SOG 0910150 Culturele Ruimtevoorziening
-
Upload
sog-secretaris -
Category
Documents
-
view
213 -
download
1
description
Transcript of SOG 0910150 Culturele Ruimtevoorziening
Rondvraag
Datum: 21 januari 2010
Van: SOG-fractie 2009-2010
Aan: College van Bestuur RUG
Betreft: Ruimtevoorziening Culturele Studentenorganisaties
Inleiding
In april 2009 is er een inventarisatie van knelpunten en oplossingsrichtingen voor cultureel
ruimtegebruik binnen de RUG en de HG geweest, uitgevoerd door Paul van Dam. De
problemen die hierin genoemd worden bestaan nog steeds en met de aanbevelingen is nog
niet genoeg gedaan. Deze rondvraag heeft tot doel de problematiek opnieuw te
agenderen en spijkers met koppen te slaan betreffende de oplossingen.
Probleemschets
Een deel van de 31 verenigingen met culturele activiteiten heeft problemen met het
vinden/gebruiken van geschikte oefenruimtes. Enerzijds is het onduidelijk welke plekken
binnen de RUG en HG gebruikt kunnen worden door een gebrek aan een centrale plek waar
dit te vinden is. Anderzijds is het voor veel verenigingen duur om gebruik te maken van
sommige oefenruimtes omdat hier voor hun begroting grote bedragen aan huur voor
worden gevraagd.
Voorstel
De SOG-fractie deelt de mening van Paul van Dam en is van mening dat een centraal punt
voor overzicht en reservering van ruimtes een grote toegevoegde waarde heeft voor de
cultureel actieve verenigingen. Een dergelijk ‘loket’ zou door de Usva en CAST geëxploiteerd
kunnen worden gezien dit de meest logische aanspreekplekken voor de culturele
verenigingen zijn en het een goede opstap is naar de Usva als koepelorganisatie en een stap
voorwaarts in de samenwerking met de CAST.
De kostendrempels kunnen aangepakt worden doordat er tussen de RUG en de HG
afspraken worden gemaakt over gereduceerde tarieven voor de huur en gebruik van een
ruimte door culturele organisaties. De Usva en de CAST kunnen hierbij bemiddelen. Ook wil
de SOG als best practice de CAST aandragen die culturele organisaties gebruik laat maken
van ruimtes in ruil voor bijvoorbeeld een voorstelling. In dit laatste geval is sprake van een win-
win situatie gezien beide partijen er baat bij hebben. Ook hierbij kunnen de CAST en Usva
bemiddelen.
Voor de lange termijn is het de aanbeveling bij toekomstige
aanbestedingen/bouw/verbouw/huur van gebouwen rekening te houden met nieuwe
ruimtes die voor culturele activiteiten gebruikt kunnen worden. Ook zou in de inventarisatie
van ruimtes buiten de RUG en HG opgenomen kunnen worden (kerken, buurthuizen), zodat
deze best practices (als ze goedkoop zijn bijvoorbeeld), voor alle verenigingen bekend zijn.
Daarnaast kan er gesproken worden met de Gemeente Groningen om daar de
mogelijkheden te inventariseren. Voor een uitgebreide beschrijving wordt verwezen naar het
betreffende rapport van Paul van Dam.
Conclusie
Deelt het College van Bestuur de mening dat met het uitvoeren van bovenstaande
maatregelen op het gebied van centralisering en verlaging van kostendrempels de
ruimteproblematiek van de cultureel actieve verenigingen serieus genomen wordt en in
hoeverre kan zij uitspraken doen over de uitvoering ervan.