Riorama 08

Periodiciteit: driemaandelijks I Afgiftekantoor: Oostende X I P915318 I Verantwoordelijke uitgever: Filip Cossement I Boulevard des Canadiens 118 B-7711 Dottignies

Riool- en hemelwaterbeheer van a tot z

met demedewerking van

VA K B L A D V O O R R I O O LT E C H N O L O G I E • O K T / N O V / D E C 2 0 1 4 • J A A R G A N G 2

08


Riool- en hemelwaterbeheer van a tot z



08


(Foto Lier belicht)

Riolen verraden druggebruik in Belgische steden

VDV cleaning pakt oud Antwerps rioleringsnetwerk aan

Innovatief product voorkomt opbouw H2S



08

[email protected]

+32 2 720 90 10

Xylem helpt u uw operationele en maatschappelijke doelen te bereiken en de CO2 uitstoot van uw activiteiten te verlagen.

U heeft nu de kans om de voordelen van de nieuwste Xylem producten zelf te ervaren en zonder enkel risico te beoordelen of deze een aanwinst zijn voor uw bestaande of nieuwe installatie.

Profiteer nu van onze unieke Try & Buy actie waarmee u verstoppingsvrije, energiezuinige pompen en andere apparatuur van wereldklasse gratis kunt uitproberen. Mocht de apparatuur niet aan uw verwachtingen voldoen (wat niet waarschijnlijk is) dan vervalt de overeenkomst zonder kosten.

Informeer naar de voorwaarden van Try & Buy.

[email protected]

+32 2 720 90 10

Xylem helpt u uw operationele en maatschappelijke doelen te bereiken en de CO2 uitstoot van uw activiteiten te verlagen.

U heeft nu de kans om de voordelen van de nieuwste Xylem producten zelf te ervaren en zonder enkel risico te beoordelen of deze een aanwinst zijn voor uw bestaande of nieuwe installatie.

Profiteer nu van onze unieke Try & Buy actie waarmee u verstoppingsvrije, energiezuinige pompen en andere apparatuur van wereldklasse gratis kunt uitproberen. Mocht de apparatuur niet aan uw verwachtingen voldoen (wat niet waarschijnlijk is) dan vervalt de overeenkomst zonder kosten.

Informeer naar de voorwaarden van Try & Buy.

RIORAMA

Vakblad voor riooltechnologie. Gratis verspreid in Vlaanderen naar:aannemers rioolwerken & waterwerken, burgerlijke bouwkunde, technische diensten steden en gemeenten, inter-com-munales en studiebureaus.

PERIODICITEIT

Driemaandelijks

HOOFDREDACTIE

Tilly BaekelandtT 056/33 42 72E [email protected]

REDACTIE

Bart Vancauwenberghe Koen VandepopulierePhilip DeclerqE [email protected]

VORMGEVING

Ruth Van ThuyneE [email protected]

RECLAME-ADVIES

Katja WijffelsT 0473/86 59 70E [email protected]

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER

Filip CossementCanadezenlaan 118 - B-7711 DottenijsT 056/77 13 10F 056/77 13 11E [email protected] www.fcomedia.be

Niets uit deze uitgave mag worden verveel-voudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor de inhoud van de advertenties zijn enkel de adverteerders aansprakelijk

0818

LID VAN DE UNIE VAN DE UITGEVERS

VAN DE PERIODIEKE PERS

15

NUTTIGE ADRESSEN ....................................................................................... 04

INSIDE NEWS ............................................................................................... 06

BEURSNIEUWS

Recordaantal bezoekers voor Aquarama Vakbeurs ................................................. 08

Rioleringssector verzamelt op InfraTech ............................................................. 10

PROJECTEN

VDV cleaning pakt oud Antwerps rioleringsnetwerk aan ........................................ 12

Ecologische oeverversterking langs de nieuwe A11 .............................................. 22

TECHNIEK

Innovatief product voorkomt opbouw H2S .......................................................... 18

REPORTAGES

Aquafin gaat voor volwaardige partnerships en Minder Hinder ............................... 15

Infiltratieblokken vrijwaren riolering ................................................................. 19

“PTV 823: rioleringsproducten in zwavelbeton” is een feit! .................................... 20

FEBE bekroont meest opmerkelijke prefab betonrealisaties .................................... 23

ONDERZOEK

Riolen verraden druggebruik in Belgische steden ................................................ 24

FEDERATIES

VLARIO komt met de provinciale contactdagen naar zijn leden toe ..........................27

RioPACT ondersteunt gemeenten bij opmaak van zoneringsplannen ........................ 30

JURIDISCH

De financiële flow in de watersector: What goes in, must come out........................ 32

PRODUCT NEWS ............................................................................................ 34

INHOUD

AANNEMERS RIOOLWERKEN

Aswebo nvBooiebos 4

9031 Drongen

09/282 60 30

www.aswebo.be

DeckxGoormansdijk 17A

2480 Dessel

014/38 76 70

www.deckx-ao.be

Stadsbader

Kanaalstraat 1

8530 Harelbeke

056/26 06 65

www.stadsbader.com

AFVOERGOTEN

ACO Passavant n.v.Preenakker 8

1785 Merchtem

052/38 17 70

www.aco.be

• AANNEMERS

RIOOLWERKEN

• AFVOERGOTEN

• BETON

• BUFFERSYSTEMEN

• BUIZEN

• COLLECTOREN

• DETECTIESYSTEMEN

• DOORPERSBUIZEN

• DUIKERS

• FITTINGS

• GEURBESTRIJDING

• GRAAFMACHINES

• GRACHTELEMENTEN

• INSPECTIECAMERA'S

• INSPECTIEPUTTEN

• INTEGRALE

WATERBEDRIJVEN

• KEURING EN

KEURINGSYSTEMEN

• KOKERELEMENTEN

• KUNSTSTOF

• LEIDINGSYSTEMEN

• LIJNAFWATERING

• MACHINES VOOR RIOOLRE-

NOVATIES

• MANCHETTEN

• OEVERVERSTERKING

• PERSLEIDING

• POMPEN

• REGENWATERBEHEER

• RIETZUIVERING

• RIOOLAFSLUITERS

• RIOOLBEHEERDERS

• RIOOLDEKSEL

• RIOOLONDERHOUD

• RIOOLREINIGING

• RIOOLRENOVATIE EN

RIOOLRENOVATIE-

SYSTEMEN

• SEPTISCHE TANKS

• STUDIEBUREAUS

• TUNNEL BORINGEN

• VERHUUR

• VERTICAL BORINGEN

• WARMTERECUPERATIE

• WATERMAATSCHAPPIJEN

• WATERZUIVERING

GRACHTELEMENTEN

Beton De Clercq nv

Steenkaai 111

8000 Brugge

050/31 73 61

www.declercq-beton.be

Betonfabriek De Bonte

Beton - Van Hecke NV

Sint-Annastraat 55

9250 Waasmunster

052/47 33 20

www.debonte-vanhecke.be

INSPECTIECAMERA'S

Camtronics nv

Ekkersrijt 3209

NL - 5692 CG Son

+31 (0) 499 49 45 90

www.camtronics.nl

INSPECTIEPUTTEN

Alkern Site VOR Beton NV

Ieperseweg 112

8800 Roeselare

051/23 24 20

www.alkern.be

Beton De Clercq nv

Steenkaai 111

8000 Brugge

050/31 73 61




Sint-Annastraat 55

9250 Waasmunster

052/47 33 20


HOBAS Benelux BV

Marconistraat 11-10

NL - 4004 JM Tiel

0031 344 82 00 30

www.hobas.com

Stradus Aqua

Breeërweg 33

3860 Neeroeteren

089/86 01 74

www.stradusaqua.be

INTEGRALE WATERBEDRIJVEN

TMVW

Stropstraat 1

9000 Gent

09/240 03 76

www.water-link.be

Onderstaande rubriek wordt ter beschikking gesteld van aannemers, studiebureaus en bedrijven actief in de riooltechnologie. Wie zijn gegevens in de rubriek nuttige adressen wenst te publiceren kan naam, adres, telefoonnummer en website sturen naar [email protected], dit met vermelding onder welke categorie u wenst te staan. Gelieve eveneens uw facturatiegegevens toe te voegen.

Eén jaar aanwezigheid in de rubriek “Nuttige adressen“ in Riorama en op www.riorama.be kost 350 euro. Wie onder meerdere categorieën wenst te staan betaalt 150 euro/extra rubriek. (Prijzen exclusief BTW)

NUTTIGE ADRESSEN

Eurodal nv

Industrieweg 14

2280 Grobbendonk

014/50 05 91

www.eurodal.be

BUIZEN


Ieperseweg 112

8800 Roeselare

051/23 24 20

www.alkern.be Beton De Clercq nv

Steenkaai 111

8000 Brugge

050/31 73 61




Sint-Annastraat 55

9250 Waasmunster

052/47 33 20


Stradus Aqua

Breeërweg 33

3860 Neeroeteren

089/86 01 74

www.stradusaqua.be

Vigotec Akatherm

Schoonmansveld 52

2870 Puurs

03/860 01 90

www.vigotecakatherm.be

DOORPERSBUIZEN

HOBAS Benelux BV

Marconistraat 11-10

NL - 4004 JM Tiel

0031 344 82 00 30

www.hobas.com

DUIKERS

HOBAS Benelux BV

Marconistraat 11-10

NL - 4004 JM Tiel

0031 344 82 00 30

www.hobas.com

GEURBESTRIJDING

QM Environmental

Services Ltd.

Henricuskade 123A

NL - 2497 NB Den Haag

0031 15 737 0486

www.qmes.nl

BETON

Beton De Clercq nvSteenkaai 111

8000 Brugge

050/31 73 61




Sint-Annastraat 55

9250 Waasmunster

052/47 33 20


Stradus Aqua

Breeërweg 33

3860 Neeroeteren

089/86 01 74

www.stradusaqua.be

BUFFERSYSTEMEN

ACO Passavant n.v.

Preenakker 8

1785 Merchtem

052/38 17 70

www.aco.be

CATEGORIEËN

RIORAMA4 RIORAMA4

KEURING EN KEURINGSYSTEMEN

Teccon bvba

Kleimoer 16

9030 Mariakerke - Gent

09/380.36.82

www.teccon.be

VLARIO

De Schom 124

3600 Genk

03/827 51 30

www.vlario.be

KOKERELEMENTEN

Beton De Clercq nv

Steenkaai 111

8000 Brugge

050/31 73 61


Stradus Aqua

Breeërweg 33

3860 Neeroeteren

089/86 01 74

www.stradusaqua.be

KUNSTSTOF

Kurio vzw

Diamant Building -

A. Reyerslaan 80

1030 Brussel

0473/533 904

www.kurio.be

Vigotec Akatherm

Schoonmansveld 52

2870 Puurs

03/860 01 90


LIJNAFWATERING


Ieperseweg 112

8800 Roeselare

051/23 24 20

www.alkern.be

Stradus Aqua

Breeërweg 33

3860 Neeroeteren

089/86 01 74

www.stradusaqua.be

MACHINES VOOR RIOOLRENOVATIES

MMB machines

Industrielaan 23

9320 Erembodegem

+32 (0)53/70 18 91

www.mmbmachines.be

MANCHETTEN

Vigotec Akatherm

Schoonmansveld 52

2870 Puurs

03/860 01 90


OEVERVERSTERKING


Ieperseweg 112

8800 Roeselare

051/23 24 20

www.alkern.be

PERSLEIDING

Vigotec Akatherm

Schoonmansveld 52

2870 Puurs

03/860 01 90


POMPEN

Aquarech

Hoekstraat 15 D

9270 Laarne

09/366 25 99

www.aquarech.be

Edo Pumps NV

Kerkhofstraat 238

2850 Boom

03/888 23 58

www.edopumps.be

N.V. Grundfos Bellux S.A.

Boomsesteenweg 81-83

2630 Aartselaar

03/870 73 00

be.grundfos.com

Wilo nv

Rusatiralaan 2

1083 Ganshoren

02/482 33 33

www.wilo.be

Xylem Water Solutions

Vierwinden 5B

1930 Zaventem

02/720 90 10

www.xylemwatersolutions.com

RIETZUIVERING

Rietland bvba

Van Aertselaerstraat 70

2322 Minderhout

03/294 02 65

www.rietland.com

RIOOLAFSLUITERS

Lansas B.V.

Zoerbeemden 4

NL - 6245 LR Eijsden

0031 43 409 36 50

www.lansas.nl

RIOOLBEHEERDERS

Infrax

Koningsstraat 55 bus 15

1000 Brussel

078/35 30 20

www.infrax.be

PIDPA

Desuinlei 246

2018 Antwerpen

03/216 88 88

www.pidpa.be

TMVW

Stropstraat 1

9000 Gent

09/240 03 76

www.water-link.be

RIOOLDEKSEL

Stradus Aqua

Breeërweg 33

3860 Neeroeteren

089/86 01 74

www.stradusaqua.be

RIOOLONDERHOUD

QM Environmental

Services Ltd.

Henricuskade 123A

NL - 2497 NB Den Haag

0031 15 737 0486

www.qmes.nl

RIOOLREINIGING

VDV Cleaning nv

Waaslandlaan 8A2

9160 Lokeren

09/367 83 80

www.vdvcleaning.be

RIOOLRENOVATIE EN RIOOLRENOVATIESYSTEMEN

Channeline International LLTD/RDM ConsultingKerkveld 31

1831 Diegem

0471/205 305

www.rdmconsulting.be

HOBAS Benelux BV

Marconistraat 11-10

NL - 4004 JM Tiel

0031 344 82 00 30

www.hobas.com

Incafin nv

Iepersestraat 59

8500 Kortrijk

056/775 981

www.incafin.com

Smet-Tunneling nv

Kastelsedijk 64

2480 Dessel

014/38 97 15

www.smetboring.be

STUDIEBUREAUS

Tauw België nv

Remylaan 4C Box 3

3018 Leuven

016/35 28 10

www.tauw.be/water

TUNNEL BORINGEN

Smet-Tunneling nv

Kastelsedijk 64

2480 Dessel

014/38 97 15

www.smetboring.be

VERTICAL BORINGEN

Smet-Tunneling nv

Kastelsedijk 64

2480 Dessel

014/38 97 15

www.smetboring.be

WARMTERECUPERATIE

Benvitec

Koolmijnlaan 185

3582 Beringen

011/450 450

www.benvitec.be

WATERZUIVERING

Aquafin NV

Dijkstraat 8

2630 Aartselaar

03/450 45 11

www.aquafin.be

RIORAMA 5RIORAMA 5

Intensieve samenwerking Rental Pumps België BVBA en Janssen Rioleringstechniek BV

Adviesbureau Dirk De Groof opent tweede vestiging in Antwerpen

Bjorn Degrande nieuwe Account Manager C&I bij DYKA

Om plaatselijk dichter bij de klanten te staan en een nog betere dienst-verlening te kunnen garanderen in de provincie Antwerpen, heeft Ad-viesbureau Dirk De Groof sinds augustus 2014 in de hoofdstad ervan een tweede vestiging geopend. Hierdoor wordt een meer intensieve sa-menwerking met bouwheren en architecten bekomen. Het grootste deel van het dertigkoppige team blijft gestationeerd in het hoofdkantoor te Putte (Mechelen). Bureau Dirk De Groof is in de rioleringsbranche ge-kend voor uitvoering van de wettelijke keuring van private riolerings-stelsels, met als expertise complexe installaties.

• www.dirkdegroof.be

Het DYKA sales-team werd op 1 oktober versterkt met een nieuwe Ac-count Manager voor Civiel & Infrastructuur. Deze functie werd opgeno-men door Bjorn Degrande.Het segment Civiel & Infrastructuur spitst zich toe op wegenbouw, in-frastructuurwerken, gestuurde boringen en applicaties zoals water, gas en telecom. Bjorn Degrande is momenteel volop bezig met het bezoe-ken van de klanten uit dit segment. Mocht u ook kennis willen maken met hem, dan kan u zijn gegevens terugvinden op de website van DYKA. Uiteraard kan u met al uw vragen en opmerkingen ook nog steeds te-recht bij de binnendienst medewerkers en filialen.

• www.dyka.be

Pompverhuurder Rental Pumps België zal vanaf januari 2015 inten-sief samenwerken met de firma Janssen Rioleringstechniek uit Eijs-den NL. Hierdoor wordt Rental Pumps, gevestigd te Dendermonde en sinds 2001 actief op de Belgische markt als gespecialiseerd be-drijf in verhuur, verkoop, reparaties en serviceverlener aan pompen en pompsystemen de uitvalsbasis voor Janssen Rioleringstechniek voor Vlaanderen en Brussel. Beide bedrijven opereren in dezelfde markt van de wegen waterbouw en hebben elk in hun specifiek vakgebied dezelfde visie en dynamiek. Zo is Janssens Riolerings-techniek specialist in verhuur van rioolafsluiters en allerhande spe-cifiek materieel voor de riolenbouw, en heeft Rental Pumps alle kennis en pompmaterieel in huis om riolen om te pompen tijdens werkzaamheden of calamiteiten. Voortaan kan men dus terecht op één adres in de Killeweg in Dendermonde. Door deze synergie zullen de klanten van beide bedrijven kunnen genieten van een betere en snellere dienstverlening. In 2015 start Rental Pumps met de bouw van een nieuwe, grotere vestiging in Dendermonde om de activitei-ten uit te breiden en de samenwerking verder uit te bouwen.

• www.rentalpumps.eu

RIORAMA6

INSIDE NEWS

Bureau Notermans adviseert 15.000 burgers bij het afkoppelen van regenwater

Sinds 2005 voorziet Vlaanderen in het verplicht scheiden van regenwater en afvalwater bij de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel op het openbaar domein. Van bij de aanvang was het duidelijk dat dit voor de burger een zware inspanning en vaak een complex verhaal betekent. Al snel ontstond de taak van afkoppelingsdeskundige. Sinds het prille begin is Bureau Notermans in deze hoedanigheid actief in heel Vlaanderen. Sinds het eerste project in 2007 werden 15.000 woningen bezocht en kregen evenveel eigenaars een aangepast en gepersonaliseerd advies. Bureau Notermans telt inmiddels negen adviseurs en vier administratieve medewerkers. Naast de inventarisatie van de bestaande riolering en het begeleiden van de burger door het kluwen van wetten, administratieve en technische problemen, is sinds 1 juli 2011 de wettelijke keuring van de prive-riolering een logische uitbreiding van het takenpakket. Waar de burger aanvankelijk weigerachtig en afkerig tegenover deze bijkomende verplichting stond, is gaandeweg het besef gekomen van het nut van deze aanpak, herinnert zaakvoerder en zelf afkoppelingsdeskundige Marc Notermans zich: “De eerste bewonersvergaderingen waren vaak hectisch en ontaardden regelmatig in zware discussies. Momenteel werpt de sensibilisering al behoorlijk haar vruchten af en zijn de tegenkantingen eerder van praktische aard. Het besef dat we op deze wijze al heel wat ongezuiverd afvalwater uit de water-lopen en zuiver water uit de waterzuiveringsinstallaties gehaald hebben, bewijst het nut van deze aanpak”.

• www.bureaunotermans.be

Grondwijzer viert 10-jarig bestaan Bij Grondwijzer kunnen bedrijven, voornamelijk kmo’s, terecht voor alle wette-lijke verplichtingen waaraan ze moeten voldoen wanneer ze grond uitgraven en vervoeren. Grondwijzer bewijst na zijn eerste decennium dat de wetgeving na-streven in combinatie met een minimum aan administratie hand in hand kunnen gaan. Binnen de acht werkuren levert de bodembeheerorganisatie een conform-verklaring af. Hilde Masschelein (Gedelegeerd Bestuurder Bouwunie) stond mee aan de wieg van Grondwijzer: “Het was geen gemakkelijke start, maar we hebben altijd vooropgesteld dat het een haalbaar en betaalbaar systeem moest zijn voor de gebruikers. Na 10 jaar hebben wij onze plaats in het landschap gevonden en behandelen wij ongeveer één derde van het grondverzet in Vlaanderen.”Grondwijzer, dat ooit begon als een alternatief, heeft duidelijk zijn plaats ver-overd. Het aantal leden is de voorbije jaren gestaag toegenomen. Tegelijkertijd is ook traceerbaarheid een begrip geworden. Grondwijzer maakte de voorbije 10

jaar werk van een betere handhaving. Onder impuls van de bodembeheerorgani-saties en met de steun van OVAM zijn gelijklopende procedures en samenwerking in concrete afspraken gegoten. En wat met de toekomst? Grondwijzer ziet die hoopvol tegemoet. Communicatie tussen OVAM en de bodembeheerorganisaties en de bodembeheersorganisaties onderling zal maken dat misbruiken opgespoord en gesanctioneerd worden. Verder hoopt Grondwijzer dat de overheid daar ook werk van zal maken. “Wij willen de overheid aansporen controles op transporten en in bedenkelijke dossiers te implementeren. Bedrijven waarvan geweten is dat ze in de illegaliteit werken, dienen aangepakt te worden. Geen papieren oplossing, maar kordate maatregelen”, vraagt Luc Verhelst (Gedelegeerd bestuurder Grondwijzer).

• www.grondwijzer.be

Foto: vlnr Hilde Masschelein (Gedelegeerd Bestuurder Bouwunie en voorzitter Grondwijzer), Luc Verhelst (Gedelegeerd Bestuurder Grondwijzer) en Freddy Bracke (Senior Manager SGS en lid van de raad van bestuur van Grondwijzer) tijdens de feestzitting van het 10-jarig jubileum.

RIORAMA 7

INSIDE NEWS

Recordaantal bezoekers voor Aquarama Vakbeurs

Niets dan tevreden gezichten tijdens en na afloop van de Aquarama Vakbeurs, die dit jaar simultaan liep met de AquaFlanders-studiedag, de TNAV Workshop en de Vlario-contactdag. Met maar liefst 1.200 aanwezigen bereikte dit evenement een nieuw re-cord, wat bij alle partijen voor veel voldoening zorgde. Zowel Filip Cossement (Aqua-rama), Marc Buysse (AquaFlanders), Paul Ockier (TNAV) als Wendy Francken (Vlario) zagen dat het goed was, wat uiteraard veelbelovend is voor de toekomst.

"Van alle evenementen die wij hebben georgani-seerd, was dit het meest complete," blikt Filip Cossement van FCO Media, de uitgeverij achter Aquarama en Riorama, terug. "De aanwezigen konden kennismaken met veel interessante tech-nieken, er was uitgebreide belangstelling en iedereen was vol lof over de kwalitatief goede lezingen. De blijvende goede samenwerking met TNAV en de partnerships met AquaFlanders en Vlario hebben ons de kans gegeven dit evene-ment open te trekken naar een breder publiek. Dit laat ons nog beter toe om de steden en ge-

meenten bij deze organisatie te betrekken. De samenwerkingsverbanden met onze partners dra-gen een belangrijk steentje bij tot de groei en het groot aantal bezoekers. Het is dus heus geen toeval dat de parking van de Brabanthal op 23 oktober zeer goed gevuld was."

Bezoek minister SchauvliegeOp de registratielijsten vinden we de namen van circa 1.200 aanwezigen. Dat is een stijging van maar liefst 10 procent. Bovendien namen 120 mensen deel aan de studiedag van Aqua Flanders.

"Meer dan ooit is onze organisatie uitgegroeid tot een ontmoetingsplaats bij uitstek voor klanten en leveranciers," vervolgt Filip Cossement. "So-wieso biedt het een grote meerwaarde dat we onze doelgroep hebben kunnen verbreden. Dat merkten we ook aan de interesse van de Vlaams minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, die op de studiedag van AquaFlanders het beleid voor de komende regeerperiode toelichtte. Waar mevrouw Schauvliege de beurs vorig jaar een blitzbezoek bracht, nam ze dit jaar veel uitge-breider de tijd om de beursgangen te verkennen en met exposanten te spreken. Dat bewijst ook dat het belang van de brede watersector in onze economie steeds verder groeit." De organisatie kreeg van heel wat exposanten en bezoekers lo-vende kritieken. "Ik ontmoette diverse vertegen-woordigers van bedrijven die het evenement dit jaar kwamen verkennen en het verlangen uitspra-ken om volgend jaar met hun onderneming als exposant aanwezig te zijn. Mensen appreciëren de eenvoud van de formule: in een korte periode (één dag) efficiënt zakendoen op een evenement dat een heel representatief beeld schetst van de sector waarin zij actief zijn."

"Nuttig evenement"Ook de verantwoordelijken van AquaFlanders keerden met een goed gevoel terug naar huis.

"Het is sowieso positief als we voelen dat er veel interesse is vanuit de professionele markt," ver-klaart Marc Buysse (Directeur AquaFlanders). "De combinatie van een jaarlijks moment om ons netwerk te ontmoeten, met een beurs uit een sector die erbij aanleunt: daar zit muziek in. We proberen altijd zoveel mogelijk mensen hiervoor warm te maken via verschillende kanalen. Dan doet het uiteraard plezier als mensen die moge-lijkheid te baat nemen."

BEURSNIEUWS

Vlaams minister van Omgeving, Natuur en Landbouw Joke Schauvliege nam dit jaar uitgebreid de tijd om de beursgangen te verkennen en met exposanten te spreken.

RIORAMA8

"Bijkomende contacten leggen"Ook voor VLARIO (het overlegplatform en kenniscentrum voor rioleringen- en de afvalwaterzuiveringssector in Vlaan-deren) is de Aquarama Vakbeurs een be-langrijke afspraak. "Wij voorzien graag een workshop of contactdag tijdens de Aquarama Vakbeurs," legt directeur Wendy Francken uit. "Zo vond dit jaar de contactdag van Vlaams-Brabant plaats op dit evenement. Op die manier konden de deelnemers, naast de inhoudelijke toelichting op de beurs, genieten van een hapje en een drankje en tegelijk de beurs bezoeken." De VLARIO-dag blijft het ontmoetingsmoment bij uitstek voor de Vlaamse rioleringssector. Voor Wendy Francken geldt de Aquarama Vakbeurs als een complementair evenement. "Het Aquarama-event gaat in het najaar door en de standhouders zijn verschillend van deze van de VLARIO-dag. Voor de deelnemers aan de VLARIO-contactdag is er zo de mogelijkheid om bijkomende contacten te leggen. Bovendien bleken de deelnemers ook tevreden met dit concept. We zien dan ook voldoende positieve redenen om het partnership tussen Aquarama en VLARIO te laten evolueren."

De som van één plus één is drie, ervaart Marc Buysse. "Het zijn evenementen die elkaar ver-sterken. Bezoekers moeten de meerwaarde van de organisatie voelen, anders zijn ze niet ge-neigd zich ervoor te verplaatsen. Het is leuk om vast te stellen dat de deelnemers aan onze stu-diedag ook uitgebreid de tijd namen om de beurs te verkennen. Ze doen heus wel meer dan zomaar wat rondwandelen: vooral de standen met tech-nisch vernuftige producten kunnen op veel bijval rekenen." Met een opkomst van 120 deelnemers voor de studiedag kunnen ze bij AquaFlanders perfect leven. "Dat aantal ligt in de lijn van de voorbije jaren. Het is niet zozeer de bedoeling meer bezoekers te ontvangen, maar vooral om de juiste mensen aan te trekken: professionals die effectief iets hebben aan onze organisatie. Naar de toekomst toe zou het leuk zijn nog iets meer vertegenwoordigers van steden en gemeenten te mogen ontvangen, maar gezien zij de jongste jaren meer gedwongen zijn om de vinger op de knip te houden, is de ietwat beperktere interesse van die doelgroep eerder logisch. Hopelijk kun-nen we daar op termijn een positieve kentering vaststellen."

"Evenwichtig aanbod aan lezingen"TNAV (Vlaams Netwerk Watertechnologie) merkte dat het aantal deelnemers aan de workshop dat van vorig jaar gevoelig oversteeg. "Waar we nor-maal net onder de honderd participanten bleven, mochten we dit jaar 110 mensen verwelkomen," analyseert Paul Ockier. "De grootste troef is en blijft dat toeleveranciers en leveranciers elkaar

BEURSNIEUWS

vlot vinden. Persoonlijk vond ik dat de organisa-toren van de beurs er alles aan hebben gedaan om de toegankelijkheid nog te verhogen. Heel wat mensen ervaren het ook als een meerwaarde dat de catering naar de stands wordt gebracht en ook de andere logistieke aspecten waren prima verzorgd."

"Het is sowieso positief als we voe-len dat er veel interesse is vanuit

de professionele markt"

Heel wat mensen volgden het workshoppro-gramma van de eerste tot de laatste minuut. "We streven daarbij altijd naar een zo gezond mo-gelijk evenwicht van vrij technische en ietwat eenvoudiger lezingen, zodat iedereen in het aan-bod wel zijn gading vindt. Het vergt soms wat moeite om daar een goede balans in te vinden, maar al bij al zijn we daar goed in geslaagd." Voor de komende jaren hoopt Paul Ockier nog iets meer eindverbruikers naar de Brabanthal te krijgen. "Alle partners ondernemen daar veel in-spanningen voor. Om de betrokkenheid van die markt te verhogen, valt het misschien te over-wegen om een panel van specialisten te vormen waar eindverbruikers hun specifieke vragen aan kwijt kunnen. Misschien kan dat de interesse een extra boost geven."(Door Bart Vancauwenberghe)

• www.aquarama.be

Marc Buysse (Directeur AquaFlanders): "De combi-natie van een jaarlijks moment om ons netwerk te ontmoeten, met een beurs uit een sector die erbij

aanleunt: daar zit muziek in.”

"Waar we normaal net onder de honderd partici-panten bleven, mochten we dit jaar 110 mensen verwelkomen op de TNAV-workshop," aldus Paul

Ockier van TNAV.

De VLARIO-contactdag van Vlaams-Brabant vond dit jaar plaats op de Aquarama Vakbeurs.

RIORAMA 9

Rioleringssector verzamelt op InfraTech

Alle belangrijke actoren uit de grond-, wegen waterbouw tekenen van 20 tot en met 23 januari 2015 present in Ahoy Rotterdam voor de vakbeurs InfraTech. Iedereen die zichzelf in deze industrie au sérieux neemt, beschouwt deze organisatie als een niet te missen afspraak om mensen te ontmoeten en eventueel nieuwe opdrachten te genereren. Het evenement draait telkens opnieuw uit op een succes en wordt ondersteund door een interessant seminarieprogramma.

InfraTech vindt om de twee jaar plaats. Voor de gelegenheid wordt de beursoppervlakte van Ahoy Rotterdam opgedeeld in vier thema's, die elk di-verse sectoren binnen de infrastructuurwereld vertegenwoordigen. Dankzij deze aanpak kunnen opdrachtgevers en opdrachtnemers elkaar op een comfortabele manier ontmoeten. Het succes van InfraTech is intussen trouwens de Nederlandse markt ontstegen. Van 13 tot en met 15 januari 2016 zal in de Messe van Essen voor de tweede keer de Duitse editie plaatsvinden.

KennisprogrammaDe organisatoren dokterden opnieuw een boei-end, complementair en uiterst informatief ken-nisprogramma uit. Zo wordt er onder meer stilge-staan bij actuele ontwikkelingen in de Europese markt, worden de meest recente trends op vlak van duurzaam asfalt besproken en is er heel veel nieuws te rapen rond procesoptimalisatie. Aannemers in de markt van riolering, en bij uitbreiding infrastructuur, hebben heel vaak te maken met de overheid als klant in een aanbe-stedingsmarkt bij uitstek. Tips en gevoeligheden over de specifieke aanpak hiervan komen uitge-breid aan bod. Speciaal voor de rioleringsmarkt wordt op Infra-

Tech een Rioleringstheater geopend. Hier worden onder meer lezingen gehouden over juridische aspecten bij rioolrenovatiebestekken en zijn er diverse open sessies voor presentaties van ex-posanten. Andere leerrijke items zijn nieuwe methoden voor hydraulische en constructiebe-oordeling, ervaringen met het MAC-onderzoek in Arnhem, renovatie van inspectieputten, en 'riole-ring en asset management'. Daarnaast staat men stil bij een slimme analyse van het databeheer van de riolering en geeft men een stand van za-ken rond het kennisprogramma over rioolrenova-tie. Bovendien kan u ongetwijfeld iets opsteken van de praktische ervaringen over rioolrenovatie bij de gemeente Rotterdam en van het onderzoek naar de testmogelijkheden van CIPP-liners.

AwardsNaar goede gewoonte wordt tijdens dit evene-ment opnieuw de InfraTech Innovatieprijs uit-gereikt, een initiatief van Bouwend Nederland. De winnaar van deze award mag zich niet al-leen een jaar lang InfraInnovator noemen, maar wordt ook beloond met een promotiepakket van 2.500 euro of een bedrag van 500 euro cash. Alle inzendingen voor deze onderscheiding worden gepresenteerd in een galerij met grote posters

en videobeelden. Op woensdag 21 januari weten we wie met de oppergaai gaat lopen. De jury bestaand uit Jan Hendrik Dronkers (Directeur-Generaal Rijkswaterstaat), Ron Voskuilen (Al-gemeen Directeur Stadsontwikkeling Gemeente Rotterdam), Annemieke Nijhof (CEO Tauw Group BV) en Maxime Verhagen (voorzitter Bouwend Nederland) heeft hierover het laatste woord.

PraktischTwee jaar geleden lokte InfraTech 535 exposan-ten en 20.000 vakbezoekers naar de 30.000 m² beursoppervlakte van Ahoy. Registreren voor een gratis beursbezoek kan vooraf opwww.infratech.nl.(Door Bart Vancauwenberghe)

De beurs opent elke dag om 10 uur en sluit om 18

uur op dinsdag 20 en donderdag 22 januari, om

21 uur op woensdag 21 januari en om 16 uur op

vrijdag 23 januari.

• www.infratech.nl

BEURSNIEUWS

RIORAMA10

VDV cleaning pakt oud Antwerps rioleringsnetwerk aan

Reiniging van rioleringen: het is een klus die niet zomaar door de eerste de beste kan gebeuren. Vaak zijn het projecten die een omzichtige aanpak en echt specialis-tenwerk vereisen. Juist in deze specialistische projecten is VDV cleaning uitstekend thuis. Het bedrijf uit Lokeren pakt in het najaar onder meer het oud Antwerps riole-ringsnetwerk aan, een complexe klus met veel uitdagingen. Met specifiek maatwerk en preventieve totaalconcepten ontpopt het bedrijf zich voor steeds meer onderne-mingen tot de ideale partner.

Rioleringen reinigen ontwikkelt zich steeds meer tot een vaak complexe klus, waarbij heel wat uitdagingen op een verstandige manier moeten worden geanalyseerd en aangepakt. Bovendien gaan met dergelijke werkzaamheden vaak risico's gepaard, en is het dus van groot belang dat alles op een veilige manier door gecertificeerde mede-werkers wordt behandeld. VDV cleaning speciali-seert zich al sinds 2005 in deze materie. Onder leiding van Jan Huygen legt het bedrijf zich toe op de reiniging, inspectie en renovatie van riole-ringen. Naast de hoofdvestiging in Lokeren, be-schikt de onderneming ook over filialen in Aalter en Houthalen. VDV cleaning is een dochter van de Nederlandse groep vandervalk+degroot, die al meer dan een halve eeuw ervaring in riolerings-technieken heeft opgebouwd.

Antwerpse ruienVDV cleaning kreeg onlangs de uitdagende op-dracht om het oud rioleringsnetwerk van de Ant-werpse ruien te reinigen. Deze ruien vormen een stelsel van circa acht kilometer ondergrondse stadsgrachten in de Antwerpse binnenstad. Sinds het eind van de 19de eeuw zijn deze ruien volle-dig overdekt. "Dit rioleringsstelsel was oorspron-kelijk een getijderiolering, maar om ecologische

redenen is dat al jarenlang verboden," verduide-lijkt Jan Huygen (General Manager VDV cleaning).

"De ruien vormen nu een gescheiden riolerings-stelsel. De leidingen van de rioleringen bevinden zich tegen de wanden van de ruien, terwijl via de vloer overtollig regenwater wordt afgevoerd. Door de jaren heen heeft zich zowel in de leidin-gen als op de vloer veel vervuiling opgestapeld, die wij vanaf medio november tot half december zullen opruimen." Dat is veel makkelijker gezegd dan gedaan, want deze opdracht betekent niets minder dan een huzarenstukje waarbij met talrij-ke uitdagingen rekening moet worden gehouden.

"Wij zullen de werken uitvoeren over een traject van vier kilometer, wat in de praktijk zal neerko-men op het reinigen van 6 km aan rioolbuizen (2 x 3 km parallel lopende buizen): de helft voor hemelwater (RWA, of regenweerafvoer) en de helft voor afvalwater (DWA, droogweerafvoer)." Diverse bemoeilijkende factoren zorgden ervoor dat deze klus aan een echte specialist zoals VDV cleaning werd toevertrouwd. "Ten eerste bevindt deze hele ondergrondse infrastructuur zich on-der de Antwerpse binnenstad. Die kenmerkt zich door een wirwar van kleine straatjes, een grote verkeerscirculatie en continu tramverkeer. Dat bemoeilijkt ons werkcomfort aanzienlijk, want

die straatjes kunnen natuurlijk niet zomaar wor-den afgesloten en wij kunnen onze wagens niet zomaar vlakbij de te reinigen putten plaatsen. Daarom moeten we uiterst inventief te werk gaan. Om al die uitdagingen zo goed mogelijk in kaart te brengen, zijn wij al weken bezig met het uitdokteren van een uitgebreide technische en logistieke voorbereiding. Wij moeten voortdu-rend rekening houden met verschillende factoren. Zo is 's nachts werken bijvoorbeeld geen optie, omdat dit ten koste zou gaan van het leefcom-fort van de bewoners.”

MateriaalVoor het project maakt VDV cleaning gebruik van speciaal aangepast materieel. Vanuit een Engels

De ruien vormen een stelsel van circa acht kilometer ondergrond-se stadsgrachten in de Antwerpse binnenstad.

RIORAMA12

PROJECT

filiaal van de vandervalk+degroot-groep wordt een speciaal ontworpen haspelkar naar België gehaald die zich op een rups-onderstel door de ruien zal bewegen. Dit toestel maakt het moge-lijk om toch vlot in de ruien te kunnen rijden en reinigingswerken uit te voeren. "Vaak is er een afstand van 100 tot 300 meter tussen twee put-ten in de ruien. De haspelkar is noodzakelijk om onze ondergrondse mobiliteit te verhogen. Voor de verwijdering van het slib op de vloer wordt een minigraafmachine ingeschakeld. Vervolgens wordt het slib opgezogen door een gecombineerd systeem van een vacuümzuiger en perslucht. Op die manier is het mogelijk om de grote afstan-den (tot 300 meter) tussen de ruien en de plaats waar onze wagens bovengronds zijn opgesteld, te overbruggen." In totaal stuurt VDV cleaning vier vrachtwagens en een waterwagen naar de stad van Brabo. "De waterwagen gaat regelmatig oppervlaktewater oppompen uit de Haven van Antwerpen, daarvoor beschikken we over een specifieke vergunning. Het zou maatschappelijk en ecologisch niet verantwoord zijn om de riolen te reinigen met drinkwater."

Verlichting en verluchtingVDV cleaning voorziet ook een ventilatiesysteem.

"Als we ondergronds bezig zijn met reinigingswer-ken, gaat dat uiteraard gepaard met een onfrisse geur. Dankzij het ventilatiesysteem kunnen we regelmatig verse lucht in de ruien injecteren." Daarnaast is gekeken naar aangepaste verlich-ting. "Zonder licht zie je daar echt geen steek voor je ogen. Om de optimale veiligheid voor onze medewerkers te garanderen, was het geen optie om te werken met verlichting op stroom. Daarom werken we met een installatie van bat-terijgedreven ledlichten, die op statieven zullen worden geplaatst. Dat verzekert ons niet alleen van een hoge lichtopbrengst, maar verhoogt ook het werkcomfort en -plezier van ons team: het is namelijk heus geen pretje om een hele dag met een zwak licht in een ondergrondse infrastruc-tuur te werken, dat vreet aan je gemoed. Alle medewerkers van VDV cleaning beschikken trou-

wens over een certificaat om veilig te werken in besloten ruimten en rioleringen." Jan Huygen verwacht dat de reinigingswerken nog dit jaar volledig zullen worden afgerond.

"De waterwagen gaat regelmatig oppervlaktewater oppompen uit de

Haven van Antwerpen"

TotaalprojectenVDV cleaning legt zich steeds meer toe op de invulling van dergelijke specialistische projec-ten, maar concentreert zich intussen ook sterk op een aanbod van preventieve totaalconcepten.

"Kmo's en grote bedrijven op industrieterreinen consulteren ons regelmatig als hun septische putten, vetputten, olie- en waterafscheiders en straatkolken dringend moeten worden aangepakt en ook hun parkings moeten worden schoonge-maakt. Wij raden hen daarbij steeds meer een proactieve aanpak aan, waarbij wij instaan voor periodiek onderhoud. Om een goede inschatting van de vereiste werkzaamheden en de gewenste frequentie te maken, brengen wij iedere klant

vooraf een bezoek om alle afvoersystemen in kaart te brengen en op basis daarvan een aanpak op maat uit te dokteren. Dat biedt een breed scala aan mogelijkheden, maar zorgt er vooral voor dat onze klanten volledig ontzorgd worden. Op die manier kan alles perfect worden gepland en hoeft de klant niet steevast een beroep te doen op onze interventiedienst, al blijft die 24 uur per dag en 7 dagen op 7 paraat staan."

ConclusieMet een totaalaanbod aan diensten bewijst VDV cleaning opnieuw dat het veel verder gaat dan 'eenvoudige' rioleringswerken. "We onderschei-den ons steeds meer in complexe, moeilijke op-drachten die echt specialistenwerk vereisen en vullen die projectaanpak aan met een aanbod van preventieve totaalconcepten op maat, waar-door de klant zich nooit meer zorgen hoeft te maken over potentiële afvoerproblemen."(Door Bart Vancauwenberghe)

• www.vdvcleaning.be

VDV Cleaning focust zich ook op preventieve totaalconcepten.

PROJECT

* Flexibele mini inspectiecamera* Makkelijk inspecteren van 32mm – 75mm leidingen* Uniek flexibel tussenstuk voor haakse bochten* Ovale kop voor gemakkelijker doorvoer* Speciale lens met grote kijkhoek* Uitgekiende verlichtingsring voor minimale reflectie en beter beeld* Standaard met zender, beeldscherm en opname mogelijkheid van video en foto op SD-kaart

Son (Eindhoven) | NL | +31 (0)499 49 45 90Camtronics BV | Ekkersrijt 3209 | 5692 CG

Volop flexibele kwaliteit

onderzoeken

Testen van proefstukken uit CIPP-liners in eigen laboratorium in Arnhem

Uitvoeren en controleren van statische berekeningen

Specialistisch toezicht bij de uitvoering

Verzorgen van opleidingen

IKT Nederland

IKT - Instituut voor ondergrondse infrastructuur

Kantoorgebouw „De Enk“Tivolilaan 205

6824 BV Arnhem

T +31-(0) 26-84545 60F +31-(0) 26-84545 61

[email protected]

Eerste geaccrediteerde onafhankelijke en neutralelaboratorium voor CIPP-linersin Nederland

onderzoeken keuren adviseren testen

Een gevarieerd event, geopend door een bui-tenbeentje in de persoon van Bart Derison, auteur van het boek ‘Help, er ligt een weg in mijn tuin!”. Derison is managing partner bij het communicatiebureau Connect en reconstrueerde het ontstaan van de term ‘Minder Hinder’. “Het voornaamste Minder Hinder instrument blijft een duidelijk geformuleerde brief die tijdig in de bus belandt bij de bewoners die hinder kunnen ondervinden door geplande werkzaamheden en waarin duidelijk gestipuleerd staat hoe lang de hinder kan duren. Ook verkeersborden, en zeker tijdelijke werfborden, zoals het ‘GPS-werkt-hier-niet’-bord, zijn belangrijk in de communicatie. Inzake verwachtingsmanagement kunnen we veel leren van onze noorderburen. Indien men com-municeert dat er ‘meer hinder’ zal zijn, is de kans groot dat een aantal mensen het bewuste traject vermijdt, en dat deze die wel voor dit traject op-teren, nadien tot de vaststelling komen dat de hinder ‘al bij al nog meeviel’. Er mag hinder zijn, maar communicatie moet de aspirine zijn die de hinder verzacht”, aldus Derison.

Pragmatisch afkoppelingsbeleid Luc Bossyns (Gedelegeerd bestuurder Aquafin), lichtte het nieuw strategisch plan en de kernvra-gen van het Kompas-plan toe. “Na de Richtlijn Stedelijk Afvalwater wacht ons met de Kaderricht-

lijn Water een nieuwe uitdaging. Door middel van ons Kompas-plan hebben we ons strategisch plan ter zake bijgestuurd. Om de Kaderrichtlijn Water te realiseren zullen Vlaanderen, en vooral de steden en gemeenten, de nodige investeringen moeten doen. Recent bevestigde de bevoegde minister dat er een tweede lokaal pact komt voor gemeenten voor de periode 2016-2021. Tevens pleit Aquafin ervoor dat de voor elke burger ver-plichte saneringsbijdrage enkel gebruikt mag worden om rioleringsinfrastructuur te bouwen, uit te breiden of te onderhouden. Bij de aanleg en heraanleg van rioleringen schrijft de Vlarem-wetgeving een gescheiden stelsel voor. Aquafin is echter voorstander van een pragmatisch afkop-pelingsbeleid, waarin per project wordt afgewo-gen welk type riolering het meest rendeert voor milieu en maatschappij.” Met de impact van het klimaat sneed Luc Bossyns een tweede hot item aan. “Een rioolzuiveringsinstallatie biedt heel wat mogelijkheden tot recuperatie van energie en grondstoffen. Deze knowhow moeten we nog verder aanwenden voor het hergebruik van gezui-verd afvalwater. Onlangs sloot Aquafin een con-tract af voor de aanschaf van een struvietinstal-latie die fosfor uit de slibstromen recupereert. Klimaatadaptatie betekent ook dat we ons moe-ten voorbereiden op veel neerslag. Vanuit onze kennis en ervaring kunnen we een belangrijke

REPORTAGE

Aquafin gaat voor volwaardige partnerships en Minder Hinder

Onlangs reikte Aquafin zijn jaarlijkse awards uit aan de partnerbedrijven die het meest kwaliteitsvol, veilig en omgevingsvriendelijk werken. Dit jaar viel de eer te beurt aan aannemer Desot nv uit Boezinge en Ingenieursbureau Astro-plan uit Aalst. Met de award-uitreiking onderstreept Aquafin zijn streven naar volwaardige partnerships met de studiebureaus en de aannemers waarmee ze regel-matig samenwerken.

meerwaarde betekenen voor Vlaanderen op het vlak van het beheersen van de waterkwantiteit. Daarom willen we actief inzetten op producten en diensten die hiertoe bijdragen. Denk aan het hemelwaterplan, waarmee we gemeenten con-crete adviezen geven en projecten prioriteren om doordacht om te gaan met hemelwater. Kortom, ‘de kathedraal’ waar we samen met onze partners aan werken, krijgt stilaan vaste vorm.”

Bart Derison, auteur van ‘Help, er ligt een weg in mijn tuin! had het over ‘Minder Hinder’-communicatie. (Foto's Aquafin)

RIORAMA 15

Engagementen advies- en ingenieursbureausDe voorbije jaren legde Aquafin de fundamenten van partnerships met zowel aannemers als stu-diebureaus. Dirk De Waele (Directeur Infrastruc-tuur) wil hieraan verder blijven bouwen: “Onze technische partners zijn essentiële schakels om onze doelstellingen te bereiken. We willen dat ze met ons meedenken en dezelfde doelen nastre-ven. De eerste zaadjes van onze partnerships zijn aan het ontkiemen. Enkele bedrijven hebben hun engagementen naar Aquafin reeds op papier ge-zet. Deze engagementen worden gedragen door de ganse onderneming en zijn erop gericht om onze relatie te verduurzamen. Dan spreken we over beloftes om discussies over meerprijzen of wat dan ook in een open sfeer te houden, met respect voor ieders belangen. Naar volgend jaar toe hoop ik dat er nog meer ‘partners’ engage-menten op papier zullen durven zetten, en dit ook uitdragen in de praktijk.”

Engagementen AquafinAnderzijds heeft Aquafin zelf ook een aantal en-gagementen geformuleerd om een goede partner te worden, teneinde zijn doel - de aanleg van kwaliteitsvolle infrastructuur met een minimum impact op de omgeving - te bereiken. Waar staat Aquafin zelf met zijn engagementen? “Wat tij-dige reacties naar de advies‐ en ingenieursbu-reaus - zowel op gebied van projecten als van de factuurvoorstellen - betreft, is het antwoord ontvankelijk binnen de week en het factuurvoor-stel goedgekeurd binnen de maand. Wat globale communicatie inzake doelstelling en timing van het project betreft, moeten de milestones inzake timing van Aquafin besproken worden. Het is aan de Project Managers van het advies- en ingeni-eursbureau en van Aquafin om data af te spreken inzake tussentijds overleg en bijkomende infor-matie te verstrekken. Wij zullen ook duidelijker communiceren inzake ingebrekestelling naar het advies‐ en ingenieursbureau, en over de kwali-teit op het terrein. Wat de taakverdeling tussen Aquafin en deze bureaus betreft, moet er conti-nuïteit zijn in de dienstverlening, en duidelijk-heid over de inhoud van de opdracht. Afwijkin-gen van het basiscontract ten behoeve van een mede‐opdrachtgever moeten afgestemd worden met het ingenieursbureau. De Project Managers van Aquafin zijn het aanspreekpunt voor de ad-vies‐ en ingenieursbureaus”, zegt De Waele.

Communicatie rond kwaliteitsscoreAquafin kreeg voor het tweede jaar op rij de re-sultaten van een enquête die ORI organiseerde

bij haar leden. De voornaamste conclusie: meer dan 70% van de advies‐ en ingenieursbureaus beschouwt de relatie met Aquafin als een rela-tie onder partners. Toch blijft er nog ruimte voor verbetering. “Op het eerste engagement, tijdige reactie, scoort Aquafin goed. De ORI-leden vin-den dat wij meestal tijdig antwoorden maar soms nog aansporing nodig hebben. Wat de communi-catie inzake timing betreft, zijn we ook geslaagd. Toch is er nog ruimte voor progressie. Het tus-sentijds overleg, de informatieverstrekking en duidelijkheid van de bestelbon kunnen volgens een meerderheid van de studiebureaus beter. De kwaliteitsscore op zich vindt 82% van de respon-denten een nuttig instrument. Bijna iedereen gaat ook aan de slag met de voorgestelde ver-beterpunten. Minder goed vinden ze de commu-nicatie rond de kwaliteitsscore: de cijfers blijken nog voor interpretatie vatbaar. De taakverdeling tussen Aquafin en het advies- en ingenieursbu-reau is slechts voor 58% van de respondenten voldoende duidelijk. Een kleine meerderheid ziet nog te veel overlap van taken”, aldus De Waele.

Wat met de aannemers?In tegenstelling tot de Aquafin-engagementen naar de advies- en ingenieursbureaus, zijn er naar de aannemers nog geen formele afspraken op papier gezet. “Wel zijn er al een aantal enga-gementen ter sprake gekomen en zijn sommige ervan reeds vervat in onze manier van werken. Ik denk bijvoorbeeld aan een vast jaarlijks werkvo-lume dat we op de markt brengen, aan het over-leg met de sector, aan onze kennisdeling, en aan

REPORTAGE

Onze redacteur evalueert het event met Dirk De Waele (Directeur Infrastructuur) en Luc Bossyns

(Gedelegeerd Bestuurder) van Aquafin

RIORAMA16

REPORTAGE

het meezoeken naar oplossingen op het terrein. Net als vorig jaar slaat Aquafin een mea culpa omdat we ons engagement rond de spreiding van de aanbestedingen niet hebben gehaald. Er zijn ook nu weer 1001 redenen...

“Onze technische partners zijn essentiële schakels om onze doelstellingen te bereiken."

Wij moeten rekening houden met steeds com-plexere omstandigheden: meer partijen in een project, meerdere subsidiestructuren, enzover-der. Toch zetten we alles op alles om tegen het einde van het jaar de rest van de beloofde 160 miljoen euro op de markt te brengen. Ook voor volgend jaar ligt onze target inzake aanbeste-dingen op 160 miljoen euro. In overleg met de sector werken we intussen aan mogelijkheden om van kwaliteit een belangrijke factor te maken in de toewijzingsprocedure van projecten. In de be-stekken van de nog aan te besteden dossiers zul-len we rekening houden met de sturende kwali-teitsmetingen, waarvoor vorig jaar de structuren werden opgezet. Dit jaar werden de resultaten voor de eerste keer meegedeeld aan de aanne-mersbedrijven. Door de feedback die we krij-gen, merken we dat het onderwerp aanspreekt, en dat de dialoog wordt aangewakkerd”, besluit De Waele.(Door Philip Declercq)

• www.aquafin.be

Tijdens panelgesprekken gaven aannemers en advies- en ingenieursbedrijven aan dat het partnership met Aquafin voor iedereen een win-win is.

Dirk De Waele (Directeur Infrastructuur Aquafin): “Ook voor volgend jaar ligt onze target inzake aanbestedin-gen op 160 miljoen euro”.

RIORAMA 17

Innovatief product voorkomt opbouw H2S

Het voorlopig weinig bekende ABWC (A Blue World Company) slaat de handen in mekaar met advies- en ingenieursonderneming Arcadis. De bedrijven bundelen hun kennis en middelen om stankoverlast uit riolering (en waterzuiveringen) te bestrij-den. Centraal staat ABWC's product 'BM500'.

In riolen stroomt afvalwater. Er zijn omstandig-heden waarbij dat stilstaat. Binnen de twee uur hebben de bacteriën in dat water alle zuurstof opgebruikt. Dan zetten ze gistingsprocessen in gang, waarbij allerhande gassen ontstaan. Zoals H2S. Dat ruikt naar rotte eieren. Bovendien is het giftig. Bijkomend probleem is dat H2S beton aan-tast. Een oplossing dringt zich op.

Bioloog in actieBest is de vorming van H2S te voorkomen. Door bronmaatregelen, zoals het aanpassen van het afvalwatersysteem. Of nog: door de riolen te renoveren. Maar als dat (nog) niet kan, is een andere oplossing nodig. De Nederlandse onder-neming ABWC (A Blue World Company) gelooft de best mogelijke piste op het spoor te zijn. Di-recteur Robert Kuis: "Een bioloog bij onze firma stelde een product op punt, BM500, zonder mi-lieuonvriendelijke chemicaliën. Het is biologisch afbreekbaar. Het bevat stoffen zoals calcium, ni-traat en magnesium. Het stimuleert de groei van bacteriën die zuurstof produceren. Hun aantal neemt er razendsnel door toe. Testen wezen uit dat daardoor vetten, oliën, kalk en urinesteen worden afgebroken. Het product voorkomt zo de aanslag ervan. Ook daalt daarmee de vuillast van het water. En in riolen is in een mum van tijd de stank verdwenen."

WK voetbalIn Braziliaanse riolen ontstaat soms behoorlijk wat gas. Bij momenten leidt de opbouw ervan zelfs tot opvliegende putdeksels ('bueiras ai-des'). En toen kwamen de voorbereidingen voor het wereldkampioenschap voetbal. Kuis vertelt dat de Braziliaanse onderneming Sabesp op dat moment zocht naar een kostenefficiënte en mi-lieuvriendelijke oplossing voor het probleem. Ze kwamen terecht bij ABWC.

"Best is de vorming van H2S te voorkomen. Maar als dat (nog)

niet kan, is een andere oplossing nodig."

Volgens Kuis was het BM500 dat ervoor zorgde dat de toeristen niets van het rioolprobleem hebben gemerkt. Met dergelijke, en aanverwante projecten trok de firma uiteindelijk de aandacht van advies- en ingenieursonderneming Arcadis. De ondernemingen sloegen de handen in mekaar. «Op Arcadis' advies werden we betrokken bij een proefproject bij de Friese Meren, een toeristisch gebied in Friesland», vertelt Kuis. «Er is daar steeds meer activiteit. Intussen zijn er een sla-gerij, een viskwekerij en andere bedrijven te vin-den. En veeteeltbedrijven en campings zijn er in

de loop der jaren gegroeid. Gevolg is dat uit het rioleringsstelsel steeds meer stinkende gassen zijn gaan opstijgen. Met name H2S. Omwonenden klaagden daar al lang over. Er was al getracht het probleem de wereld uit te helpen met ozon, che-micaliën en dergelijke. Niets hielp. Wij willen nu de geuroverlast, zoals van H2S, voorkomen met BM500. Dat werkt wekenlang, en over meer dan twaalf kilometer."

PoedersuikerNa deze test wil ABWC een ander probleem aan-pakken. Zoals op veel andere plaatsen is in de Nederlandse stad Ede het rioleringsstelsel in slechte staat. Kuis: "Het beton is er aangetast. Op veel plaatsen lijkt het op poedersuiker. Het stalen raamwerk is verroest en wortels van bo-men dringen door de buizen. Op sommige plaat-sen meten we aan putdeksels een H2S-concen-tratie van 240 ppm, dus 'parts per million'. Ons product moet die concentratie fors laten dalen. De voorlopige resultaten laten vermoeden dat het daarin slaagt."

Tijdelijke oplossingKuis benadrukt dat steeds meer spelers hun op-lossing als het meest kosteneffectief zien. Tege-lijk geeft hij grif toe dat het innovatieve pro-duct enkel symptoombestrijding is. Het is een voorlopige oplossing, tot de budgetten er zijn om het probleem structureel aan te pakken. Bij-voorbeeld door de riolen te renoveren. (Door Koen Vandepopuliere)

TECHNIEK

Foto: ABWC's installatie in de 'Friese Meren'.

RIORAMA18

Infiltratieblokken vrijwaren riolering

De wetgever komt met meer en meer verplichtingen om regenwater op het eigen perceel te bufferen en te laten infiltreren. Dat is namelijk goed voor de grondwaterstand. Het voorkomt ook dat regenwater de openbare riolering verzadigt, met overstromingen tot gevolg. ACO Passavant NV presenteert een nieuw product dat inspeelt op die tendens.

ACO Passavant NV presenteerde op 27 oktober het 'ACO Garden Infiltration Line' infiltratiesys-teem. Het gaat over infiltratieblokken die be-staan uit een geperforeerde buis, omgeven door rotswol. Ze zijn met name geschikt voor particu-lieren. In Duitsland biedt de firma de blokken al langer aan. Voor ons land was het een primeur.

“Ik ben niet zo voor de revolutionaire theorie die zegt dat

mensen water gewoon aan de oppervlakte moeten laten lopen.”

Nieuwe gang van zakenACO's concept zit als volgt ineen. Standleidingen komend van daken van aanbouwen, carports en tuinhuizen gaan de grond in. Van daar uit gaat het naar een inspectieschacht. Die heeft een vuil-vangmand, want in het water dat daar doorheen loopt, kunnen bladeren en andere vuiltjes zit-ten. Dan vloeit het door de in mekaar geschoven infiltratieblokken, met elk een buffercapaciteit van 112,8 liter. Het water gaat door de geperfo-reerde buis en wordt opgenomen door de speciaal ontwikkelde rotswol. Die geeft het langzaam af aan de ondergrond. Het is eveneens mogelijk de overloop van de verplichte regenwaterput voor het centrale dak er op aan te sluiten. Leg daar dan, als die op een andere plaats ligt, gewoon

een andere infiltratielijn. En grote, verharde op-pervlakten zijn er ook al op aan te sluiten. Qua onderhoud volstaat één à twee keer per jaar na-zicht van de inspectieschacht. Dan reinigen de bewoners van het huis, indien nodig, de mand. Tenslotte heeft Raphaël Van Overstraeten (Mar-ket Manager Distribution) nog volgende raad: “Wie dit systeem gebruikt, doet er goed aan de terrassen te kuisen met biologisch afbreekbare producten.”

Evolutie, geen revolutieVan Overstraeten noemt de infiltratieblokken een 'evolutie'. “Ik ben niet zo voor de revolutionaire theorie die zegt dat mensen water gewoon aan de oppervlakte moeten laten lopen,” mort hij. “De tuin zou dan meer in reliëf moeten aange-legd worden, of zelfs met wadi’s: kleine, open vijvertjes. Maar een kind kan al verdrinken in 15 centimeter diep. En bouwpercelen worden steeds kleiner: dan nog dat beetje egale gras opgeven, zou spijtig zijn. Maar dankzij dit concept zal in-filtratie snel aanvaard worden. En ja, je kan ook kiezen voor een alternatief systeem met kratten. Maar dan heb je een gedoe met een bredere kra-topbouw en met de omwikkeling van geotextie-len.”

Holsbeek op kopDe Belgische primeur heeft een gezin in Hols-beek. Ze hebben een veranda aan het huis gezet. Het water komt er van het dak van 32 m² . Voor die oppervlakte is het niet wettelijk verplicht te infiltreren. Maar achteraan in de tuin ligt geen aansluiting naar regenwaterput of riolering. Van Overstraeten: “Stel je eens voor dat je buizen moet trekken tot aan de straatkant, door of rond de woning. Dat vergt veel breekwerk. En het gevraagde verval in de buizen is technisch niet makkelijk te leggen. De kost zou oplopen. De verandabouwer had mee gezocht naar een oplos-

REPORTAGE

sing en stelde voor het water te verzamelen in een regenwaterput, om het water te hergebrui-ken in de tuin. Maar in de winter sproei je de tuin niet. Dus zou de put dan snel overlopen. Je kan onze blokken ook achter zo’n regenwater-put leggen en de overloop erop aansluiten, maar het gezin hergebruikt al water van het centrale dak. Een extra regenwaterput dan? Nee, want die vraagt nog eens een investering, niet alleen voor de put maar ook naar leidingen en pompsys-teem.” Dus kwamen de nieuwe infiltratieblokken in beeld.

Premie voor primeurEen sonderingsfirma deed een officiële bodem-test. Die is zeker belangrijk wat betreft de grond-waterstand, want die kan fluctueren. Maar ook het bodemtype (klei, zand,..) speelt een rol. Uiteindelijk bleek de locatie geschikt. En van de gemeente Holsbeek kreeg het gezin een premie omdat ze water infiltreren. (Door Koen Vandepopuliere)

• www.acogarden.be

Het is mogelijk de overloop van een verplichte regenwaterput er op aan te sluiten.

De infiltratieblokken zijn bruikbaar bij het plaatsen van, bijvoorbeeld, een dakterras.

RIORAMA 19

“PTV 823: rioleringsproducten in zwavelbeton” is een feit!

Vorig jaar maakte u reeds kennis met zwavelbeton (zie blz. 22-23 RIORAMA 2 APR/MEI/JUNI 2013). Deze innovatie vindt zijn toepas-sing in 2DWA-stelsels. Als nieuw duurzaam alternatief met ‘Copro’-label combineert de inspectieput uit zwavelbeton de monoliete robuustheid en het plaatsingsgemak van betonnen elementen met de zuurbestendigheid van gres. Meer nog… naar aanleiding van een aantal recente schadegevallen in onze rioleringen werd de lat een stuk hoger gelegd dan de huidig vigerende normen.

Nieuw product?…, nieuwe norm!Biogene zwavelzuuraantasting, wortelingroei, lekken en breuken zijn de redenen waarom ge-kozen werd voor een hogere en meer duurzame waterdichtheidsgarantie: • waterdichtheid tot 100 kPa (1 bar) i.p.v. 50

kPa (0.5 bar),• mogelijkheid tot grotere hoekverdraaiingen on-

danks de verhoogde waterdichtheidseis,• waterdichtheid voor de volledige putopbouw

inclusief dekplaat,• een hogere zuurbestendigheid van de dichtin-

gen, minimum pH 1 i.p.v. pH2 (PTV833),• het gebruik van dichtingen die minder gevoelig

zijn aan veroudering,• de profilering van de mof-spie-verbinding tus-

sen de putelementen onderling is conform de strenge Duitse norm, DIN 4034-1, waarbij mogelijk kleine zettingen geen invloed heb-ben op de waterdichtheid van de volledige putopbouw.

Sinds 1996 bestaat er een subsidiebesluit voor de aanleg van gemeentelijke rioleringen in Vlaanderen. Om aan dit besluit te voldoen moe-ten gemeenten en rioolbeheerders gebruik maken van gekeurde materialen. Vermits de keuringen gebeuren op basis van normen en reglementen, was het noodzakelijk om een “adviesraad” op te richten om dit technisch voorschrift te schrijven. Deze onpartijdige adviesraad, opgericht onder leiding van Copro vzw, bestaat uit een gezonde mix van openbare instellingen, de gebruikers, fa-brikanten en experten. Op 10 oktober werd, na 1.5 jaar voorbereiding en soms pittig overleg, deel 1 “geprefabriceerde toegangs- en verbin-dingsputten van ongewapend zwavelbeton” van de nieuwe PTV 823 goedgekeurd. In een later

stadium volgen nog: deel 2 “buizen en hulpstuk-ken van ongewapend zwavelbeton en , deel 3 “aanverwante producten in ongewapend zwavel-beton”. Gewapende en vezelgewapende toepas-singen werden nog niet behandeld vermits het onderzoek naar het gedrag ervan nog lopende is.Om de transparantie met andere soortgelijke producten te bevorderen, werd gekozen voor de artikelopbouw conform NBN EN 476 “algemene voorwaarden voor rioleringsonderdelen”, NBN EN 1917 en NBN B21-101 “toegangs- en verbin-dingsputten van ongewapend, van staalvezelbe-ton en van gewapend beton”.

ProefprojectenOm de duurzaamheid van dit nieuwe product te bewijzen, onderging het materiaal tal van testen waarvan de chemische bestandheid, de mecha-nische sterkte en de “Darmstadt”-erosietest de belangrijkste zijn. Omdat al deze onderzoeken versnelde simulaties zijn, werd beslist om, onder supervisie van aquafin en de adviesraad, 5 proef-projecten, geografisch verspreid over Vlaande-ren, te plaatsen op juist die locaties (meestal in de buurt van een persleiding) waar er een hoge biogene zwavelzuuraantasting is. In deze putten worden een aantal stalen net boven de water-spiegel opgehangen, om achteraf te beproeven en te vergelijken met de resultaten van identieke stalen die in een labo bewaard worden. De Proef-projecten situeren zich in Diest, Lanaken, Blan-kenberge, Ardooie en in Gellik.

Verhoogde waterdichtheidseisDe NBN EN 476 “algemene voorwaarden voor rioleringsonderdelen” schrijft een waterdicht-heidseis van 50 kPa (0.5 bar waterdruk) voor. Om aan de door ons verhoogde waterdichtheidseis

REPORTAGE

Putopbouw

RIORAMA20

van 100 kPa (1 bar waterdruk) ook op langere termijn te kunnen voldoen, werden de verschil-lende voegverbindingen herbekeken. Op de eerste plaats zorgt de toepassing van de ‘wet-cast’-me-thode voor een betere beheersing van de fabri-cagetoleranties op mof en spie. Op gebied van dichtingen zijn onverzadigde rubbers, zoals SBR (Styreen Butadieen Rubber), door hun dubbele bindingen in de hoofdketen gevoeliger aan ver-oudering door ozon, zuurstof en UV-straling. Eén van de belangrijkste parameters is echter de be-standheid tegen chemicaliën, meer bepaald ver-dunde en geconcentreerde zuren. Dikwijls wordt de bestandheid tegen plantaardige of dierlijke oliën en vetten vergeten terwijl deze wel dege-lijk aanwezig zijn in ons rioleringsstelsel. Andere parameters die een belangrijke invloed hebben op de levensduur van de rubber zijn warmte en een te hoge vervorming. Rekening houdend met deze ontwerpregels, werd er gekozen voor de

verzadigde E.P.D.M. (Ethyleen-Propyleen-Dieen-Monomeer) rubber met een opgelegde maximale samendrukking. Om de toepassing uit te brei-den naar het gebied tussen pH 1 en pH 12 werd PTV 833 “sulfur concrete products: elastomeric seals - vulcanized rubber” in het leven geroepen. Hierdoor kunnen de dichtingen onder het ‘benor’-label geleverd worden.

Zwavelbeton, een duurzame ontwikkeling…Een van de belangrijkste eigenschappen is het feit dat zwavelbeton 100% ‘Cradle to cradle’ re-cycleerbaar is, hetgeen uniek is voor een bouw-materiaal. Als je zwavelbeton breekt, opwarmt, hersmelt (135°C) en vervolgens terug in een vormuitrusting giet, dan creëer je een eindpro-duct met dezelfde kwaliteit en dezelfde eigen-schappen. Dit proces kan je blijven herhalen omdat de gebruikte zwavel bestaat uit 99.95% zuivere elementaire zwavel S wat blijft bestaan

als S. Omdat er tijdens de “levenscyclus” van zwavelbeton veel minder energie verbruikt wordt in vergelijking met keramische producten of cementbeton, kan je spreken van een lage CO2 footprint. Sinds de verplichte ontzwaveling van aardgas en andere brandstoffen is het aanbod van zwavel groter geworden dan de vraag. Ver-mits er meer en meer zwavelrijke bronnen aange-boord worden, gaat dit verschil enkel maar groter worden. Indien het niet over een zuiver element ging, zou je bijna kunnen stellen dat zwavel een afvalstof is. We zijn dus terecht fier te kunnen stellen dat “zwavelbeton” het materiaal van de toekomst is!(Door Guy Doumen, R&D riolering, Beton De Bonte)

• www.thiotube.com

REPORTAGE

EIGENSCHAPPEN RUBBERSAMENSTELLING

SBR NBR EPDM

Min. Temperatuurbereik - 30°C - 20°C - 50°C

Max. temperatuurbereik (heet water) + 80°C + 90°C + 140°C

thermische eigenschappen - 50°C / + 100°C - 30°C / + 100°C - 50°C / + 160°C

alge

men

ebe

sten

digh

eid

minerale oliën en vetten gering uitstekend gering

dierlijke en plantaardige oliën en vetten gering/matig uitstekend goed

Benzine gering uitstekend gering

zuren: verdund matig/goed goed uitstekend

geconcentreerd matig/goed matig/goed goed

Alkaliën Goed goed zeer goed

Waterabsorptie goed/zeer goed goed uitstekend

zonlicht en ozon (veroudering) matig matig uitstekend

blijvende vervorming goed goed goed

hardheidbereik (shore A) 40 - 90 40 - 95 40 - 90

bron: http://www.deboerit.nl/pdf/AlgemenerubberEigenschappen.pdf - Werkstoffbezeichnungen nach ASTM-D 1418-76

Basiselement

RIORAMA 21

Ecologische oeverversterking langs de nieuwe A11

Langs de nieuwe autosnelweg A11 tussen Brugge en Knokke-Heist wordt een volledig project met riettegels uitgewerkt, gefinancierd door de Vlaamse Overheid en een private projectvennootschap.

De laatste jaren wordt door heel wat besturen meer en meer geïnvesteerd in ecologische toe-passingen. Aannemer De Witte uit Maldegem zal langs de A11 "tonnen" werk verzetten, meer bepaald inzake het plaatsen van riettegels van ALKERN Vor Beton. Het project past in het kader van een duurzame en ecologische oplossing voor de versterking van de oevers van de bestaande en nieuw aan te leggen grachten langs de A11, met een totale lengte van 15 km.

DoorgroeitegelsEen van de grootste uitdagingen zit in het be-houd en herstel van de natuurlijke oever. Ook pleiten steeds meer besturen voor het behoud van het natuurlijk en groen element. Een natuur-vriendelijke techniek die vaak gehanteerd wordt om deze problematiek op te lossen, betreft de doorgroeitegels (zowel muta- als riettegels). Die zorgen voor een natuurlijke versteviging van de oever. Mutategels beschikken over 20% draineer-openingen tegenover riettegels die beschikken over 35 % ronde draineeropeningen. De toepas-singsgebieden voor de muta-en riettegels zijn talrijk: grachten, beken, waterlopen, bufferbek-kens… .

De muta- en riettegels trachten de bestaande oe-verkarakteristieken zo goed mogelijk terug naar hun oorspronkelijke en natuurlijke toestand te brengen. De tegels laten de oorspronkelijk aan-wezig vegetatie de kans om te groeien en ver-hinderen de indringing van ongedierte. Om de goede kwaliteit te garanderen worden de prefab betonelementen volledig volgens BENOR-proce-dure geproduceerd en gecontroleerd op de site Vor Beton van ALKERN te Roeselare.

Specificaties plaatsing• Mutategels: De mutategel is langs één zijge-

vel over de volledige lengte voorzien van een V-vormige inkeping zodat de tegels zich goed kunnen positioneren.

• Riettegels: Langs één zijgevel van de riettegel is eveneens over de volledige lengte een V-vormige inkeping voorzien om een optimale stabiliteit te garanderen.

Beide tegels kunnen geplaatst worden op pa-len en planken of rechtstreeks op de fundering. Eventueel kan een versterkende laag geotextiel worden aangebracht, maar dit is geen noodzaak. De plaatsing en positionering gebeurt machinaal met behulp van een speciale klem en met de

nodige assistentie van de werklui. Na plaatsing is het noodzakelijke onderhoud te verwaarlozen en kan er jarenlang gebruik worden gemaakt van de taludversterkende werking zonder enige notie te hebben van de aanwezigheid van beton. De aantasting en instabiliteit van de taluds of de bodems van grachten, beken, waterlopen en der-gelijke kan zo op een eenvoudige, esthetische en duurzame manier worden verholpen door het gebruik van natuurvriendelijke toepassingen.

• www.alkern.be

PROJECT

RIORAMA22

MUTATEGEL RIETTEGEL

Afmetingen LxBxH 100x125x12 cm 50x125x12 cm 100x125x15 cm 50x125x15 cm

Nominale legoppervlakte 1,25 m² 0,62 m² 1,25 m² 0,62 m²

Gewicht 285 kg 143 kg 300 kg 150 kg

Draineer - openingen 20% 20% 35% 35%

FEBE bekroont meest opmerkelijke prefab betonrealisaties

De Ghelamco Arena in Gent vormde op 20 november het prestigieus kader voor de derde uitreiking van de FEBE Elements Awards, in goede banen geleid door presentatrice Sophie Dewaele. Dit jaar werd er een nieuwe categorie (Small Scale Elements) toegevoegd aan de drie bestaande (Precast in Buildings, Precast in Infrastructure, Outstanding Precast). Gastspreker was Hans Mariën (Kabinetschef Vlaams minister Ben Weyts) van het Vlaams Ministerie van Mobiliteit & Openbare Werken.

“Zichzelf heruitvinden”De Ghelamco Arena was een gewaagde investe-ring, maar onder meer de stijging van het aantal abonnementen en de vele events die er worden georganiseerd (maar liefst 300 in de eerste tien maanden) bewijzen dat “durven investeren” loont. Het was de boodschap die Stefan Van Buggenhout (Managing Director CRH en voorzit-ter FEBE) meegaf wanneer hij in zijn inleiding refereerde naar het succesverhaal van het Ar-teveldestadion. Hans Mariën (Kabinetschef van Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Wer-ken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn Ben Weyts) sprak hierop aansluitend zijn waarde-ring uit voor de betonindustrie en beklemtoonde het belang ervan: “Deze projecten zijn een toon-beeld van intelligent en vernieuwend werken met beton, of met andere woorden zichzelf voort-durend opnieuw heruitvinden. En dat is precies waar we in Vlaanderen nood aan hebben.” Mariën verwees nog naar het investeringsbeleid van de huidige regering inzake mobiliteit en openbare werken: “We blijven investeren in weginfra-structuur. De auto is en blijft een deel van de mobiliteitsmix. Waar niet geïnvesteerd wordt in wegen, gaan vroeg of laat de bedrijven weg. De prefab-betonindustrie is de komende jaren een belangrijke partner voor ons.”

FEBE Elements Awards 2014De Federatie van de Betonindustrie ontving 62 inzendingen over de vier categorieën. De win-naars werden bekroond voor een project waarbij de eisen zowel technisch als esthetisch hoog lagen en zijn een illustratie van de veelzijdig-heid van prefab beton en de prefab betonsector. De infrastructuurprijs ging naar Radartoren Oos-tende. Deze spectaculaire radartoren is een vuur-toren 2.0, een uitzonderlijk architecturale vorm die alleen kon gerealiseerd worden dankzij flink wat studiewerk. In de categorie gebouwen viel het bedrijfsgebouw van Enjoy Concrete in Veurne in de prijzen. Het volledig betonnen gebouw valt op door zijn in beton geprinte bomenrij en zijn spectaculaire overkraging. Dit gebouw greep alle kansen om aan te tonen waartoe prefab beton in staat is. De award voor ‘Outstanding Concre-te’ ging naar de koepels van de Ambassade van Qatar. De vijf witte, betonnen koepels zijn een huzarenstukje qua techniek, al waren ook de es-thetische vereisten niet min.(Door Tilly Baekelandt)

REPORTAGE

RIORAMA 23

Waterdoorlatende tegel “Virage”FEBE voerde dit jaar een nieuwe categorie in: “Small scale precast” (een project met kleinschalige elementen). De eer ging naar een concept van Marlux, meer bepaald de waterdoorlatende bestrating Virage. De tegel van 30x30x12 cm laat toe om to-taal verschillende designs te realiseren. De opvulling van de openingen kan gebeuren met een grasdalmengsel of met een split in een contrasterende kleur , waardoor de figuur nog meer tot zijn recht komt. “Vi-rage is een esthetisch verantwoord en te-gelijk functioneel betonproduct dat duur-zame infiltratie van regenwater mogelijk maakt. Door zijn vormgeving draagt het object knappe projecten in zich’, alsnog de jury.

Foto: Lander Loeckx

ONDERZOEK

Dr. Alexander van Nuijs: "Met analytische schei-kunde moeten we extréém lage concentraties van

metabolieten van drugs detecteren." (Foto Jesse Willems)

Riolen verraden druggebruik in Belgische steden

Er is steeds meer belangstelling voor micropolluenten in afvalwater. Veel kennis daaromtrent bevindt zich bij de Universiteit Antwer-pen. Die kan uit rioolwater afleiden hoeveel drugs in een bepaalde regio worden gebruikt, welke, en hoe het gebruikt evolueert. Dit helpt beleidsmakers in hun strijd tegen drugs. Het is ook een stap naar nog zuiverder water. Markant detail: het onderzoek wijst uit dat Antwerpen Europa's topper is wat betreft cocaïnegebruik.

Epidemiologie is de wetenschap die ziekte en gezondheid in bepaalde bevolkingsgroepen be-studeert. Meer bepaald hun patronen, oorzaken en gevolgen. Wel, er is een nieuwe specialiteit ervan in opkomst: 'sewage-based epidemiology'. Dr. Alexander van Nuijs, Toxicologisch Centrum van Universiteit Antwerpen: "De term is moei-lijk te vertalen in het Nederlands. Maar laten we het houden op de omschrijving: 'epidemiologie gebaseerd op rioolwateranalyse'. Het gaat over het volgende. Als mensen in een bepaalde be-volkingsgroep drugs nemen, worden die in hun lichaam omgezet naar omzettingsproducten, die we 'metabolieten' noemen. Die metabolieten verlaten het lichaam via urine en faeces. Ze komen dan, via het toilet, in het rioolsysteem terecht. Gevolg: als we het rioolwater van een

totale bevolking analyseren, kunnen we inschat-ten hoeveel drugs een bepaalde bevolkingsgroep gebruikt. Dat klinkt simpel, maar is het niet. Om het goed te doen, moet je kennis hebben van het rioleringssysteem, hoe het afvalwater naar het zuiveringsstation wordt gepompt, en derge-lijke. Eenmaal je die kennis hebt, moeten nog de staalnames gebeuren. Je zou denken dat het gewoon gaat om een fles die je in het rioolwater dompelt, maar dat is echt niet voldoende. Dat zou namelijk maar een momentopname zijn. Nee, we gebruiken staalnametoestellen, die ons sta-len bezorgen die representatief zijn voor een vol-ledige dag. Een volgende stap is de analytische scheikunde. In dat stadium moeten we extréém lage concentraties van metabolieten van drugs detecteren. De laatste stap is een omrekening van wat we maten naar de hoeveelheid drugs die de bevolking nam. Om dat te doen, is kennis omtrent drugs nodig, hoe ze degraderen in licht, wat ermee gebeurt in de uitscheiding,... Het is dus een multidisciplinair onderzoek."

Project 'Cocaïne in Water'Het idee om drugs via rioolwater op te sporen is niet nieuw, gaat van Nuijs verder. "Al in de jaren ´70 dachten sommigen eraan. Maar het werkelijke begin ervan is maar enkele jaren oud. Baanbrekend was alvast een Italiaanse studie die is gepubliceerd in 2007. De onderzoekers hadden het gehalte aan cocaïne in drie middelgrote, Ita-liaanse steden bepaald. Wij, bij Universiteit Ant-werpen, begonnen er eind 2007 mee, in het ka-der van project 'COWAT': COcaïne en metabolieten in Belgische afval- en oppervlakteWATeren. In 2008 publiceerden we de resultaten. We ondek-ten via het project dat het gebruik van cocaïne in de verschillende regio's sterk varieert. In regio Antwerpen is het verbruik veruit het grootst. In meer rurale omgevingen, echter, is dat een pak

minder: denk bijvoorbeeld aan kleine dorpjes in Wallonië en West-Vlaanderen. We hebben toen ook de resultaten geëxtrapoleerd naar heel Bel-gië. Daaruit besloten we dat in België vermoe-delijk twee ton cocaïne per jaar wordt gebruikt."

"Als de rioolwatertechniek in het project gevalideerd wordt, zal het officieel mogelijk zijn het drugsge-

bruik in te schatten puur en alleen door afvalwater te gebruiken. "

Monitoren voor beleidsmakersIn de loop der jaren zijn de methodes om het gebruik van drugs via rioolwater te bepalen ge-optimaliseerd en gevalideerd. "Vooral vanaf 2007 en 2008 is het heel snel gegaan," gaat van Nuijs verder. "Ik schat dat er in Europa intussen 15 landen zijn waar dergelijk onderzoek gebeurt. En daarnaast gebeurt het in onder meer Ame-rika, Canada, Australië, en werkten we mee aan een studie in China. Twee jaar geleden, in 2013, vond in dat kader een groot, internationaal congres plaats. En dan is er nog EMCDDA, het European Monitoring Centre for Drugs and Drug Addiction. Het is een Europese instelling die alle informatie in Europa verzamelt en op mekaar af-stemt. Daarmee adviseren ze de beleidsmakers. Ze ziet veel potentieel in het bepalen van de hoeveelheid drugs via rioolwater." Dat EMCDDA zette enkele jaren geleden een grootschalige studie op om het drugsgebruik in 42 Europese steden te achterhalen via rioolwater. Het ging om het grootste Europese project tot nu toe in de opkomende wetenschap van de af-valwateranalyse. In de deelnemende steden werd het afvalwater geanalyseerd om het drugsgebruik van de inwoners te achterhalen. Het tijdschrift

RIORAMA24

ONDERZOEK

Addiction publiceerde de gegevens op 27 mei 2014. De resultaten werden ook in het European Drug Report 2014 van het EMCDDA opgenomen.

Antwerpen: top in drugsVan Londen tot Nicosia en van Stockholm tot Lissabon analyseerde de studie voor EMCDDA stalen afvalwater uit de stroomgebieden van de waterzuiveringsstations. Dat gebeurde dagelijks tijdens één week in april 2012 en gedurende één week in maart 2013. Het afvalwater van onge-veer 8 miljoen mensen is toen op sporen van vijf illegale drugs geanalyseerd: amfetamine, canna-bis, cocaïne, xtc en methamfetamine. In België verzamelde en analyseerde Universiteit Antwer-pen stalen uit Antwerpen, Brussel, Geraardsber-gen, Koksijde en Ninove, dit in samenwerking met Aquafin en Aquiris. van Nuijs: "We stelden

vast dat het gebruik van drugs niet alleen in Bel-gië, maar ook op Europees vlak sterke regionale verschillen vertoont. Zo is er een redelijk hoog verbruik van amfetamineachtigen, zoals xtc, in Nederland en het Noorden van België. Dat komt doordat veel xtc in dat gebied wordt geprodu-ceerd. Ook cocaïne doet het goed in onze regio, en bij uitbreiding in West-Europa. Vooral Antwer-pen scoort qua cocaïnegebruik hoog, bleek op-nieuw. Reden is dat een groot deel van die drug net via de Antwerpse haven Europa binnenkomt. Anders is het met methamfetamine. Dit wordt vooral gebuikt in landen als Tsjechië, Slovakije, de Scandinavische landen en Oost-Duitsland; op-nieuw zijn de handelsroutes de verklaring." Dat Europese onderzoek is niet éénmalig. Het ge-beurt jaar na jaar, sedert 2011. De onderzoekers zien daarmee eveneens hoe het gebruik ervan in

Alexander van Nuijs (Universiteit Antwerpen) en Alain Vandelannoote (Milieucoördinator Aquafin)aan het waterzuiveringsstation te Lier. (Foto Lier belicht)

de loop der jaren evolueert. En het amfetami-negebruik? Ook daar scoorde Antwerpen, helaas, bij de hoogste in Europa. Net als, verrassend ge-noeg, Ninove. Het methamfetaminegebruik was dan weer verwaarloosbaar voor al de onderzochte Belgische locaties. Voor Antwerpen en Brussel is intussen drie jaar op rij rioolwater geanalyseerd. De resultaten tonen een lichte toename van het cocaïne-, xtc- en cannabisgebruik over die perio-de, terwijl het amfetaminegebruik lichtjes afnam.

Anders, maar complementairOnderzoek naar gebruik van drugs gebeurt van-daag meestal met algemene vragenlijsten, legt van Nuijs uit: "Die hebben beperkingen. De per-sonen die aan de bevraging deelnemen, zijn niet altijd objectief. Soms bewust, wegens een taboe. Of onbewust, omdat ze zelf niet goed weten

RIORAMA 25

ONDERZOEK

RIORAMA26

Onverwachte troevenAquafin ondersteunt reeds sedert 2007 het drugsonderzoek van de Universiteit Antwerpen. In het begin ging het enkel om de toelating om op haar rioolwaterzuiveringsinstallaties stalen te nemen voor een onderzoek naar cocaïne. Redelijk snel ging het ook over het nemen en conserveren van ri-oolwaterstalen en het beantwoorden van heel wat praktische vragen. Zoals: hoeveel personen zijn er aangesloten op de zuiveringsinstallatie? Hoelang is de geloosde vuilvracht van een bepaalde wijk onderweg voor het de installatie bereikt? Hoeveel kubieke meter afvalwater wordt er opgepompt en behandeld op de RWZI? Komen er na de biologische zuivering van het rioolwater in een RWZI toch nog drugs terecht in de beek of rivier waarin de RWZI haar gezuiverde afvalwater loost? Langzamerhand kwam er voor Aquafin bovendien een onverwachte beloning. Het Europese milieubeleid heeft steeds meer aandacht voor de aanwezigheid van micropolluenten en prioritaire stoffen in water. Meer van die stoffen krijgen normen. En veel van die stoffen zijn aanwezig in rioolwater. Zoals metabolieten van geneesmiddelen, drugs, en dergelijke. Door mee te werken aan het onderzoek van de Universiteit Antwerpen krijgt Aquafin meer informatie over welke chemische verbindingen kunnen verwijderd worden in een RWZI. Of meer informatie over welke zuiveringstechnologie best geschikt is om chemische stof X of verbinding Y af te breken. Deze informatie kan het dure onderzoek naar micropolluenten en prioritaire stoffen van de Onderzoeksafdeling van Aquafin vooruit helpen.

RIOLIER in LierDeel van het SEWPROF-project is het deel-project RIOLIER. Daarbij startten weten-schappers van de Universiteit Antwerpen in het najaar van 2014 met een grootschalig onderzoeksproject in Lier. Drie maanden lang wordt het rioolwater van de stad ge-analyseerd op de aanwezigheid van drugs. In combinatie met enquêtes die de bewo-ners kunnen invullen, moet dat leiden tot een nauwkeurig beeld van het drugsgebruik in die stad. De wetenschappers combineren de analyse van het rioolwater met vragen-lijsten voor de Lierenaars. Daarvoor staat de onderzoeksgroep 'Medische Sociologie en Gezondheidsbeleid' van Universiteit Antwerpen in. Ze vragen elke inwoner vanaf 15 jaar of ze bereid zijn wekelijks een en-quête over hun drugsgebruik in te vullen. Zo kunnen de wetenschappers achter het RIOLIER-project controleren of verande-ringen in drugsgebruik ook meteen in het rioolwater te zien zijn. De vragenlijsten zullen hoofdzakelijk via internet verzameld worden, waardoor de anonimiteit gegaran-deerd is.

welke drugs ze gebruiken. Bovendien neemt zo'n bevraging heel wat tijd in beslag: 1, 2, of zelfs 3 jaar. Maar de resultaten die je bekomt via riool-wateranalyse zijn objectiever. En binnen de 2 à 3 weken heb je al resultaat. Zo kan je snel uitma-ken of een gewijzigd beleid invloed heeft op het druggebruik of niet. Aan de andere kant leveren bevragingen resultaten op die wij niet kunnen geven: bijvoorbeeld wat het profiel is van de druggebruikers, en wat het gebruikspatroon is. Beide methodes, die met vragenlijsten en die via chemische analyse, zijn dus complementair."

Indicator van... heel veelBeide methodes, met vragen en met analyses, naast mekaar leggen. Dat is het doel van het Euro-pese project SEWPROF (oktober 2012-september 2016). Daarbij werken 11 Europese instellingen samen. Ze zullen nagaan in hoeverre beide me-thodes sluitend zijn, en eventueel verbeteringen voorstellen. Aan de werkwijze met vragenlijst, of aan deze met rioolwateranalyse. Wat deze laatste methode betreft, is er bijvoorbeeld de vraag in hoeverre een opgejaagde dealer, die een lading drugs in het toilet doorspoelt, invloed heeft op de resultaten. En als de rioolwatertechniek in het project gevalideerd wordt, zal dit een grote stap vooruit zijn in het rioolwateronderzoek.

Dan zal het namelijk officieel mogelijk zijn het drugsgebruik in te schatten puur en alleen door afvalwater te gebruiken. De vragenlijstmethode, die tijd- en geldrovend is, zal dan minder vaak moeten ingezet worden.

Ook zoekt het project niet alleen naar de resem drugs genre cocaïne, xtc, methamfetamine en cannabis. Het zoekt eveneens naar andere mo-gelijkheden die analyse van rioolwater biedt. Bijvoorbeeld in hoeverre het mogelijk is te be-palen hoeveel alcohol, nicotine of caffeïne de bevolking gebruikt. En of nog andere, mineure componenten zijn te bepalen. Zoals metabolie-ten van nieuwe synthetische drugs, die nog niet illegaal zijn verklaard. Ook zal SEWPROF nagaan of zo virussen zijn op te sporen, signaalstoffen van kankers, en dergelijke. En medicijnen, zoals Rilatine of morfine. Misschien wordt onze regio zo, uiteindelijk, niet alleen een topper in coca-inegebruik, maar ook in het detecteren van die componenten. Dit laatste zou een mooie stap vooruit zijn. (Door Koen Vandepopuliere)

VLARIO komt met de provinciale contactdagen naar zijn leden toe

VLARIO vindt het rechtstreeks contact met zijn leden heel belangrijk en organiseert daarom jaarlijks zijn provinciale contactdagen. Afgelopen maand heeft VLARIO dan ook weer zijn Ronde van Vlaanderen gereden. In totaal mocht VLARIO dit jaar op zijn contactdagen in Antwerpen, Gent en Leuven 285 geïnteresseerden verwelkomen en het programma werd door alle deelnemers als positief ervaren.

FEDERATIES

RIORAMA 27

Keuring privé-rioleringIn een eerste lezing gingen we dieper in op de stand van zaken van de keuring van privé-riole-ring en dit naar aanleiding van het rapport van de VMM ‘Statistieken toepassing Algemeen Wa-terverkoopreglement 2013’. In vergelijking met 2012 is er in 2013 een stijging inzake aantal uitgevoerde keuringen merkbaar van maar liefst 111 procent. In 2013 waren er 12.294 controles tegenover slechts 5.817 in 2012. Er zijn volgens het Algemeen Waterverkoopreglement (AWVR) op dit moment vier redenen om een privéwater-afvoer af te keuren. De eerste reden is wanneer de aansluiting van het afvalwater in strijd is met de geldende milieuvoorwaarden.

"In vergelijking met 2012 is er in 2013 een stijging inzake aantal uit-gevoerde keuringen merkbaar van maar liefst 111 procent."

Dit betekent dat in het collectief te optimalise-ren buitengebied de plaatsing van een voorbe-handelingsinstallatie verplicht is. Deze installa-tie moet voorzien zijn van aansluitingen voor de afvoer van zwart en grijs afvalwater. Wij stellen hieromtrent een merkelijke verbetering vast en dit is waarschijnlijk onder meer te wijten aan een infocampagne over voorbehandelingsinstal-laties die VLARIO heeft georganiseerd en waar-van de info nog op de website te vinden is. Een

tweede criterium waarop men keurt, is de aanwe-zigheid van een hemelwaterput conform de bepa-lingen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013. Het derde en vierde punt hangen samen. Een privéwaterafvoer wordt afgekeurd indien huishoudelijk afvalwater in het gedeelte dat bestemd is voor de afvoer van he-melwater wordt geloosd of indien er hemelwa-ter in het gedeelte van de privéwaterafvoer dat bestemd is voor de afvoer van huishoudelijk af-valwater wordt geloosd. De meest voorkomende reden om af te keuren is een inbreuk deze tegen laatste categorie. De meest voorkomende fout is hier dat terrassen en (kelder)opritten nog steeds op DWA worden aangesloten. De pragmatische regel moet hier gevolgd worden. Dit betekent dat het afwaterend putje of roostertje aangesloten mag worden op DWA indien er hoofdzakelijk kuis-water op toekomt. Dit dient op RWA te worden aangesloten indien hemelwater kan afwateren naar dit putje of roostertje. Een heel belangrijk aspect bij de keuringen is de inventarisatie van de verharde oppervlakten. Hemelwater moet de kans krijgen om in de bodem te infiltreren. Het hemelwater ter plaatse houden en zoveel moge-lijk laten infiltreren is immers de boodschap en de Vlaamse regering heeft daarom op 5 juli 2013 een nieuwe gewestelijke verordening hemelwater (GSV) goedgekeurd. Dit GSV komt tegemoet aan de vraag om nog meer brongericht na te denken wanneer we het over hemelwater hebben. Uit de inventarisatie bij de keuringen van dit jaar blijkt dat 20% van de onderzochte panden de opge-legde infiltratie niet heeft uitgevoerd. Volgens

het Algemeen Waterverkoopreglement mag een pand echter niet worden afgekeurd op basis van het ontbreken van een infiltratievoorziening. De boodschap van VLARIO is duidelijk. Een aanpas-sing van deze bepalingen is noodzakelijk.

Standaardbestek 250 versie 3.1: voornaamste wijzigingenRecent is het nieuwe Standaardbestek 250 ver-sie 3.1 gepubliceerd. VLARIO maakt er een ere-zaak van zijn specialisten en tevens leden van de werkgroepen de voornaamste wijzigingen op het vlak van rioleringen te laten toelichten. Een

Wendy Francken, Directeur Vlario

Bart Vanhout (voorzitter Werkgroep 8 - VLARIO) gaf uitleg over sleufloze technieken voor gemeentelijke

infrastructuurwerken en huisaansluitingen.

FEDERATIES

eerste belangrijke wijziging is de actualisering van de nomenclatuur. Zo is er een belangrijke aanpassing in het kader van het gescheiden stelsel en spreken we voortaan niet meer over inspectieputten maar over toegangs- en verbin-dingsputten. Toegangsputten zijn mantoegan-kelijke putten en verbindingsputten zijn dan de kleinere, niet-mantoegankelijke putten. Deze laatste zullen, gezien de beperkte beschikbare ruimte, voortaan meer en meer gebruikt worden en zijn dus nu ook opgenomen in het SB250. Heel belangrijk in versie 3.1 van het SB250 is de integratie van het volledige VLARIO-bestek in de hoofdstukken 3, 7 en 9. De volledige presentatie met al de voornaamste wijzigingen is terug te vinden op het ledengedeelte van onze website.

Typestekken en normen Werkgroep 5 is al enige tijd bezig met de proble-matiek van riolering en meer bepaald rijwegdek-sels in de rijweg. De denivellatie van de deksels ten opzichte van de rijwegverharding veroorzaakt

klinkende deksels met geluidsoverlast als gevolg. De leden van werkgroep 5 zijn, samen met de andere betrokken actoren, op zoek gegaan naar mogelijke oplossingen voor dit probleem. De eenvoudigste oplossing en op gewestwegen ook geëist door de wegbeheerder is de aanleg van ri-olering in de zijberm. Door de aanwezigheid van nutsleidingen is dit echter veelal niet mogelijk en dienen we de riolering onder de rijweg aan te leggen. Een mogelijke oplossing om de pro-blemen met klinkende deksels te ondervangen, is de put voorzien van een zwevende opstelling van het deksel zodat de zetting gelijkmatig gebeurt met de rijweg. Tevens pleit VLARIO voor een kwalificatiestelsel voor aannemers van diensten en werken. De huidige erkenning van aannemers geeft te weinig garantie voor de kwaliteitsbor-ging van de dienstverlening. Europese richtlijnen schrijven voor dat er meer aandacht voor kwali-teit moet zijn en niet alleen de prijs maatgevend mag zijn. Om dergelijk systeem in de praktijk om te zetten, worden verschillende denkpistes

naar voor gebracht. Een inventarisatie van het nu reeds verplichte beoordelingsformulier dat volgens het SB250 bij de eindafrekening moeten worden toegevoegd, de oprichting van een kwa-lificatiecommissie bestaande uit verschillende belangengroepen, het op verschillende tijdstip-pen houden van evaluatiesessies, waarin de tech-nische kennis van het personeel getest wordt, onverwachte werfbezoeken door onafhankelijke keuringsinstellingen zijn een aantal denkpistes. VLARIO is ervan overtuigd dat dergelijke werk-wijze met de nodige handhaving waarbij bijvoor-beeld een dienstverlener tweejaarlijks zijn mini-mum moet halen, kan bijdragen tot de kwaliteit van de werken. Omtrent voorgaande zijn binnen de Vlaamse overheid al verkennende gesprekken maar aangezien dit federale materie is, dienen ook de andere gewesten mee te gaan in het ver-haal. Streefdoel is dit voor de ganse bouwsector open te trekken en dit voor het einde van de regeringslegislatuur operationeel te maken.

RIORAMA28

FEDERATIES

Sleufloze technieken voor gemeentelijke infrastructuurwerken en huisaansluitingen De aanleg van riolering, terwijl de rijwegverhar-ding nog in perfecte staat is, levert onnodige kosten op. Werkgroep 8 zocht naar de mogelijk-heden om dergelijke rioleringen aan te leggen zonder dat de verharding dient opgebroken te worden. Op de contactdag lichtte VLARIO de op vandaag beschikbare technieken inzake de sleu-floze aanleg toe, daarbij rekening houdende met de toepassingsvoorwaarden van de verschillende technieken.

Beschikbare technieken:• Gestuurde pilotboring• Micro-tunneling met open front (grondtrans-

port met avegaar)• Micro-tunneling met gesloten front (hydrau-

lisch grondtransport)• Horizontaal gestuurde boring

(Directional drilling).

Kwaliteitszorg en materiaalkeuze: onderzoek werking infiltratiebekkensDirk Stove, voorzitter van werkgroep 6 “mate-riaalkeuze en kwaliteitszorg”, bracht verslag uit van enkele opgedragen masterstudies over de werking van ondergrondse infiltratiebekkens. Een eerste onderzoek werd in 2013 uitgevoerd op het ondergronds infiltratiebekken op de Grote Markt in Turnhout. Dit infiltratiebekken werd uit-gevoerd in het jaar 2010 voorafgaandelijk aan de mooie herinrichting van de Grote Markt. Hierbij werd rondom de Grote Markt een gescheiden rio-lering aangelegd waarbij het regenwater van de markt en de woningen naar het infiltratiebekken wordt afgevoerd. Voor de opvang van het afval-water zijn rondom de kerk op het plein meerdere aansluitputjes voorzien. Het bufferbekken heeft als afmetingen van 824 m³ en voor dit bekken werden 13 krattenstraten en dit gestapeld in 3 lagen en omwikkeld met een niet geweven geo-

textiel. De aanzet van de bodem van het bekken is gelegen op 3,30 m onder het plein. De uitgra-ving van de enorme bouwput is zonder tussen-komst van een grondwaterverlaging in het droge uitgevoerd. De uitstroom van het bekken is voor-zien van een debietbegrenzer(38l/sec) op 1,20 m boven het bodempeil van het bekken om maxi-maal water in de bodem te kunnen infiltreren.Vóór aanvang van de beproeving van het bekken in het voorjaar van 2013 werd vastgesteld dat er in het bekken een waterhoogte van 1,20 m water aanwezig was, hetgeen een verrassende vaststel-ling was. Met dit gegeven werd gestart met de uitvoering van volgend beproevingsprogramma:1. Beproeving infiltratiecapaciteit van het bek-

ken door vulling van het bekken met 43m³ water, wat overeenkomt met een waterhoogte van 100 mm water en opmeting van daling van het waterpeil met elektrische niveausonde.

2. Leegpompen van het bekken via een inspectie-put. Vaststelling van drijflaagje van olie of vet op het wateroppervlak.

3. Inspectie van het bekken via de vier aanwezi-ge inspectieputten. Vaststelling van aanwezig-heid van restmaterialen in de kratten van blik, plastics en dergelijke, waarbij in het bijzonder op één krattenstraat, het aanwezige restvuil een obstructie vormde voor de camera-inspec-tie.

4. Reiniging van de kratten onder hoge druk met rioolrat via de vier inspectieputten. De hoe-veelheid verwijderde restvuil bedroeg slechts 0,50 m³.

5. Gewacht op stijging van het waterpeil in het bekken tot rusttoestand – in de veronderstel-ling dat het grondwater boven het bodempeil stond - voor uitvoering van een nieuwe infil-tratieproef. Het waterpeil steeg in het bekken niet tot ieders verbazing, zelfs niet na een week wachten. Het grondwaterpeil bleek zelfs in de winter lager te staan dan de bodem van het bekken.

6. Nieuwe vulling van het nu lege bekken met water met 43 m³ of een waterhoogte van 100 mm en meting van de daling van het waterpeil met elektrische niveausonde. Vanwege de be-proeving bij verschillende waterhoogte in het bekken kon er geen sluitende conclusie wor-den getrokken over de infiltratiesnelheid.

7. Een nieuwe opmeting van de daling van het waterpeil In de maand juni, ditmaal over de duur van 30 dagen bij opnieuw een waterstand van 1,20 m in het bekken.

8. Vergelijking infiltratiesnelheid vóór en nà rei-niging infiltratiebekken

• daling waterpeil vóór reiniging: 0,8 mm/u• daling waterpeil nà reiniging: minimum 0,6

mm/u en max 0,9 mm/u

Conclusie• Reiniging bodem van bekken heeft geen posi-

tief effect op infiltratiecapaciteit.• Een daling met een waterpeil van 0,8 mm/u of

infiltratiecapaciteit van 6,61.10-6 m/u via de verticale wanden van het bekken is een veel te kleine infiltratiecapaciteit.

• Oorzaak kleine infiltratiecapaciteit toe te schrijven aan te kleine doorlaatbaarheid van bodem of infiltratiedoek.

Uiteraard wil VLARIO niet enkel kennis versprei-den, maar tevens een netwerkmoment creëren waar de verschillende actoren van de sector elkaar kunnen treffen. De thema’s die werden toegelicht waren producten van de werkgroepen. Alle presentaties zijn terug te vinden via het le-dengedeelte van de website.

• www.vlario.be

RIORAMA 29

RioPACT ondersteunt gemeenten bij opmaak van zoneringsplannen en gebiedsdekkende uitvoeringsplannen

RioPACT, een samenwerkingsverband tussen De Watergroep en Aquafin, biedt haar gemeenten-vennoten een ruime dienstverlening aan op het vlak van rioolbeheer. Eén van de diensten die RioPACT aanbiedt, is de begeleiding bij de opmaak van de zoneringsplannen en de gebiedsdekkende uitvoeringsplannen. Manager Thierry Guffens legt uit welke troeven RioPACT hiervoor in handen heeft. We staken ook ons licht op bij verschillende gemeentebesturen die vandaag al een RioP- of RioAct-overeenkomst hebben en peilden naar hun ervaringen.

De Europese Kaderrichtlijn Water is erop gericht tegen eind 2015 een goede kwaliteit van het oppervlaktewater te bereiken. Op deze dead-line is tweemaal zes jaar uitstel mogelijk mits een verantwoorde motivering. Dit betekent dat alle lidstaten uiterlijk tegen eind 2027 moeten voldoen aan deze Kaderrichtlijn Water. Om aan deze doelstelling te beantwoorden, creëerde de Vlaamse overheid een uitwerking van stroom-gebiedbeheerplannen, met als onderliggende elementen de zoneringsplannen en de gebieds-dekkende uitvoeringsplannen. De stroomgebied-beheerplannen zitten sinds 9 juli 2014 in de fase openbaar onderzoek, en dit loopt tot en met 8 januari 2015. Er wordt verwacht dat de definitie-ve goedkeuring van de stroomgebiedbeheerplan-nen (en dus ook de onderdelen zoneringsplannen en gebiedsdekkende uitvoeringsplannen) tegen eind 2015 een feit zal zijn.

Welke meerwaarde kan RioPACT hebben bij de opmaak van de zoneringsplannen en de gebiedsdekkende uitvoeringsplannen?Thierry Guffens: “RioPACT biedt de gemeenten via het samenwerkingsmodel RioP een totaaloplos-sing aan voor de saneringsopdracht van het af-valwater, en via het samenwerkingsmodel RioAct een dienstverlening op maat. Dankzij de gespeci-

aliseerde kennis en ervaring van RioPACT bieden we binnen deze samenwerkingsvormen heel wat toegevoegde waarde aan de gemeenten. Zo staan we in voor begeleiding en advies bij de opmaak van de zoneringsplannen en de gebiedsdekkende uitvoeringsplannen.”

“Het is positief dat je er als kleine gemeente niet alleen voor staat om plannen na te kijken en te

beoordelen."

Wat biedt RioPACT dan concreet aan?Thierry Guffens: “Alle RioP-vennoten en de Rio-Act-gemeenten die ervoor kiezen, worden volle-dig begeleid in het totale proces van de opmaak van de zoneringsplannen en de gebiedsdekkende uitvoeringsplannen. Onze gebiedsingenieurs werken een gefundeerde visie uit op de uitbouw van het rioolstelsel, maken een diepgaande ana-lyse en geven advies over de voorstellen van zo-neringsplannen en gebiedsdekkende uitvoerings-plannen die door Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) werden voorbereid en aan de gemeenten bezorgd. De opmerkingen bij bijvoorbeeld het bepalen van de prioriteiten of de timing worden

gebundeld voor goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen van de betrok-ken gemeenten en daarna bij VMM ingediend te-gen uiterlijk 8 januari 2015, de deadline voor het formuleren van opmerkingen op het openbaar onderzoek van de stroomgebiedbeheerplannen.”

We peilen ook even bij de gemeentebesturen zelf. Temse en Waasmunster zijn RioP-vennoot en hebben dus het rioleringsstelsel en alle rioleringstaken uitbesteed. Hoe ervaren zij de toegevoegde waarde van RioPACT in de begeleiding van de herziening van de zoneringsplannen en de gebiedsdekkende uitvoeringsplannen?Peter Vandersnickt (technisch diensthoofd Temse): “Binnen RioPACT doen we een beroep op de deskundigheid die we zelf als gemeente niet in huis hebben. Door de samenwerking RioP – gemeente slagen we erin om een goed en evenwichtig voorstel uit te werken, dat re-kening houdt met de verwachtingen van diverse actoren.” Nicole Drieghe (diensthoofd grondge-biedzaken Waasmunster): “Het is positief dat je er als kleine gemeente niet alleen voor staat om dergelijke plannen na te kijken en te beoordelen. Binnen RioP kan je een aantal opties bespreken. Bovendien brengen de medewerkers van RioP de

PROJECTFEDERATIES

RIORAMA30

ervaringen van andere gemeenten mee, zodat je kan leren hoe andere gemeenten met bepaalde problemen omgaan.”

Ook RioAct-gemeenten kunnen ervoor kiezen om zich te laten bijstaan bij de opmaak van de plannen. Wingene is bijvoorbeeld zo’n gemeente. Waarom heeft Wingene hiervoor gekozen?Alex Kerckaert (technisch diensthoofd Wingene): “In onze gemeente was Aquafin al betrokken bij de opmaak van een voorloper van het gebieds-dekkend uitvoeringsplan, zijnde het strategisch plan. Hierdoor konden we heel snel en in over-leg met RioAct en de VMM een gebiedsdekkend uitvoeringsplan ontwikkelen dat volledig is aan-gepast aan ons budget en onze mogelijkheden. Via RioAct konden we de nodige assistentie en kennis flexibel inroepen.”

RioPACT biedt naast de ondersteuning bij de op-maak van de zoneringsplannen en de gebiedsdek-kende uitvoeringsplannen via RioP nog heel wat andere diensten aan gemeenten, namelijk:• Inventarisatie van het bestaande riolerings-

stelsel, opbouw en up-to-date houden van een rioleringsdatabank in een GIS-omgeving.

• Uitbouw van een gestructureerde visie voor de uitbouw van het rioleringsstelsel:

- Knelpunten detecteren en oplossingen be-palen.

- Een toekomstvisie ontwikkelen voor de verdere uitbouw van het stelsel.

- Advies en controle bij grote verharde oppervlakten, verkavelingen…- Uitbouwen van een visie voor onderhoud,

beheer en renovatie van het bestaande rioleringsstelsel gebaseerd op een strate-

gische analyse en een risicoanalyse.- Jaarlijks opmaken van een rollend inves-

teringsprogramma en een rollend onder-houds- en renovatieprogramma.

- Volledige realisatie van de jaarlijkse investerings-, onderhouds- en renovatie-

programma’s.- Operationeel beheer van het volledige rioleringsstelsel.- Klantencontactcenter: aanspreekpunt voor

de inwoners.- Coördinatie en management, juridische en

boekhoudkundige dienstverlening.

• www.riopact.be

FEDERATIES

Het zoneringsplan (ZP) geeft de visie weer van de gemeente op de verdere uitbouw van het rioleringsstelsel in het buitengebied tegen eind 2027. Er wordt deels geopteerd voor een collectieve optimalisatie van het buitengebied door aanleg van riolering op het openbare domein, en deels voor een individuele optimalisatie van het buitengebied door aanleg van installaties voor individuele behandeling van afvalwater (IBA’s).

Het gebiedsdekkende uitvoeringsplan (GUP) vertaalt deze visie in een concreet projectenplan met bijhorende prioriteitenlijst en timing. Na de de-finitieve goedkeuring van het GUP is deze prioriteitenlijst en timing ook bindend voor de gemeenten. Het collectief te optimaliseren buitengebied wordt onderverdeeld in concrete projectclusters waarvoor een prioriteit en timing van uitvoering worden bepaald, en dit binnen enkele planperi-odes. Tijdens de lopende periode van openbaar onderzoek kunnen gemeenten, hun burgers en iedereen die dat wenst opmerkingen formuleren op het huidige voorstel van GUP dat door VMM werd opgemaakt. De gemeenten dienen hun opmerkingen via collegebeslissing te bevestigen aan VMM.

Thierry Guffens (Manager RioPACT): “RioPACT biedt de gemeenten via het samenwerkings-model RioP een

totaaloplossing aan voor de sanerings-opdracht van het afvalwater, en via

het samenwerkings-model RioAct een dienstverlening op

maat.”

RIORAMA 31

FEDERATIES

De financiële flow in de watersector: What goes in, must come out

De water-en rioleringsmaatschappijen balanceren constant tussen de verschillende inkomsten die zij verwerven via de vergoedingen, subsidies, begroting en heffingen, en de uitgaven die zij verplicht zijn te doen voor renovatie, modernisering en ontwikkeling van hun netten. Daarin spelen vele partijen (gemeente, MiNa-fonds, Vlaamse Overheid, VMM, maatschappijen en afnemers) een rol. Een balans tussen deze twee posten is noodzakelijk, en binnenkort nog meer met een striktere toepassing van het "vervuiler betaalt"-principe. Een overzicht van wat op het eerste zicht vrij ingewikkeld lijkt, en van de voorziene veranderingen hierin.

ConceptDe Vlaamse overheid en water-en rioleringsmaat-schappijen dienen een voortdurende strijd te leveren tussen input (goedgekeurde bijdragen, heffingen en mogelijke subsidies) en output (verminderde pot geld vanuit de overheid voor investeringen, duurder wordende factuur). De in-komsten voor water-en rioleringsmaatschappijen worden heden uit verschillende bronnen verkre-gen: tarifering, subsidies en begrotingen.

TariferingEr is natuurlijk de tarifering, dit is voorname-lijk een gemeentelijke en bovengemeentelijke saneringsbijdrage/-vergoeding die aan de grote en kleine afnemer wordt geheven op basis van verbruik type klant, etc… Deze is deels geba-seerd op het principe van de "vervuiler betaalt", in die zin dat slechts een stuk van de dekking van de investeringskosten hieruit wordt geno-men. Dit principe zal meer toepassing krijgen, door nog meer via tarieven te heffen, in plaats van indirecte begrotingsmiddelen.

Subsidies van het Gewest aan de gemeenteOok voorziet het Gewest, via het MiNa-fonds, een pot geld van subsidies, afkomstig onder-meer uit de heffingen waterverontreiniging en grondwaterwinning. Dit MiNa-fonds geeft aan de gemeenten de mogelijkheid om een subsidie te ontvangen voor bepaalde projecten. Dit kadert

in gemeentelijke investeringsprogramma's, op-gesteld door VMM, voor gemeentelijke riolerin-gen, individuele afvalwaterbehandeling (IBA) en kleinschalige zuiveringsinstallaties: • Subsidies voor rioleringskosten van de gemeen-

ten worden toegekend à rato van 50%, maar kan worden verhoogd tot 75% voor de aanleg van een stelsel dat afvalwater en regenwater gescheiden afvoert en tot 100% voor een af-voersysteem dat alleen afvalwater afvoert en waarbij het regenwater langs grachten weg-vloeit. Deze grachten dienen milieuvriendelijk in stand te worden gehouden.

• Subsidies voor aanleg van kleinschalige water-zuiveringsinstallaties kunnen dan weer reke-nen op een mogelijke subsidie van 50%, en tot 100% als de gemeente het afvalwater en regenwater afvoert via een gescheiden stelsel. Men spreekt van een KWZI als er op de instal-latie niet meer dan 2.000 IE wordt gezuiverd.

• Voor aanleg IBA's wordt met een andere maat-staf gewerkt om de subsidies te berekenen: bij de beslissing van een gemeente om een collectieve aanpak te hanteren, kan een sub-sidiebedrag van 2.250 euro per geplaatste IBA worden voorzien.

Twee belangrijke punten hierin. Vooreerst kunnen de subsidies tot op heden niet de te doene inves-teringen dekken. Daarom moet dus door de VMM een keuze gemaakt worden welke investering zij

meer wenst te ondersteunen en welke minder. Zo worden bijvoorbeeld traditioneel investeringen in rioleringen gecombineerd met gewestwegpro-jecten sneller ondersteund. Het Lokaal Pact heeft hierbij trachten deels dit probleem te verhelpen.Ten tweede heeft de nieuwe Regering reeds aan-gegeven deze subsidiëring zoveel mogelijk verder te zetten, maar stelt een nieuw subsidiebesluit voor dat de gemeenten de zekerheid moet bieden "op langere termijn over de mogelijke financi-ele ondersteuning vanuit het Gewest", en wordt eventueel gekoppeld aan de Beleids- en Beheers-cyclus (BBC). Dit laatste is het plannings-, regis-tratie- en evaluatiesysteem van de lokale bestu-ren (=koppeling alle beleidskeuzes aan vereiste financiële middelen), toe te passen vanaf begin 2014 (tenzij uitstel tot 2015) door alle gemeen-ten (en ook autonome gemeentebedrijven).

Begroting legt bijOok wordt door het Vlaams Gewest normaal onge-veer 200 miljoen euro bijgelegd uit de begroting voor waterzuivering. De nieuwe Regering heeft echter reeds aangekondigd dat dit zal verande-ren: terwijl dit geld uit de algemene middelen in principe door elke Vlaming betaald wordt, wenst men nu nog meer diegene te laten betalen die de waterzuivering noodzakelijk maken: de vervuiler betaalt. De voorspelde vermindering van 48 mil-joen euro in de begroting voorziening, dient dan weer opgevangen te worden door doorrekening

PROJECTJURIDISCH

RIORAMA32

JURIDISCH

in de tarieven (bovengemeentelijke sanerings-bijdrage, want het gaat over zuivering, een bo-vengemeentelijke bevoegdheid, zie "tarifering"): ook hier is een balans noodzakelijk. Kritiek uit de pers (van ondermeer SERV) laat hierbij opmerken dat, doordat artikel 16 uit het drinkwaterdecreet bepaalt dat de gemeentelijke saneringsbijdrage 1,4 keer het tarief van de bovengemeentelijke bijdrage kán bedragen, en doordat de bovenge-meentelijke bijdrage zal stijgen, de gemeenten conform eveneens kunnen beslissen de gemeen-telijke bijdrage te laten stijgen, soms zelfs door een automatische koppeling. Op de factuur zou dit volgens deze berekeningen nog een extra kostprijs voor de gebruiker van 58 miljoen euro betekenen, hetgeen nog valt af te wachten.

BenchmarkenOm de voormelde subsidies en uitgaven zo goed en efficiënt mogelijk te spenderen, wenst de nieuwe Regering meer financiële controle uit te voeren op de eindbestemming van de bedragen. Zij wenst een overzicht te hebben van wat re-delijk is, namelijk een benchmark te doen tus-sen projecten wat effectief is en wat minder. Die benchmark kan worden opgelegd, en wordt gecombineerd met meer steekproeven naar kwa-liteit en met meer gerichte evaluaties.

GemeentesubsidiesOok bestaan er, tegenover de inwoners/bedrijven dan wel, subsidies in de vorm van subsidie voor hemelwaterputten en voor scheiding regenwater en afvalwater, teneinde een betere infrastructuur te verkrijgen. De hemelwaterput moet hierbij aan de voorwaarden voldoen van de verplichte instal-latie van een regenwaterput, en elke gemeente kan nog bijkomende voorwaarden opleggen.

GemeentebelastingGemeentes zouden verder bepaalde gemeente-belastingen kunnen heffen om bepaalde inves-teringen te ondersteunen. Terwijl dit vroeger de standaard was, en verschillend per gemeente, is dit op vandaag zeer sterk verminderd omdat men dit nu in de feiten beheerst via de gemeentelijke saneringsbijdrage. Een klein aantal gemeenten heeft echter nog steeds één of andere vorm van gemeentebelasting.

Schematisch Bovenvermelde financiële inkomsten en uitgaven kunnen schematisch als volgt worden voorge-steld:

Conclusie• Het systeem bestaat uit vele onderdelen: opdat

gemeentes en derden een overzicht kunnen krij-gen van de financiële boekhouding voor inves-teringsprojecten, dient gekeken te worden naar de bestaande subsidies, tarieven, begrotingen en belastingen.

• Wijzigingen te verwachten: alhoewel het hele ka-der en systeem niet zal wijzigen in de komende legislatuur, worden hier en daar serieuze veran-deringen aan deze financiële flow gedaan. Doel is kostenbesparing, de juiste personen laten beta-len, en efficiëntie te verbeteren.

(Door Wouter Vandorpe en David Haverbeke - Advoca-

tenkantoor Fieldfisher LLP, Energy & Utilities, Brussel)

Financiële flow watermarkt (subsidies, tarieven, begroting, belasting)

Vlaamse Overheid /VMM

Consument

Gemeente

Aquafin

Subsidie hemelwaterputScheiding regen / afval

Subsidie kleine IBA, KWZI, riolering

Gemeentelijke saneringsbijdrage

Bovengemeentelijke saneringsbijdrage

(Gemeentebegroting)

Subsidie zuivering

(Gemeentebelasting)

Rollende investeringsprogrammaʼs

Gewestbegroting (Algemene belastingen)

• http://www.fieldfisher.com/offices/brussels/energy

RIORAMA 33

Nidagravel® 100% waterdoorlatende parkeerplaatsoplossingen

Nidaplast leverde 800 m2 van haar product nidagravel® voor de bouw van een parkeerplaats in Gent. De honing-raatspecialist werd gekozen voor de inrichting van een parkeerplaats waar design wordt gecombineerd met een uitstekende regenwaterafvoer. “Nidagravel® behoudt de natuurlijke waterdoorlatendheid van de grond en zorgt voor een goede grindstabiliteit. Voor dit perceel, waar-bij wordt uitgegaan van een jaarlijkse neerslag van 600 liter per vierkante meter, zal er 500 m3 water niet het netwerk binnenstromen, maar naar het natuurmilieu worden afgevoerd” aldus Luc Nuttens (Marketing en Ontwikkeling Nidaplast).

• www.nidaplast.fr

Lichtgewicht composietoplossingen van Fibrelite

Rioolrenovatie van de tweedegeneratie

Nieuwe Kobelco SK 210 LCT-9 voor de Altez Group

Fibrelite tekende een sterke stijging op in de vraag naar infor-matie over zijn uit composietmateriaal vervaardigde, lichtge-wicht toegangsdeksels. Tal van sectoren verkiezen volgens de fabrikant dergelijke composieten boven traditionele materia-len ten gevolge van veranderende voorschriften en strikte ge-zondheids- en veiligheidsrichtlijnen en krijgen daarbij steeds meer oog voor het totale plaatje van de levenscycluskosten. Het ontwerp van de Fibrelite-deksels omvat tot twee hefpun-ten voor speciaal ontworpen handgrepen. Deze laten de ope-rator toe om het deksel te verwijderen zonder dat zijn vingers gekneld raken of zonder dat hij voorover hoeft te buigen. GRP-producten worden ondertussen ook op grote schaal gebruikt voor toepassingen waarbij corrosie een ernstige bedreiging vormt voor ondergrondse inrichtingen. Fibrelite biedt eveneens de mogelijkheid om bedrijfslogo's en andere merktekens op haar deksels te laten aanbrengen. Voor bijkomende merk- of productidentificatie-elementen of voor een aanpassing aan de kleur of lay-out van een inrichting kan Fibrelite haar composietdeksel in quasi elke kleur of combinatie van kleuren vervaardigen. De fabrikant kan tot slot, indien gewenst, eveneens voor op maat gemaakte afsluit-oplossingen voor diverse types van geulen en putten zorgen.

• www.fibrelite.com

REHAU ontwikkelde een duurzame en voordelige tech-niek om rioolputten te saneren. Bij deze techniek (schacht-in-schacht-sanering) wordt in de bestaande put DN 1000 of DN 1200 een één maat kleinere put ingebouwd die de afwateringsfuncties volledig over-neemt. De beschadigde put wordt niet verwijderd, maar wordt voorbereid voor het plaatsen van de nieuwe AWASCHACHT rioolput. Deze nieuwe methode heeft een aantal voordelen. De AWASCHACHT rioolput uit polypro-pyleen is stabiel, corrosievrij, waterdicht en is belast-baar tot SLW60. De sanering kan ongeacht de weersom-standigheden plaatsvinden en ingebruikname is reeds terug mogelijk enkele uren na de renovatie. Niet on-belangrijk is dat de ingreep in het straatbeeld op deze manier herleid wordt tot een minimum.

• www.rehau.be

De Altez Group, een veelzijdige bouwgroep uit Tielt, heeft recent een nieuwe conventionele Kobelco SK 210 LCT-9 aangekocht bij de firma De Bruycker. De Kobelco SK 210 LCT-9 is de eerste conventionele graafmachine die wordt uitgeleverd met een tweedelige giek door De Bruycker. Dankzij de verstel-bare giek kan men dichter bij de machine werken en heeft men ook een groter bereik maaiveld. Daarnaast komt een tweedelige giek optimaal tot zijn recht in beperkte ruimtes of onder obstakels. De machine is uitgerust met een meetsysteem voor graafmachines, waardoor het afgegraven niveau continu kan worden gemeten. De machine is tevens voorzien van het nieuwe KOMEXS-systeem. Met dit graafmachine-opvolgingssysteem kunnen Kobelco-machines op afstand worden beheerd.

• www.debruycker.be

PRODUCT NEWS

RIORAMA34

PRODUCT NEWS

[COLLECT] [CLEAN] [HOLD] [RELEASE]

Van de eerste druppel die op de oppervlakte valt tot het grootste, berekende

debiet, alles wordt gecontroleerd opgevangen en in de gewenste richting

gestuurd.

Is het regenwater verontreinigd of wordt er proceswater opgevangen? Vetten, oliën en slibdeeltjes

worden eruit gehaald, omdat het milieu ons

dierbaar is.

Het water wordt gestockeerd in buffer- of

infiltratiebekkens om overstromingen in lager

gelegen gebieden tegen te gaan.

Uiteindelijk wordt het water gedimensioneerd afgevoerd in de ondergrond, naar de riolering, een rivier of een natuurlijk wachtbekken.

OLIE- EN VETAFSCHEIDERSAFVOERGOTEN

INFILTRATIE- EN BUFFERINGSBEKKENS POMPPUTTEN

ACO Passavant n.v. - Preenakker 8, 1785 Merchtem - Tel. 052 38 17 70 - Fax. 052 38 17 71 - www.aco.be - [email protected]

ACO. Totaaloplossingen voor efficiënt waterbeheer.

[COLLECT] [CLEAN] [HOLD] [RELEASE]

Van de eerste druppel die op de oppervlakte valt tot het grootste, berekende

debiet, alles wordt gecontroleerd opgevangen en in de gewenste richting

gestuurd.

Is het regenwater verontreinigd of wordt er proceswater opgevangen? Vetten, oliën en slibdeeltjes

worden eruit gehaald, omdat het milieu ons

dierbaar is.

Het water wordt gestockeerd in buffer- of

infiltratiebekkens om overstromingen in lager

gelegen gebieden tegen te gaan.

Uiteindelijk wordt het water gedimensioneerd afgevoerd in de ondergrond, naar de riolering, een rivier of een natuurlijk wachtbekken.

OLIE- EN VETAFSCHEIDERSAFVOERGOTEN

INFILTRATIE- EN BUFFERINGSBEKKENS POMPPUTTEN

ACO Passavant n.v. - Preenakker 8, 1785 Merchtem - Tel. 052 38 17 70 - Fax. 052 38 17 71 - www.aco.be - [email protected]

ACO. Totaaloplossingen voor efficiënt waterbeheer.

Hemelwaterplanwerken aan zuiver water

een doordachte toekomstvisie

Door de veranderingen in het klimaat wordt debeheersing van het hemelwater complexer. Gemeentenmoeten bij hun ruimtelijke indeling rekening houdenmet meer regenwater en zwaardere piekbuien. Door nuwerk te maken van een hemel waterplan, kunnen deeconomische, maatschappelijke en ecologische kostenvan het veranderende weerpatroon worden ingedijkt.Elke gemeente is natuurlijk uniek qua bebouwing,reliëf en aantal waterlopen. Elke gemeente heeft ookzijn eigen financiële prioriteiten. Dat beseft Aquafinals geen ander.

De voorbije maanden heeft het waterzuiveringsbedrijfzijn kennis en ervaring benut om een pragmatischeruimtelijke visie voor hemelwater uit te werken.Samen met de gemeente Wetteren werd een eersteconcreet hemelwaterplan opgemaakt, dat de lokaleknelpunten in kaart brengt en uitvoerbare ruimtelijkemaatregelen voorstelt om de toekomstige volumesregenwater afdoende te laten infiltreren, bufferen ofvertraagd af te voeren. Om de voorgestelde maatregelente kunnen implementeren, zal Aquafin de gemeenteverder ondersteunen om het nodige draagvlak tecreëren bij alle betrokken instanties en bij de inwonersvan Wetteren.

GEÏNTERESSEERD?Bezoek onze stand op de Vlario-beurs.

© Tina Pogacnik

Volg Aquafin op

_AQUA_ADV_RIORAMA__AQUA_ADV_RIORAMA 20/02/14 13:59 Pagina 1

Riorama 08

Documents

Transcript of Riorama 08