Dorpenkrant nr 9, 2009
description
Transcript of Dorpenkrant nr 9, 2009
D O R P E N K R A N T N U M M E R 9 ✱ J A A R G A N G 4 ✱ J U N I 2 0 0 9 ✱ P R I M O N H , H E T K E N N I S C E N T R U M VA N D E S O C I A L E P R A K T I J K
Twee besturenDe gedegen aanpak van de medi-
sche ruimte door met alle betrokken
partijen te overleggen is het bestuur
van de stichting Gemeenschaps-
centrum wel toevertrouwd. De
negen bestuursleden zijn namelijk
tevens bestuurslid van de dorps-
commissie, een club waarvan je
zo’n maatschappelijke opstelling
mag verwachten. De bestuursleden
hebben in beide besturen dezelfde
functies. Er wordt eenmaal per
maand vergaderd waarbij er maar
één agenda is. Per onderwerp
wisselen de bestuursleden zo nodig
van pet. Het is nooit anders geweest
en het functioneert prima. De dorps-
commissie houdt zich bezig met
de behoeften van het dorp, die zo
nodig een plaats in het dorpshuis
kunnen krijgen. En de stichting
Gemeenschapshuis wordt ervoor
behoed om zich naar binnen te
keren en alleen maar met het
beheer bezig te zijn. In de volks-
mond zijn de twee besturen
samen ‘de dorpscommissie’.
Groot onderhoudOok groot onderhoud van het al
bestaande gedeelte van De Bijen-
korf stond op het verlanglijstje.
Aan de keuken, de voorraadkamer,
het dak, de toiletten en de fundering
moest het nodige gedaan worden.
Omdat het dorpshuisbestuur eige-
ze immers op voor het beheer en
het onderhoud, ook van het dorps-
servicepunt. En als de huisarts het
voor gezien houdt is het aan het
bestuur om weer een nieuwe te
vinden. Toch hebben ze nooit over-
wogen de regie uit handen te geven.
Ruud verwoordt het zo: ‘Het dorps-
huis is van de mensen zelf. Dankzij
hen was de bouw veertig jaar gele-
den mogelijk. Driekwart van de
huishoudens stuurt trouw de jaar-
lijkse acceptgiro met de vrijwillige
bijdrage voor het dorpshuis ingevuld
terug. Het is ook trots, we willen als
dorp eigen zeggenschap hebben’.
Na een rondleiding door het gebouw
laat ik het woord ‘successtory’
vallen. ‘Ja’, zegt Ankie, ‘dat is het
misschien wel. Maar het gaat niet
vanzelf. Veel vrijwilligers hebben
heel veel werk verzet’.
Jaap de Knegt
Medische ruimteDaarom de koe bij de horens gevat
en alle betrokken disciplines aan
tafel uitgenodigd: het verzorgings-
huis, de woningstichting, de wel-
zijnsstichting en de gemeente. Na
diverse vergaderingen rolde daar
een plan uit waar alle partijen zich
in kon vinden. Zo kwam er een
medische ruimte bij het dorpshuis
waar de huisarts nu eenmaal per
week spreekuur houdt en waar ook
de fysiotherapeut en de pedicure
gebruik van maken. Daarvoor was
een uitbreiding aan de voorkant van
het gebouw nodig waarin ook de
wachtkamer, een nieuwe hal en de
vergaderzaal/ontmoetingsruimte
zijn ondergebracht. Met elkaar is
dat het dorpsservicepunt.
Krimpenen groeien
Elke kerneen consulent
Een dorps-agenda maakt
het verschil
Water voor wonen
Stage doen in het dorp
PAGINA: 2 PAGINA:
3 PAGINA: 6 PAGINA:
7 PAGINA: 8
naar van de accommodatie is werd
er uit eigen geleding een vijfkoppige
bouwcommissie ingesteld. Deze
vrijwilligers hebben bergen werk
verzet. Voor de fi nanciering konden
zij een beroep doen op de regeling
Groot Onderhoud en verbouwen
van de provincie Noord-Holland.
De gemeente Texel vroeg geld aan
voor het dorpsservicepunt bij de
provinciale regeling Wijksteun-
punten breed (inmiddels opgegaan
in de regeling MFA, zie kader).
Andere fi nanciers waar met succes
een beroep op is gedaan zijn o.a. de
gemeente Texel, het Oranje Fonds,
het VSB Fonds, de Rabobank en
TESO, de eigen veerdienst van
het eiland. De verbouwing is klaar
en het gebouw is al weer een tijdje
in gebruik. Het oogt fris en van
deze tijd. Houten palen in de verder
strakke gevel geven het gebouw
een vriendelijker uiterlijk.
ZeggenschapWaarom heeft ‘de dorpscommissie’
zijn nek zover uitgestoken? Als
eigenaar van het gebouw draaien
‘DE KOE BIJ DE HORENS’
Subsidieregelingen provincie Noord-HollandDe regeling MFA is in de plaats
gekomen van de regelingen
Wijksteunpunten breed en
dorpswinkels. Meer weten:
ga naar www.noord-holland.nl
en kijk bij subsidieloket onder
Zorg en welzijn. Daar vindt u
ook de regeling Groot onder-
houd en verbouwen dorps-
huizen, die er dit jaar voor het
laatst is. Dorpshuisbesturen
kunnen zich bij een aanvraag
laten ondersteunen door een
adviseur van PRIMO nh.
De BijenkorfOosterend telt 1050 inwoners;
samen met het buitengebied zijn
het er 1400. Naast de in het arti-
kel genoemde ruimtes bevat het
dorpshuis een grote feestzaal met
podium, een sporthal, een peuter-
speelzaal en een jeugdkelder.
De gebruikers zijn: gymvereni-
ging, volleybalvereniging, percus-
siegroep met majo- en minirettes,
bridgeclub, twee biljartverenigin-
gen, damclub, toneelvereniging,
linedancing, dansles, dans-
avonden, bejaardensoos, koersbal,
ouderengymnastiek, stichting
welzijn ouderen, condoleances/
uitvaarten, bruiloften en partijen,
schoolsport van drie scholen en
veel losse huurders. De Bijenkorf
is verpacht, het bestuur vindt het
prettig geen werkgever te hoeven
zijn. Het dorpshuis ontleent zijn
naam aan het Bijenkorfweggetje
waaraan het is gelegen, maar de
naam staat ook voor een plaats
‘waar iedereen komt’.
Het is van de mensen zelf
Dorpshuis De Bijenkorf in Oosterend had het afgelopen jaar twee
redenen voor een feestje. Het dorpshuis op Texel vierde het
40-jarig jubileum. Bovendien kon een forse renovatie worden
afgesloten. Er werd voor bijna een half miljoen euro verspijkerd.
Voorzitter Ankie de Klerk en penningmeester Ruud Timmer
heten me met taart welkom in de nieuwe vergaderzaal. ‘Ooste-
renders zijn goed in vergaderen’, zegt Ruud, ‘maar dat heeft
ook de functie van ontmoeting’. Het vertrek van de huisarts
uit het dop was de aanleiding voor de renovatie. Men had de
wens om een medische ruimte in het dorpshuis te maken. Er
waren plannen om dit in een kerkje elders in het dorp te doen,
maar het vooruitzicht van een concurrerende accommodatie
leek het bestuur geen goed idee.
‘DORPSCOMMISSIE STEEKT NEK UIT’
DDDDee BBBBiiiijjjjjeennkkkkoorrffff
Bestuursleden Ruud Timmer en Ankie de Klerk.
De nieuwe gevel van De Bijenkorf.
In de regio’s waar de bevolking al krimpt, is vrijwel altijd
sprake van ontgroening. De eerste voorzieningen die hun
draagvlak dreigen te verliezen zijn die voor kinderen.
Denk aan kinderopvang, peuterspeelzalen en basisscholen.
Dit speelt momenteel al in Groningen, Friesland en Limburg.
Daar zijn basisscholen van rond de 50 leerlingen.
D O R P E N K R A N T2
Er is een discussie op gang geko-
men hoe Nederland op de komen-
de krimp zal moeten reageren.
Is het een zegen, een vloek?
Kan het afgewend worden? Over
dat laatste zijn de meeste deskun-
digen het met elkaar eens. Krimp
is onafwendbaar. Het sterftecijfer
gaat onherroepelijk omhoog als
de babyboomers de zeventig zijn
gepasseerd. Dat is rond 2020
het geval. Daarnaast vertoont de
gemiddelde vruchtbaarheid van
vrouwen al tientallen jaren een
dalende tendens. Het aantal kin-
deren dat wordt geboren kan de
sterfte niet opvangen. Ook de te
verwachten immigratie kan de
krimp niet tegenhouden.
Maar wat ook opvalt in de prog-
noses is dat er grote regionale
verschillen zijn. Het Planbureau
voor de Leefomgeving heeft een
studie verricht naar de ruimtelijke
gevolgen van krimp. De onder-
zoekers wijzen erop dat niet
volstaan kan worden met lande-
lijk beleid. Er is maatwerk op
regionaal niveau vereist.
Geen paniekOver de effecten van het verschijn-
sel krimp wordt momenteel druk
geconfereerd. Hoe liggen precies
de oorzaak-gevolg relaties? Trek-
ken mensen bijvoorbeeld weg uit
een regio omdat er geen banen
Tussen 2020 en 2030 zal in Nederland de bevolkingsgroei vrijwel tot stilstand komen. Demografen
verwachten dat het aantal inwoners in die periode hier en daar nog heel langzaam toeneemt, terwijl
er ook regio’s zijn waar de bevolkingsomvang daalt. In sommige regio’s zoals Groningen, Friesland
en Zuid-Limburg krimpt de bevolking nu al.
zijn of is er zoiets als ‘jobs follow
people’? Beleidsmakers stellen
zich de vraag welke ontwikkelin-
gen beïnvloedbaar zijn.
De eerste landelijke studies over
krimp maken duidelijk dat er geen
reden is voor paniek. In de ons
omringende landen gaat de bevol-
king veel harder krimpen dan bij
ons. Bovendien is de bevolkings-
omvang als zodanig niet het
probleem. Het gaat meer om de
verhouding tussen bevolkings-
groepen, zoals die tussen beroeps-
bevolking en niet-werkenden.
Ook de verhouding tussen ouderen
en jongeren is van belang, omdat
nu al moet worden ingeschat welke
voorzieningen straks nodig zijn.
plattelandAls het om krimp gaat heeft
Noord-Holland nog niet de aan-
dacht van het regeringsbeleid.
Regio’s als Zuid-Limburg en
Oost-Groningen, waar de cijfers
boekdelen spreken, fungeren als
proefl ocaties om beleid uit te testen.
Minister van der Laan is in mei
in Heerlen op bezoek geweest en
had het daar over het spookbeeld
van het leeglopende platteland.
De Landelijke Vereniging van
Kleine Kernen heeft er in een
reactie op gewezen dat dit een te
ongenuanceerd beeld is. Er zijn ook
veel dorpen die groeien vanwege
hun aantrekkelijke woonomgeving.
De leefbaarheid op het platteland
is niet direct afhankelijk van het
aantal inwoners. Mensen in dorpen
waarderen hun leefomgeving posi-
tiever dan die in steden, zo blijkt
uit recente studies van het Sociaal
Cultureel Planbureau.
twee gezichtenDe Randstad geldt als een regio
waar voorlopig nog groei aan de
orde is. Toch is er wel reden om
beleid te gaan maken. Noord-
Holland kent namelijk twee ge-
zichten. Sommige gebieden groeien
voorlopig nog stevig door. Dat geldt
bijvoorbeeld voor Amsterdam,
waar voorturend jonge mensen naar
toe trekken en waar veel allochtone
gezinnen wonen met meer dan twee
kinderen. Het is ook van toepassing
op de Haarlemmermeer, waar nog
veel nieuwbouw op stapel staat.
Andere regio’s kunnen in de
gevarenzone raken. Dat is met
name het geval in het Gooi en
Zuid- Kennemerland, waar de
bevolking het komende decennium
ongeveer 10% gaat dalen. Deze
regio’s zijn nu al sterk vergrijsd.
Voor het Gooi is bevolkingsdaling
geen nieuw verschijnsel. Bussum
telde op haar hoogtepunt in 1970
40.000 inwoners. Dat zijn er nu
nog maar 31.700. Hilversum heeft
eventjes tot de categorie gemeenten
behoort van meer dan de 100.000
inwoners. De mediastad telt er nu
nog slechts 83.820
Een andere regio die reden heeft
zich over krimpscenario’s te buigen
is de Kop. Volgens het Planbureau
voor de Leefomgeving moeten
Den Helder en Wieringermeer
rekening houden met een bevol-
kingsdaling van 5% rond het jaar
2025.
Er is geen enkele reden tot paniek.
Maar het is wel verstandig om op
regionaal niveau te anticiperen op
een dalende bevolking.
Luc Overman
Krimpen en groeien
Hoe zit dat met de wet? In de wet is geregeld dat het Ministerie van OCW
een basisschool mag sluiten als er drie jaar achtereen
minder leerlingen zijn dan de opheffi ngsnorm die
voor de betreffende gemeente geldt. Die norm is per
lokale situatie verschillend. Het is gebaseerd op het
aantal 4 tot 11-jarigen per vierkante kilometer.
Gemeenten met veel buitengebied hebben verhou-
dingsgewijs weinig leerlingen per vierkante kilo-
meter. Steden juist veel.
De absolute ondergrens is 23 leerlingen. Dan kan geen
volwaardige school meer gevormd worden en is de
kwaliteit van het onderwijs niet langer gegarandeerd.
Het ministerie gaat soepel om met de ondergrens
van 23 leerlingen. Wanneer de bevolkingsprognose
uitwijst dat het aantal kinderen weer gaat groeien
zal het ministerie de zaak nog even aankijken.
Schoolbesturen mogen ook het tekort op een kleine
school compenseren met het leerlingenaantal van
een grote school.
Het zit dat in Noord-Holland?Voorzover PRIMO nh kan overzien is de situatie
in Noord-Holland nog niet zorgwekkend. Er zijn
geen scholen bekend die in de gevarenzone zitten.
Maar op het platteland is hier en daar wel sprake
van daling van het aantal leerlingen. En in sommige
afgelegen dorpen is het naast elkaar bestaan van
meerdere scholen op den duur problematisch.
Kreileroord, een woonkern met 600 inwoners in de
gemeente Wieringermeer, telde vlak na 2000 nog
twee basisscholen. Een openbare en een protestants-
christelijke. De ‘opheffi ngsnorm’ zoals dain in
onderwijsjargon heet, is in de Wieringermeer i31
leerlingen. Daar zaten de scholen nog boven.
Toch is besloten tot samenvoeging omdat ze afzon-
derlijk te klein waren. Ze zijn samengegaan in een
nieuwe protestants-christelijke school, het Creiler
Woud. Deze school is gehuisvest in de Doorbraak,
een groot en modern multifunctioneel centrum dat
in 2006 is geopend.
Kleine basisscholen
Groei
Minder dan 5% krimp: Alkmaar, Amstelveen, Enkhuizen, Heiloo, Den Helder, Hilversum, Hoorn, Huizen, Koggenland, Landsmeer, Oostzaan, Velsen, Wieringermeer, Zandvoort.
Meer dan 5% krimp: Blaricum, Bloemendaal, Bussum, Diemen, Haarlemmerliede en Spaarnwoude, Laren, Medemblik (stad), Muiden, Naarden, Weesp, Wognum.
“GEEN REDEN TOT PANIEK”
Het Creiler Woud in Kreileroord
PROGNOSE BEVOLKINGSONTWIKKELING 2005-2025
BRON: RPB/CBS
Elke kern een consulent
3
Wethouder Posma: ‘van 1978 tot en met 2006 telde de oude
gemeente Noorder-Koggenland negen kernen. Daar had men
al ervaring opgedaan met beleid op maat van de dorpen.
In kernen als Hauwert, Abbekerk en Twisk zijn mensen gewend
om samen iets op te lossen. Er is een hecht verenigingsleven.’
Daar heeft de gemeente Noorder-Koggenland, toen het nog
zelfstandig was, op aangesloten. Dat heette dorpsgericht
werken. Dit beleid heeft model gestaan voor het kleine
kernenbeleid van Medemblik. De gemeenteraad heeft in
januari 2008 een beleidsnota hierover vastgesteld. Twee
elementen zijn hierin belangrijk: een goede communicatie
met alle dorpsraden en het instellen van consulenten per kern.
DorpsradenHet systeem om veel met dorpsraden te doen is in Koggen-
land ontwikkeld. Het was voor Wognum en Medemblik
even wennen. Daar had men geen dorpsraden. De oude
gemeente Medemblik was niet veel groter dan het stadje.
Er was een gemeenteraad. De nieuwe raad heeft het initia-
tief genomen om in het stadje en in Wognum ook raden
op te richten.
Posma: ‘de nieuwe dorpsraden zijn nog aan het zoeken
naar hun positie. Aan de ene kant wordt van ze verwacht
dat ze gesprekspartner zijn voor vraagstukken over leefbaar-
heid. Aan de andere kant is het niet de bedoeling dat ze door-
geefl uik worden van klachten van individuele bewoners.
De grens ertussen is niet haarscherp aan te geven. Dorps-
raden zijn geen politieke instrumenten. Ze mogen gevraagd
en ongevraagd advies uitbrengen, maar de gemeenteraad
neemt besluiten.’
Medemblik wil het eigen karakter van de kernen
versterken en het huidige niveau van de voorzie-
ningen naar vermogen handhaven. De vitaliteit en
identiteit van de kernen staat voorop. Door de fusie
met Noorder-Koggenland in 2007 is de afstand tussen
inwoners en bestuur soms noodgedwongen groter
geworden. Daarom wil de gemeente veel investeren
in een goede communicatie met de kernen.
De redactie toog naar het havenstadje aan het IJssel-
meer om met de gemeente te praten. Wethouder Posma
heeft het kernenbeleid in zijn portefeuille.
ConsulentenDe gemeente gaat voor elke kern een consulent aanstellen.
Het is een zelfstandige functie. Je moet erop solliciteren.
Het hoeven geen ambtenaren uit het huidige bestand te zijn.
De wethouder heeft een duidelijk beeld bij deze nieuwe
functie. ‘De consulent moet straks kunnen beschikken over
doorzettingsvermogen. Hij (of zij) vertegenwoordigt de
gemeente. Hij onderhoudt korte lijnen met de dorpsraad.
Is het eerste aanspreekpunt voor lokale aangelegenheden.
Een consulent is een spin in het web van samenwerkings-
partners. Hij komt brengen én halen’.
Het wordt volgens de wethouder een belangrijke functie.
Posma: ‘de consulent moet kunnen inschatten wat belang-
rijk is en voor wie. Als er vertraging dreigt in de uitvoering
moet hij kunnen doorzetten. Daarom is de functie onder-
gebracht bij het projectbureau. Dat heeft als voordeel dat
hij desnoods een uitvoerend sectorhoofd kan aanspreken
op voortgang.’
De wethouder benadrukt dat het kleine kernenbeleid
geen vervanging is van de normale gang van zaken bij
klachten of bezwaren. Daar is het service- en meldpunt
voor. Elke individuele burger moet zich aan de gewone
rechtsgang houden als hij het ergens niet mee eens is.
De dorpsraden en de consulenten zijn met name bedoeld
om thema’s op het gebied van leefbaarheid op de agenda
te krijgen. Dat kan van groot tot klein zijn. Van ontwik-
kelingen in de woningbouw tot aan een speelplek voor
kinderen.
Niet alle gemeenten in Noord-Holland staan zo positief
tegenover de functie van dorpsraden. Er zijn wethouders die
zeggen: ik ga toch niet mijn eigen oppositie faciliteren?
Tegen die collega’s zou Posma willen zeggen: ‘met een goede
structuur van dorpsraden voorkom je juist oppositie. Als er
voldoende openbare vergaderingen zijn en iedereen zijn
zegje kan doen kom je juist tijdig op de hoogte wat er leeft.’
Posma vindt dit belangrijk. Na de fusie in 2007 is de gemeente
in oppervlakte aanzienlijk gegroeid. Voor sommige kernen
is de afstand tussen inwoner en bestuur niet kleiner geworden.
Daarom is communicatie essentieel.
Daarnaast heeft een grotere gemeente als voordeel dat er
een fi nanciële buffer kan worden opgebouwd. Je kunt niet
alle wensen van de kernen onmiddellijk vervullen.
Posma: ‘Maar je kunt als grotere gemeente wel beter fi nan-
cieel plannen. Je kunt tegen een kern zeggen: in 2010 zijn
jullie aan de beurt.’
Het kernenbeleid is niet alleen gestoeld op dorpsraden en
consulenten, het komt ook voort uit prestatieveld 1 van de
Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Meedoen is de leus.
Het hangt van de kern zelf af waar men aandacht aan wil
schenken. Dat kan iets zijn op cultureel gebied, sport, of
iets om de mobiliteit van ouderen te verbeteren. De komst
van het servicepunt in Twisk vindt Posma een goed voor-
beeld van wat er via de dorpsraad in gang wordt gezet.
Luc Overman
Veel gemeenten in Noord-Holland zijn op dit moment
bezig met hun kernenbeleid. Meer informatie?
Inlichtingen bij [email protected]
RondetafelgesprekOp 7 april waren op uitnodiging van PRIMO nh tien
bestuurders en coördinatoren wijkgericht werken bij
elkaar gekomen in het gemeentehuis van Schermer.
In een rondetafelgesprek spraken de deelnemers over
de samenwerking tussen gemeenten en dorpsraden.
Sleutelwoorden in de samenwerking tussen beide
partijen is het voeren van heldere communicatie en
het maken van goede afspraken. Van het rondetafel-
gesprek is een verslag gemaakt. Dit is op te vragen
bij PRIMO nh, Anita Blijdorp.
West-Friesland heeft tot in de zeventiger jaren veel kleine zelfstandige gemeenten gekend. In 1979 heeft een grote fusieslag plaats gevonden. Kort gele-den, in 2007 heeft een nieuwe fusie zijn beslag gekregen. De huidige gemeente Medemblik is ontstaan uit een samengaan van Noorder-Koggenland, Wognum en de oude gemeente Medemblik..
Nieuwe gemeente sinds 2007Nieuwe gemeente vanaf 1979Kernen Zelfstandige gemeente tot 1979
Abbekerk
Lambertschaag
Midwoud
Oostwoud
Sijbekarspel
Benningbroek
Twisk
Opperdoes
Nibbixwoud
Hauwert
Wognum
Zwaagdijk-west
Medemblik
NIBBIXWOUD• Hauwert naar Noorder-Koggenland• Zwaagdijk-west
WOGNUM
ABBEKERK• Lambertschaag
MIDWOUD• Oostwoud
SIJBEKARSPEL• Benningbroek
TWISK
OPPERDOES
NOORDER-KOGGENLAND• Abbekerk/Lambertschaag• Midwoud/Oostwoud• Opperdoes• Sijbekarspel/Benningbroek• Twisk• Hauwert
WOGNUM• Nibbixwoud
MEDEMBLIK
MEDEMBLIK
D O R P E N K R A N T
VERENIGING VAN KLEINE KERNEN NOORD-HOLLAND
Voorzitter Trudy Steenbergen, e-mail: secretariaat [email protected]
4
Onlangs hield de Vereniging
van Kleine kernen in Noord-
Holland de Algemene Leden
Vergadering. We kregen een
afmelding per e-mail van een
van onze leden. Daarin vroeg
hij zich af of onze vereniging
nuttig, gewenst of nodig is.
Onderstaand kunt u ons ant-
woord lezen. Misschien ook
voor u een eye-opener.
‘Heel erg jammer, dat u geen mogelijkheid ziet naar onze ledenvergadering te komen. Het belooft een interessante avond te worden.
U vraagt zich in uw e-mail af
of onze vereniging nuttig-ge-
wenst-nodig is. Ik geef u on-
derstaand een aantal redenen,
waarom het belangrijk is, dat
een belangenbehartiger van de
kleine kernen ook in Noord-
Holland bestaat.
Organisaties in kleine kernen
op het platteland hebben elkaar
nodig. Onverlet de eigen aan-
dachtspunten binnen de ver-
schillende kernen, zijn er ook
overeenkomsten in de vraag-
stukken. Door het delen van
kennis en opgedane ervaring
kunnen dorpsraden van elkaar
leren. Daarom is het elkaar ont-
moeten zo belangrijk, ervaringen
worden daardoor uitgewisseld.
Door meer kennis sta je sterker
in je eigen kern en gemeente èn
door uitwisseling help je ook de
dorpsraadbesturen in andere
gemeenten. Niet alle dorpsraad-
besturen hebben een jarenlange
expertise. Hiervoor biedt de
Vereniging van Kleine kernen
een platform.
Ook is het belangrijk, dat de
VvKkNH gevoed wordt door haar
leden, zodat zij de functie van
belangenbehartiger op provinciaal
en nationaal niveau goed kan
uitvoeren. Het dorpsbelang gaat
inmiddels immers verder dan de
grenzen van de eigen kern.
Beslissingen, die de bewoners op
het platteland raken, worden ook
in Haarlem en Den Haag genomen,
zelfs tegenwoordig in Brussel.
Juist in een provincie met grote
steden is het van belang de stem
en mening van de plattelandbe-
woner door te laten dringen op
bestuurlijk niveau. De aandacht
voor de provincie is in het verle-
Nuttig, gewenst of nodig?
N
D
den vooral uitgegaan naar de
grote steden en de agrarische
vertegenwoordigers van het platte-
land. Het is belangrijk, dat inwo-
ners van kleine kernen verenigd
zijn in een platform om aandacht
te krijgen voor de vraagstukken,
waar zij mee te maken hebben.
Samen sta je sterk.
Door de regelmatige contacten
met provinciale bestuurders en
beleidsmakers èn met het bestuur
van de Vereniging van Noord-
Hollandse Gemeenten geeft de
VvKkNH een stem aan de bewo-
ners in de kleine kern. Ondanks
haar korte bestaan wordt de VvK-
kNH met regelmaat door de pro-
vincie uitgenodigd voor informa-
tieve bijeenkomsten, waarvan wij
op onze website verslag doen en
waarvan de individuele dorpsraden
vervolgens profi jt kunnen hebben.
Er wordt veel positief genetwerkt.
De erkenning is er!
Momenteel zijn we in gesprek
met de provincie en maatschap-
pelijke organisaties over een te
organiseren evenement in 2010,
waarbij o.a. leden van dorpsorga-
nisaties en provinciale bestuurders
elkaar ontmoeten en belangrijke
Op 16 april isde jaarvergadering
gehouden. Het verslag staat op de website van
de vereniging:www.vvkknh.nl
onderwerpen voor de inwoners
kunnen bespreken met als doel,
dat hier beleid uit volgt. Dit in na-
volging van deze evenementen in
andere provincies.
De contacten met de Vereniging
van Noord-Hollandse Gemeenten
hebben al resultaat opgeleverd,
doordat de kwestie van dorps-
raden aan de orde is gesteld in de
algemene ledenvergadering van
de VNHG. Het bestuur van de
VNHG heeft haar leden opgeroe-
pen de besturen van dorpsraden
toch vooral te steunen in hun
werk. Wij hebben als bestuur van
de VvKkNH sterk de indruk, dat
de functie van belangenbehartiger,
sinds de oprichting in 2007, in-
middels concrete resultaten heeft
opgeleverd.
Het Rijk en de provinciale
bestuurders hebben aangegeven,
dat er meer aandacht besteed
moet worden en meer geluisterd
moet worden naar bewoners in de
kernen op het platteland. Daarom
is het ook zo belangrijk, dat er
een landelijke vereniging van
kleine kernen bestaat. De Vereni-
ging van Kleine kernen in Noord-
Holland maakt deel uit van het
algemeen bestuur van de nationale
vereniging. Hier worden zaken,
die in kleine kernen in het gehele
land spelen besproken en wordt er
aandacht voor gevraagd op nationaal
niveau. In oktober 2009 wordt het
landelijk PlattelandsParlement
gehouden, georganiseerd door de
landelijke vereniging.
Op deze dag ontmoeten onze
leden ministers, Tweede Kamer-
leden en beleidsmedewerkers en
bespreken zij de onderwerpen,
die ons bezig houden als inwo-
ners van het platteland. Ook hier
weer met de bedoeling, dat er
beleid uit volgt. De Vereniging
van Kleine kernen in Noord-
Holland zal daar ook bij zijn om
de kernen in onze provincie te
vertegenwoordigen. De Lande-
lijke Vereniging van Kleine
Kernen heeft haar contacten
binnen Europa. Veel andere
landen hebben dit ook. Zoals
u zult weten worden veel Euro-
pese subsidies op het gebied
van maatschappelijke ontwik-
keling op het platteland vast-
gesteld in Brussel. Belangrijk
dus om daar bij te zijn.
Ik hoop, dat ik u met boven-
staande uitleg meer duidelijkheid
heb gegeven over het belang
van het bestaan van onze pro-
vinciale vereniging van kleine
kernen. Zoals hier boven aan-
gegeven bestaan wij in Noord-
Holland nog maar kort in ver-
gelijk met de overige provincies
in Nederland. We moeten nog een
hoop leren en doen, de eerste
stappen zijn veelbelovend.
Alleen met steun van onze
leden kunnen we doorpakken!
We hebben u nodig!!
Trudy SteenbergenVoorzitter Vereniging van Kleine kernen in Noord-Holland
De VvKkNH maakt dankbaar gebruik van het
steunfunctiewerk wat PRIMO nh in opdracht
van de Provincie Noord-Holland uitvoert ten
behoeve van onder andere dorpsraden (PRIMO
nh doet heel veel meer op gebied van zorg,
welzijn, jeugd). Jaarlijks maakt PRIMO nh over
al haar gesubsidieerde werk, dus ook de onder-
steuning van dorpsraden afspraken met de
Provincie. Deze worden vastgelegd in een
zogenoemd prestatieplan.
Voor de tweede helft van 2009 heeft de Provincie
onlangs, aanvullend op het al lopende prestatieplan
2009 en op verzoek van de VvKkNH, nog meer
uren voor dorpsraden toegewezen. Deze uren zullen
worden besteed aan een voorbereidend onderzoek
en zo mogelijke concrete voorbereiding voor het
Noord-Hollands PlattelandsParlement 2010.
PRIMO nh heeft hier ja op gezegd, want het past
bij haar rol van ondersteuner. PRIMO nh mag en
kan niet de rol vervullen van belangenbehartiger.
• 13 oktober: Contact en samen-
werking met de gemeente,
docent Kees Hansen.
• 27 oktober: Schriftelijke
bewonersenquête, docent Anita
Blijdorp.
• 3 november: Vinden en binden
van vrijwilligers, deze keer met
extra aandacht voor maatschappe-
lijke stage, docent Marianne Reij.
Korte cursussen
Deze bijeenkomsten vinden plaats
in Purmerend. De docent maakt u
wegwijs in het thema. Het is geen
eenrichtingsverkeer; uiteraard kunt
u vragen stellen.
De docenten stimuleren bovendien
de discussie. U maakt kennis met
de situatie in andere dorpen en leert
van elkaars ervaringen.
• Het thema ‘Wat is een dorps-
visie?’ is beschikbaar op aan-
vraag. Een adviseur bezoekt u in
het dorp op een datum in overleg.
• Initiatiefgroepen en dorpsraden
in oprichting kunnen een beroep
doen op ondersteuning door een
PRIMO nh adviseur.
Een uitnodiging per post met meer
informatie wordt na de zomer-
vakantie aan alle dorpsraden en
dorpshuizen in Noord-Holland ge-
stuurd. Voor informatie en opgave:
stuur een mailtje naar jdeknegt@
primo-nh.nl of bel met Jaap de
Knegt, adviseur van PRIMO nh,
0299 418 700.
Besturen van dorpsraden en dorpshuizen hebben behoefte aan ken-nis, inzicht en vaardigheden. Hiervoor biedt PRIMO nh ieder jaar een aantal korte cursussen aan. U kunt zich nu al opgeven voor de cursussen van komend najaar:
PDNHD O R P E N K R A N T
PDNH
Voorzitter Ger Praamstra,0222 31 34 66
SecretarisGerard de Nooy, 0252 41 59 76www.pdnh.nl
5
Van de bestuurstafel
Beleidsplan PDNHHet in de jaarvergadering van 2008
vastgestelde beleidsplan ‘Positio-
nering PDNH ten opzichte van
PRIMO nh en de provincie Noord-
Holland; Duidelijkheid in Beleid’
is onderwerp geweest van discussie
en overleg tussen de betrokken
organisaties.
Eind april 2008 is de nota verzon-
den aan de Statenfracties van de
provincie Noord-Holland en aan
de verantwoordelijke gedeputeerde
mevrouw S. Baggerman.
Op 19 juni 2008 vond overleg
plaats tussen PDNH en PRIMO nh.
De nota wordt door PRIMO onder-
schreven en mede gelet op de voor-
genomen beleidswijzigingen van
de provincie zal PDNH zelf de
discussie aangaan met de provincie.
Op deze wijze kan PDNH zich beter
profi leren als een van de gebruikers
van provinciale producten.
Op 7 augustus 2008 is er het over-
leg tussen PDNH en de provincie.
De provincie zal in het gewijzigde
beleid alleen subsidie verstrekken
Gerard de Nooy
Op woensdag 12 mei 2009 heeft de jaarvergadering van het Plat-
form Dorpshuizen Noord-Holland plaatsgevonden. Als gastheer
trad het bestuur van het dorpshuis in Landsmeer op. Er waren
vertegenwoordigers van 16 dorpshuizen aanwezig.
voor het uitvoeren van activiteiten
en niet meer voor het in stand
houden van organisaties.
Geconcludeerd wordt dat de werk-
zaamheden van het PDNH passen
in het uit te voeren beleid van de
provincie. In het onlangs vastge-
stelde Beleidsprogramma Zorg &
Welzijn 2009-2012, “Meedoen in
Noord-Holland” wordt het PDNH
als een van de partners ter uitvoe-
ring van het provinciale beleid
genoemd. Het is aan het PDNH om
via PRIMO nh de werkzaamheden
in de jaarlijkse programmering in
te bedden. Deze programma’s
worden vervolgens vastgesteld
door PRIMO nh en de provincie.
Het jaarlijkse overleg met PRIMO
ter vaststelling van het werkplan
is het vertrekpunt voor de uit te
voeren activiteiten. Ondersteuning
door PRIMO en projectsubsidies
zijn hierbij onderwerp van discussie.
ThemabijeenkomstenIn het voorjaar van 2008 heeft
PRIMO nh een aantal bijeenkom-
sten georganiseerd. Hierbij kwamen
de onderwerpen Fondswerving,
Publiciteit en PR en Vinden en
binden van vrijwilligers aan de orde.
Op 25 november 2008 is de thema-
bijeenkomst ‘Kijkje in de keuken
bij …’ georganiseerd in dorpshuis
De Kwaker te Westzaan. De avond
is druk bezocht. Alhoewel er veel
informatie is uitgewisseld dient de
avond strakker te worden georga-
niseerd. Dat dergelijke bijeen-
komsten in een behoefte voorzien
staat vast. Er zullen in de toekomst
meer van deze avonden worden
georganiseerd. Een verslag van de
bijeenkomst is aan de betrokken
dorpshuisbesturen verzonden.
Onderwerpen van de jaar-vergadering 2008Met betrekking tot de programme-
ring voor 2008 komen de volgende
onderdelen naar voor:
ThemabijeenkomstenOntwikkelen beleidsplan relatie gemeenten en dorpshuizenOm dit te realiseren heeft het
bestuur een projectplan opgezet
en een subsidie aangevraagd bij
de provincie. Dit verzoek is toe-
gekend en het project is ter hand
genomen. Om tot een goed resul-
taat te komen zal er tijdens de
jaarvergadering van 2009 veel
aandacht besteed worden aan de
verlangens, wensen en voorwaar-
den waaronder dit beleid gestalte
zal moeten krijgen. Op deze wijze
hopen wij dat de bijeenkomst in
het najaar een groot succes kan
worden en een goede impuls kan
geven tot de totstandkoming van
nieuw beleid.
Overzicht subsidiemogelijkhedenIn augustus hebben de aangesloten
Platform reikt gemeenten de hand
Dorpshuis De Kern in Weteringbrug gaat binnenkort op de schop voor renovatie en groot onderhoud
Dorpshuizenbeleid, wat is dat?
Dit beleid legt afspraken tussen
dorpshuisbesturen en hun gemeente
vast. Daardoor weten de partijen wat
ze van elkaar mogen verwachten:
wat is de functie van het dorpshuis,
welke subsidies zijn beschikbaar en
hoe communiceren we met elkaar?
Veel dorpshuisbestuurders ervaren
zo’n beleid als erkenning van het
werk dat zij vrijwillig voor de ge-
meenschap doen. Voor gemeenten
kan het een instrument zijn om nare
verrassingen, zoals onverwachte
uitgaven voor bijvoorbeeld lek-
kende daken, te voorkomen.
Het Platform Dorpshuizen Noord-
Holland (PDNH) vindt een derge-
lijk beleid een must. Toch heeft
minder dan de helft van de Noord-
Hollandse gemeenten dorpshuizen-
beleid. Daarom voert het platform dit
jaar een project uit dat moet leiden
tot een handreiking aan gemeenten
om beleid te gaan ontwikkelen.
dorpshuizen een overzicht van
subsidiemogelijkheden voor ver-
en nieuwbouw voor dorpshuizen
ontvangen.
Cursus coaching en begeleiding voor bestuurders en beheerdersBesloten werd, na een nadere in-
ventarisatie, een dergelijke bijeen-
komst niet te organiseren. Het risico
om uitsluitend te praten over be-
staande confl ictsituaties tussen
bestuurders en beheerders lijkt
ons ongewenst. Vaak gaat het hier-
bij om details die om een persoon-
lijke benadering vragen. Wel kan
er een themabijeenkomst ‘Het
dorpshuisbestuur als werkgever’
worden georganiseerd. Gelet op
het drukke programma van 2008
wordt dit onderwerp doorgescho-
ven naar 2009.
Vormen van barexploitatiePRIMO nh heeft een notitie opge-
steld over de meest gebruikelijke
vormen van barexploitatie in de
dorpshuizen. Deze notitie is in
maart 2008 naar de aangesloten
dorpshuizen verzonden.
Uitgebreid aandacht werd besteed
aan de werving van nieuwe bestuurs-
leden. Met name werden de voor-
delen van deelname voor de des-
betreffende persoon en de daar
achter liggende organisatie uit-
eengezet. De heer Rotteveel uit
Landsmeer gaf te kennen voor
een jaar op proef te willen mee-
draaien met het bestuur van het
platform. Dit tot grote vreugde
van het bestuur en de aanwezigen.
Na de pauze kwam het Project Gemeentelijk Dorpshuizenbe-leid aan de orde.
In het najaar van 2009 zal er een
bijeenkomst worden georganiseerd
met de dorpshuizen en de gemeen-
ten teneinde een beleidsplan te ont-
wikkelen betreffende de relatie
tussen de dorpshuizen en de ge-
meenten. Dit project wordt door
de provincie Noord-Holland
ondersteund en gesubsidieerd.
De aanwezigen krijgen de gele-
genheid hun aandachtspunten op
het gebied van exploitatie, beheer
en onderhoud, wet- en regelgeving
en bestuur onder de aandacht te
brengen van vier discussieleiders.
Alle opmerkingen worden op fl ip-
overs genoteerd. Dit alles met de
centrale vraag: Wat verwacht u van
de gemeente op die punten? Meer
hierover elders op deze pagina.
Alhoewel het aantal aanwezige
dorpshuizen tegenviel kan gecon-
cludeerd worden dat het een bij-
zonder nuttige bijeenkomst is ge-
weest. Over het verdere verloop
van het Project Gemeentelijk
Dorpshuizenbeleid zult u nader
worden geïnformeerd.
Gerard de Nooy,Secretaris
Quickscan23 gemeenten hebben aan een
quickscan meegedaan. Deze ge-
meenten tellen samen 73 dorps-
huizen. De uitslagen van dit onder-
zoek zijn te vinden op de website
van het PDNH. De indruk is dat
gemeenten heel verschillende met
hun dorpshuizen omgaan. Er zijn
situaties waarin er sprake is van
veel contact, heldere communicatie
en veel aandacht op beleidsniveau.
Maar er zijn ook gemeenten die zich
vrijwel niet met de dorpshuizen
bemoeien.
VerwachtingenOp de jaarvergadering van het
PDNH hebben de aanwezigen ge-
discussieerd over vier knelpunten.
• Wet- en regelgeving: men ver-
wacht van de gemeenten een pro-
actief beleid en ondersteuning bij
de werkzaamheden. Denk hierbij
aan paracommercie of regelgeving
rond geluidsoverlast. Een enkeling
zegt zijn boontjes liever zelf te
willen doppen.
• Beheer en onderhoud: de menin-
gen liepen uiteen. Sommigen
vinden dat de gemeente moet
bijdragen aan de kosten van
groot onderhoud. Dat geldt ook
voor aanpassingen aan nieuwe
functies en ‘meegaan met de tijd’.
Anderen houden de gemeente
liever wat op afstand, hebben een
sluitende exploitatie en reserveren
hieruit zelf voor groot onderhoud.
• Exploitatie: dan denken dorps-
huisbestuurders al gauw aan
subsidies. Op dit punt zijn de
verschillen tussen de gemeenten
enorm. Sommige huizen ontvan-
gen geen cent van de gemeente en
varen hun eigen koers, anderen
hebben wel een subsidierelatie.
• Bestuur: sommigen verwachten
van de gemeente interesse en een
actieve opstelling om tot overleg
te komen. Het door de gemeente
afsluiten van een verzekering
voor vrijwilligers wordt positief
gewaardeerd. En van een subsidie-
bedrag wordt verwacht dat dit in
verhouding staan tot de papieren
rompslomp voor het dorpshuis-
bestuur.
HandreikingNa de zomer zal het PDNH in ge-
sprek gaan met de gemeenten.
De door de dorpshuisbesturen uit-
gesproken verwachtingen zullen
in elk geval centraal staan. De neer-
slag van dit proces wordt vastgelegd
in een notitie voor de gemeenten.
Het wordt een soort handreiking
op maat met informatie en inspi-
rerende voorbeelden. Op maat,
want het is duidelijk dat de situa-
ties in de gemeenten onderling
sterk verschillend zijn.
Jaap de Knegt
D O R P E N K R A N T6
Een Dorpsagenda maakt het verschil
‘Wat vinden we met elkaar belangrijk voor prettig samen wonen en leven in Burgerbrug?’ Met deze vraag
gingen bewoners, verenigingen en organisaties uit Burgerbrug in het najaar van 2007 met elkaar aan de
slag. In augustus 2008 lag er een Dorpsagenda Burgerbrug; een houvast voor een reeks activiteiten waar
diverse partijen uit de dorpsgemeenschap zich voor inzetten. Zo maakt Burgerbrug het werken aan leef-
baarheid en sociale samenhang concreet. Een jaar na het opstellen van de dorpsagenda is er al veel bereikt.
H et begon allemaal in de zomer van 2007. De Huurders-
belangenvereniging Zijpe kwam met een plan voor
het opknappen van het Zwanenplein en stapte naar de ge-
meente. Door een reeks van kleine incidenten had het buurtje
in de loop der jaren een slechte naam opgebouwd. Bovendien
waren de bestrating, het openbaar groen en de speelattributen
voor de kinderen aan vernieuwing toe. Wooncompagnie
(de eigenaar van enkele huurwoningen), een groep actieve
buurtbewoners en gemeente Zijpe werkten samen aan een
plan voor herinrichting en renovatie van het Zwanenplein.
In minder dan een jaar tijd was de renovatie een feit.
In augustus 2008 werd deze mijlpaal bekrachtigd met een
daverend kanonschot tijdens het openingsfeest waarvoor
het hele dorp was uitgenodigd. Met een Zeskamp voor de
jeugd, spelletjes voor de kinderen en een barbecue voor
iedereen werd tegelijkertijd de aftrap gegeven voor de
uitvoering van Dorpsagenda Burgerbrug.
Klankbordgroep Voor de organisatie van dit feest hadden buurtbewoners van
het Zwanenplein, het Jongerenwerk, de Evenementencom-
missie Burgerbrug en het Vrijwilligerspunt Zijpe de handen
ineen geslagen. Deze samenwerking kwam niet zomaar uit
de lucht vallen. Genoemde partijen waren met elkaar in
contact gekomen via deelname aan de ‘klankbordgroep
leefbaarheid en sociale samenhang Burgerbrug’ die tussen
oktober 2007 en voorjaar 2009 de motor was voor het
opstellen en uitvoeren van de Dorpsagenda Burgerbrug.
Wethouder Ben Blonk van gemeente Zijpe greep het reno-
vatieverzoek voor het Zwanenplein aan om de bewoners van
Burgerbrug uit te nodigen met ideeën en initiatieven te komen
voor de leefbaarheid. Om dit traject in goede banen te leiden
vroeg de gemeente aan PRIMO nh de rol van procesbegeleider
op zich te nemen.
In de klankbordgroep zaten vertegenwoordigers van orga-
nisaties uit Burgerbrug zelf, zoals Dorpsraad Burgerbrug,
basisschool St. Joseph en de Evenementencommissie Burger-
brug. Daarnaast deden professionals mee die ieder een
ondersteunende taak hebben voor bewoners: de jongeren-
werker van Kern8, de consulent van het vrijwilligerspunt
Zijpe, de wijkagent, de woonconsulent van Wooncompagnie
en de medewerker Samenlevingszaken vanuit gemeente Zijpe.
Inbreng vanuit het dorpBewoners, organisaties en verenigingen uit Burgerbrug,
Burgervlotbrug en Zijpersluis zijn tijdens twee openbare
avonden gevraagd hun inbreng te geven voor een dorps-
agenda. Daarnaast bracht de dorpsraad de behoefte aan
peuterspeelzaalwerk en buitenschoolse opvang in beeld
via een enquête onder ouders van jonge kinderen.
De Kidsclub, een initiatief van enkele moeders, presenteerde
haar plannen voor activiteiten voor kinderen van 4 tot 12
jaar. De jongerenwerkster van Kern8 begeleidde een groep
tieners bij het in kaart brengen van de wensen van de leef-
tijdsgroep 12 tot 18 jaar. De klankbordgroep heeft alle
inbreng verzameld in de Dorpsagenda Burgerbrug.
Bij de keuze voor onderwerpen en activiteiten speelde
een aantal criteria een rol. Is er voldoende draagvlak
onder bewoners? Kan deze activiteit rekenen op steun
vanuit organisaties en verenigingen? Zijn er fondsen of
sponsors die deze activiteit fi nancieel mee kunnen dragen?
Kan de uitvoering op korte termijn starten? Het samen in
gesprek zijn over de verschillende ideeën zorgde op zich
al voor een grotere betrokkenheid én concrete samenwer-
king in de uitvoering. Dankzij een actieve inbreng van
gemeente Zijpe die haar budgetten voor onder andere
jongerenwerk, vrijwilligersondersteuning en openbare
werken snel beschikbaar maakte voor de dorpsagenda,
konden planvorming en uitvoering elkaar naadloos opvol-
gen. Terwijl in augustus 2008 de laatste hand werd gelegd
aan de tekst van Dorpsagenda Burgerbrug, was de renovatie
van het Zwanenplein al een feit en het dorpsfeest op de
openingsdag tot in de puntjes geregeld.
ResultatenEen jaar na het opstellen van de agenda is er al veel bereikt.
Buitenschoolse opvang gaat van start voor twee dagen in
de week. Het kunstwerk bij de ingang van het Zwanenplein
wordt vernieuwd, geheel in stijl met het gerenoveerde plein.
De huurdersvereniging valt het op dat de onderlinge sfeer
tussen bewoners van dit buurtje aanzienlijk verbeterd is.
Voor de tweede keer zal de Evenementencommissie Burger-
brug een Zeskamp spektakel organiseren. Dorpsraad Burger-
brug zet haar periodiek Brugpraat in om alle inwoners van
Burgerbrug te informeren over de activiteiten en resultaten
van de Dorpsagenda Burgerbrug. Gezamenlijk hebben ver-
schillende organisaties een subsidieaanvraag bij het Oranje-
fonds ingediend. Met tienduizend euro aan activiteitengeld
als resultaat.
Dorp aan zetDorpsraad Burgerbrug heeft vanaf het begin van het traject
een actieve en bindende rol gespeeld in de totstandkoming
van de dorpsagenda. De brede klankbordgroep is inmiddels
beëindigd. De dorpsraad zal waken over de uitvoering van
de agenda, de voortgang en vernieuwingen. In de maand juni
wil de dorpsraad via een enquête onder alle inwoners van
Burgerbrug peilen wat zij vinden van alle activiteiten.
En er komt in het najaar een openbare avond. In het jaarlijks
overleg tussen de dorpsraad en de gemeente worden de
onderwerpen van de dorpsagenda, waar nodig, besproken.
‘De professionele ondersteuning hebben we als heel positief
ervaren,’ zegt Johan Visser, voorzitter van Dorpsraad
Burgerbrug. ‘Als verenigingen in het dorp kunnen we heel
wat, maar door die extra ondersteuning is er een dorpsagenda
gekomen die de samenhang laat zien in wat de verschillende
clubs doen. Die samenhang willen we op termijn ook via
Brugpraat in praktijk brengen, het moet een dorpsblad
worden van en voor alle verenigingen.‘
Anita Blijdorp
Dorpsprofi el BurgerbrugBurgerbrug is één van de tien dorpen van gemeente
Zijpe, gelegen in de Kop van Noord-Holland. De
woningen in de dorpskern staan voornamelijk langs
twee wegen die elkaar kruisen: de Groote Sloot (tevens
kanaal) en de Burgerweg. Met circa 500 inwoners is
Burgerbrug met recht een ‘kleine kern’ te noemen, maar
wel één met een actieve dorpsgemeenschap. Diverse
verenigingen organiseren activiteiten in en rond het
dorp. De Herboren Toren, een voormalig Nederlands
Hervormd kerkgebouw doet al jaren dienst als gemeen-
schapsruimte. De Rooms-Katholieke Kerk is nog in
functie als kerkgebouw. Nieuwbouw van basisschool
St. Joseph is in ontwikkeling, dit in combinatie met
bescheiden woningbouw. In deze zogenoemde Brede
School zullen de ruimtes ook gebruikt worden voor
andere dorpsvoorzieningen, zoals peuterspeelzaalwerk.
‘TOT IN DE PUNTJES GEREGELD’
‘DAVEREND KANONSCHOT’
Meer informatie: Dorpsraad Burgerbrug, E-mail: [email protected]
Gemeente Zijpe, afdeling Samenlevingszaken, Michelle Schouten. Telefoon: 0224 574100
Internet: www.zijpe.nl. Zie onder de knop ‘Onderwijs, Welzijn en Zorg’. Projecten: ‘Leefbaarheid Burgerbrug’ Zeskamp in Burgerbrug
D O R P E N K R A N T 7
Op 10 oktober 2009 vindt
voor de derde maal het
Nationale Plattelands-
Parlement plaats, de directe
lijn tussen platteland en
politiek. Plattelandsbewo-
ners kunnen op deze dag
hun stem laten horen aan Den Haag, politici en beleidsmakers
kunnen kennis nemen van wat er leeft op het platteland. Aan
de hand van thema’s als ‘het dorp als zelfsturende duurzame
onderneming’, ‘plattelandsbevolking vergrijst?’ en ‘burgeri-
nitiatieven in dorpen’ gaan plattelandsbewoners met elkaar
en met vertegenwoordigers uit beleid en politiek in gesprek
over knelpunten, kansen en oplossingen. Concreet kan het
PlattelandsParlement bijdragen aan het vormen van Tweede
Kamer-standpunten of beleidsmakers aan het werk zetten.
Omdat op het platteland ruimte, economie en sociale factoren
sterk met elkaar samenhangen, zijn bijna alle ministeries bij
het PlattelandsParlement betrokken.
In oktober 2005 is het eerste nationale PlattelandsParlement
georganiseerd. Deze succesvolle dag heeft een vervolg gekre-
gen in oktober 2007. Ondertussen zijn er ook verschillende
provinciale PlattelandsParlementen georganiseerd waar be-
woners met provinciale politici in gesprek gingen over
plattelandszaken in hun gebied. Zuid-Holland, Gelderland,
Groningen, Limburg, Overijssel en Zeeland hebben een vorm
van plattelandsdialoog opgezet. In Noord-Holland zal de
Vereniging van Kleine Kernen in 2010 voor de eerste keer
een provinciaal PlattelandsParlement organiseren.
Voor informatie over locatie, programma en aanmelding
voor 10 oktober: www.plattelandsparlement.nl
De SPOK methodeSPOK staat voor sociaal-pedago-
gisch ontwikkelingsklimaat.
Daarmee worden kwaliteiten be-
doeld die de leefomgeving aan
jeugdigen biedt om zich even-
wichtig te ontwikkelen. Om daar-
over een oordeel te kunnen vor-
men bekijkt de methode het dorp
op vier verschillende manieren:
de bebouwde omgeving, de voor-
zieningen, de mensen en het leef-
klimaat.
Is ons dorp aantrekkelijk genoeg voor de jeugd?
kan betekenen omdat op het
juiste schaalniveau in de polder
een nieuw ruimtelijk systeem
wordt geïntroduceerd. Als het
een succes blijkt kan het ook in
andere droogmakerijen worden
toegepast.
De beste inzendingen maken
deel uit van een reizende
tentoonstelling over de struc-
tuurvisie
SEPTEMBER in Hoorn, architectuurcentrum Hoorn, Wisselstraat 8OKTOBER in Den Helder, architectuurcentrum Den Helder, Middenweg 2NOVEMBER in Nieuw-Vennep, Pier K, Harmonieplein 2
De provincie Noord-Holland heeft eind 2008 een prijsvraag uitgeschreven voor professionele
ontwerpers. De uitdaging was om innovatieve ideeën te ontwikkelen voor woningbouw die goed
in het landschap past en klimaatbestendig is. Ontwerpers werden uitgenodigd na te denken
over 2040. Levensvatbare inzendingen kunnen namelijk een rol gaan spelen in de structuurvisie
2040 die de provincie gaat opstellen. De prijsvraag is gewonnen door het architectenduo Tjeerd
Haccoû en Sascha Glasl uit Amsterdam met hun inzending ‘Water voor Wonen’.
De architecten moesten een oplos-
sing vinden voor twee opgaven waar
de provincie niet omheen kan.
Enerzijds is het beleid in Haarlem
dat er 200.000 woningen bij moeten
komen tot 2040. Anderzijds moet
er meer capaciteit komen voor
waterberging vanwege de veran-
deringen in het klimaat.
Haccoû en Glasl denken dat zij
500 woningen kunnen bouwen in
de Wijdewormer zonder het land-
schap te verpesten. ‘Een voorbeeld
van hoe het niet moet is de Purmer.
Deze zestiende eeuwse droogmake-
rij is al voor een derde opgegeten
door uitbreidingen van Purmerend.’,
aldus de landschaparchitecten.
In de Wijdewormer willen zij laten
zien dat het anders kan. ‘Uitbreiding
hoeft niet altijd gepaard te gaan
met destructie van de landschap-
pelijke identiteit.’
De architecten willen dat de boeren
in de Wijdewormer via ruilverkave-
ling zoveel mogelijk land achter
hun eigen perceel verwerven.
Daarna is het de bedoeling rechte,
brede sloten te graven aan de achter-
kant van de percelen. De boeren
verkopen vervolgens bouwkavels
voor woningbouw. Dit kunnen
stolpachtige huizen zijn die in het
landschap al voorkomen of wo-
ningen die van een afstand hele-
maal niet opvallen doordat ze half
met aarde zijn bedekt.
De jury vindt dat het plan van
Haccoû en Glasl een verrijking
Water voor wonen
Elk van de vier verschijningsvor-
men wordt beoordeeld op tien
voorwaarden. Dat zijn: zorg, vei-
ligheid, hechting, erkenning, uit-
daging, structuur, ruimte, tijd,
educatie en interactie. De metho-
de bevat onder andere een lijst
met veertig vragen.
SPOK is een instrument om een
inhoudelijk gesprek te hebben
over de pedagogische kwaliteiten
van het dorp voor de opgroeiende
jeugd. De resultaten geven het
dorp informatie waarmee keuzes
gemaakt kunnen worden voor ge-
richte acties. SPOK maakt het
mogelijk om met verschillende
partijen (zoals bewoners, jonge-
renverenigingen, gemeente) te
praten over wie welke actie kan
ondernemen voor een gunstiger
pedagogisch klimaat. Op vier lo-
caties boven het Noordzeekanaal
is deze methode in 2007/2008 in-
gezet op initiatief van de dorpsra-
den. Het gaat om de woonkernen
Abbekerk-Lambertschaag, Petten,
Beets en Midwoud-Oostwoud.
Het trajectHet initiatief voor uitvoering van
de SPOK methode kan liggen bij
een dorpsraad. Maar ook bij een
jongerenwerker of een jongeren-
organisatie in uw dorp. Ook de
gemeente kan initiatiefnemer zijn.
Voor de uitvoering van SPOK is
de (tijdelijke) inzet van vrijwil-
ligers een voorwaarde.
Tijdens het traject worden vragen-
lijsten ingevuld door kinderen van
8 tot 12 jaar, jongeren van 13 tot
18 jaar én volwassenen. PRIMO nh
analyseert de ingevulde vragen-
lijsten. Op een bijeenkomst met
alle belanghebbenden bespreken
we met u welke keuzes er liggen
op basis van de uitkomsten van de
vragenlijsten. Aan de uitvoering
van SPOK onder begeleiding van
PRIMO nh zijn kosten verbonden.
Er zijn verschillende uitvoerings-
varianten voor de SPOK-methode.
Afhankelijk van uw vraag maakt
PRIMO nh een traject op maat.
Wilt u meer informatie? Neem dan contact op met SPOK-
adviseur mevr. Winny Veldhuijzen,
telefoon 0299 - 418 700, of per
e-mail: [email protected]
Over deze vraag hebben besturen van dorpsraden, jongerenwerkers en gemeenten in Noord-Holland Noord zich onlangs gebogen. Hier-bij werd de zogeheten SPOK-methode gebruikt. In het najaar orga-niseert PRIMO nh een dergelijke avond voor dorpsraden, jongeren-werkers en gemeenten beneden het Noordzeekanaal.
Nationaal Plattelands Parlement 2009
Drijvende woningen in nieuwe sloten
D O R P E N K R A N T8
In het regeerakkoord staat dat scholieren maatschappelijke stages moeten gaan doen. Vanaf
het schooljaar 2011-2012 wordt het verplicht. Veel scholen en stagebieders zijn er nu al mee aan
de slag. Hier ligt een interessante kans voor de vele vrijwilligersorganisaties in dorpen.
De maatschappelijke stage is
bedoeld voor scholieren uit het
voortgezet onderwijs. Door vrij-
willigerswerk te doen maken ze
kennis met de maatschappij.
Ze leveren onbetaald een bijdrage
aan de samenleving. Het is niet
bedoeld als een bijbaantje.
De inhoud van zo’n stage moet
zinvol zijn, zowel voor de leerling
als voor de samenleving. Als het
goed gaat merkt de leerling dat
zijn inzet ertoe doet. En wie weet
wordt de scholier enthousiast en
besluit hij later om vrijwilligers-
werk te gaan doen.
De samenleving heeft er ook wat
aan omdat leerlingen bijvoorbeeld
ouderen computerles geven of
leerlingen helpen bij het sporten.
Ze doen iets extra’s, waar anderen
niet aan toe komen.
Het is niet de bedoeling de stage
te gebruiken om vaardigheden
op te doen voor een later beroep.
Zo’n soort beroepsstage doe je
voor jezelf. Een maatschappelijke
stage doe je voor een ander. Ook
het verkapt inzetten van gratis
arbeidskrachten is niet wat de
regering voor ogen staat.
Stage doen in het dorp
Vanaf het schooljaar 2011-2012
wordt de maatschappelijke stage
verplicht voor scholieren die dan
op het VMBO, de HAVO en het
VWO instromen. De meeste
scholen wachten niet tot 2011.
Ze zijn nu al bezig met het opzetten
van maatschappelijke stages.
Zonder stage geen diploma!
De leerlingen moeten 72 uur stage
lopen. Die periode hoeft niet in
één keer afgemaakt te worden.
Al naargelang de werkzaamheden
kan het gaan om een vast dagdeel
per week, een blok van meerdere
dagen, of een onderdeel van een
grotere activiteit waarbij het
stokje wordt doorgegeven aan
een nieuwe stagiaire. Ook mag
de stage over meerdere jaren uit-
gesmeerd worden. De school be-
paalt de invulling, samen met de
leerling en de organisatie die een
stage aanbiedt. Dat kan van alles
zijn, als het maar zonder winstoog-
merk is. Dat kan een verzorgings-
huis, peuterspeelzaal of sport-
vereniging zijn. Maar ook een
wijkcentrum, de dierenambulance
of een dorpshuis. Landschap Noord-
Holland biedt bijvoorbeeld sinds
het najaar van 2008 stages in de
buitenlucht. Dit zijn stages die je
niet in je eentje doet. Goed samen-
werken is een vereiste. Je bent
samen met andere scholieren op
een mooie plek in Noord-Holland
bezig met zagen, maaien, riet
opruimen, nestkasten timmeren
en zo meer.
De steunpunten Vrijwilligerswerk
die regionaal verspreid zijn door
Noord-Holland treden op als een
soort makelaars tussen aanbod van
leerlingen en vacatures bij stage-
biedende organisaties. Zij weten
precies wat er speelt op het gebied
van de stages in hun regio.
Voor een overzicht van steun-
punten vrijwilligerswerk ga naar
www.vrijwilligerswerk-noord-
holland.nl. Voor informatie over
de landelijke regeling (criteria,
fi nanciën) ga naar www.maat-
schappelijke stages.nl
PRIMO nh heeft een krant
uitgebracht met informatie over
13 sectoren waar stages kunnen
worden gelopen. Zie hiervoor
www.primo-nh.nl en dan Dossiers\
Vrijwillige Inzet\Maatschapelijke
stages
Voor vragen over maatschappe-lijke stages? Mail of bel naar [email protected] of 0299 - 418733.
Dorpsraden en dorpshuizen zijn bij uitstek geschikt om stageplekken te zoeken voor scholieren. Het zijn organisaties zonder winstoogmerk en er is altijd vraag naar een helpende hand.
Voorbeelden voor een dorpshuis Onderhoudsklussen doen aan het gebouw • meehelpen een dorpsfeest
te organiseren • ouderen begeleiden die met de boodschappenbus naar de supermarkt gaan • een informatie-
bijeenkomst voor jongeren organiseren • samen met de historische vereniging een fotowedstrijd organiseren
over de geschiedenis van het dorp Voorbeelden voor een dorpsraad Artikelen schrijven voor de redactie van
een dorpskrant • de website van de dorpsraad pimpen • meehelpen aan een handtekeningenactie • de leden-
lijst bijwerken
COLOFON DORPENKRANT
Luc Overman
Anita Blijdorp
Jaap de Knegt
UitgeverPRIMO nh
www.primo-nh.nl
RedactieAnita Blijdorp
Jaap de Knegt
EindredactieLuc Overman
Nieuws platform dorpshuizenGerard de Nooy
Nieuws VvKkNHTrudy Steenbergen
Foto’sTjeerd Haccoû (art impression)
Yvonne Jonkman
Jaap de Knegt
RedactieadresPRIMO nh, Postbus 106,
1440 AC Purmerend,
Tel: 0299 418 700
BezoekadresPRIMO nh, Emmakade 4,
1441 ET Purmerend
VormgevingStudio Stevens, De Rijp
Oplage2000 exemplaren
CopyrightOvername of nadrukken
van artikelen, of van delen
daarvan, is uitsluitend
toegestaan na overleg
met en toestemming van
de redactie en altijd met
bronvermelding.
Expertmeetings kindvriendelijke wijken in Noord-Holland
Kern met pit voortaan eigen website
Voor het provinciale kennis-programma Zorg en Welzijn organiseert PRIMO nh een serie expertmeetings over kindvriendelijke wijken, dor-pen en buurten. In Engelstalige landen is een methode over dit onderwerp in opkomst: Childfriendly cities
De eerste bijeenkomst, onder de titel Van ideaal naar beleid, is georganiseerd op 18 juni in Purmerend. Drs. Nanne Boonstra van het Verweij-Jonker Instituut sprak daar over jeugdbeleid. Een van de Noord-Hollandse Child Friendly Cities, Den Helder, presenteert hoe de principes in de wijk zijn toegepast. Op 17 september en 12 novem-ber vinden vervolgbijeenkomsten plaats. Onderwerpen zijn: • Ruimte voor de jeugd• De relatie van jeugdbeleid en
ruimtelijke ordeningsbeleid• De inrichting van speelplek-
ken. Kindvriendelijk voor alle leeftijden!
De rode draad in alle onderwer-pen is de inrichting van wijk, buurt en dorp in samenwerking met partners als gemeente en jeugdwerk en met participatie van bewoners. Bestuurders en beleidsmakers van gemeenten en woningcor-poraties zijn van harte uitgeno-digd. De bijeenkomsten zijn zowel los van elkaar als in een serie te volgen. Meer informatie: www.primo-nh.nl/agenda
De leefbaarheidswedstrijd Kern met Pit van de Konink-lijke Nederlandse Heidemaat-schappij (KNHM) presenteert zich voortaan op een eigen website.
Was alle informatie tot voor kort te vinden op knhm.nl, vanaf juni 2009 kan dat recht-streeks op kernmetpit.nl. Voor iedereen die een project wil uitvoeren ter verbetering van buurt, wijk of dorp en daarvoor geld zoekt, is dit fonds een interessante optie. Onlangs ontvingen zeventien projecten in Noord-Hollandse dorpen en buurten voor hun initiatief een geldprijs van duizend euro en het predikaat Kern met Pit. De kinderboer-derij Hoogkarspel en het multi-functionele dorpscentrum in Warder ontvingen daarnaast ook de trofee, vanwege het bijzondere karakter van deze projecten. De jury prees de uit-straling en grote betrokkenheid van velen bij beide projecten. De toewijzing van de trofee levert 1500 euro extra op.
Meer informatie www.kernmetpit.nltelefoon 026 44 55 146
‘NIET BEDOELD ALS BIJBAANTJE’
‘STEUNPUNTEN ALS MAKELAARS’