meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

6
zonder engagement vind ik meestal geen kunst. Je moet iets maken omdat je iets wilt laten zien. Je wil mensen iets laten zien waar niemand nog aan gedacht heeft. Dat kun je in feite alleen met documentaire fotografie omdat het zo geënt is op de realiteit. Visies ontwikkelen op de tijd die altijd maar verder gaat.’ Ben je ook activistisch? ‘Wel een beetje. Ik wil mensen op stang jagen, een beetje bang maken, dat vind ik wel leuk. Maar niet zo politiek, of activistisch, of wereld verbeterend, dat vind ik flauwekul want de im- pact van fotoboeken is toch wel heel miniem.’ Is dat soms ook frustrerend? ‘Nee, ik heb nooit frustraties over het feit dat mijn boeken te weinig impact hebben. Ik vind het wel leuk als het gebeurt, maar ik verwacht het niet.’ Deel 3 Engagement en leugens Een expliciete aanklacht is zijn werk niet, maar de goede verstaander weet de subtiele kritiek van Carl De Keyzer uit zijn mooie beelden te distilleren. Toch doet hij niet aan waarheidsvinding. ‘Wat ik doe is meer een soort leugen, een overdrijving, een vervreemding of verdraaiing van de dingen. Ik maak me ergens wijs dat ik daardoor misschien dichterbij de waarheid kom.’ Je vertelde dat de impact van fotoboeken marginaal is. Waarom ga jij dan toch voor een project als Zona acht maanden naar Siberië? ‘Omdat dat mijn ding is, anders stop ik met fotograferen, ga ik iets anders doen.’ Word je daarbij gedreven door nieuwsgierigheid of engagement? ‘Voor een groot deel doe ik het voor mezelf, omdat ik heel nieuwsgierig ben en blij ben dat ik weer iets heb gevonden om mij in vast te bijten. Het is zeker ook engagement. Kunst MEEKIJKEN OVER DE SCHOUDER VAN.. Carl de Keyzer Tijd is een belangrijk element in het werk van Belgische fotograaf Carl de Keyzer. In zijn beelden streeft hij naar eeuwigheidswaarde. Met zijn projecten ontstijgt hij de actualiteit, maar weet die tegelijkertijd exact te gebruiken. Bovenal: Carl de Keyzer duikt als een tijdreiziger in zijn onderwerpen. Hij reisde als propagandafotograaf door de Sovjet-Unie, volgde de voetsporen van Karel de Keizer en trok als reisgids- fotograaf door Congo. Voor zijn nieuwe project Moments before the Flood reisde hij naar de toekomst. Zijn langdurige projecten, gemiddeld drie jaar, gaan over grootse thema’s: religie, kolonia- lisme, communisme. Maar daar moet men niet te zwaar aan tillen. ‘Ik neem mezelf niet zo serieus.’ Een interview in vier delen met een goedlachse foto- graaf die de tijd altijd heeft willen be- strijden. Boekomslag God Inc.

description

Fotograaf Carl de Keyzer over engagement en leugens in het kader van FOTODOKs Meekijken over de schouder van..

Transcript of meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

Page 1: meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

zonder engagement vind ik meestal geen

kunst. Je moet iets maken omdat je iets wilt

laten zien. Je wil mensen iets laten zien waar

niemand nog aan gedacht heeft. Dat kun je

in feite alleen met documentaire fotografie

omdat het zo geënt is op de realiteit. Visies

ontwikkelen op de tijd die altijd maar verder

gaat.’

Ben je ook activistisch?

‘Wel een beetje. Ik wil mensen op stang jagen,

een beetje bang maken, dat vind ik wel leuk.

Maar niet zo politiek, of activistisch, of wereld

verbeterend, dat vind ik flauwekul want de im-

pact van fotoboeken is toch wel heel miniem.’

Is dat soms ook frustrerend?

‘Nee, ik heb nooit frustraties over het feit dat

mijn boeken te weinig impact hebben. Ik vind

het wel leuk als het gebeurt, maar ik verwacht

het niet.’

Deel 3

Engagement en leugens

Een expliciete aanklacht is zijn werk niet,

maar de goede verstaander weet de subtiele

kritiek van Carl De Keyzer uit zijn mooie

beelden te distilleren. Toch doet hij niet

aan waarheidsvinding. ‘Wat ik doe is meer

een soort leugen, een overdrijving, een

vervreemding of verdraaiing van de dingen.

Ik maak me ergens wijs dat ik daardoor

misschien dichterbij de waarheid kom.’

Je vertelde dat de impact van fotoboeken

marginaal is. Waarom ga jij dan toch voor een

project als Zona acht maanden naar Siberië?

‘Omdat dat mijn ding is, anders stop ik met

fotograferen, ga ik iets anders doen.’

Word je daarbij gedreven door nieuwsgierigheid

of engagement?

‘Voor een groot deel doe ik het voor mezelf,

omdat ik heel nieuwsgierig ben en blij ben

dat ik weer iets heb gevonden om mij in vast

te bijten. Het is zeker ook engagement. Kunst

MEEKIJKEN OVER DE SCHOUDER VAN..

Carl de Keyzer

Tijd is een belangrijk element in het

werk van Belgische fotograaf Carl de

Keyzer. In zijn beelden streeft hij naar

eeuwigheidswaarde. Met zijn projecten

ontstijgt hij de actualiteit, maar weet

die tegelijkertijd exact te gebruiken.

Bovenal: Carl de Keyzer duikt als een

tijdreiziger in zijn onderwerpen. Hij

reisde als propagandafotograaf door de

Sovjet-Unie, volgde de voetsporen van

Karel de Keizer en trok als reisgids-

fotograaf door Congo. Voor zijn nieuwe

project Moments before the Flood reisde

hij naar de toekomst. Zijn langdurige

projecten, gemiddeld drie jaar, gaan

over grootse thema’s: religie, kolonia-

lisme, communisme. Maar daar moet

men niet te zwaar aan tillen. ‘Ik neem

mezelf niet zo serieus.’ Een interview

in vier delen met een goedlachse foto-

graaf die de tijd altijd heeft willen be-

strijden.

Boekomslag God Inc.

Page 2: meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

MEEKIJKEN OVER DE SCHOUDER VAN.. CARL DE KEYZER

Homo Sovieticus is niet meer. Daarbij had ik

een foto gezet waarbij je in de achtergrond

ziet dat Marx naar beneden wordt gehaald,

Gorbatsjov en in het midden Lenin, waarmee

ik suggereerde, die is de volgende. En dat was

zo.

Met Moments heb ik dat ook gedacht: 2012,

het einde van de wereld, de polen smelten.

Het was hot toen ik ermee begon en het is

stilletjes aan wat minder geworden. Jammer

genoeg is men nu helemaal niet bezig met

global warming maar met de financiële crisis.

Dat is een voorbeeld van een project dat een

beetje met een sisser afloopt. Ik had stiekem

gehoopt dat de waterspiegel al drie meter

was gestegen, dat Nederland al ondergelopen

was.’

Zona was ook een eyeopener voor veel mensen:

die Goelag bestaat nog altijd. Voor jou ook?

‘Ja, absoluut. De verwondering is voor mij

altijd even groot. Die Siberische kampen: dat

dat nog bestaat, in dezelfde gebouwen als uit

de jaren dertig van Stalin. De meeste hebben

niet eens de moeite gedaan de poort te verwij-

deren, daar staat nog steeds 1932 op. Alsof je

naar Auschwitz gaat en er nog 3000 gevangen

rondlopen. Ongelofelijk. Daar heb ik de boel

nog eens overdreven, er een soort Disneyland

van gemaakt, dat vind ik leuk: mensen op een

verkeerd been te zetten.’

Terwijl de eerste reflex misschien wel is: nog

meer dramatiseren, zwart-wit beelden.

‘Ja, van die Stalinbeelden, Dostojevski,

1930. Nee, dat mag je niet doen. Ik kreeg

twee kolonels naast me die altijd de mooie

sportzalen en uitgedoste gevangenen lieten

zien. In het begin toonden ze mij alleen de

modelkampen, maar later heb ik ook de

andere kampen gezien. Ik speelde het spel

mee omdat ik het wel leuk vond om te zien

hoe zij mij die propaganda wilden tonen.

Een van de leidraden in mijn beelden is

propaganda. Als iemand de kans krijgt om

zichzelf te promoten, een mens of een staat,

dan doen ze dat altijd op een fantastische

manier. Het is zo makkelijk te doorprikken.

Dat vind ik heerlijk.’

Was het meteen duidelijk dat je iets met die

propaganda wou doen?

‘Ik zag dat het de enige mogelijkheid was.

In eerste instantie dacht ik: ik ben hier mis-

schien de enige of de eerste die hier binnen-

komt, dat bleek ook het geval, dan heb je toch

een verantwoordelijkheid als journalist om

de ‘werkelijkheid’ te laten zien. Maar toen ik

merkte dat het een geleid bezoek zou zijn in

een soort Disneyland, opgedrongen door de

Met welke projecten is het wel gebeurd?

‘Er zijn een paar projecten die qua timing

heel goed zijn gevallen. Ik probeer het

ook zo uit te kienen dat het uitkomt in een

periode waarin er een zekere actualiteit is.

Of dat de actualiteit ontploft. Dat is met God

Inc. gebeurd, dat uitkwam ten tijden van de

massale zelfmoord in Waco, Texas. Homo

Sovieticus was het echt de nagel op de kop.

Die tentoonstelling opende in Amsterdam op

9 november 1989, de dag dat de Berlijnse

muur viel. Ik weet nog dat er een speech

gaande was toen plotseling iemand zijn radio

aan deed – ik dacht nog: weer zo’n vervelende

Hollander – die riep: In Berlijn zijn ze de muur

aan het afbreken! Onwaarschijnlijk.

Ik neem vaak ook een loopje met de

geschiedenis. Ik had toen het gevoel dat

er iets zou veranderen, dus ik zette op

de cover Homo Sovieticus, als een soort,

antiek, antropologisch studieobject, iets dat

voorbij is, dat je mooi kunt opbergen: de

Moscow. USSR. 1989Uit de serie Homo Sovieticus

Page 3: meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

MEEKIJKEN OVER DE SCHOUDER VAN.. CARL DE KEYZER

Leni

ngra

d. U

SSR

. 198

8U

it de

ser

ie H

omo

Sovi

etic

us

Page 4: meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

MEEKIJKEN OVER DE SCHOUDER VAN.. CARL DE KEYZER

te horen dat ze niet hoefden te denken ooit

nog een opdracht te krijgen.

Dat verhaal kwam plots in de pers, er stonden

hier voortdurend cameraploegen in mijn tuin

aan wie ik moest uitleggen wat mijn zoge-

naamde crisis met Kabila was. Ik stond zoge-

naamd op de zwarte lijst, mocht het land niet

meer binnen, enz. Het was een hele rel. Wij

hadden een hele mooie grote tentoonstelling

in Kinshasa gepland, in samenwerking met de

universiteit daar. Die mensen hebben schrik

gekregen door het gedoe in de pers en het is

allemaal afgeblazen.’

Dan heb je wel impact gehad.

‘Ja, dat was heel leuk. Maar ik ben uiteinde-

lijk ook niet meer teruggegaan. Dat vond ik

jammer, want ik heb bijna overal waar ik heb

gefotografeerd ook mijn werk tentoongesteld:

in India, Amerika, Rusland, overal, behalve

Congo.’

Ga je weleens terug met je foto’s?

‘Nee. Dat is bijna niet te doen. Ik kan moei-

lijk terug naar Congo gaan, heel mijn traject

opnieuw afleggen om overal in de tropen die

foto’s af te leveren. Vaak stuur ik het wel per

mail als ik hun emailadres heb.’

Ben je wel eens bang voor de gevolgen voor de

mensen die je fotografeert?

‘Veel uitgevers hebben mij clausules laten

tekenen dat ik volledig verantwoordelijk ben

voor de inhoud. Maar, dat is misschien eigen-

aardig, er is nog nooit iets gebeurd.’

En zo’n boek over Congo dan? Kan dat geen

gevolgen voor de mensen in dat boek hebben?

‘Daar zijn heel heftige reacties op geweest.

Niet van de mensen die in het boek staan, dat

zijn meestal anonieme mensen die nooit op

internet gaan, die weten gewoon niet dat dat

boek bestaat. Maar er zijn hele felle reacties

geweest van Congolezen in Brussel. David

van Reybrouk heeft er nog eens een schepje

boven op gedaan. Hij heeft een heleboel

krantenberichten uit Congolese kranten

verzameld, die echt heel heel erg waren,

heel belastend voor de Congolezen. Dat was

veel erger dan de foto’s. Hele grappige, maar

schrijnende dingen. Hij heeft een aantal

quotes genomen uit de reisgids van toen die

heel racistisch zijn, maar goed dat was de

teneur van die tijd. Dat heeft hij gecombineerd

met recente artikelen, bijvoorbeeld verhalen

van een taxichauffeur die schreef dat hij de

olie van zijn taxi gebruikt om de vagina van

zijn vrouw te smeren. Die teksten hingen ook

aan de muur in het museum in Antwerpen. De

propaganda van het militair systeem, dacht

ik: ofwel weiger je mee te spelen in dat soort

spelletjes. Ofwel je doet het toch, overdrijf je

en hoop je dat mensen zien dat het overdreven

is. Dus heb ik er een schepje bovenop gedaan

om helemaal zeker te zijn dat ze mij achteraf

niet kunnen beschuldigen van medeplichtig-

heid.

Het gekke is natuurlijk dat sommige

mensen het toch anders interpreteren. Die

tentoonstelling is bijvoorbeeld drie keer

in Rusland geweest. In Moskou waren de

reacties heel fel, daar wilden de mensen

de directeur van het museum lynchen. Zij

zagen mooie beelden van puik uitgedoste

gevangene. Met name de moeders, die zeiden:

“dat kun je niet maken, onze kinderen zitten

daar, wij weten dat het niet de werkelijkheid

is die hier getoond wordt! Die man heeft zich

laten manipuleren door het militaire apparaat,

het is propaganda.”

Natuurlijk hadden ze gelijk. Ik ben toen erg

geschrokken van hun reactie, omdat ze de

dubbele bodem niet snapten. We hebben toen

een grote persconferentie georganiseerd,

bomvol, alleen maar vrouwen. Ik had gelukkig

mijn Homo Sovieticus boek bij me en kon

daarmee laten zien hoe ik werk. Toen ik had

uitgelegd hoe ik het bedoelde klonk er wel

applaus.’

Het is wel ingewikkeld dat je zulke verschillende

soorten publiek hebt voor een project?

‘Ja, het is niet altijd makkelijk voor de

toeschouwer. Soms moeten ze omdraaien wat

ze zien. Veel mensen zien het als realiteit.

Dat is een gevaarlijk straatje, zeker voor dit

soort concrete thema’s. Het rare was dat hier

in Gent bij de tentoonstelling mensen – die

zelf in kampen hadden gezeten – in tranen

uitbarstten. Die vonden die opgesmukte

beelden al zo erg, dachten niet dat het

nog erger was. Dat is de andere zijde: voor

hen was het beetje realiteit, dat toch wel

doorsijpelde door de blikken, al genoeg om

de werkelijkheid te zien.

Ook Congo heeft een enorme impact gehad.

Dat ik de puinhoop van hun land liet zien

vonden de Congolezen natuurlijk helemaal

niet leuk. Zelfs Kabila vond het helemaal

niets. Die heeft zich heel kwaad gemaakt.’

Hoe kreeg je dat te horen?

‘Lannoo was de uitgever van het boek, maar

die hebben ook een drukkerij, een apart en

autonoom bedrijf. Die drukkerij maakt soms

verkiezingsdrukwerk voor Mobutu en Kabila.

Op een gegeven moment kregen ze de vraag

van Kabila om verkiezingsdrukwerk te maken.

Als voorbeeld werd mijn Congo boek gestuurd.

Daarop kregen ze uit de entourage van Kabila

Page 5: meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

MEEKIJKEN OVER DE SCHOUDER VAN.. CARL DE KEYZER

kolonialisme, wat dat kan aanrichten. Maar

zij niet de erfenis van de slavernij, de pure

uitbuiting, zij zagen de vernielingen, de triest-

heid, de slechte toestand van hun land. Terwijl

dat mijn bedoeling was. Die reisgids waar ik

mijn project op heb gebaseerd was ook niet

voor Congolezen, maar voor Belgische toe-

risten die zo arrogant zijn dat ze denken dat

ze een Utopia kunnen bouwen in een land dat

ze volledig tot hun beschikking krijgen, alle

inwoners gebruiken als slaven, snelwegen

bouwen in de jungle, zwembaden, net alsof ze

in Antwerpen zit. Dat is compleet surrealisme.

Wie verzint zoiets?’

Maar als je het gesprek aan gaat dan komt het

goed?

‘Ja, morrend. Ik shockeer een klein beetje.

Maar ik had een veel, veel erger boek kunnen

maken over Congo. Congo is echt een puin-

hoop, een van de ergste landen van Afrika en

ik ben in heel veel Afrikaanse landen geweest.

Je hoeft niet eens Kinshasa uit om een boek

te maken dat Congo honderd keer slechter

Congolezen wisten niet wat ze lazen. Ik heb

carte blanche gegeven aan David en ik vind

het schitterend wat hij gedaan heeft, maar ik

heb toch even moeten slikken: als dat maar

goed afloopt.’

Is het goed afgelopen?

‘Op een gegeven moment zat ik in De laatste

show, een populaire talkshow in België, voor

een speciale avond over Congo. Naast mij

hadden ze alleen maar Congolezen uitgeno-

digd. Oh man, die hebben mij bijna gelyncht

achter de coulissen. Daar was onder andere

de vrouw van de ambassadeur bij en een

bekende zanger: Hoe durf je ons zo te beledi-

gen! schreeuwden ze mij toe. Die waren echt

woest.’

Voel je je dan schuldig?

‘Nee, ik heb uitgelegd dat het niet over de

Congolezen gaat maar over de Belgen. Ik heb

nooit een boek over België gemaakt, dit is

mijn boek over België. Het gaat over de over-

blijfselen van een waanzinnig systeem, het

Leopoldville (Kinshasa) 2007. Statue of King Leopold IIFoto uit de serie Congo (Belge)

Jadotville (likasi) 2008. Country Club.Foto uit de serie Congo (Belge)

Page 6: meekijken over de schouder van.. Carl de Keyzer (deel3)

toont dan wat ik heb gemaakt. Ik heb maar

10 % kunnen bezoeken van wat er in de reis-

gids stond, de rest was onbereikbaar, kapot of

verlaten.’

Waarom worden mensen zo boos op jou en niet

op andere fotografen, die de triestheid wellicht

nog meer aanzetten? Komt het doordat het zo

mooi is, zo esthetisch misschien juist dichterbij?

‘Ja, dat doe ik heel vaak. Ik maak mooie

beelden, ik gebruik en misbruik esthetiek.

Maar er moet altijd iets dubbels in zitten.

Ik vind het leuk om mensen te lokken met

gratuite esthetiek, een klassieke schoonheid,

maar als je dichterbij komt zie je vaak iets

ergs, of iets dat iets naars suggereert.

Tenminste, als je genoeg bagage hebt om te

begrijpen dat wat ik toon in feite een kritiek is

op iets.’

Dat is misschien ook een vorm van

waarheidsvinding?

‘Dat is een groot woord. Je hebt natuurlijk

documentaire fotografen, journalisten,

schrijvers die een soort objectiviteit nastreven,

die De waarheid proberen te achterhalen.

Waar ze nooit in slagen, want niemand kent

de geschiedenis. Wat wij weten is maar 5 %

van wat er effectief gebeurd is. Wat ik doe is

meer een soort leugen, een overdrijving, een

vervreemding of verdraaiing van de dingen. Ik

denk dat ik daarmee meer richting novelles,

romans of films zit dan de pure, politiek

correcte objectieve weergave van de feiten.

Ik maak me ergens wijs dat ik daardoor

misschien dichterbij de waarheid kom dan de

diegene die het zodanig correct proberen te

doen dat ze in feite helemaal het spoor bijster

raken.’

Er treedt een soort verdichting van de

werkelijkheid op die je ook in romans vindt?

‘Ja absoluut. Ik lees veel liever romans dan

puur journalistieke werken. Om te beginnen

omdat veel van die boeken niet te lezen zijn,

die mensen kunnen niet schrijven, hebben

alleen een hoop feiten verzameld en dat

samengebald in een boek. Het boek van

David van Reybrouk is tien keer interessanter

dan alle boeken over Congo samen omdat

het mooi geschreven is, verhalend. Ook van

films kun je veel meer leren over bepaalde

situaties, al is het slechts losjes op de feiten

gebaseerd. Je gaat aan het verbeelden,

je maakt een eigen versie. Ergens kom je

dichterbij hoe het geweest zou kunnen zijn.

Ergens, want eigenlijk weet niemand dat.’