Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel...

29
Internationaal ondernemen Bronvermelding Internationaal ondernemen Titel : 1 Druk : R. Jethu-Ramsoedh en M. Hendrickx Auteur : Noordhoff Uitgevers Uitgever : 9789001792244 ISBN (boek) : 10 Aantal hoofdstukken (boek) : 324 Aantal pagina’s (boek) : De inhoud van dit uittreksel is met de grootste zorg samengesteld. Incidentele onjuistheden kunnen niettemin voorkomen. Je dient niet aan te nemen dat de informatie die Students Only B.V. biedt foutloos is, hoewel Students Only B.V. dat wel nastreeft. Dit uittreksel is voor persoonlijk gebruik en is bedoeld als wegwijzer bij het originele boek. Wij raden aan altijd het bijbehorende studieboek te kopen en dit uittreksel als naslagwerk erbij te houden. In dit uittreksel staan diverse verwijzingen naar het studieboek op basis waarvan dit uittreksel is gemaakt. Dit uittreksel is een uitgave van Students Only B.V. Copyright © 2012 StudentsOnly B.V. Alle rechten voorbehouden. De uitgever van het studieboek is op generlei wijze betrokken bij het vervaardigen van dit uittreksel. Voor vragen kun je je per email wenden tot [email protected].

Transcript of Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel...

Page 1: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Internationaal ondernemen

Bronvermelding

Internationaal ondernemenTitel :1Druk :R. Jethu-Ramsoedh en M. HendrickxAuteur :Noordhoff UitgeversUitgever :9789001792244ISBN (boek) :

10Aantal hoofdstukken (boek) :324Aantal pagina’s (boek) :

De inhoud van dit uittreksel is met de grootste zorg samengesteld. Incidentele onjuistheden kunnen niettemin voorkomen. Jedient niet aan te nemen dat de informatie die Students Only B.V. biedt foutloos is, hoewel Students Only B.V. dat wel nastreeft.Dit uittreksel is voor persoonlijk gebruik en is bedoeld als wegwijzer bij het originele boek. Wij raden aan altijd het bijbehorendestudieboek te kopen en dit uittreksel als naslagwerk erbij te houden. In dit uittreksel staan diverse verwijzingen naar het studieboekop basis waarvan dit uittreksel is gemaakt.

Dit uittreksel is een uitgave van Students Only B.V. Copyright © 2012 StudentsOnly B.V. Alle rechten voorbehouden. De uitgevervan het studieboek is op generlei wijze betrokken bij het vervaardigen van dit uittreksel. Voor vragen kun je je per email wendentot [email protected].

Page 2: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 Inleiding in internationaal ondernemen 3

Hoofdstuk 2 Politieke & economische omgeving 6

Hoofdstuk 3 Cultuur 9

Hoofdstuk 4 Management & organisatie in een internationale omgeving 11

Hoofdstuk 5 Externe analyse in een internationale omgeving 14

Hoofdstuk 6 Marktentreevormen & internationale marketing 16

Hoofdstuk 7 Interculturele communicatie en management 19

Hoofdstuk 8 Internationaal recht 20

Hoofdstuk 9 Risicomanagement, verzekeringen en financiën 23

Hoofdstuk 10 Logistiek en douane 27

© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 3: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 1 Inleiding in internationaal ondernemen

1.1 Wat is internationaal ondernemen?De verkoop van goederen en diensten aan het buitenland, de handelingen die nodig zijn om op debuitenlandse markt actief te zijn, investeren in het buitenland en de ontwikkeling van internationaleeconomische activiteiten en het aangaan van een strategische partnerschap zijn kenmerken vaninternationaal ondernemen.

Waarom is internationaal ondernemen zo populair en interessant voor ondernemingen geworden?• De opkomst van lagelonenlanden (waar productie goedkoop is);• Opengaan van grenzen vergemakkelijkt de internationalisering;• De opkomst van internet vergemakkelijkt in- en verkoop producten uit/naar de hele wereld;• Globalisering: een proces van wereldwijde interactie tussen mensen, ondernemingen,

overheden en culturen ondersteund door investeringen in internationale handel en ICT.

Het Bruto Nationaal Product (BNP) omvat de waarde van alle goederen en diensten die in eenbepaalde periode door een bepaalde land zijn geproduceerd.

Tabel 1.1 (zie: hfst. 1; p. 15; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh,M. Hendrickx) toonthet BNP van verschillende landen.

De afgelopen jaren is het BNP van de westerse landen gestagneerd, maar van diverse opkomendeindustriële landen flink gegroeid. Vooral de BRIC-landen zullen in de aankomende jaren flinkdoorgroeien. Dit zijn de landen Brazilië, Rusland, India en China.

Globalisering kent de volgende voordelen:• Het leidt tot een verspreide culturele integratie;• Het draagt bij aan hogere economische groei en welvaart;• Het deelt technologische kennis.

Daarnaast kent globalisering de volgende nadelen:• Multinationals krijgen alsmaar meer macht;• Toename uitbuiting arbeiders in lagelonenlanden;• Toename ondermijning van lonen in lagelonenlanden.

Figuur 1.1 (zie: hfst. 1; p. 16; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont een globaliseringsscore, waaruit blijkt dat Nederland als derde(!) land scoort. De redenen datzo’n klein land een belangrijke plek wereldwijd inneemt komt onder meer door de vele internationalehandelsinspanningen. Ook de positie op technologisch vlak, internationale handelsdrift en het feitdat Nederland altijd een handelsnatie is geweest dragen bij aan deze score.

De mens en bovenal het milieu en de samenleving kennen gevolgen van de globalisering, vandaardat er veel aandacht wordt besteed aan duurzaam internationaal ondernemen.

Een stakeholder is een belanghebbende persoon of organisatie die invloed ondervindt of zelfinvloed kan uitoefenen op een specifieke organisatie, overheid of product.Binnen het duurzaam internationaal ondernemen staat de stakeholder centraal. Figuur 1.2 (zie: hfst.1; p. 17; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx) toont een overzicht vanstakeholders voor een onderneming:

• Werknemers;• Aandeelhouders;

3© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 4: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

• Toeleveranciers;• Klanten;• Overheden;• Gemeenschappen;• Milieugroeperingen;• Sociale groeperingen.

Duurzaam internationaal ondernemen kent de volgende drie pijlers:• Profit: de winst van een onderneming;• People: de menselijke aspecten binnen en buiten de onderneming (mensenrechten, lonen,

scholing, gezondheid);• Planet: het milieu (duurzame energie, grondstoffen).

1.2 Waarom gaan bedrijven de grens over?Toename van kostprijzen op nationaal niveau, de kans om in lagelonenlanden goedkope productente laten produceren of in te kopen ofwel comparatieve kostenvoordelen zijn een belangrijke oorzaakvan internationalisering. Ook productdifferentiatie, marktontwikkeling, kwaliteit en schaalvoordelenzijn redenen van internationalisering.

Import is het inkopen of invoeren van goederen uit het buitenland, bijvoorbeeld omdat goederenin het buitenland goedkoper zijn of het product of dienst in Nederland nog niet op de markt is.

Export is het verkopen of uitvoeren van producten naar het buitenland. Het verkrijgen van nieuweafzetmarkten, een verzadiging in de binnenlandse markt, het exporteren naar een minder ontwikkeldland zijn drijfveren en mogelijke redenen van export.

Er zijn diverse proactieve motieven voor internationalisering:• Belastingvoordelen in het buitenland;• Winst- en groeidoelstellingen;• Inspelen op marktkansen in het buitenland;• Schaalvoordelen;• Integratie van bedrijfskolom;• De wil van het management om te exporteren;• Onderscheidend vermogen van het management.

Daarnaast kennen we de volgende reactieve motieven:• Korte houdbaarheid van product (er moet wel een nieuwe markt worden aangeboord);• Concurrentiekracht;• Verzadigde of te kleine thuismarkt;• Het benutten van overcapaciteit;• Verminderen van de afhankelijkheid van klanten en leveranciers;• Stabilisatie van seizoensinvloeden

1.3 Nederland en internationaal ondernemenOnder het midden- en kleinbedrijf (MKB)worden ondernemingenmetminder dan 250medewerkersgerekend. Nederland bestaat voor 99% uit MKB-ondernemingen. In 2007 kwam de export voor10% voor rekening van grote ondernemingen, het kleinbedrijf had een aandeel van 24%, hetmiddenbedrijf 32% en een percentage van 34 was onbekend.

4© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 5: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Duitsland, België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zijn voor Nederland de belangrijksteexportlanden, zij zijn verantwoordelijk voor 52% van de Nederlandse export. Duitsland staat metstip op 1, met 24% van de Nederlandse export.

Nederland kent een actieve handelsbalans: het exporteert meer dan het importeert ofwel we kenneneen handelsoverschot. Met andere woorden: er komt meer geld in (door export) dan dat er uit gaat(door import), dus wordt dit positief bevonden.

Ondanks de recessie wordt verwacht dat de economieën wereldwijd gaan groeien. Dit komt vooraldoor het krachtige herstel van opkomende economieën, zoals China.

1.4 Organisaties die helpen bij internationaal ondernemenTabel 1.3 (zie: hfst. 1; p. 34; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh,M. Hendrickx) toonteen overzicht van organisaties die helpen bij internationaal ondernemen, zoals de Kamer vanKoophandel, Fenedex, Verenigde Naties, G20 en World Economic Forum.

5© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 6: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 2 Politieke & economische omgeving

2.1 Vrije handelDoor vrij verkeer van goederen en diensten in Europa, hebben consumenten een grotere keuze. Hetgemeenschappelijke handelsbeleid van de EU heeft consequenties voor de Nederlandsehandelspolitiek. De EU heeft ten doel om te zorgen voor een afgewogen, bedachtzame ontwikkelingop het gebied van duurzame en eerlijke wereldhandel. Het liberaliseren van de handel heeft totgevolg dat er een eerlijke concurrentie met producenten in andere landen plaatsvindt. De EU helptontwikkelingslanden door de markt voor export te openen en één gemeenschappelijke importtariefte heffen.

2.2 Economische samenwerkingWe kennen de volgende vormen van economische samenwerking:

• Douane-unie: het afschaffen van alle onderlinge importtarieven, door twee of meer landen(is eigenlijk een uitgebreide vrijhandelsassociatie)

• Gemeenschappelijke markt: werkt hetzelfde als de douane-unie plus bepalingen omtrentstimuleren van onderlinge handel.Doel van de gemeenschappen:• Duurzame evenwichtige ontwikkeling van de economische activiteit;• Broederschap tussen lidstaten;• Hoog niveau van beschermen en verbeteren levensstandaard en kwaliteit van het bestaan.

• Vrijhandelszone: zonder handelsbelemmerende en –beperkendemaatregelen. Landen strevenom de volgende redenen naar vrijhandel:• Bevorderen van welvaart;• Voorkomen van handelsoorlog;• Efficiënte inzet van productiefactoren;• Stimulans van de economie;• Bevorderen van handel en investeringen.

Het European Free Trade Association (EFTA) en The North American Free Trade Agreement(NAFTA) zijn voorbeelden van vrijhandelsassociaties.

Tabel 2.1 (zie: hfst. 2; p. 44; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh,M. Hendrickx) toonteen overzicht (met inwonersaantal, oppervlakte in kilometer en BNP) van de 27 EU-landen gesorteerdop alfabet: België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk,Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg,Malta, Nederland, Oostenrijk,Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk en Zweden.

Indien een ondernemingmelding wil maken van oneerlijke concurrentie kan zij terecht bij het loketCrash Team Oneerlijke Concurrentie van het ministerie van EZ (Economische Zaken).Het SOLVIT is een online netwerk waarin EU-lidstaten samen naar een oplossing zoeken voorproblemen bij een verkeerde toepassing van de internetmarktregels voor overheidsinstanties.

2.3 Economische unie en monetaire unieDe Europese Centrale Bank (ECB) is de beleidsbepaler van de Economische Monetaire Unie(EMU). De EMUomvat de zestien lidstaten van de Europese Unie (EU), die de euro als betaalmiddelkennen. Dit zijn België, Cyprus, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië,Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Slovenië, Slowakije en Spanje.

6© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 7: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Het Eurosysteem kent de ECB en de nationale centrale banken van de eurolanden.Het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) is het overkoepelende orgaan van de ECBen de nationale centrale banken van alle EU-lidstaten (ongeacht of deze landen de euro alsbetaalmiddel hebben).

2.4 ProtectionismeAls een land zijn eigen industrie wil beschermen, noemen we dit protectionisme. Een ondernemingdie dus buiten de landsgrenzen te werk gaat, moet rekenen op de verschillende vormen vanprotectionisme. Tarieven op import van goederen en diensten (invoerrechten) en exportsubsidieszijn de vaakst voorkomende.

Redenen van protectionisme:• Overheid verschaft zo meer inkomsten;• Verbeteren van ruilvoet;• Het in evenwicht houden van de betalingsbalans;• Bevordering van de werkgelegenheid;• Tegengaan van dumping (verkoop tegen kostprijs);

We kennen tarifaire (kosten geld) en non-tarifaire (welke eisen stellen aan de handel)maatregelen.Non-tarifaire maatregelen worden ook wel nieuw protectionisme genoemd.

De volgende tarifaire maatregelen zijn de belangrijkste:• Accijnzen (voor bepaalde consumptieproducten: tabak, alcohol, suiker);• Omzetbelasting (ofwel btw);• Subsidies en regelingen;• Contingenten ofwel tariefmaatregelen:maatregelen die er toe leiden dat bij bepaalde producten

geen invoerrechten gelden;We kennen vier verschillende tariefmaatregelen:• Antidumpingheffing: Het opleggen van een dumpingrecht, waardoor het dumpingvoordeel

wordt weggenomen;• Tariefpreferenties: handelspolitieke maatregel waar tegen een bepaald tarief (of nultarief)

producten uit ontwikkelingslanden kunnen worden ingevoerd;• Tariefcontingenten of quota’s: zoals de tariefpreferenties, maar gebonden aan een quotum

(hoeveelheidbeperking);• Bijzondere bestemmingen.

• Invoerrechten: het heffen van belastingen door de overheid op goederen en diensten dieworden geïmporteerd.We onderscheiden de volgende invoerrechten:• Impliciet: opbouw van tarieven waardoor grondstoffen laag en eindproduct juist zwaar

wordt belast;• Ad valorem: vaste percentage van de waarde van het product;• Prohibitief: zodanig hoog tarief dat het product niet meer wordt geïmporteerd;• Variabel: Hoogte invoerrecht ondergeschikt aan hoogte van de prijs van het product.

(Hoog tarief bij product met lage prijs, laag tarief bij product met hoge prijs);• Specifiek: vast bedrag per volume van product dat wordt geïmporteerd.

Non-tarifairemaatregelen zijn ookwel maatregelen van de overheid die zorgen voor de verminderingvan invoer uit het buitenland. We kennen de volgende non-tarifaire maatregelen:

• Exportbeperkingen;• Douaneformaliteiten: aangeven bij de douane van in-, uit- en doorvoer van producten.• Verscherpte kwaliteitseisen;

7© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 8: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

• Technische kwaliteitsvoorschriften;• Administratieve procedures.

Een handelsembargo wordt afgegeven indien er een verbod wordt gegeven op het drijven vanhandel van een bepaald land om sociaalpolitieke redenen, zoals een gedeeltelijk embargo om deonrust in Irak.

De CE-markering geeft aan dat een product voldoet aan bepaalde minimumeisen. Daarnaastkennen we ook de oorsprongmerking:Made in….

2.5 Internationale organisatiesOmdat de internationale handel alsmaar belangrijker wordt, zijn er tal van organisaties terbevordering van de liberalisering van de wereldhandel, welke in deze paragraaf beschreven worden.

De Verenigde Naties (VN) zijn een internationale organisatie, opgericht door 51 landen net na deTweede Wereldoorlog in 1945. De intergouvernementele organisatie werkt samen op het gebeidvan mondiale veiligheid, recht, behoud van mensenrechten, ontwikkeling van de wereldeconomieen onderzoek naar maatschappelijke en culturele ontwikkelingen.

De VN heeft daarnaast een aantal organisaties, welke gespecialiseerd zijn:• World Intellectual Property Organization (WIPO);• International Labour Organization (ILO);• Internationaal Monetair Fonds (IMF).

Het zorgen dat alle landen bij de mondiale handel worden betrokken is de hoofdtaak van deUnitedNations for Trade and Development (UNCTAD).

DeWereldhandelsorganisatie ofwelWorld Trade Organisation (WTO) is eenintergouvernementele organisatie die toeziet op de naleving van afspraken over de handel tussenlanden. De WTO is gevestigd in Genève en kent 150 leden. De WTO staat voor:

• Gelijke tarieven;• Gelijke handelsvoorwaarden;• Gelijkheid in handelspraktijken en exportsubsidies;• Gelijkheid tussen buitenlandse producten en producten van de thuismarkt.

Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is een organisatie voor monetaire (geld)zaken diebetrekking hebben op de controle van de financiële en economische ontwikkelingen en hetverstrekken van advies ter voorkoming van economische crisissen.

De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) is eensamenwerkingsverband tussen 34 landen voor het bestuderen, bespreken en coördineren van sociaalen economisch beleid. Op de volgende zaken doet de OESO aanbevelingen:

• Belastingen;• Mensenrechten;• Milieu;• Arbeid;• Informatieverstrekking;• Bestrijding corruptie;• Consumentenbelangen;• Mededinging.

8© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 9: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 3 Cultuur

3.1 Wat is cultuur?Ondernemen over de grenzen betekent zakendoen met personen die andere gewoonten, normen enwaarden hebben. Kennis van cultuur is belangrijk bij internationaal ondernemen. Cultuur beïnvloedtde manier waarop de mens leeft, denkt, zich organiseert, communiceert en waarneemt.

Figuur 3.1 (zie: hfst. 3; p. 68; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de drie niveaus van mentale programmering:

• Persoonlijkheid (specifiek voor individu, aangeboren en aangeleerd)• Cultuur (specifiek voor groep, aangeleerd)• Menselijke cultuur (aangeboren, universeel)

Figuur 3.2 (zie: hfst. 3; p. 69; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont het uidiagram van de Nederlandse socioloog Hofstede. De ui bestaat uit de volgende vierlagen:

• Symbolen: bepaalde kenmerken van een cultuur, die voor iedereen waarneembaar zijn. Zovallen in Nederland ‘gezellig en leuk’ en een glas melk en broodje pindakaas bij de lunchonder dit begrip;

• Helden: levende of dode, echte of fictieve personen die in een cultuur in hoog aanzien staan;• Rituelen: karakteristieke handelingen die van generatie op generatie herhaaldelijk worden

doorgevoerd. Een voorbeeld de Oranjegekte rondom een evenement zoals het EuropeesKampioenschap.

• Waarden: waar een persoon zich in zijn diepste wezen aan hecht.

Figuur 3.3 (zie: hfst. 3; p.70; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de verschillende niveaus van cultuur:

• Nationale cultuur• Zaken/sectorcultuur• Bedrijfscultuur• Individueel gedrag.

3.2 Elementen van cultuurIn deze paragraaf worden de belangrijkste elementen van cultuur beschreven:

• Religie;• Taal: waar non-verbale communicatie belangrijk is, maar ook tijd, ruimte, zakelijke

overeenkomsten, vriendschapspatronen.• Sociale culturen:

• Opdeling gemeenschap in groepen• Rol van het individu

3.3 Indelen van culturele verschillenMet het contextbegrip van Hall worden de culturen vergeleken op basis van contextgevoeligheidvan relaties, die hoog en laag kunnen zijn.

• Lage context: haast geen sprake van een relatie;• Hoge context: relaties zijn zo sterk, dat men van elkaar weet wat men bedoelt, zonder verbaal

contact.

9© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 10: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Geert Hofstede bedacht vijf dimensies die kenmerkend zijn voor de waardesystemen van nationaleculturen:

• Masculiniteit en femininiteit: de verdeling van de rollen tussen mannen en vrouwen binnende maatschappij. In een masculien land worden de sekserollen duidelijk gescheiden. Bijfeminiene culturen lopen de mannelijke en vrouwelijke rollen in elkaar over.

• Het individualisme: de culturele houding waarbij het belang van de enkeling boven dat vande groep staat.Hofstede onderscheidt:• Collectivistische culturen: de gemeenschappelijke belangen zijn groter dan die van het

individu;• Individualistische culturen: belangen van individu staan boven die van de groep.

• De machtsafstand: de machtsafstand en ongelijkheid in de cultuur; tussen sociale klassen,man en vrouw, ouder en kind, werkgever en werknemer.

• De onzekerheidsvermijding: de angst voor de toekomst binnen een bepaalde cultuur. Heefteen land een hoge onzekerheidsvermijding, dan worden er veel regels gehanteerd.

De termijngerichtheid: de mate waarin de maatschappij is gericht op de toekomst of juist op hetheden.

Een model waar dieper wordt ingegaan op de relatiecontext van Hall zijn de relationelecultuurvariabelen van Trompenaars. Hij vraagt zich af hoe een onderneming beïnvloed wordtdoor de volgende zeven variabelen:

• Interne versus externe sturing• Sequentieel versus synchronisch• Specifiek versus diffuus• Prestatie versus toeschrijving• Universalisme versus particularisme• Individualisme versus communitarisme• Neutraal versus affectief

3.4 EthiekEthiek is een bezigheid omtrent de kritische bezinning over het juiste handelen. Het zijn standaarden,normen, principes voor het individueel of ondernemingsgedrag.

Figuur 3.8 (zie: hfst. 3; p.70; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de relatie tussen ethiek en het recht.

De morele standaarden en de cultuur in het land beïnvloeden de volgende relaties:• Politieke relaties (naleving van de wet, corruptie, etc.)• Werknemersrelaties (beloning, veiligheid);• Klantenrelaties (prijs, kwaliteit);• Organisatorische relaties (samenwerkingsvormen);• Economische relaties (financieringen).

10© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 11: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 4 Management & organisatie in een internationaleomgeving

4.1 Internationaliseren?Een onderneming die de buitenlandsemarkt gaat betreden kan tegen de volgende problemen oplopen:

• Zelf-referentiecentrum ofwel de gewoonten en gebruiken in het thuisland en de gewoonten,gebruiken en culturen in het buitenland over één kam scheren;

• Interne organisatie moet danig worden aangepast;• Aanloopperiode moet worden overleefd;• Kosten en risico’s zijn beduidend hoger in buitenland.• Er is meer werkkapitaal nodig;• Producten moeten drastisch worden aangepast.

4.2 Strategisch managementOndernemingen kunnen toetreden tot de buitenlandse markt zien als een strategische keuze om tegroeien. Voordat de onderneming deze groei realiseert, zal het een strategisch plan moeten opstellen,dat deel uitmaakt van internationaal strategisch management: een allesbepalend en omvattendplanningsproces voor formuleren en implementeren van strategieën zodat de onderneming effectiefkan concurreren in de buitenlandse markt.Voordat zo’n plan kan worden geschreven, moet een onderneming eerst antwoord geven op crucialeen basale vragen:

• Welke producten of diensten gaan we op de buitenlandse markt aanbieden?• Hoe gaan we deze producten of diensten inkopen?• Hoe gaan we deze producten of diensten verkopen?• Waar en hoe gaan we deze producten aanbieden?• Welke buitenlandse markten zijn aantrekkelijk en welke niet?• Is de organisatie capabel om de buitenlandse markt überhaupt te betreden?• Wat zijn de kansen op winstgevendheid en hoe snel verwachten we winst?

Het formuleren van een internationale strategie kan aan de hand van vijf stappen:1. Visie, missie, waarden2. SWOT en groeimotoren3. Strategische doelen formuleren4. Tactische doelen en plannen maken5. Evaluatie- en controlesysteem opzetten

Een visie is het toekomstbeeld van de onderneming. Demissie beschrijft de manier waarop de visiewordt gerealiseerd en de waarden van een onderneming beschrijven de manier waarop de missiewordt gerealiseerd.

Bij de tweede stap wordt de interne omgeving bestudeerd, aan de hand van de SWOT en de bepalingvan vijf groeimotoren.

SWOT staat voor Strengths (sterktes), Weaknesses (zwaktes), Opportunities (kansen) en Threats(bedreigingen), die uit de interne omgeving (S en W) en de externe omgeving (O en T) wordenbepaald.

11© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 12: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Figuur 4.2 (zie: hfst. 4; p.103; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont het evenwicht in de vijf groeimotoren en koppeling met de SWOT. De vijf groeimotoren zijn:

• Markt;• Technologie;• Mensen;• Organisatie;• Kapitaal.

De te formuleren strategische doelen moeten haalbaar, meetbaar en realiseerbaar zijn. Weonderscheiden internationale strategie, multinationale strategie en mondiale strategie.

Stap 4 omvat de taak om de in stap 3 benoemde strategieën te kunnen verwezenlijken. Dit kan dooréén of meerdere afdelingen worden gedaan, bijvoorbeeld door: Marketing, R&D, Productie, Sales.

De laatste stap omvat de controle en evaluatie.

4.3 Value Chain analyseFiguur 4.3 (zie: hfst. 4; p. 105; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de waardeketen (value chain) van Michael Porter. Het model is gericht op het verkrijgen enbehalen van een concurrentievoordeel en onderscheidt zich door primaire en ondersteunendeactiviteiten.De primaire activiteiten voegen rechtstreeks waarde toe aan de onderneming:

• Service;• Marketing en verkoop• Operaties;• Uitgaande logistiek;• Ingaande logistiek.

De volgende activiteiten worden als ondersteunend beschouwd:• Infrastructuur;• Verwerving;• Managen;• Technologische ontwikkeling.

Een onderneming kan door het onderscheiden qua prijs, productdifferentiatie of door een krachtigepositionering van het product een differentieel voordeel verkrijgen.

Voorbeelden uit de praktijk zijn bijvoorbeeld Zeeman (differentiatie op prijs), Heineken met zijnkrachtige proposities (Heerlijk Helder Heineken en Biertje?) en Ferrari, dat met een kwalitatief enexclusief product zich op de nicemarkt richt.

4.4 Strategische planningBij de strategische planning staat de implementatie van de strategie centraal. Een onderneming kaneen afweging maken om wel of niet te plannen.

Een voordeel van plannen is bijvoorbeeld voldoende tijd om voldoende kennis te verwerven en hetleidt tot bewustwording van de onderneming. Een nadeel ervan is de factor tijd.

12© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 13: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

4.5 Interne organisatieHet inrichten van een organisatie met als doel dat medewerkers hun taken kunnen waarmaken wordtook wel interne organisatie genoemd.

Ondernemingen die actief zijn op de buitenlandse markt kennen vier werkniveaus:• Productgericht;• Marktgericht eenvoudig.• Marktgericht absoluut;• Marktgericht complex.

4.6 Human Resource ManagementPersoneel is voor elke onderneming belangrijk, zo ook voor een onderneming die aan de vooravondvan internationalisering staat. Door ontwikkeling en het behouden van effectief personeel enaantrekken van adequaat personeel kan een onderneming op effectieve wijze de buitenlandse marktbetreden.

Met betrekking tot internationale personeelsbezetting kan een onderneming kiezen voor driemethoden:

• Geocentrisch: buitenlandse vestiging wordt geleid door de kwalitatief beste manager;• Etnocentrisch: Alle beslissingen worden door de top genomen;• Polycentrisch: Eenmanager afkomstig uit het landwaar zakenwordt gedaan, gaat de vestiging

runnen.

Figuur 4.7 (zie: hfst. 4; p. 116; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de vier niveaus van werken:

• Werk op absoluut niveau: werk dat in ieder land kan worden uitgevoerd;• Werk op professioneel niveau: binnen het specifieke beroep;• Werk op sociaal niveau: binnen sociale verbanden en structuren;• Werk op familieniveau: waar gezinnen in een familiebedrijf werken of de bekendeNederlandse

familiebedrijven die zijn uitgegroeid tot multinational (C&A, Blokker).

13© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 14: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 5 Externe analyse in een internationale omgeving

5.1 Wat houdt een externe analyse in?Naast een interne analyse is het ook van groot belang om de externe factoren te bestuderen. Ditzijn niet-beheersbare factoren, met andere woorden: een onderneming heeft geen invloed op dezefactoren, zoals trends en ontwikkelingen uit de economie, op sociaal cultureel vlak enpolitiek-juridisch gebied. Maar ook factoren uit de bedrijfstak, zoals concurrenten en leveranciers.

Figuur 5.1 (zie: hfst. 5; p.127; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de stappen van de externe analyse, die in de volgende paragrafen nader worden besproken:

• Initiële analyse• Omgevingsanalyse• Marktonderzoek• Marktpotentieel

5.2 Initiële analyseMet de initiële analyse wordt onderzocht of er daadwerkelijk vraag is naar het product. Dit wordtgedaan voordat er überhaupt een omgevingsanalyse (zie paragraaf 5.3) wordt opgesteld.

De initiële analyse kent drie onderdelen:• Business Environment Risk Index (BERI-index): het onderzoeken van de kwaliteit en eventuele

risico’s van het land waar zaken in wordt gedaan.• Basisbehoefte-analyse: uitzoeken of de vraag aanwezig is. Het uitvoeren van de analyse kan

door middel van deskresearch of met diepte-interviews• Handelscijfersanalyse: bestuderen van handelscijfers van het landwaarin zakenwordt gedaan.

Dit wordt gedaan met de volgende berekeningen:• Dekkingspercentage: voor de verhouding tussen import en export.

Dekkingspercentage = waarde export / waarde import x 100%• Ruilvoet: verhouding tussen prijsindexcijfers van import- en exportgoederen.

Ruilvoet = prijsindexcijfer / prijsindexcijfer import x 100%• Invoerquota: vaststellen van maximale hoeveelheid van een bepaald product (quotum) die

tijdens een periode ingevoerd mag worden.Invoerquota = totale invoer goederen / BBP x 100%

• Uitvoerquota: als invoer. Formule:Uitvoerquota = totale uitvoer goederen / BBP x 100%

5.3 OmgevingsanalyseDe omgevingsanalyse wordt uitgevoerd op macro- en mesoniveau en bestaat uit:

• DESTEP-analyse• Concurrentiekrachtanalyse• Leveranciersanalyse• Distributieanalyse

Figuur 5.4 (zie: hfst. 5; p.134; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de stap van omgevingsanalyse naar de marketingmix.

14© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 15: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Figuur 5.5 (zie: hfst. 5; p.135; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de factoren die bij de DESTEP-analyse worden onderzocht:

• Demografische trends en ontwikkelingen (opbouw bevolking, opleidingsniveau, aantalhuishoudens);

• Economische trends en ontwikkelingen (koopkracht, conjunctuur, bestedingen, valutakoers);• Sociaal culturele trends en ontwikkelingen (cultureel gebied).• Technologische trends en ontwikkelingen;• Ecologische trends en ontwikkelingen (weer, klimaat, milieu);• Politiek/juridische trends en ontwikkelingen (regelgingen en wetten);

In een concurrentiekrachtanalyseworden de volgende onderdelen van de concurrenten bestudeerden beschreven:

• Marktaandelen en omzetten;• Marketingmix;• Aantallen, grootte en financiële posities.

Een vergelijkbare analyse, maar dan op het gebied van toeleveranciers is de leveranciersanalyse.Het analyseren vanmarges van de producten en het onderzoeken waar de producten vandaan komenen wat de kwaliteit van de leveranciers is, zijn onderdelen van deze analyse.

Het kiezen van een distributiekanaal en het organiseren van de distributie van de goederen in denieuwe markt kan makkelijker worden gedaan nadat eerst een distributieanalyse is opgesteld. Devolgende facetten worden behandeld:

• Hoe is de structuur ingericht op het gebied van distributie?• Wat is de aard van de producten? (grootte, houdbaarheid, verpakking)• Marge;• Manier en wijze van toeleveren.

Figuur 5.6 (zie: hfst. 5; p.146; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont een distributiestructuur van een bepaald product.

5.4 MarktonderzoekZodra de gegevens binnen zijn kunnen deze worden verdeeld in primaire en secundaire gegevens.

Primaire gegevens zijn gegevens die specifiek zijn verzameld, terwijl secundaire gegevens opvoorhand al bekend waren. Voorbeelden van de wijze van het verkrijgen van primaire gegevens isvia een observatie, onderzoek of experiment.

Er zijn drie grote verschillen tussen internationaal en nationaal marktonderzoek:• Culturele verschillen• Beschikbaarheid van gegevens• Vergelijkbaarheid van gegevens

5.5 Bepalen marktpotentieelOm het marktpotentieel te bepalen, kan gebruik worden gemaakt van twee methodes:

• Lead-lag analyse: aan de hand van historische cijfers van een land wordt het potentieel ineen te benaderen land bepaald. Zie voor een voorbeeld figuur 5.7 (hfst. 5; p.150; Internationaalondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx).

• Marktschatting: volgens de theorie kunnen aan de hand van gegevens van de ene land, degegevens worden overgenomen voor het andere land.

15© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 16: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 6 Marktentreevormen & internationale marketing

6.1 Buitenlandse samenwerkingVormen van samenwerking tussen buitenlandse en Nederlandse ondernemingen bij het toetredenvan een markt worden ook welmarktentree genoemd.

Toegang tot de kennis en technologie van de samenwerkende onderneming, het aanbieden van eennog ruimer assortiment en de toegang tot grotere afzetmarkten zijn redenen voor samenwerkingmet een buitenlands bedrijf.

Een onderneming kan op diverse manieren de buitenlandse markt betreden:• Directe investering;• Strategische samenwerking of alliantie;• Export van het product of dienst.

Een relatie tussen twee ondernemingen waarbij kernmiddelen, kennis en capaciteiten met elkaarworden gedeeld met als doel het verbeteren van de concurrentiepositie noemen we een strategischealliantie.

Voordelen van een strategische alliantie:• Toegang tot nieuwe technologieën;• Risicospreiding;• Efficiency door economic of scale;• Delen van grote/kostbare investeringen.

6.2 SamenwerkingsvormenWe onderscheiden contractuele en participerende samenwerkingsvormen. Het verschil hierin is datbij de participerende vorm door twee of meer ondernemingen een eigen vermogen voor desamenwerking wordt opgebouwd.

We kennen de volgende contractuele samenwerkingsverbanden:• Bij piggyback maakt een exporteur (rider) gebruik van het afzetkanaal van een

collega-exporteur (carrier);• Bij een joint-selling gaan ondernemingen samenwerken en gebruikmaken van elkaars kennis

en sterke punten;• Franchising is een methode van zakendoen waarbij een ondernemer (de franchisenemer)

een contract sluit met de eigenaar van een handelsnaam (franchisegever) die de nemer hetrecht geeft om tegen betaling een zaak met die handelsnaam te exploiteren. In het kader vanexport betekent dit dat een franchisenemer gebruik mag maken van de marketingstrategieen deze in het buitenland mag kopiëren.

• Licentie: samenwerking met een in het buitenland gevestigde ondernemer (licensor) die hetrecht verleent (aan de licensee) om gebruik te maken van zijn industriële eigendom.

• De handelsagentis een zelfstandig ondernemer die optreedt als bemiddelaar tussen exporteur(verkoper) en afnemer.

• Een importeur koopt producten op en verkoopt deze door binnen het eigen netwerk enafnemers;

• Joint marketing is een samenstelling van ondernemingen die dezelfde marketingvormkiezen;

16© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 17: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

• Inkoop- en exportcombinaties die binnen een productgroep verantwoordelijk zijn voor in-en uitvoer;

• Het handelshuis / de groothandel: in het Verre Oosten een belangrijke entreestrategie.Voordelen:

• Goede kennis lokale markt• Relatief lage kosten• Eenvoudige wijze van exporteren.

De volgende vormen van participerende ofwel samenwerkende ondernemingen zijn te onderscheiden:• Turnkey-contract: waar design en uitvoering van een bouwwerk in worden bepaald;• Comakership: samenwerking tussen producenten;• Directe investering: aandelenpakket in ander bedrijf nemen om kennis te verkrijgen;• Joint venture: een samenwerkingsverband tussen twee of meerdere partijen om samen één

economische activiteit te ondernemen.

6.3 Directe marktbewerkingsvormEenmarkt kan ook worden betreden zonder dat er een fysieke vestiging wordt geopend. Deze, vaakgoedkopere, alternatieven noemen we directe marktbewerkingsvormen. We onderscheiden:

• Beurzen:• Eigen vertegenwoordiger of eigen verkoopkantoor• E-commerce: de verzamelnaam van alle manieren waarop via computernetwerken handel

gedreven wordt (zoals Bol.com, Amazon)

6.4 Fusie & overnameEen overname is het overkopen van een onderneming door een andere onderneming.

Een fusie daarentegen is een hechte samenwerking tussen twee of meerdere ondernemingen. Wekennen de volgende soorten fusies:

• Conglomeratie: twee ondernemingen die een zakelijk gebied bestieren (Fortis en Rabobank);• Market-extension fusie: twee ondernemingen die inkoop in verschillende internationale

markten samenvoegen;• Product-extension fusie:twee ondernemingen die aanverwante producten op demarkt brengen;• Horizontale fusie: samengaan van concurrerende ondernemingen (Daimler-Benz en Chrysler);• Verticale fusie:samengaan van een producent en de toeleverancier of klant (autofabrikant

die fuseert met bandenfabrikant).

6.5 Outsourcing & outtaskingOutsourcing ofwel uitbesteden is de uitvoering van een proces als gevolg van een strategischekeuze door een onderneming, waarbij een of meer activiteiten worden uitbesteed aan een derdepartij.

Reden voor outsourcing kan kostenbesparing zijn.Outtasking is het aantrekken van externe expertise voor uitvoering van activiteiten of eenmaligeprojecten.

17© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 18: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

6.6 Internationale marketingEen exporterende onderneming kan diverse marketingstrategieën hanteren:

• Global marketing: één marketingbeleid voor de hele wereld (zoals CocaCola);• Multinationale marketing: marketingbeleid rekening houdende met diverse landen, culturen

(voorbeeld McDonalds: moslimlanden halalvlees, Duitsland bratwurst, etc.)• Internationale marketing: marketingbeleid afstemmen op de markt die niet tot het thuisland

behoord.

Een benadering die past bij het beleid van McDonalds zoals hierboven beschreven noemen wegloballocalization-strategie. Een ander voorbeeld van een onderneming die handelt volgens denorm Think globally, act locally is Pringles: die diverse landspecifieke chipsproductenmaakt, zoalsoranjekaas voor de Nederlandse markt.

6.7 Internationale marketingmixDe internationalemarketingmix ofwel de exportmarketingmix omvat de traditionele 4P’s, aangevuldmet personeel, proces en physiek bewijs. De internationale marketinginstrumenten op een rij:

• Product (merk, kwaliteit, eigenschappen)• Prijs (marge, kortingen)• Plaats (directe en indirecte distributie)• Promotie (communicatiemiddelen)• Proces (informatie, beschikbaarheid, betrouwbaarheid)• Physiek bewijs (brochures, websites)• Personeel (motivatie, talen- en exportkennis)

18© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 19: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 7 Interculturele communicatie en management

7.1 Voorbereiden op interculturele communicatieInterculturele communicatie wordt ook wel omschreven als de uitwisseling van informatie tussentwee of meer personen die verschillende culturen kennen.

Ter voorkoming van miscommunicatie dient de ‘zender’ rekening te houden met de vertaling, deuitspraak en de gedachten en gevoelens van de ‘ontvanger’. Andersom is het belangrijk om signalente vertalen in begrippen die hij zelf kent en de informatie zo transparant mogelijk te interpreteren.

Om te communiceren met personen van een andere cultuur zijn een aantal aspecten vereist. Hetculturele-intelligentieproces kent drie stappen:

• Stap 1: bewustwording• Stap 2: kennis• Stap 3: vaardigheden

7.2 Internationaal onderhandelenInternationaal onderhandelen omvat een niet-taakgerelateerde (om kennis met elkaar te maken)interactie en een taakgerelateerde interactie.

Figuur 7.5 (zie: hfst. 7; p. 205; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont hetGedragsmodel van Thomas-Kilmann, waarin de vijf verschillendemanieren en karaktersomtrent tegenstrijdige belangen staan afgebeeld:

• Doordrukken• Vermijden• Samenwerken• Toegeven• Compromis sluiten

7.3 Intercultureel managementOm niet alleen in het thuisland, maar ook in de buitenlandse vestigingen en markt het personeel temanagen dient een manager of ondernemer de volgende kenmerken te beheersen:

• Snel lerend vermogen;• (Inter)persoonlijke (relatie)vaardigheden;• Flexibiliteit;• Simultaan reageren op culturen;• Taalvaardig;• Culturele empathie;• Culturele nieuwsgierigheid.

19© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 20: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 8 Internationaal recht

8.1 Internationaal rechtTabel 8.1 (zie: hfst. 8; p. 219; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de vier belangrijkste rechtstelsels:

• Common law: recht op basis van uitspraken rechter (zonder wetboek);• Civil law: recht op basis van wetboeken en regelingen (Nederlandse recht is gebaseerd op

dit stelsel);• Socialist law: juridische systeem van een communistische staat;• Islamic law: de sharia ofwel de Islamitische wet op basis van de Koran.

8.2 Internationale onderhandelingenEen onderhandelingsproces kent de volgende fasen:

• Verkenningsfase (verkennen van eventuele transactie);• Wilsovereenstemmingsfase (intentieverklaring, voorbehouden of afbreken);• Afsluitingsfase.

8.3 Internationale overeenkomstenEen afspraak tussen twee of meer overeenkomende partijen met rechtsgevolgen noemen we eenovereenkomst.

We kennen mondelinge en schriftelijke overeenkomsten, die beide bindend zijn.

Om problemen of overige onwenselijke taferelen te voorkomen heeft de International Chamber ofCommerce (ICC), de internationale vorm van deKamer vanKoophandel, een aantal modelcontractenopgesteld. De belangrijkste modelcontracten zijn:

• Importeur/distributiecontract;• Agentuurcontract;• Internationaal koopcontract.

Op het terrein van internationale koopovereenkomsten zijn er twee belangwekkende verdragenopgesteld:

• Verdragen die het toepasselijk recht regelen;• Verdragen die het materieel recht (de inhoud van het internationale recht) regelen: zoals het

Weens Koopverdrag.

HetWeens Koopverdrag is een verdrag gesloten door een grote groep staten binnen de VerenigdeNaties. Dit verdrag is alleen van toepassing als internationale ondernemingen dit verdrag in hetcontract noemen. De belangrijkste regel binnen dit verdrag is het eigendomsvoorbehoud: totdateen geleverd goed of product is betaald, is de verkopende partij nog eigenaar.

Algemene voorwaarden zijn de voorwaarden en schriftelijke regels die gelden voor bijna alleovereenkomsten die gebruikers stellen.

De algemene voorwaarden omvatten bijna altijd regels omtrent:• Reclame en garantie;• Verpakking;• Taakverdeling;• Formaliteiten;• Termijnen van betaling en levering;

20© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 21: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

• Geschillenregeling;• Vergunningen;• Sancties, boete, rente, annulering.

8.4 Het toepasselijk internationaal rechtIndien ondernemingen in geschillen terechtkomen over het niet nakomen van afspraken en hetonduidelijk is of nationaal of internationaal recht moet worden gehanteerd, kan een onderneminggebruikmaken van De Rome-1-Verordening. Deze geeft regels indien de ondernemingen geenrechtskeuze in het contract hebben opgenomen bij de volgende overeenkomsten:

• Overeenkomst over intellectuele of industriële eigendom;• Overeenkomst over dienstverrichting;• Koopovereenkomst;• Vervoersovereenkomst;• Distributieovereenkomst;• Franchiseovereenkomst.

8.5 Producteisen en aansprakelijkheidEr is enkel productaansprakelijkheid op roerende goederen die fabrieksmatig geproduceerd zijn.Deze aansprakelijkheid komt echter na tien jaar te vervallen. Naast de eigenaar van de ondernemingvan het product kunnen ook deelnemers aan het productieproces, de importeur en degene die hetproduct levert aansprakelijk worden gesteld.

De CE-markering (Conformité Européenne) is op veel producten te vinden en geeft aan dat hetproduct voldoet aan de daarvoor geldende regels binnen Europese Unie.

Daarnaast moeten ondernemers rekening houden met verpakkingseisen.

8.6 Intellectuele eigendomsrechtenBedrijven zien hun eigen ideeën graag beschermd, zodat anderen (concurrenten) deze niet kunnenovernemen. Intellectuele eigendomsrechten bieden vele beschermingsmogelijkheden.

Een octrooi is een tijdelijk recht in een land (of meerdere) om een ander te verbieden om iets teproduceren, op voorraad te hebben, te verhandelen en bedrijfsmatig toe te passen.

Met hetmerkenrecht krijgt een onderneming een monopolie op het voeren van een merk.Benamingen, tekeningen, afdrukken, stempels, letters, cijfers en vormen van waren of verpakkingenworden dan beschermd.

De volgende merken vallen onder het merkenrecht:• Vormmerken: de omvang van een product (de chips van Wokkels), of de verpakking van

bijvoorbeeld parfum (Jean Paul Gaultier);• Woordmerken: de naam van het product (Red Bull, Warsteiner, etc.);• Combinatie woordbeeldmerken ofwel het logo;• Kleurmerken: enkele of combinatie van een kleur;• Klankmerken: bijvoorbeeld bij een reclame.

Tabel 8.3 (zie: hfst. 8; p. 237; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont een overzicht van intellectuele eigendomsrechten.

21© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 22: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

8.7 Geschillenbeslechting en rechtspraakIndien internationaal handelende ondernemingen met elkaar in een conclaaf of conflict geraken,kunnen ze kiezen voor juridische stappen. Ook kan er gekozen worden voor alternatievegeschillenbeslechting. In dit geval probeert een neutrale derde persoon dit conflict op te lossen. Erkan gekozen worden voor de volgende alternatieve vormen:

• Minitrage en mediation;• Rechtspraak;• Arbitrage;• Waiver of renegotiation;• Bemiddeling.

22© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 23: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 9 Risicomanagement, verzekeringen en financiën

9.1 Risico'sDoor de stijging van wankele factoren kunnen er gevaren en risico’s bij internationaal ondernemenoptreden. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen commerciële handelsrisico’s en politiekerisico’s.

Voor kopende partijen kunnen zich de volgende commerciële handelsrisico’s voordoen:• Koersrisico ofwel valutarisico’s;• Transportrisico;• Niet-leveringsrisico:

• Politiek niet-leveringsrisico: risico’s waar leverancier geen invloed op heeft (rampen,politieke restricties);

• Commerciële niet-leveringsrisico: risico’s van omstandigheden of problemen bij leverancierzelf (faillissement, staking, brand, etc.);

• Risico van afpersing of gijzeling (piraterij);• Kwaliteitsrisico (als kwaliteit van daadwerkelijk geleverde product verschilt met contractueel

afgesproken kwaliteit van het product).

Ook verkopende partijen kunnen risico’s lopen. De verkopende partij kan een van de volgenderisico’s lopen:

• Risico van afpersing of gijzeling (piraterij);• Niet-betalingsrisico;• Bedrijfsrisico (bij faillissement van kopende partij bijvoorbeeld).

Zoals gezegd kan een exporterende onderneming ook te maken krijgen met politieke risico’s. Denkhierbij aan de volgende omstandigheden:

• Deviezentekorten bij structureel tekort aan concurrentievermogen op de wereldmarkt;• Opstand in steden of landen van het handelsland;• Moratoria ofwel uitstellen van een betaling;• Natuurrampen (lawines, aardbevingen, voorbeeld kerncentraleramp Japan 2011);• Burgeroorlog (Arabische Lente in 2011);• Overheidsingrijpen en sancties van de staat.

9.2 RisicomanagementOmdat een exporterende onderneming een grote kans op risico’s kan lopen is risicomanagementeen belangrijk onderdeel binnen de bedrijfsstrategie.

Het stelselmatig, consistent en gerouleerd uitvoeren van risicobeheersing en -beoordeling wordtook wel risicomanagement genoemd.

23© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 24: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Een onderneming kan hiervoor maatregelen nemen, waarbij de volgende vier elementen despeerpunten zijn:

• Continuïteitsmanagement stelt ten doel dat na een eventuele risico of calamiteit, debedrijfsvoering doorgang zal blijven vinden.

• Risicoanalyse: schetsen van een algeheel beeld van alle risico’s die een onderneming kanlopen.

• Risicobeheersing: wordt uitgevoerd na de risicoanalyse en kent twee onderdelen:• Financiële-zekerheidsmaatregelen: voor het opvangen van de eventuele financiële gevolgen

(opbouwen van een financiële reserve);• Preventiemaatregelen:richt zich op de vermindering van de kans op een risico en het beperken

van een eventueel financieel gevolg• Monitoring van trends en ontwikkelingen uit de bedrijfsmarkt

9.3 VerzekeringenWe kunnen verzekeringen onderverdelen in sommenverzekeringen en schadeverzekeringen.

Een sommenverzekering kan worden afgesloten op het leven van een persoon: indien zich eenonzeker voorval voordoet, wordt een vooraf afgesproken bedrag uitgekeerd.

Een schadeverzekering heeft tot doel een verzekerde na het optreden van een verzekerd risicoschadeloos te stellen.

Een verzekering wordt tussen twee partijen afgesloten: de verzekeringnemer en de verzekeraar.

Zo’n verzekeringsovereenkomst wordt opgesteld in een akte, dit wordt de polis genoemd.

Bij een verzekeringsbeurs komen tussenpersonen en verzekeraars samen voor het afsluiten vaneen verzekering met een groot verzekerd bedrag of hoog risico.

9.4 VerzekeringsvormenTabel 9.1 (zie: hfst. 9; p. 257; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de verzekeringsvormen, waar een onderneming gebruik van kan maken:

• Kwaliteitsrisico• Product recall-verzekering;• Productaansprakelijkheidsverzekering;• Product extortion(-verzekering);

• Koersrisico• Wisselkoersclausule;• Koersrisicoverzekering;• Valuta(termijn)contract;• Valutaoptiecontract.

• Niet-betalingsrisico• Politieke risico;• Commerciële risico.

• Transportrisico• Wijze van transport;• Afgesproken leveringsconditie;• Continuïteit van de goederenstroom;

24© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 25: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

• Waarde van de artikelen;• Doorleveringsverplichting aan een koper met een boeteclausule.

9.5 FinanciënBij internationaal ondernemen is het internationale betalingsverkeer een belangrijk onderdeel. Voorstartende ondernemingen wordt geadviseerd om tijdig een bank te betrekken bij een deal.

Bij de vaststelling van de betalingsvoorwaarden wordt rekening gehouden met de volgende zaken:• De eisen van banken en verzekeringsmaatschappijen;• Het onderlinge vertrouwen en de onderlinge relatie;• De hoedanigheid en complexiteit van de wijze van betaling;• De politieke en economische situatie;• De afstand tussen de ondernemingen;• De cultuur;• De trends en ontwikkelingen in de markt.

Figuur 9.1 (zie: hfst. 9; p. 265; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de verschillende betalingsvoorwaarden:

• Blanco betaling: De documenten van de transactie worden gelijk naar de koper gestuurd(en niet eerst naar de bank). Dit wordt gedaan door middel van een cheque. De blanco betalingwordt vaak op vertrouwen en gedaan door partijen die bijvoorbeeld al langer zaken doen.De snelle afwikkeling, lage kosten en makkelijke procedure zijn de voordelen van de blancobetaling.

• Documentair krediet: Een verbintenis van de bank met de verkoper, waarbij de bank aande verkoper de verkoopsommoet voldoen tegen inlevering van de voorgeschreven documenten(ook bekend als Letter of Credit, L/C).

• Clean incasso: De verkopende partij verleent een incasso-opdracht aan zijn bank, om hetgeld te innen bij de afnemer (lijkt op blanco betaling).

• Documentair incasso: Een overeenkomst tussen koper en verkoper, waarbij met behulp vaneen bank aan de koper de documenten worden aangebodenwaarin de onderliggende leveringplaatsvindt.

Er zijn drie typen clausules binnen het documentair incasso:• Documents against Payment (D/P): de incassodocumenten worden geleverd door de bank

aan de afnemer nadat het incassobedrag betaald is• Documents against Acceptance (D/A): de afnemer ontvangt de documenten nadat hij een

wissel heeft geaccepteerd.• Cash against documents (CAD): na betaling in contanten worden de documenten

overgedragen. Deze wijze voorkomt dat de koper zonder te betalen in het bezit komt van degoederen.

Via(internationale) bankgaranties krijgt een ondernemer financiële zekerheid omtrent de correcteuitvoering van het contract dat is afgesloten. We onderscheiden de volgende bankgaranties:

• Advance payment bond (vooruitbetalingsgarantie)• Maintenance bond (onderhoudsgarantie)• Performance bond (uitvoerings- of leveringsgarantie)• Tender of bidbond (inschrijfgaranties)

25© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 26: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

9.6 Internationale financieringEen internationaal opererende ondernemer kan op diverse manieren aan financiering of crediteringkomen. Er zijn diverse ontwikkelingsbanken die de economie stimuleren en zonder winstoogmerkte werk gaan. Bijvoorbeeld diverse multilaterale banken, zoals de EBRD (European Bank ofReconstruction and Development).

Ook factoring en internationale leasing zijn opties voor ondernemers die op zoek zijn naarfinanciering.

26© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 27: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Hoofdstuk 10 Logistiek en douane

10.1 Logistiek bij internationaal ondernemenLogistiek is het organiseren, plannen, besturen en uitvoeren van het vervoer van goederen van deverkopende naar de kopende partij. Het is een discipline van Supply ChainManagement (SCM),wat ook wel integraal ketenbeheer wordt genoemd. Het principe van Supply Chain Managementis dat verbetering van processen en de samenwerking van leveranciers en afnemers zal leiden toteen betere functionaliteit van deelnemende ondernemingen in de keten.

Figuur 10.1 (zie: hfst. 10; p. 281; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de integrale keten, de supply chain.

De haven in Rotterdam en luchthaven Schiphol bij Amsterdam maken Nederland een belangrijkeinternationale speler op logistiek gebied.

10.2 TransportbeleidFiguur 10.4 (zie: hfst. 10; p. 281; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de factoren voor de keuze van transport, die uiteenlopend zijn. We onderscheidentransporteigenschappen en producteigenschappen, die allemaal niet moeten worden onderschat.

Factoren van transporteigenschappen bij vervoer:• Bruikbaarheid;• Kosten;• Frequentie;• Snelheid;• Kans op beschadiging;• Planbaarheid;• Snelheid.

Daarnaast kennen we de factoren bij producteigenschappen: risico, volume, waarde en product ende transportmiddelen: pijpleiding, water, lucht, weg of spoor.

Indien de keuze is gemaakt zal er een vervoersovereenkomst worden opgesteld. Daar zijn driepartijen mee bemoeid: de vervoerder ofwel transporteur, de geadresseerde en de afzender.

In een vervoersdocument moeten tenminste de volgende zaken staan genoteerd:• Plaats en datum waar goederen worden afgeleverd;• Plaats en datum van opmaak van het document;• Afmetingen producten;• INCO-term;• Aantal stuks;• Omschrijving van de goederen;• Manier van verpakken;• Naam en plaats van afzender, vervoerder en de geadresseerde;• Voorschriften waaraan het product moet voldoen.

27© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 28: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

Naast de drie partijen (afzender, vervoerder, geadresseerde) zijn doorgaans een of meerdere vande onderstaande partijen betrokken bij het transport:

• Cargadoor of scheepsagent is verantwoordelijk voor de transportcontracten (tussen rederen verlader) en logistieke activiteiten;

• Verlader: afzender van de goederen;• Reder: eigenaar van een (zee)schip. Indien de schepen van een onderneming onder een

gemeenschappelijke naam in de vaart wordt gebracht, spreken we van een rederij;• Ladingbelanghebbende: degene die de belanghebbende van de lading is. Bijvoorbeeld de

geadresseerde, maar kan ook de verzekeraar zijn;• Stuwadoor is belast met het laden en lossen van de schepen (werkt vaak in opdracht van een

rederij);• Expediteur: organisator van het verzenden van de goederen.

Zojuist is er gesproken over het vervoer in termen van transport. Transport omvat echter meerbedrijvigheden:

• Overslaan of opslaan van goederen, bijvoorbeeld van schip naar trein, naar vrachtauto;• Transportinformatie (zoals documentatie);• Verpakken of de manier van verpakken (emballage), bijvoorbeeld pallet of container;• Reconditioneren: goederen die snel beschadigd zijn, worden vaak na het vervoer gereed

gemaakt.

10.3 VervoersvormenWe kennen zes manieren van transport:

• Water (binnenvaart of scheepsvaart), we onderscheiden:• LCL (Less than container load): zendingen voor verschillende ontvangers;• FCL (Full container load): gehele container voor één geadresseerde.

• Luchtwaar tijdswinst een grote voordeel is;• Weg (per vrachtauto), we onderscheiden:

• LTL (Less Than full Truck Load): zendingen voor verschillende ontvangers;• FTL (Full Truck Load): complete lading.

• Pijpleiding, populair voor vervoer van aardgas of aardolie;• Spoor, voor vervoer van haven naar buitenland;• Combinatie van bovenstaande transportwijzen.

Figuur 10.2 (zie: hfst. 10; p. 290; Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh, M. Hendrickx)toont de voor- en nadelen per transportwijze op variabelen (die in 10.2 zijn besproken).

10.4 Internationaal vervoersrechtVoor diverse transportwijzen, zijn diverse specifieke regels opgesteld. Sinds 2011 is er echter eenintegraal verdrag: de Rotterdam Rules.

10.5 ICT en logistiekDoor technologische ontwikkelingen en voor tijdsbesparing, kent logistiek de volgendeICT-toepassingen:

• Tracking en tracing: opsporen en terughalen van producten;• RFID: identificatie met radiogolven;• ERP: Enterprise Resource Planning, voegt informatie samen tot één database;• EDI: Electronic Data Interchange: elektronische uitwisseling van berichten;

28© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.

Page 29: Uittreksel van Internationaal ondernemen · Hoofdstuk2 Politieke&economischeomgeving 2.1Vrijehandel DoorvrijverkeervangoederenendiensteninEuropa,hebbenconsumenteneengroterekeuze.Het

10.6 DouaneDe douane is belast met de douanewetgeving en goederenbewegingen in een land. Douane is eenoverheidsdienst en kent drie hoofdtaken:

• Bewaking correcte toepassing van wet- en regelgeving;• Innen en heffen van belasting;• Stoppen en controle goederen aan de grens.

Bij handel binnen de Europese Unie zijn er geen douanedocumenten nodig, buiten de EU echterwel.

We kennen een aantal specifieke douaneregelingen:• Tijdelijke invoer: waar geen invoerrechten gelden;• Douane-entrepot: goederen worden opgeslagen zonder dat er invoerbelastingen worden

betaald;• Actieve veredeling: goederen bij douane-entrepot mogen niet worden bewerkt, bij deze

regeling zou dat zonder betalen van invoerbelasting wel mogen;• Passieve veredeling: tijdelijk uitvoeren van producten, om in dat land het te laten bewerken.

Ondanks transport binnen de EU, moeten producten zijn voorzien van documenten. We kennen devolgende categorieën documenten:

• Oorsprongdocumenten;• Transportdocumenten;• Vergunningen voor import en export;• Administratieve documenten;• Overige documenten die diverse doelen dienen.

29© Students Only B.V. – Alle rechten voorbehouden.Bron : Internationaal ondernemen – R. Jethu-Ramsoedh e.a.