e d e r ki nd i is uni e k e n p re ci Mijn kind hoort · d a t h e e f t t o c h g e e n z i n, m...

2
d a t h e e f t t o c h g e e n z i n , m a m a i e d e r k i n d i s u n i e k e n p r e c i e s g o e d Met een brok in mijn keel loop ik terug. Vandaag ga ik praten met Tabitha Son- neveld over pesten. Over groepsvorming en over kinderen die er niet bij horen. “Er is niks mis met groepsvorming,” zegt Tabitha. “Zolang de groep maar een positieve invloed heeft op het individu. Maar het wordt ongezond als je jezelf niet mag zijn.” Vanuit leercentrum De Dolfijn verzorgt Tabitha Sonneveld trainingen so- ciale vaardigheden voor kinderen. “Ik zie kinderen groeien en weer zelfvertrouwen krijgen. Dat is prachtig.” Kwetsbaar Ongeveer 8 procent van de basisschool- kinderen wordt minstens eenmaal per week gepest. Dat zijn er gemiddeld twee per klas. In totaal krijgen iedere week 350.000 kinderen te horen dat ze niet de moeite waard zijn. Met verstrekkende gevolgen. Volwassenen die als kind zijn gepest hebben vaak last van depressivi- teit, een laag zelfbeeld, eenzaamheid, en ook van lichamelijke klachten. Pesten is een gevoelig onderwerp. Kinde- ren die gepest worden zijn kwetsbaar. De redactie van Eva krijgt brieven en mails van vrouwen die zelf gepest zijn of wier kind gepest wordt. Maar het is een grote stap om het verhaal ook in Eva te vertel- len. Ook ik heb er lang over nagedacht. Wat gebeurt er als het ‘pestverleden’ van Pieter op straat ligt? “Mam, dat is dan hun probleem, met mij is niets mis. En dat moeten de mensen weten!” De vele bezoekjes van mijn zoon aan de psy- eva & relatie eva & relatie Tekst: JACOMINE OOSTERHOFF Beeld: STUDIO VROLIJK Mijn kind hoort er niet bij “Pieter, je vergeet je tas!” Nog net op tijd kan ik mijn verstrooide oudste zoon terugroepen. “Tot vanmiddag, mama!” Vrolijk loopt hij de deur uit. Wanneer ik even la- ter met mijn jongste het schoolplein op loop, zie ik hem langzaam over het plein drentelen. Alleen. Pieter zit in groep acht. Hij is een jaar lang gepest en heeft besloten niet meer te investeren in contacten met zijn klasgeno- ten. “Dat heeft toch geen zin, mama.” 54 eva 4 55 eva 4 choloog hebben duidelijk hun vruchten afgeworpen. De groep Ieder kind is uniek en precies goed zoals het is gemaakt. Je mag anders zijn dan an- deren, anders denken dan anderen. Toch willen mensen bij een groep horen, zegt Tabitha. “Want een groep biedt veiligheid. Een mens is niet geschapen om alleen te zijn. Je hebt elkaar nodig. Een vinger en een duim functioneren alleen maar als ze aan een hand zitten. Ieder kind heeft een andere functie in de groep. Er zijn leiders, bedenkers van ideeën, zorgers, en meelo- pers. Maar als er veel dezelfde types in een groep zitten, bijvoorbeeld een leider en allemaal meelopers, gaat het mis. Het is de verantwoordelijkheid van de leerkracht

Transcript of e d e r ki nd i is uni e k e n p re ci Mijn kind hoort · d a t h e e f t t o c h g e e n z i n, m...

Page 1: e d e r ki nd i is uni e k e n p re ci Mijn kind hoort · d a t h e e f t t o c h g e e n z i n, m a m a i e d e r k i n d i s u n i e k e n p r e c i e s g o e d Met een brok in

d at

h ee f

t t o

c h g

e en

z in, ma m

a

i ed e r k i n d i s u n i e k e n p r e c i e s g o e d

Met een brok in mijn keel loop ik terug. Vandaag ga ik praten met Tabitha Son-neveld over pesten. Over groepsvorming en over kinderen die er niet bij horen. “Er is niks mis met groepsvorming,” zegt Tabitha. “Zolang de groep maar een positieve invloed heeft op het individu. Maar het wordt ongezond als je jezelf niet mag zijn.” Vanuit leercentrum De Dolfijn verzorgt Tabitha Sonneveld trainingen so-ciale vaardigheden voor kinderen. “Ik zie kinderen groeien en weer zelfvertrouwen krijgen. Dat is prachtig.”

Kwetsbaar Ongeveer 8 procent van de basisschool-kinderen wordt minstens eenmaal per week gepest. Dat zijn er gemiddeld twee per klas. In totaal krijgen iedere week

350.000 kinderen te horen dat ze niet de moeite waard zijn. Met verstrekkende gevolgen. Volwassenen die als kind zijn gepest hebben vaak last van depressivi-teit, een laag zelfbeeld, eenzaamheid, en ook van lichamelijke klachten.

Pesten is een gevoelig onderwerp. Kinde-ren die gepest worden zijn kwetsbaar. De redactie van Eva krijgt brieven en mails van vrouwen die zelf gepest zijn of wier kind gepest wordt. Maar het is een grote stap om het verhaal ook in Eva te vertel-len. Ook ik heb er lang over nagedacht. Wat gebeurt er als het ‘pestverleden’ van Pieter op straat ligt? “Mam, dat is dan hun probleem, met mij is niets mis. En dat moeten de mensen weten!” De vele bezoekjes van mijn zoon aan de psy-

e v a & r e l a t i e e v a & r e l a t i eTekst: Jacomine oosterhoff Beeld: studio VroliJK

Mijn kind hoort er niet bij

“Pieter, je vergeet je tas!” Nog net op tijd kan ik mijn verstrooide oudste zoon terugroepen. “Tot vanmiddag,

mama!” Vrolijk loopt hij de deur uit. Wanneer ik even la-ter met mijn jongste het schoolplein op loop, zie ik hem

langzaam over het plein drentelen. Alleen. Pieter zit in groep acht. Hij is een jaar lang gepest en heeft besloten niet meer te investeren in contacten met zijn klasgeno-

ten. “Dat heeft toch geen zin, mama.”

54 eva 4 55eva 4

choloog hebben duidelijk hun vruchten afgeworpen.

de groepIeder kind is uniek en precies goed zoals het is gemaakt. Je mag anders zijn dan an-deren, anders denken dan anderen. Toch willen mensen bij een groep horen, zegt Tabitha. “Want een groep biedt veiligheid. Een mens is niet geschapen om alleen te zijn. Je hebt elkaar nodig. Een vinger en een duim functioneren alleen maar als ze aan een hand zitten. Ieder kind heeft een andere functie in de groep. Er zijn leiders, bedenkers van ideeën, zorgers, en meelo-pers. Maar als er veel dezelfde types in een groep zitten, bijvoorbeeld een leider en allemaal meelopers, gaat het mis. Het is de verantwoordelijkheid van de leerkracht

Page 2: e d e r ki nd i is uni e k e n p re ci Mijn kind hoort · d a t h e e f t t o c h g e e n z i n, m a m a i e d e r k i n d i s u n i e k e n p r e c i e s g o e d Met een brok in

d a t h e e f t t o c h g e e n z i n, m a m a

ied e r k i n d i s u n i e k e n

p r e c i e s g o e d

d a t h e e f t t o c h g e e n z i n, m a m a

ied e r k i n d i s u n i e k e n

p r e c i e s g o e d

e v a & r e l a t i e e v a & r e l a t i e

is heel belangrijk - ik weet zeker dat er nog andere kinderen zijn die ook een bril hebben of rood haar. Soms heeft een kind gewoon pech dat het eruit wordt gepikt.” Waarom Pieter gepest werd, is ons nooit helemaal duidelijk geworden. Waren het echt zijn hoge cijfers? Of juist zijn minder goede voetbalprestaties? Hij was een nieuwkomer en dat alleen al maakte hem kwetsbaar.

sova-trainingEen sova-training is wel degelijk nodig, legt Tabitha mij uit. “Als kinderen gaan knokken of wegkruipen, heeft de pester eer van zijn werk. Op een sova-training leren kinderen om dat niet te doen. Ze moeten hun zelfvertrouwen weer terug krijgen. Weer hardop gaan praten, oog-contact maken en een stevige houding aannemen. Je bent goed zoals je bent, en daarmee uit! Maar met een sova-training van een uur in de week los je zeker niet alles op. Je moet het hele systeem erbij betrekken. School, ouders en trainers moeten intensief samenwerken. Stel, je kind wordt ‘boekenwurm’ genoemd. Misschien vindt het kind het in het begin zelfs leuk. Maar als ze hem nooit meer bij z’n naam noemen, is er iets goed mis. Een leraar heeft dat niet altijd in de gaten. Die staat voor de klas en zegt: ‘Kom maar, onze boekenwurm, jij weet altijd zo veel, jij mag het vertellen.’ Op dat moment versterk je het, hoe goed je het ook bedoelt. Ik ga jou wel even helpen, zeg je dan als leerkracht. Je moet je bewust worden van de rol die je hebt, als leerkracht, en ook als ouders.”

Verzamel materiaalToch is die rol niet altijd even makkelijk

57eva 4 57

op te pakken. Op school hield Pieter zich aardig staande. Maar thuis wisselden lange stiltes en hevige driftbuien elkaar in snel tempo af. Ik durfde de juf bijna niet meer te mailen, bang om als lastige moe-der bestempeld te worden. “Toch moet je aan de bel blijven trekken. Want je kind zal het niet doen. Verzamel materiaal en schrijf de verhalen van je kind op. Want de helft vergeet je, omdat het zo veel is. Als je kind spullen kwijt is, blauwe plek-ken heeft of slecht slaapt, er dingen zijn waarvan je denkt, dit past niet bij mijn kind... Het kind is geneigd om zijn ouders te beschermen. Het is de taak van de ouders om signalen te blijven herkennen en te blijven spreken voor je kind. Maar je wordt er een beetje moe van om overal maar achteraan te sjouwen. Het liefst wil je dat iemand opstaat en zegt: dit vind ik zo belangrijk. Ik ga het tot op de bodem voor je uitzoeken.”

Vinger op de goede plek“Wat je als ouder ook kunt doen, is zorgen dat je kind meer zelfvertrouwen krijgt bui-ten school om. Laat het naar een sportclub gaan, waarvan je zeker weet dat er geen klasgenoten zijn. Dan krijgt een kind een succeservaring: zie je wel, hier lukt het wel. Het ligt dus niet aan mij. Je kunt steeds weer je kind erop wijzen dat het leuk is. ‘Hé, word je nu alweer gebeld? of ‘Moet je nou eens zien hoe ze naar je kijken, je bent ook zo’n leuk kind.’ Steeds de vinger op de goede plek leggen in plaats van de zere plek. Zodat je kind zich geliefd voelt.”

Dat is precies wat de juf van Pieter gedaan heeft. Iedere woensdagmiddag nam ze de tijd om even met hem te praten en hem te

prijzen. En nu gaat het goed met hem. “Ik heb drie vrienden, maar die zitten niet in mijn klas. Ik kan altijd met hen afspreken. Ik heb wel zin in de volgende school, om-dat er daar kinderen zijn die mij begrij-pen. In de klas accepteren ze me, maar ze zoeken geen contact met me en ik ook niet met hen. Ik heb er geen problemen mee, maar dat komt misschien ook wel omdat ik niet weet hoe het is om er wel bij te horen. Toen ik gepest werd, kreeg ik diep van binnen het gevoel dat ik niet leuk was. Dat ik maar beter ergens anders heen kon gaan. Dat was vrij irritant. De juf kreeg in de gaten dat ik gepest werd. Ze heeft de pesters wel eens straf gegeven en veel met hen gepraat. De beste tip die ik van mijn juf heb gekregen, was nog wel dat ik het altijd moest vertellen, aan haar en aan mijn ouders.”

Op de website www.psychischegezond-heid.nl is een brochure over pesten te vinden met veel waardevolle informatie.

Wie graag contact wil met Tabitha Son-neveld kan terecht op www.leercentrum-dedolfijn.nl. Ook als je niet in de buurt woont kun je bij haar terecht. Tabitha begeleidt kinderen en hun ouders ook via internet.

Als er veel dezelfde types in een groep zitten, gaat het mis

Wordt mijn kind misschien gepest?Kinderen die gepest worden, zijn ge-neigd zich groot te houden. Ook thuis. Ze beschermen hun ouders en zichzelf hiermee. Vermoed je dat er iets aan de hand is, let dan eens op de volgende signalen. • Je kind vertelt niets meer over school• Er komen geen vriendjes thuis spelen• Je kind slaapt slecht en concentreert

zich moeilijk• Je kind heeft vaak hoofdpijn, buikpijn

of is snel moe• Schoolspullen raken zoek of zijn kapot• De schoolprestaties gaan omlaag• Je kind heeft blauwe plekken

CyberpestenHet nieuwe pesten gebeurt digitaal. En volgens Tabitha is het nauwelijks te contro-leren. Haar advies: “Blijf in gesprek met je kind. Waarschuw voortdurend. En als een kind een vervelend mailtje krijgt, niet deleten. Bewaar het en ga ermee naar school. Want ook al gebeurt het buiten schooltijd, het hoort bij de groepsdynamiek van de klas. En daarmee valt het ook onder de verantwoordelijkheid van de school.”

Vier tips tegen pesten• Maak nog meer werk van compli-

menten geven aan je kind• Betrek ook de ouders van de pester in

het proces. Zij willen dit ook niet• Documenteer! Schrijf alle verhalen

op waar je kind mee thuiskomt• Zoek een sportclub of vereniging

waar je kind geen klasgenoten tegenkomt

• De tip van Pieter: blijf benadrukken dat je kind altijd alles mag vertellen aan jou en aan de leerkracht

5756 eva 4

om de boel te mobiliseren als dit gebeurt.”

De lijn tussen plagen en pesten is vrij eenvoudig te trekken. Zodra de ander het niet meer leuk vindt, is het pesten. Dat is de regel. “Je mag pesten nooit goedpra-ten. Het is echt verkeerd. Maar er zijn wel gradaties in. En het heeft ook een oorzaak. Vaak pesten kinderen uit eigen frustratie. Ze zijn onzeker of bang om zelf gepest te worden. Daarom vind ik ook dat je degene die pest ook naar een training moet stu-ren. Dat wordt vaak vergeten. Ik vind het belangrijk dat de gepeste aandacht krijgt, maar het is en, en. Een pester doet het niet zomaar. Er zit altijd iets achter. En dat moet je gaan ontdekken en dat aanpakken.”

omgekeerde wereldPieter versnelde halverwege het school-jaar van groep 5 naar groep 6. Hij genoot van de moeilijker lesstof, maar vond geen aansluiting bij zijn nieuwe klasgenoten. Hij haalde namelijk nooit slechte cijfers, las te dikke boeken, maakte grapjes waar alleen de juf om lachte en was niet goed in voetbal. Het pesten begon met een schop onder de tafel. Zijn fiets werd ergens an-ders neergegooid. Hij was zijn jas regelma-tig kwijt. We vonden vervelende teksten op onze schuurdeur.

Ik vertel Tabitha hoe boos ik was over het advies dat Pieter maar een socialevaar-digheidstraining moest gaan volgen. Ze begrijpt het direct. “Het is de omgekeerde wereld. De groep accepteert jouw zoon niet, dus hij moet naar een sova-training. Mensen zijn ook snel geneigd om naar het slachtoffer te kijken. ‘Ach ja, dat bril-letje, hè. En dat rode haar.’ Maar - en dit