Verleg focus naar levensduurdenken

1
13 OPINIE Woensdag 7 september 2011 Cobouw 158 DUURZAAMHEID ENERGIE VEILIGHEID Haal meer uit water Toch ben ik bang dat we te veel op onze lauweren hebben gerust. We hebben veel debatten gevoerd over normen (“hoe hoog moet een dijk zijn?”) en of de zee nu wel of niet gaat stijgen. Ons land moet veilig zijn, dat staat als een paal boven water. Schoon en genoeg water: ook essentieel. Maar vergeten wordt dat water ons economisch ontzettend veel kan opleveren. Dan heb ik het vooral over export. Door waterbouwers, waterbedrijven, aannemers en ingenieursbureaus. En daar begint de schoen te knellen. Want we zijn bekend door ons innovatieve verleden, maar dat zijn de Grieken ook en ik hoef u niet te vertellen waar die nu staan. Het heden baart zorgen. Bezuini- gingen zijn nodig, maar deze kunnen prima samen gaan met investeringen. Landen om ons heen investeren juist in deze tijd in innovatie en kennis. Nederland blijft daarin achter. Willen we bekend blijven om onze innova- tieve watersector, dan moeten we nu snel stappen ondernemen. Niet wachten op een volledig door- wrocht deltaplan, maar nu al haalbare, innovatieve waterprojec- ten doorvoeren. Goede Nederland- se projecten zorgen voor een sterk imago en dragen bij aan onze export. Kwartiermaker Jan Bout is druk bezig in de Topsector Water en er zijn verschillende business cases op papier gezet. NLingenieurs zal zich hard maken dat het niet bij papier blijft maar er daadwerkelijk internationale projecten gestart en afgemaakt worden. Conclusie: er kan veel meer uit water gehaald worden dan nu wordt gedaan. Dat is ook mijn boodschap tijdens het Waterdebat op 13 september: de politiek moet de voorzet geven, het bedrijfsleven kan dan inkoppen. Ed Nijpels Voorzitter NLingenieurs Nederland wordt gezien als toonaangevend waterland. Wij worden wereldwijd beschouwd als innovatief land. Dit komt mede door onze jarenlange strijd tegen het water en ingenieuze, vernuftige en vaak grootse oplossingen voor problemen met veiligheid en zuivering. Het kabinet erkent dit door ‘Water’ als een van de topsectoren te benoemen. Verleg focus naar levensduurdenken Vasthouden aan groeiden- ken in een niet verder groei- ende markt kan niet meer. Een ontwikkeling naar langetermijndenken en een benadering waarin de ge- bruiker centraal wordt gesteld is de oplossing. Nederland ligt er prachtig bij. De Nederlandse infrastructuur en bebouwde leefomgeving behoren tot de beste van de wereld. Inmid- dels is circa 15 procent van het Nederlandse grondoppervlak bebouwd. Doordat de afgelopen decennia de vastgoedmarkt werd gekenmerkt door een explosieve groei van de vraag, was niet de afnemer, maar de aanbieder koning. Deze aanbodgestuurde aanpak heeft ons gebracht tot waar we nu zijn: er is veel moois ontwikkeld en gebouwd. Maar nu staat 14 procent van alle kantoren leeg, zit de woningmarkt verstopt en is de omzet van de top 10 van de Neder- landse bouwondernemingen met een derde afgenomen ten opzichte van 2008. Onvoorspelbaar Het roer moet om. Vergrijzing, economische crisis, schaarste van grondstoffen en klimaatverande- ring vragen om een andere aanpak. Er werken nieuwe mechanismen in een systeem dat niet meer gesloten en voorspelbaar is, maar open en hoogst onvoorspelbaar. Het traditionele marktmodel past daar niet bij. Opdrachtgevers hebben nu minder geld te besteden en kijken veelal alleen naar de laagste prijs, opdrachtnemers concurreren sterk op prijs. Er is onvoldoende aandacht voor toegevoegde en maatschappe- lijke waarde; investeerders en beleggers zitten met leegstand en af te boeken vastgoedwaarde; finan- ciers worden meer en meer risico- mijdend en bouwers maken te veel faalkosten en kennen een noodge- dwongen focus op de korte termijn. Als wordt vastgehouden aan groeidenken in een niet verder groeiende markt, dan leidt dit tot een veldslag. De eindgebruiker krijgt uiteindelijk geen waarde geleverd, maar betaalt daarvoor wel de meerprijs. De oplossing is gelegen in een ontwikkeling naar langetermijndenken en een benadering waarin de gebruiker en haar gebruikerswaarde centraal worden gesteld. De betrokkenheid van de ontwikkel- en bouwsector als leverancier van oplossingen kan niet stoppen bij de oplevering van werken. De sector moet zich bewust worden van de gebruikerswaarde die het creëert. De gebruikersbe- hoefte en de wijze waarop hieraan tegemoet wordt gekomen moet centraal komen te staan. De behoefte is niet het gebouw, maar de functie die het vervult in de dynamiek van de omgeving. Ook de rol van financiers vraagt om heroriëntatie. Dit alles leidt onvermijdelijk tot een bezinning op een lange termijn strategie en daarmee ook op duurzaamheid, in de breedste zin van het woord. Levenscyclus De marktverhoudingen verschuiven van aanbodgestuurd naar vraagge- stuurd. Daarnaast zal de focus op levensduurdoen de (maatschappe- lijke) waardeontwikkeling positief stimuleren. Al deze ontwikkelingen verleggen de focus van de opleve- ring naar de levenscyclus van een voorziening. Waardecreatie op de lange termijn voor de gebruiker wordt daarmee veiliggesteld. Traditionele objectfinanciering maakt plaats voor businessmodel- len gebaseerd op exploitatiekosten in relatie tot de levensduur. Het businessmodel gebaseerd op traditioneel marktdenken moet op de schop. Vernieuwing is noodzake- lijk. Andere financieringsconstruc- ties, focus op de klant, lange termijn denken en een focus op kwaliteit zijn een logisch gevolg. Wij nodigen de sector uit levensduurdenken en doen aan te grijpen. Siebolt Bennema,Tom Haagmans, Basten Kolthof, Menno Lammers en Pieter van der Zwet Auteurs zijn respectievelijk eigenaar Bennema vastgoed, eigenaar Vaessen algemeen bouwbedrijf, procesmanagers Vernieuwing Bouw en segmentleider Building & Construction bij KPMG 22 september organiseert Vernieu- wing Bouw de bijeenkomst ‘Levens- duurdenken en doen, wie durft?’ Het roer moet om, crisis vraagt om een andere aanpak COLUMN / KLAVER Reageer op deze colunmn via mail, twitter of www.cobouw.nl/#cobouw CARTOON / TOM Uitslag poll : Bestaat de hypotheekrenteaftrek over 20 jaar nog? ja: 30 % nee: 65 % geen mening: 5% REAGEER OP COBOUW Martin Hoogelander, coördinator opinie Cobouw, stelt uw reacties zeer op prijs. U kunt e-mailen: [email protected] of bellen: 070-3780274. Ook via twitter en op www.cobouw.nl/#Cobouw kunt u reageren. Columns en artikelen op deze pagina moeten gelezen worden als de mening van de auteur zelf. Alleen commentaren geven de opvatting van de krant weer. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te weigeren dan wel te redigeren of in te korten en via internet of op andere wijze openbaar te maken. Z o vlak na de vakantie krijgen de Nederlandse wegen weer last van opstartproblemen, en ook de bijbehorende discussiecyclus in de Tweede Kamer komt op gang. Files, kilometerheffingen, verkeersveiligheid. Deze keer is specifiek het inhaalverbod voor vrachtwagens aan de beurt. Een inhaalverbod leidt volgens Charlie ‘Lease-electoraat’ Aptroot van de VVD tot een betere doorstroming, en daarbo- venop een betere verkeersveiligheid. Een goed in de mond liggende maatregel, die tot felle reacties leidt (zowel positief als negatief). De weblog van Koos ‘De verkeershandhaver’ Spee valt me daarbij het meest op. Hij schrijft dat dhr. Aptroot de plank volledig misslaat en is van mening dat een inhaalverbod niets te maken heeft met verkeers- veiligheid. De doorjakkeren- de, niet-anticiperende personenautomobilist (de VVD-stemmer) is degene die de schuld krijgt. Jammer vind ik het dat in deze politieke steek- spelletjes de feitelijke discussie wordt vermeden. Stellingen worden geheel populistisch onderbouwd met de frustratie van een gemiddelde automobilist of vingerwijzen naar het electoraat van de tegenstan- der. Een probleemwolk met zoveel verschillende omstandigheden, biedt aan iedere woordmusketier de mogelijkheid zijn eigen punt te onderstrepen, zonder op zoek te zijn naar een gezamenlijke oplossing. In mijn optiek draait het allemaal om homogeniteit. De discussie in kwestie kan gevoerd worden omdat we in Nederland voor iedereen een eigen regeltje lijken te hebben. Caravans die niet harder mogen dan 80 en kunnen dan 70, een stukje met 130 doorknallen op de A2, dan weer 80 op de A10. Om nog maar niet te spreken over de stukjes Belgische infrastructuur in Nederland waar je opeens maar 90 mag. Alleen als we echt niets anders meer kunnen verzinnen, mag je 120. Om in zo’n context alle snelweggebruikers te stimule- ren op eenzelfde manier te rijden is een behoorlijke uitdaging, zeker als je de ‘ander’ de schuldige vindt. Dat de ideeën van Spee en Aptroot elkaar versterken en aanvullen wordt niet gesignaleerd. Nederland is zo druk bezig met de verschillen onderstrepen tussen doelgroe- pen, dat synergie niet eens wordt gezien, al ram je er met een kop- staart botsing tegenaan Bas Klaver Kritieke Waarde Opstartprobleempjes

description

Vasthouden aan groeidenken in een niet verder groeiende markt kan niet meer. Een ontwikkeling naar langetermijndenken en een benadering waarin de gebruiker centraal wordt gesteld is de oplossing.

Transcript of Verleg focus naar levensduurdenken

13OP IN I EWoensdag 7 september 2011 Cobouw 158

DUURZAAMHEID ENERGIE VEILIGHEID Haal meer uit water

Toch ben ik bang dat we te veel op onze lauweren hebben gerust. We hebben veel debatten gevoerd over normen (“hoe hoog moet een dijk zijn?”) en of de zee nu wel of niet gaat stijgen. Ons land moet veilig zijn, dat staat als een paal boven water. Schoon en genoeg water: ook essentieel. Maar vergeten wordt dat water ons economisch ontzettend veel kan opleveren. Dan heb ik het vooral over export. Door waterbouwers, waterbedrijven, aannemers en ingenieursbureaus. En daar begint de schoen te knellen. Want we zijn bekend door ons innovatieve verleden, maar dat zijn de Grieken ook en ik hoef u niet te vertellen waar die nu staan. Het heden baart zorgen. Bezuini-gingen zijn nodig, maar deze kunnen prima samen gaan met investeringen. Landen om ons heen investeren juist in deze tijd in innovatie en kennis. Nederland blijft daarin achter. Willen we bekend blijven om onze innova-

tieve watersector, dan moeten we nu snel stappen ondernemen. Niet wachten op een volledig door-wrocht deltaplan, maar nu al haalbare, innovatieve waterprojec-ten doorvoeren. Goede Nederland-se projecten zorgen voor een sterk imago en dragen bij aan onze export. Kwartiermaker Jan Bout is druk bezig in de Topsector Water en er zijn verschillende business cases op papier gezet. NLingenieurs zal zich hard maken dat het niet bij papier blijft maar er daadwerkelijk internationale projecten gestart en afgemaakt worden.Conclusie: er kan veel meer uit water gehaald worden dan nu wordt gedaan. Dat is ook mijn boodschap tijdens het Waterdebat op 13 september: de politiek moet de voorzet geven, het bedrijfsleven kan dan inkoppen.

Ed NijpelsVoorzitter NLingenieurs

Nederland wordt gezien als toonaangevend waterland. Wij worden wereldwijd beschouwd als innovatief land. Dit komt mede door onze jarenlange strijd tegen

het water en ingenieuze, vernuftige en vaak grootse oplossingen voor problemen met veiligheid en zuivering. Het kabinet erkent dit door ‘Water’ als een van de

topsectoren te benoemen.

Verleg focus naar levensduurdenkenVasthouden aan groeiden-ken in een niet verder groei-ende markt kan niet meer. Een ontwikkeling naar langetermijndenken en een benadering waarin de ge-bruiker centraal wordt gesteld is de oplossing.

Nederland ligt er prachtig bij. De Nederlandse infrastructuur en bebouwde leefomgeving behoren tot de beste van de wereld. Inmid-dels is circa 15 procent van het Nederlandse grondoppervlak bebouwd. Doordat de afgelopen decennia de vastgoedmarkt werd gekenmerkt door een explosieve groei van de vraag, was niet de afnemer, maar de aanbieder koning. Deze aanbodgestuurde aanpak heeft ons gebracht tot waar we nu zijn: er is veel moois ontwikkeld en gebouwd. Maar nu staat 14 procent van alle kantoren leeg, zit de woningmarkt verstopt en is de omzet van de top 10 van de Neder-landse bouwondernemingen met een derde afgenomen ten opzichte van 2008.

OnvoorspelbaarHet roer moet om. Vergrijzing, economische crisis, schaarste van grondstoffen en klimaatverande-ring vragen om een andere aanpak. Er werken nieuwe mechanismen in een systeem dat niet meer gesloten en voorspelbaar is, maar open en hoogst onvoorspelbaar. Het traditionele marktmodel past daar niet bij. Opdrachtgevers hebben nu minder geld te besteden en kijken

veelal alleen naar de laagste prijs, opdrachtnemers concurreren sterk op prijs. Er is onvoldoende aandacht voor toegevoegde en maatschappe-lijke waarde; investeerders en beleggers zitten met leegstand en af te boeken vastgoedwaarde; finan-ciers worden meer en meer risico-mijdend en bouwers maken te veel faalkosten en kennen een noodge-dwongen focus op de korte termijn. Als wordt vastgehouden aan groeidenken in een niet verder groeiende markt, dan leidt dit tot

een veldslag. De eindgebruiker krijgt uiteindelijk geen waarde geleverd, maar betaalt daarvoor wel de meerprijs. De oplossing is gelegen in een ontwikkeling naar langetermijndenken en een benadering waarin de gebruiker en haar gebruikerswaarde centraal worden gesteld. De betrokkenheid van de ontwikkel- en bouwsector als leverancier van oplossingen kan niet stoppen bij de oplevering van werken. De sector moet zich bewust worden van de gebruikerswaarde die het creëert. De gebruikersbe-hoefte en de wijze waarop hieraan tegemoet wordt gekomen moet centraal komen te staan. De behoefte is niet het gebouw, maar de functie die het vervult in de dynamiek van de omgeving. Ook de rol van financiers vraagt om

heroriëntatie. Dit alles leidt onvermijdelijk tot een bezinning op een lange termijn strategie en daarmee ook op duurzaamheid, in de breedste zin van het woord.

LevenscyclusDe marktverhoudingen verschuiven van aanbodgestuurd naar vraagge-stuurd. Daarnaast zal de focus op levensduurdoen de (maatschappe-lijke) waardeontwikkeling positief stimuleren. Al deze ontwikkelingen verleggen de focus van de opleve-ring naar de levenscyclus van een voorziening. Waardecreatie op de lange termijn voor de gebruiker wordt daarmee veiliggesteld. Traditionele objectfinanciering maakt plaats voor businessmodel-len gebaseerd op exploitatiekosten in relatie tot de levensduur. Het businessmodel gebaseerd op traditioneel marktdenken moet op de schop. Vernieuwing is noodzake-lijk. Andere financieringsconstruc-ties, focus op de klant, lange termijn denken en een focus op kwaliteit zijn een logisch gevolg. Wij nodigen de sector uit levensduurdenken en doen aan te grijpen.

Siebolt Bennema,Tom Haagmans, Basten Kolthof, Menno Lammers en Pieter van der ZwetAuteurs zijn respectievelijk eigenaar Bennema vastgoed, eigenaar Vaessen algemeen bouwbedrijf, procesmanagers Vernieuwing Bouw en segmentleider Building & Construction bij KPMG

22 september organiseert Vernieu-wing Bouw de bijeenkomst ‘Levens-duurdenken en doen, wie durft?’

Het roer moet om, crisis vraagt om een

andere aanpak

COLUMN / KLAVER

Reageer op deze colunmn via mail, twitter of www.cobouw.nl/#cobouw

CARTOON / TOM

Uitslag poll : Bestaat de hypotheekrenteaftrek over 20 jaar nog?

ja: 30 %nee: 65 %

geen mening: 5%

REAGEER OP COBOUWMartin Hoogelander, coördinator opinie Cobouw, stelt uw reacties zeer op prijs. U kunt e-mailen: [email protected] of bellen: 070-3780274. Ook via twitter en op www.cobouw.nl/#Cobouw kunt u reageren. Columns en artikelen op deze pagina moeten gelezen worden als de mening van de auteur zelf. Alleen commentaren geven de opvatting van de krant weer. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te weigeren dan wel te redigeren of in te korten en via internet of op andere wijze openbaar te maken.

Z o vlak na de vakantie krijgen de Nederlandse wegen weer last van

opstartproblemen, en ook de bijbehorende discussiecyclus in de Tweede Kamer komt op gang. Files, kilometerheffingen, verkeersveiligheid. Deze keer is specifiek het inhaalverbod voor vrachtwagens aan de beurt. Een inhaalverbod leidt volgens Charlie ‘Lease-electoraat’ Aptroot van de VVD tot een betere doorstroming, en daarbo-venop een betere verkeersveiligheid. Een goed in de mond liggende maatregel, die tot felle reacties leidt (zowel positief als negatief). De weblog van Koos ‘De verkeershandhaver’ Spee valt me daarbij het meest op. Hij schrijft dat dhr. Aptroot de plank volledig misslaat en is van mening dat een inhaalverbod niets te maken heeft met verkeers-veiligheid. De doorjakkeren-de, niet-anticiperende personenautomobilist (de VVD-stemmer) is degene die de schuld krijgt. Jammer vind ik het dat in deze politieke steek-spelletjes de feitelijke discussie wordt vermeden. Stellingen worden geheel populistisch onderbouwd met de frustratie van een gemiddelde automobilist of vingerwijzen naar

het electoraat van de tegenstan-der. Een probleemwolk met zoveel verschillende omstandigheden, biedt aan iedere woordmusketier de mogelijkheid zijn eigen punt te onderstrepen, zonder op zoek te zijn naar een gezamenlijke oplossing. In mijn optiek draait het allemaal om homogeniteit. De

discussie in kwestie kan gevoerd worden omdat we in Nederland voor iedereen een eigen regeltje

lijken te hebben. Caravans die niet harder mogen dan 80 en kunnen dan 70, een stukje met 130 doorknallen op de A2, dan weer 80 op de A10. Om nog maar niet te spreken over de stukjes

Belgische infrastructuur in Nederland waar je opeens maar 90 mag. Alleen als we echt niets anders meer kunnen verzinnen, mag je

120. Om in zo’n context alle snelweggebruikers te stimule-ren op eenzelfde manier te rijden is een behoorlijke uitdaging, zeker als je de ‘ander’ de schuldige vindt. Dat de ideeën van Spee en Aptroot elkaar versterken en aanvullen wordt niet gesignaleerd. Nederland is zo

druk bezig met de verschillen onderstrepen tussen doelgroe-

pen, dat synergie niet eens wordt gezien, al ram je er met een kop-staart botsing tegenaan

Bas Klaver Kritieke Waarde

Opstartprobleempjes