Nieuwe Wildernis 17

5

description

cover, inhoud en 1 artikel

Transcript of Nieuwe Wildernis 17

Page 1: Nieuwe Wildernis 17
Page 2: Nieuwe Wildernis 17

2 RedactioneelAnd the winner is ...

4 Over elsbessen, fladderiepen en Spaanse akenTien jaar inheemse bomen en struiken in Nederland.

10 Opmars van de grote zilverreigerDe grote zilverreiger heeft deze eeuw in West-Europa zware verliezengeleden. De laatste jaren gaat het weer wat beter. Ook in onze strekenwordt hij weer vaker gezien. Wat is de actuele toestand en wat zijnde verwachtingen?

Brusselse bureaucraten kijken toe bijuitstervende tijgersHet gaat niet goed met de Siberische tijger en deAmoerpanter. Helaas gaat het ook niet goed met dedaadwerkelijke bescherming. Er is door de EU geldvrijgemaakt voor het bedenken van oplossingen, maarvoor de uitvoering hapert de Brusselse machine.

14 Vogels in de nieuwe mediaVogels kijken is zeer populair. Vogel gidsen zijn dus ookpopulair en er verschijnt steeds meer in druk. Maar ook deelektronische gidsen maken een opmars door. In ditartikel een overzicht van diverse gidsen en een bespreking.

Dit artikel is een eerste in een reeks. Omdat er inmiddelsalweer nieuwe uitgaven zijn verschenen brengen we eerstnog een vervolgartikel met meer vogel cd-roms envogelvideo's. In de toekomst besteden we ook aandachtaan cd-roms over flora en fauna.

20 Naar een groene grondpolitiekDe ruimte in Nederland wordt schaarser. Al zou je dat op het eerste gezicht, gezien enorme projecten alsde Betuwelijn. niet zeggen. Wonen en werken doen we nog wel, maar leven steeds minder.

24 Verzuring still going onWie herinnert zich de verzuring nog? Misschien hebben we het te druk met ons te verbazen overmegaprojecten waaraan hele landschappen worden opgeofferd of dioxineproducten die onzelevensmiddelenvoorziening op z'n kop zetten. Toch gaat de verzuring gewoon door. Dat blijktbijvoorbeeld uit een Zweeds onderzoek.

2'6 Met de voeten getredenColumn van Tom Bade

28 SnippersNieuws, wetenswaardigheden en besprekingen.

Omslagfoto'sEdelhert op de Veluwe. Let op z'n rechteroog dat beschadigd is geraakt (zou dit dier onder natuurlijkeomstandigheden een dergelijke handicap overleven?) Achtergrondfoto op deze bladzijde: oudebos plaatsten zijn een bron voor resten van inheems materiaal. Buitenboel: Kootwijkerzand rond I90o.

Foto's Colofon: beveractiviteiten in een Zweeds bos, Foto's Ruud Lardinois,

Page 3: Nieuwe Wildernis 17

,OPMARS VAN DE GROTE ZILVERREIGER

GROTE ZILVERREIGERS IN DE TOEKOMST

BROEDVOGEL LANGS ONZE RIVIEREN?

Tekst Il{foto's Fokko Erhart

Botvondsten bij een Romeinse vesting nabij Amster-

dam maken het aannemelijk dat de grote zilverreiger

in de toenmalige moerassen van de Rijn-

delta voorkwam. Verder melden oude

bronnen grote aantallen witte reigers in de

14e eeuw. Met de grootschalige droogleg-

gingen verdwenen deze sierlijke vogels

echter uit Nederland. Door de vraag naar

sierveren in de modewereld was de grote

zilverreiger in de jaren vijftig zelfs bijna

uitgestorven in heel Europa. Alleen de

Neusiedlersee, op de grens van Oostenrijk

en Hongarije, kende destijds nog een le-

vensvatbare populatie van zo'n honderd

paar. Daarnaast waren er nog een enkele

broedgeval in Hongarije en aan de oevers

van de Donau in Servië (Kopacki). In die tijd was de

grote zilverreiger als broedvogel zelfs al verdwenen uit

de immense moerassen in de Donau- en Wolgadelta.

Pas sinds de soort in de jaren zestig werd beschermd,

neemt hij weer toe in Europa.

Momenteel wordt de Europese populatie ge-schat op 1200'1800 paar (de soort komt ookvoor in de Oekraïne (15°0'4°00 paar) en verderoostelijk in Rusland (Il.OOO paar), maar dezeoostelijke regio wordt in dit kader buiten be-schouwing gelaten). De Neusiedlersee (621 paarin 1995) en Hongarije (700-800 paar) vormenimmer nog de kern van de Europese populatie.Daarnaast wordt er in voormalig Joegoslavië enRoemenië weer in toenemende mate langs deDonau gebroed. Sinds het eind van de jaren ze-

NIEUWE WILDERNIS I 9 9 9 I 0NUMMER 2

Page 4: Nieuwe Wildernis 17

gem. 310 gem. 21360 450-500

120 30-40

174-621700-800

ca. 150

Aantalsontwikkeling in Europa

jaren 50 ca. 100jaren 60 ca. 350jaren 70 430-455jaren 80 715-1040jaren 90 1200-1800

Grote zilverreigers in Hongarije.

jaren 40 jaren 50

Neusiedlersee 100 140-200Hongarije 1-20Donaudelta ca. 80 nul

jaren 60 jaren 70 jaren 80 jaren 90

NI?UWE WILDERNIS NUMMER 2 I 9 9 9 I I

Page 5: Nieuwe Wildernis 17

ventig zijn er ënkele vooruit geschoven postenin Nederland, Letland en Wit-Rusland. Sindskort wordt ook in Slowakije (in I997 60 paar),Italië (enkele tientallen paren), Frankrijk(Camargue en Atlantische kust) en Spanje(Ebrodelta) genesteld.

Flink herstelDe groei zit er dus weer flink in en het is verras-send dat de soort in staat is grote stappen te zet-ten in de uitbreiding van zijn areaal. Het is inte-ressant om te kijken volgens welk mechanismedit verloopt.

broeden. Nog voordat in de vakliteratuur be-kend werd dat het structureel beter ging metde populatie in Midden-Europa, had Nederlander al de eerste vruchten van geplukt. Uit eenoverzicht gemaakt door Henk van der Kooij enBerend Voslamber voor Limosa blijkt dat ersindsdien in de meeste jaren een enkel paar inde Oostvaardersplassen en soms elders broedt.In I995 werd een voorlopig maximum van vijfpaar bereikt, daarna daalde het aantal broedvo-gels weer wat. Na de overrompelende entree ishet dus voorlopig nog erg bescheiden geblevenmet het aantal broedende vogels in Nederland.

Grote zilverreigers in het Rijnstrangengebieá bij Nijmegen.

Waar mogelijk blijft de grote zilverreiger graagin de omgeving van zijn broedplaatsen overwin-teren, maar het landklimaat van Midden- enOost-Europa staat dat lang niet overal toe. Detrek- en zwerfbewegingen van deze vogels blij-ken de leidraad voor de kolonisatie van nieuwegebieden. Deze trekkers belanden met honder-den in de moerasgebieden rond de Middel-landse Zee (o.a. Podelta in Italië en Camarguein Frankrijk). Maar ze zwermen ook in toene-mende mate uit in de richting van de Atlan-tische kust en naar onze contreien, tot in Scan-dinavië en de kustgebieden van de Oostzee toe.De verre doorschieters zijn vaak eenlingen,maar dichter bij de broedgebieden (o.a. Zuid-Duitsland) gaat het om vele tientallen vogels.

In onze strekenBij toeval heeft de grote zilverreiger reeds in dejaren zeventig de Oostvaardersplassen ontdekt.Nog verrassender was dat ze er snel gingen

Het aantal pleisteraars neemt wel toe. Dietrend volgt keurig de lijn van ontwikkelingenelders in Midden- en West-Europa. In hetLimosa-artikel wordt uitgegaan van 20 vogelsin I995, een voorlopige schatting voor de win-ter van I998-I999 komt op 30 tot 40 dieren.

In de zomermaanden is de kans het grootstom de zilverreigers in de Oostvaardersplassentegen te komen. 's Winters worden ze daarveel minder gezien. Dan verblijven ze langs deFriese IJsselmeerkust bij Makkum, in hetLauwersmeer, het stroomgebied vari de Ilsselof in de omgeving van Nuland. Sinds de wintervan I997-I998 kan ook de Gelderse Poort aandit lijstje toe worden gevoegd. Toen verblevendaar vier vogels, in de winter van I998-I999ging het zelfs om vijf dieren. Vooral het gebiedvan de Oude Rijnstrangen is in deze regio trek.Daarnaast hebben in de winter van I998-I999in de Biesbosch vier vogels overwinterd.

NIEUWE WILDERNIS NUMMER

ToekomstverwachtingDe grote zilverreigers verlaten de genoemdegebieden doorgaans weer in maart. Dat valtweliswaar samen met een toename van dewaarnemingen in de Oostvaardersplassen. Ditblijkt voor een deel te kloppen, maar toch zijner dan nog een tiental vogels 'zoek'. Ook ge-zien de ontwikkelingen buiten onze landsgren-zen valt te betwijfelen dat in Nederland sprakeis van een gesloten zilverreigercircuit. Veelwaarschijnlijker is dat onze zomerreigers mee-draaien in het totale West-Europese beeld vanwinterbewegingen en dat we in de winter-

periode grote zilverreigers van elders op be-zoek krijgen. Uit de literatuur is bekend datnieuwe broedplaatsen eerst meerdere jaren inde winter bezocht worden alvorens er begon-nen wordt met broeden. In dat verband doennieuwe ontwikkelingen zoals in de OudeRijnstrangen uitzien naar de toekomst. DeRijnstrangen hebben in ieder geval bewezendat ze in de winter voedsel kunnen bieden aanmeerdere grote zilverreigers (naast vissen inde strangen, wordt gefoerageerd op muizen enmollen in de ruige weilanden). Met zoveelogenschijnlijk geschikt broedhabitat (riet-moerassen en ooibossen; bij voorkeur in kolo-nies van reigers en aalscholvers) zal er binnenafzienbare tijd vast genesteld worden. Eenmooier compliment voor al die mensen diezich inzetten voor meer natuur in de GeldersePoort is haast niet te bedenken. lil

2 I 9 9 9 I 2