen zeggen dat je haar verder helpt, heb je je breed genoeg
georiënteerd op iemands financiële situatie.
Want voorlopig moeten ze even af-
wachten hoe het afloopt met het pand
in De Pijp in Amsterdam waar ze nog
anderhalf jaar huren. De eigenaar van
het pand is een half jaar geleden failliet
gegaan. Ze willen graag op hun ver-
trouwde locatie blijven zitten, maar zijn
daarbij mede afhankelijk van de stap-
pen die de curator gaat zetten.
Daarmee is opnieuw een spannende
periode aangebroken voor De Jong en
Torenstra. In 2007 namen ze afscheid
van de partner die samen met De Jong
Fresh Fitness was gestart, omdat hun
ideeën niet meer overeenkwamen. In
die periode komen ze in contact met
Brouwer & Oudhof Amsterdam (100%
dochteronderneming van RSM Niehe
Lancée Kooij, red.) en stappen ze
daarna helemaal over met hun
financiële administratie.
Volledig inzicht‘Door het gebruik van Exact Online heb-
ben we inzicht in onze administratie
tot achter de komma: niet alleen over
de omzet, maar ook de kosten zijn
volledig inzichtelijk. Ook voor kleine
zelfstandigen is dat reuze interessant’,
vertelt De Jong die verantwoordelijk is
voor de financiële zaken, de clubs heeft
ingericht, de marketing doet en de club-
software heeft ontwikkeld. ‘Ik gaf eerst
veel meer geld uit onder het motto: we
gaan hier volledig voor kwaliteit. Maar
de managementinformatie die ik nu
op dagbasis heb, maakt me veel eerder
bewust van wat wel en niet verant-
woord is.’
Dat betekent dat Torenstra, die de
clubs inhoudelijk leidt en het personeel
aanstuurt, nu ook wel eens moet wach-
ten op nieuwe materialen. Al heeft hij
naar eigen zeggen daarover niets te
klagen. Waar hij wel veel moeite voor
moest doen, is zijn collega’s te over-
tuigen van zijn nieuwste inzichten op
voedingsgebied.
‘De gemiddelde Nederlander krijgt veel
te veel koolhydraten en suikers binnen.
Logisch dat we met z’n allen te dik zijn.
Ik probeer mensen duidelijk te maken
dat ze niet zijn wat ze eten, maar wat ze
opnemen. Langzaam maar zeker gaat
iedereen om. Want je kunt wel gezond
eten, maar als dat niet door je lichaam
wordt opgenomen, heb je er niets aan.’
En dus wordt er tussen de middag geen
brood gegeten, maar een salade met
veel groenten en gerookte kip. Hij lijkt
wel een zendeling. Sporters die weinig
eten en op de sportschool komen om
alleen cardio-oefeningen te doen, kun-
nen wachten op een duidelijke uitleg
van Torenstra waarom dat weinig nut
heeft.
Krachttraining‘Ze vallen af, omdat ze hun spiermassa
verbranden. Maar mensen – vooral
vrouwen – die willen afvallen, hongeren
zichzelf uit en daardoor gaat de motor
in de spaarstand. Ze verbranden geen
vetten, maar slaan hun weinige reser-
ves juist op. Daardoor gaan ze ook in
ruststand minder verbranden en berei-
ken ze dus niets. Ik wil ze erop wijzen
dat gezonde en lekkere voeding in com-
binatie met krachttraining veel meer
zoden aan de dijk zet.’
Zijn collega’s heeft hij al overtuigd,
omdat Torenstra door deze methode
zelf een stuk lichter werd. Ook steeds
meer leerlingen volgen inmiddels zijn
voorbeeld. En De Jong die aanvankelijk
scepsis had bij de nieuwe eetgewoon-
ten van zijn collega, eet nu vrolijk mee
van zijn heerlijke versgemaakte lunch-
salades.
gwen van Loon | FranS STrouS
25 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 24
RSM ZakenGolfster op Rijk van NijmegenZo’n 180 vrouwen deden in mei mee aan de derde editie van RSM ZakenGolfster 2012 op
het Rijk van Nijmegen. De dag werd een succes. Niet alleen door het fantastische weer, maar
ook door het gevarieerde en intensieve programma: een clinic, masterclass, 9 holes wedstrijd
of – voor de geoefende golfster - een 18 holes wedstrijd.
De clinic, masterclass en 9 holes besloegen een halve dag. Daarnaast konden de aanwezigen
kiezen uit workshops die werden gegeven door toonaangevende vrouwen uit het zakenleven of
de sportwereld. Bij aankomst werd elke golfster apart op de foto gezet en gevraagd een kaartje in
te vullen met ‘naam’, ‘ik bied aan’ en ‘ik vraag’. Aan het eind van de dag waren alle zakengolfsters
met elkaar gematcht in categorieën als ‘sparringpartners & kennis’, ‘familiebedrijf’, ‘netwerken’,
‘golfmaatjes’ et cetera.
Daarna was het tijd voor netwerken en de prijsuitreiking. Cora van Dijk van RSM Nederland reikte
de RSM ZakenGolfstertrofee uit. Naast de wedstrijdprijzen voor beste putter, longest drive (verst
geslagen, red.) en best gespeeld was er dit jaar ook een prijs voor de best geklede dame.
Tot ’s avonds laat zaten de deelnemers op het terras. Volgens organistor Ariane Struyvenberg
van Match & Mentor was het doel - een unieke dag voor een kritische doelgroep bieden – geslaagd.
Voor 24 mei 2013 staat de volgende editie van RSM ZakenGolfster op de rol.
Zakenvrouwen slaan handen ineen tijdens RSM ZakenGolfster 2012
27 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 26
RSM World Day
Museum Rotterdam kiest voor RSM TempelmanNa een zorgvuldige afweging heeft Museum
Rotterdam vanaf het boekjaar 2012 RSM
Tempelman benoemd tot haar accountant. Met
de komst van deze klant bouwt RSM Tempelman
haar positie binnen de Rotterdamse gesubsidieerde
sector verder uit. Het museum heeft vooral voor
RSM Tempelman gekozen vanwege haar specifieke
deskundigheid in de sector en haar goede prijs/
kwaliteitverhouding.
Museum Rotterdam (www.museumrotterdam.nl)
vertelt het verhaal van Rotterdam, een stad met een
oude ziel en een jong hart. ‘Als Rotterdams kantoor
zijn wij er trots op Museum Rotterdam, dat zo diep in
de Rotterdamse samenleving is geworteld, tot onze
cliëntenkring te mogen rekenen. Wij hebben er alle
vertrouwen in dat dit het begin is van een constructieve
en langdurige relatie’, aldus verantwoordelijk
accountant Wouter de Jager.
Het RSM netwerk in Nederland wordt vertegenwoordigd door RSM Niehe Lancée Kooij met vestigingen in Alkmaar, Amsterdam, Haarlem en Utrecht, RSM Wehrens Mennen De Vries met kantoren in Eindhoven, Heerlen, Maastricht, Roermond en Venlo en RSM Tempelman te Rotterdam.
Voor al uw zaken op het gebied van accountancy, belastingadvies en corporate finance bent u niet alleen vandaag, maar op alle dagen van het jaar bij ons aan het juiste adres.
Ga naar www.rsmnederland.nl of stuur een e-mail naar [email protected].
RSM World Day
RSM is the brand used by a network of independent accounting and advisory fi rms each of which practices in its own right. RSM International Limited does not itself provide any accounting and advisory services.
Eén dagEén netwerkEén focus
Donderdag 20 september stond voor alle RSM-
kantoren in de wereld in het teken van RSM World
Day. Tijdens deze dag hebben de RSM-kantoren
over de gehele wereld extra aandacht besteed aan
het RSM Netwerk en de naam RSM.
Dit varieerde van traditionele Aziatische spelen, een
champagnereceptie, advertenties, een video wall in
het centrum van Parijs tot het doneren van bloed.
Kortom: een hoop ludieke manieren om de naam
RSM wereldwijd te verspreiden en met elkaar
verbonden te zijn.
RSM Nederland plaatste die dag een advertentie in
het Financieele Dagblad en alle medewerkers werden
getrakteerd op cup cakes. Daarnaast vond op zaterdag
29 september het RSM European Soccer Tournament
plaats in het Ronald McDonald Centre Only Friends
te Amsterdam. Op deze dag streden 175 RSM
medewerkers uit heel Europa tegen elkaar.
Historische rally RSM Niehe Lancée Kooij Samen met investeringsmaatschappij Teslin heeft RSM Niehe Lancée Kooij
op zaterdag 15 september een historische autorally gehouden.
De toertocht werd verreden op de bosrijke Veluwe. Cliënten van RSM Niehe Lancée
Kooij en Teslin bestuurden ruim 25 unieke en historische auto’s. Het was de eerste
keer dat RSM Niehe Lancée Kooij deze rally voor haar cliënten organiseerde. Maar
gezien de positieve berichten van de deelnemers is het zeker niet de laatste keer.
Cora van Dijk (45) is partner en vestigingsleider van
RSM Niehe Lancée Kooij in Utrecht. Ze heeft een
zoon van 16 en een dochter van 14 jaar oud. Naast
de werkzaamheden als extern accountant adviseert
ze vooral MKB-cliënten. Bijvoorbeeld in bijzondere
adviestrajecten, zoals bij overnames en – ‘in deze
tijden van toch ook slecht weer’ – bij reorganisaties
en/of doorstarts.
MarjoLein anSink FoTograFie
LinkedInWat heb je veel aan deze app bij het
voorbereiden van gesprekken met
klanten en acquisitie! Aanbevelingen
zijn echt waardevol. Je hebt je net-
werk veel eerder en gedetailleerder
in kaart dan je gewend was. Het is
hartstikke handig dat je snel ziet of
je gemeenschappelijke contacten
hebt met degene die je voor het eerst
ontmoet. Voor je het weet, heb je een
verzameling leuke mensen bij elkaar.
Geweldig! Voor onze marketing zet
RSM Niehe Lancée Kooij Facebook
ook steeds vaker in.
AppieIk ben inmiddels een echte iPhone-
adept. Ik ben niet zo van de nieuwste
snufjes en heb me voorgenomen niet
te veel apps te downloaden, maar
sommige zijn gewoon handig.
Appie is fantastisch, zeker nu ik
boodschappen die ik thuis wil laten
bezorgen ook via deze app kan be-
stellen. Ik doe mijn boodschappen
efficiënter: ik maak een boodschap-
penlijst met gesuggereerde recepten
en mijn looproute door de winkel
wordt meteen uitgezet. Zo houd ik
tijd over om te shoppen voor de
leuke dingen.
GolfshotDeze (betaalde) app bevat informatie
over heel veel banen: in Nederland en
het buitenland. Je kunt er je aantal
slagen invoeren en - rekening hou-
dend met je handicap - wordt je score
berekend. Handig. Vooral als je op de
baan niet te veel met cijfers bezig
wilt zijn. Handicapberekening en
scorekaarten kun je laten door-
sturen naar je e-mailadres.
Daarnaast doet deze app ook
aan GPS afstandmeting.
InstagramFoto’s maken en digitaal mooie
fotoalbums maken, is een hobby.
Daar besteed ik, zeker tussen Kerst
en Oud en Nieuw, wel wat vrije tijd
aan als ik de albums van dat jaar
weer samenstel. En ik kan je verze-
keren: daar maak ik veel werk van.
Instagram maakt het eenvoudig om
foto’s uit te wisselen en van speciale
filtereffecten te voorzien.
christelijklyceumzeist.nl Als je een druk bestaan leidt, is het extra fijn dat de school een
portal heeft waar ouders de ontwikkelingen op school, maar ook
de prestaties van hun kinderen kunnen volgen. Alle informatie is
hier gecentraliseerd. Je blijft betrokken bij de activiteiten en dat
vind ik als ouder erg belangrijk. Om diezelfde reden bezoek ik ook
regelmatig jonathan.nl van de voetbalclub waar ze allebei spelen
en manegezeisterbos.nl voor de laatste info over activiteiten bij
de manege.
zakengolfster.nl Een inspirerend zakelijk netwerkplatform van zo’n 200 dames.
Je merkt dat steeds meer vrouwen golfen en dat we tijdens en na
het spelen best tot zaken kunnen komen. Het lijkt of we elkaar
sneller business gunnen. Mede om die reden – naast het in contact
brengen van een groeiende groep topvrouwen – sponsoren we met
RSM Nederland sinds twee jaar het toernooi RSM ZakenGolfster:
een inspirerende golfdag met workshops op mooie banen. Onze
ongeschreven regel: maak gebruik van elkaars kennis en netwerk.
Je ontmoet elkaar niet voor niets.
mkb.nl Ik ben geen internetfreak, maar deze website klik ik dagelijks wel
even aan, net als nu.nl en dft.nl. Op mkb.nl vind je veel nuttige info
over bijvoorbeeld subsidieregelingen, maar ook regionale informatie
die je elders niet zo snel aantreft. Deze informatie helpt mij om
pro-actief mijn klanten te adviseren.
reizen.nlAls ik even tijd heb, ben ik graag een weekendje weg. Natuurlijk
zijn er veel apps en websites, maar deze raadpleeg ik regelmatig.
De zomervakantie en de wintersport breng ik sowieso met mijn
kinderen door, maar een weekendje weg doe ik ook graag met
vriendinnen.
29 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 28
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 30
Wie bij het hoofdkantoor van BRB
International in het Limburgse Itter-
voort op bezoek komt, merkt onmid-
dellijk dat hij met een internationaal
bedrijf heeft te maken. Er zijn parkeer-
plaatsen gereserveerd voor visitors
en naast de ingang hangt een bordje:
‘Please call for attention’. BRB ís ook
echt, ondanks de relatief bescheiden
omvang, een wereldspeler op de markt
van met name de productie van en
handel in siliconen en olieadditieven.
Het bedrijf, dat in 1981 als eenmans-
zaak startte op een zolderkamer in
Ittervoort, is vooral de laatste jaren
sterk gegroeid. Zette het in 1999 met
een personeelsbestand van twintig
man nog (omgerekend) 9 miljoen euro
om, dit jaar is dat opgelopen tot 130
miljoen euro met 150 mensen. En in
2020 moet de omzet 200 miljoen
bedragen.
‘De Nederlandse markt werd al snel
te klein voor onze groeiplannen’, zegt
Ralph Pinckaers (43), sinds 2005 ceo
van BRB. Hij kwam na zijn studie
chemische technologie in 1994 op het
laboratorium van het bedrijf te werken,
maar zijn ambities en kwaliteiten lagen
vooral op het zakelijke, commerciële
vlak. ‘Ik vroeg al gauw hoe de dingen
die ik ontwikkelde commercieel werden
benut’, vertelt Pinckaers. ’Dat bleek niet
zo gek veel te zijn, dus zag ik mogelijk-
heden.’
Management buy outVia een management buy out na een
dreigende overname wist hij samen
met zijn collega Wiro Bakker – niet
meer actief in het bedrijf, maar nog wel
aandeelhouder en adviseur – in 1999
BRB in handen te krijgen. ’We hadden al
enige ervaring met export, doordat we
hier in de buurt zaken deden met België
en Duitsland, maar we wilden écht naar
het buitenland.’ →
Ralph Pinckaers, bestuursvoorzitter BRB International BV:
‘Hard werken én plezier maken staan bij ons centraal’
Aan ambities geen gebrek, het
volgende doel is Zuid-Amerika.
Maar BRB International BV
uit Ittervoort wil zijn afkomst
niet verloochenen. ‘We zijn
een internationaal bedrijf met
een Nederlandse mentaliteit
en Limburgse inslag’, vat
bestuursvoorzitter Ralph
Pinckaers de geest van het
bedrijf samen.
Harry van DaM | Hugo THoMaSSen
31 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
33 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
Directeur Willemien van Aalst van het Nederlands Film Festival:
‘Ik geloof heilig in samenwerking’
In dagen van economisch ontij ziet algemeen directeur Willemien van Aalst van het
Nederlands Film Festival het als haar taak om het festival nog meer als lanceerplatform
neer te zetten en commerciële en artistieke films beide een podium te geven.
Dit jaar had het jaarlijkse festival als thema De Belofte.
gwen van Loon | jeroen oerLeManS
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 32
De eerste stap was naar de Verenigde
Staten. ’We kregen de tip dat de prijzen
voor ons daar interessanter waren dan
hier in Europa.’ Dus staken de mannen
de grote plas over en maakten in de VS
in veertien dagen achttien vluchten.
Knallen en verkopen’Knallen en verkopen’, typeert Pinckaers
die periode. ’We wilden er tegenaan,
waren serieuze ondernemers en hadden
niet de arrogantie van de multinational.
Kortom: men gunde ons de business.’
Dat werd het begin van groei en wereld-
wijde expansie. Naast twee vestigingen
in Ittervoort heeft BRB nu ook bedrijven
in de USA, in het Verre Oosten (Hong-
kong, Maleisië, Singapore en China) en
vanaf 2009 in Duitsland (Duisburg) en
het Poolse Krakau. Voor de komende
jaren staat de bouw van nieuwe
fabrieken in Ittervoort en Maleisië op
het programma.
‘De VS, Azië en Europa zijn onze kern-
gebieden’, zegt de ceo, ’maar Zuid-
Amerika is ons volgende doel. Twee
man zijn nu bezig de markt daar te
ontwikkelen. In het begin gebeurt dat
vooral door met hagel te schieten en
kijken wie van de concurrenten er
daardoor omvalt. Maar ik heb er alle
vertrouwen in, dat het gaat lukken.
Onze ambitie, flexibiliteit en innovatie
slaan ook daar aan.’
Wereldwijd netwerkLastig is natuurlijk wel dat de wet- en
regelgeving op fiscaal en juridisch ge-
bied in al die landen sterk van elkaar
verschillen. Komt BRB in dat opzicht
niet telkens voor complexe vraagstuk-
ken te staan? ‘Dat is precies de reden
waarom we vijf jaar geleden zijn over-
gestapt naar RSM Wehrens Mennen
De Vries’, vertelt Pinckaers. ’Zij zijn
eigenlijk net als wij: ze hebben lokaal
een sterke positie, maar beschikken
via RSM over een wereldwijd netwerk,
dat ze heel direct kunnen aanboren en
inschakelen. Op die manier begeleiden
ze ons nauw bij de internationale acti-
viteiten.’
Leo van Wersch en Lucas Janssen van
RSM WMV maken feitelijk deel uit van
het financiële team van BRB. In die
hoedanigheid adviseren en controleren
ze de financiën bij het bedrijf en als het
nodig is, trappen ze ook op de rem, legt
Pinckaers uit. ‘Dat is belangrijk, want
ik ben een ondernemer en dus niet te
stoppen, maar met goede argumenten
ben ik wel af te remmen.’
Voor de chemisch technoloog staan
twee dingen centraal in zijn bedrijf:
hard werken en plezier hebben. ‘Ik ben
zo’n 150 nachten per jaar van huis,
vooral vanwege reizen naar Azië. Maar
ik heb er plezier in; dat reizen heeft
mijn leven ook enorm verrijkt’, zegt hij.
‘Door mensen uit andere landen en
culturen te ontmoeten, door te zien hoe
het er elders in de wereld uitziet, krijg je
een scherper beeld van de werkelijkheid.
Hoewel de verschillen tussen pakweg
de VS en Maleisië levensgroot zijn, leer
je dat de waarheid nooit zwart/wit
ligt. Ik begrijp de mensen nu beter dan
vroeger.’
Tijd voor ontspanningBij BRB wordt door iedereen hard ge-
werkt, maar Pinckaers let er wel op, dat
ook dat met plezier gebeurt. ‘Als onze
verkopers op reis zijn, hoeven ze niet
business class te vliegen en in vijfster-
renhotels te slapen, maar ze mogen
best tijd nemen voor wat ontspanning.
Er is vaak al genoeg stress. Een biertje
hoort er bijvoorbeeld bij, net als een
beetje om je heenkijken. Ik zeg altijd:
je moet reizen zoals je dat ook met je
familie zou doen.’
Vorig jaar, bij het dertigjarig bestaan
van BRB, zijn alle negentig medewer-
kers uit Ittervoort met hun familie in
twee vliegtuigen vier dagen naar Turkije
geweest. ‘We hebben geweldige dagen
gehad, maar toen we terugkwamen en
de eerste klant belde met een probleem
en daarmee de planning doorkruiste,
werd door iedereen direct de mouwen
weer opgestroopt. Zo hoort het ook.’
De ceo karakteriseert zijn bedrijf als
een internationale onderneming met
een Nederlandse mentaliteit – ‘zeker
in de chemie staan we als land goed
bekend’ – en een Limburgse – ‘lees
Bourgondische’ – inslag. ‘Ik zie het
bedrijf ook als een voetbalteam’, zegt
hij. ‘De zwakste schakel mag nooit de
schuld krijgen, de middenas is belang-
rijk én verantwoordelijk. En daarbij is
voetbalhumor ook belangrijk. Je mag
elkaar best de waarheid vertellen, des-
noods hard. Ik heb lang genoeg gevoet-
bald om te weten, dat dat goed is voor
het collectief en dus voor het resultaat.’
Nederlandse militairen die in
Uruzgan zijn gesneuveld), The
Domino Effect over wat er gebeurt
als de economische crisis toeslaat
en De regels van Matthijs over een
autistische man die een jeugdvriend
van de regisseur is.
Adrenaline
Verder zal ze blij zijn als de kop eraf
is tijdens de opening en verheugt ze
zich er ook op om na afloop te kunnen
zeggen dat het klopte. ‘Je werkt een
heel jaar aan zo’n programma.
Vervolgens leef je tien dagen op
adrenaline. Dan is het fijn als je
achteraf kunt concluderen dat het
voor het publiek en alle betrokkenen
weer een geweldige ervaring was.’
RSM Niehe Lancée Kooij is sinds
dit jaar ook een betrokkene nu het
kantoor onlangs is toegetreden tot
de NFF Ondernemers Club. ‘Die
bestaat momenteel uit 51 bedrijven,
waarvan sommige uitgroeien tot
sponsor van het festival. Veel
bedrijven komen uit de regio Utrecht.
Gedurende het jaar komen we drie
keer met hen bijeen. Het is een heuse
netwerkclub waar bestaande leden
nieuwe introduceren. De club
bestaat al ruim tien jaar, maar sinds
een jaar is de naam veranderd
van NFF Vriendenvereniging naar
NFF Ondernemers Club, omdat
steeds meer culturele instellingen,
waaronder wij zelf, Vriendenclubs
oprichten. Die bestaan vaak vooral uit
consumenten en we wilden daarmee
duidelijk het verschil aangeven.’
Het NFF draait al jaren voor een derde
op subsidie. De rest van het budget
wordt opgebracht door sponsoring,
fondsen en vrienden van het festival.
‘We waren onze tijd ver vooruit’,
legt Van Aalst uit. Ze ervaart meer
concurrentie nu de markt wordt
overspoeld door culturele instellingen
die op zoek gaan naar andere
inkomstenbronnen nu er minder
publiek geld beschikbaar is.
‘Het imago van de sector werkt tegen
ons. Dat is soms knap lastig.’
Waar mogelijk werkt Van Aalst
samen met de collega’s van andere
filmfestivals in Nederland, zoals
het IDFA in Amsterdam. Ze wisselen
kennis, ervaringen, techniek,
backoffice, personeel, kassasystemen
en marketinginstrumenten uit.
Van Aalst was dan ook een van de
oprichters van IDFA – het grootste
documentairefestival ter wereld – in
Amsterdam waar ze 12,5 jaar
aan verbonden was en weet dus al
vanuit haar eerdere rol waar festivals
behoefte aan hebben.
Professionaliteit
Ook met het Festival Oude Muziek
en het Spring Dance Festival – dat
in 2013 fuseert met het Festival a/d
Werf – die allebei jaarlijks in Utrecht
worden gehouden, werkt ze waar
mogelijk samen. ‘Die kruisverbanden
hebben de laatste jaren een grote
vlucht genomen. Het is niet meer
ieder voor zich. De branche kenmerkt
zich door een hoge mate van
professionaliteit’, is haar ervaring.
Ze zwaait sinds oktober 2009, de
dag na het festival van dat jaar, de
scepter in Utrecht. ‘Het helpt dat
ik zelf iemand ben die gericht is op
samenwerking. Daar geloof ik heilig in.’
‘In deze baan komt al mijn ervaring
samen: het festival zelf, de pro-
grammering van het festival, het
bestuurlijke en het zakelijke. Je zit
hier nog dichter op de filmsector dan
bij het IDFA. Bovendien woon ik al
dertig jaar in Utrecht. Het geeft ook
een extra dimensie dat ik nu in de
stad waar ik zelf leef mijn passie zo
kan uitdragen en zo kan bijdragen
aan het profileren van Utrecht als
kunst- en cultuurstad.’
De 32e editie van het Nederlands
Film Festival (NFF) staat op de rol als
de redactie Willemien van Aalst (49)
spreekt. Ze is – in elk geval op het
oog – nog uitermate ontspannen aan
de vooravond van haar derde festival.
Maar Van Aalst geniet dan ook van
het aansturen van de organisatie die
vlak voor het festival op z’n grootst is.
‘In het laagseizoen hebben we
veertien mensen in dienst met
kleine contracten die in de loop
naar september worden uitgebouwd.
Ook het aantal mensen met een
echte baan bij het NFF groeit dan
tot 60 à 70 vlak voor en tijdens het
festival. Tijdens het festival zelf
komen daar zo’n 400 vrijwilligers bij.
Na afloop zijn we meteen weer met
een kleine bezetting. ’Ze verwacht
dat ze steeds meer met freelancers
zal gaan werken, want ook het NFF
ontkomt niet aan bezuinigingen.
‘Deze manier van werken geeft de
dynamiek van een gekke harmonica
en vergt inlevingsvermogen om de
boel goed te managen.’
Vitaliteit
Elk jaar heeft het festival een eigen
kleur door voor een ander accent in
de programmering te kiezen. Dit jaar
is De Belofte tot het hoofdthema
gekozen. ‘Daarmee willen we
aangeven dat we toekomstgericht
zijn, willen we een tegengeluid
horen tegen het pessimisme dat ons
omringt door de recessie, staan we
voor vitaliteit en bieden we ruimte
aan aanstormend talent.’
Alle films die in competitie zijn voor
een Gouden Kalf heeft ze van tevoren
gezien. Maar ze zag er uiteraard nog
veel meer, maar niet alle 400 die
tijdens het festival worden vertoond.
‘Dat is niet te doen naast al het
andere werk.’ Ze verheugt zich op de
openingsfilm Nono, het zigzag kind.
‘Spannend, want we hebben echt voor
een familiefilm gekozen. Dat is nog
nooit gebeurd.’
Verder is ze benieuwd naar de
reacties op Dark Blood (‘een bijzonder
project van George Sluizer die na
jaren een film heeft afgemaakt
waarvan de belangrijkste acteur
tijdens het draaien is overleden’),
Gesneuveld (film van Robert Oey
met de nabestaanden van
35 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 34
Hoewel inmiddels meerdere bedrijven
met het product actief zijn, is de
melkrobot van BouMatic Robotics
uniek; de robot benadert de koe na-
melijk vanachteren. ’Hierdoor voelt
de koe zich beter, is zij rustiger en
produceert het dier meer en langer
melk’, aldus Hidding (43). ‘Wij noe-
men dat snel en efficiënt melken met
zo min mogelijk afleiding voor de koe.
En inderdaad, melkrobots zijn meer
dan een trend, ze zijn de toekomst
voor de melkveehouderij.’
In het voorjaar van 2011 startte
BouMatic Robotics met vier perso-
Managing director Ebel Hidding van BouMatic Robotics:
‘Melkrobots meer dan een trend’
Als binnen een week RTL Nieuws, de Volkskrant en het Financieele Dagblad
ruim aandacht besteden aan robotisering in de landbouw en veeteelt, dan weet
je dat het meer is dan een trend. Dat blijkt ook als je praat met managing director
Ebel Hidding van BouMatic Robotics dat nu ruim een jaar melkrobots produceert
voor melkveebedrijven.
neelsleden. In september dat jaar
werd het eerste product gelanceerd
op een grote landbouwbeurs in
Frankrijk. De innovatieve melkrobot
MR S-1 kwam zo op de Europese
markt en inmiddels zijn in het eerste
jaar vijftig units à raison van ruim
honderdduizend euro verkocht.
De onderneming uit Emmeloord
heeft inmiddels meer dan dertig
personeelsleden. Eind 2013 zullen
er naar verwachting zestig mede-
werkers zijn.
Romantisch beeld
Iedereen kent de boer die dagelijks
op vaste tijden zijn koeien melkt. Die
gaat vroeg uit de veren, is overdag
druk op het boerenbedrijf en gaat
’s avonds na de koffie nogmaals
de stal in om te melken. Dit bijna
romantische beeld is met rasse
schreden aan het verdwijnen.
Hidding: ‘Een veehouder die een
melkrobot gebruikt, kan meer
rendement uit zijn veestapel halen.
Bovendien wordt zijn leven met de
melkrobot niet meer bepaald door
vaste melktijden. Door de efficiëntere
manier van werken houdt de veehou-
der meer tijd over om zijn bedrijf te
managen. Met minder inspanningen.’
De melkrobot herkent een koe via
een sensor en weet zodoende welke
behoefte het dier heeft. Enerzijds
weet de computer hoeveel voer het
dier nodig heeft en anderzijds hoeveel
melk de koe moet geven. ‘Bij elkaar
opgeteld kunnen veehouders zo een
grote efficiencyslag maken. Hoewel
een boer serieus moet investeren,
zal zijn bedrijf uiteindelijk beter
renderen.’
Hoge kwaliteit
Hidding kwam ruim een jaar geleden
aan boord als managing director,
zonder specifieke ervaring in de
veehouderij of de techniek van
melkproductie. ‘Ik heb wel twaalf jaar
gewerkt bij een leverancier voor de
automobielindustrie. Als je gewend
bent met hoge kwaliteit te werken,
weet je veel van processen en de
aansturing daarvan. Mede door deze
kwalificaties stuur ik de onderneming
nu een gezonde toekomst in.’
BouMatic Robotics is een mooi voor-
beeld van een groeiende innovatieve
onderneming die gedijt onder een
slecht economisch gesternte. De
melkveehouderij zit middenin een
transitie van de meer conventionele
wijze van melken naar productievere
methoden. De robots uit Emmeloord
spelen in op deze behoefte.
‘De prognose is dat er per jaar zo’n
zeshonderd melkrobots bijkomen op
de boerenbedrijven in Nederland. Wij
willen er tweehonderd gaan leveren’,
maakt Hidding de ambities duidelijk.
‘In Europa is de markt ongeveer
vijfduizend robots groot. Ook daar
zit veel potentieel voor ons.’ Maar de
ambities van de onderneming gaan
verder. ‘In het Canadese Ontario
openen we binnenkort onze eigen
vestiging.’
Zusterbedrijf
Het bedrijf is een zusterbedrijf van
BouMatic in de Verenigde Staten.
‘Dat legt zich toe op de conventionele
melktechniek en is daar marktleider.
In de verdere ontwikkeling van hun
melktechniek kwamen ze op het idee
van een melkrobot’, vertelt Hidding.
‘Maar al snel bleek dit niet goed te
passen in de cultuur van de bestaan-
de onderneming. Het is echt een an-
dere benadering van het melkproces.
Daarom heeft de moedermaatschap-
pij ervoor gekozen de ontwikkeling
van de melkrobot hier in Nederland
te doen en zo is BouMatic Robotics
ontstaan.’
Zo is ook RSM Niehe Lancée Kooij in
beeld gekomen. BouMatic is cliënt
bij de Amerikaanse tak van RSM.
In de dagelijkse internationale
contacten die binnen het RSM-net-
werk plaatsvinden, werd de vestiging
in Utrecht gewezen op de komst van
de onderneming naar Emmeloord.
Zo is de relatie gestart en wordt nu
verder uitgebouwd; een voorbeeld van
hoe de internationale vertakking van
het RSM-netwerk voor beide partijen
goed kan uitpakken.
Gepatenteerde vinding
Robotics onderscheiden zich door een
gepatenteerde vinding. ‘Onze robots
benaderen de koe vanachter. Zo blijft
het dier rustig en merkt weinig van
de robotarm die met haar vier spenen
bezig is. Koeien blijken een hogere
melkproductie te hebben als ze rustig
zijn. Vanuit dat gegeven is onze melk-
robot ontwikkeld. Verder is de ma-
chine zonder verbouwing eenvoudig
in bestaande stallen te plaatsen en
heeft de machine ingebouwde selec-
tiemogelijkheden.’
Sms-bericht
De koe wordt de unit in gelokt met
voer dat speciaal aan haar wordt
aangeboden. Vervolgens worden de
spenen ‘gestimuleerd’, voordat een
door een sensor gestuurde arm de
melkbekers aansluit op de spenen
van de koe. ‘En na het melken worden
de spenen automatisch gesprayd
om bacteriologische infecties te voor-
komen. Daarna gaat het hek automa-
tisch open en loopt de koe terug de
kudde in’, aldus Hidding. Het gebeurt
allemaal zonder dat de boer in de
buurt is. ‘Mocht zich onverhoopt een
probleem voordoen met de appara-
tuur of met de melkproductie, dan
krijgt de boer automatisch en direct
een sms-bericht.’
MarceL PaaPST | erik van Der BurgT
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 22 37 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 36
39 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 38
Echtpaar Van Lien-Put van Museum Van Lien blijft verzamelen Leo en Geri van Lien openden in 1999 hun Museum + Galerie Van
Lien. In het voormalige gemeentehuis van Fijnaart hebben ze de
mogelijkheid mensen mee te laten genieten van hun passie voor
kunst en hun daarbij horende drift om werk te verzamelen van
Nederlandse, nog levende kunstenaars. In het museum heeft hun
collectie inmiddels een publiek dat vele malen groter is dan familie,
vrienden en kennissen.
Gwen van Loon | Frans strous
‘Toegang tot de galerie kost niks,
maar daar is alles te koop. Wil je het
museum in, dan moet je entree betalen,
maar is er vervolgens niets te koop’
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 40 41 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
In het museum zijn momenteel twee
overzichtstentoonstellingen: van
Clary Mastenbroek en Jasper van Put-
ten. Maar de vaste collectie bestaat
uit werken die het echtpaar zelf heeft
verzameld van (vooral) hedendaagse
Nederlandse kunstenaars. Criterium
bij het verzamelen is dat de arties-
ten nog leven op het moment van
aanschaf. ‘Op die manier kunnen we
kunstenaars stimuleren hun werk te
blijven maken, omdat we eraan bij-
dragen dat zij van hun artistieke werk
kunnen bestaan.’
Leo en Geri willen zo op hun manier
stimuleren dat kunst uit hun eigen
periode een plek krijgt in de kunst-
geschiedenis. ‘In de 19e eeuw was
vooral de vraag naar eigentijdse
schilderijen sterk gekrompen. Toen
begon de blinde verering van het
zogenoemde Hollandse realisme uit
de Gouden Eeuw. Voor de eigentijdse
kunst was in het gegoede interieur
een ondergeschikte plaats weggelegd
en daarmee was de vraag sterk ge-
krompen. Belangrijke handelaren ver-
kochten voornamelijk werk van oude
meesters. Belangrijk is dus dat men
zijn geld niet alleen aan oude kunst
besteedt, maar ook aan eigentijdse.’
Zonder subsidie
Hun privécollectie is inmiddels in
bruikleen gegeven aan de Stichting
Museum + Galerie Van Lien dat het
museum runt. Het particuliere mu-
seum draait zonder één cent subsidie
en de kunstliefhebbers verlenen al-
leen voorfinancieringen aan de stich-
ting om nieuwe werken aan te kunnen
schaffen. Het idee is dat de stichting
zichzelf bedruipt door inkomsten te
verwerven met entreegelden, boeken,
kaarten, galerieverkopen en door
dienst te doen als culturele ontmoe-
tingsplaats voor bijvoorbeeld
lezingen, cursussen en concerten.
‘Ik zeg altijd: toegang tot de galerie
kost niks, maar daar is alles te koop.
Wil je het museum in, dan moet je
entree betalen, maar is er vervolgens
niets te koop’, lacht Leo van Lien.
Dat is niet helemaal waar. Soms is er
tijdens een expositie werk te zien van
een kunstenaar, waarvan de eigenaar
best afstand wil doen van zijn werk.
Dat is uiteraard niet meteen zicht-
baar. Maar Leo en Geri weten ervan
en als bezoekers oprecht interesse
hebben werk van de betreffende
artiest te kopen, vervullen ze graag
een bemiddelende rol.
‘Uiteindelijk willen we dat onze col-
lectie publiek wordt. Maar in welke
vorm we dat het beste kunnen gieten,
weten we nog niet’, vertelt Leo (64).
Hij en Geri (54) vinden het belangrijk
dat de collectie – nu ruim 400 werken
– uiteindelijk openbaar kunstbezit
wordt als zij die niet meer willen of
kunnen verzorgen. Leo: ‘We trekken
gemiddeld 5000 bezoekers per jaar.
Niet slecht voor een klein museum,
vind je niet?’
Museum Boymans
Het eerste afspraakje van het latere
echtpaar vond plaats in Museum
Boymans waar Leo als jong ventje die
van tekenen hield, al vaak kwam en
waar hij op zijn vijftiende gegrepen
werd door De Mandril van Kokoschka.
Voeg dat bij de passie die journalist/
museumdirecteur/televisiepresenta-
tor Pierre Janssen kon overbrengen
als hij op zondag in zijn televisiepro-
gramma Kunstgrepen op televisie
vertelde over kunst, en je begrijpt
waarom de kunstliefhebber later
expressionistische kunst gaat
verzamelen.
Geri hield ook van schilderen. Zij had
een eenvoudige kleurdoos en een ezel,
Caran d’Ache-materialen kreeg ze pas
later. ‘Als ik door het museum loop,
ben ik altijd onder de indruk van de
prestatie die de schilders neer hebben
gezet. We hebben nu thuis ook een
atelier en als ik zelf schilder ontdek
ik elke keer weer hoe moeilijk dat is.’
Het komt er niet zo vaak van. ‘Mees-
tal ben ik er als de kleinkinderen,
nichtjes en neefjes bij ons op bezoek
zijn en zich er creatief willen uitleven.’
Bezoekers van het museum vragen
Leo soms hoe lang de kunstenaar
over een werk doet. ‘Eigenlijk kun je
daar maar een antwoord op geven.
Niet de daadwerkelijke tijd die ze aan
dat ene werk hebben besteed, maar
de periode die nodig is geweest om
te schilderen zoals ze nu doen. Elke
schilder maakt een ontwikkeling door
en dat lees je het beste af aan zijn of
haar laatste werken. Zo is de gelaagd-
heid van de schilderijen van Clary
Mastenbroek iets wat ze zichzelf eigen
heeft gemaakt door eindeloos
te blijven schilderen.’
→
De collectie Van Lien-Put
In de collectie Van Lien – Put zijn drie belangrijke lijnen te ontdekken. De eerste
is die van de realistische, expressionistische en figuratieve kunst. De tweede lijn
is die van het abstract expressionisme: abstracte kunst, die vooral uitgaat van de
persoonlijke emotie en nauwelijks geometrisch van aard is. Soms raken die twee
lijnen elkaar. Zo is een aantal schilderijen in de collectie onmiskenbaar verwant
aan zowel de figuratieve als de abstracte kunst. De derde lijn is wel van geome-
trische aard. De laatste tijd zijn er ook nog een aantal werken aan ‘de eerste en
de derde lijn’ toegevoegd in technieken, die eerder iets onderbelicht waren in de
collectie, namelijk grafische technieken zoals etsen, mezzotinten en litho’s.
In alle werken is steeds een sterke beeldtaal terug te vinden als uiting van het
gevoel van de kunstenaar. De collectie omvat momenteel circa 400 werken van
meer dan tachtig Nederlandse en Vlaamse kunstenaars en wordt nog steeds
uitgebreid.
rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012 42
Leo en Geri van Lien begonnen samen
met verzamelen in 1991 toen ze een
relatie kregen. Leo was mede-eigenaar
van een bedrijf dat noodverlichting
maakte, waar Geri ook werkte.
Hij verkocht dat bedrijf in 1992 aan
een Canadese firma. ‘Uiteindelijk ben
ik op mijn 43ste met prepensioen
gegaan en daar kwam dus al snel
deze uit de hand gelopen hobby bij.’
Het museum in het voormalige
gemeentehuis in Fijnaart opende
in 1999 zijn deuren.
Het kunstminnend echtpaar en de
dertig vrijwilligers die hen ondersteu-
nen maken zich er geenszins met een
jantje-van-leiden van af. Drie dagen
per week zijn het museum en de
galerie open, als ze een expositie
organiseren, speuren ze overal op
zoek naar werk van de betreffende
kunstenaar en halen ze vrijwel alle
werken eigenhandig op. ‘Het is
ongelooflijk wat er bij komt kijken,
maar we boffen dat we zo’n groot
vrijwilligersteam hebben dat fantas-
tisch op elkaar is ingespeeld’,
aldus Geri.
Inkomstenbelasting
RSM Tempelman hielp het echtpaar de
collectie onder te brengen in de stich-
ting. ‘Mijn vraag was: hoe doen we
dat? Wat is redelijk? We zijn niet op
zoek naar slimmigheidjes om wie dan
ook te slim af te zijn.’ Pim van Baten-
burg van RSM Tempelman maakte in
het begin deel uit van het stichtings-
bestuur. Nu doet zijn kantoor het
accountantswerk voor het echtpaar
en voor de stichting.
Aftrek inkomstenbelasting
‘Er speelt momenteel een bijzondere
kwestie waar Pim ons op attendeerde.
Eigenaren die kunst in bruikleen
geven, mogen mogelijk 10 à 15% van
de waarde van het kunstwerk aftrek-
ken van hun inkomstenbelasting.
Of dat doorgaat, is nog niet duidelijk.
Maar als dat zo is, dan kan dat grote
gevolgen hebben.’
‘Heb je een heuse Rembrandt in je
collectie, dan zou het zomaar kunnen
dat je geen inkomstenbelasting meer
hoeft te betalen’, grapt Leo. Hij kan
zich niet voorstellen dat dat de be-
doeling is. ‘De belastinginspecteur is
tegen de uitspraak in beroep gegaan
en het duurt nog even voordat er dui-
delijkheid is. De rol van Pim is dat hij
ons pro-actief op de hoogte houdt.
Heel prettig.’
Na het opbouwen van een expositie
vragen Leo en Geri zich soms af of
ze er nog wel mee door willen gaan.
‘Leo wordt 65 en het is vooral fysiek
best zwaar’, legt Geri uit. Maar voor-
alsnog blijven zij voorlopig samen
aan het roer staan. ‘We komen alle-
maal gepassioneerde mensen tegen:
de vrijwilligers, de kunstenaars, de
bruikleengevers én niet te vergeten
onze bezoekers. Je krijgt zo veel leuke
reacties en hebt door de kunst zoveel
leuke en verschillende gesprekken.
Dat willen we nog niet missen.’
Lezers die het Museum Van Lien in Fijnaart
(Noord-Brabant) bezoeken krijgen op
vertoon van dit blad het boek ‘Op doorreis ...’,
uitgegeven ter gelegenheid van het eerste
lustrum, gratis. De exposities van Clary
Mastenbroek en Jasper van Putten zijn tot
30 december te zien.
43 rSMagazine | nummer 6 | jaargang 3 | najaar 2012
← Het Groot ComplimentenboekHet is heerlijk als iemand je laat weten dat je er goed uitziet, dat je een bijzondere prestatie hebt
geleverd of dat je veel voor hem of haar betekent | Complimenten zijn dus altijd welkom, maar waarom
zijn we er zo zuinig mee? Ontdek hoe je thuis en op het werk mensen kunt waarderen met originele, oprechte
complimenten. Lichaamstaaldeskundige Frank van Marwijk en waarderingsexpert Hans Poortvliet hebben samen
een prachtig vormgegeven boek geschreven over een van de meest onderschatte aspecten van de menselijke
psychologie.
TITEL: HET GROOT COMPLIMENTENBOEK
AUTEUR(S): FRANK VAN MARWIJK EN HANS POORTVLIET
UITGEVER: HAySTACK
ISBN10: 9461260377
PRIJS: € 24,95
← Mood MakerGastheerschap en gastvrijheid staan volop in de belangstelling binnen de dienstverlening: het leidt tot
loyale klanten, tevreden medewerkers en een hoger rendement | Daarom zoeken veel organisaties naar
manieren om gastheerschap te ontwikkelen. Want is niet iedereen in dienst van zo’n organisatie gastheer (m/v)?
Mood Makers zijn medewerkers die daarin uitblinken: zij geven gasten een welkom gevoel en spelen in op hun
behoeften. De kunst is hun energie te gebruiken als inspiratiebron voor anderen. In dit boek wordt duidelijk hoe
gastvrije organisaties worden ontwikkeld. De auteurs hebben hun gedachtegoed succesvol in de praktijk getoetst.
Het boek is geschreven voor iedereen die betrokken is bij organisatieverandering en -ontwikkeling in dienstverle-
nende organisaties, maar ook geschikt voor opleidingen waarin gastvrijheid ruime aandacht krijgt.
TITEL: MOOD MAKER
AUTEUR(S): JOHN HOKKELING, LAURA DE LA MAR
UITGEVER: UITGEVERIJ BOOM/NELISSEN
ISBN: 97890244
← Timemanagementkalender 2013Al op zoek naar een cadeautje voor Sinterklaas of Kerst waarmee je je collega, partner, familie of
vriend(in) handige tips wilt geven om hun leven op orde te krijgen, meer oog te hebben voor een
fatsoenlijke work-life balans en ze tegelijkertijd gerust te stellen? | Met de Timemanagementkalender
2013 – ondertitel: voor mensen met het drukdrukdruksyndroom – hebben ze daar 365 dagen de tijd voor.
Je hoeft niet alles morgen te beheersen… In de kalender vind je de nieuwste psychologische inzichten, praktische
tips om tijd en energie uit te sparen, alles over schermverslaving en andere inefficiënte gewoontes, verrassende
suggesties om je doelen te bereiken en uiteraard prikkelende quotes, handige websites en ervaringsverhalen. Voor
iedereen die zijn tijd wel wil managen en het niet erg vindt daar af en toe bij geholpen te worden.
TITEL: TIMEMANAGEMENTKALENDER 2013
AUTEUR: MARTINE VECHT
UITGEVER: BUSINESS CONTACT
ISBN10: 9047004868
angeLique TiMMer-weiSScHer
Kleurgebruik 80% zwart 60% zwart 100% cyaan100% magenta
Een geslaagde productfoto is een mix van de juiste techniek, inhoud, creativiteit en gevoel. Bovendien is een
goed beeld essentieel voor een eerste indruk en die krijgt uw doelgroep maar één keer. Beelden spreken tot
de verbeelding: ze maken een product tastbaar en zorgen voor een beleving. Fotostudio Casper Lourens –
onderdeel van de Nefli Groep - verstaat die kunst als geen ander. De fotostudio behoort met een oppervlakte van
3000 m2 tot één van de grootste fotostudio’s van Nederland. Ons enthousiaste team van fotografen en stylisten
verzorgen beeldproducties voor de meest uiteenlopende klanten in de fashion-, food-, lifestyle- en retailbranche.
Op locatie of in de studio, packshot-, model- of sfeerfotografie, ze zijn allemaal specialisten in hun vakgebied.
De gefotografeerde beelden kunnen naar wens bewerkt en gebruikt worden voor alle soorten media.
Meer weten? Wij helpen u graag!
Fotostudio Casper Lourens is onderdeel van de Nefli Groep.
[email protected] I www.nefli.nl I Rutherfordstraat 9 I 2014 KA Haarlem I 023 7113630
Fotografie is een kunst