Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND...

28
ASSEMBLÉE GÉNÉRALE DU 6 MARS 2010 ALGEMENE VERGADERING VAN 6 MAART 2010 PIERRE & MARBRE STEEN & MARMER & ACTUALITE / ACTUEEL Nouveau décret Wallon Nieuwe waals decreet TECHNIQUE / TECHNIEK Le tachage par oxydation des granites en façade Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet TRIBUNE / TRIBUNE Pension complementaire libre des indépendants Vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen PÉRIODIQUE ÉDITÉ PAR LA FÉDÉRATION BELGE DES ENTREPRENEURS DE LA PIERRE NATURELLE - ORGANE OFFICIEL DE L ASBL PIERRES ET MARBRES DE WALLONIE TIJDSCHRIFT UITGEGEVEN DOOR DE BELGISCHE FEDERATIE VAN AANNEMERS VAN NATUUR- STEENBEWERKING - OFFICIEEL ORGAAN VAN DE VZW PIERRES ET MARBRES DE WALLONIE MAI/ JUNI 2010 -1/4

Transcript of Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND...

Page 1: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

Assemblée GénérAle du 6 mArs 2010

AlGemene verGAderinG vAn 6 mAArt 2010

PIERRE & MARBRESTEEN & MARMER&

ACTUALITE / ACTUEELNouveau décret WallonNieuwe waals decreet

TEChnIqUE / TEChnIEkLe tachage par oxydation des granites en façade Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet

TRIBUnE / TRIBUnEPension complementaire libre des indépendantsVrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen

Périodique édité Par la fédération belge des entrePreneurs de la Pierre naturelle - organe officiel de l’asbl Pierres et marbres de wallonietijdschrift uitgegeven door de belgische federatie van aannemers van natuur-steenbewerking - officieel orgaan van de vzw Pierres et marbres de wallonie

Mai/JUNi 2010 -1/4

Page 2: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales
Page 3: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 3

EdIToRIAL / editoriaal

Ce numéro de notre revue se veut résolument optimiste. D’abord, la nouvelle de la mise en route dans notre profession d’une réalisation qui a déjà fait ses preuves dans d’autres métiers : l’« ombudsman », (en français : médiateur). Indépendamment de l’espoir que cela peut susciter de résoudre des problèmes mineurs, tels que chacun en a connu, avant qu’ils ne s’enveniment, il faut noter que si une telle médiation n’aboutit pas, le professionnel ne risque plus, grâce aux documents établis, d’être confronté au tribunal à des experts dont on est parfois amené à se demander si leur expertise prétendue ne concerne pas quelque spécialité folklorique.Puis un survol par l’expert incontesté en la matière qu’est notre ami Xavier Deflorenne du premier décret wallon concernant notamment les cimetières. Oh ! tout n’y est pas positif. Mais les choses se mettent en place et ce décret laisse entrevoir des possibilités qu’il faudra tenter d’exploiter.Aussi un exposé dans notre nouvelle rubrique « Sourire » sur un problème bien connu notamment des carreleurs, mais dont la solution proposée est pour le moins … inattendue !

Claude Bonhomme

Dit nummer heeft ronduit een optimistische inslag. Eerst is er de mededeling rond het opstarten in ons beroep van een dienst die alvast in andere beroepen efficiënt is gebleken: de ombudsman », of bemiddelaar. Los van het feit dat daardoor minder belangrijke problemen, waar we allemaal al eens mee te maken krijgen, opgelost raken vooraleer ze uit de hand lopen, het interessante eraan is dat de uitvoerder, wanneer de bemiddeling mislukt en hij naar de rechtbank stapt, documenten in handen heeft die hem een confrontatie kunnen besparen met experts waarvan men soms zou denken dat hun vermeende deskundigheid te maken heeft met een of andere folkloristische specialiteit.Dan geeft onze vriend Xavier Deflorenne, als vaste specialist ter zake, een inkijk in het eerste Waals decreet met betrekking tot de begraafplaatsen. Neen! alles wat er in staat is niet positief. Maar we zijn op goede weg en het decreet schept mogelijkheden die men zal moeten trachten te benutten. Vermelden we ook een uiteenzetting in onze nieuwe rubriek “…..” over een probleem dat vloerleggers goed kennen, maar de voorgestelde oplossing is op zijn minst gezegd … “onverwacht” !

Claude Bonhomme

NOS ANNONCEURS / ONZE ADVERTEERDERS

SoMMAIRE / InhoUd

ACTUALITE / ACTUEEL

Nouveau décret WallonNieuwe waals decreet

TEChnIqUE / TEChnIEkLe tachage par oxydation des granites en façadeVlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet

ACTUALITE / ACTUEELLA JOURNEE D’ETUDE LORS DE STONE EXPO 2010STUDIEDAG TIJDENS STONE EXPO 2010

ACTUALITE / ACTUEELFOSSOYEURS ENTREPRENEUR QUI EST QUI ?GRAFDELVERS AANNEMERS WIE IS WIE ?

FoRMATIon / opLE IdIngLe tutorat, un autre outil de formation.Het voogdijschap, een ander soort opleiding

TRIBUnE / TRIBUnEPENSION COMPLEMENTAIRE LIBRE DES INDEPENDANTSVRIJ AANVULLEND PENSIOEN VOOR ZELFSTANDIGEN

TRIBUnE / TRIBUnEMODIFICATION IMPORTANTE DE LA REGLEMENTATION SUR LES MARCHES PUBLICS / BELANGRIJKE WIJZIGING WETGEVING OVERHEIDSOPDRACHTEN

ACTUALITE / ACTUEELSTONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR

ACTUALITE / ACTUEELOMBUDSMANOMBUDSMAN

ACTUALITE / ACTUEELJournées conviviales chez Thibaut Opendeurdagen bij Thibaut

ACTUALITE / ACTUEELENQUÊTE ENQUETE

ACTUALITE / ACTUEELHommage à Monsieur DevosHulde aan Patrick Devos

ACTUALITE / ACTUEELAssemblée Générale du 6 mars 2010Algemene vergadering van 6 maart 2010

AgEndA / AgEndA

04

10

12

14

15

16

18

20

22

23

24

25

26

24

Publication trimestrielle éditée par la Fédération Belge des Entrepreneurs de la Pierre Naturelle / Driemaandelijks tijdschrift uitgegeven door de Belgishe Federatie van Aannemers van Natuur-steenbewerking :Rue du Lombardstraat 34-42 .B-1000 Bruxelles/BrusselT +32(0)2 545 57 58 . F +32(0)2 513 24 [email protected]@confederatiebouw.be

Organe officiel de l’asblPIERRES ET MARBRES DE WALLONIE11, rue des Pieds d’Alouette, 5100 NaninneTél : 081/22 76 64 Fax : 081/47 57 [email protected] orgaan van de vzwPIERRES ET MARBRES DE WALLONIE11, rue des Pieds d’Alouette, 5100 NaninneTel : 081/22 76 64 Fax : 081/47 57 [email protected]

Editeur responsable / Verantwoordelijke uitgever : D. De Haen, Rue du Lombardstraat 34-42, B-1000 Bruxelles/BrusselComité directeur / BestuurcomitéR. De Battice, Président de la FédérationVoorzitter van de FederatieV. Brancaleoni, Président / Voorzitter P.M.W.Comité de rédaction / RedactiecomitéC.Bonhomme - N.Carpentier - R.De Battice D.De Haen - S.PiedboeufCoordination / CoördinatieD.De HaenMise en page / Lay outADPRESSImpression / DrukADPRESS Tél +32(0)4 230 33 20Rue du Charbonnage, 7aB-4100 Seraingwww.adpress.be

Lid I MembreConfederatie BouwConfédération Construction

ENTRACO

Page 4: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

1

4 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

La refonte de la législation funéraire, initiée par le précédeant ministre des Pouvoirs locaux, a donné lieu à l’entrée en vigueur d’une nouvelle législation concernant les funérailles et sépultures. Ce travail sur la législation, associant étroitement la Cellule de Gestion du Patrimoine funéraire (DGO4) aux experts et législateurs DGO5, s’est voulu pleinement transversal. Le résultat, largement discuté en réunions intercabinets, en commissions parlementaires et en rencontres avec les milieux professionnels, fut voté au Parlement le 6 mars 2009. Ce tout premier texte régional a été complété le 29 octobre par un arrêté d’application suivi, le 23 novembre, d’une circulaire émanant de l’actuel ministre des Pouvoirs locaux.

Pour la première fois, un décret pose les axes d’une véritable gestion des sites funéraires, tenant à la fois compte des desideratas des familles ou des communautés, des souhaits des professionnels, des contraintes communales que de la spécificité patrimoniale des cimetières. La presse s’en est déjà largement fait l’écho selon divers axes, mais il convenait d’insister, dans le cadre de cette plate-forme qu’est la revue Pierres et Marbres, sur un angle un peu particulier : celui des professionnels de la pierre, tailleurs de pierre et poseurs de monuments. Quelles nouveautés ou quel champ d’action se dessinent dans ce texte de loi ?

En effet, le décret du 6 mars, rappelant et fixant les droits et devoirs des différents niveaux d’intervenants dans les cimetières, introduit une approche neuve de la matière, patrimoniale. En d’autres mots, ce décret, en connaissance et des évolutions de mentalités et des situations de terrain, crée un cadre légal pour une gestion dynamique des cimetières, dans laquelle les professionnels de la pierre doivent jouer un rôle

De herziening van de kerkhofwetgeving door de vorige minister van locale besturen mondde uit op een nieuwe wetgeving op begraafplaatsen en lijkbezorging. Dit werk rond de wetgeving gebeurde bewust transversaal, in nauwe samenwerking tussen de Cellule de Gestion du Patrimoine funéraire (DGO4), deskundigen en wetgevers DGO5. Het resultaat dat uitvoerig werd besproken binnen de kabinetten en parlementaire commissies en tijdens ontmoetingen met de beroepsmiddens, werd op 6 maart 2009 door het Parlement goedgekeurd. Deze allereerste regionale tekst werd op 29 oktober aangevuld met een uitvoeringsbesluit, en vervolgens met een circulaire van 23 november uitgaande van de huidige minister van lokale besturen.

Voor de eerste maal bepaalt een decreet de hoofdlijnen voor een duidelijk beheer van de kerkhofsites, zowel rekening houdend met de desiderata van families of gemeenschappen, de wensen van beroepslui, de gemeentelijke tegenstrijdigheden, als met de erfgoedkundige specificiteit van de begraafplaatsen. De pers besteedde er al ruime aandacht aan vanuit verschillende invalshoeken, maar dit platform dat het tijdschrift Steen & Marmer wel is, leent zich uitstekend om de wetgeving nog eens onder de loep te nemen vanuit een specialer standpunt: dat van de beroepslui uit de natuursteensector, steenhouwers en plaatsers van grafmonumenten. Welke nieuwigheden of welk actieveld geeft deze wettekst aan?

Het decreet van 6 maart dat de rechten en plichten van de verschillende tussenkomende partijen herbenadrukt, brengt een nieuw inzicht in de erfgoedkundige materie. Anders gezegd, dit decreet creëert, met kennis van de evolutie van de mentaliteiten en toestanden ter plaatse, een wettelijk kader voor een dynamisch beheer van begraafplaatsen waarbij de natuursteenvaklui een belangrijke rol moeten spelen. Elkeen moet

ACTUALITE / ACTUEEL

Het merk « blAuwe steen » wAArdiGOverzicht van een eerste Waals decreet op Begraafplaatsen en lijkbezorging gezien vanuit het standpunt van de natuursteenverwerkers actief op Waalse kerkhoven.

À mArquer d’une pierre bleueSurvol du premier décret régional wallon consacré à la matière des funérailles et sépultures selon l’angle des professionnels de la pierre oeuvrant dans les cimetières de Wallonie.

Xavier Deflorenne

Coordinateur Cellule de Gestion du Patrimoine funéraireExpert SPW, Attaché DGO4, Département du PatrimoineCollaboration transversale DGO1, DGO5Coordinator Beheerscel van het Funerair ErfgoedExpert SPW, Attaché DGO4, Departement ErfgoedTransversale medewerking DGO1, DGO5

Page 5: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2 3 4

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 5

marquant. Il faut que chacun soit conscient des responsabilités qu’il a dans le développement de ces aires communales que sont les cimetières

Que faut-il, globalement, retenir du texte ? Quatre axes peuvent être dégagés. Dans chacun de ces axes, le rôle de conseilleur et de guide qui revient aux milieux de la pierre auprès des autorités communales peut s’affirmer.

1. AXe gestionnAireCe premier axe concerne directement les gestionnaires de sites funéraires. Deux notions d’importance : - Un encadrement de tout projet pour la création, l’extension et la

réaffectation des cimetières (L 1232-2 à 1232-7). - La volonté de rétablir une gestion effective des sites funéraires, entre

autres points par l’uniformisation des durées concessionnaires (entre 10 et 30 ans)(L 1232-8), la révision des règlements-taxes communaux (L 1232-9), l’obligation d’affichage des anciennes concessions à perpétuité (L 1232-10) ou encore le rappel de l’obligation à disposer, dans chaque cimetière, d’un ossuaire.

Mais ce n’est pas la seule portée qu’il faille retenir : si l’ossuaire est défini tel “monument mémoriel fermé” (L 1232-21), c’est bien que le législateur a tenu à ce qu’à l’aspect technique de ces structures communales s’ajoutent immanquablement les dimensions mémorielle et patrimoniale. L’ossuaire, monument visible, offert à la mémoire de la population par la volonté communale, transcrit avec quel respect les gestionnaires communaux considèrent et leurs prédécesseurs, et leurs contemporains. Concernant ce point précis, il est évident qu’il y a matière à réflexion pour des structures adaptées, passant par la réaffectation d’anciens caveaux surmontés de monuments en petit granit – ce qui implique, peu ou prou, pour les tailleurs de pierres, des actes de restauration – jusqu’à la création de structures résolument contemporaines, respectueuses des sites et des matériaux lithiques en place.

beseffen welke verantwoordelijkheid hij draagt in de ontwikkeling van deze gemeentelijke gebieden, namelijk de kerkhoven.

Wat moeten we uit de tekst in zijn geheel meenemen? Er kunnen vier hoofdlijnen uitgehaald worden. Bij elk ervan opent er zich voor de natuursteenmiddens een taak van adviseur en gids bij de gemeenteoverheid.

1. Het beHeerDeze eerste hoofdlijn heeft rechtstreeks betrekking op beheerders van begraafplaatsen. Twee begrippen zijn belangrijk: - Een kader voor elk project van creatie, uitbreiding en herbestemming

van begraafplaatsen (L 1232-2 à 1232-7).- Een effectief herstelbeheer van de kerkhofsites, meer bepaald door het

gelijkstellen van de duurtijden van de concessies (tussen 10 en 30 jaar) )(L 1232-8), het herbekijken van de gemeentereglementen- taksen (L 1232-9), het verplicht bekendmaken van oude altijddurende concessies (L 1232-10) en verder het opnieuw aankaarten van de verplichting op elk kerkhof een knekelhuis te voorzien.

Maar dat is niet het enige wat men moet onthouden: als het knekelhuis een “gesloten herdenkingsmonument” (L 1232-21) genoemd wordt, dan is het omdat de wetgever aan het technisch aspect van deze gemeentelijke structuren zeker ook een vorm van herdenking en erfgoedkundige betekenis wil toegevoegd zien. Het knekelhuis, een zichtbaar door de gemeente ter beschikking gesteld monument tot nagedachtenis van de bevolking, toont aan met hoeveel respect de gemeentelijke beheerders hun voorouders en hun tijdgenoten bejegenen. Wat dit specifiek punt betreft, kan er natuurlijk nagedacht worden over aangepaste structuren, van bij het hergebruik van oude grafkelders bekleed met monumenten in blauwe steen. – wat toch wat restauratiewerk meebrengt voor steenhouwers – tot de creatie van volledig nieuwe structuren met respect voor de sites en lytische materialen ter plaatse.

1. Ossuaire du cimetière communal de Mons. Cette structure obligatoire, aménagée par la réaffectation d’un monument ancien (sépulture d’importance historique locale), a demandé la collaboration avec les milieux professionnels, tant en termes de restauration, de nettoyage que de fournitures et de mises en place de matériaux. Dire qu’il y a une belle possibilité pour les tailleurs de pierre qui se concentreront sur ce créneau n’est que répéter une évidence. (© XDfl)Knekelhuis op de gemeentelijke begraafplaats van Bergen. Voor deze verplichte structuur, verbouwd om een nieuwe bestemming te geven aan een oud monument (grafzerk van lokaal historische waarde), werd beroep gedaan op professionelen, zowel voor de restauratie, de reiniging als voor de levering en plaatsing van de materialen. Hoeft het nog herhaald dat er hier vanzelfsprekend mooie kansen te grijpen vallen voor steenhouwers die zich op deze markt willen richten ?2. Parcelle d’inhumation des urnes (Quievrain). Exemplative d’une nouvelle pression économique, ces petits monuments posent d’ores et déjà des questions. Perte de place, disparité, problèmes techniques sont autant de thématiques auxquelles les communes redeviennent attentives. Le nouveau décret, incitant les communes à revoir leurs réglements communaux, devrait amener, dans de nombreux endroits, à mieux guider la proposition des professionnels dès lors que des contraintes de coloris, de gabarits et de hauteur sont en cours d’élaboration par les gestionnaires pour préserver la qualité de leurs sites funéraires sur la durée. (© XDfl1. Ossuaire du cimetière de La Buissière à Huy. Magnifique contre-exemple de ce qu’elle devrait être, cette structure ne présente aucune marque de respect communal, aucun souci mémoriel et, en fin de compte, aucune réflexion patrimoniale. (© XDfl)Perceel voor het begraven van urnen (Quievrain). Deze kleine monumenten die een nieuwe economische druk aantonen, roepen nu al vragen op. Ruimteverlies,ongelijkheid, technische problemen behoren tot de vele thema’s waar de gemeenten opnieuw aandacht voor hebben. Het nieuwe decreet dat de gemeenten aanspoort om hun gemeentereglementen te herzien, zou op vele plaatsen moeten aanzetten tot een betere begeleiding van het voorstel van de professionelen zodra er een dwang uitgeoefend

wordt op kleuren, modellen en hoogten om de kwaliteit van de begraafplaatsen op lange termijn te handhaven. (© XDfl)Knekelhuis van de begraafplaats van La Buissière in Hoei. Een treffend voorbeeld van wat het niet moet zijn. Deze structuur geeft helemaal niet de indruk van gemeentelijk respect, noch gedenkeniswaarde en uiteindelijk ook niet van enige erfgoedkundige reflectie. 3. Ossuaire du cimetière communal de Comines. Collaboration fructueuse entre la Commission communale de sauvegarde du patrimoine funéraire, les pouvoirs communaux, un artiste et un tailleur de pierre, ce monument contemporain est tout à fait surprenant par sa richesse symbolique. Ayant réintégré les restes d’un calvaire funéraire disparu, cette œuvre mémorielle s’imprègne de l’histoire spécifique du lieu et reflète bien ce que doivent devenir les ossuaires de nos cimetières : des espaces techniques communaux mis au service de la mémoire collective. (© Ch. Bertouille)Knekelhuis van het gemeentekerkhof van Comines. Dit hedendaags monument, het resultaat van een vruchtbare samenwerking tussen de gemeentelijke commissie voor de bescherming van het funerair erfgoed, de gemeenteoverheid, een kunstenaar en een steenhouwer, is opmerkelijk vanwege zijn symbolische rijkdom. Men heeft er de overschotten van een verdwenen kerkhofkruisweg in ondergebracht zodat dit œuvre vervuld is van de specifieke geschiedenis van de plek en heel goed weergeeft hoe de ossuaria van onze begraafplaatsen er uit moeten zien: technische gemeentelijke ruimten in dienst van het collectief geheugen. (© Ch. Bertouille) 4. Ossuaire du cimetière communal d’Arlon. Aménagée par les services communaux dans un monument d’importance historique locale, cette structure témoigne tout autant d’un souci patrimonial que d’une recherche qualitative et économique pour des structures communales qui ont une réelle visibilité au sein de la population. (© XDfl) Knekelhuis op de begraafplaats van Aarlen. De structuur van deze verbouwing door de gemeentediensten in een monument van lokaal historische waarde, getuigt zowel van een erfgoedkundige bezorgdheid als van een kwalitatief en economisch streven naar gemeentelijke structuren met een goede zichtbaarheid binnen de bevolking.

Page 6: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

5

6 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

2. AXe cinérAireL’axe cinéraire est, entend-on, l’avenir du métier. Il est vrai que le décret, rappelant (article L 12321-7) l’obligation de disposer des trois structures cinéraires dans chaque site – une aire de dispersion, un columbarium et une zone d’inhumation des urnes –, signale un réel créneau professionnel à développer. Que ce soit en termes de production en matériaux indigènes, de qualité et d’intégration des structures ou de réflexion sur des monuments particuliers, il semble impératif que les milieux professionnels se démarquent de l’offre standardisée actuelle. Quatre raisons à cette remarque : 1. Si les zones d’inhumation des urnes sont encore rares en Wallonie,

l’obligation rappelée par le décret va entraîner leur augmentation. En d’autres mots, l’offre standardisée n’a pas encore eu le temps de s’enraciner dans les cimetières wallons, ce qui signifie que l’offre spécifique n’est pas encore étouffée.

2. D’autre part, anticipant le mouvement et désireuses d’éviter la minéralisation des zones sépulcrales comme c’est le cas dans de nombreux sites d’inhumation, beaucoup de communes réfléchissent à mieux réglementer ces zones cinéraires. Cela supposera, d’ores et déjà, des réglementations monumentales strictes concernant les gabarits, les coloris, les élévations, etc.

3. Alors qu’on observe leur arrivée dans les catalogues de certaines firmes, les columbariums privés aérien (hors-sol) (L 1232-2, §3) sont interdits par le décret, cela suppose immanquablement une adaptation de l’offre professionnelle en Wallonie.

4. Enfin l’article 13 de l’Arrêté du Gouvernement wallon implique la sacralisation et la donnée qualitative des structures cinéraires collectives (aires de dispersion et columbariums), ne fût-ce que par l’obligation de disposer une stèle mémorielle sur les aires de dispersion. Il apparaît évident que les professionnels de la pierre jouent à nouveau leur rôle de conseilleurs avisés, tant pour la préservation de leur cadre de travail que pour l’élaboration de structures adaptées aux besoins qualitatifs et urbanistiques des communes.

Et preuve qu’une réflexion doit être posée dès à présent, conscient de la tendance globale de la population pour l’incinération, le décret inscrit la possibilité de créer des cimetières strictement cinéraires, mais aussi de les inscrire dans d’anciens sites abandonnés (L 1232-2). Dans ce cas également, les métiers de la pierre semblent aussi bienvenus qu’incontournables pour proposer un patrimoine contemporain adapté au souci de préservation de la spécificité de ces lieux.

3. AXe iDentitAire De nouvelles formes de deuil sont apparues dans nos sociétés, il fallait en tenir compte. Si les obligations mémorielles – stèles pour les aires de dispersion et les ossuaires (agw, art.13) – résoudront les demandes les plus communes, d’autres, plus spécifiques, ont été très précisément analysées. Par exemple, le rappel du statut des cimetières, espaces communaux neutres (L 1232-2), implique une obligation de réponse aux demandes de communautés particulières, tout en refusant un compartimentage strict des sites.

2. CrematieHet ziet er naar uit dat hier de toekomst van het beroep ligt. Het decreet herhaalt (artikel L 12321-7) de verplichting om op elke begraafplaats drie crematiestructuren te voorzien – een verstrooiingsweide – een columbarium en een zone voor de begraving van urnen – en het schept duidelijk professionele afzetmogelijkheden die kunnen ontwikkeld worden. Of het nu gaat over de productie van inlandse materialen, kwaliteit en integratie van structuren of reflectie over speciale monumenten, het is duidelijk dat beroepsmensen afstand moeten doen van het huidige gestandaardiseerde aanbod. Hier zijn vier redenen voor: 1. De zones voor het begraven van urnen waren tot hiertoe eerder

zeldzaam, maar door het feit dat de verplichte voorziening wordt herhaald in het decreet, zal hun aantal toenemen. Met andere woorden, het gestandaardiseerd aanbod zit er nog niet ingebakken door de tijd en het specifiek aanbod is dus nog niet onderdrukt.

2. Vooruitlopend op deze ontwikkeling en om de mineralisatie van de begraafzones te vermijden, denken vele gemeenten er anderzijds over na om deze crematiezones beter te reglementeren, zoals strikte regelgeving rond modellen, kleuren, hoogten enz…

3. Hoewel sommige firma’s ze almaar meer opnemen in hun catalogi, worden private columbaria in open lucht (bovengronds) (L 1232-2, §3) verboden door het decreet, vandaar dat het professionele aanbod in Wallonië dient aangepast.

4. Tot slot impliceert artikel 13 van het Besluit van de Waalse regering het sacrale en kwalitatief gegeven van collectieve crematiestructuren (verstrooiingsweiden en columbaria) al was het maar door de aanwezigheid van een gedenkeniszuil op de verstrooiingsweiden. Vanzelfsprekend wordt er van de professionelen uit de natuursteensector verwacht dat zij hun taak van ervaren raadgever opnemen, zowel voor het behoud van hun werkkader als voor de ontwikkeling van structuren aangepast aan de kwalitatieve en stedenbouwkundige behoeften van de gemeenten.

Dat het tijd is om ernstig na te denken blijkt uit het inspelen van het decreet op de algemene tendens binnen de bevolking om te kiezen voor lijkverbranding, door het mogelijk te maken louter cineraire kerkhoven te creëren, maar ook om ze te voorzien op oude verlaten plaatsen (L 1232-2).Hier komt de hulp van natuursteenberoepen te pas om een hedendaags patrimonium voor te stellen met de nodige aandacht voor het behoud van de specificiteit van deze plaatsen.

3. GelijkstellinGIn onze maatschappij zijn er nieuwe vormen van rouw ingetreden waar men rekening dient mee te houden. Als de verplichtingen rond de herdenking – zuilen voor verstrooiingsweiden en knekelhuizen (agw, art.13) – een oplossing kunnen bieden voor de meest gemeenschappelijke vragen, zijn er meer specifieke vragen die duidelijk werden geanalyseerd. Bij voorbeeld, de herinnering aan het statuut van begraafplaatsen, gemeentelijke neutrale ruimten (L 1232-2), houdt de verplichting in het verzoek van speciale gemeenschappen in te willigen, maar een gescheiden opstelling van de sites is uitgesloten.

Page 7: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

6

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 7

Cet axe inclut également la reconnaissance d’un deuil très particulier : celui qui survient à la perte d’un fœtus (L 1232-17). Ici aussi, une dimension patrimoniale est en formation : chaque cimetière devra, idéalement, posséder un « quartier des étoiles », affecté à la dispersion et à l’inhumation des fœtus nés sans vie entre le 106ème et le 180ème jour de grossesse. Ici encore, un mobilier collectif adapté est à concevoir pour répondre à ces obligations mémorielles.

4. AXe pAtrimoniAl Reconnaissance officielle du patrimoine funéraire, cet axe fixe deux notions qui devraient largement garantir le suivi des éléments sépulcraux anciens dans l’ensemble des sites. Premièrement, l’article L 1232-28 instaure l’obligation de disposer d’une autorisation du gestionnaire de tutelle pour éliminer toute sépulture antérieure à 1945. Ce point doit être connu par les professionnels intervenant dans les sites funéraires puisque, légalement, une commune ne peut plus, désormais, faire procéder au démontage de monuments anciens par un entrepreneur local si elle ne dispose pas d’un document régional l’y autorisant.

Ensuite, l’article L 1232-29 oblige, quant à lui, les pouvoirs communaux à dresser une liste des sépultures d’importance historique locale, soumise à l’accord du gestionnaire de tutelle, et garantissant la préservation des monuments durant trente ans.

Ces mesures sont des incitants à la prise de conscience de la valeur du patrimoine funéraire lui-même, mais également des solutions de réaffectation et de gestion raisonnées diffusées par le SPW depuis plusieurs années. Toutefois, il convient d’aller plus loin dans la réflexion. L’article L 1232-29 est à lui seul un signal fort : puisqu’il y a « encadrement » du patrimoine funéraire ancien, une demande pour des interventions professionnelles sur les monuments se développera immanquablement. Que ce soit en termes de restaurations – profondes ou partielles – ou en termes d’aménagement (intégration de columbariums, modification des épitaphes, etc.), la voie est largement ouverte pour une remise en valeur du savoir-faire des praticiens.

sAns vouloir conclureCe premier décret régional, marque concrète de la transversalité de la matière sépulcrale, transcrit une volonté très claire du gestionnaire de tutelle de rétablir une gestion effective et cohérente des sites funéraires, en connaissance de leur situation et en reconnaissance de leurs caractéristiques. En termes patrimoniaux, il permet de garantir un meilleur suivi patrimonial des sites funéraires anciens, tout autant qu’une réflexion sur la qualité mémorielle des sites funéraires contemporains. Cela signifie un triple champ d’action pour les métiers de la pierre : 1. Préserver et adapter le patrimoine ancien dans une gestion économique

contemporaine ; 2. Adapter le patrimoine contemporain aux desideratas communaux et

aux prescriptions légales tout en promouvant une qualité tant des matériaux que des structures ;

3. Promouvoir des attitudes qui assureront la création d’un avenir pour les sites.

Die invalshoek bevat eveneens de erkenning van een bijzondere soort rouw: bij verlies van een embryo (L 1232-17). In dit geval is er ook een patrimoniale dimensie in wording: elke begraafplaats zal bij voorkeur over een “ sterrenkwartier” beschikken, bestemd voor het uitstrooien of begraven van embryo’s die levenloos werden geboren tussen de 106e en 180e dag van de zwangerschap. Voor deze herdenkingsverplichtingen kan er eveneens een aangepast collectief meubilair worden ontworpen.

4. erfGoedkunde De officiële erkenning van het funerair erfgoed houdt twee bepalingen in die ruimschoots zouden moeten volstaan voor het behoud van oude grafelementen in het geheel van de sites.Vooreerst voert artikel L 1232-28 de verplichting in de toestemming van de voogdijbeheerder te verkrijgen voor het verwijderen van gelijk welk grafteken van vóór 1945. Beroepsmensen die op begraafplaatsen werken moeten dat weten, want voortaan mag een gemeente, wettelijk gezien, geen oude monumenten meer door een plaatselijke aannemer laten afbreken als ze niet over een gewestelijk document beschikt dat haar de toestemming daartoe verleent.

En dan is er nog artikel L 1232-29 dat de gemeentelijke overheid verplicht een lijst bij te houden van grafmonumenten van locale historische waarde, die ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de voogdijbeheerder, en waardoor de monumenten gedurende dertig jaar beschermd zijn.

Door deze maatregelen gaat men zich rekenschap geven van de waarde van het funerair erfgoed, maar ook van de ideeën rond de mogelijkheden van herbestemming en een wijs bestuur die de SPW al sinds jaren verspreidt. Maar men moet verder kijken. Artikel L 1232-29 betekent een krachtig signaal op zich: vermits er een “kader” is voor het oud funerair erfgoed zal er voor de monumenten automatisch beroep worden gedaan op de beroepslui. Dat kan gaan over restauraties – al dan niet gehele of gedeeltelijke – verbouwingen (integratie van columbaria, wijziging van grafschriften, enz.), de weg ligt open naar de herwaardering van de kennis van de vakman.

Zonder besluiten te willen trekkenDit eerste gewestelijk Waals decreet, een concreet teken van de transversale betrokkenheid bij de grafmaterie, wijst duidelijk op de wil om het voogdijbeheer aan te zetten tot een effectief en coherent beheer van de begraafplaatsen, met kennis van hun situatie en rekening houdend met hun eigenheden. Op erfgoedkundig gebied zorgt het decreet er voor dat oude begraafplaatsen beter opgevolgd worden, en dat er wordt nagedacht over de kwaliteit van de nagedachtenis op hedendaagse begraafplaatsen. Dit betekent een drievoudig actieveld voor de natuursteenberoepen: 1. Het oud erfgoed beschermen en aanpassen voor een economisch

eigentijds beheer;2. Het hedendaags erfgoed aanpassen aan de desiderata van de

gemeenten en aan de wettelijke voorschriften door kwaliteit aan te raden zowel wat de materialen als de structuren aangaat;

3. Toekomstgerichte attitudes promoten voor de begraafplaatsen.

5. Parcelle d’inhumation des urnes (Sombreffe). Exemples particulièrement intéressants d’une réglementation communale stricte, les zones cinéraires de ce cimetière découlent d’un véritable plan directeur à long terme plutôt que d’une analyse ponctuelle et sans encadrement. Le résultat est, logiquement, d’une autre qualité et marque clairement l’intérêt du pouvoir gestionnaire pour l’avenir de son cimetière. (© XDfl)Perceel voor het begraven van urnen (Sombreffe). Erg interessante voorbeelden van een strenge gemeentereglementering. De cineraire zones op dit kerkhof resulteren meer uit een reëel richtplan op lange termijn dan uit een nauwkeurige analyse zonder achtergrond. Het resultaat is logischerwijze van een gans andere kwaliteit en het is duidelijk dat het bevoegd beleid heeft nagedacht over de toekomst van de begraafplaats. (© XDfl)6. Esquisse pour la création d’un cimetière cinéraire dans l’ancien cimetière paroissial de Celles (Faisme). Rendue possible par le nouveau décret, l’implantation de structures cinéraires au cœur des sites anciens ou abandonnés est une façon intelligente de revitaliser une aire dont l’oubli est souvent source d’insécurité voire d’accident. Il semble évident que dans de tels projets, le dialogue avec les professionnels de la pierre peut être une garantie qualitative. Les exemples qui fleurissent en Wallonie montrent clairement, à qui veut les observer et être attentif à leur réalisation, combien un champ d’action important peut être retrouvé dans les cimetières, et cela contre une production standardisée à l’excès. (© Bénedicte Lovinfosse, Qualité Village Wallonie)Schets voor de inrichting van een begraafplaats voor de as op het oud parochiekerkhof van Celles (Faisme). Aangezien het nieuw decreet de mogelijkheid daartoe schept, is de opstelling van structuren voor het begraven van as in het hartje van oude of verlaten begraafplaatsen een intelligente vormvan heropleving van een vergeten gebied waar het vaak onveilig is en waar er zelfs ongevallen gebeuren. Voor dergelijke projecten kan een dialoog met vaklui uit het natuursteenmilieu een kwaliteitsgarantie zijn. De voorbeelden in ontwikkeling in Wallonië geven duidelijk weer, als men de realisatie goed wil bekijken, wat voor een belangrijk werkveld er op de begraafplaatsen te vinden is, en dit in het nadeel van een al te overdreven gestandaardiseerde productie. (© Bénedicte Lovinfosse, Qualité Village Wallonie)

Page 8: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

7

8 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

Nombre de tailleurs de pierre ou de monumentistes s’avouent impuissants à contrer la pression économique du prêt-à-porter funéraire, et c’est en ceci que ce décret régional ouvre un jour nouveau. Posant les axes d’un cadre efficace et structuré, il peut également être un formidable outil, non pour des actes de résistance économique, mais bien pour une revalorisation des professionnels de la pierre, soucieux de leur métier, dès lors qu’il peuvent proposer des réponses de qualité aux questions des communes devant se mettre en conformité avec la loi.

Que certaines communes se sentent démunies face à leurs obligations sépulcrales – ou le soient effectivement – n’est sans doute pas étonnant, même si on peut déplorer l’acculturation de certains gestionnaires pour une matière de haute sensibilité. Par contre, il semble indispensable, dès lors que le décret régional provoque un regain d’attention pour les sites funéraires, que les métiers de la pierre soient attentifs et anticipent dès à présent les nouvelles demandes qui s’annoncent par une réflexion adaptée.

Le moment est venu de se rappeler que le cimetière est une vitrine tant du pouvoir communal que du sérieux (ou du manque de sérieux) des professionnels qui y interviennent. Sans doute est-il indispensable de rétablir le dialogue entre les professionnels de la pierre et les gestionnaires communaux. Ces deux niveaux d’intervention dans les cimetières ont beaucoup à s’apprendre mutuellement, tant en termes de conseils judicieux que de contraintes gestionnaires. « Encore faut-il que le pouvoir local soit ouvert au dialogue » objecteront les milieux professionnels... et les pouvoirs communaux de répondre « encore faut-il que les professionnels soient pleinement conscients de la spécificité des lieux dans lesquels ils interviennent et visent la qualité avant le profit ». Les deux arguments sont valables, à n’en pas douter ; toutefois, ce premier décret régional offre un cadre légal dans lequel ce dialogue est aussi essentiel que réalisable. Ces deux niveaux ont leur responsabilité dans le devenir des sites funéraires et le décret, par son objectif de gestion transversale et dynamique de la matière, offre une occasion exceptionnelle pour remettre en évidence l’apport concret de ceux qui ont une fierté du métier et un amour du matériau. Cette reconnaissance se doit d’aller de pair avec une conscience spécifique : la responsabilité des professionnels de la pierre est de participer à la préservation factuelle de leur propre espace de travail et, en fin de compte, de leur « carte de visite » la plus efficace.

[février 2010]

Heel wat steenhouwers en monumentmakers voelen zich machteloos tegenover de economische druk van kant-en-klare grafmonumenten, en het gewestelijk decreet schept hier klaarheid in. Door invalshoeken aan te reiken voor een efficiënt en gestructureerd kader, niet speciaal bedoeld als wapen om economisch weerstand te bieden, maar wel als een geweldig werktuig om de professionelen uit de natuursteenwereld, begaan met hun vak, te revaloriseren. Zij kunnen immers kwaliteitvolle suggesties aanreiken aan de gemeenten die zich in regel moeten stellen met de wet.

Dat sommige gemeenten zich onbeholpen voelen ten aanzien van hun verplichtingen – of het ook zijn – moet ons niet verwonderen, zelfs als de gedweeë aanpassing van sommige beheerders in zo een gevoelige materie valt te betreuren. Maar als het regionaal decreet de begraafplaatsen meer op het voorplan brengt, dan is het absoluut noodzakelijk dat de natuursteenberoepen meedoen en zich voorbereiden op nieuwe aanvragen die er aankomen, te beginnen met een aangepaste overpeinzing.

Het moment is gekomen om er aan te denken dat het kerkhof een uitstalraam is, zowel van de gemeenteoverheid als van de ernst (of het gebrek aan ernst) van de aannemers die er op werken. Het is duidelijk dat er opnieuw een dialoog tot stand moet komen tussen de natuursteenvaklui en de gemeentebeheerders. Die twee interventieniveaus op de begraafplaatsen hebben van elkaar veel te leren, zowel wat oordeelkundig advies als goedschiks beheer betreft. “ Maar dan moet de plaatselijke overheid daarvoor ook vatbaar zijn” zal men in de beroepsmiddens tegenwerpen… en de gemeenteoverheid, van haar kant, zal antwoorden “ maar dan moeten de vaklui de specificiteit van de begraafplaatsen waarop ze werken onderkennen en kwaliteit voorrang geven op profijt”. Ze hebben beiden een goed argument, dat wel: toch schept dit regionaal decreet een wettelijk kader waarbij deze dialoog van essentieel belang en ook alle kansen krijgt. Deze twee niveaus zijn mede verantwoordelijk voor de toekomst van de begraafplaatsen en het decreet is zodanig gericht op een transversaal en dynamisch beheer dat het een unieke gelegenheid is om een nieuw elan te geven aan de concrete samenwerking met degenen die fier zijn op hun beroep en het materiaal koesteren. Deze erkenning moet samengaan met een specifiek bewustzijn: het is aan de professionelen uit de natuursteensector om hun bijdrage te leveren aan de wezenlijke bescherming van hun eigen werkveld en, per slot van rekening, aan het meest efficiënte “visitekaartje”.

7. Ossuaire du cimetière de La Buissière à Huy. Magnifique contre-exemple de ce qu’elle devrait être, cette structure ne présente aucune marque de respect communal, aucun souci mémoriel et, en fin de compte, aucune réflexion patrimoniale. (© XDfl)Knekelhuis van de begraafplaats van La Buissière in Hoei. Een treffend voorbeeld van wat het niet moet zijn. Deze structuur geeft helemaal niet de indruk van gemeentelijk respect, noch gedenkeniswaarde en uiteindelijk ook niet van enige erfgoedkundige reflectie.

Page 9: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

Politieke Gevangenenstraat 408530 Harelbeke, België/BelgiqueT ++ 32 56 23 70 00F ++ 32 56 23 70 02

www.beltrami.be

platen & tegelsin marmer - kalksteen - blauwe hardsteen - leisteen - graniet - traffi cstone

tranches & dallesen marbre - pierre calcaire - pierre bleue -schiste - granit - traffi cstone

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 9

Page 10: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

vlekvorminG door oxidAtie op Gevels uit GrAnietDe gevel vormt samen met het dak één van de gebouwonderdelen die het meest blootgesteld worden aan de weers- en omgevingsinvloeden, aan vervuiling en aan vlekvorming allerhande. In dit artikel spitsen we de aandacht toe op een bijzonder geval van vlekvorming op gevels uit voorbehandeld graniet. Daarnaast worden er enkele oplossingen voorgesteld om dergelijke schade te vermijden.

le tAcHAGe pAr oxydAtion des GrAnites en fAçAdeLa façade est, avec la toiture, l’élément du bâtiment le plus exposé aux intempéries, aux agressions de l’environnement ainsi qu’aux salissures et tachages divers. Le présent article aborde un cas particulier de tachage dans des granites traités avant leur mise en oeuvre. Il propose des solutions pour prévenir les désordres.

1

D. nicaise

Dr. sc., chef du laboratoire ‘Minéralogie et Microstructure’, CSTC Dr. wet., laboratoriumhoofd, laboratorium ‘Mineralogie en microstructuur’, WTCB

p. steenhoudt

Ir., chef de projet, laboratoire ‘Chimie du bâtiment’, CSTC - RieureIr., projectleider, laboratorium ‘Bouwchemie’, WTCB

10 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

En ce qui concerne la pierre naturelle, on distingue le tachage dit interne, dû à la réaction de certains constituants de la pierre, et le tachage externe, provoqué par un contact avec un produit potentiellement tachant. Le tachage interne peut être subdivisé en deux types :

• le tachage de type I, lié à la présence de sels de fer et résultant de l’oxydation de minéraux métalliques, micas ou carbonates présents dans certaines pierres

• le tachage de type II, lié à la présence de matières organiques. Nous abordons ici un cas particulier de tachage de type I apparaissant

dans des granites traités avant mise en oeuvre. Ce tachage se manifeste selon la taille des sels de fer :

• soit sous la forme de ‘piqûres’ ou de taches brun rouille, dans le cas de minéraux de grande dimension

• soit sous la forme d’un voile diffus allant du jaune au brun, dans le cas de très petits minéraux finement dispersés.

Ces deux formes de tachage par oxydation, que l’on rencontre dans de nombreuses pierres et principalement dans certains granites et basaltes, sont souvent difficiles à éliminer de façon sûre et durable.

Bij natuursteen wordt er een onderscheid gemaakt tussen interne vlekvorming, veroorzaakt door de reacties van bepaalde steenbestanddelen, en externe vlekvorming, teweeggebracht door een contact met een mogelijk vlekvormend product. De interne vlekvorming kan verder onderverdeeld worden in twee types :

• vlekvorming van type I, te wijten aan de aanwezigheid van ijzerzouten. Dit verschijnsel is het gevolg van de oxidatie van de ijzerhoudende mineralen, mica’s of carbonaten die vervat zitten in de natuursteen

• vlekvorming van type II, te wijten aan de aanwezigheid van organisch materiaal.

Dit artikel gaat dieper in op de vlekvorming van type I die verschijnt op gevels uit voorbehandeld graniet. Deze vlekvorming kan zich op verschillende manieren manifesteren, naargelang van de afmetingen van de ijzerzouten :

• ofwel onder de vorm van roestbruine ‘punten’ of vlekken bij mineralen met grote afmetingen

• ofwel onder de vorm van een diffuse geel tot bruine waas indien het gaat om zeer kleine en goed verspreide mineralen.

TEChnIqUE / TEChnIEk

Page 11: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 1 1

Le cas étudié concerne un granite, en l’occurrence d’origine chinoise, de teinte claire posé en façade, dont l’analyse microscopique a révélé la présence d’importantes quantités d’oxydes et d’hydroxydes de fer et de manganèse. Selon l’information reçue, ce granite aurait été traité à l’acide chlorhydrique (HCl) ainsi qu’à l’eau oxygénée (H2O2).Ces traitements sont effectués en carrière par trempage des tranches dans un bain d’acide chlorhydrique, puis d’eau oxygénée, afin de bloquer le tachage dans la pierre. Ils auraient pour effet d’accélérer l’oxydation des sels de fer par l’HCl et de blanchir la surface extérieure de la pierre par l’H2O2. Cependant, pareils traitements ne sont pas anodins lorsque les pierres ne sont pas abondamment rincées à l’eau claire et immédiatement séchées pour en éliminer les produits de traitement.En effet, l’analyse au microscope électronique à balayage (SEM) a révélé la présence de chlore (Cl) à la surface des pierres. Celle-ci témoigne d’une élimination insuffisante des traitements acides et peut conduire à la corrosion des pièces d’ancrage des dalles, avec pour corollaire :

• d’une part, un risque de diminution de leurs caractéristiques fonctionnelles (résistance mécanique moindre)

• d’autre part, un tachage de la pierre à la périphérie des pièces d’ancrage; les ancrages en acier inoxydable s’avèrent en effet particulièrement sensibles à la présence de chlorures.

L’évaporation lente de l’eau (eau de pluie ou eau de rinçage après traitement au HCl et au H2O2) permet la migration en surface des produits d’oxydation présents dans la masse, entraînant un tachage brun rouille assez peu de temps après la pose. Les façades sud-ouest, c’est-à-dire davantage exposées à la pluie, trahissent d’ailleurs un tachage plus important et plus intense. La couleur claire du granite accentue encore l’aspect inesthétique du phénomène.

comment se prémunir contre De tels DésorDres ?

Dans la mesure où les traitements évoqués n’apportent pas une protection durable contre les risques de tachage par oxydation et présentent dans certains cas un risque de corrosion des ancrages, il nous semble indiqué de ne pas opter pour des pierres conditionnées de cette manière.Si le maître d’ouvrage souhaite réduire au minimum les risques de tachage par oxydation pour une application en façade, il convient de choisir une pierre naturellement peu sensible à ce phénomène.La sensibilité à l’oxydation (tachage de type I) peut être évaluée en laboratoire en exposant la pierre à une série de cycles thermiques. A l’issue du test, un code est attribué selon l’ampleur du tachage. Cette méthode fera prochainement l’objet d’une nouvelle norme européenne.Une analyse pétrographique préalable du matériau (conformément à la norme NBN EN 12407) sur des échantillons judicieusement choisis permet également de mettre en évidence la présence de minéraux oxydants. Il reste par ailleurs essentiel que l’exploitant précise la nature des traitements que la pierre naturelle aurait subis.L’élimination durable de ces traces est souvent difficile. Toutefois, dans bien des cas, il est possible d’atténuer sensiblement le phénomène, voire de l’éliminer par un nettoyage au moyen d’une solution à base d’acide oxalique et de bifluorure d’ammonium. Il faut néanmoins tenir compte du fait que l’application de ces produits doit se faire de manière prudente et qu’on ne peut exclure la réapparition progressive du phénomène.

Dergelijke vlekvorming door oxidatie komt voor in tal van natuursteensoorten (met name in graniet en basalt) en kan slechts moeilijk op veilige en duurzame wijze verwijderd worden.

In het onderzochte geval ging het om een gevel uit lichtgekleurd Chinees graniet, dat volgens de microscopische analyse een grote hoeveelheid ijzeroxiden, ijzerhydroxiden en mangaan bevatte. Uit de ontvangen informatie bleek verder dat het een voorbehandeling gekregen had met zoutzuur (HCl) en zuurstofwater (H2O2).Deze behandelingen vinden plaats in de groeve, alwaar de platen achtereenvolgens ondergedompeld worden in een bad met zoutzuur en zuurstofwater, om de vlekvorming in de steen te blokkeren. Ze zouden moeten leiden tot een snellere oxidatie van de ijzerzouten door het HCl en tot een verbleking van het buitenoppervlak van de steen door het H2O2. Deze behandelingen houden evenwel risico’s in wanneer de steen achteraf onvoldoende afgespoeld wordt met zuiver water en men nalaat de steen af te drogen om de behandelingsproducten te verwijderen.De analyse met een scanning-elektronenmicroscoop (SEM) heeft immers aangetoond dat er chloor (Cl) aanwezig was aan het steenoppervlak. Dit duidt op een ontoereikende verwijdering van de zure behandelingsproducten, wat kan leiden tot de corrosie van de verankeringen van de steen. Dit kan gepaard gaan met :

• een vermindering van de functionele karakteristieken (bv. vermindering van de mechanische sterkte) enerzijds

• het ontstaan van vlekken in de buurt van de verankeringen anderzijds. Vooral verankeringen uit roestvrij staal blijken gevoelig te zijn voor de aanwezigheid van chloriden.

Door de trage verdamping van het water (regenwater of spoelwater van de behandeling met HCl en H2O2) in de steen, kunnen de oxidatieproducten vanuit de massa naar het oppervlak migreren, zodat er vrij kort na de plaatsing roestbruine vlekken kunnen optreden. Op gevels met een zuidwestelijke oriëntatie, die sterker blootgesteld zijn aan de regen, merkt men overigens op dat de gevormde vlekken groter en intenser zijn. Indien het graniet lichtgekleurd is, zal dit onesthetische verschijnsel nog sterker in het oog springen.

derGelijke sCHade vermijden

Vermits voornoemde behandelingen geen duurzame bescherming bieden tegen het risico op vlekvorming door oxidatie en in bepaalde gevallen aanleiding geven tot de corrosie van de verankeringen, lijkt het ons aangewezen om het gebruik van steensoorten die op deze wijze voorbehandeld werden, achterwege te laten.Om het risico op vlekvorming door oxidatie op gevelbekledingen te vermijden, opteert de bouwheer best voor een steensoort die van nature minder gevoelig is voor dit fenomeen.De gevoeligheid voor oxidatie (vlekvorming van type I) kan beoordeeld worden in het laboratorium door de steen te onderwerpen aan een reeks thermische cycli. Na afloop hiervan wordt er een code toegekend, afhankelijk van de vastgestelde schade. Deze methode zal binnenkort aan bod komen in een nieuwe Europese norm.De aanwezigheid van oxiderende mineralen kan ook aangetoond worden door een voorafgaandelijke petrografische analyse (volgens de norm NBN EN 12407) op een aantal oordeelkundig gekozen proefstalen. Indien de natuursteen voorbehandeld werd, dient de verdeler steeds de aard van de behandeling aan te geven.De duurzame verwijdering van dergelijke oxidatiesporen is niet zo eenvoudig. Niettemin kan dit verschijnsel meestal gevoelig getemperd of zelfs volledig weggewerkt worden door een reiniging met een oplossing op basis van oxaalzuur en ammoniumbifluoride. Men dient evenwel rekening te houden met het feit dat de toepassing van deze producten met de nodige omzichtigheid dient te gebeuren en dat de progressieve wederverschijning van dit fenomeen niet uitgesloten is.

1. Concentration en minéraux bruns à l’origine du tachage, d’autant plus visible que la pierre est humidifiée (à droite). On observe également un liseré blanc (flèche) de quelques millimètres qui correspond probablement au traitement à l’H2O2.

1. Concentratie van bruine mineralen die verantwoordelijk zijn voor de vlekvorming. Dit springt sterker in het oog als de steen vochtig is (rechts). Men ziet eveneens een witte boord (pijl) van enkele millimeters breed, die waarschijnlijk terug te voeren is tot de behandeling met H2O2.

Page 12: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

12 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

Comme déjà mentionné dans notre édition précédente, le Salon Stone Expo s’est tenu pour la troisième fois les 23, 24 et 25 janvier 2010 dans le hall des expositions de Flanders Expo à Gand (Sint-Denijs-Westrem).

Suite au succès des deux premières éditions, la Fédération des Entrepreneurs de la Pierre Naturelle avait décidé d’être présente, y disposant de son propre stand.

Etaient aussi présents sur notre stand, le CSTC. Le CSTC était à la disposition de tous pour toute information concernant la pose de carreaux céramiques ou toute question concernant les marbres ou les pierres naturelles.

Le lundi 25 janvier, la Fédération de la Pierre Naturelle a organisé en collaboration avec la la Fédération des carreleurs et mosaïstes une après midi d’étude. Ce séminaire fut suivi par nonante personnes.

Les participants furent accueilli par Julien Capiau Président de la FECAMO.

Pour débuter, Madame ir. Tinne Vangheel (C.S.T.C) donna quelques explications concernant les publications ‘on-line’ du CSTC. Il est évident que ce site web qui contient une mine d’or d’informations, est bien souvent méconnu de nos membres. Ces explications étaient de toute évidence très utiles pour les entrepreneurs présents.

Ensuite, la parole fut donnée à Monsieur ir. Fabrice de Barquin (C.S.T.C.), à notre administrateur, Emile Buzin (Fédération des Entrepreneurs de la Pierre Naturelle), et à Peter Goegebeur (S.A. SLASH, Veldegem), qui s’attelèrent à montrer un certain nombre de malfaçons à partir d’exemples tirés de la réalité.

L’attention fut portée sur la problématique des pierres agglomérées à base de résine, l’exécution des chapes ainsi que le tachage des façades en granit et de jaunissement des marbres blancs.

Les différents sujets engendrèrent de nombreuses questions de la part des participants.

La conclusion de cette après midi fut présentée par Monsieur Robert De Battice, Président de la Confédération Construction Pierre Naturelle.

La séance d’information fut suivie par une réception sur le stand et fut aussi l’occasion de présenter la nouvelle publication du Manuel du Carreleur édité par le FFC.

Zoals reeds vermeld in onze vorige uitgave, ging het salon STONE EXPO voor de derde maal door op 23, 24 en januari 2010 in de Flanders Expo hallen te Gent (Sint-Denijs-Westrem).

Na het succes van de twee eerste uitgaven was De Federatie van Aannemers van Natuursteenbewerking vertegenwoordigd met een eigen stand.

Ook het WTCB was aanwezig en stond ter beschikking voor alle informatie betreffende keramiektegels, marmer en natuursteen.

Op maandag 25 januari organiseerde De Federatie van Aannemers van Natuursteenbewerking – in samenwerking met de Federatie van de tegelzetters - een studienamiddag, die werd bijgewoond door een 90-tal personen.

De deelnemers werden er verwelkomd door dhr. Julien Capiau, voorzitter van Fecamo.

Vervolgens gaf ir. Tinne Vangheel (W.T.C.B.) enige uitleg bij de on-line publicaties van het WTCB. Het is inderdaad zo dat deze website een schat van informatie bevat, die niet altijd voldoende bekend is bij onze leden. Enige tekst en uitleg was hierbij dus zeker op zijn plaats.

Daarna werd het woord gegeven aan dhr. ir. Fabrice de Barquin (W.T.C.B.), onze bestuurslid Emile Buzin (Federatie van de Natuursteen) en Peter Goegebeur ( N.V. SLASH, Veldegem), die een aantal voorbeelden van gebrekkige uitvoering uit de praktijk toelichtten.

Veel aandacht werd besteed aan de maatvastheid van harsgebonden agglomeraattegels, aan de vlekvorming op gevels uit graniet en aan het fenomeen van verkleuring van witte marmers.

De behandelde onderwerpen lokten heel wat vragen los bij de talrijke aanwezigen.

Na het vragenuurtje, werd het slotwoord gegeven door dhr. Robert De Battice, voorzitter van de Confederatie Bouw Natuursteen.

Na de studienamiddag werd een drankje aangeboden op onze stand, waar ook het eerste deel van de nieuwe uitgave van het Handboek van de Tegelzetter werd voorgesteld.

lA Journee d’etude lors de stone expo 2010 fut un successtudiedAG tiJdens stone expo 2010 wAs een succes

ACTUALITE / ACTUEEL

Page 13: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 13

Chers amis, chers collègues, nous sommes réunis ici aujourd’hui par un amour commun de notre métier, par le souci de satisfaire nos clients et de produire un travail se distinguant par sa beauté.Dans ce domaine, la pierre naturelle reste un matériau de choix pour les revêtements de sol. Elle à sa place aussi bien dans des intérieurs classiques ou elle est reine depuis toujours que dans les créations contemporaines les plus novatrices.Elle offre une palette de couleur infinie, couvrant la gamme complète du prisme.Bien employée, elle résiste à tous les usages et est indémodable, il existe quantités de sol en pierres ayant plusieurs siècles et dont la beauté nous surprend toujours.Cependant, l’offre augmente sans cesse, le commerce mondial ayant supprimé les frontières, on voit sur le marché des pierres issues des quatre coins du monde, étoffant la gamme des couleurs et ouvrant de nouvelles perspectives architecturales. Le revers de la médaille est une méconnaissance par nos poseurs de ces nouveaux produits.La pierre est un matériau naturel, avec une infinité de variation d’aspect (ce qui fait son charme ) mais aussi de caractéristiques physiques et chimiques moins bien connues, surtout lorsqu’il s’agit de matériaux importés et jusque là peu utilisé dans nos régions.Suite à cette méconnaissance et à des interactions avec les produits de pose, des problèmes peuvent survenir.Parmi ceux-ci, les problèmes de réaction à l’eau en général et de tachage en particulier constituent la source la plus fréquente de plaintes.Sans eau pas de pose ; elle est nécessaire à la mise en œuvre des mortiers et colles, elle hydrate le ciment, dissout les adjuvants, permet de nettoyer les dalles posées, elle est indispensable.Mais, seule ou en association avec les alcalis du ciment, elle dissout et transporte des matières organiques, elle oxyde les sels de fer en particulier les pyrites, elle intervient dans la formation de minéraux secondaires tel le gypse, elle est présente partout ou des taches apparaissent. Cette eau peux venir de la pose, parfois de conduites non étanches, d’infiltrations, de remontées capillaires, mais dans tout les cas de figure, le premier concerné, celui vers lequel le client va se tourner, c’est le poseur, c’est à dire vous,… moi,… nous.Il était donc important de faire le point sur l’état de nos connaissances et de partager avec vous quelques exemples qui vous évoqueront certainement des cas que vous avez connus un jour ou l’autre.Le tachage par dissolution de matière organique, il concerne surtout les roches sédimentaires organiques : pierres blanches, pierres bleues, etc.…c’est très spectaculaire mais en général facile à traiter, eau oxygénée, hypochlorite de soude (eau de javel) Le tachage par oxydation des sels de fer, le plus délicat, il concerne en grande partie les marbres cristallins type carrare, mais il peu se présenter dans d’autres pierres contenant de la pyrite comme les marbres du jura, il peu entraîner un changement complet de la couleur, les veines bleutées devenant jaune rouille. Un autre effet induit par le précédent est la libération d’acide sulfurique qui en se combinant à la calcite produit du gypse, lequel gypse détruit la structure de la surface en se formant et enlève le poli.Il existe des traitements curatifs à ces problèmes, mais ils sont onéreux, ne sont efficace que si la source d’humidité à été détectée et supprimée et amènent des effets secondaires comme la disparition du poli et ne concerne que la surface sur peu de profondeur. L’entretien normal à l’eau peu faire réapparaître rapidement de nouvelles taches.Que faire pour remédier à cela ?L’histoire nous apprend que lors de la construction de Saint Petersbourg, les maçons russe ont utilisé à profusion la vodka lors du gâchage des mortiers. N’est ce pas une voie à explorer ?En France, à l’instigation de l’institut de la pierre de Rodez, des tests ont été réalisés avec du vin rouge ; les résultats furent décevants. La sagesse populaire l’avait pressenti en parlant avec justesse de « gros rouge qui tache » Des essais in situ ont été réalisés avec du vin blanc et les résultats sont encourageant. On notera cependant une quantité nettement supérieure à l’eau pour réaliser un mortier correct, les chantiers ont en effet consommé le nouveau liquide dans la proportion de 2/1 par rapport au poids du ciment, cependant le surcoût est compensé par une ambiance excellente sur le lieu de travail, le taux d ‘absentéisme à chuté dans des proportions remarquables.Et en Belgique ?Le CSTC planche actuellement sur le sujet . Des études sont menées sur l’utilisation de la blanche de Hoegaarden pour remplacer l’eau, la blonde et la brune ayant été écarté pour leur propension à faire des taches de même couleur. Les résultats seront publiés dans la revue bières et marbre de Wallonie du mois de mars 2010.En résumé, rien n’est perdu, si nous savons éviter l’eau, nous éviterons tous ces problèmes de taches dans l’avenir.

Emile Buzin

Beste vrienden, beste collega’s, Vandaag zijn we samen gekomen omdat we de liefde voor ons vak gemeen hebben en met dezelfde dingen begaan zijn, namelijk onze klanten tevreden stellen en mooi en goed werk afleveren. Op dat vlak blijft natuursteen het materiaal bij uitstek voor vloerbedekkingen. Hij past zowel in klassieke interieurs, waar hij altijd al de beste is geweest, als in de meest vernieuwende creaties van nu. Hij biedt een eindeloos kleurenpalet dat het ganse gamma van het spectrum omvat.Bij een perfecte uitvoering, is hij bestand tegen alle gebruiksvormen en hij is modebestendig; er zijn tal van stenen vloeren uit vroegere eeuwen waarvan de schoonheid ons blijft verbazen.Het aanbod neemt nochtans almaar toe; de wereldhandel heeft de grenzen afgeschaft en op de markt verschijnen stenen uit alle hoeken van de wereld die het kleurengamma verrijken en nieuwe architecturale perspectieven openen. De keerzijde van de medaille is dat onze plaatsers niet vertrouwd zijn met deze nieuwe producten.De steen is een natuurlijk materiaal met een oneindige variatie qua uitzicht (wat hem zo aantrekkelijk maakt) maar hij bezit ook minder gekende fysieke en chemische eigenschappen, vooral dan de ingevoerde materialen die totnogtoe nog maar weinig gebruikt werden in onze streken.De miskenning van die materialen en de wisselwerking met de plaatsingsproducten kunnen voor problemen zorgen. De problemen ontstaan door de reactie op water, meer bepaald de vlekvorming, geven de meeste aanleiding tot klachten. Zonder water geen plaatsing; er is water nodig voor het aanbrengen van de mortel en de lijm, om cement te blussen, hulpstoffen op te lossen, geplaatste tegels te reinigen, water is echt onontbeerlijk. Maar alleen of samen met het loogzout van het cement lost het op en draagt het organische stoffen over, het oxideert het ijzerzout, meer bepaald het pyriet, het draagt bij tot de vorming van secundaire mineralen zoals gips, het bevindt zich overal waar vlekken verschijnen.Dit water komt misschien voort van het plaatsen, of van waterdoorlatende leidingen, infiltraties, capillaire opstijging, maar in elke denkbeeldige situatie zal de klant zich vooreerst tot de plaatsers richten, dat wil zeggen u,…ik,…wij...Het was dus nodig de balans van onze kennis op te maken en samen met u enkele voorbeelden te bekijken die u zeker zullen doen denken aan gevallen die u zelf ooit hebt meegemaakt. Vlekvorming door oxydatie van organische stoffen komt vooral voor bij sedimentair gesteente: witte steen, blauwe steen, enz… heel indrukwekkend, maar over het algemeen gemakkelijk te behandelen, zuurstofhoudend water, hypochloriet van soda (bleekwater).Vlekvorming door oxydatie van ijzerzout, de moeilijkste, komt grotendeels voor bij kristallijnmarmer, van het Carrara type, maar stenen die pyriet bevatten zijn er ook gevoelig voor, zoals het Jura marmer. De kleur kan er helemaal door verbrod worden, blauwachtige aders worden roestgeel. Een ander effect dat uit het vorige voortvloeit, is de ontwikkeling van zwavelzuur dat, in combinatie met het kalkspaat, gips produceert dat tijdens het vormingsproces de structuur van het oppervlak tenietdoet en de glans wegneemt. Er bestaan goede behandelingen voor deze problemen, maar ze zijn erg duur en werken alleen als de oorzaak van de vochtigheid gevonden en verdwenen is en ze hebben negatieve bijwerkingen, bvb. op de glans. Bovendien is er slechts een geringe dikte van het oppervlak betrokken zodat er bij een normaal onderhoud met water al snel nieuwe vlekken tevoorschijn zouden kunnen komen. Wat kunnen wij hiertegen doen?De geschiedenis leert ons dat tijdens de bouw van Sint Petersburg, de Russische metsers overvloedig wodka gebruikten bij het aanmaken van de mortel. Misschien moeten we dat eens uitproberen? In Frankrijk werden, op aanraden van het instituut van de steen van Rodez, testen uitgevoerd met rode wijn; de resultaten vielen tegen. De volkswijsheid had het al aangegeven door terecht te spreken van “zware rode maakt vlekken”. Er werden in situ testen met witte wijn gedaan en die uitslagen waren bemoedigend. De hoeveelheid zal wel veel hoger moeten zijn dan die van het water, wil men een onberispelijke mortel verkrijgen; op de werven was de verhouding van het verbruik van de nieuwe vloeistof tot het gewicht van het cement: 2/1. En in België?Het WTCB is er mee bezig. Er zijn studies aan de gang over het gebruik van de witte van Hoegaarden ter vervanging van water; de bruine en de witte kwamen niet in aanmerking vanwege hun neiging vlekken van dezelfde kleur te veroorzaken. De uitslag zal bekendgemaakt worden in het tijdschrift bier en marmer van Wallonië van de maand maart 2010. Samengevat, er is nog niets verloren, als we het water kunnen vermijden, kunnen wij in de toekomst ook al die vlekkenproblemen vermijden. Emile Buzin.

Page 14: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

14 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

Les faits : 2 ouvriers communaux affectés aux cimetières communaux ( fossoyeurs ) de l’entité de Beyne- Heusay et ayant un registre de commerce pour activités complémentaires à savoir : travaux de maçonnerie ainsi que vente et placement de monuments funéraires ; pratiquent le commerce de vente et pose de monuments dans les différents cimetières de la région.Le problème :Les ouvriers, du fait de leur double casquette ( d’une part agents communaux toujours présents dans les cimetières et d’autre part entrepreneurs spécialisés dans la vente et pose de monuments auraient acquis un quasi monopole pour les travaux funéraires sur la commune de BeyneL’action : L’association de Liège s’est plainte par 2 fois auprès du collège échevinal de Beyne.Le commerce réalisé par des agents communaux ayant une double casquette posait un véritable problème de concurrence déloyale.Etonnement le pouvoir communal a réagi de façon très positive et une réunion avec le bourgmestre accompagné du secrétaire communal a eu lieu lors d’un conseil d’administration de l’association. Le débat bien qu’animé fut toujours courtois et respectueux pour les parties concernées. Résultat :Le collège communal de Beyne-Heusay, lors de la séance du 1/2/2010 a décidé après enquêtes et débats contradictoires d’accorder à ses 2 ouvriers communaux l’autorisation d’effectuer des travaux de maçonnerie ainsi que vendre et poser des monuments funéraires en dehors des heures de service et pour leur propre compte.Rien n’a donc changé, pas de désespoir précoce il faut continuer et lire que cet accord est limité ;Lesdits travaux ne pourrons jamais être réalisés directement ou par personnes interposées dans les cimetières de l’entité de Beyne-Heusay.En clair : INTERDICTION DE VENDRE ET PLACER UN MONUMENT FUNERAIRE DANS UN CIMETIERE DE L’ENTITE DE BEYNE-HEUSAY POUR CES 2 OUVRIERS COMMUNAUX. Conclusion :La ténacité des efforts entrepris par l’association liégeoise a porté ses fruits.Il nous faut rester attentifs à ce genre de problème, ne subissons pas les événements, actions, troubles, changements sans en parler et débattre.La démonstration est véritablement qu’ensemble nous sommes plus forts

Robert De Battice

De feiten:2 gemeentewerknemers aangesteld voor de begraafplaatsen (grafdelvers) van de entiteit Beyne-Heusay die in het handelsregister zijn ingeschreven voor de bijkomende activiteiten van metselwerken en verkoop en plaatsing van grafmonumenten, drijven handel in het verkopen en plaatsen van monumenten op de verschillende kerkhoven van de streek.

ProbleemstellingVermits die werknemers twee petten ophebben (enerzijds gemeenteambtenaren met taken die zich op de begraafplaatsen afspelen, en anderzijds aannemers gespecialiseerd in het verkopen en plaatsen van grafmonumenten) hebben ze bijna het monopolie verworven voor de grafwerken uit te voeren voor de gemeente van Beyne .

ActieDe vereniging van Luik heeft tot tweemaal toe haar beklag gedaan bij het gemeentecollege van Beyne. Een handel die door gemeenteambtenaren met 2 petten op wordt uitgebaat veroorzaakt een reëel probleem van oneerlijke concurrentie. De gemeenteoverheid reageerde verrassend positief en de burgemeester en de gemeentesecretaris kwamen naar een vergadering van de Raad van Bestuur van de vereniging om overleg te plegen. De discussie maakte heel wat los, maar ze verliep in alle beleefdheid en met respect voor alle partijen.

Resultaat:Het gemeentecollege van Beyne-Heusay heeft tijdens zijn zitting van 1/2/2010, na enquêtes en debatten vol tegenstellingen, besloten aan haar 2 gemeentewerknemers toestemming te geven metselwerken uit te voeren en grafmonumenten te verkopen en te plaatsen buiten de diensturen en voor eigen rekening.Alles blijft zoals het was dus. Toch niet, niet te vroeg wanhopen, als men verder leest verneemt men dat dit akkoord beperkt is . De betrokken werkzaamheden mogen nooit rechtstreeks of via tussenpersonen uitgevoerd worden op de begraafplaatsen van de entiteit Beyne-Heusay. Duidelijker: HET IS AAN DIE 2 GEMEENTEWERKNEMERS VERBODEN OM GRAFMONUMENTEN TE VERKOPEN EN TE PLAATSEN OP EEN KERKHOF VAN DE ENTITEIT BEYNE-HEUSAY.

Conclusie:De Luikse vereniging heeft haar slag thuisgehaald dank zij haar volharding.Wij moeten ons dit soort problemen blijven aantrekken, we mogen de dingen niet ondergaan, acties, verstoringen, wijzigingen, zonder ze aan te kaarten en er over te debatteren. Het bewijs is duidelijk geleverd “samen zijn we sterker”.

Robert De Battice

GrAfdelvers AAnnemers wie is wie ?Actie vAn de luikse vereniGinG vAn steenHouwers en mArmerbewerkersmet een Goed einde

fossoyeurs entrepreneur qui est qui ?une Action de l’AssociAtion lieGeoise des tAilleurs de pierres mArbriersun Aboutissement Heureux

ACTUALITE / ACTUEEL

Page 15: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

Béatrix liénard

Coordinatrice du CEFOMEPICentre de Formation aux Métiers de la PierreCoordinatrice van het CEFOMEPICentre de Formation aux Métiers de la Pierre

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 15

Le secteur de la pierre n’échappe pas au vieillissement de son personnel qualifié. Les évolutions techniques ont changé le travail en carrière. Devenu moins lourd et plus « technologique », il n’est pas facile de trouver des jeunes motivés et formés. Au sein des carrières, la crise touche certains secteurs plus que d’autres et quelques jeunes sont demandeurs de changements.

Face à ce constat, quelle solution trouver ?

Comment répondre à la fois aux besoins de l’entreprise, aux souhaits de jeunes gens motivés et déjà intégrés dans la société, et ne pas perdre l’expérience acquise par les plus anciens ?Des solutions existent. Le FOREM, soutient la valorisation et le transfert des compétences acquises par les travailleurs expérimentés grâce au Crédit-Adaptation TUTORAT. Dans ce cadre, les Carrières de la Pierre Bleue Belge, en collaboration avec le CEFOMEPI (Fonds de Formation du secteur de la Pierre Bleue) ont mis en place un programme de formation spécifique afin de former de jeunes ouvriers en utilisant les acquis professionnels et l’expérience de travailleurs âgés de plus de 45 ans.

• Jonathan 22 ans, travaille depuis 5 ans à la Marbrerie. Depuis longtemps, bien qu’il n’ait pas suivi cette filière de formation, il rêve de travailler avec les tailleurs de pierre.• Alain, tailleur de pierre, prend sa pension en juin prochain et souhaite transmettre son savoir et son savoir-faire.• Alain et Jonathan travaillent ensembles depuis plusieurs mois. Alain, le tuteur permet à Jonathan d’acquérir les bases nécessaires pour devenir débiteur et meuleur. Un premier pas pour Jonathan avant d’entamer, peut-être un jour, une formation de Tailleur de Pierre.

Une formule à développer selon Moreno, responsable de la division « façonnés-marbrerie » ! « Nous sommes face à un manque cruel de main d’œuvre qualifiée, il est vrai que les machines et les outils sont de meilleure qualité et plus performants, ils rendent le travail moins lourd, néanmoins la main de l’homme est toujours indispensable ! Tout en « facilitant » le travail, ils leur laissent le plus intéressant, le plus valorisant : les finitions. » Outre ce problème de main d’œuvre, le secteur de la pierre n’échappe pas à la concurrence des pays asiatiques et en réponse à cette concurrence il est capital pour Moreno « de maintenir notre niveau d’excellence. Nous ne pouvons pas nous permettre de perdre la connaissance et l’expérience de nos travailleurs proches de la retraite. Ce n’est ni bon pour l’entreprise, ni bon pour le métier en général. »Une formule qui a trouvé aussi un écho positif chez Alain et Jonathan. Outre l’expérience humaine, le partage du savoir et du savoir faire, il y a un attachement certain, voir sentimental à ces métiers. Chez Alain on est tailleur de pierre depuis 3 générations. « Mes deux grands-pères étaient tailleurs de pierre, mon père aussi, je voudrais partir à la retraite en me disant que le métier continuera ». On sent aussi l’attachement de Jonathan « mon beau-père est tailleur de pierre, j’aimerais un jour peut-être reprendre son chantier. En tous cas, depuis que je travaille comme débiteur et meuleur je suis heureux. C’est de mes mains que sortent les pierres, plus que des machines. C’est un travail varié aussi et tellement plus valorisant ! En entamant ce programme je voudrais montrer que je suis capable de faire quelque chose de mes mains ».Même s’il est vrai que ce programme ne forme pas directement au métier de tailleur de pierre, cette formule est l’adéquation entre la réalité du marché, les besoins des entreprises et le souhait de son personnel. Une formule où chacun y trouve son compte. Si un jour Jonathan souhaite devenir Tailleur de Pierre, l’expérience et les connaissances acquises auprès d’Alain lui seront utiles.

Pour toutes informations complémentaires sur le TUTORAT : www.forem.be

De natuursteensector kan niet ontkomen aan de veroudering van zijn geschoold personeel. De technische evoluties hebben de arbeid in de groeve veranderd. Die is nu minder zwaar en « technologischer » zodat het moeilijk wordt nog gemotiveerde opgeleide jongelui te vinden. Binnen de groeven ondervinden sommige sectoren meer hinder van de crisis dan andere en enkele jongeren vragen naar veranderingen.

Welke oplossing kunnen wij bieden voor deze situatie? Hoe kunnen wij tegelijkertijd tegemoet komen aan de behoeften van de bedrijven en de wensen van jonge gemotiveerde al in de maatschappij geïntegreerde mensen, en de opgedane ervaring van ouderen niet verliezen?Die oplossingen zijn er. De FOREM ondersteunt de valorisatie en de overdracht van de bekwaamheden opgedaan door ervaren werknemers dank zij de voogdijschap- formule « Crédit-Adaptation TUTORAT ». In dat kader hebben de groeven van Les Carrières de la Pierre Bleue Belge, in samenwerking met het CEFOMEPI (Fonds voor Vakopleiding voor de Blauwe Steen sector) een specifiek opleidingsprogramma uitgewerkt om jonge werknemers op te leiden door de beroepskennis en de ervaring van werknemers ouder dan 45 jaar aan te wenden.

• Jonathan 22 jaar is sinds 5 jaar aan de slag in de marmerbewerking. Hij droomt er al heel lang van om samen met steenhouwers te werken, maar hij heeft deze opleiding niet genoten. • Alain, een steenhouwer, gaat in de komende maand juni met pensioen en wenst zijn kennis en savoir-faire over te dragen. • Alain en Jonathan werken sinds meerdere maanden samen. Als voogd zorgt Alain er voor dat Jonathan de basiskennis opdoet om te zagen en te slijpen. Voor Jonathan is het een eerste stap vooraleer hij later, op een dag, misschien een opleiding Steenhouwen zal volgen.

Een geschikte formule om verder uit te werken volgens Moreno, verantwoordelijke van de afdeling « bewerking – marmerbewerking » ! « Wij hebben te maken met een nijpend tekort aan geschoolde arbeidskrachten. Het werk is weliswaar minder hard door een betere kwaliteit en hoger rendement van de machines, maar er is nog altijd nood aan manuele arbeidskrachten ! De machines « vergemakkelijken » het werk en laten de meest interessante en valoriserende taak aan de mens over: de afwerkingen. Naast dit tekort aan handenarbeid, ontsnapt de sector niet aan de concurrentie van Aziatische landen. Om dat op te vangen vindt Moreno het belangrijk « dat wij ons niveau van uitstekendheid behouden. Het zou zonde zijn afstand te doen van de kennis en ervaring van onze werknemers die weldra op rust gaan… Dat is niet goed, noch voor het bedrijf, noch voor het beroep in het algemeen ». Alain en Jonathan hebben zich goed bevonden met deze formule. Bovenop de menselijke ondervinding, het delen in kennis en kunde, is er een zekere bijna sentimentele verknochtheid aan deze beroepen. Bij Alain zijn er al 3 generaties steenhouwer « Mijn twee grootvaders waren steenhouwers, mijn vader ook, ik zou dan ook graag met pensioen vertrekken met de gedachte dat het beroep blijft bestaan » . Men voelt ook dat Jonathan er van houdt « mijn schoonvader is steenhouwer, misschien kan ik later zijn bedrijf overnemen. Hoe dan ook, ik ben gelukkig sinds ik zaag en slijp. Mijn handen zorgen voor de aflevering van die stenen, nog meer dan die machines. Het werk is ook gevarieerd en zo veel waardiger! Door dit programma te volgen wil ik aantonen dat ik met mijn handen iets kan verwezenlijken ». Zelfs als het waar is dat men met dit programma niet meteen het steenhouwerberoep kan aanleren, houdt deze formule toch rekening met de realiteit van de markt, de behoeften van de bedrijven en de wens van hun personeel. Iedereen kan er zich in vinden. Als Jonathan ooit Steenhouwer wil worden zal hij al veel kennis en ervaring op zak hebben dankzij Alain.

Voor meer informatie over het voogdijschap : www.forem.be

Het vooGdiJscHAp, een Ander soort opleidinG

le tutorAt, un Autre outil de formAtion.

FoRMATIon / opLE IdIng

Page 16: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

16 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

En tant qu’indépendant, vous pensez à la vie que vous mènerez après votre carrière professionnelle. Votre pension suffira-t-elle pour supporter le coût de la vie et profiter pleinement de votre retraite ?

Pour faire face à vos inquiétudes, optez pour la Pension Complémentaire Libre des Indépendants (PCLI).

Cette formule d’épargne vous permet de renforcer sensiblement votre pension légale et vous offre bien d’autres atouts. Que vous soyez indépendant ou conjoint aidant, la PCLI vous permet de vous constituer un capital complémentaire. Plus vous cotisez, plus votre capital de pension à terme sera important.

AvAntAges fiscAuX imméDiAts

Chaque année, vous avez la possibilité de déduire, en tant que charges professionnelles, une prime qui s’élève à maximum 8,17 % de vos revenus professionnels nets imposables d’il y a 3 ans.

Ce montant est plafonné à € 2 781,06 pour l’année 2009. Calculé sur base du taux marginal, cela représente facilement un gain fiscal de 50 % de la prime versée !

moins De cotisAtions sociAles

Vos cotisations sociales sont calculées sur la base de vos revenus professionnels nets imposables, déduction faite des primes versées pour la PCLI.

Le versement de primes pour la pension complémentaire donnera donc lieu à une diminution de vos cotisations sociales dans 3 ans. Grâce aux avantages fiscaux et sociaux, vous pourrez récupérer, au total, près de 75 % de votre prime PCLI.

cumul Avec D’Autres plAns De pension

Les primes de la PCLI se cumulent aussi bien avec les primes que vous payez dans le cadre de l’épargne-pension qu’avec votre épargne à long terme.

Si votre entreprise finance déjà un plan de pension complémentaire à votre intention, et si vous désirez souscrire une PCLI, vous devez tenir compte des limitations de la règle des 80 %.

Les pensions complémentaire et légale ne peuvent atteindre ensemble plus de 80 % du dernier salaire annuel brut normal, en tenant compte d’une durée normale de l’activité professionnelle.

Als zelfstandige stelt u zich de vraag hoe uw leven er zal uitzien wanneer u met uw beroepsactiviteit stopt. Zal het wettelijk pensioen volstaan om in uw levensonderhoud te voorzien? Zullen uw pensioeninkomsten u toelaten om ook daadwerkelijk voluit van uw pensioen te genieten?

Zet uw zorgen aan de kant en kies voor het Vrij aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ). Deze spaarformule biedt u bovenop de mogelijkheid om uw wettelijk pensioen aanzienlijk te verhogen nog tal van bijkomende voordelen.

Of u zelfstandige in hoofdberoep of meewerkende echtgeno(o)t(e) bent, met het VAPZ kunt u steeds in alle veiligheid een aanvullend pensioenkapitaal opbouwen. Hoe meer u bijdraagt, hoe groter uw pensioenkapitaal op termijn zal zijn.

onmiddellijk fisCaal voordeel

Jaarlijks kunt u een premie van maximaal 8,17 % van uw netto belastbaar beroepsinkomen van 3 jaar geleden aftrekken als beroepskost. Voor het inkomstenjaar 2009 is de bijdrage evenwel geplafonneerd op € 2 781,06. Berekend volgens de marginale aanslagvoet, betekent dit al snel een fiscaal voordeel van 50 % van de gestorte premie!

minder soCiale bijdraGen

Uw sociale bijdragen worden berekend op basis van uw netto belastbaar beroepsinkomen, na aftrek dus van de premies die u voor het VAPZ betaald hebt. Bijgevolg zal u dankzij uw VAPZ over 3 jaar ook nog eens een flinke besparing op uw sociale bijdragen realiseren. Via de fiscale en sociale voordelen zal u in totaal om en bij 75 % van uw VAPZ-premie kunnen recupereren.

Cumul met andere pensioenplannen

De premies voor het VAPZ zijn cumuleerbaar met zowel de premies betaald in het kader van het pensioensparen als met die van het langetermijnsparen.

Enkel als uw vennootschap reeds een aanvullend pensioenplan voor u financiert en u ook nog voor het VAPZ wenst in te tekenen, zal u rekening moeten houden met de beperkingen van de 80 %-regel. Het aanvullend en het wettelijk pensioen samen mogen immers niet meer dan 80 % van de laatste normale brutojaarbezoldiging bedragen, rekening houdende met een normale duur van de beroepsactiviteit.

vriJ AAnvullend pensioen voor ZelfstAndiGenfinAnciële onAfHAnkeliJkHeid ook nA uw Actieve loopbAAnmet een Goed einde

pension complementAire libre des independAntsvotre indépendAnce finAncière Après votre cArrière Active

TRIBUnE / TRIBUnE

Page 17: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 1 7

pArfAitement liBre

Vous décidez vous-même du montant et de la périodicité de vos primes. A tout moment en cours de contrat, vous pouvez augmenter, diminuer, voire suspendre vos versements. Vous pouvez même effectuer des versements complémentaires en fin d’année afin de profiter au maximum des incitants fiscaux !

un renDement performAnt

Diamant Pension-PCLI de Fédérale Assurance vous garantit des conditions financières attractives. Vous bénéficiez non seulement d’un taux garanti sur les primes versées, mais également de la perspective d’un rendement supplémentaire par l’attribution de participations bénéficiaires.

Vous l’avez compris, quelle que soit votre situation, vous avez tout intérêt, en tant qu’indépendant, à souscrire une Pension Complémentaire Libre des Indépendants. Avec Diamant Pension-PCLI de Fédérale Assurance, vous vous constituez un capital de pension complémentaire en toute sécurité, tout en profitant de rendements performants.

Redaction : Fédérale Assurance0800 14 200www.federale.be

vrijHeid troef

U beslist zelf over het bedrag en de regelmaat van uw premies. U kunt uw betalingen op elk moment van de overeenkomst verhogen, verminderen en zelfs stopzetten. U kunt zelfs extra storten op het einde van het jaar om zodoende maximaal te genieten van de fiscale voordelen!

een performant rendement

Diamant Pensioen-VAPZ van Federale Verzekering garandeert u aantrekkelijke financiële voorwaarden. U geniet niet enkel een gewaarborgde rentevoet op de gestorte premies, maar ook het vooruitzicht van een aanvullend rendement door de toekenning van winstdeelnames.

U merkt het: ongeacht uw situatie, met een Vrij aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen wint u als zelfstandige altijd! Met de formule Diamant Pensioen-VAPZ van Federale Verzekering bouwt u in alle veiligheid een aanvullend pensioenkapitaal op en geniet u daarenboven van performante rendementen.

Redactie: Federale Verzekering - HYPERLINK «http://www.federale.be» www.federale.be

SPRL ENTRACOWilly CHARTIER

Rue de Picopré 84140 CHANXHE-SPRIMONT

Tél. 04/369.22.02 - Fax 04/369.28.51

MACHINES POUR LE TRAVAIL DES PIERRES, MARBRES

ET GRANITS

AGENT EXCLUSIF BENELUX ET FRANCE DE OFFICINE BM S.R.L.

MACHINES VOOR DE STEEN-, MARMER EN

GRANIETBEWERKING

EXCLUSIEF AGENT BENELUX EN FRANKRIJK

DE OFFICINE BM S.R.L.

Page 18: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

18 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

Au Moniteur Belge du 28 décembre a été publiée une loi du 23 décembre 2009 qui apporte des modifications importantes au statut du candidat ou soumissionnaire évincé lors d’un marché public.

Par cette loi, un nouveau livre est introduit dans la loi du 24 décembre 1993 sur les marchés publics, qui reste en vigueur en attendant une révision complète de la législation. La loi fait une distinction entre les marchés qui atteignent les seuils européens et les marchés “belges”, qui n’atteignent pas ces seuils. C’est surtout dans cette dernière catégorie que la loi introduit une amélioration significative dans la position juridique du candidat ou soumissionnaire évincé.

chAmp D’ApplicAtion

La loi vise à transposer en droit belge la directive européenne 2007/66/CE et s’applique donc aux marchés, qui atteignent les seuils européens, à l’exception des marchés de défense nationale. Pour les marchés de travaux dans les secteurs classiques ce seuil est fixé à 4.845.000 €, BTW exc. (avant 5.150.000 €).Les nouvelles règles sont également d’application sur les marchés belges, qui n’atteignent pas le seuil européen de 4.845.000 €.

Décision motivée et informAtion

Pour la première fois, la loi donne une liste précise des cas, ou l’autorité adjudicatrice doit établir une décision motivée (art. 65/4) ainsi que les éléments qu’elle doit contenir (art. 65/5). L’obligation d’information aux candidats ou soumissionnaires est élargie, dans ce sens que l’autorité adjudicatrice doit spontanément faire parvenir la décision motivée ou un extrait de celle-ci aux soumissionnaires déclarés irréguliers ou évincés. Le même principe vaut pour les décisions de réadjudication. Seulement pour les marchés en-dessous de 67.000 € les motifs de la décision ne seront pas communiqués automatiquement, mais après une demande expresse du soumissionnaire déçu.

DélAi D’Attente

L’innovation la plus importante de cette loi est sans doute l’extension du délai d’attente aux marchés soumis à une publicité obligatoire au niveau belge et dont le montant estimé, tout en étant inférieur au seuil européen, atteint néanmoins un montant significatif s’élevant au moins à la moitié de ce seuil. Il en résulte que ces marchés – exception faite pour les marchés de défense et pour quelques exceptions rares - sont soumis à l’obligation de respecter les règles relatives au délai d’attente fixés par cette article, dès qu’ils atteignent ou dépassent un montant de 2.422.500 € (art. 65 , al. 1). Pour les marchés de travaux qui n’atteignent pas ce montant, l’autorité adjudicatrice peut volontairement faire application d’un délai d’attente par biais d’une clause dans le cahier des charges. (art. 65/30, al. 2). Pour les marchés qui atteignent les seuils européens (4.845.000 €, ex. TVA), le délai d’attente est bien sur d’application, ce qui était déjà le cas avant. La conclusion du marché qui suit la décision d’attribution ne peut en aucun cas avoir lieu avant l’expiration d’un délai de quinze jours à compter du lendemain du jour où la décision motivée est envoyée aux candidats concernés et aux soumissionnaires concernés. A défaut de simultanéité entre ces envois, le délai prend cours, pour le candidat concerné ou le soumissionnaire concerné, le lendemain du jour du dernier envoi.Lorsqu’une demande de suspension de l’exécution de la décision d’attribution est introduite dans le délai de quinze jours, l’autorité adjudicatrice ne peut conclure le marché avant que l’instance de recours, le cas échéant de premier

In het Staatsblad van 28 december 2009 werd een wet van 23 december 2009 gepubliceerd, die een belangrijke verbetering brengt in de rechtsbescherming van de gedupeerde inschrijver bij een overheidsopdracht. We bedoelen hierbij de onderneming, die niet werd geselecteerd om deel te nemen aan een opdracht, of wiens offerte onregelmatig werd verklaard, of die gewoonweg niet werd gekozen als laagste regelmatige of meest voordelige inschrijver.

Door deze wet wordt een nieuw Boek ingevoegd in de huidige wet van 24 december 1993 inzake overheidsopdrachten, die nog altijd van toepassing blijft in afwachting van een volledige herziening van de wetgeving. De tekst voegt een aantal nieuwe elementen toe, die de rechtspositie van de gedupeerde inschrijver moeten verbeteren of die de naleving van de wettelijke bepalingen beter garanderen. Zo wordt de wachttermijn, die de aanbestedende instantie moet eerbiedigen, beter geregeld en worden er een aantal sancties voorzien, voor het geval de aanbestedende instanties deze regel niet zou respecteren. Deze sancties kunnen zeer ver gaan, met name tot de onverbindendverklaring van de opdracht, die werd gesloten zonder rekening te houden met de opgelegde wachttermijn. De wet maakt een onderscheid tussen opdrachten, die de Europese bekendmakingsdrempels bereiken en de zogenaamd ‘binnenlandse’ opdrachten, die deze drempels niet bereiken. Het is vooral voor deze laatste categorie dat de wet een gevoelige verbetering aanbrengt in de rechtspositie van de geweerde of teleurgestelde inschrijver. In plaats van de wet (gedeeltelijk) te hernummeren, heeft men er de voorkeur aan gegeven de ingevoegde artikels te nummeren als artikel 65/1, 65/2, 65/3, enzovoorts…

toepassinGsGebied

De wet is de omzetting van een Europese richtlijn en is dus van toepassing op de opdrachten, die het door de Koning vastgestelde bedrag voor de Europese bekendmaking bereiken of overschrijden, met een uitzondering evenwel voor de defensieopdrachten. Voor opdrachten van werken in de klassieke sectoren bedraagt deze drempel thans 4.845.000 €, BTW exclusief. (voordien 5.150.000 €).De nieuwe regels zijn wel (gedeeltelijk) van toepassing op de ‘binnenlandse’ opdrachten, die de Europese drempel van 4.845.000 € niet bereiken.

Gemotiveerde beslissinG en informatie

Voor het eerst geeft de wet een duidelijke opsomming van de gevallen, waarin de aanbestedende overheid een gemotiveerde beslissing moet opstellen (art. 65/4) en welke gegevens deze beslissing moet bevatten (art. 65/5). Dit zal zeker al veel onheil op juridisch vlak voorkomen, want in de praktijk wordt zo’n gemotiveerde beslissing niet altijd opgesteld zoals het hoort.De informatie die aan de kandidaten of inschrijvers moet worden verstrekt, wordt ook uitgebreid in die zin dat de aanbestedende instantie de niet geselecteerde, onregelmatig verklaarde of niet gekozen inschrijvers spontaan de gemotiveerde beslissing of een uittreksel daarvan moet opsturen. Vroeger moest de gedupeerde inschrijver – indien hij al ingelicht werd, wat niet steeds het geval was – zelf uitdrukkelijk om de motieven van zijn niet-selectie, onregelmatigverklaring of wering verzoeken. Hetzelfde geldt voor het geval de aanbestedende overheid beslist om af te zien van de gevolgde procedure of om tot heraanbesteding over te gaan. Enkel voor opdrachten onder de 67.000 € zullen de motieven van de beslissing niet automatisch, doch pas op uitdrukkelijk verzoek van de teleurgestelde inschrijver medegedeeld worden.

waCHttermijn

De belangrijkste innovatie van deze wet is ongetwijfeld de uitbreiding van de wachttermijn tot de ‘binnenlandse’ opdrachten voor werken, die verplicht onderworpen zijn aan een Belgische bekendmaking en waarvan het goed te keuren bedrag zonder belasting over de toegevoegde waarde ligt tussen het door de Koning vastgestelde bedrag voor de Europese bekendmaking en een bedrag dat de helft bedraagt van het tweede genoemde bedrag. Met andere woorden zal de aanbestedende overheid voortaan een wachttermijn moeten in acht nemen – met uitzondering weliswaar voor bepaalde defensieopdrachten en behoudens enkele zeldzame uitzonderingsgevallen - voor opdrachten van werken, die moeten worden gepubliceerd en die 2.422.500 € bereiken of overschrijden, (art. 65/30, eerste lid). Voor opdrachten van werken die onder dit bedrag vallen, kan de

TRIBUnE / TRIBUnE

belAnGriJke wiJZiGinG wetGevinG overHeidsopdrAcHten

modificAtion importAnte de lA reGlementAtion sur les mArcHes publics

Page 19: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 19

degré, ne statue soit sur la demande de mesures provisoires, soit sur la demande de suspension.La conclusion du marché peut avoir lieu au terme du délai précité lorsqu’aucune demande de suspension n’est introduite dans ce délai.L’interdiction de procéder à la conclusion du marché bénéficie au seul auteur d’une demande de suspension introduite dans le délai.A cette fin, l’auteur de cette demande est invité à avertir l’autorité adjudicatrice dans ce délai, de préférence par télécopieur ou courrier électronique ou tout autre moyen électronique, de l’introduction d’une telle demande.

Des procéDures De recours

Le candidat ou soumissionnaire évincé a la possibilité d’introduire plusieurs procédures de recours contre la décision par laquelle il n’a pas été sélectionné, ou déclaré irrégulière, ou simplement n’a pas été choisi en tant que soumissionnaire le plus bas (ou le plus avantageux). Cette procédure peut être une action en suspension ou annulation de la décision, ou une action en dommages et intérêts. L’action en suspension doit être introduite très rapidement, et en tout cas avant que le marché soit conclu avec un concurrent. En effet, une fois conclu, le marché ne peut être suspendu ou déclaré dépourvu d’effets par l’instance de recours pour violation du droit communautaire en matière de marchés publics, de la loi ou de ses arrêtés d’exécution (art. 65/30, al. 3). Une innovation importante est cependant que - pour les marchés européens et pour les marches « belges » qui atteignent le seuil de 2.422.500 € - la suspension de l’exécution de la décision d’attribution par l’instance de recours entraîne de plein droit la suspension de l’exécution du marché éventuellement conclu en violation du délai d’attente. L’autorité adjudicatrice informe l’adjudicataire sans délai de cette suspension et lui ordonne, selon le cas, de ne pas commencer ou d’arrêter l’exécution du marché.Lorsqu’après la suspension de plein droit de l’exécution du marché, aucune demande d’annulation de la décision d’attribution ou de déclaration d’absence d’effets du marché n’est introduite dans les délais prévus, la suspension de l’exécution de la décision d’attribution et du marché sont levées de plein droit (art. 65/13). Le soumissionnaire évincé peut bien sur, toujours introduire une demande en dommages et intérêts devant le tribunal civile.

DéclArAtion D’ABsence D’effets

Une autre nouveauté est – également pour les marchés européens et pour les marches « belges » qui atteignent le seuil de 2.422.500 € - que le tribunal (pas le Conseil d’Etat) peut déclarer sans effets le marché, lorsque l’autorité adjudicatrice a conclu un marché sans une publicité européenne préalable, alors que cela est pourtant exigé par le droit communautaire en matière de marchés publics, par la loi ou ses arrêtés d’exécution ou lorsque l’autorité adjudicatrice a conclu le marché sans respecter le délai d’attente, ou sans attendre que l’instance de recours, le cas échéant de premier degré, statue, soit sur la demande de suspension, soit sur la demande de mesures provisoires. Ceci suppose que cette violation a privé un soumissionnaire de la possibilité d’engager ou de mener à son terme le recours en suspension et est accompagnée d’une violation du droit communautaire en matière de marchés publics, de la loi ou de ses arrêtés d’exécution et si cette dernière violation a compromis les chances d’un soumissionnaire d’obtenir le marché (art. 65/17).Lorsqu’elle déclare un marché dépourvu d’effets, l’instance de recours prononce l’annulation rétroactive de toutes les obligations contractuelles ou la limitation de la portée de l’annulation aux obligations qui doivent encore être exécutées.Dans ce cas, l’instance de recours prononce également une pénalité financière visée au détriment de l’autorité adjudicataire (65/19).

Les nouvelles dispositions s’appliquent sur les marchés, publiés à partir du 25 février 2010.

aanbestedende overheid vrijwillig een wachttermijn opnemen in het bestek (art. 65/30, tweede lid). Voor opdrachten die de Europese drempel van 4.845.000 € (excl. BTW) bereiken of overschrijden, geldt uiteraard de wachttermijn, hetgeen voordien reeds het geval was. De sluiting van de opdracht die volgt op de gunningsbeslissing, mag in geen geval plaatsvinden vóór het verstrijken van een termijn van vijftien dagen die ingaat de dag nadat de gemotiveerde beslissing aan de betrokken kandidaten en inschrijvers is verzonden. Indien deze verzendingen niet tegelijk gebeuren, gaat de termijn voor de betrokken kandidaat of de betrokken inschrijver in de dag na de laatste verzendingsdatum (art. 65/11, eerste lid).Wanneer een van de inschrijvers beslist om een vordering tot schorsing van de gunningsbeslissing in te dienen binnen deze termijn, mag de aanbestedende instantie de opdracht niet sluiten voordat de verhaalinstantie (Raad van State of rechtbank), in voorkomend geval in eerste aanleg, uitspraak heeft gedaan, hetzij over de vordering tot voorlopige maatregelen, hetzij over de vordering tot schorsing van de gunningsbeslissing (art. 65/11, tweede lid). De indiener van de vordering wordt uitgenodigd de aanbestedende instantie binnen die termijn bij voorkeur per telefax of e-mail of een ander elektronisch middel over de indiening van die vordering te verwittigen (art. 65/11, derde lid).Het in acht nemen van een wachttermijn door de aanbestedende instantie laat aan de teleurgestelde inschrijver toe een vordering tot schorsing van de gunningsbeslissing in te leiden vooraleer de opdracht definitief wordt gegund aan een concurrent. Op die wijze kan hij voorkomen dat de opdracht wordt gesloten en kan hij desgevallend nog zelf met de opdracht worden gelast.

verHaalproCedures

Een teleurgestelde kandidaat of inschrijver heeft de mogelijkheid om verschillende verhaalprocedures in te stellen tegen de beslissing waarbij hij niet werd geselecteerd, of waarbij zijn offerte onregelmatig werd verklaard of niet werd gekozen. Dit kan een vordering zijn hetzij tot schorsing of vernietiging van de beslissing, hetzij een eis tot schadevergoeding. De vordering tot schorsing van de gunningsbeslissing moet vrij snel worden ingeleid, en in principe vooraleer de opdracht werd gegund aan een concurrent. Immers, zodra de (binnenlandse) opdracht is gesloten, kan deze niet meer geschorst of onverbindend worden verklaard door de verhaalinstantie wegens schending van het Gemeenschapsrecht inzake overheidsopdrachten, de wet of haar uitvoeringsbesluiten (art. 65/30, derde lid). Een belangrijke innovatie is evenwel dat - voor de binnenlandse opdrachten, die het bedrag van 2.422.500 € overschrijden, en voor de Europese opdrachten - de schorsing van de uitvoering van de gunningsbeslissing door de Raad van State (of de rechter) van rechtswege leidt tot de schorsing van de uitvoering van de opdracht die de verplichte wachttermijn niet heeft geëerbiedigd (art. 65/13, eerste lid). Een teleurgestelde inschrijver kan zoals vroeger nog steeds een vordering tot schadevergoeding inleiden voor de gewone rechtbanken.

onverbindendverklarinG

Een andere nieuwigheid is dat voor de Europese opdrachten en in principe ook voor de binnenlandse opdrachten, die het bedrag van 2.422.500 € overschrijden - de burgerlijke rechter (niet de Raad van State) de opdracht kan onverbindend verklaren, wanneer de aanbestedende instantie een opdracht heeft gesloten zonder voorafgaande verplichte Europese of Belgische bekendmaking, of wanneer de aanbestedende instantie de opdracht heeft gesloten zonder inachtneming van de wachttermijn, of zonder te wachten tot de verhaalinstantie, in voorkomend geval van eerste aanleg, uitspraak heeft gedaan. Dit veronderstelt wel dat een inschrijver door deze schending geen verhaal tot schorsing heeft kunnen instellen, en deze schending gepaard gaat met een schending van het Gemeenschapsrecht inzake overheidsopdrachten, de wet of haar uitvoeringsbesluiten die de kansen van een inschrijver om de opdracht te bekomen nadelig heeft beïnvloed (art. 65/17).Een onverbindendverklaring van de gesloten overeenkomst houdt in dat de rechter alle contractuele verbintenissen met terugwerkende kracht kan vernietigen, maar hij kan ook de werking van de vernietiging beperken tot de nog uit te voeren verbintenissen. In het laatste geval, legt de rechter de aanbestedende instantie tevens een boete op.

De nieuwe bepalingen zijn van toepassing op de opdrachten, aangekondigd vanaf 25 februari 2010.

Page 20: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

20 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

Pour rappel le secteur de la pierre en Inde emploie à ce jour plus d’un million de personnes et a connu une croissance remarquable durant cette dernière décennie. L’Inde s’est mis dans la position de l’un des leaders mondiaux dans le secteur (le premier restant la Chine)

Depuis 26 ans, l’organisateur de cet événement AIGSA, est au service des industries de la pierre. La nature a doté le pays de nombreuses richesses pierreuses : granits, marbres, ardoises, quartzites, grès, etc.… les indiens ont tout ou presque tout les types de pierres ornementales. La promotion des industries de la pierre naturelle ainsi que des industries complémentaires (machines, outils, consommables, etc..) est bien sûr le but de cette manifestation. Plus de 330 exposants y participent et 200.000 visiteurs étaient attendus (180.000 en 2008). Quelques visiteurs venus de Belgique, membres de la Fédération ont répondu à l’invitation de l’organisateur indien. Ils ont visité cette foire lors d’un voyage organisé par la revue française Pierre Actual.Ils ont pu y découvrir une multitude de différentes pierres déclinées en différents formats, taillées ou brutes pour différents usages. Chaque usage possible était représenté,du bloc au produit fini, de la décoration

De natuursteensector in India stelt op dit ogenblik meer dan een miljoen personen tewerk en heeft de jongste tien jaar een opmerkelijke groei gekend. India bekleedt daardoor een plaats naast de wereldleiders in de sector (China blijft de eerste).

De organisator van dit evenement, de AIGSA, zet zich al sinds 26 jaar in voor de natuursteenindustrie. De natuur heeft het land begenadigd met enorme natuursteenrijkdommen: graniet, marmer, leisteen, kwartsiet, zandsteen, enz….Indiërs kunnen nagenoeg alle soorten sierstenen aanbieden. Het spreekt dan ook vanzelf dat deze manifestatie tot doel heeft de natuursteenindustrie en toeleveringsbedrijven (machines, werktuigen, verbruiksgoederen) te promoten. Meer dan 330 exposanten nemen er aan deel en er werden 200.000 bezoekers verwacht (de teller stond op 180.000 in 2008)

Enkele leden van onze Federatie trokken er ook naartoe op uitnodiging van de Indische organisator. Dit bezoek gebeurde via een reis georganiseerd door het Frans tijdschrift Pierre Actual. Er viel een massa steen te ontdekken van verschillende soorten en verschillende afmetingen, bewerkt of onbewerkt, voor diverse doeleinden. Elk gebruiksmogelijkheid

ACTUALITE / ACTUEEL

stonA 2010 GrAnites And stone fAir stonA 2010 GrAnites And stone fAir

BANGALORE INDIA • bAnGAlore indiAcette foire orGAnisée pAr All indiA GrAnites And stone AssociAtion (AiGsA)

en collAborAtion Avec lA federAtion of indiA cHAmbers of commerce And industrys’est déroulée pour sA 9°me édition À bAnGAlore du 4 Au 7 février dernier.

deZe beurs werd GeorGAniseerd door All indiA GrAnites And stone AssociAtion (AiGsA) in sAmenwerkinG met de federAtion of indiA cHAmbers of commerce And

industry. Ze Heeft plAAtsGeHAd vAn 4 tot 7 februAri 2010 in bAnGAlore.

Page 21: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 2 1

au monument funéraire en passant par la construction et la voirie, tous les stades de productions étaient présentés.

Des tapis de pierres à faire pâlir un tisserand des Flandres ont été déroulés pour accueillir les visiteurs. Des statues, des fontaines, des tables avec marqueteries, un bateau pirate, Mickaêl Jackson, le tajmahal, une pagode, l’atonium, tout ce qui vient à l’esprit est et peut-être réalisé en pierre et cela pour les yeux émerveillés des professionnels européens que nous étions .

Les quelques photos jointes à l’article vous donneront une petite idée de la multitude des déclinaisons possibles du matériel qu’est la pierre et vous inviterons, je l’espère à visiter un pays béni pour les amateurs de pierres naturelles.

Robert De Battice.

werd voorgesteld, van blokken tot afgewerkte producten, van decoraties tot grafmonumenten voorbij de bouw en wegenwerken. Elk productiestadium werd getoond.

Ter verwelkoming van de bezoekers waren er stenen tapijten uitgerold om een wever uit Vlaanderen te doen verbleken van afgunst. Alles wat men zich maar voor de geest kan halen is uitvoerbaar in steen: beelden, fonteinen, tafels met mozaïekwerk, een piratenboot, Michael Jackson, de Tajmahal, een pagode, het atomium. Als Europese vaklui hebben wij dit alles met heel veel bewondering aanschouwd.

Enkele illustraties bij dit artikel zullen u een idee geven van het groot aantal mogelijke verwerkingen van natuursteenmaterialen. Hopelijk spreken ze u aan om ook eens zo een gezegend land voor natuursteenliefhebbers aan te doen.

Robert De Battice.

Page 22: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

22 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

De Quoi s’Agit-il ?

Le principe : l’ombudsman est une personnalité indépendante chargée d’examiner les plaintes des citoyens.

Un entrepreneur en pierre naturelle a un litige d’ordre technique avec l’un de ses clients. Il peut demander à la Fédération de déléguer un ombudsman sur le chantier pour apprécier et donner un avis technique sur le problème rencontré qu’ils s’agissent d’escaliers, de plans de travail de cuisine, de tablettes de fenêtre, de sol carrelé, de recouvrement de façade … ; en bref tout ce qui peut concerner notre métier de tailleur de pierres- marbrier. Cet expert fera quelques photos et produira un avis qu’il partagera par internet avec 2 collègues désignés pour avoir un sentiment commun et pertinent avant de le remettre au marbrier.

Cet avis sera toujours accompagné d’une proposition de conciliation entre les parties. Il est évident que cette proposition n’a pas force de loi, mais si le problème ne devait pas être résolu immédiatement la voie judiciaire serait toujours ouverte mais l’expert alors désigné par un juge aurait dès lors de grosses difficultés à faire fi de l’avis de 3 professionnels.

conDitions D’ADmission Des DemAnDes D’intervention

Le litige a lieu en Belgique et est d’ordre technique. La procédure est gratuite 1x/an pour toute entreprise affiliée et en ordre de cotisation. Un demandeur ne remplissant pas ces 2 dernières conditions se verra facturer un montant de 200 euros.

comment Activer le service ?

Téléphone, fax, email sont les moyens les plus faciles pour joindre notre secrétaire.D’après la nature du litige et sa localisation, la fédération proposera au minimum les noms de 2 ombudsmans . Celui choisi prendra alors RDV pour une visite sur chantier qui sera de préférence contradictoire. Il jaugera alors le problème, partagera son point de vue avec 2 collègues et proposera avec son rapport (maximum 1 page) une proposition de concilation. Sa mission s’arrête à ce moment… Qui sont les ombudsmans ?

Des collègues tailleurs de pierres-marbrier ayant une longue expérience.Pour assurer au mieux ce service la fédération fait appel à la candidature de membres pour effectuer ces missions .Pour chaque « affaire « traitée l’ombudsman recevra une indemnité de 125 euros, l’avis des 2 collègues est bénévole.

waarover Gaat Het ?

Principe : De ombudsman is een onafhankelijke persoonlijkheid belast met het onderzoek van de klachten van de burgers.

Een aannemer van natuursteenwerken heeft een technisch geschil met een klant. Hij kan bij de Federatie terecht voor een ombudsman die de werf evalueert en een technisch advies uitbrengt over het betrokken probleem. Dat kan gaan over trappen, keukenwerkbladen, vensterbanken, vloertegels, gevelbekleding… ; eigenlijk voor alles wat betrekking heeft op ons beroep van steenhouwer – marmerbewerker. Deze expert zal enkele foto’s nemen op de werf en een advies uitbrengen waarover hij 2 aangeduide collega’s zal raadplegen via het internet om samen tot een oordeelkundig advies te komen vooraleer het aan te aannemer over te maken.

Dit advies zal steeds gekoppeld zijn aan een verzoeningsvoorstel tussen de partijen. Natuurlijk is dit voorstel niet rechtsgeldig, maar indien het probleem niet onmiddellijk geregeld zou zijn, kan er nog altijd een gerechtelijke weg gevolgd worden. Voor de gerechtsdeskundige zal het dan wel zeer moeilijk worden om het advies van 3 beroepsmensen in de wind te slaan.

voorwaarden interventieaanvraGen Het geschil doet zich voor in België en is van technische aard. De procedure is gratis 1x/jaar voor een aangesloten bedrijf in orde met beroepsbijdrage. Een aanvrager die aan de 2 gestelde voorwaarden niet voldoet krijgt voor deze dienstverlening een factuur ter waarde van 200 Euro.

Hoe de dienst aCtiveren?

Telefoon, fax, e-mail, zijn de meest geschikte middelen om onze secretaresse te bereiken. Rekening houdend met de aard en de plaats van het geschil, zal de Federatie de namen van minstens 2 ombudsmannen meedelen. Degene die uitgekozen wordt zal dan een afspraak maken voor een bezoek en, bij voorkeur, een uiteenzetting door beide partijen. Daarna zal hij het probleem uitklaren en er 2 collega’s over raadplegen, waarna hij zijn verslag (maximum 1 pagina) zal voorstellen samen met een verzoeningsvoorstel.Op dat moment is zijn opdracht beëindigd.

Wie zijn die ombudsmannen?

Collega’s steenhouwers – marmerbewerkers met een rijke ervaring. Om deze dienst zo goed mogelijk waar te nemen richt de Federatie een oproep tot haar leden om zich kandidaat te stellen voor deze taak. Voor elke « zaak » heeft de ombudsman recht op een vergoeding van 125 Euro. Het advies van de 2 collega’s gebeurt op vrijwillige basis.

ombudsmAnuw federAtie biedt u een kostbAAr Hulpmiddel AAnGrAtiscHe ledendienst

ombudsmAnvotre federAtion vous propose un outil utile service GrAtuit pour nos Affilies

ACTUALITE / ACTUEEL

Page 23: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 23

Thibaut organisait dans ses locaux à Vire des Portes Ouvertes les 16 et 17 avril derniers. Le constructeur Français, spécialisé depuis plus de 50 ans dans les machines pour le travail de la pierre, présentait une dizaine de machines : 4 modèles différents de Centres d’usinage à commande numérique, un Centre de débitage, un Centre de texturage, un Fil diamanté,…

Ces journées ont été l’occasion pour les visiteurs de rencontrer les équipes commerciales et techniques et de bénéficier de démonstrations et d’explications sur les capacités des machines. Ils ont également pu assister à des démonstrations personnalisées de C.F.A.O. sur le logiciel T’CAD/T’CAM spécialement développé pour le travail de la pierre. Ces journées étaient aussi l’occasion de découvrir ou redécouvrir les locaux Thibaut et chacun a pu se rendre compte du sérieux et de l’organisation de l’entreprise, ce qui est très important en cette période de doute.

Il ne fallait pas manquer également le Centre d’essais Thibaut où étaient présentées les nouveautés avec, entre autres, le système pour le polissage en automatique des chants droits de plans de cuisine ainsi que la grande nouveauté : le système de sciage des angles fermés (unique sur le marché) sur le centre de débitage TC650.

Ces journées ont montré le savoir-faire, le professionnalisme Thibaut acquis depuis plus de 50 ans et permis de partager et d’échanger sur les solutions techniques avec les clients.

Op 16 en 17 april jl. stelde Thibaut de deuren van zijn lokalen in Vire open. Dit Franse bedrijf, dat al sinds 50 jaar gespecialiseerd is in natuursteenbewerkingsmachines, presenteerde een tiental toestellen: 4 verschillende types computergestuurde bewerkingstoestellen, een zaagmachine, een afwerkingsmachine, een diamantlintzaag, …

De bezoekers konden er kennismaken met het commerciële en technische team en konden presentaties bijwonen met uitleg over het vermogen van de machines. Er waren ook geïndividualiseerde demonstraties over het speciaal voor natuursteen ontwikkelde computerprogramma T’CAD/T’CAM. Daarnaast was er gelegenheid om een bezoek te brengen aan de lokalen van Thibaut. Iedereen is getuige geweest van de aanpak en betrouwbaarheid van dit bedrijf, hetgeen in deze onzekere tijden toch erg belangrijk is.

Het Proefcentrum Thibaut was ook een bezoekje waard; daar werden een aantal nieuwigheden getoond, zoals het systeem om de zijkant van keukenbladen automatisch te polijsten of de allerlaatste aanwinst, een systeem voor het zagen van gesloten hoeken (enig op de markt) op het zaagpunt TC 650.

Thibaut heeft in meer dan 50 jaar heel veel kennis en professionalisme verworven, dat is duidelijk gebleken op deze opendeurdagen waar er met de klanten uitvoerig van gedachten werd gewisseld over technische oplossingen.

Journées conviviAles cHeZ tHibAut opendeurdAGen biJ tHibAut

ACTUALITE / ACTUEEL

Page 24: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

24 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

Une enquête est réalisée actuellement par la société SONECOM pour le compte du CEFOMEPI et des partenaires du secteur de la Pierre.

Cette étude a pour but d’établir un cadastre précis du secteur, offrant une vision quantifiée et détaillée de la réalité des entreprises qui le composent. Le questionnement portera sur différents points tels que : la taille de la structure, les activités pratiquées, les métiers, fonctions exercées, profil du personnel actuel, besoins en main d’œuvre, besoins en formation initiale et en formation continue, … Cette enquête est utile pour chacun d’entre nous, c’est pourquoi, nous vous demandons de lui réserver un accueil favorable.

Engagements envers les entreprises

La participation à l’enquête repose sur une base volontaire. Les enquêteurs expliquent l’objectif général et motivent à y répondre. Le principe de l’anonymat des réponses est garanti (listing des entreprises participantes distinct du fichier de données de l’enquête). On prévoit, au terme de l’enquête, un partage des résultats à l’intention des acteurs du secteur (séance et/ou diffusion d’information).

C’est avec émotion que j’ai appris la nouvelle du décès de « Monsieur Devos », comme nous l’appelions tous....Dans le cadre de nos fonctions respectives au sein de la Fédération Royale des Maîtres-Marbriers de Belgique, j’ai souvent eu l’occasion de rencontrer et de travailler avec Patrick.Notre Secrétaire Général était attentif à la bonne marche des tâches qui lui étaient confiées. Rien ne pouvait l’ empêcher de continuer et de s’acharner au travail, de se démener, donner cent coups de téléphone, et finalement, obtenir ce qu’il souhaitait. Il n’avait de cesse de vérifier et vérifier le moindre détail, méticuleux à l’extrême, ce qui faisait sourire certains ou parfois même en agaçait d’autres...Ses multiples connaissances nous ont ouvert bien des portes et sa curiosité infatigable de tout connaître et de tout comprendre, son courage ne s’était pas effacée au fil des années. Il avait aussi l’allure, la culture, les manières et la galanterie des grands Seigneurs des temps anciens... Lors de nos assemblées générales, grands rassemblements qu’il avait minutieusement préparé, il veillait à ce que tout se passe comme prévu, avait un mot aimable pour chacun et chacune et ...prenait des notes pour ne rien oublier d’utile, quitte à se passer de repas !!!Depuis l’union des fédérations-sœurs des maîtres-marbriers et des tailleurs de pierre, nos routes s’étaient séparées et les circonstances de la vie on fait que je ne l’ai plus croisé depuis deux ans, mais je garderai de lui, l’image d’un «grand» homme, la taille voûtée par les années, très attaché à la défense des intérêts de la Fédération des maîtres-marbriers, à ses cours au Venezuela, aux idées qui lui tenaient à cœur....

Je présente à sa famille, dont il était si fier, mes plus sincères condoléances et toute ma sympathie.

Henri Vanderlinden,

Vice président de la Fédération nationale des entrepreneurs de la pierre naturelle.

Ce 23 décembre 2009

Momenteel wordt door de Maatschappij SONECOM een enquête uitgevoerd in opdracht van het CEFOMPEI en de partners uit de natuursteensector.

Deze studie heeft tot doel een beschrijving van de sector op te maken die een meetbaar en gedetailleerd beeld ophangt van de toestand van de bedrijven uit die sector. De ondervraging heeft betrekking op meerdere punten zoals: grootte van de structuur, uitgevoerde praktijken, beroepen, uitgeoefende functies, profiel van het huidig personeel, nood aan arbeidskrachten, nood aan basisopleiding en voortgezette opleiding, …. Vermits deze enquête nuttig is voor ieder van ons, vragen wij u er een goed gevolg te willen aan geven.

Verbintenissen tegenover de bedrijven

De deelname aan het onderzoek gebeurt op vrijwillige basis. De ondervragers leggen de algemene doelstelling uit en motiveren tot het geven van antwoorden. Het anonimiteitprincipe is gewaarborgd (lijst van deelnemende bedrijven wordt apart gehouden van de map met enquêtegegevens). Na uitvoering van de enquête zullen de actoren uit de sector gebruik kunnen maken van de resultaten (zitting en/of informatieverspreiding).

Met ontroering nam ik kennis van het overlijdensbericht van « Mijnheer Devos », zoals wij hem allemaal noemden. In het kader van onze respectieve functies binnen de Koninklijke Bond der Meester - Marmerbewerkers van België heb ik Patrick vaak ontmoet en er mee samengewerkt.Onze Secretaris - Generaal was erg bekommerd om het goede verloop van de taken die hem werden toevertrouwd. Niets kon hem beletten om zich vast te bijten in zijn werk, zich uit te sloven, honderd telefoontjes te plegen om uiteindelijk te bereiken wat hij wou. Altijd was hij bezig met controleren en controleren van het minste detail, bijna te precies, wat sommige mensen nogal grappig vonden en anderen soms irriteerde.. Met zijn gevarieerde kennis heeft hij veel deuren voor ons geopend en zijn onvermoeibare drang om alles te weten te komen en te begrijpen, zijn moed is nooit afgezwakt in al die jaren. Hij bezat de stijl, de cultuur, de manieren en de hoffelijkheid van de grote seigneurs uit vroegere tijden…Tijdens onze algemene vergaderingen, telkens een grote bijeenkomst, die hij met veel zorg voorbereidde, zag hij er op toe dat alles naar wens verliep. Hij had ook altijd een vriendelijk woord voor iedereen.Onze wegen liepen echter uiteen toen de zusterfederaties van meester - marmerbewerkers en meester-steenhouwers zich verenigden en onze levensomstandigheden hebben gemaakt dat ik hem sinds twee jaar niet meer heb gezien, maar hij zal altijd in mijn herinnering blijven als een “groot” man, met een postuur ietwat gebogen door de jaren, zeer gehecht aan de verdediging van de belangen van zijn Federatie van meester - marmerbewerkers, aan zijn cursussen in Venezuela, aan de ideeën die hem nauw aan het hart lagen….

Ik bied aan zijn familie, waar hij zo fier op was, mijn oprechte gevoelens van medeleven en sympathie aan.

Henri Vanderlinden,

Ondervoorzitter van de Belgische Federatie van Aannemers van Natuursteenbewerking.

23 december 2009

enquÊte enquete

HommAGe À monsieur devossecrétAire GénérAl de lA fédérAtion royAle des mAîtres-mArbriers de belGique

Hulde AAn pAtrick devossecretAris - GenerAAl vAn de koninkliJke bond der meester - mArmerbewerkers vAn belGië

ACTUALITE / ACTUEEL

Page 25: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 25

Cet hiver a été long, et ce n’est pas le soleil de ce jour qui va nous le faire oublier... Il fait (très) frisquet ce samedi 6 mars, pour l’assemblée générale de notre Fédération.Elle a lieu cette année dans le cadre prestigieux de « La Rose Blanche », Grand Place de Bruxelles où nous sommes accueillis avec du café et des croissants. La vue sur « la plus belle place du monde » est un régal pour les yeux.La réunion commence, sous la présidence de Robert de Battice, et les membres présents écoutent attentivement les points à l’ordre du jour et font leurs commentaires avec beaucoup d’à propos. Elle est suivie d’une partie, tout aussi sérieuse et instructive, mais néanmoins plus récréative : la visite de Bruxelles, hier et demain, un guide de l’association ‘Brukselbinnenstebuiten’. Le démarrage est un peu lent, le froid est vif, piquant. Et au bout d’un quart d’heure, le gel a raison de la résistance de l’un ou l’autre, dont notre vice président, qui relève de maladie. Ils nous attendront et se reposeront à « La Rose Blanche ». Le guide ne veut pas se frotter aux tailleurs de pierre et aux marbriers en leur parlant de la pierre utilisée, des carrières d’origine... A une question posée, il flatte leur fibre professionnelle : ils en connaissent tous plus que lui, dit-il. Lui nous explique la beauté, la chronologie et l’historique des constructions de la grand’place . Il connait son parcours, est amoureux de son sujet, et au fil de la promenade nous emmène dans le fin fond du Bruxelles ancien, le relie au Bruxelles d’aujourd’hui, nous en explique l’évolution, les grands travaux qui ont modifié sa physionomie. Nous pouvons aussi observer aussi les ravages du temps...Son enthousiasme nous maintiens le coeur au

Dit jaar kwam er geen einde aan de winter en op die dag hebben we het geweten…Het is bitter koud op zaterdag 6 maart, de dag van de algemene vergadering van onze Federatie. Ze vindt plaats in het prestigieus kader van « De Witte Roos », op de Grote Markt te Brussel waar we worden onthaald met koffie en lekkere croissants. Het zicht op “het mooiste plein ter wereld” is een streling voor het oog. De vergadering wordt aangevat onder het voorzitterschap van Robert De Battice en de aanwezigen volgen de agendapunten met veel aandacht en gevatte bemerkingen. Hierna volgt een gedeelte dat even ernstig en leerrijk is maar toch een beetje ontspannend : het bezoek aan Brussel, gisteren en morgen, met een gids van BrukselBinnensteBuiten. In het begin gaat het een beetje traag, de kou snijdt door merg en been. En na een kwartier wint de vorstkou het van de weerstand van enkelen onder ons, waaronder onze ondervoorzitter die nog herstelt van een ziekte. Ze zullen wat uitrusten in “De Witte Roos” en ons daar opwachten.De gids durft het niet aan om van de gebruikte steen en hun oorsprong te spreken in het bijzijn van steenhouwers en marmerbewerkers. Als iemand een vraag stelt, streelt hij hun beroepsego met de bemerking: jullie kennen er meer van dan ik! Hij geeft ons wel alle uitleg over de schoonheid, chronologie en historiek van de gebouwen op de Grote Markt. Hij kent zijn parcours, spreekt met veel liefde over zijn thema, en al wandelend leidt hij ons naar het hartje van het Oude Brussel, en legt de link met het Brussel van nu, vertelt ons over de

Assemblée GénérAle du 6 mArs 2010AlGemene verGAderinG vAn 6 mAArt 2010

ACTUALITE / ACTUEEL

Page 26: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

26 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

AgEndA chaud. Il est intarissable sur l’origine des noms des rues (même les noms des rues nous rappellent, s’il le faut, qu’il fait froid). Sur les différences sociales si marquées à des périodes pas si lointaines. Nous apprenons aussi que la route de Compostelle passait par Bruxelles, et nous en voyons des signes du coté de l’église Notre-Dames-du Bon Secour. Nous le suivons dans les dédales des ruelles, de plus en plus « touristiques » du quartier de la rue des bouchers. Nous étions aussi passés par l’incontournable Manneken Pis, et en hommage à la manifestation de la femme, dont nous avons croisé le début du côté de la Bourse, nous passerons devant Jeanneken Pis. Les contrastes sociaux sont également mis en évidence dans la visite des galeries de la Reine et de la galeries Agora.Au bout de deux heures, riches en informations culturelles, architecturales, sociales de la vie dans Bruxelles, nous rejoignons ceux et celles qui n’avaient pu se joindre à la visite. Nous étions frigorifiés, et il nous a fallu longtemps avant de dégourdir nos corps... Mais le délicieux repas et l’ambiance chaleureuse des convives nous ont réchauffé le corps : un repas très « Belgique » : salade liégeoise, waterzooi gantois et mousse aux spéculoos, merveille de légèreté.... De la vraie cuisine de terroir.Et c’est sur l’image d’un mariage multiculturel et multicolore à l’hôtel de ville de Bruxelles que nous nous sommes séparés après cette bonne journée.

Brigitte Gallez, le 6 mars 2010

evolutie, de grote werken die er een ander uitzicht aan hebben gegeven. Hij wijst ons ook op de gebreken ontstaan door de tijd… Zijn enthousiasme is hartverwarmend. Hij raakt niet uitgepraat over het ontstaan van de straatnamen (eigenlijk doen zelfs de straatnamen er ons aan denken dat het koud is), en over de uitgesproken sociale verschillen in tijden die nog niet zo ver achter ons liggen. Wij vernemen dat de weg naar Compostella door Brussel liep en wij kunnen er tekenen van zien aan de zijkant van de Kerk van Goede Bijstand. We volgen hem in een doolhof van steeds meer “toeristische” straatjes in de buurt van de Beenhouwersstraat. We waren op onze weg natuurlijk Manneken Pis al tegengekomen, en om de manifestatie voor de vrouw eer aan te doen lopen we ook even langs Jeanneken Pis. Iets verder in de Konninginnegalerij en Agoragalerij worden de sociale verschillen ook duidelijk weergegeven. Na een toer van twee uur met rijke culturele, architecturale en sociale informatie over het leven in Brussel, vervoegen wij onze vrienden die het moesten opgeven. We waren verstijfd van de kou en het heeft even geduurd vooraleer we opgewarmd waren… Maar een heerlijke maaltijd en de gezellige sfeer tussen de deelnemers hebben daar veel toe bijbedragen: een zeer “Belgisch” menu: salade Liégeoise, Gentse waterzooi en speculaasgebak, ontzettend licht… Een echte keuken van de streek.En het was op het plaatje van een multicultureel veelkleurig huwelijk op het Brussels Stadhuis dat wij van elkaar afscheid namen na deze mooie dag.

Brigitte Gallez, 6 maart 2010

Page 27: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

2010-1/4 - pierre & marbre - steen & marmer 27

Page 28: Vlekvorming door oxidatie op gevels uit graniet Vrij ... - 1 - 2.pdf · STONA 2010 GRANITES AND STONE FAIR ACTUALITE / ACTUEEL OMBUDSMAN OMBUDSMAN ACTUALITE / ACTUEEL Journées conviviales

28 pierre & marbre - steen & marmer - 2010-1/4

30 2010 INTERNATIONAL FAIR MARBLE TECHNOLOGIES DESIGN

Business on the Move

ORGANIZZATO DA/ORGANIZED BY:

SPONSOR UNICO BANCARIO

di Carrara S.p.A.

Cassadi Risparmio

GRUPPO BANCA CARIGE

SOLE SPONSORING BANK

INTERNAZIONALEMARMI E MACCHINE CARRARA SpA

PROMOSSO DA/PROMOTED BY:

Viale Galileo Galilei, 133 54033 Marina di Carrara (MS) Italy

Tel +39 0585 787963 Fax+39 0585 787602

CarraraFiere Srl

e-mail: [email protected] www.carraramarmotec.com

thet

is -

des

ign:

nic

ola

ped

rini

Maggio_May, 19/222

CARRARAMARMOTEC

2010Carrara, Italy

PROM OZ ION E

ISTITUTO NAZIONALE PER IL COMMERCIO ESTEROITALIAN INSTITUTE FOR FOREIGN TRADE

CON IL PATROCINIO DI/SUPPORTED BY: