Motivatie

1
58 Tijdschrift voor praktijkondersteuning april 2014 | nr 2 Beste lezer, in deze column wil ik het met u hebben over motivatie. Een lastig begrip. Voor de veran- dering begin ik niet met de moti- vatie van onze patiënten, maar met die van onszelf. Waarom zit- ten we waar we zitten en doen we wat we doen? De meeste lezers van deze column zijn praktijkon- dersteuner. Met een verpleegkun- dige opleiding, een achtergrond als doktersassistente of met een andere achtergrond. Maar welke motivatie had u toen u dit vak koos? Zelf heb ik een verpleeg- kundige achtergrond, en u weet: dat is een roeping. Tot op de dag van vandaag is mij onduidelijk wie er roept en waarom. Soms voelt het als een sirene, en dan heb ik het over de verleidelijke zeenimf die je met fraai gezang verleidt en vervolgens op de klip- pen laat lopen. U mag deze laatste regel interpre- teren als een motivatiedip. Waar- om ben ik niet gewoon bij een bank gaan werken? Een oud- havogenoot van mij doet dat. Hij heeft overigens ook een motiva- tiedip, maar die gaat over zijn verlangen naar een 14 e maand. Ja, u leest het goed, een 14 e maand. Op mijn kalender staan er ook maar 12. Bovendien kun je bij een bank vaak weg met een zak geld, gefinancierd uit de verhoging van mijn hypotheek. Dat klinkt zuur en verbitterd, maar u kent me. Natuurlijk gaat het niet alleen om geld, maar vooral om doen wat je leuk vindt en waar je goed in bent. Over dicht bij jezelf en je kernwaarde blijven. Bij mij is dat zorgen, dat zit me nu eenmaal in het bloed. Maar zorgen zoals ik dat wil, wordt belemmerd door regels, financiën en afspraken van zorgverzekeraars die menen te weten hoe ik mijn vak moet invullen. Iedere praktijkonder- steuner begrijpt dit, omdat ieder- een veel tijd kwijt is aan vinken. Goed vinken betekent bestaans- recht. Ben ik gemotiveerd om dat te doen? Ja, tot op het bot, maar alleen omdat het mijn baan vei- ligstelt (extrinsieke motivatie). Ik klaag nog even door. Er zijn mensen wier baan onder druk staat. In dit geval directe collega’s die weten dat ze eind dit jaar op straat staan, als de resultaten niet verbeteren. In hun positie zou ik me het rambam werken om dat te voorkomen. Zij vervallen vooral in geneuzel over werktijden en regels en voelen zich slachtoffer van de situatie. Dat is geen nieuw fenomeen, het staat keurig beschreven in de dramadriehoek waar mensen uit de zorg opval- lend goed in passen. Er lijkt een soort onbewuste motivatie te zijn om in die valkuil te lopen. Onze ‘klanten’ zijn op eenzelfde manier ‘onbewust gemotiveerd’ om hun gezondheid te verprut- sen. Ik chargeer, maar ik doel alleen op de mensen die mede- verantwoordelijk zijn voor hun eigen slechte gezondheid en voor- al voor het feit dat die niet verbe- tert. Mag ik dat zeggen? Ja, want ik ben net zo! Mijn jarenlange onbewuste motivatie heeft geleid tot een ongezonde leefstijl en bij- behorend gewicht. Tjonge, wat een zware column is dit weer geworden. Ik zal morgen eens vragen of mijn behandelaar gemotiveerd is mijn medicatie wat aan te passen. U moest even wachten op de positieve draai, maar hier komt- ie. Mijn pleidooi is dat we eens wat vaker stilstaan bij onszelf om serieus na te denken over wat ons bezighoudt. Doe ik wat ik wil? Leef ik bewust, ben ik mindful bezig? Wat is mijn kernwaarde? Die van mij is simpel, ik wil graag aardig gevonden worden. Ik hoor u denken: dan moet je niet van die zure columns schrijven. Jawel, want ik ben zo gemotiveerd om dicht bij mezelf te blijven dat ik gewoon eerlijk ben, en daar hoort mijn sarcasme nu eenmaal bij. Vindt u mij niet aardig? Dan bent u niet gemotiveerd om naar de persoon achter de woorden te kij- ken. En dat is toch echt een basis- vaardigheid van de praktijkonder- steuner! Bas Janssen COLUMN Motivatie Bas Janssen (41) is praktijkonder- steuner, physician assistant en teamleider in een gezondheids- centrum in Almere, hij is getrouwd en heeft 3 kinderen. Hij geeft les aan de opleiding tot praktijkon- dersteuner.

Transcript of Motivatie

Page 1: Motivatie

58 Tijdschrif t voor prakti jkondersteuning apri l 2014 | nr 2

Beste lezer, in deze column wil ik het met u hebben over motivatie. Een lastig begrip. Voor de veran-dering begin ik niet met de moti-vatie van onze patiënten, maar met die van onszelf. Waarom zit-ten we waar we zitten en doen we wat we doen? De meeste lezers van deze column zijn praktijkon-dersteuner. Met een verpleegkun-dige opleiding, een achtergrond als doktersassistente of met een andere achtergrond. Maar welke motivatie had u toen u dit vak koos? Zelf heb ik een verpleeg-kundige achtergrond, en u weet: dat is een roeping. Tot op de dag van vandaag is mij onduidelijk wie er roept en waarom. Soms voelt het als een sirene, en dan heb ik het over de verleidelijke zeenimf die je met fraai gezang verleidt en vervolgens op de klip-pen laat lopen.U mag deze laatste regel interpre-teren als een motivatiedip. Waar-om ben ik niet gewoon bij een bank gaan werken? Een oud-havogenoot van mij doet dat. Hij heeft overigens ook een motiva-tiedip, maar die gaat over zijn verlangen naar een 14e maand. Ja, u leest het goed, een 14e maand. Op mijn kalender staan er ook maar 12. Bovendien kun je bij een bank vaak weg met een zak geld, gefinancierd uit de verhoging van mijn hypotheek. Dat klinkt zuur en verbitterd, maar u kent me.Natuurlijk gaat het niet alleen om geld, maar vooral om doen wat je leuk vindt en waar je goed in bent. Over dicht bij jezelf en je kernwaarde blijven. Bij mij is dat zorgen, dat zit me nu eenmaal in

het bloed. Maar zorgen zoals ik dat wil, wordt belemmerd door regels, financiën en afspraken van zorgverzekeraars die menen te weten hoe ik mijn vak moet invullen. Iedere praktijkonder-steuner begrijpt dit, omdat ieder-een veel tijd kwijt is aan vinken. Goed vinken betekent bestaans-recht. Ben ik gemotiveerd om dat te doen? Ja, tot op het bot, maar alleen omdat het mijn baan vei-ligstelt (extrinsieke motivatie).Ik klaag nog even door. Er zijn mensen wier baan onder druk staat. In dit geval directe collega’s die weten dat ze eind dit jaar op straat staan, als de resultaten niet verbeteren. In hun positie zou ik me het rambam werken om dat te voorkomen. Zij vervallen vooral in geneuzel over werktijden en regels en voelen zich slachtoffer van de situatie. Dat is geen nieuw fenomeen, het staat keurig beschreven in de dramadriehoek waar mensen uit de zorg opval-lend goed in passen. Er lijkt een soort onbewuste motivatie te zijn om in die valkuil te lopen.Onze ‘klanten’ zijn op eenzelfde manier ‘onbewust gemotiveerd’ om hun gezondheid te verprut-sen. Ik chargeer, maar ik doel alleen op de mensen die mede-verantwoordelijk zijn voor hun eigen slechte gezondheid en voor-al voor het feit dat die niet verbe-tert. Mag ik dat zeggen? Ja, want ik ben net zo! Mijn jarenlange onbewuste motivatie heeft geleid tot een ongezonde leefstijl en bij-behorend gewicht.Tjonge, wat een zware column is dit weer geworden. Ik zal morgen

eens vragen of mijn behandelaar gemotiveerd is mijn medicatie wat aan te passen.U moest even wachten op de positieve draai, maar hier komt-ie. Mijn pleidooi is dat we eens wat vaker stilstaan bij onszelf om serieus na te denken over wat ons bezighoudt. Doe ik wat ik wil? Leef ik bewust, ben ik mindful bezig? Wat is mijn kernwaarde? Die van mij is simpel, ik wil graag aardig gevonden worden. Ik hoor u denken: dan moet je niet van die zure columns schrijven. Jawel, want ik ben zo gemotiveerd om dicht bij mezelf te blijven dat ik gewoon eerlijk ben, en daar hoort mijn sarcasme nu eenmaal bij. Vindt u mij niet aardig? Dan bent u niet gemotiveerd om naar de persoon achter de woorden te kij-ken. En dat is toch echt een basis-vaardigheid van de praktijkonder-steuner!

Bas Janssen

C o l u m n

Motivatie

Bas Janssen (41) is praktijkonder-

steuner, physician assistant en

teamleider in een gezondheids-

centrum in Almere, hij is getrouwd

en heeft 3 kinderen. Hij geeft les

aan de opleiding tot praktijkon-

dersteuner.