sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter...

10
Kritisch Betoog IPS "Een onpersoonlijk kopje koffie" Sophie Fibbe 500704027 IPS 2016-2017 11-04-17

Transcript of sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter...

Page 1: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

K r i ti s c h B e t o o g I P S" E e n o n p e r s o o n l i j k k o p j e k o ffi e "

Sophie Fibbe500704027IPS 2016-201711-04-17

Page 2: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

Inhoud

Betoog................................................................3Evaluatieformulier en zelfreflectie.....................6Bronnen..............................................................8

2

Page 3: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

Betoog

Er wordt op de deur geklopt. Mevrouw van Dalen weet al wat er komen gaat, en staat niet op om open te doen. De deur gaat open en de zorgrobot komt binnenrijden. "Goedemorgen mevrouw van Dalen, heeft u lekker geslapen?" klinkt de robotstem. Mevrouw van Dalen zegt niets. "Zal ik een kopje koffie voor u maken?" klinkt de robotstem weer. "Je doet maar" zegt ze. De robot rijdt naar de keuken en haalt een kopje koffie uit het hightech apparaat. Was alles nog maar zoals eerst, denkt mevrouw van Dalen bij zichzelf. Toen de thuiszorg nog persoonlijk kwam om te kijken hoe het met haar ging.

De zorg veranderd. Nederland vergrijst. Verwacht wordt dat het aantal 65-plussers de komende jaren zal verdubbelen, en dat het aantal jongeren in Nederland die de toenemende vraag naar zorg die deze vergrijzing met zich meebrengt zullen kunnen opvangen zal verminderen. De vraag naar zorg zal dus stijgen, maar tegelijkertijd zal het aantal mensen die zorg kunnen verlenen dus dalen. Om dit tekort aan mensen en zorg op te kunnen vangen, zal zorgtechnologie een steeds groter deel van onze samenleving gaan uitmaken. Maar, als de zorg steeds meer wordt gedaan door technische snufjes, wat natuurlijk hartstikke efficiënt kan zijn, hoe zit het dan met het persoonlijk contact? Zien we de zorgtechnologie niet teveel door een roze bril, en vergeten we de patiënt?

Zoals beschreven in een onderzoek van K. Ayoubi et al in opdracht van de UvA 1 kan zorgtechnologie ontzettend innovatief zijn, en er zijn tot dusver al geweldige interventies bedacht. De zorgrobot zoals genoemd in het voorbeeld, ondanks dat mevrouw van Dalen er geen fan van is, kan een indrukwekkend scala aan hulp bieden. Een robot maakt bijvoorbeeld zelden een fout. Alhoewel robots op dit moment nog niet heel veel worden toegepast in de zorg, zal dit in de toekomst zeker veranderen. Denk bijvoorbeeld ook aan de speelrobot voor demente ouderen, of de robot met camerafunctie die direct in verbinding staat met de zorgcentrale, of robots die zelfstandig personen kunnen vervoeren. Het aantal ouderen met dementie bedraagt op dit moment ruim 175.000 mensen. Binnen een paar jaar zal dit oplopen naar meer. Verwacht wordt dat in 2050 meer dan 400.000 mensen zullen lijden aan dementie. Maar als de zorgverlenende groep steeds kleiner wordt, hoe kan er dan alsnog voor deze mensen worden gezorgd? Thuisblijven wonen met een mantelzorger of bij een familielid intrekken zal voor deze groep onvermijdelijk zijn. Dit vraagt echter een goede ondersteuning, en hierbij komt de zorgtechnologie om de hoek kijken. Technologie kan het mogelijk maken dat ouderen bijvoorbeeld in een kleinere woongroep kunnen wonen, en door middel van technologie 24/7 ondersteuning kunnen krijgen.

Maar, hoe mooi dit alles ook klinkt, er is toch een keerzijde. Hoe ver mag deze technologie gaan? Het lijkt allemaal zo mooi en in kant en klare brokken gepresenteerd, maar hoe zit het met de privacy van de patiënt? In de studie "Smart homes, private homes?" van Giles Birchley et al2 is onderzocht in hoeverre dit

1 K. Ayoubi et al. "Roze bril of oogkleppen? De visie van betrokken stakeholders op de personalisering van zorgtechnologie." UvA, 2010. 2 G. Birchley et al. "Smart homes, private homes?" BMC Medical Ethics, 2017.

3

Page 4: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

schadelijk kan zijn voor de ouderen. Want, als een patiënt in een smart home woont met cameratoezicht en een zorgrobot met camera, hoe veel uur per dag wordt de patiënt dan bekeken? Wat gebeurd er met die beelden, en wie ziet ze? Hieruit kan zich het ethische vraagstuk vormen; Hoeveel privacy heeft een demente oudere dan nog over?Maar dan ook: Hoeveel privacy heeft de mens vandaag de dag nog? Smartphones zijn tegenwoordig overal traceerbaar, net zoals bijvoorbeeld een IP adres. Hoe ver mogen we gaan? En hoeveel menselijk contact hebben de ouderen straks dan nog?Uit het artikel kwam voort dat, door de eindbeslissing bij de patiënt zelf te laten, dit ethische dilemma al een heel eind verholpen kan worden.

Als toekomstig zorgprofessional en paramedicus is mijn visie hierop erg dubbel. Om de kleine groep zorgverleners die er straks overblijft een extra handje te geven is zorgtechnologie een uitkomst. Op deze manier blijft de zorg te behappen en een uitdagend werkveld om in te werken. Maar neem nou mevrouw van Dalen, die alleen in haar flatje woont en niemand meer heeft. Eigenlijk zou ze naar een verpleegtehuis moeten, maar dat wil ze niet. Thuiswonen is het enige beetje waardigheid wat ze nog over heeft. Ze ziet weinig mensen, en haar verzetje was dan ook als drie keer per dag de thuiszorg haar kwam verzorgen en een praatje kwam maken. Dit viel weg, en werd vervangen door de robot. Er komt nu nog één keer per dag iemand van de thuiszorg, en deze heeft dan minder tijd als voorheen. Is het dan nog wel leuk? Blijven onze ouderen wel tevreden? Daar tegenover kan een smart home een uitkomst bieden voor een mantelzorger die al drie jaar voor haar demente moeder zorgt. Een kleinere omgeving dan het verpleegtehuis, maar toch 24/7 toezicht en hulp indien nodig. Klinkt ideaal, toch?

Het blok inter-professionele samenwerking heeft mij kritisch laten nadenken over hoe de zorg aan het veranderen is, en wat voor effect dit heeft op zowel de zorgprofessional van de toekomst als op de patiënten zelf. Na een kritisch literatuur onderzoek heb ik dan ook besloten om mijn betoog te spitsen op het gebied van de zorgtechnologie, een tak van de zorg van de toekomst die zich rap aan het ontwikkelen is. Zoals ik al zei is mijn visie op dit onderwerp erg dubbel, het kan namelijk beide kanten uit. Voor bijvoorbeeld verpleegkundigen en fysiotherapeuten kan de zorgtechnologie erg van waarde zijn als het neerkomt op de geriatrische patiënt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan dat er exact bijgehouden kan worden wat een patiënt op een dag doet. Hoeveel zit iemand in de stoel? Hoeveel eet of drinkt de patiënt? Wat is de gelopen afstand op een dag, en hoe lang heeft de patiënt vannacht geslapen? Een dilemma met betrekking op de toekomstige inter-disciplinaire samenwerking die hier uit voort kan komen is bijvoorbeeld, hoe ga je als zorgprofessional om met al deze gegevens? Elk vakgebied kent het beroepsgeheim. Zowel de fysiotherapeut als de ergotherapeut, en ook de oefentherapeuten en verpleegkundigen. Dat deze vakgebieden zorgvuldig omgaan met patiëntengegevens mag duidelijk zijn, maar stel nou dat er een nieuw hightech matras voor mevrouw van Dalen geleverd moet worden, dan dient de fabrikant exact te weten wat de slaapgegevens van mevrouw zijn, zodat het matras met de juiste functies en afstellingen geleverd kan worden. Maar, mogen deze gegevens zomaar gedeeld worden met niet-paramedici? Als fysiotherapeut zou ik zeggen dat deze gegevens puur en alleen multi- of inter-disciplinair gebruikt dienen te worden, en verder niet

4

Page 5: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

gedeeld mogen worden. Zorgtechnologie kan een geweldige bijdrage doen aan de zorg van de toekomst, mits dit niet de privacygrens van de patiënt overschrijdt. Om dit te waarborgen zal het van belang zijn dat fysiotherapeuten, ergotherapeuten, oefentherapeuten en verpleegkundigen niet alleen in ziekenhuizen multidisciplinair gaan samenwerken, maar ook in de reguliere eerstelijns praktijken. Dit zal vanuit het oogpunt van de verpleegkundige wellicht wat minder makkelijk te realiseren zijn, maar voor de fysiotherapeut, ergotherapeut en oefentherapeut zou dit een mooie toevoeging zijn op de zorg van de toekomst. Als het aan mij als paramedicus in opleiding ligt zullen er in de toekomst veel meer multidisciplinaire praktijken zijn waar zorgtechnologische snufjes zoals een matras die meet hoeveel de patiënt slaapt besteld kunnen worden, zo blijven de patiëntengegevens binnen de praktijk, en zal de beste patiëntenzorg geboden kunnen worden en blijft de privacy van de patiënt gewaarborgd.

Evaluatieformulier samenwerking

5

Page 6: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

6

Page 7: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

Zelfreflectie/ reactie op formulier van peer

Binnen de samenwerking het afgelopen blok heb ik meer geleerd over andere disciplines. Dit heeft ervoor gezorgd dat ik meer inzicht heb gekregen in de werkwijze en visies van collega’s uit andere disciplines. Deze samenwerking heeft bijgedragen aan een bredere kijk op de zorg en op mijn vakgebied. Mede door deze samenwerking ben ik vooruit gegaan in mijn persoonlijke ontwikkeling. Door het belang in te zien van de andere disciplines wil ik mij later sterk maken voor multidisciplinaire samenwerking binnen de fysiotherapie. Om als fysiotherapeut mij verder te ontwikkelen zal ik de hieronder genoemde feedback kort analyseren:

Informatie delen, overleggen en discussieren:

Cees geeft aan dat ik nog wat neutraal ben in informatie delen, overleggen en discussieren. Om mij nog te ontwikkelen op dit gebied heb ik voor het volgende blok leerdoelen opgesteld. Hiermee wil ik werken aan het beter delen van informatie, het overleggen en discussieren.

SMART leerdoel: Gedurende de 20 weken stage wil ik een praktisch schriftelijk protocol ontwikkelen voor het fit blijven in bed voor patiënten op de IC. De kwaliteit van dit protocol wordt zowel door de stagebegeleider als de docentbegeleider beoordeeld op kwaliteit en bruikbaarheid. De stagebegeleider en docentbegeleider beoordelen tevens het eindniveau van de schriftelijke kennis en vaardigheden.

Vragen stellen en doorvragen:

Cees geeft aan dat ik nog wat kan werken aan het vragen stellen en doorvragen. Door meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog werken aan mijn communicatieve vaardigheden. Dit wil ik gaan oefenen door praktiserend te werken met patiënten binnen mijn aankomende stage. Hiervoor heb ik leerdoelen opgesteld.

SMART leerdoel: Binnen 20 weken aantonen dat een adequate anamnese met gebruik van juiste gesprekstechnieken uitgevoerd kan worden bij een patiënt met een musculoskeletale aandoening, hierbij wil ik groeien van vertrouwensniveau 3 naar niveau 4 of 5. Het vertrouwensniveau wordt beoordeeld en bepaald door de stagebegeleider.

SMART leerdoel: Gedurende de 20 weken stage wil ik aantonen dat ik in staat ben een patiënt aan het eind van de anamnese goed voor te lichten over de aandoening, stoornissen in functie en het daaropvolgend behandelplan. Het leerdoel is behaald als de stagebegeleider het onderdeel evalueren positief beoordeeld en het vertrouwen niveau op 4 of 5 inschaalt.

Bronnen

7

Page 8: sophiefibbe.files.wordpress.com  · Web viewDoor meer te letten op of mensen mij volgen en beter uit te vragen of ik begrepen word kan ik zo nog ... patiënt aan het eind van de

1. K. Ayoubi et al. "Roze bril of oogkleppen? De visie van betrokken stakeholders op de personalisering van zorgtechnologie." UvA, 2010.

2. G. Birchley et al. "Smart homes, private homes?" BMC Medical Ethics, 2017. 3. R. J. den Andel et al. "Complexiteit de baas? Zorgtechnologie is

mensenwerk." Technische Universiteit Eindhoven, 2014.

8