Medium 4 2008-2009

20
medium Tijdschrift voor Communicatiewetenschap - Nummer 4 - 2009 Kijk je gelukkig met een feel good film Zieltjes winnen voor de Europese verkiezingen De TV wordt weer gewaardeerd! Optimisme

description

Hét tijdschrift voor communicatiewetenschap (Universiteit van Amsterdam)

Transcript of Medium 4 2008-2009

Page 1: Medium 4 2008-2009

mediumTijdschrift voor Communicatiewetenschap - Nummer 4 - 2009

Kijk je gelukkig met een feel good filmZieltjes winnen voor de Europese verkiezingen

De TV wordt weer gewaardeerd!

Optimisme

Page 2: Medium 4 2008-2009

Medium is het tijdschrift voor Communicatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en verschijnt vier keer per jaar. Abonnement: 10 euro per jaar. Overmaken op rekeningnummer 393851818 t.n.v. Mercurius Amsterdam o.v.v. ‘Medium abonnement’. Gratis voor leden van studievereniging Mercurius.

E-mail: [email protected] http://www.mercurius-uva.nl/joomla/index.php/commissies/mediumTelefoon: (020) 525 39 88Adres: Kloveniersburgwal 48, 1012 CX AmsterdamOplage: 1100

SMG Groep, HasseltISSN-Nummer: 1382466X

De meningen in de opgenomen artikelen zijn niet noodzakelijk gelijk aan die van de redactie. Medium behoudt het recht ingezonden brieven in te korten of niet te plaatsen.

Cover: Nanda van Doornik (Fotografie: Rutger de Jong)

Informatie

VoorwoordMedium 4: een ware optimist

Het paradigma van de almachtige media; al een aantal decennia uit de gratie binnen de Communicatiewetenschap. Maar hierbij ging het ook voornamelijk over negatieve, propagandistische invloed, waarbij het publiek boodschappen ‘geïnjecteerd’ kreeg.Wellicht is er ook een positieve invloed van de media. In deze Medium besteden we ten eerste aandacht aan de uitwerking van films op het geluksgevoel. Kun je jezelf gelukkig kijken? Naar aanleiding van een leeronderzoek dat veel media aandacht gekregen heeft, schreef een van de redacteuren over dit fenomeen. Ook Klaus Schönbach besteedt aandacht aan dit thema, hij gaat dieper in op de herwaardering die plaatsvindt van oude media: de oude media waren zo gek nog niet. Volgens Schönbach wordt dit veroorzaakt door de nieuwe media.Verder is een van de redacteuren de Europese verkiezingen ingedoken en heeft hierbij vragen gesteld als wat is Europa voor Nederlanders? En hoe zouden media op de ideeën van het Nederlandse volk invloed kunnen uitoefenen? Hoe werd er campagne gevoerd voor de Europese verkiezingen? Verder lees je in deze medium over studeren down under en in afgestudeerd over werken als trainee in een internationaal communicatiebedrijf. Wij als hoofdredactie dragen het stokje over. We willen iedereen die heeft bijgedragen aan het mogelijk maken van de Mediums van dit jaar bedanken! Wij hebben ervan genoten.

Maud Janssen en Mirjam de Jong

Page 3: Medium 4 2008-2009

I Feel Good ... Movie! 7 Jezelf gelukkig kijken met feel good films?

I VOTE EUROPE 12 Goed geregeld Den Haag?

Van de redactie 4 Vanaf vakantielocaties

Kort 5 Korte nieuwsberichten

CW Meningen 9 Kunnen we onszelf gelukkig kijken?

Over de Grens 10 Inspirerend Melbourne

Column 15 Herwaardering van de ‘oude media’

Afgestudeerd 16 Traineeship: adviseren moet je leren!

Mercurius 19 De laatste puntjes op de i

InhoudR

ubri

eken

Page 4: Medium 4 2008-2009

med

ium

4

‘Soms is nieuws gewoon niet positief te maken’

- Medium 1, Suzanne van Leeuwen -

‘Het lezen is dood, leve het lezen!’

- Medium 2, Klaus Schönbach -

Online afkicken kan niet iedereen.

- Medium 2, Shari Nijman -

Chinese censuur met Europese hulp

- Medium 2, Jasper Fakkert -‘Beeldmanipulatie is van alle tijden’

- Medium 2, Sam de Voogt -

‘For better or worse, negative campaigning works!’

- Medium 1, Laurens Krekels -

Omroep Piep!: Stem voor de dieren

- Medium 2, Laurens Krekels -

De publieke omroep: ‘Er is schaarste aan budget en publiek’

- Medium 3, Tessa Wilmink -

Beeldredactie: Nanda van DoornikHoofdredactie: Mirjam de Jong en Maud JanssenRedactieraad: Dennis Mijnheer en Jan-Harmen MeijerinkCoördinator vanuit Mercurius: Lokke van der Wal

Van de Redactie...Quotes van Medium 2008 - 2009

Afbeelding. dryicons.com

‘Wilders draait als een slimme adverteerder een geniale campagne’

- Medium 3, Daniël ter Laan -

Hoe leven we na de dood virtueel door?

- Medium 3, Sam de Voogt - De correcte spelling en opzet

- Medium 1,2,3 & 4, Natasja van Est -

Oorlog in Gaza: ‘Waarom zou de Palastijnse kant de ‘andere kant’ moeten zijn?’

- Medium 2, Tessa Wilmink -

Page 5: Medium 4 2008-2009

5

Beeldredactie: Nanda van DoornikHoofdredactie: Mirjam de Jong en Maud JanssenRedactieraad: Dennis Mijnheer en Jan-Harmen MeijerinkCoördinator vanuit Mercurius: Lokke van der Wal

Van de Redactie... KortKortKort

Hulde aan het apenstaartje!

Het @-teken, in Nederland het apenstaartje genoemd, is niet meer weg te denken uit onze internetwereld. Toch werd het apenstaartje al ver

voor de uitvinding van het internet gebruikt in economische documenten. De oorspronkelijke betekenis van @ luidt namelijk at of at the cost en werd al vanaf de zestiende eeuw gebruikt door kooplieden uit Venetië. Vanaf de negentiende eeuw is het apenstaartje algemeen erkend als economische afkorting van ‘tegen de prijs van’ en verscheen zodoende later ook op de Europese typemachines.

Raymond Samuel Tomlinson was uiteindelijk de man die het @-teken in 1971 tot officieel e-mailteken maakte. Hij was een van de breinen achter het ARPANET, de voorloper van het internet. Toen hij zocht naar een symbool

om in een e-mailadres de naam van de persoon en de naam van de computer van elkaar te onderscheiden, werd hij geïnspireerd door de tekens op zijn toetsenbord. Hij koos uiteindelijk voor het weinig gebruikte apenstaartje. Dit jaar heeft Tomlinson samen met Martin Cooper (het brein achter de mo-biele telefoon) de Prins van Asturië-prijs voor wetenschappelijk en technologisch onderzoek gewonnen. (AvB)Bronnen: www.nu.nl/wetenschap en wikipedia.org

Mediafeiten

Carat Nederland presenteert zichzelf als een internationaal onafhankelijk mediabureau en is verantwoordelijk voor de jaarlijkse publicatie van de feiten in en om het Nederlandse medialandschap: het Mediafeitenboekje. In de editie van 2009 heeft het mediabureau voor de veertiende keer alles op een rijtje gezet tot een mooi helder en actueel naslagwerk. De inhoudsopgave van de meest recente uitgave toont de belofte op wetenswaardigheden over meer dan 150 uiteenlopende doch relevante onderwerpen. Op deze manier wordt compleet en duidelijk in kaart gebracht wat bijvoorbeeld de resultaten van onderzoek naar mediabereik zijn, hoeveel in de media-industrie en aan mediaproducten wordt besteed, wat de uitgaven waren in de filmindustrie, welke bioscoopfilm de meeste bezoekers trok, wat de voordelen zijn van brievenbusreclame, hoe de gratis dagbladen zich hebben ontwikkeld, of de consument in Nederland al digitaal gaat, wat de kijkcijfers zijn volgens Stichting KijkOnderzoek (SKO), hoe het Nederlandse medialandschap zich verhoudt tot de internationale markt en hoe de zendtijd verdeeld gaat worden op de radio en televisie. Het Mediafeitenboekje is door zijn compactheid, volledigheid en overzichtelijkheid een ideaal en onmisbaar naslagwerk voor iedereen die in de media werkzaam is of werkzaam wil zijn. (TW)

Afbeelding. dryicons.com med

ium

Page 6: Medium 4 2008-2009

med

ium

6

KortKortKortToekomst van het medialandschap

In mei 2009 rolde het onderzoek ‘Vormers en hervormers: Toekomstbeeld voor printmedia’ bij uitgeverij AMB van de pers. Hille van der Kaa en Richard Janssen namen de taak op zich om 349 mediaprofessionals aan het woord te laten over hun toekomstvisie over het Nederlandse medialandschap. Het onderzoek was gebaseerd op de ontwikkeling die trends in printmedia, zoals technologische innovatie, interactiviteit, content op maat en convergentie met zich mee brengen wanneer deze in de toekomst worden voortgezet. Welke mogelijkheden kunnen er gecreëerd worden, van welke risico’s is men al op de hoogte, waar kan men zeker van zijn en wat blijft nog open voor speculatie? Dat waren vragen waar in het onderzoek aandacht aan werd besteed. De mediaprofessionals schatten de kwaliteit van mogelijke toekomstscenario’s in op basis van kennis die zij op dit moment bezitten over de onzekerheden van de genoemde trends. Zij waren het er over eens dat procesinnovatie en productconvergentie uiteindelijk de twee factoren zijn, die zullen bepalen welke bedrijfsstrategieën in de media-industrie gehanteerd moeten worden. Deze bedrijfsstrategieën onderscheiden zich van elkaar in de mate van procesinnovatie en productconvergentie die worden ingezet. Tot slot benadrukken de auteurs met de publicatie van dit onderzoek dat mediamanagers netwerken met elkaar moeten gaan creëren. Op die manier kunnen de risico’s van scenario’s die nu nog niet te overzien zijn ingedamd worden. (TW)

UvA goes media

Robbert Dijkgraaf, hoogleraar mathematische fysica aan de Universiteit van Amsterdam, is

benoemd tot voorzitter van de Raad van Toezicht van de VPRO. Daarnaast is José van Dijck, hoogleraar Televisie, Media en Cultuur aan de UvA, lid geworden van de Raad van Toezicht van dezelfde omroep. Het medialandschap is geen onbekend terrein voor beide docenten. Zo is Dijkgraaf columnist voor het NRC Handelsblad en Folia en houdt hij zich bezig met diverse televisieoptredens om de wetenschap meer tot het volk te brengen. Van Dijck is als docente en hoofddocente in de mediastudies verbonden geweest aan diverse universiteiten in Nederland. (AvB)

Rob

bert

Dijk

graa

f - b

ron:

ww

w.s

taff.

scie

nce.

uva.

nl

Bro

n: d

enie

uwer

epor

ter.n

l

Page 7: Medium 4 2008-2009

Onder leiding van hoogleraar Communicatiewetenschap Ed Tan en met medewerking van de Volkskrant deden drie CW studenten vijf maanden lang een leeronderzoek naar de positieve effecten van films. Er werd onderzoek gedaan naar de psychische gelukseffecten die films zouden kunnen veroorzaken. Veel mensen gebruiken een medium als film voor pure entertainment. Daar is niets mis mee, vindt ook Tan, maar wel te simpel gedacht: “Entertainment is niet exclusief voor fun; het heeft ook andere gezichten.”

Positieve PsychologieNaar de effecten van films op je gemoedstoestand is veel onderzoek gedaan. Echter zijn wetenschappers daarbij meestal op zoek naar negatieve effecten, zoals de relatie tussen actiefilms en agressiviteit of psychische en/of fysieke aandoeningen door overmatig mediagebruik. Er is binnen de psychologie echter ook een stroming die onderzoek doet naar hoe mensen zich positief kunnen ontwikkelen. Deze stroming heet, niet geheel ontoevallig, Positive Psychology. Deze stroming werd pas in 1998 geïntroduceerd door de Amerikaanse psycholoog Martin Seligman en veronderstelt dat mensen streven naar een zo hoog mogelijke mate van geluk. Daarom doen wetenschappers binnen deze stroming onderzoek naar processen die bijdragen aan het optimaal functioneren van de mens en de maatschappij daaromheen. De wetenschappers Ryan Niemiec en Daniel Wedding pasten dit afgelopen jaar in hun boek Positive Psychology at the Movies voor het eerst toe op films.Daarbij introduceerden zij een theorie die op zelfreflectie gebaseerd is. Ze

gaan er vanuit dat een filmkarakter tijdens de film een aantal positieve karaktereigenschappen of deugden kan laten zien. Een positieve karaktereigenschap kan iets zijn als loyaliteit of moed. Als de kijker deze positieve kenmerken vervolgens bij zichzelf herkent dan kan het zo zijn dat hij zich met het filmkarakter gaat identificeren. Guus Bartholomé, een van de studenten die het onderzoek uitvoerde, denkt dat zelfreflectie er op die manier voor zorgt dat je gemakkelijker prioriteiten kunt stellen in het leven. Daardoor is het vervolgens eenvoudiger aan deze prioriteiten te voldoen en wordt je sneller gelukkig. Tan, die zelf ook nauw bij het onderzoek betrokken was, stelt het nog duidelijker: “Door zelfreflectie kun je jezelf verbeteren en daar wordt je gelukkiger van”.

Twee vormen van gelukGelukkiger worden met behulp van zelfreflectie en identificatie is een proces dat leidt tot een specifieke vorm van geluk: het eudaimonisch geluk. Doordat je jezelf continu verbetert en de nadruk legt op je eigen positieve karaktereigenschappen, creëer je voor jezelf een ideaalbeeld wat je door middel van ontwikkeling nastreeft. Dit streven maakt gelukkig. Hierbij kan het dus zijn dat je negatieve gevoelens ondervindt, maar dat je wel gelukkiger wordt. De andere vorm van geluk, hedonistisch m

ediu

m 7

I Feel Good… Movie!Tekst: Sam de Voogt

Een date met het meisje van je dromen, een doelpunt in de laatste minuut van de WK-finale; het zijn droomscenario’s die zo als Feel Good Movie script zouden kunnen dienen. Van het kijken naar zo’n film kun je dan ook behoorlijk vrolijk worden. Maar kunnen films nu daadwerkelijk het geluk van kijkers beïnvloeden? Dat zou betekenen dat als iedereen de juiste film kijkt, niemand meer ongelukkig is! Drie CW studenten onderzochten het.

“Door zelfreflectie kun je jezelf verbeteren”

Page 8: Medium 4 2008-2009

8

med

ium

geluk, sluit dit uit. Deze benadering stelt geluk voor als vrolijkheid en afwezigheid van negatieve stemmingen. Door continu in een staat van vrolijkheid te blijven, wordt je een gelukkiger mens omdat je altijd tevreden bent. Deze tweede vorm van geluk oogt simpeler

en is dat ook. Tan: “Eudaimonisch geluk is een socialere vorm van geluk, want ook iets betekenen voor andere mensen is een positieve karaktereigenschap. Dit is meer menseigen en daarnaast is het onmogelijk om continu vrolijk te zijn.” Zonder hedonistisch geluk leven is onmogelijk, want mensen kunnen niet zonder vrolijkheid, maar het bereiken van eudaimonisch geluk is simpelweg een grotere triomf en daarom hebben de studenten zich met hun onderzoek op deze laatste vorm van geluk gefocust.

FGM, PPM+ of PPM-?Een onderzoek doen naar de effecten van films op geluk zonder daarbij films te hebben, is echter vrij lastig. Feel Good Movies is een populair begrip dat te pas en te onpas wordt toegepast, maar waar geen wetenschappelijke definitie voor bleek te bestaan. Deze werd opgesteld aan de hand van informatie die wel te vinden was over feel good. Uiteindelijk bleek dat Feel Good Movies over het algemeen een aantal dezelfde kenmerken hebben. Zo hebben ze een happy end, vallen ze bijna altijd onder genres als comedy, animatie en romantiek en is de toon van de film vrolijk en lichtvoetig. Films als Notting Hill en Happy-Go-Lucky zijn daar mooie voorbeelden van. Het begrip lichtvoetigheid is echter in tegenspraak met de vereiste voor de beïnvloeding van eudaimonisch

geluk door middel van sterke positieve karaktereigenschappen. Feel Good Movies moeten het over het algemeen niet hebben van de sterke personages. Daarom gebruikten de studenten nog een term om de films die zich daarmee onderscheidden aan te duiden: Positive

Psychology Movie (PPM). Dit zijn films met duidelijke positieve eigenschappen die naar voren worden gebracht, maar die niet per se vrolijk hoeven te zijn. De studenten noemden dit een PPM-. Een mooi voorbeeld hiervan is Shawshank Redemption, waarbij de eigenschap hoop een centrale rol speelt, maar waarvan de toon ernstig en serieus is. Een film kan echter zowel voldoen aan de criteria van een Feel Good Movie als die van een PPM. In dit geval wordt het een PPM+ genoemd. Amélie Poulain, die in de vrolijke film Le Fabuleux Destin d’Amélie Poulain mensen zonder eigenbelang helpt, is hier een schitterend voorbeeld van.

Zware Feel Good Movies?Uit het onderzoek dat volgde, waarin de website www.hartenziel.nl van de Volkskrant fungeerde als forum voor het benaderen van respondenten, blijkt dat specifieke soorten films effect hebben op geluk. Eudaimonisch geluk schijnt te stijgen als mensen PPM-, PPM+ en Feel Good Movies gezien hebben, maar niet als een film aan geen van de criteria van een van deze films voldoet. Een resultaat dat een aantal vragen oproept, want zijn Feel Good Movies bijvoorbeeld wel zo lichtvoetig als men denkt? Geluk door middel van zelfreflectie schijnt bij dit soort films toch mogelijk te zijn. Bartholomé: “Onderbroekenlol in films

zal echt niet voor ontwikkeling zorgen, maar sommige Feel Good Movies dragen toch bepaalde normen en waarden uit.” Tan ziet een mogelijkheid om deze te gebruiken als psychotherapie voor depressieve mensen: “Als je dit verder uitzoekt, zou je te weten kunnen komen bij welke film je moet zijn bij een bepaalde stemming om weer gelukkig te worden.”

Al met al lijkt het er op dat films niet exclusief meer als pure entertainment gezien moeten worden. Daarnaast zijn vooral Feel Good Movies misschien wel meer dan we denken en worden ze ernstig onderschat. Een droomdate wordt werkelijkheid, omdat je altijd een gentlemen bent en de kwaliteiten om het winnende doelpunt te scoren in de WK-finale krijg je door vasthoudendheid en discipline. Misschien werden die positieve karaktereigenschappen wel gestimuleerd door een sportfilm als Ruby of die romantische komedie Can’t Hardly Wait. Wellicht is het zo dat je eigenlijk al heel gelukkig met jezelf bent en dat films je slechts een spiegel voorhouden. Wat in ieder geval zeker is, is dat films het niveau van simpel vermaak al lang en breed zijn ontstegen.

“Feel Good Movies worden qua diepgang wellicht onderschat”

Page 9: Medium 4 2008-2009

9

med

ium

CWMeningen

‘Ik houd van slechte films, om het zo maar te zeggen. Ik word daar blij van, maar gelukkig is wel een ander verhaal. Maar aan de andere kant, als je er blij van wordt ben je tenminste niet ongelukkig. Film is een soort escape waarmee je dingen van je af kunt zetten. Ik denk dus eigenlijk wel dat je er gelukkig van kan worden. Old School en The Postman zijn daar voorbeelden van. Wat is nog meer een slechte film? Het moet wel een goede slechte film zijn. Cool Runnings past daar ook wel bij.’

Bram Eussen, 24 jaar, eerstejaars student Communicatiewetenschap

Tekst: Sigmon Visser

“Je kunt jezelf gelukkig kijken met behulp van films”

Links: Maxime Voestermans, 18 jaar, eerstejaars student Communicatiewetenschap:

‘Geluk vind ik een groot woord. Maar ik kan er wel blij van worden als ik een goede film zie. Dat zijn niet specifieke genres, maar het ligt vooral aan mijn stemming of ik een bepaalde film ga kijken. Ik kan blij worden van films die goed aflopen. Niet zoals Cloverfield bijvoorbeeld, waarin iedereen afgeslacht wordt. A Beautiful Mind is dan wel weer een voorbeeld van een goede film. Van een goede film moet je gaan nadenken, vind ik. Er moet een boodschap in zitten of het moet in ieder geval een film zijn die nog een tijdje blijft hangen.’

geluk, sluit dit uit. Deze benadering stelt geluk voor als vrolijkheid en afwezigheid van negatieve stemmingen. Door continu in een staat van vrolijkheid te blijven, wordt je een gelukkiger mens omdat je altijd tevreden bent. Deze tweede vorm van geluk oogt simpeler

en is dat ook. Tan: “Eudaimonisch geluk is een socialere vorm van geluk, want ook iets betekenen voor andere mensen is een positieve karaktereigenschap. Dit is meer menseigen en daarnaast is het onmogelijk om continu vrolijk te zijn.” Zonder hedonistisch geluk leven is onmogelijk, want mensen kunnen niet zonder vrolijkheid, maar het bereiken van eudaimonisch geluk is simpelweg een grotere triomf en daarom hebben de studenten zich met hun onderzoek op deze laatste vorm van geluk gefocust.

FGM, PPM+ of PPM-?Een onderzoek doen naar de effecten van films op geluk zonder daarbij films te hebben, is echter vrij lastig. Feel Good Movies is een populair begrip dat te pas en te onpas wordt toegepast, maar waar geen wetenschappelijke definitie voor bleek te bestaan. Deze werd opgesteld aan de hand van informatie die wel te vinden was over feel good. Uiteindelijk bleek dat Feel Good Movies over het algemeen een aantal dezelfde kenmerken hebben. Zo hebben ze een happy end, vallen ze bijna altijd onder genres als comedy, animatie en romantiek en is de toon van de film vrolijk en lichtvoetig. Films als Notting Hill en Happy-Go-Lucky zijn daar mooie voorbeelden van. Het begrip lichtvoetigheid is echter in tegenspraak met de vereiste voor de beïnvloeding van eudaimonisch

geluk door middel van sterke positieve karaktereigenschappen. Feel Good Movies moeten het over het algemeen niet hebben van de sterke personages. Daarom gebruikten de studenten nog een term om de films die zich daarmee onderscheidden aan te duiden: Positive

Psychology Movie (PPM). Dit zijn films met duidelijke positieve eigenschappen die naar voren worden gebracht, maar die niet per se vrolijk hoeven te zijn. De studenten noemden dit een PPM-. Een mooi voorbeeld hiervan is Shawshank Redemption, waarbij de eigenschap hoop een centrale rol speelt, maar waarvan de toon ernstig en serieus is. Een film kan echter zowel voldoen aan de criteria van een Feel Good Movie als die van een PPM. In dit geval wordt het een PPM+ genoemd. Amélie Poulain, die in de vrolijke film Le Fabuleux Destin d’Amélie Poulain mensen zonder eigenbelang helpt, is hier een schitterend voorbeeld van.

Zware Feel Good Movies?Uit het onderzoek dat volgde, waarin de website www.hartenziel.nl van de Volkskrant fungeerde als forum voor het benaderen van respondenten, blijkt dat specifieke soorten films effect hebben op geluk. Eudaimonisch geluk schijnt te stijgen als mensen PPM-, PPM+ en Feel Good Movies gezien hebben, maar niet als een film aan geen van de criteria van een van deze films voldoet. Een resultaat dat een aantal vragen oproept, want zijn Feel Good Movies bijvoorbeeld wel zo lichtvoetig als men denkt? Geluk door middel van zelfreflectie schijnt bij dit soort films toch mogelijk te zijn. Bartholomé: “Onderbroekenlol in films

zal echt niet voor ontwikkeling zorgen, maar sommige Feel Good Movies dragen toch bepaalde normen en waarden uit.” Tan ziet een mogelijkheid om deze te gebruiken als psychotherapie voor depressieve mensen: “Als je dit verder uitzoekt, zou je te weten kunnen komen bij welke film je moet zijn bij een bepaalde stemming om weer gelukkig te worden.”

Al met al lijkt het er op dat films niet exclusief meer als pure entertainment gezien moeten worden. Daarnaast zijn vooral Feel Good Movies misschien wel meer dan we denken en worden ze ernstig onderschat. Een droomdate wordt werkelijkheid, omdat je altijd een gentlemen bent en de kwaliteiten om het winnende doelpunt te scoren in de WK-finale krijg je door vasthoudendheid en discipline. Misschien werden die positieve karaktereigenschappen wel gestimuleerd door een sportfilm als Ruby of die romantische komedie Can’t Hardly Wait. Wellicht is het zo dat je eigenlijk al heel gelukkig met jezelf bent en dat films je slechts een spiegel voorhouden. Wat in ieder geval zeker is, is dat films het niveau van simpel vermaak al lang en breed zijn ontstegen.

Rechts: Sandra Kloet Juliao, 22 jaar, eerstejaars student Communicatiewetenschap:

‘Ja, ik denk wel dat ik gelukkig kan worden door te kijken naar films, maar niet zo gelukkig als ik van andere dingen word. Het is geen topgenot, ik word er niet gelukkig van, maar het is wel leuk vermaak. Ik denk dan aan allerlei soorten films, zoals 300 of 10.0000 B.C. Laatst heb ik ook Before Sunrise en Before Sunset gekeken. Echt superschattige films, waar ik wel gelukkig van word. Maar het is maar wat je verstaat onder gelukkig natuurlijk. Het is in ieder geval vermakelijk.’

Jasmijn Fermie, 22 jaar, eerstejaars student Communicatiewetenschap:

‘Ik kan wel gelukkig worden door naar films te kijken, maar het is vaak een korte termijn gevoel. Films kunnen wel aanzetten tot denken of nieuwe ideeën geven, maar het blijft meestal niet lang in mijn gedachten. Soms krijgen films ook extra waarde, omdat je leuke momenten in de film deelt met anderen. Daar word ik wel blij van, maar om dat nou gelukkig te noemen is een ander verhaal. The Motorcycle Diaries is een goed voorbeeld van een fijne film, omdat Che daarin een goede moraalridder speelt. Valentin is ook leuk, die gaat over de wereld van een klein jongetje in Argentinië.’

Page 10: Medium 4 2008-2009

10

med

ium

Over de Gren sBarbara Putman Cram er

Door: Mirjam de Jong

Er is veel voorwerk, maar volgens Barbara Putman Cramer zeker ‘worth it’. Ze geniet ‘as we speak’ Down Under van het campusleven aan de University of Melbourne. Medium vraagt haar naar haar meest inspirerende momenten, de charme van Melbourne en het avontuur van Australië.

Voordat Barbara Communicatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam (UvA) kwam studeren, was haar Engels al behoorlijk op pijl en haar wens om internationaal georiënteerd te zijn tijdens haar studie al aangewakkerd. Barbara: ”Ik heb

eerst een jaar in Engeland gestudeerd. Het was waanzinnig om in een andere omgeving te studeren en te leven. Ik wist toen al zeker dat ik dat nog een keer dunnetjes moest overdoen. Mijn keuze is toen Melbourne geweest, omdat de stad volledig aan mijn eisen voldoet: het is een dynamische stad, internationaal georiënteerd, cultureel en aan de andere kant van de wereld!”

CreatiefBehalve dat de University of Melbourne volgens Barbara gewoon een topuniversiteit is met een geweldig campusleven biedt ze ook goed onderwijs. De opzet van de vakken en de wijze van onderwijs is te vergelijken met de opzet van CW aan de UvA,

alleen is alles een stuk creatiever. Er worden veel artikelen gepresenteerd, maar dan in de vorm van toneelstukken, rollenspellen en quizzes. Barbara zegt hierover: “Sommige tutes beginnen steevast met een brainstormsessie om iedereen op een andere manier naar het onderwerp te laten kijken.” Maar het is niet alleen maar CreaBea, er moet ook flink gewerkt worden. “De hoeveelheid literatuur die je voor een essay dient te gebruiken in Melbourne is ongeveer gelijk aan de hoeveelheid voor je bachelorscriptie aan de UvA.”

Onder één dakBarbara volgt keuzevakken die onder verschillende faculteiten vallen. De vakken die ze volgt zijn Sustainable Development, Sociology of Religion, Society & Environments, Managing Entrepreneurship & Innovation. Aan de University of Melbourne is het mogelijk om al deze vakken te volgen, aangezien de universiteit een mix is van de universiteiten van Amsterdam, Delft, Groningen, Rotterdam, Wageningen en Leiden. Alle disciplines onder één dak. “Normaal loop je in Amsterdam niet zo snel een engineer tegen het lijf, maar hier is dat aan de orde van dag. Het is wel verfrissend om niet alleen Arts en Commerce studenten tegen te komen

op je faculteit, zoals in Amsterdam.” Barbara noemt het naast verfrissend ook inspirerend: “De ene dag ben ik bezig met geld verdienen (voor Entrepreneurship), de andere dag ga ik volledig op in duurzaamheid (Sustainable Development), om vervolgens een introductiecursus boeddhisme te krijgen van mijn werkgroepgenoot (Sociology of Religion), and so on…”

Dagje surfen?Colleges aan de University of Melbourne zijn niet zo massaal als bij ons in de OMHP en ze zijn vaak binnen een paar uur al online terug te horen. Je kunt dus bij wijze van spreken ook de hele dag barbecueën of surfen, want op de universiteit hoef je niet per se aanwezig te zijn. Barbara: “Er wordt inderdaad veel meer gebruik gemaakt van het equivalent van Blackboard; je kunt online Excel, Word en Powerpoint-cursussen volgen,

je hoorcolleges beluisteren via Lectopia en er is een zelfservice in de bibliotheek. Maar ook op de universiteit wordt van alles gedaan: er worden doorlopend lezingen op de campus georganiseerd doordeweeks, er zijn zelfs concerten en kleine marktjes op de campus – allemaal manieren om studenten vanuit verschillende disciplines bij elkaar te krijgen. Het aantal clubs is ook ontelbaar, ontspanning, sport en studeren: allemaal onder één dak.”

Nooit meer UvA?De University of Melbourne lijkt van alle gemakken voorzien te zijn. De werkgroepbegeleiding is goed en men is altijd per e-mail te bereiken. De University zit midden in de stad, vlakbij de leukste buurten en dichtbij het Central Business District. Ik kan geen reden vinden waarom Barabara ooit de weg huiswaarts weer zou afleggen, want zonder Nederlanders kan ze ook gemakkelijk: “Er zijn hier meer Nederlanders dan ik dacht, maar het is maar net met wie het klikt. Je kunt hier gemakkelijk studeren zonder Nederlanders, aangezien de exchange club zo groot is. Natuurlijk zijn er veel Aziaten en onder de uitwisselingsstudenten vooral Noord-

Europeanen en Amerikanen. Het klikt gemakkelijk met Scandinaviërs, maar het gaat net zo soepel met Israëliërs, Fransen, Chilenen, Chinezen of Duitsers. Het hangt van je eigen vooroordelen af.”

Reizen Toch is Barbara Melbourne al wel uitgeweest en ze heeft ook het plan terug te komen. Melbourne is namelijk net zo creatief, innovatief, internationaal, inspirerend, dynamisch en levendig als Amsterdam. Barbara: “We hebben al een crash course gedaan langs de Westkust: met z’n achten in twee minivans ontelbare kilometers afgelegd, kangoeroes ontweken, dolfijnen gezien, gesnorkeld met walvishaaien en eindeloos mooie stranden gezien. De Oostkust staat ook nog op het programma met Bali en Bangkok als afsluiters om vlak voor het nieuwe academisch jaar weer in Amsterdam aan te komen waaien.’

Wil je meer over Barbara en haar tijd aan de University of Melbourne lezen? Check dan haar blog: http://ichibee.blogspot.com

‘Alles is een stuk creatiever’

University of Melbourne

Page 11: Medium 4 2008-2009

11

Over de Gren sBarbara Putman Cram er

Voordat Barbara Communicatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam (UvA) kwam studeren, was haar Engels al behoorlijk op pijl en haar wens om internationaal georiënteerd te zijn tijdens haar studie al aangewakkerd. Barbara: ”Ik heb

eerst een jaar in Engeland gestudeerd. Het was waanzinnig om in een andere omgeving te studeren en te leven. Ik wist toen al zeker dat ik dat nog een keer dunnetjes moest overdoen. Mijn keuze is toen Melbourne geweest, omdat de stad volledig aan mijn eisen voldoet: het is een dynamische stad, internationaal georiënteerd, cultureel en aan de andere kant van de wereld!”

CreatiefBehalve dat de University of Melbourne volgens Barbara gewoon een topuniversiteit is met een geweldig campusleven biedt ze ook goed onderwijs. De opzet van de vakken en de wijze van onderwijs is te vergelijken met de opzet van CW aan de UvA,

alleen is alles een stuk creatiever. Er worden veel artikelen gepresenteerd, maar dan in de vorm van toneelstukken, rollenspellen en quizzes. Barbara zegt hierover: “Sommige tutes beginnen steevast met een brainstormsessie om iedereen op een andere manier naar het onderwerp te laten kijken.” Maar het is niet alleen maar CreaBea, er moet ook flink gewerkt worden. “De hoeveelheid literatuur die je voor een essay dient te gebruiken in Melbourne is ongeveer gelijk aan de hoeveelheid voor je bachelorscriptie aan de UvA.”

Onder één dakBarbara volgt keuzevakken die onder verschillende faculteiten vallen. De vakken die ze volgt zijn Sustainable Development, Sociology of Religion, Society & Environments, Managing Entrepreneurship & Innovation. Aan de University of Melbourne is het mogelijk om al deze vakken te volgen, aangezien de universiteit een mix is van de universiteiten van Amsterdam, Delft, Groningen, Rotterdam, Wageningen en Leiden. Alle disciplines onder één dak. “Normaal loop je in Amsterdam niet zo snel een engineer tegen het lijf, maar hier is dat aan de orde van dag. Het is wel verfrissend om niet alleen Arts en Commerce studenten tegen te komen

op je faculteit, zoals in Amsterdam.” Barbara noemt het naast verfrissend ook inspirerend: “De ene dag ben ik bezig met geld verdienen (voor Entrepreneurship), de andere dag ga ik volledig op in duurzaamheid (Sustainable Development), om vervolgens een introductiecursus boeddhisme te krijgen van mijn werkgroepgenoot (Sociology of Religion), and so on…”

Dagje surfen?Colleges aan de University of Melbourne zijn niet zo massaal als bij ons in de OMHP en ze zijn vaak binnen een paar uur al online terug te horen. Je kunt dus bij wijze van spreken ook de hele dag barbecueën of surfen, want op de universiteit hoef je niet per se aanwezig te zijn. Barbara: “Er wordt inderdaad veel meer gebruik gemaakt van het equivalent van Blackboard; je kunt online Excel, Word en Powerpoint-cursussen volgen,

je hoorcolleges beluisteren via Lectopia en er is een zelfservice in de bibliotheek. Maar ook op de universiteit wordt van alles gedaan: er worden doorlopend lezingen op de campus georganiseerd doordeweeks, er zijn zelfs concerten en kleine marktjes op de campus – allemaal manieren om studenten vanuit verschillende disciplines bij elkaar te krijgen. Het aantal clubs is ook ontelbaar, ontspanning, sport en studeren: allemaal onder één dak.”

Nooit meer UvA?De University of Melbourne lijkt van alle gemakken voorzien te zijn. De werkgroepbegeleiding is goed en men is altijd per e-mail te bereiken. De University zit midden in de stad, vlakbij de leukste buurten en dichtbij het Central Business District. Ik kan geen reden vinden waarom Barabara ooit de weg huiswaarts weer zou afleggen, want zonder Nederlanders kan ze ook gemakkelijk: “Er zijn hier meer Nederlanders dan ik dacht, maar het is maar net met wie het klikt. Je kunt hier gemakkelijk studeren zonder Nederlanders, aangezien de exchange club zo groot is. Natuurlijk zijn er veel Aziaten en onder de uitwisselingsstudenten vooral Noord-

Europeanen en Amerikanen. Het klikt gemakkelijk met Scandinaviërs, maar het gaat net zo soepel met Israëliërs, Fransen, Chilenen, Chinezen of Duitsers. Het hangt van je eigen vooroordelen af.”

Reizen Toch is Barbara Melbourne al wel uitgeweest en ze heeft ook het plan terug te komen. Melbourne is namelijk net zo creatief, innovatief, internationaal, inspirerend, dynamisch en levendig als Amsterdam. Barbara: “We hebben al een crash course gedaan langs de Westkust: met z’n achten in twee minivans ontelbare kilometers afgelegd, kangoeroes ontweken, dolfijnen gezien, gesnorkeld met walvishaaien en eindeloos mooie stranden gezien. De Oostkust staat ook nog op het programma met Bali en Bangkok als afsluiters om vlak voor het nieuwe academisch jaar weer in Amsterdam aan te komen waaien.’

Wil je meer over Barbara en haar tijd aan de University of Melbourne lezen? Check dan haar blog: http://ichibee.blogspot.com

‘Melbourne is net zo inspirerend als

Amsterdam’

University of Melbourne

med

ium

Page 12: Medium 4 2008-2009

“Het is aan de politiek in Den Haag om mensen in beweging te krijgen. Tijdens deze verkiezingen moeten zij de focus verplaatsen naar het buitenland en niet naar de problemen in het binnenland.” Dit liet ik mij vertellen door Ludolf van Hasselt, directeur en woordvoerder van de Nederlandse vertegenwoordiging van de Europese Commissie, de initiatiefnemer van de informatieavond I Vote Europe op 29 mei j.l. in de Melkweg. “Dat doen ze niet, omdat Den Haag bang is om met de EU niet serieus te worden genomen. Dat is zonde. Iedereen betaalt immers elke dag met euro’s, bij een ongeluk bel je 112 en mensen die graag de grens over gaan, of ze dat voor hun studie of werk moeten, doen dat door de EU met veel gemak.“ Ook op immigratie gaat Den Haag de mist in volgens van Hasselt. “Nederland vergrijst. Het is daarom belangrijk om de grenzen open te houden voor potentiële werknemers in bijvoorbeeld de zorg. Enkel om zieltjes te winnen, zegt de politiek juist de grenzen te willen dicht gooien.”

Voor liefhebbersEen openingsgesprek en identiteitsdebat werd gehouden in zaal The Max. Staatsecretaris van Buitenlandse Zaken Frans Timmerman vertelt: “De eerste EU commissie bestond uit negen man die België, Frankrijk, Italië, Luxemburg, Nederland en West-Duitsland vertegenwoordigden. Zij wilden onafhankelijkheid in grondstoffen voor wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog.” Presentatrice van Zomergasten Margriet van der Linden zegt: “Omdat de EU is ontstaan vanuit de angst en bescherming van een vijand zijn mensen cynisch en pessimistisch ten opzichte van de EU. Ook zijn ze angstig voor het geneuzel in Brussel. Het is ver van hun bed en ze zijn bang voor verandering.” “Reclamecampagnes helpen niet. Er is een te grote afstand van Nederland tot Brussel,” aldus schrijver Frank Westermans. NRC opinieredacteur Rob Wijberg vertelt: “Hoe groter een groep wordt, des te moeilijker het is om je ermee te identificeren en hoe moeilijker gemeenschappelijk moraal te vinden is.” Presentator van Zomergasten Bas Heijne: “Er is juist in dit economisch slechte tijdperk drang naar een kleinschalige gemeenschap.”

KlootjesvolkEen college over het belang van de EU werd gegeven in de warme, kleine en overvolle Mediaroom van de Melkweg. Bijzonder hoogleraar geschiedenis Maarten van Rossum geeft les: “De media-aandacht voor het Eurosongfestival was tienvoudig in vergelijking met die van de EU verkiezingen. Net goed dat zoiets als een kredietcrisis de burgers boos maakt. Een schop onder hun kont moeten ze hebben.” Volgens Van Rossum is het logisch dat er weerstand bij het volk is voor beweging uit Europa, maar die moet je als het aan hem ligt helemaal niet laten kiezen. “Nederland is lang geleden bedacht door onze elite. Als toen was gevraagd of het volk het daar mee eens was, dan was dat ook nooit wat geworden. Onder andere door het woord superstaat te gebruiken, hebben populisten gezorgd voor een anti-EU houding. Er kan helemaal nooit sprake zijn van EU als superstaat, want nog geen twee procent van het bruto nationaal product gaat naar de EU. De EU heeft onder andere gezorgd voor gelijkheid in lonen en pensioenregeling voor mannen en vrouwen in Nederland. We verdienen er financieel meer aan dan dat we er op verliezen. De slogan van PVV ‘Geef ons ons geld terug!’ is dus klinkklare onzin, ze hebben geen idee waar ze over praten.”

StemplichtTerug in The Max vond de live uitzending van NOVA Politiek plaats met een debat tussen Eurocommissaris voor Concurrentie en Mededinging Neelie Kroes, oud-leider van de SP Jan Marijnissen, Maarten van Rossum en SP communicatieadviseur Niko Koffeman. Koffeman: ”Er is geen product dat ooit zo slecht is verkocht. Het is erg amateuristisch aangepakt; het slaat helemaal nergens op.” Van Rossum: “De hele campagne was van zo’n dorps defensief karakter. Het is tijd dat er eens iets gaat gebeuren.” Presentator Twan Huys vraagt zich af waar het dan aan schort. Kroes: “Mag ik hem omdraaien? Als je democraat bent en dus kunt stemmen, dan dien je van je stemrecht gebruik te maken. Anders moet je ook daarna je kop dicht houden.” Van Rossum en Marijnissen zijn het volledig met haar eens. Koffeman zegt hierover: “Maar juist het idee dat mensen mee moeten doen, onder andere door de ‘Ja of Ja-benadering’ van de VVD, stuit behoorlijk wat mensen op de borst en zorgt ervoor dat sommigen überhaupt niet willen stemmen.”

Heldere duinenTwee beoefende campagneleiders gaven later die avond eveneens in de Mediaroom een uitgebreidere analyse van de gevoerde campagnes. Spindoctor Kay van de Linde en één van de drie oprichters van de organisatie van deze avond Erik van Bruggen. Van de Linde: “De politiek leek het niet als prioriteit te zien. Dit is te zien aan de lijsttrekkers die gekozen zijn; ze zijn onbekend en het spreekt niemand aan. Zendtijd voor Politieke Partijen was de enige plek waar de campagnespots te zien waren en daar kijkt zelfs mijn schoonmoeder niet naar.” Van de Linde heeft wel een suggestie hoe het beter zou kunnen: “De enige boodschap die de partijen hadden was voor of tegen de EU zijn. Waar voor of tegen was niet duidelijk. Campagnespotjes moeten simpel en helder zijn.” Van Bruggen: “In principe is de PVV-spot goed. Het bevat heldere punten en beelden van Nederlandse duinen. Dat komt over en is informatief. Ook de radioboodschap ‘Turkije nooit bij de EU? Stem PVV!’ is glashelder, of je het er nou mee eens bent of niet. De VVD-spot was veel te lang, de PvdA-spot had een zielig jaren vijftig gehalte en wat de boodschap van het CDA was door hun lijsttrekker op een motor te zetten weet niemand precies. Al met al een lullige campagne.”

VluchtgedragHoe informatief mediaberichtgeving ook kan zijn, titels als “Nederlanders hebben weinig zin in EU-verkiezingen” (ANP, 27 mei 2009) en “Europa zit in ons hoofd, niet in ons hart” (Trouw, 3 juni 2009) vlak voor de verkiezingen motiveren natuurlijk ook niet echt om naar de stembus te rennen. Volgens het verslag van het Mediadebat Stemmen over Europa op 9 juni j.l. is chef politieke redactie Trouw Lex

I VOTE EUROPE Goed geregeld Den Haag

Tekst: Daniël ter Laan

12

med

ium

Vier juni waren de verkiezingen voor de Europese Unie. Met een landelijke opkomst van 36,8 procent plaatste Nederland zich op een lage negentiende plaats tussen de 26 andere Europese lidstaten. Hoe komt dit en hoeveel moeite is er eigenlijk gedaan om mensen naar de stembus te krijgen? Verschillende experts geven hun visie over wat er schortte aan de politieke campagnes en hoe het een stuk beter en eerlijker zou kunnen.

Page 13: Medium 4 2008-2009

13

med

ium

“Het is aan de politiek in Den Haag om mensen in beweging te krijgen. Tijdens deze verkiezingen moeten zij de focus verplaatsen naar het buitenland en niet naar de problemen in het binnenland.” Dit liet ik mij vertellen door Ludolf van Hasselt, directeur en woordvoerder van de Nederlandse vertegenwoordiging van de Europese Commissie, de initiatiefnemer van de informatieavond I Vote Europe op 29 mei j.l. in de Melkweg. “Dat doen ze niet, omdat Den Haag bang is om met de EU niet serieus te worden genomen. Dat is zonde. Iedereen betaalt immers elke dag met euro’s, bij een ongeluk bel je 112 en mensen die graag de grens over gaan, of ze dat voor hun studie of werk moeten, doen dat door de EU met veel gemak.“ Ook op immigratie gaat Den Haag de mist in volgens van Hasselt. “Nederland vergrijst. Het is daarom belangrijk om de grenzen open te houden voor potentiële werknemers in bijvoorbeeld de zorg. Enkel om zieltjes te winnen, zegt de politiek juist de grenzen te willen dicht gooien.”

Voor liefhebbersEen openingsgesprek en identiteitsdebat werd gehouden in zaal The Max. Staatsecretaris van Buitenlandse Zaken Frans Timmerman vertelt: “De eerste EU commissie bestond uit negen man die België, Frankrijk, Italië, Luxemburg, Nederland en West-Duitsland vertegenwoordigden. Zij wilden onafhankelijkheid in grondstoffen voor wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog.” Presentatrice van Zomergasten Margriet van der Linden zegt: “Omdat de EU is ontstaan vanuit de angst en bescherming van een vijand zijn mensen cynisch en pessimistisch ten opzichte van de EU. Ook zijn ze angstig voor het geneuzel in Brussel. Het is ver van hun bed en ze zijn bang voor verandering.” “Reclamecampagnes helpen niet. Er is een te grote afstand van Nederland tot Brussel,” aldus schrijver Frank Westermans. NRC opinieredacteur Rob Wijberg vertelt: “Hoe groter een groep wordt, des te moeilijker het is om je ermee te identificeren en hoe moeilijker gemeenschappelijk moraal te vinden is.” Presentator van Zomergasten Bas Heijne: “Er is juist in dit economisch slechte tijdperk drang naar een kleinschalige gemeenschap.”

KlootjesvolkEen college over het belang van de EU werd gegeven in de warme, kleine en overvolle Mediaroom van de Melkweg. Bijzonder hoogleraar geschiedenis Maarten van Rossum geeft les: “De media-aandacht voor het Eurosongfestival was tienvoudig in vergelijking met die van de EU verkiezingen. Net goed dat zoiets als een kredietcrisis de burgers boos maakt. Een schop onder hun kont moeten ze hebben.” Volgens Van Rossum is het logisch dat er weerstand bij het volk is voor beweging uit Europa, maar die moet je als het aan hem ligt helemaal niet laten kiezen. “Nederland is lang geleden bedacht door onze elite. Als toen was gevraagd of het volk het daar mee eens was, dan was dat ook nooit wat geworden. Onder andere door het woord superstaat te gebruiken, hebben populisten gezorgd voor een anti-EU houding. Er kan helemaal nooit sprake zijn van EU als superstaat, want nog geen twee procent van het bruto nationaal product gaat naar de EU. De EU heeft onder andere gezorgd voor gelijkheid in lonen en pensioenregeling voor mannen en vrouwen in Nederland. We verdienen er financieel meer aan dan dat we er op verliezen. De slogan van PVV ‘Geef ons ons geld terug!’ is dus klinkklare onzin, ze hebben geen idee waar ze over praten.”

StemplichtTerug in The Max vond de live uitzending van NOVA Politiek plaats met een debat tussen Eurocommissaris voor Concurrentie en Mededinging Neelie Kroes, oud-leider van de SP Jan Marijnissen, Maarten van Rossum en SP communicatieadviseur Niko Koffeman. Koffeman: ”Er is geen product dat ooit zo slecht is verkocht. Het is erg amateuristisch aangepakt; het slaat helemaal nergens op.” Van Rossum: “De hele campagne was van zo’n dorps defensief karakter. Het is tijd dat er eens iets gaat gebeuren.” Presentator Twan Huys vraagt zich af waar het dan aan schort. Kroes: “Mag ik hem omdraaien? Als je democraat bent en dus kunt stemmen, dan dien je van je stemrecht gebruik te maken. Anders moet je ook daarna je kop dicht houden.” Van Rossum en Marijnissen zijn het volledig met haar eens. Koffeman zegt hierover: “Maar juist het idee dat mensen mee moeten doen, onder andere door de ‘Ja of Ja-benadering’ van de VVD, stuit behoorlijk wat mensen op de borst en zorgt ervoor dat sommigen überhaupt niet willen stemmen.”

Heldere duinenTwee beoefende campagneleiders gaven later die avond eveneens in de Mediaroom een uitgebreidere analyse van de gevoerde campagnes. Spindoctor Kay van de Linde en één van de drie oprichters van de organisatie van deze avond Erik van Bruggen. Van de Linde: “De politiek leek het niet als prioriteit te zien. Dit is te zien aan de lijsttrekkers die gekozen zijn; ze zijn onbekend en het spreekt niemand aan. Zendtijd voor Politieke Partijen was de enige plek waar de campagnespots te zien waren en daar kijkt zelfs mijn schoonmoeder niet naar.” Van de Linde heeft wel een suggestie hoe het beter zou kunnen: “De enige boodschap die de partijen hadden was voor of tegen de EU zijn. Waar voor of tegen was niet duidelijk. Campagnespotjes moeten simpel en helder zijn.” Van Bruggen: “In principe is de PVV-spot goed. Het bevat heldere punten en beelden van Nederlandse duinen. Dat komt over en is informatief. Ook de radioboodschap ‘Turkije nooit bij de EU? Stem PVV!’ is glashelder, of je het er nou mee eens bent of niet. De VVD-spot was veel te lang, de PvdA-spot had een zielig jaren vijftig gehalte en wat de boodschap van het CDA was door hun lijsttrekker op een motor te zetten weet niemand precies. Al met al een lullige campagne.”

VluchtgedragHoe informatief mediaberichtgeving ook kan zijn, titels als “Nederlanders hebben weinig zin in EU-verkiezingen” (ANP, 27 mei 2009) en “Europa zit in ons hoofd, niet in ons hart” (Trouw, 3 juni 2009) vlak voor de verkiezingen motiveren natuurlijk ook niet echt om naar de stembus te rennen. Volgens het verslag van het Mediadebat Stemmen over Europa op 9 juni j.l. is chef politieke redactie Trouw Lex

Maarten van Rossum - bron: media.photobucket.com

Page 14: Medium 4 2008-2009

med

ium

14

Oomkes het daar niet helemaal mee eens: “Politici denken dat ze niet kunnen scoren met Europese onderwerpen, journalisten denken dat ze er niets mee kunnen. Wij houden elkaar gevangen. Iemand moet dat doorbreken. En dat is niet de journalist wat mij betreft.” Het lijkt er op dat iedereen het onderwerp Europa van zich af schuift. Hoe zit het dan met de inhoud van de politieke campagnes, hoe motiveren die ons om te gaan stemmen? Als we Oomkes mogen geloven, is bijvoorbeeld de anti-Turkije leuze uit de campagne van Wilders van een wat leugenachtig karakter: “Gaat het Europese parlement over de toetreding van Turkije? Nee. Dat beslist de Raad van Ministers. Dus als ik Turkije tegen wil houden, stem ik pas bij landelijke verkiezingen op Wilders.” Duidelijk is Wilders dus wel, maar niet echt eerlijk blijkbaar.

Politiek correctHet VPRO-programma De Slag om Brussel van 1 juni j.l. haalt een onderzoeksrapport aan, uitgevoerd door het onafhankelijk regelgeving adviescollege Actal. Uit een analyse ervan blijkt dat behalve de VVD, alle politieke partijen in hun voorstellen voor meer regeldruk gaan zorgen vanuit de EU, terwijl ze het tegenovergestelde verkondigden te doen. Ook opvallend, de Nederlandse interpretatie van de vrij simpele Brusselse richtlijnen zorgen juist voor de regeldruk onder werknemers en werkgevers. Dit heeft dus niet zoveel met Brussel te maken. Frans Timmermans beaamt in het programma dat het aantal regels dat de EU oplegt aan haar lidstaten erg meevalt. “De EU wordt gewoon al 30 jaar lang gebruikt als schietschijf bij ontevredenheid.” Wie heeft ooit gezegd dat politici te vertrouwen waren? De VPRO wekt trouwens meer de suggestie dat de politici in kwestie gewoon niet helemaal weten waar ze over praten.

TerugblikMet deze wetenschap keek ik de uitzending van NOVA nog eens terug. Huys: “Verdenkt u de partij van Marijnissen er ook van dat zij in het openbaar pleiten voor minder regels [en in de praktijk zorgen voor meer regels].” Kroes: “Alle partijen. Iedereen is vrij dubbel in dat geval. Voor minder regelgeving doen wij echt ons best, maar dan moeten we niet horen vanuit

het parlement dat er weer aparte regels bij moeten komen.” Marijnissen: “Ik weet het niet precies, misschien weet u het beter, maar ik geloof dat 50 tot 60 procent van de Nederlandse wetten al gebaseerd is op Europese regels.” Kroes schudt heftig met haar hoofd: “Nee, nee, nee.” Marijnissen: “Het is moeilijk te definiëren, maar het is veel en het is groeiende.” Marijnissen

lijkt de indruk te wekken niet te weten waar hij het over heeft. Dat is erg vreemd, aangezien regelzucht een belangrijk standpunt was in de SP campagne ‘Minder Brussel’.

Broodje krokodilOm na te gaan of de met vijf zetels bekroonde winnaar misschien wat meer aandacht had gestopt in haar campagne, sprak ik met een campagnevoerder en communicatiestrateeg van het CDA. Op mijn vraag hoe een benzineslurpende motorrijder als Wim van Camp ons op weg helpt naar een beter klimaat, één van de hoofdpunten op de Europees agenda van het CDA, begon de strateeg wat te stotteren. Wat ik nog van zijn woorden kon maken, is: “Dat hebben we gedaan om het wat persoonlijker te maken. Daarnaast valt de milieuvervuiling door motorrijders in de EU wel mee denk ik.” Ik had duidelijk niet te maken met de persvoorlichter van het CDA. Aangezien hij na deze vraag ineens nodig moest ophangen, laat zijn reactie op de bevindingen van het Actal rapport, waaruit blijkt dat hun anti-regeldruk campagne Blauwe Krokodil nogal van een broodje aap gehalte was, nog op zich wachten.

Stem‘wijzer’?Het aansnijden van simpele onderwerpen biedt volgens experts duidelijkheid en trekt boven alles de aandacht. De inhoud van de boodschap is niet zo heel interessant, daar heeft de burger immers politici voor om zich druk over te maken. Eén politieke partij in het bijzonder was zich duidelijk van deze situatie bewust en ging juist daarom in het openbaar helemaal niet de diepte in of het debat aan en bleef tot voor kort qua inhoud, geheel strategisch enkel aan de oppervlakte. Hun simpele spotje in de duinen heeft het in ons democratisch systeem, welke ons juist een kans biedt tot verdieping, met vier (mogelijk zelfs vijf) EU zetels bijzonder goed gedaan. Politiek lijkt zo slechts een kwestie van zieltjes winnen met als enkel doel een grote partij te worden. Het is überhaupt de vraag of onze politici zelf wel weten waar ze ons naar toe willen brengen, zeker met de recente deportatieboodschap van Wilders “Miljoenen moslims moeten weg” (Volkskrant, 14 juni 2009) in het achterhoofd. Ik wens iedereen dan ook alle succes toe met de uitslag van de Nederlandse verkiezingen in 2011.

Bro

n: N

OS

Page 15: Medium 4 2008-2009

Twee ontdekkingen op het internet: Television is Good for You en The Good Things About Television. Heel serieus wordt de eerste

site verantwoord door ArtsReformation, “an exploration of the arts, music, and the Christian worldview”, en de tweede zelfs door

het Media Awareness Network, een stichting “dedicated to critical thinking in young people about the media”. Beide teksten leggen

uit waarom televisie een zegen voor het publiek is; naar de televisie kijken leidt tot waardevolle culturele ervaringen, bevordert

gezelligheid, attendeert op boeken en op kunst, helpt bij het leren en maakt mensen vertrouwd met de normen en waarden van

onze samenleving.

Wat gebeurt hier? Positieve gevolgen van televisiekijken worden bijvoorbeeld door de

mediastudierichting in de communicatiewetenschap al sinds de jaren ‘80 beweerd. Maar in de

maatschappelijke discussie vonden we daar weinig van. Het is nog steeds politiek correct

om over de schade te klagen die door het kijken naar de televisie wordt aangericht.

Dit is overigens een wantrouwen dat we in de geschiedenis van ieder medium vinden.

Alleen vóór een medium er echt is, blijken velen enthousiast te zijn. Of het nu de film,

de radio of de televisie is, vóór hun invoering was er de overtuiging dat ze de geest

van hun gebruikers verrijken en hen beter in de samenleving integreren.

Maar zulke hoop verdwijnt snel als het medium werkelijk voor iedereen toegankelijk is. In

plaats daarvan komen angsten, altijd in een bepaalde volgorde: het begint met gevaren voor

ons lichaam. Kort na de komst van de televisie in de jaren ‘50 werd gewaarschuwd: ‘Televisie is

slecht voor je ogen’. Daarop volgde de angst voor psychische schade: ‘Televisiekijken maakt zenuwachtig

en agressief’.

In de jaren 70 en 80 ontvouwde zich de derde fase van kritiek, namelijk de sociale: televisie als vernietiger van de beschaving, de

televisie als de grote omverwerper van de maatschappelijke orde (Joshua Meyrowitz´ No Sense of Place uit 1985) en televisie zou

van diens toeschouwers allemaal zogenaamde kind-volwassenen maken (Neil Postmans The Disappearance of Childhood, 1985).

Ook George Gerbners grote onderzoeksprogramma over onze cultivatie door televisie profiteerde ervan dat iedereen bang was van

de gevolgen van dat medium voor onze samenleving.

Maar nu blijkt de televisie langzamerhand in de vierde fase terecht te komen van hoe media worden beoordeeld, na het doorstaan

van de fysiologische, de psychische en de maatschappelijke kritiek. De vierde fase is die van de herontdekte waardering. Zij wordt

veroorzaakt door de kritiek op een nog nieuwer medium. Want als de ontnuchtering met een nieuw medium begint, blijken de reeds

voorhanden media automatisch weer meer waarde te krijgen. Zo slecht waren ze eigenlijk toch niet…

Socrates vreesde al dat iets heel waardevols verdwijnt wanneer iedereen alles op kan schrijven, met name de vaardigheid om

verhalen te onthouden en mondeling te vertellen. De opkomst van de radio liet de krant meteen in een veel beter licht zien; veel

grondiger, niet zo oppervlakkig als de radio. De televisie legde het af tegen de artistieke films in de bioscoop en tegen de radio,

herontdekt als puur auditief medium dat daarom zoveel voor onze fantasie gedaan had, toch?

Typerend voor de herwaarderingsfase van de oudere media: toen de televisie het sterkst bekritiseerd werd, ontstonden stichtingen

ter bescherming van de oude media, bijvoorbeeld om het lezen van boeken weer aan te moedigen. En wat roept het internet als

nieuwste medium op? Uiteraard maakt het zelf ook al weer de drie stappen van kritiek mee. Maar het blijk nu ook de vierde fase

voor de televisie te bevorderen: de herwaardering van de goede oude kijkkast en angst dat kijken naar de televisie ten onder gaat.

Red de televisie! Dus: ik wacht op de Stichting Televisiekijken…

Klaus Schönbach

Hoogleraar Algemene Communicatiewetenschap med

ium

15

ColumnTekst: Klaus Schönbach

Stichting Televisiekijken

Page 16: Medium 4 2008-2009

16

med

ium

Ik mag bij Claudia op kantoor langskomen. Als ik aankom is ze nog telefonisch in gesprek. Ze vertelt me later dat dit over een reorganisatie ging waar ze me nog niets over mag vertellen. Spannend, die reorganisaties. “In deze financieel moeilijke tijd merken we weer dat er veel meer werk is in de reorganisaties. Dit vind ik ook het meest inspirerende onderdeel van de communicatie,” aldus Claudia.

Een korte rondleiding over de werkvloer geeft me het idee dat Hill & Knowlton een jong bedrijf is. Lunchen doen ze altijd samen, sportactiviteiten worden met regelmaat georganiseerd en de Monday Morning Meeting zorgt ervoor dat je samen de week begint. De interne communicatie lijkt bij dit communicatiebureau goed te zitten. Brainstormen over nieuwe projecten gebeurt in de speciale brainstormruimte met knaloranje stoeltjes, Fat Boys en gaten van verschillende grootte in de witte muren. Claudia: “Ik zou niet weten of het Feng Shui verantwoord is, maar het is een heerlijke ruimte om even de rust op te zoeken.”

TraineeAls trainee krijgt Claudia de mogelijkheid om na haar studie door te leren in het werkveld. Ze mag een kijkje nemen in verschillende keukens: ze krijgt de mogelijkheid mee te lopen met alle afdelingen; van corporate communicatie tot reorganisatietrajecten. “Dit is voor mij een prachtige overstap van studeren naar werken. Ik zit niet meer in de collegebanken, maar ik leer nog elke dag. Als trainee krijg je externe trainingen, maar ook interne trainingen van seniors.” Toch blijft de veelzijdigheid van communicatie, zoals we die ook in de studie ervaren, op deze manier erg op de voorgrond. “Communicatie is een soort van alles. Zaken in de media krijgen, is heel iets anders dan intern in de organisatie mensen tevreden houden.

“Communicatie is een soort van alles”

AfgestudeerdClaudia van Tunen

Traineeship als brug naar een echtecommunicatieadviseur

In deze tijd van financiële moeilijkheden, ontslagen en kredietproblemen, kun je je als bijna afgestudeerde of pas afgestudeerde CW’er wel eens afvragen of je ergens terecht zal komen waar je graag wilt werken. Om die bezorgde CW’ers een hart onder de riem te steken, deze keer in Afgestudeerd: Claudia van Tunen. In juli 2008 rondde ze haar scriptie af en ze is sinds januari 2009 werkzaam als trainee bij communicatieadviesbureau Hill & Knowlton.

Tekst: Mirjam de Jong

Page 17: Medium 4 2008-2009

med

ium

17

med

ium

17

Claudia van Tunen

Page 18: Medium 4 2008-2009

med

ium

18

Daarom hebben we ook verschillende groepen waarin verschillende specialisten zitten. We hebben een groep corporate communicatie en we hebben een groep marketing en digital & finance. Wij, als trainees, snoepen mee.”

Ervaring Nu Claudia trainee is, is ze zich erg bewust van het belang van ervaring in de branch van het advies geven. Je moet alles een keer gezien hebben voordat je er iets zinnigs over kunt zeggen. “Op je 23e kom je hier natuurlijk niet zo snel binnen. Je mist gewoon een berg ervaring. Volgens mij is dit cruciaal. Je kunt alleen maar adviseur zijn als je heel veel ervaring hebt, op basis waarvan je je advies uitbrengt. In het begin was ik erg ongeduldig, ik dacht: ik wil heel snel consultant en adviseur zijn, maar toen besefte ik: je kunt dingen nog zo goed doen en zo snel willen en het allemaal nog zo leuk in elkaar zetten, het adviseurschap komt met de jaren.”

Theorie?Een vak Communicatieadvies geldt volgens Claudia als een leuke basis voor het werkelijke communicatieadvies, maar het valt volledig weg in het ‘echte leven’. Het toepassen van theorieën vindt ze dan ook lastig. “Ik heb wel wat vakken gedaan waar ik aan terugdenk, bijvoorbeeld de seminar Contact met de pers, Interne communicatie en Externe communicatie . Deze vakken helpen je best een eindje op weg. In de studie denk je echter nog heel erg in theorieën en modellen, terwijl je in je werk merkt dat geen enkel model op iedere situatie toepasbaar is. Je moet elke situatie weer opnieuw inschatten en dan nog is daar een berg ervaring voor nodig.” Wel weet Claudia met zekerheid te zeggen dat ze veel van de studie CW geleerd heeft. Niet alleen over het vakgebied, maar bovenal het kritisch zijn ten opzichte van alles wat je tegenkomt.

Blijven ontwikkelenDoordat je als trainee veel ondersteunend werk doet, maar ook veel echt klantwerk krijgt, mag je ook aangeven wat je het liefste doet. “Ik heb op dit moment het minst met marketing en dat had ik van tevoren ook. Ik was al heel zeker van mijn

zaak: corporate vind ik het allerleukste en laat mij maar lekker in die bedrijven zitten. Ik heb nu wel aangegeven dat ik echt wat marketingklussen wil doen om te kijken of ik het echt helemaal af kan schrijven. Nu zit ik wel bij een paar projecten als Friso of Wacom en dan merk ik wel dat ik een kick krijg als we weer een artikel hebben geregeld of een stuk in de krant voor een product. Tot nu toe vind ik toch corporate nog steeds het allerleukste, maar ik moet een beetje uitkijken dat ik me niet alleen daarop blijf richten. Ik wil me breed ontwikkelen.”

WK 2018Een baan bij het adviesbureau op de hoek leek Claudia niets. Als je het doet, moet je het ook goed doen. Daarom koos ze voor een van de betere communicatieadviesbureaus van Nederland en zelfs van de wereld. “Je kunt heel veel gebruik maken van de kennis die bij de andere kantoren zit. Het gebeurt eigenlijk niet dat hier bijvoorbeeld iemand uit Engeland een tijdje komt zitten. Het zijn wel aparte kantoren, maar je hebt het enorme netwerk dat voor kennis belangrijk is en ook voor verspreiding heel handig is. Bijvoorbeeld voor het WK in 2018 dat we naar Nederland willen krijgen. We werken dan voor de KNVB, maar we gebruiken ook het Engelse netwerk om het daar te pluggen, want de FIFA moet worden overtuigd.” Tussen neus en lippen door werd daar een opdrachtgever als de KNVB genoemd. Dit is echt niet zomaar het adviesbureau van om de hoek. “Ik wilde niet voor de gemakkelijkste mogelijkheid gaan. Ik wilde ook niet achter kranten aan bellen of er alsjeblieft een artikel in de krant zou mogen.” Het internationale karakter van Hill & Knowlton is voor Claudia ook van belang. “Ik heb wel internationale ambities. Ik wil niet altijd in Nederland blijven. En toen kwam ik vanzelf hier uit, omdat ze een traineeship aanbieden. Dat maakte de brug naar echt communicatieadvies voor mij mogelijk.” Geen zorgen dus voor de bijna of pas afgestudeerden onder ons. Als je nog even door wilt leren of niet helemaal weet wat je wilt, is een traineeship de ideale job om je carrière mee te starten.

“Adviseurschap komt met de jaren”

“Wij, als trainees, snoepen mee”

Page 19: Medium 4 2008-2009

De laatste puntjes op de i...MercuriusPagina

19

Tekst: Lokke van der Wal

Het jaar is voorbij, de tentamens zijn over en binnenin het Bushuis blijft het akelig stil. Af en toe hoor je wat gerommel en wat gefluister hier en daar, maar de levendigheid die zich oorspronkelijk binnen de muren van het Bushuis bevond, is gewoon weg. We hebben het vermoeden dat iedereen vooral de zomer zit te vieren op de terrasjes op de Nieuwmarkt. En groot gelijk hebben jullie!

Het bestuur is bezig met de laatste puntjes op de spreekwoor-

delijke ‘i’ te zetten om Mercurius startklaar te maken voor het

volgende collegejaar. Aan alle actieve leden van Mercu-

rius: we willen jullie graag bedanken voor jullie inzet van

het afgelopen jaar. Zonder jullie hadden we nooit alle

evenementen neer kunnen zetten en jullie inzet is van

onschatbare waarde geweest. Dankzij jullie kijken wij

terug op een leuke trip naar Londen, een geweldig

feest, gezellige borrels, een interessant symposium,

een bizar actieve ledenweekend en boeiende be-

drijfsuitjes. We hebben dan ook voor ieder actief lid

op onze balie iets klaar staan om diegenen te bedan-

ken. Kom snel langs om het op te halen, we zitten voor-

lopig in lokaal A.014 en daarna vertoeven we in A.012.

We hebben namelijk ook iets anders (ingrijpends)

aan te kondigen. Mercurius gaat verhuizen! Nu was

er eerder dit jaar natuurlijk de verbouwing waardoor we

onze zongele vloer kregen, maar vanuit de UvA is besloten

dat Mercurius plaats moet maken en moet verhuizen naar een

andere kamer. We zullen in de maand juli vertoeven in een tussenlo-

kaal en hierna uiteindelijk vestigen in onze nieuwe chill spot, E.012. Deze

kamer is te vinden in de gang richting de oorspronkelijke kamer van Mercurius. Hij

zal beter, mooier, fijner en handiger zijn als Mercurius’ plek en iedereen is natuur-

lijk ook weer na de zomer van harte welkom om bij ons wat koffie te komen drinken.

De namen voor het bestuur 2009/2010 mochten we toen deze Medium naar de drukker

ging nog niet bekend maken, maar we hebben een enthousiaste groep mensen die

staan te popelen om het over te nemen. Ze hebben goede plannen om het komende jaar

voor Mercurius er weer een goed jaar van te maken. We willen ze op deze manier ook

alvast heel erg veel succes toe wensen en we denken dat ze dit jaar zullen gaan knallen!

Mercurius is begonnen met het werven van actieve leden! Mocht je het ge-

voel hebben iets aan je studie toe te willen voegen (en dat kan altijd), willen we je

graag de mogelijkheid bieden om bij ons actief te zijn in een commissie. Het mes

snijdt aan twee kanten: je hebt een ontzettend gezellig jaar met je commissiele-

den en je krijgt de gelegenheid om aan iets concreets te werken, zoals bijvoor-

beeld aan een studiereis. Je bent er concreet zo ongeveer 4 uur in de week mee

bezig en het staat lekker op je CV. Bijna geen reden om het niet te doen, toch?

Nu rest ons nog om iedereen een fantastische zomer toe te wensen waarin we ho-

pen dat je alle kansen grijpt, dromen waarmaakt, bizarre dingen beleeft en wakker

wordt op plaatsen die je niet voor mogelijk houdt, zodat we compleet in vakantieroes

in september weer aan een schoon jaar kunnen beginnen. Tot ziens in september!

Page 20: Medium 4 2008-2009