Mare, jaargang 35, nr. 6

12
Chinese studenten zijn meer dan welkom in Leiden. Voelen ze zich ook zo? ‘Voor dat geld mag je dus wel iets betere service verwachten.’ DOOR PETRA MEIJER ‘Het wonen in Ne- derland is een test voor mijn survival skills,’ zegt Yingchun Yu. ‘In China ben ik gewend om warm te eten. Koud eten en drinken is slecht voor je gezondheid. Helaas is er in de universiteitsgebouwen nergens plek om eten op te warmen. Het verschil tussen mensen en dieren is dat wij weten hoe we vuur moeten maken. Koud eten moet je maag verwarmen, dat kost te veel energie. Mijn maag is toch geen magnetron?’ Yu belde naar de International Office om te vragen of ze misschien ergens een magnetron konden plaat- sen. ‘De vrouw die ik aan de lijn kreeg zei: “Dat koud eten slecht voor je maag is, is jouw mening. Daar kun- nen wij je niet mee helpen.”’ Het eten in de kantine vindt hij veel te duur. Daarom gaat hij ’s ochtends niet naar de bibliotheek, zodat hij tussen de middag thuis kan koken. Toch ziet hij er ook de positieve kant van in. ‘In Beijing had ik nooit tijd om te koken, hier moet ik wel. Koken helpt je om het leven beter te leren begrijpen, het is dus ook een goede ervaring.’ Anderen Chinezen kennen het probleem. Xiaoshuang Xia heeft een waterkoker in de kluisjes op het si- nologisch instituut gezet. Tussen de middag zoekt hij een rustig plekje met een stopcontact en kookt hij water voor bij zijn rijst. Ook Chi- nese gastdocenten zouden graag een magnetron hebben, maar omdat het instituut voor een groot deel uit hout bestaat, wordt daar geen toestem- ming voor gegeven. De Taiwanese Yaxuan Zhang is juist gek op westers eten, vooral pan- nenkoeken. ‘Maar ik mis de Taiwa- nese avondmarkt ontzettend, en na- tuurlijk de bubble milk tea, thee met gummy-achtige balletjes erin. Hier kook ik meestal zelf, en met vrien- den organiseren we vaak een potluck. Iedereen brengt een gerecht mee en we delen het eten samen.’ Zhang vindt het jammer dat Nederlandse restaurants zo duur zijn. In Taiwan eet ze elke avond buiten de deur. ‘Ik was verbaasd om te horen dat het ook voor Nederlanders te duur is om elke dag uit eten gaan. Als ik langs de restaurants loop zitten ze altijd vol.’ Niet alleen het eten kost meer geld in Nederland. De Chinezen verba- zen zich over de huurprijzen en de kosten van openbaar vervoer. Xia geeft soms kalligrafielessen in een andere stad. ‘Ik krijg 25 euro voor een uur. Een retourtje naar Rotter- dam kost echter al bijna 15 euro. Ik begrijp niet hoe Nederlanders daar- van kunnen leven.’ Met de trein gaan de Chinezen dan ook bijna niet. Nederlandse universiteiten zou- den dolgraag meer Chinese studen- ten aantrekken, vanwege het hoge collegegeld dat zij moeten betalen. Naar schatting studeren er driedui- zend aan Nederlandse universitei- tein. Kost het voor studenten uit de EU €1713 om een jaar in Leiden te studeren, studenten van buiten de EU betalen voor een master al snel meer dan €14.000. De Taiwanese Zhang, Xiao en Zhan schrikken als ze dit horen. Zij zijn hier als uitwisselingsstudent. ‘We betalen het collegegeld dat we normaal in Taiwan betalen. Eigenlijk nog iets minder, want we hoeven en- kel het basisbedrag te betalen omdat we in Taiwan momenteel geen lessen volgen.’ Het Taiwanese collegegeld bedraagt daarom ongeveer €1000. Zhang en Zhan hebben bovendien een beurs. ‘Van dat geld kan ik mijn kamer op DUWO ongeveer betalen’, zegt Zhan. > Lees verder op pagina 6 13 oktober 2011 ‘Afhaalstamppot was te ingewikkeld’ Je kunt maar beter trots zijn op dat slangennest in je tuin Do’s & don’ts voor het ultieme afstudeerlied ‘Denk aan Hazes’ Cabaretier Mike Boddé viel ‘van het wak in de shit’ Pagina 5 Nederland en Leiden met stip gestegen De jaarlijkse Times Higher Education ranglijst van beste universiteiten is weer uit. Nederlandse universiteiten staan veel hoger dan verleden jaar. Minder masters bij sociaal leenstelsel Twintig procent van de studenten zal geen master volgen als het sociaal leen- stelsel er komt, blijkt uit onderzoek van Interstedelijk Studenten Overleg. Betaald parkeren nu ook voor bèta’s Vanaf 1 september moeten ook de bèta’s gaan betalen om te parkeren: 150 euro per jaar. ‘In de binnenstad kan ik het begrijpen, maar hier in de polder niet.’ Pagina 7 Pagina 9 Pagina 11 Pagina 5 Vechten voor een magnetron Wie zijn die Chinezen eigenlijk? Pagina 12 Pagina 2 en 4 Pagina 3 Twee kanshebbers op 100.000 euro Twee van de drie genomineerden voor de Academische Jaarprijs komen uit Leiden. Op 26 oktober maken ze kans op honderdduizend euro. 35ste Jaargang • nr. 6 Bandirah Pagina 12 Yingchun Yu (William) over zijn Nederlandse medestudenten: ‘Ze denken niet veel na over hun toekomst en dromen, of is het onbeleefd om dat te zeggen?’ Foto Taco van der Eb

description

Leids Universitair Weekblad

Transcript of Mare, jaargang 35, nr. 6

Page 1: Mare, jaargang 35, nr. 6

Chinese studenten zijn meer dan welkom in Leiden. Voelen ze zich ook zo? ‘Voor dat geld mag je dus wel iets betere service verwachten.’

DOOR PETRA MEIJER ‘Het wonen in Ne-derland is een test voor mijn survival skills,’ zegt Yingchun Yu. ‘In China ben ik gewend om warm te eten. Koud eten en drinken is slecht voor je gezondheid. Helaas is er in de universiteitsgebouwen nergens plek om eten op te warmen. Het verschil tussen mensen en dieren is dat wij weten hoe we vuur moeten maken. Koud eten moet je maag verwarmen, dat kost te veel energie. Mijn maag is toch geen magnetron?’

Yu belde naar de International Office om te vragen of ze misschien ergens een magnetron konden plaat-sen. ‘De vrouw die ik aan de lijn kreeg zei: “Dat koud eten slecht voor je maag is, is jouw mening. Daar kun-nen wij je niet mee helpen.”’ Het eten in de kantine vindt hij veel te duur. Daarom gaat hij ’s ochtends niet naar de bibliotheek, zodat hij tussen de middag thuis kan koken. Toch ziet hij er ook de positieve kant van in. ‘In Beijing had ik nooit tijd om te koken, hier moet ik wel. Koken helpt je om het leven beter te leren begrijpen, het is dus ook een goede ervaring.’

Anderen Chinezen kennen het probleem. Xiaoshuang Xia heeft een waterkoker in de kluisjes op het si-nologisch instituut gezet. Tussen de middag zoekt hij een rustig plekje met een stopcontact en kookt hij water voor bij zijn rijst. Ook Chi-nese gastdocenten zouden graag een magnetron hebben, maar omdat het instituut voor een groot deel uit hout bestaat, wordt daar geen toestem-ming voor gegeven.

De Taiwanese Yaxuan Zhang is juist gek op westers eten, vooral pan-nenkoeken. ‘Maar ik mis de Taiwa-nese avondmarkt ontzettend, en na-

tuurlijk de bubble milk tea, thee met gummy-achtige balletjes erin. Hier kook ik meestal zelf, en met vrien-den organiseren we vaak een potluck. Iedereen brengt een gerecht mee en we delen het eten samen.’ Zhang vindt het jammer dat Nederlandse restaurants zo duur zijn. In Taiwan eet ze elke avond buiten de deur. ‘Ik was verbaasd om te horen dat het ook voor Nederlanders te duur is om elke dag uit eten gaan. Als ik langs de restaurants loop zitten ze altijd vol.’

Niet alleen het eten kost meer geld in Nederland. De Chinezen verba-zen zich over de huurprijzen en de kosten van openbaar vervoer. Xia geeft soms kalligrafielessen in een andere stad. ‘Ik krijg 25 euro voor een uur. Een retourtje naar Rotter-dam kost echter al bijna 15 euro. Ik begrijp niet hoe Nederlanders daar-van kunnen leven.’ Met de trein gaan de Chinezen dan ook bijna niet.

Nederlandse universiteiten zou-den dolgraag meer Chinese studen-ten aantrekken, vanwege het hoge collegegeld dat zij moeten betalen. Naar schatting studeren er driedui-zend aan Nederlandse universitei-tein. Kost het voor studenten uit de EU €1713 om een jaar in Leiden te studeren, studenten van buiten de EU betalen voor een master al snel meer dan €14.000.

De Taiwanese Zhang, Xiao en Zhan schrikken als ze dit horen. Zij zijn hier als uitwisselingsstudent. ‘We betalen het collegegeld dat we normaal in Taiwan betalen. Eigenlijk nog iets minder, want we hoeven en-kel het basisbedrag te betalen omdat we in Taiwan momenteel geen lessen volgen.’ Het Taiwanese collegegeld bedraagt daarom ongeveer €1000. Zhang en Zhan hebben bovendien een beurs. ‘Van dat geld kan ik mijn kamer op DUWO ongeveer betalen’, zegt Zhan.

> Lees verder op pagina 6

13 oktober 2011

‘Afhaalstamppot was te ingewikkeld’

Je kunt maar betertrots zijn op datslangennest in je tuin

Do’s & don’ts voor het ultieme afstudeerlied‘Denk aan Hazes’

Cabaretier Mike Boddé viel ‘van het wak in de shit’

Pagina 5

Nederland en Leiden met stip gestegenDe jaarlijkse Times Higher Education ranglijst van beste universiteiten is weer uit. Nederlandse universiteiten staan veel hoger dan verleden jaar.

Minder masters bij sociaal leenstelselTwintig procent van de studenten zal geen master volgen als het sociaal leen-stelsel er komt, blijkt uit onderzoek van Interstedelijk Studenten Overleg.

Betaald parkeren nu ook voor bèta’sVanaf 1 september moeten ook de bèta’s gaan betalen om te parkeren: 150 euro per jaar. ‘In de binnenstad kan ik het begrijpen, maar hier in de polder niet.’

Pagina 7 Pagina 9 Pagina 11

Pagina 5

Vechten voor een magnetronWie zijn die Chinezen eigenlijk?

Pagina 12

Pagina 2 en 4Pagina 3

Twee kanshebbers op 100.000 euroTwee van de drie genomineerden voor de Academische Jaarprijs komen uit Leiden. Op 26 oktober maken ze kans op honderdduizend euro.

35ste Jaargang • nr. 6

Bandirah Pagina 12

Yingchun Yu (William) over zijn Nederlandse medestudenten: ‘Ze denken niet veel na over hun toekomst en dromen, of is het onbeleefd om dat te zeggen?’ Foto Taco van der Eb

Page 2: Mare, jaargang 35, nr. 6

Geen commentaar

DOOR FRANK PROVOOST Phil Towle behoort tot de grootste losers uit de rockgeschiedenis. Niet vanwege zijn muzikaliteit, want daarover is eigenlijk niets bekend. Towle maakt geen muziek, maar is zelfbe-noemd performance enhancement coach. In die hoedanigheid ‘hielp’ hij onder meer de Amerikaanse rockband Metallica in een heftige midlifecrisis (drank, drugs, dode en ontslagen bandleden) dichter tot elkaar te komen.

De genante worstelingen van band en zielenknijper zijn prachtig vastgelegd in de documentaire Some Kind of Monster (2004). Het is verplichte kost voor alle eerstejaars psychologie (en vooruit, vanwege

de metalmacho’s ook antropologie). Wie de film heeft gezien – hij staat in zijn geheel op YouTube – kan Metallica nooit meer serieus nemen, en performance enhancement coaches al helemaal niet.

Absoluut hoogtepunt is de scène waarin de band zichzelf na twee jaar van slopende conflicten, therapeutische huilbuien en kansloze praatsessies genezen verklaart. Op dat moment begint Towle – in-gehuurd voor veertigduizend dollar per maand – zelf voor het eerst te sputteren. Ze zijn nog lang niet klaar! Het echte werk begint juist! Uitgerekend nu moeten ze doorpakken! Uiteindelijk druipt hij af. Niet boos, zoals dat heet in zijn hulpverlenersjargon, maar verdrietig.

Van Phil Towle naar Halbe Zijlstra: het lijkt misschien een giant leap, maar het is een small step. Niet omdat Metallica’s Black Album toeval-lig de favoriet plaat van de bewindsman is (…terwijl iedereen weet dat Kill ’Em All veel beter is, doch dat terzijde). Maar wel omdat de staatssecretaris nog steeds van alle kanten uitstraalt op het verkeerde ministerie te zijn beland. Verdwaald in cultuur en wetenschap, zoals een neppsychotherapeut in een rockstudio.

Zijn ambtenaren penden een strategische agenda bij elkaar, Zijl-stra leende nog wat steekwoorden uit een oud partijprogramma over zelfredzaamheid zonder subsidie maar vol innovatie en vernieuwing. En dat er geen betutteling (lees: geld) nodig is om de allerbesten te laten winnen. Samengevat: allemaal inleveren en voortaan beter je best doen.

Maar, wist zelfs Zijlstra: wetenschappers zijn soms net metalheads. Die moet je tijdens het uitknijpen ook belonen. Vorige week was het zover. Toen verscheen de zoveelste universitaire ranglijst, dit keer van Times Higher Education Supplement. Daarop bleken de Nederlandse universiteiten opeens een stuk hoger te staan, Leiden ging bijvoor-beeld van 124 naar 79.

Nu weet iedere kenner: rankings vergelijken appels met peren en dienen vooral om de pr-campagnes van opklimmende middenmo-tors extra te laten ronken. Maar dit keer werd de stijging ook nog eens veroorzaakt doordat de samenstellers (weer) andere criteria gebruik-ten dan vorig jaar (zie pagina 4).

Desalniettemin: de staatssecretaris sloeg aan. Als een ware knuf-felcoach liet hij meteen weten ‘trots op de universiteiten’ te zijn. Het resultaat was ‘volledig verdiend’.

En – zoals dat heet in het jargon - hij pullde een Phil. ‘Andere landen zitten niet stil’, waarschuwde hij met de handelsgeest van een thera-peut die zijn patiënt te veel ziet opbloeien. ‘Wij kunnen het ons dus niet veroorloven om te verslappen.’

Laten we om niet te verslappen luisteren naar Halbes helden. ‘This is the tongue that whips you down’, schreeuwen ze in hun

huilfilm. ‘Some kind of monster. This monster lives.’

2 Mare · 13 oktober 2011

Via een Iraanse arts kreeg ik een uitnodiging om in Yazd een lezing te geven. Yazd bleek een geheel uit klei opgetrokken woestijnstad op de zijderoute. Ik antwoordde dat ik me zeer vereerd voelde en plakte er met mijn vrouw een week vakantie aan vast. Het land binnenkomen was al een hele tour de force. Uiteindelijk bemachtigden we een visum voor vijf dagen en de belofte dat het ter plaatse te verlengen zou zijn. We vertrokken. Inmiddels ben ik weer heel-huids retour, maar het had niet veel gescheeld of hier had mijn in memoriam gestaan.

We keken uit naar ons bezoek. In het vliegtuig wezen we elkaar op de veelbelovende plaatjes in de reisgids. Alles leek goed te gaan, tot drie minuten voor vertrek. Drie agenten droegen met moeite een aan handen en voeten geboeide man aan boord. Hij moest worden uitgezet en schreeuwde alsof hij de meest gruwelijke martelingen onderging. Iemand van de marechaussee verzekerde ons dat ‘ze’ hier in de lucht meestal mee ophielden.

De man won de sympathie van de Iraanse reizi-gers, die vervolgens massaal weigerden om op hun plaats te gaan zitten. Hierdoor kon het vliegtuig niet vertrekken. Na twee uur schreeuwen reden we terug naar de gate waar de man van boord werd gelaten. Eenmaal in de lucht sprak ik met enkele Iraanse pas-sagiers, die allemaal hun telefoonnummer aanbo-den en benadrukten dat we altijd konden bellen bij problemen. Ontzettend aardig, maar het gaf ook aan hoe waarschijnlijk die problemen waren.

Op het congres werden we als vips ontvangen. De organiserende jongen was de zoon van de car-dioloog en we kregen de beschikking over zijn auto met chauffeur om de woestijnstad te ontdekken. Au-torijden in Iran was een avontuur op zich, een afwis-seling van woest optrekken en piepende noodstops. Op de snelweg ontweken we met bijna 160 km per uur enkele mensen die achteruit over de rechterbaan naar hun gemiste afslag reden. Ik verbaasde me, maar even later zouden we die truc zelf ook toepas-sen. ‘s Avond was er een groot galadiner voor 400 man. Wij zaten aan de eretafel naast de cardioloog,

die het diner overigens uit eigen zak financierde. Toen ik hem vertelde van ons bezoek aan de stad, bood hij aan om de volgende dag een expert van de universiteit mee te sturen. Ik hoefde maar aan te ge-ven wat mijn interesse had. Ik bedankte, hopend dat de hoogleraren wel iets beters te doen hadden dan een paar toeristen rondleiden.

Ik sprak die avond met verschillende dokters. Zij spraken enkel in superlatieven over Iran, het mooiste land ter wereld. Ze hadden de oudste steden, hoog-ste torens, eerste wiskundigen, breedste boulevards en grootste kroonjuwelen. Diezelfde avond echter kreeg ik tientallen vragen over emigratie en visa voor de Verenigde Staten, Duitsland of desnoods zelfs Ne-derland. Iedereen bleek weg te willen uit het mooiste land ter wereld. Toen ik één van hen hiermee con-fronteerde bleek Iran ook hierin voorop te lopen; het land had de grootste braindrain ter wereld.

Aan het eind van het congres onderging ik zelf een braindrain toen ik een drie uur durende sluitingsce-remonie bijwoonde. De ene helft van de zaal werd één voor één onder applaus naar voren geroepen om de andere helft een prijs uit te reiken. Af en toe kreeg ik een por van mijn buurman als ik weer het podium op moest. Na drie uur verlieten we met pijn in onze handen de zaal.

Met ons cadeau op schoot, ruim zes kilo mierzoete koekjes, reden we terug naar het vliegveld, dat veer-tig kilometer buiten de stad lag. We waren er bin-nen tien minuten. Het vliegveld was omringd door hoge muren waarvan ons niet meer duidelijk was of die de mensen buiten of juist binnen het mooiste land ter wereld moesten houden. Voor we opstegen stuurde ik nog een bericht aan mijn Iraanse vriend die achterbleef. ‘It was great, I wish we could stay longer.’

Binnen drie minuten kreeg ik antwoord. ‘Just scream.’

David van BodegomPromovendus ouderengeneeskunde en staflid van de Leyden Academy on Vitality and Ageing

Grootste braindrain ter wereld

Column

Redactie-adres Pieterskerkhof 6 2311 SR LeidenTelefoon 071–527 7272 Fax 071–527 7288

Website mareonline.nl E-mail [email protected] De redactie is op vrijdag gesloten. Oplage circa 15.000

Hoofdredactie

Frank Provoost [email protected]

Redactie

Harmke Berghuis [email protected]

Thomas Blondeau [email protected]

Vincent Bongers [email protected]

Bart Braun [email protected]

Dirk-Jan Zom [email protected]

Medewerkers

David van Bodegom • Rivke Jaffe • Petra Meijer • DM Sanders • Benjamin SprecherSecretariaat Harmke BerghuisFotografie Taco van der Eb • Marc de Haan

Illustraties Bas van der Schot • Bandirah • Silas.nlBasisontwerp Roeland Segaar, Zabriski CommunicatieArt direction en vormgeving Marijke Hoogendoorn • richgirl-design.comDrukwerk Dijkman Offset Amsterdam

Advertenties Bureau van Vliet B.V. Postbus 20 2040 AA Zandvoort Telefoon 023 - 571 47 45 Fax 023 - 571 76 80

Redactieraad

Prof. dr. J.P. Abrahams (voorzitter) • prof. dr. J. van den Broek • I. Bronstring • A. Brouwer • drs. J.C.M. Damen • prof. dr. A.J.W. van der Does • B. van der Donk • J. Egberts • dr. H. Heestermans • prof. dr. J.J.M. van Holsteyn • mr. F.E. Jensma • prof. dr. J.C. de Jong • D. van der Klugt • A. Liemburg• dr. D.J.W. Meijer • R. Nieuwenkamp • drs. R. Rijghard

Jaarabonnementen

Een jaarabonnement op Mare loopt van september t/m juni. Belangstellenden kunnen Mare thuis gestuurd krijgen door € 35,- over te maken op bankrekening 10.32.57.950 ten name van Universiteit Leiden inzake Mare. Studenten betalen € 25,-. Zij maken dit bedrag over op bovenstaand bankrekeningnummer onder vermelding van hun studentnummer.

Adreswijzigingen

Alleen schriftelijk met postwikkel. Klachten en opmerkingen over de toezending van Mare 071-5277272. Mededelingen voor het op donderdag verschijnende nummer moeten uiterlijk de voorafgaande donderdag 16.00 uur in het bezit van de redactie zijn.

ISSN 0166-3690

Colofon

Monsters en metalheads

Page 3: Mare, jaargang 35, nr. 6

‘Er is zoveel onzin in het nieuws’

De tent kost het meest

Leids team maakt kans op een ton voor wetenschapspopularisering

DOOR HARMKE BERGHUIS ‘Welkom bij de cursus Slim studeren = geld beheren’, zegt Ilona Geutjes (20), derdejaars crimi-nologie, die voor het halflege klaslokaal in de rechtenfaculteit staat. Geutjes geeft de cursus, maar vandaag is een journalist van TV West en RTV Rijnmond de baas. De cameravrouw staat klaar, en de oude-re man, die de overhangende microfoon vasthoudt, ook. Het publiek, drie studen-ten, wacht rustig af. De journalist van Mare mag er ‘als beeldvulling’ naast zitten. Fleur Nutbey (18), eerstejaars rechten, moet voor de camera doen alsof ze het lokaal binnenkomt. De camera draait. De deurklink gaat omlaag, en blijft dicht. In het slot gevallen. Een zucht van de cameravrouw weerklinkt. ‘Kan iemand even de deur opendoen?’

Gemiddeld hebben studenten aan het eind van hun studie een studieschuld van bijna 15.000 euro, concludeerde het Nibud onlangs. Dus geven studenten als Geutjes cursussen om ze op de risico’s van lenen te wijzen. TV West wil daar een mooi filmpje van maken. Ze komen in ie-der geval niet voor zichzelf. ‘Ik hoef niet op te letten,’ grapt de tv-journaliste. ‘Mijn inkomsten zijn toch zo…’ ‘Laag,’ vult de

man die de microfoon draagt aan. Maar de studenten hebben heel wat

te winnen, denkt studenttrainer Geutjes. ‘Ik heb in mijn eerste jaar bijgeleend om op wintersport te kunnen gaan. Als ik de training niet had gevolgd, was ik waar-schijnlijk ook gaan bijlenen om ruimer te leven.’ Mede-trainer Manouk Kinders (20), derdejaars rechten en bedrijfswe-tenschappen: ‘Het is geen ramp om een keer bij te lenen, maar het is niet ver-standig om maandelijks een vast bedrag te ontvangen. Je raakt gewend aan die hoeveelheid geld.’

De twee eerstejaars rechtenstudenten Nutbey en Chantal Halsema (18) lenen maximaal bij. Om te minderen op de uitgaven geeft Geutjes tijdens de work-shops wat tips. ‘Van te voren een bedrag pinnen zorgt ervoor dat je zicht houdt op wat je uitgeeft. Maak ook afspraken met jezelf over hoeveel je wil uitgeven voor een avondje stappen.’ Nog een goeie: ‘Neem broodjes voor de lunch gewoon van thuis mee.’ Besparing: 840 per jaar. ‘En doe vooral geen boodschappen als je honger hebt.’

Nog iets waar geld te verdienen valt: het invullen van het belastingformulier.

50 miljoen euro blijft er jaarlijks liggen, vertelt Geutjes. ‘De belasting ziet je als fulltime werkend persoon, terwijl stu-denten veel minder werken.’

De studenten moeten zelf ook een begroting invullen. De eerstejaars rech-tenstudenten hebben allebei meer in-komsten dan uitgaven. Dan komt Geutjes langs om iets beter naar de begroting te kijken. De inkomsten blijken geen echte inkomsten, maar geleend geld. ‘Je moet onthouden dat je nu al rente betaalt.’

De uitgaven gaan voornamelijk naar uitgaan en kleding, erkennen Nutbey en Halsema schuldbewust. Halsema ver-dedigt zich: ‘Onze huur is ook wel heel laag.’ Nutbey betaalt 211 euro per maand en Halsema maar 201 euro. En dus kost de vereniging, ‘de tent’, het meest. Ze hoeven ook echt niet alleen water te drinken, zeggen de studenttrainers daar-over. ‘Maar,’ voegt Kinders toe, ‘geld dat je niet hebt, geef dat ook niet uit.’

‘Perfect,’ zegt de tv-journaliste na de tips. ‘Het staat er op.’

De opnames worden 1 november om 17.30 uur bij TV West en 17.45 uur op RTV Rijnmond in het televisieprogramma 0 - 23 jaar.

Van de drie genomineerden voor Academische Jaarprijs, zijn er twee Leids. Op 26 oktober krijgt het win-nende team honderdduizend euro om uit te geven aan de popularise-ring van hun onderzoek.

ANTIBIOTICA GEZOCHT‘Wij willen mensen laten weten waar antibiotica vandaan komen, waar resistentie tegen antibiotica vandaan komt, en wat we daarte-gen kunnen doen’, vertelt Gilles van Wezel. Hij is hoogleraar mole-culaire biotechnologie aan de bè-tafaculteit, en hoofd van het team Antibiotica Gezocht.

Als zijn team wint, wordt het geld verdeeld over drie fronten. ‘We werken nu al op kleine schaal samen met middelbare scholen:

we geven een practicum waarbij scholieren zelf antibiotica leren zoeken. Als we winnen, gaan we dat stroomlijnen tot een uitdagend practicum voor alle vwo’s. Uitein-delijk moet dat ze motiveren om zelf dit soort onderzoek in te gaan: over zestig jaar zullen er ook nog multiresistente bacteriën zijn om het hoofd te bieden’.

Daarnaast zal het antibiotica-team twee exposities inrichten. Een tijdelijke in het Leidse Muse-um Boerhaave, en een permanente in de binnenkort te openen bacte-riedierentuin Microzoo van Artis.

‘In Boerhaave zal het gaan over de resistentieproblematiek en de geschiedenis van infectieziekten. Daarin komen ook de moderne problemen aan bod, zoals EHEC (de bacterie die dit voorjaar zestien Europese slachtoffers eistte, red.)’

In Artis kunnen mensen met behulp van moderne microscopen kijken naar micro-organismen die antibiotica uitscheiden. ‘Het zijn hele mooie driedimensionale structuren, waarop je de antibi-otica als druppeltjes ziet liggen.’ Schoonheid is echter niet het be-langrijkste aspect.

‘Er is zoveel onzin in het nieuws over antibioticaresistentie. Men-sen moeten begrijpen wat er staat te gebeuren, en in hoeverre de angst terecht is.’

LEVE DNAWaar het antibioticateam drie plannen heeft, heeft het project Leve DNA onder leiding van LUM-C’er Ken Kraaijeveld er veel meer. Iedereen die een idee heeft voor een proef met DNA, mag het op-sturen, en de twaalf beste worden

uitgevoerd. ‘We willen mensen zelf laten nadenken over wat er moge-lijk is met DNA-technologie. De beste manier om dat te doen, is ze zelf iets te laten verzinnen.’

Op de website van het team zijn de voorstellen verzameld. Welke insecten veeg je na een autoritje van je nummerbord? Zitten er ge-netische verschillen tussen Low-lands-gangers en de bezoekers van North Sea Jazz? ‘Veel mensen wil-len dingen doen met eten’, vertelt Kraaijeveld. ‘Het MSC-keurmerk voor duurzame vis kwam in op-spraak omdat er vaak een andere vis in de verpakking zit dan erop staat. Met DNA kun je dat bepalen.

‘Verkoopt de halalslager stiekem varkensvlees? Hoe hygiënisch is alles? Je kunt er alle kanten mee op. Mijn vader sprak een boer die zich afvroeg of er ander DNA zit

in biologische melk dan in gewone. Dat lijkt me leuk om een keer uit te zoeken. De ontwikkelingen in de DNA-technologie gaan ontzet-tend hard. Het wordt elke maand goedkoper om je erfelijk materiaal te laten aflezen. Op korte termijn gaan mensen er ook zelf mee te ma-ken krijgen; in de eerste plaats bij de dokter.

‘Maar mensen hebben weinig idee van wat DNA is, wat ermee kan, wat we straks weten en of we dat ook willen weten. Ons project wil aangeven wat DNA is en hoe leuk het ook kan zijn.’

DOOR BART BRAUN Behalve de Academische Jaarprijs zelf is er ook nog een publieksprijs te winnen. Stemmen daarop kan bij www.wetenschap24.nl

Foto Desirée Hagens

Studenten doen hun bierinkopen. ‘Alleen water drinken hoeft niet’, aldus studenttrainers. ‘Maar wat je niet hebt, moet je niet uitgeven.’ Foto HH

13 oktober 2011 · Mare 3

Deze week

Frutti di Mare

Page 4: Mare, jaargang 35, nr. 6

Universiteiten nog steeds voor rechterDe inschrijftijd voor juridische masters die in februari van start gaan, is ver-lengd tot ten minste eind januari. Dit is het gevolg van de strijd tussen de Stichting Collectieve Actie Universi-teiten (SCAU) en acht universiteiten. De studenten achter SCAU hebben de universiteiten voor de rechter gesleept vanwege de prijzen van de tweede master. Het vorige kabinet besloot nog maar een bachelor en master te financieren. Wie meer wil, moet het instellingscollegegeld betalen. SCAU vindt de mastertarieven echter veel te hoog en wil dat er duidelijk-heid komt over hoe deze worden vastgesteld. Eerdere uitleg van de universiteiten voldeed niet volgens SCAU en dus volgde een gang naar de rechter. Het lukte de advocaten van de universiteiten niet om voor 21 september te reageren op de eisen van de SCAU. Het antwoord moet nu uiterlijk 1 november komen, maar dan zijn de inschrijvingstermijnen bij sommige universiteiten al verstre-ken. Vandaar de verlenging. Ook de Leidse rechtenopleidingen hebben hun inschrijftermijn verlengd, aldus universiteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke. ‘Maar dat heeft geen gevolgen. De opleidingen weten eigenlijk altijd pas heel laat hoeveel studenten er precies komen.’

Excellent krijgt geldDe Tweede Kamer heeft vorige week een motie van de VVD aangenomen waarin staatssecretaris van hoger onderwijs, Halbe Zijlstra, wordt opgeroepen een deel van de univer-siteitsfinanciering te koppelen aan accreditatie. Nu worden universiteiten vooral betaald naar de hoeveelheid studenten die ze binnenhalen. Zijlstra had al besloten zeven procent van het hoger onderwijs budget te reserve-ren voor goed presterende studies. De staatssecretaris had echter nog geen concrete plannen over hoe hij de prestaties ging meten. Zijn eigen partij helpt hem nu een handje. De VVD wil dat het geld gaat naar studies die door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie als ‘goed’ of ‘excellent’ worden bestempeld.

Niet blijUniversiteitenvereniging VSNU, de HBO-Raad en subsidieverstrekker NWO zijn niet blij met de belasting-plannen van het kabinet. Den Haag wil namelijk de zogeheten 30 procent regeling voor buitenlands weten-schappelijk personeel versoberen. Buitenlandse werknemers die onder deze regeling vallen, hoeven slechts over 70 procent van hun inkomen be-lasting te betalen. Deze regeling was door het vorige kabinet opgesteld om meer toptalent naar Nederland te lokken. Met het belastingvoordeel kon het salarisniveau ten opzichte van andere landen en onderzoeks-banen in het bedrijfsleven opgekrikt worden. In het nieuwe belastingplan zijn de criteria voor de regeling zo verscherpt dat een veel kleiner deel van de buitenlandse werknemers onder de regeling valt. Daarmee wordt de nieuwe 30 procent regeling voor wetenschappelijk toptalent een wassen neus, vinden de organisaties. Zij willen dat de Tweede Kamer het kabinet vraagt de oude regeling in stand te houden.

Verwerpelijk Staatssecretaris voor het hoger onder-wijs, Halbe Zijlstra, vindt de handel in scripties ‘verwerpelijk en onaccepta-bel’ maar wil het openbaar ministerie niet inzetten om bedrijfjes aan te pak-ken die scripties verkopen. Dat blijkt uit zijn antwoorden op Kamervragen die de PvdA had gesteld. Zijlstra wil zich nog niet met de fraude gaan bemoeien. Dat is aan de examencom-missies, vindt hij.

Bijverdiengrens wel nog van kracht voor bijklusser

Studenten die in het laatste jaar van hun opleiding met de winst van een eigen bedrijf boven de bijverdien-grens van de studiefinanciering uitkomen, krijgen niet langer een pittige naheffing. DOOR VINCENT BONGERS Dat hebben minister van Economische Zaken, Maxime Verhagen, en staatssecre-taris voor Hoger Onderwijs, Halbe Zijlstra, besloten. In een brief aan de Tweede Kamer schrijven de be-windslieden dat ‘regels van de over-heid ondernemende studenten soms in de weg zitten.’ Het ontmoedigt ook

de drang tot ondernemen. Iets wat de ministeries willen voorkomen.

Zijlstra en Verhagen vinden het vervelend dat succesvolle onder-nemers hun gemaakte winst weer terug moeten storten aan de Dienst Uitvoering Onderwijs. Ook beta-len overschrijders de kosten van het onrechtmatig gebruiken van de OV-kaart.

Voor 2011 ligt de bijverdiengrens overigens op € 13.215,83 bruto. Ver-hagen gaat de grens zo inrichten dat deze ‘niet meer nadelig werkt voor studenten die tijdens of meteen na hun studie een eigen bedrijf begin-nen.’ De minister telt dan ook de winst uit de onderneming in het jaar

van afstuderen niet langer mee. Het gaat het kabinet nadrukkelijk

om studenten die een eigen bedrijf hebben. Studenten die bijvoorbeeld ergens achter de bar staan en boven de grens uitkomen, moeten gewoon betalen.

Volgens de ministeries profiteren ruim 1.100 ondernemers van de soe-pelere regels.

Het kabinet wil verder dat univer-siteiten flexibeler omgaan met stu-denten die een bedrijfje opstarten. Zo kan er wel gesleuteld worden aan de aanwezigheidsplicht voor ondernemers en moet onderwijs en ondernemen meer aan elkaar gekop-peld worden.

Tegemoetkoming voor ondernemer

De jaarlijkse Times Higher Edu-cation ranglijst van beste univer-siteiten is weer uit. Nederlandse universiteiten staan veel hoger dan verleden jaar. Dat lijkt op het eerste gezicht opmer-kelijk, omdat het er in Nederland niet heel anders aan toe gaat dan het jaar ervoor. De oorzaak zit hem erin dat de opstellers van de ranglijst – net als het jaar ervoor – de criteria waarmee ze de top 200 bepalen om hebben gegooid. Ondanks alle verwarring geldt de lijst samen met de Shanghai Ranking van Jiaotong University als een van de belangrijkste indicatoren van wat een universiteit voorstelt. Ook lijkt de positie daadwerkelijk een rol te spelen bij het aantrekken van buitenlandse studenten.

Wat dat betreft, is de stijging van Nederlandse universiteiten dus goed nieuws. Sterker nog: na Groot-Brit-tannië en de VS is het het land met de meeste universiteiten in de top-200. Van alle Nederlandse universitei-ten staat de Universiteit Utrecht het hoogste, op de 68ste plaats. Leiden staat dit jaar op nummer 79. BB

Moet ik ook naar DWDD? Het Rathenau Instituut, een on-afhankelijk adviesorgaan van het ministerie van Onderwijs, heeft een relevantiewijzer ontworpen waarin onderzoekers kunnen ont-dekken hoe valorisatie, het waar-devol maken of benutten van we-tenschappelijke kennis, bij hen past. Barend van der Meulen van het Ra-thenau Instituut, waarom hebben jullie deze relevantiewijzer ont-worpen? ‘In beleidsstukken wordt vaker over valorisatie gesproken in

het kader van geld verdienen. Wij willen laten zien dat er veel meer ma-nieren zijn om te valoriseren. Je kunt denken aan het gebruik van kennis van wetenschappers van geesteswe-tenschappen in musea, sociaal we-tenschappers die advies geven over stadsontwikkeling, of kennis van bouwkundigen om vernieuwend te kunnen bouwen.’

In de relevantiewijzer komen ver-schillende voorbeelden van valo-risatie naar voren: een workshop geven bij een bedrijf, het schrijven

van een opiniestuk, aanschuiven bij De Wereld Draait Door. Houden wetenschappers nog wel tijd over voor onderzoek? ‘Dat zijn precies de vragen die we los willen maken met deze relevantiewijzer. Welke ken-nis wil je graag overbrengen? Welke vorm past bij je? Kun je zelf initiatief nemen hoeveel tijd je daaraan wilt besteden. Dat ligt niet bij de staats-secretaris, die daar dan regels voor opstelt. Dat ligt bij de onderzoekers, op de werkvloer.’

Is valorisatie voor wetenschappers

belangrijker geworden? ‘Ja, al is het een discussie die al jaren loopt. Aan de ene kant is er de roep vanuit de samenleving dat wetenschap iets op moet leveren. Er zijn genoeg maat-schappelijke sectoren te noemen die belang hebben bij wetenschappelij-ke kennis, die kunnen niet zonder. Maar je kunt niet zeggen: “Het levert wel wat op, maar dat duurt nog twin-tig jaar.”’ DJZ Doe de Relevantiewijzer op www.rathenau.nl/relevantiewijzer

Nieuws

4 Mare · 13 oktober 2011

Nederland stijgt op Times-ranglijst

Page 5: Mare, jaargang 35, nr. 6

Uit cijfers van de Dienst Uitvoering Onderwijs bleek onlangs dat steeds meer buitenlandse studenten in Nederland een lotingstudie volgen. In vier jaar tijd was het percentage buitenlanders met tien procent gestegen.

De SP- en PVV fracties in de Tweede Kamer vreesden voor het lot van de Nederlandse student, die wel eens verdrongen zou kunnen worden door buitenlanders.

In Leiden is er wel sprake van een kleine stijging van het aantal buiten-landse studenten bij lotingstudie ge-

neeskunde. Van een verdringingsef-fect is volgens een woordvoerder van de opleiding eigenlijk geen sprake: ‘Het aantal buitenlandse studenten is dit jaar bijvoorbeeld wel gestegen van vijf naar acht. Op een totaal van 315 is dat natuurlijk een klein verschil.’

De stijging van bijna veertig pro-cent van het aantal buitenlanders bij medicijnen lijkt spectaculair omdat het om zulke kleine aantallen gaat. Absoluut stelt het weinig voor. Iets meer dan 2,5 procent van het totaal aantal eerstejaars Leidse geneeskun-destudenten komt niet uit Nederland.

Maar een forse stijging bij genees-kunde was ook niet te verwachten. ‘Het is een Nederlandstalige oplei-

ding met strenge eisen met betrek-king tot taalbeheersing’, zegt de woordvoerder. ‘We krijgen dan ook vrijwel alleen Belgen en Duitsers bin-nen. De Duitsers blokken dan vaak nog de hele vakantie om het Neder-lands onder de knie te krijgen.’

Ook bij de fixusopleiding psycho-logie is er geen opvallende toestroom van buitenlanders. ‘We hebben geen Engelstalige bachelor’, zegt Anna Zandvliet, secretaris van het insti-tuutsbestuur van psychologie.’ ‘Dus ook wij laten alleen studenten toe die het Nederlands goed beheersen. Ik weet de exacte cijfers niet maar er is zeker geen sprake van een forse toe-name.’ VB

Meneer de Professor Nieuws

13 oktober 2011 · Mare 5

Weinig buitenlanders bij Leidse lotingstudies2,5 Procent buitenlanders in eerste jaar geneeskunde

Multidimensionaliteitstraining

Deze week ben ik in gesprek gegaan met de opleiding biologie. Naast de viola d’amore heb ik namelijk van kindsbeen af nog een hobby: het biologisch-dynamisch tuinieren. Mijn plan was dit te vatten in een volwaardig minorcurriculum. Immers, ik heb recht op academische erkenning voor mijn identiteit, zo ontdekte ik onlangs.Hoe dat zo? Het zit als volgt: terwijl onze minister-president en ons belangrijkste Ka-merlid het erover eens zijn dat we in Nederland vooral ‘normaal’ moeten doen, heeft Leiden ontdekt dat die eeuwige kop boven dat maaiveld, die eeuwige Hollandse mid-delmaat vreselijk beklemmend werkt. We moeten ons niet schuilhouden achter de massa; we moeten onze verschillen vieren! Juist ja. De “week van de diversiteit” is geboren. De regenboog waarmee ons toch al zo oogstrelende stationsgebouw is versierd, wijst meteen al de weg: hier gebeurt iets. Hier zou alles anders worden. Verhalen geleefd, geschiedenissen geschreven. Een foldertje in mijn postvak: maandag een ‘multidimensionaliteitstraining’, dinsdag een ‘coming-out yoga-ochtend’. Daarnaast talloze workshops, van ‘lego voor bejaarden’ en ‘zelfrespect voor PVV-ers’ tot... ‘politiek correct tuinieren’! (Groente links, en alle asiel-zoekende beestjes zijn welkom). Begrijpt u wel hoe ik aan mijn idee kwam?‘The only way is up’, dichtte de chansonnière Yazz aan het eind van de jaren tachtig. Niet alleen heeft de universiteit zichzelf in de afgelopen 436 jaar opgestuwd in de vaart der volkeren, zij heeft ook geijverd om zoveel mogelijk zielen daarin mee te ne-men, dus: naast het aansturen op een fusie met de - ook heel diverse - universiteiten van Rotterdam en Delft, komt er meer diversiteit in het Leidse onderzoek en onderwijs. Dat betekent concreet dat we ophouden één bepaald idee van waarheid op te leggen aan studenten: elk antwoord dat op een tentamen wordt gegeven, is gewoonweg goed. De mogelijkheden zijn immers eindeloos: terwijl de rech-tenfaculteit overweegt een leerstoel Shariarecht in de Praktijk in te stellen, is elders al de nieuwe UHD Confucianistische geografie recent beëdigd. Bij letteren wordt de master European global expansion aangevuld met European global implosion - en ook dat bracht me weer bij mijn passie voor de broccoli en de andijvie. Want als de voedselprijzen blijven stijgen, en als de wereldwijde financiële crisis doorzet, moet dan niet elke wereldburger iets afweten van dit prachtvak? De astraal-etherische werking van koehoornpre-paraten en de invloed van de stand van de he-mellichamen zijn in de oude tuinbouw tot nu toe schandelijk verwaarloosd.Hulde voor de diversiteit! Leve mijn broccoli!

D.M. SandersReageren? Tips of suggesties? Mail op [email protected]

Prof. D.M. Sanders is gastonderzoeker aan de Universiteit Leiden. Op deze plek doet hij voortaan wekelijks verslag van zijn indrukken.

De Britse futuroloog Aubrey de Grey sprak dinsdag op een symposium van de Leidse verouderingsacademie, onderdeel van het LUMC. De Grey is van mening dat de vor-deringen in geneeskunde en technologie dusdanig hard gaan, dat de eerste mensen die duizend jaar oud zullen worden, nu al geboren zijn. De Leidse gerontoloog Rudi Wes-tendorp was conservatiever, maar ook hij komt voor de jongste kinderen uit op een levensverwachting van rond de honderd jaar. Foto Marc de Haan

We worden duizend jaar!

De woordvoerders Hoger Onder-wijs van VVD en PvdA – ook wel bekend als Duo Penotti - debatteer-den afgelopen maandag in Leiden. ‘Er staan te dure prullenbakken.’ ‘Studenten zijn niet zielig’, zegt Anne-Wil Lucas, woordvoerder ho-ger onderwijs voor de VVD in de Tweede Kamer. Haar collega van de PvdA, Tanja Jadnanansing, is het hier mee eens: ‘Maar je hebt wel een vangnet nodig voor studenten met weinig middelen.’ De filosofie van beide partijen wordt zo kernachtig samengevat.

De twee Kamerleden waren uitge-nodigd door de Leidse partijafdeling om in café-restaurant de Branderij over de toekomst van het hoger on-derwijs te discussiëren.

De twee kruisen de laatst tijd vaak de degens. ‘We zijn een rondtrekkend gezelschap’, zegt Jadnanansing. ‘We worden al Duo Penotti genoemd’, aldus Lucas. Wie de twee naast el-kaar ziet staan, begrijpt de associ-atie. Jadnanansing heeft Surinaams Arubaanse wortels en bij Lucas past de omschrijving ‘blond en Hollands.’

‘Ik ben lid van een partij die met de PvdA strijdt om wie het eerst op tien zetels staat’, zegt Joery Strijtveen, de debatleider deze avond. ‘U raadt het al: het CDA.’ Strijtveen is net afgestu-deerd politicoloog en duogemeente-raadslid in Leiden.

De langstudeerboete staat als eer-ste op het programma. ‘Onfatsoen-lijk en onrechtvaardig’, vindt Jad-nanansing. ‘Ik heb er echt een hekel aan. Vooral omdat de regels tijdens het spel worden veranderd.’

Lucas is niet geheel onverwacht een stuk milder. ‘Je mag zes jaar doen over een opleiding van vier jaar. Stu-denten vergeten soms dat de 1700 euro collegegeld maar een schijntje is van de totale kosten. De overheid subsidieert nog eens duizenden eu-ro’s. Als je er te lang over doet, is het redelijk dat je meer betaalt.’ Beiden vinden overigens wel dat studenten die fulltime besturen zich moeten kunnen uitschrijven.

En ze zijn het verder op veel punten roerend eens. De spilzucht van universiteitsbestuurders kan bijvoorbeeld drastisch ingeperkt worden. Lucas: ‘De universiteit van

Utrecht laat nieuwe gebouwen ont-werpen door Rem Koolhaas. Leuk, maar te duur. Ook was ik laatst bij een hogeschool op bezoek. Ik zag in een zaal tientallen dure prullen-bakken staan, dat kan minder.’ ‘Het-zelfde geldt voor dure feesten’, vindt Jadnanansing. ‘Van sommige uitga-ven zakt echt je broek af.’

Ook stellen ze allebei vast dat de prijzen die universiteiten vragen voor de tweede master veel te hoog zijn.

Na afloop van het debat blijkt dat de twee toch wel een ander beeld van de toekomst van het hoger onderwijs voor ogen hebben. Er komen steeds meer studenten maar de onderwijs-begroting blijft ongeveer even hoog. Per student is er dus minder geld te besteden.

Volgens Lucas is dat op te vangen: ‘Als we een sociaal leenstelsel invoe-ren dan blijft het systeem betaalbaar en kan zelfs de kwaliteit omhoog.’ Jadnanansing is het daar niet mee eens.

‘De kost moet voor de baat uit-gaan. Zonder extra investeringen gaat het echt niet lukken.’ VB

Betaald parkeren voor universitair medewerkers geldt al in de binnen-stad. Per 1 september moeten ook de bèta’s gaan betalen: 150 euro per jaar. Nu is parkeren voor medewer-kers en studenten nog gratis. Vanaf 1 september moet ook de bè-tafaculteit eraan geloven: betaald parkeren op alle parkeerplekken van de universiteit. In de faculteitsverga-dering van de bètafaculteit ontstond hier enige ophef over. Peter Gast van het Leids Instituut Onderzoek Natuurkunde: ‘Het is altijd gratis geweest hier. Ik vind het raar dat het nu ineens betaald wordt. In de bin-nenstad kan ik het begrijpen, maar hier in de polder niet.’

Ook zal de komende tijd door de nieuwbouw van de campus het aan-tal parkeerplaatsen tijdelijk afne-men. In totaal zullen er 407 plaatsen verdwijnen. Over vijf jaar moeten er

echter weer 500 plaatsen bijkomen. Gast: ‘Ik denk dat het voordeel altijd is geweest dat hier ruime parkeer-plaatsen waren zodat je tijdens Open Dagen en Wetenschapsdagen men-sen kunt ontvangen. Het is jammer als dat zou verdwijnen.’

De faculteit mag zelf bepalen voor wie de plekken die overblijven zul-len zijn. Uit de faculteitsvergadering werd duidelijk dat deze voorname-lijk voor de medewerkers zullen zijn.

Eefje Aerts (BeP) maakt zich voor-al druk omdat ook studenten dan geen plek meer zouden hebben. ‘Ik hoor van veel studenten die nu nog bij hun ouders wonen en met de auto hierheen komen.’

Bij alle parkeerplaatsen van de universiteit zal vanaf september het-zelfde bedrag van 150 euro per jaar gelden, vertelt universitair voorlich-ter Caroline van Overbeeke. HB

Bèta’s moeten betalen voor parkeren

Minder masters door sociaal leenstelselTwintig procent van de studenten kiest ervoor geen master te doen als het sociaal leenstelsel in de master-fase wordt ingevoerd en het gratis reisrecht wordt verkort. Dat blijkt uit onderzoek van Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) onder 1.200 studenten. 41 Procent van de respondenten gaf aan voor een andere master te kiezen, mochten de maatregelen inderdaad doorgang vinden. Het kabinet wil per augustus 2012 het leenstelsel in de masterfase invoeren. Dit betekent dat studenten dan geen studiebeurs meer ontvangen, maar tegen gun-stige voorwaarden kunnen lenen. De terugbetalingstermijn wordt op-gerekt van vijftien naar twintig jaar.

Ook de tijd dat studenten gratis mogen reizen wil het kabinet in-korten. Nu is dat de nominale stu-dieduur plus drie jaar, dit moet de nominale studieduur plus één jaar worden. De plannen moeten nog goedgekeurd worden door de Eerste en de Tweede Kamer.

Volgens het onderzoek heeft af-schaffing van de basisbeurs in de masterfase voor meer de helft van de studenten invloed op hun mas-terkeuze. ISO vreest dat dit ten kos-te gaat van tweejarige bèta-masters. Ook voor extracurriculaire acti-viteiten zou een eventueel sociaal leenstelsel effect hebben: 37 procent zou hiermee stoppen of er niet aan beginnen, 38 procent zou er minder tijd aan besteden. DJZ

‘Van sommige uitgaven zakt je broek echt af ’

Page 6: Mare, jaargang 35, nr. 6

‘De lucht is hier schoner’ 6 Mare · 13 oktober 2011

> Vervolg van de voorpagina

De Chinese heren betalen wel het genoemde collegegeld. Hun situatie is anders dan die van de Taiwanese studenten, omdat ze eerst een aantal jaar gewerkt hebben voor ze naar Nederland kwamen om een master te vol-gen. ‘Voor dat geld mag je dus wel iets betere service verwach-ten’, zegt Yu. Hiermee doelt hij niet alleen op de ontbrekende magnetron. De universiteit is minder internationaal dan de heren hadden verwacht. ‘Op Schiphol was ik verbaasd over het feit dat alle bordjes in het Engels waren. Maar toen kwam ik op de universiteit en was het een raadsel hoe de printer werkt. Bijna alles hier is in het Neder-lands, zelfs in de bibliotheek.’

Daarnaast vindt Yu het jam-mer dat de universiteit zo wei-nig activiteiten organiseert. De studie heeft geen eigen ruimte of gebouw, dus na de les vertrekken alle studenten weer naar huis. Om die reden is het moeilijk om andere studenten te leren ken-nen. Er zijn weliswaar studenten-verenigingen voor buitenlandse studenten, maar de activiteiten daar kosten doorgaans geld. Xia, gespecialiseerd in Chinese kunstgeschiedenis, was verbaasd dat er tijdens Chinees Nieuwjaar op het sinologisch instituut geen rode lantaarn te bekennen was. ‘Het is goed dat studenten zo-veel dingen organiseren, maar de universiteit kan daar ook wat in betekenen.’ PM

Yingchun Yu (William) studeert literatuurwe-tenschappen. ‘Ik moet nog erg wennen aan Nederland. Ik ben hierheen gekomen omdat het onderzoekssysteem ver gevorderd is. Toch is het leven hier niet helemaal wat ik me er bij voorgesteld had. Nederlanders praten veel, maar daarbij houden ze niet altijd rekening met andermans gevoelens. Chinezen zijn stiller, maar denken beter na over wat ze zeggen. Ne-derlandse studenten zijn ook minder ambitieus dan Chinese studenten. Ze denken niet veel na over hun toekomst en dromen, of is het onbe-leefd om dat te zeggen? Ze houden van uitgaan en drinken veel, hun vriendschappen zijn vrij oppervlakkig. Soms vind ik het wel gezellig, maar ik houd meer van tai chi en van Chinese thee. Ik leer hier ontzettend veel, vooral over het leven en over mezelf.’

Yichen Xiao (Joyce) studeert Engels in Taiwan, hier Dutch Studies ‘In Taiwan kennen we Europa uit films als Pride and Prejudice’, dus we hebben er een heel romantisch beeld van. De Europese gebouwen zijn mooi en de geschiedenis is erg in-teressant. Ik ben gek op yoghurt, kaas en melk, maar dat is in Taiwan heel duur. Hier kan ik het elke dag eten. De druk om te presteren is hier ook minder hoog. In Taiwan bestaat ons hele leven uit tentamens maken. Het is fijn dat we hier ook tijd heb-ben voor andere dingen. Het Nederlandse onderwijssysteem is wel anders dan ik had verwacht. In Taiwan studeer ik Engels en praten we tijdens de les veel met elkaar. Hier heb ik vooral hoor-colleges, dus er is maar weinig interactie. Voordat we naar Ne-derland kwamen, hebben de Taiwanese uitwisselingsstudenten een Facebookpagina aangemaakt. Kort na aankomst spraken we af. We eten vaak samen en helpen elkaar om aan een fiets of meubels te komen.’

Foto’s Taco van der Eb

Yaxuan Zhang (Rosa) studeert journalistiek in Taiwan, hier Dutch Studies. ‘Ik heb mijn afstuderen uitgesteld om naar Nederland te gaan. De punten heb ik eigenlijk niet meer nodig. Vroeger ben ik met mijn ouders een aantal keer naar Amerika geweest, maar nog nooit naar Europa. Onze universiteit heeft een uitwisselingscontract met een aantal andere universiteiten. In Europa kon ik kiezen uit Finland of Nederland. De taal-eisen in Finland waren te streng, dus ging ik naar Leiden. Nederland ligt lekker centraal. Vanaf hier kunnen we makkelijk naar andere landen in Europa reizen. We zijn net terug uit Engeland, volgende maand gaan we naar Italië en in de kerstvakantie willen we naar Parijs. Als ik straks een baan heb, is het moeilijk om tijd en geld vrij te maken voor een reis naar Europa. Daarom is dit een geweldige kans. Ik mis niet veel dingen uit Taiwan. De lucht is hier schoner en het leven is rustiger. Maar ik mis natuurlijk wel mijn familie, mijn scooter en de karaokebar.’

Jingxiang Zhan (William) studeert scheikunde en biologie in Tai-wan, hier geneeskunde. ‘In eerste instantie wilde ik graag in Ame-rika studeren. Mijn universiteit heeft een uitwisselingscontract met een universiteit in Albuquerque. Toen ik de stad opzocht op de kaart, kwam ik tot de ontdekking dat de plaats niet ideaal is. De universi-teit staat ook niet hoog in de Shanghai Ranking List. Toen kwam ik bij Leiden uit. De universiteit heeft een goede naam. In Taiwan is het heel makkelijk om een universiteit op te richten, daarom zijn er honderden. Een universitair diploma is dus niet altijd evenveel waard, het is belangrijk waar je gestudeerd hebt. Het onderwijssysteem in Taiwan is erg competitief. Gelukkig kreeg ik de mogelijkheid om naar het buitenland te gaan. In de meeste werkgroepen ben ik de enige buitenlander, dus ik ken al veel Nederlandse mensen. Ik wil hier graag zoveel mogelijk reizen. Het liefste zou ik gaan couchsurfen, maar we reizen meestal met vier of vijf mensen. Dat is voor couchsurfen te veel.’

Page 7: Mare, jaargang 35, nr. 6

De reizende slangenvoorstelling doet Leiden aan. Mare leerde dat je best trots mag zijn op de adder. ‘Als er een bonte specht zit, laat je hem ook aan je vrien-den zien.’ Wat is een slang? De ‘slang’ die je in de Nederlandse natuur het vaakst tegenkomt, is helemaal geen slang. De hazelworm, een glanzend beestje van een paar de-cimeter lang is technisch gespro-ken een hagedis, maar dan zonder pootjes. ‘Hazelwormen hebben beweegbare oogleden en gehoor-gangen – alle slangen zijn doof ’, vertelt Serpo-directeur Walter Ge-treuer. Het Delftse reptielenhuis is al jaren aan het verbouwen, en daarom neemt hij zijn slangen nu mee in een reizende tentoonstel-ling. Die is deze weken in Leiden te zien.‘Bovendien kunnen hazelwormen hun staart afwerpen’, vervolgt hij. ‘Slangen zijn echt andere dieren dan hagedissen, al stammen ze er wel van af.’ Nonchalant opent Getreuer een terrarium met drie koningspythons. ‘Als je goed kijkt, zie je dat er nog overblijfselen van de poten aanwezig zijn.’ Hij wijst naar de kleine klauwtjes aan de achterkant. ‘Tijdens het paren ge-bruiken de mannetjes die om de vrouwtjes te kriebelen.’In de slangententoonstelling die tot volgende week zondag in de Hortus te zien is, bevindt zich ove-rigens ook een grote hazelworm. Het is een zogeheten scheltopusik van meer dan een meter lang, die van nature voorkomt in Grieken-land, Bulgarije en de Balkan.

En in Nederland? Behalve die ha-zelworm telt Nederland drie ‘ech-te’ slangen: de ringslang, de gladde slang en de adder. De adder is de enige giftige van die drie. Die is het makkelijkst te onderscheiden door zijn oogkleur: adders heb-ben rode of donkeroranje ogen.

Houd er rekening mee dat al deze soorten bij wet beschermd zijn, en dat je strafbaar bent als je ze verstoort. Wie een slangennest in zijn tuin vindt, kan daar maar het beste trots op zijn. Getreuer: ‘Als er een bonte specht zit, laat je hem ook aan je vrienden zien.’ Nesten van adders in tuinen heeft hij nog nooit meegemaakt.

Wat zijn de hoogtepunten van de slangenexpo? ‘Ik heb een albino-cobra. Ik vind dat heel bijzonder, maar het publiek eigenlijk niet zo. Ze zeggen, “Oh, een witte slang”, en dan lopen ze door. De lanspunt-slang vinden ze interessanter, want die was in het nieuws toen er een paar jaar terug een denkbeeldig exemplaar ontsnapte.’Zelf vindt hij de groefkopadder interessanter: de groeven in de kop zijn om warmte mee waar te nemen. ‘Dat kunnen ze tot op de drieduizendste graad celcius nauwkeurig. Als je ze met hand-schoenen aan hanteert, zullen ze nooit in je handschoen bijten: je pols is ietsje warmer.’Ook wijst Getreuer op twee ge-vlekte hagedissensoorten die hij meeheeft: de korstha-gedis en het gilamon-ster. ‘Het zijn de enige twee soorten hagedis met een giftige beet. Alle andere soorten kun je dus gewoon oppakken.’

Maar hoe gevaarlijk zijn slangenbeten dan? Gemiddeld worden in Nederland zo’n drie mensen per jaar door een adder gebeten. Daar kan je goed ziek van wor-den, maar dood ga je er in de regel niet aan. De me-dische literatuur vermeldt drie dodelijke adderbeten in Nederland, waarvan de

laatste in 1946 plaatsvond. Ter verge-

lijking: volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek overleden er tus-sen 1996 en 2006 vijftien mensen na hondenbeten. In dat laatste jaar gingen 50.000 (!) mensen naar hun huisarts nadat ze door een hond wa-ren aangevallen.Slechts tien procent van de slangensoor-ten in de wereld is giftig. De meeste daarvan zijn voor-al giftig voor hun prooidieren: men-sen zijn veel groter, en hebben minder te vrezen. Hoeveel doden gifslangen wereldwijd veroor-zaken, is onbekend. De beten vinden namelijk vooral plaats in tropische landen met veel na-tuur en mensen die

op het platteland wonen, en daar is de administratie van doodsoor-zaken minder grondig dan hier. De schattingen lopen uiteen van 20.000 tot 125.000 doden per jaar. Zelfs als je gebeten wordt door een gifslang, loopt dat meestal goed af. Getreuer: ‘70 Procent van de beten is een zogeheten droge beet, waarbij de slang geen gif injecteert. Ter illustratie: een bepaalde cobrasoort heeft genoeg gif om van 1250 kilo muizen de helft binnen een dag te laten over-lijden. Toch overleeft 97 procent van de mensen een beet van zo’n dier. Als al die mensen de juiste medische behandeling zouden krijgen, zou het percentage nog lager zijn.’Er zijn mensen die zich juist expres laten bijten door slan-gen: ze gebruiken het gif als een drug. Over het algemeen zijn slangenjunks niet de beste dier-verzorgers: ‘We hebben laatst nog alle slangen weggehaald bij zo ie-mand’, vertelt Getreuer. Hij bena-drukt dat dit een riskante manier is om aan je high te komen. ‘Je laat de slang eerst in een spons bijten en daarna in je arm. Maar als hij een droge beet in die spons geeft en een kletsnatte in je arm, ben je er wel geweest.’ Aan de reuzenpad die hij heeft meegenomen naar Leiden, hoef je ook al niet te lik-ken: die is alleen maar giftig-giftig, niet hallucinogeen-giftig.

Dus? Dat er zelfs mensen zijn die zich recreatief laten bijten, bete-kent niet dat je slangen moet on-derschatten. Twee van de dieren die Hortus te zien zijn, hebben hun eigenaar het ziekenhuis in gebeten. De Nederlandse adder mag dan meevallen, maar in Europa zijn wel degelijk echt gevaarlijke slan-gen te vinden. De zandadder die in de Balkan woont, is de giftigste soort

van het continent. ‘In Frankrijk heb je de aspisadder, een dier met een verraderlijk gif. De beet ziet er mild uit. Zo mild, dat slachtof-fers soms zelfs uit het ziekenhuis worden ontslagen. En dan ineens kan hun bloed niet meer stollen, en druipt het uit hun oren en neus naar buiten. We adviseren dan ook om mensen altijd 48 uur in het zie-kenhuis te houden na een beet van deze slang.’ Waarom wil iemand een giftige slang als huisdier? ‘Sommige mensen gebruiken een slang als een verlengstuk van henzelf. Het pitbull-effect, zeg maar. Daarnaast heb je serieuze slangenliefhebbers. Die beginnen met een rattenslan-getje, maar verhogen daarna tel-kens de moeilijkheidsgraad. Dat geeft een nieuwe dimensie aan je hobby. Ik vind het jammer dat sommige slangen giftig zijn; ik zou ze liever allemaal willen hanteren. Hier heb ik naar verhouding veel gifslangen, want mensen willen de slangen zien die ze kennen.‘De bedoeling van de expositie is om mensen op een positieve ma-nier in aanraking te laten komen met slangen, en ze objectieve ver-halen te vertellen. In het begin zoekt de bezoeker de superlatie-ven: de grootste slang, de giftigste slang, enzovoort. Maar als ze de bordjes lezen, blijven ze toch lang binnen.’

DOOR BART BRAUN

Expositie: Serpo 6 tm 23 oktoberHortus Botanicus Leiden.De Hortus is gratis toegankelijk voor studenten en houders van een museumjaarkaart, maar voor de expositie geldt een toeslag van € 4,50.

13 oktober 2011 · Mare 7

Wetenschap

Reizende slangen in de Hortus

Meestal ga je niet dood

Page 8: Mare, jaargang 35, nr. 6

Maretjes

Prof.dr. H. Putter zal op 14 oktober met het uitspreken van de oratie be-noemd worden tot hoogleraar aan de Faculteit der Geneeskunde om werkzaam te zijn op het gebied van de Longitudinale Data-Analyse. Y. Qin zal op dinsdag 18 oktober om 15.00 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurweten-schappen. De titel van het proef-schrift is ‘Cell adhesion signalling in acute renal failure’. Promotor is Prof.dr. B. van de Water.J.M. Castro Perez zal op dinsdag 18 oktober om 16.15 uur promove-ren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Dynamic System-Wide Mass Spectrometry based Metabolomics’. Promotor is Prof.dr. T. Hankemeier. M.S. Anwar zal op woensdag 19 oktober om 13.45 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Na-tuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Spin triplet supercur-rents in ferromagnetic thin films’. Promotor is Prof.dr. J. Aarts.J.C. Chen zal op woensdag 19 ok-tober om 15.00 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Natuur-wetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Dynamics of H2 on Ti/

Al(100) surface’. Promotor is Prof.dr. G.J. Kroes.C.A.T. Kegel zal op woensdag 19 oktober om 16.15 uur promoveren tot doctor in de Sociale Wetenschap-pen. De titel van het proefschrift is ‘Differential Susceptibility in Educa-tion’. Promotor is Prof.dr. A.G. Bus.C.J.H. Kruip zal op donderdag 20 oktober om 13.45 uur promoveren tot doctor in de Wiskunde en Na-tuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘Connecting the Dots, Analysis, Devolpment and Ap-plications of the SimpleX algorithm’. Promotor is Prof.dr. V. Icke.A.E. van der Hulst zal op donderdag 20 oktober om 15.00 uur promove-ren tot doctor in de Geneeskunde. De titel van het proefschrift is ‘Ad-vanced echocardiography and car-diac magnetic resonance in conge-nital heart disease’. Promotoren zijn Prof.dr. N.A. Blom, Prof.dr. J.J. Bax en Prof.dr. A. de Roos.J. Carreras Puigvert zal op donder-dag 20 oktober om 16.15 uur pro-moveren tot doctor in de Wiskunde en Natuurwetenschappen. De titel van het proefschrift is ‘DNA Damage Signaling Networks from Stem Cells to Cancer’. Promotor is Prof.dr. B. van de Water.

Academische AgendaDe prijs voor een Maretje bedraagt €6,– per 30 woorden, opgegeven via [email protected] uiterlijk t/m maandag 16.00 uur. Ma-retjes aangeboden voor commerciële doeleinden worden niet geplaatst, evenmin als Maretjes waarin zaken worden aangeboden die de waarde van 4.500 euro te boven gaan.

Doe iets met je kennis. Help een leerling op streek in 1 uur per week. Acht leerlingen uit groep 7 en 8 zoe-ken dringend hulp bij taal, rekenen en studievaardigheden; negen leerlin-gen Voortgezet Onderwijs, Kopklas, Brugklas, VMBO, HAVO zoeken hulp bij wiskunde, Nederlands, Engels, aardrijkskunde en Duits; twee leer-lingen Speciaal Onderwijs hebben bijles nodig; 31 leerlingen Ba.O.groep 3 t/m 6 zoeken hulp bij taal en/of re-kenen, van wie vijf met vergoeding. Bijles in Onderwijswinkel, buurthuis Vogelvlucht, of bij leerling of bijles-gever thuis. Onderwijswinke, Drift-straat 77, ma-, wo en do. 15-17 u. Tel: 5214256, LET OP ons e-mailadres is: [email protected].

Gezocht: Voor verschillende on-derzoeken van de afdeling anes-thesiologie van het LUMC zijn wij op zoek naar gezonde mannelijke vrijwilligers (18-45 jr), die tegen ver-goeding mee willen doen aan pijn- en ademhalingsonderzoeken. Indien

u belangstelling heeft, neem dan contact op met drs. Merel Boom, of prof. dr. A. Dahan, tel: 071-5262301 of [email protected].

Vrijwilligerswerk in het buiten-land? Wil je met straatkinderen wer-ken in Azië, Afrika of Zuid-Amerika? Kom naar ons informatieweekend van 25-27 november 2011. Voor infor-matie en aanmelding: www.samen.org

Room to let on the Witte Singel 69, Leyden, for a female tenant who is student or Phd student or scientific collaborator. Rent 457 euro per month. Tel 071 5142099.

Wil je graag je kennis delen? En heb je zin om op kamp te gaan in de kerstvakantie? Kijk op www.ander-wijs.nl!

GEZOCHT: Mannelijke deelnemers voor wetenschappelijk onderzoek. De afdeling Endocrinolgie / Alge-mene Interne Geneeskunde van het LUMC zoekt vrijwilligers voor een onderzoek naar de oorzaak van het vroegtijdig optreden van suikerziekte en hart- en vaatziekten bij Neder-landers van Hindostaanse afkomst in vergelijking tot Nederlanders van Kaukasische (blanke) afkomst. Voor dit onderzoek wordt u onderzocht vóór en na een één week durend

laag-calorisch-dieet. De uitkomst kan belangrijke informatie opleveren over het voorkomen en eventueel behan-delen van suikerziekte. We zijn op zoek naar mannen tussen de 40 en 50 jaar, van Hindostaanse óf Kauka-sische afkomst, met licht overgewicht (BMI 25-30 kg/m2), die niet roken en geen suikerziekte hebben, maar bij wie wel suikerziekte in de familie voorkomt. Deelnemers krijgen een vergoeding van 500 euro plus reis-kostenvergoeding. Voor meer infor-matie kunt u contact opnemen met Mw. L.E.H. Bakker, arts-onderzoeker: 071 - 526 4833, [email protected].

De Leidse Studenten Ekklesia zoekt per 1 nov. a.s. tegen vergoeding een beheerder (m/v) voor haar trefcen-trum Rap100. Taken zijn o.a.: controle na avondactiviteiten op afsluiting, verlichting, verwarming etc. (ca. 23.00 u.), beheer drankvoorraad i.s.m. barcie, op tijd vuilniszakken buiten zetten. De werkzaamheden nemen ca. 20 u. p/m in beslag. Nadere info bij: A. Hoeflaak, e-mail: [email protected], tel. 5766977.

BRES - de huurdersvereniging van SLS Wonen - is per direct op zoek naar enthousiaste bestuursleden voor diverse functies. Dit is een uitstekende mogelijkheid om tijdens je studie serieuze bestuurservaring op te doen en belangrijke invloed

uit te oefenen op het beleid van SLS Wonen. Je bemoeit je met zaken als campuscontracten, huurverhoging, servicekosten en gemeentelijke hef-fingen. Het kost je gemiddeld een paar uur per week voor een maan-delijkse vergoeding van 120,- euro. Interesse? Mail naar [email protected] of neem een kijkje op de website: www.huurders-verenigingbres.nl.

Maretje extra

Jammer, de loopgraven zijn alweer betrokken

Maretjes-extra zijn bedoeld voor semi-commerciële instanties. De prijs voor een Maretje-extra is € 23,– incl. BTW voor elke vijfendertig woorden. U kunt deze advertenties uiterlijk op de vrijdag vóór het verschijnen van Mare opgeven bij Bureau van Vliet B.V., postbus 20, 2040 AA Zand-voort, telefoon 023-571 47 45. E-mail: [email protected]

Beginnerscursussen Mandarijn Chinees: Wenhai taalschool begint 1, 2 of 3 november met acht lessen (lesduur 1,5 uur) Mandarijn, in Lei-den! Enthousiaste docenten, leuk lesmateriaal, incl. afsluitende ex-cursie. €159. Info/inschrijven: www.wenhai.nl

Opinie

8 Mare · 13 oktober 2011

SlavernijUit haar reactie op het openingsarti-kel in Mare 4 met de titel ‘Er bestond geen Black Holocaust’ blijken mijn opmerkingen over de relatief gunsti-ge materiële welvaart van de slaven ten tijde van de koloniale slavernij universitair docente antropologie Rivke Jaffe in het verkeerde keelgat te zijn geschoten. Volgens haar had de journalist van Mare helemaal niet mogen vragen naar de positieve kan-ten van de slavernij, ook al zouden die er geweest zijn. Dat zou maar tot ‘goedpraterij’ leiden. Jaffe is even-min gecharmeerd van het feit dat Gert Oostindie, Lotte Pelckmans en ik in vrijwel eensluidende bewoor-dingen uitlegden dat de ophef over de afbeeldingen van de koloniën op de Gouden Koets op historische on-kunde was terug te voeren, dat de slavenhandel en slavernij niet ten doel hadden de slaven te vermoor-den, en dat alleen een uitgekiend systeem van geven, nemen en het bevoordelen van collaborateurs on-der de slaven het mogelijk maakte dat deze instituties zo lang konden bestaan. Let wel, nergens in haar re-actie komt Jaffe met een wetenschap-pelijk onderbouwde weerlegging van de genoemde feiten. In plaats daarvan wijst zij op het nazisme, dat ieder weldenkend mens nu afwijst ondanks het feit dat dit politieke systeem wellicht ook op een paar positieve resultaten kon bogen.

Mevrouw Jaffe heeft gelijk. Een aantal aspecten van het nationaal-socialisme en fascisme zijn zo ver-werpelijk, dat niemand in his right mind met de kennis van de wereld van na 1945 zulke ideologieën nog zou willen aanhangen. Het woord Auschwitz zegt alles. Maar hoe zat het met de mensen met alleen ken-nis van de wereld van vóór 1945? Het antwoord op deze vraag zal mevrouw Jaffe nooit kunnen geven. Politieke correctheid verhindert haar zich in te leven in de afweging tussen goed en kwaad zoals die in de periode tussen de Wereldoorlogen gemaakt werd. Die handicap maakt het haar onmogelijk om de studen-

ten op wetenschappelijke wijze dui-delijk te maken hoe het kwam dat miljoenen en nog eens miljoenen Europeanen deze radicale ideolo-gieën omarmden. Want zodra ze op zoek gaat naar verklaringen en zou wijzen op de dramatische ontwrich-ting van de maatschappij ten gevolge van de Eerste Wereldoorlog,van de economische wereldcrisis, en van de agressieve ideologieën ter linker-zijde, heeft ze het idee iets fouts goed te praten en laat ze de wetenschap in de steek.

Mevrouw Jaffe heeft gelijk. Sla-venhandel en slavernij worden thans als verwerpelijke instituties gezien. Maar dat was tot het midden van de negentiende eeuw voor het overgrote deel van de Europeanen, Afrikanen en Aziaten helemaal niet zo. Om dat te begrijpen hebben een groot aantal collega’s en ik de laatste veertig jaar veel onderzoek gedaan. Daarbij is gebleken dat de acceptatie van de slavernij door de slaven on-der meer op collaboratie berustte, terwijl men in Europa eeuwen lang vrede had met dat instituut, onder meer omdat de slaven in de kolo-niën er in materieel opzicht zeker niet slechter aan toe waren dan het proletariaat in West-Europa, om van de horigen in Oost-Europa en van de slaven in Afrika zelf maar te zwijgen. Dat die bevindingen door mevrouw Jaffe worden afgedaan als ‘lomp’ en ‘provocatief ’ bewijst weer de verwoestende werking van de po-litiek-correcte cocon, waarin zij zich heeft opgesloten. Mevrouw Jaffe is helemaal geen wetenschapper, maar een ‘do- gooder’, die discriminatie wil uitbannen en honderd vijftig jaar na dato nog steeds de – overigens niet verder gespecificeerde - gevolgen van de slavernij wil verzachten. Dat lijken me op zichzelf loffelijke doe-len, maar niet voor een universitair docent. Ga dan werken bij Amnesty of Slavery International.

Mevrouw Jaffe heeft gelijk. De uni-versiteit heeft behoefte aan onafhan-kelijk denkende wetenschappers. Niet aan mensen, die bang zijn dat de uitkomsten van hun onderzoek zullen ingaan tegen de waan van de

dag, het rechtvaardigheidsgevoel, de verheffing van de onderdrukten der aarde of wat dan ook. Dat zijn geen wetenschappelijke doelen. Alles van waarde is weerloos en dat geldt ook voor de wetenschap. In het ergste geval ontslaan we hoogleraren en docenten, die plagiaat plegen en onderzoeksgegevens vervalsen. Po-litieke correctheid is echter veel schadelijker voor het wetenschap-pelijk onderzoek en onderwijs, maar vormt geen reden voor zulke sanc-ties. Waarom eigenlijk niet?

Piet EmmerEmeritus hoogleraar geschiedenis

Slavernij (2)Mare 4 opende met een artikel onder de prikkelende kop ‘Er bestond geen Black Holocaust’. Drie Leidse weten-schappers maken relativerende op-merkingen over de uniciteit van de Atlantische slavenhandel en de door Europeanen, waaronder Nederlan-ders, in de Amerika’s ingevoerde zwarte slavernij. Een week later schrijft de Leidse antropologe Rivke Jaffe een felle reactie onder de titel ‘Waarom niet gewoon toegeven?’ Zij verwijt de drie ‘goedpraterij’, trekt de altijd pijnlijke en dus doeltreffende vergelijking met de Holocaust en vraagt zich af ‘Waarom willen we als Nederlanders zo graag de lelijke kanten van ons verleden verzwijgen, ontkennen of bagatelliseren?’

We zijn weer een week verder, en een van de drie door Jaffe aangeval-len collega’s, emeritus hoogleraar geschiedenis Piet Emmer, wiens opmerkingen en algemene optre-den door Jaffe als ‘lomp’ worden omschreven, schrijft een bijtende reactie terug. Hij was zo vriendelijk mij zijn reactie al op te sturen. Ik weet dus dat hij Jaffe geborneerde politieke correctheid verwijt. Em-mer kwalificeert haar zelfs als ‘hele-maal geen wetenschapper’, maar een ‘do-gooder’, die zo verblind is door haar morele verontwaardiging dat zij eigenlijk niet op de universiteit thuishoort.

Ook ik behoor tot de drie door Jaf-fe gehekelde collega’s, sterker, de kop ‘Er bestond geen Black Holocaust’ is uit mijn mond opgetekend. Ik ervaar dit debat als enigszins bizar. Ik ken en waardeer het werk van Piet Em-mer én van Rivke Jaffe. Beiden ken-nen ook mijn werk; of zij het waarde-ren is iets anders en dat doet er hier minder toe. Wat mij verbaast is hoe eenzijdig Jaffe zich verliest in haar verontwaardiging. Laat ik mij maar beperken tot mijn eigen uitlatingen. Ook ik kwalificeer de slavernij als ‘een systeem dat totaal niet deugt’, want evenmin als Emmer of de derde geïnterviewde, Lotte Pelckmans, leef ik op een andere planeet. Ik bena-druk dat de Europeanen meenden Afrikanen tot slaven te mogen ma-ken uit racistische overwegingen, met als enige doel over hun rug rijk te worden – ‘Dat vinden wij natuur-lijk verwerpelijk.’

Maar dat wij dit nu verwerpelijk vinden is voor een historicus niet bijster interessant. Wetenschappelijk is er nu eenmaal het gegeven dat sla-vernij niet zozeer de uitzondering, maar de regel is in de wereldgeschie-denis. Spannender is de vraag waar, wanneer en waarom slavernij in een kwade reuk kwam te staan, steeds vaker werd verboden en uiteinde-lijk mondiaal als misdaad tegen de menselijkheid werd gekwalificeerd – zelfs met terugwerkende kracht.

Toch domineert die vraag niet in het hedendaagse debat over de herinnering en erfenis van de sla-

vernij. Dat is begrijpelijk, want dat debat dient vooral maatschappelijke doelen: erkenning opeisen en ge-ven, healing, verbanden leggen tus-sen hedendaagse achterstanden en historisch onrecht. In die debatten is het voor een wetenschapper niet eenvoudig een tussenweg te vinden tussen engagement en vakmatige distantie. Emmer pleit er gewoonlijk voor het bij het laatste te laten; de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat wij het regelmatig aan de stok hebben over de wel zeer stellige en in mijn ogen niet altijd erg kiese vergelijkin-gen en boude uitspraken die hij doet om zijn punt te maken.

Jaffe kiest juist de positie van de morele superioriteit en ziet daarom maar af van enige nuance. Mag ik mij dit een moment persoonlijk aantrek-ken? Vijftien jaar geleden bepleitte ik al de oprichting van een monument ter herinnering van de slavernij, als blijk van historisch besef en daarmee ook als teken van insluiting aan de ‘nazaten’. Tien jaar geleden advi-seerde ik de overheid bij het oprich-ten van zo’n monument. Onlangs schreef ik nog de scenario’s voor de vijfdelige televisieserie over slavernij die de NTR op dit moment uitzendt. Nergens een spoor van ontkenning of verzwijgen, integendeel.

Wel ben ik mij, in twintig jaar de-bat, steeds meer gaan verbazen over het gemak waarmee kennis, herin-nering en emotie over dit onderwerp steeds dooreen worden gemengd. Met Emmer zeg ik: dat leidt niet tot serieuze wetenschap. Maar anders dan Emmer, en met Jaffe, was ook mijn eerste reactie bij lezing van het hele artikel dat de toonzetting van het Mare-artikel wel erg klinisch is. Alsof de slavenhandel net zoiets als houthandel was, alsof de slavernij allemaal wel meeviel en geen he-dendaagse sporen achterliet. Dat is natuurlijk onzin. Temeer jammer dat de loopgraven alweer betrokken zijn.

Gert OostindieHoogleraar Caraïbische geschiedenis, directeur van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde

Page 9: Mare, jaargang 35, nr. 6

Denk aan het Hazes-criteriumLiederen op afstudeerborrels varie-ren van tenenkrommend tot hilarisch. Een zelfhulpgids biedt uit-komst. ‘Joke is gestopt met roken en ze kan ook lekker koken? Dat is nietszeggend geneuzel!’

DOOR DIRK-JAN ZOM Het wordt stil in de zaal terwijl het bestuur de bar op klimt. Natuurlijk hebben ook zij iets voor hun pas afgestudeerde bestuur-genootje voorbereid. Maar als ze hun derde lied inzetten, raken mensen ongeduldig, achterin begint iedereen weer te praten. Ook de jaarclub heeft vanavond al een lied gezongen. Niet al te zuiver ook. Hmm, waren zijn huisgenoten ook niet in grote getale aanwezig vanavond?

Het lied: traditie op menig afstu-deerborrel. Soms uitermate verma-kelijk, maar meestal kunnen de zan-gers wel wat advies gebruiken. En dat is er nu in de vorm van de zelf-hulpgids We moeten nog een lied, die universitair docent journalistiek en nieuwe media Willem Koetsenruij-ter schreef samen met tekstschrijver Rinke Berkenbosch en romanschrij-ver Pauline Slot.

Hun missie: een einde maken aan de grootste missers. ‘We komen alle drie regelmatig op feestjes en maken zelf ook muziek’, zegt Koetsenruijter. ‘Maar je ziet dat ook andere mensen liedjes maken en daar is toch wel heel veel leed bij. Mensen steken er zoveel tijd in maar toch wordt het waarde-loos. Zo ontstond het idee dat je met een paar simpele handreikingen het niveau flink omhoog kunt krijgen.

Niet iedereen hoeft te kunnen schrij-ven als een cabaretier, maar als je het nu net even anders had gedaan, dan was het een succes geweest.’

Van buitenlandse kennissen begre-pen de auteurs dat het zelfgeschreven lied een typisch Nederlandse traditie is. ‘Een Belgische collega zei me: “We vinden het altijd een beetje gênant als Hollanders dat gaan doen.” Maar het is een mooie traditie, het moet be-

slist in stand gehouden worden. En met een paar simpele tips kan het al zoveel beter.’

Te beginnen met de verstaanbaar-heid. ‘Je zit toch een avond of twee te zwoegen op zo’n tekst. Vervolgens ga je het zingen, met twintig man. Met ongeoefende zangers wordt het dan gewoon onverstaanbaar. Dat lukt professionele koren al bijna niet. Maar er zijn trucjes om dat op te los-sen. Deel de tekst op, zing om beur-ten en stop die jongen die niet kan zingen in het achtergrondkoortje.’

Of de inhoud, vaak een probleem, aldus Koetsenruijter. ‘Joke is gestopt met roken en ze kan ook lekker ko-ken.’ Waar gaat dat nou over? Het heeft kop noch staart, het is niets-zeggend geneuzel. Je moet een goed verhaal bedenken, een geinige twist.

Dat is lastig, creatief werk.’Grappig moet dus, maar je moet

wel uitkijken dat het voor de toege-zongen persoon ook leuk blijft. Hier-voor introduceren ze het Hazes-cri-terium: als André Hazes erover zong of er persoonlijk mee worstelde, dan is het ongeschikt. Dus geen ziektes, exen, geheimen.

‘Als iemand lang over zijn studie heeft gedaan, kun je daar een lied over maken. Maar als diegene serieus dreigde te stranden en bij een psy-choloog liep, dan is dat niet leuk. Wij vinden het een goede controle om te kijken of het een light-versie is van een probleem of dat iemand er echt erg aan toe is.’

Maar ligt dat bij afstudeerborrels niet net wat anders dan bij een brui-loft? ‘Op een afstudeerborrel liggen de grenzen wel iets ruimer, omdat het binnen een peer group gebeurt. Je kunt je iets meer permitteren. Het is ook iets meer bedoeld om iemand te kakken te zetten. Maar er zijn na-tuurlijk wel grenzen.’

Een voorbeeld: een afstudeerlied voor een meisje dat Evelien heette en een ferme boezem had. ‘Het refrein was: “Evelien, Evelien, laat je tieten nog eens zien.”

Die vrouw had gewoon veel te grote borsten. Dat is niet leuk om daarover dan te zingen. Gewichts-problemen zijn een taboe, ook in dit soort settings.’

Welk lied kies je? ‘Zoek een lied dat bij een bepaalde sfeer past en kijk vervolgens goed naar de origi-nele tekst. Zo’n uitgangslied helpt je vaak met het rijmschema, maar ook met de loop van het verhaal. Jat met

verstand en maak gebruik van de creatieve vondsten van het lied. Het werkt ook vaak grappig om dicht bij de oorspronkelijke tekst te blijven. Neem Een eigen huis van René Fro-ger en maak daarvan: “Een eigen muis, een plek aan een bureau.” Dat werkt grappig.’

Sommige nummers zijn moeilijk te zingen, anderen hebben een te vaak terugkerend stuk tekst, zoals Daar bij de Waterkant. Het boek geeft de best bruikbare liederen, on-der andere Het is een nacht van Guus Meeuwis of Testament van Boude-wijn de Groot.

Te moeilijk: Mexico van de Zange-res zonder naam of Vriendschap van Het Goede Doel.

Als je alles geschreven hebt: ga dan oefenen, zegt Koetsenruijter: ‘Som-migen vertellen met een soort van trots dat ze weinig tijd hebben gehad om te oefenen. Ga dan ook niet tijd vragen van al die mensen op dat feest die moeten stoppen met bier drin-ken. Dat is eigenlijk bij de beesten af. Je moet er gewoon tijd in steken.’

Willem Koetsenruijter, Pauline Slot, Rinke Berkenbosch, We moeten nog een lied. De Arbeiderspers. 160 pagina’s, € 15,-

Het afstudeerlied kan zoveel beter

‘Het refrein “Evelien, Evelien, laat je tieten nog eens zien” is niet leuk’

13 oktober 2011 · Mare 9

Achtergrond

‘Een eigen muis... een plek aan het bureau!’ Foto Taco van der Eb

Do’s Bedenk een thema of punchline, een

grappig zinnetje dat constant terugkomt. Voordelen: het dwingt tot samenhang en is vermakelijk voor de luisteraars. Ook zingt het publiek eerder mee.

Gebruik een rijmwoordenboek. Zo kom je vaak op woorden die je anders niet bedacht had.

Kies een bekende melodie. Probeer het uit om geschiktheid te testen.

Deel niet op het alleraatste moment blaadjes uit. Maar oefen het lied eerst met z’n allen.

Don’ts Niet van papier zingen. ‘Het blad is de

Bermuda-driehoek van het lied, waarin de zanger verdwijnt’, aldus Koetsen-ruijter. Je raakt het contact met de zaal kwijt. Ook uitdelen raadt hij af, dan geef je de clou weg.

Geen microfoon gebruiken.

Zing niet langer dan drie minuten. Het is moeilijk om de aandacht van de zaal langer vast te houden.

Vermijd pijnlijke onderwerpen. Wat precies pijnlijk is, dat is natuurlijk stof voor discussie.

Page 10: Mare, jaargang 35, nr. 6

LAAT ZIEN DAT JIJ ALS TRAINEE THUISHOORT IN EUROPAGA NAAR TRAINEEBIJDEEU.NL EN WIN EEN UNIEKE VIPTRIP NAAR BRUSSEL

Trainee Adv Mare135x100.indd 1 29-09-11 14:42

Het UAF biedt getalenteerde vluchtelingen de kans op een nieuw bestaan.

Geef gevluchte studenten een toekomst in Nederland.

Steun het UAF met 1,50 per maand.SMS STUDIE naar 4333

Sabina 1982 geboren in Azerbeidjan • 2002 gevlucht naar Nederland • 2011 master Europese studies

Wij feliciteren Sabina en alle andere afgestudeerde vluchtelingen.

UAF_Adv_Mare_135 x 200.indd 1 03-10-11 16:34

DOVENCULTUUR EN NEDERLANDSE GEBARENTAAL – I & II Altijd al gefascineerd door de gebarentolk van het journaal? Of kom je via je studie of werk wel eens in aanraking met Doven? In deze workshops kom je meer te weten over de basisbeginselen van de Nederlandse gebarentaal en ga je zelf ook enkele gebaren oefenen. Datum: Dinsdag 8 en 22 november, Tijd: 19.30-22.00 uur Nina Kortekaas ([email protected]) David Knecht ([email protected])

MEDITATIEVE VIERING - IN DE SFEER VAN TAIZÉ Elke laatste woensdagavond van de maand is er een meditatieve viering op Rapenburg 100, voor wie behoefte heeft aan inspiratie, stilte, even op adem komen. Data: woensdag 26 oktober, 30 november en 25 januari Tijd: 18.00 uur maaltijd, 20.30 uur viering Elise Woertman ([email protected])

VERLIES VERWERKEN Het gebeurt je zomaar. Iemand die veel voor je betekent is doodgegaan. Terwijl jouw leven stil staat, gaat het leven om je heen gewoon door. Hoe moet je verder? Studiedeadlines worden niet opgeschoven. Met studenten die in dezelfde situatie zitten, bespreken we in vijf bijeenkomsten de diverse aspecten die je op je weg tegenkomt. In november gaat er weer een groep van start. Meld je voor een kennismakingsgesprek aan bij: Elise Woertman ([email protected])

Rapenburg 100, 2311 GA Leiden

www.ekklesialeiden

Back in Iran, I would be facing the death penalty

Leiden student Yalda Walinezjad fled from Iran five years ago, and though still a constant threat hangs over her, she has founded an institute because she loves her country. “I’m not afraid of anything.”BY HARMKE BERGHUIS “In 2009, I held a lecture on Iran in the Netherlands, and afterwards. I received threats – via the Internet, on the telep-hone and face-to-face. Iranian students in the Netherlands who have good relations with the Iranian embassy said to me: ‘You’re going to re-gret this”, so I laid low for three months.

“But I live in a free country now, I have found out for myself how essential it is live in a free country like the Netherlands instead of an Is-lamic dictatorship. It’s my duty to contribute something to Iran. I’m prepared to do almost anything to achieve my dreams. Freedom of ex-pression means everything to me.”

Yalda Walinezjad (1984) fled to the Nether-lands in 2006. Back in Iran, she was a medical student and very much involved in the campaign for Mohammad Khatami, the predecessor of the current president, Mahmoud Ahmadinejad. Khatami was the president of Iran from 1997 to 2005. According to Walinezjad, his reforms were not very popular with conservative clergy, who really control Iran. “Although he was part of the regime, he was attempting to introduce a few good measures, to reform. Democracy is a process, it needs people like him.”

So she handed out flyers, scrawled his slogans on walls and organised lectures, and this lead to threats and problems at the university, particu-larly with the Head. “There is no such thing as freedom of speech in Iran, but I’m not afraid of speaking out and I am a girl. Campaigns must stop twenty-four hours before to the elections. I was with a group of other students and the conversation turned to Khatami. Then the Head of the university arrived and slapped my face.” She looks up fiercely: “I’m a woman who does not like being forced. It was not the first or the last time someone had struck me, but I realised: this makes me unhappy. I can’t live my life here.”

Not long after that incident, she was driving through the city with her then boyfriend quite late one evening. “We were stopped by men from the Revolutionary Guard, a corps of the Iranian army. They were in civilian clothes, so we just drove on. Then shots were fired, forcing us to stop.” The men walked up to the car and struck her boyfriend’s face with the butt of a rifle. “That was it for me.”

Her friend underwent a lengthy operation, and was jailed directly afterwards. She was ar-rested too, but as her father was a well-known professor, she was released again immediately. “My friend was given sixty lashes of the whip. We left Iran as soon as he was released.”

“The first six months here were very difficult. ‘What am I doing here?’ I would wonder. But I became active straight away, got to know the language. I am a very social person.” After six months, she started two courses, Public Ma-nagement at The Hague University and Public Administration at Leiden University; she is ne-arly ready to graduate from both.

“I’m doing well with the language, I’m doing well at my courses, but on a personal level, things are different. I live two lives. I worry about Iran and my parents. Sometimes I get very lonely. May people say: ‘you have lots of friends, eve-ryone appreciates what you’re doing’, but even so, I’m often very sad. I’m on my own here, I’ve had to give up so much for my dreams: my friends, my family, my country. I haven’t seen my parents since I moved here.

“Sometimes I wonder what I’m doing here and I think: I just want to get a plane straight back to Teheran – with my Dutch passport. Ob-viously, that wouldn’t be a very clever thing to

do. If I ever did return, I’d be sentenced to death, not because I’m so important, but because the regime is terrified of ambitious young people with extensive networks who rebel. I organise political debates on Iran. You are not allowed to criticise the regime. Or, instead of the death penalty, perhaps I’d be locked away in an Iranian prison for the rest of my life. I think I would rather be dead.”

“I love Iran, I love its culture and its people, but the regime frustrates me. I’ve spent some time in Israel. Iranians don’t hate Israel, only the regime hates Israel. This distinction between the people and the regime must be made evident.”

She has founded the Iran Institute partly be-cause of that, and partly because of the unfa-miliarity of the Dutch with Iran – “Iran is quite different to Iraq”. It was opened officially last week and the intention is that is to become an independent knowledge institute, where the media and other interested parties can go for advice and information. “If the papers want to know something about Iran, they contact indi-viduals they find via Google, because there’s no independent institute, and that doesn’t produce a reliable picture.”

The institute will start giving lectures at The Hague University in February 2012, and if Wali-nezjad has her way, they will be followed by a se-ries of lectures at Leiden University too. “We’re still negotiating, but they’re very enthusiastic.”

But what about the people back in Iran, can she help them too? “I can provide information for the people there and give them advice, make their voices heard. Our institute’s network is far-reaching, although, of course, I’m not very po-pular with the Iranian embassy.”

Walinezjad can’t yet say what the consequen-ces of the Arab Spring will be for Iran. “There will be elections in March next year, but eve-rything is still quiet and no names have been announced yet. The things that have happened in Syria and Libya are very relevant to Iran. If the people in Syria can keep up their protests, it will mean a lot to the Iranian people. Even so, I’m not expecting a ‘Persian Spring’: the army in Iran will not support the population like the army in Egypt did.

“The regime must fall, but the question is how? I think we need tough sanctions that re-ally affect the regime, and we need support to groups like liberal student movements that have a very important part in the resistance. In ad-dition, the West should try to improve free ac-cess to the Internet and to support organisations that post news on Iran and that are dedicated to liberal, democratic values.”

Though Walinezjad has fled to the Nether-lands, the regime still won’t leave her alone: her Facebook account is frequently down, for instance. “Recently, I heard that someone in London was trying to log into my account. But I can’t say any more about the threats – my pa-rents are still in Iran. I just want to let the regime know that I am strong and I’m not afraid of any-thing. I don’t care if it ends in my death. These are my dreams and I will fight for them.”

Student wants to teach the Dutch about Iran

10 Mare · 13 oktober 2011

English page

Yalda Walinezjad: “Sometimes I just want to get a plane straight back to Teheran.” Photo by Taco van der Eb

Page 11: Mare, jaargang 35, nr. 6

F I L MTRIANONThe Three Musketeers 3D Dagelijks 18.45 + 21.30 za. t/m wo. 14.15De Bende van Oss Dagelijks 18.45 + 21.30HET KIJKHUISJane Eyre Dagelijks 19.00 ( ma. niet )Melancholia Dagelijks 21.30 ( ma. niet )Min Dit: The Children of Diyarbakir Ma. 19.00 film met debat.Midnight in Paris Dagelijks 19.30 + 22.00LIDO STUDIOJohnny English Reborn Dagelijks 18.45 + 21.30. Za. t/m wo. 13.00 + 15.45All Stars 2 Old Stars Dagelijks 18.45 + 21.30 Crazy, Stupid, Love. Dagelijks 21.30Friends with Benefits 12 jr.Dagelijks 18.45 + 21.30

M U Z I E KSTADSGEHOORZAALBella ItaliaVr 14 okt 20.15 u v.a. €14,50Carmina BuranaZo 16 okt 14.30 u v.a. €34,50 LVCDecadance – 10 years Cosmic CombinationZa 15 okt 23.00 u €11,-COC DE KROONComing out day partyVr 14 oktQBUSIsrael nash gripka & the fieros (usa)Ma 17 okt 21.00 u €12,-

T H E AT E RLEIDSE SCHOUWBURGWhen Harry met SallyDi 18 okt 20.15 u v.a. € 24,50Micha Wertheim – Voor de zoveelste keerWo 19 okt 20.15 u v.a. €15,- LAKTHEATERHet Internationaal Danstheater: SubwaysVr 14 okt 20.30 u v.a. €13,50 Helmert Woudenberg: ÜbermenschDo 20 okt 20.30 u v.a. €14,50IMPERIUMTHEATERDe Architect Vr 14, za 15 en do 20 okt 20.30 u €8,- studentenprijs

D I V E R S E NKAMERLINGH ONNES GEBOUWSymposium Media Constructions of CrimeVr 14 okt 13.00 u – 17.00 u lokaal A144MUSEUM VOLKENKUNDEMasters of Photography – Iconen van National Geographict/m 4 dec 2011RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDENNieuws uit het Midden-Oostent/m 31 aug 2012Sites in the city t/m 19 feb 2012Etrusken. Vrouwen van aanzien14 okt 2011 t/m 18 mrt 2012MUSEUM BOERHAAVEKwik nagenoeg nult/m 8 januari 2012Verborgen krachten: Nederlanders op zoek naar energiet/m mrt 2012DE LAKENHALFer Hakkaart en Frans de Witt/m 6 nov 2011SIEBOLDHUISHello Kitty - Hello Hollandt/m 20 november 2011HORTUS BOTANICUSSlangenexpo ‘Serpo’t/m 23 okt 2011NATURALISNaturalia, van circusdier tot wetenschappelijk object14 okt 2011 t/m 19 aug 2012

Van het wak naar de shitCabaretier Mike Boddé leest in zijn voorstelling Pil voor uit het gelijkna-mige boek over zijn depressie. Maar sikkeneurig wordt het niet.

DOOR DIRK-JAN ZOM ‘Dit wordt geen re-guliere cabaretavond.’ Boddé waar-schuwt de toeschouwers maar even. Want wie dat wel had verwacht, komt bedrogen uit. Toch valt er ge-noeg te lachen.

Van muzikant en cabaretier Mike Boddé verscheen in 2010 het boek Pil over een depressie waaraan hij jarenlang leed. Tijdens voorlees-avonden ontdekte Boddé dat het erg goed werkte als hij de teksten zelf voordroeg. Het resulteerde in een voorstelling waarin hij voorlezen combineert met muziek: zijn eigen pianospel en begeleidingsband The Win Win Situation.

En dat werkt. De teksten uit het boek zijn goed; voorgedragen door Boddé en met begeleiding van de band krijgt het nog meer lading. Zo vertelt hij over hoe hij de wereld of specifieker, zijn stad Rotterdam zag ten tijden van zijn depressie. Alles lijkt negatief: die binnenvaartsche-pen op de rivier zijn zo saai en de Willemsbrug, wat een lullig ding. ‘De Golden Gate Bridge over een boerensloot’.

De schrijver-cabaretier zingt over zijn gemoedstoestand in elk jaarge-tijde. In de winter raakt hij in een wak, in de herfst zit hij in de shit. Dat laatste lijkt treurig, maar het is

de tekst op een vrolijk jazznummer. Dat is kenmerkend voor Pil: on-

danks het zware thema is de voor-stelling absoluut niet zwaarmoedig, vaak wel erg openhartig, grappig of mooi. Hilarisch is de beschrijving van een rondgang langs alternatieve genezers. Niets hielp. Ook het verslag van zijn manische periode, waarin hij fantasieën heeft over hoe zijn pianospel niet alleen hemzelf, maar ook anderen kan genezen maakt de zaal aan het lachen.

Boddé weet ook het bijzondere ka-rakter van zijn voorstelling te bena-drukken. Na de pauze neemt hij een kwartier de tijd om vragen van men-sen uit het publiek te beantwoorden. Een compliment van een vrouw op de achterste rij dat hij het probleem geëmancipeerd heeft, wuift hij weg. ‘Dat hebben anderen als Hans Dor-restijn of Jeroen Brouwers toch ook allang gedaan.’ De vrouw: ‘Maar dat zijn van die sombere mannen.’

Dat geldt nu inderdaad niet meer voor hem. Hij is genezen, en daar-over gaat het vooral na de pauze. Hoogtepunt hierin is de beschrijving van hoe hij zijn pleinvrees overwint en vijf keer heen en weer de Koop-goot doorloopt. Het maakt duidelijk hoe het hem langzaam weer lukt om te genieten van de kleine dingen. En hoe hij nu relativerend en la-chend kan terugkijken op een zware periode. Mike Boddé, PilLeidse SchouwburgMa 31 okt, 20.15 u va. € 17,50

Boddé sombert niet over depressie

The Ex is nog steeds boos

De Amsterdamse punkband The Ex zamelde in haar 32-jarige bestaan geld in voor guerilla’s, steunde een terroristische beweging en toerde door Ethiopië. Op 27 oktober speelt de band in het LVC. DOOR VINCENT BONGERS Het was in 1979 strootje trekken om wie welk instru-ment ging spelen. Muzikaal talent deed niet ter zake. Het maken van statements, ondersteund door pok-keherrie des te meer.

‘I don’t wanna die in a fucking cell’, blèrde zanger G(eiten) W(ollen) Sok in 1980 op de eerste single All corpses smell the same. Het was oorlog tussen de gevestigde orde en de anarchisti-sche punks in de kraakscene. Daar hoorde een passende soundtrack bij. Veelal gemaakt door gitaren en drums grondig te mishandelen.

De groep schuwde de controverse niet. In 1981 haalde de band met de single Weapons for El Salvador geld binnen voor opstandelingen tegen de door de CIA gesteunde regime in het Centraal-Amerikaanse land.

In 1988 verscheen de RaRa Rap, waarin de brandstichting bij vier Makro-vestigingen door terreurbe-weging Revolutionaire Anti-Racisti-sche Actie werd verdedigd.

De Makro investeerde in Zuid-Afrika, waar toen het apartheidsre-gime nog op bloedige wijze heerste. De Nederlandse overheid stond dit toe en was dus ‘in feite de terrorist,’ schreeuwrapte Sok over industriële beats. En ‘die teringzooi komt ieder-een de strot uit.’

Terwijl Johnny Rotten af en toe de Sex Pistols reanimeert en al zakken-vullend Anarchy in the UK sneert, blijft The Ex trouw aan haar idea-len. Wel is tegenwoordig de maat-schappijkritiek minder expliciet en zijn slogans en oneliners haast ver-dwenen. Maar dissonanten en white

noise trekken nog steeds hun sporen. Alleen is de chaos nu gecontroleerd.

Ook kwam er ruimte voor jazz, wereldmuziek en avant-garde in het geluid. De Amerikaanse cellist en componist Tom Cora nam twee pla-ten met de band op. Ook jazzdrum-mer Han Bennink en saxofonist Ad Baars duiken regelmatig op. De groep raakte verslingerd aan Afri-kaanse muziek en speelt Ethiopië. De daar opgepikte ritmes versmelten met het Ex-DNA.

Het afscheid van oerlid en zanger GW Sok in 2009 remde de band niet af. Arnold de Boer is als vocalist wel minder nadrukkelijk aanwezig dan Sok die de luisteraar zijn teksten soms echt toebeet als ware hij een drill sergeant van de punk.

De eerste plaat in de nieuwe be-zetting, Catch my Shoe (2010), ademt een ‘back to basic’-sfeer uit en laat een band horen die nog steeds graag wil afrekenen met de powers that be. Drie gitaren harken rücksichtslos tegen elkaar in. De rubberen armen en benen van drumster Katherina houden de songs op de rails. Hier en daar zorgt een lekker tetterende mariachi-trompet voor wat warmte, maar kille agressie vormt de bo-ventoon. De band is nog lang niet uitgeraasd.

De financiële crisis die als een donkere wolk boven ons hoofd hangt, inspireert De Boer. Hij schets in het nummer ‘Cold Weather is Back’ een onaangename nabije toe-komst: ‘Do you still watch a flat TV? Do you still use cellphones? Well, no one has computers anymore. Because cold, cold weather is back!’

Waarschijnlijk lukt het deze band om in slecht weer en zonder elektri-citeit ook nog wel glorieus lawaai te maken. The Ex, Julie Mittens en Bob CornDonderdag 27 oktoberLVC, € 12,-

Teringzooi en pokke-herrie

Mike Boddé over-won zijn depressie en wandelde van vreugde vijf keer door de Koopgoot. Foto Hester Doove

Foto Romaine

Cultuur

13 oktober 2011 · Mare 11

Agenda

Page 12: Mare, jaargang 35, nr. 6

‘Afhaalstamppot werd ijs’Foto Taco van der Eb

De IJsmeisjes: Elles Verhoef, vijfdejaars filosofie & Lia Remmelzwaal

Lia (24): ‘We hebben elkaar op ons zes-tiende leren kennen. Met een groepje mensen gingen we stappen in Katwijk, waar we vandaan komen. Wij hadden zo’n lol dat we een week later met z’n tweeën weer gingen.’ Elles (24): ‘We praatten ook altijd over ideeën, over wat beter kan.’ Lia: ‘We vonden het jammer dat er he-lemaal geen Hollandse kost af te halen is. Een stamppot-take away was ons oor-spronkelijke idee.’Elles: ‘Maar een keuken was een te grote investering en ingewikkeld met de Warenwet. De verkoopcijfers voor ijs wa-ren positief. Bovendien vonden we het strandconcept heel erg leuk. We hebben zelf ook altijd op het strand gewerkt.’ Lia: ‘1 Juli zijn we officieel gestart. Dat

eerste weekend was het echt ijsjesweer. We hadden het heel erg druk. Iedereen was enthousiast.’Elles: ‘Mensen vragen zelfs of we een keten zijn.’ Lia: ‘We hebben nu al veel vaste klanten. Studenten uit de buurt, maar ook gezin-nen. Eén vrouw heeft zelfs koffiekopjes voor ons meegenomen van haar vakan-tie in Frankrijk.’Elles: ‘Omdat mensen met slechte da-gen minder ijs eten, willen we namelijk een koffiehoek inrichten, met allemaal ouderwetse kopjes en schoteltjes - alsof je bij oma op de koffie bent. Van de kof-fiejuffrouwen uit de kantine bij het Mat-thias de Vrieshof hebben we ook kopjes gekregen. De meubels zijn gemaakt door familie of afkomstig uit kringloopwinkels.’

Lia: ‘Bij de koffie krijg je een mini-ijsje. We gaan ook ijscoupes, ijstapas en ijs-cocktails serveren. Allemaal biologisch. We zijn een keer bij een ijsboerderij ge-weest waar de kalfjes gelijk bij de moe-der werden weggehaald en de koeien alleen maar op stal stonden. Daar wil ik echt niet aan meewerken.’ Elles: ‘Binnen een jaar willen we het ijs ook zelf maken.’ Lia: ‘We zien elkaar nu iedere dag. Dat gaat best goed.’Elles: ‘We zijn een soort zusjes gewor-den. We gaan ons eigen gangetje, klet-sen, relaxen. ’s Avonds eten we samen.’ Lia: ‘We hebben wel pittige discussies bij beslissingen. We zijn erg veeleisend.’ Elles: ‘Dat is soms wel heftig, maar het duurt altijd maar eventjes. We spreken

het uit en het is klaar. We zijn goede vriendinnen. We weten veel van elkaar. Dat kan ook heel grappig zijn.’ Elles: ‘De combinatie met de studie is wel moeilijk. Als ik weet dat Lia bezig is, heb ik een schuldgevoel omdat ik zit te stu-deren. Veel doe ik dan liever ’s avonds, na het werk.’ Lia: ‘We krijgen ook hulp van onze ou-ders en vrienden. ’s Avonds eten we vaak iets wat onze moeders hebben gebracht. Zij zijn een beetje de ijsmama’s.’ Lia: ‘Het lijkt misschien een slechte zo-mer om te starten, maar met mooie da-gen loopt het hier storm. Als we nu al quitte spelen, dan kan het alleen maar beter worden.’

DOOR HARMKE BERGHUIS

Generatie struisvogelEens per jaar verschijnt er een Elsevier op onze keukentafel. Dan weet ik: het is weer tijd voor het grote studieonder-zoek. En eigenlijk weet ik ook meteen: mijn studie scoort beroerd, anders lag hij er niet. Wat de bezorgde ouders - de daadwerkelijke lezers van dit blad - ermee willen bereiken is me ook niet helemaal duidelijk. Misschien moet ik zwelgen in zelfmedelijden. Misschien is dit mijn straf omdat ik mijn studie-keuze af liet hangen van interesse, zonder het tientallen pagina’s tellende dossier in Elsevier mee te nemen in mijn overweging.

Dit jaar was het weer feest. Op de eerste pagina’s las ik over de kansen op de arbeidsmarkt voor afgestudeer-den in bedrijfskunde (goed), econo-mie (goed), fiscaal recht (zeer goed), fiscale economie (goed). Leuk om te weten, je zou bijna denken dat het goed gaat met de economie. Een aan-tal pagina’s verder vond ik de studies van mijn interesse: communicatiewe-tenschap (matig), politicologie (matig), media en cultuur (onbekend), taal- en cultuurstudies (matig). Volgens de ou-ders van mijn vriend zijn wij het meest kansloze stel ooit, want hij studeert geschiedenis (zwak).

Volgens de kranten zijn wij de struisvogelgeneratie. Schijnbaar wor-den er grootse dingen van ons ver-wacht. Tegengeluiden, protesten of hongerstakingen, ik weet niet precies wat en al helemaal niet hoe het gaat helpen. Ik heb geen zin om elke dag in de krant te moeten lezen dat ‘moeilijke tijden’ ons wachten.

Het is niet zo dat het me niet inte-resseert, maar wat doe je eraan? Ik maak me liever druk om dingen waar ik invloed op heb: hoe krijg ik mijn es-say op tijd af, waarom wil Usis me niet inschrijven voor mijn tentamen?

Wij struisvogeltjes storten ons vol enthousiasme op onze kansloze stu-die. We verkeren in de veronderstel-ling dat we daar meer mee bereiken dan met protesteren in Den Haag.

Laatst mocht ik voor mijn opleiding journalistiek een paar leuke inter-views doen met Leidse burgers die zich vrijwillig inzetten om Leiden aan-trekkelijker te maken. Ik nam plaats aan de tafel van een inspirerend kun-stenaar, die vol passie vertelde over de mooiste plekjes van onze stad. Aan het einde van het interview vroeg ik hem of er geen boekje bestond waarin bekende Leidse kunstenaars en schrij-vers over de meest inspirerende plaat-sen van Leiden vertellen. Zo’n boekje bleek er niet te zijn, maar de kunste-naar zei: ‘Misschien kunnen wij het in de toekomst samen maken’.

Een paar dagen later sprak ik in een prachtig grachtenpand met een projectontwikkelaar. Na het interview vroeg hij naar mijn studie, en ik ver-telde hem dat ik Chinees studeer. ‘Dus als ik jou inhuur, dan leer jij mijn kin-deren Chinees?,’ vroeg de man.

Journalistiek en Chinees doen het misschien niet zo goed op de arbeids-markt. Maar via je studie ontmoet je wel interessante mensen en doe je een hoop ervaring op. Daarom stude-ren we rustig door, en steken onze kop nog wat dieper in het zand.

PETRA MEIJER

12 Mare · 13 oktober 2011

Bandirah

00:06 PMHet clubje