Sturing en Regeling

3
 Sturing en Regeling Kerntemperatuur: temperatuur binnenin het lichaam. Optimaal rond de 37 graden. Zorgt voor optimale celfunctie. Schiltemperatuur: schommelt meer dan de kerntemperatuur. Onder 27 graden verlopen enzymatische reacties te langzaam, boven 42 graden worden eiwitten afgebroken. Dit zijn de grenzen van de kerntemperatuur. Kerntemperatuur wordt geregeld d.m.v. negatieve terugkoppeling. -Sensoren: vooral warmtereceptoren in de kern -Verwerking: hypothalamus -Effectoren: mechanismen voor warmteproductie en –verlies Vormen warmteuitwisseling tussen lichaam en omgeving: -Straling -Geleiding -Convectie (stroming) -Verdamping (via huid en ademhaling, alleen van lichaam naar omgeving) Hoeveelheid warmteuitwisseling neemt toe naarmate het temperatuursverschil toeneemt. Effectoren tegen temperatuurdaling -Vasoconstrictie in de huid: vasoconstrictie (sympatisch) bloedstroom door de huid neemt af  temperatuur huid neemt af  warmteverlies neemt af. -Onwillekeurige spieractiviteit: hypothalamus activeert skeletspieren (rechtstreeks) rillingen warmteverlies neemt af -Willekeurige spieractiviteit: gedragsmatige handelingen als warmte opzoeken, houding veranderen en kleding aantrekken. Effectoren tegen temperatuurstijging -Vasodilatatie -Transpiratie: 2-3 miljoen zweetklieren, hoe hoger de kerntemperatuur hoe groter de activatie tot 2 liter per uur. (gestimuleerd door de hypothalamus) -Willekeurige spieractivatie: beschutting zoeken, kleding uittrekken en ventilator aanzetten. Hypothalamische thermoneutrale zone: 36,8-37,2 graden. Dan geen effectoren actief. Kerntemperatuur wisselt van persoon tot persoon en per moment v/d dag (circadiane ritme) Rond de menstruatiecyclus schommelt de kerntemperatuur meer. Tijdens zwangerschap neemt de kerntemperatuur niet toe of af. Hot flashes (opvliegers): na de menopauze, therapie: oestrogeen-aanvulling Kinderen raken sneller onderkoeld, omdat ze relatief gezien een groter lichaamsoppervlakte hebben. Ouderen hebben een minder goed werkende temperatuurregeling en kunnen dus sneller onderkoeld of oververhit raken.

Transcript of Sturing en Regeling

Page 1: Sturing en Regeling

5/17/2018 Sturing en Regeling - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/sturing-en-regeling 1/3

Sturing en Regeling

Kerntemperatuur: temperatuur binnenin het lichaam. Optimaal rond de 37 graden. Zorgt voor 

optimale celfunctie.

Schiltemperatuur: schommelt meer dan de kerntemperatuur.

Onder 27 graden verlopen enzymatische reacties te langzaam, boven 42 graden worden eiwitten

afgebroken. Dit zijn de grenzen van de kerntemperatuur.

Kerntemperatuur wordt geregeld d.m.v. negatieve terugkoppeling.

-Sensoren: vooral warmtereceptoren in de kern

-Verwerking: hypothalamus

-Effectoren: mechanismen voor warmteproductie en –verlies

Vormen warmteuitwisseling tussen lichaam en omgeving:

-Straling

-Geleiding

-Convectie (stroming)

-Verdamping (via huid en ademhaling, alleen van lichaam naar omgeving)

Hoeveelheid warmteuitwisseling neemt toe naarmate het temperatuursverschil toeneemt.

Effectoren tegen temperatuurdaling

-Vasoconstrictie in de huid: vasoconstrictie (sympatisch) bloedstroom door de huid

neemt af  temperatuur huid neemt af  warmteverlies neemt af.

-Onwillekeurige spieractiviteit: hypothalamus activeert skeletspieren (rechtstreeks)rillingen warmteverlies neemt af 

-Willekeurige spieractiviteit: gedragsmatige handelingen als warmte opzoeken, houding

veranderen en kleding aantrekken.

Effectoren tegen temperatuurstijging

-Vasodilatatie

-Transpiratie: 2-3 miljoen zweetklieren, hoe hoger de kerntemperatuur hoe groter de

activatie tot 2 liter per uur. (gestimuleerd door de hypothalamus)

-Willekeurige spieractivatie: beschutting zoeken, kleding uittrekken en ventilator 

aanzetten.

Hypothalamische thermoneutrale zone: 36,8-37,2 graden. Dan geen effectoren actief.

Kerntemperatuur wisselt van persoon tot persoon en per moment v/d dag (circadiane ritme)

Rond de menstruatiecyclus schommelt de kerntemperatuur meer. Tijdens zwangerschap neemt

de kerntemperatuur niet toe of af.

Hot flashes (opvliegers): na de menopauze, therapie: oestrogeen-aanvulling

Kinderen raken sneller onderkoeld, omdat ze relatief gezien een groter lichaamsoppervlakte

hebben. Ouderen hebben een minder goed werkende temperatuurregeling en kunnen dus sneller onderkoeld of oververhit raken.

Page 2: Sturing en Regeling

5/17/2018 Sturing en Regeling - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/sturing-en-regeling 2/3

Koorts wordt veroorzaakt doordat er interleukine 1+6 (pyrogenen) door de cellen van het

afweersysteem wordt geproduceerd en prostaglandine E2 synthese wordt geactiveerd door de

hypothalamus.

Hyperthermie: toename kerntemperatuur die géén gevolg is van een verhoogde

hypothalamische temperatuur.

Hypothermie: afname kerntemperatuur die géén gevolg is van een verlaagde hypothalamische

temperatuur.

Tijdens inspanning kan de kerntemperatuur oplopen tot wel 40 graden, waardoor men gaat

zweten. Kost veel meer energie dan koorts.

Heat exhaustion: transpiratie afname bloedplasma lagere bloeddruk  duizelig, misselijk.

 Niet rechtstreeks door hoge kerntemperatuur!Heat stroke: Kerntemperatuur 41, 42 graden duizelig, buikpijn, géén transpiratie, delier,

 bewusteloosheid, dood.

Endocrien systeem: Produceert hormonen, functie: homeostase, lichaamsgroei en – 

ontwikkeling. Communicatie kern – schil via hormonen.

Hypothalamus coördineert grote delen van het endocrien systeem en autonome zenuwstelsel.

Hormonen: producten van endocriene cellen en organen, hebben invloed op doelcellen.

• Steroïden: zijn afgeleid van cholesterol. Synthese in ovaria, testes en bijnierschors.

Transport via bloedstroom, vooral aan eiwitten gebonden.

• Kleine peptiden, eiwitten en glycoproteïnen. Synthese in hypothalamus, hypofyse,schildklier, bijschildklier, pancreas, cellen in ademhalingssysteem en GI-systeem.

Transport via bloedstroom, oplosbaar zonder hulp-eiwitten.

• Afgeleid van of overeenkomend met aminozuren.

o Schildklierhormonen: gejodeerde aminozuren. Synthese in schildklier. Transport

via bloedstroom, vooral gebonden aan eiwitten.

o Catecholamines. Synthese in neuronen, bijniermerg. Transport via bloedstroom,

oplosbaar zonder hulp-eiwitten.

Hormonen binden aan receptoren op de doelcellen op het celoppervlak (produceren na binding

 second messenger -stoffen in de cel, die celprocessen activeren) of intracellulair (beïnvloeden

rechtstreeks de transcriptie).

Paracrien: chemische beïnvloeding van nabijgelegen cellen door de extracellulaire ruimte.

Hypofyse hangt aan de hypothalamus. Zijn allebei betrokken bij de regeling van andere

endocriene klieren via endocriene en neurendocriene processen. Ligt in de sella turcica in de

schedel en is met het infundibulum en een vaatnetwerk aan de hypothalamus verbonden.

Functionele delen van de hypofyse:

• Adenohypofyse: lobus anterior hypophyseos (hypofysevoorkwab), is endocrien en

ontstaan uit het monddakectoderm (zakje van Rathke)

o Pars distalis; grootste deel, dikke voorwand van het zakje van Rathke.

o

Pars intermedia; dun overblijfsel van de achterwand van het zakje van Rathke.o Pars tuberalis; ontstaan uit de laterale wand van het zakje van Rathke.

Page 3: Sturing en Regeling

5/17/2018 Sturing en Regeling - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/sturing-en-regeling 3/3

•  Neurohypofyse: lobus posterior hypophyseos (hypofyseachterkwab), is neurendocrien

en ontstaan uit neurectoderm.

o Pars nervosa: bevat axonen en uiteinden van axonen.

o Infundibulum: bevat de axonen van de tractus hypothalamohypophisialis.

Bloedvoorziening hypofyse bestaat uit twee delen:

-Arteria hypophysialis superior: pars tuberalis, eminentia mediana, infundibulum. Bloed

afkomstig uit 2 arteriën. Hieruit ontstaat een netwerk van haarvaatjes, de primaire capillaire

 plexus. De afvoer van het bloed uit deze haarvaten gaat via de venae portales hypophysiales.

Hieruit ontstaat nog een haarvatnetwerk, de secundaire capillaire plexus. Het bloed gaat

vervolgens naar de sinus cavernosus.

-Arteria hypophysialis inferior: pars nervosa, bloed afkomstig uit 1 arterie.

Het grootste deel van de hypofysevoorkwab heeft geen directe arteriële bloedtoevoer!

Hormonen uit de lobus anterior hypophyseos:Stimuleren hormoonproductie in andere endocriene organen:

-Adrenocorticotroop hormoon (ACTH): stimuleert secretie in en instandhouding van de

 bijnierschors.

-Thyreoïd-stimulerend hormoon (TSH): stimuleert groei van schildklierepitheel en

 productie en secretie van TH en thyreoglobuline.

-Follikelstimulerend hormoon (FSH): bij vrouwen stimuleert het de ontwikkeling van

follikels in de ovaria, bij mannen de spermatogenese in testes.

Werken direct op niet-endocriene organen:

-Groeihormoon (GH): stimuleert synthese en secretie van IGF-I in de lever, dit

stimuleert de groei van de epifysairschijf.-Prolactine (PRL): stimuleert ontwikkeling van borstklierweefsel en secretie.

Pars distalis bestaat uit:

Basofielen (10%), Acidofielen (40%) en Chromofoben (50%)

Pars intermedia bevat:

Grotere follikels dan de pars distalis, géén acidofielen, wel basofielen en chromofoben,

Corticotrope cellen: cellen met α- en β-endorfine en melanocyten-stimulerend hormoon (MSH)

Pars tuberalis:

Veel vaten van het hypothalamohypofysair systeem, follikels omgeven door kubische cellen en

 plaveiselepitheelcellen, en cellen met immunoreactiviteit voor ACTH, FHS en LH.