LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont...

19
LANGE- TERMIJN- STRATEGIE

Transcript of LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont...

Page 1: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

LANGE- TERMIJN-

STRATEGIE

Page 2: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

Op basis van die megatrends heeft de Vlaamse Regering in maart 2016 haar nieuwe toekomstvisie voor Vlaanderen gelanceerd: ‘Visie 2050: een langetermijnstrategie voor Vlaanderen’.

Om voorbereid te zijn op de maatschappelijke uitdagin-gen van de toekomst, moet een overheid de nu al zicht-bare veranderingsprocessen of megatrends begrijpen en in kaart brengen. Op basis van die megatrends heeft de Vlaamse Regering in maart 2016 haar nieuwe toekomst-visie voor Vlaanderen gelanceerd: ‘Visie 2050: een lan-getermijnstrategie voor Vlaanderen’. Die langetermijn-strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, veerkrachtig en internationaal Vlaanderen, dat welvaart en welzijn creëert op een slimme, innovatieve en duur-zame manier en waarin iedereen meetelt.

Visie 2050 tekent een langetermijnbeleid uit dat een ant-woord biedt op kansen en uitdagingen die in de toekomst op Vlaanderen afkomen. Het doel ervan is de transfor-maties (transities) die onze samenleving nodig heeft, te versnellen. Dat vereist fundamentele systeeminnovaties in onze manier van wonen, werken en leven. Innovatie kan zowel een bron zijn van maatschappelijke uitdagin-gen (op technologisch, sociaal, ecologisch, economisch en institutioneel vlak), als een mogelijk antwoord daarop.

Duurzaamheid vormt een belangrijke leidraad in de toekomstvisie voor Vlaanderen. Visie 2050 geldt ook als derde Vlaamse Strategie Duurzame Ontwikkeling (VSDO). Om die visie kracht bij te zetten, heeft de Vlaamse Regering zeven transitieprioriteiten geselecteerd waarop ze bij uitstek wil inzetten. Die prioriteiten zullen over de beleids domeinen heen worden uitgevoerd, in samenwer-king met ver nieuwers, ondernemers en stakeholders. Die samenwerking zal nieuwe mogelijkheden voor burgers, organisaties en bedrijven creëren.

2 3

Page 3: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

BELEIDS­CONTEXT

Page 4: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

We leven in een wereld die constant verandert. Goederen, kapitaal, jobs, kennis en data bewegen sneller dan ooit. In onze hyperge-connecteerde maatschappij verandert ook de manier waarop lokale gemeenschappen, regio’s en naties vooruitgang en welvaart creëren. Het is essentieel dat een overheid de impact van een aantal mega-trends begrijpt zodat ze een beleid kan ontwikkelen dat toekom-stige maatschappelijke veranderingen efficiënt aanpakt. We kijken naar deze trends niet enkel als bedreigingen maar ook als kansen om de maatschappij op een toekomstgerichte manier vorm te geven. Daarom heeft de Vlaamse Regering een toekomstvisie voor Vlaan-deren ontwikkeld.

Vlaanderen staat niet alleen in het uit tekenen van een langetermijnbeleid: ook andere over-heden, regeringen, internationale organisaties, grote bedrijven, NGO’s … maken werk van toekomstplannen en langetermijnstrategieën, vaak met het tijdsperspectief 2050. 2050 is geen onvoorstelbaar verre toekomst: het is het jaar waarin iemand die vandaag geboren wordt, 35 jaar zal zijn. Een ruimer tijdsperspectief plaatst de vraagstukken die ons nu bezighouden in een ander licht. Een beleid met de blik op de toekomst kan daarom mee voor de nodige omslag zorgen en Vlaanderen voorbereiden op disruptieve veranderingen.

De meeste megatrends op lange termijn zijn nu al zichtbaar: de groei van de wereldbevolking, de verstedelijking, de vergrijzing, de klimaat-verandering, de toenemende vraag naar energie en water, de digita-lisering, de diverse en geïndividualiseerde samenleving, de ongelijk-heid op het vlak van welzijn en welvaart enzovoort. Het zijn thema’s die niet alleen nu, maar ook nog de volgende jaren het politieke en maatschappelijke debat zullen beheersen. Moeilijker in kaart te brengen is de impact van die trends op een bepaalde regio of op een bepaald beleidsdomein. Een aantal innovaties zoals lab-on-chiptech-nologie, nanorobotica, het internet der dingen of kunstmatige intel-

Voor organisaties of overheden vormen die disruptieve veranderingen een bijzondere uitdaging.

76

Page 5: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

ligentie kunnen maatschappelijke en economische systemen tot in de kern transformeren. Voor organisaties of overheden vormen die disruptieve veranderingen een bijzondere uitdaging. De kernvraag daarbij is hoe een overheid daar wendbaar op in kan spelen en zo op lange termijn kan bijdragen aan de vooruitgang en het welzijn van de burger.

In 2015 werd een literatuurstudie uitgevoerd om de relevante mega-trends en hun impact op Vlaanderen te identifi ceren. Die trendana-lyse vormt het eerste onderdeel van Visie 2050 en beschrijft de vol-gende ontwikkelingen:

• demografi sche trends: bevolkingsgroei, vergrijzing en verjon-ging, migratie;

• wetenschappelijke en technologische trends: de opkomst van disruptieve technologieën, aangestuurd door wetenschap en innovatie. Een aantal doorbraken kunnen een aanzienlijke bijdrage leveren tot het verbeteren van onze levenskwaliteit;

• ecologische trends: klimaatverandering en druk op de natuurlijke hulpbronnen;

• economisch trends: disrupties als gevolg van technologische doorbraken, verschuiving van het economisch zwaartepunt in de wereld naar het Oosten, industriële transformaties, nieuwe verhoudingen tussen producenten en consumenten;

• politieke en administratieve trends: gewijzigde geopolitieke verhoudingen, transformatie van overheden en instellingen;

• sociale trends: individualisering en diversiteit.

Op basis van die trendanalyse en een eerste aanzet van de visie werd tweemaal een dialoog met stakeholders georganiseerd. Die discussies vormden de basis voor de uitwerking van Visie 2050.

Twee dialoogsessies met stakeholders vormden de basis voor de uitwerking van Visie 2050.

8

Page 6: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

VISIE 2050

Page 7: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

Visie 2050 toont Vlaanderen als een inclusieve, open, veerkrachtige en internationaal verbonden regio.

1312

Het Vlaanderen dat we wensen in 2050, zorgt er met een duurzame voedselketen voor dat iedereen over voldoende, veilige, evenwich-tige, gezonde en betaalbare voeding beschikt.

Het mobiliteitssysteem is vlot, toegankelijk, veilig en betaalbaar, en is gebaseerd op internationaal verbonden knooppunten zoals zeeha-vens, luchthavens en stations voor hogesnelheidstreinen.

Stedelijke en landelijke kernen combineren functies zoals wonen, werken en andere basisvoorzieningen op een efficiënte, slimme en milieubewuste manier.

Vlaanderen beschikt in 2050 over een toegankelijke en hoogwaar-dige zorg, met een duurzame financiering. Het algemeen welbevin-den van iedereen staat daarbij centraal, zowel op lichamelijk als op geestelijk vlak.

Tot slot beschikt Vlaanderen over een dynamische overheid, die samen met alle stakeholders, inclusief de burgers, eco logische en sociale meerwaarde creëert, de politieke besluitvorming behartigt en een antwoord biedt op de grote maatschappelijke uitdagingen.

Die visie willen we realiseren door een nieuwe eco-nomie te ontwikkelen die ten dienste staat van een inclusieve samenleving en die rekening houdt met de ecosysteem-grenzen van onze planeet. Het is een toekomstvisie die een inspi-ratiebron is voor alle Vlamingen. De Vlaamse Regering wil daarom intensief samenwerken met alle maatschappelijke actoren om de Visie 2050 voor Vlaanderen waar te maken.

Toekomstgericht denken is essentieel voor een overheid die de uitdagingen proactief wil aan-pakken. Al meer dan 25 jaar ontwikkelt de Vlaamse Regering toekomstvisies om de poli-tieke coherentie te versterken en innovatie aan te sturen.

In maart 2016 publiceerde de Vlaamse Regering haar nieuwe toekomstvisie “Visie 2050: een lange termijnstrategie voor Vlaanderen”, waarin duurzaamheid als een strategisch principe van verandering werd opgenomen. Visie 2050 toont Vlaanderen als een inclusieve, open, veerkrach-tige en internationaal verbonden regio, die op een slimme, innovatieve en duurzame manier welvaart en welzijn voor zijn burgers creëert.

In de visie voor 2050 beschouwt de Vlaamse Regering kennis en talent als de drijvende krachten van vooruitgang en innovatie. Alle mensen in Vlaanderen krijgen daarom de kans om levenslang kennis te verwerven en hun talenten te ontplooien, om bij te leren op sociaal en cultureel vlak, en om nieuwe compe-tenties en attitudes te ontwikkelen.

De toekomstvisie toont ook een globaal ver-bonden regio, die slim omgaat met materialen en die welvaart en welzijn verzekert met signi-ficant minder grondstoffen en materialen dan vandaag. Het beschikt over een koolstofarm, duurzaam, betrouwbaar en betaalbaar energie-systeem, en over een robuust watersysteem dat in staat is om (klimaat)schokken op te vangen.

Page 8: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

FOCUS OP TRANSITIE­

PRIORITEITEN

Page 9: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

Om de Visie 2050 te realiseren,

heeft de Vlaamse Regering zeven

transitieprioriteiten geselecteerd:

1 ΜTRANSITIE CIRCULAIRE ECONOMIE Tegen 2050 leven we met 9,7 miljard mensen op de aarde. Dat bete­kent: meer consumptie en meer productie. Maar tegelijk komen het klimaat en de natuurlijke grondstoffen onder druk.

De oplossing is een transitie naar een circulaire economie, waarbij grondstoffen niet telkens opnieuw uit de aarde worden gehaald, maar maximaal in de economie blijven. Dit doen we via een effi-ciënt en slim materiaalgebruik, met de voorkeur voor herbruik-bare grondstoffen. Daarnaast sluiten we materialenkringlopen en passen we nieuwe businessmodellen toe zoals de deeleconomie en product-dienstcombinaties.

Circulaire economie gaat dus over meer dan recycleren. Het is ook het fundamenteel herdenken van producten en systemen: slim design, levensloopverlenging, herbruikbaarheid, demonteerbaarheid voor herstel en vervanging, product-dienstcombinaties invoeren, andere consumptiemodellen ondersteunen gebaseerd op gedeeld gebruik ...

Gezamenlijke ambitieOm de transitie naar een circulaire economie in Vlaanderen succes-vol door te zetten, gaan sinds 1 januari 2017 de drie pijlers van het vroegere Vlaams Materialenprogramma (Plan C, SuMMa en Agenda 2020) samen verder onder de noemer ‘Vlaanderen Circulair’, onder-gebracht bij OVAM. Vlaanderen Circulair is het knooppunt, de inspi-rator en bemiddelaar voor de circulaire economie in Vlaanderen. Het is een partnerschap van overheden, bedrijven, middenveld en kenniswereld die samen actie ondernemen.

De transitie circulaire economie kan alleen maar slagen door, ver-trekkend vanuit Visie 2050, een sterke gezamenlijke ambitie te ont-wikkelen op langere termijn en dat vervolgens resultaatgericht in

te vullen met concrete acties en initiatie-ven op het terrein. Die acties en initiatieven komen uit de diverse partnerschappen, maar kunnen ook experimenten zijn die lopen en opvolging verdienen omdat ze de transitie vooruithelpen. Experimen teren, doen (durven en durven falen), opvolgen en leren, opschalen en verankeren zijn de basis van transitiemanagement.

Ondersteunend en aanbodgestuurdOm dit concreet te maken, combineren we een ondersteunende aanpak met een meer proactieve aanbodgestuurde benade-ring. In beide gevallen vertrekken we vanuit een samenhangend en geïntegreerd geheel van zes kernactiviteiten:

• NETWERK: opbouwen van partner schappen, co-creatie en gedeeld eigenaarschap;

• LABO: pioniers en pragmatische doeners op maat (financieel) ondersteunen;

• KENNIS: kennisdeling en gerichte beleidsrelevante onderzoeks opdrachten;

• BELEID: richtinggevend en onder-steunend beleid, coördinatie tussen administraties;

• INNOVATIE: innovatie en ondernemer-schap richting circulaire economie stimuleren en versnellen door het gericht inzetten van instrumenten;

• VERANKEREN: principes en goede praktijken rond circulaire economie opschalen en verankeren.

Bij de ondersteunende aanpak spelen we vanuit de kernactiviteiten in op de vragen en behoeften van de verschillende stake-holders, bij wie dus het initiatief ligt. Bij de aanbodgestuurde benadering hanteren we een meer proactieve aanpak onder de vorm van een rollend werkprogramma rond een beperkt aantal werven:

• Green Deal Circulair Aankopen;

• Circulaire stad;

• Circulair ondernemen.

De ondersteunende en aanbodgestuurde aanpak staan daarbij uiteraard niet volledig los van elkaar. Waar mogelijk leggen we de nodige verbindingen om te komen tot synergieën.

16 17

Page 10: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

2 ΜSLIM WONEN EN LEVENWe zullen in 2050 met 478.000 huishoudens meer zijn, we moeten de klimaatsverandering tegengaan, onze mobiliteit verbeteren, onze overblijvende ruimte slim benutten, inspelen op de vergrij­zing, … Bovendien evolueert het woningaanbod traag: in veel van de woningen waarin we vandaag wonen, zullen we in 2050 ook nog wonen. De Vlaamse Regering maakt daar vandaag al werk van met haar Visie 2050, met als een van de transitieprioriteiten: Slim Wonen en Leven.

Het Vlaamse ideaalbeeld is nog al te vaak een ruime en vrij-staande woning met tuin, bij voorkeur in een suburbane of lande-lijke omgeving. We moeten de Vlaming ervan overtuigen dat een goed gelegen en kwaliteitsvolle woning in een aantrekkelijke buurt een grotere levenskwaliteit kan bieden. Dit vertaalt zich in het toekomst beeld van Slim Wonen en Leven, namelijk een duurzame buurt waar iedereen kan en wil wonen en leven met een aanbod op maat van de woonbehoefte.

Een dergelijke ommekeer realiseer je niet vanuit het beleid alleen. Daarvoor moeten we samen met alle betrokkenen aan de slag. In de transitie Slim Wonen en Leven brengen we deze betrokkenen samen en verfijnen we de uitdagingen voor de toekomst. Het nieuw beleid en de nieuwe dienstverlening zal zoveel mogelijk ontstaan via inspraak en co-creatie met maatschappelijke actoren. Op die manier combineren we de kennis, middelen en legitimiteit van over-heden, burgers, non-profit en de bedrijfswereld. Tegelijkertijd gaan we aan de slag met concrete projecten.

Korte termijnDe transitie Slim wonen en leven is gericht op 2050. Het belang van dat langetermijn-denken is voor wonen groot, door de trage evolutie van het woningbestand en omdat fundamentele veranderingen slechts op langere termijn en geleidelijk aan mogelijk zijn. Daarom moeten we vandaag al antici-peren op de steeds complexere maatschap-pelijke uitdagingen van de toekomst. En dat doen we ook met stappen op kortere termijn. Voor het hele traject hebben we concrete opeenvolgende tussendoelen uitgezet op weg naar het gewenste toekomstbeeld.

Deze tussentijdse doelen zien we als een eerste aanzet of voorlopige selectie van con-crete ambities. Met de focus op korte termijn spreken we mensen, organisaties, overheden, bedrijven, de bankensector en de onderwijs-wereld aan om mee te stappen in het realise-ren van deze doelen. Samen gaan we engage-menten aan, formuleren we adviezen aan de overheden en zetten we experimenten uit om de beoogde einddoelen stap voor stap dichterbij te brengen.

Lange termijnNatuurlijk hebben andere beleidsplannen (zoals het Woonbeleidsplan of het Beleids-plan Ruimte Vlaanderen) en transitie-processen (zoals circulaire economie, energie, zorg en welzijn) een grote invloed op Slim Wonen en Leven. Slim Wonen en Leven vaart niet zijn eigen koers, maar neemt andere beleidsplannen of –proces-sen ook mee als basis of betrekt ze net in de project structuur. Het is ook net in die transitieruimte, aangevuld met experi-menten met rechtstreekse betrokkenen en mensen met ervaring in de praktijk, dat Slim Wonen en Leven kan slagen.

De langetermijnvisie van het Woonbeleids-plan en Slim Wonen en Leven is dezelfde. We kunnen het er niet los van zien. Om die reden zal het Woonbeleidsplan ook deel uitmaken van de transitie-aanpak van Slim Wonen en Leven.

1918

Page 11: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

1. Een platform onderhouden dat informatie over Industrie 4.0 verspreidt en sensibiliseert.

2. De kennisbasis versterken.

3. De toepassing versnellen door ondernemingen gericht te ondersteunen, afhankelijk van hun vertrouwdheid en betrokkenheid met de transitie.

4. Bijdragen tot goede omgevingsvoorwaarden.

5. Internationale samenwerking ondersteunen, vooral op Europees vlak.

Het transitieteam zal een belang-rijke rol vervullen in de coördinatie van de activiteiten van de Vlaamse overheid rond Industrie 4.0. Voor-beelden zijn: beleids informatie ver-zamelen, het overzicht bewaren

Acties op lange en korte termijnOm de transitie te doen slagen, orga-niseren we ondersteuning volgens een dubbel spoor: uitwerking van een visie op langere termijn en onmiddellijke actie.

Voor de visievorming brengen we een verscheidenheid aan stakeholders samen, die op verschillende niveaus de uitdagingen beschrijven, de omge-vingsaspecten in kaart brengen en een radicale langetermijn visie ont-wikkelen. Alle stakeholders worden daarbij betrokken. Ze engageren zich om de inzichten die zij verwerven in hun eigen trajecten, coherent in te brengen.

Op basis van de reeds bestaande inzichten en analyses, zijn we ondertussen gestart met het ver-sterken en afstemmen van de vele activiteiten die reeds lopen in het veld. We voeren een plan uit met vijf hoofdlijnen:

3 ΜINDUSTRIE 4.0Doorgedreven digitale evolutie en connectiviteit leiden tot nieuwe manieren van produceren, nieuwe producten en nieuwe business­modellen. Dat is Industrie 4.0 in een notendop. Een doorbraak van de principes van Industrie 4.0 zal een belangrijke impact hebben op ons leven en werken.

Voor Vlaanderen is de transitie Industrie 4.0 strategisch belangrijk, omdat we ‘industriële’ activiteit hier willen houden en zelfs ver-sterken. Het is een activiteit die economisch toegevoegde waarde biedt, duurzame arbeid toelaat en bijdraagt aan het oplossen van de maatschappelijke uitdagingen. Daarvoor moeten we de kansen zien die de veranderende technologieën en maatschappelijke systemen met zich meebrengen en ze ten volle benutten. De wereld-wijde overgang naar Industrie 4.0 heeft potentieel een belangrijke invloed op onze concurrentiepositie.

In volle transitieDeze transitie is geen toekomstmuziek, ze is al volop bezig. Hoe de industrie er uiteindelijk zal uitzien, is onbekend en tussen nu en 2050 zullen zeker nieuwe cycli ontstaan. Duurzame ondernemingen zullen diegene zijn die best zijn ingesteld op voortdurende veranderingen.

De Vlaamse stakeholders leveren inspanningen om Industrie 4.0- concepten in te voeren, maar versterking is nodig. We moeten daarbij verder bouwen op onze sterktes, zoals onze goede positie op het vlak van digitalisering, ons competent onderzoekslandschap en onze perfor mante bedrijven die al een grote graad van automa-tisatie hebben en internationaal actief zijn.

van de gesteunde projecten en de overheid vertegen woordigen, ook in internationale context (in het bijzon-der de evoluties op Europees niveau).

Succes wordt volledig bepaald door de mate waarin Vlaamse onderne-mingen omschakelen naar Industrie 4.0. Daarbij kijken we zowel naar inschakeling van de bedrijven in de breedte in de digitale ketting, als naar de ontwikkeling van de digitale industrie en diensten in Vlaanderen.

20 212120

Page 12: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

2322

Hiervoor stellen we een transitieruimte samen van ongeveer 20 mensen, die het beeld proberen scherp te krijgen. Zij gaan in co-creatie op zoek naar de kiemen van een nieuw onderwijs- en arbeidsmarkt-verhaal in 2050 en naar de transitiepaden om daartoe te komen.

Fase 3: Verankering en verbredingWe willen transitiepaden uittekenen in de vorm van proeftuinen, experimenten en verspreidings middelen, die een hefboom-effect hebben voor het bereiken van de visie. In deze fase voorzien we onder meer:

• Een aftoetsing van de belang-rijkste transitiepaden bij de politiek, de administratie en maatschappelijke stake holders.

• De opstart van experimenten en proeftuinen langsheen de transitiepaden.

• De opstart van transitie-platforms en lerende netwerken rond deze experimenten.

4 ΜTRANSITIE LEVENSLANG LERENIn een wereld in verandering willen we een nieuwe visie ontwikkelen op de lerende levensloopbaan. Daarvoor kijken we in de eerste plaats naar de impact van technologische ontwikkelingen op jobs, kwalificaties en vaardigheden. Want het is nu al duidelijk: in de toe­komst zullen er jobs verdwijnen, nieuwe en vaak betere zullen er bijkomen en bijna alle jobs zullen van inhoud veranderen. Bovendien zal de houdbaarheidsdatum van competenties gevoelig inkorten.

Naast technologie hebben ook andere trends een impact op de loop-baan van de toekomst. De toenemende individualisering, flexibilise-ring, meer polygame arbeidsverhoudingen, ‘uberisering’ en het actief ouder worden, zullen loopbanen en arbeidsrelaties hertekenen, waar-door we anders zullen moeten nadenken over jobs en loopbanen.

Anders lerenOok al zullen competenties niet meer zo lang meegaan, kennis opdoen blijft de sleutel tot innovatie. En net zoals bij jobs, zal ook de manier van leren veranderen. Duaal leren of leren op de werk-vloer maakt opgang. Dit kan zowel tijdens de studies zelf – leerlingen die werken en studeren – als in het volwassen leven. Er komen ook meer leervormen zoals flexibele leerwegen, open online cursussen en informeel leren in de vrije tijd. We gaan naar leren in dialoog en samenwerking met de brede samenleving in het algemeen en met de industrie en arbeidsmarkt in het bijzonder. De leerling krijgt meer inspraak en de leerkracht evolueert naar een coachende rol. Tot slot zal er aandacht zijn voor gelijke onderwijskansen.

Plan van aanpakWe willen de volgende twee jaar een inspirerende visie ont-wikkelen rond het lerend en werkend Vlaanderen van 2050. Hierbij gaan we gefaseerd te werk:

Fase 1: Verdere studie en verkenning van de transitieIn deze fase willen we de evoluties op weg naar 2050 beter begrijpen en bestuderen. We zien hierin verschillende bewegingen.

• We organiseren rondetafels met stake holders uit de onderwijs- en arbeidswereld, en dagen hen uit om mee na te denken over de ideale toe-komst van leren en werken.

• We nemen een 40-tal interviews af met vernieuwers en/of voor lopers uit de wereld van onderwijs en werk. We willen met hen van gedachten wisselen over de innovatieve niches waarin zij actief zijn en over de ver-nieuwingen die zij zien en/of in gang gezet hebben. Welke kansen hebben ze ontdekt en tegen welke grenzen zijn ze aan gelopen?

Fase 2: Visie- en beeldvorming vanuit een transitieruimteWe willen in deze fase samen met ver-nieuwers een beeld krijgen van onderwijs en jobs in 2050.

Page 13: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

5 ΜTRANSITIE ZORG EN SAMENLEVENIn Vlaanderen streven we naar een warme samenleving die niemand uitsluit. Daarom zet het beleid in op sociale cohesie en vermaatschappe lijking, zelfbeschikking en emancipatie.

Sociale cohesieSociale cohesie – of verbondenheid – is de lijm die een gemeenschap bij elkaar houdt. Het is de mate waarin mensen – persoonlijk en als burger – betrokken zijn in de maatschappij.

Jeugdwerking, sport, sociaal-cultureel werk, kunsten, erfgoed, vrijwilligers werk, zorg … Sociale cohesie komt tot uiting in alle domei-nen. Drempels wegwerken en gelijke kansen creëren, tegen een achter-grond van (super)diversiteit en intergenerationeel samenleven, zijn noodzakelijke voorwaarden.

VermaatschappelijkingVermaatschappelijking is een sociale shift die iedereen een eigen plek in de samenleving gunt, daarvoor de nodige professionele onder-steuning uitbouwt en het nodige sociaal kapitaal – denk aan mantel-zorgers en vrijwilligers – mobiliseert. Zo kunnen ook de meest kwets-baren (mensen met beperkingen, chronisch zieken, alleenstaande ouderen, jongeren met gedrags- en emotionele problemen, mensen in armoede …) deelnemen aan de maatschappij.

De kracht van het engagement ondersteunt het verenigingsleven, stimuleert maatschappelijke integratie, bevordert de sportiviteit en verbindt culturen.

Kritische reflecties en duurzame keuzes gaan hand in hand met de transitie. Cultuur-, erfgoed- en kennisinstellingen … inspireren de verbeelding en creatie. Zorg verbindt en verzacht, sport voorkomt en technologische innovatie faciliteert. Burgerinitiatieven en sociale bewegingen verhogen de weerbaar-heid en kruiden de samenleving.

Health in all policies is daarbij de toe-komst van ons zorgmodel. Welzijn en gezondheid hebben sociale en econo-mische bepalende factoren. In die mate zelfs dat de Wereldgezondheidsorganisa-tie vraagt om welzijn en gezondheid con-sequent als sleutel component op te nemen in alle beleids beslissingen.

Vlaanderen kan hierop inspelen met concrete, integrale en gemeenschappelijke uitdagingen: uitstekend onderwijs, kwaliteitsvol wonen, een aantrekkelijke leefomgeving, een vlot en veilig mobiliteitssysteem, zinvol werk, crea-tiviteit, cultuur, sport, spel, mediageletterd-heid … Al deze domeinen dragen bij tot meer welzijn en gezondheid op korte en lange(re)

termijn. Het zijn onze bruggen naar andere transitieprioriteiten.

Een ‘delivery unit’ van betrokken ambtena-ren bereidt samen met markante personen de strategische veranderingen voor, die de transitieprioriteit naar 2050 moeten vorm-geven. Een transitieruimte betrekt de ruime stakeholders, terwijl een transitieplatform, samengesteld uit alle transitiemanagers, de onderlinge samenhang tussen de transities bewaakt. Essentieel is dat het ambitieniveau aansluit en verder bouwt op andere visie-documenten en plannen, en spoort met de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties.

24 25

Page 14: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

2726

6 ΜTRANSITIE MOBILITEIT

Een performant vervoersysteem is heel belangrijk voor Vlaanderen. Het bepaalt niet alleen voor een groot stuk onze welvaart, onze positie als poort tot Europa en als logistieke draaischijf hangen ervan af. Een goed functionerend vervoersysteem zorgt voor een goede basisbereikbaarheid van de verschillende (internationale) knooppunten en van de maatschappelijke en economische functies.

De Vlaamse overheid wil met haar mobiliteits- en logistiek beleid de mobiliteitsvraag beheersen en bijdragen tot een optimaal gebruik van het vervoersysteem. Daarbij kiezen we zoveel als mogelijk voor duurzame modi. We willen ervoor zorgen dat personen en goederen veilig, duurzaam en zonder vertraging op hun bestemming geraken.

Visie 2050 omschrijft de transitieprioriteit mobiliteit als: ‘Hoe kunnen we de technologische vernieuwingen en businessmodellen binnen de mobiliteit en logistiek zo snel mogelijk doorgang laten vinden om de bereikbaarheid binnen Vlaanderen te verhogen en de ecologische impact van mobiliteit te doen dalen?’

In de realisatie van deze visie spelen vijf pijlers een belangrijke rol:

1. Slimme, robuuste, veilige en milieuvriendelijke vervoernetwerken

2. Multimodaal geïntegreerd vervoersysteem

3. Verleiden en motiveren tot gedragsverandering

4. Innoveren om nog effectiever te zijn

5. Meer bereiken door samen te werken

Minder is meerIn de eerste plaats streven we naar minder verplaatsingen. Tege-lijk zetten we voor een aantal ver-plaatsingen in op een gecombineerd gebruik van vervoermiddelen: fiets, het openbaar vervoer, autodelen, enz. Ook een optimale spreiding in tijd en plaats draagt bij tot vlottere mobiliteit. Hiervoor zijn een sterke verknoping van de verschillende net-werken en een naadloze gegevensuit-wisseling noodzakelijk. Tot slot gaan we voor een intensieve vergroening van het vervoer, zowel op het vlak van personenvervoer als logistiek.

TrendbreukHet is duidelijk: de transitie mobi-liteit vraagt om een ingrijpende trend breuk. Mobiliteit zoals we die vandaag kennen, zal er in de toekomst volledig anders uitzien. En dat dankzij deze revolutio naire innovaties:

• Verbonden mobiliteit en − gedeeltelijk − autonome vervoermiddelen. Vervoer-middelen zullen met elkaar

en met de infrastructuur en hun omgeving steeds beter communiceren en op termijn zelfrijdend zijn. Ook gebruikers zijn een bron van informatie waarop het aanbod beter kan worden afgestemd. Reizigers worden in realtime geïnfor-meerd over het beschikbare aanbod, de toestand van de netwerken, enz.

• Gedeelde mobiliteit en gepersonaliseerde vervoer-diensten. Deze ontwikkeling resulteert in de groei van gepersonaliseerde mobiliteits-diensten waarbij reizigers mobiliteit delen of inkopen in plaats van zelf te investe-ren in eigen vervoermiddelen. De aandacht verschuift dus van bezit naar gebruik, wat ruimte biedt voor een zuinige en inclusieve mobiliteit.

• Groene mobiliteit. Techno-logische ontwikkelingen in zowel brandstoffen als aan-drijfsystemen zijn nodig om tot zero-emissie en koolstofarme

vervoermiddelen te komen. Op die manier kunnen we de negatieve impact van mobili-teit op de leefbaarheid, op de gezondheid van de mens en op de klimaatsverandering (zie ook energietransitie) gevoelig terugdringen.

Elk van die trends op zich zal een groot effect hebben. Gecombineerd zullen ze de organisatie van de huidige mobiliteit grondig wijzigen. Zo verdwijnen niet alleen de drem-pels tussen de verschillende modi, maar ook tussen publiek, gedeeld en privaat transport.

Gepersonaliseerde mobiliteits-oplossingen, waarbij het openbaar vervoer de ruggengraat vormt via een hoogwaardig kernnet, zullen de toekomst uitmaken. Samen werking tussen publieke en private par-tijen zal intenser zijn. Een vraag-gestuurde mobiliteit, die de capa-citeit beter benut en waarvan het gebruik correct geprijsd is, vormt het sluitstuk.

Page 15: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

7 ΜENERGIETRANSITIE

Ons energiesysteem staat voor grote uitdagingen. Om de opwar­ming van de aarde tegen te gaan, moeten we de broeikas gasuitstoot drastisch terugdringen. Dit betekent dat het totale energie verbruik de komende jaren sterk moet dalen en de resterende energie­consumptie maximaal moet worden ingevuld door hernieuwbare energiebronnen. Tegelijkertijd moet de energievoorziening op elk ogenblik gegarandeerd blijven en moet de totale kost voor de gezinnen en de bedrijven zo beperkt mogelijk worden gehouden.

Voor Vlaanderen is deze omslag niet eenvoudig, gezien ons hoog aandeel energie-intensieve industrie, de huidige staat van onze gebouwen en de bestaande ruimtelijke ordening (met o.a. een hoge bevolkingsdichtheid, ruimtelijke versnippering en Vlaanderen als belangrijke logistieke draaischijf).

Deze uitdagingen worden vertaald naar vier prioriteiten om de energie transitie te doen slagen:

1. Verhoogde energie-efficiëntie

In eerste instantie moeten we ons energieverbruik sterk redu-ceren. Dit vermindert niet alleen de uitstoot van broeikas gassen, maar beperkt ook de energiekosten van gezinnen en bedrijven. Tegelijk biedt het ook kansen. Zo worden innovatieve of aange-paste producten en diensten sneller ontwikkeld. Dit zorgt voor bijkomende exportmogelijkheden, stijgende lokale omzet en daarbij horende extra banen.

2. Meer hernieuwbare energieTegen 2020 moet 13% van ons nationale energieverbruik hernieuwbaar zijn waarna dit aandeel verder omhoog moet. We zetten in op de meest rendabele en efficiënte tech-nologieën of op nieuwe technologieën met de beste vooruitzichten op dat vlak. Het uitgangsprincipe hierbij is dat onder-steuning door de overheid steeds tijdelijk en kostenefficiënt is.

3. Flexibel energiesysteemWind- en zonne-energie kunnen door hun variabele productieverloop niet continu voorzien in onze energiebehoeftes. We moeten daarom werk maken van ver-schillende vormen van vraagsturing en energieopslag zodat de energievraag en het -aanbod op elk moment op elkaar zijn afge-stemd. Ook een betere koppeling tussen de elektriciteits netten van de verschillende lid-staten is essentieel om schommelingen in vraag en aanbod optimaal op te vangen.

4. Doordachte innovatiestrategieOm bovenstaande prioriteiten te kunnen aanpakken, hebben we ook nood aan

verschillende technologische en sociale innovaties. Hiervoor is een geïntegreerde innovatie strategie nodig waarbij wordt samengewerkt over de verschillende secto-ren heen. Technologische oplossingen zijn vandaag al grotendeels aanwezig, maar er is nog nood aan de doorontwikkeling van bestaande technologieën of proces-sen om de kostprijs verder te verlagen of de efficiëntie ervan te verhogen. In bepaalde sectoren zullen meer ingrijpende of zelfs disrup tieve innovaties nodig zijn. Een bij-komende opgave is om de verschillende technologieën slim te combineren tot een geïntegreerd geheel.

Een weloverwogen energie- en innovatie-beleid biedt de Vlaamse technologie-aanbieders de ruimte om aangepaste of nieuwe innovatieve oplossingen te vinden voor de Vlaamse energie-uitdagingen. Die kunnen nadien worden opgeschaald zodat ze inzetbaar zijn in een zo groot mogelijke afzetmarkt.

28 29

Page 16: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

GOVERNANCE MODEL

Page 17: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

Transitieruimten zijn partnerschappen, platformen (online en offline), leergemeenschappen en experimenteer­ ruimten.

Om de Visie 2050 te realiseren en de complexe uitdagingen aan te pakken heeft de Vlaamse overheid een aangepast governancemodel uitgewerkt. Dat model is geïnspireerd op de principes van transitie-management: het model focust op systeeminnovaties, denkt vanuit een langetermijnperspectief, werkt samen met stakeholders en leert uit experimenten en innovatieve initiatieven. Hiernaast bouwt het model verder op ervaringen met Vlaanderen in Actie (de voorloper van Visie 2050) en andere transitieprojecten.

Om structuur aan te brengen in de veelheid aan actoren en initia-tieven creëren we voor elke transitieprioriteit een transitieruimte. Transitieruimten zijn partnerschappen, platformen (online en offline), leergemeenschappen en experimenteerruimten. In die transitieruim-ten worden relevante actoren rond de verschillende thema’s samen-gebracht. Die onderzoeken waar innovatie nodig is en waar ruimte voor experimenten is.

De Vlaamse Regering heeft voor elke transitieprioriteit een of meer verantwoordelijke ministers aangewezen. Daarnaast zijn bij de Vlaamse overheid een aantal transitiemanagers aangesteld voor de uitvoering van de transitieprioriteiten. De transitiemanagers zijn de operationele trekkers van de transitieprioriteiten, die mee de con-crete aanpak en de structuur bepalen. Een multi-actorgovernance met gedeeld eigenaarschap is essentieel bij het realiseren van de transitieprioriteiten. Een hoge mate van betrokkenheid, transparan-tie, participatie, cocreatie en interactie tussen publieke en private spelers is cruciaal. Het governancemodel speelt daarop in door voor elke transitieprioriteit niet alleen een transitiemanager bij de over-heid aan te wijzen, maar ook te zorgen voor een volwaardige tegen-hanger bij externe stakeholders: iemand die bij het transitieproces aan de kar trekt vanuit de partnerorganisaties, als vertegenwoordi-ger van de transitieruimte.

3332

Page 18: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

Om samenwerking en uitwisseling van ideeën en ervaringen te bevor-deren, komen de transitiemanagers samen in het transitieplatform. Daarnaast neemt het Departement Kanselarij en Bestuur (DKB) een coördinerende rol op zich bij de ondersteuning van de Vlaamse Rege-ring, het voorzitterscollege en de transitiemanagers. DKB zal het voor-zitterscollege jaarlijks een overzicht bezorgen van de voortgang van de transitieprioriteiten en samen met de Werkgroep Duurzame Ont-wikkeling de langetermijnvisie bewaken. Tot slot zal DKB samen met het Steunpunt Bestuurlijke Vernieuwing, en met experten binnen en buiten de Vlaamse overheid de transitiemanagers ondersteunen bij de ontwikkeling en uitvoering van de transitieprioriteiten. Die ondersteuning kan bijvoorbeeld de volgende acties inhouden: een kader voor regelluwe zones uitwerken, experimenteerruimte voor-zien, alternatieve vormen van financiering onderzoeken, gedragsin-zichten ontwikkelen… Het is essentieel dat samen met de stakehol-ders een gedeelde visie en aanpak wordt gecreëerd.

Het voorzitterscollege gaat het engagement aan om een actieve rol op zich te nemen. De leden van het college zullen reflecteren over de globale inhoud en de voortgang van de transitieprioriteiten, de cohe-rentie met de langetermijnvisie, de samenhang tussen de transitie-prioriteiten en de mogelijke remediërende acties voor steeds terugke-rende knelpunten en opportuniteiten. Het voorzitterscollege zal jaar-lijks een gezamenlijk overleg houden met de vertegenwoordigers van de transitieruimten (externe stakeholders). Tijdens dat overleg zullen de overheid en de partners de transitieprioriteiten samen opvolgen en bespreken in een open dialoog. De kruisbestuiving tussen ideeën en burgers, ingebed in een passend governance model, is cruciaal om belangrijke sociale veranderingen te versnellen voor een inclusieve, open, weerkrachtig en internationaal verbonden regio die welvaart en welzijn creëert.

Het is essentieel dat samen met de stakeholders een gedeelde visie en aanpak wordt gecreëerd.

34 35

Page 19: LANGE- TERMIJN- STRATEGIE › sites › default › files › ... · 2019-03-12 · strategie toont een visie voor een sterk, sociaal, open, ... ligentie kunnen maatschappelijke en

Verantwoordelijke uitgever: Martin Ruebens, secretaris-generaal

DEPARTEMENT KANSELARIJ EN BESTUURHavenlaan 88 bus 201000 BrusselBELGIË02 553 59 [email protected]

Depotnummer:D/2018/3241/068Grafi sch ontwerp: Absoluut

WWW.VLAANDEREN.BE/VISIE2050