Am magazine 03 2014

28
Driemaandelijkse uitgave van Arbeid & Milieu vzw - jaargang 2014 - nr 3 - juli - augustus - september / ISSN: 1377-3445 Afgiftekantoor: 1050 Brussel 5/ Afzender: A&M, Tweekerkenstraat 47, 1000 Brussel magazine DOSSIER DUURZAAM MATERIALEN- BEHEER SAMEN SLUITEN WE DE MATERIAALKRINGLOOP België-Belgique PB Brussel 5 P209314

description

 

Transcript of Am magazine 03 2014

Page 1: Am magazine 03 2014

Driemaandelijkse uitgave van Arbeid & Milieu vzw - jaargang 2014 - nr 3 - juli - augustus - september / ISSN: 1377-3445

Afgiftekantoor: 1050 Brussel 5/ Afzender: A&M, Tweekerkenstraat 47, 1000 Brussel

magazine

DOSSIERDUURZAAM MATERIALEN-BEHEER

SAMEN SLUITEN WE DEMATERIAALKRINGLOOP

België-BelgiquePB

Brussel 5P209314

Page 2: Am magazine 03 2014

2 am magazine jaargang 2014 nr 3

AGENDARegeerakkoord kritisch doorgelicht - een conferentie over mobiliteit

15 oktober 2014 Op 15 oktober 2014 organiseren TransitieNetwerk Middenveld en Netwerk Duurzame Mobiliteit een conferentie om een discussie over bepaalde mobiliteitsthema’s op te starten naar aanleiding van het Vlaamse regeerakkoord.

Zie http://www.duurzame-mobiliteit.be/ voor het programma en inschrijven.

Reeks bedrijfsbezoeken met aansluitende workshop

4 november Bedrijfsbezoek Brouwerij Huyghe en aansluitende workshop (Melle)

6 november Bedrijfsbezoek Volvo Cars en aansluitende workshop (Gent)

17 november Bedrijfsbezoek Boss Paints en aansluitende workshop (Waregem)

27 november Bedrijfsbezoek Stella Artois en aansluitende workshop (Leuven)

2 december Bedrijfsbezoek Jaga en aansluitende workshop (Diepenbeek)

Meer info op pagina 4 van dit magazine en via www.a-m.be

in Am magazine #3 - 2014

10

22

14

18

5 6DOSSIER DUURZAAMMATERIALENBEHEER

DOSSIER DUURZAAMMATERIALENBEHEER

DOSSIER DUURZAAMMATERIALENBEHEER

DOSSIER DUURZAAMMATERIALENBEHEER

DOSSIER DUURZAAMMATERIALENBEHEER

DOSSIER DUURZAAMMATERIALENBEHEER

26Iedereen wint... door het sluiten van de materiaalkringloop

Inleiding: sluit de materiaalkringlopen

Sluit de materiaalkringloop: voedselverspilling

Sluit de materiaalkringloop: kritieke materialen

Sluit de materiaalkringloop: bouw

Sluit de materiaalkringloop: textiel

Sluit de materiaalkringloop: kunstoffen

DOSSIER DUURZAAMMATERIALENBEHEER

Page 3: Am magazine 03 2014

3am magazine jaargang 2014 nr 3

EDITORIAAL COLOFONAlweer duurzaam materialenbeheer? Jazeker! Eind 2012 brachten we al een themanummer rond duurzaam materialenbeheer. Voor deze derde editie van 2014 plaatsen we dit thema opnieuw op de voorgrond. Deze editie is een uitgeschreven versie van een Prezi-presentatie, die tot stand kwam uit een samenwerking in het kader van het Vlaams Materialenprogramma van OVAM, waaraan ook A&M een bijdrage leverde. Hiermee willen de verschillende partners op een bevattelijke wijze voor een breder publiek, en in het bijzonder werknemers en scholen, uitleggen waarom duurzaam materialenbeheer zo belangrijk is voor onze huidige en toekomstige welvaart, hoe we duurzamer kunnen handelen, en waarom we daar bij te winnen hebben. In de nabije toekomst zullen we hierrond echter nog meer materiaal uitwerken en verspreiden, specifiek voor en op maat van vakbondsafgevaardigden. Ook rond energie zullen we een zelfde oefening doen.

Waarom deze herhaalde focus op materialen? Omdat het probleem bijzonder dringend wordt. De Club van Rome blijkt immers gelijk te krijgen. Zo’n 40 jaar geleden voorspelden zij in hun standaardwerk “The Limits to Growth” (grenzen aan de groei) een ineenstorting van het sociaaleconomisch systeem door het almaar stijgende en onduurzame gebruik van uitputbare grondstoffen, een stijgende bevolkingsgroei en roofbouw

op het leefmilieu. Nieuw onderzoek heeft de gegevens die we nu kennen nog eens naast de uitgangspunten gelegd van toen. En die blijken zeker tot het jaar 2010 verbazingwekkend goed samen te vallen. Volgens de auteur van het onderzoek, Graham Turner (universiteit van Melbourne), kunnen we ons maar beter voorbereiden op de gevolgen van een ineenstorting van de industriële productie, die ergens tussen 2015 en 2030 zou kunnen plaatsvinden. De onderzoeker suggereert dat de wereldwijde financiële en economische crisis die we nu beleven, en de gevolgen van de opwarming van het klimaat, misschien de eerste kiemen zijn van de aangekondigde ineenstorting. Stijgende olieprijzen leiden tot stijgende prijzen van voedsel, en van alle direct en indirect afgeleide producten van olie. We zien vervolgens, door de stijgende kosten van olie en andere uitputbare grondstoffen, het onvermogen van de reële economie om de oplopende schulden van bedrijven en gezinnen terug te betalen, wat deels de wereldwijde financiële crisis veroorzaakte. De domino van besparingen die in de plaats van komen van investeringen, en het bezuinigen bij de overheid op zaken als gezondheidszorg en onderwijs, is welbekend.

De onderzoekers benadrukken wel dat de ineenstorting géén zekerheid is. Het onderzoek spitst zich toe op het “business as usual

scenario”, dat ervan uitgaat dat we niets ondernemen om de ineenstorting te voorkomen. Het staat helaas wel vast dat we de voorbije decennia nagelaten hebben om het schip voldoende te keren. Daarom zien we in de nieuwe gegevens de voorspellingen van 40 jaar geleden nu uitkomen. Willen we voorkomen dat onze welvaart terugvalt naar een niveau dat vergelijkbaar is met het welvaartsniveau van 1900 (!), zoals de onderzoekers inschatten, kunnen we het ons niet permitteren nog langer te wachten om drastisch in te grijpen. Maar, het is dus niet onmogelijk. Als we de dingen anders aanpakken. Kijk gerust verder in dit magazine en ontdek wat dat “anders” zoal kan betekenen.

Jorre Van Damme Coördinator A&M

AM magazine is een driemaandelijkse uitgave van Arbeid & Milieu vzw. Tweekerkenstraat 47 - 1000 Brussel Tel +32 (0)2 325 35 01 [email protected], www.a-m.be

Het secretariaat van Arbeid & Milieu vzw is op alle gewone werkdagen, van 9u tot 17u bereikbaar.

Redactie: Tweekerkenstraat 47 - 1000 Brussel Druk: De Wrikker Lay-out: bigtrees. Foto cover: Thijs Calu

Arbeid & Milieu magazine is een initiatief van Arbeid & Milieu vzw. Arbeid & Milieu vzw is een samenwerkingsverband waarin de arbeidersbeweging en de milieubeweging paritair vertegenwoordigd zijn. De arbeidersbeweging is momenteel vertegenwoordigd door het ABVV, ACV en ACLVB. De milieubeweging wordt vertegenwoordigd door de Bond Beter Leefmilieu. A&M magazine biedt, aan de hand van reportages, interviews, achtergrondartikels, colums en praktische tips, informatie over thema’s die zich situeren op het raakvlak tussen arbeid en milieu. Om de band tussen arbeid en milieu aan te tonen en te bevorderen. Want wij denken dat het absoluut noodzakelijk is om sociaal en ecologisch welzijn met elkaar te verzoenen. Zonder dat geen duurzame ontwikkeling. Een jaarabonnement op A&M magazine kost € 17,50. U kunt zich abonneren door dit bedrag te storten op het rek. nr. BNP Paribas Fortis BE54 0011 4959 5597, met vermelding ‘Abonnement 2014’. Geef ons ook je exacte adres en contactgegevens door via mail of telefoon en laat weten of je een factuur wenst.

Geïnteresseerd in een proefnummer van A&M magazine? Contacteer ons op tel: +32 (0)2 325 35 01 of [email protected] Arbeid & Milieu vzw bestaat sinds 1988 en bracht voorheen ‘Arbeid en Milieu Nieuws’ uit. Redactieraad: Thijs Calu, Bert De Wel, Mike Desmet, Dominique Kiekens, Suzanne Kwanten, Brecht Van Roey, Fredrik Snoeck, Joris Van Damme, Sara Van Dyck, Pieter Verbeek en Timothy Wyffels.

VU: Joris Van Damme Tweekerkenstraat 47 - 1000 Brussel

AM Magazine wordt gedrukt op kringlooppapier. Het tijdschrift wordt gedrukt met vegetale inkten en zonder toevoeging van alcohol of alcohol vervangende producten.

De redactie is niet gebonden door de inhoud van de genomen advertenties. Mits voorafgaande toestemming mogen artikels overgenomen worden. Dit kan alleen maar de betere verspreiding van milieu-informatie in al zijn facetten ten goede komen.

Page 4: Am magazine 03 2014

4 am magazine jaargang 2014 nr 3

A&M in ‘t kort

VERDIEN

€ 150 *

PER JAAR!

Wedden dat ook jij een aardig centje kunt verdienen door je energieverbruik op de voet te volgen en de energievreters in huis uit te schakelen? Registreer je gratis op www.energiejacht.be, pas de tips toe en geniet van je besparing (tot € 150* of meer).

* Gemiddelde besparing van de deelnemers aan de campagne vorig jaar, gebaseerd op een energieprijs van € 0,2 /kWh voor elektriciteit en € 0,07 /kWh voor aardgas.

v.u. D

anny

jaco

bs, T

wee

kerk

enst

raat

47,

100

0 Br

usse

l - d

esig

n by

com

ing-

soon

.be

WWW.ENERGIEJACHT.BE

bondbeterleefmilieu-201308-energiejagers-Affiche-V5.indd 1 18/09/13 13:50

Page 5: Am magazine 03 2014

5am magazine jaargang 2014 nr 3

Doorheen de dag gebruik/verbruik je een pak materialenTextiel:De kleding die je ‘s ochtends aantrektMetalen: de PC die je thuis, op school of op het werk gebruiktVoedsel: de lunch die je ‘s middags verorbertKunststof: de spullen die je gebruikt voor je hobbyBouwmaterialen: het huis waar je ‘s avonds vertoeft

Zullen we dit binnen 20 jaar nog even onbezorgd kunnen? De wereldwijde groei van bevolking en de toenemende levensstandaard leidt tot een grotere vraag naar grondstoffen en materialen. Daardoor worden ze schaarser en dus duurder en schieten de prijzen de lucht in, waardoor leveringen in het gedrang komen.Europa en Vlaanderen hebben we weinig eigen grondstofvoorraden en zijn afhankelijk van grondstoffenimport.Schaarse materialen zoals kritieke metalen/zeldzame aardmetalen zijn noodzakelijk voor hernieuwbare energie (zonnepanelen, windmolens, ..) en groene technologie (LED verlichting, batterijen in elektrische wagens,..). Zo zijn fosfaten onmisbaar voor de voedingsteelt, maar ook door schaarste in andere grondstoffen kan onze productie in problemen komen.

Oplossing: sluit de materiaalkringlopen!Het antwoord op de grondstoffenschaarste? De herwinning van materialen uit afvalstoffen. Want dat betekent minder productie of ontginning van nieuwe grondstoffen én minder uitstoot van CO2.

Sluit de materiaal-kringlopen

inleiding

“Zolang we blijven weggooien, verknoeien we de planeet en onze toekomstige welvaart.”

Page 6: Am magazine 03 2014

6 am magazine jaargang 2014 nr 3

SLuit de MATERIAALkringloop

Textiel

Page 7: Am magazine 03 2014

7am magazine jaargang 2014 nr 3

Wat is het probleem?

Slechte arbeidsomstandigheden bij productie

Heel wat van de kleren die we kopen, worden geproduceerd in landen waar werknemers tegen een hongerloon in slechte arbeidsomstandigheden onze kleren produceren. Arbeiders zijn er niet er niet verzekerd, werken in ongezonde omstandigheden en hebben geen rechten. Meestal worden we hiermee pas geconfronteerd als dit uitmondt in een ramp die door de media word opgepikt, zoals de welbekende instorting van het Rana Plaza in Bangladesh in april 2013, waarbij meer dan 1000 textielarbeiders om het leven kwamen.

Zware impact op het milieu

De materialen waarmee onze kledij wordt gemaakt hebben vaak een grote impact op het milieu, zeker in de landen waar de milieuwetgeving praktisch onbestaande is.

Bv. Katoen (de basisgrondstof van de meeste kledingstukken, bv. van jeans) • 20 à 25% van de alle verbruikte pesticiden ter wereld gaan naar de katoenteelt, terwijl deze slechts 4% van de landbouwopbrengst inhoudt. • Om 1 kg katoen te produceren is meer dan 10.000 liter water nodig. Dat is amper genoeg om 1 T-shirt en 1 jeansbroek mee te maken.

In landen als China en India worden chemische producten die gebruikt worden (bv. om onze kleren een kleurtje te geven), geloosd in de rivieren. Met alle gevolgen vandien: biologisch dode rivieren en serieuze gevolgen voor de gezondheid voor de mensen die rond de rivier wonen.

Page 8: Am magazine 03 2014

8 am magazine jaargang 2014 nr 3

Het kan ook anders!

Materialen met een kleinere milieu-impact

Koop kledij die geproduceerd werd uit materialen met een kleinere milieu-impact: zo is er voor de teelt van hennep en vlas (basisproduct van linnen) veel minder water nodig, en is er weinig tot geen chemische nabehandeling nodig.

Duurzaam label

Koop textiel met een duurzaam label. Labels zijn een soort logo’s die je de zekerheid bieden dat het product in correcte sociale omstandigheden of met een minimale impact op het milieu werden geproduceerd. Het ene label is echter ‘betrouwbaarder’ dan het andere: om de betrouwbaarheid en andere zaken na te gaan kun je een kijkje nemen op labelinfo.be. Je vindt er ook terug of het label criteria van milieu en/of sociale criteria hanteert.

Lease A Jeans!

Tegenwoordig kun je kledij ook ‘leasen’. Nadat je de jeans 1 jaar hebt geleased krijg je de keuze: je houdt de jeans, je wisselt ze om of je stuurt ze terug. De jeans is al dan niet Fair Trade en uit biologisch katoen gemaakt, of zo ontworpen dat ze gemakkelijk te recycleren zijn. Meer info over groene jeans vind je op www.greenjeans.be

Pharell Williams promoot kledij gemaakt van gerecycleerd plastic uit de oceaan.

Page 9: Am magazine 03 2014

9am magazine jaargang 2014 nr 3

Tweedehandskledij / swishing

In de kringwinkel vind je tegenwoordig een uitgebreid aanbod aan tweedehandskledij die nu terug in is. Goedkoop, modieus en hergebruikt! Of ruil je kledij op zogenaamde swishing parties.

Redesign

Van oude jeans over kapotte surfzeilen tot reclamezeilen die niet meer gebruikt kunnen worden: al deze producten kunnen worden hergebruikt door ze bijvoorbeeld te laten omvormen tot hippe kussens of tasjes.

Recuperatie

Textielrecuperatiebedrijven zorgen ervoor dat zowel het productieafval van textielbedrijven zoals weverijen, spinnerijen, confectie als de gedragen kledij door middel van een sorteerproces een tweede leven krijgen. Kledij die niet meer als tweedehands verkocht kan worden, wordt verwerkt tot nieuwe textielproducten, van poetslappen tot isolatiemateriaal.

Kledingcontainers

Overal langs Vlaamse wegen, kom je kleding containers tegen: kledij die je niet meer draagt kun je hier kwijt. Informeer je goed: niet alle kledingcontainers zijn verbonden met liefdadigheidsinstellingen, soms gaat het ook om een puur commer-ciële activiteit. De opgehaalde kledingstukken vertrekken richting sorteercentra, wat ook tewerk-stelling creëert, vaak in de sociale eco-nomie.

Schone kleren

De Schone Kleren Campagne wil de vuile was van de mondiale kledingindustrie buitenhangen en eist schone kleren. SKC richt zich hierbij vooral op een verbetering van de arbeidsomstandigheden. Op de website www.schonekleren.be vind je meer info over de problematiek en kun je er onder andere de brochure ‘Op zoek naar duurzame kleding. Wat en waar?’ downloaden.Interessante info voor vakbondsafgevaardigden die dit een belangrijk thema vinden en hun inbreng willen doen over de bedrijfskledij.

en de vakbond?

Page 10: Am magazine 03 2014

SLuit de MATERIAALkringloop

kritieke metalen

10 am magazine jaargang 2014 nr 3

Page 11: Am magazine 03 2014

11am magazine jaargang 2014 nr 3

Wat is het probleem?

Niet-duurzaam aankoopgedrag: In je laptop, tablet, smartphone en flatscreen TV zitten talrijke kostbare metalen. We vervangen onze toestellen aan een heel hoog tempo, om mee te zijn met de nieuwste technologie of omdat het toestel niet ontworpen is om het te herstellen en de kosten voor herstelling of onderdelen hoog oplopen.

We staan er vaak niet bij stil, maar onze elektronische toestellen zitten vol kostbare materialen. Vooral een aantal metalen zijn de ruggengraad van onze hoogtechnologische laptops, tablets, smartphones en flatscreens. We kopen wereldwijd meer en meer van deze toestellen, en het tempo waarmee ze vervangen door nieuwe toestellen ligt ook steeds hoger. Dat heeft verschillende oorzaken. Vooreerst worden toestellen gewoon minder duurzaam ontworpen.

De elektronenstraalbuis van de oudere televisietoestellen heeft bijvoorbeeld een gemiddelde levensduur van 10 tot 15 jaar. Bij een flatscreen is dat nog slechts 5 tot 8 jaar. We zijn ook allemaal gevoelig aan mode en willen vaak sneller het nieuwste toestel met meer functies, vooraleer ons “oude” toestel versleten is. Een GSM of smartphone kan tot 5 jaar mee gaan, maar we vervangen hem gemiddeld na 18 maanden.

De toestellen worden ook steeds ingewikkelder, waardoor er gewoonweg meer kans bestaat dat er iets stukgaat. Sommige fabrikanten ontwerpen hun toestellen ook met een zogenaamde “geprogrammeerde veroudering”, waarbij men de levensduur opzettelijk beperkt tot een aantal gebruiksuren of gebruikscycli. Of het toestel is niet demonteerbaar, zodat het moeilijk of niet hersteld kan worden en je als het ware gedwongen wordt om een nieuw toestel aan te schaffen.

Schaarste: Die metalen zijn niet eindeloos voorradig en raken uitgeput. Bovendien hebben we in Europa zo goed als geen voorraden ter beschikking.

We staan er niet vaak bij stil, maar de voorraad ertsen in de grond is niet oneindig. Voor een deel van de metalen die we gebruiken zien we dat de voorraad zo snel slinkt, dat ze binnen redelijk korte termijn niet uit de klassieke mijnen te halen zijn. De schaarste die zich aandient voor bepaalde metalen is voor een deel te verklaren door het feit dat we steeds meer soorten metalen gebruiken in onze hoogtechnologische toestellen.

Vanaf 2015 al wordt de aanvoer problematisch van een aantal van de metalen die we gebruiken in LED-lampen, flatscreens en touchscreens, zonnepanelen en magneten.

Vanaf 2020 zien we een tekort aan bepaalde metalen ontstaan die gebruikt worden in onder andere katalysatoren, elektronica en versterkt staal.

Maar daarnaast dreigen ook de voorraden van basismetalen als aluminium, koper, zink, nikkel, ijzer, lood, tin, zilver en goud niet meer te volstaan om aan de stijgende wereldvraag te voldoen. De voorraden die er nog zijn, zijn niet gelijk verdeeld over de verschillende continenten en landen. Europa heeft zelf zo goed als geen ertsen in de grond zitten, wat onze industrie en onze welvaart zeer kwetsbaar maakt.

Groene technologie BELANGRIJK VOOR GROENE TECHNOLOGIE: Veel van die schaarse metalen zijn een cruciaal onderdeel van nieuwe, groene technologieën, zoals hybride en elektrische wagens of windmolens.

Je zou nog kunnen beweren dat we kunnen leven zonder de nieuwste smartphone of breedste flatscreen-TV. Maar het is belangrijk om ook even bij stil te staan bij een aantal andere toepassingen van die snel zeldzaam wordende metalen. Heel wat van die metalen zijn namelijk essentieel in alle technologieën die we “groene technologieën” noemen.

We kunnen onze welvaart niet langer laten afhangen van de eindige voorraad aan fossiele brandstoffen als olie, gas en steenkool. En we moeten absoluut ons klimaat beschermen door een drastische daling van de uitstoot van CO2, die voortkomt uit de verbranding van die fossiele brandstoffen. En dat kan: meer investeren in zonnepanelen, windmolens en elektrische voertuigen helpt ons al een heel eind op weg.

Maar net voor die nieuwe groene technologieën hebben we die zeldzame metalen nodig. We kunnen het ons dus niet veroorloven om daar spilzuchtig mee om te springen.

Page 12: Am magazine 03 2014

12 am magazine jaargang 2014 nr 3

Wat is het probleem?

Het kan ook anders!

Ontginning De ONTGINNING van sommige metalen is soms oorzaak van conflicten en de mijnbouw gebeurt vaak ten koste van de lokale bevolking, de mijnwerkers en het leefmilieu.

Dan is er nog de manier waarop we de voorraden die we hebben uit de grond halen. De ongelijke verdeling van de voorraden ertsen in de wereld en het feit dat deze voorraden veelal ontgonnen worden in de armste landen van de wereld, in combinatie met de druk van de wereldmarkt om steeds sneller en zo goedkoop mogelijk te ontginnen om aan de stijgende vraag te voldoen, leidt tot wantoestanden. Voor de mijnwerkers en hun omgeving is mijnbouw niet altijd een zegen, maar soms ook een vloek.

Mijnbouwbedrijven of hun onderaannemers hebben al te vaak geen oog voor de impact die hun activiteiten hebben op lokale gemeenschappen, het leefmilieu en de veiligheid en gezondheid van de arbeiders. In de moderne mijnbouw graven bulldozers de rotsen uit in enorme open groeves. Dat gaat gepaard met onder andere verzilting, verdroging en waterschaarste door de

enorme massa’s zoet water die nodig zijn bij het extractieproces, en het vrijkomen en verspreiden van zware metalen in het ecosysteem. Mijnbouw is dus vaak nefast voor het ecosysteem, maar vaak ook oorzaak van armoede. Vervuilde grond en gebrek aan zuiver water maken landbouw onmogelijk. Mensen met gezondheidsproblemen kunnen niet zo lang en zo hard meer werken, wat leidt tot inkomensverlies en de armoede dus juist doet toenemen. De kostbare ertsen

leiden ook tot conflicten en oorlogen. Zo stelde de VN in verschillende rapporten dat er een rechtstreeks verband is tussen de (illegale) mijnbouw en handel in grondstoffen en de oorlog in het oosten van Congo, die sinds 1998 aan bijna 4 miljoen mensen het leven kostte. Het gaat dan om goud en diamanten, maar vooral om het minder bekende coltan, dat een essentieel onderdeel is van onder meer onze GSM’s.

Duurzaam ontwerp

Koop toestellen met een DUURZAAM ONTWERP. Kijk bij je aankoop of je onderdelen kan vervangen die verouderd of stuk zijn. Zijn onderdelen verlijmd of kun je via schroeven je toestel openen en herstellen? Check ook of je nieuwe functies kunt toevoegen zodat je geen nieuw toestel hoeft te kopen om up to date te zijn.

De beste manier om verspilling te vermijden is om van bij het ontwerp van een toestel te kijken hoe dit best kan worden hersteld, gedemonteerd en deels herbruikt worden, en in laatste instantie maximaal gerecycleerd. Zo kunnen we erin slagen om de materialen die erin verwerkt zitten niet te laten verloren gaan en zo lang mogelijk hun functie te laten

vervullen. En dat is perfect mogelijk. Een smartphone die een upgrade kan krijgen met nieuwe technologie of een nieuwe look in plaats van elke 18 maanden een heel nieuw toestel te moeten kopen. Een televisietoestel dat voor een redelijke prijs hersteld kan worden als het stuk gaat. Toestellen die zo ontworpen zijn dat de kostbare metalen en andere materialen

erin kunnen gescheiden worden van elkaar en dus gerecycleerd worden, zodat we binnen 15 jaar ook nog voldoende metalen hebben om ze te kunnen kopen aan betaalbare prijzen. Zou je daar niet voor kiezen?

Page 13: Am magazine 03 2014

13am magazine jaargang 2014 nr 3

Recyclage & urban mining

RECYCLEER en doe mee aan URBAN MINING: de stad wordt onze nieuwe mijn! Haal je oude toestellen uit je schuiven, sorteer alles zo goed mogelijk thuis, op school of in je bedrijf en laat ze ophalen of breng ze naar het containerpark.

Als de metalen niet meer uit de mijn komen van een of ander ver land, waar moeten we ze dan nog halen? Wel, kijk om je heen! Vlaanderen is bijzonder rijk aan grondstoffen. Alleen zitten die niet in grond, maar in onze huizen en werkplaatsen. In een circulaire economie spreken we niet meer van afval, maar alleen nog van grondstoffen. De oude GSM in je schuif, de TV waar je nu naar kijkt, de laptop waarop je werkt en de auto waarin je rijdt: het zijn allemaal

onderdelen van de urban mine, de stad als nieuwe mijn. Dat houdt wel in dat we in Vlaanderen niet mogen blijven stilstaan op onze positie als kampioen van de recyclage. Dat is al een hele vooruitgang, maar de stap naar een echte circulaire economie moet nog gezet worden en houdt grote uitdagingen in. Goed sorteren thuis, op school en op het werk blijft ontzettend belangrijk. We moeten het idee van de vuilbak afschaffen en wat we niet meer nodig hebben leren

beschouwen als een onderdeel van de dingen die we later in de winkel gaan kopen. Dat wil zeggen dat we eerst kijken of iets niet hergebruikt kan worden, hersteld, of aangepast, en dan pas op de best mogelijke manier gesorteerd en verwijderd. Dat kan dan opgehaald worden door een gespecialiseerd bedrijf op school of op het werk, of je kan het zelf naar het containerpark brengen.

Voor werknemers in de metaalsector zijn er duidelijke risico’s en kansen. Zonder een omslag naar kringloopeconomie zal de metaalverwerkende industrie, in al zijn vormen, bedreigd zijn in zijn voortbestaan. Voor sommige bedrijven staat het water nu al aan de’ lippen door een gebrek aan aanvoer van grondstoffen. Omgekeerd geeft een kringloopeconomie ook kansen voor een nieuwe industrie in Vlaanderen.

Het is absoluut noodzakelijk dat daarom de vakbond zich best mee inlaat. In opdracht van ABVV Metaal ging professor Bernard Mazijn na wat de risico’s en kansen waren en hoe de vakbond op alle niveaus hierin betrokken kan zijn.

Een toets op kwetsbaarheid ten aanzien van de relevante ‘megaforces (1)’: • het klassieke instrument ‘Economische en Financiële Informatie’ (EFI), dat enkele jaren geleden al werd ‘vergroend’, wordt uitgebreid met een luik om de kwetsbaarheid van de onderneming te (laten) onderzoeken op parameters die verband houden met de relevante megaforces; • een gelijkaardig instrument wordt ontwikkeld om de kwetsbaarheid en de veerkracht van een streek (bijv. op het niveau van de RESOC’s) en van een subsector (bijv. via de partitaire comités) te onderzoeken. Het mee opzetten van een kringloopeconomie: • een duurzame SWOT-analyse van een bepaalde streek kan resulteren in het identificeren en het stimuleren van bepaalde niches (bijv. via de RESOC’s of de provinciale afdelingen van de vakbond);het opzetten van een (of meerdere) coöperatieve vennootschap(pen), op verschillende plaatsen in elke provincie. Zo kan men in gedecentraliseerde, frequente en professionele ‘B2C’-hersteldiensten (2) voorzien.Capaciteitsopbouw bij vakbondsvertegenwoordigers: via de eigen kanalen van de vakbond wordt met bestaande of nieuwe instrumenten vorming georganiseerd; op die manier kunnen vakbondsvertegenwoordigers leren omgaan met de problematiek en zo de druk van onderuit verhogen om rekening te houden met de megaforces.Solidariteit met het Globale Zuiden: de vakbond betuigt solidariteit met alle huidige generaties, ook in ontwikkelingslanden, via steun aan lokale vakbondscoöperaties. Bijvoorbeeld in de mijnbouw, en via steun aan campagnes voor ‘faire’ producten.

(1) De ‘megaforces’ zijn een aantal evoluties die elkaar versterken, op vlak van energie en brandstof, klimaatverandering, grondstoffenschaarste, waterschaarste, bevolkingsgroei, toename van de welvaart, verstedelijking, voedselveiligheid, achteruitgang van ecosystemen en ontbossing. (2) B2C: Business to Consumer

Bron: Mazijn B., (2013), Naar een ‘nieuwe industrialisering’ van en voor de metaalsector. Een kringloopeconomie binnen de context van duurzame ontwikkeling. Rapport in opdracht van ABVV-Metaal - Samenvatting. Instituut voor Duurzame Ontwikkeling vzw, Brugge, 40 blz.

kritieke metalen en werknemers

Page 14: Am magazine 03 2014

14 am magazine jaargang 2014 nr 3

SLuit de MATERIAALkringloop

Voedselverspilling

Page 15: Am magazine 03 2014

15am magazine jaargang 2014 nr 3

Wat is het probleem?

Vuilnisbak-voedsel Wereldwijd gaat 1/3 van het voedsel verloren, terwijl bijna 1 miljard mensen chronisch honger lijden en de totale voedselafvalberg in Europa en Noord-Amerika groot genoeg is om de 1 miljard hongerigen driemaal per dag een maaltijd te geven. Vlaanderen gooit jaarlijks 142.000 ton bruikbaar voedsel weg. Een gemiddeld Vlaams gezin gooit 182 euro per jaar aan voedsel in de vuilnisbak.Het verlies gebeurt over de ganse productieketen, maar ook de consument is voor een stuk verantwoordelijk.

Druk op het zuidenOok op maatschappelijk gebied zijn er gevolgen: in het voedsel dat verloren gaat zit ook een deel tropisch fruit, koffie, vlees… uit het Zuiden waar de werkomstandigheden niet goed zijn of waarbij de bossen gekapt worden om veevoeders te telen.

Wat met de planeet?Er is natuurlijk ook de ecologische kant van de medaille: Minder voedselverlies betekent minder grondgebruik in de grootschalige landbouw, wat een positief effect zou hebben op biodiversiteitsverlies, CO2-uitstoot, verzuring en vermesting van de bodem en water, afvalproductie, waterverbruik, pesticideverbruik, ruimtegebruik, …

Het is dringendHet probleem moet dringend worden aangepakt: men voorspelt dat de behoefte aan vlees en melk tegen 2050 zal verdubbelen. Samen met de toenemende wereldbevolking en een stijgende welvaart zullen er dubbel zoveel agrarische grondstoffen nodig zijn om aan de voedselvraag te voldoen.

Page 16: Am magazine 03 2014

16 am magazine jaargang 2014 nr 3

Het kan ook anders!

Koop slim en minderCheck op voorhand je koelkast, kelder en berging en maak een boodschappenlijstje, zodat je enkel op zoek gaat naar de producten die je echt nodig hebt. Vlees en vis koop je best zo vers mogelijk: spreid dus bij voorkeur je aankopen over meerdere dagen en vermijd impulsieve aankopen, die je achteraf misschien moet weggooien.

Vermijd overschottenCheck op voorhand je koelkast, kelder en berging en maak een boodschappenlijstje, zodat je enkel op zoek gaat naar de producten die je echt nodig hebt. Vlees en vis koop je best zo vers mogelijk: spreid dus bij voorkeur je aankopen over meerdere dagen en vermijd impulsieve aankopen, die je achteraf misschien moet weggooien.

TGT ≠ THT‘Te gebruiken tot’ staat op producten die vrij snel kunnen bederven, en na de opgegeven datum een risico voor de gezondheid kunnen vormen. ‘Tenminste houdbaar tot’ staat dan weer op producten met een langere houdbaarheid, die bij gebruik na die datum geen gevaar inhouden voor de gezondheid. Er kan wel een daling in kwaliteit optreden, je checkt dus best nog eens of het product nog bruikbaar is (door eraan te ruiken, het uitzicht, aanvoelen, …).

Voedselbanken en sociale kruideniersVoedsel dat dreigt verloren te gaan in de supermarkt gaat steeds vaker naar voedselbanken en sociale kruideniers. Op die manier krijgt het voedsel toch nog een nuttige bestemming door het toegankelijk te maken voor mensen met financiële moeilijkheden.

Vermijd overbodige verpakkingHoe meer voedsel wordt weggegooid, hoe meer verpakking voor niets werd geproduceerd. Let daarom bij je aankopen ook op de verpakking, die vaak overdreven is. Vlees, groenten, fruit, charcuterie, kaas en vis in vaste, voorverpakte hoeveelheden brengen meer afval voort. Ondertussen is de eerste winkel zonder verpakkingen in Antwerpen een feit, maar ook in andere steden wordt aan de oprichting van dergelijke winkels gewerkt. Je neemt gewoon je eigen verpakking mee, zo draag je een steentje bij aan het verkleinen van de afvalberg. Maar in sommige gevallen betekent een slimme verpakking wel een langere houdbaarheid, waardoor er minder voedsel verpild wordt.

copyright Wouter Rawoens

Page 17: Am magazine 03 2014

17am magazine jaargang 2014 nr 3

De aanpak in Vlaanderen

Niets is Verloren-Festival GentOp zaterdag 20 september 2014 wer de Bijlokesite in Gent omgetoverd tot het Niets is Verloren-Festival. Doorheen 2014 werkten Gentenaars projecten uit met creatieve oplossingen voor problemen van overlast en verspilling in hun stad. In het kader van het Niets is verloren-Festival vond ‘Feeding the 5000’ plaats, de wereldwijde campagne die voedselverspilling aanklaagt. Gent plaatste zich hiermee in het rijtje van wereldsteden als Londen, Parijs en Amsterdam die de aandacht vestigen op een duurzamer voedselsysteem.

In Vlaanderen werkt de Vlaamse administratie samen met alle schakels in de keten om het voedselverlies in Vlaanderen aan te pakken. De hele sector heeft

daartoe een engagementsverklaring ondertekent om op korte termijn een “roadmap” om het voedselverlies in Vlaanderen zoveel mogelijk te beperken. Alle info

over de acties in Vlaanderen zijn te vinden op: http://lv.vlaanderen.be/nlapps/docs/default.asp?id=2812

tip

Het internet staat bol van de websites die je op weg zetten om slim om te gaan met voedsel en verspilling tegen te gaan. Een tip om op regelmatige basis handige tips te krijgen is het volgen van de facebookpagina ‘Waste Watchers NL’ op facebook.

Voedselverlies in de refterIn refters wordt gewerkt met grootkeukens, en ook daar wordt bereid voedsel dat niet opgegeten wordt vaak weggegooid. Merk je dat dit het geval is op jouw bedrijf? Enkele tips om hiermee om te gaan als afgevaardigde:

Agendeer een vraag hierover op de eerstvolgende CPBW. Heeft het bedrijf zicht op de hoeveelheid weggegooid voedsel? Indien dat niet het geval is, kun je voorstellen om dit gedurende een bepaalde periode te meten. Daarna kan eventueel actie ondernomen worden: denk aan zaken als een kleiner buffet, het buffet niet meer aanvullen na een bepaald uur, …

Sodexo ging op deze manier succesvol voedselverspilling tegen in haar keukens. Het verhaal van Sodexo kun je hier nalezen: http://bit.ly/1rBPSy4Merk je als afgevaardigde dat er toch nog heel wat voedsel in de vuilbak beland? Dan kan je je bedrijf overtuigen om de overschotten uit te delen aan mensen in armoede via bv. de voedselbanken. In opdracht van Ingrid Lieten, (toenmalig) Vlaams minister van armoedebestrijding, werd de brochure ‘sociaal aan de slag met voedseloverschotten’ opgesteld. De brochure zet bedrijven op weg om hun voedseloverschotten via bv. de sociale kruideniers of voedselbanken te verdelen aan mensen in armoede. Verder bevat de brochure ook praktijkvoorbeelden en alle nuttige contactpersonen. De brochure kun je hier downloaden: http://bit.ly/1nHjuCX

Nuttige websiteswww.voedselbanken.be www.socialekruideniersvlaanderen.be

en de vakbond?

Page 18: Am magazine 03 2014

SLuit de MATERIAALkringloop

Kunststoffen

18 am magazine jaargang 2014 nr 3

Page 19: Am magazine 03 2014

19am magazine jaargang 2014 nr 3

Wat is het probleem?

Te korte levensduur van kunststof consumptiegoederen

Kunststoffen worden op grote schaal geproduceerd en meestal snel weggegooid, wat een enorme afvalberg oplevert van nog bruibaar materiaal (gemiddelde levensduur van 100 jaar). Ondanks onze inspanningen op het vlak van recyclage worden lang niet alle kunststoffen gerecycleerd. Een deel van het post-consumer kunststofafval wordt verbrand met gedeeltelijke energieterugwinning, die lang niet zoveel oplevert als de energie die ooit werd gebruikt om de kunststoffen te produceren.

Plastic SoupEen groot deel van het kunststofafval dat niet in de vuilnisbak of de pmd-zak belandt, eindigt uiteindelijk in zee. Op die manier is een kunstmatig “eiland” van plastic ontstaan in het Noorden van de Stille Oceaan, ongeveer zo groot als de Verenigde Staten: de zogenaamde Plastic soep. Dit plastic breekt langzaam af tot microscopisch kleine deeltjes die in de zeevogels, zeezoogdieren en vissen – en dus uiteindelijk ook in ‘onze’ voedselketen - terechtkomen.

Nog te weinig recyclage

Een te groot deel van het kunststofafval belandt nog bij het restafval en is zo voor altijd verloren.Door ook harde plastics en folies selectief in te zamelen kunnen deze als grondstof gebruikt worden. Dit gebeurt nu al op vrijwillige basis bij een groot aantal gemeenten. Er wordt aan gewerkt om dit binnenkort ook afdwingbaar te maken. Voor consumptiegoederen die uit het buitenland komen hebben we in Vlaanderen weinig impact op de materialen. Deze goederen bestaan vaak uit niet-recycleerbare kunststoffen.

copyright Chris Jordan

Page 20: Am magazine 03 2014

20 am magazine jaargang 2014 nr 3

Het kan ook anders!

HerbruikEen leven zonder plastic of andere kunststoffen is ondenkbaar, maar vaak gooien we zaken weg die nog perfect bruikbaar zijn. Zaken die je zelf niet meer nodig hebt, kan je nog kwijt op de tweedehandsmarkt of breng je naar de Kringwinkel.

UpcycleMisschien kun je het product dat je wou weggooien nog een 2e leven geven door er met een kleine aanpassing een nieuwe functie aan te geven. Hierrond ontstaan hier en daar economische activiteiten (zie kaderstuk hieronder). Google op de term ‘upcycling’ en laat je verrassen door de vele voorbeelden: van decoratieve lampen gemaakt met oude flessen tot schommels van autobanden.

Herstellen, al dan niet met hulp van 3DprintersRepaircaféHer en der duiken Repair Cafés op, een plaats waar specialisten (van loodgieters tot IT’ers) vrijwillig samen met jou je spullen repareren. Wil je weten waar en wanneer een repaircafé in je buurt wordt georganiseerd? Neem een kijkje op www.repaircafé.be

3D-printing3D-printing is een nog jonge technologie, waarbij een printer in 3D aan de hand van een computermodel laag per laag driedimensionale objecten kan produceren. Er kan geprint worden in verschillende materialen. Zo kunnen bv. kleine knopjes die afbreken opnieuw geprint worden met een 3D printer zodat je toestel terug werkt. Ook gerecycleerde materialen zijn – voorlopig – in heel beperkte mate mogelijk, maar er gebeurt onderzoek om de mogelijkheden hierrond uit te breiden.

Geef wegGeef spullen weg, bv. via “Freecycling”, een trend die zich vooral op sociale media voordoet en waarbij mensen spullen die ze niet meer nodig hebben, gratis aan anderen aanbieden.schommels van autobanden.

NNOF

Een mooi voorbeeld van upcycling is NNOF of Nearly New Office Facilities, een bedrijf dat producten en diensten levert aan bedrijven rond het ecologisch verwerken van bestaand bureaumeubilair. De bestaande kantoormeubelen vormen de grondstof voor de nieuwe: ladenblokken kunnen lockers worden, bureaubladen verzaagd tot zitblokken, enz. Het hergebruik van de grondstoffen biedt een aanzienlijk financieel voordeel en verlaagt tegelijkertijd de ecologische voetafdruk.

Page 21: Am magazine 03 2014

21am magazine jaargang 2014 nr 3

en de vakbond?

DelenElk gezin zijn eigen, elektrische heggenschaar, barbecue en boormachine. Maar hoe vaak gebruiken we die zaken? Zou het niet zinvol zijn deze gereedschappen te delen met je buren en zo te besparen op materialen, kosten en grondstoffen? Op www.gedeelddoor.be ontdek je de bestaande initiatieven op allerlei vlakken (van reizen tot werk en wonen). Wil je zelf iets delen, maar vind je niet meteen een initiatief in de buurt, registreer je dan op www.wijdelen.be en bied je spullen aan of ga zelf op zoek naar die houthakselaar die je maar één keer per jaar nodig hebt, maar misschien wel beschikbaar is bij een (verre) buurman.

Aan de slag met duurzamere kunststoffen op je bedrijf

Materialenwerkgroep/CAO90Richt in je bedrijf of school een materialenwerkgroep op die op systematische wijze nagaat waar er kan worden bespaard op materialen. Voor bedrijven kan hier nog een zogenaamde ‘cao 90’ aan gekoppeld worden. Een overeenkomst die op bedrijfsniveau tussen de werkgever en de werknemers wordt gesloten om bepaalde doelstellingen te belonen, bijvoorbeeld op het vlak van materiaalbesparing en sorteren.

RecyclingDeceuninck nvDeceuninck is een designer/fabrikant van bouwproducten en gebruikt hiervoor als basismateriaal PVC, maar ook steeds meer nieuwe composietmaterialen (opgebouwd uit verschillende componenten bv. hout en plastic). Deceuninck levert deze als halffabricaten aan haar klanten die ze verwerken tot energiezuinige bouwproducten die ze op hun beurt zelf installeren in gebouwen of door derden laten installeren. Aan het einde van de levensduur (minimum 50 jaar) neemt Deceuninck deze producten terug om ze te recycleren en de grondstof te hergebruiken voor nieuwe energiezuinige bouwproducten en sluit hiermee de kringloop.

DessoDesso is een tapijten-, kunstgras- en vloertegelproducent die voor sommige van haar producten het ‘C2C-certificaat’ behaalden. C2C staat voor ‘cradle to cradle’ (van wieg tot wieg) in plaats van het aloude ‘cradle to grave’ (van wieg tot graf) principe van kopen, consumeren en weggooien. C2C staat voor het principe dat producten zodanig worden ontworpen worden dat aan het einde van hun levensduur de materialen eenvoudig kunnen worden gescheiden en hergebruikt of gerecycleerd. Wat tapijten betreft, heeft Desso een technologie ontwikkeld om tapijten terug te nemen en de materialen te recyclen of te hergebruiken. Bovendien werken ze ook nog eens luchtzuiverend omdat ze het fijnstof uit de lucht halen.www.socialekruideniersvlaanderen.be

Product-dienstsystemenMinder eigenaars, meer gebruikers’, dat is waar product-dienstsystemen voor staan. Sommige bedrijven zetten hierop reeds volop in. Waarom een nieuwe wasmachine kopen, die tegenwoordig door ‘geprogrammeerde veroudering’ snel stuk gaat, als je ook de dienst ‘wassen’ zou kunnen aankopen. De leverancier van die dienst heeft er alle baat bij dat zijn product lang meegaat, want dat vergroot zijn winstmarge. Tegelijkertijd zijn er minder wasmachines nodig die snel stuk gaan, en worden kostbare grondstoffen vermeden.

copyright Gerard Stolk

Page 22: Am magazine 03 2014

22 am magazine jaargang 2014 nr 3

SLuit de MATERIAALkringloop

Bouw

Page 23: Am magazine 03 2014

23am magazine jaargang 2014 nr 3

Wat is het probleem?

Afvalstoffen in de bouwDe bouwsector is in Vlaanderen de grootste verbruiker van materialen en de grootste bron van afvalstoffen. Ondanks inspanningen voor recyclage, worden bouwmaterialen nog vaak gestort of verbrand en gaan grondstoffen van morgen nog te vaak verloren.

De bouwsector veroorzaakt van alle sectoren de zwaarste milieubelasting, vooral door zijn omvang. De impact komt voort uit de grondstofwinning, de productie van bouwmaterialen, het transport en alle activiteiten vanaf de constructie tot en met de afbraak. Vlaanderen recycleert vandaag al meer dan 90% van het bouw- en sloopafval. Dat is al een grote stap in de goede richting, maar zal niet volstaan voor de toekomst. Bevolkingsgroei, gezinsverdunning, verstedelijkingen vergrijzing zal de behoefte aan aangepaste zorg- en wooninfrastructuur, scholen en sociale

woningen sterk doen toenemen. Daarnaast moeten we, om verdere opwarming van het klimaat tegen te gaan, het energieverbruik van onze gebouwen drastisch doen dalen. Die energiegerichte aanpassingen zullen leiden tot meer sloop van gebouwen – geheel of gedeeltelijk. Het beheersen van het energiegebruik en de broeikasgassen betekent dus ook een uitdaging voor het duurzaam beheren van materialenin de bouwsector. Dat geldt zowel voor de vraag als het aanbod van grondstoffen, afval en materialen. Als gevolg van deze en andere actuele ontwikkelingen zal de komende jaren het belang van een duurzaam

materialenbeheer in de bouwsector nog toenemen. Naast hun energie- of CO2-impact vertonen gebouwen nog tal van andere milieugevolgen. Denk maar aan de uitputting van grondstoffen, verzuring, vermesting, menselijke en milieutoxiciteit, landgebruik en -omvorming … Om gebouwen écht te verduurzamen moeten we het totaalplaatje bekijken.

DelfstoffenMeer dan 50% van alle delfstoffen worden gebruikt in of als bouwmateriaal.

Bouwen en wonen zijn een essentieel onderdeel van leven in onze maatschappij: we kunnen niet zonder. Maar onze bouwactiviteiten hebben een grote impact: ze zijn verantwoordelijk voor de helft van het globale grondstoffenverbruik. Vlaanderen heeft een ‘hoge materiaalintensiteit’: de directe materialeninput per inwoner is

een van de hoogste van de Europese Unie. Tegelijk is Vlaanderen een grondstofarme regio. We zijn dus kwetsbaar als het om grondstoffen gaat. Dat geldt ook voor de grondstoffen voor de bouwmaterialen en voor de grondstoffen die gebruikt worden als bouwstof.

Open ruimteOpen ruimte is schaars. Elke dag verdwijnt in Vlaanderen zes hectare aan open ruimte door bebouwingen. Wegen, gebouwen en andere kunstmatig aangelegde gebieden zijn in 2014 goed voor 18,7 procent van Vlaanderen.

Renoveren of bouwen heeft niet alleen een individuele, maar ook een maatschappelijke impact, ook op ruimtelijke ordening en zuinig ruimtegebruik. Voldoende ruimte bewaren voor andere functies zoals landbouw, natuur en ontspanning is ook belangrijk voor ons allemaal.Maar de keuze voor al dan niet duurzaam bouwen heeft ook op een andere manier

nog met ruimte te maken: storten van bouwafval betekent niet allen een verlies aan potentieel materiaal en extra kosten, het vergt ook veel open ruimte, waarvoor betere bestemmingen mogelijk zijn.

Page 24: Am magazine 03 2014

24 am magazine jaargang 2014 nr 3

Het kan ook anders!

Design for disassembly Nieuwe gebouwen worden zodanig ontworpen dat na de gebruiksperiode alle materialen makkelijk van elkaar te scheiden zijn en terug kunnen worden ingezet in de kringloop van de bouw.

De ontmanteling van een gebouw moet van bij de ontwerpfase van het gebouw centraal staan. Vandaag blijkt het recupereren van veel niet-steenachtige materialen niet evident. Bij een afbraak

worden stenen apart gehouden maar de andere materialen komen meestal in één afvalcontainer en gaan zo verloren. Bij het ontwerpen van bouwproducten en het uittekenen van de gebouwelementen

is het daarom noodzakelijk om de mogelijkheden voor een vlotte ontmanteling te vergroten.

Bouw dynamisch en modulair Gebouwen en huizen kunnen meegroeien of –krimpen met het gezin dat erin woont. Of ze kunnen aangepast worden voor nieuwe bestemmingen: een kantoor wordt een huis, en nog later een crèche.

Dynamisch bouwen betekent dat een gebouw mee kan evolueren in functie van bijvoorbeeld de gezinssamenstelling of gebruiksbehoeften. Modulair bouwen kan daarvan een toepassing zijn. Hierbij worden volledige gebouwen geassembleerd door gebruik te maken van geprefabriceerde eenheidsmodules (in hout of in staal). Wat de ecologische

voetafdruk, de plaatselijke vervuiling en de aanpasbaarheid betreft, kan geen enkele andere bouwwijze tippen aan modulair bouwen. De kostprijs per vierkante meter is minder hoog dan een traditionele bouw, waardoor makkelijker kan worden geïnvesteerd in technologische oplossingen die de gebruikskosten naar beneden

halen (warmtepomp, warmteboilers, fotovoltaïsche panelen,…) . Ook een modulaire woning kan à la carte worden ontworpen, volgens de behoeften van de klant er volgens de evolutie van die behoeften: zo kan er makkelijk een module worden toegevoegd wanneer het gezin uitbreidt of om een professionele ruimte bij te maken.

Gemeenschappelijk wonen Ga samenhuizen of gemeenschappelijk wonen: vrijwillig gedeelde woningen en tuinen, kangoeroewonen, cohousing of ecovillages. Al deze vormen van samenwonen ontzien de open ruimte en beperken het materialengebruik door een gedeeld gebruik van gemeenschappelijke ruimtes.

Er bestaat een brede waaier aan gemeenschappelijk wonen. De verschillende vormen onderscheiden zich naargelang er meer of minder ruimtes gedeeld worden, naargelang de banden

tussen de bewoners, naargelang het doel van het delen (is de beweegreden sociaal, economisch, en/of ecologisch, …), naargelang de schaal (grote projecten met veel bewoners of op kleine schaal), of

naargelang de duur van het engagement (is het tijdelijk of definitief). module worden toegevoegd wanneer het gezin uitbreidt of om een professionele ruimte bij te maken.

Enkele voorbeelden zijn:Centraal Wonen: Iedere woonst is autonoom met woonkamer, slaapkamers, keuken en badkamer. Daarnaast op projectniveau bestaan een aantal voorzieningen zoals tuin, garages, wasplaats, en eventueel nog een bewonerscafé, een werkplaats, ... Cohousing: Iedere bewoner heeft zijn eigen autonome “unit” met sanitair en keuken (of kitchenette). Er zijn zeer uitgebreide gemeenschappelijke ruimtes en voorzieningen. Niet enkel parking, clubhuis en wasserette, maar ook steeds een keuken/eetzaal waar bewoners meerdere keren per week (soms dagelijks) de kans krijgen om samen te eten. Er zijn daarnaast nog een kinderruimte, een zithoek, en meestal gastenkamers, een hobbyruimte, een bureautje of nog meer.Kangoeroewonen: Wanneer het gaat om een formule met wederzijdse solidariteit tussen een ouder persoon of echtpaar enerzijds en een jong(er) persoon of gezin anderzijds, dan spreken we van kangoeroewonen. Er hoeft geen familiale band te bestaan tussen beide, soms is die er wel.Ecovillages: Bij ecodorpen (ecovillages) staat het aspect duurzaamheid en het op elkaar afstemmen van woningen en voorzieningen erg op de voorgrond. Hoewel het aspect ‘gemeenschappelijkheid’ kan bijdragen aan een ecologisch verantwoorde samenleving, hoeft dit niet per se deel uit te maken van een ecodorp.

Page 25: Am magazine 03 2014

25am magazine jaargang 2014 nr 3

en de vakbond?

Duurzame bouwmaterialen Kies voor duurzame bouwmaterialen: bouwmaterialen zijn verantwoordelijk voor zo’n 15 tot 18 % van de totale milieu-impact van een gebouw. Kies voor duurzame materialen en vermijd schadelijke chemische stoffen.

Om te weten hoe duurzaam een bouwmateriaal is, moet de impact ervan door alle fasen van de levenscyclus worden bekeken. Daarbij is het belangrijk te kijken naar het gebruik van het materiaal in het ontwerp. Het is dus niet eenvoudig om te zeggen welk materiaal nu op een bepaald moment en voor een bepaald gebruik de duurzaamste keuze is, maar er zijn wel zaken waar je kan op letten.Je kan bijvoorbeeld kiezen voor materialen die een Cradle 2 Cradle certificaat hebben. Anderen pleiten voor het gebruik van zoveel mogelijk natuurlijke bouwmaterialen. Dat zijn materialen die voornamelijk uit ‘nagroeibare’ (plantaardige of dierlijke) grondstoffen of minerale grondstoffen gemaakt zijn. Het

zijn vaak bekende materialen (baksteen, kleidakpannen, gresbuizen, kalk, gips, leem....). Maar soms zijn het nieuwe

materialen (isolatie uit vlas, hennep, papiervlokken, kurk, houtvezels...).

Voor bouwvakkers zien we veranderingsprocessen in bouw naar duurzaam bouwen op vier belangrijke punten:

Andere uitvoeringsdetailsAndere uitvoeringsdetails vereisen kennis en nauwkeurig en kwalitatief werk.

Nieuwe technieken en materialenNieuwe technieken en materialen vereisen bijkomende kennis, en kunnen nieuwe risico’s inhouden op vlak van veiligheid en gezondheid, die moeten beheerst worden.

SamenwerkingSamenwerking in bouwteams is noodzakelijk om de communicatie vlot te laten verlopen en de juiste expertise op het juiste moment te kunnen inbrengen.

Groter volumeHet groter volume aan werk, waar onder andere het massaal na-isoleren van woningen bij verbouwingen kansen geeft op meer jobs, in het bijzonder voor jongeren en laaggeschoolden.

Elk van deze punten vereist bijkomende opleidingen en/of een andere manier van werken, met nog meer aandacht voor veiligheid en gezondheid en goede arbeidsvoorwaarden. Hier is dus duidelijk een taak weggelegd voor de vakbond.De nood aan goed opgeleide werknemers kan daarnaast ook een kans zijn om de sociale dumpingpraktijken in de bouw aan te pakken. Immers, om de wettelijk voorgeschreven energieprestaties te halen en te kunnen garanderen aan de klant, moet men werken met werknemers die over de juiste vaardigheden beschikken en is kwalitatief werken nog belangrijker.

Page 26: Am magazine 03 2014

26 am magazine jaargang 2014 nr 3

Iedereen wint… door de materiaalkringloop te sluiten

Page 27: Am magazine 03 2014

27am magazine jaargang 2014 nr 3

Milieuwinst

In een circulaire economie gebruiken we minder grondstoffen, produceren we efficiënter en halen we grondstoffen zoveel mogelijk terug uit producten die we vandaag gebruiken, uit de huizen waarin we vandaag wonen, of uit de voedingsgewassen die we vandaag telen en consumeren. De druk op onze leefomgeving wordt hierdoor kleiner en ons welzijn groter.

Duurzame jobsDeze nieuwe manier van bedrijfsvoering zorgt voor duurzame, lokale jobs. Naast een verschuiving van jobs in de traditionele maakindustrie, de recyclagesector en de bouwsector, ontstaan er ook nieuwe jobs in de hernieuwbare energiesector, in de hersteleconomie en in de nieuwe dienstensectoren. Binnen de circulaire economie is zowel nood aan hooggeschoolde technische specialisten als aan handige doeners. Een positieve evolutie dus naar kwaliteitsvol en duurzaam werk voor iedereen.

Winst voor onze Vlaamse bedrijvenDe circulaire economie levert lokale KMOs en internationale bedrijven concurrentiewinst op door anders te produceren, diensten te leveren in plaats van producten, in te zetten op herstel en refurbishing. Het optimaal herbenutten van (afval)reststromen kan zelfs onmiddellijke winst opleveren. Maar ook ondersteunende sectoren als research, logistiek, en consultancy zullen in de nieuwe circulaire economie nog groeien.

Page 28: Am magazine 03 2014

Tegen 2020 wil Vlaanderen 15% minder bedrijfsafval storten of verbranden. Daarom sorteert Dirk niet alleen papier, karton en pmd, maar ook glas, olie en vetten, textiel, hout, metaal, batterijen ... en nog zoveel meer. Maar Dirk rekent ook op u.Op www.ovam.be/sorteermeer ontdekt u hoe ook u het best uw afval kunt sorteren in uw bedrijf. Of maak een afspraak met uw afvalinzamelaar. Hij helpt u graag verder.

Dirk gaat voor 15% minder ...

2014_Select-inz-OVAM.adv.indd 1 2/06/2014 9:07:30