Intrans November 2005

14
InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005 Van de redactie Voor u ligt de eerste InTrans van het college jaar 2005-2006. Dit houdt in dat er een nieuwe redactie is en tevens een nieuw transito bestuur. Allereerst zullen wij ons zelf even kort voorstellen daarna gaan we in op de inhoud van de InTrans. De InTransredactie bestaat dit jaar uit twee leden: Agnieszka Cyganek en Ina van Lith. Agnieszka is 25 en een Poolse schakelstudente en momenteel bezig met bachelor drie vakken. Agnieszka heeft zich opgegeven voor de InTransredactie om de Nederlandse taal beter te leren beheersen. Ina van Lith is 24 en een Brabantse masterstudente. Ina vindt het leuk om naast de studie nog wat te doen voor een tweede vereniging. Zij is ook nog lid van gezelligheidsvereniging RSG. In deze InTrans wordt het transitobestuur aan u voorgesteld. Verder is een verslag van het bestuur 2004-2005. U vindt ook verslagen van een aantal activiteiten waaronder het vijfde havendebat een verslag van de wisselingsALV en het Young Airport Seaport debate. Verder zijn er nog twee ingezonden stukken 1 over de Rotterdamse containerafslag en 1 over de invoering van de tachtig kilometer zone op verschillende rondwegen in Nederland. Tot slot willen wij de leden die een stuk hebben ingestuurd bedanken voor hun inzet. Voor de volgende InTrans hopen wij op net zo veel inzendingen. Wij willen dan ook alle lezers en leden oproepen om stukjes te schrijven. Dat kan zowel over een relevant onderwerp als een verslag schrijven van een activiteit. Ons mailadres is [email protected] Agnieszka en Ina Van het vorige bestuur Van de voorzitter Op 1 november 2004 begon ik vol goede moed aan mijn jaar als bestuurder van Transito. Als voorzitter was mijn eerste verantwoordelijkheid om de ALV in goede orde te laten verlopen. Nadat ik op de ALV van 20 oktober jl. de voorzittershamer had overgedragen aan mijn opvolgster, nam een opmerkelijke leegte tijdelijk bezit van mij. Een leegte die uiting gaf aan het plezier en het enthousiasme waarmee ik heb geprobeerd iets bij te dragen aan Transito. Dat varieerde van het goede contact dat in het bestuur is ontstaan, tot (uiteraard) tijd steken in de toekomst van onze vereniging. Toen de nieuwe redactie mij vroeg een bijdrage te leveren aan hun eerste InTrans, twijfelde ik hoe deze emotie over te brengen. Een jaar in het bestuur van Transito werd leerzaam en zinvol genoemd. Bij deze zou ik daar een ‘eye-opener’ aan toe willen voegen. Het jaar heeft mij beter inzicht gegeven in mijn eigen kunnen en de waarde van onze studie. Naast dit inzicht biedt een jaar als bestuurder de mogelijkheid om allerhande praktische vaardigheden te ontwikkelen. Echter, wat een belangrijk leerelement is, zijn interpersoonlijke vaardigheden. Deze worden tegenwoordig onmisbaar geacht op de arbeidsmarkt. De interactie in een team of netwerk dat gebonden is aan bepaalde doelen die niet altijd op één lijn liggen, is voor mij bijzonder leerzaam geweest. Wat dit nu precies inhoudt, wil ik een beetje in nevelen gehuld laten. Wil je het ontdekken, kan ik je een jaar als bestuurder bij Transito ten zeerste aanbevelen. Deze interactie heeft mij dusdanig weten te boeien dat ik zelfs een scriptieonderwerp van heb gemaakt, zij het in een andere context. InTrans 1 InTrans Studievereniging Transito Pagina 1 Van de redactie Pagina 1 Van het bestuur Pagina 5 5 e Havendebat Pagina 7 Rennen of stilstaan… Pagina 4 Van de RHV-sectie Pagina 5-10 Van de leden Pagina 10 Ontwerp wedstrijd Activiteitenkalend er Pagina 8 Young Airport Seaport Debate

description

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

Transcript of Intrans November 2005

Page 1: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

Van de redactie

Voor u ligt de eerste InTrans van het college jaar 2005-2006. Dit houdt in dat er een nieuwe redactie is en tevens een nieuw transito bestuur. Allereerst zullen wij ons zelf even kort voorstellen daarna gaan we in op de inhoud van de InTrans. De InTransredactie bestaat dit jaar uit twee leden: Agnieszka Cyganek en Ina van Lith. Agnieszka is 25 en een Poolse schakelstudente en momenteel bezig met bachelor drie vakken. Agnieszka heeft zich opgegeven voor de InTransredactie om de Nederlandse taal beter te leren beheersen. Ina van Lith is 24 en een Brabantse masterstudente. Ina vindt het leuk om naast de studie nog wat te doen voor een tweede vereniging. Zij is ook nog lid van gezelligheidsvereniging RSG.In deze InTrans wordt het transitobestuur aan u voorgesteld. Verder is een verslag van het bestuur 2004-2005. U vindt ook verslagen van een aantal activiteiten waaronder het vijfde havendebat een verslag van de wisselingsALV en het Young Airport Seaport debate. Verder zijn er nog twee ingezonden stukken 1 over de Rotterdamse containerafslag en 1 over de invoering van de tachtig kilometer zone op verschillende rondwegen in Nederland. Tot slot willen wij de leden die een stuk hebben ingestuurd bedanken voor hun inzet. Voor de volgende InTrans hopen wij op net zo veel inzendingen. Wij willen dan ook alle lezers en leden oproepen om stukjes te schrijven. Dat kan zowel over een relevant onderwerp als een verslag schrijven van een activiteit. Ons mailadres is [email protected]

Agnieszka en Ina

Van het vorige bestuur

Van de voorzitter

Op 1 november 2004 begon ik vol goede moed aan mijn jaar als bestuurder van Transito. Als voorzitter was mijn eerste verantwoordelijkheid om de ALV in goede orde te laten verlopen. Nadat ik op de ALV van 20 oktober jl. de voorzittershamer had overgedragen aan mijn opvolgster, nam een opmerkelijke leegte tijdelijk bezit van mij. Een leegte die uiting gaf aan het plezier en het enthousiasme waarmee ik heb

geprobeerd iets bij te dragen aan Transito. Dat varieerde van het goede contact dat in het bestuur is ontstaan, tot (uiteraard) tijd steken in de toekomst van onze vereniging. Toen de nieuwe redactie mij vroeg een bijdrage te leveren aan hun eerste InTrans, twijfelde ik hoe deze emotie over te brengen.Een jaar in het bestuur van Transito werd leerzaam en zinvol genoemd. Bij deze zou ik daar een ‘eye-opener’ aan toe willen voegen. Het jaar heeft mij beter inzicht gegeven in mijn eigen kunnen en de waarde van onze studie. Naast dit inzicht biedt een jaar als bestuurder de mogelijkheid om allerhande praktische vaardigheden te ontwikkelen. Echter, wat een belangrijk leerelement is, zijn interpersoonlijke vaardigheden. Deze worden tegenwoordig onmisbaar geacht op de arbeidsmarkt. De interactie in een team of netwerk dat gebonden is aan bepaalde doelen die niet altijd op één lijn liggen, is voor mij bijzonder leerzaam geweest. Wat dit nu precies inhoudt, wil ik een beetje in nevelen gehuld laten. Wil je het ontdekken, kan ik je een jaar als bestuurder bij Transito ten zeerste aanbevelen.Deze interactie heeft mij dusdanig weten te boeien dat ik zelfs een scriptieonderwerp van heb gemaakt, zij het in een andere context. Wellicht wil ik jullie hier later nog eens deelgenoot van maken.Met vriendelijke groet,

Robert OssevoortVoorzitter o.t. 2004-2005Studievereniging Transito

Van het Bestuur

Bianca Dumay – Voorzitster

InTrans 1

InTransStudievereniging Transito

Pagina 1Van de redactiePagina 1Van het bestuur

Pagina 55e HavendebatPagina 7Rennen of stilstaan…

Pagina 4Van de RHV-sectiePagina 5-10Van de leden

Pagina 10Ontwerp wedstrijdActiviteitenkalender

Pagina 8Young Airport SeaportDebate

Page 2: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

Toen Robert mij vorig jaar voorstelde een jaar plaats te nemen in het (toen nog) eventueel twijfelachtige 18e bestuur van Transito, hoefde ik niet heel lang na te denken. Ik was gestopt met wedstrijdroeien en het leek erop dat ik het wat rustiger zou krijgen in het jaar 2005-2006 en plaatsnemen in een bestuur dat mag opereren in het vakgebied waar je iedere dag met veel plezier mee bezig bent, is dan natuurlijk een mooie kans. Een jaartje Intrans redactie had mij vele uren doen doorbrengen op H6. In die uurtjes op H6 had ik heel wat (oud) bestuurderen (ik zal geen namen noemen, maar ik kan alleen verklappen dat een aantal zelfs al een titel mogen voeren) en leden van Transito leren kennen en voelde me wel thuis op H6.

De functie die ik voor Transito binnen het bestuur uit mag voeren zorgt ervoor dat mijn stukje onder de kop van de voorzitter mag staan. De belangrijkste taak, voordat mijn bestuursjaar kon beginnen, was het bij elkaar zoeken van een compleet bestuur. Ik kan in alle eerlijkheid zeggen dat ik het getroffen heb. Zo heb ik niet alleen een groot bestuur, een zeer bekwaam bestuur, een bestuur dat voor 50% bestaat uit vrouwen, maar vooral een leuk en gemotiveerd bestuur. Er staan al veel mooie en interessante activiteiten op het programma, waar wij natuurlijk alle leden van harte voor uitnodigen. Zoals op de ALV al door ons aangegeven, zullen er activiteiten

georganiseerd worden die voor alle studenten, van zowel de vervoereconomische richting als de regionaal economische richting, zeker de moeite waard zullen zijn. De studiereis begint vorm te krijgen en dat gaat zeker een mooi evenement worden. Wij gaan er een mooi jaar van maken en hopen dat we u allen op een activiteit of op H12-7 te mogen begroeten.

Bianca Dumay

Simone Smedes- Secretaris

Waarde Leden,In juni van dit jaar ben ik afgestudeerd aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen in de richting

Logistiek en Economie. Als vervolg op deze opleiding ben ik dit collegejaar begonnen aan het schakelprogramma Port, Urban and Transport Economics. De eerste weken waren wervelend en zeer onwennig. Toen ik na twee weken zo groen als gras nog steeds bijzonder weinig mensen had ontmoet die voor hetzelfde hadden gekozen als ondergetekende, besloot ik binnen te stappen bij Transito. In de wandelgangen had ik opgevangen dat er nog mensen werden gezocht voor het bestuur 2005-2006. Dat leek mij een leuke uitdaging. Ik mag mij graag inzetten voor een opleiding en zijn studenten. Op de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen zat ik bijvoorbeeld drie jaar in de opleidingscommissie. Inmiddels ben ik ruim een

InTrans 2

Page 3: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

maand geïnstalleerd als secretaris. Ik hoop dat we met het huidige bestuur een vruchtbaar jaar kunnen volbrengen met interessante activiteiten voor al onze leden, zowel regionaal- als vervoerseconomisch. Daarnaast hoop ik met dit bestuur ook de continuïteit van Transito te kunnen waarborgen door een stevige basis te leggen in het ledenbestand en goede relaties te onderhouden met onze externe contacten. U hoort van ons!Met vriendelijke groeten,

Simone Smedes

Pieter Smit - Peningmeester

Ik ben Pieter Smit en ik zal mij dit jaar bezig gaan houden met het penningmeesterschap van Transito. Afgelopen jaar ben ik met Transito in aanraking gekomen, doordat ik de bachelorvakken van Transport en Regionale Economie heb gevolgd. Bij die vakken werd gevraagd, wie er zin in had om mee te gaan met een bedrijfsbezoek naar DAF in Eindhoven. Ik vond dit een zeer interessant bedrijfsbezoek. Hierna ben ik ook nog eens meegegaan naar een congres van het ACN en heb daar waargenomen dat de transportsector een levendige sector is, waar ik wel verder wat mee wil doen. Zo besloot ik mij dit jaar in te gaan zetten voor Transito in een functie in het bestuur. Omdat ik bij mijn eigen studentenvereniging NSR al in diverse commissies werk had gedaan als penningmeester en omdat ik het leuk vind om met geld bezig te zijn, leek het penningmeesterschap voor mij de meest geschikte taak. Ik hoop dat ik samen met mijn bestuursgenoten een mooi en leerzaam jaar neer kan zetten.

Pieter Smit

Guangyu Song – Commissaris Activiteiten

Ik ben Guangyu Song, 24 jaar, komt uit China. Ik ben hier als een internationale student en dit is mijn 4de

jaar in Nederland. Sinds dit studiejaar ben ik begonnen met de Master opleiding Urban, Port & Transport Economics. Mijn interesse gaat meer naar de vervoersrichting.Nadat ik hier aan Erasmus 3 jaar gestudeerd heb, vroeg ik me af of ik mijn studieleven in het buitenland nog mooier en kleurrijker kon maken. Toen Bianca en Steven tijdens het eerste mastercollege vertelden dat Transito op zoek naar nieuw bestuur was, dacht ik: het zal een goed idee zijn om actief te worden binnen een studievereniging. Na een paar gesprekken met het vorige bestuur heb ik besloten om actief te zijn binnen het bestuur.Het organiseren van activiteiten vind ik heel belangrijk voor een vereniging. Dus ik wil graag dit jaar de verantwoordelijkheid van Commissaris Activiteiten dragen. Ik geloof er sterk in dat ik samen met mijn collega’s veel leuke activiteiten zal kunnen organiseren voor onze leden. Jullie mogen van ons aannemen dat er een mooi en leerzaam studiejaar staat voor jullie.

Floris Geldof – Commissaris Extern

Mijn naam is Floris Geldof en ben nu bezig met bachelor 3. Na de eerste colleges was ik gelijk enthousiast en wilde al enige tijd graag actief worden naast de studie. Toen mij duidelijk werd dat Transito op zoek was naar nieuw bestuur leek mij dit de ideale kans en ik ben hier dus vrijwel direct op ingegaan. Binnen Transito heb ik het genoegen om dit jaar de functie van commissaris extern te vervullen. Dit houdt kort gezegd in dat ik het contact zal leggen en onderhouden met bedrijven en overheden. Een uitdagende taak, mede omdat we dit jaar nieuwe nog niet eerder benaderde bedrijven willen bezoeken. Daarnaast zal ik bijvoorbeeld ook ingekomen traineeships en stages melden. Houd voor al deze dingen goed je ledenpost, e-mail en onze site in de gaten, dan weet je zeker dat je geen van deze mooie dingen dit jaar zult missen!

Floris Geldof

Willemien de Jong - Commissaris Studiereis

Even voorstellen: mijn naam is Willemien de Jong, 24 jaar, geboren in Rotterdam, getogen in Breda en student geweest in Maastricht en nu in Rotterdam. In mijn eerste jaar heb ik Internationale Bedrijfskunde gestudeerd aan de Universiteit van Maastricht. Door een negatief bindend studieadvies is het bij dat ene jaar gebleven. Ik ben daarop HEAO gaan doen; Management, Economie en Recht. Na 3 jaar aan de Hogeschool Zuyd ben ik er een jaar tussenuit gegaan. Ik heb toen een bestuursjaar gedaan bij het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO). Na dit geweldige jaar bij het ISO heb ik mijn HEAO diploma gehaald. Omdat ik nog lang niet klaar was met studeren heb ik ervoor gekozen om aan de EUR nog een master te gaan volgen. Dit jaar ben ik dan ook begonnen aan het schakeljaar voor de master Urban, Port & Transport Economics.Dan mijn functie binnen het Transito-bestuur 2005-2006. In voorgaande jaren werd er voor het organiseren van een studiereis een commissie gevormd, dit jaar is er voor gekozen die functie in het bestuur te integreren; de commissaris Studiereis. De studiereis in het collegejaar 2005-2006 zal plaatsvinden in de eerste week van mei. We zullen een bezoek brengen aan Italië (o. a. Venetië) en Griekenland (o.a. Athene). Ik hoop dit jaar een hele gave studiereis neer te zetten. Voor zowel de studiereis als voor Transito ben ik natuurlijk altijd op zoek naar inspiratie. Goede ideeën van leden zijn dan ook altijd welkom! Je kunt me altijd bereiken op [email protected], en vaak ben ik ook te vinden op H12-05.

Willemien de Jong

InTrans 3

Page 4: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

ALV 20 oktober 2005

Eindelijk was het zover, op donderdag 20 oktober was dan de wisselings-ALV. Na 4 turbulente weken waarin met een ongekende snelheid een nieuw bestuur van 6 personen werd samengesteld. Ondergetekende maakt hiervan deel uit als zijnde secretaris. (zie elders in deze Intrans mijn persoonlijke rede) Als nieuw bestuur hadden we al een aantal vergaderingen gehad en we stonden dan ook te popelen om geïnstalleerd te worden. Ware het niet dat we tijdens de ALV letterlijk uren moesten wachten voordat het hele feest voor ons pas echt kon beginnen.

Rond 19:30 werd de ALV geopend met de geïmproviseerde hamer van de voorzitter. (wat doe je als student nou met een notenkraker in je keuken..?) Het zaaltje was niet helemaal, doch gezellig gevuld met Transitoleden en allerhande leden van zusterverenigingen. Heuglijk was de komst van ons erelid prof. dr. Hugo Roos. Al na 3 uur werden de notulen van de vorige vergadering goedgekeurd. Toch een fijne leerschool: het nieuwe bestuur weet inmiddels alles van bijvoorbeeld de befaamde HaHa catering® en de vermeende Transito-vrachtwagentjes.

Gelukkig voorzag het toenmalige bestuur tijdens een korte pauze in alle behoeften op het gebied van verfrissingen en versnaperingen waardoor we nieuwe energie hadden om het volgende gedeelte van de ALV te voltooien. Veel vragen en bevredigende antwoorden over de diverse verslagen van het afgelopen jaar en vruchtbare afscheidsreden van de diverse commissies passeerden de revue. Uiteindelijk kreeg het twijfelachtig beoogd bestuur dan de kans om zich allen persoonlijk voor te stellen. Weinig vragen vanuit het publiek, schijnbaar hadden we een bijzonder goede indruk achtergelaten.

Décharge van het bestuur 2004-2005 en installatie van het bestuur 2005-2006 vonden plaats en wij konden opgelucht adem halen. Een verfrissing met overheerlijke versnaperingen uit de hand van Dhr Bos (uitstekende frituurkwaliteiten!) waren op zijn plaats. Het laatste gedeelte bevatte de veelbelovende beleidsrede en de installatie van de diverse commissies.

Aan het einde van de ALV om 00:30 kon iedereen tevreden terugkijken op een bijzondere, leerzame en tegelijk ook hilarische ALV. Namens het nieuwe bestuur kan ik u mededelen dat we u allen tegemoet zien op de halfjaarlijkse ALV die in maart plaats zal vinden. Uiteraard zullen wij u op de hoogte houden van de exacte datum.

Simone SmedesSecreterais 2005-2006

Van de RHV-sectie

Road Pricing in Nederland

Eén van de grootste problemen van het Nederlandse transport systeem betreft het hoge aantal files dat elke dag op de belangrijkste nationale snelwegen staat. Een algemene indicator die in Nederland gebruikt wordt om files te meten is ‘km/min’, wat het aantal minuten weergeeft dat er een bepaalde file met een bepaalde lengte op een bepaalde plaats stond. In het jaar 2005 was het precies 50 jaar geleden dat de eerste file in Nederland geregistreerd werd. Sinds 1955 is het aantal files drastisch in aantal toegenomen. Alleen al in de afgelopen drie jaar is het aantal files in Nederland met bijna 19% toegenomen (zie tabel 1).

Tabel 1: Toename in het officieel geregistreerde aantal files in Nederland (bron: www.verkeersinformatiedienst.nl/top50.html)

Files in km*min

Toename (2002 =100)

2002 8,986,126 1002003 9,497,484 105.72004 10,682,793 118.9

Files zijn niet alleen de oorzaak van veel ongelukken, milieu problemen en irritaties bij chauffeurs, ze vormen ook een serieus obstakel voor economische groei. De meeste files en daaraan gerelateerde vertragingen zijn geconcentreerd rond de stedelijke gebieden en dan met name de Randstad.Het is vaak bediscussieerd dat één van de belangrijkste oorzaken van files is dat het internaliseren van de externe kosten veroorzaakt

InTrans 4

Page 5: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

door auto is mislukt. Een poging om deze kosten te internaliseren kan gedaan worden door middel van de introductie van Road Pricing. In het kort kan dit omschreven worden als een gedifferentieerde heffingsmethode waarbij de weggebruiker een bedrag betaalt dat afhankelijk is van zijn persoonlijk gebruik van het wegennet. Road Pricing biedt een stimulans voor economisch gebruik van wegtransport en voor het vermijden van externe kosten.Het ‘EU White Paper for Transport’ stelt duidelijk dat externe kosten, en dan met name kosten aan het milieu, opgevangen moeten worden door infrastructurele heffingen die alle weggebruikers zullen moeten betalen. Veel landen hebben al een bepaalde vorm van Road Pricing en andere landen zullen die binnenkort gaan introduceren. Na de introductie van het ‘Congestion Charge’ systeem in Londen zijn er nu veel andere Europese steden die de optie overwegen om ook in hun binnensteden een tol-heffings systeem te introduceren.Nederland lijkt zo’n impopulaire maatregel vooralsnog niet te willen nemen. Sinds het einde van de jaren 80 zijn er veel projecten en studies uitgevoerd met

betrekking tot dit onderwerp, maar geen van allen is uiteindelijk vertaald in een daadwerkelijk uitgevoerd project. Recentelijk heeft het platform ‘Anders Betalen voor Mobiliteit’ het ministerie van Verkeer en Waterstaat geadviseerd over de invoering van tol heffingen, maar de regering heeft nog geen beslissing genomen.

Het is duidelijk dat er geen politieke bereidheid is om een Road Pricing systeem in het land in te voeren; in de afgelopen 20 jaar was de overheid bereid verschillende studies over Road Pricing te financieren, maar is er nooit een definitieve stap gezet richting de introductie van een systeem waarbij er betaald moet worden voor het gebruik van het wegennet.Misschien is Road Pricing niet de beste manier om op de lange termijn de files te beperken, maar het is zeker een belangrijke stap in de richting van het principe ‘de gebruiker betaalt’. Of onze overheid het nu leuk vindt of niet, de EU heeft het principe van ‘de gebruiker betaalt’ al wel omarmd en dat betekent dat, vroeger of later, Road Pricing ook in Nederland geïntroduceerd zal moeten worden. Een voorbeeld is het besluit dat onlangs is genomen door het Europese Parlement om uiterlijk vanaf 2010 een heffing te introduceren voor kleine vrachtwagens. Deze heffing zal verplicht ingevoerd moeten worden in alle lidstaten van de EU. In Nederland heeft tot nu toe elke regering geprobeerd

de beslissing uit te stellen in de hoop dat een volgende regering zich wel over de kwestie zal buigen. Het is overbodig om aan te geven dat dit geen proactieve houding is die indruist tegen het belang van het land. Ik nodig Transito uit om de discussie over Road Pricing in Nederland te stimuleren door middel van debatten, seminars en onderzoek.

Drs. Guiliano Mingardo

InTrans 5

Page 6: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

Van de leden

5e Havendebat woensdag 16 november ’05 – Off Corso, Rotterdam

’s Morgens vroeg (heel vroeg!) om 8.00u begon in de Off Corso aan de Kruiskade het 5e havendebat met een ontbijt. Naast veel mannen in pak was een aantal studenten aanwezig, waaronder een aantal bestuursleden van uw studievereniging Transito. Om stipt 9 uur begon het debat, met voor alweer de 5e

keer Victor Deconinck als, zoals hij zelf zei, ‘facilitator’.

Het debat draaide om de concurrentiepositie van de haven van Rotterdam ten opzichte van de havens van Amsterdam, Antwerpen en Hamburg. Deze havens werden telkens individueel vergeleken met de haven van Rotterdam. Eerst werd een filmpje vertoond waarin de respectievelijke havendirecteurs kort hun visie gaven op hun eigen haven in verhouding tot de haven van Rotterdam. Vervolgens gaf (jawel, onze eigen!) Peter de Langen een kort beeld van de concurrentie tussen de twee havens. Hiervoor gaf hij telkens per haven aan wat het onderscheidend vermogen is. Daarna was er per vergelijking ruimte voor een discussie, waarbij ook de havendirecteurs van de betrokken havens aanwezig waren.De eerste haven die werd vergeleken met de haven van Rotterdam was die van Amsterdam. In het filmpje gaf dhr. Gerson, directeur van de Amsterdamse haven, zijn kritiek op de haven van Rotterdam: deze zou niet goed genoeg met de klanten omgaan. Sterke punten van Amsterdam kende hij ook: het daar geldende adagium ‘we are second, we try harder’ en de aantrekkingskracht van de stad Amsterdam geven de haven een unique sellingpoint. Uit het onderzoek van Peter de Langen bleek dat, hoewel de omzet van Rotterdam 5 keer zo groot is als die van Amsterdam, deze eerste toch een toegevoegde waarde heeft die slechts 2 keer groter is. De discussie heeft een onverwacht laag ‘Feijenoord – Ajax’ gehalte, wat meteen ook het meest opvallend aan de discussie is. Uiteraard werd de kritiek van dhr. Gerson weerlegd – er zijn natuurlijk wél goede contacten met klanten, bijvoorbeeld met de binnenvaart – maar vooral bleek dat er consensus bestond (met hier en daar in de zaal wat gezonde tegenzin) over het feit dat beide havens hun specialisaties goed moeten kennen en die respectievelijke krachten moeten uitbuiten. Zeker met het oog op ‘groot Europa’, het Europa van de 25 lidstaten, is het van belang om op deze manier een netwerk van havens op te bouwen. Het tweede filmpje dat voorbij kwam was van de haven van Antwerpen. In het filmpje was dhr. Bruininx aan het woord, in de zaal zat dhr. Blommer. Uit het filmpje, en ook uit het verhaal van dhr. Blommer bleek dat de haven van Antwerpen van mening is dat Rotterdam vanwege diens grootte een leiderschapsrol heeft, die de haven meer op zich zouden moeten nemen. In het filmpje werden als

sterke punt van Antwerpen de goede spoorverbindingen genoemd. Een mogelijke samenwerking tussen de havens zou het knooppunt van die spoorlijnen met de Betuwelijn kunnen zijn. De presentatie van Peter de Langen liet zien dat op veel punten de havens van Rotterdam en Antwerpen behoorlijk concurrerend zijn.Waar de discussie over de haven van Amsterdam zich nog behoorlijk richtte op die haven, was dat nu veel minder het geval. Besproken werden eventuele kansen voor de Rotterdamse haven. Zo is daar de optie om van Rotterdam meer een ‘energiehaven’ te maken. Dit zou kunnen gebeuren door zowel zelf energie te ontwikkelen en producenten hierheen te halen, als door het energieverbruik beter te managen. Een duidelijk naar voren komend punt was dat concurrentie in ieder geval goed is, maar dat er wel sprake moet zijn van transparantie, zowel op het gebied van regelgeving als van de interne organisatie. Met betrekking tot de uitbreiding met de 2e Maasvlakte werd vanuit de haven van Rotterdam nog benadrukt dat er nu al 14 bedrijven zijn die bedrijvigheid willen starten (veelal een terminal) in dat gebied; volgens de spreker is voorzichtigheid hierover dan ook niet nodig, er zijn volgens hem voldoende stromen aanwezig om de grote capaciteit op te vullen.De derde en laatste haven die aan bod kwam was de haven van Hamburg. De eveneens aanwezige directeur dhr. Sorgenfrei discussieerde mee in het Engels. Hij maakte in het filmpje duidelijk dat de havens een door geografische kenmerken gescheiden gebied tot hun markt mogen rekenen; Rotterdam ‘krijgt’ Groot-Brittannië en het grootste gedeelte van Noordwest-Europa, Hamburg Oost-Europa en het Baltisch gebied. Voordelen van Hamburg zijn volgens dhr. Sorgenfrei met name de veel lager congestie en daarnaast de grote Chinese gemeenschap. Peter de Langen gaf dhr. Sorgenfrei op het gebied van de geografische scheiding gelijk, volgens hem is de enige concurrentie van betekenis die plaatsvindt tussen Hamburg en Rotterdam op het gebied van containers. Een kans voor de haven van Rotterdam is hierbij de ‘first call’ van grote containers. In de discussie werd een nadeel van de haven van Hamburg aangestipt; het ontbreken van een goede binnenvaartverbinding. Het bleek uit verder best mogelijk om samen te werken, waarbij Hamburg de noord-zuid lijn voor zijn rekening neemt, en Rotterdam de west-oost lijn. Peter de Langen noemde een sterke community die Rotterdam zou kunnen aantrekken als tegenwicht voor de Chinezen in Hamburg: Brazilië. Victor Deconinck zag zich daarop al helemaal op de Copa Cobana staan…Als afsluiting van het debat geven Victor Deconinck en Peter de Langen een ‘samenvatting’, waarbij de van te voren geprepareerde sheets van Peter de Langen verassend goed bleken te kloppen… Daarnaast werd door prof. Welters (die het debat de afgelopen 4 jaar had gepresenteerd en eigenlijk onopgemerkt had willen blijven deze keer) nog eens benadrukt dat de concurrentie om het achterland met name plaatsvindt met Hamburg, en dat met Antwerpen en Amsterdam meer moet worden

InTrans 6

Page 7: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

samengewerkt. Volgens prof. Welters is het dan ook met name een kwestie van havengeografie. Het onderwerp voor volgend jaar kwam in het debat ook een aantal maal voorbij: niet de noordelijke havens, maar de zuidelijke havens zijn de echte concurrenten. Met de noordelijke havens kan worden samengewerkt, met name in de markten waar men elkaar niet tegenkomt, maar de zuidelijke havens vormen een grotere bedreiging. In de gesprekken in de wandelgangen, al vanaf 10 minuten na afloop van het debat, zoemde dit onderwerp dan ook danig rond. Volgend jaar dus met een hopelijk grotere studentendelegatie weer een interessante discussie!!

Willemien de Jong

Rennen of stilstaan…

Het zal de meeste niet ontgaan zijn: sinds 1 november geldt er op een aantal stukken snelweg in Nederland een maximumsnelheid van 80 km/h. Ook een stuk snelweg bij Rotterdam moest eraan geloven: de A20 tussen knooppunten Kleinpolderplein en Terbregseplein. Dit stuk sluit aan op het stuk A13 tussen Overschie en Delft, waar al sinds mei 2002 niet harder gereden mag worden dan 80.Veel automobilisten zijn niet blij met deze nieuwe maatregel. Het wordt gezien als wederom een hersenspinsel van de overheid om het automobilistje te pesten. De hoge benzineprijzen, de nutteloze bekeuringen, parkeerproblematiek, files en nog veel meer maakt het autorijden niet leuker.Maar is het daadwerkelijk een zodanig slecht plan om het verkeer op stukken snelweg 80 km/h te laten rijden?In de brief van verkeersminister Peijs aan de Tweede Kamer staan verschillende verwachte voordelen genoemd. De verlaging van de maximumsnelheid is ten eerste bedoeld om de luchtkwaliteit te verbeteren. Auto’s die 80 km/h rijden in de 5e versnelling, verbranden hun brandstof immers efficiënter dan auto’s die harder rijden. En bij een efficiëntere verbranding komen er minder afvalstoffen uit de uitlaat.De stukken snelweg waar de maximumsnelheid verlaagd wordt naar 80 liggen in drukbevolkte gebieden. Er zijn verschillende onderzoeken geweest die de negatieve gevolgen van de uitlaatgassen op omwonenden van de snelweg hebben bewezen. Volgens berekeningen van Rijkswaterstaat zouden ongeveer vier tot vijfduizend mensen baat hebben van de verbetering in luchtkwaliteit. Een tweede voordeel dat de minister noemt, is de verbetering van de verkeersdoorstroming. Iedereen rijdt immers 80 km/h en dit zorgt voor een rustiger verkeersbeeld en dus een betere doorstroming. Mensen hoeven niet te versnellen, te schakelen, in te halen of van rijbaan te wisselen. Zo is de verlaging van de maximumsnelheid dus niet alleen een milieumaatregel, maar ook nog eens een maatregel om de files te beperken. Alles goed?“Nou, nee,” verklaart Serge Hoogendoorn, universitair hoofddocent verkeerskunde van de TU

Delft. “Het klopt in theorie, maar de praktijk is ingewikkelder. Automobilisten raken in de war als ze de 80-kilometerzone oprijden. De één vliegt op de rem, bang dat hij anders een bekeuring krijgt. De andere rijdt rustig nog even door. Door zulke situaties verbetert de doorstroming in elk geval niet,” aldus Serge.Er is nog een andere reden waarom dat een limiet van 80 geen files voorkomt. Automobilisten die 80 rijden, houden vaker rechts. Hierdoor wordt minder gebruik gemaakt van de linker rijstrook. De capaciteit van de weg wordt dus minder benut. Hierdoor ontstaan juist meer opstoppingen.

Ook Patrick Potgraven van de Verkeersinformatiedienst waarschuwde al vanaf het begin dat de maatregel meer files zou veroorzaken dan oplossen. Nu, een week na de invoering van de verlaagde maximumsnelheid, hebben zowel de ANWB als Rijkswaterstaat verklaard dat er op de betrokken stukken snelweg in die week meer files stonden dan voor invoering van de maximumsnelheid tot 80 km/h

Door deze verlaging van de maximumsnelheid lijkt er dus juist méér file te staan. Dat kan nooit bevorderlijk zijn voor de luchtkwaliteit, al die ronkende stilstaande auto’s. Toch is er een kanttekening: de files lijken vooral te ontstaan net vóór de 80-kilometerzone ingaat. Het fileprobleem wordt dus niet opgelost maar verplaatst. Dit is overigens geen verrassing: in onderzoeken naar de 80-kilometerzone tussen Overschie en Delft is dit al bewezen.TNO gaat onderzoek doen naar de luchtkwaliteit. Men heeft reeds verklaard dat men verwacht dat het effect beperkt is, al waarschuwt men wel tegen overhaaste conclusies over de files. TNO verwacht tussen één à anderhalf jaar de eerste betrouwbare resultaten te hebben.Patrick Potgraven en Serge Hoogendoorn zien het somber in. Zij zien vooral meer opstoppingen ontstaan, en daardoor meer luchtvervuiling. Ook wijzen zij op het gevaar voor de verkeersveiligheid als mensen ineens remmen en teveel op hun snelheidsmeter letten. “Het effect zal eerder ietsje negatief dan positief zijn,” aldus Serge Hoogendoorn.Vooralsnog zullen we echter nog minstens een jaar moeten wachten. Pas dan hebben we een goed beeld van de gevolgen van de maatregelen. Maar zelfs als blijkt dat de maatregel meer negatief dan positief is; zou alles dan teruggedraaid worden? Persoonlijk geloof ik daar niet in. Dus waarschijnlijk staan we tot in lengten van dagen in de file op de A20 om de luchtkwaliteit en de doorstroming te verbeteren… Raar land…

InTrans 7

Page 8: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

Maarten van de Westen

Young Airport Seaport DebateNationale Logistiek Week

Op 31 oktober vond in het kader van de Nationale Logistiek Week het seminar ‘Young Airport Seaport Debate’ plaats. Het seminar kwam voort uit een project van de Hogeschool van Amsterdam waar de versterking van de concurrentiepositie van Amsterdam als international knooppunt centraal stond. Tevens vormde het seminar de opening van de Nationale Logistiek Week die georganiseerd wordt door VLM

Na een opening van Prof. Dr. Roos werd het publiek, dat bestond uit belanghebbenden en studenten van de HVA en Erasmus, getracteerd op verschillende presentaties van belangrijke actoren binnen de Amsterdamse cargowereld. Vanuit de verschillende perspectieven werden de sterke en zwakke punten van de Amsterdamse haven en luchthaven belicht.

In het tweede deel van het seminar werden stellingen van studenten van de HVA voorgelegd aan het forum. De stellingen waren gerelateerd aan de stages die de studenten binnen hun project volgen. De studenten werden niet teleurgesteld, want al snel bleek dat de stellingen niet vanuit één invalshoek belicht konden worden en dit leidde al snel tot discussie tussen de forumleden en de zaal.

Er waren echter ook punten waar alle belanghebbenden het over eens waren. Met name de samenwerking van de twee grote Nederlandse havens en Schiphol lijkt een belangrijk punt om de positie van Nederland binnen de Internationale (in het bijzonder Chinese) markt in de toekomst te doen versterken. Als de Amsterdamse en Rotterdamse haven zich nationaal minder competitief opstellen

zou een internationaal competitief logistiek knooppunt gecreëerd worden. Een ander heftig punt van discussie was de frustratie vanuit de logistieke sector dat logistiek binnen de nationale politiek dikwijls wordt beschouwd als het ondergeschoven kindje. Deze positie van de logistiek draagt volgens belanghebbenden mede bij tot de slechte toegankelijkheid van de hoofdstedelijke luchthaven.

InTrans 8

ForumdiscussieBen Radstaak- managing director, Air Cargo Nederland,Koen Overtoom – manager comm. Unit stukgoed, containers en logistiek, Prof. Dr. Jaap de Wit - hoofd Amsterdam aviation economics, UVAHarry Thomesen - business manager cargo, Schiphol GroupPhilip Hackenitz - branch director, Schenker InternationalGerben Matroos - general manager, VCKMarc Aupers - managing director, Menzies Aviation ContractsEdgar Kasteel - general manager logistiek, Nederland Distributie Land

Page 9: Intrans November 2005

Een greep uit de stellingen van het Young Airport Seaport Debate

Door verschuiving van de goederenstromen naar Oost-Europa zal de concurrentiepositie van Amsterdam blijvend verslechteren.

Een gezamenlijke vrije zone van haven en luchthaven bevordert de internationale concurrentiepositie van Amsterdam.

Cargo verdient een aparte luchthaven.

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

Een belangrijk doel lijkt dan ook om het grote publiek bekend te maken met de belangrijke functie van logistiek binnen de Nederlandse economie. Door de bewustwording te vergroten zal de markt zich ook internationaal beter kunnen ontwikkelen.

En laat dit nu net de achterliggende gedachte zijn van de Nationale Logistiek Week!

Kimberley Corderoy

InTrans 9

Page 10: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

Bezoek Rotterdam Airport

Op 21 november was er de mogelijkheid om mee te gaan op excursie naar Rotterdam Airport. De intransredactie was hier bij aanwezig zodat iedereen nu kan lezen hoe deze interessante excursie verlopen is. Allereerst werden we om half tien ontvangen met koffie en cake. Om tien uur begon de rondleiding over het terrein van Rotterdam Airport. Bij deze rondleiding wordt dezelfde weg afgelegd als passagiers, tot op het moment van opstijgen. Wat meteen opvalt, is dat het op Rotterdam airport helemaal niet druk is. Dit heeft verschillende redenen. Ten eerste heeft het vliegveld nog veel fysieke capaciteit over. Het vliegveld moet zich houden aan de geluidsnormen. De luchthaven zit aan het maximum op dit moment. Rotterdam airport weigerde om deze reden onlangs vluchten van de regering nadat er een boete was ontvangen wegens het overschrijden van de geluidsnormen. Deze boete hoeft niet betaald te worden, omdat de reden voor het overschrijden van de geluidsnormen juist de regeringsvluchten zijn. Ten tweede handelt Rotterdam airport de incheck snel af. De passagiers hoeven slechts een half uur voor vertrek aanwezig te zijn. Echter bij Transaviavluchten is dit negentig minuten. Passagiers zijn hierdoor korter aanwezig op de luchthaven dan bijvoorbeeld op Schiphol. Daardoor lijkt het minder druk. Na dit verhaal in de centrale hal ging de rondleiding verder naar de veiligheidscontrole. Alle tassen gingen door de scanner en iedereen moest door de metaaldetector. Sommige studenten werden zelfs gefouilleerd. Even later konden we in de bus instappen, die normaal gebruikt wordt voor het vervoer van passagiers naar de vliegtuigen. De bustocht voerde ons langs enkele kleine vliegtuigen en de traumahelikopter van het Erasmus MC. Ook werd de weg over de startbaan afgelegd per bus en de brandweerkazerne van het vliegveld bekeken. Rotterdam Airport heeft continu zeven brandweerlieden paraat, dat is het verplichte aantal in verband met mogelijke vliegtuigcrashes. De brandweer is een hoge kostenpost voor de luchthaven. Om de kosten wat te drukken zijn alle brandweerlieden ook inzetbaar als medisch hulpverlener en voor onderhoud aan gebouwen. Na de rondleiding volgde er een lezing over de huidige stand van zaken en over de toekomst van Rotterdam airport. Het vliegveld heeft een regionale functie en heeft een gunstige ligging voor zowel de mainport Rotterdam als het regeringscentrum Den Haag. Schiphol is de eigenaar van het vliegveld. In eerste instantie lijkt het erop of dat Schiphol hiermee zichzelf benadeeld. De belangrijkste keuze tussen vliegvelden is voor de regio Rotterdam immers of Schiphol of Rotterdam airport. In werkelijkheid zorgt de concurrentie tussen beide luchthavens er juist voor dat er gelet wordt op de kwaliteit van de dienstverlening, de beide vliegvelden houden elkaar dus scherp. Rotterdam airport heeft ook een toegevoegde waarde voor Schiphol. Vooral op korte afstanden is het voor zakenreizigers aantrekkelijk om via Rotterdam te reizen, vanwege de korte incheck tijden. Op Rotterdam airport zijn geen low cost carriers. Dit wil de luchthaven zelf niet, omdat deze

maatschappijen niet willen betalen voor de faciliteiten. Bovendien zijn deze low cost carriers footloose in meer of mindere mate. Rotterdam airport wil juist een langdurige en stabiele relatie met vliegmaatschappijen. De toekomst van het vliegveld ziet er goed uit. Over vijf of zes jaar is het mogelijk om uit te breiden. In de toekomst is het misschien ook mogelijk dat het vliegveld wordt aangesloten op randstad rail, wellicht met een tramverbinding.

Ina van Lith

Beschouwing Rotterdamse havens

In de meeste economische theorieën wordt er vanuit gegaan dat de vraagkant van de markt steeds hogere eisen stelt aan de kwaliteit, snelheid en prijs van het product. In de transportsector geldt dit ook. In deze beschouwing zal ik de Rotterdamse haven onder de loep nemen.Dit jaar zullen er weer meer goederen dan ooit (de verwachting is 277 miljoen ton) door de Rotterdamse haven doorgevoerd worden. Dit is voor zowel het achterland als voor de transitohandel. De stijging komt door verscheidene redenen. Door internationalisering en globalisering zullen er steeds meer en grotere goederenstromen ontstaan tussen landen en continenten. De rederijen spelen hier op in door steeds grotere schepen te (laten) bouwen. De jongste generatie deepsea-schepen zijn zo breed dat deze niet door het Panamakanaal kunnen. De kans is groot dat Panama zijn kanaal laat verbreden zodat de schepen niet om Zuid-Amerika hoeven te varen.Verder worden de containers steeds groter zodat er goedkoper kan worden getransporteerd. Vroeger was de standaardmaat 20 voet, maar dit is al opgeschroefd tot 40 voet. De verwachting is dat de nieuwe maat 45 voet wordt. Ook door de ontwikkelingen op containergebied kunnen steeds meer verschillende goederen vervoerd worden. Hierbij moet gedacht worden aan reefer-containers. Dit zijn containers met geïntegreerde koeling. Deze worden aangesloten aan aggregaten die de stroom leveren. De nieuwste schepen hebben aggregaten aan boord die genoeg elektriciteit produceren om de stad Zwolle te voorzien van stroom. Door efficiëntere planning en equipment liggen de schepen steeds korter aan de kade. Rotterdam is vooral sterk in transitiehandel. Dit betekent dat een container van een schip wordt gehaald en korte tijd later op een andere boot wordt overgeladen. In dit segment wordt alleen op de prijs gelet. Als Rotterdam niet snel genoeg is en daarom te duur wordt, zullen de rederijen overstappen naar bijvoorbeeld Hamburg, Antwerpen of Dublin. Verder wordt er steeds meer werk verzet door steeds minder mensen. Dit komt door automatisering. Vroeger werden de containers door mensen naar de stack gereden. Tegenwoordig wordt dit door AGV’s (Automatic Guided Vehicles) gedaan. Dit scheelt een hoop arbeid en kosten. Voor de economische groei is het noodzakelijk dat er een Tweede Maasvlakte komt. Hierdoor kunnen grotere schepen de Rotterdamse haven aandoen. Door

InTrans 10

Page 11: Intrans November 2005

InTrans Jaargang 6 – editie 1 – december 2005

schaalvoordelen kunnen er “increasing returns to scale” ontstaan en er kan er tegelijkertijd de nodige automatisering doorgevoerd worden. Dit zorgt voor een gunstigere concurrentiepositie, want de concurrentie zit nooit stil.

Gert-Jan Roest

Activiteitenkalender

Maand/Jaar Week ActiviteitenJanuari 2006 2 NieuwjaarsborrelJanuari 2006 3/4 Regionale activiteitFebruari 2006 6 APL Lezing (APL is een

actieve shipping line in de container transport)

Februari 2006 8 Inhousedag (waarschijnlijk bij Vopak)

Maart 2006 10 HALVMaart/April 2006

15 Bezoek bij Exxonmobil en ECT (Exxonmobil is een groot wereldwijde speler in vooral olie en chemische sectoren)

Mei 2006 18 StudiereisJuni 2006 23 Excursie (zal regionaal

gericht zijn)

Oktober 2006 40 Symposium

OntwerpwedstrijdOp Heijplaat, midden in het stadshavensgebied, ligt het terrein van de vroegere Rotterdamsche Droogdok Maatschappij. Het centrale deel van dit terrein en hart van de oude scheepswerf is de Dokhaven, omringd door grootschalige loodsen en het oude RDM-hoofdkantoor. Hier werden in het verleden scheepskolossen als de SS Rotterdam vervaardigd, maar ook booreilanden, kraanpontons, onderzeeboten en defensiemateriaal zoals tanks en kruisers. Deze industriële glorie behoort tot het verleden. Het RDM-terrein kampt nu met leegstand en dreigend verval. Vanaf 2020 ontstaat er een scala aan nieuwe mogelijkheden voor herontwikkeling. Tot die tijd kan dit gebied echter niet aan zijn lot worden overgelaten. Er zal dus naar tijdelijke en flexibele oplossingen gezocht moeten worden. Vernieuwende oplossingen die eer doen aan de rauwe romantiek en roemruchte cultuurhistorie van het gebied.OpgaveVerbeeld in een ontwerp, ideeën over gebruiks- en inrichtingsmogelijkheden voor de Dokhaven en haar waterfront voor de periode van nu tot 2020. Zoek hierbij naar innova-tieve tijdelijke en/of flexibele gebruiksmogelijkheden op land enwater.DeelnemersOm vernieuwende en verrassende oplossingen te vinden op deze opgave schrijft Stadshavens Rotterdam een openbare ideeënprijsvraag uit voor studenten en jonge professionals tot 35 jaar. Aan Unorthodocks kunnen alle jonge ontwerpers of teams van jonge ontwerpers deelnemen, al dan niet in samenwerking met studenten of jonge beroepsbeoefenaars uit andere disciplines.JuryFrancine Houben, Zef Hemel, Henk de Bruijn, Olivier Thill & Joep van LieshoutPrijzenEerste prijs: € 15.000

Tweede prijs: € 10.000Derde prijs: € 5.000Inschrijven Vanaf 28 november tot en met 23 december op www.unorthodocks.nlKosten: € 35Telefoon: 010 - 283 38 23Email: [email protected]

InTrans 11

ColofonRedactieIna van LithAgnieszka CyganekBezoekadresErasmus Universiteit RotterdamKamer H12-05Burgemeester Oudlaan 50

PostadresStudievereniging TransitoErasmus Universiteit RotterdamKamer H12-07Postbus 17383000 DR Rotterdam

Tel: 010-4082070Fax: 010-4089156E-mail: [email protected]: www.transito.nu

Oplage170