SKIK kinderopvang€¦ · Web viewSKIK wil op een kwalitatieve, professionele en resultaatgerichte...

Welkom

Voor u ligt het pedagogisch beleidsplan van SKIK stichting kinderopvang en peuterspeelzalen. Hierin beschrijven we alle zaken die vanuit weten regelgeving vastgelegd horen te worden én de praktische uitvoering daarvan op onze locaties. Ons belangrijkste doel is het bieden van kwalitatief goede kinderopvang.. Wij laten u graag zien waar SKIK voor staat; hoe wij omgaan met de kinderen, welke kwaliteitseisen wij belangrijk vinden en hoe het is geregeld met de inspraak en betrokkenheid van ouders.

Dit pedagogisch beleidsplan is een belangrijke toetssteen voor onze pedagogisch medewerkers, stagiaires, oudercommissies, bestuur en andere belangstellenden.

Door vast te leggen wat we doen en waarom we dat zo doen, willen we:- Het kader aangeven waarbinnen we het pedagogisch beleid uitvoeren;- De pedagogische kwaliteit op onze locaties bewaken;- Het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers inzichtelijk maken;

SKIK heeft verschillende opvangsoorten, namelijk:- dagopvang 0-4 jaar- peuteropvang 2-4 jaar- buitenschoolse opvang 4-12 jaar- gastouderopvang 0-12 jaar

Al onze opvangsoorten staan ingeschreven in het landelijk register kinderopvang en peuterspeelzalen. Voor de gastouderopvang hebben wij een separaat pedagogisch beleid.

Naast dit algemene pedagogisch beleid heeft SKIK voor iedere opvangsoort een pedagogisch werkplan. Hierin zijn locatiespecifieke zaken beschreven.

SKIK wil op een kwalitatieve, professionele en resultaatgerichte wijze haar werk uitvoeren. dit betekent werken volgens een continue cyclus: beleid maken, beleid uitvoeren en beleid evalueren, beleid bijstellen. Dit pedagogisch beleid is dan ook geen statisch stuk.

Wij wensen u veel plezier bij het lezen van ons pedagogisch beleid.

November 2017

SKIK kinderopvang en peuterspeelzalen Pedagogisch beleid kdv, bso en pov november 2017Status: definitief (gewijzigd n.a.v. Wet IKK) 1

Inhoudsopgave

1. VISIE

2. DE UITVOERING2.1. Ontwikkelingsgericht werken2.2. Werken met Uk en Puk 2.3. De opvang van baby’s volgens de visie van Emmi Pikler 2.4. Het bieden van emotionele veiligheid en welbevinden2.5. Persoonlijke ontwikkeling 2.6. Sociale ontwikkeling 2.7. Overdragen van waarden en normen2.8 Tweetaligheid2.9 Natuurbeleving

3. ONZE MEDEWERKERS3.1 Gemotiveerde medewerkers 3.2 Ondersteuning pedagogisch medewerkers 3.3 Invalkrachten 3.4. Scholing3.5. Stagiaires

4. SAMENWERKING MET OUDERS4.1. Informatie delen 4.2. contact met ouders

5. KWALITEITSZORG 5.1. Volgen van de ontwikkeling 5.2. Van signaleren naar handelen 5.3. Voorschoolse Educatie (VVE)


1. VISIE

De missie van SKIK (‘Hier staan we voor’):Op basis van de kwaliteit en eigenheid dagen we kinderen en medewerkers uit om het beste uit zichzelf te halen. Onze identiteit kenmerkt zich door de waarden ‘warmte’, ‘plezier’ en ‘samen’.

De algemene visie van SKIK (‘Hier gaan we voor’):

1. Wij stimuleren kinderen spelenderwijs in hun ontwikkeling.

Spelenderwijs leren kinderen voor een optimale overgang naar de basisschool

2. SKIK is partner in de opvoeding en vraagbaak voor ouders

3. SKIK is partner in het preventieve zorgen jeugdbeleid

Visie op kinderopvang: “Bij SKIK voelen kinderen zich thuis.”Voor het kind is de opvangplek een veilige plaats: een plek waar het zich thuis voelt, zichzelf durft tezijn, zich geaccepteerd weet en vertrouwen in zichzelf en anderen kan hebben.

Visie op opvoeden: “Wij stimuleren de kinderen spelenderwijs in hun ontwikkeling.”Wij gaan uit van het kind. We kijken waar zij mee bezig zijn, veel over spreken, behoefte aan hebben en spelen hierop in. Wij hebben vertrouwen in de competentie van kinderen. Wij geven kinderen respect en vertrouwen, waardoor kinderen (zelf)respect en (zelf)vertrouwen opbouwen. Wij prikkelen kinderen om uitdagingen aan te gaan, waardoor ze ontdekken wat ze kunnen en wie ze zijn.

Visie op kinderen: “Wij zien kinderen als de (mede)bouwers van hun eigen ontwikkeling.”Ieder kind heeft een uniek karakter en het recht om te zijn wie hij/zij is. We gaan ervan uit dat kinderen zich willen ontwikkelen en dat ieder dat op zijn/haar eigen manier en in zijn/haar eigen tempo doet.

Visie op medewerkers: “Onze medewerkers zijn de kracht van de organisatie.”Zij zijn betrokken en gemotiveerd. Zij zijn de professionals die verantwoordelijkheid kunnen en willen dragen en zijn een rolmodel voor de kinderen en hun ouders.

Visie op ouders: “Wij zien onze ouders of verzorgers als de belangrijkste partners.”Voor ouders is SKIK een plek waar zij hun kind in vertrouwen willen laten opvangen. Wij hechten groot belang aan een goed contact met ouders en streven ernaar om door ouders gezien te worden als partners in de opvoeding.


2. DE UITVOERING

SKIK vindt het belangrijk om de kinderen spelenderwijs te stimuleren in hun ontwikkeling. Daarbij gaan wij uit van het kind en zijn of haar competenties. Wij gaan ervan uit dat kinderen zich willen ontwikkelen en dat ieder kind dat op zijn eigen manier en tempo doet. Wij leveren een essentiële bijdrage aan de ontwikkeling van kinderen. We bieden een omgeving, waar ze zich veilig en vertrouwd voelen en samen met andere kinderen spelen en leren. Bij SKIK leren kinderen vaardigheden die ze nodig hebben voor latere sociale relaties en hun persoonlijke ontwikkeling.

SKIK werkt volgens de uitgangspunten die zijn beschreven in het convenant kwaliteit kinderopvang en de Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang. Deze wet stelt dat kinderopvang moet bijdragen aan een goede en gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige en gezonde omgeving, waarbij sprake is van de volgende vier doelen, namelijk:

1. het bieden van emotionele veiligheid;2. het bevorderen van de persoonlijke competentie;3. het bevorderen van de sociale competentie;4. het bevorderen van de morele competentie, de overdracht van normen en waarden.

Onze werkwijze is gebaseerd op elementen van: het Ontwikkelingsgericht werken en de visie van Emmi Pikler. In de uitvoering gebruiken we de methode van Uk en Puk. De accenten kunnen per locatie verschillen.

2.1. Ontwikkelingsgericht werken

Ontwikkelingsgericht werken houdt in dat de pedagogisch medewerkers hun handelen zoveel mogelijk aansluiten op het niveau en de behoefte van het individuele kind en het stimuleert om zijn/haar ontwikkeling te bevorderen.

Ontwikkelingsgericht werken is gebaseerd op basis van vier pedagogische aandachtsgebieden, namelijk:

Bieden van emotionele steun.We troosten, prijzen, belonen en moedigen de kinderen aan waardoor ze zich begrepen en gehoord voelen en vertrouwen in zichzelf krijgen.

Respect voor de autonomie.We laten de kinderen veel zelf kiezen, veel zelf doen en respecteren hun inbreng.

Structuur bieden.Kinderen hebben behoefte aan duidelijkheid. Dat doen we door een dagritme, maar ook door het stellen van regels en grenzen en door het benoemen wat er gedaan wordt.

Het bieden van een rijke uitdagende leefwereld.Alle kinderen zijn van nature nieuwsgierig en gemotiveerd om de wereld om hen heen teontdekken. We bieden een rijke uitdagende leefwereld door de inrichting, de materialen en het aanbod van diverse ontwikkelingsgerichte activiteiten.

2.2 Werken met Uk en Puk Uk & Puk is een uniek totaalprogramma voor kinderopvang, voor kinderen van 0 tot 4 jaar. Door actief bezig te zijn en lekker te spelen, ontwikkelen baby's, dreumesen en peuters zich breder en sneller. De activiteiten stimuleren de spraak- en taalvaardigheid, sociaal-emotionele vaardigheden, motorische en zintuiglijke vaardigheden en geven de eerste rekenprikkels.


Pedagogisch medewerkers maken een jaarplanning met thema’s en voeren per thema diverse activiteiten uit, waarmee zij de totale ontwikkeling van kinderen stimuleren. Ieder ontwikkelingsgebied komt in elk thema ruim aan bod. Er worden activiteiten in de grote of in een kleine groep ondernomen of met individuele kinderen. De activiteiten vinden vooral plaats binnen bestaande situaties zoals tijdens de verzorging- en spelmomenten.

De kinderen ontwikkelen zich op een speelse manier met de pop Puk. Puk is het speelkameraadje van de kinderen. Hij maakt altijd wel iets mee wat de kinderen herkennen, zoals ziek zijn, op vakantie gaan, uit logeren, naar het zwembad, etc. Puk is de schakel tussen de pedagogisch medewerker en het kind en nodigt uit tot communicatie.

2.3 De opvang van baby’s volgens de visie van Emmi Pikler

Baby’s begeleiden binnen de kinderopvang vergt een specifieke pedagogische visie. Voor deze groepkinderen heeft SKIK zich laten inspireren door pedagoge Emmi Pikler. Twee belangrijke uitgangspunten in de visie van Pikler zijn: respectvolle verzorging en vrije bewegingsruimte.

Een respectvolle verzorging Verzorging is altijd communicatie, daarom zijn de verzorgingsmomenten juist zo geschikt om met de baby in contact te zijn. De pedagogisch medewerker leert het kind kennen in wat het wil, prettig vindt en nodig heeft en het kind leert zichzelf en de pedagogisch medewerker kennen.Tijdens deze dagelijkse momenten kan een veilige hechting ontstaan.Er is een voor de baby goede balans tussen rust, zorg en activiteiten. Wij proberen hierbij het ritme van thuis en het ritme van SKIK zoveel mogelijk op elkaar aan te laten sluiten.

Ieder dagdeel dat de baby’s op het kinderdagverblijf aanwezig zijn, worden zij zo veel mogelijk, door één en dezelfde pedagogisch medewerker verzorgd. Deze medewerker is de mentor van het kind en dan ook de vaste contactpersoon voor de ouders.

Wanneer de baby gevoed wordt, gebeurt dit zoveel mogelijk door de vaste pedagogisch medewerker. De fles wordt altijd op schoot gegeven: de pedagogisch medewerker geeft hiermee één op één aandacht aan het kind en biedt daarmee veiligheid en het kind ervaart lichamelijk contact. Het voeden met de fles of vast voedsel vind plaats op een rustig plekje. Zo is er volop aandacht voor de baby. Vrije bewegingsruimteAl bewegend leert de baby zichzelf en de wereld kennen. Dit doet een baby in zijn eigen tempo en op eigen initiatief. Op iedere groep hebben we een grondbox. Dit is een afgescheiden hoek in de groepsruimte. In de grondbox hebben de allerkleinsten vrije bewegingsruimte waardoor ze kunnen spelen zonder gestoord te worden door de wat oudere kinderen. Baby’s spelen met prikkelarm spelmateriaal. Dit houdt in dat het speelgoed geen licht geeft, er geen muziek uit komt of uit zichzelf beweegt. De baby’s gaan zelf aan de slag met dit speelgoed. Immers “passief” speelgoed maakt actieve en creatieve baby’s. Door de grondbox hebben baby’s ook meer vrijheid en meer ruimte om zich om te rollen, op te trekken, te ontdekken en contact te maken met de andere kinderen.

Regelmatig laten we de baby’s ongestoord bewegen en spelen. De pedagogisch medewerker is altijd op achtergrond aanwezig. Zichtbaar of hoorbaar voor de baby.


Baby’s worden, indien ouders dat wensen en toestemming hebben gegeven, buiten te slapen gelegd. Wij hebben hiervoor speciale buitenbedjes. Vanuit de groepsruimte zijn ze goed zichtbaar.

2.4. Het bieden van emotionele veiligheid en welbevinden

Onder emotionele ontwikkeling en welbevinden verstaan we de ontwikkeling van het gevoelsleven en het leren uiten van belangrijke emoties zoals blijheid, boosheid, verdriet, plezier en frustratie. Belangrijk bij de emotionele ontwikkeling is de mate waarin kinderen zich veilig en geborgen voelen. Door de inzet van vaste pedagogisch medewerkers en stamgroepen met bekende leeftijdsgenootjes kunnen kinderen gevoelens van verbondenheid en sociale verantwoordelijkheid ontwikkelen.

Ook de inrichting van de ruimte en het zorgen voor een herkenbare dagstructuur geeft kinderen houvast. Wij vinden het belangrijk dat kinderen het gevoel van een ‘tweede thuis’ krijgen. Dat wil zeggen: een sfeer met geborgenheid, veiligheid en vertrouwen.

Beroepskracht-kindratio (BKR)Er zijn duidelijke regels vanuit de Wet Kinderopvang voor het maximaal aantal kinderen dat per stamgroep/ basisgroep wordt opgevangen. De grootte van de groepen wordt berekend aan de hand van de beroepskracht- kindratio en de leeftijdsopbouw van de kinderen in de groep.Wij werken met stamgroepen van maximaal 12 of 16 kinderen in de dagopvang, maximaal 16 peuters in de peuteropvang en 20 kinderen per basisgeroep in de buitenschoolse opvang. (zie tabel). Een kind mag aan maximaal drie vaste medewerkers per week worden gekoppeld. Voor nul-jarigen zijn dit maximaal twee vaste gezichten per kind. Eén van hen is aanwezig op de groep als het kind er is, behoudens vakantie en ziekte.

Leeftijd Maximum aantal kinderen

Aantal pedagogisch medewerkers

0 – 2 jaar 14 30 – 4 jaar 16 32 – 4 jaar 16 24 – 8 jaar 20 24 – 12 jaar 20 28 – 12 jaar 30 3 (of 2 met een extra

volwassene)

Stamgroepen/ BasisgroepenDe opvang vindt plaats in stamgroepen (kinderdagverblijven en peuteropvang) en basisgroepen (buitenschoolse opvang). Ieder kind is geplaatst in een stamgroep of basisgroep. Onderdeel zijn van een groep geeft jonge kinderen een gevoel van vertrouwdheid. De naam van de groep of locatie, bijvoorbeeld groep blauw of locatie de Pikestjelp, maakt duidelijk welke pedagogisch medewerkers en kinderen bij elkaar horen.

Stamgroepen of basisgroepen zijn vaste groepen met een eigen groepsruimte. Een kind van 0-4 jaar maakt gedurende de week van niet meer dan twee verschillende stamgroepen gebruik. Bij de peuteropvang bestaat de groep altijd uit dezelfde kinderen die dezelfde 2 dagdelen van de opvang gebruik maken. Bij activiteiten kunnen kinderen de stamgroep verlaten. De maximale omvang van de stamgroep kan dan tijdelijk worden losgelaten, maar de BKR geldt dan voor de hele locatie.


MentorIeder kind heeft een eigen mentor. De mentor is een pedagogisch medewerker, werkzaam op de groep van het kind. Zij is voor de ouders aanspreekpunt bij vragen over de ontwikkeling en het welbevinden van hun kind. De mentor kan een rol spelen bij het signaleren van knelpunten in de ontwikkeling en, in overleg met ouders, in contacten met derden. Bij de dagopvang bespreekt de mentor periodiek de ontwikkeling van het kind met de ouders. Bij kinderen die van de dagopvang naar de basisschool en de buitenschoolse opvang gaan, wordt ook informatie overgedragen over de ontwikkeling van het kind. Uiteraard pas nadat ouders daar schriftelijk toestemming voor geven.Voor kinderen in de buitenschoolse opvang is de mentor hun eerste aanspreekpunt. Ouders ( en op de bso ook de kinderen) worden uiterlijk tijdens het intakegesprek op de hoogte gebracht over wie de mentor van hun kind is.

Flexibele opvangFlexibele opvang is bedoeld voor ouders die onregelmatig kinderopvang nodig hebben. Onder flexibele opvang verstaan we opvang op wisselende dagen en dagdelen. De hoeveelheid dagen/dagdelen en betreffende dagen kunnen wisselen. Ook afname bij wisselende dagdelen volgens een van te voren aangeleverd rooster valt onder flexibele opvang. SKIK biedt flexibele opvang aan op een aantal van haar locaties. De groepen die flexibele opvang bieden, bestaan uit een stamgroep aangevuld met kinderen die gebruik maken van flexibele opvang. Hierdoor zijn er altijd pedagogisch medewerkers en kinderen die ze kennen. We laten een kind van maximaal van 2 stamgroepen gebruik maken.

Incidenteel afnemen van extra dag(deel)Het kan zijn dat ouders van de dagopvang incidenteel een extra dag(deel) willen afnemen die buiten de vaste contracturen vallen. Bij SKIK is dat mogelijk indien de maximale groepsgrootte en BKR nietoverschreden wordt. In principe vindt de opvang plaats in de eigen stamgroep. Indien er geen plaats is op de eigen groep, is opvang op een andere groep mogelijk. Dit wordt met de ouders besproken en schriftelijk vastgelegd. Voor de peuteropvang is dit niet mogelijk.

Structureel afnemen van extra dag(deel)Uitgangspunt bij de dagopvang van SKIK is dat de extra opvang in de eigen stam- of basisgroep plaatsvindt. Wanneer de groepsgrootte het niet toelaat om het kind extra te plaatsen, wordt in overleg met de ouders besloten om het kind tijdelijk in een andere groep te plaatsen. Wij vragen hiervoor schriftelijke toestemming van de ouders en zij ontvangen hiervoor een aparte plaatsingsovereenkomst, waarin gemeld wordt wanneer het kind geplaatst kan worden in de eigen stam- of basisgroep.

Samenvoegen groepenOp het kinderdagverblijf en de buitenschoolse opvang kunnen hele groepen worden samengevoegd,waarbij in principe van beide groepen een vaste pedagogisch medewerker aanwezig is. Dit gebeurt op rustige dagen en/of tijdens vakanties, waarbij we de maximale groepsgrootte niet overschrijden.Ouders worden hierover vooraf schriftelijk geïnformeerd. Via een persoonlijke of schriftelijke overdracht worden bijzonderheden van de kinderen overgedragen. Voor de buitenschoolse opvang geldt dat er in de vakanties locaties worden samengevoegd. Ook kunnen er dan extra kinderen op de buitenschoolse opvang komen die alleen vakantieopvang bij SKIK afnemen.

Open-deurenbeleidBij SKIK werken we op een aantal locaties met een open deurenbeleid. Tijdens open deurenactiviteiten verlaten de kinderenhun stam- of basisgroep om in een andere ruimte of buiten deel te nemen aan activiteiten. De deuren van de groepsruimten gaan als het ware open om


kinderen de gelegenheid te bieden om ‘hun wereld’ te vergroten. Voor baby’s zijn opendeuren niet geschikt. Zij blijven op hun stamgroep tijdens deze activiteiten. Voor kinderen die naar de bso gaan is een open-deurenbeleid bijna altijd aan de orde. Zij beginnen de (mid)dag op hun basisgroep en krijgen daarna de gelegenheid om aan te sluiten bij activiteiten in andere ruimtes of daar zelfstandig te spelen. Door het open deuren beleid wordt kinderen meer mogelijkheid geboden om kinderen uit een andere groep te ontmoeten en ander speelgoed te ontdekken. Dit kan zijn in het vrij spel van de kinderen, maar ook tijdens activiteiten die kinderen extra uitdaging bieden. Zo kunnen bijvoorbeeld dreumesen aansluiten bij activiteiten voor peuters. Er is hierdoor ook gelegenheid om te werken in kleine groepjes waar de pedagogisch medewerkers en de kinderen de gelegenheid hebben om meer één op één te werken. De sociale competenties worden door middel van het open deurenbeleid nog meer ontwikkeld.

Het openzetten of sluiten van de groepsdeuren gedurende de dag, is een bewuste keus van de pedagogisch medewerker. Tijdens het halen en brengen van kinderen en tijdenstafelmomenten wordt er voor gekozen om de deuren dicht te laten. Gedurende de activiteiten buiten de eigen groep houden de pedagogisch medewerkers in de gaten of ieder individueel kind zich prettig voelt. Soms moet een kind nog wennen aan de situatie. Daar waar nodig wordt extra aandacht of begeleiding geboden of gaan kinderen gewoon weer terug naar hun eigen groep(sruimte).

Wanneer kinderen bij activiteiten de stam- of basisgroep verlaten wordt, wordt de maximale omvang van de stamgroep tijdelijk losgelaten. Wel blijft het aantal kinderen per pedagogisch medewerker van kracht, toegepast op het totaal aantal aanwezige kinderen op de locatie.Op de bso kunnen de kinderen deelnemen aan gezamenlijke activiteiten. Dit zijn activiteiten die passen bij hun leeftijd, hun interesses en die uitdagend zijn. Deze activiteiten vinden plaats in de verschillende groepsruimten, een speellokaal of buiten. Een pedagogisch medewerker vertelt waar de activiteiten plaatsvinden. Kinderen kiezen zelf waar ze aan mee doen. Kinderen die het moeilijk vinden om een keuze te maken, begeleiden wij hierin. Wanneer we meer dan 30 kinderen op een locatie opvangen, besteden we extra aandacht aan de emotionele veiligheid van de kinderen. De kinderen weten in welke groep welke pedagogisch medewerker een activiteit doet. Kinderen kunnen altijd naar de eigen pedagogisch medewerker gaan met vragen. Omdat de kinderen in verschillende ruimten kunnen spelen, kennen ze alle pedagogisch medewerkers. Alle pedagogisch medewerkers houden de kinderen in de gaten en kijken of zij zich prettig voelen of extra begeleiding nodig hebben. Mocht er iets zijn dat een kind liever met de eigen pedagogisch medewerker bespreekt of in de buurt van de eigen pedagogisch medewerker wil blijven, kan dat altijd.

3-uursregeling/ ½ uursregelingKinderdagverblijfBij SKIK maken we gebruik van de zogenaamde 3-uursregeling. Dit betekent dat ten hoogste drie uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. In het rooster registeren we de werken pauzetijden. Dit rooster is inzichtelijk op de locatie.

Buitenschoolse opvangVoor de buitenschoolse opvang is bovenstaande ook van toepassing Op vrije dagen en in de vakanties geldt dezelfde drie-uursregeling als bij de dagopvang, mits minimaal 10 uur aaneengesloten opvang geboden wordt.


Op schooldagen maken we gebruik van de half- uursregeling. Dit betekent dat er een half uur per dag minder personeel ingezet kan worden dan is vereist.

In het pedagogisch werkplan van de locatie staat beschreven op welke tijden er afgeweken wordt van de beroepskracht-kindratio. Waar mogelijk laten we een stagiaire meedraaien op de momenten dat we afwijken.

Wennen De start begint met een intakegesprek tussen ouders en pedagogisch medewerker. Doel is om informatie uit te wisselen over thuis en over de gang van zaken op de groep om zo van beide kanten het kind op de opvang goed te kunnen begeleiden. De invulling van het wennen is afhankelijk van het kind zelf en is daarom voor ieder kind anders. Gemiddeld houden wij voor de dagopvang aan dat een kind twee keer voor de startdatum alvast op de groep kan meedraaien. Wanneer een kind voor het eerst komt en nog moet wennen, hoort het op dat moment al bij de groep en is het niet boventallig. Zo kunnen we voldoende aandacht schenken aan de nieuwkomer. We laten maximaal 2 kinderen per keer tegelijk wennen. Voor de peuteropvang geldt dat aan ouders wordt gevraagd om een half uurtje voor of na openingstijd te komen. Dat zijn de momenten die rustig zijn. Zo heeft de pedagogisch medewerker voldoende tijd voor ouder en kind. Wanneer een kind voor het eerst op de bso komt worden tijdens het intakegesprek afspraken gemaakt met ouders (en kind) over wennen. Gaat een kind ongeveer drie maanden naar SKIK, dan krijgt iedere ouder een evaluatieformulier. Hierop kunnen de ouders aangeven hoe de gewenningsperiode is verlopen en hoe zij en hun kind de eerste maanden hebben ervaren. Mocht een ouder er behoefte aan hebben, dan kunnen zij altijd een gesprek aanvragen.

Wennen bij overstap naar andere groepIndien het voorkomt dat een kind overstapt naar een andere groep met andere pedagogisch medewerkers en kinderen, besteden wij veel aandacht aan een soepele overgang van deze nieuwesituatie en volgen wij de werkwijze zoals hierboven beschreven.

Wennen bij overstap naar de buitenschoolse opvangWanneer een kind ongeveer 3,5 jaar is, ontvangen ouders vanuit SKIK informatie over de buitenschoolse opvang. Ook op de buitenschoolse opvang zal er een intakegesprek met de ouders plaatsvinden en worden er afspraken gemaakt over het wennen op de bso. Bij grotere locaties zal de eerste keer ook de eigen pedagogisch medewerker van de dagopvang meegaan naar de bso en een poosje blijven. Voor de kleinere locaties geldt dat de kinderen de bso ruimte en hun medewerkers vaak al kennen.

HechtenOnder hechten verstaan we het verkrijgen van een relatief duurzame liefdevolle, warme relatie tussen een kind en één of meerdere specifieke personen met wie het kind regelmatig in contact is. De pedagogisch medewerkers zijn beschikbaar voor het kind. Door er voor een kind echt te zijn, creëren we een vertrouwde, veilige sfeer op de groep. Veiligheid is het belangrijkste gevoel dat een pedagogisch medewerker een kind moet bieden. Door non-verbaal gedrag en oogcontact, door aan te moedigen, te prijzen en te belonen biedt een pedagogisch medewerker emotionele veiligheid. Als kinderen veilig gehecht zijn aan ouders en groepsleiding durven ze zelf op onderzoek uit te gaan. Het is daarom belangrijk dat er vaste pedagogisch medewerkers op een groep zijn.

DagritmeDe dagindeling op de groep verloopt volgens een vast dagritme. Door structuur te bieden brengen we orde aan, waardoor een kind grip krijgt op de omgeving. Het dagritme wordt herkenbaar voor


een kind door benoemen en herhalen van activiteiten. In het werkplan van de locatie wordt nader ingegaan op het dagritme.

Inrichting binnen en buitenDe binnenruimtes van SKIK beschikken over voldoende ruimte per kind. Het aantal groepen varieert per locatie. Waar mogelijk is er een speelhal waar kinderen met grof motorisch materiaal kunnen spelen (fietsen, klimrek, kruiptunnel). Op alle locaties is een aangrenzende buitenruimte . Voor de jongste kinderen op de dagopvang zijn er slaapkamers met voldoende bedjes.

Belangrijk is dat iedere ruimte uitdagend, en overzichtelijk is. Kinderen moeten zich er veilig voelen en uitgenodigd worden tot spel en activiteiten. Er is bijna overal een huishoek met leesbank, poppenhoek, bouwhoek enz. Door het creëren van hoekjes kunnen kinderen zich ook terugtrekken, alleen spelen of in een klein groepje spelen.

Bij de inrichting van het buitenterrein hanteren we dezelfde criteria, uitdagend en veilig. We hebbenverschillende ondergronden, speeltoestellen die geschikt voor de doelgroep, geschikte beplanting en rondom is de buitenruimte afgeschermd met een veilig hekwerk. Meer hierover kunt u lezen in ons Veiligheids- en gezondheidsbeleid.

2.5. Persoonlijke ontwikkeling

Met persoonlijke ontwikkeling bedoelen we het ontwikkelen van weerbaarheid, zelfvertrouwen,eigenwaarde, flexibiliteit en creativiteit. Ieder kind heeft het recht om te zijn wie het is. We respecteren ieders karakter, zodat het kind een eigen identiteit kan ontwikkelen. We luisteren naar het kind, kijken naar het kind en hebben oog voor zijn unieke persoonlijkheid. Dit betekent dat de pedagogisch medewerkers hun houding en gedrag afstemmen op ieder individueel kind. De pedagogisch medewerkers hebben een open houding naar de kinderen. Ze blijven in gesprek met de kinderen en luisteren actief. Door goed te luisteren en te kijken ontdekt een pedagogisch medewerker wat een kind nodig heeft en wordt duidelijk hoe het kind in de groep is.

Hierdoor kan een pedagogisch medewerker het kind goed volgen en begeleiden. Bijvoorbeeld: Neemt het kind zelf initiatief, of heeft het juist stimulans nodig? Wil het kind zelf ontdekken of moet de pedagogisch medewerker het voordoen? Dit brengt met zich mee dat we op de hoogte zijn van de eet- slaap- en speelgewoonten van ieder kind. En ook kennis hebben van de verschillende ontwikkelingsfasen, het ontwikkelingsniveau en verschillende ontwikkelingsgebieden van de kinderen in het algemeen. Ieder kind mag zich op zijn eigen manier en in zijn eigen tempo ontwikkelen.

We onderscheiden de volgende ontwikkelingsgebieden:

a. Ontwikkeling van zelfstandigheid en omgevingsbewustzijnb. Spelontwikkelingc. Taalontwikkelingd. Motorische ontwikkelinge. Cognitieve ontwikkeling

a. Ontwikkeling van zelfstandigheid en omgevingsbewustzijnDoor verschillende activiteiten en spelmogelijkheden aan te bieden, leert en ontdekt het kind wie het is, wat het kan, welke interesses het heeft en welke vaardigheden er nodig zijn in verschillende


situaties. Wanneer kinderen ervaren wat ze zelf kunnen, krijgen ze zelfvertrouwen en een gevoel van eigenwaarde. Ze krijgen hierdoor een positief zelfbeeld. We stimuleren de kinderen om datgene te doen waar zij toe in staat zijn. Dit noemen we verantwoordelijkheid naar draagkracht. We laten ze dus veel zelf doen: jas ophangen, tasjes uitdelen, meehelpen met opruimen, drinken inschenken enz. Voor de groep van 8-12 jarigen op de buitenschoolse opvang hebben we een kinderraad en een kindcontract waarin in overleg met de ouders staat wat een kind zelfstandig mag doen. Deze wordt per fase in de ontwikkeling aangepast, zodat het kind zich steeds meer tot een zelfstandig persoon kan ontwikkelen in eigen tempo.

b. SpelontwikkelingCentraal binnen spel staat het plezier. Niet het resultaat staat voorop, maar genieten van elkaars aanwezigheid, samen doen en je aan afspraken houden. Spelen kun je in je eentje, met materialen, maar ook samen met vriendjes en vriendinnetjes en/of met de pedagogisch medewerkster. Kinderen maken in hun spel ook een ontwikkeling door, van solitair spel, naar parallel spel tot gezamenlijk rollenspel. Soms lopen deze fases in elkaar over of door elkaar heen.

Onze pedagogisch medewerkers letten op de ontwikkeling van ieder individueel kind en reiken materialen en/of situaties aan dat aansluit bij hun ontwikkelingsniveau. Zo kan er meegespeeld worden in de huishoek, geeft de pedagogisch medewerker het voorbeeld bij op de beurt wachten, de beurt geven of stimuleert zij het kind om zich creatief te uiten met papier, verf, stof enz, zonder een kind het initiatief uit handen te nemen. Ze stelt vragen en geeft aanwijzingen, speelt in op grapjes en heeft humor, beloont, complimenteert, prijst en stimuleert.

Op de kinderopvang worden er gerichte activiteiten aangeboden, zodat kinderen kunnen experimenteren met materiaal, regels, groepsgrootte, thema’s enz. Daarnaast zijn er dagelijks momenten van vrij spel. Kinderen kiezen dan zelf waar ze mee spelen en hoe lang.

c. TaalontwikkelingHet verwerven van taal gaat in verschillende fasen. Het is belangrijk om van jongs af aan voor veel, begrijpelijk en relevant taalaanbod te zorgen. Onze pedagogisch medewerkers benoemen wat het kind doet of waar het bij betrokken is. Zo wordt het taalbegrip gestimuleerd. Begrijpelijk en relevant taalaanbod betekent taalaanbod dat is afgestemd op het niveau van het kind. Bij SKIK lezen we veel (voor), zingen we samen en worden de tafelmomenten bij uitstek gebruikt voor gesprekken samen.

d. Grove en Motorische ontwikkelingMotoriek speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van baby’s en kinderen. Door te bewegen, tespelen leert het de wereld om zich heen te verkennen. Vanuit de box grijpen baby’s al naar allerlei dingen, willen dreumesen niet anders dan lopen, lopen, peuters willen fietsen en klimmen en grotere kinderen willen graag rennen, springen enz. Bij SKIK zorgen wij voldoende uitdagend materiaal, wat is afgestemd op de leeftijdsfase van het kind. Dat geldt ook voor de fijne motoriek: van het oppakken van kleine kruimels, tot knippen, pen vasthouden, verven met je vingers en verven met een kwast, tot knutselen met lego, knexx etc.

e. Cognitieve OntwikkelingDe cognitieve ontwikkeling is het mentale proces van opslaan, verwerken, terughalen en toepassen van kennis en informatie. Kortom: cognitieve ontwikkeling is het proces van leren en komt voort door actief met de omgeving om te gaan. Door te spelen en te experimenteren bouwen kinderen hun kennis en werkelijkheid op: Papier kan scheuren, plastic niet., wat kan allemaal rollen? Door mee te doen aan activiteiten leren ze ook om onder woorden te brengen wat ze denken en willen en hoe ze het kunnen oplossen.


Activiteiten en thema’sBij SKIK werken we veel met thema’s. Dit sluit aan bij de visie die wij hebben over het ontwikkelingsgericht werken. De thema’s en workshops komen uit de directebelevingswereld van de kinderen. Bij het aanbod van de activiteiten wordt gekeken naar wat dekinderen bezig houdt, zowel thuis als op school. Waar hebben ze het veel over, waar spelen de kinderen veel mee, welk jaargetijde is het, enz. Hier spelen we op in door een aantal weken achter elkaar een thema aan te bieden, met activiteiten die daarbij passen. Voor de -0-4 jarigen werken we met de Vroeg- en voorschoolse methode Uk en Puk en hanteren we een jaarplanning met daaraan gekoppelde activiteiten, die alle ontwikkelingsgebieden stimuleren.

2.6. Sociale ontwikkeling

Met sociale ontwikkeling wordt bedoeld de kennis en vaardigheden hoe om te gaan met anderen. We willen kinderen respect voor een ander bij brengen. Hen bewust maken van het feit dat iedereen uniek is, een eigen wil, gedachten en gevoelens heeft. Het (samen) spelen mag nooit ten koste van een ander gaan. Je mag een ander bijvoorbeeld niet slaan of schoppen om je zin te krijgen. Ook willen wij kinderen respect voor materiaal en de natuur bij brengen. We vinden het belangrijk dat kinderen goed leren omgaan met anderen. Hiervoor moet je kunnen communiceren, samenwerken, anderen helpen en om kunnen gaan met conflictsituaties en ook leren wat wel en niet mag. Spelenderwijs en in de dagelijkse omgang met de kinderen proberen we ze dit bij te brengen.

We laten de kinderen kennismaken met grenzen, normen en waarden maar ook met de gebruiken en omgangsvormen in onze samenleving. We geven zelf het goede voorbeeld! In alle opvangvormen begeleiden de pedagogisch medewerkers de kinderen bij (het leren van) deze vaardigheden, aangepast aan hun persoonlijke ontwikkelingsniveau. Kinderen leren zoveel mogelijk om zelf te doen en op te lossen, al naar gelang hun leeftijd. Hiermee leren ze hoe ze kunnen functioneren in de groep. Dit basisdoel beschouwen we als de kern van de opvoeding. Kinderen kunnen ongestoord naast en met elkaar spelen.

Ook geeft zij verantwoordelijkheid aan de kinderen, door hen bijvoorbeeld te laten helpen bij activiteiten of kinderen elkaar te laten helpen. Ook wordt kinderen geleerd zelf dingen op te lossen waardoor de zelfstandigheid vergroot wordt. Het groter groeien van kinderen gaat gepaard met zelfredzaamheid. We stimuleren de kinderen om zoveel mogelijk zelf te doen.

2.7. Overdragen van waarden en normen

Om te kunnen functioneren in de samenleving is het nodig dat kinderen zich de waarden, normen enregels van de maatschappij eigen maken. Het overbrengen van de waarden en normen speelt in deopvoeding voortdurend een rol. De houding en het gedrag van de pedagogisch medewerkers is cruciaal bij de morele ontwikkeling van kinderen. Door hun reacties ervaren kinderen de grenzen van goed en slecht, van anders, van mogen en moeten. De reacties van pedagogisch medewerkers geven niet alleen richting en correctie aan het gedrag van kinderen, maar worden door kinderen ook gekopieerd in hun eigen gedrag naar andere kinderen of volwassenen. Wij hebben dus een belangrijke invloed op de ontwikkeling van het inlevingsvermogen en het sociale gedrag van de kinderen en vervullen daarmee een rolmodel.


RituelenRituelen verduidelijken overgangsmomenten, zoals een dagelijks terugkerend liedje tijdens het opruimen of bij het aan tafel gaan. Aan de jaar- en seizoensgebonden feesten (Sinterklaas, Kerst, Pasen enz.) wordt uitgebreid aandacht besteed. . In de locatie werkplannen is dit verder uitgewerkt

2.8 TweetaligheidBij SKIK wordt Fries en Nederlands gesproken. De beste basis voor een meertalige ontwikkeling ligt in de voorschoolse periode. Kinderen van 0-4 jaar zitten midden in hun taalontwikkeling. Als ze in een omgeving zitten waar twee (of meerdere) talen worden gesproken, leren ze die tweede ( of derde) taal er spelenderwijs bij. Er zijn pedagogisch medewerkers die consequent Fries spreken en pedagogisch medewerkers die uitsluitend Nederlands spreken. Friestalige medewerkers spreken de hele dag Fries: tegen de kinderen, ouders en collega’s. Doel van de tweetalige opvang is dat jonge kinderen met het Fries in aanraking komen zodat zij Fries leren verstaan en/of spreken. Door af te spreken wie welke taal gebruikt, blijft het voor de kinderen duidelijk. Het SFBO (Sintrum Frysktalige BerneOpvang) biedt ondersteuning. Eens per 2 jaar beoordeelt het SFBO op onze tweetalige locaties de kwaliteit van de Friese taal en het pedagogisch handelen

2.9 NatuurbelevingEen kind is een uniek persoon met een aangeboren nieuwsgierigheid en drang om de wereld te ontdekken. Bij SKIK is buitenspelen en natuurbeleving daarom ook erg belangrijk. Al spelend ontdekken de kinderen de natuur en doen zij nieuwe ervaringen op. Samen of alleen, op hun manier en in hun eigen tempo.

Het bewust beleven van de natuur daagt kinderen uit tot zelfstandigheid, ontdekken en communicatie. Zij hebben een natuurlijke behoefte om te spelen en buiten te zijn. Naast deze uitdagende kant geeft natuur ook ontspanning en rust. Uit onderzoek blijkt dat kinderen (en met name hele jonge kinderen) die veel in de natuur zijn, zich beter kunnen concentreren, minder stress hebben en minder vaak ziek zijn.

Natuurbeleving draagt bij aan specifieke ontwikkelingsgebieden zoals:

Motorische ontwikkeling:uitdagingen om te tillen, sjouwen, duwen, klauteren, rollen, kneden, liggen, glijden etc,

Emotionele ontwikkeling:contact met dieren, angsten overwinnen, spelen in alle weersomstandigheden en de effecten ervaren van zon, wind, kou, regen.

Sociale ontwikkeling:Kiezen om je terug buiten te trekken, samen te spelen, eigen regels maken, samenwerken en omgaan met conflicten

Creatieve ontwikkeling:Natuur biedt een rijkdom aan materialen en prikkelt de fantasie.

Zintuiglijke ontwikkeling:De natuur biedt een rijkdom aan kleuren, geuren, geluiden, verschillende texturen,temperaturen en vochtigheid( smeltende sneeuw), proeven van gekweekt fruit etc.

Cognitieve ontwikkeling:Leren over en leren met de natuur, waar kun je slakken vinden, zwaar-licht, ruw-glad,tellen, hutten bouwen die niet instorten.

SKIK ondersteunt de beleving van natuur vanuit het beleid en de inrichting van de buitenruimte door een afwisselend speelterrein waar:


kinderen de ruimte hebben, zodat er alleen of samen gespeeld kan worden. het uitdagend, fantasierijk, of avontuurlijk is. de zintuigen van kinderen geprikkeld worden: ruiken, voelen, horen, proeven. kinderen contact hebben met de elementen water, aarde, lucht. variatie is in het terrein: tegels, zand, aarde, gras, groen, kuilen, bulten. kinderen kunnen ontdekken, klimmen, verstoppen, bewegen/rennen, voetballen etc. we iedere dag buiten spelen, ongeacht het weer. (richtlijn kinderdagverblijf 1 uur,

buitenschoolse opvang 0,5 uur) afhankelijk van het seizoen, bloemen en groente gezaaid en geoogst kunnen worden. voor jonge kinderen een beschutte met schaduw aanwezig is.

Om de natuur te beleven, gaan we ook naar leuke en leerzame plekken waar kinderen volop kunnen ontdekken, zoals bijv. het park, het bos en de kinderboerderij. Ook binnen beleven we de natuur, door bijv. moestuinbakjes, kikkervisjes, spelen met water, bladeren en zand. We hebben loeppotjes, voeldozen e.d.


3. Onze MEDEWERKERS

3.1 Gemotiveerde medewerkersOnze medewerkers zijn de ambassadeurs van SKIK. Zij zijn dagelijks betrokken bij en dragen de verantwoordelijkheid voor de kind(eren). De uitvoering van ons werk valt of staat met gemotiveerde en betrokken medewerkers De kwalificatie-eisen voor pedagogisch medewerker kinderopvang en buitenschoolse opvang liggen vast in de CAO Kinderopvang. Alle medewerkers, inclusief invalkrachten, beschikken over een erkend diploma voor het werken in de kinderopvang en een verklaring omtrent gedrag. Voor onze medewerkers hanteren wij de beroepscode. Van iedere medewerker verwachten wij dat zij handelt zoals beschreven in deze beroepscode. Er zijn altijd voldoende opgeleide BHV’ers op de locatie zijn en er is altijd een medewerker aanwezig met een erkend kinder-EHBO certificaat. Bij nieuwe medewerkers checken wij referenties, verifiëren wij diploma’s en kijken wij hoe zij zich presenteren op social media.

3.2 Wijze van ondersteuning pedagogisch medewerkersOnze pedagogisch medewerkers worden in hun dagelijkse werkzaamheden begeleid door een Leidinggevende (locatiemanager). De Leidinggevende geeft leiding aan meerdere locaties. Zij wordt in haar werkzaamheden ondersteund door medewerkers op het gebied van HR, financiën en planning.

3.3 InvalkrachtenElke groep beschikt over vaste en vertrouwde pedagogisch medewerkers. Bij afwezigheid door vakantie en/of ziekte worden zij zoveel mogelijk vervangen door collega’s of bekende invalkrachten.

3.5. ScholingSKIK beschikt over een scholingsplan voor de medewerkers en een separaat VVE scholingsplan voor de peuteropvang. Regelmatig organiseren wij workshops of bijscholing. Ook maken wij gebruik van de e-learning voor bijvoorbeeld Bedrijfshulpverlening (BHV). Wij verwachten van onze medewerkers dat ze zich informeren en op de hoogte blijven van ontwikkelingen.

3.6. StagiairesSKIK heeft alle vormen van kinderopvang binnen haar organisatie en wil een bijdrage leveren aan het opleiden van pedagogisch medewerkers. Wij vinden het belangrijk onze kennis en expertise over te brengen op aankomende professionals.

Dit doen we door studenten (leerlingen) een stageplaats te bieden. Door een stage kunnen zij hun talenten ontwikkelen binnen de kinderopvang. Als uitgangspunt bij een stage- of afstudeeropdracht vinden wij dat de opdracht moet bijdragen aan de ontwikkeling van de student en een waardevolle bijdrage moet leveren aan SKIK. Al onze stagiaires beschikken bij aanvang van hun stage over een geldig VOG.


4. Samenwerking met ouders

4.1. Informatie delen Wij hechten veel waarde aan overleg, afstemming en uitwisseling over de opvoeding en ontwikkeling van het kind met de ouders. Goede samenwerking is belangrijk voor de emotionele veiligheid en het welbevinden van het kind. Voor veel ouders die zich bij ons aanmelden, is het de eerste keer dat zij de verantwoordelijkheid voor de zorg van hun kind overdragen. Dat is een hele stap. Om ouders het vertrouwen te geven, dat hun kind bij ons in goede handen is, vinden we het belangrijk hen voortdurend te informeren. Andersom vinden we het ook belangrijk door ouders geïnformeerd te worden.

4.2. Contact met ouders

b. het eerste contactNieuwe ouders ontvangen van ons een informatiepakket en krijgen een rondleiding op de door hun gewenste locatie aangeboden. Onze plaatsingsmedewerker bespreekt de opvangmogelijkheden met de ouders. Bij aanmelding ontvangt de ouder een plaatsings-overeenkomst waarin de afspraken m.b.t de opvang zijn vastgelegd.

c. InformatievoorzieningRegelmatige contact en overleg tussen ouders en pedagogisch medewerkers is belangrijk. Wij stellen het op prijs wanneer ouders informatie over het kind en zijn familie met ons delen. Hierdoor kunnen pedagogisch medewerkers op de (thuis)situatie inspelen en een kind beter begrijpen en begeleiden. Ook is het belangrijk dat ouders van de pedagogisch medewerkers horen wat er binnen de groep gedaan wordt, waardoor ouders inzicht hebben in het groepsgebeuren.

Informatie-uitwisseling gebeurt, naast de haal-en brengmomenten, op de volgende momenten:

Evaluatie na 3 maanden opvangGaat een kind ongeveer drie maanden naar SKIK, dan krijgt iedere ouder een evaluatieformulier. Hierop kunnen ouders aangeven hoe ze de gewenningsperiode hebben ervaren. Mocht er behoefte zijn, dan kan er een aanvullend gesprek plaatsvinden.

Ouderavonden/Voortgangsgesprekken Een van de manieren om ouders bij de gang van zaken op de kinderopvang te betrekken is het organiseren van ouderavonden. Verder hebben we periodiek voortgangsgesprekken. Tijdens een voortgangsgesprek gaan we in gesprek met ouders over de ontwikkeling van hun kind. FflexwebAlle ouders hebben toegang tot ons ouderportaal Flexweb . Hier kunnen ouders:De gebeurtenissen op de groep van hun kind volgen;Zelf een (kort) bericht naar de groep van hun kind sturen;Gegevens inzien en zo nodig wijzigen.

Ook plaatsen wij hier nieuwsberichten over de locatie(s) en SKIK. Social Media

SKIK heeft een facebookpagina en een twitteraccount. Ook via deze kanalen informeren wij onze ouders en andere belangstellenden over onze opvang.


d. Klachtenbehandeling en inspraakKinderopvang is mensenwerk. Waar mensen werken, kan wel eens iets misgaan. SKIK vormt op dezeregel geen uitzondering. Het is zowel voor ouders die ontevreden zijn, als ook voor de organisatie, erg belangrijk om actie te ondernemen. SKIK wil deze signalen daarom graag horen om haar dienstverlening te kunnen verbeteren. Daartoe heeft SKIK een klachtenprocedure opgesteld. Tevens is SKIK aangesloten bij de landelijke geschillen commissie.

Met regelmaat wordt ook een klant tevredenheidonderzoek gedaan. De uitkomsten worden verzameld en aan de orde gesteld op een vergadering van het managementteam. Tijdens dit overleg bespreekt het managementteam wat er concreet met deze informatie gedaan wordt en hoe wij ouders hierover informeren.

SKIK heeft per locatie een oudercommissie. De oudercommissie stelt zich ten doel de gemeenschappelijke belangen van ouders en kinderen te behartigen en wil daarbij een schakel zijntussen ouders en de directie. Vanuit SKIK krijgt de oudercommissie verzoeken om inspraak, advies en/of instemming te geven op het terrein van oa. pedagogisch beleid, openingstijden, hygiëne, veiligheid en voeding. Minimaal 1 x per jaar vergadert de oudercommissie met de directeur of manager.

e. Transparantie en duidelijkheidGoed bestuur en toezicht staan aan de basis van een gezonde organisatie, die zich integer, transparant en met oog voor de omgeving ontwikkelt. Dat geldt ook voor SKIK, die daarmee de richtlijnen volgt van de zogenaamde Governance Code Kinderopvang. De governance code wordt gerelateerd aan een consistent management, een samenhangend beleid, goede processen en beslissingsrechten voor een bepaalde bevoegdheid. Leden van het bestuur zijn onafhankelijk en geschikt voor hun taak. SKIK kent jaarlijks een financieel verslag en accountantscontrole.


5. Kwaliteitszorg

5.1. Volgen van de ontwikkeling

Bij SKIK geven we aan ieder kind de aandacht en zorg die het nodig heeft. We willen ieder kind optimale ontwikkelingskansen bieden, "eruit halen wat erin zit”. SKIK heeft de plicht om eventuele ontwikkelingsachterstanden vroegtijdig te signaleren.

Onze pedagogisch medewerkers volgen ieder kind in zijn ontwikkeling. Centraal hierbij staat het welbevinden van het kind. Globaal komt dit neer op het volgen van onderstaand items;

Of ieder kind de ruimte krijgt Of ieder kind zich veilig en vertrouwd voelt Of ieder kind zich uitgedaagd voelt Of ieder kind zich ontwikkelt tot een zelfstandig, sociaal en maatschappelijk individu.

De algemene indruk van het kind Het contact van het kind met de pedagogisch medewerker Het contact tussen de kinderen onderling

Concentratie tijdens het spel Variatie in het spel Plezier, innerlijke motivatie in het spel Intensiteit van het spel

Motorische ontwikkeling Sociaal-emotionele ontwikkeling Ontwikkeling van fantasie en creativiteit Taalontwikkeling Verstandelijke ontwikkeling

Zowel op de kinderopvang, peuteropvang als op de buitenschoolse opvang werken we met een kindvolgsysteem. We gebruiken hiervoor kindvolglijsten. Dit is een hulpmiddel waarmee de pedagogisch medewerker op een objectieve manier naar een kind in de groep kijkt. Hierdoor brengen we het welbevinden en de ontwikkeling van ieder individueel kind in de groep in beeld.

De mentor bespreekt periodiek de ontwikkeling en het welbevinden van het kind met de ouders. De mentor nodigt de ouders minimaal 1x per jaar uit voor een voortgangsgesprek. Natuurlijk kan een gesprek ook op intiatief van ouders plaatsvinden. Basis van het gesprek is de door de mentor ingevulde kindvolglijst. Voor kinderen met een VVE indicatie hebben we een handelingsplan, deze wordt iedere 6 a 10 weken besproken en bijgesteld door de mentor.

Incidentele opvang kdv en bso Kinderen die incidenteel of bijvoorbeeld alleen in vakanties van onze opvang gebruik maken hebben ook een mentor. Voor deze kinderen maken we geen gebruik van ons kindvolgsysteem. Bijzonderheden noteren we bij de kindgegevens en melden we aan de ouders.


Overdracht naar basisschoolVoor ieder kind van bijna 4 jaar vult de mentor het SKIK overdrachtsformulier in en stuurt dit, na toestemming van de ouders, naar de basisschool. Hierin staat in grote lijnen de ontwikkeling van het kind beschreven. Voor kinderen met een VVE indicatie doen wijaltijd een warme overdracht naar de basisschool. Dit betekent een gesprek met de mentor en leerkracht (of internbegeleider) van de basisschool.. Van het overdrachtsformulier gaat ook een kopie naar debuitenschoolse opvang, wanneer het kind daar gebruik van maakt.

In overleg met de ouders kan de mentor er voor kiezen om een mondelinge overdracht te doen naar de basisschool en/of de buitenschoolse opvang.

5.2. Van signaleren naar handelen

Tijdens het volgen van het kind kan de pedagogisch medewerker opvallendheden zien die zorgen baren en mogelijk wijzen op een verstoring in de ontwikkeling en het welbevinden. Onze medewerkers hebben de taak hiermee aan de slag te gaan. Zij volgen bij een zorgsignaal het protocol signaleren waarin de werkwijze van handelen stap voor stap wordt beschreven, bijvoorbeeld

op welke momenten ze met de ouders in gesprek gaan, hen informeren en met hen overleggen,

op welke wijze ze een zorggesprek kunnen voeren, wie daarbij aanwezig zijn, hoe ze kunnen zorgen voor een juiste en objectieve verslaglegging. op welk moment in het proces zij de leidinggevende over het zorgsignaal moeten inlichten

en welke rol de leidinggevende vervolgens heeft.

Het protocol signaleren is apart beschreven en opgenomen in het organisatiehandboek van SKIK.Bij vermoeden van mishandeling of misbruik geldt een ander plan van aanpak. SKIK hanteert hiervoor de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

Wanneer er zorg ontstaat bespreken we dit met de ouders. Er wordt concreet besproken waaruit onze zorg bestaat en of de ouders onze zorg herkennen en delen. Vandaar uit maken we samen met hen verdere afspraken en een planning. Bij een aantal stappen wordt de ouders nadrukkelijk om toestemming gevraagd en vullen de ouders ook een toestemmingsverklaring in. Bijv, voor het doen van een gerichte observatie op de groep of het willen overleggen met de leerkracht van een kind. Na een, van te voren afgesproken periode, bespreekt de pedagogisch medewerker de bevindingen van het team met de ouders en geeft hen advies. Dit kan een plan van aanpak zijn voor het kind op de groep (en evt voor thuis).We werken nauw samen met zorgpartners in de wijk-gebonden zorgteams. SKIK heeft een sociale kaart. Ook is het mogelijk dat wij, mét instemming van ouders, zelf advies vragen bij een externe instantie. Van medewerkers verwacht SKIK dat zij op basis van het protocol in elke specifieke praktijksituatie binnen hun vakgebied kunnen handelen. Hierbij krijgen zij ondersteuning van hun collega’s en leidinggevende die hierin een coachende rol heeft.

5.4. Vroeg- en voorschoolse Educatie (VVE)


Vanaf de leeftijd van 2 jaar kunnen kinderen bij ons geplaatst worden met een VVE indicatie. De arts of verpleegkundige van het consultatiebureau kan kinderen doorverwijzen aan de hand van een aantalcriteria, namelijk:

opleidingsniveau ouders: het gaat hierbij om een laag opleidingsniveau volgens de landelijke gewichtenregeling onderwijs.

stimulerend vermogen directe omgeving : omgevingsanalyse, thuistaal, indicatie Stevig Ouderschap van JGZ

niveau (taal)ontwikkeling van het kind : score signalering taalachterstanden door JGZ

Als dat het geval is worden kinderen toe geleid naar de peuteropvang en gaan ze 10 uur per week naar de peuteropvang. Veel van onze peuteropvanglocaties zijn VVE-erkend en werken volgens de richtlijnen van de inspectie van het onderwijs. Maar ook op al onze andere locaties wordt er gewerkt aan de brede ontwikkeling van alle kinderen. Wij doen dat binnen SKIK met het programma Uk en Puk. Dit programma loopt door tot groep 3 op alle basisscholen. Zo ontstaat er voor de kinderen en hun begeleiders een herkenbare doorgaande lijn in de ontwikkeling.


SKIK kinderopvang€¦ · Web viewSKIK wil op een kwalitatieve, professionele en resultaatgerichte...

Documents

Transcript of SKIK kinderopvang€¦ · Web viewSKIK wil op een kwalitatieve, professionele en resultaatgerichte...