Impuls 1, 2015

13
nummer 1 februari 2015 Pilot OdionLine Hoe zijn de ervaringen? Voor iedereen bij Odion Carla van Dorst 'Heerlijk om weer dichtbij de cliënten te staan’ Help, een zieke! Flexpoolopvang nu simpeler geregeld Deel voor cliënten

Transcript of Impuls 1, 2015

Page 1: Impuls 1, 2015

nummer 1 februari 2015

Pilot OdionLine Hoe zijn de ervaringen?

Voor iedereen bij Odion

Carla van Dorst 'Heerlijk om weer dichtbijde cliënten te staan’

Help, een zieke! Flexpoolopvang nusimpeler geregeld

Deel voor cliënten

Page 2: Impuls 1, 2015

3

In deze

2

3

4

6

7

8

10

10

11

12

13

14

15

16

18

20

21

22

24

Praktische werkinstructiesLeidraden van de Inspectie vertaal ik

naar praktische werkinstructies voor

het handboek. Ook zorg ik ervoor dat

dit handboek up-to-date blijft. Volgend

jaar komt daar een nieuw programma

voor. Dan kun je makkelijk zien wat de

laatste veranderingen zijn.

Beelden van kwaliteitMet collega Nellie Borst van SIG neem

ik de planning van de audits door voor

Beelden van Kwaliteit; een fantastische

methode die de kwaliteit van de relatie

tussen cliënt en begeleider weergeeft

zonder lijstjes en cijfertjes. Heerlijk om

mee bezig te zijn.

OndersteuningsplanSteeds vaker controleer ik de kwaliteit-

seisen uit het OSP met begeleiders in

plaats van de teamleider, zoals hier op

Londenhaven. Zij zijn tenslotte de prak-

tijkmensen. Is de indicatiestelling onder-

tekend? Is de risicoduiding op orde? Dat

soort zaken bespreek ik met ze.

Terug naar de apotheekOp deze locatie controleerde ik bij

een interne audit de voorraad ‘indien-

nodig-medicatie’. Die was te hoog, dus

gaf ik het advies om het teveel terug

te sturen en de leverafspraak met de

apotheek bij te stellen. Over een half

jaar check ik of de situatie is verbeterd.

GehoordKlachten van cliënten bespreek ik met

teamleiders of clustermanagers, zoals

hier met Marjan Ooms. Ik los ze niet

op, maar zorg ervoor dat ze worden

opgepakt. Vaak komt een klacht voort

uit een instabiele situatie en blijkt het

een vraag om gehoord te worden.

Odion vindt kwaliteit van zorg belangrijk. Dea bewaakt die kwaliteit.

Het fotodagboek van Dea Bobeldijk

Bij Odion ‘doet’ iedereen aan kwaliteit. Als kwaliteitsfunctionaris

zorgt Dea er echter voor dat procedures en werkinstructies worden

bewaakt en dat iedereen zich eraan houdt.

Iedereen een passend thuis

Het fotodagboek van Dea Bobeldijk

OdionLine: wat is de meerwaarde?

Daarom: Joske Rouzsky

Paarse krokodil: flexpooler regelen nu simpeler

Gluren bij de buren

Ilse Ruff en de OR

De column van Petra

Carla van Dorst terug op de werkvloer

Geheel vrijwillig: Marjan Smit

Richtlijn social media

In dienst, uit dienst

Even bellen over…. De Odi-omdag

Tien vragen aan Cilia Boon

Hans en Martine zitten op trommelen

Waar kun je leren computeren?

Het leven van Eveline

Martin helpt in de kantine bij Odion

Moet je horen!

Impuls is een uitgave van de stichting Odion. Odion biedt ondersteuning aan mensen met een handicap. Impuls wordt

verspreid onder medewerkers, cliënten, vrijwilligers en andere belang stellenden en verschijnt drie maal per jaar.

Stichting OdionPostbus 138

1440 AC PurmerendT: 0299 - 412 812

Redactie en coördinatie Vitamedia Hoorn

Irma van der Lubbe en Marian Vleerlaag

RedactieadresNieuwstraat 231621 EA Hoorn

T: 0229 - 280 230E: [email protected]

VormgevingGrafish, Tom van Hoogstraten

FotografieEvelien Berger, Elly Kroese, Yvon Koster, Rob Bosma

Trudy Conijn, Bart Tol, Saskia Kerkhoff, Yvette Boonstra

Redactieraad Elly Kroese, Rinske Rill, Rob Marinus, Petra Ruiter, Ingrid van

Melsfort, Karin Watzeels, Evelyn Breet, Willemien Verheij, Marjan Ooms, Sandy Nibbering

Cliëntredactie Sebastiaan Eschweiler, Reinier Tervoort, Els van Vloten, Brian

Ondunk, Dave van den Berg, Gudy van Hogen

DrukKoopmans Drukkerij, Hoorn

Oplage1.350 exemplaren.

Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder schriftelijke

toestemming van Odion, Vitamedia en Grafish.

Colofon

Fotografie: Saskia Kerkhoff

Iedereen een passend thuis

Odion is een huis met vele kamers. In de eerste plaats zijn er

de locaties, elk met hun eigen kleur en inrichting. Het huis

heeft ook verschillende bewoners, ieder met zijn of haar eigen

hoogstpersoonlijke identiteit. Het huis van Odion is in zoverre

wat apart, dat daarin niet alleen ondersteuning wordt geboden

aan mensen met een verstandelijke beperking, maar ook aan

mensen met een lichamelijke of zintuiglijke beperking. En wat

ons ook wel een beetje apart maakt zijn de vele vormen van

dienstverlening die wij bieden; binnen en vanuit het huis. Wij

hechten aan het huis waarin wij wonen. ‘Wonen in een huis dat

je thuis is’ was jaren geleden een van onze motto’s en dat geldt

nog steeds; zowel voor de individuele bewoner als voor Odion

als organisatie. Ook de komende jaren willen wij een gastvrij

onderkomen bieden aan mensen met een beperking die bij ons

willen wonen. Voor mensen met een psychische beperking zijn

er instellingen die op dat gebied meer competent zijn. Soms

zijn er mensen met een psychische beperking die zich bij ons

het beste thuis voelen. Bijvoorbeeld omdat onze wijze van

begeleiding het beste aansluit op hun ontwikkelingsniveau in

relatie tot hun psychische beperking. In veel gevallen heb-

ben deze mensen meer nodig dan ambulante begeleiding; zij

zouden meer baat hebben bij een setting waarin 24-uursonder-

steuning kan worden geboden. Maar een van de ongerijmd-

heden in de veranderingen die dit jaar zijn ingegaan, is dat

wij met z’n allen mensen niet mogen laten wonen op de plek

waarvan iedereen vindt dat hij of zij zich het beste ‘thuis’ kan

voelen. Ik vind dat ongerijmd. Ongerijmd, omdat we in dit land

juist willen denken in goede huizen in plaats van in hokjes. De

overheid draagt dat op alle manieren uit. Het optrekken van

nieuwe schotten past daar niet bij.

Henk Steen

impuls | 1 2015

Deel voor cliënten

Page 3: Impuls 1, 2015

Aan het woord

OdionLine: wat is de meerwaarde voor cliënt, netwerk en Odion?Op het moment dat deze Impuls verschijnt, nadert de pilot OdionLine zijn afronding.

Projectleider Evelyn Breet en begeleider Wendy Veldhuis, betrokken bij de pilot,

vertellen over hun ervaringen.

Kan internettoepassing ABCtv (www.abctv.nl) de zelfred-

zaamheid en kwaliteit van leven van de cliënt vergroten? En

kan diezelfde toepassing helpen om de zorg rond de cliënt

en diens netwerk te organiseren? Met deze vragen werd in

het voorjaar van 2014 gestart met de pilot OdionLine. Eerder

vergeleek de werkgroep Cliënt & ICT verschillende toepas-

singen met elkaar. Dat resulteerde in het voorstel om ABCtv

te gaan uitproberen. ‘Deze toepassing werkt met drie menu’s

die aansluiten bij vaardigheden van de cliënt’, legt Evelyn uit.

‘Een A-cliënt hoeft inhoudelijk of motorisch niets te kunnen,

een B-cliënt kan enkele handelingen uitvoeren zoals een

button op een scherm aanraken en een C-cliënt heeft begrip

van een scherm achter een scherm. De toepassing is te ge-

bruiken op allerlei apparatuur: tablet, pc, tv, smartphone,

net wat bij de cliënt past.’

Alles-in-eenOm de meerwaarde van ABCtv te bepalen en te onderzoe-

ken welke voorwaarden nodig zijn om er goed mee aan

de slag te kunnen, zette Odion een pilot op. Aan diverse

locaties, cliënten en begeleiders werd gevraagd of zij wilden

meewerken. Zo ook aan Wendy. ‘Ze wisten wel aan

wie ze het vroegen’, grinnikt ze. ‘Ik ben namelijk nogal

van de gadgets en technische snufjes. Bovendien heb-

ben we op woonvoorziening de Lijnbaan relatief veel

cliënten die al met computers bezig zijn. Er deden er

uiteindelijk vier mee aan de pilot.’ Zelf is Wendy en-

thousiast over ABCtv. ‘Allerlei praktische toepassingen

komen daar samen’, legt ze uit. ‘Wat heel handig blijkt,

is het instellen van zogenaamde alerts. De cliënt krijgt

dan via het systeem een melding dat hij bijvoorbeeld

zijn medicatie moet nemen of zijn tanden moet poet-

sen. Dat kan via een geluidssignaal, al dan niet gecom-

bineerd met een plaatje.’ Ook het gemeenschappelijk

beheren van afspraken is een uitkomst, vindt Wendy:

‘Wanneer ze een afspraak hebben, bellen cliënten ons

vaak om te vragen of ze al weg moeten. Nu zetten

wij - of anderen uit het netwerk - de afspraak in het

systeem en krijgen ze een van tevoren een berichtje.

De cliënt kan dat bericht accepteren of weigeren.’

Kast in elkaarWendy gaat nog even verder in het opsommen van

handige toepassingen, zoals het beeldbellen. ‘Een

cliënt die even verderop woont, was laatst ziek’, schetst

ze. ‘Toen was het heel handig om hem even te kunnen

zien. Hij kan wel zeggen dat het goed met hem gaat,

maar is dat ook zo?’ Ze legt uit dat je beeldbellen ook

op vaste tijden kunt instellen. ‘Handig voor cliënten

die zelf niet goed de telefoon kunnen bedienen; het

scherm en de camera floepen gewoon aan. Dat is een

voordeel ten opzichte van reguliere programma’s zoals

Skype. Ook is het via ABCtv makkelijk om snel prak-

tische taken af te stemmen met het netwerk van de

cliënt. Bijvoorbeeld wanneer een kast in elkaar moet

worden gezet of geld moet worden gepind.’ ‘Wat ech-

ter nog ontbreekt, is dat de cliënt uiteindelijk ook weet

wie wat gaat doen’, reageert Evelyn. ‘Nu moet hij alsnog van

de anderen horen dat zijn vader zaterdag die kast in elkaar

komt zetten. Het zou handig zijn als hij zelf ook berichten

kan plaatsen en lezen. We hebben dit bij de leverancier neer-

gelegd en dit is inmiddels aangepast. Net als de indeling van

de gangschermen en de versimpeling van het programma

waar we om vroegen.’

Wondere wereldNaast dergelijke praktische functies, kent ABCtv ook toepas-

singen die kunnen bijdragen aan de kwaliteit van leven van

de cliënt. ‘Bij een cliënt die gek is van Formule 1 heb ik een

link naar de uitslagen in zijn systeem gezet’, vertelt Wendy.

‘En een link naar de agenda van de Pathé bioscoop, waarmee

hij trailers van films kan bekijken. Nu kan hij zelf kiezen en

reserveren; voorheen vroeg hij dat altijd aan ons. Via een

andere link kan hij weer het zeehondje volgen dat hij bij

Ecomare heeft geadopteerd.’ ‘Dat is een grote winst voor

de cliënten, merk ik; dat de wondere wereld van internet

en apparatuur ook voor hen bereikbaar en te benutten is’,

concludeert Evelyn.

Verrassende ervaringenDe pilot heeft een jaar geduurd en wordt eind februari

afgerond. ‘Maar dat betekent niet dat we vanaf de start met

het programma hebben kunnen werken’, vertelt Evelyn. ‘Op

een aantal locaties hadden cliënten al wel de apparatuur in

bruikleen, maar duurde het lang voordat het internet goed

op orde was. De ICT-afdeling heeft daar veel werk aan ge-

had.’ Toch leverde deze situatie ook positieve ervaringen op.

‘Cliënten met een ernstige verstandelijk beperking bleken

buiten OdionLine om al met hun tablet aan de gang te zijn

gegaan en hadden soms verrassend snel door hoe die werk-

te’, aldus Evelyn. Dat neemt niet weg dat een afgeschermde

en vereenvoudigde internetomgeving voor veel cliënten van

Odion prettig en wenselijk zou zijn. Mocht ABCtv na de pilot

4 5

Odion heeft ABCtv uitgeprobeerd op een paar locaties. Nu gaan ze de ervaring bespreken.

Odion breed worden uitgerold, dan moet aan een aantal

voorwaarden worden voldaan om het succesvol te maken.

‘Allereerst moeten de internetomgeving en de apparatuur

goed op orde zijn’, stelt Evelyn. ‘Anders raak je ontmoedigd

om aan iets nieuws te beginnen. Niet iedereen is immers zo

creatief als Wendy die er lol in heeft om alles uit te zoeken

en doorgaat tot het werkt.’ Wendy zelf lijkt het een goed

idee dat binnen de locaties één persoon zou komen die het

voortouw neemt en collega’s enthousiast maakt, zoals zij dat

op de Lijnbaan heeft gedaan.

RelevantNu is het natuurlijk mooi dat een cliënt zijn zeehondje kan

zien. Maar de vraag is in hoeverre Odion moet investeren

in een internettoepassing waarop cliënten en hun netwerk

ook individueel, dus los van Odion, een abonnement kunnen

nemen. ‘De tijd waarin Odion de familie alle zorg uit handen

kon nemen, is voorbij’, stelt Evelyn. ‘We zorgen niet meer

vóór, maar we zorgen dát. De rol van het netwerk wordt

daardoor steeds belangrijker en voor Odion is het belangrijk

om op een efficiënte manier met dat netwerk te communi-

ceren. We hebben ABCTtv als specifieke, aangepaste inter-

netomgeving uitgeprobeerd om te ontdekken waar de meer-

waarde ligt en waar we mogelijk een reguliere omgeving

kunnen gebruiken. Zodat we goede keuzes kunnen maken

in voorbereiding op de toekomst.’ Eind maart presenteert

Evelyn haar advies aan de Raad van Bestuur.

Wordt vervolgd.

impuls | 1 2015

Evelyn Breet (links) en Wendy Veldhuis

Deel voor cliënten

Page 4: Impuls 1, 2015

Daarom

6

Joske Rouzsky: ‘Ik wist niet hoe snel ik terug moest naar de zorg’

Rechtstreeks een flexpooler ‘bestellen’ zonder teamleider

De Paarse Krokodil slaat toe op de locaties

‘Ik heb me altijd nuttiger gevoeld tussen mensen dan tussen stapels papier,

dus de zorg leek me op mijn lijf geschreven. Na een opleiding en diverse

stages begon ik bij een dagactiviteitencentrum voor mensen met een

beperking. Ik werkte met verschillende doelgroepen en groeide door tot

subhoofd. Maar toen ik van vrienden in het bedrijfsleven hoorde wat zij

verdienden, vroeg ik me toch af of ik de goede keuze had gemaakt. Ik liet

me omscholen tot directiesecretaresse en ging aan de slag. Ik hield het

precies een jaar uit en wist niet hoe snel ik weer terug moest naar de zorg.

Ik werkte in die tijd fulltime, was getrouwd en had twee kinderen. Ik

had behoefte aan kinderopvang, maar die bleek er in Uitgeest – waar ik

woonde – niet te zijn. Om een lang verhaal kort te maken: ik startte er

zelf een en was er bijna tien jaar lang directeur. Het was boeiend werk

en alle skills die ik tot nu toe had opgedaan, kwamen daar van pas. Maar

door de vele hervormingen en de toegenomen verzakelijking vond ik

het na tien jaar mooi geweest. Na een beroepskeuze-advies solliciteerde

ik toch weer in gehandicaptenzorg. Dat werd Odion en ik groeide door

tot teamleider Begeleid Zelfstandig Wonen Waterland. Een geweldige

baan, ik vond het mooi om zorg op maat te bieden in alle aspecten van

het leven.

Helaas moest Odion door het voorsorteren op de Wmo BZW als afdeling

opheffen. Samen met twee andere teamleiders kwam ik vrij om elders

ingezet te worden. Dat ik uiteindelijk op Klaverland werd geplaatst, was

voor mij een grote verrassing. Ik had tijd nodig om om te schakelen en

die heb ik gelukkig ook gekregen. Klaverland werd grondig verbouwd,

de cliënten werden op drie andere locaties ondergebracht. In de tijd dat

het gebouw leeg stond, heb ik me met behulp van collega-teamleiders

Hannie en Fabiola de locatie eigen kunnen maken. Ik heb gemerkt dat

Joske was teamleider BZW. Nu leidt ze Klaverland.

Help, een zieke! Geen directe collega’s die

kunnen waarnemen? Dan snel opvang regelen

vanuit de flexpool. Dat lijkt simpel, maar dat

was het voorheen niet. Voor clusterondersteu-

ner Tiny Bilstra typisch een gevalletje Paarse

Krokodil!

Zelf werd ze ook geregeld gebeld door gestreste begeleiders:

of zij alsjeblieft een aanvraag voor een flexpooler in de com-

puter kon zetten. ‘Terwijl ik vanaf het CB natuurlijk helemaal

niet kan beoordelen of zo’n aanvraag terecht is’, schetst Tiny.

’Maar ik begreep die begeleiders wel. Het zal je maar gebeu-

ren dat je collega die de slaapdienst draait ’s ochtends opbelt

dat ze geveld is door de griep of om andere gegronde reden

moet afzeggen. Als je teamleider dan niet in de buurt is, had

je voorheen een probleem. De autorisatie voor het roos-

terprogramma waarin de flexpoolaanvraag moest worden

doorgegeven was namelijk zó geregeld, dat alleen leidingge-

venden hem konden invoeren. Op zich wel logisch, want het

inhuren van een flexpoolmedewerker kost geld en teamlei-

ders zijn budgetverantwoordelijk. Maar wat gebeurde er als

de teamleider toevallig niet in de buurt was? Dan moesten

medewerkers op zoek naar andere leidinggevenden om te

vragen of die alsjeblieft hun aanvraag wilden inplannen. Die

deden dat natuurlijk gewoon, want ze gingen ervan uit dat

de nood hoog was en dat ze niet voor niets werden gebeld.

Al met al zorgde dit voor de begeleiders voor veel frustratie.

En het was natuurlijk enorm zonde van alle tijd, want het kon

wel even duren voordat je iemand ‘te pakken’ had.’

Eén belletjeNu is Tiny behalve clusterondersteuner Waterland Oost/

Zaanstreek Zuid ook vice voorzitter van de OR. Toen ze dit

probleem een keer tijdens een OV-vergadering aankaartte,

opperde manager P&O Ans Sintenie om het op intranet in

te dienen voor de Paarse Krokodil. ‘Dat heb ik gedaan en

het is ook vrij snel opgepakt’, constateert Tiny tevreden.

‘Nu kan een medewerker rechtstreeks bellen naar de flex-

pool en daar wordt de dienst ingepland. Veel handiger,

probleem opgelost!’ Maar hoe zit het dan met die bud-

getverantwoordelijkheid? ‘Kijk, je mag ervan uitgaan dat

een medewerker eerst even om zich heen kijkt voordat

hij de flexpool belt’, stelt Tiny. ‘Is dat niet het geval, dan

moet de medewerker in kwestie daarop worden aange-

sproken. Maar dat zal een uitzondering zijn.’ De nieuwe

procedure werkt inmiddels; heeft Tiny nog reacties

gekregen op haar initiatief? ‘Nee, eigenlijk niet’, bedenkt

ze hardop. ‘Maar ik word ook niet meer gebeld voor het

uitzetten van een dienst…..dus het

werkt kennelijk!’

Voor Odionmedewerkers is het makkelijker geworden om iemand van de flexpool te regelen. Dat is fijn.

we een team van harde werkers hebben

die tien keer zoveel van medische zaken

afweten als ik. Ik cursus me momenteel

suf om alles een beetje te kunnen vol-

gen. Maar juist omdat ik nog niet alles

weet, stel ik soms vragen die het team als

heel verfrissend ervaart. Inmiddels zijn de

cliënten terug en proberen we de nog wat

kale boel samen gezellig te maken. Ik heb

er alle vertrouwen in dat dat we het hier

goed gaan hebben met z’n allen.’

Joske Rouzsky

Leeftijd

59 jaar

Functie

Teamleider

Locatie

Klaverland

In dienst sinds

1 december 2001

7

Ja, hij staat daar . . . .

Deel voor cliënten

Page 5: Impuls 1, 2015

Gluren bij de buren

Rianne is begeleider en Carl werkt met computers. Ze gingen bij elkaar kijken. Daar hebben ze veel van geleerd.

8 9

Waarom hebben jullie ‘ja’ gezegd toen je voor deze rubriek werd gevraagd?

Carl: ‘Toen ik een paar jaar geleden vanuit een commerciële

organisatie overstapte naar Odion, vond ik het een mooie

gedachte dat ik met ICT-diensten mensen met een beperking

zou helpen. Maar als je een tijdje op onze afdeling werkt,

raak je dat idee toch een beetje kwijt. Daarom leek het mij

fijn om weer eens op een locatie te gaan kijken om te zien

waarom we dit allemaal ook alweer doen.’

Rianne: ‘Het leek me interessant om eens een heel andere

kant van Odion te zien, ik ken alleen het woongebeuren. Ik

hou wel van techniek en computers en was benieuwd of ik

op deze manier meer inzicht in de ICT rond Odion zou krij-

gen en misschien wat praktische dingen zou leren.’

Hadden jullie je van tevoren een voorstelling ge-maakt van hoe het zou zijn?

Carl: ‘Toen ik net bij Odion werkte, ben ik op verschillende

locaties geweest. Dus ik had wel een idee van hoe het daar

toe zou gaan en het was ongeveer ook wel zoals ik gedacht

had.’

Rianne: ‘Ik verwachtte heel veel computers en snoeren! En

dat klopte, het kantoor van de ICT-mannen én vrouw is nou

niet bepaald een prikkelvrije ruimte.’

Wat heb je gedaan op je ‘gluurlocatie’?

Carl: ‘Rianne gaf me eerst een inleiding en daarna heb ik

de overdracht bijgewoond. Verder heb ik in de algemene

ruimte aardappelen zitten schillen voor het avondeten, maar

ik ben daar niet zo handig in, dus het schoot niet erg op. Het

waren ook best veel aardappels, voor acht mensen! Terwijl

Rianne met het eten bezig was, heb ik met een paar cliën-

ten gepraat. Dat was voor mij wel een unieke ervaring. Ook

mocht ik bij een paar cliënten in hun woning kijken. Helaas

heb ik Rianne daar niet aan het werk kunnen zien, maar ik

kan me nu wel een beetje een beeld vormen van de een-op-

een zorg die zij biedt. Dat is toch wel heel anders dan op een

groep.’

Rianne: ‘Carl gaf me een rondleiding en we zijn samen bij

de serverruimte wezen kijken; een hok vol computers met

heel veel snoeren en veel gezoem. Ik heb me nooit gerea-

liseerd dat er aan ons computernetwerk zo’n hele ruimte

hangt waar het allemaal gebeurt. Daarna ben ik bij Carls

bureau aangeschoven en heeft hij me laten zien wat hij zoal

doet. Zo weet ik nu dat hij iedere dag een opstartrondje

maakt om te zien of alles wel goed loopt. Verder heb ik veel

technische dingen gehoord, waarvan ik de helft niet snapte!’

Wat is je het meeste opgevallen bij de ander?

Carl: ‘Ik had verwacht dat de begeleiders veel meer met

verzorgen bezig zouden zijn. Dat komt misschien omdat mijn

moeder in een verzorgingshuis zit en ik daar geregeld kom.

Ik vond het mooi om te zien hoe de cliënten met hulp van

Odion eigenlijk een redelijk normaal en relaxt leven kunnen

leiden. Wel zag ik dat het voor de begeleiders flink aanpoten

is: met een of twee mensen op een groep van zestien cliën-

ten is het hard werken.’

Rianne: ‘Wat mij opviel is dat Carl van die leuke collega’s

heeft! Dat moest ik tenminste zeggen van Jonne, haha. Maar

serieus: ik merkte dat iets wat voor mij bijzaak is, voor Carl

een hoofdzaak is. Als er bij mij iets niet lukt met de computer,

bel ik gewoon en verwacht ik dat het wordt opgelost. Nu zie

ik wat daar allemaal bij komt kijken; er zit een hele techniek

achter. Ook heb ik meer inzicht gekregen in waarom som-

mige dingen zo zijn als ze zijn. Een collega van me klaagde

laatst bijvoorbeeld dat de site van Albert Heijn zo sloom

was. Nu snap ik dat de computers van de locaties naar het CB

worden gelinkt, dat zorgt voor vertraging. Bovendien heb

ik gehoord dat wij niet van die snelle internetverbindingen

hebben, omdat het heel duur is om dat voor alle locaties aan

te leggen en onze prioriteit qua kosten natuurlijk bij de zorg

voor de cliënt ligt. Dat is een kwestie van keuzes maken. Nu

begrijp ik dat en kan ik dat ook aan mijn collega uitleggen.’

Zou het werk van je collega iets voor jou zijn?

Carl: ‘Daar heb ik het met Rianne over gehad; ik denk dat ik

het wel zou kunnen – ik ben best een zorgzaam type en ging

blij bij Loirestraat vandaan. Maar dan wel voor een bepaalde

tijd, bijvoorbeeld voor een paar jaar. Dan zou ik weer een

nieuwe uitdaging nodig hebben.’

Rianne: ‘Ik hou van techniek en zou er meer over willen le-

ren, maar wat Carl doet is wel erg moeilijk; dat gaat me te ver.’

Wat heeft deze ruilbeurt je opgeleverd?

Carl: ‘Ik heb weer eens van dichtbij gezien wat we voor een

cliënt betekenen en wat onze meerwaarde is. Voor mij heeft

dat de binding met Odion versterkt.’

Rianne: ‘Ik realiseer me dat we allemaal een puzzelstukje

zijn in het geheel. Nu heb ik bij ICT gekeken, maar er zijn

binnen Odion natuurlijk nog meer afdelingen die het moge-

lijk maken dat wij die zorg aan de cliënt kunnen bieden. Ik

zie normaal gesproken alleen mijn eigen werk, nu zie ik dat

er heel veel achter zit. Dat geeft je weer een andere blik op

je eigen werkzaamheden.’

Geef je op!

Wil jij voor Impuls ook een keer van dienst wisselen

met een collega van een andere locatie? Geef je

dan op via [email protected].

Hoe is het om eens mee te lopen met een collega

die zich binnen Odion met een compleet andere

tak van sport bezighoudt dan jij? Rianne Smal,

begeleider bij Loirestraat en systeemnetwerkbe-

heerder Carl van der Spruyt gingen de uitdaging

aan en kijken terug op een leerzame ervaring.

impuls | 1 2015

Rianne Smal (links) en Carl van der Spruyt

Deel voor cliënten

Page 6: Impuls 1, 2015

De overstap

Ik zie dat hij een beetje bloost. We laten

het even voor wat het is en laten de

stilte haar werk doen. Teveel praten op

momenten dat iemand geraakt wordt,

leidt alleen maar af.

Na een poosje vraag ik of hij het moei-

lijk vindt om een compliment van me te

krijgen.

Onafgebroken voortpoetsend zegt hij:

‘Nee hoor, ik weet dat je het meent.’

Ilse Ruff

Een cliënt op onze woonlocatie zit niet

bepaald te wachten om een bezoek aan

de kapper. Aan mij de schone taak om

ervoor te zorgen dat hij toch af en toe

zijn haar laat knippen. Na twee weken

touwtrekken zie ik: ‘Aha, hij is geweest!’

Het staat hem goed, fris en verzorgd.

En ik bedenk me dat ik hem dat ook

maar eens moet vertellen. Een keer een

positief verhaal in plaats van iedere keer

dat aandringen.

Ik besluit het compliment te geven

tijdens het tandenpoetsen. Hij heeft

namelijk een kunstgebit, dus gesprek-

ken kunnen gewoon doorgaan: heel

handig. Ik zeg hem via de spiegel dat ik

vind dat zijn nieuwe kapsel hem goed

staat. Hij kijkt niet op en blijft naar zijn

poetsende handen en schuimende gebit

kijken. ‘Er zijn wel meer mensen hoor

met dit haar’, is zijn antwoord. ‘Dat

weet ik’, reageer ik, ‘maar toch vind ik

het jou heel mooi staan.’

In deze tijd van bezuinigingen dient

Odion een proactieve organisatie te

zijn en daarvoor heb je onder meer

een sterke OR nodig. Het lijkt me fijn

om daar een bijdrage aan te leveren,

vandaar dat ik me verkiesbaar had

gesteld voor de tussentijdse verkiezin-

gen. Samen met collega Els Mooij ben ik

gekozen uit zes kandidaten, dat is best

kicken. In de tien jaar dat ik bij Odion

zit, heb ik op verschillende functies en

locaties gewerkt, dus ik ken inmiddels

redelijk wat mensen binnen de organi-

satie. Ik hoop dat zij allemaal hebben

gedacht: ‘Die Ilse, die kan dat wel.’ Vóór

de verkiezingen kende ik Els niet, maar

nu inmiddels wel. Ik ben blij dat zij ook

nieuw is, zodat ik niet de enige ben die

nog van alles moet leren. Samen zijn we

officieel begonnen op 5 januari jl., maar

al voor die datum kregen we allemaal

stukken toegestuurd om ons te kunnen

voorbereiden. Het was veel leeswerk,

maar wel erg interessant en daardoor

ben ik nog gemotiveerder geraakt voor

deze taak. Het lijkt me erg interessant

om via de OR dichter op de beleidsvoe-

ring te zitten en daar ook invloed op

te kunnen uitoefenen. Ik weet dat de

OR met verschillende subcommissies

werkt, maar ik heb nog geen idee in

welke daarvan ik zitting ga nemen. Het

probleem is namelijk dat ik alles leuk en

interessant vind. Dat wordt nog lastig

kiezen straks!

Om in te lijsten Petra Ruiter werkt als basisbegeleider bij de Brederodestraat en Henegouwen in Volendam. Via deze column maakt ze je deelgenoot van de grote en kleine dingen die ze bij haar werkzaamheden tegenkomt.

Op de werkvloer

Carla van Dorst: van clusterondersteuner naar begeleider

Door verschillende omstandigheden was Carla van Dorst de passie voor haar werk kwijtgeraakt. Toen

ze na een burn-out terugkeerde in haar functie van clusterondersteuner wonen, merkte ze: dit past

me niet meer. De vacature van begeleider op dagbestedingslocatie De Boerderij beschouwt ze als een

cadeautje. ‘Dit had ik veel eerder moeten doen.’

Ze was 23 en na een paar jaar bij de

marine oriënteerde Carla zich op ander

werk. ‘Een vriendin van me werkte

met mensen met een beperking en

dacht dat de zorg ook wel wat voor mij

zou zijn’, herinnert Carla zich. ‘Ik heb

een paar keer met haar meegelopen

bij Noorderhaven in Den Helder en ik

vond het inderdaad mooi en dankbaar

werk.’ Carla verhuisde van Den Helder

naar Amsterdam en reageerde daar

op een vacature voor het toenmalige

KDC Pinokkio van Odion. ‘De baan was

inmiddels vergeven, maar ik kreeg een

brief waarin ik werd gevraagd of ik

eventueel interesse had in een baan

bij de Snuiverhoek – tegenwoordig

Jacobushof’, vertelt Carla. ‘Ik was erg

enthousiast en mocht beginnen. Maar

ik was hier natuurlijk niet voor opgeleid.

Samen met collega Ton van Westrop

ben ik toen de opleiding gaan doen.’

180 graden omHet was het begin van een 25-jarige

loopbaan bij Odion. Via de functie van

co-begeleider Rooswijk en coördinator

kwam Carla te werken als clusteronder-

steuner wonen Zaanstreek Zuid. ‘Ergens

in dat proces ben ik de passie voor het

werk kwijtgeraakt’, constateert ze

achteraf. ‘Toen ik ook privé een flinke

knauw kreeg, leidde dat tot een burn-

out en ben ik een jaar uit de roulatie ge-

weest. Tijdens het re-integreren merkte

ik dat ik inmiddels 180 graden gekeerd

was in mijn gevoel. Daardoor kon ik dit

werk gewoon niet meer opbrengen.’

Carla werd plaatsingskandidaat en

oriënteerde zich op ander werk, zowel

binnen als buiten de organisatie. ‘Maar

ik sta heel erg achter de missie en visie

van Odion, daarom ligt mijn hart hier en

wilde ik liever niet weg’, aldus Carla.

GebarentaalToen bleek dat er per 1 februari 2015

een begeleidersfunctie op De Boerderij,

zou vrijkomen, was dat voor Carla een

geschenk uit de hemel. ‘Omdat ik voor

veel collega’s een soort begrip was

binnen het wonen, wilde ik het liefst

naar een werkgebied waar ze me wat

minder goed kenden, zodat ik als een

gelijkwaardige collega zou worden ge-

zien’, legt ze uit. ‘De Boerderij voldoet

daar helemaal aan, ik ben hier gewoon

deel van het team. In september 2014

ben ik gestart, zodat ik me kan inwer-

ken en gebarentaal kan leren – dat is

natuurlijk nodig als je werkt met men-

sen met een auditieve beperking. In het

begin voelde ik me hier zelf degene

met de beperking, omdat ik niet met

de cliënten kon communiceren! Maar

inmiddels kan ik met ze in gesprek

gaan, ik maak vorderingen. Ik heb het

hier ontzettend naar me zin. Het is een

enorme uitdaging, alles is nieuw. Het

voelt als een jas en ik ga weer met veel

plezier naar mijn werk. Heerlijk ook om

weer dichtbij de cliënten te staan. Dat

heb ik echt gemist.’

Ilse is nieuw bij de OR van Odion. Ze heeft veel zin in deze taak.

Petra geeft een complimentje.Carla deed een stapje terug. Ze is nu weer begeleider. Daar is ze erg blij mee.

11

Functie

Begeleider bij Londenhaven

Functie bij de OR

Nieuw algemeen lid

Ik en de OR

impuls | 1 2015

Deel voor cliënten

Page 7: Impuls 1, 2015

Geheel vrijwillig

Tot twee jaar geleden werkte ex-Odioncollega Marjan

Smit als begeleider bij dagbestedingslocatie Gamma.

Daar leerde ze cliënt René kennen en er was meteen

een klik. Inmiddels heeft René een bijzonder plekje

in het gezin van Marjan. ‘Hij hoort er gewoon bij.’

Als hij geniet, geniet ik ook’

Marjan was begeleider bij Gamma. Daar werkte René.

Nu zijn ze vrienden.

13

impuls | 1 2015

Bij Gamma kwamen Marjan en René erachter dat ze vrijwel

even oud waren en in Krommenie zowat bij elkaar om de hoek

woonden. Dat was handig toen René op een dag zijn OV-chip-

kaart bleek te hebben verloren. Het zou circa drie weken duren

voordat hij een nieuwe had. ‘Toen bood ik aan dat ik hem wel

even naar de Lijnbaan zou brengen’, vertelt Marjan. ‘Dat werd

een bijzonder ritje. René zit in het autistisch spectrum en moet

wennen aan nieuwe dingen om hem heen. Zoals de file, waarin

hij voor het eerst in zijn leven terecht kwam.’

Mee-etenTegen het eind van die drie weken reden

de twee weer samen naar Krommenie, toen

Marjan bedacht dat ze voldoende bloemkool

in huis had voor een extra gast. Marjan: ‘Dus

toen zei ik: ‘Je rijdt nu toch mee, dan kun je

net zo goed blijven eten’. Mijn partner Hans

stond wel even te kijken, maar als ik niet

had verwacht dat hij het goed vond, had ik

dat natuurlijk nooit gedaan.’ Het bleef niet

bij die ene keer, René werd een regelmatige

gast aan tafel. ‘In eerste instantie keek hij

vooral rond; hij zag en benoemde alles, tot

de spinnenwebben aan toe’, grinnikt Marjan.

‘Verder moest hij erg wennen aan het feit dat

bij ons sommige dingen anders gaan dan op

de Lijnbaan. Wij bewaren bijvoorbeeld rest-

jes eten voor de volgende dag, dáár worden

die weggegooid. Dat vond hij maar lastig te

begrijpen.’

Op de bankMarjan stopte bij Gamma en ging bij Prin-

senstichting werken, René ging naar dag-

bestedingslocatie Het Watermerk. Maar de

vriendschap bleef. ‘Bij Gamma is dat overigens

nooit een probleem geweest’, blikt Marjan

terug. ‘René is niet iemand die zoiets aan de

grote klok hangt. En op het werk was hij voor

mij gelijk aan alle andere cliënten.’ René voelt

zich inmiddels volledig thuis bij Marjan en

haar gezin. ‘Hij ploft hier gewoon op de bank

met de afstandsbediening, net als Justin, de

zoon van Hans die nog bij ons woont’, vertelt

ze. ‘Die is ook helemaal aan hem gewend.

Meestal is René erbij op verjaardagen en

feestdagen, behalve als we te veel drukte

verwachten. Herrie is niet zijn ding.’

RummicuppenDe begeleiding van René merkt dat hij

nieuwsgieriger is geworden naar de ‘normale’

dingen in het leven sinds hij regelmatig bij

Marjan en haar gezin vertoeft. De vraag is

natuurlijk waarom zij hem zo heeft toege-

laten. ‘Tja, waarom niet?’, reageert Marjan.

‘Behalve zijn tante heeft René geen familie

en ik heb van thuis meegekregen dat de deur

altijd open staat en iedereen kan mee-eten.

Bovendien vind ik het leuk om hem te zien

genieten. Dat zit vaak in kleine dingen, zoals

zijn grijns als hij wint met rummicuppen. Het

is gewoon een lekker joch.’

Iets over je werk op social media plaatsen

Waar moet je rekening mee houden?

Waarom gaat Odion op Facebook?Een facebookpagina kan een rol spelen in de communicatie

met cliënten, ouders/verwanten en medewerkers. Daarnaast

kunnen andere geïnteresseerden via de facebookpagina

informatie over Odion verkrijgen. Facebook zorgt bovendien

voor naamsbekendheid, ook niet onbelangrijk in deze tijd. Er

zijn al locaties die om die reden een eigen facebookpagina

hebben, zoals Eetcafé De Andere Oever. De facebookpagina

van Odion zal vanuit Odion beheerd worden. Ook wordt hij

goed in de gaten gehouden om alert te kunnen reageren op

berichten.

Weten alle collega’s dat Odion een richtlijn voor socialmediagebruik heeft?Dat denk ik niet, hoewel hij gewoon in Het Handboek staat.

We hebben hem jaren geleden opgesteld. Destijds is er wel

aandacht aan besteed, maar daarna nauwelijks meer. We

gaan hem dit jaar weer updaten en opnieuw onder de aan-

dacht brengen, want er is in het socialmedialandschap veel

veranderd. De richtlijnen in de werkinstructie zullen echter

grotendeels hetzelfde blijven.

Waarom heeft Odion zo’n richtlijn?Om collega’s bewust te maken van hun verantwoordelijk-

heid op dit gebied en met elkaar af te spreken wat je wel

en niet doet op socialmediagebied als het werkgerelateerd

is. Je moet je realiseren als je bijvoorbeeld iets op Facebook

plaatst, dat iedereen dit kan lezen en delen. Natuurlijk moet

je als medewerker zelf weten wat je bijvoorbeeld met je

eigen facebookpagina of twitteraccount doet, maar als het

werkgerelateerd is, is het belangrijk dat we daar bepaalde

afspraken over gemaakt hebben.

Waar moet je dan bijvoorbeeld bij stilstaan?Dat social media openbaar is. En dat je je bewust bent van

de kleine scheidslijn tussen werk en privé op social media.

Cliënten en collega’s kunnen je volgen zo een kijkje krijgen

in je privésituatie. Daarom moet je goed nadenken of je een

facebookverzoek van een cliënt wilt accepteren. Ik denk dat

je een cliënt prima kan uitleggen dat jullie relatie een werk-

relatie is en dat Facebook met je privéleven te maken heeft.

En dat je daarom er voor kiest het vriendschapsverzoek niet

te accepteren. Maar daar is iedereen natuurlijk vrij in.

Zijn er nog meer belangrijke zaken waar je aan moet denken?Er bestaat zoiets als portretrecht. Dat betekent dat je niet

zomaar foto’s van collega’s of cliënten op social media mag

zetten. Daar moet je officieel altijd even toestemming voor

vragen. Als je twijfelt en je wilt per se iets plaatsen met een

foto erbij, zorg er dan voor dat de cliënt in kwestie onher-

kenbaar in beeld is en fotografeer hem of haar bijvoorbeeld

vanaf de rug. Ook in Odion’s Handboek staat van alles over

het portretrecht.

Er zijn dingen waar je als Odionmedewerker rekening moet houden, als je iets over je werk op social media zet.

Zit je op Facebook? Dan kun je in de loop van 2015 de Odion-

pagina liken, want die zit eraan te komen. Een mooie aan-

leiding om de Richtlijn Verantwoord Gebruik Social Media

weer eens onder de aandacht te brengen, vindt clustermana-

ger Marcel van Barlingen, lid van de werkgroep Social Media.

12

Odionners en Facebook In Nederland zijn 8,9 miljoen mensen van 15 jaar

of ouder actief op Facebook (Nationaal Social Media Onderzoek 2014).

In 2013 was 65% van de Odioncollega’s actief op Facebook (intern onderzoek). Naar schatting is dat nu 70-75%.

Deel voor cliënten

Page 8: Impuls 1, 2015

Uit dienstIn dienst

In dienstAugustusPaola MartensBasismedewerker, Count Basiestraat

SeptemberKarin de JongBasismedewerker, Karavaanstraat

Gina DongelmansHuishoudelijk medewerker, Bredero-destraat

Keyleigh GlasBasismedewerker, flexpool

Rens FritzBasismedewerker, flexpool

Suzan RoksBasismedewerker, Boelenspark

Niels BregBasismedewerker, flexpool

Marcella KuiperBusbegeleider, De Boomgaard

OktoberLoyce SchagenGastvrouw, flexpool

Monique NolanHuishoudelijk medewerker, Lisdod-destraat

Maarten SteenbeekBasismedewerker, flexpool

Kim BiesterveldPersoonlijk begeleider, zaterdagopvang De Boomgaard

NovemberFloor BeishuizenBasismedewerker, flexpool

Marieke ZwolsmanBasismedewerker, De Zonnehoek

Audrey VasseurMedewerker dataverwerking, gebou-wenbeheer

DecemberNounous BikeneBasismedewerker, flexpool

Melanie KeijzerHelpende, De Boomgaard

Esther DekkerHelpende, De Boomgaard

Rosanna Borst-BiermanBasismedewerker, Vlijthoeve/Buitenrust

Uit dienstSeptemberDoris BoonBasismedewerker, Vlijthoeve/Buitenrust

Bianka SpreeuwBasismedewerker, flexpool

Hanna OssenbaarBasismedewerker, Karavaanstraat

Louise ZeemanBasismedewerker, flexpool

Kate van ZutphenBasismedewerker, flexpool

Britt KlaassenBasismedewerker, flexpool

Sanne VetBasismedewerker, flexpool

Stacey PurvisBasismedewerker, Boelenspark

Wilma VosHuishoudelijk medewerker, Kaba-jastraat

Daniëlle WoestenburgPersoonlijk begeleider, speciale begelei-ding zaterdag Dynamica

OktoberTessa van EijkBusbegeleider, De Noordster

Seli BootHuishoudelijk medewerker, flexpool

Milka TackPersoonlijk begeleider, Logeerhuis

NovemberWilma SchoofsPersoonlijk begeleider, Karveelstraat

Sylvia Luttik-NoomPersoonlijk begeleider, ambulante ondersteuning

Lieke van EijkBasismedewerker, flexpool

Maarten AdmiraalBasismedewerker, Cronenburcht

DecemberJacqueline BastiaanFinancieel medewerker, administratie

Heike JacobsenPersoonlijk begeleider, Veldvliegerweg

OverledenLiesbeth EveraarsBasismedewerker, flexpool1 november 2014

Jubilea25 jaar

1 februari 2015Margreet de Boer-KwakmanZorgondersteuning

Els Stolp De Boerderij

1 maart 2015Ina CordesKaravaanstraat

20 maart 2015Henny Jurriaans-Van SchaikBrederodestraat

12,5 jaar

22 oktober 2014Margret Koper-Van der KrogtKaaikhof

1 november 2014Polly Rozemeijer-HeinoM.L. Kingweg

Ellen KeizerDe Snuiter

Niels MollenbergLondenhaven BW

Yvonne BrouwerDe Wieken

Saskia LobbezooBZW Zaanstreek

Nel Molenaar-TuijpHelena Smitsstraat

1 januari 2015Eveline BergerDe Boerderij

Marga DrosteBZW Zaanstreek

13 januari 2015Amanda MeijerLogeerhuis

15 januari 2015Albertine VosHet Klaverland

1 februari 2015Yvonne Prins-De WolfKaravaanstraat

Monique ZonneveldAdministratie

Simon LontHet Klaverland

Jacqueline Deijlen-Van DiepenHet Klaverland

5 februari 2015Ineke WillemsBZW Zaanstreek

12 februari 2015Katinka FritzAdministratie

Anneke de Wolf-GeerlingsEetcafé Edam/Volendam

11 maart 2015Alex van EsApplicatiebeheer

23 maart 2015Joke van WestenSkepehoeck

1 april 2015Yvonne VisserWaterland West

Suzanne Keijts-RozemeijerM.L. Kingweg

Kansen zien in tijden van bezuinigingen: dat

vraagt om een andere manier van denken. Wat

heb jij van 27 t/m 29 oktober jl. opgestoken

tijdens de Odi-omdagen in de Rijpereilanden en

wat doe je daar concreet mee in jouw werk?

Elizabeth van Oostrum, persoonlijk begeleider Londenhaven:‘Het was best confronterend om te merken hoe vaak je zelf eigenlijk

reageert met ‘ja maar….’ in plaats van ‘ja en….’, wat veel constructiever

is. Binnen ons team houden we elkaar daar nu scherp op, bijvoorbeeld

tijdens de overdracht. Daardoor komen we samen tot andere oplossin-

gen. Bijvoorbeeld door het netwerk van de cliënt meer in te schakelen

en door wijkgericht te werken – die workshop vond ik heel interessant.

Ik kon er vertellen hoe we daar bij Londenhaven vanaf het begin al mee

zijn gestart, maar het was ook goed om van collega’s op andere locaties

te horen wat zij doen. Dus ik vond de Odi-omdag heel nuttig. Het maakt

dat je positiever in alle veranderingen blijft staan.’

Linda Grootjen, persoonlijk begeleider Lijnbaan:‘Ik moet eerlijk zeggen dat die Odi-omdag eerst niet zo bij me leefde.

Maar het was echt onwijs leuk, vooral de theatershow was grandioos.

Ook het kaartspel was heel leerzaam. Je zag hoe bepaalde vragen direct

een weerstand in de groep opriepen en het was bijzonder om te ont-

dekken hoe je via omdenken inzag dat verandering niet alleen maar

negatief hoeft te zijn. Inmiddels hebben we het spel voor onze locatie

besteld. Aan de hand daarvan willen we voortaan in de teamvergadering

casussen bespreken, om alert te blijven en niet in ons oude denkpatroon

terug te vallen. Odion verdient van mij een compliment voor deze dag.

De aankomende veranderingen waren erg onduidelijk en ik wist vooraf

niet goed wat te verwachten. Het oude vertrouwde is vaak veilig. Het is

fijn dat ik nu het onbekende met vertrouwen tegemoet ga en dat ik de

positieve kant kan inzien.’

Linda Karsten, persoonlijk begeleider Boomgaard:‘Zelf ben ik naar de workshop geweest waarin werd uitgelegd wat er al-

lemaal precies gaat veranderen. Vooral het filmpje vond ik heel verhelde-

rend. Ik werk met kinderen en krijg regelmatig vragen van ouders.

Die kan ik nu beter beantwoorden. Ook het omdenkspel vond ik heel

nuttig. Daardoor ben ik me er meer van bewust dat je op verschillende

manieren naar een probleem kunt kijken en dat er vaak meer oplossin-

gen zijn dan je denkt. In ons team spreken we elkaar nu ook op een losse

manier aan op het ja-maar-denken en dat werkt goed. Alles bij elkaar

vond ik het een heel zinvolle dag, waarin volgens mij ook veel onrust is

weggenomen.’

Even bellen met …

Soms zie je dingen positiever als je anders denkt. Ook veranderingen in de zorg.

Miranda OomsBasismedewerker, Vlijthoeve/Buitenrust

JanuariBea EskesBasismedewerker, flexpool

Dennis LukkenBasismedewerker, flexpool

Pim van der JagtGedragsdeskundige

Hester PelkBasismedewerker, flexpool

Fabiola Hillebrand-PlompTeamleider Klaverland

Linda van der MeerGedragsdeskundige

Monique SpaanPersoonlijk begeleider, De Boomgaard

Myrella van der VeenBasismedewerker, De Boomgaard

impuls | 1 2015

Deel voor cliënten

Page 9: Impuls 1, 2015

Samen muziek maken Leuk en gezellig!

Martin Helpt in de keuken bij Odion

Eveline Heeft een nieuwe woning

Ons leven bij Odion

Deel voor cliënten

Wat was je eerste (bij)baantje? Op zaterdagochtend achter de toonbank in een bakkerswinkel en ’s middags de bakkerij schoonmaken.

Wat houdt je huidige functie in? Ik regel zaken, organiseer, bewaak grenzen, zet lijnen uit et cetera. Kortom: ik schep voorwaarden waardoor

medewerkers hun werk goed kunnen uitvoeren. Dat met als doel dat cliënten een goede dagbesteding hebben.

Wat is je grootste blunder geweest in je werk? Ik zou cliënten wel even helpen op hun vraag om het blikje croissantdeeg open te maken met als resultaat

een klomp deeg waar ergens een blikje in verdwenen was én de slappe lach. Toen ik nog in de schuldhulpver-

lening werkte, ben ik in de schuldregeling een schuld vergeten mee te nemen.

Wat vind je het leukst aan je werk? Ik vind het leuk om zaken te organiseren. Om samen met je team te werken aan een goed product, of dat

nu wonen of dagbesteding betreft. En het allerleukste is dat ik een bijdrage kan leveren aan het leven van

de cliënten.

Wat zou je doen als je dit werk niet deed? Dan zou ik in een boekwinkel willen werken.

Wat denk je dat collega’s van je vinden? Dat moet je aan henzelf vragen.

Vertel eens iets verrassends over jezelf. Ik ben vroeger majorette bij de drumband geweest. Hoewel dat na mijn afscheid aan de Lijnbaan niet hele-

maal meer een verrassing is; cliënten en medewerkers zongen toen in drumbandpakjes van de Zonnehoek

een lied voor me. Mijn hart gaat sneller slaan als ik een drumband hoor. En twee jaar terug heb ik voor het

eerst het wereldmuziekconcours in Kerkrade bezocht. Geweldig!!

In de vorige Impuls vroeg Monique Haagsman zich af hoe je de overstap van teamleider wonen naar teamleider dagbesteding hebt ervaren? Ik wilde een nieuwe uitdaging en die heb ik gekregen. Het is wel heel erg wennen. Wonen en dagbesteding

kunnen niet zonder elkaar, maar hebben hun eigen dynamiek. Je maakt kennis met nieuwe medewerkers en

collega’s. Nu na negen maanden gaan zaken op hun plaats vallen en dat is heel fijn. Aan het einde van dit

jaar kan ik gaan zeggen dat ik als teamleider ervaring heb in wonen én dagbesteding!

Met wie binnen Odion zou je wel eens een dagje willen ruilen en waarom? Met Monique Zonneveld en Ingrid Lenz om nog meer kennis van de financiën te krijgen.

Aan wie binnen Odion zou je deze vragen ook eens willen stellen en waarom? Aan Gerard Noom van schoonmaakbedrijf Confidence die samen met Mostafa alle locaties van Odion schoon

houdt of Ahmet, die als klusjesman ook overal komt. Zij zijn min of meer onzichtbaar maar o, zo belangrijk.

Leeftijd

55 jaar

Functie

Teamleider dagbesteding van

Het Watermerk, De Snuiter en Guisveld

In dienst bij Odion sinds

1 januari 2003

Cilia BoonTien vragen aan

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

16

impuls | 1 2015

Deel voor cliënten

Page 10: Impuls 1, 2015

Zó doe ik dat!

Hans

Martine

doen wij

Met de muziek mee!

Wie is Martine?

Leeftijd

67 jaar

Woonplaats

Skepehoeck, Zaandam

Hobby’s

Trommelen en mondorgel spelen

Wie is Hans?

Leeftijd

69 jaar

Woonplaats

Skepehoeck, Zaandam

Hobby’s

Trommelen, keyboard spelen,

zingen en werken op de kinder-

boerderij

Hans en Martine zitten op een muziekcorps. Daar maken ze muziek met z’n allen.

19

Hans en Martine zijn gek op muziek. De leiding

van De Skepehoeck wist dat. Daarom vroegen ze

hen of ze wilden meedoen met Van Slag.

Dat is een muziekcorps met cliënten van Odion.

Het wordt geleid door Patricia Dam en Gerard

de Jong. Die begonnen ermee in februari 2014.

Vroeger konden Hans en Martine niet goed trom-

melen. Maar nu wel. ‘Het is niet moeilijk, dat valt

hartstikke mee’, vindt Martine. ‘Eerst oefenden

we op emmers’, vertelt Hans. ‘Daar hebben we

het op geleerd. Maar nu hebben we echte trom-

mels.’ Bij Van Slag kun je verschillende instru-

menten bespelen. ‘De grote trom, een trommel

die voor je buik hangt en conga’s’, somt Hans op.

‘Maar in sommige liedjes speel ik ook lyra.’ ‘En ik

mondorgel’, zegt Martine.

Het muziekcorps bestaat nu uit negen mensen.

‘Iedere dinsdagavond oefenen we in De Zonne-

hoek van Odion in Krommenie, van kwart voor

zeven tot kwart voor acht’, vertelt Hans. ‘Het is

altijd erg gezellig. Martine en ik gaan er samen

heen met de taxi.’ ‘Het kost vijf euro per keer’,

vult Martine aan. De repetitie begint met de spie-

ren opwarmen. Daarna gaan ze oefeningen doen

voor het ritme. ‘Oefenen is leuk’, vindt

Martine. ‘Dat moet ook, want dan word je

goed. Maar het allerleukste is optreden.

Daarvoor hebben we mooie pakken gekregen

van een muziekcorps uit Julianadorp. We heb-

ben ook twee jongens die erbij dansen. We

maken er een hele show van.’

impuls | 1 2015

Page 11: Impuls 1, 2015

Op donderdagochtend werk ik op kantoor bij

Ranzijn Tuinen. Ik maak daar de digitale nieuws-

brief voor alle filialen. Die leveren tekst en beeld

aan en ik zet alles in elkaar.

Dit is mijn levenHallo, ik ben Eveline.

Ik ben 32 jaar en heb spasmen.

Sinds 7 december woon ik met mijn kat Pebbles

in De Bogaert in Castricum.

Dat is een nieuwe locatie van Odion.

Op mijn nieuwe woonlocatie heb ik zelf de regie

en moet ik alles zelf regelen. De medewerkers be-

handelen me als gelijkwaardig, dat heb ik gemist

op mijn vorige woonplek. Ze werken hard, maar

met veel plezier.

De Digimaatjes van Stichting MEE. Een Digi-

maatje is een student/vrijwilliger die zes keer

anderhalf uur bij jou aan huis komt. Samen gaan

jullie aan de slag met jouw vragen over compu-

ters en internet. De vrijwilligers hebben hiervoor

een speciale training gevolgd. Een Digimaatje is

gratis. Je moet wel zelf een computer of tablet

hebben en een goede internetverbinding.

Meer informatie? www.meenwh.nl/digimaatjes.

Dit is mijn buurvrouw Esther. Zij heeft ook een

lichamelijke beperking, net als alle bewoners van

De Bogaert. Hier drinken we samen koffie in de

algemene ruimte.

Iedere maandag doe ik reprowerk op het

Trainingscentrum Arbeid van Esdégé Reigersdaal

in Heerhugowaard. Ik ontwerp onder andere

posters op de computer.

21

Eveline is net verhuisd. Haar nieuwe huis bevalt goed.

Wil je handiger worden met computers? Impuls geeft twee manieren waarop dat kan.

Wat leer je bij het internetcafé?

Dat bepaal je zelf. Je kunt er terecht met al je vra-

gen. Bijvoorbeeld hoe je met je tablet op internet

komt. Of hoe je een app moet downloaden. De

vrijwilligers van het internetcafé leggen het je

rustig uit.

Voor wie is het?

We zijn ermee begonnen voor ouderen. Vorig

jaar zijn er een aantal computerbijeenkomsten

geweest, speciaal voor mensen met een ver-

standelijke beperking. Voor het internetcafé is

iedereen welkom! Als er voldoende mensen met

een verstandelijke beperking komen, kunnen we

misschien een aparte groep starten.

Waar wordt het gehouden?

Op twee plaatsen.

1) Wijkplein Where, Triton 73 in Purmerend.

Iedere woensdag van 14.00 tot 16.00 uur.

2) Gebouw Heel Europa, Genuahaven 52 in

Weidevenne/Purmerend.

Iedere dinsdag van 14.00 tot 16.00 uur.

Hoe kom je daar?

Je moet zelf je vervoer regelen.

Hoe is de begeleiding geregeld?

Het internetcafé wordt gegeven door ouderen

van vrijwilligersorganisatie Het Gilde. En door

jonge mensen die er gewoon plezier in hebben.

Zij hebben geen speciale ervaring met mensen

met een beperking. Maar ze vinden het wel leuk

om ook jou te helpen.

Moet je je van tevoren opgeven?

Ja, bij Trudy Conijn van Odion. Je kunt haar bellen

op 06 12359021 of mailen via [email protected].

Moet je je eigen spullen meenemen?

Het is wel handig om je eigen laptop, tablet of

smartphone mee te nemen. Dan kunnen we je

uitleg geven op je eigen apparaat. Maar het hoeft

niet: we hebben een laptop en een iPad die je

mag gebruiken.

Hoeveel kost het?

€ 1,75 per keer.

Is het gezellig bij het internetcafé?

Op Wijkplein Where wel. Daar is het altijd gezel-

lig druk. We zitten met z’n allen om een grote

tafel. In Weidevenne zijn we net verhuisd naar

een nieuw gebouw. We hopen dat het daar net

zo gezellig gaat worden!

In de hobbyhoek geven we informatie

over dingen die je in je vrije tijd kunt

doen. Dit keer is dat computeren.

Hoe leer je dat? We vroegen het aan

Frank Andriessen van Clup Welzijn in

Purmerend. Zij hebben iedere week een

internetcafé.

18

impuls | 1 2015

Een andere mogelijkheid

De Hobbyhoek: COMPUTEREN

Page 12: Impuls 1, 2015

Ik en Odion

Martin is een van de cliënten die bij het leerwerkbedrijf dagbeste-

ding heeft. ‘Vroeger zat ik bij de houtgroep op De Noordster’,

vertelt hij. ‘Maar dit is veel leuker voor mij. Ik heb gezellige collega’s

en ik ontmoet hier veel mensen. Natuurlijk de medewerkers van het

Centraal Bureau, maar ook de mensen van de groothandel.

En soms hebben we een stageloopster. Ik werk hier iedere dag en ik

kom op de fiets. Het is maar een kwartiertje fietsen van mijn huis.’

Martin heeft afwisselend werk, vindt hij zelf. ‘Ik maak bijvoorbeeld

het koffieapparaat schoon en doe de boodschappen’, legt hij uit.

‘Ook haal ik het oude papier op van de kantoren. En als om 12.00 uur

de medewerkers naar beneden komen, sta ik achter de kassa. Maar

het allerleukste vind ik het inpakken van de salades en de broodjes.

Als die klaar zijn, zet ik ze netjes in de vitrine.’

Martin is blij met zijn werk, maar hij zou ook graag zelf de soep,

salades en broodjes willen klaarmaken. Martin: ‘Mijn begeleider

Rilana Blom gaat me dat leren. Als ik dat kan, vind ik mijn werk

nog leuker. Dan wil ik hier nooit meer weg!’

Laat Martin maar inpakken!

In de kelder van het Centraal Bureau van Odion zit een

kantine. Iedere dag komen de medewerkers daar lunchen.

Ze kunnen zelf eten meenemen, maar ze kunnen er ook

soep, salades en broodjes kopen. Dat eten wordt vers klaar-

gemaakt door leerwerkbedrijf Odion, dat in de kantine zit.

Wie is Martin? Leeftijd

46 jaar

Woonplaats

Kabajastraat, Purmerend

(locatie van Odion)

Hobby's

Boodschappen doen,

fietsen, tv kijken

2223

impuls | 1 2015

Martin helpt in de kantine van het Centraal Bureau van Odion.

Page 13: Impuls 1, 2015

Moet je horen!Informatie van Odion voor jou

Wil jij in Impuls?Stuur dan een mail naar:

[email protected].

Schrijf daarin wat jij graag in Impuls wilt vertel-

len of laten zien.

Vergeet niet je naam, adres, telefoonnummer

en leeftijd erbij te zetten.

De cliëntenredactie beoordeelt je aanvraag.

Als zij het een leuk idee vindt, neemt de schrijf-

ster van Impuls contact met je op.

Wie weet tot ziens in Impuls!

Luisteren naar ImpulsKun je niet (goed) lezen?

Maar wil je wel weten wat er in Impuls staat?

Dan kun je een cd bestellen.

Daarop wordt het cliëntendeel van Impuls

voorgelezen.

Stuur een mailtje met je adres naar:

[email protected].

Dan krijg je de cd thuis.

Inloopcafé Woon je in Zaandam of omgeving?

En heb je zin om ergens gezellig een bakkie koffie of thee te drinken?

Dat kan bij buurthuis De Bovenkruier in Zaandam.

Op dinsdagmiddag kun je er ook een warme lunch eten. Die kost € 3,50.

Hij wordt klaargemaakt door een vrijwilliger en een cliënt van Odion.

Het inloopcafé is open van maandag t/m vrijdag van 09.30 tot 16.00 uur.

Adres: Drielse Wetering 49, 1509 KP Zaandam.

In het pand zit ook een kringloopwinkel.