Mare 18 (38)

12
‘Gewoon instappen en naar Spanje’ De voortdurende vernieuwing van ons voedselparadijs De vergeten bezetting: hoe studenten 30 jaar geleden de dies verstoorden Voormalig ombudsman en decaan bespreekt boek van Carel Stolker Pagina 3 Pagina 4 Pagina 5 Pagina 5 Eredoctoraat voor Amnesty-voorzitter Maandag krijgt Gonçalves-Ho Kang You op de diesviering een eredoctoraat, vanwege haar inzet voor de mensenrechten. Raad: ‘Schrap de herkansingen niet’ Als het college van bestuur vasthoudt aan het schrappen van het recht op herkansing, zal de universiteitsraad een negatief advies uitbrengen. Overschrijding ict- budget onbekend Het college van bestuur bevestigt dat de nieuwe universitaire website duurder wordt dan gepland. Maar wat nu de precieze kosten zijn, werd niet duidelijk. ‘Studenten hebben weinig motivatie’ Dat zei minister van Onderwijs Jet Bussemaker maandag toen ze de Leidse universiteit bezocht. ‘We weten ze blijkbaar niet voldoende te raken.’ Pagina 11 Pagina 6 en 7 Pagina 8 Pagina 9 Wat alle media verzwegen: Tarik Z. is een instrument van minister Opstelten om aan meer geld te komen. En: de CIA pleegde de aanslag op Charlie Hebdo. Wat is de aantrekkingskracht van deze complottheorieën? DOOR PETRA MEIJER ‘Een hetze vanuit de Mainstream Media opgezet tegen alles en iedereen die afwijkend durft te denken. Dat toont des te meer aan dat heel deze Ta- rik Z. soap bij de NOS een vooropgezette hoax is. Het slechte acteerwerk wekte al het vermoeden, maar toen duidelijk werd dat Tarik een complotdenker was, werd glashelder dat dat de opzet was: “Durf jij een afwijkende mening te hebben? Dan ben je een potentiële Tarik Z.”’ Aldus hardcore complotdenker Martin Vrijland op zijn website, kort nadat de 19-jarige Delfts-Leidse student met een nepwapen de NOS-studio was binnenge- drongen om zendtijd te eisen. Terwijl hij een portier gijzelde, zei hij te zijn inge- huurd door inlichtingendiensten. ‘Daar hebben wij zaken vernomen die de huidige samenleving in twijfel trekken en die gaan we nu naar buiten brengen.’ Ook dit artikel is onderdeel van een complot. Een complot tegen complot- denkers. Waarom zijn hun theorieën zo verleidelijk? ‘Als er iets groots gebeurt, dan zijn bin- nen een paar seconden de eerste com- plotten al op Twitter te vinden’, zegt Pe- ter Burger, docent en onderzoeker bij de studie Journalistiek en Nieuwe Media. Hij verdiept zich vooral in de sociologische en narratieve kant van complottheorieën. ‘Dat alle mainstream media deel uit zou- den maken van een complot, dat lijkt een recente ontwikkeling’, zegt hij. ‘Tarik Z. zou voor meer fondsen voor minister Opstelten moeten zorgen. En na de aanslag in Parijs bleek een grote groep moslims ervan overtuigd dat het om een false flag-operatie ging: een aanslag op eigen burgers om iemand anders schuld in de schoenen te schuiven. Op de Face- bookgroep van de NOS stond bijvoor- beeld: “Het waren zogenaamde moslims die met opgestoken linkervinger ‘Allahu akbar’ riepen. Iedere moslim weet dat dit met de rechtervinger moet!” Het is toch onthutsend zo’n grote groep moslims de media dermate wantrouwt en denkt dat de aanslag door de Mossad of de CIA is geregisseerd?’ Dat brede draagvlak is volgens hem onderbelicht gebleven. ‘Grote complotten hoeven niet per definitie aandacht te krij- gen, maar media moeten ook niet constant voor de makkelijke weg kiezen door alleen naar officiële woordvoerders of mediage- nieke personen te luisteren.’ ‘Complotdenkers weten niet precies hoe het zit’, zegt sociaal psycholoog Jan-Wil- lem van Prooijen, docent en onderzoeker aan de VU die uitgebreid onderzoek deed naar complottheorieën. ‘Maar ze weten in elk geval zeker dat de officiële lezing van gebeurtenissen gelogen is. Vooral bij indrukwekkende en bedrei- gende gebeurtenissen is het aantrekkelijk om ervan uit te gaan dat die wel een grote oorzaak moeten hebben. Vandaar ook dat geheime organisaties er zo vaak bij betrok- ken zouden zijn.’ Van Prooijen vertelt over een experi- ment waarin proefpersonen een verhaal te lezen kregen over een moordaanslag op een president. In de eerste versie stierf die president, in de tweede werd er misgescho- ten en bleef hij leven. Vraag aan de deel- nemers: handelde de dader alleen, of was hij lid was van een groep? En jawel: proef- personen geloofden vaker dat de geslaagde aanslag het werk was van een groep. ‘Complottheorieën zijn een reactie op een gevoel van dreiging. Mensen hebben de behoefte om een verklaring te vinden.’ Of een theorie het goed doet, hangt onder andere af van hoe bizar hij is. ‘Er bestaan heel vreemde theorieën, bijvoorbeeld dat de wereld door als mensen vermomde buitenaardse hagedissen wordt geregeerd.’ Maar tegelijkertijd gelooft maar liefst 56 procent van de Amerikanen in een com- plot rondom de moord op president John F. Kennedy. En na 11 september was bijna de helft van de New Yorkers er van over- tuigd dat de Amerikaanse overheid iets met de aanslag te maken had. Ook in de Arabische wereld was dat idee populair: de Amerikaanse overheid zou op die manier een oorlog legitime- ren. Maar ook in Nederland sloeg de theorie aan: ook Tarik Z. schreef als scholier in een werkstuk dat 9/11 een ‘in- side job’ was. Hoe valt dat succes te verklaren? Uit het on- derzoek dat Van Prooij- en samen met een Leidse col- lega deed, bleek dit geloof samen te hangen met inlevingsvermogen. ‘In Nederland identificeerden we ons met de Amerikaanse slachtoffers. Com- plotten spelen ook vaak op als er een al- gehele somberheid heerst over de maat- schappij. Door geweld, maar bijvoorbeeld ook door een economische crisis. De aan- hangers lijken veel kennis te hebben, maar vallen constant terug op dezelfde bronnen: andere complotdenkers. Na 11 september was een veelgehoord argument dat staal bij zulke temperaturen niet zou smelten. Ex- perts hebben echter gezegd dat staal door die temperaturen weliswaar niet smelt, maar er wel aanzienlijk door verzwakt wordt. Daar missen complotdenkers de nuances.’ Ook opvallend: ‘De grootste voorspeller voor het geloof in een complottheorie, is het geloof in een andere complottheorie. Men gelooft zelfs relatief vaak in tegen- strijdige complotten. Wie gelooft dat de dood van prinses Diana in scène gezet is, is sneller geneigd te geloven dat inlichtin- gendiensten haar hebben vermoord. En wie het aannemelijk vindt dat Bin Laden al jaren voor de inval in Abbottabad stierf, vindt het ook waarschijnlijker dat hij van- daag nog in leven is.’ Vatbaarheid hangt ook af van omge- vings- en persoonlijkheidsfactoren. Zo ontdekte Van Prooijen dat men- sen met een extreme politieke ideologie (zowel links als rechts) vaker samenzwe- ringen vermoeden. ‘Ook weten we uit on- derzoek dat complotdenkers gemiddeld lager opgeleid zijn en lager scoren op ana- lytisch denken. Ze voelen zich ook relatief machteloos.’ Hij benadrukt echter dat complotden- ken meestal niet pathologisch is. ‘In 2009 geloofde slechts twee procent van de Ne- derlanders dat Beatles-zanger Paul Mc- Cartney al sinds 1969 dood was en ver- vangen door een dubbelganger. ‘Maar complotten over grote, vermeen- de immorele bedrijven zijn wijdverbreid. Er zijn grote groepen mensen die geloven dat de farmaceutische industrie ons opzet- telijk ziek maakt, en ook de olie-industrie, overheid en media worden gewantrouwd. Veel Nederlanders geloven bovendien dat er een overheidsorganisatie is die al het internet- en telefoonverkeer in de gaten houdt. ‘Wat je denkt, beïnvloedt je acties. Als jij gelooft dat er met vaccinaties geknoeid is, laat je je kind niet vaccineren. Op een- zelfde manier hebben sommige complot- denkers het gevoel dat ze de maatschappij de ogen moeten openen.’ Alles is een hoax Waarom complottheorieën zo verleidelijk zijn Bandirah Pagina 12

description

Leids universitair weekblad Mare

Transcript of Mare 18 (38)

Page 1: Mare 18 (38)

‘Gewoon instappen en naar Spanje’

De voortdurende vernieuwing van ons voedselparadijs

De vergeten bezetting: hoe studenten 30 jaar geleden de dies verstoorden

Voormalig ombudsman en decaan bespreekt boek van Carel Stolker

Pagina 3 Pagina 4 Pagina 5 Pagina 5

Eredoctoraat voor Amnesty-voorzitterMaandag krijgt Gonçalves-Ho Kang You op de diesviering een eredoctoraat, vanwege haar inzet voor de mensenrechten.

Raad: ‘Schrap de herkansingen niet’Als het college van bestuur vasthoudt aan het schrappen van het recht op herkansing, zal de universiteitsraad een negatief advies uitbrengen.

Overschrijding ict-budget onbekendHet college van bestuur bevestigt dat de nieuwe universitaire website duurder wordt dan gepland. Maar wat nu de precieze kosten zijn, werd niet duidelijk.

‘Studenten hebben weinig motivatie’Dat zei minister van Onderwijs Jet Bussemaker maandag toen ze de Leidse universiteit bezocht. ‘We weten ze blijkbaar niet voldoende te raken.’

Pagina 11

Pagina 6 en 7 Pagina 8 Pagina 9

Wat alle media verzwegen: Tarik Z. is een instrument van minister Opstelten om aan meer geld te komen. En: de CIA pleegde de aanslag op Charlie Hebdo. Wat is de aantrekkingskracht van deze complottheorieën?

DOOR PETRA MEIJER ‘Een hetze vanuit de Mainstream Media opgezet tegen alles en iedereen die afwijkend durft te denken. Dat toont des te meer aan dat heel deze Ta-rik Z. soap bij de NOS een vooropgezette hoax is. Het slechte acteerwerk wekte al het vermoeden, maar toen duidelijk werd dat Tarik een complotdenker was, werd glashelder dat dat de opzet was: “Durf jij een afwijkende mening te hebben? Dan ben je een potentiële Tarik Z.”’

Aldus hardcore complotdenker Martin Vrijland op zijn website, kort nadat de 19-jarige Delfts-Leidse student met een nepwapen de NOS-studio was binnenge-drongen om zendtijd te eisen. Terwijl hij een portier gijzelde, zei hij te zijn inge-huurd door inlichtingendiensten. ‘Daar hebben wij zaken vernomen die de huidige samenleving in twijfel trekken en die gaan we nu naar buiten brengen.’

Ook dit artikel is onderdeel van een complot. Een complot tegen complot-denkers. Waarom zijn hun theorieën zo verleidelijk?

‘Als er iets groots gebeurt, dan zijn bin-nen een paar seconden de eerste com-plotten al op Twitter te vinden’, zegt Pe-ter Burger, docent en onderzoeker bij de studie Journalistiek en Nieuwe Media. Hij verdiept zich vooral in de sociologische en narratieve kant van complottheorieën. ‘Dat alle mainstream media deel uit zou-den maken van een complot, dat lijkt een recente ontwikkeling’, zegt hij.

‘Tarik Z. zou voor meer fondsen voor minister Opstelten moeten zorgen. En na de aanslag in Parijs bleek een grote groep moslims ervan overtuigd dat het om een false flag-operatie ging: een aanslag op eigen burgers om iemand anders schuld in de schoenen te schuiven. Op de Face-bookgroep van de NOS stond bijvoor-beeld: “Het waren zogenaamde moslims

die met opgestoken linkervinger ‘Allahu akbar’ riepen. Iedere moslim weet dat dit met de rechtervinger moet!” Het is toch onthutsend zo’n grote groep moslims de media dermate wantrouwt en denkt dat de aanslag door de Mossad of de CIA is geregisseerd?’

Dat brede draagvlak is volgens hem onderbelicht gebleven. ‘Grote complotten hoeven niet per definitie aandacht te krij-gen, maar media moeten ook niet constant voor de makkelijke weg kiezen door alleen naar officiële woordvoerders of mediage-nieke personen te luisteren.’

‘Complotdenkers weten niet precies hoe het zit’, zegt sociaal psycholoog Jan-Wil-lem van Prooijen, docent en onderzoeker aan de VU die uitgebreid onderzoek deed naar complottheorieën.

‘Maar ze weten in elk geval zeker dat de officiële lezing van gebeurtenissen gelogen is. Vooral bij indrukwekkende en bedrei-gende gebeurtenissen is het aantrekkelijk om ervan uit te gaan dat die wel een grote oorzaak moeten hebben. Vandaar ook dat geheime organisaties er zo vaak bij betrok-ken zouden zijn.’

Van Prooijen vertelt over een experi-ment waarin proefpersonen een verhaal te lezen kregen over een moordaanslag op een president. In de eerste versie stierf die president, in de tweede werd er misgescho-ten en bleef hij leven. Vraag aan de deel-nemers: handelde de dader alleen, of was hij lid was van een groep? En jawel: proef-personen geloofden vaker dat de geslaagde aanslag het werk was van een groep.

‘Complottheorieën zijn een reactie op een gevoel van dreiging. Mensen hebben de behoefte om een verklaring te vinden.’ Of een theorie het goed doet, hangt onder andere af van hoe bizar hij is. ‘Er bestaan heel vreemde theorieën, bijvoorbeeld dat de wereld door als mensen vermomde buitenaardse hagedissen wordt geregeerd.’

Maar tegelijkertijd gelooft maar liefst 56 procent van de Amerikanen in een com-plot rondom de moord op president John F. Kennedy. En na 11 september was bijna de helft van de New Yorkers er van over-tuigd dat de Amerikaanse overheid iets met de aanslag te maken had. Ook in de Arabische wereld was dat idee populair:

de Amerikaanse overheid zou op die manier een oorlog legitime-ren. Maar ook in Nederland sloeg de theorie aan: ook Tarik Z. schreef als scholier in een werkstuk dat 9/11 een ‘in-side job’ was.

Hoe valt dat succes te verklaren? Uit het on-derzoek dat Van Prooij-en samen met een Leidse col-lega deed, bleek dit geloof samen te hangen met inlevingsvermogen.

‘In Nederland identificeerden we ons met de Amerikaanse slachtoffers. Com-plotten spelen ook vaak op als er een al-gehele somberheid heerst over de maat-schappij. Door geweld, maar bijvoorbeeld ook door een economische crisis. De aan-hangers lijken veel kennis te hebben, maar vallen constant terug op dezelfde bronnen: andere complotdenkers. Na 11 september was een veelgehoord argument dat staal bij zulke temperaturen niet zou smelten. Ex-perts hebben echter gezegd dat staal door die temperaturen weliswaar niet smelt, maar er wel aanzienlijk door verzwakt wordt. Daar missen complotdenkers de nuances.’

Ook opvallend: ‘De grootste voorspeller voor het geloof in een complottheorie, is het geloof in een andere complottheorie. Men gelooft zelfs relatief vaak in tegen-strijdige complotten. Wie gelooft dat de dood van prinses Diana in scène gezet is, is sneller geneigd te geloven dat inlichtin-gendiensten haar hebben vermoord. En wie het aannemelijk vindt dat Bin Laden al jaren voor de inval in Abbottabad stierf, vindt het ook waarschijnlijker dat hij van-daag nog in leven is.’

Vatbaarheid hangt ook af van omge-vings- en persoonlijkheidsfactoren. Zo

ontdekte Van Prooijen dat men-sen met een extreme politieke ideologie (zowel links als rechts) vaker samenzwe-ringen vermoeden. ‘Ook weten we uit on-derzoek dat complotdenkers gemiddeld lager opgeleid zijn en lager scoren op ana-lytisch denken. Ze voelen zich ook relatief machteloos.’

Hij benadrukt echter dat complotden-ken meestal niet pathologisch is. ‘In 2009 geloofde slechts twee procent van de Ne-derlanders dat Beatles-zanger Paul Mc-Cartney al sinds 1969 dood was en ver-vangen door een dubbelganger.

‘Maar complotten over grote, vermeen-de immorele bedrijven zijn wijdverbreid. Er zijn grote groepen mensen die geloven dat de farmaceutische industrie ons opzet-telijk ziek maakt, en ook de olie-industrie, overheid en media worden gewantrouwd. Veel Nederlanders geloven bovendien dat er een overheidsorganisatie is die al het internet- en telefoonverkeer in de gaten houdt.

‘Wat je denkt, beïnvloedt je acties. Als jij gelooft dat er met vaccinaties geknoeid is, laat je je kind niet vaccineren. Op een-zelfde manier hebben sommige complot-denkers het gevoel dat ze de maatschappij de ogen moeten openen.’

Alles is een hoaxWaarom complottheorieën zo verleidelijk zijn

en narratieve kant van complottheorieën. eam media deel uit zou-

den maken van een complot, dat lijijkt een recente ontwikkeling’, zegt hij.

‘Tarik Z. zou voor meer fondsen voor minister Opstelten moeten zorgen. En na de aanslag in Parijs bleek een grote groep moslims ervan overtuigd dat het om een

operatie ging: een aanslag op anders schuld

in de schoenen te schuiven. Op de Face-bookgroep van de NOS stond bijvoor-

eld: “Het waren zogenaamde moslims

Of een theorie het goed doet, hangt onder andere af vaandere af van hoe bizar hij is. ‘Er bestaan heel vreemde theorieën, bijvoorbeeld dat de wereld door als mensen vermomde buitenaardse hagedissen wordt geregeerd.’

Maar tegelijkertijd gelooft maar liefst 56 procent van de Amerikanen in een com-plot rondom de moord op president John F. Kennedy. En na 11 september was bijna de helfde helft de helft de helf van de New Yorkers er van over-van de New Yorkers er van over-tuigd dat de Amerikaanse overheid iets met de aanslag te maken had. Ook in de Arabische wereld was dat idee populair:

voor het geloof in een complottheorie, is het geloof in een andere complottheorie. Men gelooft zelfs relatief vaak in tegen-strijdige complotten. Wie gelooft dat de dood van prinses Diana in scène gezet is, is sneller geneigd te geloven dat inlichtin-gendiensten haar hebben vermoord. En wie het aannemelijk vindt dat Bin Laden al jaren voor de inval in Abbottabad stierf, vindt het ook waarschijnlijker dat hij van-daag nog in leven is.’

vings- en persoonlijkheidsfactoren. Zo

Bandirah Pagina 12

‘Gewoon instappen

t je denkt, beïnvloedt je acties. Als jij gelooft dat er met vaccinaties geknoeid is, laat je je kind niet vis, laat je je kind niet vaccineren. Op een-zelfde manier hebben sommige complot-

s het gevoel dat ze de maatschappij de ogen moeten openen.’

lytisch denken. Ze voelen zich ook relatief

at complotden- 2009

wee procent van de Ne-l Mc-

, bleek dit geloof samen te hangen met inlevingsvermogen. samen te hangen met inlevingsvermogen.

‘In Nederland identificeerden we ons ontdekte ontdekte

aan de VU die uitgebreid onderzoek deed naar complottheorieën.

elk geval zeker dat de

derlanders dat Beatles-zanger Paderlanders dat Beatles-zanger Paul Mc-nds 1969 dood was en ver-

vangen door een dubbelganger. ‘Maar complot‘Maar complotten over grote, vermeen-

de immorele bedrijven zijn wijdverbreid. r zijn grote groepen mensen die geloven

dat de farmaceutische industrie ons opzet-e industrie ons opzet-telijk ziek maakt, en ook de olie-industrie, overheid en media worden gewantrouwd.

Van Prooijen dat men-et een extreme politieke ideologie

(zowel links als rechts) v(zowel links als rechts) vaker samenzwe-ringen vermoeden. ‘Ook weten we uit on-

vernieuwing van ons voedselparadijs

Pagina 6 en 7

DOOR PDOOR PETETRA MEIJER ‘Een hetze vanuit de RA MEIJER ‘Een hetze vanuit de RA MEIJERMainstream Media opgezet tegen alles en iedereen die afwijkend durft te denken.

Page 2: Mare 18 (38)

Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR LeidenTelefoon 071–527 7272

Website mareonline.nl E-mail [email protected] De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000

Hoofdredactie

Frank Provoost [email protected]

Redactie

Vincent Bongers [email protected]

Bart Braun [email protected]

Petra Meijer [email protected]

Marleen van Wesel [email protected]

Veerle van der Gracht (stagiaire) [email protected]

Medewerkers

Talitha Dehaene • Tim Meijer • Esha Metiary • Marc van Oostendorp • Benjamin SprecherFotografie Taco van der Eb • Marc de Haan

Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nlBasisontwerp Roeland Segaar, Zabriski CommunicatieArt direction en vormgeving M-spaceDrukwerk Rodi Rotatiedruk, Broek op LangedijkAdvertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45

Redactieraad

Prof. dr. J.C. de Jong (voorzitter) • Prof. dr. F. Israel (vice-

voorzitter) • drs. B. Funnekotter • J. Daemen • S. Grootveld • mr. F.E. Jensma • M. Kuipers• dr. S.J. van der Linde • prof. dr. N.J. Schrijver • dr. J.P. Vollaard • F. Vermeeren • C. van der Woude

Jaarabonnementen

Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuisgestuurd krijgen door €35 over te maken op bankrekening 1032.57.950 ten name van Universiteit Leiden (o.v.v. Mare en SAP-nummer 6200900100) en vervolgens een bevestigingsmail met daarin hun adres te sturen naar [email protected]. Studenten betalen €25. Ter controle graag in de bevestigingsmail ook het studentnummer vermelden.

Adreswijzigingen

Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn.

ISSN 0166-3690

Je suis TarikDoor Frank Provoost Mijn eerste uzi kocht ik toen ik tien was. Ik was niet de enige. De hele klas had ontdekt dat de plaatselijke speelgoedwinkel de perfecte re-plica verkocht. Als plastic waterpistool weliswaar, en uitsluitend in de kleurencombinatie roze met geel. Maar dat gaf allemaal niets. Want iedereen kocht er ook meteen een zwarte, watervaste viltstift bij. Na een middagje kalken, leken ze sprekend. Net als in The A-team. Pas toen de buurt rond de school ging klagen over tijgerende tieners met levensechte wa-pens mochten we ze niet meer meenemen.

Tarik was te jong voor The A-team, maar te oud om met een speelgoedgeweer op pad te gaan. Hij koos voor een neppistool met een ge-luidsdemper, geheel in de stijl van In-ception, net als zijn stylish outfit. Op zijn Facebookprofiel had hij ook al een gladde IceBucketChallenge aan zijn geliefde droom-in-een-droom-in-een-droom-film gewijd.

U heeft het ongetwijfeld allemaal gezien. Zijn pagina is de afgelopen week vakkundig geplunderd door ie-dereen die op zoek was naar de ware aard van de dader. Media gingen voorop in de strijd. Tegels lichten! De onderste steen boven! Nou, en toen kwamen de feiten:

Zijn beide ouders waren dood.(O nee, toch niet. Ze waren alleen gescheiden.)Hij kwam uit Tunesië.(Of nou ja, zijn vader was Egyptenaar.)Hij hoorde bij Anonymous.(Oh wacht, dat YouTube-filmpje was al jaren gele-

den gemaakt. Door iemand anders.)Hij was een doodnormale jongen, waarvan je zo’n

daad nooit zou verwachten.(Welnee, hij was juist altijd al een fullblown, complot-

denkende freak geweest. Classic aluhoedje.)Voor wie nu begon te twijfelen, was er De Telegraaf.

Ook handig voor alle letterdoven onder ons:De ‘GEESTESZIEKE’ Tarik was niet alleen ‘GEK’, hij

studeerde ook nog Molecular Science & Technology in Delft en Leiden.

(Ehm, dus…?)

Nou, hou je vast. Of beter: zoek dekking! Want die stu-die had ‘raakvlakken met de opleiding Radiation Science & Technology, de ENIGE OPLEI-

DING IN NEDERLAND MET EEN EIGEN KERNREACTOR.’

(Aha, dus hij studeerde bommenkunde!)

Dat maakte de situatie natuur-lijk ‘EXTRA ZORGWEKKEND!’

(Maar stel je eens voor dat hij geneeskundestudent was geweest, dan had hij zomaar toegang ge-had tot LEVENSGEVAARLIJKE STOFFEN, KANKERVERWEK-KENDE RÖNTGENSTRALING-APPARATEN en ALLERLEI

SCHERPE VOORWERPEN!!! En trouwens, staan die universiteitsbi-

bliotheken ook niet vol met BLOED-LINKE, OPHITSENDE, GEZAG-ON-

DERMIJNENDE PROPAGANDA?!) In Hilversum was inmiddels de vaste

horde hijgerige psychiaters uit naam der ijdelheid (herstel: wetenschap) aanschoven.

Geheel volgens de traditionele tv-wetten lap-ten ze alle beroepseer aan hun laars en om lek-

ker publiekelijk in de hersens te wroeten van de patiënt die ze nooit zagen. Oké, ze waren uitgenodigd. Maar ze hadden ook

nee kunnen zeggen.U voelt ‘m al aankomen: Mare doet even niet mee.

Wij zullen niet Tariks schedel lichten. Wij houden het erop dat hij danig in de war was, maar dat hij duidelijk niet de enige was. We doen hooguit een

poging een tipje van de sluier op te lichten over de ‘Grote Wereldzaken’ die hij aan de orde had willen stellen (z.o.z.). Alleen al bij onze redactie-vergadering bleek iedereen wel iemand te ken-

nen die geloofde in 9/11-was-an-inside-job-com-plottheorieën, geheim opgelegde suikerverslavingen, vaccinatiecomplotten, chemtrails, etc.

Zijn we toch nog allemaal een beetje Tarik.

In memoriam: de joggingbroek

Ik denk met weemoed terug aan toen brak zijn nog bete-kende dat je de kater met trots droeg. In mijn eerste jaren als studentje was de joggingbroek mijn grootste vrind en alom vertegenwoordigd in de collegezalen.

Met pijn en moeite had ik mezelf uit bed gesleept voor dat ene verplichte vak en dat mocht gezien worden. De joggingbroek was het universele teken van brakheid. Het bewijs dat je de avond ervoor compleet tot het gaatje was gegaan.

als meisje zat je mascara van gister nog tot op je wan-gen en je haar, stinkend naar bier, in een warrige knot. De heren trokken voor de gelegenheid een te grote hoodie uit de kast en deden vooral geen moeite om hun driedaagse stoppelbaard af te scheren. ook in de bibliotheek was de joggingbroek een graag geziene gast. In de UB kwam je om te studeren, niet om te flaneren en zodoende had je ook een gezonde portie schijt aan je uiterlijke vertoning. Dat was het leven.

De joggingbroek is sinds enkele jaren een zeldzaamheid in het wild. Een enkele dappere dodo waagt zich nog aan dit kostuum, maar deze student zal hetzelfde lot beschoren zijn als de niet-vliegende vogel. ongetwijfeld bezit iedere student er een, het liefst met cordiaal-, club- of dispuuts-naam er op, maar dit ondergewaardeerde kledingstuk ziet vrijwel alleen nog maar de fusie. En misschien de super-markt, maar dan heeft ‘ie echt geluk.

Uiteraard dienen de leiders van morgen zich enigszins representatief te presenteren, maar overdrijven is ook een kunst. En dat is precies wat er gebeurd is. We zullen het maar de Leidsche sprezzatura noemen. Gianni agnelli, de godfather van sprezzatura, zou er nog wat van kunnen

leren. De oud Fiattopman stond erom bekend dat hij een enorme hoeveelheid aandacht schonk aan het er zo non-chalant mogelijk uitzien. Het scheve strikje en het horloge over de manchet leek een ongelukje, maar alles was wel-overwogen.

Zo ook de huidige student. De warrige knot is nog steeds bewaard gebleven, maar elk plukje is met zorg opgestoken om zodoende een zekere nonchalante air te creëren.

De comfortabele grote sweater is vervangen door kekke jasjes en in plaats van het schoffelen op fijne vertrouwde sneakers, pijnigen de dames zichzelf met het dragen van centimeters hoge hakken. Die verlepte mascara is allang vervangen door een verse laag plamuur, want anders had je net zo goed naakt de deur uit kunnen gaan. Maar ja, de UB is dan ook om te flaneren en misschien een beetje om te studeren.

Je dient je conform de norm te kleden voordat je mag aanschuiven in de kudde. niet dat ik mij hier nooit schul-dig aan maak; het is immers zien en gezien worden. En zien, dat doe ik graag. Zeker in de gangen van het anar-chistenbolwerk genaamd Lipsius, waar de alto’s de gan-gen sieren, is nog steeds een baken van licht te vinden dat zich kranig weert tegen de generieke kledingeisen van hun medestudenten.

toch zullen ook zij zich nooit wagen aan het comfort van sweatstof. De joggingbroek zal slechts voor scooterpau-pers en old school gabbers een volwaardige broek blijven, maar nimmer meer voor de student.

EsHa MEtIaryis masterstudent geschiedenis

2 Mare · 5 februari 2015

Column

Colofon

Geen commentaar

Page 3: Mare 18 (38)

‘Ik wilde me niet laten wegjagen’Eredoctoraat voor oud-Amnesty-voorzitter Gonçalves-Ho Kang YouGonçalves-Ho Kang You (1946) is oud-voorzitter van Amnesty International en lid van de Raad van State. Maandag krijgt ze op de diesviering een eredoctoraat, vanwege haar inzet voor de mensenrechten.

Door Vincent Bongers ‘Het was ver-schrikkelijk. Niemand had mij voorbereid op wat mij daar te wachten stond. Ik ging naar de Ver-eeniging van Vrouwelijke Studen-ten te Leiden om kennis te maken. Je moest precies weten hoe al die snauwende meisjes heetten. Maar ze waren allemaal blond en ik kon ze niet van elkaar onderscheiden. Waar was ik terechtgekomen? Het was een regelrechte ramp. Ik stond te huilen op de gang. Pas toen mij uitgelegd werd dat het allemaal niet zo serieus was, kon ik er de grap van in zien.

‘Uiteindelijk vond ik Leiden ge-weldig. Ik woonde op het Gerecht, nummer 8, precies tegenover het Gravensteen. Dat was een jongens-huis. Er woonde één vrouw bene-den, zij was arts en had bedongen dat er één meisje in huis kwam. De jongens wisten niet hoe ze mij moesten feuten, maar ik dacht: “Jullie kunnen zeggen wat jullie willen. Ik wil deze kamer.” Ik werd het, en heb nog steeds contact met mijn huisgenoten.’

‘Natuurlijk was bij de studie rech-ten niet altijd alles even spannend. Want het recht in het leven is nu eenmaal interessanter dan het recht in boeken. Ik ging terug naar Su-riname om het land te helpen op-bouwen. Mijn echtgenoot Kenneth en ik begonnen een prachtige ad-

vocatenpraktijk. Het was een grote procespraktijk, maar we hielden ons ook bezig met ontwikkelings-projecten. Ik verlang er nog naar terug.’

‘Na de coup van Desi Bouterse in 1980 werd duidelijk dat de mili-

tairen het niet nauw namen met de mensenrechten. Ze traden steeds gewelddadiger op. Een groep in de samenleving, waaronder vooral advocaten, nam het tegen de mili-tairen op. De advocaten, waaronder mijn man, schreven brieven naar

Bouterse waarin zij kritiek leverden op zijn bewind. En dat liep catas- trofaal af: in december 1982 werd hij met veertien anderen gevangen genomen, gemarteld en vermoord door de militairen.

‘Ik wilde me niet laten wegjagen uit mijn land, maar Kenneth was er niet meer. En Eddy Hoost, die net naast ons een advocatenkantoor was begonnen, was ook vermoord. Er was een sfeer van intimidatie die zeer zeker ook mijn kant op ging. Ik was alleen met mijn dochtertje en het werd me al snel duidelijk dat het niet verstandig was om in Suri-name te blijven. We vertrokken in 1983 naar Nederland.

‘Ik ging elk jaar naar Suriname. Maar sinds de Amnestiewet werd aangenomen (die een eind maakte aan het in 2007 begonnen Decem-bermoordenproces, red.) ben ik er niet meer geweest. Ik ben het nog aan het verwerken. Ik was totaal geshockeerd toen Bouterse in 2010 president werd. Een coup overkomt je, daar heeft de bevolking niets mee van doen. Maar dat hij gekozen is, is heel pijnlijk. Formeel is Suriname een democratie, maar door verkie-zingen is er geen eind gekomen aan wat eigenlijk een quasi-dictatuur is.

´Ik kan Suriname niet helpen, maar ik denk wel mee over hoe mensen in het land zelf kunnen komen tot herstel. Bij het afscheid van het eerste advocatenkantoor waar ik in Nederland werkte, kreeg ik een mooi cadeau: de oprichting van de Stichting Juridische Samen-werking Suriname Nederland. We leiden Surinaamse advocaten op. Die wilden we echt een hart onder de riem steken. Je kunt wel het sys-teem wegvagen, maar we blijven ons beroep uitoefenen.’

‘Suriname is nu eigenlijk een quasi-dictatuur.’ Foto VPRO/Merlijn Doomernik

Een kindertelefoon voor volwassenenDoor VeerLe VAn Der grAcHt Tringgg! Telefoon! Yeshe Teunissen (22) neemt op. ‘Ja, hallo mevrouw’, klinkt het aan de andere kant van de lijn. ‘Ik heb even een praatje nodig.’ Met de telefoon te-gen haar oor geklemd, schrijft Teunissen snel de eerste zin van de beller op. ‘En wat gaat u dan koken?’ vraagt ze.

De studente psychologie is vrijwilliger bij de anonieme hulplijn Sensoor. ‘Het is een soort kindertelefoon, maar dan voor volwassenen. Eenzaamheid, psychoso-ciale problemen en vragen over leven en dood zijn de meest voorkomende onderwerpen.’

In 2013 belden er ruim 250.000 men-sen, meestal tussen de dertig en zestig jaar, naar de landelijke hulplijn. In Leiden waren dat er tienduizend. De organisatie wordt gefinancierd vanuit de gemeente, en heeft zo’n vijftig vrijwilligers, onder wie twee studenten.

Van Teunissen mogen dat er best meer worden. ‘Jongeren hebben nog een frisse blik op de wereld. Ze heb-ben een soort roze bril op. Ik ben in mijn tweede jaar al bij Sensoor gaan werken’, zegt ze, ‘want ik wilde niet vijf jaar wach-ten met mensen helpen. Zo krijg je een veel beter beeld van wat je in de boeken leest. Je hebt altijd een ander gesprek. De ene keer gaat het over koetjes en kalfjes. Sommigen bellen om te zeggen dat ze verliefd zijn, anderen zijn in tra-nen. De kunst is jezelf aanpassen aan de ander en waar mogelijk een positieve draai aan een gesprek geven.’

Wat opvalt tijdens het telefoneren: ze

zegt heel weinig, en bijna uitsluitend ‘ja’ en ‘áh’. ‘Ik laat voornamelijk stiltes val-len’, legt ze uit. ‘De persoon moet zelf met het probleem en oplossingen ko-men.’

‘Sommige bellers hebben psychische klachten en hebben het contact met de realiteit verloren.’ Zo sprak Teunissen een keer iemand die negatieve stem-men hoorde. Net toen de man zich re-aliseerde dat het allemaal in zijn hoofd zat, hing hij per ongeluk op. ‘Je staat dan machteloos, want je kan niet zelf terugbellen. Het initiatief tot contact ligt bij de beller.’ Maar meestal vergeet ze haar gesprekken. ‘Zodra ik wegfiets, laat ik het los.’

Het gesprek aan de telefoon gaat in-middels over politiek. ‘Goh, waar stemt u op?’ In principe blijft Teunissen zelf ano-niem, zegt ze later. ‘Sommige mensen herkennen me aan de lijn, want zoveel jonge werknemers zijn hier niet.’ Maar ze vermeldt nooit haar naam of leeftijd. Degenen die het – vanwege het lokale tarief - aanlokkelijk vinden om Sensoor te bellen in plaats van een sekslijn wor-den meteen afgekapt. ‘Als ik merk dat de vragen meer persoonlijk worden, als ze bijvoorbeeld naar de kleur van mijn ogen vragen, vertel ik dat dat niet de bedoeling is en dat ze beter een ander nummer kunnen bellen.’

Ook vrijwilliger worden? Ga naar de informatieavond, 18 feb, diaconaal centrum De Bakkerij, Oude Rijn 44b/c, 20:00u, zie www.sensoor.nl‘Zodra ik wegfiets, laat ik het weer los.’ Foto Taco van der Eb

toerekeningsvatbaar

Koos Westendorp is psychiater en directeur van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychia-trie en Psychologie (NIFP). Op 11 februari geeft hij een lezing over ontoerekeningsvatbaarheid.

Wanneer is iemand ontoerekenings-vatbaar?‘Als iemand een psychische of psychiatri-sche stoornis heeft die samenhangt met het plegen van een delict, kan hij of zij ontoerekeningsvatbaar of verminderd ontoerekeningsvatbaar verklaard worden. Het gaat vaak om psychotische stoor-nissen, die tot verwarring en verstoorde denkbeelden leiden, of om persoonlijk-heidsstoornissen zoals borderline.’

is er met iemand die een zwaar misdrijf pleegt, niet per definitie iets mis?‘Daar zou je over kunnen discussiëren, maar dat is vooral een politieke vraag. Wij proberen stoornissen vast te stellen op basis van het diagnosehandboek DSM. Als iemand door een stoornis geen keu-zevrijheid had ten tijde van het misdrijf, dan kan iemand ontoerekeningsvatbaar worden verklaard. Als de stoornis een rol speelt, maar de dader nog wel keuzevrij-heid had, dan geldt hij als verminderd toerekeningsvatbaar. In plaats van een straf volgt dan verplichte behandeling. Dat voelt misschien ook als een straf, maar het is eigenlijk een maatregel: om de samenleving te beschermen en de benodigde zorg te geven.’

Wanneer komt er zo’n onderzoek? ‘Wij worden al vrij vroeg ingeschakeld, na de aanhouding. We maken een eerste inschatting en adviseren of er een rapportage nodig is. Het gaat dan om zwaardere misdrijven die door meerdere rechters worden beoordeeld, natuurlijk niet om een parkeerbon of een winkel-diefstal. Het is niet allemaal moord en doodslag, maar het zijn wel zwaardere misdrijven, zoals bedreiging, gewapende overvallen en brandstichting: bijvoor-beeld iemand die zijn eigen flat heeft laten ontploffen.’

Hoe komt die rapportage tot stand?‘We doen psychiatrisch, psychologisch en dubbelonderzoek, waarbij zowel psychiaters als psychologen betrokken zijn. In gesprekken probeer je zo dicht mogelijk tegen het delict aan te kruipen om te bepalen welke rol een stoornis heeft gespeeld. “Wat dacht je op dat moment? Wat voelde je?”’

is het mogelijk om ontoerekenings-vatbaarheid te faken?‘Voor sommige verdachten is het voor-delig om dat te proberen. Maar we be-oordelen de situatie met experts. Soms adviseren we om iemand zeven weken op te laten nemen in het Pieter Baan Centrum. Als iemand helemaal niet mee wil werken en zijn mond houdt, dan wordt het natuurlijk wel lastig.

‘Aan het begin van mijn carrière moest ik een jongeman beoordelen die een ouder echtpaar op gruwelijke wijze had vermoord. We vermoedden dat er meer aan de hand was, maar hij liet niets zien. Hij werd toerekeningsvatbaar verklaard en kreeg een lange gevangenisstraf. De derde taak van het NIFP is het leveren van psychiatrische zorg in gevangenis-sen. Daar kom je zo iemand wel weer tegen, maar als dokter zie je natuurlijk liever dat iemand meteen op de juiste plek terecht komt.’

Lezing Koos Westendorp Prometheus, Woe 11 feb 20:30 u, bovenzaal van Café de Keyzer

5 februari 2015 · Mare 3

Mensen 071 -527 …

Frutti di Mare

Page 4: Mare 18 (38)

Tegemoetkoming huurdersTot en met april 2015 kunnen kamer-huurders via www.leiden.nl/student een tegemoetkoming aanvragen voor de afvalstoffenheffing en rioolheffing. Sinds 2012 komen deze gemeentelijke belastingen voor rekening van de ver-huurder, die ze verwerkt in de huurprijs. Onder bepaalde voorwaarden, bijvoor-beeld bij een onzelfstandige woning en een laag inkomen, hebben huurders recht op een tegemoetkoming.

Topinkomens onderwijsMinister Jet Bussemaker kan niet af-dwingen dat de personeels-cao ook voor onderwijsbestuurders geldt. D66, SP en Bussemakers eigen partij, de PvdA hadden daartoe een motie inge-diend. Met de strekking van de motie is de minister het wel eens, schrijft ze: ‘Bestuurdersbeloningen moeten zich verhouden tot de arbeidsvoorwaarden voor het eigen personeel.’ Ze noemt daarvoor wel een ander ‘adequaat instrument’, namelijk de wet norme-ring topinkomens. Dat is het formele resultaat van de zogenaamde Balke-nendenorm, die op 1 januari 2015 is ingegaan. Overheidsfunctionarissen mogen daardoor niet meer verdie-nen dan een ministerssalaris. Dat is momen teel 178.000 euro. De wet geldt in principe ook voor onderwijsbestuur-ders, maar wordt nog niet direct op alle fronten gehandhaafd.

Hiep Hortus Hoera!De Leidse hortus botanicus, de oudste van Nederland, viert op 9 februari haar 425e verjaardag. De hortuswandeling die elke tweede zondag van de maand wordt georganiseerd, staat daarom op 8 februari in het teken van de geschie-denis van de Hortus.

Bezoekers ontvangen vanaf 10 febru-ari een jubileumwandelboekje. Vijftien jaar na de oprichting kreeg de Univer-siteit Leiden in 1590 grond toegewezen om een tuin te bouwen voor genees-kundeonderwijs. Een reconstructie van die oorspronkelijke tuin is sinds 2009 naast de ingang van de huidige hortus te zien.

Vrije CompetitieSubsidieverstrekker NWO heeft drie Vrije Competitie Subsidies uitgekeerd aan onderzoekers van de geestes-wetenschappenfaculteit. Historici Judith Pollman en Henk te Velde kunnen met het geld het project ‘The persistence of civic identities in the Netherlands, 1747-1848’ financieren. Paul Smith, hoogleraar bij de opleiding Franse Taal en Cultuur, kreeg de subsidie voor zijn interdisciplinaire onderzoek naar de rol van ichthyologie (de studie van vis-sen) in de wetenschap en cultuur van Europa van circa 1550 tot 1880. Ook Lisa Cheng en Anikó Lipták ontvingen de NWO-subsidie. Zij doen onderzoek naar weglating van een of meerdere woorden in de taalkunde: de zoge-heten ellips.

QBusMogelijk kunnen de concertzaal en de oefenruimtes van QBus en het Mu-ziekhuis langer blijven. Op 1 mei zou het doek vallen, wegens een huur-schuld van 90.000 euro. De stichting Muziekhuis heeft cultuurwethouder Robert Strijk echter een nieuw plan aange boden. Daarin staat onder meer een voorstel voor een regeling om de schuld in drie jaar af te lossen. Ook zal coördinator Hans van Polanen zijn taken voortaan als vrijwilliger uitvoe-ren. Verder wordt er een nieuw bestuur aangesteld. ‘Ik kan het me veroorloven en ik zou het te gek vinden om dit te mogen blijven doen’, laat Van Polanen weten. Voor het nieuwe plan is geen extra geld van de gemeente nodig, en dat was waar eerdere voorstellen op vastliepen. ‘Het is een reëel plan en ik hoop van ganser harte dat de gemeen-te er iets in ziet.’

Raad tegen schrappen herkansingenNegatief advies - tenzij college regeling aanpastDe universiteitsraad geeft een negatief advies over onderwijs en examenregelingen (OERen) voor het volgende collegejaar als het college van bestuur vasthoudt aan het schrappen van het recht op herkansing.

Door VinCenT Bongers Het college wil dat faculteiten de mogelijkheid krijgen om studenten te verplichten gebruik te maken van de eerste ten-tamenmogelijkheid. De raad vindt echter dat studenten recht hebben op het maken van een herkansing. De raad stelt nu een advies op dat negatief is, tenzij de herkansing als-nog gegarandeerd wordt.

De raad heeft geen instemmings-recht op de OERen maar een nega-tief advies van de raad weegt zwaar. Het is nog onduidelijk of het college de regeling onder druk van de raad aanpast.

‘Het is de raad nog steeds niet duidelijk waarom het college de fa-

culteiten de mogelijkheid wil geven om herkansingen te schrappen’, zei Mark Bakker van studentenpartij BeP maandag. Bakker is ook voor-zitter van de raadscommissie on-derwijs en onderzoek.

Vicerector Simone Buitendijk lichtte het standpunt van het col-lege toe: ‘Het is vrij simpel. Uit de onderwijskundige literatuur blijkt dat het missen van de eerste kans, de kans van slagen flink verlaagt. Dat willen we niet. We willen dat studenten de eerste kans pakken. De faculteiten moeten de mogelijk-heid hebben om deze regeling toe te passen en de eerste kans verplicht te stellen.’

‘Ik geloof best dat het bewezen is dat een student die het eerste tentamen mist, minder kans van slagen heeft’, antwoordde Bakker. ‘Maar of het verplichten van de eerste kans dat verbetert, betwijfel ik. Er zijn al meerdere maatregelen doorgevoerd om het rendement te verhogen. Bijvoorbeeld het bsa in het tweede jaar. Wij vinden dat

deze extra strenge regel daar weer bovenop komt. En dat is teveel.’

Buitendijk: ‘We hebben uitge-breid overlegd met de faculteitsbe-sturen; zij vinden dat deze regeling echt iets toevoegt. En daar zijn wij het mee eens. De decanen zijn voor deze maatregel.’ Uit die opmerking van de vicerector blijkt dat de facul-teiten graag gebruik willen maken van het schrappen van de herkan-singen. Iets wat de raad al vreesde.

De raad stelt dat tentamens in een steeds kortere periode worden gepropt. ‘Het bsa in het tweede jaar zorgt ervoor dat herkansingen nu in de tentamenperiode vallen,’ aldus Joost Augusteijn van perso-neelspartij AbvaKabo.

‘Tentamens komen dichter op elkaar te liggen en zijn daardoor lastiger voor te bereiden. In deze context is het soms juist goed als een student een tentamen kan over-slaan. U maakt het voor een student moeilijker om goed te studeren. Daar ligt voor ons het probleem.’

Volgens Buitendijk erkennen ‘de

faculteiten dit probleem en doen zij er alles aan om de tentamens te spreiden.’

De raad vindt overigens ook nog steeds dat de faculteit rechten geen gebruik meer moet maken van de vierjaarstermijn. Deze termijn houdt in dat de cijfers vervallen van studenten die langer dan vier jaar doen over hun bachelor. Het ge-volg hiervan is dat deze studenten de vakken uit het tweede en derde jaar opnieuw moeten behalen. Dat betekent dat zij niet verder kunnen met hun studie.

Rechten stopt met de termijn omdat het bsa in het tweede jaar is ingevoerd. Maar de bachelors die in 2012 begonnen, vallen nog niet onder die nieuwe regeling.

De raad was en is tegen de rege-ling, maar maakt er geen halszaak meer van aangezien rechten de re-geling gaat schrappen. Wel wil de universiteitsraad dat de geldigheid van het tentamen minimaal vier jaar is, en dat daar verder geen uit-zonderingen meer op volgen.

Loopbaanbeleid op de schop

De universiteit is nieuw carri-èrebeleid aan het ontwikkelen voor wetenschappelijk personeel. Docenten en universitair docen-ten moeten meer zicht krijgen op promotie.

Maandag sprak de universiteits-raad met het college van bestuur over het rapport van de stuurgroep ‘Loopbaanbeleid wetenschappelijk personeel’. Hierin staan voorstellen om het carrièreperspectief van we-tenschappers te verbeteren. Dat is best nodig. Uit de perso-neelsmonitors 2010 en 2012 blijkt dat docenten en universitair docen-ten (UD’s) hun loopbaanperspectief als matig kwalificeren.

De stuurgroep adviseert dat het grote aantal tijdelijke docenten flink gereduceerd wordt en dat zij bij goed functioneren en het hebben van de

juiste kwalificaties eerder zicht krij-gen op een vast contract. In 2013 was 22 procent van het wetenschappelijk personeel docent. Promovendi en postdocs niet meegerekend. In 2009 was dat slechts 14 procent.

‘Het aantal eerstejaars studenten is in zeer korte tijd snel toegeno-men. We hebben halsoverkop heel veel docenten moeten aantrekken,’ gaf rector magnificus prof. Carel Stolker als verklaring voor het grote aantal docenten in tijdelijke dienst. Zij geven vooral onderwijs. De stuurgroep stelt voor dat de verhou-ding onderwijs en onderzoek weer meer in verhouding komt.

Universitair docenten moeten meer zicht krijgen op een positie als universitair hoofddocent (UHD).

UD’s die uitblinken in het geven van uitstekend onderwijs en ook goed onderzoek doen, moeten va-

ker in aanmerking komen voor een promotie tot UHD’er. Tot nu toe ligt de nadruk bij bevordering op excel-lent onderzoek, en minder op goed onderwijs.

Het is volgens de stuurgroep nu de ‘dominante praktijk’ dat UD’s die stap omhoog pas kunnen doen als zij een onderzoekssubsidie bin-nenhalen. Universitair docenten die daar niet in slagen maar toch erg goed zijn, verdienen een gro-tere kans op een stap hoger op de carrièreladder.

Nog een voorstel: faculteiten en instituten moeten jaarlijks een per-soneelsschouw houden. Tijdens deze ‘vlootschouw’ wordt gekeken naar de carrièremogelijkheden van het gehele wetenschappelijke personeel.

De universiteitsraad is blij met het rapport en de plannen van het colle-

ge. Wel plaatst zij de nodige kantte-keningen. Zo kost de grotere nadruk op onderzoek meer geld, omdat er dan minder tijd is voor onderwijs. Om dat op te vangen moet er extra wetenschappelijk personeel worden aangenomen.

Volgens het college neemt de groei van eerstejaars de komende jaren echter af. Door de stabilisatie van de instroom, wordt de druk op het onderwijs minder groot, en komt er meer ruimte voor onderzoek.

De raad vindt het verder een ge-mis dat de grote werkdruk die me-dewerkers ervaren niet aan de orde komt in het rapport van de stuur-groep. Ook is er geen aandacht voor promovendi en postdocs in het stuk. De raad wil ook graag weten van het college hoe de door de stuurgroep voorgestelde ‘vlootschouw’ er pre-cies uit gaat zien. VB

4 Mare · 5 februari 2015

Nieuws

Page 5: Mare 18 (38)

Wat gaat die nieuwe site kosten?College erkent overschrijden budgetHet college van bestuur bevestigde maandag tijdens de overlegverga-dering met de universiteitsraad dat de nieuwe universitaire website duurder wordt dan gepland. Maar wat nu de precieze kosten zijn, werd niet duidelijk.

Door Vincent Bongers Tijdens de raadsvergadering vorige week meld-de Sander van Diepen van studenten-partij BeP en voorzitter van de raads-

commissie financiën en huisvesting dat een ambtenaar had gezegd dat de site 2,1 miljoen euro ging kosten en niet 6,5 ton zoals begroot.

‘Het is ons opgevallen dat de uni-versitaire ICT-projecten heel erg de landelijke trend volgen’, zei Van Die-pen maandag. ‘De planning is veel te optimistisch en de kosten worden veel te laag geraamd. Deze proble-men zie je ook in het rapport van de Tweede Kamercommissie Elias die onderzoek deed naar ICT-projecten van overheidsinstellingen. Het lijkt

ons een goed idee dat het college een blik werpt op de adviezen van deze commissie.’

‘Dat is een goede suggestie die we ook gaan opvolgen’, zei vicecollege-voorzitter Willem te Beest. ‘We heb-ben inderdaad een aantal projecten die langer duren dan gepland en het budget overschrijden.’

Hij ging echter niet in op het be-drag dat de ambtenaar had genoemd. Hij ontkende dus ook niet dat de site 2,1 miljoen euro gaat kosten. Later bleek dat het college ten tijde van de

‘Studenten zijn niet gemotiveerd’

‘Ik snap dat studenten het niet leuk vinden dat de basisbeurs ver-dwijnt’, zei minister van onderwijs Jet Bussemaker maandag in het KOG. ‘Het maakt het des te belang-rijker dat we ze iets teruggeven. Namelijk beter onderwijs.’

Bussemaker reist al een tijdje door het land om met docenten, bestuur-ders en studenten te praten over de zo gewenste kwaliteitsinjectie in het hoger onderwijs. Ze wil onder ande-re weten waar het geld dat zij hoopt te verdienen met het schrappen van de basisbeurs naar toe moet. Maan-dag streek haar tour in Leiden neer. Het thema van de bijeenkomst was kwaliteitscultuur.

Volgens vicerector Simone Bui-tendijk moet het hoger onderwijs

op zoek naar methoden om meer uit studenten te halen. ‘We willen een cultuur creëren waarin onze studen-ten net zo hard werken als onze do-centen. Nederlandse onderzoekers scoren hoog internationaal, terwijl onze studenten onderaan bungelen. We verliezen heel veel energie om-dat we studenten nog niet voldoende weten te betrekken bij al het moois dat we hier doen.’

Bussemaker was het daarmee eens. ‘Onze studenten hebben maar weinig motivatie. We weten jonge mensen blijkbaar niet voldoende te raken. Dus we willen ook weten van studenten hoe zij willen leren.’

Volgens Tamer Dilaver, master-student econometrie en filosofie aan de VU, die in discussie ging met de minister, willen studenten

graag kleinschalig onderwijs. ‘Uit de psychologie kennen we het om-standereffect. Een groep mensen ziet iemand in nood. Iedereen kijkt elkaar aan en verwacht actie van de ander. Met als gevolg dat niemand wat doet. In grote colleges heb je dat effect ook. Iedereen kijkt naar elkaar om iets te zeggen en dan gebeurt er uiteindelijk niets. De diepgang ont-breekt. Onderwijs in kleine groepen is veel effectiever want daar durven studenten wel hun input te geven.’

Fabio Kromosemito, student bouwkunde aan de Haagse Hoge-school, wees erop dat er te optimis-tisch gedacht wordt over de kwaliteit van docenten. ‘Van sommige docen-ten verbaast het me dat ze nog steeds les mogen geven. Daar moet ook nog veel aan gebeuren.’ VB

Minister Bussemaker neemt maatre-gelen om studenten en docenten meer invloed te geven op waar de universi-teit haar geld aan besteedt.

‘De medezeggenschap krijgt instem-mingsrecht over de hoofdlijnen van de begroting’, vertelt ze aan Mare. ‘Stu-denten en docenten moeten echt iets hebben aan het geld. Zij kunnen nu zelf voorkomen dat het besteed wordt aan gebouwen waar studenten geen gebruik van maken. Of dat het geïnves-teerd wordt in fraaie werkkamers van bestuurders.’

Minister: ‘Geld mag niet opgaan aan fraaie bestuurskamers’is nog bij een te grote groep studenten onbekend. En het is soms best lastig om studenten te vinden om zitting te nemen in de commissie. Dat is iets waar de fa-culteiten en opleidingen verandering in moeten brengen.’

Moet de opleidingscommissie dan ook meer macht krijgen? ‘De juridische kant is niet het belangrijkste. Het lijkt zo eenvoudig: maak een wet en het komt goed. Maar dat is niet zo. Alleen de instellingen zelf kunnen de commis-sies echt goed vorm geven. Het gaat mij er om dat studenten, docenten en be-stuurders nauwer samenwerken.’

Geneeskundestudenten wellicht vertraagd

De curriculumverandering bij geneeskunde in 2012 kan voor sommige studenten vertraging opleveren.

In 2012 gooide de opleiding genees-kunde het studieprogramma om, mede om te voldoen aan de wet-telijke verplichting van een ‘harde knip’ tussen bachelor en master. Resultaat daarvan was dat de ba-chelor wat drukker werd, en de studenten eerder klaar waren voor de praktijk.

De praktijk heet bij geneeskunde co-schappen, waar studenten on-der begeleiding van een arts di-agnoses stellen en behandelings-plannen opstellen voor patiënten. Maar als de studenten van 2012 eer-der klaar zijn voor hun co-schap-pen dan die van 2011, zijn hun sta-geplekken dan niet nog bezet door de studenten van 2011? Studenten-partij BeP maakt zich daar zorgen over. ‘De universiteit heeft laten weten dat die lichting nu – buiten hun schuld om – moet rekenen op een jaar wachttijd, waarbij ze wel collegegeld moeten betalen’, stelde BeP tijdens de rondvraag van de universiteitsraad. ‘Is het mogelijk dat deze studenten een uitzonde-ringspositie of alternatief geboden krijgen?’

Geneeskundedecaan Pancras Hogendoorn legt uit dat het genu-anceerder ligt. Er zit inderdaad een overlap tussen de oude en nieuwe lichting, en daar heeft zijn oplei-ding op gerekend. Er zijn meer startmomenten gekomen voor co-

schappen, de opleiding heeft meer co-schap-plekken gecreëerd bij zie-kenhuizen in de regio, en er is een groep mensen in het Leids Univer-sitair Medisch Centrum die druk is met het zo strak mogelijk plannen van de co-schappen.

Hogendoorn: ‘Dat plannen doen we op basis van de studieresultaten tot nu toe. Soms gaat iemand ech-ter ineens sneller of langzamer stu-deren. Een ander probleem is dat studenten nog wel eens gaan reizen, of een interessante minor willen volgen. Nu, met het leenstelsel in aantocht, zijn ze zich massaal weer aan het inschrijven.’

Wie keurig nominaal studeert, hoeft zich nergens zorgen over te maken, benadrukt Hogendoorn. Bij de rest is het wat meer passen en meten. ‘Dan moeten wij mee-bewegen, maar dat kan maar tot bepaalde hoogte. Een aantal maan-den wachttijd, soms bijvoorbeeld tijdens de vakantieperiodes, heb je vanwege dat startslot. Je mag niet beginnen voor je de bachelor hebt afgerond. In uitzonderlijke geval-len, als alles tegen zit, kan dat op-lopen tot circa vijf maanden, schat ik nu.’

Vijf maanden is best veel, toch? ‘We gaan ervanuit dat het aantal nominaalstudeerders met wacht-tijd laag is. Het zijn soms mensen die weggingen en vergaten de Ne-derlandse krant te lezen, en ons nu vragen een list te verzinnen. Dit dossier heeft al ontzettend veel maatwerk in zich; als er echt een onredelijkheid is, proberen we die weg te halen of op te lossen.’ BB

Sportcentrum gaat vingers scannenDe sportkaart maakt vanaf 9 fe-bruari plaats voor een vingeraf-drukscanner. Het Universitair Sport Centrum stapt over op het nieuwe systeem, omdat het bedrijf dat de sportkaarten maakte, daar-mee is gestopt.

‘Heel opvallend, maar een vinger-scan bleek goedkoper te zijn dan sporten via je LU-card’, laat univer-siteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke weten. ‘Ook speelt met de vingerscan niet meer het pro-bleem dat sporters hun pasje verge-

ten. Bij de UB hoor ik daar nooit iets over, maar bij het sportcentrum is dat nu echt een punt.’

Maar komt een onhandige stu-dent die zich in zijn vinger heeft gesneden nog wel binnen? ‘Beide wijsvingers worden gescand, links en rechts. Het moet wel gek lopen als je je in beide vingers gesneden hebt. Maar ook dan is er wel een op-lossing, bijvoorbeeld het tonen van je legitimatiebewijs.’

Universitaire sportcentra in Am-sterdam en Delft maken al gebruik van een vingerafdruksysteem. MVW

vergadering nog niet wist wat de kos-ten van de nieuwe site precies bedra-gen. Hierover heeft het college deze week nog een overleg.

Te Beest bestreed het idee dat alles op ICT-gebied fout gaat bij de uni-versiteit. ‘Er zijn ook voorbeelden van de projecten die uitstekend zijn verlopen. Het beeld dat de mensen die hiermee bezig zijn er niets van bakken, komt niet overeen met de werkelijkheid. We gaan bij grotere projecten wel vaker kijken of ze op schema blijven. Er komt meer regie

van het college en onafhankelijk toe-zicht op grote projecten.’

Van Diepen wilde ook weten of ‘medewerkers bewust de planning en kosten van een project veel te opti-mistisch inschatten om ze er zo door-heen te duwen’. Te Beest was duidelijk niet gecharmeerd van die suggestie. ‘Ik heb me daar wel over opgewon-den. Ik verzet me tegen deze gedach-te. Ik geloof daar helemaal niets van. Het getuigt ook van groot wantrou-wen jegens medewerkers. Sommige zaken, zoals de nieuwe website, zijn gewoon complexer dan ingeschat.’

Vanwege nieuw curriculum

‘We weten jonge mensen blijkbaar niet voldoende te raken’, aldus minister Bussemaker. Foto Taco van der Eb

Bussemaker hecht ook veel belang aan de opleidingscommissies. ‘Die moe-ten goed functioneren en hun invloed meer laten gelden. Er zitten studenten en docenten in en die weten het beste wat er eventueel beter kan bij een op-leiding. Zij weten ook welke wensen studenten hebben. En dat verschilt per studie: klassieke talen is iets heel anders dan natuurkunde. De commissies zijn het beste in staat om de kwaliteit van de studie te verbeteren. Dus neem de kwaliteitszorg van de opleiding serieus en maak gebruik van de opleidingscom-missie. Het bestaan van de commissies

5 februari 2015 · Mare 5

Nieuws

Page 6: Mare 18 (38)

Twee van de drie uit runderstamcellen gekweekte hamburgers zijn voor het oog van de wereld verorberd. De derde ligt in Museum Boerhaave, dat samen met Studium Generale een expositie en lezingen-reeks aan voedselvernieuwingen wijdt. ‘Wie nostalgisch is over vroeger, vergeet de nadelen.’

DOOR BART BRAUN Het is eenvoudig: als we niet eten, gaan we dood. Er komen steeds meer mensen op de aarde, en die hebben allemaal voedsel nodig. Maar de hoeveelheid die je van een stukje aarde kan halen is eindig, en de aar-de is niet oneindig groot. De Verenigde Naties verwachten dat er in 2050 9,6 miljard mensen zullen zijn. Daarna neemt de onzekerheid van hun berekeningen overigens sterk toe; in het jaar 2100 wonen er ergens tussen de 9 miljard en 13,2 miljard aardbewoners.

Voorlopig staat de mensheid in elk geval nog groei te wachten, zoals altijd. Het voe-den van die mensen wordt een uitdaging, zoals altijd. Door de eeuwen heen zijn er tal-loze vernieuwingen gezocht en gedaan om de mensheid van eten te voorzien. Vrijdag opent in het Leidse wetenschapsmuseum Boerhaave de expositie Foodtopia, over zulke voedingsinnovatie. Nederland is ondanks het kleine oppervlak een grote speler op de voed-selmarkt, en dus verantwoordelijk voor veel vernieuwingen.

‘We wilden ons focussen op het voedsel van de toekomst’, legt conservator Mieneke te Hennepe uit, ‘maar wel vanuit historisch per-spectief.’ Vroeger was er ook een eten van de toekomt, zeg maar.

Eeuwig LuilekkerlandDe eeuwige innovatie van ons voedselparadijs: van bergen rijstebrij tot kweekburgers

Het klassieke voorbeeld is margarine. De Franse keizer Karel Lodewijk Napoleon zocht een goedkoop en houdbaar alternatief voor boter om zijn troepen te voeden. De chemi-cus Hippolyte Mège-Mouriés ontwikkelde daarom een mengsel van rundervet, reuzel, karnemelk, schapenmaagsap en fijngesnip-perde koeienuiers dat in het begin duurder was om te maken dan gewone boter. Hij ver-kocht zijn patent aan een Nederlands bedrijfje dat uiteindelijk aan de basis zou staan van het machtige Unilever.

Margarine was, in de woorden van de Amerikaanse eetschrijver Michael Pollan ‘het eerste belangrijke synthetische voedsel. Elke keer als er een gebrek werd vastgesteld, kon het ontbrekende stofje gewoon toegevoegd worden. Vitamine D? Zit er bij. Vitamine A? Geen probleem.’ Een Limburgse apotheker vond een kleurstof uit waardoor margarine de gelige kleur van boter kreeg. Onderzoe-kers van Unilever vogelden in de jaren vijftig uit welke stofjes in boter voor de botersmaak zorgden – de zogeheten delta-lactonen – en voegden dat toe. Het dierlijke vet was tegen die tijd al vervangen door goedkopere plant-aardige oliën, die kunstmatig waren gehard.

Het waren ook Nederlanders, onder leiding van Martijn Katan, die ontdekten dat de trans-vetten die bij het harden ontstonden, stukken ongezonder waren dan het verzadigde vet uit roomboter. Toch een beetje een domper, zou je verwachten. Het heeft de margarinefa-brikanten nauwelijks in de weg gezeten. Het product werd gewoon wéér opnieuw uitge-vonden, nu zonder transvetten. Het succes is dusdanig dat de meeste Nederlanders zonder enige kwade opzet ‘boter’ zeggen als ze mar-garine bedoelen.

In de eerste zaal van Foodtopia hangen

posters aan de muren over de huidige voedsel-productie, en mo-gen mensen stem-men over de vraag of het gaat lukken: eten voor 9,6 mil-jard mensen in 2050. Ietsje verder-op een andere vraag: moeten we terug naar hoe het vroeger was? Te Hennepe: ‘We proberen vooral nu-ance te brengen, en een ander perspectief te laten zien. Mensen die nostalgisch zijn over vroeger, vergeten vaak de nadelen. Dat er discussie is over hoe we onze voedselsituatie moeten aanpakken, is ook een teken dat we de luxe hebben om dat te doen.’

Ze wijst op een antieke poster van een stroopfabrikant, waarop Luilekkerland is af-gebeeld. Luilekkerland bestond toen vooral uit een enorme berg rijstebrij, en een varken dat langs komt lopen waar je de ham zo af kon snijden. Anno 2015 kan iedereen een behoor-lijke rijstebrijberg kopen, maar er is niemand die het doet. Te Hennepe: ‘De huidige over-vloed was er nog niet.’ Een nummer van de Ve-getarische Bode uit 1936 herinnert de bezoeker aan de problemen die de consumptie van vlees met zich meebrengt voor mens, dier en milieu – thematiek die terugkeert in de lezingenreeks die Studium Generale organiseert rondom de tentoonstelling Foodtopia.

Topstuk van de expositie is een recentere Nederlandse voedselvernieuwing: de kweek-burger. In 2013 at de Maastrichtse hoogleraar Mark Post voor het oog van de wereld een hamburger die was opgekweekt uit runder-stamcellen. Net als de eerste namaakboter

was ook de eerste namaakkoe duurder dan het

origineel: Post schatte in dat zijn burger 250.000 euro had gekost. Woensdag zal hij de eerste van de openbare Foodtopia-lezingen geven.

Te Hennepe: ‘Er waren eerst drie burgers: eentje hebben Post en zijn labgenoten alleen gebakken, om te kijken of dat lukte. Een an-der hebben ze zelf opgegeten, zodat ze wisten welke smaak ze te wachten stond, en nummer drie is toen op die Londense persconferentie geserveerd. Wij hebben die eerste, hij is met behulp van plastic houdbaar gemaakt, net als de lichamen in Bodyworlds. Het is echt een heel iconisch ding. Dat Museum Boerhaave die burger kreeg, was de aanleiding om de expositie te beginnen.’

De achterste zaal van de expositie is in-gericht door gastconservator Louise Fresco, oud-bazin van het VN-voedselprogramma FAO, huidige universiteitsbazin van Wage-ningen, schrijfster, presentatrice en allround intellectueel. Op een lopende band komen bordjes met onderwerpen langs, als in een sushi-restaurant. Wie een bordje pakt, kan op een klein schermpje een filmpje kijken waarin Fresco vertelt over het onderwerp op het bordje – een robot, of een aardappel, bij-voorbeeld. Volgens haar moet het mogelijk zijn om die miljarden mensen te voeden. Als we maar niet te bang zijn voor vernieuwing.

Het Luilekkerland (1567). Schilderij Pieter Bruegel de Oude

huidige voedsel-productie, en mo-gen mensen stem-men over de vraag of het gaat lukken: eten voor 9,6 mil-jard mensen in 2050. Ietsje verder-op een andere vraag:

was ook de eerste namaakkoe duurder dan het

origineel: Post schatte in dat zijn burger

Wetenschap

6 Mare · 5 februari 2015

Page 7: Mare 18 (38)

Delft

27 February 2015 | 14.00 tot 22.00 uur

TU Delft Aula Congress Centre

Koop nu je ticket op tedxdelft.nlRegular 49 euro | Studenten 24 euro

(inclusief diner)

De prijs voor een Maretje bedraagt €9,– per 30 woorden, opgegeven via [email protected] uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Maretjes aan-geboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aange-boden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan.

Doe meer met je kennis! Vrijwilligers gezocht voor één uur per week bijles en huiswerkbegeleiding op verschillende locaties of bij de leerling thuis. Leiden-Noord, 31 leerlingen, basisonderwijs, groep 4 t/m 8, waarvan 8 met vergoeding van €5-7,- per les. Voortgezet onder-wijs, 15 leerlingen Nederlands, econo-mie, Engels, wiskunde, natuurkunde, waarvan 2 met vergoeding van €5,- per les. Marokkaans meisje, Engelstalige grammatica, tweedejaars mbo-4-op-leiding. Ook hulp gezocht bij: *Engels, Nederlands, brugklas vmbo, €5,- per les. *Twee jongens, Nederlands, burgklas. *Biologie, geschiedenis, 2mavo. *Wis-kunde brugklas, vmbo. *Economie, 4vm-

bo. *Natuurkunde, scheikunde, 2vmbo. *Wiskunde A, 4vwo. *Engels, Nederlands, 4havo. Engels, biologie, 4vmbo-t. *En-gels, 5vwo. *Wiskunde, rekenen, brug-klas vmbo. *NASK, geschiedenis, Engels, 2havo. *Engels, 3vmbo-TL, tot €10,- per les. Leiden-Zuid, 10 leerlingen basis-onderwijs groep 4 t/m 8. Voortgezet onderwijs, wiskunde, 2vmbo. Economie, 5vwo. Vrijwilliger uit Stevenshof gezocht voor basisschoolleerlinge, huiswerk-begeleiding, basisonderwijs midden-bouw. Onderwijswinkel, Driftstraat 77, ma, wo en do 15-17u. Tel: 071-5214256. E-mail: [email protected].

Ben jij de enthousiaste vrijwilliger die wij zoeken? Stichting “Wij Helpen Daar” organiseert iedere zomer diverse vrijwil-ligersprojecten voor studenten in Servië, Bosnië en Kroatië (kosten €190,- voor 2 weken). Dit is jouw kans op een onverge-telijke vakantie in combinatie met vrij-willigerswerk . Zo richt project Stamnica zich op een tehuis voor gehandicapten en bij project Veliko bezorg je kinderen uit een Roma-gemeenschap een fantas-

Mw. M.A.A. Caljouw hoopt op dinsdag 10 februari om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Prevention of cli-nical urinary tract infections in vulnera-ble very old persons’. Promotoren zijn Prof.dr. J. Gussekloo en Prof.dr. H.J.M. Cools.Mw. F.S. Kleijwegt hoopt op dinsdag 10 februari om 16.15 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Immune regula-tion in type 1 diabetes’. Promotor is Prof.dr. B.O. Roep.Mw. T. Mangena hoopt op woensdag 11 februari om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Geesteswetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Counter-discourse in Zimbabwean Literature’.

Promotor is Prof.dr. E.J van Alphen.Mw. E.P.M. van der Vlugt hoopt op donderdag 12 februari om 10.00 uur te promoveren tot doctor in de Genees-kunde. De titel van het proefschrift is ‘Regulatory B cells in allergic asthma and schistosomiasis: controlling in-flammation’. Promotor is Prof.dr. M. Yazdanbakhsh.Mw. S. Adak Turan hoopt op donder-dag 12 februari om 11.15 uur te promo-veren tot doctor in de Geestesweten-schappen. De titel van het proefschrift is ‘Kemalism in the Periphery: Anti-Veil-ing Campaigns and State-Society Rela-tions in 1930s Turkey’. Promotoren zijn Prof.dr. E.J. Zürcher en Prof.dr. T. Atabaki.Dhr. X. Li hoopt op donderdag 12 fe-bruari om 13.45 uur te promoveren tot

doctor in de Wiskunde en Natuurweten-schappen. De titel van het proefschrift is ‘Molecules during stellar formation and death’. Promotor is Prof.dr. E. F. van Dishoeck.Mw. W.F.H. Peter hoopt op donderdag 12 februari om 15.00 uur te promoveren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Physical therapy in hip and knee osteoarthritis: evidence and daily practice’. Promotor is Prof.dr. T.P.M. Vliet Vlieland.Prof.dr. J.J.M. Uijlenbroek zal op vrij-dag 13 februari een oratie houden bij de bevoegd verklaring van de Albeda Leerstoel/CAOP tot vestiging bij de fa-culteit Rechtsgeleerdheid met als leer-opdracht Arbeidsverhoudingen bij de publieke sector.

Academische Agenda

Maretjes

tische tijd! Kom naar één van onze voor-lichtingsavonden op 10, 12 of 18 febru-ari in Ekklesia (Rapenburg 100). Zie voor meer informatie onze website: www.wijhelpendaar.org of onze facebook.

Voor Toneel, Zang, Dans, Schilderen, Fotografie en Schrijven moet je bij het LAK! zijn. Bekijk het cursusaanbod op www.lakcursussen.nl. Korting voor HSL- en UL-studenten!

Ben jij het nieuwe gezicht van dit platform voor jonge denkers? Solliciteer voor 25 februari: defusie.net/vacature-hoofdredacteur

Maretjes-extra zijn bedoeld voor semi-commerciële instanties. De prijs voor een Maretje-extra is €23,– incl. BTW voor elke vijfendertig woorden. U kunt deze adver-tenties uiterlijk op de vrijdag vóór het ver-schijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zand-voort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: [email protected]

Historicus Peter Scholliers van de Vrije Uni-versiteit Brussel komt spreken over ‘De uit-vinding van de Belgische keuken rond 1900.’

Rond 1900? Maar België is al sinds 1830 onafhankelijk.‘“De Belgische keuken” is wat anders dan “De Keuken in België”. Ik heb onderzoek gedaan naar oude reisverslagen, kookboeken, me-nukaarten enzovoort, met de vraag wanneer er voor het eerst sprake is van een Belgische keuken. Vandaag bestaat die wel: als u nu naar Brussel gaat, of Antwerpen of Luik, de natio-nale eetcultuur is aanwezig. In de negentiende eeuw is dat nog niet het geval. Tot 1890 is er nog geen spoor van Belgitude. Als er al ge-kookt wordt, is dat volgens de internationale gastronomie: Frans.’

Wat gebeurde er dan na 1890?‘De regionale keuken kreeg een veel belang-rijkere rol in de gastronomie, onder invloed van de topkok Auguste Escoffier. Hij had een grote belangstelling voor regionale keukens. Die van Zuid-Frankrijk, waar hij zelf vandaan kwam, die van Noord-Italië, Noord-Spanje en België. De naam van de Nederlandse keuken valt overigens niet.’

Maar voor die tijd waren er toch ook al ge-rechten als waterzooi en paling in ‘t groen?‘Uiteraard, en die waren ook verbonden aan regionale keukens. Maar ze werden niet als zodanig benoemd. Men hechtte daar geen bijzonder belang aan; het werd niet gecon-strueerd als “iets van ons.” Mosselen met frites, bijvoorbeeld, beschouwen we hier als nationaal gerecht. Het merendeel van die mosselen komt helemaal niet uit België, maar uit

‘Friet houdt België bij elkaar’Zeeland. Toch is het een Belgisch nationaal gerecht, dankzij het discours dat erover ge-houden wordt.’

Voedselfilosoof Julian Baggini schrijft in Deugden van de tafel over Italiaanse dor-pen die een bepaald gerecht met of zonder salie maken, en dat dan gebruiken om zich af te zetten tegen dat andere dorp. Bepaalt het eten dan de identiteit, of andersom?‘Dat is de kern van de zaak. Ter vergelijking: met welk bier bereidt een Vlaming zijn vlees? Welk merk? Hoeveel alcohol moet erin zitten? Wrijf je het vlees in met Gentse mosterd, of met de scherpe mosterd uit Dijon? Dat zijn allemaal discussies waar dorpen of zelfs fami-lieleden over kunnen twisten.

‘Je identiteit is niet gegeven; je neemt het mee van je ouders, en later je omgeving. Voed-sel speelt daarin een cruciale rol. De bescha-ving die we aanleren, gaat via eten: niet met je mond vol, wel met mes en vork. Het woord opvoeden bevat niet voor niets ‘voeden’: het is een civilisatieproces. Voeding is een taal en een communicatieproces; het kan heel snel een band scheppen, zowel binnen families als in enorme landen als China en de VS.’

Van buitenaf lijkt België vooral te bestaan uit ruziënde Vlamingen en Walen. Leidt dat tot het sterker benadrukken van de louter Vlaamse en Waalse keukens?‘Nou moet u het niet meteen boven uw stukje zetten, want ik overdrijf een beetje. Maar als er iets is dat dit land nog bij elkaar houdt, dan is dat het zakje frites. De franc bestaat niet

meer en het koningshuis bindt niet meer. Die belangstelling voor eten, dat Bour-

gondische, dat is typisch voor Vla-mingen, Brusselaars en

Walen.’

Verdwaald in al die overvloedVoedingswetenschapper Jaap Seidell ziet overgewicht als ‘de cholera van deze tijd.’

Als je de expositieruimte van Foodtopia bin-nenloopt, staan daar bordjes op stokjes, als in een Chinese jongleeract. Op het allereerste bordje staat dat ons eten nu veiliger is dan ooit. Die wijsheid komt uit de Bosatlas van het voedsel, die vorig jaar verscheen. Besmet-tingen via ons eten komen minder voor dan ooit. Uitbraken van ziektes of paardenvlees-schandalen zijn juist groot nieuws omdat ze zo zeldzaam zijn.

Ons eten is ook goedkoper dan ooit – ten opzichte van ons inkomen, dan – en er valt meer te kiezen dan ooit. We leven in Luilek-kerland, betoogt de Amsterdamse hoogleraar Jaap Seidell regelmatig.

Het voedselparadijs valt echter vies tegen, in het echt. Want hoe moet een normaal mens kiezen uit al die overvloed? De jengelende re-clames, het betuttelende Voedingscentrum en een eindeloze hoeveelheid (des)informatie op internet zorgen voor enorme verwarring. Was brood nou ineens slecht? Moet melk? En al die puisterige scholieren die aan energiedrankjes lurken, kan dat geen kwaad?

In Het Voedsellabyrint, dat Seidell samen met collega Jutka Halberstadt schreef, geeft de hoogleraar in eenvoudige taal antwoord op dat soort vragen. Voor de drie hierboven zijn dat overigens ‘Nee’, ‘Nee’ en ‘Ja’; Waarom zouden we in Nederland geen leeftijdsgrens voor deze dranken instellen?

Seidell en Halberstadt zijn sowieso vrij ge-charmeerd van overheidsingrijpen: scholen en buurten moeten anders ingericht, en ac-cijnzen en subsidies moeten herverdeeld om gezondere keuzes te bevorderen. Dat kun je gemakszucht noemen, maar dan ga je voorbij aan het feit dat de overheid nu ook al op al-lerlei manieren ingrijpt op ons gedrag en de

prijzen van het eten in de supermarkt. En het resultaat van dat ingrijpen is maar al te vaak dat we dikker worden.

‘Obesitas is de cholera van onze tijd’, schrijft Seidell dan ook. Daarmee bedoelt hij dat het een grotendeels door de omgeving bepaalde aandoening is, die vooral sociaal-economisch zwakkeren treft. Cholera hebben we uitgeban-nen door niet alleen patiënten te genezen, maar ook door te zorgen dat de armen in de steden schoon drinkwater, deugdelijk eten en fatsoen-lijke wc’s kregen. Niet alleen de dikzakken zelf, maar ook de samenleving die hen dik maakt, zouden op de schop moeten, stelt Seidell.

Museum Boerhaave: Foodtopia 6 februari t/m 1 novemberToegang € 9,50 (studenten gratis)

Workshop: Anders etenFoodtopia gaat over eten, maar Boerhaave blijft een museum. In de museumzalen valt dan ook niets te proeven. Er komen wel twee speciale workshops van Chloé Rutzerveld, een ‘Food & Concept designer’. Zij houdt een praatje over futuristisch eten, voert een scheikundige proef uit, en laat bezoekers experimentele hapjes proeven. Donderdag 4 juni. 13:00 – 17:00 € 30Donderdag 18 juni 13:00 – 17:00 € 30

Lezingenreeks Studium Generale: Voedselvernieuwingen toen, nu en morgen11 februari: Mark Post – Een alternatieve manier om vlees te maken18 februari: Jaap Seidell – Het Voedsellabyrint25 februari: Cor van der Weele – Onze haat-liefdeverhouding met vlees4 maart: Lucas Reijnders – Duurzame voeding11 maart: Peter Scholliers – Eetcultuur en identiteitsconstructie18 maart: Remko Boom – Technologie tegen voedselschaarste

5 februari 2015 · Mare 7

Page 8: Mare 18 (38)

Corpsballen demonstreren nietDe vergeten bezetting van het AcademiegebouwDertig jaar geleden bestormde een actiegroep op de dies natalis van de unversiteit het Academiegebouw om te protesteren tegen de invoe-ring van de basisbeurs. De bezetting duurde een paar dagen. ‘Sommigen hadden tentamen, anderen moes-ten boodschappen doen.’

DOOR VEERLE VAN DER GRACHT ‘Ik heb met een betonschaar het toegangs-hek losgeknipt’, zegt Robbert Ba-ruch(48). ‘Maar ik heb de schaar daarna wel meteen teruggebracht naar de Landelijke Studenten Vak-bond, omdat ik bang was om opge-pakt te worden.’

Andre van Peppen (57): ‘Ik week af van de andere actievoerders. Ik was de enige uit linkse kring die jas-je-dasje droeg. Ik leek op een corps-bal en die demonstreren niet.’ Hij maakte het losgeknipte toegangshek vast met een fietsslot zodat deze niet meer dicht kon. Zo’n honderd stu-denten bestormden vervolgens het Academiegebouw van de Leidse universiteit.

Het is donderdag 7 februari 1985. Ter gelegenheid van de viering van de 410e dies natalis van de Universiteit Leiden komt minister Deetman van Onderwijs een rede houden over de vernieuwingen aan de universiteit en de toekomst van de wetenschap.

Maar rond half twee bezetten ruim veertig studenten van de actiegroep ‘Een Nieuwe Lente’ het Academie-gebouw. De groep is een paar maan-den eerder opgericht door studen-ten van de Leidse Studentenbond en een aantal psychologiestudenten.

Met de bestorming was een pro-test tegen de studiefinancierings-plannen van Deetman. De minister wilde namelijk een basisbeurs in-voeren en studietermijn verkorten tot zes jaar. Dit betekende dat min-der rijke studenten zouden moe-ten lenen bovenop hun basisbeurs. Daarnaast was lang studeren niet meer mogelijk.

Baruch en Van Peppen waren bei-de lid van de actiegroep Een Nieuwe Lente. Baruch, voormalig wethou-der voor de PvdA in de Rotterdamse deelgemeente Feijenoord, zat nog op school tijdens de protesten. ‘Ik maakte me zorgen over of iedereen nog kon gaan studeren. Ik wilde het zelf heel graag, maar omdat er na de scheiding van mijn ouders weinig geld was, wist ik niet of ik dat kon betalen.’

Van Peppen studeerde genees-kunde en gaf in 1985 bij de ope-ning van het academisch jaar een toespraak over de studentenacties tegen de bezuinigingspolitiek. ‘Ik was bang dat de kwaliteit van het onderwijs achteruitging doordat de universiteit zich niet kon aanpassen aan het versnelde studeertempo.’

Fotograaf Fred Rohde (66) woonde destijds op de hoek van de Kaiser-straat en volgde de studenten op de voet. Overdag fotografeerde hij, ‘s nacht sliep hij thuis.

De foto’s die hij toen maakte, han-gen tot 30 april op een expositie in Erfgoed Leiden en Omstreken. Roh-de: ‘Het was het begin van alle stu-dentenacties. Het waren intelligente jongeren die bereid waren zich in te zetten als ze het ergens niet mee eens waren.’

De bestorming verloopt zonder problemen en al snel hebben de stu-denten het gebouw onder controle. Posters met ‘bezet’ worden overal in het Academiegebouw opgehangen. Van Peppen: ‘Toen we eenmaal bin-nen waren dachten we: “Goh, wat gaan we nu doen? ‘Niemand nam de leiding. Er werd heel veel door elkaar gedaan en geroepen. Het was een ongestructureerde actie.’

Op alle mogelijke manieren pro-beerden de studenten de rede van minister Deetman te verstoren, ver-telt Rhode. ‘Ze lieten zelfs het bran-dalarm afgaan door er brandende lucifers bij te houden.’ De minister en zijn toehoorders wijken daarom uit naar een afgekeurde collegezaal van het Zoölogisch Instituut aan de Kaiserstraat.

Maar ook hier zijn ze niet veilig. De politie moet de binnenstor-mende studenten proberen tegen te houden. Rhode: ‘Een van hen lukte

het nog om snel tijdens het betoog van oud-minister van Onderwijs Van Kemenade “Studeren alleen voor de rijken?” op het collegebord te kalken.’

Andere actievoerders zijn inmid-dels het Zweetkamertje binnenge-treden, waar net een man op het punt staat zijn promotie de verdedi-gen. ‘Zijn familie was aanwezig en de bloemen stonden al klaar’, vertelt Van Peppen. ‘Het is wel zielig, maar die vent heeft wel wat memorabels meegemaakt.’

Baruch was een van de studen-ten die ook sliepen in het Zweetka-mertje. ‘Een van de bezetters wilde ook een handtekening op de muur achterlaten met de tekst: “De be-zetter”. Ik was daar op tegen, en de meesten anderen ook.’ Van Peppen: ‘Het werd ons door onze advocaat die we destijds raadpleegden op ons hart gedrukt het zo keurig mo-gelijk achter te laten. We mochten geen papieren uit de kasten halen, geen ruiten ingooien of jolig met de brandslang gaan spuiten. Ze konden je uiteindelijk toch traceren, en we wilden niet dat onze studie in de problemen kwam.

‘Tegelijkertijd zat het college van bestuur met de handen in het haar. Er was geen draaiboek voor deze situatie. De politie zei alleen maar: “Zet maar eerst de verwarming uit, die zitten er nog wel even.”’ Maar de autoriteiten zijn niet de enigen die

zich geen raad weten. Meer en meer studenten vertrekken. Baruch: ‘Het was op een gegeven moment niet meer duidelijk wat het doel van de bezetting was. Dag en nacht werd daarover vergaderd. Maar mensen hadden ook andere dingen te doen. Sommigen hadden volgende week tentamen. Anderen moesten bood-schappen doen.’

Op zondag 10 februari geven de studenten zich over. Ze stelden zich tevreden met de positieve berichtge-ving in de pers en de toezegging dat ze hun eisen voor een rechtvaardig studiefinancieringsstelsel bespreek-baar mogen maken in de vergade-ring van de universiteitsraad.

Het is dertig jaar later. Maan-dag viert de universiteit haar 440e dies natalis. En ook nu zijn er grote veranderingen in de studiefinan-ciering. Moeten de studenten dan weer tot actie overgaan? Rohde: ‘Ie-dereen is nu veel individualistischer. Dan wordt het lastiger om een sa-men een protest te organiseren.’ Van Peppen: ‘Ik vind het leenstelsel erg armetierig. Je moet als samenleving investeren in een nieuwe generatie die kennisintensief bezig moet zijn.’

Baruch: ‘Studenten, maar zij niet alleen, moeten meer vorm geven aan de maatschappij.’ Van Peppen: ‘Studenten moeten niet de straat op, maar moeten meer in de politiek lob-byen. Een Academiegebouw bezet-ten is leuk, maar het haalt weinig uit.’

Foto Fred Rohde

Achtergrond

8 Mare · 5 februari 2015

Page 9: Mare 18 (38)

Wij houden niet van veranderingGastrecensent Alex Brenninkmeijer bespreekt boek van Carel StolkerRechtenfaculteiten veranderen zichzelf onvoldoende, en laten zich vooral beïnvloeden door externe factoren als rankings en visitaties, schrijft rector en oud-decaan Carel Stolker in zijn boek Rethinking the Law School. Mare vroeg oud-decaan en de voormalige Nationale Ombudsman Alex Brenninkmeijer om een recensie.

Met zijn recent bij Cambridge Uni-versity Press verschenen boek Re-thinking the Law School introduceert Carel Stolker het vakgebied van pro-fessioneel bestuur van juridische faculteiten. Hij plaats vier thema’s centraal: Education, Research, Out-reach and Governance. Zijn studie is Engelstalig en daarmee gericht tot het brede forum van bestuurders van law schools over de hele wereld.

Rethinking the Law School moet geplaatst worden in een bredere ontwikkeling waarbij organisaties van professionals zoals faculteiten en universiteiten, rechterlijke col-leges, advocatenkantoren, accoun-tantskantoren en ziekenhuizen niet meer bestuurd worden door een primus inter pares die tijdelijk ‘de maatschap’ aanvoert. De afgelopen decennia hebben laten zien dat hogere eisen worden gesteld aan organisaties van professionals en dat daarvoor ook een professiona-lisering van het bestuur noodzake-lijk is. Eind jaren negentig werd die ontwikkeling voor universiteiten in Nederland in werking gezet.

Als eerste Leidse rechtendecaan onder de Wet Modernisering uni-versitaire bestuursorganisatie, de MUB uit 1997, heb ik ervaren hoe lastig het was om niet meer de tradi-tionele eerste onder gelijke collega-hoogleraren te zijn, en mede inhoud te moeten geven aan facultaire pro-fessionalisering en verantwoording richting college van bestuur. In die tijd heb ik intensief – en plezierig - samengewerkt met Carel Stolker die destijds als directeur van het E.M. Meijers Instituut reeds zijn bezieling voor de organisatie van academisch onderzoek toonde en gedreven bij-droeg aan internationale samen-werking. Mijn bias met zowel de schrijver als het onderwerp heb ik hiermee geëxpliciteerd.

Na mijn wat onfortuinlijke ver-trek als decaan en een periode van ‘tussenbestuur’ door enkele externe professionele bestuurders zoals oud-SER-voorzitter Theo Quené, heeft Carel Stolker de Rechtenfaculteit als decaan van 2005 tot 2011 in rustiger vaarwater gebracht. Inmiddels is hij na het schrijven van deze studie ge-durende een sabbatical in 2013 aan-getreden als rector en voorzitter van het college van bestuur. Daarmee heeft hij bewezen de ‘professionele’ universitair bestuurder te zijn van de nieuwe soort, die van zeer nabij dat universitaire professionalise-ringsproces heeft meegemaakt.

Maar getuige zijn Rethinking Law-school is hij tegelijk onderzoeker ge-bleven, een enthousiaste onderzoe-ker die instemmend de woorden van schrijver George Steiner aanhaalt: ‘Universitas: what a proud word!’ Carel Stolker is trots en zijn boek heeft als ondertoon: ‘Kijk eens hoe mooi en interessant!’

De toegevoegde waarde van zijn studie is niet alleen dat hij (aanko-mend) universitaire bestuurders een kader biedt voor reflectie op univer-sitair bestuur, maar ook dat hij een basis legt voor de verdere ontwik-keling van het ‘vak’ bestuur van een

rechtenfaculteit en in een interna-tionale context van de ‘law school’. Met zijn boek plaatst hij zich te midden van collega’s in binnen- en buitenland die recent hebben bijge-dragen tot de ontwikkeling van dit vakgebied.

Enerzijds is zijn studie beschrij-vend als hij de grote verscheiden-heid laat zien van het fenomeen law school over de gehele wereld. Ander-zijds is Stolker analytisch wanneer het om ‘recht’ als vakgebied gaat en om de provocerende vraag of het vak ‘recht’ wel thuis hoort op een universiteit.

De analyse keert terug bij zijn inventarisatie van de uitdagingen waarvoor law schools staan: de fi-nanciering, ‘widening participation: massification, diversification, priva-tisation and marketisation’, ‘diver-sification in research’, ‘institutional autonomy and state regulation’, en het onderwerp professioneel be-stuur: ‘academics versus managers’, ‘globalisation and internationalisa-tion’, ‘collaboration in higher educa-tion’ en ‘scientific integrity and the league tables’. Deze onderwerpen vinden uitwerking en reflectie in het vervolg van zijn studie.

Maar ook een aardig onderwerp als creating creativity in the law school krijgt bijzondere aandacht. Voor juristen is creativiteit haast per definitie een lastig onderwerp: recht is conserverend en rechtsweten-

schap tendeert naar descriptie van het positieve recht. Zelf heb ik dit bij voorbeeld ervaren toen ik rond 2000 het onderwerp ‘mediation’ en procedurele recht-vaardigheid gebaseerd op sociaal wetenschappelijk onderzoek in de rechtenfaculteit in Leiden probeerde te introduceren. Voor een dergelijke vernieuwing was toen weinig ruim-te. Inmiddels ligt er EU regelgeving en een initiatief wetsontwerp over mediation en dat vormt kennelijk nu voldoende reden om het vak op te pakken. Eigenlijk te laat. Terecht besteedt Stolker daarom aandacht aan de noodzaak van multidicipli-nair onderzoek. Vernieuwing vindt plaats op het snijvlak van discipli-nes. Voor een rechtenfaculteit is dat een uitdaging, omdat het vakgebied op zich al is versplinterd over vele wat ik noem ‘hyper-disciplines’.

Aan het slot van zijn studie klinkt Stolkers pessimisme door. ‘Left to their own devices, law schools do appear to change, but slowly. Unfor-tunately, it appears that real change in our education and research re-quires external drivers, such as rankings, outside examinations and accreditations.’

En: ‘Perhaps we are part of the pro-blem ourselves to some extent, being lawyers. We do not much like change.’

Ik deel dit pessimisme van Stolker. Maar zelf verbonden te zijn geweest

aan de rechtenfacul-teiten van Groningen,

Nijmegen, Tilburg, Amsterdam (UvA), Leiden en sinds kort Utrecht durf ik te stellen dat Leiden sterk is in historie en traditie, maar zwak-ker als het om vernieuwing gaat. Het boek van Stolker biedt ‘food for thought’ om hier verandering in te brengen. Maar ja, dat is tegelijk het probleem…

Het slot van zijn studie levert een fraaie reflectie op als het om de waardeoriëntatie van law schools gaat. Met verwijzing naar het in-ternationale netwerk ‘Scholars at

Risk’ memoreert Stolker het grote belang van internationale samen-werking voor de versterking van de positie van juristen in landen waar het gebrek aan rechtsstatelijkheid een voortdurende bedreiging vormt voor academische vrijheid en men-senrechten voor wetenschappers. Hier klinkt Stolkers nimmer tanend commitment aan recht en rechtvaar-digheid door.

Carel Stolker, Rethinking the Law School. Education, Research, Out-reach and Governance, Cambridge University Press, 480 pgs.

Het Fordje en de trekkerAlex Brenninkmeijer was tussen 1995 en 2005 Leids hoogleraar staats- en bestuursrecht. In 1998 werd hij decaan van de Rechtenfaculteit, die toen in fi-nancieel zwaar weer verkeerde. ‘Het is moeilijk gebleken veranderingen aan te brengen in een starre organisatie’, zei Brenninkmeijer na verloop van tijd in Mare. Hij vergeleek de faculteit met een oud Fordje: ‘Het puft maar voort.’ Nadat in oktober 2000 een negatief rapport over de bestuurlijke en financiële proble-men verscheen, vertrok hij, samen met de rest van het faculteitsbestuur. ‘We hebben geprobeerd met onze schouders het Fordje op gang te duwen’, vertelde hij Mare. ‘Dat leidde tot onvoldoende vaart. Nu komt er een trekker.’

Tussen 2005 en 2014 was Brenninkmeijer de Nationale Ombudsman, die klachten van burgers over de overheid behandelt. Tegenwoordig is hij lid van de Europese Rekenkamer en faculteitshoogleraar institutionele aspecten van de rechtsstaat aan de Universiteit Utrecht.

Illustratie Michiel Walrave

Achtergrond

5 februari 2015 · Mare 9

Page 10: Mare 18 (38)

Teach the worldWhy is the university investing 1.4 million in moocs?

Last year, people all over the world could, if they wanted, attend five series of free digital lectures from Leiden University. Over the next two years, the university will invest nearly one and a half million Euros in these “moocs”. Are they a good idea or merely an expensive calling card?

BY PETRA MEIJER “I was the universi-ty guinea pig eighteen months ago”, says Stefaan van den Bogaert, Pro-fessor of European Law. He was the first Leiden lecturer to prepare a “mooc”, a massive online open course. “It was an awful lot of work, all of it was new, but when I saw that people in Australia were on the forum dis-cussing European Law with people in India and Cameroon, I realised that I was onto something special.”

“We suddenly had three times more enrolments than the entire university”, says Edwin Bakker, Pro-fessor of (Counter) Terrorism, who has also given a mooc. “You can’t make a single mistake, because you’ll be inundated with emails.” Van den Bogaert adds: “It really forces you to examine your teaching methods – there’s no room for error. It’s got to be right first time.”

“Moocs are essential for develop-ing online learning”, says Vice-Rec-

tor Simone Buitendijk. “It raises our public profile and gives us an opportunity to demonstrate the things we’re exceptionally good at while teaching the whole world. However, designing online courses is also important for our own stu-dents because they have the chance to work with students all over the world in “spocs” (small private on-line courses). In addition, much of the material is used for regular lec-tures. Students can watch the films whenever it suits them and can dis-cuss the content more exhaustively in tutorials.”

Professor of Islam in the Western World, Maurits Berger, held a Mas-ter’s level spoc. “I prefer chalk and blackboards, I’m not really into all that modern stuff, but it does have its advantages. I don’t want any more work and an online course should make my life easier. I can use the material I’m preparing now again next year, which will save me time in the future.”

Lecturers should ask themselves what the advantages of an online course could be, he continues. “Pa-pyrologists with only three students can recruit students abroad. Or if you have a large group of staid Dutch students, it might be good for them to exchange ideas with Iranian or Chinese students. My aim was to persuade external students to do research for me. I didn’t get any

subsidy but instead of having three PhD students, I now have twenty Master’s students doing research for me abroad. I train them first and then send them out do to fieldwork.”

He turned his second spoc into a really large experiment when he told his students to make a documentary instead of writing a paper. “A Brazil-ian student is making a documenta-ry about the Islamic Council in Bra-zil. A student from Russia filmed a local Muslim community in Russia – they’re my eyes and ears abroad.”

Bakker adds: “We can ask stu-dents things like whether they are worried about terrorism. All that data is producing an enormous da-tabase.” Marco de Ruiter, Professor of Clinical and Experimental Anat-omy, works with 3D images to teach students about the stomach and pel-vis. He has assigned lots of work to the “masses”. “We ask the students to label ‘slices’ of the body in special drawing programs which we will use to build 3D reconstructions in the future. Moreover, we hope that this mooc will teach us more about how students work: what works and when do they start to drop out?”

According to online-education expert Marja Verstelle from the Centre for Innovation, that is exact-ly the point of the moocs: “They are the drivers of teaching innovation and give lecturers new ideas.”

“Lectures are actually quite in-

adequate”, claims Professor of Lin-guistics, Marc van Oostendorp. “If you can’t approach a large group of students individually, you stand in a large hall and just talk at them. Moocs are intended for large num-bers too but we can improve inter-activity. I recorded my footage with two students but speakers of six dif-ferent languages also worked on it.”

Verstelle adds: “Online courses will never replace regular education but we have formulated a strategy per faculty following our experienc-es with online learning.”

The five Leiden moocs have al-ready been attended by 200,000 students in 186 different countries. Over eight thousand certificates have been awarded in total. A certif-icate costs the students around fifty dollars each. The university will in-vest 1.4 million Euros over the next two years and seven new courses are already being prepared.

Buitendijk can’t predict whether that will lead to more enrolments. “We have some anecdotal evidence though: there’s an American stu-dent who decided to take a Master’s in Leiden after following our mooc on European Law.” But as long as it isn’t clear whether the online courses generate more enrolments or not, they remain a very expen-sive calling card. Preparing a mooc costs around sixty thousand Euros – roughly the equivalent of a new

lecturer’s annual salary.Verstelle is not ruling out paid

versions. “We’re looking into charging for courses. Imagine devel-oping more exclusive courses that require a small contribution from a large group of people.” Bakker is not adverse to the idea either. “I would consider online Master’s pro-grammes with one or two weeks of summer or winter school. It might sound a bit American and faraway but I think we can meet the demand of an enormous market: think of Af-rica or India!”

“Well, count me out if they start charging for them”, says Marc van Oostendorp. “We’re a knowledge institute and traditionally we give away lots of knowledge.” Berger doesn’t think he’s being realistic: “That’s the education communists talking: free education for everyone. I’m more in favour of an exchange – more work perhaps, but it produces more too. You can’t mark twenty es-says just for the fun of it.”

Nonetheless, he believes his spoc could have been cheaper and has de-cided to produce a low budget ver-sion. “It doesn’t have to cost loads of money. We installed some lamps in my office and I recorded it on my laptop.” He admits that there were some technical problems. “Google Hangout was a particular disaster, but that was my own stupid fault, I wanted to do everything.”

Edward M. Roche (62)From: New YorkJob: Internet Governance Forum, United NationsFollowed: Introduction into European Law

“I want to save on expensive text books. I can’t imagine why we have to pay so much for really old books in fields like maths. That knowledge should be ac-cessible to everyone. Introduction into European Law was essential to my work at the United Nations as I had to research Internet regulation. I’ve been following online courses for ten years but found the Leiden mooc tougher. It was more challenging. As there were between 15,000 and 20,000 people following the same course, it produced some new, refreshing angles. You com-municate with the other students like you do on social media and you can get notes from fellow-students on the other side of the globe. However, a large number of students drop out. Even so, if one per cent pass, that’s still more people than an average lecture hall holds.”

Valeria H. ReyesFrom: Tampico, MexicoJob: Environmental technicianFollowed: Introduction into European Law, Terrorism & Counterterrorism: Theory and Practice, The Changing Global Order

“I dropped out of previous moocs half-way. The Leiden mooc Introduction into European Law was the first I managed to pass. During the course, I set up a study group with a Whatsapp group and a Facebook group with people from places like Greece, Mexico, South Africa and the United States. Because I was more active on the forum than anyone else, they asked me to be a community teaching assistant, so I help maintain the forum and answer questions about the course. Now I’m doing the same for the mooc The Changing Global Order. It’s quite challenging, partly because in the town where I live, hardly a day goes by without a drugs-related shooting. Thanks to the moocs, I can now see mistakes the Mexican government in the fight against the drugs cartels that I didn’t see before.”

Roy Namgera (38) From: Mbezi, Dar es Salaam, TanzaniaJob: Fellowship at UNESCO in Poland, geologist with Bharat Gold Mines Limited and working on a project at Uranium One in TanzaniaFollowed: Wheels of Metals: Urban Mining for a Circular Economy

“I was looking for information on the Internet that related to my work and by chance I found on the mooc Wheels of Metals. So that was the first one I did. I was fascinated by the lectures, which mainly discussed the recycling of metals. They gave me lots of new ideas about recycling that will help me do my job better. Perhaps the subject matter could have been discussed in more depth – I missed the depth. I want to follow another Leiden mooc before I go back to Tanza-nia, preferably another one relat-ed to my field.”

Andris Krastiņš (30)From: LatviaJob: Latvian Ministry of Foreign Affairs, department of International LawFollowed: The Changing Global Order (finished), Introduction into European Law (unfinished), Terrorism & Counterter-rorism: Theory and Practice (unfinished)

“I didn’t finish my first Leiden mooc, Introduction into European Law, due to lack of time. After that, I started on The Changing Global Order. I’m going to apply for a certificate too so I can put it on my CV. It’s easier for me to under-stand the policy officers, so in the end, the mooc was more useful to me than I initially thought. But it’s not just a profes-sional interest: I take them to learn more about other subjects too, like biology. Everything is very professional in Leiden compared to other universities, where moocs tend to consist of all sorts of information thrown together. And the forum was great too: discussing stuff with other students and getting feed-back from the professor. You can study whatever, whenever and wherever you want.”

Iva Vukusic (33)From: ZagrebJob: Researcher at Sense News Agency, specialising in human rights and war crimes. Followed: Introduction into European Law, The Changing Global Order, Terrorism & Coun-terterrorism: Comparing Theory and Practice

“A colleague recommended this to me in the spring of 2013. The weather was bad, so it was a good reason to try it straight away. I started with International Law and a few months lat-er I followed the first Leiden course: Introduc-tion into European Law. Now I’m already on my thirteenth, one on political philosophy. The courses all relate to my work, human rights. I’m following them mostly to acquire more gen-eral knowledge and to refresh my memory.Most moocs at other universities are first-year level; the Leiden moocs have a higher standard. A problem I’ve noticed with all moocs is the large number of students. Together, they generate huge amounts of content and comments that are not always any good. But I can’t think of any other way of coming into contact with so many people who are interested in the same subject. Talk about democratization of knowledge!”

BY GABE KRAMER

10 Mare · 5 februari 2015

English page

Page 11: Mare 18 (38)

FILMTRIANONThe Theory Of Everythingdo. vrij. za. zo. ma. di. 21.30KIJKHUIS Inherent Vicedagelijks 15.45 + 21.00Birdman dagelijks 18.45 + 21.30LIDOMichiel de Ruyter dagelijks 21.30

MUZIEKLEIDSE SCHOUWBURGThe Kik: De Veelste Grote Nederbiet Sjoodo. 5 februari 20.15 vanaf €14.50DE TWEE SPIEGHELSKruidkoekvrij. 6 februari 21.00 gratisBernard Berkhout And Friendsza. 7 februari 21.00 gratisQBUSMatt Darriau’s Paradox Trio: ‘Klezmer, Jazz, Balkan’za. 7 februari 21.00 €12.50Sons of Bill: Neil Young & R.E.M. in de mix!woe. 11 februari 21.00 €12.50GEBR. DE NOBELTsepo, Bjonson & Klap, Patron: Unfoldza. 7 februari 23.00 €10Avontuurlijke rockers: Monomyth + Candybar Planetdo. 12 februari 20.00 €10STADSGEHOORZAALNederlands Studenten Orkest 2015do. 12 februari 20.15 studententarief €10

THEATERTHEATER INS BLAUOrkater/ De Nieuwkomers: Schotlandwoe. 11 februari 20.30 vanaf €14,50LEIDSE SCHOUWBURG37e VARA Leids Cabaret Festival ma. 9 en di. 10 februari 20.15 voorron-des vanaf €10do. 12 februari 20.15 halve finale: vanaf €10do. 12 februari 20.15 finale vanaf €10

DIVERSENVOLKENKUNDETentoonstelling: Geisha10 oktober 2014 t/m 6 april 2015MUSEUM DE LAKENHALTentoonstelling: Een Deftige Parade. De Selectie van Rudi Fuchs11 oktober 2014 t/m 31 mei 2015RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDENTentoonstelling: Carthago27 november 2014 t/m 10 mei 2015SIEBOLDHUISTentoonstelling: Kwahara Keiga. Fotograaf zonder camera28 november 2014 t/m 22 februari 2015MUSEUM BOERHAAVETentoonstelling: Foodtopia6 februari 2015 t/m 1 november 2015ERFGOED LEIDEN EN OMSTREKENExpositie ‘Bezetting Academiege-bouw Leidse Universiteit’1 januari 2015 t/m 30 april 2015DE KUNSTGANGTentoonstelling: A New Earth11 januari 2015 t/m 21 februari 2015UNIVERSITEITS BIBLIOTHEEKTentoonstelling: Humbert de Super-ville: tekenaar, geleerde, visionair29 januari 2015 t/m 2 juni 2015LOKHORSTKERKConcert Practicum Musicaedo. 29 januari 2015, 17.00-18.00 gratis ARSENAALNieuwjaarsborrel Faculteit der Gees-teswetenschappen, inzamelingsactie Mappa Mondodo. 5 februari 2015, 17.30-20.30 VRIJ GROENIntroductiebijeenkomst voor nieuwe tuiniersza. 7 februari 2015 14.00PIETERSKERK LEIDEN440 Dies Natalisma. 9 februari 2015 14.30CONSERVATORIUM DEN HAAGImagination, Music & the Brain de beleving van een musicusdo. 12 februari 2015 studententarief €7.50

Om de beurt sturen, tot in SpanjeDeWolff wil Europa veroverenKleine wolfjes worden groot. Vrij-dag speelt DeWolff in Gebr. De Nobel, later deze maand scheuren ze naar Spanje. ‘Soms maakte ik me zorgen: zijn we als twintigers nog interessant?’

Hoe staat het met het veroveren van de rest van de wereld?Organist Robin Piso: ‘Vooral in Duitsland heb je meer rocklief-hebbers. Niet dat wij rock met een hoofdletter R maken, maar daar trekken we een ouder bluesrockpu-bliek. In Nederland en Spanje juist wat jonger. In Italië, Oostenrijk en Australië hebben we ook al ge-speeld. Ik denk dat we wel een band met een internationaal kaliber zijn. Althans, als ik heel soms naar de radio luister, hoor ik dat hier toch andere muziek hip is.’

Hoe komen jullie aan die buiten-landse optredens?‘In januari stonden we op Euroso-nic. Onze nieuwe manager sloeg als een motherfucker aan het rennen en lobbyen. Ik heb al gehoord over optredens in Zwitserland. En groter worden in Frankrijk is ook de be-doeling. Voor sommige bands is het buitenland een enorme investering. Wij stappen gewoon met z’n drieën, plus de geluidsman, in een busje. Om de beurt sturen, tot we in Spanje zijn. Travel light.’

Afgezien van je loeizware Ham-mondorgel dan…‘Ik heb er al een aantal versleten. Krukjes houden het al helemaal niet lang vol. De echt oude Hammond-orgels worden uiteindelijk vals. Dat komt door de stroom, die op festivals via een aggregaat komt. Daar zijn ze gevoelig voor, heel kut.

‘Tijdens een show in Tilburg ont-plofte er een onderdeel, waardoor er rook uit mijn orgel kwam. Ik zette

hem nog uit en aan, maar toen viel de stroom in de hele zaal uit. Inmiddels weet ik dat die uit de jaren zeventig beter houdbaar zijn. Alleen heb ik er daar ook al drie van versleten.’

Jullie begonnen piepjong, nu zijn jullie twintigers. Is dat anders?‘Het hielp eerlijk gezegd wel: drie van die piepjonge gastjes in De We-reld Draait Door, met muziek die heel oud klonk. Soms maakte ik me zorgen: zijn we als twintigers nog in-teressant? Na een optreden, als we merchandise verkopen en signeren, komen mensen nog wel eens vragen: “Jullie zijn toch superjong?” Euh, ja, 24… Ze reageerden toch anders

toen we 18, 17 en 15 waren.‘Maar het was niet alleen een gim-

mick. We hebben al heel veel kun-nen spelen, leren en groeien. Muzi-kanten die later beginnen, hebben er vaak een baantje naast. Wij woon-den nog bij onze ouders, zonder geldzorgen dus, waardoor we ons volledig op de band konden storten. En nu kunnen we ervan leven.’

Gezien jullie tempo, zit een zesde studio-album al in de planning?‘We zijn druk aan het schrijven. Voor de vorige plaat (Grand Sou-thern Electric, 2014) gingen we naar Amerika, naar producer Mark Neill, die ook met The Black Keys werkt.

Te gek, maar nu gaan we het zelf doen. We hebben een studio in een werfkelder in Utrecht. Ik woon er haast en Pablo (van de Poel, gitarist en zanger) heeft er met verschillende bandjes z’n opnameskills geoefend.

‘We kunnen er doen wat we wil-len. Een hele sound bouwen met microfoons rond een drumstel, en dan later toch denken: mwah, dat kan ook anders. Door trial and er-ror komen we tot iets heel vets.’

DOOR MARLEEN VAN WESEL

DeWolff & The LegsGebr. De NobelVrij6 feb, 20:00, € 17,50

‘Het hielp wel: drie piepjonge gastjes, met muziek die heel oud klonk.’ Foto Melanie Marsman

Even uitbrakken in de rustmatenVolgende week speelt het Neder-lands Studenten Orkest in Leiden, een thuiswedstrijd voor altvioliste Simone van Dijk en cellist Tom Bol-lemeijer. ‘Het is net een kampsfeer.’

DOOR VEERLE VAN DER GRACHT ‘De helft loopt hier in een roze onesie rond’, zegt Simone van Dijk (19). Van Dijk studeert cultureel antropologische

NSO combineert studentenleven met klassieke muzieksociale ontwikkeling in Leiden en is altviolist van Het Nederlands Stu-denten Orkest (NSO). ‘We hebben ook joggingbroeken en truien, maar de NSO-onesie is het vetst.’ ‘Ik heb er geen hoor,’ lacht Tom Bollemeijer (22). Tussen de drukke repetities door hebben twee Leidse studen-ten tijd om een Skype-gesprek te houden. Zij repeteren momenteel in Someren in Noord-Brabant. Bol-lemeijer: ‘We repeteren hele dagen

met af en toe een pauze tussendoor om te voetballen of in bed te liggen.’

Het NSO is hard aan het oefenen voor hun concert Verlichting. Ruim 85 studenten spelen stukken van David Dramm, George Gershwin en Sergei Rachmaninov. Voor zo-wel Van Dijk als Bollemeijer is het hun eerste keer in het NSO. ‘Elk jaar moeten studenten opnieuw auditeren. Voor sommigen is dit al het tweede of derde jaar’, vertelt Van Dijk. De selectie is zwaar: ‘Van de aanmeldingen komt maar een derde door de audities. Vooral de blazers hebben grote concurrentie, omdat daar maar een paar van nodig zijn. De vraag naar violisten is daarente-gen groot.’

‘In mijn familie koos iedereen een instrument’, zegt Van Dijk. ‘Vanaf mijn zevende speel ik viool. Ik ben later overgestapt altviool, omdat die fijnere en diepere klanken pro-duceert.’ Bollemeijer: ‘Mijn vader speelde cello. Dat vond ik altijd zo mooi, dat ik het vanaf mijn negende ook ben gaan doen.’

Hoe combineren ze het spelen met hun studie? ‘Eigenlijk komt het nooit echt uit’, geeft Bollemeijer toe. Van Dijk: ‘Je moet je studie van te-voren plannen, compensatie hebben en ik moet één tentamen sowieso al herkansen, omdat ik dan optreed.’

‘Tot nu toe is het heel vet’, zegt Bollemeijer. ‘Muzikaal gezien leer je heel veel. En het is net een kampsfeer.’

Het NSO gaat vanaf zondag elf da-gen op tournee en speelt daarna een week in Dublin. Van Dijk: ‘Elke dag slapen we in een andere stad bij een gastgezin. Je overnacht samen met de commissie waarbij je ingedeeld bent in één van de huizen. Zo heb-ben we een groepje voor het in- en uitladen van instrumenten en voor het wisselen van het wc-papier.’

‘Elke avond is er wel een thema-feest zoals ‘Boer zoekt vrouw’ en ‘Dierigent’. Bij Dierigent gingen we verkleed als muzikaal dier’, zegt Van Dijk. ‘Zelfs onze Britse diri-gent Quentin Clare pakt af en toe een feestje mee. We hebben daarbij een gossip-commissie, die iedereen aanspoort bier te drinken.’

Bollemeijer: ‘Soms maakt de brakheid de repetities zwaar.’ Van Dijk: ‘In veel muziekstukken ko-men er rustmaten voor, waarin je niet hoeft te spelen. Dan kan je tus-sendoor tenminste nog even adem-halen en bijkomen.’

Nederlands Studenten Orkest (NSO) VerlichtLeidse Schouwburg12 feb, 20.15 u, studententarief €10Wie bij het NSO wil, moet elk jaar opnieuw auditie doen. Foto Eduardus Lee

5 februari 2015 · Mare 11

Cultuur Agenda

Page 12: Mare 18 (38)

‘Je leert elkaars gezicht lezen’Foto Marc de Haan

Het weerwolvengenootschap van SiBBart Fase (22, geschiedenis): ‘Het is nacht in het dorpje Wakkerdam. Alle be-woners slapen. Dan ontwaakt Cupido. Onze dikke baby in poepluier wijst twee bewoners aan, die samen de hooiberg in duiken…’ Linda Meester (17, Nederlands): ‘Ik ben er vandaag voor het eerst. Eigenlijk kende ik Weerwolven van Wakkerdam helemaal niet, maar ik houd wel van ge-zelschapsspelletjes, vandaar.’Fase: ‘SiB, de Studentenvereniging voor Internationale Betrekkingen, is van de inhoud én de gezelligheid. We duiken niet alleen de kroeg in, maar we hou-den ook weer niet alleen maar serieuze lezingen. Wel op woensdag, de vereni-gingsavond. De rest van de week zijn er verschillende gezelschappen actief.’ Charlotte van Tiggelen (22, psycholo-gie): ‘Bijvoorbeeld ook een Bourgon-disch Genootschap dat zich bezighoudt met pannenkoeken eten, carnaval vieren

en een boerderijdag.’Fase: ‘Het Weerwolvengenootschap is een paar jaar geleden opgericht na een introweekend. Weerwolven is zo’n spel dat altijd wel op kamp meegaat. Het programma viel nogal in het water. Let-terlijk. We hielden dus veel tijd over om te weerwolven.’ Marlissa Rudolphy (20, rechten): ‘Aan het begin worden de kaartjes met de rollen verdeeld. Uiteindelijk moeten de bewoners van Wakkerdam de weerwol-ven verslaan, of andersom. De ziener vind ik de leukste. Die weet een hoop en ziet hoe deelnemers elkaar om de tuin leiden. En de wolf uiteraard. Alleen de rol van burger is saai.’Jeanette van der Lee (21, psychologie): ‘Ik vind de heks juist het leukst. In die rol kun je iets goeds doen: een dorpsge-noot die is aangevallen door de wolven tot leven wekken. Als weerwolf krijg ik altijd last van schuldgevoelens.’

Van Tiggelen: ‘Je leert elkaars gezichten goed lezen. Niemand weet namelijk écht wat de rol van een ander is.’ Meester: ‘Ik dacht dat het heel ingewik-keld zou zijn, maar doordat er een ver-teller is, is het eigenlijk heel duidelijk.’ Fase: ‘We spreken beslist niet elke week af voor een potje weerwolven. Het hangt af van de beschikbaarheid van de voor-zitter. En dat ben ik. Aangezien ik mo-menteel een SiB-bestuursjaar doe, is dit pas de eerste bijeenkomst dit collegejaar.’Rudolphy: ‘Ik zit ook bij een dispuut dat wel maandelijks samenkomt, om Diplo-macy te spelen. Dat is een behoorlijk SiB-spel: je speelt de Tweede Wereld-oorlog na. Veel overleggen, elkaar in-tussen keihard naaien en steeds groter, groter en groter worden. Tot alles kapot gaat. Het is Risk voor gevorderden.’Fase: ‘Ik heb ook wel eens geweer-wolfd bij Duivelsei. Zij speelden met twee dorpen tegelijkertijd, en een hele

constructie waarbij je kon verhuizen. Wij hebben er niet echt rollen of onderdelen bij verzonnen. Soms spelen we met de rol van de slet, maar die zit ook in een officiële uitbreidingsversie. De slet slaapt elke nacht bij een andere dorpsbewoner. Als de weerwolven het op haar voorzien hebben, ontkomt ze, omdat ze nooit thuis is. Maar als ze haar bedgenoot aanvallen, gaat zij ook dood.’ Van Tiggelen: ‘We weerwolven niet al-leen bij iemand thuis. Ook eens op een dakterras in Thailand, of bij de Chinees in Tanzania. Daar werden we echt weg-gekeken.’Rudolphy: ‘Vooral toen de nacht viel, en we allemaal moesten doen alsof we sliepen.’Van Tiggelen: ‘In de trein gaat ook prima. In het vliegtuig was het niet zo’n succes.’

DooR MaRLeen Van WeseL

Deze keer wel

aaahh, het begin van een nieuw semester! De tentamens en her-kansingen zijn achter de rug en de collegezalen ruiken weer enigs-zins fris bij het betreden nu er een paar weken lang geen hoop zwete-rige, uitkaterende studentenlijven op elkaar gepakt hebben gezeten. We gaan allemaal weer aan de slag, met een berg goede moed. Want dit semester gaan we toch écht wel, heel zeker, ik meen het serieus, cross my heart and hope to die, geen excuses meer, wél elke week alles netjes bij-houden. en alle artikelen en literatuur lezen, zelfs als ze niet per se verplicht zijn. en steeds op tijd aan opdrachten beginnen. en altijd de deadlines res-pecteren.en zo. Toch?

Vergeet 1 januari: 1 februari is de hoogdag der goede voornemens voor studenten. elk jaar weer besluiten we halverwege het academiejaar dat het toch echt beter moet. en dat be-gint vaak met het inslaan van nieuwe spullen: niks zo motiverend om alles op een ordelijke manier bij te houden als splinternieuwe pennen of zo’n prachtig helderwit schrift. Misschien zelfs een nieuwe tas. en een jas. en schoenen. Dit is toch zo ongeveer de periode van de final rounds van de uitverkoop? Dat betekent superveel korting! even op de webshop kij-ken… en BaM, voorbij zijn die drie uur waarin je eigenlijk de voorgeschreven hoofdstukken had moesten lezen.

Waarom is het toch zo moeilijk om ons aan die goede maar helaas elk jaar weer vreselijk in herhaling val-lende voornemens te houden? na-tuurlijk is er het wilde studentenleven vol feestjes en borrels, maar als we eerlijk zijn spenderen we daarnaast nog voldoende vrije tijd aan bank-hangen, in bed liggen en aan gewoon helemaal niks uitvreten in het alge-meen.

We zijn helemaal niet altijd zo druk of buitenshuis. We zitten juist heel vaak in een straal van minder dan 50 centimeter verwijderd van onze boe-ken. We zijn perfect in staat om dan al aan de slag te gaan. en toch. Zelfs wanneer we besluiten iets te doen is het nooit dat. Want er zijn altijd Facebookstatussen om te schrijven, tweets om ons aan te ergeren, reality-tv om comateus bij onderuitgezakt te zitten en videokanalen om van het ene naar het andere filmpje van kat-ten in kartonnen dozen te klikken. Ie-der zijn prioriteiten.

Ik probeer me er niet al te depres-sief bij te voelen. Ik doe mijn best, maar leg me erbij neer dat het nooit een volledig semester lang goed gaat. De perfecte student word ik nooit. na-tuurlijk, ik zou er vast wel hogere cij-fers door kunnen halen en het zou me een hoop stress besparen. Maar uit-eindelijk doen de echte Volwassenen met echte Banen het ook precies zo. Dat weet ik wel zeker, want niemand kan kattenvideo’s weerstaan.

TaLITha Dehaene

12 Mare · 5 februari 2015

InburgerenHet clubje

Bandirah