Pamflet april 2009
date post
07-Mar-2016Category
Documents
view
226download
2
Embed Size (px)
description
Transcript of Pamflet april 2009
april 2009 :: nr. 9 :: voor en door sociologen :: USOCIA
Libertarir Hub JongenBelastingheng is een vorm van geweld
p. 16
Paul Nieuwbeerta Veel criminologisch onderzoek voldoet niet aan M&T1-criteria
p. 4
Het sprookje leeft voortDemocratie is te idealistisch
p. 12
PAMFLET
april 2009 :: nr. 9 :: voor en door sociologen :: USOCIA PAMFLETPAMFLET
Colofon:
Voorwoord
Een dikke Pamet dit keer! De meeste redacties van kranten en tijdschriften moeten in deze tijden van crisis
gaan snijden in hun werknemersbestand maar Het Pamet hoeft zich nergens zorgen over te maken. Misschien
moeten wij eens na gaan denken over een overstap naar de publieke omroep.
Hoe dan ook: ik zie tot mijn vreugde dat Het Pamet zich steeds meer tot een discussieplatform ontwikkelt.
Naast de gebruikelijke polemiek die we elk nummer hebben heeft deze keer oud-redacteur Leonard van t
Hul (momenteel studerende in Amsterdam) een reactie geschreven op het betoog tegen de vrije wil van Tito
Sixma uit het vorige nummer. Daarnaast hebben we twee ingezonden stukken: pre-master en U-raadkandidaat
Maarten Hillebrandt heeft kritiek op het Strategisch Plan van de Universiteit Utrecht en eerstejaarsstudent Jarl
Mooyaart heeft een prikkelende aanklacht tegen de democratie. Ik ben benieuwd wat voor reacties we hier op
gaan krijgen!
Twee interviews dit keer: met docent en criminoloog Paul Nieuwbeerta en met libertarir Hub Jongen. Deze
man is misschien wel de felste aanhanger van een ideologie die maar weinig mensen kennen. Ook hebben
we een verhaal over de achtergrond van de naam van Usocia en haar connectie met Thomas More, en een
boekverslag van het onlangs verschenen boek van Femke Halsema!
Een nieuwerwetsigheid, gentroduceerd door een onzer vaste redacteuren, is de sociologische beschouwing
van een oude foto uit Peru. Ook hebben wij uiteraard ht verslag van de studiereis!
Dan rest mij te zeggen dat ik je, namens de redactie, veel leesplezier wens.
Groeten,
Jasper van de Pol
Redactie: Thijs van Dooremalen, Laura Vonk, Job van den Berg, Tito Sixma, Jasper van de Pol
Met dank aan: Remmert van Haaften, Jarl Mooyaart en Leonard van t Hul
Vormgeving/ foto omslag: Mark Veenbrink Postadres: sociologievereniging Usocia,
Heidelberglaan 1 K. 14.39 3584 CS Utrecht
2
april 2009 :: nr. 9 :: voor en door sociologen :: USOCIA PAMFLETPAMFLET
04 Docent aan het woord: Paul Nieuwbeerta
06 Cartoon
07 Vrije wil? Ik wel!
10 Polemiek: Veiligheid is belangrijker dan vrijheid
12 Democratie. Het sprookje leeft voort.
15 Peiling: Wat is je geloofsovertuiging?
16 Belastingheffing is een vorm van geweld
20 De betekenis van de naam Usocia:
een verkorte inburgeringscursus
23 O fortuna
24 De illusie van materieel geluk
Boekverslag: Geluk! van Femke Halsema
26 Weemoed naar Madrileense sferen
29 De sociologische foto.
32 De opleidingscommissie sociologie
32 Agenda Usocia
33 Ingezonden brief
Inhoud:
De redactie
3
april 2009 :: nr. 9 :: voor en door sociologen :: USOCIA PAMFLETPAMFLET
Paul Nieuwbeerta is de derde docent die wij
interviewen in de reeks de docent aan het woord.
Hij is bijzonder hoogleraar bij de vakgroep
sociologie met als leeropdracht de analyse van
maatschappelijke eecten van strafrechtelijke
interventies. Sinds vorig jaar geeft hij in blok 3 het
vak Crimineel gedrag over de levensloop. Daarnaast
is hij werkzaam bij het Nederlands Studiecentrum
Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) in
Amsterdam.
Onlangs is aan Nieuwbeerta een prestigieuze VICI-
subsidie toegekend, wat hem de mogelijkheid geeft
om voor een enorm geldbedrag de eecten van
gevangenisstraf te gaan onderzoeken. Dit was voor
ons een mooie reden om hem uit te nodigen voor
een interview. Eigenlijk weten we bijna niets over de
werking van gevangenisstraen.
Promotieonderzoek naar klassengebonden
stemgedrag
Mijn promotieonderzoek, ja, dat lijkt al weer heel
erg lang geleden! Ik ben in 1995 gepromoveerd
op klassengebonden stemgedrag in 25 westerse
democratische landen vanaf de Tweede Wereldoorlog.
Daarbij heb ik gekeken naar verschillen tussen landen en
veranderingen binnen landen. Als je naar de verschillen
tussen landen kijkt, valt op dat er veel variatie is: in
Scandinavische landen en Groot-Brittanni stemmen
mensen bijvoorbeeld veel meer volgens hun sociale
klasse dan in bijvoorbeeld Nederland of de Verenigde
Staten.
Wat de veranderingen binnen landen betreft werd
duidelijk dat stemgedrag sinds de Tweede Wereldoorlog
steeds minder klassengebonden is geworden. Overigens
had mijn dataset alleen maar betrekking op de situatie
tot 1990, dus de ontwikkelingen in de recente 20 jaar zijn
er niet in opgenomen. Eerlijk gezegd volg ik mijn oude
vakgebied niet meer zo goed, maar volgens mij zet deze
trend naar minder class voting nog steeds door.
Vervolgens ben ik gaan kijken naar verklaringen voor
deze verschillen en veranderingen. Stemgedrag wordt
zowel benvloed door de klasse van je ouders als die
van jezelf. Dus de gedachte van mij en mijn promotoren
was: in een meer open samenleving, waar meer
intergenerationele mobiliteit is, zal stemgedrag minder
van iemands klasse afhangen. Als het makkelijker is om
van klasse te veranderen zul je je immers ook minder
bekommeren om de belangen van de klasse waarin je
bent opgegroeid. Maar dit bleek niet te kloppen!
Ik heb ook nog gekeken naar andere verklaringen,
en ontdekt dat de verschillen tussen landen
voornamelijk moeten worden gezocht in historische
factoren. Sommige landen hebben bijvoorbeeld sterk
georganiseerde vakbewegingen, die conicten tussen
klassen aanwakkeren en mensen bewuster maken van
hun sociaal-economische belangen. Daarnaast is ook
de sterkte van andere maatschappelijke scheidslijnen
van belang. In sommige landen, zoals Nederland, waren
mensen juist sterker georganiseerd langs religieuze
scheidslijnen. In deze landen speelt religie een veel
sterkere rol bij stemgedrag dan sociale klasse.
Criminologisch onderzoek
In 2000 ben ik van onderzoeksonderwerp veranderd:
van de politieke sociologie naar criminologie. Na tien
jaar leek het me leuk om weer eens wat anders te
doen dan onderzoek naar stemgedrag, en daarnaast is
criminaliteit een ontzettend interessant onderwerp. Ik
had destijds nog helemaal geen expertise op dit gebied,
maar dat was niet zon probleem. In de eerste maanden
heb ik er gewoon heel erg veel over gelezen.
Bovendien blijft de manier van onderzoek bedrijven
hetzelfde. Ik ben groot geworden in de sociologie
zoals die ook hier in Utrecht wordt toegepast: met
De docent aan het woordAevering 3: Paul Nieuwbeerta
4
april 2009 :: nr. 9 :: voor en door sociologen :: USOCIA PAMFLETPAMFLET
PTOB-schemas, theorie gestuurd empirisch onderzoek,
et cetera. Omdat in de criminologie een zelfde
werkwijze zeer goed kan worden toegepast was het
vrij gemakkelijk om over te stappen naar een nieuwe
discipline met een ander inhoudelijk terrein.
Ik heb mij sindsdien vooral bezig gehouden met
het bestuderen van criminele carrires. We gebruiken
daarvoor een dataset met gegevens over ruim 5.000
mensen die in 1977 voor een crimineel delict zijn
veroordeeld. We hebben hun gehele levensloop van hun
12 jaar tot aan 2006 in kaart gebracht en dezelfde soort
informatie over hun partners en kinderen toegevoegd.
Inmiddels hebben we over de meeste personen
gegevens voor minstens 60 jaar. Met deze unieke dataset
kunnen we dus zo ongeveer de gehele levensloop van
deze mensen en hun directe omgeving onderzoeken. Op
dit project zijn ook een aantal promovendi werkzaam.
Twee belangrijke perspectieven in de criminologie zijn
het biologisch/ psychologische en het sociologische.
Vanuit het biologisch/psychologisch perspectief wordt
vaak gesteld dat de criminele carrire van mensen
rond hun twaalfde al wel min of meer vastligt. Het
sociologisch perspectief gaat er juist vanuit dat er
gedurende het hele leven allerlei sociale factoren van
invloed blijven.
Binnen het sociologisch perspectief zijn twee
belangrijke theorien de bindingstheorie, die stelt
dat sociale controle criminaliteit voorkomt, en de
socialisatietheorie, die juist stelt dat criminaliteit mede
veroorzaakt wordt door contact met criminele mensen.
De resultaten van het onderzoek geven op dit moment
aan dat zowel de bindings- als de socialisatietheorie
waar zijn: sterke sociale bindingen zorgen er voor dat
mensen minder snel crimineel gedrag vertonen, maar
wanneer dit bindingen zijn met criminelen dan plegen
ze zelf ook weer eerder crimineel gedrag. Een voorbeeld
hiervan is het onderzoek dat Marieke van Schellen,
AIO bij de vakgroep sociologie aan de UU, doet naar
de invloed van trouwen op crimineel gedrag. Hieruit
blijkt dat getrouwde mensen over het algemeen minder
crimineel worden als ze trouwen. Maar wanneer ze
met een