Indien het nodig is, haal je de bundel van vorige week erbij. Kijk … · 2020. 5. 8. ·...
Transcript of Indien het nodig is, haal je de bundel van vorige week erbij. Kijk … · 2020. 5. 8. ·...
Naam:___________ Datum:_________
WERKBUNDEL NEDRLANDS
Dit leer je in deze bundel:
→Het verschil tussen regelmatige en onregelmatige werkwoorden →Werkwoorden vervoegen in de verleden tijd.
Dit herhaal je in deze bundel:
→Werkwoorden in de tegenwoordige tijd. →Verschillende soorten gedichten Opgelet: nieuwe leerstof en herhaling staan deze keer wat door elkaar
Indien het nodig is, haal je de bundel van vorige week erbij. Kijk ook nog eens
naar de filmpjes indien je het niet begrijpt. Bel me op als je het daarna nog
steeds niet begrijpt!
Dag 1
Oefening 1: Knip de kaartjes uit en kleef ze in de juiste tabel.
MET KLANKVERANDERING ZONDER KLANKVERANDERING Ik LOOP naar school. Gisteren LIEP ik naar school.
Ik WERK in de winkel. Ik WERKTE vorige week in de winkel.
MET KLANKVERANDERING ZONDER KLANKVERANDERING
bond hing riep scheen beet dronk had rook blies ging dacht at hielp verloor
antwoordde danste stofzuigde knutselde kookte bedankte brandde beloofde veranderde waste miauwde bewaarde praatte krioelde
antwoordde
beet
blies
bewaarde
bond
knutselde
brandde
dacht
danste
dronk
beloofde
at
hing
kookte
ging
praatte
stofzuigde
had
veranderde
hielp
riep
rook
waste
verloor
scheen
bedankte
miauwde
krioelde
Oefening 2: vervoeg de werkwoorden ‘maken en ‘melden.
Zwakke werkwoorden
Een zwak werkwoord is te zwak om van klank te veranderen.
We noemen dit ook een regelmatig werkwoord. (onthoud deze term ! )
maken melden
ik stam + te stam + de maakte meldde
jij stam + te stam + de maakte meldde
hij, zij, het stam + te stam + de maakte meldde
wij
stam + ten stam +
den maakten meldden
jullie
stam + ten stam +
den maakten meldden
Zij (meervoud)
stam + ten stam +
den maakten meldden
➔ + te(n) of + de(n)? ’T KOFSCHIP
1. Infinitief – en (vb. maken → maak, melden → meld) 2. Wat is de laatste letter? (maak, meld) 3. Is het een medeklinker uit ’T KOFSCHIP?
JA → + te(n) NEE → + de(n)
Sterke werkwoorden
Een sterk werkwoord is sterk genoeg om van klank te veranderen.
Dit noemen we ook de onregelmatige werkwoorden
worden lopen lezen kijken nemen
Enkelvoud (ik, jij, hij, zij het) werd liep las keek nam
Meervoud (wij, jullie, zij) werden liepen lazen keken namen
Oefening 3: vul de zinnen aan in de verleden tijd
rijden De auto ………reed… de heuvel op.
nemen De kinderen ……namen……… afscheid van de juf.
lezen Ik ………las……… het boek erg graag.
vliegen Het vliegtuig ………vloog……… hoog in de wolken.
blijven We ……bleven……… er in geloven.
Dag 2
Oefening 4: Dobbelsteenspel
Nodig:
• Bladen met dobbelstenen
• Schaar
• Plakband
• Invulblad met vakjes Voorbereiding
Knip de dobbelstenen uit, vouw en plak totdat je drie dobbelstenen hebt.
Speluitleg:
Gooi met de eerste dobbelsteen (ik, jij, wij, …)
➔ Wat bovenaan komt te staan, is het onderwerp. ➔ Bvb.: jij
Schrijf dit in het eerste vakje.
Gooi nu met de tweede dobbelsteen (t.t. en v.t.)
➔ Wat bovenaan komt te staan, is de tijd waarin je zo meteen het werkwoord zal vervoegen.
➔ Bvb.: v.t.
Schrijf dit in het vakje ernaast (2de vakje rechts).
Gooi nu met de derde dobbelsteen (worden, knutselen, kijken, …)
➔ Wat bovenaan komt te staan, is het werkwoord dat je moet vervoegen. ➔ Bvb.: knutselen
Schrijf dit in het vakje ernaast (3de vakje rechts).
Nu schrijf je jouw uitkomst in het vakje rechts van de pijl.
Voorbeeld:
jij v.t. knutselen jij knutselde
ik
jij
hij, zij,
het wij
jullie
zij
v.t.
v.t. v.t.
t.t. t.t.
t.t.
worden
kijken
lezen
knutselen
bedenken
eten
Dag 3
Oefening 5: Geef de tijd van de zin aan (tt of vt). Zet nadien de zin om in de
andere tijd.
• Hij speelt met de blokken.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: Hij speelde met de blokken.
• Iedereen liep naar huis.
→ tijd: v.t.
→ omzetting: Iedereen loopt naar huis.
• Ze belde naar haar oma.
→ tijd: v.t.
→ omzetting: Ze belt naar haar oma.
• De film begint om 20u00.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: De film begon om 20u00.
• Mijn tante vroeg wanneer ik kwam.
→ tijd: v.t.
→ omzetting: Mijn tante vraagt wanneer ik kom.
• Hij stuurt haar een brief.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: Hij stuurde haar een brief.
• De zon schijnt de hele dag.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: De zon scheen de hele dag.
• Mama maakt het eten klaar.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: Mama maakte het eten klaar.
• Het meisje schrijft de zin op.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: Het meisje schreef de zin op.
• Hij klom in de boom.
→ tijd: v.t.
→ omzetting: Hij klimt in een boom.
• De baby huilt de hele nacht.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: De baby huilde de hele dag.
• Hij vraagt waarom hij moet komen.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: Hij vroeg waarom hij moest komen.
• We keken de hele dag televisie.
→ tijd: v.t.
→ omzetting: We kijken de hele dag televisie.
• Iedereen is blij.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: Iedereen was blij.
• Hij telt alle sommetjes.
→ tijd: t.t.
→ omzetting: Hij telde alle sommetjes.
Oefening 6: Lees aandachtig wat hieronder staat.
STERKE WERKWOORDEN KRIJGEN HELEMAAL GEEN
DUBBELE T OF D MAAR VERANDEREN HUN KLANK IN DE VERLEDEN TIJD.
ZE ZIJN ECHTER NIET GEMAKKELIJKER OMDAT HET
SOMS MOEILIJK IS DE JUISTE KLANKVERANDERING TE
VINDEN.
Dit zijn moeilijke(re) werkwoorden. Lees de tabellen.
Maak nu zelf een zin van méér dan 4 woorden. Kies hierboven 3 werkwoorden
uit die je vervoegd in de verleden tijd.
Bvb.:
zijn
t.t. v.t.
ik ben ik was
jij bent jij was
ben jij? was jij?
hij is hij was
wij zijn wij waren
hebben
t.t. v.t.
ik heb ik had
jij hebt jij had
heb jij? had jij?
hij heeft hij had
wij hebben wij hadden
zullen
t.t. v.t.
ik zal ik zou
jij zult jij zou
zul/zal je? zou jij?
hij zal hij zou
wij zullen wij zouden
kunnen
t.t. v.t.
ik kan ik kon
jij kunt jij kon
kun/kan je? kon jij?
hij kan hij kon
wij kunnen wij konden
willen
t.t. v.t.
ik wil ik wou/wilde
jij wilt jij wou/wilde
wil jij? wou/wilde jij?
hij wil hij wou/wilde
wij willen wij wilden
gaan
t.t. v.t.
ik ga ik ging
jij gaat jij ging
ga jij? ging jij?
hij gaat hij ging
wij gaan wij gingen
mogen
t.t. v.t.
ik mag ik mocht
jij mag jij mocht
mag jij? mocht jij?
hij mag hij mocht
wij mogen wij mochten
Ik wou je graag bloemen geven.
Mocht jij gisteren op de tablet spelen?
Dag 4
Herhaling tegenwoordige tijd en verleden tijd. Kijk goed wat er tussen haakjes staat! Tegenwoordige tijd → t.t.
Verleden tijd → v.t.
Oefening 7: vul de tekst aan. TikTok beschermt (beschermen, t.t.) gebruikers niet genoeg
Met wereldwijd zo’n miljard gebruikers is (zijn, t.t.) TikTok bijna net zo groot als
Facebook en Instagram. Achter al die vrolijke en grappige video’s schuilt
(schuilen, t.t.) een donkere kant. De app censureert (censureren, t.t.),
discrimineert (discrimineren, t.t.) en beschermt (beschermen, t.t.) de
gebruikers niet genoeg.
Vorige week verscheen (verschijnen, v.t.) een onderzoek van twee
journalisten. Ze lazen (lezen, v.t.) honderden documenten, beluisterden
(beluisteren, v.t.) audio-opnames en spraken (spreken, v.t.) met medewerkers
van het bedrijf in Berlijn.
Uit hun onderzoek blijkt (blijken, t.t.) dat de Chinese leiding bepaalt (bepalen,
t.t.) wat gebruikers zien (zien, t.t.) en plaatsen (plaatsen, t.t.). Zij zorgen
( zorgen, t.t.) ervoor dat video’s over homoseksualiteit, transgenders, mensen
met een handicap… niet of minder vaak te zien zijn.
In een interview vertelt (vertellen, t.t.) een van de onderzoekers dat TikTok zegt
dat het gebruikers zo beschermt (beschermen, t.t.) tegen pesten.
Dag 5
Hoe gaat het met je plantje?
Hieronder zie je vier gedichten. Eén daarvan hoort bij jouw plantje.
Maar welk plantje heb jij nu precies?
Hieronder wat meer informatie over de vier
plantjes die ik heb uitgedeeld. Misschien weet
je hiermee al wat meer.
STANDPLAATS EN BEMESTING VAN BASILICUM
Basilicum heeft een warme, zonnige, beschutte standplaats nodig. Je kunt de basilicum ook heel de zomer in de kas telen. Verder is een bewerkte, humusrijke, vochthoudende grond heel belangrijk. Basilicum wordt veel in potten of bakken geteeld.
BASILICUM KWEKEN
Basilicum moet warm gezaaid worden. Zaai binnen bij een temperatuur van 20°C in april-mei. Als het plantje twee echte blaadjes heeft kun je deze verspenen in potjes met een diameter van 8 cm om later uit te planten (op een grond van 30 x 20 cm) of te verpotten in grotere potten.
BASILICUM VERZORGINGSTIPS
Basilicum is gevoelig voor kou en vochtigheid. Zorg voor beschutting of teel in een kas. Zaai ook in de zomer nog eens, om zo steeds jonge planten te hebben. De potten kunt u in de winter verplaatsen naar een zonnige vensterbank. Zorg steeds voor een vochtige grond. De bloemen kunnen het best worden verwijderd, zo kun je langer en meer van dezelfde plant oogsten.
BASILICUM OOGSTEN EN BEWAREN
Oogst regelmatig de jonge blaadjes maar ook de topjes van de scheuten, zo ontstaan mooie vertakkingen. Als de groei van de plant minder krachtig is, in de herfst of winter op de vensterbank, plukt u enkel de blaadjes. Basilicum leent zicht niet zo goed voor drogen, verse baadjes zijn veel aromatischer.
PETERSELIE past als garnering bij een heleboel recepten. Het is een lekker fris kruid. Ook kan je het verwerken in kruidenboter met knoflook en roomboter. Het smaakt natuurlijk het lekkerst uit eigen tuin! Zo zaai en oogst je peterselie zelf.
Groeiwijze van MAIS
Jonge maisplantjes zien er nog uit als een soort dik gras. De plantjes groeien
snel, vooral bij hogere temperaturen.
Maïs is een eenjarige plant en ontstaat uit een geel tot lichtoranje zaadje dat veel harder en rimpeliger is dan de maïs uit de potjes en blikjes uit de supermarkt. De maïszaden ontkiemen snel en groeien binnen enkele dagen uit tot grasachtig plantjes. De zaden en de plantjes houden van warmte en zullen niet ontkiemen of groeien als de temperaturen te laag zijn. Ook zullen de plantjes bij (nacht)vorst doodvriezen.
Als het weer lekker warm is, zullen de plantjes in hoog tempo uitgroeien tot hoge, rechte planten. De hoofdstengel wordt enkele centimeters dik en, afhankelijk van het ras, soms meer dan twee meter hoog. Aan de stengel bevinden zich meerdere langwerpige bladeren die een kenmerkend ritselend geluid maken als het waait.
In de top van de plant ontstaat een pluim, dit is de mannelijke bloei van de plant. In de oksels van de plant (de plaatsen waar de bladeren aan de hoofdstengel ontspringen) zullen in de loop der tijd kolven ontstaan. Dit zijn de vrouwelijke bloemen. Als de vrouwelijke bloemen bevrucht worden, zullen de kolven steeds dikker worden. Onder een laagje van dikke bladeren groeien de kolven geleidelijk uit tot mooie, volle kolven gevuld met maiskorrels.
Hieronder is de groei van een ZONNEBLOEM in beeld gebracht.
Zonnebloemen verzorgen
Hoe moet je zonnebloemen verzorgen? De beste verzorging van zonnebloemen vereist een focus op de volgende aandachtspunten:
• Zaaien: april, mei, juni • Verplanten: na 5 tot 6 weken • Zonlicht: direct zonlicht (6 tot 8 uur) • Grondsoort: waterdoorlatende grond • Bemesting: licht bemesten met compost of organische meststof • Bewateren: dagelijks water geven in de buurt van de wortels