Magazine voor ver voer over water

Wat betekent de RIS-richtlijn voor u?

Mag

azin

e vo

or v

ervo

er o

ver

wat

er –

nr.

25

– de

cem

ber

2005

Kustvaart met binnenschepen: steunvoorwaarden en impactIs de Vlaamse pleziervaart klaar voor een warme toekomst?

Magazine voor ver voer over waterMagazine voor ver voer over water

2 Binnenvaart december 2005

De binnenvaart ligt goed in de markt – dat blijkt uit een hele reeks goede initiatieven om de groei van onze sector structureel te bestendigen. Als vertegenwoordiger van alle betrok-kenen, is het de opdracht van onze vereniging om ook de verdere ontwikkeling van de bin-nenvaart te bevorderen. Promotie Binnenvaart Vlaanderen ondersteunt daartoe het beleid, maar trekt ook aan de bel als dat nodig is.

Vandaag vragen wij aandacht voor het uitvoeren van wat reeds werd aangekondigd. Dat is dringend nodig: om de mobiliteit van mensen en goederen te garanderen, om bij te dragen tot een properder milieu, om de veel besproken duurzame ontwikkeling te bevorderen.

Wachten op modernisering?Toen het Deurganckdok werd ingehuldigd, bestond er een roerende eensgezindheid over de noodzaak om de afvoer naar het hinterland te verbeteren, en over de wenselijkheid om de rol van de binnenvaart daarin op te trekken. De grote onderhoudswerken op de Antwerpse Ring versterkten nog die overtuiging. Vandaag evenwel vernemen wij dat er pas over tien jaar middelen vrijkomen voor de modernisering van het Albertkanaal, en dat het verhogen van de bruggen – noodzakelijk om vier lagen containers te stapelen – nog tien jaar zal duren.

Hoe is dat te verzoenen met het officieel beleden voluntarisme ten gunste van de binnen-vaart? Hoe valt dat te rijmen met het uitbouwen van het Economisch Netwerk van het Albert-kanaal, waartoe de regering in juli 2004 heeft beslist? Welk perspectief biedt zo’n uitstel voor bedrijven die gevraagd worden zich te vestigen op nog eens 300 ha nieuwe, watergebonden gronden langs onze belangrijkste waterweg?

Het is positief dat de Vlaamse regering 20 procent van het huidige wegvervoer wil laten verlopen via alternatieven, zoals de binnenvaart. Het is goed dat het Vlaams Instituut voor de Logistiek opportuniteiten voor innovatie in de binnenvaart bestudeert. Wij zijn verheugd elders in dit blad te lezen dat ‘in de toekomst 30 procent van de afvoer van de kusthavens via de binnenvaart zal verlopen.’ Het project om de estuaire vaart te steunen en te ontwikkelen, is een praktische, realistische en haalbare eerste stap.

Maatschappelijke noodzaakMaar vandaag wijzen wij op de dringende noodzaak om al deze goede initiatieven uit te voeren. Veel van die projecten kosten maar een fractie van wat voor andere, veel grotere infrastruc-tuurprojecten wordt uitgetrokken. Omdat de federale regering niet over de brug komt, zal de Vlaamse regering zeer zware investeringen voor het spoor prefinancieren, in het bijzonder voor de Linkeroever-verbinding. De binnenvaart staat daar achter, maar wijst erop dat hier-aan meer geld zal worden besteed dan voor de volledige modernisering van het Albertkanaal. Twee maten en twee gewichten kunnen wij niet aanvaarden: elke vervoersmodaliteit die reëel transport genereert, moet op gelijke wijze gefinancierd worden.

Niet alleen vanuit onze vereniging, maar ook vanuit de bredere samenleving wordt er gepleit voor een nieuwe grote sprong voorwaarts. Het Vlaams binnenvaartbeleidsplan van 1996 zorgde destijds voor een trendbreuk, waarvan de binnenvaart tot vandaag de vruchten plukt. Tien jaar later is er een nieuwe sense of urgency: wie het goed voor heeft met de binnenvaart, moet nu handelen – en geen tien jaar meer wachten.

Filip MARTENSVoorzitter Raad van Bestuur

A sense of urgency

Verantwoordelijke uitgeverFilip Martensvzw Promotie Binnenvaart VlaanderenKempische Kaai 57, 3500 HasseltT 011 23 06 06, F 011 23 06 09 pbv@binnenvaart.be, www.binnenvaart.beRedactie en realisatie: Jansen & Janssen Uitgeverij, www.jaja.be

De meningen die derden in dit magazine vertolken, vallen buiten de verantwoordelijkheid van PBV.

Filip Martens,

voorzitter Raad

van Bestuur

REDACTIONEEL

3

RUBRIEKTITEL

4 Interview RISWat zegt de RIS-richtlijn? PBV-medewerker Annick Javor legt uit wie wat moet doen en welke voordelen dat oplevert

7 Ondernemer aan boordMoezelvaarder Ronny Ost over zijn geliefkoosd traject, zijn 13-jarige zoon en zijn geplande investeringen

8 KlantenportretManuport: de eerste containerterminal die zich in de Antwerpse ha-ven volledig op binnenvaart richt

9 UitgeladenKerstversiering van Carrefour, zorgvuldig uitgepakt uit binnenvaart-containers

10 Estuaire vaartStraks varen binnenschepen langs de kust tussen Antwerpen en Zeebrugge. Wat zijn de voorwaarden om van de steun te genieten? En welke impact zal de maatregel hebben?

12 Overlegplatform pleziervaartIs het pad van de Vlaamse pleziervaart geplaveid voor een mooie toekomst? Interview met NautiV-voorzitter Philippe Monsieur

16 Een dag op pad metScheepvaartbegeleider Patrick Legros toont hoe het drukke verkeer op de Westerschelde in goede banen geleid wordt

18 Kort

Unizo, Voka en waterwegbeheerders op één lijnGezocht: vrijwilligers voor consultancyPBV klaar voor Boot Düsseldorf en Belgian Boat ShowNieuwe website voor Kerkschip PBV vaart studenten rond in AntwerpenZie ginds vaart het schip van de sintMolenschip verdient 5 sterrenMaritieme opleidingen populairExpediteurs volgen PBV-introductiecursus binnenvaartWerk maken van zeeriviertrafi eken

20 Langs de kade

Ook dit jaar werd de PBV-verladersdag een geslaagde bijeenkomst. Vier getuigenissen uit het zonnige Kortrijk

8Manuport klaar

voor binnenvaart

In dit nummer

20 Verladersdag in Kortrijk

16 Scheepvaartbegeleiding op de Westerschelde

4 Binnenvaart december 2005

INTERVIEW

In oktober is de richtlijn over River Information Services (RIS) verschenen in het publicatieblad van de Europese Unie. Annick Javor, die bij Promotie Binnenvaart Vlaanderen de RIS opvolgt, legt uit wie straks welke extra diensten moet aanbieden. En welke voordelen dat op en naast het water moet opleveren.

‘Voordelen op het water en aan wal’

River Information Services

5

Hoe belangrijk is de nieuwe richtlijn en wat zegt hij precies?ANNICK JAVOR: De tekst over informatie- en communicatietechnologie op de binnenwate-ren is het eindresultaat van jarenlang voor-bereidend werk. Hij bepaalt dat de bevoegde overheden of waterwegbeheerders tegen twintig oktober 2007 de regelgeving in wer-king moeten laten treden om nieuwe service-mogelijkheden aan te bieden op waterwegen van klasse IV of hoger. Als motivatie verwijst de tekst letterlijk naar het verbeteren van de veiligheid en beveiliging, de doeltreffend-heid, de milieuvriendelijkheid, en naar een betere koppeling met andere verkeersmodi. Bovendien bleek uit proefprojecten dat zowel de binnenvaartondernemers als de logistie-ke spelers er in de praktijk hun voordeel mee kunnen doen.

Krijgen de binnenvaartondernemers geen dure verplichtingen opgelegd?Zeker niet, de richtlijn zegt enkel dat de wa-terwegbeheerders straks bepaalde diensten moeten aanbieden. Over de binnenvaarton-dernemers wordt niet gesproken: zij zijn vrij om te beslissen in welke mate ze van de nieuwe diensten gebruikmaken. Er zijn trou-wens echt geen onmenselijke investeringen vereist. Een computer met draadloze inter-netverbinding wordt wel extra handig.

Hoe zijn RIS eigenlijk gedefinieerd in de richtlijn?In de richtlijn worden RIS letterlijk omschre-ven als geharmoniseerde informatiediensten ter ondersteuning van het verkeers- en ver-voersmanagement, die indien mogelijk ook aan andere vervoerswijzen kunnen worden gekoppeld. In eerste instantie hebben de RIS geen betrekking op activiteiten van bedrijven. Maar op eigen initiatief moe-ten commerciële spelers de diensten bijvoorbeeld voor hun logistiek management kunnen inschakelen. Daar-naast vermeldt de richtlijn nog dat RIS ook nuttig kunnen zijn op kleinere waterlopen die druk worden bevaren.

Welke inhoudelijke gegevens zullen via RIS worden uitgewisseld?De richtlijn bepaalt algemeen voor de wa-terwegen klasse IV en hoger dat een vijftal minimumgegevens elektronisch beschik-baar moeten zijn:1. de as van de waterweg met kilometer-

aanduiding;2. beperkingen inzake lengte, breedte,

diepgang en hoogte; 3. bedieningstijden;4. plaats van havens en overslaginstalla-

ties; 5. waterstanden. Daarnaast moeten voor waterwegen van klasse Va of hoger ook elektronische naviga-tiekaarten beschikbaar zijn voor gebruikers en fabrikanten. Dit Electronic Chart Display and Information System (ECDIS) moet compa-tibel zijn met de maritieme navigatiekaarten en moet onder meer info over de diepte van de vaarweg of het werkelijke waterpeil be-vatten.

Regelt de richtlijn ook de vaak complexe scheepsrapportering?Inderdaad, de richtlijn omvat ook de elektro-nische vooraankondiging van reizen. Er komt een internationaal aanvaarde berichten-standaard en een Europees scheepsidenti-

ficatienummer. Daardoor moe-ten scheepsrapporten ook bij grensoverschrijdend transport automatisch – en nog voor het nieuw vaarwater is bereikt – bij de bevoegde instanties terecht-

komen. Voorts zullen ook de berichten aan de scheepvaart in een elektronische vorm worden doorgestuurd, zodat die in elektroni-sche navigatiekaarten of in een reisplanning kunnen worden geïntegreerd en zodat ze in verschillende talen leesbaar zullen zijn.

Klopt het dat de EU technische aanbevelingen doet voor tracking en tracing of positiebepaling?Het klopt dat de richtlijn satelliet aanbeveelt als plaatsbepalingstechnologie. Daar- >

‘Het wettelijk kader moet klaar zijn vanaf oktober 2007.’

Geert Allegaert, binnenvaartondernemer, ms. Tjoolder

‘Ik heb binnen het Compris-project de nieuwe technologie mogen testen en ik dat is me goed bevallen. Dankzij RIS kun je makkelijker informatie uitwisselen en de ver-keersveiligheid neemt toe. Een groot nadeel zijn wel de dure internetkosten: je stuurt continu signalen door via GPRS. Het wordt dus hoog tijd dat de Belgische internetabon-nementen wat goedkoper worden zoals in Nederland. Daarnaast zijn er op dit ogenblik nog te weinig voordelen aan wal, omdat de technologie nog weinig verspreid is.’

‘Volgens mij vormen RIS zeker geen inbreuk op de privacy. Als je zaken in orde zijn, zijn ze orde. Ik zou ook niet weten waarom het een probleem is dat de bevrachter je schip kan volgen: we worden nu toch ook continu opgebeld om te vragen waar we al zitten? Wel begrijp ik de weer-stand tegen transponders omdat niet alle bedrijfsinformatie voor iedereen toegankelijk moet zijn. Tot slot moet je natuurlijk ook alsmaar bijblijven: ik ben zeer blij dat mijn vrouw van alles goed opvolgt.’

6 Binnenvaart december 2005

naast wordt ook gesproken over de wetge-ving voor het Automatic Identification System (AIS) en voor Automatische Identificatie via Internet Protocol (AI-IP). Ik begrijp trou-wens dat die positioneeringssystemen voor

sommige bin-nenvaartonder-nemers gevoelig liggen. Maar uit-eindelijk worden enkel gegevens doorgestuurd

die ook met het blote oog waarneembaar zijn, zoals de scheepsnaam, -afmetingen of -positie. Gelet op het concurrentie-voor-deel zou ik die gegevens gerust beschikbaar stellen. Bovendien wordt in de RIS-richtlijn

verwezen naar een Europese richtlijn over privacy. Laat het dus duidelijk zijn dat via RIS

enkel informatie wordt vergaard in het kader van verkeersmanagement.

Wat zijn de volgende stappen voor de invoering van RIS?Zoals gezegd moeten bepaalde technische spe-cificaties en het wettelijk kader vroeger klaar zijn, maar praktisch moet alles midden 2009 in werking kunnen treden. Intussen vraagt de EU in de richtlijn expliciet dat de lidstaten de RIS-gebruikers stimuleren. Promotie Binnenvaart Vlaanderen vindt dan ook dat er bijkomende maatregelen moeten worden uitgewerkt. RIS kunnen namelijk maar echt succesvol worden als het merendeel van de binnenvaartonderne-mers ervan gebruikmaakt. Daarnaast moeten RIS ook ter beschikking staan om potentiële klanten – die dus niet meteen in software wil-len investeren – te overtuigen. Want alleen zo kom je tot single window shopping, waarbij één toegangspunt alle informatie aanbiedt

– van eerste kennismaking tot reisopvolging. Uiteraard wordt het afwachten hoe de markt zal reageren, maar ik ben ervan overtuigd dat de interesse groot zal zijn, en dat RIS de concurrentiepositie van de binnenvaart flink zullen verstevigen. <

Meer weten over RIS en/of de richtlijn? Neem contact op met het PBV-secretariaat: tel. 011 23 06 06, e-mail pbv@binnenvaart.be

‘Voor binnenvaart-ondernemers is er geen enkele verplichting.’

Willemien De Best, binnenvaartverantwoordelijke, Sidmar

‘Wij zijn zeer geïnteresseerd in RIS: we hebben deelgenomen aan tests en hopen ook als proefbedrijf betrok-ken te blijven bij de verdere uitbouw. Tracking and tracing is voor ons absoluut een vereiste, en we zouden graag verder gaan dan enkel informatie opvragen. We volgen nu ook al reizen op via meldingen die binnenkomen door middel van fax en e-mail. Tot hiertoe verwerken we die meldingen manueel, maar het is de bedoeling om de elektronische gegevens in de toekomst aan ons systeem te koppelen. Ook zouden we gebruik willen maken van de elektronische schependatabank van RIS

om steeds over de juiste technische gegevens te beschikken. En we hopen dat het mogelijk zal worden om van het papieren connossement af te stappen.’

>

PBV-medewerkster Annick Javor:

‘Dankzij RIS komt het single window shopping

dichterbij. Potentiële klanten wenden zich tot

één toegangspunt voor alle informatie, van

eerste kennismaking tot reisopvolging.’

7

Na ruim 25 jaar Moezelvaart met de Ronny-O kijkt binnenvaartondernemer Ronny Ost uit naar een groter schip: ‘We moeten nu eenmaal met de tijd mee. Bovendien moeten we anticiperen op de mogelijkheid dat mijn zoon over een zestal jaar voltijds mee aan boord komt.’

Familiale redenen. Ronny’s vader kocht in 1979 een zes jaar oud motorvrachtschip en noemde het naar zijn nieuwe schipper. Sindsdien heb-ben de twee Ronny’s bijna non-stop de Moezel-vaart gedaan. Een keuze die onder meer inge-geven blijkt door familiale redenen: ‘Onze zoon Wesley (13) studeert aan de binnenvaartschool van Kallo. Waar we ons ook bevinden, maakt mijn vrouw Gerda er een erezaak van om hem elke vrijdagavond met de wagen te gaan afha-len, zodat we het weekend samen op het schip kunnen doorbrengen. Vanuit Frouard – zowat het verste punt waar we naartoe varen – is het heen en terug een dikke 700 km. Dat is nog net te doen. We hebben ook wel al eens de Rijn tot in Bazel gedaan maar in principe beperken we ons tot de Moezelvaart.’

In de opvaart vervoert de Ronny-O doorgaans steenkool en ertsen van Antwerpen en de Ne-derlandse zeehavens naar de staalindustrie rond Thionville. De afvaart staat meestal in het teken van graanproducten, zoals gerst, tarwe en zonnebloempitten. ‘Die laden en lossen we waar onze klanten dat vragen: Düsseldorf, Bergen op Zoom, Ruisbroek, Amsterdam … Normaal hoeven we nooit lang op een nieuwe vracht te wachten. Al liep het dit jaar toch iets

moeilijker dan we gewoon waren. Onder meer de aanvoer van steenkool was niet altijd zo regelmatig. Maar je zal me zeker niet horen klagen. De markt is nu eenmaal onderhevig aan schommelingen. Het is gewoon belangrijk om blijvende evoluties tijdig in te schatten en

alert te reageren. Ik denk niet dat er op de Ronny-O nog iets terug te

vinden is dat er 25 jaar geleden ook al was. Ik ben continu blijven investeren in mijn schip. Maar nu is het stilaan tijd voor ander en groter. Ik probeer ook mijn graantje mee te pikken van de stijgende containertrafiek, maar momen-teel kan ik maximaal zestig TEU aan. Een groter schip zou onze mogelijkheden sterk verbreden en onze flexibiliteit vergroten. En daar komt het in dit vak toch meer en meer op aan.’

Lekker cruisen. Ook met een groter schip wil Ronny zich in de eerste plaats op de Moezel-vaart blijven richten. ‘Deze route bevalt ons en we verdienen er nog altijd onze boterham mee. Bovendien varen we door een buitenge-woon mooi landschap. Jammer genoeg heeft de passagiersvaart de charmes van de Moe-zel de jongste jaren ook ontdekt. Vooral in de

zomer zijn de toeristische cruises niet meer te tellen. En dan heb je ook van die snelle jongens die er een sport van maken om nog net voor ons geschut te worden. Als het tegenzit, kan het gebeuren dat we een volle dag langer over het traject doen. Dat maakt van het toerisme steeds meer een factor om rekening mee te houden.’<‘Het is stilaan tijd

voor ander en groter.’

ONDERNEMER AAN BOORD

Moezelvaarder Ronny Ost

‘Evoluties inschatten en alert reageren’

Technische fiche motorvrachtschip Ronny-O

– Gebouwd door Fulton Ruisbroek in 1973– Lengte: 95m – Breedte: 9,5m – Diepgang: 3,20m– Capaciteit: 1850 ton – Motor: Caterpillar 1470 pk

8 Binnenvaart december 2005

Nieuwe Manuport Container Terminal in Antwerpse haven

‘Onafhankelijk, flexibel en intermodaal’

Containerdepots. ‘Eigenlijk was het zonde dat te weinig van onze vroegere activiteiten watergebonden waren,’ steekt Guy Houtmey-ers, bestuurder van de Manuport Container Terminal, van wal. ‘We hebben hier namelijk een directe verbinding met het Schelde-Rijn-kanaal. Bovendien liggen we precies tussen het Churchilldok en het Delwaidedok in, twee plaatsen met veel containeractiviteit. We behandelen al jaren lege binnenvaart-containers, die vervolgens per vrachtwagen naar een nabijgelegen depot werden gebracht, om te worden her-steld en gereinigd. Het aan-tal containers werd alsmaar groter en we zagen dat heel wat containers uit andere zeehavens per bin-nenschip naar Antwerpen kwamen om van daaruit het hinterland te bereiken.’

‘Rond dezelfde periode kregen de grote containerterminals in de haven met steeds grotere congestieproblemen af te rekenen,’ vervolgt Terminal Manager Mik Vermeulen. ‘Binnenschepen moesten er geregeld tot dertig uur wachttijd incalculeren, en de rijen wachtende trucks werden steeds langer. Binnenvaartoperatoren en scheepvaartlij-nen begonnen uit te kijken naar een alter-natief. Tegelijk liep ook het wegtransport, met de grote werken aan de Antwerpse Ring, moeilijker dan ooit. Kortom: de tijd leek ons rijp om meer dan ooit de kaart van de bin-nenvaart te trekken.’

De Manuport Group besloot op Kaai 522 te investeren in een dedicated binnenvaartin-frastructuur. Zo kreeg de bestaande wal-kraan het gezelschap van een gloednieuwe, mobiele Gottwald. ‘Deze kraan, met een ca-paciteit van 65 ton, behandelt de volle con-tainers’ legt Mik Vermeulen uit. ‘En met de walkraan nemen we twee lege containers tegelijk. Daarnaast beschikken we ook over drie Reachstackers – die tot 45 ton kunnen

torsen – en over twee Empty Container Handlers. Dankzij onze Inland Contai-ner Control System Software worden alle containerbewegingen, stackposi-ties en bijhorende informatie perfect bijgehouden en gerapporteerd.’ Bo-vendien hebben we ook een erkenning

voor gevaarlijke lading en beschikken we over 50 reefer-aansluitingen.

Shuttletrafieken. Eind januari werd de eer-ste nieuwe klant gecontracteerd: Yang Ming, een Taiwanese rederij die met grote contai-nerschepen op Rotterdam vaart. De voor-bije zomer kwam het Koreaanse Hyundai er als tweede vaste klant bij. In beide gevallen wordt de vracht in Rotterdam overgeladen op binnenschepen, die vervolgens naar Antwerpen varen en aan de Manuport Con-tainer Terminal worden gelost. De verdere afvoer verloopt dan via de weg, het spoor, of opnieuw de binnenvaart. ‘Voor alle drie zijn we perfect uitgerust en gelegen,’ zegt Guy Houtmeyers. ‘Trucks zitten in een oogwenk op de A12, een dubbele spoorlijn loopt achter

onze terminal door en onze troeven voor de binnenvaart spreken voor zich.’

De hoogste tijd om de Manuport Container Terminal eens wat dichter te bekijken. De concessie beslaat 7 ha, en op een oppervlak-te van 35.000m2 zijn momenteel 450 grond-slots beschikbaar – zodat de jaarcapaciteit van de terminal op zowat 75.000 containers komt. Op elk van die slots worden volle con-tainers twee- of driehoog geparkeerd. ‘Hoger gaan we niet, omdat we zweren bij een snelle en efficiënte service,’ zegt Guy Houtmeyers. ‘Een vrachtwagen die zich aan onze termi-nal aanbiedt, is gemiddeld na een kwartier alweer de weg op. Als de markt dat vraagt, kunnen we relatief snel 20.000 m2 extra ruimte creëren door ons oude magazijn af te breken, zodat onze capaciteit verdubbelt.’ We wandelen in de richting van de aangrenzende

Op 35.000m2 zijn 450 grondslots voor containers beschikbaar.

KLANTENPORTRET

Kaai 522, aan Kanaaldok B1: daar bevindt zich sinds begin dit jaar de eerste containerterminal in de Antwerpse haven die zich volledig op de binnenvaart richt. In 2003 had Manuport PBV al eens gecontacteerd in zijn onderzoek naar de ontwikkelings-mogelijkheden voor zijn activiteiten. Iets meer dan een jaar later startte het bedrijf met de Manuport Container Terminal. ‘Een volwaardig alternatief voor de vaak overvolle zeeterminals.’

Links: Terminal Manager Mik Vermeulen,

rechts: bestuurder Guy Houtmeyers.

kaai, waar zusteronderneming Manufert de grootste suikerterminal ter wereld exploi-teert. Mik Vermeulen: ‘Hier worden jaarlijks 20.000 TEU gevuld met zakken suiker en ver-volgens afgevoerd. Tot voor kort gebeurde dat transport vooral via de weg. Nu kiest Manufert radicaal voor de binnenvaart. Enkel de con-tainers die niet door de binnenvaart kunnen worden bereikt, worden nog getruckt.’

Ideale tussenschakel. Het interne haven-transport (vletting) is een service die de Manuport Container Terminal ook aan an-dere geïnteresseerden wil aanbieden. Guy Houtmeyers: ‘Door onze locatie zijn wij ook een interessante partner voor magazijnope-ratoren, die in de haven containers stuffen en strippen. Ook zij lijken steeds vaker de

binnenvaart te verkiezen boven het tijdro-vende wegvervoer en het weinig flexibele spoor. Of neem nu binnenschepen die van het Schelde-Rijnkanaal komen en naar het

Deurganckdok of een andere terminal aan de Schelde moeten: zij moeten eenmaal

heen en eenmaal terug geschut worden, met alle tijdverlies tot gevolg. Doordat wij flexibel kunnen inspelen op de behoeften van binnenvaartoperatoren, kunnen wij voor hen een ideale tussenschakel zijn. Een groot pluspunt is ook dat we met CBO een binnen-vaartbedrijf in onze groep hebben dat zich sterk positioneert in intern havenverkeer. Ik denk met andere woorden dat we alle troe-ven in huis hebben om onze dienstverlening stap na stap uit te breiden en te groeien.’ <

9

De Manuport Group is een van de grote logistieke dienstverleners in de havens van Antwerpen en Gent. De kernactiviteit van de groep, de behandeling en opslag van droge bulkladin-gen, is momenteel goed voor een jaarlijks volume van 7 miljoen ton. Daarnaast legt de Manuport Group zich ook toe op binnenvaart- en wegtransport, internationale expeditie, douaneafhandeling, chartering en scheeps-agentuur. Nu met de Manuport Container Terminal de laatste missing link in de logistieke keten van de groep is weggewerkt, is het meer dan ooit de bedoeling de complementariteit van de verschillende zusterbedrijven optimaal uit te spelen.

UITGELADEN

Uitgeladen: kerstversieringIn deze rubriek stellen we telkens een van de vele producten voor die met bin-nenschepen worden vervoerd. Dit keer viel ons oog op de kerstbollen en –slin-gers van de warenhuisketen Carrefour.

Als u straks kerstspullen koopt bij Car-refour, is de kans groot dat die per bin-nenschip zijn vervoerd. ‘Sinds de Car-govill-containerterminal in Vilvoorde operationeel is, vervoeren we bijna al onze non-food artikelen via binnenvaart,’ zegt Patrick Van den Brande, logistiek di-recteur non-food bij Carrefour Belgium. ‘Intussen is het al bijna drie jaar dat we de producten die in de haven van Antwerpen aankomen, per binnenschip naar ons ver-deelcentrum in Machelen laten brengen. Dat kunnen de meest uiteenlopende za-ken zijn: van speelgoed, over elektronica, tot textiel, meubelen, en in deze tijd van het jaar dus ook de kerstversiering. Hoe-veel containers dat in totaal oplevert? Ik zou het moeten narekenen, maar ik schat dat we jaarlijks zowat 1500 containers vervoeren over de binnenwateren.’

‘Wij zijn de ideale schakel tussen zeeterminals en de klant.’

10 Binnenvaart december 2005

Estuaire vaart

De binnenvaartverbinding tussen de haven van Zeebrugge en het hinterland is een oud zeer. Maar er is verbetering op komst: op voorstel van Vlaams minister van Openbare Werken Kris Peeters (CD&V) wil de Vlaamse regering aangepaste binnenschepen langs de kust laten varen van de Westerschelde tot Zeebrugge en Oostende. ‘Het de bedoe-ling om op enkele jaren de afvoer van de kusthavens via binnenvaart op te krikken van ongeveer twee naar dertig procent,’ zegt AWZ-medewerker Herbert Smitz.

Grotere schepen, korter traject. De voorbe-reiding voor de nieuwe steunmaatregel gaat terug tot studies uit 2001. ‘Eigenlijk bleek estuaire vaart toen al de meest haalbare op-tie,’ zegt Herbert Smitz. ‘Bij goed weer zou zowat elk binnenschip de bewuste 25 kilo-meter langs de kust vlot kunnen afleggen.

En uit onderzoek blijkt dat het traject mits enkele aanpassingen aan de schepen zelfs in zowat 95 procent van het reële weer moge-lijk is.’ Verder onderzoek leidde de voorbije maanden tot het bekende gevolg: er staat in Vlaanderen een steunmaatregel op stapel voor de bouw- en ombouwkosten voor es-tuaire schepen en voor de exploitatiekosten tijdens de eerste drie jaren.

De voordelen van estuaire vaart voor de belangrijke verbinding met het Vlaam-se hinterland en met het Rijngebied zijn even een-voudig als vanzelfspre-kend. Herbert Smitz: ‘Je kunt grotere schepen in-zetten en het vaartraject

wordt korter. Bovendien vermijd je tussen Zeebrugge en Antwerpen maar liefst vier sluizen.’ Net als de Waterways, de autosche-pen van Cobelfret, varen de estuaire schepen letterlijk en figuurlijk langs het maritieme sys-teem: zeeloodsen zijn voor het korte traject overbodig, en de schepen varen net onder de groene boeienlijn, zodat ze onafhankelijk van de zeescheepvaart langs de kustlijn varen. Overigens zal op termijn ook naar Oostende worden gevaren. Maar omdat de meetboeire-sultaten er te jong zijn, zijn daarover nog on-voldoende technische gegevens beschikbaar.

Openbare offerteaanvraag. De uitwerking van het estuaire project is te danken aan een geslaagde samenwerking tussen de Uni-versiteit Gent, de federale overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, het Waterbouwkundig labo Borgerhout, Waterwegen en Zeekanaal NV en de afdelingen Vlaamse Nautische Au-toriteit en Scheepvaartbegeleiding van AWZ. Herbert Smitz: ‘De scheepvaartbegeleiders van de afdeling Scheepvaartbegeleiding en hun Nederlandse collega’s in Vlissingen zullen adviseren en eventueel bepalen of de weersomstandigheden te gevaarlijk zijn voor

estuaire vaart. Zoals gezegd zou dat met het vooropgezette typeschip maar zowat vijf keer op de honderd het geval zijn. En zelfs dan zou de wachttijd bijna nooit langer worden dan acht uur, zoals nu ook al eens kan aan de sluis van Evergem. Het estuair tracé zal in tijd dus heel wat korter zijn dan de klassieke binnenvaartroute.’

Op Vlaams niveau liggen de technische om-kadering en de budgetten voor de steunmaat-regel klaar, maar de Vlaamse administratie wacht nog op de Europese goedkeuring. ‘Nor-maal mag die geen probleem vormen,’ zegt Herbert Smitz. ‘We weten dat Europa achter de grote lijnen van de maatregel staat. Met de toewijzing zullen we voorlopig wachten tot Europese erkenning, maar we hebben alvast de offerteaanvraag uitgeschreven …’ De 6,2 miljoen euro steun die minister Peeters voor de komende drie jaar heeft opzijgezet voor het project, zal namelijk via een openbare procedure worden verdeeld onder de kandi-daten die voor 15 december de beste dossiers indienen.

Markt en impact. ‘Onze procedure wil de markt laten spelen: als deelnemer moet je zo veel mogelijk met de centen realiseren,’ zegt Her-bert Smitz. ‘Zowel binnenvaartondernemers, reders als andere investeerders met ervaring

in de watergebonden sector kunnen een aanvraag indie-nen om het geplande risico financieel te ondersteunen. Hoewel de scheepsbouw-wereld hoofdzakelijk aan nieuwbouw denkt, geldt de ondersteuning in principe trouwens voor bouw- én ombouwkosten. En omdat

de capaciteit van de nieuwe schepen aanvanke-lijk groter zal zijn dan de beschikbare goederen, voorziet de regeling tijdens de eerste drie jaar ook in een jaarlijks afnemende steun voor de exploitatiekosten.’

Om onze kusthavens beter te ontsluiten, wil de Vlaamse regering de estuaire vaart uitbouwen en financieel ondersteunen. Waaraan moet u voldoen om straks van die steun te genieten? En wat is de verwachte impact ervan op de binnenvaarttrafieken?

‘De afvoer uit Zeebrugge via binnenvaart moet van 2 naar 30 % groeien.’

‘Kleinere schepen blijven be-langrijk voor zuidelijk Vlaanderen.’

Binnenvaart op de Noordzee

AWZ-medewerker Herbert Smitz: ‘Het

voordeel ligt voor de hand: je kunt grotere

schepen inzetten en je vermijdt vier sluizen.’

11

RUBRIEKTITEL

In de projectstudie is becijferd dat de estu-aire vaart na de opstart jaarlijks 200.000 TEU

zal aan- en afvoeren. Daarbij baseert men zich op een zestal schepen van het type Groot Rijnschip van 208 TEU – al kan die hoeveelheid ook over grotere schepen worden verdeeld. De kandidaten overschatten hun capaciteit trouwens beter niet, want er zijn boetes uit-gewerkt voor wie een streefcijfer niet haalt. Daarnaast moeten gesubsidieerde schepen

minimum tien jaar op onze havens blijven varen, wat betekent dat de overheidsmid-delen niet naar andere contreien kunnen verdwijnen.

Kleinere schepen in het zuiden. Op langere termijn houden de deskundigen bovendien rekening met 12 tot 15 schepen van 208 TEU. Herbert Smitz: ‘Maar veel hangt af van de ontwikkeling van de Zeebrugse haven. In

ieder geval is de maatregel op dit moment absoluut noodzakelijk omdat de verwachte groei er onmogelijk op te vangen is via het spoor en de weg. In vergelijking met de meeste infrastructuurwerken kost ons pro-ject relatief weinig, terwijl het Zeebrugge en Oostende via de waterweg dichter bij het hin-terland breng. Er zijn bijna geen nadelen aan verbonden, want de kleinere schepen die nu tussen Gent en Zeebrugge of Oostende varen, zullen volgens mij zeker werk genoeg hebben op andere waterwegen in zuidelijk Oost- en West-Vlaanderen.’ <

Binnenvaart op de Noordzee

Net als de Waterways, de autoschepen van

Cobelfret, varen de estuaire schepen letterlijk

en figuurlijk langs het maritieme systeem.

12 Binnenvaart december 2005

Nieuw overlegplatform waterrecreatie

Het nieuwe forum slaat een brug tussen spelers uit drie verschil-lende beleidsdomeinen: Openbare Werken van Kris Peeters (CD&V), Toerisme van Geert Bourgeois (NVA) en Sport van Bert Anciaux (Spirit). De opdracht van het platform is drieledig. Zo wordt het een overleg- en informatieorgaan, dat tegelijk als aanspreekpunt geldt voor alle betrokkenen. Daarnaast krijgt het ook initiatiefrecht op be-leidsniveau.

De komende tijd wordt het platform opgestart met een kernteam waarin volgende partners zetelen: Promotie Binnenvaart Vlaanderen, de Vlaamse waterweg-beheerders, Toerisme Vlaanderen, Bloso en NautiV. Daarnaast is ook een subteam Binnenvaartwegen en een subteam Kustjachthavens opgericht. In allebei kreeg de Vlaamse Sportfederatie een plaats toegedicht naast de leden van het kernteam, en in het team voor de Kustjachthavens werd ook de vzw Westtoer opgenomen.

In de oprichtingsnota van het forum wordt vooral gefocust op een gestructureerdere informatie-uitwisseling. De nota zegt expliciet dat signalen uit de basis sneller moeten worden opgevangen, en dat er initiatieven moeten komen als ondersteuning van het beleid. Be-langrijk daarbij is dat het platform zowel de uiteenlopende water-weggebruikers, als de publieke en private actoren dichter bij elkaar moet brengen.

PLEZIERVAART

Straks moeten ook andere actiepunten beter worden aangepakt.

De voorbije zomer werd een belangrijk element uit het beleidsplan Waterrecreatie en –toerisme gerealiseerd: er komt een overleg-platform dat waterrecreatie, -sport en –toerisme moet stimule-ren. Daarmee is de belangrijkste actie uitgevoerd uit het twaalf-puntenplan van de Administratie Waterwegen en Zeewezen. Op basis daarvan kunnen namelijk ook de andere actiepunten beter worden aangepakt.

13

Waarschijnlijk bent u ook tevreden met de oprichting van het overlegplatform?PHILIPPE MONSIEUR: Zeker en vast. Ik hoop dat de oprichting het pad vrijmaakt om in de toekomst de slagkracht van onze sector nog verder te vergroten. Want Vlaanderen heeft alle troeven voor een sterke pleziervaart: koopkracht, een degelijke infrastructuur waaraan de voorbije jaren al sterk is ge-werkt, en ten derde een rijke nautische tra-ditie. Ook Nederland en de Scandinavische landen bewijzen namelijk dat je watercultuur voor pleziervaart minstens even belangrijk is als de zon.

Hoe groot is het belang van waterrecreatie voor de Vlaamse economie?MONSIEUR: Dat is zeker niet te onderschat-ten aangezien ongeveer één op de 350 Vla-mingen aan waterrecreatie doet. We moeten echter dringend in cijfermateriaal investe-ren. Cijfers over omzet en tewerkstelling in onze sector zijn niet moeilijk te vinden, je moet alleen een budget hebben om ze jaar-lijks te verwerken. Zo hopen we tegen 2006

een onderzoek op te starten met de steun van privé-partners en hoge-scholen. Intussen kan ik wel verwij-zen naar een stu-

NautiV-voorzitter Philippe Monsieur

‘Vlaanderen heeft alles voor een sterke pleziervaart’Samen met het goederen-vervoer via de waterweg, zit ook de Vlaamse pleziervaart duidelijk in de lift. We vroe-gen aan Philippe Monsieur, voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Nautische be-drijven (NautiV), hoe hij de toekomst van de Vlaamse recreatievaart inschat.

‘In 2000 draaide de waterrecreatie al een omzet van 6 miljard frank.’

14 Binnenvaart december 2005

PLEZIERVAART

die van de Vrije Universiteit van Brussel uit 2000. Daaruit bleek dat de Belgische water-recreatie in 2000 een omzet draaide van zes miljard oude Belgische franken. En je mag er gerust op zijn dat dat bedrag vandaag flink gestegen is.

NautiV stelde dit jaar 15 actiepunten voor om de slagkracht van de sector te verhogen. Welke zijn de belangrijkste?MONSIEUR: De oprichting van een platform was ook voor ons een belangrijk actiepunt.

Daarnaast vind ik de afschaffing van de be-lasting op inverkeers-telling (BIV) prioritair. België is het enige land waar je die moet betalen en daardoor

kopen heel wat Vlamingen hun boot in het buitenland. Het gevolg is dat België niet al-leen inkomsten van de BIV misloopt, maar ook die van de BTW – die gemiddeld zes keer

hoger liggen. Daarnaast blijf ik pleiten voor voldoende ligplaatsen voor charterbedrijven, jachtwerven en botenhandelaars: zij vormen tenslotte het hart van onze sector.

Zijn er dit jaar nog andere actiepunten gerealiseerd?MONSIEUR: Er is dit jaar een afdeling varend erfgoed opgericht binnen de Koninklijke Commissie Monumenten en Landschap-pen. Dat betekent dat historische schepen straks net als gebouwen kunnen worden beschermd. Ook hebben we met Johan Vande Lanotte (SP.A), toenmalig minister van de Noordzee, een akkoord onderte-kend over ‘de wet op de bescherming van het mariene milieu’. In die gebieden wordt vrije doorvaart tegen beperkte snelheid gerespecteerd, en het blijft mogelijk om er pakweg pedalo’s te verhuren zonder dat je een milieueffectenrapport moet opstellen. Daarnaast hangt het overlegplatform met tal van andere actiepunten samen. Zo kijk

ik uit naar de samenwerking met Toerisme Vlaanderen: wat voor het fietstoerisme kan, moet ook voor ons iets opleveren. En in ver-band met Europese promotie zijn de contac-ten van Promotie Binnenvaart Vlaanderen een mooie troef.

Tot slot willen jullie ook reageren tegen het elitaire imago dat watersport vaak krijgt opgekleefd?MONSIEUR: Dat klopt. De algemene pers staart zich meestal blind op grote luxejach-ten, terwijl de realiteit voor een doorsnee pleziervaarder veel bescheidener is. Nie-mand lijkt te beseffen dat je ook voor de prijs van een tweede wagen een boot kunt kopen. Om de drempel te verlagen, is het ook be-langrijk dat verhuurbedrijven beter worden ondersteund door onder meer de verou-derde wetgeving aan te passen. Weet je dat een huurboot op dit ogenblik malariapillen aan boord moet hebben omdat de wet nog uit de tijd van de Kongoboten stamt? Daarnaast ben ik er voorstander van om het zwartchar-teren te regulariseren naar Frans model. Zo kun je als eigenaar je investering gedeeltelijk terugverdienen door je boot tijdens bepaalde periodes te verhuren en je kosten en inkom-sten aan te geven. <

NautiV?NautiV, kort voor ‘Vereniging van Vlaamse Nautische bedrijven’, vertegenwoordigt het hele gamma aan ondernemingen die in de waterrecreatie actief zijn. ‘Van leveranciers over winkels en scheeps-herstellers tot scholen en verhuurbedrijven,’ zegt voorzitter Philippe Monsieur. ‘En daarbij zijn vooral die laatste cruciaal voor de instroom.’ Sportclubs maken geen deel uit van de vereniging, maar er wordt wel nauw mee samengewerkt. NautiV bestaat sinds 2000 naast de Belgische poot Nautibel als antwoord op de uitgebreide Vlaamse politieke bevoegdheden, en telt zowat 120 leden.

‘Door de BIV verliest België een pak BTW-inkomsten.’

Open de poort voor onbeperkt internet aan boord

Mobile Internet No Limit MOBILE BUSINESS SOLUTIONS

Ook voor u als binnenschipper is internet niet meer weg te denken uit het professionele leven. Denk maar aanhet opvragen van vrachten, openingstijden van de sluizen, waterstanden,… Daarnaast vindt u het ook nood-zakelijk om wanneer u wil toegang te hebben tot uw e-mails.

Via het UMTS-netwerk van Proximus surft u van op uw schip op internet, waar, wanneer en zovaak u maar wil.Via de Vodafone Mobile Connect datakaart en het nieuwe Mobile Internet No Limit hebt u rechtstreekstoegang tot internet en dit zo goed als zonder beperking! Voor € 55/maand* bent u permanent onlineen wanneer u nu intekent, bieden wij u nog interessantere voorwaarden aan! * Tot 1 GB nationaal gebruik, € 0,50/MB extra.

Bij intekening op een contract van 15 maanden Mobile Internet No Limit, ontvangt u 2 maanden gratis, en bijeen contract van 24 maanden zelfs 4 maanden gratis, of een gratis Vodafone Mobile Connect datakaart.

Schrijf onmiddellijk in en neem contact op met Mobitel op het nummer03 443 90 09 voor meer informatie.

Vraag hen ook naar onze zeer interessantevoorwaarden voor dataoverdracht in hetbuitenland met Eurodata!

Binnenvaart insert 200511 04-11-2005 08:58 Pagina 1

16 Binnenvaart december 2005

08:13 Drempels en bochten. Als we bij-schuiven aan het bureau van Patrick Leg-ros, is hij net in het logboek over de voorbije dienstshiften aan het lezen. ‘Neen, er staat niets over nieuwe calamiteiten in,’ vertelt hij ‘Maar dat had ik ook niet verwacht: van zodra je het gebouw binnenkomt, voel je of de sfeer hier gespannen is of niet. Ik lees het logboek op de eerste plaats om een overzicht te krij-gen van de belangrijkste schepen die ik moet opvolgen.’ Het scheepvaartverkeer blijkt

echter vrij rustig vandaag. En ook de weers-omstandigheden die de nautisch dienstchef heeft opgevraagd, vallen voor de tijd van het jaar zeer goed mee.

Terwijl we genieten van het uitzicht op het wateroppervlak, drinkt Patrick Legros zijn eerste kopje koffi e van een lange werkdag. Gewoontegetrouw komt zijn nachtelijke col-lega hem namelijk pas twaalf uur later afl os-sen, om 20 uur. Uit een map neemt Patrick

een bundeltje aanvragen van scheepsagen-ten en hij berekent op zijn computer de reis-planningen. ‘Op de Westerschelde moet je rekening houden met scherpe bochten, drempels en met getijdenwerking. Voor de grotere zeeschepen, de zogenaamde margi-nale schepen, is de procedure dan ook dat wij berekenen van wanneer tot wanneer ze over de ondieptes of drempels kun-nen varen. De chef-loods van de DAB Loodswezen tekent daarbij voor advies, maar wij leveren de echte toelating af.’

Van grote zeeschepen tot spitsen en motorjachten: hoe wordt het drukke verkeer op de Westerschelde in goede banen geleid? We gingen een dag op pad met Patrick Legros, nautisch dienst-chef van de afdeling Scheepvaartbegeleiding in het Vlaams-Nederlandse Scheldecoördinatiecentrum in Vlissingen.

Scheepvaartbegeleider Patrick Legros

‘De Westerschelde wordt alsmaar veiliger’

EEN DAG OP PAD MET

Patrick Legros naast zijn Nederlandse collega:

‘Het is onverantwoord om het marifoonkanaal

langer dan nodig bezet te houden.’

‘We zouden de radarketen en het AIS ook landinwaarts graag verder uitbreiden.’

17

09:32 Binnenvaart aangemeld? In navolging van onze gastheer rollen we onze stoel naar een ander computerscherm. ‘Op deze beeld-schermen volgen we via de radarketen hoe de schepen op de Westerschelde bewegen,’ zegt Patrick. ‘Om de drie seconden krijgen we een geactualiseerd verkeersbeeld van de realiteit.’ Veel binnenschepen zijn er ech-ter niet te zien: in Vlissingen is er uiteraard minder binnenvaart dan in de verkeerscen-trales in Terneuzen, Hansweert en Zandvliet. ‘Bovendien is het pas vanaf december dat alle binnenschepen zich verplicht moeten aanmelden. Nu krijgen ze op het scherm nog geen labels mee. We zien wel waar een binnenschip vaart, maar we zien geen namen of gegevens over belading en diepgang zoals bij de zeeschepen Frisius en de Palamas.’

Nautisch chef Patrick neemt ons mee naar de vierde verdieping van het controlecentrum: het hart van de verkeersbegeleiding, waar per mari-foon wordt gepraat met schippers en loodsen. We zien er hoe de Vlaamse en Nederlandse medewerkers, zowel verkeersbegeleiders als loodsen, in de praktijk vlot samenwerken. Hoewel Patrick zelf geen marifoongesprekken meer voert, ligt de gespreksdiscipline hem nog na aan het hart. ‘Het is ab-soluut onverantwoord om het mari-foonkanaal langer dan nodig bezet te houden. Wie daar in een drukbevaren gebied als het onze geen rekening mee houdt, moet weten dat hij eigenlijk de algemene vei-ligheid in gevaar brengt. Daarnaast vergeten sommigen graag dat het verplicht is om het marifoonkanaal te beluisteren.’

10:43 Strategische reisinfo. Terug op zijn bureau op de tweede verdieping wil Patrick enkele verslagen van vergaderingen door-nemen. De eerste memo gaat over River Information Services en het Automatic Iden-tification System (AIS). Patrick: ‘Volgens ons zou AIS ook op binnenschepen zeer nuttig zijn. AIS kan namelijk voor alle spelers in de keten strategische reisinfo opleveren. Zo kan het voor een binnenvaartondernemer toch ook interessant zijn om te weten wanneer een zeeschip precies aankomt, of om de identiteit te kennen van de andere vaartuigen? En via ons Hymedis-project worden hydrometeo-gegevens via GPRS raadpleegbaar. Daarnaast

varen alle spelers er wel bij als we over meer statistisch materiaal beschikken om onze werking te verfijnen.’

Een ander verslag zorgt ervoor dat Patrick op de hoogte blijft over het Central Broker System: een systeem dat ervoor zorgt dat de informatiesystemen van verschillende in-stanties aan elkaar kunnen worden gekop-peld. ‘Iedere haven of waterwegbeheerder heeft zijn eigen methode voor elektronische

communicatie uitge-werkt,’ zegt Patrick. ‘Het spreekt vanzelf dat al die systemen aan elkaar gelinkt moeten worden, zonder dat haven

X daardoor ook toegang krijgt tot alle data van haven Y.’ Daarnaast maakt de Afdeling Scheepvaartbegeleiding ook intern werk van toekomstgerichte technologie. Zo wordt straks na een maandenlange testperiode Wesp geïntroduceerd: een nieuwe Wester-scheldeplanner die automatisch vaarplan-nen berekent.

12:16 Schaftijd en uitbreiding. Terwijl Pa-trick Legros de eerste van twee maaltijden op kantoor verorbert, vertelt hij dat hij tij-dens zijn eerste jaar als nautisch dienstchef gelukkig nog geen echte calamiteiten heeft beleefd. ‘Maar sommige ongelukken heb je natuurlijk niet in de hand. Wij kunnen niet voorzien dat een schip zoals de Fowairet in september onbestuurbaar gaat worden door hoogstwaarschijnlijk een technisch defect. In dat geval kunnen we alleen maar ieder-een verwittigen en overleggen wat er moet

gebeuren om de vaarweg zo snel mogelijk vrij te maken. Want geen verkeer op de Wes-terschelde betekent dat ook de haven van Antwerpen dichtslibt.’

‘Je hoort vaak dat de Westerschelde uniek is in de wereld omdat er zo veel grote en kleine schepen door elkaar varen op een zo grillige route,’ gaat Patrick verder. ‘Ik weet niet of het helemaal klopt, maar de uitspraak illustreert waarom je het belang van onze begeleiding

niet mag onderschatten. Sinds onze Schel-deradarketen in 1991 operationeel werd, is onze begeleiding ook alsmaar beter gewor-den. Zo hebben we onlangs nog een nieuwe radartoren op zee en AIS in gebruik genomen waardoor we ook het deel voor de kust van Westende tot Frankrijk kunnen volgen. En ook landinwaarts zouden we de radarketen en het AIS graag verder uitbreiden.’

14:05 Vlam in de pan. De collega’s van Pa-trick worden afgelost, maar voor hemzelf is de werkdag nog maar halverwege. ‘Op een dag als vandaag heb ik daar geen enkel probleem mee,’ zegt Patrick. ‘Als er niets misloopt, kun je mijn job gerust twaalf uur na elkaar volhouden. Ik hoop dat ik straks in alle rust nog een paar aanvragen kan onder-zoeken om ontheffingen van de loodsplicht toe te staan. Maar het kan altijd dat ik daar geen tijd voor heb: de vlam kan hier op ieder moment in de pan slaan.’ Omdat die kans ons toch maar klein leek, en we er zeker niet op wilden hopen, besloten we daar echter niet op te wachten – en gelukkig bleek dat ach-teraf ook de juiste keuze. <

‘Een ongeval zoals met de Fowairet in september kun je onmogelijk voorzien.’

18 Binnenvaart december 2005

Omdat we naar goede binnenvaart-

traditie liever te vroeg dan te laat zijn:

alvast onze beste wensen voor het

nieuwe jaar. Geniet van de feesten en

klink met ons op een

voorspoedig 2006!

Het PBV-team

KORT

De waterwegbeheerders NV De Scheepvaart en Waterwegen en Zeekanaal NV hebben dit najaar een samenwerkingsakkoord onder-tekend. Bij de voorstelling van het akkoord zei Vlaams minister van Openbare Werken Kris Peeters dat hij samenwerking met en tussen bedrijven als een belangrijk middel ziet om de modal shift naar de waterweg te realiseren. De minister wil het best mo-gelijke kader creëren voor de ontwikkeling van regionale terminals, en hij vindt dat de bedrijfssector mee moet denken en werken aan de clustering van goederenstromen. Zo zullen de waterwegbeheerders in de praktijk enkele transportdeskundigen aanwerven die met steun van Unizo en Voka voor geïnteres-seerde bedrijven de mogelijkheden van een modal shift kunnen doorlichten. Voorts komt er ook een haalbaarheidstudie over het ver-voer van gepalletiseerde goederen in stads-distributie.

BSC zoekt vrijwilligersDe vzw Belgian Senior Consultants zoekt gepensioneerde deskundigen – bedrijfsleiders, kaderleden en amb-tenaren - die hun expertise enkele na-middagen per maand ten dienste wil-len stellen van KMO’s, zelfstandigen, vzw’s en bedrijven. De consultancy gebeurt belangeloos, maar met kos-ten- en wagenvergoeding.Meer weten? Mail naar bsc.vg@belgacom.net

In januari en februari is het traditioneel tijd voor de pleziervaartbeurzen. Van 21 tot en met 29 januari verzamelen de wa-tersportliefhebbers in Duitsland voor de vaste afspraak op Boot Düsseldorf. Naar goede gewoonte zal ook PBV er aanwezig zijn om de waterrecreatie op de Vlaamse binnenwateren te promoten bij de beurs-gangers. Daarnaast maakt PBV zich ook al warm voor de Belgian Boat Show in Gent, die dit jaar plaatsvindt van 11 tot en met 19 februari, en die dit jaar focust op Spanje en Valencia.

Meer weten? Surf naar www.boot.de of www.belgianboatshow.be

Om de expediteurs van morgen bekend te ma-ken met de binnenvaartpraktijk, heeft Promo-tie Binnenvaart in oktober twaalf scholen ont-vangen op de Limburgia. In totaal maakten 375 studenten– hoofdzakelijk uit de hogeschool-richting Logistiek Management – kennis met de Antwerpse dokken. Tijdens zes rondvaarten langs de Kanaaldokken, het Delwaidedok, en het Churchilldok liet gids Jan Janssens al voor het twaalfde jaar op rij jongeren kennismaken met de voorbijvarende scheepstypes, met por-taalkranen en straddle carriers, en met vak-jargon als stuffen en strippen.

Unizo, Voka en waterwegbeheerders op één lijn

PBV vaart studenten rond in Antwerpse dokken

PBV op Boot Düsseldorf en Belgian Boat Show

Zie ginds vaart de sint!Op zaterdagnamiddag 12 november was het weer zover: het schip van sinterklaas arriveerde – mooi op tijd – in Antwerpen. Aan het Zuiderterras wachtten vele tien-duizenden ouders en kinderen de heilige man op. Op sleeptouw genomen door Bart Peeters boden ze de sint een warm en enthousiast onthaal. Waarna meteen de speculaties opdoken over al het lekkers en het speelgoed dat hij in het laadruim meebracht.

19

In oktober heeft PBV een tweedaagse intro-ductiecursus georganiseerd om expediteurs te laten kennismaken met binnenvaart. De cursus vond plaats in Antwerpen, waar 36 leden van de Vereniging voor Expeditie, Lo-gistiek en Goederenbelangen van Antwerpen (VEA) luisterden naar de voordelen van bin-nenvaart en hoe die een meerwaarde voor hun klant creëren. Ze kregen daarover uit-leg en tips van bevrachters Bart Van Hoorde en Raf Coolls, waarna collega-expediteur François Meersman over de praktijk kwam getuigen. Terwijl de cursus hoofdzakelijk op de conventionele binnenvaart was gericht, bleken bij de deelnemers ook heel wat vra-gen over containervaart te leven. Daarnaast bleek intussen dat er ook buiten de VEA inte-resse bestaat voor de opleiding. Wordt onge-twijfeld vervolgd.

Molenschip krijgt 5 sterren

areyouwaterproof?werpt vruchten af’Volgens de scholen en opleidingscentra stijgt de interesse voor watergebonden opleidingen. In de Hogere Zeevaartschool Antwerpen hebben zich dit schooljaar zelfs 162 nieuwe studenten ingeschre-ven: de helft meer dan het gemiddelde van de voorbije vijf jaar. Daarnaast mocht ook het Migo in Oostende fl ink wat nieuwe inschrijvingen verwelkomen, en de IBIS-school in Bredene moest zoals ieder jaar leerlingen weigeren. Als verklaring voor de interesse verwijzen de scholen – be-halve naar eigen acties – naar de impact van de Areyouwaterproof?-campagne en naar de groeiende aandacht voor richtin-gen die werkzekerheid bieden.

Binnenvaartopleiding voor expediteurs

Kerkschip nu ook voor surfersHet Antwerpse kerkschip, ook wel be-roemd als enige kerk waar je ook ge-woon een pint kunt drinken, heeft sinds kort een nieuwe, mooi ogende, website. Voortaan vindt u op de religieuze web-stek heel wat interessante informatie: van de geschiedenis van het kerkschip, over een uitgebreide lijst met binnen-vaartlinks, tot een activiteitenkalender.Meer weten? Surf naar www.kerkschip-antwerpen.be

De leerlingen van het Molenschip in Ever-gem hebben hun Fata Morgana-evenement tot een goed einde gebracht. Om geld in te zamelen voor de bouw van een nieuw speel-dorp had de lokale schepen Johan Van Hove de leerlingen onder meer uitgedaagd om de schoolgebouwen in te pakken naar het voor-

beeld van de Bulgaarse kunstenaar Christo. Tijdens de slotshow op vrijdag 21 oktober zag de schepen samen met presentator Michel Follet, zanger Peter Elkins en vele sympa-thisanten dat alle opdrachten perfect waren vervuld, en dat de school dus terecht mag pronken met zijn vijf sterren.

Terwijl shortsea shipping de voorbije jaren sterk is gegroeid, stagneren de zeeriviertrafi eken op het Albertkanaal en op het Zeekanaal Brussel-Schelde. Tijd voor actie, vond Promotie Shortsea Ship-ping Vlaanderen: het vroeg aan 28 spelers

– bevrachters, terminals, verladers, rede-rijen en expediteurs – welke elementen de zeeriviervaart belemmeren, en vooral, wat we eraan kunnen verhelpen.

De voorbije maanden werd uit de antwoor-den een actienota samengesteld over de periode juli 2004 tot april 2005. Daarin komen onder meer knelpunten aan bod als loodstarifering, loodstekorten, het aanbod aan scheepstypes, en bepaalde omslachtige administratieve procedures. Daarnaast besteedt de nota aandacht aan potentiële ladingen naar het Verenigd Ko-ninkrijk, Spanje, Portugal en Scandinavië. Tot slot werd de nota geregeld afgetoetst met de waterwegbeheerders, waarna zelfs nieuwe maatregelen of acties wer-den opgenomen.

Geïnteresseerd in het werkdocument? Surf naar www.shortsea.be en klik onder Algemene Info op Rapporten & Studies.

SSS maakt werk van zeeriviertrafi eken

20 Binnenvaart december 2005

LANGS DE KADE

Zon, sfeer en verladers in KortrijkOp zaterdag 1 oktober verzamelden opnieuw meer dan 150 verla-ders en andere binnenvaartspelers op het jaarlijkse verladerse-vent van Promotie Binnenvaart Vlaanderen. Decor van de geslaagde bijeenkomst was dit jaar Kortrijk, een van de knooppunten in het Vlaamse luik van het Seine-Schelde-project. Onder een stralen-de zon maakten de aanwezigen er een rondvaart met de Benelux, terwijl ze luisterden naar de Vlaamse projectleider van het grote project, Willem Van Crombrugge (Waterwegen en Zeekanaal NV), en naar zijn Franse collega Benoît Deleu van VNF. Achteraf heette burgemeester Stefaan De Clerck iedereen welkom in hotel Broel voor een lekkere lunch, waarna de dapperste aanwezigen nog een wandeling maakten door de his-torische Kortrijkse binnenstad.

Bart Van Hoorde, RKE, AntwerpenTrouwe klant? Ik ben blij dat ik eindelijk eens van de partij kan zijn. De vorige keren was ik verhinderd, maar in Kortrijk wou ik de afspraak zeker niet missen.Werkdag of uitstapje? Voor mij is dit een werkdag. Je krijgt inlichtingen en je ontmoet mogelijke klanten. Al is er zeker tijd om te ge-nieten: het zonnetje schijnt en ik zit met vrouw en kind op het water.Seine-Schelde? Ik heb de uitleg over de de-tails van het project niet echt gevolgd. De grote lijnen kende ik al, en technische gegevens lees ik liever op kantoor na.Verstokte lezer? Ik lees inderdaad het gros van de artikels. Vooral de korte berichten vind ik interessant, net als artikels over infrastruc-tuurprojecten en de klantenportretten. Zo blijf je op de hoogte van wat er bij de klant leeft.

Didier Castelain, binnenvaartbegeleider, EvergemTrouwe klant? Sinds ik aan wal ben gestapt, ben ik ieder jaar van de partij. Als ik juist tel, moet het dus al mijn zesde keer zijn.Werkdag of uitstapje? Ik beschouw dit als een uitstapje: op papier vergezel ik mijn vrouw die in de bevrachting werkt. Maar in de praktijk ken ik minstens evenveel volk als zij. We zijn allebei gepokt en gemazeld in de binnenvaart. En ik sta nog geregeld achter het roer van de Gentse Barge.Seine-Schelde? Het project biedt zeer veel mogelijkheden, zeker in vergelijking met het bestaande traject dat ik zelf nog heb afgelegd. Ook mijn ouders vaarden al met hun spits van België naar Frankrijk.Verstokte lezer? Ik lees alles wat met scheep-vaart te maken heeft, en de BinnenVaart lees ik van voor naar achter. Het liefst van al lees ik artikels over de binnenvaartondernemers, omdat ik die nog bijna allemaal ken.

Boudewijn De Boeck, Grizabel, SchotenTrouwe klant? Ik denk niet dat ik al een bijeenkomst gemist heb. Misschien ga ik wel veel te graag uit eten …Werkdag of uitstapje? Zeker een werkdag. We lachen hier veel, maar tegelijk leg je een basis voor professionele relaties. En het is mooi mee-genomen dat ook mijn vrouw graag meekomt.Seine-Schelde? Ik heb veel opgestoken: voor ons is het zeer interessant dat Noord-Frankrijk vlotter bereikbaar wordt. Alleen de timing valt tegen. Blijkbaar investeren onze politici liever in cultuur dan in de economie.Verstokte lezer? Inderdaad, ik hou alle num-mers zelfs netjes bij. Dat is handig voor als ik wat achtergrondinformatie nodig heb. En ik lees graag over het leven aan boord.

Philip Cornelis, Lalemant, GentTrouwe klant? Ik kom niet ieder jaar naar de Verladersdag, maar ik probeer me altijd vrij te maken. Vandaag moest ik daarvoor niet het hele land door, en dan lukt dat natuurlijk mak-kelijker.Werkdag of uitstapje? Allebei: het is werken in een informele, gezellige sfeer. Zeker hier in Kort-rijk zijn er veel bekenden en klanten aanwezig.Seine-Schelde? Echt veel heb ik niet bijge-leerd, omdat ik het project al goed kende. Per-soonlijk vind ik het wel jammer dat we zo lang op de uitvoering moeten wachten.Verstokte lezer? Ik zeg het niet om PBV te vleien, maar ik lees het magazine van a tot z. Het combineert op een frisse manier de wereld van verladers, bevrachters en binnenvaarton-dernemers.