Waar nieuw en oud raken

16
Waar nieuw en oud raken Hubert-Jan Henket Waar nieuw en oud raken Een pleidooi voor houdbare moder- niteit in archi- tectuur

description

Een pleidooi voor houdbare moderniteit in architectuur

Transcript of Waar nieuw en oud raken

Page 1: Waar nieuw en oud raken

Waar nieuw en oud rakenHubert-JanHenket

Waar nieuwen oud rakenEen pleidooi voor houdbare moder-niteit in archi-tectuur

Page 2: Waar nieuw en oud raken

1 Het Moderne Project

Animatie Museum de Fundatie, Zwolle, 2013

Page 3: Waar nieuw en oud raken
Page 4: Waar nieuw en oud raken

Kind van de moderniteits traditie | Kijken in het heelal |

Een dialectisch lustoord | Het Teylers Museum in

Haarlem | De rol van ‘het constant nieuwe’ | Sanatorium

Zonnestraal in Hilversum | Zoeken naar antwoorden |

Dialoog tussen nieuw en oud | docomomo |

Uitbreiding van Museum de Fundatie in Zwolle

Page 5: Waar nieuw en oud raken

21 Kind van de moderniteitstraditieIk ben een kind van de moderniteitstraditie. Analytisch denken, rede en een

vast vertrouwen dat vooruitgang het resultaat is van de ontwikkeling in weten-

schap en techniek, vormden de dagelijkse mantra van mijn opvoeding. Alleen

op de feiten kun je bouwen. Ontdek, ontwikkel, pas aan, realiseer en heront-

dek. De genen die ik heb meegekregen zijn doordrenkt van de denkwijze van

de Delftse ingenieurs. Mijn overgrootvader Nicolaas Hubertus Henket was van

1866 tot 1901 hoogleraar Weg- en Waterbouw in Delft, een vakgebied dat in

zijn tijd een sleutel vormde tot de vooruitgang. Mijn grootvader Hubertus A.

Henket was ook een Delfts civiel ingenieur, maar dan gericht op de spoorwe-

gen. Mijn vader Nicolaas Henket was Delfts elektrotechnisch-ingenieur gespecia-

liseerd in het stoere werk, de sterkstroom. In de vijftiger en zestiger jaren was

hij bij de Staatsmijnen in Limburg verantwoordelijk voor energieopwekking

en -voorziening en voor de automatisering van de ondergrondse bedrijven.

Als je naar het Musée d’Art Moderne in Parijs gaat, dan treft je daar het enorme

schilderij van 600 m2 aan dat Raoul Dufy in 1937 maakte: La Fée Electricité. Het

verbeeldt de sleutelrol die de opwekking van elektriciteit heeft gehad in de

ontwikkeling van de moderniteit. Het reusachtige doek omringt je met de on -

voorstelbare tegenstellingen die de elektriciteit teweegbracht tussen de trage

ontwikkeling in het mythische verleden en de grote dynamiek van de vooruit-

gang in de Moderne Tijd.

Mijn vader genoot ervan om aan het front van die vooruitgang te kunnen

experimenteren en realiseren. Dat gebeurde in Heerlen, waar ik vlak voor het

uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1940 geboren werd. Je kunt je dat

nu niet meer voorstellen, maar Heerlen was tot het midden van de zestiger

1

2

1 Raoul Dufy, La Fée Electricité, voor de tentoonstelling ‘Kunst en techniek in het moderne leven’, Parijs, 1937› 2 Hoogspanningslijn van de Staatsmijnen, met eerste glazen isolatietoren en aluminium kabels, 1955

Page 6: Waar nieuw en oud raken

22 1 het moderne project

jaren, toen de mijnen gesloten werden, de meest moderne stad van Nederland.

De motor daarvan vormden de mijnen die een enorm laboratorium waren

voor technologisch experiment en ingenieurskunst van de hoogste kwaliteit.

De Staatsmijnen werden geroemd als de meest geavanceerde van Europa.

Onder de bewoners van de mijnstreek heerste destijds een typisch moderne

sfeer van optimisme en onvoorwaardelijk geloof in vooruitgang. Alles was

mogelijk, de maakbare toekomst werd daar gerealiseerd.

Veel inspirerende gebouwen van de architect Peutz waren met mijn dage-

lijkse leven vervlochten. In mijn verbeelding beleefde ik als tiener de American

Dream zoals je boven Los Angeles zweeft, in het glazen Case Study House nr. 22

van de architect Pierre Koenig.

Thuis compenseerde mijn vader, net zoals de twee generaties voor hem,

zijn rationele bijdrage aan de wervelwind van veranderingen die de moderniteit

kenmerkte, met zijn toewijding aan de klassieke waarden. En in deze even-

wichtsoefening tussen emotionele waardering voor het bestaande en rationele

waardering voor het nieuwe, ben ik opgegroeid.

Kijken in het heelalDoor de secularisatiegolf van de afgelopen veertig jaar zijn de meeste kerken

gesloten, waardoor er weinig plekken over zijn waar je je gedachten even kan

laten gaan. Maar als je de Mariakapel van de Sint-Janskathedraal in ’s-Herto-

genbosch binnenloopt, zit er altijd wel iemand die de drukte van thuis of van

3

4

‹ 3 Ondergrondse schacht, 400 m onder de grond, Staatsmijn Emma, 19554 Pierre Koenig, Case Study House nr. 22, ca. 1960 (foto Julius Shulman)

Page 7: Waar nieuw en oud raken

kijken in het heelal 23

de stad is ontvlucht om even bij Maria te contempleren. Op een herfstige mid-

dag zat ik – agnost – te genieten van de ingetogen sfeer van de kapel die we

een paar jaar eerder hadden gerenoveerd en mijn gedachten gingen met mij

aan de haal. In een zucht werd ik teruggevoerd naar de oorverdovende stilte

en de onbegrensde ruimte van de Grote Karoo in Zuid-Afrika. Ik verbleef in

die sublieme wildernis in november 2008 om samen met vrienden een huis

voor hen te ontwerpen, heel ver weg van het kabaal van de westerse maat-

schappij. Ik zat in mijn eentje ’s nachts buiten op het terras van het Kliphuis,

zestig kilometer verwijderd van het dichtstbijzijnde plaatsje Graaff Reinet.

De totale duisternis, samen met de kurkdroge lucht, maakten van het heelal

een schitterend driedimensionaal spektakel, zoals ik pas een keer eerder had

beleefd in de winter van 1970 bij de Skoltlappen in Noord-Oost Finland. Ik

keek recht in de ingewanden van het universum, met miljarden sterren en

planeten voor en achter melkwegstelsels en gaswolken. Ineens was ik – als

een korreltje stof met mijn eigen eindigheid – een onderdeel van de onvoor-

stelbare oneindigheid in ruimte en tijd van het heelal.

Ik besefte me dat er twee verschillende tijdsbelevingen zijn. De ene, de eeuwi ge

tijd waarin verleden en toekomst hetzelfde zijn, en die zich om je eigen eindige

leven heen sluit. De andere, de eindige tijd, die je eigenlijk ook op twee ma -

nieren beleeft: lineair en cyclisch. Lineair, omdat je leeft van je ongevraagde

geboorte tot je niet te vermijden dood. En cyclisch, omdat eb en vloed, dag en

nacht, zomer en winter, jaar in en jaar uit elkaar achterna lopen in een eeu-

wige rondedans.

Om dit chaotische en gruwelijke, maar tegelijkertijd fascinerende en schitte-

rende geheel enigszins bevattelijk voor onszelf te krijgen, zoeken we steeds

maar weer naar antwoorden op vragen zoals: Waarom is dit er eigenlijk alle-

maal? Waarom besta ik? Waarom leef ik hier en niet ergens anders? Hoe

besteed ik de beperkte tijd die ik hier heb zo goed mogelijk? Etcetera.

Op de katholieke lagere school leerden we vroeger nog de catechismus van

buiten. Daar stond het eenvoudige antwoord op de vraag Waartoe zijn wij op

aarde? ‘Wij zijn op aarde om God te dienen, om hier en in het hiernamaals

gelukkig te zijn.’ Dat leek toen klare taal. Maar naarmate ik ouder werd kwa-

men vanzelfsprekend de vragen: Maar wie is God dan? Wie zijn wij? Wat is

hier? Wat het hiernamaals?

Is God boos- of goedaardig? Is hij vrouwelijk, mannelijk of onzijdig? Is hij

in zijn eentje, een drie-eenheid of met heel velen? Is hij de schepper, de con-

ditionerende of de vernietiger? Of ben ik het misschien zelf ? Een ding over

God is in ieder geval zeker: alle wereldreligies kunnen het er tot op de dag van

Page 8: Waar nieuw en oud raken

10 De Ovale Zaal van Teylers (1784), een compleet universum

Page 9: Waar nieuw en oud raken
Page 10: Waar nieuw en oud raken

46

15 De nieuwbouw is om de kastanjeboom heen gezet16 Doorsnede, van links naar rechts: entree Spaarne, nieuwe uitbreiding met op de achtergrond de sterrenwacht

Page 11: Waar nieuw en oud raken

17 Waar nieuw en oud raken

Page 12: Waar nieuw en oud raken

18 Het nieuwe prentenkabinet in het oude gebouw

Page 13: Waar nieuw en oud raken

49

19 Het museumcafé20 Doorsnede van de expositiezaal en enkele details

Page 14: Waar nieuw en oud raken

21 Lignostone houten windstijlen met gelijmde glasbevestiging

Page 15: Waar nieuw en oud raken

22 Verbinding tussen oude fossielenzaal en nieuwe expositiezaal

Page 16: Waar nieuw en oud raken

9 789462 260009

Hubert-Jan Henket (1940) werd vanaf zijn studie geïn-

spireerd door de architectuur van de Moderne Beweging.

Het is de sleutel tot zijn werk met tal van aansprekende

projecten, waaronder het Teylers Museum in Haarlem,

Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam, de

Haarlemse rechtbank, de Nederlandse ambassade in

Bangkok, Zonnestraal in Hilversum, de Verkadefabriek

en het Museumkwartier in ’s-Hertogenbosch, Museum

de Fundatie in Zwolle en het Fries Museum in Leeuwar-

den. Met het bureau – Bierman Henket architecten –

is hij gespecialiseerd in de transformatie van bestaande

gebouwen en inpassing van eigentijdse gebouwen in

een historische context. In Waar nieuw en oud raken maakt

Henket ons deelgenoot van zijn opvattingen over de

ontwikkelingen van de moderniteit in architectuur. Hij

doet dat aan de hand van de geschiedenis en een aantal

van zijn projecten. Al jaren bepleit hij dat intensief her-

gebruik voorwaarde is voor een houdbare toekomst.

Hubert-Jan Henket zet zijn opvattingen helder en be -

vlogen uiteen voor iedereen die geïnteresseerd is in de

gebouwde omgeving. Zijn mening onderbouwt hij met

de resultaten van onderzoek naar de levenscyclus van

gebouwen, die hij gedurende 22 jaar als hoogleraar in

Delft en Eindhoven heeft vergaard. Al vertellend laat

hij de lezer ervaren hoe boeiend zijn vak is en dat wat

uiteindelijk eenvoudig lijkt, het resultaat is van veel

overleg, creativiteit en vakmanschap.