Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

24
WARMTENETWERK MAGAZINE NR 24. LENTE 2016 Warmteleiding onder het Noordzeekanaal Minister Kamp presenteert Energierapport in Pijnacker De visie van Stientje van Veldhoven op warmtenetten

description

Met in dit nummer: warmte maakt groot deel uit Energierapport, maar Economische Zaken maakt geen keuzes voor bepaalde oplossingen om over te schakelen van aardgas naar duurzame energie. Verder: Pijnackerse potplantkweker voorziet bestaande woningbouw van aardwarmte, A. Hak legt warmteleiding aan naast Tweede Coentunnel en Tweede Kamerlid Stientje van Veldhoven concludeert dat warmtenetten niet alleen geschikt zijn voor grote steden en ditto energiebedrijven.

Transcript of Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

Page 1: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

WARMTENETWERK MAGAZINE

NR 24. LENTE 2016

Warmteleiding onder het Noordzeekanaal Minister Kamp presenteert Energierapport in PijnackerDe visie van Stientje van Veldhoven op warmtenetten

Page 2: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

3 Column: De stand bij Nederland-België is nu 5-8

4 Nieuwe deelnemers

5 Kamp presenteert Energierapport in Pijnacker

6 Wat zegt het Energierapport over warmte?

8 Wereldprimeur voor Pijnacker

12 Warmtenetwerk Vlaanderen onafhankelijk

14 Noorderwarmte kruist Noorzeekanaal

16 Ontwikkeling warmtenetten vraagt om krachtige maatregelen

18 Precariobelasting op ondergrondse nutsnetwerken

20 Internationale belangstelling voor Nederlandse warmtenetten

21 Jaarbijeenkomst 2016

22 Deelnemersoverzicht

23 Agenda en colofon

2 WARMTENETWERK MAGAZINE

Inhoud

Omslagfoto:

De boorlocatie aan het Noordzeekanaal vlakbij de Coentunnel

voor de warmtetransportleiding naar Amsterdam-Noord

(foto Jorrit Lousberg, NUON)

Page 3: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 3

Als je in een Amsterdamse kroeg aan de borreltafel zit,

dan is de situatie met Europa zo helder als jenever: ‘Wij,

Hollanders, zijn het braafste jongetje van de klas.’ Helaas,

als het gaat om duurzame energie dan zijn we helemaal

niet het braafste jongetje van de klas. Sterker nog: het

schoolhoofd heeft op ons rapport een vette onvoldoende

gezet en ons een waarschuwing gegeven. Als geheel is de

EU keurig onderweg naar het doel om in 2020 20% van

het energieverbruik uit hernieuwbare bronnen te halen.

Maar wij blijven heel erg achter en het is onwaarschijn-

lijk dat we een diploma krijgen. De braafste jongetjes

van de klas zijn Finland, Zweden, Bulgarije, Tsjechië,

Italië, Estland, Litouwen en Roemenië. Die hebben hun

afspraak voor 2020 nu al gehaald, terwijl Denemarken

en Oostenrijk nog maar één procentpuntje hoeven toe

te voegen.

In Zweden komt volgens de statistieken van de EU nu

al 52,6% van het energieverbruik uit hernieuwbare

bronnen. Deze Europese koploper is door niemand in te

halen. Luxemburg bungelt met 4,5% helemaal onderaan

in de ranglijst, dan komen Malta met 4,7%, Nederland

met 5,5% en het Verenigd Koninkrijk met 7,0%. Omdat

Nederland bij het maken van de afspraken destijds al

heel weinig duurzame energie produceerde, hoefde

ons land niet te voldoen aan het gemiddelde van 20%

maar was Brussel tevreden met 14 % in 2020. We keken

een beetje besmuikt naar de afspraak van buurland

België met de EU, want dat hoefde maar 13% in 2020 te

bereiken. Nu moeten we afscheid nemen van nog zo’n

borreltafelidee. De Belgen zijn ons in de statistiek van

IntroductieHet doel van de in 2008 opgerichte stichting Warmtenetwerk

is een duurzame warmte- en koudevoorziening in Nederland

en Vlaanderen.

Met het Warmtenetwerk Magazine willen we u kennis laten

maken met de ontwikkelingen en mogelijkheden van warmte-

en koudenetten en met het netwerk aan spelers op dit gebied.

Meer dan tweehonderd organisaties nemen deel aan het

Warmtenetwerk. _

de EU ruimschoots gepasseerd. Ze zaten in 2014 op 8%

tegenover de Hollandse 5,5%. Hoe hebben ze dat toch

voor elkaar gekregen?

De Europese statistieken geven geen uitsluitsel maar

er is iets meer detail beschikbaar. In België wekte

men in 2004 1,7% van de verbruikte elektriciteit op uit

duurzame bronnen en in 2014 was dat 13,4%, terwijl

Nederland in dezelfde periode van 4,4 naar 10 ging.

Bij warmte en koude gingen de Belgen van 2,9 naar

7,8 en de Nederlanders van 2,2 naar 5,2%. Alleen bij

de transportbrandstoffen deed Nederland het een tikje

beter dan België.

In het kader van haar Energierapport liet het Nederlandse

ministerie van EZ een publieksonderzoek doen. Hieruit

bleek dat Nederlanders het aandeel duurzaam in het

totale energieverbruik zwaar overschatten. Uit de

enquête blijkt verder dat de bevolking de rijksoverheid

en de energiebedrijven als hoofdverantwoordelijken ziet

voor de productie van duurzame energie. Maar in het

Energierapport geeft de rijksoverheid zich vooral een

faciliterende rol. Voor de energiebedrijven kan ik het

wel invullen: als de klant niet extra betaalt voor groen

dan moet de overheid de onrendabele top subsidiëren.

Misschien is het een idee om eens in Pijnacker te kijken

wat samenwerking oplevert. _

Klaas de Jong

De stand bij Nederland-België is nu 5-8

WARMTENETWERK

meer comfort met minder fossiele energie

De burgers zien duurzame energie als

taak van de overheid maar die ziet voor

zichzelf slechts een faciliterende rol

Page 4: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

4 WARMTENETWERK MAGAZINE

Nieuwe deelnemers

Eco Ketelservice VerhuurEco Ketelservice Verhuur, opgericht in 1983, is

inmiddels uitgegroeid tot één van de grootste

leveranciers van tijdelijke energievoorzieningen

in Europa. De verhuurvloot omvat op dit moment

meer dan 380 moderne, CE-gecertificeerde

installaties in een groot aantal uitvoeringen.

De huurvloot omvat stoom-, heetwater- en

warmwaterinstallaties, ontgassers, automatische

expansie-inrichtingen, olietankcontainers, voeding-

watertanks, waterontharders alsmede economisers.

De gezamenlijke capaciteit van de verhuur-

installaties bedraagt 590 ton stoom per uur en 640

MW warm- en/of heetwaterketels.

De verhuur van tijdelijke ketels bij de ontwikke-

ling van het warmtenet in de bestaande bouw in

Dordrecht is een mooi voorbeeld van wat het

Tilburgse familiebedrijf aan warmtebedrijven kan

bieden.

www.eco-steamandheating.com

Roseboom EdeHet aannemersbedrijf Roseboom Ede is actief in

grond- weg- en waterbouw, sloop en bodemsanering;

het transportbedrijf doet verticaal transport, zwaar

transport en industriële verhuizingen.

In 2013 startte Roseboom Ede met de aanleg van

warmtenetten. Samen met Nijkamp heeft men voor

Bio Warmte De Vallei over een tracé met een lengte

van vijf kilometer warmteleidingen gelegd in de wijken

Veldhuizen en Kernhem. Op YouTube is een film van dit

project te zien.

Roseboom Ede maakt deel uit van Warmte Service

Ede dat het onderhoud en beheer verzorgt van het

warmtenet in Ede.

www.roseboomede.nl

In het eerste kwartaal van 2016 zijn de

volgende organisaties deelnemer geworden van

Warmtenetwerk Nederland en/of Vlaanderen:

Gemeente LingewaardDe gemeente Lingewaard is een middelgrote gemeente

tussen Arnhem en Nijmegen. In het kader van het

recent geactualiseerde duurzaamheidsbeleid en de

aanwezigheid van een groot provinciaal glastuinbouw-

ontwikkelingsgebied (NEXTGarden) wordt onder

andere volop ingestoken op het tot stand brengen

van een regionaal warmtenet. Hierbij zullen de

bestaande stadswarmtenetten in Arnhem en Nijmegen

gekoppeld worden via de gemeenten Lingewaard en

Overbetuwe, met het tuinbouwgebied NEXTGarden als

belangrijke afnemer, leverancier en buffer van warmte.

Door te investeren in duurzame energieproductie en

energietransport kan het tuinbouwgebied NEXTGarden

economisch worden versterkt. De provincie Gelderland,

NUON en Alliander zijn bereid in deze regionale

warmte-infrastructuur te investeren.

www.lingewaard.nl

CasquoStudiebureau Casquo heeft als hoofdactiviteiten energie-

verslaglegging en veiligheidscoördinatie in de bouwsector.

Studiebureau Casquo maakt energieprestatiecertificaten

voor bestaande woningen, nieuwbouw en publieke gebou-

wen in Vlaanderen. Naast deze energieverslaglegging

verzorgt het bureau veiligheidscoördinatie in de bouw,

bouwbegeleiding, landmeten, plaatsbeschrijvingen en

visualisatie van gebouwen in 3D.

Casquo is gevestigd in Waregem.

www.casquo.be

Steun duurzame warmteBent u ook betrokken bij warmte- en koudenetten

en/of wilt u een bijdrage leveren aan een effectieve

infrastructuur voor warmte en koude? Neem dan

deel aan Warmtenetwerk.

Stuur voor meer informatie over inschrijven,

contributie en overige voordelen een e-mail naar

[email protected] of [email protected]

Page 5: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 5

Kamp presenteert Energierapport in Pijnacker

Eind januari stuurde minister Henk Kamp een

belangrijk document naar de Tweede Kamer: het

Energierapport. Kamp presenteerde dit rapport over

de transitie naar een duurzame energievoorziening

in de kassen van potplantenkwekerij Ammerlaan The

Green Innovator (TGI) te Pijnacker. Hernieuwbare

warmte speelt een hoofdrol in het Energierapport en

de keus voor deze locatie sloot daar perfect bij aan.

De gebroeders Ammerlaan zijn ware pioniers op het

gebied van groene warmte met hun geothermiebron.

En wat heel belangrijk is: ze delen die warmte met

hun omgeving! Kamp kon dan ook zien en voelen hoe

de levering van aardwarmte van een kas naar een

zestiental appartementenflats in Pijnacker-Noord

werkt. De gemeente Pijnacker-Nootdorp en het

Programmabureau Warmte Koude Zuid-Holland zijn

ook voorbeelden van hoe je op regionaal niveau de

ontwikkelingen naar duurzaamheid beleidsmatig kunt

ondersteunen.

Page 6: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

Wat zegt het Energierapport over warmte?Elke regio een warmteplanDe verwarming van gebouwen in Nederland moet

overschakelen van aardgas naar duurzame energie. In

het Energierapport worden drie opties aangegeven.

Ten eerste zijn er individuele oplossingen met warmte-

pompen, zonnecollectoren en houtketels. Ten tweede is

er de collectieve oplossing in de vorm van warmtenetten

met duurzame bronnen en ten derde is er groen gas. Bij

de laatste optie blijft de aardgasinfrastructuur in stand.

Bij het ministerie van EZ maakt men geen keuzes. Dat

past in het beleid om alle opties open te houden. De

oplossingen moeten op lokaal niveau worden bedacht,

stelt men in het rapport. Door regionale warmteplannen

te maken, kunnen die keuzes onderbouwd worden

genomen.

Hoe de Europese verplichtingen om tot een energie-

neutrale gebouwde omgeving in 2050 wordt bereikt,

maakt het Energierapport nog niet duidelijk. In het

rapport beperkt men zich tot de opmerkingen dat de

overheid faciliteert en bewaakt.

6 WARMTENETWERK MAGAZINE

EZ maakt in het Energierapport geen keuzes maar houdt alle opties open

Het Energierapport behandelt alle aspecten van

energie in Nederland. Warmte is een belangrijk

onderdeel dat is gesplitst in ruimteverwarming

en proceswarmte in de industrie.

Vier energiefunctieHet Energierapport maakt een onderscheid in hoe

wij energie gebruiken in vier zogenoemde energie-

functies: energie wordt gebruikt voor ruimtever-

warming, voor proces-warmte in de industrie, voor

vervoer en voor kracht en licht. ‘Dit maakt onze

energievraag inzichtelijk en helpt ons focus te houden

in de energietransitie. Zo kunnen we bepalen op welk

vlak actie nodig is om de transitie naar een duurzame

energievoorziening te realiseren. Per energiefunctie

zal de reductie van CO2 – het zogenoemde transitiepad

– verschillend verlopen. Verwarming van huizen vraagt

bijvoorbeeld om andere duurzame oplossingen dan

vervoer. Dit heeft te maken met de beschikbaarheid

van noodzakelijke innovaties, de mate van afhanke-

lijkheid van het buitenland en het aantal en soort

partijen dat een rol speelt. Per energiefunctie is dus

een andere aanpak gewenst.’

Resultaten van het publieksonderzoek dat EZ liet doen

Page 7: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 7

Geen innovatie bij warmtenetten?Uiteraard besteedt men in het Energierapport aandacht

aan innovatie en is er aandacht voor Nederlandse

bedrijven. Maar men is ook niet vies van buitenlandse

technologie. Onder het kopje Innovatieve kansen voor

Nederland benutten staat: ‘Voor de energietransitie

binnen Nederland willen we zowel gebruik maken van

technieken die in Nederland ontwikkeld worden als

profiteren van buitenlandse technologische ontwikke-

lingen. Het kabinet wil versterkt inzetten op innovatie

op die terreinen waar Nederlandse kennisinstellingen en

bedrijven een belangrijke toegevoegde waarde kunnen

leveren.’

Als voorbeelden van toegevoegde waarde vanuit het

Nederlandse bedrijfsleven noemt men de fundatie- en

bouwtechniek bij windparken op zee en de fabricage

van machines voor de productie van onderdelen van

zonnepanelen. Helaas lijkt EZ nog niet veel zicht te

hebben op de toegevoegde waarde van Nederlandse

bedrijven bij warmtenetten. Hadden ze maar steeds ons

Warmtenetwerk Magazine gelezen. Daar staan mooie

voorbeelden in. Maar misschien zijn onze deelnemers

wel te bescheiden om zich in Den Haag te profileren.

Ministerie zoekt de dialoogIn het rapport wordt een dialoog over het bereiken van

de doelen aangekondigd:

‘Burgers, bedrijven, andere overheden en maatschap-

pelijke organisaties worden met het Energierapport uitge-

nodigd om deel te nemen aan een dialoog. Deze dialoog

biedt de deelnemers volop gelegenheid hun visie op de

toekomstige energievoorziening te geven. Daarbij krijgen

zij ook de vraag voorgelegd welke stappen nodig zijn, in

het bijzonder binnen de verschillende energiefuncties,

en wie welke inzet daarvoor pleegt. Op die manier zal

de Energiedialoog bijdragen aan de vormgeving van de

energietransitie. De dialoog zorgt voor essentiële inbreng

voor een beleidsagenda. Het kabinet zal bij de formu-

lering van de agenda de ideeën, stappen en aanscher-

pingen steeds toetsen aan de mate waarin zij bijdragen

aan de CO2-arme energievoorziening in 2050, waarin zij

passen binnen een betaalbare, betrouwbare en veilige

energievoorziening, waarin zij een bijdrage leveren aan

de versterking van de economische structuur en waarin

zij inpasbaar zijn in de omgeving. Daarnaast is de dialoog

gericht op bewustwording van de energie¬transitie. Het

kabinet brengt de beleidsagenda tegelijkertijd met de

evaluatie van het Energieakkoord in het najaar van 2016

uit. De Energiedialoog zal zoveel mogelijk aansluiten op

reeds bestaande initiatieven.’

Meedoen aan de dialoogOp de website www.rijksoverheid.nl is onder de knop

Doe mee de dialoog Energie Duurzaam 2050 te vinden.

Op deze pagina kunt u zich aanmelden voor deelname

aan de dialoog en kunt u de basisdocumenten van het

SER-Energieakkoord en het advies van de Raad voor de

Leefomgeving vinden. Het Energierapport zelf is ook

beschikbaar op deze site. _

EZ kent de innovatieve ondernemers in de warmtesector niet; zijn onze

leden te bescheiden?

Minister Henk Kamp feliciteert

wethouder José van Egmond van

gemeente Pijnacker-Nootdorp

Aandeel duurzame energie

in 2014 en doel 2020 per

lidstaat; Nederland is derde

van rechts en Zweden

helemaal links is de koploper

Page 8: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

8 WARMTENETWERK MAGAZINE

een warmtekrachtinstallatie en in 2009 ook weer met

het besluit om te gaan boren naar diepe aardwarmte.

Als pionier krijg je ook te maken met tegenvallers. De

geothermiebron met een diepte van meer dan twee

kilometer leverde in 2011 inderdaad warm water zoals

men verwachtte. Maar met het bronwater kwamen ook

aardolie en methaangas mee omhoog. De winning moest

worden stilgelegd van de dienst Staatstoezicht op de

Mijnen. Er volgde grote verwarring waarbij zelfs een

discussie ontstond over de rechten van de NAM op het

methaangas. Uiteindelijk werden alle problemen opgelost

en nu weet iedereen die actief is met geothermie welke

voorzorgsmaatregelen genomen moeten geworden. Maar

je hebt wel mensen met een pioniersmentaliteit nodig

om niet de moed op te geven maar door te zetten.

Het vrijkomende methaangas is nu niet meer een

probleem maar een brandstof die elektriciteit en warmte

Wereldprimeur voor PijnackerPotplantenkweker als innovatieve warmteleverancier

De warmtebuffer bij Ammerlaan TGI met

daarvoor de tanks voor het afscheiden van

aardolie en methaangas uit het bronwater

In 2011 stond in ons magazine een artikel over de

ontwikkeling van een warmtebeleid van de gemeente

Pijnacker-Nootdorp. Deze gemeente liep daarmee

voorop in Nederland. Met het warmtenet Pijnacker-

Noord heeft men nu een echte wereldprimeur.

Sinds het begin van dit jaar levert Ammerlaan TGI

warmte aan bestaande woningbouw. Ammerlaan

exploiteert een diepe aardwarmtebron waaraan een

wkk op geogas en een industriële warmtepomp zijn

toegevoegd. De potplantenkweker levert warmte aan

collega-tuinders, aan een zwembad, een school en nu

via een woningcorporatie ook aan particulieren.

Pioniersmentaliteit Het glastuinbouwbedrijf Ammerlaan TGI bestaat al

een halve eeuw. De gebroeders Ammerlaan maakten

bijzondere keuzes bij de ontwikkeling van hun bedrijf,

dat nu ongeveer vijfendertig medewerkers heeft.

In plaats van de gebruikelijke teelten als tomaten,

komkommers of rozen koos men voor het pionieren in een

niche: groene planten uit tropische gebieden. In de ruim

vier hectare kassen heeft men nu al 147 verschillende

soorten potplanten beschikbaar voor afnemers uit heel

Europa en het Midden-Oosten.

De Ammerlaans beseften al lang geleden dat

duurzaamheid centraal moet staan. Dat is voor hun

bedrijf een lange en brede keten die begint bij de

leveranciers in de tropen en eindigt bij de levering aan

de afnemers, bedrijven en consumenten.

Energie is in de glastuinbouw een heel belangrijk item.

Ammerlaan was destijds een van de eerste tuinders met

Page 9: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 9

oplevert. Ammerlaan TGI ging zoek naar een duurzame

oplossing voor het geogas. Deze werd gevonden in de

vorm van een warmtekrachtinstallatie die elektriciteit

en warmte opwekt met het methaangas uit geothermie-

bronnen. Deze WKK werd door Adegeest uit Berkel in de

door Ammerlaan zelf ontwikkelde installatie ingepast.

Het was een wereldprimeur, die nu ook door andere

tuinders met een geothermiebron is overgenomen.

Al bij de plannen voor geothermie had men bij

Ammerlaan een bredere visie dan alleen gebruik

van de aardwarmte voor eigen gebruik. Direct na de

boring van de bron werd er een warmteleiding gelegd

naar zwembad De Viergang en het Stanislascollege.

Later volgden leidingen naar een tiental glastuinbouw-

bedrijven in de buurt en in 2015 naar 470 apparte-

menten van de woningcorporatie Rondom Wonen. Het

leveren en factureren van de warmte doet Ammerlaan

TGI zelf, opnieuw pionierswerk voor deze tuinder.

Warmtebeleid gemeente Pijnacker-NootdorpDe ontwikkeling naar tuinders die warmte leveren

aan woonwijken was al voorzien in het warmtebeleid

dat in 2011 onder wethouder José van Egmond werd

vastgesteld.

Voor Van Egmond is het opstellen van een warmtebeleid

een logische zaak ook als je dorpsgemeente bent.

Vanouds draait de economie in deze gemeente om de

glastuinbouw en die sector heeft een grote warmtevraag.

Maar Pijnacker-Nootdorp heeft ook een proces van

verstedelijking doorgemaakt. Een warmtetransitie is

zowel een noodzaak als een kans volgens Van Egmond.

Voor zowel de glastuinbouw als de bewoners is het van

groot belang om voor de toekomst energie betaalbaar

te houden. Geothermie biedt de kans om duurzamer te

worden en tegelijk de energiekosten te beheersen.

Doel van de gemeente is om in 2020 twintig tot dertig

procent minder CO2 uit te stoten en geothermie moet

een groot deel van de reductie verzorgen. De gemeente

participeert niet in projecten maar faciliteert actief

vooral in de initiatieffase. Overigens ziet Van Egmond

nu wel voordelen in participatie want dat maakt meer

sturing mogelijk en kan mislukken van particuliere initia-

Ammerlaan TGI gebruikt het gas in het bronwater om elektriciteit én warmte

op te wekken met een wkk

Warmteverdeler in de

kas van Ammerlaan

Page 10: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

10 WARMTENETWERK MAGAZINE

tieven voorkomen. Maar participatie betekent ook grote

financiële risico’s.

Wezenlijk voor succes is dat partners elkaar vertrouwen,

stelt Van Egmond. Bij het geothermieproject van

Ammerlaan TGI was dat het geval. De gemeente

heeft in dit project niet alleen een faciliterende rol

gespeeld maar is ook afnemer van warmte. Het gemeen-

telijk zwembad is vanaf het begin aangesloten op het

warmtenet van Ammerlaan TGI. Om maximaal gebruik te

maken van deze duurzame warmte heeft de gemeente

extra investeringen gedaan in de technische installatie

van het zwembad. Dat levert nu een grote reductie van

de emissie van CO2 op. Een fraai bijkomend voordeel

is dat het zwembad twintig procent minder energie

verbruikt doordat de verwarmingsinstallatie beter is

ingeregeld.

Met de aansluiting van 470 appartementen op de

warmte van Ammerlaan TGI is een grote stap voorwaarts

gemaakt. De visie op langere termijn is een koppeling

van lokale warmtenetten met de warmterotonde van de

provincie Zuid-Holland.

Extra warmte uit geothermiebronMet de al aanwezige leveringen aan tuinders, zwembad

en scholen waren er al veel afnemers van warmte uit

de geothermiebron van Ammerlaan TGI. Hoe kun je dan

ook nog eens 470 woningen bedienen? Bij geothermie

gaat het om grote vermogens; er was nog overcapaciteit

en die wordt aangevuld met een innovatieve oplossing

die door Ammerlaan TGI en VB Projects is bedacht. Bij

geothermie wordt het warmtevermogen bepaald door de

hoeveelheid water, die je op kunt pompen, en het verschil

in temperatuur tussen winningsbron en injectiebron. Bij

Ammerlaan TGI is de temperatuur van het bronwater 70 °C;

het water wordt afgekoeld tot 35 °C en dan weer

geïnjecteerd in de bodem. Dat is op zich al heel knap en

alleen mogelijk dankzij het verwarmingssysteem in de

kassen dat met heel lage watertemperaturen kan werken.

Maar als je het water kunt afkoelen tot 20 °C dan neemt

het warmtevermogen met meer dan dertig procent toe!

Bij Ammerlaan TGI is dat gerealiseerd door een grote

warmtepomp te plaatsen die het bronwater afkoelt van

35 naar 20 °C. Het vermogen van de warmtepomp is 3

MW; de machine levert warm water van 60 °C.

De warmte uit de geothermiebron wordt met een tempe-

ratuur van 65 °C via het warmtenet geleverd aan de

flats. Dat is een lagere temperatuur dan het originele

ontwerp van de verwarmingsinstallatie. In de bestaande

flats zou vloerverwarming een te grote ingreep zijn. In

plaats daarvan heeft men de bestaande radiatoren in

woonkamer en keuken vervangen door modellen met

een betere warmteafgifte die het bijkomend voordeel

hebben dat de retourtemperatuur van het cv-water lager

wordt, wat de benutting van de bron ten goede komt.

Aansluiting op bestaande appartementenflatsOm aan 470 appartementen warmte kunnen leveren,

moest Ammerlaan TGI zestien flatgebouwen aansluiten

op haar warmtenet. Woningcorporatie Rondom Wonen

had deze flats in 2008 gerenoveerd, waarbij men bij elke

flat een nieuwe hr-ketel voor de blokverwarming had

geplaatst. Dat maakte aan de ene kant de aansluiting

makkelijk maar aan de andere kant kon geen aansluit-

bijdrage worden gevraagd want de ketels waren nog niet

afgeschreven. In de appartementen hoefde men alleen

de radiatoren in woonkamer en keuken te vervangen.

Voor de bewoners verandert verder eigenlijk niets. Ze

kunnen blijven koken op gas.

Gemeente Pijnacker-Nootdorp was met haar zwembad de eerste warmteklant van Ammerlaan TGI

Page 11: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 11

installatie en warmtebuffer van Ammerlaan zijn groot

genoeg om daar in te voorzien.

Uiteraard moest de warmteprijs voldoen aan de

Warmtewet en wilde Rondom Wonen niet, dat de

bewoners hogere stookkosten zouden krijgen door haar

eigen duurzaamheidsambities. Om dat te bereiken was

een subsidie nodig van één miljoen euro. Stadsgewest

Haaglanden en Kansen voor West maakten met hun

bijdrage het project mogelijk. Als de renovatie gelijk-

tijdig met de aansluiting op warmte was uitgevoerd, dan

had men dit project zonder subsidie kunnen realiseren.

De ruimteverwarming in de 470 appartementen is

energieneutraal en duurzaam voor slechts 4.255 euro per

woning. Door de aardwarmtelevering wordt de uitstoot

van het broeikasgas CO2 met 622 ton per jaar verminderd.

Dit is een reductie van 95%. Naast de verlaging van de

primaire fossiele energie levert het warmtenet een

verbetering van de luchtkwaliteit in Pijnacker-Noord op.

De NOx-emissies van de aardwarmtelevering is 54% lager

dan met de hr-ketels op aardgas. Het energieverlies over

de warmteleidingen in de grond bedraagt slechts enkele

procenten. _

Het wamtenet is aangelegd door VB Projects. Op

verschillende plekken is gebruik gemaakt van horizontale

boringen om obstakels te overbruggen en overlast te

vermijden. Dat specialistische werk is verzorgd door

Welvreugd uit Maasland terwijl het bedrijf Alsemgeest

uit De Lier het laswerk verzorgde.

Duurzame ruimteverwarming zonder meerprijsDe totale investering in het het warmtenet in Pijnacker-

Noord is twee miljoen euro, waarvan 560.000 voor de

warmtepomp, 900.000 voor het warmtedistributienet en

540.000 voor de koppelingen aan de gebouwinstallaties

en radiatorvervanging. Er waren geen investeringen

nodig voor reservevermogen of opvang van pieken in

de warmtevraag. De bestaande ketels, warmtekracht-

Het warmtenet van Ammerlaan TGI levert voor de verwarming van de 470 woningen

een vermindering van CO2 op van 95%

Een delegatie van de gemeente Groningen bezocht

Pijnacker vanwege haar plannen voor geothermie

Het warmtenet

in Pijnacker

Page 12: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

Warmtenetwerk Vlaanderen onafhankelijk

12 WARMTENETWERK MAGAZINE

Vanaf 2016 is Warmtenetwerk Vlaanderen van een

werkgroep onder de paraplu van de Nederlandse

stichting Warmtenetwerk een onafhankelijke

organisatie geworden. In de korte geschiedenis van

Warmtenetwerk is er veel bereikt.

GeschiedenisIn het Provinciehuis van Zuid-Holland werd op 1 juli

2008 de oprichtingsbijeenkomst van de stichting

Warmtenetwerk gehouden. Het was een puur

Nederlandse aangelegenheid; aan Vlaanderen dacht men

niet direct. Maar al vrij spoedig meldde MIROM, een

afvalverwerker met een warmtenet in Roeselare, zich aan

als deelnemer. In Vlaanderen waren warmtenetten toen

nog vrijwel onbekend. Behalve in Roeselare kwamen ze

alleen in Brugge en Gent voor. Stad Antwerpen was een

van de eerste partijen die zich met veel belangstelling

oriënteerde op het onderwerp.

In 2010 kwam er een werkgroep Vlaanderen tot stand

die intensief contact had met enkele bestuursleden uit

Nederland. Heel belangrijk was de steun die de trekkers

van de werkgroep Vlaanderen bij de Vlaamse politici

wisten te verwerven. Dat resulteerde op 27 januari 2012

tot een bijeenkomst in het Vlaams parlement te Brussel.

De parlementsleden Michèle Hostekint en Bart Martens

presenteerden daar een voorstel met dertien punten

om een doorbraak te realiseren bij de ontwikkeling van

warmtenetten. De bijeenkomst werd afgesloten met een

warm pleidooi van Freya Van den Bossche, de toenmalige

minister voor economie, energie en wonen.

Het aantal Vlaamse leden groeide snel en er werden

verschillende activiteiten ontwikkeld om knelpunten weg

te nemen. Die bleken vooral in de regelgeving te zitten.

Regelgeving totaal andersBij de eerste vergaderingen met de Nederlandse

bestuursleden bleek al snel dat er grote verschillen in

regelgeving zijn tussen Nederland en Vlaanderen. De

eerste verrassing was de Belgische verplichting om in

elk nieuwbouwgebied een aardgasnet aan te leggen.

Dat maakte de aanleg van een warmtenet voor nieuwe

wijken wel erg lastig. De verplichting was ontstaan

vanuit de gedachte dat stookolie verdrongen moest

worden door het milieuvriendelijker aardgas. De optie

warmtenet was bij de beleidsmakers onbekend. Gelukkig

lukte het in goed overleg vlot om deze onvolkomenheid

op te lossen. Een andere moeilijkheid was de berekening

van de energieprestatienormen voor gebouwen. In de

Vlaamse regeling werd externe warmtelevering niet

beloond zelfs niet als 100 % hernieuwbare warmte werd

geleverd. Inmiddels werkt Warmtenetwerk Vlaanderen

samen met het Vlaams energie agentschap (VEA) aan

een regeling die recht doet aan de milieuprestaties van

warmtenetten.

Veel nieuwe initiatievenDe inspanningen van bestuur en leden van Warmtenetwerk

Vlaanderen hebben geleid tot opmerkelijke resultaten.

De eerste warmtelevering aan woningen in de Antwerpse

wijk Nieuw Zuid aan de Schelde kwam begin van dit jaar

tot stand. In Gent krijgt de wijk Tondelier een warmtenet,

VITO realiseert in Mol een geothermieproject, Volvo

Cars in Gent krijgt straks via een leiding restwarmte

van papierfabriek Stora Enso, Turnhout sloot een

Het Vlaams parlement en de Vlaamse minister voor energie steunden vanaf

2012 de ontwikkeling van warmtenetten

Minister Annemie Turtelboom opent de

uitbreiding van de warmtecentrale van EDF

Luminus voor het warmtenet in Gent

Page 13: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 13

overeenkomst voor een warmtenet in de wijk Niefhout

en uiteraard wordt het net in Roeselare fors uitgebreid.

Daarnaast is er nog een flink aantal projecten in

verschillende stadia van ontwikkeling.

Binnen Vlaanderen blijkt samenwerking tussen partijen

ook goed te lopen. Een mooi voorbeeld is het warmtenet

warmte@zuid. Netwerkbedrijf Infrax, waterbedrijf

water-link, energiebedrijf Veolia en afvalverwerker

Indaver bundelen hun krachten in het consortium

warmte@zuid. Ze haalden in september 2014 de

concessie binnen waarvoor de stad Antwerpen een

aanbesteding had uitgeschreven. Infrax treedt op voor

dit consortium en staat in voor de investering. De andere

partners brengen vooral expertise in. Veolia exploiteert

de warmtecentrale.

Warmteplatform ODE VlaanderenAl enkele jaren was het secretariaat voor Vlaanderen

ondergebracht bij de Vlaamse organisatie voor duurzame

energie ODE te Brussel. Deze organisatie telt nu zes

platforms: bio-energie, warmtepompen, windenergie,

zonnestroom, zonnewarmte en warmtenetten. Via www.

warmtenetwerk.be komt u terecht op het onderdeel

warmtenetten van de website van ODE.

Samenwerking tussen Nederland en Vlaanderen blijftWarmtenetwerk Nederland en Warmtenetwerk

Vlaanderen volgen ieder hun eigen weg als het gaat

om werkzaamheden op het gebied van wet- en

regelgeving en contacten met landelijke en regionale

overheden. Uiteraard blijven we samenwerken als het

gaat om algemene promotie, techniek en innovatie en

kennisoverdracht. De jaarlijkse studiereis is gezamenlijk

en het Warmtenetwerk Magazine blijft ook in beide

gebieden als middel voor promotie en kennisoverdracht.

Dit jaar zal bovendien een herdruk van het boek Warmte

in de Nederlanden worden gemaakt waarin ook de

ontwikkelingen en projecten in Vlaanderen worden

ondergebracht. _

Vlaamse netwerkbedrijven nemen actief deel aan ontwikkeling, realisatie

en beheer van warmtenetten

Minister Freya Van den Bossche maakte in 2012

de eerste koppeling voor de uitbreiding van het

warmtenet van MIROM in Roeselare

Op de jaarbijeenkomst van 2011 overhandigde auteur

Klaas de Jong het eerste exemplaar van ‘Warmte in de

Nederlanden’ aan Jean-Luc Bonte, directeur van MIROM

Page 14: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

Noorderwarmte kruist Noorzeekanaal

14 WARMTENETWERK MAGAZINE

Op 16 februari werd een achthonderd meter

lange warmteleiding onder het Noordzeekanaal

getrokken nadat eerst met een horizontaal

gestuurde boring een boorgat was gemaakt op

een diepte van veertig meter: een spectaculaire

klus waar de Nederlandse aannemers meesters

in zijn. Deze leiding brengt de aansluiting van

Amsterdam-Noord op het net van Westpoort

Warmte een grote stap dichterbij.

Een spectaculaire klusZes hijskranen die vlak naast de Tweede Coentunnel

een achthonderd meter lange leiding in de lucht

houden. Waarna de leiding tijdens een acht uur

durende operatie onder de drukke vaarroute van het

Noordzeekanaal door een boorgat wordt getrokken.

Het is de eerste fase van een cruciale boring die op

16 februari plaatsvond in het kader van de aanleg

van een stadswarmtenet in Amsterdam-Noord.

De vervolgstap is het aanbrengen van een tweede

pijpleiding op veertig meter diepte tussen het

Westerhoofd en de Noorder-IJpolder. Met de twee

leidingen ontstaat een aan- en afvoerroute voor

het warmtenet tussen afvalenergiecentrale AEB

Amsterdam en Amsterdam-Noord.

‘Meet in the middle’“In de kades naast de Coentunnels zijn veranke-

ringen en andere infrastructurele voorzieningen

aanwezig om de stabiliteit van de kade en tunnels te

garanderen. We hebben voor onze boringen tussen

al die ondergrondse constructies een veilige route

moeten vinden. Dat maakt de aanpak uniek: er is

ontzettend veel onderzoek gedaan om aan te tonen

dat de veiligheid niet in het geding is,” vertelt Jamal

Ghabri, die als projecteider bij Nuon betrokken is bij

de ontwikkeling van het warmtenet in Amsterdam-

Noord. De boringen veroorzaken bovendien geen

enkele hinder voor het verkeer door de tunnel en

over het kanaal.

Bij de aanleg van de nieuwe warmtetransportlei-

dingen maakt Nuon gebruik van een boortechniek die

met ‘meet in the middle’ wordt aangeduid. Ghabri:

“Om te voorkomen dat er teveel druk ontstaat aan

één kant van de oever, boren we van het Westerhoofd

tot aan het midden van het kanaal. Daarna wordt vanaf

de overzijde een tweede boring gestart. De beide

boorgaten komen midden onder het kanaal bij elkaar.”

Hierna wordt het gat verder verruimd tot ongeveer

negentig centimeter. Een vulling van bentoniet — een

vloeibare, kleiachtige substantie — zorgt ervoor dat

het gat niet in elkaar stort en dat de leiding er soepel

doorheen kan worden getrokken.

Langlopende ambitieHet netwerk voor stadswarmte in Amsterdam-Noord

is eind 2016 volledig operationeel. Dan kunnen direct

vierduizend woningen gebruik maken van de restwarmte

die AEB Amsterdam levert voor verwarming en warm

tapwater. Op dit moment heeft het warmtenet ongeveer

Van 4.000 naar 20.000 woningen op warmte in Amsterdam-Noord

Page 15: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 15

.....

2500 aansluitingen in het stadsdeel.

In 2008 ondertekenden Nuon, de gemeente Amsterdam

en een aantal projectontwikkelaars een overeenkomst

om de aansluiting van 15.000 woningen (of bedrijfs-

panden) in Amsterdam-Noord op het warmtenet te

realiseren. Daarom worden alle nieuwbouwprojecten in

het stadsdeel voorzien van stadswarmte. De verwachting

is dat in 2030 zo’n 20.000 woningen zijn aangesloten.

Het project Noorderwarmte past bij een langlopende

ambitie om het stadswarmtenet in de hoofdstad uit te

breiden, vertelt Bram van Beek van stadsdeel Noord.

“Sinds 2005 voert de gemeente Amsterdam een ‘stads-

warmte, tenzij’-beleid. Het beleid komt voort uit het

besef dat er in de regio zoveel restwarmte beschikbaar

is, dat de hele stad ermee verwarmd kan worden.”

De warmte is afkomstig van een warmtekrachtcentrale

in Diemen en van AEB Amsterdam, waar warmte wordt

geproduceerd door onder meer afvalverbranders en

rioolzuiveringsinstallaties. Daarnaast levert een aantal

kleine bedrijven overcapaciteit uit biomassa aan het

net. Stadswarmte vermindert de lokale CO2-uitstoot met

zeventig tot tachtig procent.

Energieakkoord realiserenDe Nederlandse energievraag bestaat voor zestig procent

uit warmte. Om de doelstellingen van het Energieakkoord

te realiseren is een grootschalige inzet van stadswarmte

essentieel, zeggen betrokkenen. “En dan heb je zeker

ook aansluitingen nodig in de bestaande bouw: daar

wordt relatief veel gas verstookt, omdat de isolatie

minder goed is dan bij nieuwbouw”, aldus Van Beek.

Met de gloednieuwe warmtetransportleiding naar

Amsterdam-Noord vertakt het stadswarmtenet zich

steeds verder door de gemeente. Die ervaringen kunnen

zeker van pas komen bij de doorontwikkeling van

stadswarmte in Nederland, denkt Ghabri. “De aanleg

van warmtetransportleidingen vindt hier plaats in een

omgeving die continu in beweging is. We komen letterlijk

langs speeltuinen, scholen, sportvelden, kantoren...

Die dynamiek en interactie zijn heel intensief en

vragen veel aandacht. Op het vlak van bereikbaarheid,

leefbaarheid, veiligheid en communicatie rond

werkzaamheden in de openbare ruimte hebben we heel

veel kennis en ervaring opgedaan. Daar kunnen ook

andere wijken en gemeenten hun voordeel mee doen.” _

Tekst door: Lynsey Dubbeld

Foto door: Jorrit Lousberg / Nuon

Boortechniek ‘Meet in the Middle’

Page 16: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

Op 18 februari vergaderde de Vaste Kamercommissie

voor EZ over wijzigingen van de Elektriciteitswet

van 1998. Dat lijkt niet een interessant onderwerp

voor ons magazine, maar Stientje van Veldhoven,

kamerlid voor D66, wist in het debat de aandacht

te vestigen op warmtenetten. Het debat ging over

het betalen van de infrastructuur voor windparken

op zee vanuit de steunregeling voor opwekking

van duurzame energie SDE+. Van Veldhoven stelde:

“Netten en gasleidingen op land gaan via de

tarieven, het net voor windmolens op zee gaat via

de SDE+ en warmte-netten worden überhaupt niet

gefinancierd, in ieder geval niet de infrastructuur

daarvoor. Wat is de visie van de Minister hierop?

Is hij het met D66 eens dat het voor warmtenetten in

ieder geval goed zou zijn om ook een MKBA te doen

om te kijken of ze maatschappelijk rendabel zijn

voor het geval ze ook gesocialiseerd zouden kunnen

worden?”

Van Veldhoven blijkt daadwerkelijk investeringen in

warmtenetten krachtig te willen bevorderen.

Op 24 maart gaf ze de redactie antwoord op een

viertal vragen.

Hoe moeten investeringen in de infrastructuur voor

warmte worden aangepakt?

De infrastructuur voor aardgas en elektriciteit zijn

gesocialiseerd. We betalen allemaal mee aan de

investeringen in gas- en stroomnetten. Het is niet eerlijk

dat we dat wel doen voor gas en niet voor warmte.

Overal zijn nu gasnetten vijftig jaar oud en is vervanging

nodig. Wethouders en netwerkbedrijven moeten samen

overleggen waar een infrastructuur voor warmte zinnig

is. De investeringen in die infrastructuur hoeven dan

niet direct uit het specifieke project te komen maar uit

algemene middelen evenals bij gas.

Vindt u in het Energierapport de noodzakelijke acties

al terug?

In het Energierapport vind je de kansen voor een

duurzamer Nederland prachtig in beeld gebracht. De

grote zwakte van het rapport is dat men veel te weinig

keuzes maakt. Terwijl er juist nu stevige keuzes nodig

zijn, heeft EZ gekozen voor een ‘dialoog’ die na de

zomer input voor keuzes moet leveren. In het plenair

debat over energie gister (23 maart) heb ik de minister

met klem gevraagd om realisme bij het opstellen van een

intensiveringspakket voor het SER-Energieakkoord. Als

EZ veel te optimistische berekeningen maakt, dan blijkt

straks uiteindelijk weer dat we ver achter blijven bij de

doelstellingen. Op de duurzaamheidsranglijst hebben

we nu alleen Malta en Luxemburg onder ons. Een paar

stappen stijgen op de ranglijst is leuk maar het gaat

erom dat we de afgesproken doelen halen.

Uw collega Agnes Mulder (CDA) vroeg in januari Kamp

om iets te doen aan het vervangen van ketels voor

blokverwarming door individuele gasketels. Wat vindt

u van het antwoord van Kamp dat hij deze ontwik-

keling onwenselijk vindt maar niet kan tegenhouden?

Verketeling in appartementenflats is inderdaad slecht

voor de ontwikkeling van warmtenetten. Het antwoord

van Kamp, dat hij dat niet kan tegenhouden, is onzin. Er

zijn immers overeenkomsten tussen overheid en woning-

corporaties gesloten voor meer duurzame energie. Via

die overeenkomsten kan de minister druk uitoefenen op

de corporaties, als hij dat wil.

Welke van de huidige warmteprojecten zijn voor u

een voorbeeld voor de toekomst?

Daar hoef ik niet lang over na te denken. Het project

met geothermie van Ammerlaan in Pijnacker is voor mij

nummer één. Ik vind het knap dat een particuliere on-

derneming zo’n project aandurft en niet alleen warmte

gebruikt voor zichzelf maar ook aan zijn omgeving le-

vert. Het laat ook zien dat warmtenetten niet alleen ge-

schikt zijn voor grote steden en grote energiebedrijven

maar ook voor dorpen en voor innovatieve ondernemers

uit het MKB. _

16 WARMTENETWERK MAGAZINE

Ontwikkeling warmtenetten vraagt om krachtige maatregelenInterview met Stientje van Veldhoven (D66)

Net als bij gas moet de infrastructuur voor warmte bij maatschappelijk

verantwoorde projecten uit algemene middelen komen

Page 17: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 17

Stientje van Veldhoven werd in 2011, 2012 en 2014

verkozen tot de groenste politicus van het jaar

Page 18: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

18 WARMTENETWERK MAGAZINE

De gemeentelijke onroerendezaakbelastingen en

hondenbelasting kent iedereen. Dat Nederlandse

gemeenten ook precariobelasting kunnen heffen,

is minder bekend. Toch bestaat deze mogelijkheid al

in de Gemeentewet sinds 1929. Deze belasting,

een vergoeding voor gebruik van gemeentegrond,

is de laatste jaren bij gemeenten in populariteit

gestegen. Vooral voor nutsbedrijven roept deze

heffing steeds meer maatschappelijke weerstand op.

Waar het kenmerk van gemeentelijke belastingen als

hoofdregel is dat deze zich niet kunnen uitstrekken

buiten het grondgebied van de gemeente, gebeurt dit

in zekere zin wel bij het belasten van nutsbedrijven.

De precariobelasting wordt immers verhaald op

de totale klantenkring van die bedrijven, die zich

doorgaans in meerdere gemeenten bevinden.

Ook de landelijke politiek vindt dit een onwenselijke

situatie. Al in 2010 is een motie in de Tweede Kamer

aangenomen voor afschaffing van de mogelijkheid tot

het heffen van precariobelasting van nutsbedrijven.

Onlangs is een wetsvoorstel aangekondigd die

uitvoering gaat geven aan die motie. Daarbij is

tegelijkertijd aangegeven dat gemeenten nog tien

jaar deze vorm van precariobelasting mogen heffen.

Precariobelasting op ondergrondse nutsnetwerken

Voorwaarden voor de heffing van precariobelastingUit de wetsgeschiedenis en jurisprudentie over de

precariobelasting kunnen de volgende voorwaarden

worden afgeleid om deze belasting te kunnen heffen:

1. De grond waarop, -onder of –boven zich de

voorwerpen bevinden, is eigendom van de gemeente.

2. De grond is voor openbare dienst bestemd.

Dat wil zeggen: voor een ieder toegankelijk en

voor algemeen gebruik (zoals een trottoir). Vrije

toegankelijkheid is niet vereist als door beperking van

de toegankelijkheid de realisatie van de (publieke)

functie van de desbetreffende gemeentegrond is

gewaarborgd. Dit geldt bijvoorbeeld voor zogenoemde

‘leidingstraten’ in het Rotterdamse havengebied.

3. De gemeente heeft zeggenschap over de grond

en het gebruik daarvan in die zin dat de gemeente de

aanwezigheid van de particuliere voorwerpen moet

kunnen verbieden. Een gemeente kan het hebben van

voorwerpen op, onder of boven de gemeentegrond

bijvoorbeeld niet verbieden als zij een gedoogplicht

heeft. Voor sommige voorwerpen geldt een gedoog-

plicht op basis van een wettelijk voorschrift zoals

de Telecommunicatiewet. Ook kan een gedoogplicht

voortvloeien uit een privaatrechtelijke overeenkomst.

Zo is in het verleden toen gemeentelijke energie-

bedrijven werden geprivatiseerd, vaak privaatrechte-

lijk overeengekomen dat geen gemeentelijke heffingen

verschuldigd zijn over het nutsnetwerk. De gemeente

moet in al die gevallen het hebben van die voorwerpen

dan dulden en kan ter zake van die voorwerpen ook

geen precariobelasting heffen.

Mogelijkheden om netwerken van duurzame energienetwerken te ontzienEen gemeente kan in haar belastingverordening kiezen

welke voorwerpen op, onder of boven de gemeente-

grond zij wil belasten met precariobelasting. Niet elke

gemeente die precariobelasting heft, belast ook onder-

grondse voorwerpen. Kiest een gemeente er echter voor

om ook ondergrondse voorwerpen zoals kabels, buizen

en leidingen te belasten, dan zullen in beginsel alle

kabels en leidingen gelegen in openbare gemeentegrond

in de belastingheffing moeten worden betrokken. Doet

een gemeente dat niet dan zou willekeurige of onrede-

lijke belastingheffing kunnen plaatsvinden doordat het

Page 19: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 19

....

gelijkheidsbeginsel wordt geschonden. In een procedure

toetst de belastingrechter dan of de gemeenteraad op

voorhand heeft kunnen voorzien dat de gemaakte keuze

zou leiden tot ongelijkheid en derhalve tot onredelijke

en willekeurige belastingheffing (marginale toetsing).

Niet elke ongelijke behandeling levert strijd met het

gelijkheidsbeginsel op. Voor een ongelijke behan-

deling van gelijke gevallen kan een objectieve en

redelijke rechtvaardiging aanwezig zijn. Een objec-

tieve en redelijke rechtvaardigingsgrond kan bijvoor-

beeld gelegen zijn in een doelmatige belastingheffing

en het onnodig rondpompen van (gemeenschaps)geld.

Gedacht kan bijvoorbeeld worden aan een vrijstelling

voor de gemeentelijke rioleringsbuizen. Een precario-

belastingverordening van een gemeente bevat voor die

voorwerpen dan doorgaans een vrijstellingsbepaling.

Ook gemeentelijk beleid kan soms een objectieve en

redelijke rechtvaardiging opleveren voor het opnemen

van een vrijstelling voor bepaalde voorwerpen. Zo is

denkbaar dat kabels, buizen en leidingen die worden

gebruikt in het kader van duurzame energielevering

worden vrijgesteld of dat bij de tarifering onderscheid

wordt gemaakt tussen kabels en leidingen die wel en

niet worden ingezet voor duurzame energielevering.

Gemeenten zullen dit beleid dan wel helder moeten

formuleren in de toelichting bij de belastingverordening

zodat een belastingrechter kan toetsen of sprake is van

een objectieve en redelijke rechtvaardiging voor deze

vrijstelling of verlaagd tarief.

De precariobelasting is gebaseerd op het profijt-

beginsel: er kan door een bepaald individu, of

rechtspersoon exclusief worden geprofiteerd van

openbare gemeentegrond. De mate waarin kan worden

geprofiteerd, kan eveneens een rechtvaardiging

opleveren voor tariefdifferentiatie of vrijstelling in

de belastingverordening. Zo kan ik mij voorstellen dat

bepaalde vormen van duurzame energie duurder zijn dan

conventionele. Er kan dan minder worden geprofiteerd

van de gemeentegrond. Een verlaagd tarief is dan vanuit

fiscaaljuridisch oogpunt verdedigbaar.

Verder is nog denkbaar dat een gemeente een privaat-

rechtelijke overeenkomst aangaat met een leverancier

van duurzame energie waarin een gedoogplicht voor de

gemeente is opgenomen. Zoals hiervoor aangegeven,

is immers volgens vaste jurisprudentie geen heffing

van precariobelasting mogelijk wanneer een gemeente

voorwerpen verplicht moet gedogen.

Wetsvoorstel afschaffing precariobelasting nutsnetwerken In een brief aan de Tweede Kamer van 10 februari 2016

kondigde de Minister van Binnenlandse Zaken wetgeving

aan die precariobelastingheffing van nutsnetwerken op

termijn afschaft. Er komt dit jaar nog een wetsvoor-

stel dat ervoor moet zorgen dat per 1 januari 2017 de

tarieven voor precariobelasting op nutsnetwerken niet

verder oplopen en dat ook het aantal gemeenten dat

deze vorm van precario heft, niet verder stijgt. Wel

krijgen gemeenten nog tien jaar de mogelijkheid om te

blijven heffen, alvorens deze vorm van precarioheffing

definitief wordt afgeschaft.

ConclusieGemeenten die precariobelasting heffen en daarbij

duurzame initiatieven van energielevering willen

ontzien, hebben daarvoor diverse mogelijkheden. In

deze bijdrage heb ik daar een aantal van beschreven.

Duurzaamheidsbeleid van een gemeente kan mijns inziens

een rechtvaardiging opleveren voor tariefonderscheid of

vrijstelling evenals verminderd profijt van gebruik van

de gemeentegrond wegens hoge kosten. Ten slotte is een

privaatrechtelijke overeenkomst met een gedoogplicht

voor de gemeente nog mogelijk om precariobelasting te

voorkomen. Nu het einde van precariobelastingheffing

van nutsnetwerken in zicht is, zijn gemeenten wellicht

bereid om deze mogelijkheden met betrokken partijen

te bespreken. _

Onderzoek voor DrechtstedenDit artikel is gebaseerd op onderzoek voor Drechtsteden in

2015 naar precariobelasting door de auteur, mr. dr. A.W.

Schep van het Erasmus Studiecentrum voor Belastingen

van Lokale Overheden aan de Erasmus Universiteit. Het

rapport van dit onderzoek is te vinden op www.esbl.nl

onder informatie.

Duurzaamheidsbeleid van een gemeente kan tariefonderscheid of vrijstelling

rechtvaardigen

Page 20: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

20 WARMTENETWERK MAGAZINE

Internationale belangstelling voor Nederlandse warmtenetten

In het eerste nummer van 2016 van het internationale

vakblad Decentralized Energy, prijken De Rotterdam

en de Erasmusbrug op de voorkant. Het hoofdartikel

van deze uitgave van PennWell wordt op de omslag

aangekondigd met How renewables are revitalizing

district heating en is gewijd aan de ontwikkelingen op

het gebied van warmtenetten in Nederland. De titel van

het artikel is: Times are changing for District Heating.

De veranderingen in overheidsbeleidbeleid en de

groei van duurzame warmte staan centraal. Onder het

kopje Masters in horizontal drilling worden de recente

huzarenstukjes van de Nederlandse aannemers zoals

Noorderwarmte en De Nieuwe Warmteweg beschreven.

Het imposante gebouw De Rotterdam staat ook in het

eerste nummer van 2016 van Euroheat & Power bij het

artikel Energy for a vertical city. De tekst is een door

RVO NL vertaalde versie van het artikel in het

herfstnummer van 2015 van dit magazine.

Voor promotiedoeleinden is een vrij beschikbare versie

in het Engels van dit artikel op onze website te vinden.

Buitenlandse vakbladen mogen dit artikel overnemen

onder voorwaarde van bronvermelding. _

Page 21: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

NR 24. LENTE 2016 21

Op 12 mei houdt de stichting Warmtenetwerk haar

jaarbijeenkomst in De Munt te Utrecht. De bijeenkomst

is vrij toegankelijk. Opgave vooraf is verplicht via het

inschrijfformulier op de website www.warmtenetwerk.nl.

Programma

13.00-13.30 Ontvangst met koffie

13.30-13.35 Opening door dagvoorzitter

13.35-13.55 Ontwikkelingen bij het warmtebeleid Gijs de Man, voorzitter Warmtenetwerk

13.55-14.05 Financiële rapportage Jannis van Zanten, penningmeester

Warmtenetwerk

14.05-14.30 Message House Danieck Meere

14.30-14.45 Social marketing Astrid Madsen, secretaris Warmtenetwerk

14.45-15.00 Pauze

15.00-15.30 Ontwikkelingen bij warmte in Utrecht Stan de Ranitz, Eneco Warmte & Koude

15.30-16.00 Ronde door Nederland Viertal korte presentaties

van bijzondere projecten

16.00-16.15 Campagne Van Gas Los

Maya van der Steenhoven,

Programmabureau Warmte Koude

Zuid-Holland

16.15-17.30 Napraten met hapje en drankje

Schrijf u snel inOp onze website www.warmtenetwerk.nl

vindt u een inschrijfformulier voor de

jaarbijeenkomst.

Het MuntgebouwHet Muntgebouw aan de Leidseweg 90 ligt op

ruim tien minuten lopen van het CS Utrecht.

Het Muntgebouw stamt uit 1911 en is één

van de indrukwekkendste Rijksmonumenten

van Utrecht. Het pand van de Rijks Munt is

volledig gerestaureerd en omgebouwd tot

evenementencentrum. _

Jaarbijeenkomst 201612 mei in De Munt te Utrecht

WARMTENETWERK

meer comfort met minder fossiele energie

Page 22: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

22 WARMTENETWERK MAGAZINE

Deelnemersoverzicht 1 april 2016

Een beschrijving van alle deelnemende organisaties met links naar de websites vindt u op www.warmtenetwerk.nl en op www.warmtenetwerk.be

Exploitanten en financiers van warmte/koudenetten en warmteproducentenAfval Energie Bedrijf AmsterdamAllianderAtteroAVR AfvalverwerkingBio-energie De ValleiCofely Energy SolutionsCogas DuurzaamEDF LuminusE.ON BeneluxEneco Warmte & KoudeEnNatuurlijkGETEC BeneluxHVCenergieIMOGIndaverING Groen FinancieringenIVAGOIVBO – Warmtenet BruggeIVM MilieubeheerMIROMMijnwater HeerlenNUON WarmteSITA ReEnergyStadsverwarming PurmerendTwence Afval en EnergieVeoliaWarmtenet Hengelo Aannemers en installateursBAM InfratechniekCanalcoCofely Services GDF-SuezDenysDura Vermeer Ondergrondse InfraA. HakVan den HeuvelHeijmans Infra TechniekMarconi OranjeNijkamp AannemingRoseboom EdeSiers Leiding- MontageprojectenSOPVB ProjectsVisser & Smit Hanab

Fabrikanten en leveranciers van componenten AlbrandAPV BeneluxBosch ThermotechnologyCaleffi Hydronic SolutionsCarnoyCarrier AirconditioningDanfossDykaEcompanyFortes-ImportFW-Fernwärme-TechnikGreenchoiceHermans TechniekHR WooncomfortHSFIsoplus BeneluxItronKamstrupKapp Nederland

Klinger-SogefiltresLandis+GyrLOGSTOR NederlandNIBE EnergietechniekProfilplast PipesystemsRedenkoRombouts Kunststof TechniekSamson RegeltechniekSAX SanitairSentiuntSiemensSolarFreezerSpirotechTCBThermaflexTimmerman EHSVan Marcke ProjectsWatts MicroflexWeijers WaalwijkXylem (Lowara)

DienstverleningAABAnteaARN Remondis ConsultingBalance Ervaring op ProjectbasisBanning AdvocatenBee NVBird & BirdBoydensCarbonMattersCasquoClean Energy Innovative ProjectsDeernsDe Kleijn Energy ConsultingDNV KEMADOZ energieregieDriven By ValuesDWA3EEco Ketelservice Verhuur EES HollandEkwadraat AdviesEnergyMattersEnergy NetworksGrant@viceGreenvis Energy SolutionsGrontmij NederlandIF TechnologyIngeniaIngeniumIngenieursbureau XYZInnoforteKIWAKWA BedrijfsadviseursLBITALiandonLievenseCSO InfraOver MorgenRebelGroupRoos + BijlRotterdam EngineeringRoukemaRoyal HaskoningDHVRTB De BeijerSentiuntTebodinTeus van Eck Klimaat & EnergieTwynstra & GuddeVK Engineering

Wagenborg NedliftWitteveen+Bos

Universiteiten en kennisinstitutenDeltaresEnergieprojecten.comHaagse HogeschoolKWR Water Cycle ResearchROC Rijn IJsselThomas More KCEUniversiteit AntwerpenUniversiteit van GentUGent Campus KortrijkUniversiteit TwenteVITO

WoningcorporatiesWonenBreburgYmere (Semi-)OverhedenBrabant WaterEandisGemeente AlkmaarGemeente AmsterdamGemeente ArnhemGemeente BredaGemeente DelftGemeente Den HaagGemeente DordrechtGemeente EdeGemeente EindhovenGemeente GroningenGemeente HaarlemGemeente HeerlenGemeente LingewaardGemeente MaastrichtGemeente NijmegenGemeente PurmerendGemeente RotterdamGemeente UtrechtGemeente ZaanstadGemeente ZeewoldeGroningen SeaportsInfraxIOK (Ontw.mij De Kempen)ISVAGOmgevingsdienst HaaglandenPidpaPOM West-VlaanderenProvincie AntwerpenProvincie DrentheProvincie GelderlandProvincie Noord-BrabantProvincie OverijsselProvincie Zuid-HollandStad AntwerpenStad RoeselareWaterbedrijf Groningen

Brancheorganisaties en verenigingenBedrijventerrein HelmondCogen VlaanderenVereniging AfvalbedrijvenVlaamse Confederatie Bouw

OverigeJanssen Pharmaceutica

Page 23: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

ColofonWarmtenetwerk Magazine is een uitgave van de stichting Warmtenetwerk.De stichting Warmtenetwerk heeft als doel om het gebruik van duurzame warmte en koude en het hergebruik van restwarmte via collectieve netten te bevorderen. Het Warmtenetwerk Magazine wordt gratis verspreid; aanmelding voor toezending van de digitale nieuwsbrief van de stichting en voor het Warmtenetwerk Magazine kan via de website www.warmtenetwerk.nl of door een mail te sturen met uw gegevens aan [email protected]

RedactieKlaas de JongJet CeelenWilleke BrandsmaAnique de Kruijf

Artikel Noorderwarmte: Lynsey DubbeldArtikel Precario: Mr.dr. Arjen Schep (Erasmus Universiteit)

e-mail: [email protected]:Energieprojecten.comOosterslag 4NL - 8385 GW Vledderveen Dr

VormgevingWOUWontwerp te Steenwijk

Bestuur Warmtenetwerk NederlandVoorzitter: Gijs de Man, Stadsverwarming PurmerendSecretaris: Astrid Madsen, gemeente RotterdamPenningmeester: Jannis van Zanten, Vereniging AfvalbedrijvenHans Buitenhuis, DWA Peter OdermattBerno Kastelijns, NijkampPieter de Jong, Ymere

Bestuur Warmtenetwerk VlaanderenVoorzitter: Koen van Overberghe, MIROMSecretaris: Jo Neyens, ODETom Prinzie, Van Marcke

Secretariaat Warmtenetwerk NederlandPostbus 77NL - 1200 AB HilversumTel. 0031-35-6838833

Secretariaat Warmtenetwerk VlaanderenKoningsstraat 35B – 1000 BrusselTel. 0032-2-2188747

Deelname aan het WarmtenetwerkHet Warmtenetwerk is een breed platform voor alle organisaties, die betrokken zijn bij collectieve warmte en koude. De contributie is afhankelijk van de hoofdactiviteiten en de grootte van de organisatie. Het is ook mogelijk op persoonlijke titel deelnemer te worden. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met het secretariaat of een mailtje sturen naar [email protected] voor Nederland en [email protected] voor Vlaanderen.

Overname van artikelenHet copyright van de artikelen in Warmtenetwerk Magazine berust bij de redactie. Overname van artikelen is op aanvraag mogelijk en eigen foto’s zijn beschikbaar voor publicatie door derden met bronvermelding.

www.warmtenetwerk.nl en www.warmtenetwerk.be

NR 24. LENTE 2016 23

Agenda 201619-21 april in Frankfurt am Main

Congress Heating, Cooling & CHPEuroheat&Power, AGFW en En+Effwww.eneff-messe.de

12 mei in Utrecht

Jaarbijeenkomst Warmtenetwerkwww.warmtenetwerk.nl

13-17 juni Brussel

EU Sustainable Energy Weekwww.eusew.eu

19-24 sept. in Straatsburg

EGC 2016Europees congres geothermiewww.europeangeothermalcongress.eu

4-6 oktober Brabanthallen Den Bosch

Vakbeurs Energiewww.energievakbeurs.nl

24 november

Nationaal warmtecongres 2016www.euroforum.nl/energie/warmtecongres

Page 24: Warmtenetwerk Magazine Lente 2016

WARMTENETWERK

meer comfort met minder fossiele energie