Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de...

28
Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen Titel Traditionele hulpverlening bij de hindoes Auteur drs. Raj Gainda Editie 2e herz. druk Uitgave Rotterdam : Hindi Instituut Nederland, 1996 Overige gegevens 41 p. ; ill. Annotatie 1e dr.: 1987. - Met lit. opg. ISBN/ISSN/ISMN 9072282019 Trefwoord(en) Hindoestanen, hulpverlening, Nederland, SISO 328.7

Transcript of Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de...

Page 1: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen

Titel Traditionele hulpverlening bij de hindoes

Auteur drs. Raj Gainda

Editie 2e herz. druk

Uitgave Rotterdam : Hindi Instituut Nederland, 1996

Overige gegevens 41 p. ; ill.

Annotatie 1e dr.: 1987. - Met lit. opg.

ISBN/ISSN/ISMN 9072282019

Trefwoord(en) Hindoestanen, hulpverlening, Nederland,

SISO 328.7

Page 2: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

Inleiding

Dit artikel gaat over de hulpverlening aan de Hindoestanen in Nederland door de

Hindoestanen zelf met min of meer traditionele, typische, cultuurgebonden

hulpverleningsmethoden en -technieken.

Door beschrijving van deze hulpverlening(-smethoden) probeer ik een eerste aanzet te geven

tot verder onderzoek dat kan leiden tot verbetering ervan en mogelijke integratie in de

Nederlandse situatie. Een ander doel is aan niet-ingewijde hulpverleners informatie te

verstrekken over de hulpverlening aan of door de Hindoestanen zodat zij meer en beter kun-

nen doorverwijzen naar hulpverleners die hun traditionele of typische methoden toepassen.

Ik richt mij in dit artikel in het bijzonder tot de niet-ingewijde hulpverleners die te maken

krijgen met Hindoestanen omdat ik weet dat tijdens de opleiding van deze hulpverleners niet

of nauwelijks aandacht besteed wordt aan de hulpverlening door en hulpverleningsmethoden

van de verschillende etnisch-culturele bevolkingsgroepen in Nederland in het algemeen en de

Hindoestanen in het bijzonder. Veel van deze werkers weten niet eens dat er tientallen van

zulke (traditionele) methoden bestaan. Vandaar dat ik een beroep wil doen op hulpverleners

zoals huisartsen, psychiaters, psychotherapeuten, maatschappelijk werkers, sociale

dienstverleners, pastorale werkers en anderen dat zij de Hindoestaanse

hulpverlening(-smethoden) als volwaardige hulpverlening(-smethoden) leren kennen en

waarderen. Dit kennen en waarderen zou tevens moeten leiden tot op zijn minst een goede

doorverwijzing en het nemen van consult.

In paragraaf 1 worden enkele veel voorkomende begrippen omschreven en wordt er summier

ingegaan op de hulpverlening aan de Hindoestanen in Nederland.

In paragraaf 2 worden de typische hulpverlening(-smethoden) en de daarmee samenhangende

eigenaardigheden van de Surinaamse Hindoestanen in Nederland beschreven. Tevens wordt er

ingegaan op enkele problemen die met deze methoden, technieken en strategieën verholpen

kunnen worden.

Paragraaf 3 gaat over het hulpverleningssysteem in Nederland en de knelpunten en

mogelijkheden voor consultatie en doorverwijzing van Hindoestaanse cliënten daarbinnen.

Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen algemeen en

categoriaal welzijnswerk t.b.v. de Hindoestanen onder de loep neemt.

Paragraaf 5 bevat een samenvatting, trekt enkele conclusies en doet wat aanbevelingen.

Page 3: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

1 Introductie In deze paragraaf worden enkele begrippen omschreven en mijn betrokkenheid

bij de Hindoestaanse hulpverlening uit de doeken gedaan. Verder wordt er

ingegaan op de situatie en de rol van deze hulpverlening binnen de

Nederlandse maatschappij en wordt mijn motivatie om over dit onderwerp een

artikel te schrijven beargumenteerd.

De Surinaamse Hindoestanen zijn afstammelingen van Brits-Indische emigranten. Hun

cultuur heeft als basis de Indiase cultuur van de provincies Bihar en Uttar Pradesh en hun

godsdienst is een vorm van het Hindoeïsme.

Voor het begrip Hindostaan geldt de bovenstaande omschrijving, doch de godsdienst is dan

niet relevant.

Bij de term Hindoe domineert de godsdienst. Zo kunnen ook Hollanders Hindoes zijn.

Daarom wordt soms ook de term Hindoestaans gebruikt. Hiermee bedoel ik dan Hindoes met

als moederland Suriname.

Evenals ieder ander volk hebben ook de Hindoestanen in de loop der jaren methoden

ontwikkeld om mensen, die op de een of andere wijze ontevreden waren met hun bestaande

situaties en streefden naar betere situaties, deskundig te kunnen helpen. Deze methoden

hebben betrekking op zowel materiële en immateriële als op lichamelijke en geestelijke

aspecten van welvaart en welzijn.

Met hun komst naar Nederland hebben de Hindoes vanzelfsprekend ook hun

hulpverleningsmethoden meegenomen. Net zoals zij en hun voorouders indertijd deze

methoden van Brits-Indië meegenomen hadden naar Suriname. Het Nederlandse systeem van

lichamelijke en geestelijke gezondheidszorg erkent deze methoden nog steeds niet voldoende

en houdt er te weinig rekening mee. Dit zorgt ervoor dat deze methoden buiten het officiële

hulpverleningscircuit blijven. Dit vind ik betreurenswaardig omdat:

- er officieel en opzettelijk verhinderd wordt dat een bevolkingsgroep de hulp krijgt die

zij zelf wil, die bij haar past en die soms adequater is dan vreemde methoden;

- culturele verworvenheden van een achtergestelde groep niet gewaardeerd wordt. Dit

leidt tot frustraties bij de groep, belemmert de inburgering van deze groep en staat haar

welvaart en welzijn in de weg. De achterstelling zorgt ervoor dat een bevolkingsgroep

haar achterstand niet voldoende kan wegwerken. Erger nog, de achterstand wordt door

de achterstelling nog groter gemaakt.

Hindoes die een opleiding tot maatschappelijk werker volgen, worden slechts getraind in het

toepassen van westerse hulpverleningsmethoden. Zij krijgen geen mogelijkheid om zich te

bekwamen in de vele Hindoe hulpverleningsmethoden, -strategieën en -technieken. Dit is

volgens mij een kwalijke zaak omdat hierdoor vooral de Hindoestaanse cliënten gedupeerd

worden. Er mag mijns inziens een appèl gedaan worden op vooral de Hindoestaanse agogen

dat zij opkomen voor hun (traditionele) hulpverleningsmethoden en hulpverleningssysteem.

Door deze te bestuderen, inventariseren, beschrijven, beschouwen, verbeteren en te

propageren, kunnen zij ervoor zorgen dat deze methoden de erkenning en toepassing krijgen

die zij verdienen. Ik ben ervan overtuigd dat de Hindoestaanse methoden op hun minst even

ontwikkeld zijn als de westerse methoden en in veel opzichten en bij diverse problemen

effectiever toegepast kunnen worden op de Hindoes. Tot deze overtuiging ben ik gekomen

door jarenlang ook beroepsmatig hulp te verlenen aan Hindoestanen.

Zelf ben ik van geboorte een Hindoestaan en ben in Suriname opgegroeid tussen verschillende

etnisch-culturele bevolkingsgroepen. Zo heb ik mee mogen maken hoe geestelijken van

verschillende godsdiensten mensen van hun klachten en problemen hebben verlost. Ik heb

Page 4: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

Creoolse, Javaanse, Islamitische en Hindoestaanse hulpverleners (over het algemeen geestelij-

ken) bezig gezien en heb reeds vroeg geleerd dat deze geestelijken mensen kunnen genezen

en heb ook geleerd deze hulpverleners te respecteren en hun methoden te waarderen.

In Nederland volgde ik een puur westerse opleiding tot sociale dienstverlener en vervolgens

tot maatschappelijk werker. Op een gegeven ogenblik merkte ik dat ik wisselvallige gevoelens

en gedachten had gekregen m.b.t. de geestelijken als hulpverleners. Ik begon te twijfelen aan

hun kundigheid en de effectiviteit van hun methoden. Toen ik in mijn praktijk als

hulpverlener bij een algemene welzijnsinstelling te maken kreeg met Hindoestaanse cliënten

waarbij wij met de westerse methoden niet vlot genoeg vorderingen maakten, en soms

helemaal niet vooruit kwamen, begon ik mij af te vragen of deze cliënten misschien beter te

helpen zouden zijn met hun eigen methoden. In deze denkrichting werd ik gestimuleerd door

het boek "Geesten genezen, Ethnopsychiatrie als nieuwe richting binnen de Nederlandse

antropologie' van de Surinaamse cultureel antropoloog Wooding. Als Surinamer kende ik het

verschijnsel winti. Woodings boek overtuigde mij van de effectiviteit van de winti methode.

Tevens werd ik geïnspireerd om de hulpverleningsmethoden van de Hindoes te exploreren,

het gedrag van de Hindoes te observeren en over hen en hun problemen na te denken.

Voor mijn agogisch handelen betekende deze herwaardering en nadenken dat ik bij

Hindoestaanse cliënten zoveel mogelijk rekening houd met hun eigenaardigheden. Bij

cliënten uit andere etnisch-culturele bevolkingsgroepen pas ik slechts westerse methoden toe

omdat ik ,helaas, hun eigen methoden niet ken. Wel verwijs ik hen vaker door naar

hulpverleners van hun eigen groep. Ik hoop dat werkers van de diverse etnisch-culturele

bevolkingsgroepen over zullen gaan tot het beschrijven en toepassen van hun eigen methoden.

Dit zal zeker leiden tot een verrijking van de keuzemogelijkheden en de effectiviteit en

efficiëntie van de hulpverlening. In dit kader bezien zijn de decategorisatie van en de

bezuinigingen bij de gezondheidszorg en het welzijnswerk te betreuren. Er mag gehoopt

worden dat bij de eerstelijns (algemene) instellingen voldoende leden van diverse

etnisch-culturele bevolkingsgroepen tewerk gesteld zullen worden. Een bijdrage tot

methodiekbeschrijving en -ontwikkeling zal dan mijns inziens beter verwacht kunnen worden

uit de hoek van de categoriale tweedelijns instellingen waar we het hogere kader kunnen

vinden.

2 Hulpverlening en hulpverleningsmethoden

In deze paragraaf wordt eerst een opsomming gegeven van enkele belangrijke

kenmerken van de Hindoestaanse hulpverlening en hulpverleningsmethoden.

Daarna wordt beschreven wie de verschillende hulpverleners zijn en hoe ze

tewerk gaan. Hierbij is tegelijk de uitbezemingstechniek beschreven om de

materie duidelijk te kunnen presenteren. Vervolgens wordt ingegaan op de

bronnen waaruit de hulpverleners hun kennis vandaan halen. Ten slotte

worden verschillende hulpverleningsmethoden, -technieken en -strategieën

beschreven, waarbij meestal aangegeven wordt voor welke problemen of

probleemcategorieën ze toegepast worden.

2.1 Algemene kenmerken

1 De Hindoestaanse hulpverleningsmethoden zijn ontstaan of hebben hun vorm

gekregen in India, het land waar de Hindoes hun cultuur gevormd hebben. Het is

begrijpelijk dat deze methoden in Suriname veranderingen ondergaan hebben en in

Nederland een veranderingsproces meemaken. Ze zijn soms zeer oud en hebben een

lange ontwikkelingsgeschiedenis. Reeds in de Rigveda (2000 v. Chr. tot 500 v.Chr.)

Page 5: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

zijn strategieën en technieken beschreven die als een hulpverleningsmethode

beschouwd kunnen worden.

In de Atharvaveda komt bij voorbeeld de gedachte omtrent de zonde als oorzaak van

ziekte en leed naar voren. De godheid Agni veroorzaakte als vergelding de koorts en

Rudra veroorzaakte hevige, stekende pijnen. Om de lijders te helpen schreven de

priesters zoenoffers voor en konden ze middels bezwering van ziektedemonen en

uitspreken van helende toverspreuken (mantra's) genezing teweeg brengen. Het

hoofdmotief bij het smeekoffer is een deal die de offeraar met de goden maakt: door

iets te geven hoopt hij iets terug te krijgen. Bij problemen offert hij aan de goden en

verwacht dat de goden op hun beurt heil zullen verschaffen. Met het smeekoffer kan

ook bedongen worden dat men van onheil gespaard wordt. Ook blijkt uit de Atharva

veda dat toediening van geneeskrachtige kruiden gepaard ging met

bezweringsformules. Naast de heelmeesters met hun rationele, empirisch gefundeerde

medische praktijk treedt in de Veda's de priester op als genezer. Zijn praktijk kwam

waarschijnlijk voort uit de gedachte dat de geest en het lichaam één geheel vormen

waarbij handelingen uit het (verre) verleden in het hier en nu problemen kunnen

veroorzaken (holistische benadering). Als kenner van de goden- en de mensenwereld

was de priester dus de persoon bij uitstek die zieken kon genezen en problemen

oplossen. Surinaamse Hindoestaanse priesters genezen ook nu nog lichamelijke of

psychosomatische pijnen met bezweringsformules. Hoewel ze daarbij weinig of geen

kruiden gebruiken, raden ze de cliënten toch vaak aan sommige plantendelen uit te

proberen. Bij voorbeeld de voor heilig geziene heester tulsi (ocimum sanctum) en de

nim (azadirichta indica).

2 Ze passen binnen de Indiase leef- en denkwereld; een wereld die gekenmerkt kan

worden als een die met behoud van het eigene veel vreemde elementen uit andere

culturen overgenomen heeft. Ook de Surinaamse Hindoes behouden in multiculturele

samenlevingen hun eigen identiteit en nemen tegelijk bruikbare cultuurgoederen van

anderen over:

- gedragingen worden afgeleerd omdat ze in de nieuwe situatie funeste gevolgen

(kunnen) hebben;

- bepaald gedrag wordt behouden om vervreemding te voorkomen;

- nieuw gedrag wordt geleerd om het welzijn te vergroten.

Deze motieven gelden min of meer ook voor de hulpverlening en de

hulpverleningsmethoden.

3 Een ander typisch kenmerk van de Hindoestaanse hulpverleningsmethoden is dat er

naast een moderne, aangepaste methode ook de oudere vormen ervan zijn blijven

bestaan en dus ook toegepast worden.

4 De toepassing van deze methoden zijn traditioneel en volgens de leer meestal aan

bepaalde groepen of personen voorbehouden:

professiebescherming, specialisme vorming. Mythen en mystificatie spelen een

belangrijke rol. Moderne invloeden en opkomst van westers opgeleide

beroepshulpverleners zorgen voor de nodige meningsverschillen en deining. Hierdoor

worden de traditionele en moderne hulpverleningsmethoden, het

hulpverleningssysteem en de rol en functie van de hulpverlener af en toe ter discussie

gesteld.

5 Het geloof, de godsdienst en de religie spelen bij deze methoden een grote rol. Bij de

Page 6: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

Hindoes zijn het geloof en de religie niet te scheiden van het gewone, dagelijkse leven

en de verschillende wetenschaps- of kennisgebieden. Derhalve dient bij de

hulpverlening vaak meer gelet te worden op de beleving, waardering en interpretatie

van de cliënt dan op de feiten en omstandigheden.

6 De methoden zien het lichaam en de ziel, de mens heeft verschillende soorten

lichamen en zielen, als een micro eenheid die een deel is van de macro eenheid: God.

In de methoden gaan het aardse en het bovennatuurlijke samen; ze werken op elkaar

ook als oorzaak en gevolg naast het gegeven dat bepaalde analoge gebeurtenissen

beïnvloedbaar zijn door het wijzigen/beïnvloeden van een der gebeurtenissen. De

methoden zijn vaak holistisch van aard, waarbij niet slechts de geest en het lichaam als

een geheel gezien worden, maar in wezen gezien wordt als een functionele eenheid,

als een deel van de kosmos, een deel van God.

Cliënten willen vaak niet weten 'wat' er aan de hand is en 'hoe' het in elkaar

zit, maar 'waarom' juist hij hier en nu problemen heeft. Deze 'waaromvraag'

wordt vaak vanuit het geloof en de religie beantwoord.

7 De reïncarnatietheorie speelt een belangrijke rol en bepaalt in grote mate het mens- en

maatschappijbeeld waarop deze methoden gestoeld zijn. Ik ben van mening dat de

reïncarnatieleer de belangrijkste zuil is waarop de Hindoestaanse gemeenschap haar

wereld gebouwd heeft. Het is geen hoge uitzondering dat cliënten in een ongewenste

situatie niet gemotiveerd zijn om uit die situatie te geraken of naar een betere situatie

te streven. Ze kunnen zeggen dat hun bestaande situatie te wijten is aan "kwaad" dat

ze in het verleden of vorige levens gedaan hebben en waarvoor ze nu opdraaien. Ze

kunnen ook zeggen dat hun huidige probleemsituatie niet verdiend en niet terecht is.

Genoegdoening zal dus in de (naaste) toekomst min of meer vanzelf plaats vinden: ze

hebben geen hulpverlening nodig. Bij de individuele hulpverlening levert dit voor de

hulpverlener weinig moeilijkheden op. Maar vaak is hulpverlening aan de

Hindoestanen een familiezaak en meestal zitten niet alle direct of indirect betrokken

familieleden op een zelfde lijn. Er zijn dan verschillende, soms tegenstrijdige,

verwachtingen naar de hulpverlener toe wat tot gevolg kan hebben dat de hulpverlener

binnen afzienbare tijd met meer problemen zit dan zijn cliënten.

8 Naast curatieve methoden zijn er ook preventieve methoden en veel methoden

bevatten elementen uit beide soorten.

9 Er zijn geen echte professionele hulpverleners; in die zin dat mensen hun brood

verdienen met enkel en alleen hulp verlenen. Voor de pandit (priester) is hulpverlening

bij psychosociale problemen slechts een deel van zijn normale priesterswerk.

10 De mantra, (Sanskrit mantram; Sarnami mantar) sacrale spreuk of verbaal element van

het hulpverleningsproces, neemt een fundamentele plaats in. Indien de mantra door de

juiste persoon op de juiste plaats, de juiste tijd, de juiste wijze uitgesproken wordt en

gepaard gaat met de juiste handelingen, dan zal een voorspelbaar gevolg, de genezing,

niet uitblijven.

De juiste handelingen of rituelen hebben naast een mystificerende waarde ook een

symbolische betekenis. Bij de handelingen komen veel natuurproducten van pas. Aan

deze producten worden bepaalde eigenschappen toegekend. Deze eigenschappen,

krachten of zielen kunnen, doordat ze van de materie gescheiden worden of doordat ze

geofferd worden, heling van ziekten en oplossing van problemen tot gevolg hebben.

Page 7: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

Men bedenke dat volgens het Hindoeïsme ook de dieren, planten en dingen een ziel

hebben.

11 De goden en de bovennatuurlijke wereld kunnen een rol spelen bij de problemen die

de cliënt heeft. Cliënten zijn vaak zelf de oorzaak van hun problemen. Het is in eerste

instantie aan hen te wijten dat ze problemen hebben. Probleemoplossing bestaat dan

ook uit het teniet doen van de oorzaak en niet het bestrijden van de gevolgen.

Oorzaken van problemen kunnen ook in de vorige levens liggen. Men denke hierbij

ook aan de 'waaromvraag'.

12 Plichtverzaking wordt gezien als een belangrijke bron van ellende. Kinderen zijn bij

voorbeeld verplicht (dharma) om voor hun ouders te zorgen. Ze zijn dit aan hun

ouders schuldig. Daarnaast moeten ze kinderen verwekken, om zo de schuld van zelf

verwekt te zijn af te lossen, en voor hen te zorgen. Door voor hun kinderen te zorgen

brengen de ouders een balans in evenwicht: immers als kinderen zijn zij door hun

ouders verzorgd geweest. Dus normen, waarden, doelstellingen en verwachtingen

m.b.t. de loyaliteit spelen een centrale rol. Een rol die soms flink anders kan zijn dan

bij westerlingen of mensen met een andere cultuur.

Nietterugbetaalde schulden verstoren het kosmisch-, het persoonlijk- en het

samenlevingsevenwicht en veroorzaken problemen.

`Wat heb ik (in het verleden) verkeerd gedaan?' is een veel voorkomende vraag.

13 De en-en-mentaliteit in tegenstelling tot de of-of-mentaliteit.

Cliënten zijn meer gericht op de oplossing van hun problemen. Met welke methode en

door welke hulpverlener de oplossing bereikt wordt, spelen bij hen een ondergeschikte

rol. Een Hindoestaanse cliënt is dan vaak in therapie bij diverse hulpverleners tegelijk.

Het is geen uitzondering dat de cliënt niet vertelt dat hij door verschillende

therapeuten geholpen wordt.

Vaak is er sprake van bepaalde voorkeuren. Een Hindoe die bij voorbeeld denkt, of

van wie gedacht wordt, dat hij door een geest in bezit is genomen, gaat, zolang hij niet

genezen is, achtereenvolgens naar: zijn huispriester, een andere priester, een odjha,

een Hindostaanse Islamitische genezer, een Creoolse hulpverlener (vaak een

loekoeman). In deze rij neemt de Javaanse hulpverlener (vaak een dukun of een

pandita) een wisselende plaats in van de Islamitische hulpverlener tot na de Creoolse

hulpverlener. Soms komt het voor dat door twee of meer hulpverleners tegelijkertijd

hulp verleend wordt.

Vooral met deze en-en-mentaliteit dient bij consult of doorverwijzing rekening

gehouden te worden. Zelf pas ik vaak partiële doorverwijzing toe en kan dit ook

aanbevelen.

14 In tegenstelling tot de westerse stadscultuur zijn de Hindoestaanse geestelijke

verworvenheden in afgelegen bosgemeenschappen (aasjrams) ontwikkeld door

bejaarde wijze mannen. In hun aasjrams zorgden zij voor de opleiding van de

jongeren. Bij die opvoeding werd ervan uitgegaan dat de leraar de waarheid

onderwees. Vooral omdat hij geen eigen belang bij dit onderwijs had. Vandaar dat wij

bij de hulpverleningsmethoden slechts weten hoe een handeling verricht moet worden,

terwijl er weinig toelichting wordt gegeven waarom die handeling zo verricht dient te

worden. De methoden zijn overwegend prescriptief; dwingend voorschrijvend van

aard.

Page 8: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

15 De relatie tussen de hulpverlener en de hulpvrager wordt gekenmerkt door veel macht

en gezag bij de hulpverlener. Hij bepaalt volgens welke methode, waar en wanneer er

hulp verleend zal worden. Aan de cliënt wordt weinig tekst en uitleg gegeven. Over

het algemeen hebben de hulpvragers geen moeite met het accepteren van het gezag

van de hulpverlener. Ik denk dat de hulpverlener vaak opzettelijk mystificeert en

hierdoor tegemoet komt aan de behoefte/verwachting van de cliënt. Zo heeft de

mystificatie een functionele rol. De hulpverleningscontext heeft een sacrale sfeer.

16 De meeste methoden dienen het probleem in 1 behandeling of sessie op te lossen.

17 De droom is een belangrijke bron van informatie bij het vaststellen van de diagnose.

De bovennatuurlijke wereld gebruikt de droom van de mensen om boodschappen door

te geven. Vandaar dat de Hindoe priesters zich ook bezig houden met

droominterpretatie.

Naast de droomuitleg neemt de interpretatie van de sagun (goed voorteken) en de

awgun (slecht voorteken) een belangrijke plaats in: dit zowel bij het stellen van de

diagnose als de hulpverlening wanneer de cliënt sterk in de sagun en awgun gelooft.

Sagun is een goed voorteken en awgun is een slecht voorteken. Een sagun wordt ge-

bruikt als motivatie om een handeling te verrichten. Bij awgun gaat het meer om het

geestelijk bijstaan van de cliënt. Cliënten die sterk in de voortekens geloven, vragen

aan de hulpverlener om die voortekens te interpreteren omdat zij de klok wel hebben

horen luiden, maar niet precies weten waar de klepel hangt.

18 Er zijn ook specifieke methoden om de diagnose vast te stellen, zoals de astrologische

almanak (patra) en tantrische symbolen. Dit zijn figuren met genummerde vakjes

waarin de cliënt zonder te kijken met een vinger draait. Aan de hand van het nummer

waar zijn vinger gestopt is, wordt in een bijbehorende lijst gekeken. Middels

interpretatie van de tekst krijgt men aanwijzingen. Er zijn honderden van dit soort

methoden en tantrische figuren waarmee de diagnose van een probleem gesteld kan

worden.

19 Naast de "hoe-vraag" (oorzaak - gevolg relatie in engere zin) is de "waarom-vraag"

(oorzaak-gevolg relatieverklaring in breder verband) erg belangrijk.

Bij voorbeeld een oorzaakgevolg relatie aanrijdingbeenbreuk geeft geen antwoord op

de vraag waarom juist die persoon op dat moment door die bestuurder op die plaats

aangereden is. Het is juist deze waarom-vraag waar de traditionele hulpverlener een

antwoord op probeert te zoeken. Dit lijkt een beetje op de reïncarnatietherapie.

20 Het Hindoestaanse hulpverleningssysteem heeft in Nederland een informeel karakter.

Middels een informeel en persoonlijk netwerk van vrienden en familieleden komt een

hulpzoeker in contact met een hulpverlener. Surinaamse en Hindoestaanse categoriale

instellingen hadden een tamelijk goed functionerende subcultuur ontwikkeld

waarbinnen het mogelijk was om ook traditionele hulpverleners bij hun werk te

betrekken.

Page 9: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

2.2 De hulpverleners

De toepassing van veel Hindoestaanse hulpverleningsmethoden is voorbehouden aan bepaalde

personen of groepen. Over het algemeen zijn de hulpverleners priesters (pandits). Meestal

behoren de priesters tot de priesterklasse of brahmanen, maar uitzonderingen zijn mogelijk.

Naast de priesters vinden we de gevreesde en tegelijkertijd geëerbiedigde odjha's. Zij houden

zich vooral bezig met de magie: zowel de zwarte als de witte. Over het algemeen worden met

de technieken van zwarte magie iemand kwaad berokkend. Met de witte magie wordt voor

iemand iets goeds, begerenswaardigs bereikt. Als op iemand zwarte magie toegepast is, kan

deze magie of de gevolgen ervan door een tegen magie teniet gedaan worden. Ook de

priesters passen lichte vormen van magie, over het algemeen de witte, toe.

De guru is een persoonlijke geestelijke leider van de cliënt. Meestal is hij een brahmaanse

priester. Wie een guru heeft, wendt zich bij problemen als eerste vaak tot hem. Aan het

sterfbed tracht de erbij geroepen guru troost te bieden door het fluisteren van een mantra

(heilige spreuk) in het oor van de stervende, die deze mantra voortdurend moet herhalen

zolang hij ertoe in staat is. Voorts helpt de guru door het prevelen van gebeden en het

voorlezen uit gewijde geschriften.

De ayurwedi of kruidenkenner, homeopaat, is iemand die voor bepaalde lichamelijke

klachten specifieke kruiden kent en de bereidingstechnieken beheerst. De toediening gaat

veelal gepaard met bezweringsformules.

De daai is een deskundige vroedvrouw/baker die de zwangerschap, bevalling en nazorg

begeleidt. Zij kan bepaalde dranken of een dieet samenstellen, het lichaam masseren

enzovoort. Vaak doet ze ook het werk van de tjamaain (koppelaarster).

De koppelaarster speelde in Suriname een belangrijke rol.

Naast het koppelen is zij, tegenwoordig ook een hij, vaak in staat hulp te verlenen bij

huwelijksproblemen, verbeteren van de relatie tussen echtelieden en familieleden. Haar

strategie is vaak erop gericht de helingspotentie van de grote sociale groep, de

grootfamiliekrachten, te activeren. Een strategie die mijns inziens erop gebaseerd is dat bij

Hindoestanen niet twee mensen, maar twee families met elkaar trouwen. Twee families aan

elkaar koppelen is een moeilijk karwei, twee families van elkaar scheiden is een veel

moeilijker karwei. De naaw is de handlanger van de priester en de cliënt. Hij behoort tot een

der midden kasten (waish) en is niet alleen barbier, maar ook masseur, uitnodiger bij feesten

en contactpersoon - soms zelfs bemiddelaar- bij scheef gegroeide situaties. Vooral bij

hulpverleningsrituelen waarbij godsdienstige plechtigheden plaats vinden speelt de naaw als

dienstverlener een belangrijke rol.

Het behoren tot een bepaalde kaste speelt in Nederland volgens mij geen belangrijke rol.

Ook gewone mensen treden vaak op als hulpverlener. Bijna iedere Hindoestaan kent een of

andere hulpverleningstechniek. Met deze uitspraak bedoel ik bij voorbeeld: iemand die

omgekeerd geboren is (bij de geboorte kwamen eerst de voeten naar buiten) kan door met de

duim van zijn voet over de rugwervels te wrijven van iemand die naara heeft hem van deze

naara genezen. Bij naara is een spier of iets dergelijks in de buurt van de navel in de buik van

de cliënt verschoven. De verschijnselen hierbij zijn: diarree, lusteloosheid, geen eetlust, soms

overgeven, lichamelijke aftakeling.

Deze "gewone mensen" (soms zijn het juist bijzondere mensen, met bepaalde eigenschappen

bijv. omgekeerd geboren zijn, of op een bepaalde astrologische tijd geboren zijn) beheersen

vaak een of enkele technieken. Bekend, veel voorkomend zijn:

- iemand die een medicijn kan samenstellen en mag toedienen tegen stuip. Preventief.

- iemand die een medicijn kan bereiden en toedienen tegen slangenbeet, werkt als een

vaccinatie. Preventief.

Page 10: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

- iemand die een drankje kan bereiden tegen boze geesten. Is preventief. Vaak gaan

deze drankjes gepaard met rituele handelingen of bezweringsformules.

- iemand die een bepaalde uitbezemingstechniek (djhaare) kent. Bij voorbeeld gal of

geelzucht wordt middels een djhaare-techniek verholpen.

Djhaare of uitbezemingstechnieken worden toegepast bij psychische klachten zoals boze oog;

somatische ziekten zoals geelzucht; en psychosomatische klachten zoals lusteloosheid,

buikpijn, rugklachten enzovoort.

Bij geelzucht of galklachten doet de hulpverlener een bepaalde vloeistof in een koperen

schaal, roert met een bundeltje duba gras (panicum sanctum) in de vloeistof, prevelt soms

bepaalde mantra's en raakt met de schaal bepaalde lichaamsdelen van de cliënt aan. De

genezing vindt plaats in 1 of enkele zittingen; al naar gelang de hevigheid van de ziekte.

Bij chronische hoofdpijn neemt de hulpverlener enkele djhaaru's (gedroogde bijnerven van de

bladeren van de kokospalm; vandaar de naam djhaare), meet ze met zijn handpalm en breekt

ze af tot een bepaalde lengte. Terwijl hij mantra's prevelt, strijkt hij met de bezemstokjes over

het lichaam van de cliënt en blaast af en toe lucht (eigenlijk de genezende, bezwerende

energie van de mantra) in het gezicht van de cliënt. Dit heet phuke of blazen. Vandaar dat

deze technieken ook djhaare en phuke genoemd worden. Hij kan de energie ook in een

vloeistof of iets eetbaars (b.v. suiker) blazen en dit aan de cliënt geven om het te nuttigen.

Meestal is 1 sessie voldoende. Indien nodig kan de behandeling enkele malen herhaald

worden.

Vooral de djhaare en phuke methoden worden behalve door de priesters vooral door de

"gewone mensen" toegepast. De mantra's worden periodiek van nieuwe energie voorzien,

anders verliezen ze hun kracht. Dit heet mantra djagaawe: het geboren laten worden of levend

houden van de spreuken. Men verricht bepaalde precies voorgeschreven godsdienstige

handelingen ter ere of ter versterking van een bepaalde godheid bij wie de mantra thuis hoort.

Deze verering vindt regelmatig plaats. Vooral de Diwaali periode, dagen waarop het lichtfeest

gevierd wordt, schijnt uitermate geschikt te zijn.

Er zijn mensen die de geest/ziel van een overledene middels bepaalde technieken aan zich

gebonden hebben. Dit heet bhut (geest, spook) djagaawe (tot leven laten komen). Zo iemand

kan dan deze geest voor hem laten werken. Uiteraard moet hij deze geest steeds met

tegenprestaties tevreden stellen en van tijd tot tijd versterken. Bhut djagaawe komt

tegenwoordig weinig voor, of misschien toch niet want dit soort dingen vinden in het diepste

geheim plaats. Bij bhut djagaawe is het lijk van een pas overledene, die over bepaalde

uitzonderlijke kenmerken beschikt heeft, nodig. Dit in tegenstelling tot bhut pudje: het

vereren van een ,vaak boze, geest. Een geest is een ziel die nog niet wedergeboren is. Door

middel van bepaalde mantra's en mystieke handelingen kan iemand zo'n geest uit het rijk der

doden aan zich binden. Men versterkt en eert deze geest en geeft de geest dingen die hij of zij

waardeert of verricht handelingen die de geest behagen. Als tegenprestatie kan deze geest de

wensen van de persoon vervullen. Iemand kan "zijn" geest zowel goede als kwade dingen

laten doen. Vooral odjha's hebben een geest of bhut tot hun beschikking. Als de odjha op de

een of andere wijze zijn verplichting tot de bhut niet nakomt, dan wordt hij door de bhut

zwaar gestraft.

De priesters hebben over het algemeen ook bovennatuurlijke krachten tot hun beschikking.

Deze bovennatuurlijke krachten, God, goden, godinnen, geesten enzovoort, werken op

dezelfde wijze als bij de odjha. De priester onderhoudt (paale) zijn bovennatuurlijke krachten

en deze krachten helpen de priester om bij voorbeeld andere mensen te genezen. Vandaar dat

de priester een heleboel nauwkeurig omschreven voorschriften in acht moet nemen en daarom

ook is het niet iedereen toegestaan priester te worden. Althans niet bij iedereen zullen de

mantra's helpen.

Page 11: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

2.3 De bronnen De bronnen waarop de Hindoestaanse methoden gebaseerd zijn of waar ze beschreven

worden, zijn:

1 geschreven materiaal: her en der verspreid in duizenden, vaak zeer oude, geschriften

over allerlei onderwerpen.

- Paddhati's of methoden: dit zijn systematisch bijenkap gebrachte teksten die tezamen

een methode vormen. De "Indra djaal" is bij voorbeeld zo'n methode waarvan in het

bijzonder de odjha's gebruik maken.

- De observaties of praktische ervaringen en onderzoeksresultaten die opgenomen zijn

in de diverse boeken en soms ondergebracht in een sutra of handleiding.

- Ontvangenis. Hierbij hebben enkele geestelijken, zieners en voorbeschikte personen

van bovennatuurlijke krachten openbaringen ontvangen hoe bepaalde problemen

opgelost kunnen worden.

- De geïncarneerde godheden hebben aan de mensen medicamenten en

probleemoplossingsmethoden geleerd. Deze zijn in de literatuur opgenomen. Vooral

bekend zijn de diverse maarags of wegen om welvaart en welzijn te bekomen.

2 Naast het boven genoemde schriftelijke materiaal wordt veel kennis mondeling

overgedragen: een ouder familielid draagt over aan een jonger; een priester of

soortgelijke draagt over aan zijn leerlingen en volgelingen.

3 Niet-Hindoestaanse methoden hebben sinds de komst van de Ariërs in India (2000 V

Chr.) tot heden invloed gehad op de Hindoestaanse methoden. Enkele van deze

niet-Hindoestaanse culturen/volken in het verleden waren: Skithen, Parthen, Grieken,

Mongolen, Turken, Perzen, Arabieren, Mahrathen, Joden en Christenen.

In de moderne tijd is er invloed geweest van de Britten en andere westerlingen, en in

Suriname zijn het vooral de (bosland-)creolen, indianen en Javanen geweest die de

Hindoestaanse hulpverleningsmethoden verrijkt hebben. Veel koti (in- en uitwendige

immunisatie) technieken hebben de Hindoestanen van de (bosland-)creolen overgenomen.

Een koti kan als een soort vaccinatie gezien worden. Het woord koti betekent snijden en slaat

niet zozeer op het vaccin maar op de regels die, indien ze niet in acht genomen zullen worden,

de immunisatie teniet zullen doen.

De Hindoestanen hebben van de andere Surinaamse etnisch-culturele bevolkingsgroepen

vooral de preventieve hulpverleningsmethoden overgenomen en minder curatieve. Voor de

curatieve behandeling kon men een beroep doen op de traditionele beoefenaars ervan. Toch

ken ik enkele Hindoes die zeer vaardig zijn in het toepassen van boslandcreoolse technieken

en methoden. Deze hebben zij van bevriende boslandcreolen geleerd.

Page 12: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

2.4 De hulpverleningsmethoden, technieken en typische problemen

1 De djhaare-phuke (uitbezeming)

Deze is in het voorgaande reeds terloops beschreven. Deze zijn eenvoudige, curatieve

technieken die naast de priesters door veel gewone mensen toegepast worden. De

helingskracht zit vooral in de mantra en het geloof van de cliënt dat de methode zal

helpen. De wil om te genezen, de verwachting dat het middel het kwaad zal verhelpen

en de oorzaak zal doen verdwijnen en het grote vertrouwen in de hulpverlener zijn

aspecten van het hulpverleningsproces die de kans op succes vergroten. Denk maar

aan het bekende placebo effect. Deze aspecten spelen in de traditionele hulpverlening

een hoofdrol.

2 Gebedsgenezing

De hulpverlener probeert via het gebed de gunst van de goden af te smeken en

vergiffenis voor eventuele zonden, misstappen of overtredingen te vragen. Dit gaat

vaak gepaard met het toedienen van gepurificeerde, van bovennatuurlijke krachten

voorzien drankje of hapje.

3 Mantra's (heilige, krachtige spreuken)

Middels de mantra wordt een bovennatuurlijke kracht gedwongen genezing te

bewerkstelligen. Mantra's werken alleen als de hulpverlener bij de bovennatuurlijke

kracht een positieve saldo heeft. Mantra's gaan vaak gepaard met rituele handelingen.

Mantra's en rituele handelingen vormen tezamen met een bepaalde filosofie een

specifieke methode. Derhalve kan de mantra gezien worden als een integraal deel van

het hulpverleningsproces.

4 Nadjar (van het Turkse nazar) of boze oog

Vooral kinderen kunnen bepaalde klachten krijgen als iemand hen met zogenaamde

boze ogen aanschouwd heeft. De aanschouwer heeft niet de intentie gehad kwaad te

berokkenen. Ook prijzende uitspraken van de aanschouwer kunnen kwade gevolgen

hebben. Het zal wel begrijpelijk zijn dat, wanneer er nazar vermoed wordt, naar een

boosdoener gezocht zal worden. Ik heb meer dan eens meegemaakt dat iemand van

nazar veroorzaking beticht werd en als zondebok in een geïsoleerde positie

gemanoeuvreerd werd.

Verschijnselen: lusteloosheid, geen eetlust, huilen, overgeven.

Nadjar wordt uitgebezemd: curatief. Aanbevolen wordt het kind een bad met

blauwselwater te geven. Behandeling: eenmalig, indien nodig kan de

behandeling herhaald worden.

Preventieve maatregelen zijn: een zwarte kraal dragen, met blauwsel een vlekje

op het lichaam aanbrengen. Eigenlijk komt het erop neer dat het kind

symbolisch minder aantrekkelijk gemaakt wordt.

5 In bezit name door een geest (saitaan pakre)

De bezetenheid is op een continuüm te plaatsen van zeer lichte, tamelijk ongevaarlijke

vorm tot echte demonenpossessie waarbij genezing slechts plaats kan vinden middels

hoogontwikkelde geheime technieken van exorcisme. Deze technieken worden door

de odjha's en enkele hooggekwalificeerde priesters beheerst. Een lichte vorm van

bezetenheid noem ik bij voorbeeld wanneer iemand een taboe niet in acht heeft

genomen en hierdoor een geest mishaagd heeft. Dan kan deze geest vergeetachtigheid

bij de persoon veroorzaken of materiële schade berokkenen. Middels eenvoudige

Page 13: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

verzoeningstechnieken, zoals bidden, offeren, donaties en mantra's etcetera kan er

genoegdoening plaats vinden. het komt erop neer dat in het hier en nu iets gedaan

wordt waardoor de gevolgen van een daad in het verleden verandert. Een verstoorde

balans wordt in evenwicht gebracht.

Een zware vorm van demonenpossessie is wanneer een vijandig gezind iemand door

een kenner van zwarte magie een kwade geest op de cliënt afgestuurd heeft met de

bedoeling de cliënt het leven extra zuur te maken. Afhankelijk van de opdracht die de

geest, over het algemeen een boze geest of demon, meegekregen heeft, zal de

hevigheid van in-bezit-name en de klachten zijn.

Verschijnselen bij zware vormen van possessie zijn: een onbekende taal spreken

(glossolalie), wartaal spreken, exacte toekomstvoorspellingen doen en opheldering

geven over het verleden, hevige lichamelijke pijnen die steeds van plaats veranderen,

sterke toename van de lichaamskracht, helderziendheid en uitputting van het lichaam

wanneer de geest dit verlaten heeft.

Naast dit soort verschijnselen kunnen Hindoes gewoon aanvoelen wanneer er sprake is

van possessie en schakelt men zo snel mogelijk een priester of odjha in. Vooral bij

bezetenheid, en bijna altijd als deze regelmatig voorkomt en langdurig van aard is,

worden ook andere Surinaamse traditionele hulpverleners ingeschakeld.

Bezetenheid kan verschillende oorzaken hebben, zoals:

- opzettelijk door een vijand veroorzaakt. Cliënten geven dit vaak zelf

aan door te zeggen dat "iemand iets gedaan heeft". Genezing vindt

plaats door uitbanning en het aanbieden van preventieve middelen.

- Door een gedachte, gesproken woord of verrichte handeling heeft men

de gramschap van een geest of godheid op de hals gehaald. De

hulpverlener kan in dialoog treden met de geest en vernemen hoe

genoegdoening plaats kan vinden. Vooral bij goede geesten of

godheden komt men aan hun wensen tegemoet. Een onbelangrijke of

slechte geest kan middels een vangtechniek gevangen en onschadelijk

gemaakt worden. Soms wordt hierbij gebruik gemaakt van uien en

knoflook zoals dat ook het geval was bij de duiveluitbanning door de

Christenen in de Middeleeuwen.

- Als men aan overledenen niet terug betaalt, kunnen zij soms overgaan tot het

lastig vallen van de nabestaanden. Dit terug betalen vindt op nauwkeurig

omschreven wijze op vastgestelde tijden plaats. Het niet nakomen van de rin-

schulden kunnen problemen veroorzaken.

- Bij possessie is er uiteraard sprake van curatieve hulpverlening. Preventieve

maatregelen en middelen zoals amuletten tegen boze geesten komen veel voor.

Houd als lezer vooral goed in de gaten dat niet het feitelijk bestaan van de duivel ertoe

leidt dat iemand bezeten wordt. Het is veelal het geloof in het bestaan van duivels dat

leidt tot bezetenheid. Voor wie in geesten gelooft bestaan die geesten gewoon. Dat ze

misschien alleen in iemands hersens zitten maakt verder niet veel uit. Uit de

psychiatrie weten we dat boze geesten voor sommige mensen net zo levend en reëel en

lastig kunnen zijn als gewone mensen. Wie niet in geesten gelooft, wordt door hen ook

niet lastig gevallen. Hoop ik.

6 Het binden of zoals de Hindoestaan zegt: baandhe.

Dit is een preventieve maatregel tegen boze geesten en kwade invloeden van buitenaf.

Vooral het huis en het lichaam worden veel gebonden. Als een huis gebonden is, een

priester spreekt een paar heilige spreuken uit en begraaft op diverse plaatsen in de

grond wat attributen, kan de zo vastgebonden plaats door kwade invloeden niet

Page 14: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

binnengedrongen worden. Een lichaam kan gebonden worden door een van

bovennatuurlijke krachten voorzien drankje of iets dergelijks in te nemen of bij

voorbeeld door een van kracht voorzien koord te dragen. Bij kinderen is dit vaak een

zwart koordje om de middel. Helpt ook tegen het boze oog. Jongens voor wie een

speciale purificatieritus gedaan is, de djanew sanskaar, krijgen een koord dat djanew

heet. Dit koordje heeft ook een beschermende functie bij uitstek tegen allerlei kwade

invloeden van buitenaf. Naast preventief gebruik kan deze methode ook toegepast

worden als er sprake is van bepaalde klachten, zoals frequent krijgen van

nachtmerries, vergeetachtigheid, handelingen verrichten die men normaal niet zou

verrichten, chronische ziekten, materiële schade enzovoort. De diagnose moet

uitmaken of er sprake is van kwade invloeden en of een bepaalde bindingstechniek

geïndiceerd is.

7 Yantra (amulet)

Een yantra wordt vaak ook bij de binding gebruikt en is een soort amulet. De yantra

(Sarnami djantar) kan ook als een beschermingskoord eruit zien. Meestal wordt in een

klein gouden kokertje wat attributen, zoals kruiden, mineralen, geschreven tekst met

heilige spreuken, gevuld. Dit kokertje (tabidj, afgeleid van het Arabische woord al

tabriz) kan als een sieraad aan een halsketting gedragen worden als een afweermiddel

tegen boze geesten. Wat mij opvalt is dat wanneer het om boze geesten gaat de

Hindoestanen niet huiveren om uit andere godsdiensten technieken en middelen over

te nemen. Maar dit past ook in de aard van de Hindoestaan.

8 Tantra (figurensymboliek)

De termen yantra, mantra en tantra horen bij elkaar en samen vormen ze een complete

grote methode. Mantra is het gesproken woord dat gevolgen af kan dwingen en yantra

zijn de attributen die kracht uitstralen of bepaalde gevolgen kunnen veroorzaken. Over

tantra weten de Surinaamse Hindoestanen weinig te vertellen. Ik denk dat met tantra

bedoeld wordt de ruimtelijke indeling of het kader waarbinnen de mantra en yantra

extra versterkt kunnen worden. Met tantra worden ook mystieke geometrische lijnen

en figuren bedoeld die iets symboliseren, bij voorbeeld de Swastika (Indiaas

hakenkruis). Misschien zou een foto met een tantra behandeld kunnen worden. Door

dan mantra's en yantra's hierop toe te passen met specifieke tantra-technieken, zou

men de persoon van de foto kunnen beïnvloeden. Wat ik wel van de zware vormen

van tantra's weet is dat er honderden verschillende soorten zijn, dat ze met

bovennatuurlijke krachten te maken hebben, dat er diepe geheimzinnigheid betracht

wordt, dat de beoefening hiervan uiterst gevaarlijk kan zijn en dat de Surinaamse

Hindoestaanse hulpverleners hier weinig kaas van gegeten hebben. Tantra is een

Sanskrit woord en de verwachte Sarnami equivalent tantar is geen gemeengoed. Er

zijn slechts enkele priesters die beweren dat ze lichte vormen van tantra beoefenen.

9 Djap, tap, wrat en yog (loutering en geestversterking)

De termen djap (herhaaldelijk prevelen van een bepaalde mantra), tap (een soort bio-

energetica, opslaan van magnetische en elektrische krachten in het lichaam) en wrat

(conservantie, in een korte periode voor een bepaald doel nakomen van

voorgeschreven lichamelijke en geestelijke verplichtingen) horen zo'n beetje bijenkap.

Ze zijn technieken om het lichaam en de geest in staat te stellen invloed uit te oefenen

op zowel natuurlijke als bovennatuurlijke zaken en krachten. Middels tap kan men

dynamische energie in een statische vorm in het lichaam ophopen. Deze opgehoopte

kracht kan dan aangewend worden om problemen op te lossen of bij een ander juist te

Page 15: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

veroorzaken. In de Hindoestaanse literatuur zijn legio voorbeelden van tap kracht te

vinden. De tap technieken, die nauw verwant zijn met de diverse yog technieken,

hebben de Javanen in de oudheid van de Hindoes overgenomen en passen ze vandaag

de dag nog toe. De Surinaamse Hindoestaanse hulpverleners doen niet aan tap

vanwege de hoge vereisten en zelfopoffering. Tap technieken (bij hen heten ze topo)

passen de Javaanse dukuns en pandita's toe bij de Hindoes.

Diverse yog (yoga) methoden en technieken kunnen ook beschouwd worden als

hulpverleningsmethoden. Het bijzondere van dit soort yog methoden en meditatie

technieken zoals de transcendente meditatie is dat de methode door de cliënt op zich

zelf toegepast moet worden. Ze kunnen zowel preventief als curatief van aard zijn,

aangewend worden voor zowel materiële als immateriële problemen en klachten en

voor lichamelijke als niet-lichamelijke klachten en problemen. Daar er veel en

uitgebreid behandelde yog methoden zijn en veel literatuur hierover in het Nederlands

verkrijgbaar is, zal hier op deze methoden niet verder ingegaan worden. In de

Westerse wereld hebben diverse yog en meditatie methoden hun bruikbaarheid en nut

bewezen. Merkwaardigerwijs passen de Surinaamse Hindoes deze methoden in de

regel niet toe. En wie zulks wel doet, doet dit vanuit een Westerse invloed.

10 Samaadhi (transcendentie)

Samaadhi hangt nauw samen met tap. Bij samaadhi heeft de hulpverlener zoveel

kracht verzameld dat hij voor een korte periode in contact kan treden met de

bovennatuurlijke wereld of een persoon van daar. Uit die hoek kan hij vernemen wat

er met de cliënt aan de hand is. Een techniek om de diagnose vast te stellen. Samaadhi

zelf betekent in eenzaamheid de geest naar binnen richten en één worden met de totale

schepping; dus met God. Dit is een soort roestoestand waarbij men God ervaart.

Eigenlijk opium voor de Indiase Hindoestaanse heiligen. Surinaamse Hindoes kunnen

dit, in tegenstelling tot de Javanen, niet goed genoeg.

11 Wassing

Bij wassing bereidt de hulpverlener een speciaal kruidenbad met diverse attributen

zoals water, parfums, oliën, geneeskruiden, mineralen enzovoort voor de cliënt. Het

geheel wordt met heilige spreuken van helende kracht voorzien. De cliënt moet op een

bepaalde plaats, bepaalde tijd, soms ook bepaalde omstandigheden, op een bepaalde

wijze een bad nemen. Wassing is over het algemeen een curatieve methode. Preventief

in de vorm van een zevengeestenbad van de Creolen komt ook voor. Vaak is de cliënt

door een vijandig gezind iemand "iets gedaan". Er kan ook sprake zijn van

wilsverzwakking en of dwangmatig handelen als symptomen. Echtgenoten maken

hiervan meer gebruik. Een vrouw kan door een kenner `iets laten doen' waardoor de

echtgenoot haar trouw moet blijven en gehoorzamen. Uiteraard kan een man hetzelfde

met zijn vrouw uithalen. Vaak heeft de gedupeerde niet in de gaten dat hem wat

mankeert. Het is de omgeving of de familie die hem attendeert en beweegt om hulp te

vragen. In zulke gevallen kan naast wassing ook andere hulpverleningsmethoden

toegepast worden.

Er zijn Hindoestanen die wassingstechnieken van de (bosland-)creolen overgenomen

hebben. Deze technieken worden veelal toegepast wanneer bovennatuurlijke krachten

in het spel zijn, zoals bij lichte vormen van possessie, wilsverzwakking of doordat het

lichaam een onreine daad verricht heeft, een taboe niet in acht genomen heeft,

enzovoort.

Page 16: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

12 Sjaanti (harmonie, evenwicht, rust)

Dit woord betekent zoiets als harmonie, evenwicht en vrede. Middels sjaanti wordt

een verstoorde harmonie weer in evenwicht gebracht. Waar in Christelijke rituelen de

term amen gebruikt wordt, bezigt de Hindoestaan de term sjaanti. Veelal worden

godsdienstige plechtigheden afgesloten met de zin "om, sjaanti, sjaanti, sjaanti" en dit

betekent zoiets als: laat er vrede zijn, laat er welzijn heersen, bewaar de kosmi-sche

harmonie.

Met sjaanti methoden worden verstoorde evenwichten weer in balans gebracht. Hierbij

speelt het fundamentele beginsel van krijgen en terug betalen een belangrijke rol. Wie

iets gekregen heeft moet het gekregene weer terug betalen. Doet hij dit niet dan

verstoort hij het evenwicht en zal in moeilijkheden geraken. Een moeder doet bij

voorbeeld veel voor haar kinderen. De kinderen moeten dus ook veel voor hun moeder

terug doen. Als het in dit leven niet lukt, dan maar in een komend leven. In ieder geval

moet er terugbetaald worden. Als de kinderen op de lange baan blijven weigeren om

terug te betalen, zal de moeder (meestal haar overleden geest of nieuwe reïncarnatie)

hardhandig haar recht opeisen. Zo kunnen mensen in moeilijkheden geraken en dient

er genoegdoening plaats te vinden middels sjaanti. Belangrijke schulden (rins) die op

een ieder mens rusten zijn:

schulden t.o.v. de goden, halfgoden enzovoort;

schulden t.o.v. leraren, opvoeders, geestelijke leiders;

schulden t.o.v. (voor-)ouders, hun geesten;

schulden t.o.v. gasten;

schulden t.o.v. alle levende wezens en het milieu.

Twee veel voorkomende vormen van sjaanti zijn:

a. graha sjaanti

Graha's zijn de hemellichamen zon, maan, Jupiter, Venus, Mars, Mercurius, Saturnus,

"drakenkop en drakenstaart".

Als iemand een schuld niet aflost kan hij door deze graha dewta's (heersers der

hemellichamen) gegrepen worden. Graha betekent grijpen, in de ban geraken. (Het

Ned. woord grabben is een verbastering van het woord graha). Middels een

godsdienstige ceremonie kan de cliënt weer uit de greep geraken. De ceremonie duurt

ongeveer 4 tot 8 uur. Dit is een curatieve methode die materieel nogal duur kan zijn.

De veroorzaakte problemen kunnen van allerlei aard zijn en de diagnose wordt gesteld

door middel van een astrologische almanak.

b. natjhatra sjaanti

Natjhatra is een maanhuis. De Hindoes kennen 27 maanhuizen waarvan 5 negatieve

invloeden kunnen uitoefenen. Van deze 5 is de mul, een maanhuis behorend tot de

staat van Schorpioen), het meest gevreesd. De natjhatra sjaanti is meer preventief van

aard. Na de geboorte van een kind kijkt de priester in een astrologische almanak hoe

de stand van bepaalde hemellichamen direct na de geboorte was. Bij bepaalde

constellaties en wanneer een kind geboren werd terwijl mul aan het opkomen was,

moet er sjaanti gedaan worden anders kunnen er duidelijk voorspelbare narigheden of

rampen zich voordoen in het leven van het kind, de ouders, de familie of de

gemeenschap.

Bij de sjaanti methoden spelen de djap (reciteren van een mantra), daan (godsdienstige

geschenken geven), pudja (verering van godheden), hawan (offeren in het heilige vuur

om zo de kracht van de bovennatuurlijke krachten te versterken) en tarpan

(verkwikken van de geesten der overledenen) een belangrijke rol.

Page 17: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

13 Saraap (vloek)

De vloek is een gevreesd en veel voorkomend verschijnsel bij de Hindoestanen. Wie

vervloekt is, kan behoorlijk in de knoei geraken. Hierbij speelt de kracht die de

vervloeker heeft een belangrijke rol. Als die persoon (door b.v. tap, of een grote saldo

van goede daden, of doordat hij veel goeds gedaan heeft voor degene die hij vervloekt)

over veel kracht bezit, dan kan de vervloekte de uitwerking van de vloek niet

gemakkelijk tegenhouden. Een priester kan ingeschakeld worden om middels

godsdienstige ceremoniën de problemen een beetje te verlichten. In welke mate de

psychologische " self fulfilling prophecy" en "self destroying prophesy" een rol

spelen, weet ik niet. Wat ik wel weet is dat de Hindoes een vloek niet lichtvaardig

opvatten en bloedserieus nemen. In de Hindoestaanse literatuur kan men op tientallen

plaatsen lezen hoe zelfs goden vervloekt werden en zij niet in staat waren de gevolgen

van de vloek teniet te doen. Bij de kinderen leeft, vermoed ik, de passieve angst door

de ouders vervloekt te worden, bij studenten de angst om door hun leraren vervloekt te

worden en bij gastheren de angst om door ontevreden gasten vervloekt te worden

enzovoort. Denk hierbij aan de 5 schulden bij de Hindoes.

Ik denk dat deze angsten veelal latent in het onderbewustzijn leven en dat een

pathologische vorm eerder uitzondering dan regel is. Onterechte vervloekingen

hebben geen nare gevolgen, behalve dan de angst van de cliënt dat de vloek toch nog

gevolgen zal hebben. Door de ceremonie kan een priester geruststelling teweeg

brengen.

Zelf pas ik bij dit soort gevallen een rationeel emotieve therapie toe met aanhaling van

voorbeelden uit de Hindoestaanse mythologie of bekende literatuur (elementen van

hermeneutiek: iemand helpen inzicht te krijgen in zijn eigen levensverhaal).

14 Kasam (eed)

De kasam (een Arabisch leenwoord) of eed wordt door een priester afgenomen en is

een soort overeenkomst tussen de cliënt en een godheid of een geliefd persoon. Er

vindt een godsdienstig ritueel plaats waarbij naast normale zaken als vereren van de

godheden, offeren enzovoort iemand in het bijzijn van andere mensen (natuurlijk zijn

de bovennatuurlijke wezens ook aanwezig) zweert dat hij tot een bepaalde tijd een be-

paalde handeling wel of juist niet zal verrichten. Breekt hij de eed dan wordt hij door

de tegenpartij gestraft.

Ik ken nogal wat zwaar verslaafde mensen die op deze wijze enkele jaren clean

kunnen blijven. Als de tijd waarvoor men gezworen heeft voorbij is, wordt opnieuw

een godsdienstige plechtigheid gehouden (dit is echter niet noodzakelijk) en benadrukt

dat het eedstermijn afgelopen is. Als alcohol in het geding was, kan het zuipen weer

aanvangen.

Ik heb verslaving als een voorbeeld aangehaald. Deze methode kan gebruikt worden

om velerlei gedragsveranderingen te bewerkstelligen. Deze methode helpt bij de

Hindoes mijns inziens eerder en effectiever dan een contract a la transnationale

analyse. Het dagelijkse gebruik van de kreet "kha kasam" (letterlijk eet een eed) neme

men met een korreltje zout. Hachelijk wordt de opvoering als men gevraagd wordt om

te zweren met de hand boven het eigen hoofd of in naam van een geliefd persoon.

In het hulpverleningsproces kan het zweren of het verbale gebruik ervan op

psychologisch niveau veel zeggen. Zo kan "ik zweer" soms betekenen dat de cliënt de

waarheid zegt en soms kan het zoiets beteken als: "juist het tegenovergestelde van wat

ik beweer is waar, dat weten wij nu, en ik doe dit omdat ik de waarheid niet

rechtstreeks kan of wil uiten".

Page 18: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

15 Sanskaar (purificatie)

De sanskaars of purificatierituelen nemen in de rij der preventieve

hulpverleningsmethoden een zeer belangrijke plaats in. De Hindoes kennen 16

belangrijke, en een groot aantal minder belangrijke, sanskaars. Deze vinden op

psychologisch belangrijke of kritieke tijdstippen in het leven van een mens plaats. Ze

beginnen reeds vòòr de conceptie en eindigen met de dodenrituelen. Enkele uiterst

belangrijke purificaties zijn:

- naamgeving,

- voor het eerst scheren van het hoofdhaar,

- djanew of inwijding tot student,

- het huwelijk

- en de dodenrituelen (rouwverwerking).

De meeste purificaties hebben, mijns inziens, tot doel een persoon en zijn omgeving

bewust te laten ervaren dat er in het normale leven een belangrijke wijziging of

verandering plaats zal vinden. Purificaties vòòr, tijdens en vlak na de zwangerschap

dienen om de moeder ervan te overtuigen dat ze bepaalde voorschriften in acht moet

nemen om een gezond, dit zowel lichamelijk als geestelijk, kind te kunnen krijgen. Zo

voorkom je bij voorbeeld dat er verslaafde baby's geboren worden. De dodenrituelen

zorgen ervoor dat het rouwproces goed meegemaakt kan worden.

De huwelijksrituelen waren bedoeld om de bruid en de bruidegom goed bewust te

laten worden dat er veel in hun individuele leven zal veranderen en dat ze voor hun

hele verdere leven aan elkaar verbonden (vastgebonden) waren. Gelet op de vele

echtscheidingen zou het zo kunnen zijn dat er iets mis gegaan is met deze rituelen of

dat de priesters hun werk niet naar behoren (kunnen) doen. Het Hindoeïsme keurt een

echtscheiding niet goed. Vandaar dat er ook geen echtscheidingsritueel bestaat. Gezien

de huidige situatie zou het zo gek niet zijn om een echtscheidingsritueel in te voeren.

16 Mangni (vraag, belofte)

Vooral bij de wat oudere Hindoes komt de mangni nogal vaak voor. Hierbij vraagt

iemand die een (chronische) lichamelijke pijn of klacht heeft waarbij reguliere

middelen geen soelaas bieden aan een godheid hulp. In relatief minder gevallen vindt

mangni voor immateriële problemen plaats. De gevraagde hulp wordt zo concreet

mogelijk geformuleerd. Tegelijk wordt aan die godheid een tegenprestatie -ook deze

wordt zo concreet mogelijk geformuleerd- beloofd indien de hulp daadwerkelijk plaats

zal vinden. Deze methode kan gezien worden als een soort eenzijdige overeenkomst.

Niet altijd vraagt men iets voor zichzelf. Men kan ook voor anderen een mangni doen.

Bij voorbeeld de ouders kunnen iets voor hun kinderen vragen. De tegenprestatie

wordt altijd door de mangni doende partij geleverd en bestaat over het algemeen uit

een (combinatie van) pudja (eredienst), hawan (offerdienst), geschenken uitdelen

(daan) en het voeden van brahmanen of behoeftigen.

Een mangni kan ook plaats vinden om een te verwachten probleem of onheil te

voorkomen. Iemand die bij voorbeeld naar een sollicitatiegesprek gaat, kan een

mangni doen dat indien hij aangenomen wordt hij binnen een maand een x aantal

weeskinderen van dekens, ik noem maar wat, zal voorzien.

De mangni heeft een eenmalig karakter. Bij een bepaald concreet probleem vindt een

mangni plaats waarbij de in tijd gelimiteerde tegenprestatie eenmalig plaats vindt.

Er zijn ook vormen van overeenkomsten met een structureel of langdurig karakter.

Deze zijn bedoeld om problemen van allerlei aard te voorkomen. Eén zo'n methode is

de sohaagin, dit is zo iets als echtelijkheid. Hierbij is er sprake van een terugkerende

Page 19: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

ritueel waarmee gehuwde vrouwen middels bepaalde godsdienstige plechtigheden

proberen hun huwelijk zo lang mogelijk te laten duren. Zo'n ritueel vindt misschien

jaarlijks of 1 keer in een aantal jaren plaats.

Bekend is ook de Karwa tjawth. Dit is een bepaalde dag in het jaar. Op deze dag

vasten de vrouwen en verrichten enkele kleine godsdienstige plechtigheden. Het doel

is dat hun echtgenoot lang en gelukkig mag leven.

Ook de wrat kan hierbij genoemd worden. De Karwa tjawth is een soort wrat. Wrat in

de zin van mangni komt ook voor. In tegenstelling tot mangni wordt bij wrat geen

concreet uitgesproken afspraak gemaakt. Er wordt stilzwijgend ervan uitgegaan dat

door het leveren van een bepaalde prestatie de godheden voor een tegenprestatie

zullen zorgen. Er zijn bij voorbeeld mensen die wekelijks op een bepaalde dag vasten.

In plaats van vasten kan men zich beperken tot het nuttigen van slechts vegetarisch

voedsel of overdag alleen melk drinken of iets dergelijks.

Door dit wekelijks te doen denkt men dat de godheden -dit soort wrat wordt niet voor

een met name genoemde godheid gehouden, maar dit kan soms wel het geval zijn- blij

zullen worden en de persoon met welvaart en welzijn zullen belonen en beschermen

tegen problemen en onheil. Volgens mijn waarneming neemt het gebruik van dit

verschijnsel tegenwoordig toe, vooral in Nederland. Bij rijke handelaren neemt dit

gebruik ook toe, evenals andere godsdienstige plechtigheden.

De godsdienstige plechtigheden zoals offerdiensten, erediensten, gebeden en gezangen

enzovoort hebben eigenlijk allemaal (volgens mij) een ruilkarakter. Soms zijn ze

preventief, soms curatief en soms vind je elementen van beide in een dienst. Het

ruilkarakter zit hierin dat op een actie noodzakelijkerwijs een reactie moet volgen, een

prestatie gepaard zal gaan met een tegenprestatie. Het een en ander heeft vooral te

maken met de reïncarnatieleer. Als A aan God geofferd heeft, dus een prestatie

geleverd heeft, met de bedoeling van God een dosis gezondheid terug te krijgen, is

God verplicht (dharma) de tegenprestatie te leveren. God kan zich aan deze

verplichting niet onttrekken. Vooral niet als hij de aangeboden prestatie aanvaard

heeft. Houd vooral in de gaten dat de Hindoestaanse God wel almachtig is, maar zich

niet kan, beter gezegd wil en mag, onttrekken aan zijn (nood-)lot of de gevolgen van

zijn daden.

Page 20: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

3 Hulpverlening, consultatie en doorverwijzing

Tot de twee belangrijkste taken van de hulpverleners behoren:

a. het zelf oplossen van cliënts problemen en

b. het doorverwijzen van cliënten naar andere deskundigen.

Het doorverwijzen van cliënten is soms noodzakelijk omdat de eerstelijnswerkers niet

deskundig genoeg zijn om alle soorten hulp te verlenen. Het menselijk gedrag, dus ook het

probleemgedrag, hangt af van en wordt mede bepaald door vele factoren, van financiële,

biologische, sociale, psychologische, culturele en religieuze aard. Soms wordt een klacht of

probleem door een zo'n factor bepaald. Vaak spelen verschillende factoren een rol. Vandaar

dat in goed georganiseerde systemen multidisciplinaire teams een cliënt hulp bieden. Denk

maar aan ziekenhuizen, schoolmaatschappelijk werk, instituut vertrouwensarts enz. In ons

welzijnswereld wordt het als heel normaal en vanzelfsprekend ervaren dat een arts op een

gegeven ogenblik zijn cliënt verwijst naar een specialist. Een maatschappelijk werker heeft

weinig moeite om een cliënt die maagbloedingen heeft en daar niets tegen doet naar een arts

te verwijzen. Maar diezelfde maatschappelijk werker is vaak niet bereid om een cliënt van wie

hij vermoedt dat hij door een migrantenwerker beter geholpen kan worden te verwijzen naar

zo'n werker of consultatie te nemen. Hoe zou dit komen?

Over dit onderwerp zijn in verband met de Hindoestanen tot nu toe niet veel

onderzoeksgegevens beschikbaar. Vandaar dat ik vanuit mijn eigen ervaring wil vertellen

waar volgens mij aan te wijten is dat Nederlandse hulpverleners niet of in te geringe mate

migrantencliënten doorverwijzen naar andere deskundigen zoals migrantenwerkers, pandits,

hodja's, dukuns en anderen. Bij de opsomming van mijn vermoedens en gegevens heb ik niet

de pretentie volledigheid te betrachten en wil ik erbij vermelden dat er ook werkers zijn die

hun uiterste best doen om maximale hulpverleningsresultaten na te streven.

Factoren en omstandigheden die consultatie en doorverwijzing belemmeren en die volgens

mij te wijten zijn aan:

a. de potentiële doorverwijzer 1 Te weinig tijd voor consult en doorverwijzing. Geen tijd om zich goed voor te

bereiden en het voorbereidingswerk in orde te maken.

2 Onbekendheid met etnisch-culturele hulpverlening(-smethoden), weet niet eens dat

zulke methoden bestaan, onderwaardering van deze methoden en de informele,

cultuurgebonden hulpverlening.

3 Vindt zichzelf deskundig genoeg, heeft enkele driedaagse migrantenhulpverlenings-

methodiekenbijeenkomsten gevolgd.

4 Heeft angst voor verkeerd doorverwijzen, is soms ook bezorgd om de cliënt die al

vaker doorverwezen is.

5 Heeft angst voor niet-deskundig uitgemaakt te worden. Kon je zelfs die migrant niet

helpen? Teveel consult en doorverwijzing zou als een gevaar gezien kunnen worden

voor de eigen baan. Hoeveel hulpverleners zijn bereid om hun baan te riskeren in het

belang van een migrant?

6 Taalbarrière, pandits spreken geen sociale-academietaal en Nederlanders spreken geen

Hindi, Sarnami of Sranan Tongo.

7 Superioriteits gevoelens en gedachten: slechte (beroeps-)houding, vooroordelen en

discriminatie. Consultgevers, in casu pandits, zijn deskundiger dan consultnemers. Een

meerdere-mindere relatie is voor de mindere minder leuk. Wel vindt deze mindere

zich in de relatie migrant-zichzelf, waar hij als hulpverlener de meerdere is, vislekker:

Page 21: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

reden temeer om met de migrant te blijven klooien.

8 Erkent pandits niet als deskundige, professionele hulpverlener. Weet niet wie een

goede en wie een slechte pandit is, hoor ik vaak zeggen. Alles wat met religie en

cultuur te maken heeft, wordt gewantrouwd en niet serieus genoeg genomen.

b de instelling 1 Geen werkcontacten, overeenkomsten of informele relatie met pandits.

2 Geen contacten met pandit-organisaties. Vindt pastoraal werk iets waar ze niet mee

moet bemoeien. Overigens is deze houding op zich minder slecht omdat het pastoraal

werk in Nederland als eerste en informele lijn goed georganiseerd is. Helaas is dit niet

het geval met de pandits en zij zijn andersoortige hulpverleners dan de westerse

geestelijken.

3 Laat eigen werkers rommelen in plaats van specialistentarief neer te tellen. Hoe meer

migranten tot haar cliënten behoren en hoe langer ze blijven, des te meer subsidie ze

kan krijgen. Dit verschaft ook de werkers zekerheden. Vandaar dat binnen zo'n

instelling de bom niet makkelijk barst en houdt men migrantenwerkers liefst buiten de

deur. Eerlijkheidshalve dient hier opgemerkt te worden dat bij veel

welzijnsinstellingen in die richting positieve ontwikkelingen merkbaar zijn.

4 Verwijsadressen zijn niet bekend, weinig behoefte om actief te gaan zoeken. Pandits

en hun organisaties staan niet in sociale kaarten etcetera.

c de pandits (priesters) 1 Zijn niet bekend bij potentiële consultvragers en verwijzers.

2 Zijn niet georganiseerd en slecht bereikbaar. Wel goed bereikbaar via informele

kanalen.

3 Doen niet aan public relations, komen niet met aanbod.

4 Willen niet meedoen aan paperassengedoe.

5 Moeten vòòr graha sjaanti pro deo werken.

6 Angst voor Nederlandse hulpverleners en organisaties; eigenlijk angst voor de

Gemeentelijke Sociale Dienst, indien uitkeringsgerechtigd, en de Belastingdienst.

d de cliënt 1 Is het verwezen worden moe, heeft al een lange lijdensweg achter de rug.

2 Wil door zijn socialisatie wit gedrag vertonen; dit is doen alsof hij een Nederlander is.

Is mijns inziens onbewust toch zwart, vooral wat betreft religieuze waarden en normen

en verwachtingen. Zo'n cliënt wil door Nederlanders geholpen worden vanwege

statusbehoud en valse schaamte.

3 Wil verborgen houden dat hij hulpverleners nodig heeft.

4 Kan of wil soms pandits niet betalen. Vindt dat pandits ook gratis moeten helpen zoals

de andere hulpverleners.

e Systeem van hulpverlening 1 De geestelijke gezondheidszorg is, vergeleken met bij voorbeeld de lichamelijke

gezondheidszorg, nog niet doelmatig genoeg georganiseerd. Het lijnengedoe, de

decategorisatie en bezuinigingen verslechteren de zaak. In dit systeem zijn de taken

nog niet duidelijk genoeg afgebakend en staan de bevoegdheden niet duidelijk genoeg

vast. Vrijwilligers en betaalden werken naast en door elkaar, niemand weet wie nu

deskundig is wie en niet. Wie is in een instelling bevoegd om consultatie te nemen of

door te verwijzen?

2 Hulpverleningsmethoden van pandits worden niet erkend. Dit bij voorbeeld in

Page 22: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

tegenstelling tot psychotherapie. Pastoraal werk valt buiten het officiële circuit. Dus

vindt men dat dit ook het geval moet zijn met pandits en hun werk.

3 Financieringssysteem voor consult en doorverwijzing is niet behoorlijk genoeg

geregeld, eigenlijk met betrekking tot pandits helemaal niet geregeld.

4 Het lijnengedoe is nog nieuw, er zal nog wat tijd nodig zijn voordat instellingen goed

door hebben wat ze moeten doen en wat er van hen verwacht wordt.

De rol van de Surinaamse instellingen is ook niet voor een ieder duidelijk. Deze

instellingen weten soms ook niet wat hun taken en bevoegdheden zijn en welke functie

zij te vervullen hebben.

5 De opleidingen die hulpverleners afleveren hebben te weinig ingespeeld op de

aanwezigheid van etnisch-culturele bevolkingsgroepen. Op deze opleidingen zou er

meer en beter aandacht besteed moeten worden aan de hulpverleningsbehoeften en

mogelijkheden van deze groepen.

Zo te zien een behoorlijke lijst van oorzaken die tot gevolg hebben dat de eerstelijnswerkers

hun verwijzingstaak niet naar behoren uitvoeren en geen optimaal gebruik willen en kunnen

maken van consult.

Ik vind dat iedere hulpverlener eerst een bevredigend antwoord moet hebben op de vragen:

wil ik consult en doorverwijzing?

kan ik consult en doorverwijzing aan als het gaat om de Hindoestanen?

De hulpverlener dient inzicht te hebben in zijn eigen kennis, houding en vaardigheden, maar

vooral in zijn beperkingen. Voorts dient hij te erkennen dat de pandits ook deskundige

hulpverleners zijn op hun gebied en dat bij voorbeeld de graha sjaanti een volwaardige

hulpverleningsmethode is om bepaalde problemen op te lossen. Dan kan er overgegaan

worden tot het scheppen van randvoorwaarden voor consult en doorverwijzing. Tot deze

randvoorwaarden behoren zaken als: overeenkomsten met pandits, aanmeldingsprocedures,

consultatie frequentie en -duur enz. enz. Eigenlijk allemaal zaken die bij ieder gangbare

consult of doorverwijzing een rol kunnen spelen en goede afspraken vereisen.

Ik vind dat verwijzing meer inhoudt dan het zeggen van ga maar naar een pandit. Verwijzing

is een zaak die weloverwogen, met cliënts medewerking agogisch verantwoord uitgevoerd

dient te worden. De verwijzer moet goede werkafspraken met de pandit maken en weten wat

diens deskundigheid is en hoe hij met de cliënt om zal gaan en of de verdere hulpverlening

alleen door de pandit zal plaats vinden of dat de hulpverlening door beiden voortgezet zal

worden. Zelf zou ik het laatste aanbevelen. Hindoestanen zijn gewend om van twee of meer

hulpverleners tegelijk hulp te krijgen. Het is bij hen niet of...of; maar en...en. Ik ben dus een

voorstander van een gedeeltelijke verwijzing. Alleen als het echt noodzakelijk is, kan algehele

doorverwijzing plaats vinden. Toch kan de verwijzer contact met zijn excliënt behouden.

Voorts zou ik aanbevelen om eerst consult te nemen en pas dan tot eventuele verwijzing over

te gaan.

Ik kan niet concreet voorschrijven dat er dan en dan en in die en die situatie consult gevraagd

of verwezen moet worden. Wat ik wel kan doen is wat aandachtspunten noemen.

Bij consult moet de consultvrager ervan overtuigd zijn dat hij met meer kennis en inzicht zijn

cliënt verder kan helpen, dat hij een goede probleemdiagnose gesteld heeft, dat hij weet wat

de problemen van de cliënt zijn, hoe het probleem ervaren wordt, wat de gewenste situatie is

die door de cliënt nagestreefd wordt en dat de cliënt met doorverwijzing niet gebaat zal zijn.

Doorverwezen dient te worden vanwege:

a. de aard van de problemen:

als problemen veroorzaakt en in stand gehouden worden door culturele en religieuze

Page 23: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

oorzaken, dient verwezen te worden naar de pandit als kenner van deze twee

disciplines;

b. de soort cliënt:

migrantencliënten horen thuis bij migrantenwerkers zoals lichamelijke klachten bij een

arts thuis horen. Omdat van eerstelijnswerkers verwacht wordt dat zij ook migranten

cliënten moeten behappen, dient tot doorverwijzing overgegaan te worden zodra het

voor de hulpverlener duidelijk is:

- dat hij geen bevredigende resultaten behaalt;

- de cliënt aangeeft verwezen te willen worden. Deze (ook verborgen) wens dient door

de werker geëxploreerd te worden;

- de werker vermoedt dat de problemen niet zozeer te maken hebben met het

"mens-zijn" van de cliënt maar meer met het "migrant zijn", met andere woorden

wanneer de etniciteit, cultuurgebondenheid en godsdienstig-zijn een overheersende rol

spelen en kennis van deze zaken noodzakelijk is voor probleemoplossing.

Enkele vragen en aandachtspunten die ik in acht neem in verband met het doorverwijzen van

een Hindoestaanse cliënt naar de pandit wanneer ik het vermoeden heb dat de cliënt door een

methode van de pandit beter geholpen kan worden:

- mate van religieus (Hindoe) zijn en de invloed van karma/dharma ideeën op zijn

gedrag.

- Hoe groot is de verticale en de horizontale loyaliteit of relationele verwachtingen

volgens de Hindoestaanse traditie en het geloof. Hoe wordt de loyaliteit en dharma

beleefd en in welke mate zijn ze verstoord?

- Welke verplichtingen en verwachtingen zijn frustrerend m.b.t. de opvoeding van de

kinderen in Nederland en welke verplichtingen m.b.t. achtergebleven familieleden en

anderen in Suriname spelen een rol? Hoe is cliënt gesocialiseerd?

- Hoe ervaart de cliënt het bovennatuurlijke? Ziet hij een verband tussen zijn klachten

en problemen en invloeden van godheden? Zijn door de voorouders verplichtingen tot

godheden aangegaan waar nu niet meer aan voldaan wordt?

- Hoe ziet cliënt zijn balans tussen geven en krijgen? Afhankelijkheid van bij voorbeeld

de (overheids)steun kan de balans danig verstoren. Verslaving, depressies, relationele

problemen, verkwisting enzovoort kunnen zichtbare uitingsvormen zijn van een

balansverstoring. Hierbij kan het gevaar ontstaan dat er aan symptoombestrijding

gewerkt wordt.

- Taalcodes, symbolen en vooral ook zien wat de cliënt niet-verbaal uit en erachter

komen wat cliënt niet vertelt en waarom hij zaken verzwijgt, kunnen belangrijke

aanwijzingen opleveren.

- Welke visie heeft cliënt op de mens, maatschappij en in het bijzonder de schepping?

Aandacht voor en analyse van de sociaalculturele context van de cliënt.

Dit soort aandachtspunten leverden mij genoeg indicaties op om consult te nemen of een

cliënt door te verwijzen. Deze aandachtspunten kunnen voor de niet-Hindoestaanse

hulpverlener een aanwijzing zijn hoe ze erachter kunnen komen of het niet raadzaam is een

pandit in te schakelen.

Met mijn kennis en ervaring en de beschikbare gegevens kan ik geen concretere informatie

geven wanneer de pandit precies ingeschakeld dient te worden voor consult en

doorverwijzing.

Hulpverlening is en blijft maatwerk.

Page 24: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

4 Nabeschouwing

Bij het schrijven van dit en soortgelijke artikelen viel het me op dat ook de Hindoestanen

behoorlijk wat traditionele hulpverleningsmethoden kennen. Het is jammer dat deze methoden

bij niet-Hindoestaanse hulpverleners onbekend zijn. Deze onbekendheid is mijns inziens

grotendeels te wijten aan het feit dat deze methoden, voor zover ik weet, nog steeds niet

systematisch beschreven en openbaar gemaakt zijn. Het bekendheid geven aan deze methoden

zou ertoe kunnen leiden dat hulpverleners Hindoestaanse cliënten waarmee ze niet verder

kunnen, gemakkelijker en op tijd door zouden kunnen verwijzen naar een deskundige

Hindoestaanse hulpverlener of bij zo een hulpverlener consultatie nemen. Anderzijds is het

ook zo dat niet alle Hindoestaanse maatschappelijk werkers met slechts een Westerse

opleiding goed op de hoogte zijn van deze methoden. En dan bedoel ik niet dat ze deze

methoden zouden moeten toepassen, maar ze in zoverre kennen dat ze adequaat kunnen

doorverwijzen naar degene die deze methoden wel kan toepassen. Deze Hindoestaanse

maatschappelijk werkers zouden de algemene instellingen kunnen adviseren hoe ze een

Hindoestaanse cliënt naar een Hindoestaanse hulpverlener kunnen sturen en wanneer

doorverwijzing zin heeft of geïndiceerd is.

In elk geval ben ik ervan overtuigd dat er meer rendement gehaald kan worden uit de thans

toegepaste Hindoestaanse hulpverleningsmethoden in Nederland en dat ook niet-Hindoes

middels een van deze methoden geholpen zouden kunnen worden als ze bepaalde problemen

hebben. Maar dan dient er veel voorbereidend en voorwaardenscheppend werk verricht te

worden.

Hulp verlenen is inherent aan de mens als sociaal wezen. Men is van nature geneigd de

medemens te helpen wanneer die hulp behoeft. Daarnaast is het zo dat iedere sociale groep

haar leden zo socialiseert dat zij voor elkaar zullen opkomen en elkaar helpen. De onderlinge

hulpvaardigheid en vooral de zekerheid dat men op elkaar kan rekenen, geeft een zekere mate

van veiligheid en geborgenheid en zorgt dat men in de groep blijft, althans tot de groep blijft

behoren. Uit bovenstaande beweringen kan afgeleid worden de stelling dat iedere sociale

groep een hulpverleningssysteem moet hebben. We kunnen dit systeem verdelen in een

formele of juridische instelling en een informele of vrijwillige instelling of circuit.

Volgens mij verhouden de beide instellingen zich omgekeerd evenredig tot elkaar. Hoe

intensiever en uitgebreider de formele instelling, des te minder intensief en uitgebreid de

informele instelling en omgekeerd. Deze omgekeerde evenredigheid en de nare gevolgen

ervan in perioden van snelle omwentelingen, heeft voor de Hindoestaanse hulpverlening in

Nederland vervelende gevolgen gehad.

In Suriname kenden de Hindoestanen bijna geen eigen formele hulpverleningsinstellingen.

Het ontbreken van de formele hulpverleningsinstelling werd niet als een gemis ervaren omdat

het informele systeem, dat historisch gegroeid was en steeds aangepast werd, in staat was

voldoende tegemoet te komen aan de welzijn bevorderende hulpvragen. De leden hielpen

elkaar spontaan alsof dit de meest normale zaak van de wereld was: het was ook een

natuurlijke zaak, een 'way of life' voor de Hindoestanen. De Hindoestaanse kinderen werden

zo gesocialiseerd en geconditioneerd dat ze steeds bereid moesten zijn (en waren) de andere

groepsleden bij te staan.

Omstreeks 1975 kwamen de Hindoestanen uit Suriname massaal naar Nederland. In

Nederland maakten zij kennis met een uitgebreid formeel systeem van welzijnswerk en

hulpverlening. De Hindoes pasten zich aan en gingen zelforganisaties oprichten. Deze

organisaties vlogen als paddenstoelen uit de grond. De plicht van individuele leden om hulp te

verlenen ging van de individu naar de instellingen. Om verschillende redenen bood de nieuwe

situatie meer voordelen dan het oude Surinaamse systeem. Enkele oorzaken die de

institutionalisering van het Hindoestaanse welzijnswerk bevorderden, zijn:

Page 25: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

- geografische verspreiding van de groepsleden: woonde men in Suriname in

grootgezinsverband, hier werden de leden over het hele land verspreid;

- professionalisering (eigen groepsleden beroepsopleiding voor hulpverlener laten

volgen) bood meer garanties dat men in de wirwar van regels en voorzieningen kreeg

waar men recht op had;

- aantrekkelijke overheidssubsidies zorgden ervoor dat de beroepshulpverleners hun

posities gingen versterken en dit ging vaak gepaard met de positieverzwakking van de

informele hulpverlening;

- individuele leden werden ontlast van de hulpverleningsplicht en konden zo hun tijd,

energie en toewijding gebruiken voor andere individuele behoeften;

- er trad een verschuiving op van de 'wij-gerichtheid' naar de 'ik-gerichtheid'.

Kortom, wat de hulpverlening betreft, pasten de Hindoes zich aan aan de Nederlandse situatie.

De Nederlandse vrijwilligersorganisaties, de latere professionele instellingen, hebben dit

proces versneld: zij leurden van 's morgens vroeg tot 's avonds laat huis aan huis met 'welzijn'.

De formele hulpverlening staat en valt met overheidssteun en -subsidies. Om bekend

veronderstelde redenen gaat de overheid thans met het beruchte bezuinigingsmes als een gek

tekeer in het categoriale welzijnswerk. Dit heeft voor de Hindoes een situatie opgeleverd die

er als volgt uitziet:

a. een formeel hulpverleningssysteem dat zo verzwakt is dat het niet goed genoeg hulp

kan verlenen en niet tegemoet kan komen aan de behoeften en verwachtingen van de

doelgroep. Dit systeem is teveel met de eigen overleving bezig en denkt: het informele

systeem zal de zaak wel oppakken. Intussen blijven de betaalde professionals uit eigen

belang schreeuwen bij iedere bezuiniging van de overheid en wekken zo de indruk en

de verwachting dat alleen zij hulp kunnen verlenen.

b. Een informeel systeem waar de leden denken: het formele systeem wordt betaald, dus

moet de hulpverlening maar vanuit die hoek plaats vinden.

Reorganisatie van dit systeem (wat de overheid voorstaat) wordt bemoeilijkt door o.a.:

- het ontbreken van machtige, gezagvolle leiders;

- wegvallen van de sociale controle;

- vervreemding? Alle Hindoestanen zijn nu als gekken op zoek naar de "eigen

identiteit". Dit blijkt uit de tientallen beleidsplannen van de honderden zelforga-

nisaties. Vroeger vroegen de Hindoestanen naar elkaars wel en wee. Nu vraagt men

slechts hoe het staat met de "eigen identiteit";

- een vaak nogal halfslachtig overheidsbeleid dat van de ene onzekerheid naar de andere

twijfelachtigheid leidt en veel weg heeft van het pappen en nat houden of een beleid

dat van niets naar nergens leidt: troebelwater voor veel zaakwaarnemers. (Deze

situatie gold voor de eind jaren tachtig. Intussen is het een en ander enigszins

veranderd.)

En binnen dit tamelijk zieke klimaat is het nodig, vind ik, om de traditionele

Hindoestaanse hulpverlening(-smethoden) wat nieuw leven in te blazen. Of op

zijn minst te kijken welke bijdrage deze hulpverleningsmethoden kunnen

leveren om het welzijn van deze bevolkingsgroep te vergroten. Hopelijk wordt

deze gedachte overgenomen door de Molukkers, Turken, Marokkanen,

Creolen, Javanen en andere culturele eenheden. Zij zitten immers in het zelfde

bootje en ook zij kunnen met hun traditionele hulpverlening een behoorlijke

bijdrage leveren aan het maatschappelijk werk in Nederland

Page 26: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

5 Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Dit artikel gaat over de traditionele hulpverlening en de hulpverleningsmethoden van de

Hindoestanen in Nederland en is bedoeld om een globaal beeld hiervan te geven.

Na een opsomming van de belangrijke kenmerken van deze methoden wordt kort ingegaan op

de bronnen waar deze methoden op gebaseerd zijn en de diverse hulpverleners. Daarna

worden de veel voorkomende hulpverleningsmethoden globaal beschreven en hier en daar

wordt verteld hoe de diagnose gesteld kan worden of door welke methode bepaalde klachten

en problemen op de meest effectieve wijze verholpen kunnen worden.

Om de lezer een behoorlijk beeld te geven van hoe de traditionele methoden van de

Hindoestanen er zo'n beetje uitzien, was het noodzakelijk deze methoden in het kort te

beschrijven. Vooral omdat ik geen werk ken waarin deze methoden in het Nederlands

systematisch beschreven zijn en waar naar toe kan worden verwezen.

Bij sommige van de beschreven methoden zal de kritische lezer zich afvragen of er überhaupt

wel sprake kan zijn van een hulpverleningsmethode. Ik heb het begrip methode erg ruim

genomen en benadruk het feit dat de beschrijvingen tamelijk summier gehouden zijn.

1 De Hindoestanen in Nederland hebben, net als de andere etnisch-culturele

bevolkingsgroepen, hun eigen, traditionele hulpverleningsmethoden die voor en door

hen ontwikkeld zijn. Daarom passen deze methoden vaak bij hen beter dan de

westerse methoden.

De Nederlandse overheid en de hulpverleningsinstellingen zouden deze methoden

beter kunnen waarderen en een hogere status toekennen dan ze nu hebben. Het zou

niet slecht zijn als de Nederlanders hun eigen traditionele methoden zouden

herwaarderen. Dit zou voor hen gemakkelijker maken om de cultuurgoederen van de

etnisch-culturele bevolkingsgroepen op hun juiste waarde te schatten en te waarderen.

2 Veel opleiders en opleidingsinstituten voor hulpverleners besteden te weinig aandacht

aan het hulpverleningssysteem en de hulpverleningsmethoden van de Hindoes. Het is

aan te bevelen dat zij in hun normale lespakket hieraan aandacht gaan besteden en

vooral de Hindoestaanse studenten stimuleren om zich te verdiepen in de methoden

van de Hindoestanen.

3 De eerstelijnsinstellingen werken te weinig samen met de Hindoestaanse (traditionele)

hulpverleners. Het is aan te bevelen om middels goede afspraken deze samenwerking

beter tot stand te brengen zodat er vooral vanuit de algemene instellingen meer en

beter doorverwezen kan worden naar de Hindoestaanse hulpverleners en de

mogelijkheid voor deze hulpverleners om consultatie te nemen dient vergroot te

worden. Het is ook aan te bevelen om meer Hindoestaanse hulpverleners bij de diverse

hulpverleningsinstellingen in te schakelen.

4 Het zou de toepassing van deze (traditionele) methoden ten goede komen als ze meer

onderzocht, bestudeerd en beschreven zouden worden. Dit zou in het bijzonder een

taak kunnen zijn voor de Hindoestaanse hulpverleners. De nodige middelen en

mankracht dienen door de overheid en de welzijnsinstellingen ter beschikking gesteld

te worden.

5 In geval van doorverwijzing naar een traditionele Hindoestaanse hulpverlener is het

aan te bevelen om de cliënt te blijven volgen. Het is vaak beter om eerst consult te

nemen en pas daarna te verwijzen. Soms kan een traditionele hulpverlener slechts de

belemmeringen wegnemen die de probleemoplossing in de weg staan. Het is dan de

Page 27: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

taak van de doorverwijzer om in zo'n geval verder te gaan met de probleemoplossing.

6 Het traditionele, informele hulpverleningssysteem van de Hindoestanen in Nederland

functioneert niet optimaal. De overheid dient snel een beleid te voeren en de middelen

beschikbaar te stellen om de traditionele, en mijns inziens goedkopere,

hulpverleningssystemen te laten verbeteren door de leden van de betrokken etnisch-

culturele bevolkingsgroepen zelf.

Page 28: Traditionele hulpverlening bij de Hindoestanen - gainda.nl · Dit artikel gaat over de hulpverlening ... Vervolgens geeft paragraaf 4 een nabeschouwing die vooral de relatie tussen

Bronnen

Raj Gainda

Maatschappelijke hulpverlening aan de Hindoes

in: Berg, C.v.D. e.a. [red.]

Hindostanen in Nederland

Garant, Leuven-Apeldoorn, 1990

Raj Gainda

Sacramenten van de Hindoes

in: Projektkrant [serie artikelen over buurtcultuur]

Stichting Samen Wonen Samen Leven, Rotterdam, 1989

Raj Gainda

Hindoeïsme in Suriname en Nederland

in: Goden in de familie

Museum voor volkenkunde, Rotterdam, 1989

Raj Gainda

Arbeidssocialisatie bij de Hindoestanen

Hindi Instituut Nederland, Rotterdam, 1990

Raj Gainda

Pakistani's: een minderheid onder de minderheden

Stichting Samen Wonen Samen Leven, Rotterdam, 1987