SCHOOLPLAN - - Home€¦ · * Brede ontwikkeling van kinderen met aandacht voor 21ste eeuw kennis...

SCHOOLPLAN

2016-2020

Samen leren samen leven in de 21e eeuw

Basisschool De Talisman_____________________________schoolplan 2016 – 2020 _____2

INHOUDSOPGAVE SCHOOLPLAN Hoofdstuk 1 De opdracht van ons bestuur en onze school

1.1 SKPO: Visie en koers 1.2 De missie van de school

1.3 De visie van de school 1.4 De interne en externe evaluatie 2016

1 Waar komen onze kinderen vandaan? 2 De kenmerken van onze leerlingenpopulatie 3 De SKPO-indicatoren – de schoolfoto 4 Vragenlijst leerkrachten WMK 5 Leerlingenenquête WMK 6 De ouderenquête WMK 7 Trendanalyses van de tussenresultaten cito 8 Schoolanalyse 2015-2016 9 Personeel 10 Evaluatie van de beleidsvoornemens 2015-2016 11 Conclusies

1.5 Het meerjarenplan en onze beleidsvoornemens 2016 - 2020

Hoofdstuk 2 De onderwijskundige vormgeving van het onderwijs

2.1 Onze onderwijskundige doelen 2.1.2 Pedagogisch handelen 2.1.3 Didactisch handelen 2.2 De vak- en vormingsgebieden 2.3. Pedagogisch - Educatief Raamplan Spilcentrum en VVE 2.4 Het schoolondersteuningsprofiel

Hoofdstuk 3 De kwaliteitszorg 3.1 Kwaliteitszorg bevoegd gezag 3.2 Het kwaliteitszorgsysteem van De Talisman 3.3 Onze kwaliteitsweg 3.4 Opbrengstgericht werken

http://www.hetpalet.nl/#De externe analyse

http://www.hetpalet.nl/#Onze onderwijskundige doelen


Hoofdstuk 4 De inzet en ontwikkeling van ons personeel 4.1 Iedere collega een bevlogen leerkracht 4.2 Wat wordt onder Integraal Personeelsbeleid (IPB) verstaan 4.3 Integraal personeelsbeleid

Hoofdstuk 5 Overige beleidsterreinen 5.1 Het strategisch beleid 5.2 Het financieel beleid 5.3 Het materieel beleid 5.4 Het relationeel beleid 5.5 Beleid op het gebied van externe relaties 5.6 Beheer 5.7 Documentenmap

Hoofdstuk 6 Tot slot


Inleiding

Dit schoolplan van basisschool De Talisman geeft de voorgestelde schoolontwikkeling en het beleid voor de periode 2016 – 2020 weer. Door dit te beschrijven in een plan willen we in samenhang met de schoolgids, het team en de ouders duidelijkheid bieden. We laten in dit schoolplan zien hoe we ons onderwijs en de schoolorganisatie inspelen op de veranderende maatschappij in de 21e eeuw en het is een leidraad voor voortdurend verbeteren. Onze school valt onder het bestuur van de Stichting Katholiek en Protestants-Christelijk Onderwijs Eindhoven en omgeving. De SKPO geeft vanuit de samenhang van pedagogische en levensbeschouwelijke keuzes actief vorm aan haar maatschappelijke verantwoordelijkheid binnen onze multiculturele samenleving. Met de SKPO-visie als richtinggever worden in dit schoolplan de visie en de doelstellingen van De Talisman beschreven. Bij het maken van het plan is het team en de mr betrokken. In het schooljaar 2015-2016 hebben wij onze visie bijgesteld en ons verdiept in de 21e eeuwse vaardigheden die de kinderen voorbereiden op hun toekomst. Evaluaties , enquêtes , analyses , inventarisaties tijdens studiedagen en (team)vergaderingen zijn bepalend geweest voor de verbeterpunten / borgingen in dit nieuwe schoolplan. Al deze gegevens zijn door het managementteam verzameld en verwerkt in dit schoolplan. Hoofdstuk 1.2 met de interne en externe analyse moet gezien worden als het jaarverslag 2015-2016. Een schoolplan is nooit af. Het moet beschouwd worden als een groeidocument. Het plan is ter instemming voorgelegd aan de medezeggenschapsraad van de school. Het schoolplan zullen we jaarlijks evalueren. Aanpassingen en aanvullingen zullen direct opgenomen worden in het steeds veranderende digitale schoolplan . Het schoolplan ligt ter inzage voor het team, de ouders en externen. Namens het team, Henk Hinsenveld, directeur oktober 2016


Hoofdstuk 1 De opdracht van ons bestuur en onze school

1.1 SKPO: Visie en koers Het schoolbestuur Basisschool De Talisman valt onder het bevoegd gezag van de SKPO. De SKPO is verantwoordelijk voor het onderwijs op 36 basisscholen in Eindhoven en Son en Breugel, waaronder twee scholen voor speciaal basisonderwijs en één school voor onderwijs aan nieuwkomers en voor kinderen van asielzoekers. We vormen een herkenbare groep scholen voor primair onderwijs met een gezamenlijke ambitie en gedeelde waarden.

Zakelijke gegevens SKPO: SKPO Eindhoven e.o. Vonderweg 12 5616 RM Eindhoven 040-2595320 [email protected] www.skpo.nl

SKPO: Visie en koers We zien het als onze maatschappelijke opdracht om bij te dragen aan de brede ontwikkeling van kinderen, zodat zij zelfbewust en met elkaar verantwoordelijkheid nemen voor een goede toekomst. Dit doen we met gedreven vakmensen en in samenwerking met partners. De ontwikkeling van kinderen – het primaire proces – staat op de 36 scholen van SKPO altijd centraal. We werken vanuit onze kernwaarden: ontwikkeling, eigenheid, verantwoordelijkheid en verbinding. We streven iedere dag weer naar de hoogste kwaliteit van ons onderwijs. Leerlingen: onderwijs voor de toekomst * Brede ontwikkeling van kinderen met aandacht voor 21ste eeuw kennis en vaardigheden, zoals creativiteit, het kunnen oplossen van problemen, het goed kunnen omgaan met kennis. Kinderen die communicatief vaardig zijn en kunnen samenwerken. * Stimuleren van de ontwikkeling van kinderen als autonoom persoon in verbinding met anderen. Kinderen met zelfkennis en zelfvertrouwen die er willen zijn voor elkaar. * Kwalitatief goed onderwijs waarbinnen cognitieve ontwikkeling een passende plek heeft in een betekenisvolle context.


Personeel: vakmanschap in beweging * Een organisatie met ruimte voor de professional. Leerkrachten die in staat zijn tot reflectie en zich continu ontwikkelen, die elkaar aanmoedigen en aanspreken en kennis delen in en buiten de school. * Zien en benutten van de kwaliteit en veelzijdigheid van alle professionals. * Leidinggevenden die de ontwikkeling van leerkrachten stimuleren en die hierin een goede balans vinden tussen dicht bij het onderwijs staan én ruimte geven aan professionals. Partners: samen kunnen we meer * School en ouders die met vertrouwen samenwerken aan de ontwikkeling van kinderen. * Doorgaande ontwikkeling voor de kinderen realiseren samen met onze partners. * Een actieve bijdrage leveren aan de maatschappelijke omgeving. Organisatie: voortdurend in ontwikkeling * Zelfstandige scholen in samenwerking met omgeving en met elkaar. * Wij kijken naar mogelijkheden voor ontwikkeling en passen structuur, cultuur en processen hierop aan. * Een doelmatige, transparante en duurzame bedrijfsvoering met moderne, effectieve interne en externe communicatielijnen. Waarden SKPO Als bijzonder onderwijs willen we ons laten leiden door onze waarden; ontwikkeling, eigenheid, verantwoordelijkheid en verbinding. Deze zijn richtinggevend voor ons handelen en we willen deze overdragen aan onze leerlingen. SKPO wil hiermee een betekenisvolle bijdrage leveren aan een betere wereld en de toekomst van onze leerlingen.


Hoe doen we het? VERTROUWEN IN MENSEN, INVESTEREN IN LEIDERSCHAP EN DIALOOG Onderwijs wordt gemaakt door mensen. Mensen die werken met of voor de leerlingen en vanuit professionaliteit hun werk doen. Dit vraagt aandacht voor elkaar en het vraagt samenwerking. Ruimte en vertrouwen zijn hierin voorwaardelijk en de basis voor kwaliteit. De ambitie is duidelijk en iedereen heeft hierin een verantwoordelijkheid en zijn bijdrage. Op schoolniveau is de directeur hierin de spil. Vanuit visie samen met het team de kinderen bieden wat nodig is. Dit vraagt veel van een directeur. We realiseren ons dat de directiefunctie op een school een boeiende en tegelijkertijd veeleisende functie is. We geven daarom blijvend aandacht aan de ondersteuning en professionalisering van de directies. Daarnaast investeren we ook in de opleiding van toekomstige leidinggevenden. Alle leidinggevenden binnen SKPO hebben de SKPO- opleiding voor leidinggevende gevolgd. Momenteel wordt deze in samenwerking gegeven met het Centrum voor Nascholing (CNA): de leiderschapsacademie. De opleiding leidt op tot start- of vakbekwaam schoolleider. Hiermee voldoet deze ook aan de eisen van het schoolleiders register. De directies worden ondersteund door medewerkers van het stafbureau bij vraagstukken rondom onderwijs, personeel en hun professionele ontwikkeling. Zij kunnen ervoor kiezen begeleiding te krijgen van de SKPO-directiecoach. Daarnaast zijn er binnen de organisatie verschillende formele en informele netwerken waarin directies elkaar ondersteunen al of niet samen met de staf. Juist omdat er veel verwacht wordt van een directeur vinden we het van belang dat een directeur samenwerking zoekt en het vooral niet alleen wil doen. Sterke medezeggenschap Medezeggenschap betekent voor SKPO: samenwerken met een kritisch meedenkende partner! In verbinding met elkaar en vanuit ieders verantwoordelijkheid en eigenheid samenwerken aan ontwikkeling.


1.2 De missie van de school: Waar staan wij voor, waar gaan wij voor?

Onze kinderen groeien op in het digitale tijdperk en dat vraagt om toekomstgericht onderwijs met 21e eeuwse vaardigheden en een duidelijke focus op de 21e eeuw. Onze kinderen zullen straks een beroep uitoefenen dat nu nog niet bestaat. We willen de kinderen de juiste bagage meegeven om goed te kunnen functioneren in deze steeds veranderende maatschappij. Onze methoden en aanpak zijn actueel, eigentijds en sluiten aan bij deze 21 eeuwse vaardigheden. Hiermee willen we zoveel mogelijk aansluiten bij de verschillende onderwijsbehoeften van onze leerlingen. Wij bieden daarbij passende zorg op alle niveaus. BS De Talisman is een echte stadsschool, gelegen in het zuiden van Eindhoven in het stadsdeel Stratum. Wij hebben een enthousiast, betrokken, lerend en professioneel team dat, samen met onze leerlingen, hoge resultaten wil halen. Daarbij bieden wij ‘passend onderwijs’, in een veilige leeromgeving. Naast lesgeven organiseren wij veel activiteiten voor onze leerlingen waarbij creativiteit, expressie en plezier centraal staan. Wij zijn een school met een buurtfunctie en geven basisonderwijs aan kinderen van 4 tot 13 jaar. Ons onderwijs wordt gekenmerkt door een open sfeer, met respect voor verschillen. Onze ouders zijn betrokken, hebben diverse interesses en verschillende sociaal culturele achtergronden. Samen met onze pedagogische partners (kinderopvang/ peuterspeelzaal, tussenschoolse opvang en naschoolse opvang) en de ouders gaan we de komende jaren voor stralende kinderen. Onze school is een interconfessionele school die openstaat voor mensen met verschillende levensovertuigingen. Wij houden van duidelijkheid en bieden structuur. Andere belangrijke normen en waarden voor ons zijn: rust, respect, samenwerking en veiligheid. Iedere leerling gaat met plezier naar onze school en geniet van zijn/haar successen. Onze leerlingen moeten uiteindelijk voldoende basiskennis en- vaardigheden (21e eeuwse) bezitten om de uitdagingen van het voortgezet onderwijs en de toekomst aan te gaan. Wij gaan daarbij uit van het kind als zelfstandig sociaal wezen: een kind moet zichzelf kunnen ontwikkelen en ontplooien tot een zelfstandig persoon die eigen keuzes kan maken en een kind moet voor zichzelf een plek kunnen veroveren in de wereld om zich heen. Naast een gedifferentieerd aanbod op cognitief gebied investeren wij in sociale en culturele vaardigheden, kritisch en creatief denken, communiceren en ICT- geletterdheid. Het motto van De Talisman daarbij is:

Samen leren samen leven in de 21e eeuw


1.3. De visie van de school: Waar gaan we voor?

Onze school is SPIL in de wijk met daarnaast een wijkcentrum, een gymzaal en een bibliotheek op school. Daarnaast werken wij steeds meer samen met diverse pedagogische partners. Onze leerlingenpopulatie is stabiel, ligt rond de 550 leerlingen en is verdeeld over 23 groepen. De inhoud en vorm van ons onderwijs met de daarbij horende resultaten sluiten aan bij de wensen van onze leerlingen, hun ouders en de eisen van het bestuur en de inspectie. De kwaliteit van ons onderwijs willen we de komende jaren borgen. Onze leerlingen kunnen goed omgaan met ICT- middelen, zoals computers, touchscreens, tablets, sociale media en internet. Zij leren wat de kansen en gevaren van ICT kunnen zijn. Onze leerlingen herkennen problemen, communiceren deze en zoeken naar strategische oplossingen. Door samenwerking leren onze leerlingen rekening te houden met elkaar en leren ze zichzelf en anderen steeds beter kennen. Ze reflecteren op hun eigen handelen, kunnen en durven door de bril van een ander te kijken en hebben het vermogen om (informatie)bronnen op waarde in te schatten. Onze leerlingen leren steeds beter in te schatten wat gewenst gedrag is en hebben inzicht en respect voor andere culturen. Wij bereiken dit door:

mee te gaan met de ontwikkelingen op het gebied van 21e eeuwse vaardigheden:

de kinderen laten werken met up to date leermiddelen, zoals bijv. tablets

het toepassen en verder uitbouwen van coöperatief leren

het verder uitbouwen van opbrengstgericht werken/ opbrengstgericht lesgeven

het bieden van passend onderwijs, ook voor de “meer”begaafden

een evenredig aanbod op het gebied van cognitieve en creatieve activiteiten

structurele investeringen in het vakmanschap van onze teamleden

samenwerking en goede communicatie met partners en omgeving


Richtinggevers Op studiedagen en in teamvergaderingen hebben we dikwijls onze missie en visie besproken en aangescherpt. Hierboven in hoofdstuk 1.1 en 1.2 staat de beschrijving. In de onderstaande richtinggevers staat beschreven waar we voor gaan, welke richting we uit gaan. Deze richtinggevers bepalen continu ons handelen, elke dag.

1. Autonomie Onze leerlingen maken zelfstandig keuzes “Leer mij leren, leer mij oplossingen vinden”

Betekenis Autonomie is het hoogste en meest abstracte niveau van zelfstandigheid. Op dit niveau bepalen onze leerlingen uiteindelijk hoe ze hun leven richting willen geven en welke beslissingen ze daarbij nemen. Een leerling kan dit doen, onafhankelijk van inmenging van buiten. Het betekent dat een autonome leerling rekening houdt met zijn/haar omgeving (vrijheid in gebondenheid). Een autonome leerling is in staat zijn/haar eigen waarden en normen in een continu ontwikkelingsproces bij te stellen. We starten in groep 1 direct met het investeren in zelfredzaamheid. Een leerling moet zichzelf kunnen helpen en moet weten waar en bij wie hij hulp kan/mag vragen als hij vastloopt. Vervolgens leren wij onze leerlingen om te gaan met uitgestelde aandacht. Een leerkracht of medeleerling is niet altijd beschikbaar; we leren kinderen om het eerst zelf op te lossen. Vervolgens investeren wij in zelfstandig verwerken. Onze leerlingen leren om te gaan met individuele verwerkingstijd en kunnen zelfstandig ‘meters maken’. Dan volgt de fase van zelfstandig werken. Een leerling is in staat zichzelf een taak te stellen/ kiezen en zelf tot een goed einde te brengen. Hij/ zij draagt de verantwoording voor planning, uitvoering en tijdig klaar zijn. In de fase van zelfstandigheid leert een leerling hoe hij/zij zijn/haar persoonlijke keuzes kan vormgeven. Tenslotte bereiken onze leerlingen in de laatste groepen een mate van autonomie. Deze legt een stevige basis voor een optimale start in het voortgezet onderwijs.

Lerarencompetenties

Leraren laten kinderen zelfstandig werken

De leraren laten de leerlingen zelf leerdoelen en bijpassende acties vaststellen

Leraren geven keuzemogelijkheden aan de kinderen

Leraren laten kinderen zelf naar oplossingen zoeken

Leraren geven eigen verantwoordelijkheid aan kinderen

De leraar moedigt kritisch denken aan

Leraren leren kinderen hun eigen mening vormen

Leraren besteden aandacht aan leren leren

Leraren besteden aandacht aan leren plannen

De leraren leren de leerlingen te reflecteren op product en proces

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen zicht hebben op hun sterke en zwakke kanten

De leraren hebben zicht op de ontwikkeling van de autonomie van de leerlingen en

geven hier gericht feedback op.


Leerlingencompetenties

Leerlingen kunnen eigen keuzes maken

De leerlingen nemen zelf initiatieven

De leerlingen werken zelfstandig

Leerlingen werken taakgericht

Leerlingen kunnen omgaan met uitgestelde aandacht

Leerlingen zeggen hoe ze over dingen denken

Leerlingen weten hoe te leren en te plannen

Leerlingen kijken terug naar hoe ze iets hebben aangepakt (reflectie)

De leerlingen geven blijk van het nemen van verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces

Onderwijsconcept/ werkvormen

Gebruik van het planbord in de groepen 1 - 3

Werken met een weektaak in de groepen 1 t/m 8

Coöperatieve indeling klaslokalen -> schoolvisie op samenwerking is zichtbaar

Inzet van het verkeerslicht, de timetimer, e.d.

Coöperatief Leren

Ontdekken, onderzoeken, problemen oplossen

2. Samen Op De Talisman leert iedereen van en met elkaar door: samen werken – samenwerken - samen leren - samen spelen - samen vieren - samen oefenen - samen ontdekken - samen op weg - samen op zoek - samen eten Samen leren samen leven in de 21e eeuw

Betekenis Iedereen leert van elkaar en met elkaar. Dit geldt zowel voor leerlingen als voor teamleden. Leerlingen zijn ook sociaal emotioneel afhankelijk van elkaar. Ze kunnen en mogen samen naar oplossingen zoeken. Iedereen heeft daarbij evenveel inbreng. Structureel Coöperatief Leren is volledig geïntegreerd in ons onderwijs. Hierbij maken wij gebruik van didactische structuren; aansprekende activiteiten die leerlingen effectief laten samenwerken met de leerstofinhouden van de methoden die wij gebruiken.

Lerarencompetenties • Leraren zetten structureel coöperatieve werkvormen in en zijn daarin geschoold • Leerkrachten delen hun lokaal zodanig in dat leerlingen goed kunnen samenwerken • Leraren laten kinderen samenwerken • Leraren leren de kinderen hoe ze elkaar kunnen helpen bij het werk • Leraren laten leerlingen hardop denken • De leraren geven de leerlingen persoonlijke feedback op het samenwerken met anderen • Leraren hebben oog voor het samenwerkingsproces • Leerlingen worden betrokken bij het regelen van activiteiten in de groep • Leraren staan open voor coaching en kunnen goed reflecteren op eigen handelen • Leraren vieren successen met leerlingen, collega’s en ouders • Leraren zijn laagdrempelig voor leerlingen, collega’s en ouders • Leraren overleggen op correcte wijze met externe instanties


• Leraren gaan in dialoog met collega’s en de schoolleiding om feedback te krijgen op de eigen competenties

• Leraren werken met collega’s samen, ondersteunen collega’s en geven adequate feedback

Leerlingencompetenties • Leerlingen kunnen/willen met iedereen samenwerken • Leerlingen helpen elkaar • Leerlingen kunnen in groepjes werken • Leerlingen werken zowel individueel als samen, in groepjes • Leerlingen werken met verschillende “maatjes” • Leerlingen weten wanneer ze hulp mogen vragen • Leerlingen weten wanneer ze hulp mogen geven • Leerlingen weten wanneer ze hulp kunnen vragen • Leerlingen kunnen reflecteren op samenwerken • Leerlingen zijn op de hoogte van de verschillende rollen binnen het samenwerken • Leerlingen leren van elkaar

Onderwijsconcept/ werkvormen • Wij leren structureel coöperatief • Alle leerlingen zitten in de basisopstelling in groepjes • Er vinden collegiale uitwisselingen van leraren plaats • Ook buiten de lokalen werken leerlingen samen • Er vinden gezamenlijke vieringen plaats • Wij werken met themaweken • Wij werken, waar mogelijk, groepsdoorbrekend • Wij werken samen met onze pedagogische partners (SPIL) • Ouders helpen structureel mee op school • Leraren participeren in svib-intervisie, paralleloverleg en bouwvergadering

3. Differentiatie / Omgaan met verschillen Wij dagen onze leerlingen uit om zich te ontwikkelen op cognitief, creatief en sociaal emotioneel gebied. We leren onze kinderen omgaan met verschillen tussen niveau, geloof, cultuur, karakter, etc. Het omgaan met de diversiteit in de samenleving krijgt aantoonbaar aandacht.

Betekenis Steekwoorden: werkvorm, werkniveau, leerstof, tempo, aanbod, sociaal emotioneel, creativiteit


Lerarencompetenties

Leraren houden rekening met de onderwijsbehoeften van de leerlingen

Talenten van kinderen worden door de leerkracht erkent en benadrukt

De leerkracht geeft een effectieve instructie

Juiste balans bij het model Directe Instructie

Aandacht voor alle leerlingen (boven, midden- en onderpresteerders)

De leerkracht hanteert een coachende rol

Leraren gaan tijdens de instructie na of de leerlingen de leerstof hebben begrepen

Leraren gaan tijdens de verwerking na of de leerlingen de opdrachten op een juiste manier uitvoeren

Leraren gaan na of het lesdoel is bereikt

Leraren bieden zwakke leerlingen extra leer- en instructietijd

Leraren stemmen instructie af op relevante verschillen tussen leerlingen

Leraren stemmen verwerking van de leerstof af op relevante verschillen tussen leerlingen


Leerlingen werken op hun eigen niveau, in eigen tempo, etc.

Leerlingen werken taakgericht

Leerlingen werken aan zelfgekozen leerdoelen (bijv. snappet)

Leerlingen zijn betrokken en gemotiveerd

Leerlingen werken doelgericht en realiseren passend gedrag (zelfregulering)

Leerlingen zijn actief op leren gericht


Werken met groepsplannen

Model Directe Instructie

Kinderen en hun sociale talenten, Bino

Coöperatief leren

Groepsvorming met missie en werkvormen

Werken in hoeken in verschillende niveaus

Werken in niveaugroepen


4. 21 eeuwse Vaardigheden

Betekenis Onze kinderen groeien op in het digitale tijdperk en dat vraagt om toekomstgericht onderwijs met 21e eeuwse vaardigheden. We willen de kinderen de juiste bagage meegeven om goed te kunnen functioneren in deze steeds veranderende maatschappij. Onze methoden en aanpak zijn actueel, eigentijds en sluiten aan bij deze 21 eeuwse vaardigheden. Competenties zijn ontwikkelbare vaardigheden om te handelen en te reageren

Lerarencompetenties

De leerkracht biedt een uitdagende leeromgeving.

De leerkracht maakt de leerling actief betrokken

De leerkracht geeft uitleg over competenties die door leerlingen behaald worden/ die bij leerlingen verwacht worden.

Leraren hanteren werkvormen die leerlingen activeren

Leraren stimuleren leerlingen om over oplossingen na te denken

Leraren stellen vragen die leerlingen tot denken aanzetten

Leraren laten leerlingen hardop denken

Leraren laten kinderen zelf ontdekken en onderzoeken

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen op een goede wijze (met elkaar) kunnen communiceren

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen digitaal geletterd zijn

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen kritisch kunnen denken

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen hun creativiteit ontwikkelen

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen problemen kunnen oplossen

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen sociale vaardigheden ontwikkelen

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen beschikken over burgerschapsvaardigheden

De leraren zorgen ervoor dat de leerlingen culturele vaardigheden ontwikkelen


Leerlingen kunnen/mogen, durven, willen onderzoeken, ontdekken, problemen oplossen

Leerlingen kunnen/mogen, durven. willen eigen keuzes maken

Leerlingen kunnen/mogen, durven, willen zelfstandig werken

Leerlingen kunnen/ mogen, durven, willen samenwerken

Leerlingen nemen eigen verantwoordelijkheid

Leerlingen stromen op het hoogst haalbare niveau uit (kerndoelen)

Leerlingen zijn eigenaar van hun eigen leerproces

Leerlingen zijn betrokken bij de les

Leerlingen zijn geïnteresseerd



Ontdekken, onderzoeken, problemen oplossen

Werken met de weektaak

Gedifferentieerde taak

Coöperatief Leren


Prestatiegericht, niet alleen cognitief

Ontwikkelingsgericht werken

Kindgesprekken voeren, zodat ze verantwoordelijk worden voor de eigen ontwikkeling

Proces- en productgericht werken

Techniek

Blink

Aandacht voor social-media

Creatieve vorming

5. Leeromgeving Op De Talisman zorgen wij ervoor dat de kinderen graag naar school komen en zich veilig voelen

Betekenis Steekwoorden: opgeruimd, rust, afspraken, uitdagend, veilig, creatief, betekenisvol, hoeken, materialen, methodes, gevarieerd aanbod, veel handelingsmogelijkheden, overzichtelijk, verantwoordelijkheid, buitenschoolse activiteiten m.b.t. sport, toneel, kunst, techniek, typen Ons schoolgebouw is opgeruimd , er heerst rust en er zijn duidelijke afspraken gemaakt. Iedereen voelt zich hiervoor verantwoordelijk. In de onderbouw werken wij met uitdagende hoeken, met betekenisvolle activiteiten, waar de kinderen veel handelingsmogelijkheden hebben. In de middenbouw en bovenbouw werken wij in lokalen met een uitdagende leeromgeving. Er worden tablets gebruikt en de leerlingen krijgen ruimte om te leren, te concentreren, ontdekken, onderzoeken en samen te werken

Lerarencompetenties

De leerkracht zorgt voor goed klassenmanagement

De leerkracht laat de leerlingen ontdekken, onderzoeken, ontwerpen en zelf problemen oplossen

Leerkrachten passen structureel coöperatieve werkvormen tijdens de lessen toe

De leerkrachten werken met een pedagogische missie in de groep

Leerkrachten zorgen dat de kinderen respectvol met elkaar omgaan

De leerkracht pakt preventief het pesten aan

Deelname aan buitenschoolse activiteiten stimuleren

Zorgen voor een sfeervolle en uitdagende (leer)omgeving

Leraren tonen in gedrag en taalgebruik respect voor de leerlingen

Leraren zorgen voor een ontspannen sfeer

Leraren hebben belangstelling voor leerlingen

Leraren ondersteunen zelfvertrouwen van kinderen

Leraren zorgen voor wederzijds respect


Leraren gebruiken de leertijd efficiënt

Leraren betrekken alle leerlingen bij de les

Leraren geven feedback aan leerlingen

Leraren zorgen voor een interactieve instructie

Leraren besteden voldoende aandacht aan normen en waarden

De school en de klassen zien er gezellig uit

Leraren treden op als er problemen zijn tussen kinderen

Leraren maken duidelijke regels en afspraken met de kinderen (missie) en houden deze levend gedurende het schooljaar


Respectvol omgaan met elkaar

Leerlingen voelen zich gehoord en gezien

Leerlingen willen en kunnen in groepjes werken

Leerlingen nemen deel aan buitenschoolse activiteiten

Leerlingen durven elkaar aan te spreken op pestgedrag

Leerlingen voelen zich veilig in de klas, het plein en de klas.

Leerlingen gaan met plezier naar school

Leerlingen zijn betrokken bij de les

Leerlingen zijn geïnteresseerd



Structureel Coöperatief Leren

Gebruik digibord

Inzet verkeerslicht

Werken met een planbord/dagplanning

Gebruik tablets en laptops

Kinderen en hun sociale talenten, groepsvorming/missie

21e eeuwse vaardigheden

Werken in hoeken/met werkplekken

6. Leerresultaten / opbrengsten / het beste uit elk kind halen Wij halen het beste uit elk kind, zowel op cognitief, sociaal als creatief gebied Wij geven het kind ruimte om te ontdekken, onderzoeken en problemen op te lossen Wij bieden een duidelijke structuur in een goed georganiseerde school Wij werken opbrengstgericht en halen het beste uit elk kind

Betekenis Steekwoorden: presteren op niveau, opbrengstgericht, creëren, maximale uit leerlingen halen, niveauwaarden, CITO, 21e eeuwse vaardigheden Door een rijke leeromgeving ontwikkelen onze leerlingen zich optimaal. Bij leerlingen


waarbij dit niet vanzelfsprekend is wordt geplande leerhulp geboden. Indien nodig krijgen sommige leerlingen extra hulp/ondersteuning. Twee keer per jaar worden de opbrengsten op school-, groeps- of individueel niveau bekeken/bestudeerd. Wij betrekken de kinderen bij hun eigen ontwikkeling d.m.v. bijv. kindgesprekken

Lerarencompetenties

De leerkrachten werken met groepsplannen op minimaal drie niveaus

De leerkracht laat de kinderen zowel product- als procesgericht werken

De leerkrachten hanteren goede didactische vaardigheden

De leerkracht zorgt voor een goed klassenmanagement

De leerkracht heeft hoge, maar reële verwachtingen

De leerkracht betrekt de kinderen bij hun leerproces/ontwikkeling

Leraren hebben goed zicht op de vorderingen van de kinderen


Kinderen respecteren elkaar en verschillen van elkaar Kinderen hebben een actieve leerhouding Kinderen kunnen doelgericht werken en passend gedrag realiseren (zelfregulering) Kinderen ontwikkelen zich op het gebied van de 21e eeuwse vaardigheden Leerlingen zijn betrokken bij de les Leerlingen zijn geïnteresseerd Leerlingen zijn actief op leren gericht


Directe instructie 21e eeuwse vaardigheden


1.4 De interne en externe analyse 2015-2016 1.4.1 Waar komen onze kinderen vandaan?

Basisschool De Talisman is sinds 2008 officieel een partner in het Spilcentrum Gerardusplein. Er is een pedagogisch plan en VVE-plan opgesteld om samen te werken, om zodoende een doorgaande lijn voor de kinderen te realiseren van 0 t/m 12 jaar. De Talisman ligt in de wijk Stratum.

Voedingsgebied

Uit welke gemeenten komen de leerlingen in 2015-2016?

Gemeente top 3 Voedingsgebied

Eindhoven

99,3%

Waalre

0,4%

Geldrop-Mierlo

0,2%

Uit welke postcodegebieden komen de leerlingen in 2015-2016?


Uit welke gemeenten en postcodegebieden kwamen de leerlingen de afgelopen jaren?

2012-2013 2013-2014 2014-2015 2015-2016

% Aantal % Aantal % Aantal % Aantal

Eindhoven 99,4% 478 99,2% 515 99,4% 519 99,3% 545

5644 61,1% 294 59,7% 310 58% 303 59,2% 325

5643 13,5% 65 16,4% 85 18,2% 95 18,2% 100

5615 11,2% 54 11% 57 12,5% 65 11,5% 63

5654 2,7% 13 2,5% 13 2,5% 13 2,9% 16

5611 3,1% 15 2,7% 14 2,3% 12 2,2% 12

5645 2,1% 10 2,3% 12 2,1% 11 2,2% 12

5646 2,5% 12 1,9% 10 1,9% 10 1,3% 7

5614 2,1% 10 1,7% 9 1,3% 7 1,1% 6

Bovenstaande tabel toont geen gemeenten en postcodes met voedingsgebied <1% én minder dan 5 leerlingen.

Hoeveel procent van alle leerlingen in de getoonde gemeenten en postcodegebieden ging naar deze school in de afgelopen jaren?

2012-2013 2013-2014 2014-2015 2015-2016

% Aantal % Aantal % Aantal % Aantal

Eindhoven 2,8% 478 3% 515 3,1% 519 3,2% 545

5644 36,1% 294 38,4% 310 38% 303 39,6% 325

5643 10,7% 65 13,8% 85 15,1% 95 15,6% 100

5615 11,8% 54 12,3% 57 13% 65 12,4% 63

5645 3,2% 10 4% 12 3,6% 11 4% 12

5646 5,6% 12 5,2% 10 5,6% 10 3,9% 7

5611 3,9% 15 3,5% 14 3% 12 2,9% 12


5654 1,9% 13 1,9% 13 2% 13 2,5% 16

5614 4% 10 3,4% 9 2,6% 7 2,2% 6

Hoeveel leerlingen heeft de school in 2015-2016?

Vergelijkingsgroep: deze school wordt vergeleken met het gemiddelde van alle basisscholen in Nederland.

Hoeveel leerlingen had de school de afgelopen jaren?


Hoe zijn de leerlingen verdeeld per leerjaar in 2015-2016?

De laatste jaren is het leerlingenaantal gestegen. Op 1 oktober 2016 hebben we een leerlingenaantal van 550. Sinds 2013 werken we met aannamebeleid en daarin is een wachtlijst in opgenomen. Samen met de MR is bepaald dat we het leerlingenaantal op ongeveer 550 leerlingen willen houden met 23 groepen. Voor meer kinderen hebben we geen plek. Ons motto is om te gaan voor kwaliteit in plaats van kwantiteit. Analyse van de leerlingentoename Er zijn een aantal redenen aan te wijzen van de leerlingengroei:

Een nieuwe wijk ten noorden van de school

Toename jonge gezinnen in postcodegebied 5644

De school heeft de laatste jaren een goed imago opgebouwd.


1.4.2. Kenmerken van de leerlingenpopulatie

Om de onderwijsbehoefte van onze kinderen te bepalen moeten we de kenmerken van onze leerlingenpopulatie beschrijven.

Kenmerken van de leerlingen

Leerjaar 1 t/m 8 1-9-2016

Aantal leerlingen 545

Aantal jongens 282

Aantal meisjes 263

Aantal kinderen met gewicht 0.3 9

Aantal kinderen met gewicht 1.2 23

Aantal HBO-ouders en > 67%

Aantal kinderen van gescheiden ouders 25%

Aantal kleuters zonder peuterspeel-zaal/kinderdagverblijf

1%

Aantal kinderen met VVE-indicatie gr 1 t/m 4 15

Aantal leerlingen zorgniveau 3 68

Aantal leerlingen met OPP 2015-2016 1

Aantal verwijzingen SO (cluster 4) 2015-2016 Aantal verwijzingen SBO 2015-2016

2 5

Aantal leerlingen met zware extra ondersteuning op gedrag 2015-2016

11

Leerlingen met zware extra ondersteuning op cognitief gebied 2015-2016

3

Aantal meerbegaafde lln. of een A bij alle 4 hoofdvakken

Gr 4-8: 42 Gr 2-3 70

Aantal zij-instromers 10

Bao – Bao plaatsing uitstroom 2015-2016 (geen verhuislln.)

8

Aantal lln. met capaciteitenonderzoek

1-4: 3 5-8: 22

Aantal lln. met dyslexieverklaring Aantal zwakke lezers met vermoeden dyslexie

5-8: 5 4-8: 41

Dyscalculie + diagnose 0

Leerlingen met lichamelijk handicap + diagnose 0

Leerlingen met autisme (gediagnosticeerd) 1-4: 0 5-8: 7

ADHD / ADD / NLD / etc.

1-4: 0 5-8: 8

Lln. met zorg in de thuissituatie 1-4: 3 5-8: 10


Analyse:

Het welbevinden van de kinderen is over het algemeen goed te noemen. De kinderen komen meestal uit een "warm nest". Een groot aantal ouders heeft een HBO achtergrond. Het aantal kinderen van gescheiden ouders is 25%. Veel kinderen blijven over, ongeveer 85%. Dit zijn meestal kinderen van tweeverdieners.

In het schooljaar 2015-2016 constateerden wij dat er relatief gezien meerdere kinderen met sociaal-emotionele- en leerproblemen op school zaten. Er waren een paar "onrustige" groepen. Dit vergt aandacht. Relatief veel kinderen ( 7 ) zijn naar het SO en SBO gegaan. We hebben in sommige gevallen de laatste twee jaar te lang geprobeerd om bij deze kinderen op onze school passend onderwijs aan te bieden.

Het jonge kind komt bij ons binnen met een gevoel van competentie, autonomie en goede relatie. Het Talismankind heeft een gemiddeld tot goed leertempo, kan goed informatie verwerken en is zelfstandig. Meestal is het rekenen geen probleem en de taalontwikkeling verloopt goed. We behoren tot de schoolgroep 7. Dit betekent 7% weging.

Het kind op De Talisman heeft meestal 1 broer of zus, krijgt meestal veel persoonlijke aandacht thuis of anders in materiële zin. De meeste kinderen hebben "het goed".

In de buurten rond de school is een sterke sociale cohesie. Deze buurten kennen een actief verenigingsleven en er is sprake van veel georganiseerde activiteiten.

De betrokkenheid van de ouders is groot. De kennismakingsavonden en de rapportavonden worden goed bezocht.

Aan vele activiteiten op school en het spilcentrum is een sterke ouderbetrokkenheid te merken. Ouders willen participeren in het spilcentrum en bij de verschillende commissies op school. Daarnaast is er veel belangstelling voor naschoolse activiteiten, zoals sporten, beeldende vorming, drama en muziek.


1.4.3 SKPO kwaliteitsindicatoren – De schoolfoto De onderwijskwaliteit wordt ook in beeld gebracht door middel van de kwaliteitsindicatoren.


1.4.4 Vragenlijst voor leerkrachten Benchmark

Werken Met Kwaliteitskaarten


In het volledige rapport staan meer gegevens die bruikbaar zijn voor het analyseren. (zie ook schoolanalyse)

1.4.5 Leerlingenenquête WMK


1.4.6 De ouderenquête mei 2015



1.4.7 Trendanalyses van de tussenresultaten CITO Schooltoetskaart

School De Talisman

Vestiging Hoofdlocatie

Periode 2013 / 2014 - 2015 / 2016

Weergave Niveauwaarde per leerjaar en trimester*

* A=4-5, B=3-4, C=2-3, D=2, E=0-1 3 4 5 6 7 8

I II III I II III II III II III I II III II

CITO BEGRIJPEND LEZEN

Totaal 3.0 3,9

Totaal LOVS 4,1 4,1 4,2 4,1 4,1 4,3 4,1 CITO DRIE-MINUTEN-TOETS

Totaal LOVS 3,7 3,7 3,8 4,1 4,0 4,1 4,2 4,1 4,1 3,4 4,2 4,1 4,2 CITO REKENEN-WISKUNDE

Totaal 3.0 3,8 3,4 3,6 4,0 4,3 4,3

Totaal LOVS 3,5 3,7 4,2 4,4 4,0 3,9 4,1 4,2 4,1 CITO SPELLING

Totaal 3.0 4,2 4,2 4,3 4,2 4,2 4,5

Totaal LOVS 4,3 4,2 4,2 4,1 4,3 4,5 4,2 4,2 4,2 4,3 3,6 Werkwoorden LOVS 4,3 4,0

CITO STUDIEVAARDIGHEDEN Totaal LOVS 4,3 4,2 4,0 4,0

TEMPO TEST REKENEN

Totaal 1992 3,9 3,6 3,8 3,5 3,5 3,4 3,4 3,4 3,4


Inspectiekaart

School De Talisman (18JX)

Vestiging Hoofdlocatie

Periode 2013 / 2014 - 2015 / 2016

weergave Gemiddelde vaardigheidsscore t.o.v. inspectienorm, inspectienorm en aantal leerlingen

Periode Versie 2013 / 2014 2014 / 2015 2015 / 2016 Percentage gewogen leerlingen 9% 7% 7% CITO BEGRIJPEND LEZEN Gem. Norm n= Gem. Norm n= Gem. Norm n=

Totaal 5 - II LOVS M5 33,9 25 52 30,6 25 65 29,9 25 73/75

Totaal 6 - II LOVS M6 37,7 32 53/54 37,8 32 51 32,8 32 62

Totaal 7 - II LOVS M7 54,7 45 50 55,3 45 50 53,6 45 47/53

Totaal 8 - II LOVS M8 58,3 55 68 62,0 55 51 68,8 55 49/50

CITO DRIE-MINUTEN-TOETS Gem. Norm n= Gem. Norm n= Gem. Norm n=

Totaal 3 - II LOVS M3 24,7 21 74/75 26,1 21 85/86 24,7 21 76/78

Totaal 3 - III LOVS E3-M3 39,5 33 73/75 42,0 33 83/86 36,4* 33 73/78

Totaal 4 - II LOVS M4 56,5 48 65/66 60,7 48 72/73 57,4 48 82

Totaal 4 - III LOVS E4-M4 66,8 56 65/66 69,1* 56 74/73 67,8 56 80/82

Totaal 5 - II LOVS M5 76,9 66 52 72,5 66 64/65 77,2 66 73/75

Totaal 5 - III LOVS E5 83,3 71 50/52 80,7 71 64/65 84,3 71 73/75

CITO REKENEN-WISKUNDE

Gem. Norm n= Gem. Norm n= Gem. Norm n=

Totaal 4 - II LOVS M4 52,9 50 66

Totaal 4 - II 3.0 M4 165,1 161 72/73 165,3 161 82

Totaal 4 - III LOVS E4 63,8 61 66

Totaal 4 - III 3.0 E4 182,6 180 75/73 194,4 180 79/82

Totaal 5 - II LOVS M5 77,8 71 52 77,8 71 64/65

Totaal 5 - III LOVS E5 86,8 78 50/52 89,7 78 63/65

Totaal 6 - II LOVS M6 88,3 84 53/54 90,6 84 50/51 86,4 84 61/62

Totaal 6 - III LOVS E6 93,7 89 51/54 94,3 89 50/51 93,7 89 58/62

Totaal 7 - II LOVS M7 104,8 98 50 103,6 98 50 102,5 98 47/53

Totaal 7 - III LOVS E6-E7 109,5 102 50 113,6 102 51/50 107,9* 102 48/53

Totaal 8 - II LOVS M7-M8 112,5* 110 68 114,2 110 51 119,1 110 49/50

25% boven inspectienorm

boven inspectienorm

op inspectienorm

onder inspectienorm

* Leerling(en) adaptief getoetst

Bij de analyse zijn ook trendanalyses van de afgelopen drie jaar bekeken en voor de tussenresultaten zijn ook de schoolanalyseformulieren gebruikt.


1.4.8 Schoolanalyse 2013-2014, 2014-2015, 2015-2016 Wat nemen we waar bij de eindopbrengsten in groep 8?

Een stijgende score in de laatste drie jaar

We scoren de laatste twee jaar boven de bovengrens (CITO) en de laatste 3 jaar boven het landelijk gemiddelde

De eindscores passen bij onze populatie kinderen. De resultaten zijn vergeleken met andere SKPO-scholen met dezelfde populatie

Wat nemen we waar bij de sociaal- emotionele opbrengsten?:

De score welbevinden is 17,71% (inspectienorm = max 25 %), de score zelfvertrouwen is 11,50% en 9,00 % (max. 25 %)

De sociaal- emotionele opbrengsten zijn voldoende tot goed.

Bij Zien scoren we bij alles onder de SKPO-norm. De score is dus voldoende Wat nemen we waar bij de tussenopbrengsten?

Veel groepsscores (groep 3 t/m 6) zitten rond de niveauwaarde 4

Geen zwakke leerjaren

Bij de vakken rekenen, technisch lezen, begrijpend lezen zitten we boven de inspectienorm

Bij rekenen zitten we op en net boven de inspectienorm. Bij de Drie-minuten-toets en begrijpend lezen scoren we ruim boven de inspectienorm

Wat nemen we waar bij de enquêtes?

Bij de ouderenquête scoren we 3.33. Drie is de norm, dus ruim voldoende. Hoge scores zijn behaald bij: “De school staat goed bekend, de leraar doet aardig en vriendelijk tegen de leerlingen, de sfeer is goed op school, mijn zoon/dochter voelt zich veilig in de klas”. De laagste scores zijn bij de vragen: “Op school wordt voldoende aandacht besteed aan techniek, de leraar besteedt voldoende tijd aan pesten, de school geeft goede adviezen over hoe ik mijn kind kan helpen, de school voorkomt dat mijn kind bang is voor andere leerlingen uit de groep, de school voorkomt dat mijn zoon/dochter last heeft van digitaal pesten”. (zie ook blz. 39)

De leerkrachten scoren met 3,51 goed. Zij gaven in de enquête aan dat de brede ontwikkeling verbeterd kan worden. Creativiteit, omgang social media, techniek, de leerlingen zelf te laten ontdekken en uitzoeken. Er zijn hoge scores bij de onderwerpen professionele ontwikkeling en persoonlijke betrokkenheid. (zie blz. 38)

De leerlingen scoren 3,24. Dit is een voldoende score. Zij geven een hoge score bij de onderwerpen: “ik voel mij veilig op school, ik vind gym leuk, de juf/meester werkt met dagplanning, de juf/meester vind ik aardig, de meester/juf legt extra uit aan lln. die dat nodig hebben, ik vind mijn school een goede school en de juf/meester blijft vriendelijk, ook als ik iets moeilijk vind. Lage scores zijn bij: “ik vind aardrijkskunde leuk, we krijgen vaak huiswerk, ik mag vaak van de juf/meester samenwerken, de juf/meester gebruikt veel materialen bij de uitleg, de juf/meester laat mij vaak kiezen wat ik wil doen, leerlingen mogen meedenken en meepraten over allerlei schoolzaken”. (zie blz. 38, 39)

Bij alle vragenlijsten wordt het tekort aan brede ontwikkeling genoemd. (zie 38)

Het pesten wordt aangehaald en vergt blijvende aandacht. (zie blz 39)


De leerlingen willen meer zelf kiezen, willen leukere aardrijkskundelessen en betere uitleg met materialen en meedenken/meepraten met de school. (zie blz. 38, 39)

De scores bij de leerlingenenquête zijn zeer goed. Er is een duidelijk verschil tussen de scores van de kinderen en de scores van de ouders/leerkrachten

Wat zijn de verklaringen voor deze eindopbrengsten, opbrengsten sociaal emotioneel, tussenresultaten?

Jarenlang opbrengstgericht werken en de laatste jaren het doel nastreven om de eindopbrengsten te verbeteren resulteren in goede opbrengsten

We hebben hoge verwachtingen van kinderen en van elkaar

Een duidelijke pedagogische aanpak in de gehele school, met nadruk op een goede groepsvorming (missie met de groep samenstellen) verhoogt het zelfvertrouwen en welbevinden

Planmatige kwaliteitszorg

De aanwezigheid van interne begeleiding, lees- en rekenspecialist, specialist begaafdheid en ondersteuners

De school investeert in de professionele ontwikkeling van de leerkrachten

Een stabiele school

VO-advies

De schoolscore VO-advies is in 2015-2016 boven de SKPO-norm en het SKPO-gemiddelde

Het percentage open afstroom is onder het SKPO-gemiddelde. Dit betekent dat er relatief weinig kinderen na drie jaar een schoolniveau hoger of lager zijn gaan volgen.

1.4.9 Personeel

Personeelskenmerken Wat is de leeftijdsverdeling van het personeel in 2015-2016 ?

0

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

ouder dan65 jaar

55-65 jaar 45-55 jaar 35-45 jaar 25-35 jaar 15-25 jaar

instelling

landelijk


Hoe is het personeel verdeeld over de verschillende functiegroepen naar geslacht in 2015-2016 ?

percentage man percentage vrouw

onderwijzend personeel 6,3 93,7

IB 0 100

ondersteunend personeel 50 50

management 33,4 66,6

Totaal 13,6 86,4

Het personeelsbeleid van de laatste jaren om meer mannen te benoemen is geslaagd. In de 23 groepen hebben we momenteel 7 mannen staan. Daarnaast een mannelijke sportdocent. We kunnen dusdanig formeren dat het Talismankind verschillende keren in de 8-jarige basisschoolloopbaan een meneer voor de klas krijgt. Het verzuimpercentage van het personeel is in vergelijking met andere SKPO-scholen laag. (Zie schoolfoto H1.4.3)

1.4.10 Evaluatie van de beleidsvoornemens 2015-2016 (jaarplan) De evaluaties van de beleidsvoornemens 2015-2016 zijn in dit hoofdstuk opgenomen. De jaren daarna zullen de evaluaties verwerkt worden in het jaarverslag. Deze evaluaties zijn meegenomen bij de planning van de beleidsvoornemens van het komende schooljaar.

schooljaar 2015-2016

Activiteiten Betrok-kennen

Evaluaties

1 Passend onderwijs

Formuleren van de extra ondersteuning in het ondersteuningsprofiel.

Martje, Riette, Natasja

Het stappenplan bij een leerling met veel zorg moet nog duidelijker en strakker. Er is nu zo mogelijk een grens per leerling bepaald. Er moet elke keer een tijdsplanning komen. Kan een kind met extra zorg begeleid blijven worden of wordt het een verwijzing. Of een kind kan blijven mag niet leerkrachtafhankelijk zijn. Vertrouwen met ouders blijft belangrijk. De kindgesprekken zijn goed bevallen. De klassenconsultaties moeten blijven doorgaan.

2 ICT -Tablet invoering 7-8 - Borgen tabletonderwijs 4-5-6

Bas

Gerealiseerd. Zie ook evaluatie Snappet van Bas.


- App Talisman invoeren - Invoering gebruik Klasbord - Het maken van een ict- beleidsplan voor 2016-2020 in het kader van de 21e vaardigheden - Mediawijsheid in de bovenbouw

Cris Cris en Joop Cris

In de groepen 4 is doelenwerk geïmplementeerd. Goede updates van Bas. Werkgroep moet blijven. Meer vergaderingen plannen. Het bleek een slechte app. Nu komt er een nieuwe die wel voldoet. Klasbord is veel gebruikt, maar het is nodig dat er duidelijkheid komt over communicatie. Niet gerealiseerd. Er moet een beter beleid komen. Bas en Cris gaan in oktober cursus volgen om een ict-beleidsplan te maken. Oude opzet is achterhaald en saai. Er moet een betere lessenserie komen.

3 Woorden-schat-1-2 i.s.m. Korein

Aanbod en uitbreiding woordenschat in de groepen 1-2 en kinderopvang

Natasja en Marinda

Dit is goed opgepakt. Er moet wel verdieping komen. Nieuwe schooljaar mee door gaan.

4 Werken vanuit doelen 1-2

Opbrengstgericht werken vanuit doelen

- Vanuit doelen gaan werken

- De leerkrachten krijgen de doelen duidelijk in beeld en handelen er naar

- Per thema worden de doelen geregistreerd

Natasja Angelique

Er is een goede start gemaakt, maar gedurende het jaar afgezwakt. Moet beter. Het goede borgen. Volgend schooljaar mee verder gaan.

5 Meerbe-gaafdheid

Zie plan van aanpak -Invoeren pittige plustorens -DHH verder implementeren -Inhoud Plusgroep -Beleidsplan klaar

Marlies Veel positieve reacties . Kinderen gaan er graag naar toe. Er worden eisen gesteld. Prima. Er moet een duidelijker beleidsplan komen met duidelijke criteria voor Breinbrekers. Leerlingen moeten goed doorgesproken worden. Nog goed kijken naar de inhoud voor groep 4 en de kleuters.

6 VVE

-Nieuw verbeterplan opstellen met een uitdagende speelleeromgeving in elke groep -Invoering nieuw overdrachtsformulier -Audit in september dan volgt het verbeterplan.

Natasja

Het VVE-plan is goed geïmplementeerd. Goede samenwerking met de Kinderopvang. Het overdrachtsformulier wordt als positief ervaren. De audit was positief. De verwerking moet nog komen.

7 Coöperatief leren

Nieuwe collega’s wegwijs maken en begeleiden, hier een plan van aanpak voor maken en overleggen aan de directie.

Riette en Marlies

Is in de bouwvergaderingen enigszins aan de orde gekomen. Aandacht voor CL is weggezakt. Er is vraag naar opfris-inspiratiemomenten! Nieuwe collega's moeten begeleid worden.


Er komt een planning in het nieuwe schooljaar.

8 Sociaal emotioneel Pestbeleid

Zie plan van aanpak -Opleiding tot pest coördinator -Uitzetten van beleid 2015-2016. Verweven met commissie sociaal-emotioneel

Martijn en werkgroep Marieke D Karin Wendy

Heeft veel aandacht gekregen dit jaar. De groepsvormingsactiviteiten zijn veel gebruikt. De missie is prima opgepakt en goed geïmplementeerd. Zien verder gebruiken en verdieping is nodig. Doel bereikt. 3 personen zijn pest- coördinator. Moeten nog zichtbaarder worden.

9 Uitwerken visie creativiteit

-Visie op creativiteit vormen voor komend schoolplan 2016-2020. (ev. in het kader van de 21e vaardigheden) Muziek

Rogier, Marieke D, Karin (werkgroep)

10 collega's hebben een cursus gevolgd om de 21e eeuwse vaardigheden te leren kennen en handvatten te krijgen om het in te voeren. Dit onderwerp heeft veel aandacht gekregen op bijv. studiedagen en heeft geresulteerd in een nieuwe WO-aanpak in de bovenbouw. Blink wordt ingevoerd. De 21e eeuwse vaardigheden moet veel aandacht krijgen in de komende jaren. Goede begeleiding van CKE. We gaan er mee door.

10

Natuur -Vaststellen leerlijn Natuur

Mijke en werkgroep

Deze ontwikkeling heeft veel aandacht gekregen. Er is voor Blink gekozen.

11

Begrijpend lezen

-Borgen strategie hardop denken bij nieuwe leerkrachten

Marga Is als nuttig ervaren. Goede ondersteuning/begeleiding door Marga. Nieuwe leerkrachten zijn goed begeleid.

12

Buiten spelen Spilbreed gr 1-2-3

In samenwerking met Korein wordt het buitenspelen verbeterd bij het jonge kind (groep 1,2,3) Er komt een visie op buitenspelen Er komen afspraken over het buitenspelen

Carla en Noor (proces Natasja)

Het buitenspelen is spilbreed goed opgepakt en uitgevoerd. Begin nieuwe schooljaar weer oppakken. Moet nog beter ingevoerd worden.

13

Reken-beleid

-Rekenbeleid opzetten. -Groep 4 begeleiden in het groepsplan opzetten, methode/tablets. -Groep 3 klassenbezoeken . Zicht krijgen op lkr gedrag en de structuren die kinderen gebruiken.

Riette Rekenbeleid moet nog meer vorm krijgen. Begeleiding van leerkrachten moet uitgebreid worden. Instructie blijft belangrijk en moet meer aandacht krijgen tijdens studiedagen. De groepjes leerlingen begeleiden heeft effect gehad. Klassenbezoeken moeten beter uit de verf komen. In samenwerking met Snappet 3.0 verder opzetten.

14

IB taken -Taken, rollen verdelen van IB

Natasja, Martje en Riette

De overdracht is goed verlopen. Nu nog verfijnen. Er gaat veel tijd zitten in begeleiding van individuele leerlingen. Er is goed meegedacht in de


leerlingbesprekingen. Samen oudergesprekken doen werkt goed en prettig

1.4.11 Conclusies

Jarenlange verbeteringen van ons onderwijs kunnen we terug zien in onze opbrengsten. De resultaten bij de cognitieve vakken zijn goed. Zowel tussenopbrengsten als eindopbrengsten zijn van een goed niveau. We verbeteren waar nodig.

De tussenopbrengsten rekenen vergen aandacht. De rekeninstructie moet speerpunt blijven en de inzet van Snappet.

Verschillende geledingen (leerlingen, ouders, leerkrachten) binnen de school geven aan dat er meer aandacht moet komen voor de brede ontwikkeling. In het bijzonder wordt creativiteit, techniek, ontdekkend- en onderzoekend leren genoemd

In grote lijnen zijn de kinderen, leerkrachten en ouders tevreden over de school

Leerlingen willen meer aantrekkelijke lessen (aardrijkskunde), samenwerken, zelf ontdekken en meepraten/meedenken over de school

De actieve betrokkenheid bij de kinderen moet de komende jaren een speerpunt worden. Om dit te vergroten worden de zaakvakken anders aangeboden.

Het borgen van de sociaal veilige leeromgeving blijft belangrijk. Er moet blijvend aandacht aan groepsvorming en sociale veiligheid gegeven worden. Anti-pesten-werkvormen moeten telkens terugkomen

Communicatie blijft een aandachtspunt, vooral ook door social media.

De laatste jaren is ruim aandacht besteed aan het professionaliseren van de leerkrachten. Zodoende hebben we goed kunnen door ontwikkelen op het gebied van IB, (hoog)begaafdheid, de 21e eeuwse vaardigheden, tabletonderwijs, digitalisering, etc. Aandachtspunt blijft dat we als team de kennis over de leer-en gedragsproblematiek van onze kinderen uitbreiden en de kwaliteit van onze aanpak hieraan spiegelen.'

Uit de cijfers en enquêtes e.d. blijkt dat De Talisman in een stabiele fase zit.

Gezien de leerlingenpopulatie van De Talisman is/blijft het van belang om onderwijs te geven op een hoog niveau. Hierbij geven we gedifferentieerd onderwijs, hebben we hoge verwachtingen van de leerlingen en dagen we de plusgroep uit. De breinbrekers zetten we in om meer- en hoogbegaafde kinderen extra uit te dagen buiten de klas.


1.5 Meerjarenplanning Op basis van de externe analyse en de interne analyse zijn de beleidsvoornemens geïnventariseerd in relatie tot onze richtinggevers "Waar gaan we voor?" De beleidsvoornemens zijn in plannen van aanpak verwerkt en opgenomen in het jaarplan. Jaarlijks zullen deze plannen van aanpak opgenomen worden in het jaarplan.

Jaarplanning en beleidsvoornemens 2016 – 2017


Doel - Activiteiten Betrokkenen

data

MT - lid

1 Brede Ontwikkeling 21e eeuwse vaardigheden

Implementeren 21e eeuwse vaardigheden d.m.v. Methode Blink Realiseren 3 thema’s Blink Realiseren 3 VLL-thema’s met 21e eeuwse vaardigheden Uitbreiden creatieve vaardigheden

gr. 5 t/m 8 Gr 4 Gr 3 gr 1 en 2

8-9 BB 12-9

Henk / Kuintje

2 Creativiteit Uitwerken visie (21e eeuwse vaardigheden)

Visie op creativiteit concreet maken Wat zien we aan het gedrag van kinderen? Wat is het leerkrachtengedrag?

Rogier, Marieke D, Karin (werkgroep)

Start 2e helft schooljaar

Kuintje/Angelique

3 ICT -geletterdheid 21e eeuwse vaardigheden

Het maken van een ict-beleidsplan voor 2016-2020 in het kader van de 21e vaardigheden (ICT-geletterdheid) -Tablet invoering grote versie met word in gr8 - Implementeren snappet 3.0 - Gebruik nieuwe app

Cris, Bas Bas Cris

12-9-2016 2-9-2016

Henk

4 Zelfregulering 21e eeuwse vaardigheden

Opstellen plan van aanpak Wat zien we aan het gedrag van kinderen? Wat is het leerkrachtengedrag? Opzetten doorgaande lijn groep 1 t/m 8

Start 2e helft schooljaar

Angelique/Kuintje

5 Passend onderwijs Het planmatig begeleiden van de zorgleerling in zorgniveau 3,4 en 5. Formuleren van de extra ondersteuning in het ondersteuningsprofiel.

Riette, Natasja

Kuintje/Angelique

6 Communicatie Beleidsplan Communicatie opfrissen: - Schoolapp – communicatie met ouders - leerlinggesprekken - inzetten van contactouders om nieuwe ouders te informeren

Henk Cris

Henk

7 Woordenschat-1-2 i.s.m. Korein

Borgen aanbod en uitbreiding woordenschat in de groepen 1-2 en kinderopvang

Natasja en Marinda

Angelique


8 Werken vanuit doelen 1-2

Opbrengstgericht werken vanuit doelen - Vanuit doelen gaan werken - De leerkrachten krijgen de doelen

duidelijk in beeld en handelen er naar - Per thema worden de doelen

geregistreerd

Natasja Angelique

Angelique

9 Het spel In samenwerking met Korein wordt er betekenis aan het (buiten)spelen / meespelen in hoeken gegeven (peuters 1/2)

Natasja Angelique

10

VVE

-Borgen verbeterplan met een uitdagende speelleeromgeving in elke groep -Invoering nieuw overdrachtsformulier

Natasja Lynn

15-10 Sept Zie plan van aanpak

Angelique

11

Begaafdheid - Breinbrekers

Borgen beleidsplan en opstellen duidelijke criteria - Verder invoeren pittige plustorens - DHH verder implementeren - begeleiding kiene kleuters en inhoud gr 3,4

Marlies 12-9 Zie plan van aanpak

Angelique

12

Sociaal emotioneel Pestbeleid

Voldoen aan wet sociale veiligheid op school. Borgen plan van aanpak w.b.d. missie, Zien, groepsvormingsactiviteiten. Verdieping Zien -borgen en verder uitbouwen anti-pestbeleid

Martijn en werkgroep Marieke D Karin Wendy

Zie data plan van aanpak

Henk

13

Rekenbeleid -Borgen Rekenbeleid Het verbeteren van de rekeninstructie (handelend rekenen) in combinatie met aanpak Snappet Aanpassen van het groepsplan voor rekenen door gebruik van Snappet

Riette, Bas, Margot, Philippa, Kuintje

12-9 studiedag Plan van aanpak

Henk KuintjeAnge-lique

14

Muziek Implementeren muzikale ladenkast 3e jaar Implementeren nieuwe muziekmethode Eigenwijs digitaal Deskundigheidbevordering leerkrachten groep 5 t/m 8 (Leerkrachten kunnen aan het eind van dit schooljaar muziekles geven die voldoen aan de criteria van de muzikale ladenkast)

Commissie muziek Anne

Henk

15

Dans Opzetten van een leerlijn dans voor groep 1 en 2 (3) m.b.v. de culturele ladenkast van CKE

Stephany Henk

16

Begrijpend lezen

-Borgen strategie hardop denken bij nieuwe leerkrachten

Marga

17

Coöperatief leren Nieuwe collega’s wegwijs maken en begeleiden, hier een plan van aanpak voor maken. Introduceren van nieuwe vormen Opfrissen van het toepassen van coöperatief leren

Riette en Marlies


18

Oriëntatie op rapportage

Aanpassing rapportage i.v.m. de 21e eeuwse vaardigheden. Is 3x een digitaal rapport nog een goede wijze van communiceren met de ouders?

directie

Jaarplanning en beleidsvoornemens 2017 – 2018




Verder implementeren en borgen van de 21e eeuwse vaardigheden methode Blink Doorontwikkelen van het ontdekkend leren Verder uitwerken van thema’s Blink , VLL-thema’s met 21e eeuwse vaardigheden

gr. 5 t/m 8 1 t/m 8


Plan creatieve vaardigheden implementeren Wat zien we aan het gedrag van kinderen? Wat is het leerkrachtengedrag?

Werkgroep Gr 1 t/m 8


Invoeren beleidsplan voor 2016-2020 in het kader van de 21e vaardigheden (ICT-geletterdheid) - doorontwikkelen tabletgebruik grote versie met word in gr8 - doorontwikkelen snappet 3.0, doelenwerk en groepsplan

Cris, Bas Bas Cris


Invoeren plan van aanpak zelfregulering Wat zien we aan het gedrag van kinderen? Wat is het leerkrachtengedrag?

Gr 1 t/m 8

5 Uitbreiden vormen 21e eeuwse vaardigheden

Doorontwikkelen plan van aanpak 21e eeuwse vaardigheden

6 Her-oriëntatie op Schatkist

Ontwikkelen van eigen thema’s gericht op de doelen van Schatkist aansluitend bij de onderwijsbehoefte van de kinderen

Gr 1-2

7 Engels Visie bepalen over Engels van groep 1 t/m 8

1 t/m 8 of 7/8

8 Werken in hoeken Thematisch werken in gr 3-4

Verder uitbouwen van het werken in hoeken in de groepen 3 en 4

9 Het spel Borgen betekenis aan het (buiten)spelen / meespelen in hoeken (peuters, kleuters)

Natasja


10 Spil Continueren VVE-plan Benutten van kansen samenwerking spil- Partners Invoeren KIJK

Natasja Lynn

11 Begaafdheid - Breinbrekers

Verbeteren/borgen beleidsplan Breinbrekers Marlies

12 Sociaal emotioneel Pestbeleid

Borgen plan van aanpak w.b.d. missie, Zien, groepsvormingsactiviteiten. Borgen anti-pestbeleid Verder uitdiepen Zien Oriëntatie op methode sociaal emotionele ontwikkeling

werkgroep

13 Rekenbeleid -Borgen en verdiepen rekenbeleid Het verbeteren van de rekeninstructie (handelend rekenen) in combinatie met aanpak Snappet Herziening groepsplan rekenen

Riette, Bas, Margot, Philippa, Kuintje

14 Muziek Borgen methode Eigenwijs Deskundigheidbevordering leerkrachten groep 5 t/m 8 (Leerkrachten kunnen aan het eind van dit schooljaar muziekles geven die voldoen aan de criteria van de muzikale ladenkast

Commissie muziek

15 Dans Opzetten van een leerlijn dans voor groep 1 en 2 (3) m.b.v. de culturele ladenkast van CKE

Stephany

16 Begrijpend lezen

-Borgen strategie hardop denken bij nieuwe Leerkrachten Oriëntatie op nieuwe methode, handhaving Nieuwsbegrip of integreren in WO-methode

Marga

17 Coöperatief leren Nieuwe collega’s wegwijs maken en begeleiden, hier een plan van aanpak voor maken. Introduceren van nieuwe vormen Opfrissen van het toepassen van coöperatief leren

Riette en Marlies

18 Overgang groep 2-3-4

Oriënteren op nieuwe onderwijsvormen in de groepen 3 en 4. Het van werken in hoeken in groep 1 -2 doorontwikkelen in de groepen 3 en 4

Kleuterbouw

19 Rapportage Het verbeteren van de rapportage Directie

20 Cultuureducatie Beeldend

Doorgaande lijn beeldend opstellen met de culturele ladenkast CKE


Jaarplanning en beleidsvoornemens 2018 - 2019




Verder implementeren en borgen van de 21e eeuwse vaardigheden Blink Verder uitwerken van thema’s Blink , VLL-thema’s met 21e eeuwse vaardigheden

gr. 5 t/m 8 1 t/m 8


Borgen plan creatieve vaardigheden implementeren Wat zien we aan het gedrag van kinderen? Wat is het leerkrachtengedrag?

werkgroep


Verder ont2wikkelen beleidsplan voor 2016-2020 in het kader van de 21e vaardigheden (ICT-geletterdheid) - doorontwikkelen tabletgebruik grote versie met word meerdere groepen - doorontwikkelen snappet 3.0, doelenwerk en groepsplan

Ict-ers en directie Cris en rekenwerkgroep


Borgen plan van aanpak Wat zien we aan het gedrag van kinderen? Wat is het leerkrachtengedrag?

Gr 1 t/m 8

5 Uitbreiden vormen 21e eeuwse vaardigheden

Ontwikkelen plan van aanpak 21e eeuwse vaardigheden : Samenwerken Kritisch denken

6 Oriënteren op het schrijfonderwijs

Hoe gaat ons schrijfonderwijs eruit zien?

7 Engels Invoeren nieuwe methode Engels in de school

8 Thematisch werken / werken in hoeken

Verder invoeren Groepen 3 , 4

9 Sociaal emotioneel

Invoeren methode sociaal emotionele ontwikkeling

werkgroep


10 VVE -Continueren VVE-plan

11 Begaafdheid - Breinbrekers

Verbeteren/borgen beleidsplan Breinbrekers

12 Cultuureducatie Beeldend

Doorgaande lijn beeldend verder ontwikkelen met de culturele ladenkast CKE

13 Dans Opzetten van een leerlijn dans voor groep 1 t/m 8

14 Ouderbetrokkenheid Herzien aanpak stimulering ouderbetrokkenheid

Jaarplanning en beleidsvoornemens 2019 - 2020




Evalueren brede ontwikkeling en bepalen plan van aanpak voor het vervolg invoering brede ontwikkeling

gr. 1 t/m 8


Verder uitvoeren beleidsplan voor 2016-2020 in het kader van de 21e vaardigheden (ICT-geletterdheid) - doorontwikkelen tabletgebruik - doorontwikkelen snappet 3.0 en gepersonaliseerd leren

Ict-ers en directie

3 21e eeuwse vaardigheden

Plan van aanpak voor: Probleem oplossen communiceren Schoolanalyse toepassen 21e eeuwse vaardigheden

4 Sociaal emotioneel

Borgen nieuwe methode sociaal emotionele ontwikkeling Updaten anti-pestbeleid

werkgroep Marieke D,Karin Wendy

5 Cultuureducatie drama

Doorgaande lijn drama opstellen met de culturele ladenkast CKE in combinatie met de 21e eeuwse vaardigheid culturele vaardigheden

6 Oriënteren op het schrijfonderwijs

Hoe gaat ons schrijfonderwijs eruit zien?


7 Engels Borgen nieuwe methode Engels in de school

8 Technisch lezen Oriëntatie op nieuwe methode

H 2 De onderwijskundige vormgeving van het onderwijs 2.1 Onze onderwijskundige doelen 2.1.1 Pedagogisch handelen De leerkrachten creëren een pedagogisch klimaat dat als kenmerk heeft:

1. ondersteunend 2. structuurrijk 3. uitdagend / aantrekkelijk

1. De leerkrachten bieden ondersteuning:

De leerkracht ondersteunt door te zorgen voor veiligheid en acceptatie. De omgeving moet dus verzorgd en veilig zijn.

De leerkracht heeft de pedagogische opdracht om de leerlingen op te voeden op basis van

waarden als eerlijkheid , respect voor anderen, verantwoordelijkheid, solidariteit.

De leerkracht is attent op hoe kinderen met elkaar omgaan en geeft hun sociale ondersteuning.

Hij/zij evalueert dit regelmatig. Op pestgedrag en agressie wordt adequaat gereageerd. Er worden samen met de kinderen duidelijke omgangsregels opgesteld.

De leerkracht geeft de leerling zelfvertrouwen door het uitspreken van positieve verwachtingen, geeft duidelijke feedback en hanteert het gesprek als werkvorm om bijv. problemen op te lossen.

De leerkracht is oprecht geïnteresseerd in de leerlingen en beschouwt ze als persoon en niet als object voor leerstofoverdracht. Hij/zij schept betrokkenheid.

De leerkracht is zich bewust van z’n voorbeeldfunctie en d.m.v. zelfreflectie is hij/zij kritisch in zijn/haar pedagogisch handelen.

2. De leerkrachten bieden structuur door:

de opgestelde groepsregels gebruiken als instrument voor het gedrag en de omgang in de groep (deze hangen zichtbaar in de klas).

gebruik te maken van belonen, aanmoedigen en vermanen, indien nodig wordt er gestraft. (zie notitie straffen en belonen)

te zorgen voor een ordelijk, opgeruimd lokaal zodat er een functionele leeromgeving ontstaat.

de leiding bij instructie en leergesprek te nemen en leiding te geven door het sturen van de denkhandelingen en activiteiten.

mee te denken met wat de kinderen doen en denken. 3. De leerkrachten zorgen voor voldoende stimulering en uitdaging door:


de kinderen uit te nodigen tot onderzoeken, ontdekken bijv. bij de 21e eeuwse vaardigheden, methode Blink, doe- en ontdekactiviteiten zoals techniek, de kinderen zelfstandig problemen op te laten lossen.

leerlingen eigen verantwoordelijkheid te laten nemen.

een uitdagende /aantrekkelijke speel-werkomgeving te realiseren.

Structureel Coöperatief leren Het onderwijs, vooral cognitief, is nog veel gericht op het individu, dus mag het van en met elkaar leren niet ontbreken. We willen in de dagelijkse praktijk het samenwerken bevorderen. De leerkrachten bieden coöperatief leren gestructureerd aan, zodat het meer diepgang en kwaliteit krijgt. We gebruiken in de groepen verschillende structuren. Er zijn een aantal principes opgesteld: Er is sprake van positieve wederzijdse verantwoordelijkheid De leerlingen nemen individueel hun verantwoordelijkheid De opdrachten zijn zo geformuleerd dat directe interactie mogelijk is Er is aandacht voor samenwerkingsvaardigheden Het samenwerken wordt geëvalueerd Coöperatief leren wordt ingezet in allerlei onderwijssituaties en staat dagelijks op het programma. In het kader van de 21e eeuwse vaardigheden worden elk jaar per leerjaar nieuwe wervormen gemaakt en vastgelegd.

2.1.2 Didactisch handelen Op De Talisman wordt onderwijs gegeven volgens de uitgangspunten van Directe Instructie. De klassenorganisatie en leertijd zijn doelmatig en kennen een zorgvuldige planning op de weekroosters We streven ernaar om onze leerlingen een ononderbroken ontwikkelingslijn te laten volgen. De onderwijskundige visie, zoals beschreven en de grote verschillen tussen de leerlingen vraagt een duidelijke structuur, doelmatig klassenmanagement, rust en orde, duidelijke interactie en planmatig handelen. Klassenmanagement Het klassenmanagement is afgestemd op onze doelgroep en onze visie. Voor de klasseninrichting betekent dit: Dat leerlingen een eigen werkplek hebben Dat er voldoende loop- en bewegingsruimte is Dat materialen zelfstandig door leerlingen gepakt kunnen worden Dat de klasseninrichting levendig doch overzichtelijk is Dat er gelegenheid is voor het onderzoekend en ontdekkend leren Dat er een talige, betekenisvolle leeromgeving is Dat recente werkstukjes van de leerlingen zichtbaar zijn Dat er een instructietafel is Dat de leerkracht zich zodanig opstelt dat hij/zij een goed overzicht heeft Dat de lokalen er ordelijk en opgeruimd uit zien


Voor de werkprocedures betekent dit: Dat de dagindeling afwisselend is Dat het dagprogramma bekend is bij de leerlingen, dagelijks wordt doorgenomen en zichtbaar

is in de klas Dat in de klas een klok aanwezig is Dat naast leerkracht gebonden lessen er lessen zelfstandig (ver)werken zijn Dat er ruimte gecreëerd wordt voor ontdekkend en onderzoekend leren Onderwijsbehoefte Het didactisch handelen wordt afgestemd op de onderwijsbehoefte van de leerlingen. De instructiebehoefte wordt bepaald door een aantal factoren welke niet altijd in onderstaande volgorde aan bod zullen komen. Wat kan het kind nog niet zelf, maar wel met hulp? Op welk gebied kan het succeservaringen opdoen? Wat is een reële uitdaging? Keuze voor een leerroute en/of voor een didactische aanpak? Van welke activiteiten leert het kind het beste? Welke manier van instructie en verwerken is het meest effectief en efficiënt? Welke inhoud? Welke visuele ondersteuning is nodig? Relevante context: motivatie, ervaringswereld. Afstemmen op gehanteerde methodes en materialen. Model directe instructie Onze leerlingen hebben veel behoefte aan ‘actieve instructie’ en begeleiding door de leerkracht. Het model directe instructie maakt het mogelijk dat de leerkracht het onderwijsproces controleert en tegelijkertijd de leerlingen actief bij de instructie (les) betrekt. Het model directe instructie wordt toegepast in alle onderwijssituaties op onze school. Op basis van een borgingsdocument (kijkwijzer directe instructie) wordt de kwaliteit van de leerkrachtvaardigheden in beeld gebracht. In het borgingsdocument zijn de volgende onderdelen van het model directe instructie opgenomen: Dagelijkse terugblik Presentatie met lesdoel Begeleid inoefenen Individuele of coöperatieve verwerking Evaluatie/nabespreking Interactie/terugkoppeling Organisatie Werken in niveaugroepen – De Breinbrekers Wanneer in bepaalde groepen extra aandacht aan een bepaald vak geschonken moet worden, of de opbrengsten moeten verbeterd worden, dan gaan we over tot het werken in niveaugroepen. De (meer)begaafde leerlingen geven we structureel bepaalde dagdelen extra aandacht. Zij gaan naar de plusgroep genaamd De Breinbrekers en werken daar met bijv. de Pittige Plustorens. Planmatig handelen


Planmatig handelen komt tot uiting in de groepsplannen. In het groepsplan wordt het onderwijs voor een bepaalde periode gepland verdeeld over de 1e en 2e helft van het schooljaar. In het groepsplan worden haalbare doelen gesteld en op basis daarvan worden leerroutes uitgestippeld. Het groepsplan bestaat uit: Ondersteuningsniveau 1:

o Basisprogramma voor alle leerlingen in de groep Ondersteuningsniveau 2:

o Subgroepen en/of individuele leerlingen in de groep o Extra leertijd o Ondersteuners in de klas/buiten de klas die hetzelfde programma volgen

Ondersteuningsniveau 3: Ondersteuningsniveau 3 is wel opgenomen, maar indien hier sprake van is, wordt verwezen naar desbetreffende handelingsplannen.

o Extra zorg buiten de klas van verschillende disciplines o Uitbreiding leertijd

Het groepsplan wordt gemaakt voor de volgende vakgebieden: Technisch lezen Begrijpend lezen Spelling Rekenen en wiskunde Eventueel voor woordenschat Motoriek (groep 1 en 2) Sociaal emotioneel

De groepsplannen worden gemaakt door de leerkracht. Het nieuwe groepsplan en de evaluatie worden besproken met de adjunct en soms met de rekenen leesspecialist, waar vervolgens aandachtspunten benoemd worden voor het daaropvolgende groepsplan. Het groepsplan is aan verandering onderhevig door het gebruik van Snappet 3.0 en nieuwe inzichten voor het opzetten van een groepsplan. Op de Talisman hecht men hoge waarde aan effectiviteit. Brede ontwikkeling De Talisman richt zich op de totale ontwikkeling van het kind. We willen de kinderen de komende 4 jaar de 21e eeuwse vaardigheden aanbieden. Daarnaast ontwikkelen de kinderen de persoonlijke talenten en presenteren ze zich op het gebied van bewegen en creativiteit. Kinderen maken kennis met maatschappelijke verantwoordelijkheid door het contact met sociale instellingen. Kennismaken met culturele activiteiten zorgt voor ontwikkeling van de eigen identiteit. Zorg en kennis voor de eigen leefwereld wordt eigen gemaakt door aandacht voor natuur en duurzaamheid. Naast de kerndoelen voor de cognitieve vakken wordt er aandacht besteed aan ontwikkeling op het gebied van:

sport en beweging: deelname Sportformule, sportdag, schoolvoetbaltoernooi, schaatsprestatierit en marathon Eindhoven

creatieve vorming: bijv. driejarig muziekproject met naschoolse activiteit, open podium

burgerschap: samenwerking met Kontonjo (projecten zoals Kerst),


project Prinsjesdag, Prikactie

culturele activiteiten ev. in samenwerking met CKE, (Pre)Historisch museum, Glow

natuur en duurzaamheid: projecten natuur in de directe omgeving, zoals de Genneper Hoeve, dag van de duurzaamheid (10 okt.)

2.2 De vak- en vormingsgebieden Doorgaande lijnen: Voor alle vakgebieden (maar met name voor de basisvaardigheden) geldt dat wij de doorgaande lijnen hierbij heel nadrukkelijk in beeld gaan brengen. Door gebruik van Schatkist in de groepen 1 en 2 in combinatie met Veilig Leren Lezen en Estafette realiseren we een betere afstemming tussen de onderbouw en middenbouw (vb. auditieve synthese). Voor rekenen zijn de doelen van Rekenrijk leidend, maar we zullen door de werkwijze van Snappet ons de komende jaren gaan richten op de SLO-doelen. Werken met referentieniveaus Met behulp van de methodes Taalactief/Snappet en Rekenrijk/Snappet stemmen wij ons taal- en rekenonderwijs af op de referentieniveaus die opgesteld zijn door het ministerie van OCW. Door gebruik van deze methodes is het niveau 1F haalbaar. De uitgeverijen stellen dat alle leerstof wordt aangeboden. Niet alle leerlingen zullen niveau 1F halen. Voor deze kinderen worden specifieke doelen opgesteld. (Bijv. kinderen die naar het praktijkonderwijs gaan) Kinderen die moeite hebben met een bepaald vak proberen we zover mogelijk te krijgen in zijn ontwikkeling, maar op een gegeven moment zal er een keuze gemaakt moeten worden in de leerstof. Er is ook een groep leerlingen (de Breinbrekers) die (veel) meer aan kan dan niveau 1F en 1S, bijvoorbeeld leerlingen die in het vervolgonderwijs naar het vwo gaan. Voor hen ligt 1S onder hun potentiële mogelijkheden. De methodes, het verrijkingsmateriaal, de Pittige plustorens bieden hen leerstof die verder gaat dan niveau 1S. Het blijft belangrijk om ook aan leerlingen die meer aankunnen dan 1S, eisen te stellen. En de leerstof die past bij hun mogelijkheden niet als 'extra' of 'vrijblijvend' te zien, maar als regulier. We willen met ons onderwijs het maximale uit leerlingen halen.

Sociale integratie en burgerschap en Sociale competentie

Titel Uitgever Leerjaar In gebruik vanaf

Vervangen in

Kinderen en hun sociale talenten

Kwintessens 1-8 2003

Werkvormen Groepsgedrag Kees van Overveld 1-8 2015 2023

Bino

Zien 1-8 2015 2025

Sociogram -

Werkplan Sociale integratie en burgerschap

Versch. Bronnen 1-8 2008 -

Mediamaster en Digiwijs met Donald Duck (week van de mediawijsheid)

Mediamasters.nl, Primaonderwijs.nl

7-8 2016 -


Sociale integratie en burgerschap We willen dat de kinderen bewustzijn ontwikkelen van de eigen sociale omgeving. Om dit te bereiken werken we met de methode Kinderen en hun sociale talenten. Daarnaast is een werkplan gemaakt voor sociale integratie en burgerschap. (Zie documentenmap) Door goede ervaringen met de methode groepsvorming vervallen lessen uit Sociale Talenten.

Uitvoering in de praktijk: Bij de start van het schooljaar wordt samen met de groep een missie opgesteld voor "de leuke klas". (boek groepsvorming) De regels door de groep zelf opgesteld worden zichtbaar in de klas opgehangen. Beleidsvoornemens:

Zien verder uitbouwen als observatie-methode

Borgen Groepsvorming "Aan de slag met groepsvorming"

Implementeren Werken pedagogisch groepsplan

Anti-pestprotocol goed coördineren, sociale veiligheid monitoren

Nederlandse taal en lezen In onze visie hebben we aangegeven dat we grote nadruk moeten leggen op het vergroten van de communicatieve vaardigheden van onze leerlingen. Dit doen we door wekelijks veel tijd uit te trekken voor taal (spreken, luisteren.lezen en stellen). We doen dit aan de hand van de volgende methoden:

Titel Uitgever Leerjaar

In gebruik vanaf

Vervangen in

Schatkist Zwijsen 1-2 2004 2018

Veilig leren lezen Zwijsen 3 2015 2023

Estafette Zwijssen 4-7 2010 2018

Taalactief / Snappet Malmberg 4-8 2014 2022

Goed gelezen (nieuwe) Malmberg 4-8 2010 2018

Nieuwsbegrip CED-groep 5-8 2014 -

Spelling (ICT) Malmberg 4-8 2006 2014

Jippie Zwijsen 3 2016 2024

AVI-leesboeken 3

Pittige plustorens

Uitvoering in de praktijk: Technisch lezen: Vanaf groep 1-2 hanteren wij het dyslexieprotocol. Zodra kinderen halverwege groep 3 zijn beginnen wij extra aandacht te geven aan leesniveau, tutor-lezen, Ralfi-lezen en extra aandacht in kleine groepjes. Taalactief: Taalactief bieden we aan in combinatie met Snappet. In groep 4 gebruiken we alleen het taalboek en schriften. In groep 5 maken ze de taaloefeningen op de tablet.

Goed gelezen in combinatie met Nieuwsbegrip Deze methode wordt gebruikt zoals de handleiding aangeeft. Aanvullend materiaal wordt vooral gezocht bij Nieuwsbegrip.


Beleidsvoornemens: Borgen van de nieuwe methode Estafette Streefdoel niveauwaarde 4 voor het technisch lezen borgen in de groepen 3 t/m 8.

Rekenen


In gebruik vanaf

Vervangen in

Schatkist Zwijsen 1-2 2004 2018?

Rekenrijk / Snappet Noordhoff 3-8 2010 2018

Pittige plustorens

Maatwerk

Uitvoering in de praktijk: De methoden worden door ons gebruikt zoals beschreven in de handleiding. De handleiding vormt de basis. De instructie blijft belangrijk Door Snappet 3.0 wordt en door de leerlingen doelgerichter gewerkt.

Beleidsvoornemens:

Snappet 3.0 hanteren en deze ontwikkeling volgen

Extra aandacht voor de “meer”begaafden

Gepersonaliseerd leren vorm geven door gebruik te maken van Snappet 3.0.

Schrijven In groep 1 en 2 wordt veel aandacht besteed aan de motorische ontwikkeling, waaronder de ontwikkeling van de fijne motoriek. Dit gebeurt met de methode Schrijfdans. Van groep 3 t/m 8 blijven we ondanks de tablets systematisch werken aan het ontwikkelen van een vlot en goed leesbaar handschrift. We gebruiken hierbij de methode:


Vervangen in

Schrijfdans R.O. Voors 1-2 2002

Pennenstreken Zwijsen 2-6 2000 2010

Pennenstreken cijfers Zwijsen 3 2006

Uitvoering in de praktijk: De methoden worden door ons gebruikt zoals beschreven in de handleiding. De komende jaren zal bediscussieerd worden wat van het schrijfonderwijs over blijft.

Engelse taal In groep 7 en 8 krijgen onze kinderen Engelse taal, waarbij de nadruk ligt op het verstaan en zelf spreken van de Engelse taal. We gebruiken hiervoor de methode:


Vervangen in

Take it easy Thieme Meulenhof 7-8 2009 2017

Beleidvoornemens: We gaan onderzoeken of wij Engels vanaf groep 1-2 gaan aanbieden.


Levensbeschouwing Als interconfessionele school werken we vanuit deze levensbeschouwelijke visie en vanuit onze Christelijke levensovertuiging samen met de ouders aan de vorming, ontwikkeling en opvoeding van de kinderen. We vragen van ouders en kinderen om onze smalle identiteit te respecteren; we verwachten van de kinderen ook dat ze daadwerkelijk aan deze lessen deelnemen. .


Vervangen in

Trefwoord kalenderlijn SGO-Hoevelaken 1-2 1995 Jaarlijks

Vieren kun je leren Kwintenssens 3-8 2007

Uitvoering in de praktijk:

De Christelijke feestdagen worden in alle groepen besproken, behandeld, gevierd, etc. Er is een

werkgroep identiteit/ feestdagen.

Wereldoriënterende vakken In de groepen 1 t/m 4 wordt voornamelijk thematisch gewerkt. In de groepen 1-2 gebeurt dat volgens de methode Schatkist. In groep 3-4 wordt m.b.v. methodes gewerkt rondom bepaalde thema's. In groep 5 t/m 8 wordt m.b.v. de methode Blink thematisch gewerkt. Wij gebruiken de volgende methodes:


In gebruik vanaf

Vervangen in

Schatkist Zwijsen 1-2 2004 2012

Blink Wereld Blink 5-8 2016 2024

Wegwijs Malmberg 3 2005 jaarlijks

Verkeerskranten VVN 4-7 2010 Abonnem.

Brabant Verkeers-veiligheidsLabel BVL

BVL 1-8 2004

Projecten zoals Ga voor gezond, Kinderboeken-week, milieu, etc

-

Uitvoering in de praktijk: De methodes worden door ons gebruikt zoals beschreven in de handleiding. Beleidsvoornemens: De komende jaren zullen in het teken staan van 21e eeuwse vaardigheden voor de groepen 1 t/m 8. Voor de verschillende vaardigheden van de 21e eeuw zoals creativiteit, zelfregulering, ICT-geletterdheid, etc. gaan we een doorgaande lijn opstellen.


Naast de methodes maken we gebruik van de volgende activiteiten:

Instelling aard van het contact / activiteiten GGD project Lentekriebels (seksuele voorlichting ) (Pre) Historisch museum thema Middeleeuwen groep 5 Natuur- en Milieueducatie natuurprojecten Genneper Hoeve BrabantsVerkeersveiligheidsLabel verkeerseducatie/verkeersexamen Goede doelen Malawi, Peru Techniek jij en ik techniekkoffers Teleblik, Beeldbank, You tube Educatieve tv-programma’s,filmpjes, etc.

De muzisch-expressieve vakken Uitvoering in de praktijk: De gelden voor cultuureducatie worden door de cultuureducatiecommissie gebruikt voor allerlei activiteiten die met cultuureducatie te maken hebben. Er is een doorgaande lijn opgezet met o.a. kunstweek, museumbezoek, cke-lessenseries creamiddagen, muziekmiddagen etc. Hieronder volgt een overzicht van de methoden/projecten/bronnenboeken die we gebruiken voor de muzisch-expressieve vakken:


In gebruik vanaf

Vervangen in

Bevordering taalgebruik: Schatkist Veilig leren lezen Taalactief

Zwijsen Zwijsen Malmberg

1-2 3-4 4-8

2004 2015 2014

2024 2021

Tekenen: Bronnenboeken

1-8

2007

Handvaardigheid: Bronnenboeken

1-8

2007

Muziek: Muzikale ladenkast

Eigenwijs

1-8

2014

Bewegingsonderwijs Basisdocument Basis-lessen Bewegingsonderwijs in het speellokaal

V. Gelder & Stroes

3-8 1-2

2010


Instelling aard van het contact / activiteiten

Centrum voor de kunsten Eindhoven Cultuurcoach (Brabants Instituut voor School en Kunst) cultuureducatie Van Abbemuseum culturele activiteiten (groep 5 t/m 8 museumbezoek) Centrum voor de kunsten Eindhoven Kunstmenu en museumlessen, schouwburgbezoek, theatervoorstellingen, Glow, muziekdag Verenigingen/ouders op het gebied van dans, muziek, beweging etc. creatieve middag, musical etc. Seniorenorkest het orkest, klassieke muziek


Museumschatjes bezoek musea Sportformule sportdocent, sportdag, deelname sportevenementen,

Overige Titel Uitgever Leerjaar In gebruik

vanaf Vervangen in

Techniekeducatie Blink 1-8 2016

Techniekkisten Eigen opzet 1-8 2015


Instelling aard van het contact / activiteiten

Bureau Halt Digitaal pesten, 4-5 mei thema Dodenherdenking, vrijheid, meningsuiting Mad sience workshop over techniek

2.3 Pedagogisch - Educatief raamplan Spilcentrum en VVE Basisschool De Talisman is de "leading" partner van spilcentrum Gerardusplein. Samen met de partners Korein kinderplein, Het Avontuur en stichting Het Amuletje is een pedagogisch en educatief raamplan opgesteld. Het plan beschrijft het educatief handelen van 0-13 jaar binnen het spilcentrum. Er staan doelstellingen-afspraken in over methodieken, ouderbetrokkenheid, doorgaande lijn, overdracht van het kind, observaties, afstemming activiteiten. Zie pedagogisch educatief raamplan en beleidsvoornemens. Met het Avontuur is ook een pedagogisch- en educatief raamplan opgesteld. Er is de afgelopen jaren met een verbeterplan van voor- en vroegschoolse educatie (VVE) gewerkt. Het plan wordt jaarlijks geëvalueerd samen met Korein en de leerkrachten van de groepen 1-2. In het plan wordt de voor- en vroegschoolse educatie beschreven van 2 1/2 jaar t/m 6 jaar. Onderwerpen zijn: Kwaliteit beroepskrachten binnen het spilcentrum, ouderbeleid, kwaliteit van de educatieve programma's, pedagogisch klimaat, educatief handelen, begeleiding en zorg, kwaliteitszorg binnen spil, bevordering doorgaande lijn. Zie VVE-plan en beleidsvoornemens.


2.4 Schoolondersteuningsprofiel 2016-2020

Inhoudsopgave Inleiding 1. Kwaliteit van ons onderwijs

2. Ondersteuningsstructuur

3. Planmatig handelen

4. Onderwijsarrangementen

5. Aannamebeleid

6. Slotwoord SOP

Inleiding

Het schoolondersteuningsprofiel geeft richting ten aanzien van: Toelating van leerlingen op school.

Het geeft verheldering in hoeverre de onderwijsbehoefte van een leerling past bij de mogelijkheden van onze school.

De communicatie met ouders/opvoeders.

Op basis van het profiel wordt uitgelegd wat wij als school wel of niet voor het kind kunnen betekenen. Bij aanmelding op onze school, wordt het schoolondersteuningsprofiel gebruikt bij de afweging of wij de onderwijsondersteuning kunnen bieden die het kind nodig heeft. We stellen ons de vraag of we af kunnen stemmen op de onderwijsbehoeften van het kind en wat dit betekent voor de inhoud en de organisatie van het onderwijs en de benodigde expertise/deskundigheid. Het ondersteuningsprofiel zal vrijwel nooit direct en eenduidig een antwoord bieden op die (éne) vraag: elk kind en elke situatie is uniek. Toch zal het ondersteuningsprofiel helpen om een beargumenteerde afweging te maken.

Professionalisering:

Het ondersteuningsprofiel ondersteunt ons professionaliseringsbeleid van de school. Mede op basis van dit document kan bepaald worden welke competenties leerkrachten dienen te beheersen om onderwijs en ondersteuning te verzorgen aan alle leerlingen bij ons op school. Het ondersteuningsprofiel brengt de ambities van de school in kaart als het gaat om extra ondersteuningsmogelijkheden. Deze ambities worden beschreven in het jaarplan, c.q. meerjarenbeleidsplan en zijn medebepalend voor het professionaliseringsbeleid.

Het schoolondersteuningsprofiel is een onderdeel van het schoolplan en wordt eens in de 4 jaar opgesteld. Ontwikkelingen worden opgenomen in het jaarplan, c.q.


meerjarenbeleidsplan. De inhoud is herkenbaar voor de teamleden en de medezeggenschapsraad. De medezeggenschapsraad heeft adviesrecht bij de vaststelling. Vervolgens stelt het bevoegd gezag het ondersteuningsprofiel van de school vast, minstens eenmaal in de vier jaar. Voor contactgegevens van school, de onderwijsvisie en de schoolpopulatie verwijzen we naar onze website, schoolgids en schoolplan.

1. Kwaliteit van ons onderwijs

Schoolzelfevaluatie: Zie voor interne en externe evaluatie schoolplan 2016-2020 Hoofdstuk 1.4. De Talisman heeft specialisten in huis op het gebied van: dyslexie, rekenen, meerbegaafdheid, gedrag, echtscheiding, rouwverwerking en SVIB. De betreffende protocollen/beleidsplannen zijn te vinden op: -W:\Algemeen\dyslexie protocollen gr 3 tot en met 7 -W:\IB\rekenen\Beleid -W:\Algemeen\pestprotocol -W:\Algemeen\schoolplan/plan van aanpak meerbegaafdheid -W:\IB\echtscheiding/beleidsplan echtscheiding -W:\Algemeen\Commissies en thema's\Rouwverwerking. Externe begeleiding is georganiseerd in de vorm van een ambulant begeleider van de externe dienst, gespecialiseerd in gedragsproblematiek. Kwaliteitsindicatoren SKPO: De SKPO hanteert 12 kwaliteitsindicatoren die zijn afgeleid van onze ambitie op het gebied van onderwijs, personeel en partnerschap om jaarlijks de kwaliteit op bestuursniveau in kaart te brengen. Leerling – Onderwijs voor de toekomst:

1. De cognitieve eindopbrengsten en de tussenopbrengsten op de vakgebieden

begrijpend lezen, technisch lezen, spelling en rekenen-wiskunde.

2. De sociaal-emotionele opbrengsten van de school, waarbij we kijken naar het

zelfvertrouwen en het welbevinden van de leerlingen.

3. De aandacht voor brede ontwikkeling, zoals talentontwikkeling en ontwerpend en

onderzoekend leren in de school.

4. Het leerlingaantal van de school: de tussentijdse uitstroom in het betreffende

schooljaar en het marktaandeel van de school in de wijk.

5. Het aantal leerlingen dat na twee jaar voortgezet onderwijs op het onderwijsniveau zit

conform het basisschooladvies.

Personeel – Vakmanschap in beweging: 6. Het gemiddelde ziekteverzuim en de verzuimfrequentie van het personeel.

7. De tevredenheid van het personeel.

8. De aandacht voor professionele ontwikkeling van het personeel.

9. Het functioneren van de schooldirecteur.

Partnerschap – Samen kunnen en bereiken we meer 10. De tevredenheid van ouders.


11. De aandacht voor betrokkenheid van ouders, zoals participatie en educatief

partnerschap.

12. De tevredenheid van partners (bijvoorbeeld SPIL-partners en de MR).

Jaarlijks worden de resultaten op de bovenschoolse kwaliteitsindicatoren geëvalueerd. De indicatoren geven de school en het bevoegd gezag waardevolle informatie om met elkaar verder aan ontwikkeling te werken. De resultaten op de kwaliteitsindicatoren geven inzicht in de school- én de organisatieontwikkeling en dienen daarmee als zelfevaluatie voor alle scholen en voor de organisatie. Naar aanleiding van de analyse worden aandachtspunten opgenomen in het volgend jaarplan en worden ze opgenomen in de agenda voor het Plenum (directieoverleg) en het netwerk van interne begeleiders. De resultaten van de kwaliteitsindicatoren liggen op school ter inzage. Inspectie: Het rapport van het inspectiebezoek van 16 april 2013 is terug te vinden op de website van de school: www.bsdetalisman.nl. De onderdelen begeleiding en zorg zijn als volgt beoordeeld:

Het rapport van de VVE – audit van 17-9-2015 is terug te vinden op W/IB/VVE:

http://www.bsdetalisman.nl/


Jaarlijks stellen wij verbeteronderwerpen op. Zie jaarplan en schoolplan 2016 -2020 en VVE verbeterplan. 2. Ondersteuningsstructuur

De ondersteuningsniveaus: Niveau 1: leerlingen volgen goed de dagelijkse lessen. Beschreven als basisgroep in het groepsplan. Niveau 2: leerlingen zitten in een kleine groep en krijgen extra uitleg of extra uitdaging. Dit is beschreven in het groepsplan bij subgroep 1-2 Niveau 3: leerling met extra onderwijsbehoeften. Deze leerlingen staan in het groepsplan vermeld onder subgroep 3. Extra zorg in of buiten de groep in overleg met de intern begeleider afhankelijk van de hulpvraag van het kind. Ouders en school zijn in gesprek over de leerling. Niveau 4: leerling met extra onderwijsbehoeften. Ondersteuning / begeleiding in en buiten de groep door IB en/of externe deskundige. Ouders en school zijn in gesprek over de leerling. Niveau 5: tijdelijke TLV voor SO of SBO.


De leerkracht informeert de ouders als het kind in niveau 2-3-4-5 zit. Leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften kunnen aangemeld worden op het reguliere basisonderwijs, dus ook op onze school. De school krijgt extra middelen uit het SWV om tegemoet te komen aan de extra onderwijsbehoeften van de leerling. De ondersteuningsniveaus staan vermeld op het groepsoverzicht. Verantwoordelijk voor de ondersteuning: Afdelingshoofden ondersteuningsniveau 1-2 Interne Begeleider ondersteuningsniveau 3-4-5 Leesspecialist ondersteuningsniveau 1-2-3-4 Rekenspecialist ondersteuningsniveau 1-2-3-4-5 Specialist begaafdheid ondersteuningsniveau 1-2-3-4 Ondersteuningsteams: We werken met twee ondersteuningsteams op de Talisman. 1.Het ondersteuningsteam (OT) bestaat uit afdelingshoofden, Interne Begeleiders en Leesspecialist en indien nodig specialist meerbehaafdheid. Elke twee weken komt het OT bij elkaar voor overleg. Agenda en notulen staan bij W/ IB/ondersteuningsteam. 2.Het KleinSpilOndersteuningsTeam (KSOT) bestaat uit de Generalist WIJ Eindhoven (Eveline Semper) en Interne Begeleiders van OB en BB. 3 à 4 Keer per jaar komt het KSOT bij elkaar. De monitoringslijst staat bij W / IB /betreffende schooljaar. De basisgroep (ondersteuningsniveau 1)

-Deze kinderen hebben voldoende gevoel van autonomie, competentie en relatie en scoren een A, B of(hoge) C bij de citotoetsen en ruim voldoende bij de methodetoetsen. -‘Gewoon’ goed les geven, instructie geven volgens de methode, toepassen van het model Directe instructie en observeren zoals de methode het aangeeft. -Vanuit de observatie van de methodelessen extra instructie geven aan kinderen die het niet meteen oppakken d.m.v. pre- en re- teaching en verrijking voor A- leerlingen -Sociaal- emotioneel volgen, werken aan pedagogisch klasklimaat. -De leerkracht is verantwoordelijk. Subgroep 1 (ondersteuningsniveau 2)

-Indien de leerling bij 1 of meerdere vakgebieden, of op 1 onderdeel daarvan, onder de norm scoort ( CITO-D of E score of bij de methode onvoldoende scoort), gaat de leerling voor het betreffende vakgebied / onderdeel over naar ondersteuningsniveau 2. - Deze kinderen hebben behoefte aan extra instructie en of begeleide inoefening. Naar aanleiding van methode-gebonden toetsen en/of toetsen uit het LOVS hulp organiseren in de klas: pre- teaching, re-teaching aan de instructietafel. Dit gebeurt tijdens de les en indien nodig kan extra hulp door de leerkracht worden ingezet tijdens het zelfstandig werken. -Inzetten van extra remediërend materiaal vanuit de methodes voor een langere periode. Deze kinderen staan op het zorgrooster van de klas vermeld. Doel: Deze kinderen kunnen dmv extra ondersteuning (kleine groep) het aanbod goed volgen. Subgroep 2 (ondersteuningsniveau 2)

-De A+ leerling gaat naar zorgniveau 2, subgroep 2.


-Deze kinderen hebben behoefte aan differentiatie op tempo en niveau. -Er kunnen zowel materialen binnen als buiten de methode aangeboden worden. -Deze kinderen scoren een hoge A, zijn zelfstandig, werken zorgvuldig, maken weinig fouten en hebben minder uitleg nodig. -Deze kinderen staan op het zorgrooster van de klas vermeld. Doel: deze kinderen blijven gemotiveerd en worden bewust bekwaam.

Subgroep 3 (ondersteuningsniveau 3)

-In zorgniveau 3 kunnen leerlingen komen die na intensieve begeleiding in subgroep 1 onder het verwacht leerrendement blijven. Incidenteel kan het voorkomen dat een kind meer nodig heeft dan wat het groepsplan kan bieden, wij denken hierbij bijvoorbeeld aan dyslectische kinderen. -Leerlingen die gezien hun onderwijsbehoefte of op basis van de diagnose gebaat zijn met extra zorg. -Een eigen ontwikkelingsperspectief hebben. Dit zijn leerlingen die de eind groep 6 of 7 leerstof niet halen en waarbij je afwijkt van de didactische leerlijn. -Leerlingen die behoefte hebben aan meer onderwijstijd en of instructie op een lager niveau, dit wordt per kind in het groepsplan beschreven. De extra onderwijstijd voor deze kinderen wordt o.a. tijdens het Zelfstandig Werken ingezet. Deze kinderen staan op het zorgrooster van de klas vermeld. Doel: deze kinderen succeservaringen geven, welbevinden blijft goed, lesaanbod aanpassen aan deze kinderen. Reële verwachtingen scheppen Analyseren en diagnosticeren doen we met behulp van uitdraaien van de methodetoets resultaten, CITO resultaten en overzichten van Snappet. Bij uitval wordt de toets geanalyseerd. Hiervoor worden de instrumenten van de methode en CITO gebruikt. Ook vult de leerkracht een groepsoverzicht in waar de thuissituatie, de stimulerende en belemmerende factoren en de onderwijsbehoeften beschreven worden per kind. Op basis van deze informatie wordt het groepsplan opgesteld. Het format van het groepsplan staat in ParnasSys onder Groepsplan. Op de W schijf, algemeen, organisatie betreffende schooljaar vind je het Groepsoverzicht.

Evaluatie: De groepsplannen lopen een half jaar. In januari en juni lopen de periodes af en vindt de eindevaluatie plaats. In november en april zijn er tussenevaluaties. Deze momenten liggen vast in de jaarkalender. 3. Planmatig handelen

Planmatig handelen betekent dat wij als school een systeem hanteren om na te gaan welke onderwijsbehoefte leerlingen hebben om daar vervolgens een passend onderwijsaanbod voor te organiseren dat vervolgens regelmatig geëvalueerd wordt. We beschrijven de doelstelling, het aanbod en de aanpak in het groepsplan op ondersteuningsniveau 1, 2 en 3. De kwaliteit van het planmatig handelen bij ons op school voldoet aan de volgende standaarden: Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door

observaties, gesprekken en het analyseren van toetsen.


Leerkrachten bekijken en bespreken de wisselwerking tussen de leerling, de

leerkracht, de groep en de leerstof om de onderwijsbehoeften te begrijpen en daarop af

te stemmen.

Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag

van leerlingen, ouders, collega’s.

Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de ontwikkeling van hun

leerlingen hebben.

Alle teamleden zoeken, benoemen en benutten de sterke kanten en interesses van de

leerlingen, de leerkrachten, de ouders en het schoolteam.

Leerkrachten werken samen met hun leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse,

formuleren samen doelen en benutten de ideeën en oplossingen van leerlingen.

Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige

en partner bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak.

Leerkrachten benoemen hoge, reële SMARTI-doelen. Deze doelen worden

gecommuniceerd en geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega’s.

Leerkrachten bespreken minstens twee keer per jaar hun vragen betreffende het

opstellen, uitvoeren en realiseren van hun groepsplannen met het afdelingshoofd.

De ondersteuningsstructuur is voor eenieder duidelijk. Er zijn heldere afspraken over

wie wat doet, waarom, waar, hoe en wanneer.

Alle teamleden zijn open naar collega’s, leerlingen en ouders over het werk. Motieven

en opvattingen worden daarbij inzichtelijk gemaakt.

Het onderstaande schema van planmatig werken hanteren we als uitgangspunt om ons systeem van planmatig handelen vorm te geven binnen onze school en is afgestemd op onze ondersteuningsstructuur zoals beschreven in hoofdstuk 2.

Op Bs De Talisman werken we vanuit het principe van handelingsgericht werken (HGW). Groepsbespreking: (ondersteuningsniveau 1-2) De afdelingshoofden bespreken cyclisch (2x per jaar) het groepsoverzicht / groepsplan met de leerkracht. De planning hiervan is opgenomen in de jaarkalender. Hierin bespreken we niet elke leerling individueel. We maken groepsplannen voor de vakgebieden, rekenen, spelling, begrijpend lezen, technisch lezen. Voor de groepen 1-2 hebben we een groepsplan voor de sociaal emotionele ontwikkeling. De leerkracht is verantwoordelijk voor het groepsplan. Het afdelingshoofd ondersteunt. 2016-2017 Werkgroep Sociaal emotioneel heeft als doel een groepsplan sociaal emotioneel voor de groepen 3-8 klaar te hebben en te implementeren.


Leerlingenbesprekingen: (ondersteuningsniveau 3-4-5) De IB-er voert de leerlingenbespreking met leerkrachten. In de jaarkalender staan cyclisch 2 keer per jaar, de leerlingenbesprekingen ingepland. Leerkrachten kunnen het hele jaar door bij de IB-er terecht om een leerling te bespreken. De leerkracht komt met een hulpvraag. Er kunnen diverse redenen zijn om een leerling aan te melden voor de leerlingenbespreking, bijvoorbeeld als:

een leerling steeds weer onvoldoende presteert ondanks de in het groepsplan gestelde doelen en specifieke aanpak

De specifieke onderwijsbehoeften van de leerling onduidelijk blijven.

Om zicht te krijgen op het OPP

Er sterke aanwijzingen of vermoedens zijn voor een ernstige stoornis of problematiek

. Indien de problemen niet opgelost kunnen worden of de problematiek is te zwaar, wordt het kind besproken in het OndersteuningsTeam. Tijdens de gesprekken wordt de nadruk gelegd op oplossingen en kansen. Bespreking met externen: (ondersteuningsniveau 4) Als wij de problemen met een kind niet alleen kunnen oplossen, wordt deze leerling besproken met een externe begeleider. We werken samen met externe instanties en kijken kritisch en wegen zorgvuldig af waar we de hulp inkopen, zoals bij: Externe Dienst SKPO ( De Taalbrug, Triade, Regionaal Expertise Centrum (Rec) 3 en 4, de Berkenschutse, Herlaarhof). De mogelijkheid is er om ondersteuningsniveau 4 leerlingen te bespreken met:

een Ambulante Begeleider van de Externe Dienst SKPO

De ortho-pedagoog van de Externe Dienst SKPO

Ambulante begeleider van SSOE Taalbrug

De GGD

Jeugdzorg

Zuidzorg

Generalist WIJ Eindhoven structureel 4 X per jaar

GGzE

Zorgplatform Stratum Communicatie naar ouders: De informatieavonden zijn in de eerste weken van het schooljaar. Alle ouders worden hiervoor uitgenodigd, de ouders maken zelf de keuze of ze wel of niet komen. Alle ouders worden in september uitgenodigd voor een eerste tien- minuten gesprek. Er wordt vooral gesproken over het welbevinden en het zorgniveau van het kind en de aanpak voor de komende periode. Het is erg belangrijk dat de ouders op het gesprek aanwezig zijn. In december krijgen de kinderen het eerste rapport , hierop staan de resultaten van de methodetoetsen. Ouders kunnen inschrijven voor een tien- minuten gesprek. Deze gesprekken zijn facultatief.


In februari/maart krijgen de kinderen het tweede rapport, hierop staan o.a. de resultaten van de methode en Cito-toetsen. Alle ouders worden voor een tien- minuten gesprek uitgenodigd, school verwacht dat ouders aanwezig zijn. In juni krijgen de kinderen het derde rapport, met de resultaten van o.a. de methode en Citotoetsen. Ouders kunnen inschrijven voor een tien- minuten gesprek. Deze gesprekken zijn facultatief. Ouders kunnen altijd tussentijds met de leerkracht of interne begeleider een afspraak maken om over hun kind te praten. Intervisie: Deze intervisievergaderingen zijn op aanvraag van de leerkracht /staan gepland in de vergaderkalender. In deze overlegsituatie brengt een leerkracht een bepaald probleem in waarover de collega’s meedenken om tot een zo goed mogelijke oplossing te komen. Intervisie kan ondersteund worden met videobeelden. Klassenbezoeken in het kader van kwaliteitszorg Klassenbezoeken kunnen plaatsvinden n.a.v een hulpvraag van de leerkracht. Daarnaast zijn er minimaal twee rondes om de schoolontwikkeling te volgen. Deze klassenconsultaties kunnen worden gedaan door een afdelingshoofd, de interne begeleider, leesspecialist, collega of een externe. De klassenconsultatie gebeurt met behulp van een kijkwijzer, svib of een hulpvraag. Coachingsgesprekken: Bij nieuwe leerkrachten worden twee keer per jaar coachingsgesprekken ingepland. Ook kunnen gesprekken plaatsvinden op initiatief van de leerkracht of MT. SVIB: SVIB trajecten worden ingezet op:

Leerkracht- kindtraject

Kind traject

Klassenmanagement

Implementeren van nieuwe methode

Intervisie

Coachen nieuwe leerkracht

VVE-coaching Het Leerling onderwijsvolgsysteem (LOVS): We proberen ons onderwijs zoveel mogelijk af te stemmen op de mogelijkheden en behoeften van de groep, waarbij we het individu in de groep niet uit het oog verliezen. Wij gebruiken op onze school het geautomatiseerde leerling onderwijsvolgsysteem van ParnasSys. Hiermee registreren wij de vorderingen van de leerlingen op de methodetoetsen en “de niet methode gebonden toetsen”, zoals CITO die uitgeeft. Met dit registratiesysteem beogen wij het volgende:

We krijgen een goed beeld van de prestaties op individueel-, groeps- en schoolniveau.

Wij volgen de onderwijsvorderingen van onze leerlingen en kunnen vroegtijdig achterstanden constateren, waardoor we zo snel mogelijk een begin kunnen maken met het inlopen of zelfs wegwerken van die achterstand.

Leerlingen die ver vooruit zijn, worden gesignaleerd, waarna ze door het aanbieden van verrijkende en uitdagende stof een passend onderwijsaanbod krijgen, binnen het leerjaar. Differentiatie op tempo en of niveau.


Het door ons gebruikte Leerling Onderwijs Volg Systeem (LOVS) is een middel om de leerkrachten en degenen die de ondersteuning coördineren in staat te stellen om hun onderwijs nog beter te doen aansluiten bij de mogelijkheden en het niveau van ontwikkeling van de individuele leerling of een groep(je) leerlingen. Daarom is het noodzakelijk om weldoordacht en stelselmatig de vorderingen op individueel, groeps- en schoolniveau te toetsen. Dit toetsen gebeurt d.m.v. het afnemen van “niet methode gebonden CITO-toetsen”. Het afnemen van de toetsen gebeurt op vaste tijden volgens de jaarkalender. De groepsleerkrachten nemen de toetsen af en voeren de resultaten zelf in ParnasSys in. Het afdelingshoofd controleert de ingevoerde resultaten, analyseert samen met de leerkracht de opbrengsten tijdens de opbrengstgerichte gesprekken of in een bouwvergadering. CITO geeft de volgende niveau-indeling aan: Niveau A:

Goed tot zeer goed

Hoogst scorende leerlingen Niveau B:

Ruim voldoende tot goed

Net boven het landelijk gemiddelde scorende leerlingen

Niveau C:

Matig tot ruim voldoende

Net onder het landelijk gemiddelde scorende leerlingen Niveau D:

Zwak tot matig

Onder het landelijk gemiddelde scorende leerlingen Niveau E:

Zeer zwak tot zwak

Laagst scorende leerlingen

Bij de evaluatie van de groepsplannen hanteren we de DLE’s Naast het vervaardigen van groepsoverzichten heeft het LOVS nog veel andere mogelijkheden om resultaten weer te geven. We kijken naar de opbrengsten en werken met niveauwaarden. De niveauwaarde van de Talisman is vastgesteld op 4.0 Toets kalender: De toets weken zijn opgenomen in de jaarkalender. We hebben twee keer per jaar een toets week, waarin alle toetsen worden afgenomen. Toets resultaten bespreken: Twee keer per jaar bespreken we in de bouwvergadering de toets resultaten van het LOVS. We bekijken de resultaten op individueel, groeps-, en schoolniveau. Het individueel niveau wordt bekeken door de leerkracht, intern begeleider en afdelingshoofd. Het groepsniveau wordt bekeken tijdens geplande bouwvergaderingen met de parallelleerkrachten. De opbrengsten op schoolniveau worden tijdens een PTV besproken.


De bespreekmomenten zijn vastgelegd in de jaarkalender. Binnen het ondersteuningsteam worden de individuele opbrengsten bekeken en besproken van de D en E leerlingen. Binnen het ondersteuningsteam en het M.T. worden de opbrengsten op groeps-, en schoolniveau bekeken. Testen: Om een nog beter beeld van de ontwikkeling van het kind te krijgen worden er in de basisschoolperiode de volgende onderzoeken afgenomen:

In groep 4 de NSCCT

DHH bij leerlingen waarbij een ontwikkelingsvoorsprong wordt gesignaleerd (zie beleidsplan begaafdheid)

Procedure bij aanvraag voor verwijzing naar Speciaal Basis Onderwijs en Speciaal onderwijs: (ondersteuningsniveau 5) Wij willen tegemoetkomen aan de onderwijsbehoefte van elke leerling. Wij willen ook zoveel mogelijk het leerling op de reguliere basisschool de schoolloopbaan laten volgen. Soms is het voor een leerling beter dat het op een SBO of SO wordt geplaatst. Deze beslissing wordt door het ondersteuningsteam in samenspraak met ouders genomen. Daarbij kan het gaan om leerlingen met leerproblemen en/of leerlingen met gedragsproblemen. Hieronder staan de stappen van Passend arrangeren die de school met de ouders en het S(B)O moet doorlopen beschreven: Passend arrangeren (ondersteuningsniveau 4-5): De mogelijkheden van de leerling, de ouders, de omgeving van de leerling en de basisschool of voorschoolse voorziening worden in samenhang bekeken. Er wordt een match gemaakt met een daarbij passend onderwijs en ondersteuningsaanbod. (maatwerk) Het arrangement: De aanpak die de school en de ouders hebben afgesproken en vastgelegd. Solidariteit: De school die een zittende leerling verwijst naar het SBO of SO betaalt in principe het ondersteuningsbedrag voor deze leerling aan het SBO of het SO. De toelaatbaarheidsverklaring (TLV): Binnen het SWV Eindhoven is de volgende afspraak gemaakt: Er is een goede samenwerking (Triade) tussen de school(of verwijzende instelling), ouders en het SBO of SO. Deze drie-eenheid komt in overleg tot een gezamenlijke overeenkomst over de benodigde (tijdelijke) plaatsing in SBO of SO. Ook worden er vooraf afspraken gemaakt over de duur van de tijdelijke plaatsing en worden er duidelijke afspraken gemaakt voor eventuele terugplaatsing. Er zijn vier verschillende toelaatbaarheidsverklaringen (TLV): *TLV –SBO *TLV categorie I (zml, epilepsie, lzk, cluster 4) *TLV categorie II (lg leerlingen met een lichamelijke handicap) * TLV categorie III (mg leerlingen met een meervoudige handicap) Het SWV kan een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) voor plaatsing in SBO of SO slechts afgeven nadat is voldaan aan de volgende criteria:

1. In de triade is aan de hand van handelingsgericht werken(HGW) aangetoond wat de onderwijsbehoefte van de leerling is.

2. Een orthopedagoog of psycholoog en een tweede (wettelijk verplichte) deskundige hebben (schriftelijk ) een positief advies gegeven over benodigde plaatsing in SBO of SO.


3. Alle partijen van de triade hebben overeenstemming en hebben dit in een overeenkomst vastgelegd.

4. In de overeenkomst zijn afspraken gemaakt over de tijdelijkheid van de toelaatbaarheidsverklaring, de soort TLV en zijn er afspraken gemaakt over de terugplaatsingsprocedure.

Zie voor uitvoerige uitleg het ondersteuningsplan 2014-2018 SWV Passend onderwijs PO Eindhoven , Best, Son en Breugel (PO-3007) H4. De onderwijsbehoeften van een leerling worden in kaart gebracht binnen vijf velden: *aandacht en tijd/*onderwijsmateriaal/*ruimtelijke omgeving/*benodigde expertise/*samenwerking met andere instanties Terugplaatsen vanuit SBO en SO: De besturen van het SBO hebben een eigen verantwoordelijkheid voor de terugplaatsing van leerlingen in het basisonderwijs. In het laatste jaar waarop de TLV betrekking heeft, zorgt de betrokken SBO er voor (samen met de basisschool) dat de leerling kan worden teruggeplaatst of doorgeplaatst naar de basisschool. Voor SO is het in de praktijk de Commissie voor Begeleiding die het bevoegd gezag adviseert of opnieuw een TLV aangevraagd moet worden. Adviseren over terugplaatsing en doorplaatsing als taak van de commissie voor Begeleiding is wettelijk vastgelegd. Terugplaatsing vanuit het SBO in het reguliere basisonderwijs: Het kan voorkomen dat een leerling vanuit het SBO voor terugplaatsing in het reguliere basisonderwijs in aanmerking komt. De SBO-school neemt in dat geval contact op met de basisschool. In eerste instantie verloopt het contact via de interne begeleider. De vraag wordt besproken in het zorgteam. De SBO-school draagt zorg voor een adequate begeleiding van de leerling gedurende het eerste jaar dat de leerling op onze school zit. 4. Onderwijsarrangementen

De onderwijsarrangementen op onze school zijn gekoppeld aan de ondersteuningsstructuur. Het intensieve en zeer intensieve arrangement valt onder extra ondersteuning. De extra ondersteuning die wij bieden heeft als doel het kind op een verantwoorde manier onderwijs te geven op onze school afgestemd op de mogelijkheden van het kind én de ondersteuningsmogelijkheden van de school. Meerdere keren per jaar evalueren we tijdens een groot overleg of het kind zich in voldoende mate ontwikkeld en wij als school op verantwoorde wijze passend onderwijs kunnen blijven bieden. Op basis van leerlingkenmerken maken we een onderscheid in: Leer- en ontwikkelingsondersteuning

Fysiek medische ondersteuning

Sociaal-emotioneel en gedragsondersteuning

Ondersteuning in de thuissituatie

Om goed af te stemmen op de onderwijsbehoeften van de leerling bekijken we per leerling wat dit betekent voor de extra ondersteuning die nodig is. We gaan hierbij uit van de aanwezige expertise, aandacht en tijd die we extra kunnen bieden, onze voorzieningen, onze samenwerking (inzetten van) met externe deskundigen en de inrichting van het schoolgebouw.


Leer- en ontwikkelingsondersteuning

Aanwezige expertise: 1-Rekencoördinator, 2-leesspecialist, 3-specialist meer begaafdheid.

Aandacht en tijd: 1- 1 dag per week 2-2 dagen per week 3-2,5 dagen per week

Voorzieningen: 1-maatwerk, F-lijn rekenrijk, eigen doelen werk snappet 2-Bouw, kurzweil, estafette, eigen doelen werk snappet 3-DHH, pittige plus torens

Samenwerken/inzetten externe deskundigen: Ambulant begeleider externe dienst/RT-ers

Inrichting schoolgebouw: Faciliteren van ruimtes.

Fysiek medische ondersteuning

Aanwezige expertise: Zuidzorg / GGD. Medicatie toedienen aan kinderen met diabetes/astma/allergieën/ADHD door de betreffende leerkracht en IB-er. Kinderen begeleiden die gebruik maken van solar-apparatuur.

Aandacht en tijd: Zuidzorg: 4x per jaar overleg, samen met Korein en IB. GGD volgt jaarlijks de kinderen uit de groepen 2 en 7. Zorgkinderen worden met IB besproken.

Voorzieningen: Faciliteren van ruimte.

Samenwerken/inzetten externe deskundigen: Praktijk Ondersteuner Huisarts

Sociaal-emotioneel en gedrags-ondersteuning

Aanwezige expertise: 1-IB/Gedragsspecialist en werkgroep “sociaal -emotioneel” . 2-Deskundigen op het gebied van echtscheiding/rouwverwerking. 3-SVIB. 4-pestcoördinator

Aandacht en tijd: Afhankelijk per casus.

Voorzieningen: 1-boek “groepsplan soc.emot.”van K. van Overveld.


Demper, tafelscherm, wiebelkussen, tangel, individueel soc. em. plan. 2-protocol met materialen. 3-videocamera en format voor de bespreking.

Samenwerken/inzetten externe deskundigen: Ambulant begeleider externe dienst. POH Korte lijntjes/regelmatig overleg met de Spilpartners.

Inrichting schoolgebouw: Missie van de klas hangt zichtbaar in de klas. Time-out plekken

Ondersteuning in de thuissituatie

Aanwezige expertise: IB /Generalist WIJ Eindhoven

Aandacht en tijd: Iedere laatste dinsdag van de maand van 14.30u-15.30u inloop voor ouders. Mogelijkheid om afspraak te maken. Vier keer per jaar overleg met de generalist die aan school gekoppeld is en IB. Incidenteel met de generalist van een gezin. Tijdens het structurele groot overleg bespreken van de thuissituatie met ouders en de betrokken deskundigen.

Voorzieningen: faciliteren ruimte voor generalist

Samenwerken/inzetten externe deskundigen: Generalist. Ambulante begeleider externe dienst.

5. Aannamebeleid

Op het niveau van het samenwerkingsverband Passend Onderwijs (30.07) hebben we afspraken gemaakt over het aanname beleid en de zorgplicht in het kader van Passend Onderwijs. Deze afspraken zijn vastgelegd in het document ‘Aanname en zorgplicht’. Bij aanmelding van een leerling met extra ondersteuningsbehoeften wordt de gedragslijn zoals beschreven in bovengenoemd document gehanteerd.


Werkgroep aanname beleid heeft het document in concept vastgesteld, gaat nu naar het bestuur van het samenwerkingsverband, vervolgens naar de algemene ledenvergadering en OPR ter instemming. Doel is om vanaf volgend schooljaar het vastgestelde beleid te hanteren. In principe zijn alle kinderen welkom bij ons op school. We willen als school de leerlingen een verantwoord onderwijsaanbod geven. Het belang van het kind staat hierbij voorop waarbij de hulpvraag van het kind en de ondersteuningsmogelijkheden die wij als school kunnen bieden centraal staan. Vragen die we hanteren om een weloverwogen besluit te nemen om een kind met extra ondersteuningsbehoeften te plaatsen zijn: Welke mogelijkheden heeft het kind met betrekking tot leerbaarheid, zelfredzaamheid,

communicatie, mobiliteit en welke belemmeringen zijn er?

Kunnen we als school de juiste deskundigheid/expertise bieden?

Welke barrières zijn er met betrekking tot belastbaarheid van de medewerkers?

Welk effect heeft plaatsing van het kind op de groep waarin hij/zij geplaatst wordt?

Van welke externe ondersteuningsmogelijkheden kunnen we gebruik maken?

Hoe kunnen we samenwerken met de ouders?

Hebben we voldoende informatie of is nader onderzoek/observatie nodig?

6. Slotwoord SOP

Zoals beschreven in de inleiding is het schoolondersteuningsprofiel een onderdeel van het schoolplan. Voor onze ambitie verwijzen we naar het meerjarenbeleidsplan c.q. jaarplan dat gekoppeld is aan de huidige schoolplanperiode. Indien u, na het lezen van dit document, vragen heeft of u wilt een afspraak maken voor een oriënterend gesprek, neem dan contact op met Henk Hinsenveld (zie schoolgids /website).


H 3 KWALITEITSZORG De Talisman werkt volgens de principes van integrale kwaliteitszorg

3.1 Kwaliteitszorg bevoegd gezag

SKPO KWALITEITSZORG We zorgen ervoor dat de kwaliteit van onze organisatie op orde is: mensen, structuur, cultuur en processen. We hebben een kwaliteitssysteem en meten onze resultaten. Er is echter zoveel meer dat onze aandacht krijgt. Voor ons is kwaliteit ook een stralend kind dat zichtbaar plezier heeft in leren! KWALITEITSINDICATOREN In overleg met directies, GMR en Raad van Toezicht, zijn kwaliteitsindicatoren vastgelegd die zijn afgeleid van onze ambities op het gebied van leerlingen, personeel, partnerschap en de organisatie. SKPO ziet het als haar verantwoordelijkheid breed te kijken naar de schoolontwikkeling op de scholen. De schoolontwikkeling wordt daarom jaarlijks in kaart gebracht aan de hand van de 12 kwaliteitsindicatoren. Hierdoor wordt de schoolontwikkeling vanuit een integraal karakter bekeken. De 12 kwaliteitsindicatoren zijn: Leerling: onderwijs voor de toekomst 1. De cognitieve eindopbrengsten en de tussenopbrengsten van leerlingen op de vakgebieden begrijpend lezen, technisch lezen, spelling en rekenen-wiskunde. 2. De sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen welke zich duiden in het zelfvertrouwen en het welbevinden van de leerlingen. 3. De aandacht voor brede ontwikkeling, zoals talentontwikkeling en ontwerpend en onderzoekend leren in de school. 4. Het leerlingaantal van de school: de tussentijdse uitstroom in het betreffende schooljaar en het marktaandeel van de school in de wijk. 5. Het aantal leerlingen dat na drie jaar voortgezet onderwijs op een hoger of lager niveau zit dan het advies in groep 8. Personeel: vakmanschap in beweging 6. Het gemiddelde ziekteverzuim en de frequentie van het ziekteverzuim van het personeel op de scholen.


7. De tevredenheid van het personeel. 8. De aandacht voor professionele ontwikkeling van het personeel. 9. Het functioneren van de schooldirecteur. Partnerschap: samen kunnen we meer 10. De tevredenheid van ouders. 11. De betrokkenheid van ouders, zoals participatie en educatief partnerschap. 12. De tevredenheid van partners (bijvoorbeeld SPIL partners). PDCA CYCLUS De resultaten op de kwaliteitsindicatoren geven inzicht in de school- én de organisatieontwikkeling en dienen daarmee als zelfevaluatie voor alle scholen en voor de organisatie. Ze geven naast harde outputinformatie inzicht in processen in de school. De indicatoren vormen dan ook de leidraad voor een zinvol gesprek met de directies. Tevens hebben de kwaliteitsindicatoren een signaalfunctie om risico's vroegtijdig in beeld te brengen. Op schoolniveau is de directeur integraal verantwoordelijk voor de resultaten van de school. Schooldirectie en team stellen mede op basis van deze informatie het onderwijskundig beleid bij en werken zonodig gericht aan verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Indien een school resultaten op de eind- of tussenopbrengsten heeft die onder de gestelde norm vallen, vraagt het College van Bestuur aan de schooldirectie om een analyse te maken en verbeterplan op te stellen. Het College van Bestuur zal het verbeterproces monitoren, ondersteunen en faciliteren. De schooldirecteur blijft daarbij integraal verantwoordelijk. Jaarlijks vinden ontwikkelgesprekken plaats met alle directies. Deze gesprekken worden uitgevoerd door het College van Bestuur. Tijdens dit gesprek wordt besproken hoe de school zich verhoudt ten opzichte van de ambitie en waarden van SKPO, het brede spectrum van kwaliteitsindicatoren en wordt de persoonlijke ontwikkeling van de directeur besproken. Niet alleen de kwaliteitsindicatoren bieden ons input voor reflectie op ons handelen. Er zijn ook andere bronnen die we daarvoor gebruiken zoals een bovenschoolse analyse van de inspectiebezoeken, klachten worden serieus genomen, een bovenschoolse tevredenheidspeiling, analyse van monitorgegevens van samenwerkingsverband Passend Onderwijs, gemeentelijke VVE en SPIL monitor en tussentijdse input vanuit scholen, ouders, Raad van Toezicht en GMR. Elk jaar worden de resultaten op de bovenschoolse kwaliteitsindicatoren geëvalueerd. Per indicator wordt een bovenschoolse analyse gemaakt om zicht te krijgen op de thema’s die aandacht vragen in het komend schooljaar en de daaropvolgende jaren. De aandachtsgebieden uit de analyse worden vertaald in een bovenschools jaarplan op


gebied van leerlingen, personeel, partnerschap en bedrijfsvoering. Het jaarplan wordt gecommuniceerd met directies, GMR en Raad van Toezicht. De thema’s uit de collectieve ambitie en de thema’s die aandacht vragen vanuit analyse, worden centraal gesteld op plena met directies, het IB-netwerk voor onze intern begeleiders en het VVE-netwerk. Binnen SKPO worden tevens professionele leergemeenschappen ingezet om gezamenlijk leren en ontwikkelen te ondersteunen en stimuleren.

3.2 Het Kwaliteitszorgsysteem van De Talisman De woorden kwaliteitszorg en kwaliteitsverbetering zijn niet meer weg te denken in de school. De Talisman ziet kwaliteitszorg vanuit een integraal perspectief. Integraal vanwege het feit dat wij vinden dat kwaliteit zich niet alleen uit in onderwijsinhoudelijke aspecten, maar ook op het gebied van personeel en financieel beleid. Integraal ook, omdat kwaliteitszorg zich zowel op het niveau van de klas, de school als op bovenschools niveau moet manifesteren. De SKPO en dus ook De Talisman kiezen duidelijk voor deze drieslag. Deze samenhang is tot uitdrukking gebracht in de volgende afbeelding. ONDERWIJS PERSONEEL FINANCIËN &

BEHEER

Strategisch

Beleid

kaders en

taakstellende

doelen

kaders en

taakstellende

doelen

kaders en

taakstellende

doelen

Kwaliteitssysteem

Leerlingvolgsysteem

Procesbewaking

Schoolvolgsysteem

Assessments

Ontwikkelgesprekken

Beoordeling

Begrotingen

Jaarrekeningen

rapportages

Kwaliteits-

Verbetering

Methodieken voor

schoolverbetering en

individuele

ontwikkeling

Verbetering van

scholing, werving en

selectie, en formatie

Verbetering van

budget beheer en

materieel beheer

Leren en opvoeden van kinderen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar

Alle zorg voor kwaliteit is gericht op het fundamentele doel van de school, namelijk het leren en opvoeden van kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Met het kwaliteitszorgsysteem van De Talisman wordt een start gemaakt met het gericht opzetten van een systeem om de kwaliteit van het onderwijs op deze school te verbeteren. Het is gericht op het fundamentele doel van de school, namelijk het leren en opvoeden van kinderen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar.


3.3 Onze kwaliteitsweg Kwaliteitszorg op schoolniveau We gebruiken op school de kwaliteitskaarten ‘Werken Met Kwaliteit’ (WMK - expertisecentrum). Dit is een instrument voor kwaliteitszorg en integraal personeelsbeleid dat ingezet wordt voor de doelgerichte ontwikkeling van onze school en de doelgerichte ontwikkeling van alle teamleden. De planning WMK van de vragenlijsten, schooldiagnoses en kwaliteitskaarten staat in het digitale systeem. (zie hieronder)

Mijn Planning

2016 - 2017

2017 - 2018

2018 - 2019

2019 - 2020

Kwaliteit vindt optimaal plaats als er sprake is van een methodische aanpak. We baseren ons op de systematiek die bekend staat als PDCA-cyclus, de zogenaamde Demingcirkel. Deze systematiek bestaat uit de volgende stappen: To Plan (P)

- Beschrijven

- Vaststellen van de doelen van de school (en de teamleden) To Do (D)

- Toepassen

- De doelen in de praktijk realiseren To Check (C)

- Beoordelen

https://skpotalismaneindhoven.wmkpo.nl/




















- Controleren of de doelen in voldoende mate gerealiseerd worden To Act (A)

- Borgen of verbeteren De PDCA-cyclus maakt het mogelijk om planmatig te werken en zie je daarom terug in onze: Jaarplannen Plannen van aanpak Pedagogische en didactische groepsplannen Individuele handelingsplannen Als aanvulling op de PDCA-cyclus hebben we bij het opstellen van de bovengenoemde plannen enkele aandachtspunten om ervoor te zorgen dat de geformuleerde ontwikkelpunten of doelen SMART zijn. In onze organisatie ondernemen we steeds acties om het onderwijs te verbeteren. Dat doen we door middel van verschillende kwaliteitszorginstrumenten. We vergaren informatie d.m.v. toetsingen, zelfevaluaties, enquêtes, trendanalyses e.d., vergelijken deze en stellen plannen op om het één en ander te verbeteren. Enkele kenmerken:

werken met standaards, daardoor eenduidigheid in werkwijzen en regels

planmatig werken

effectief werken

goede coördinatie ( we stemmen de activiteiten onderling goed af)

informatieterugkoppeling

evaluaties en inspectierapporten zijn de basis van verbeteronderwerpen

beschrijving van de ondersteuning en deskundigheidsbevordering Daarnaast wordt er vanuit de ervaringen en betrokkenheid van de teamleden gewerkt. (bottom up werkwijze) Er is ruimte voor de leerkrachten om aan nascholing te doen, zich te ontwikkelen. Leerkrachten hebben bepaalde verantwoordelijkheden die door de directie zijn gedelegeerd. Het personeelsbeleid is er op gericht om vanuit de leerkrachten te werken. We blijven vanuit de principes van de lerende organisatie werken. De lerende school blijft onze missie, vandaar “Samen leren samen leven”. Enkele punten die ingebracht zullen worden:

kennis, expertise en vaardigheden ontwikkelen om te kunnen inspelen op de veranderende omstandigheden

de leerkrachten meer in professionele dialoog laten werken

horizontale organisatiebeïnvloedende activiteiten, zoals:

1. bottom up sturing > vanuit het team wordt ontwikkeld 2. decentralisatie van verantwoordelijkheden > werken met afdelingshoofden, verbeterteams 3. werkprocessen met elkaar analyseren > b.v. bij elkaar kijken naar lessen zelfreflectieformulieren 4. het team ziet de ouder ook als klant > enquêteren

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en te borgen werken we met voortgangsgesprekken en kijkwijzers. De kijkwijzers staan op het digitale netwerk van school en zijn voor alle teamleden toegankelijk. Tijdens vergaderingen, overleggen, gesprekken wordt regelmatig verwezen naar de afspraken in de documentenmap en de kijkwijzers. De kijkwijzers worden ingezet bij klassenbezoeken door de adjuncten, de interne begeleiders, de lees- en rekenspecialist en werkgroepen. Doel van de klassenbezoeken door de directie is om zicht te krijgen op het functioneren van de leerkrachten in relatie tot onze visie en bijbehorende afspraken. Na het klassenbezoek vindt er een gesprek plaats. Nadat alle klassenbezoeken zijn geweest, vindt er een terugkoppeling plaats op schoolniveau.


Het doel van de klassenbezoeken door de interne begeleiders is om de leerkracht te begeleiden in zijn/haar ontwikkeling ten aanzien van leerkrachtvaardigheden, afgestemd op wat de leerlingen nodig hebben. Zij kunnen dit doen d.m.v. SVIB. Onderwijsinhoudelijke teamvergaderingen/studiedagen vinden verspreid door het schooljaar plaats. ( zie jaarplan) De voorbereiding is gedaan door het managementoverleg, al dan niet in overleg met de interne begeleiders, leesspecialist of werkgroepen. Kwaliteitszorg op personeelsniveau Schoolontwikkeling versterkt de ontwikkeling van de individuele medewerker en andersom. Ook bij kwaliteitszorg op personeelsniveau gaan we uit van de PDCA-cirkel. Vertrekpunt hierbij zijn de competenties van de medewerkers. To Plan (P)

- Beschrijven van competenties van de medewerkers (functiebeschrijving LA/LB) die wij belangrijk vinden voor onze organisatie

To Do (D)

- Toepassen van de beschreven competenties To Check (C)

- Gesprek met de medewerkers over zijn/haar competenties To Act (A)

- Borgen of ontwikkelen van competenties Instrumenten die we hiervoor inzetten zijn: Klassenbezoek door de directie met behulp van kijkwijzers Voortgangsgesprekken met directie Bewaamheidsdossier bijhouden POP-gesprek met directie Klassenbezoek door de interne begeleiders, leesspecialist en/of schoolbegeleider Klassenconsultatie waarbij gebruik wordt gemaakt van school video interactie begeleiding

(SVIB) door de interne begeleiders/directie. Kwaliteitszorg op leerlingenniveau In het schoolondersteuningsprofiel 2016-2020 (H2.4) is beschreven op welke wijze we de resultaten van de leerlingen bespreken op individueel niveau, op groepsniveau en op schoolniveau.

3.4 Opbrengstgericht werken Jaarlijks evalueren we de leerlingenresultaten. In het jaarverslag worden de resultaten van de tussentoetsen en de eind-cito opgenomen. Twee keer per jaar wordt gezamenlijke een opbrengstgesprek met de leerkrachten gehouden n.a.v. de tussen- en eindopbrengsten. Voor de resultaten hebben we niveauwaarden afgesproken per leerjaar, zodat we een ijkpunt hebben welk niveau we willen halen.


De procedure bij het opbrengstgericht werken is als volgt: 1. Verzamelen gegevens: tussenopbrengsten, eindopbrengsten, SKPO-indicatoren,

benchmark, etc. 2. Analyse van de opbrengsten 3. Onderzoek naar oorzaken/ verklaringen 4. Conclusies trekken en formuleren maatregelen op leerling, groep en schoolniveau. 5. Plan van aanpak opnemen in jaarplan/ meerjarenplan. Doelen stellen in termen van

resultaten. 6. Evalueren schoolniveau, groepsniveau (opbrengstgesprekken) en leerlingenniveau.

3.5 Een digitale documentenmap

In een grote school als De Talisman kun je een aantal dingen niet zomaar aan het toeval overlaten; je zult bepaalde zaken goed en helder moeten regelen zowel voor de kinderen, de ouders als voor de leerkrachten. Daaruit spreekt ook een zeker respect voor elkaar. Wij hebben respect voor de ander; we verwachten dat de ander ons evenzeer respecteert. Aan de andere kant willen we ook niet alles “dichttimmeren”; leerkrachten en kinderen hebben ook hun eigen verantwoordelijkheid en zelfstandigheid. Alle besluiten, regels, afspraken worden vastgelegd in de digitale documentenmap (de W-schijf). Er kan verwezen worden naar andere mappen, de schoolgids , website SKPO. In bouw- en teamvergaderingen wordt regelmatig over deze regels gesproken en worden deze zo nodig aangepast. Voor de leerlingen (ouders) zijn de belangrijkste regels en afspraken vastgelegd in de schoolgids en documenten in het veiligheidsplan. De leerkrachten zullen regelmatig met hun groep, maar ook met individuele leerlingen, in gesprek gaan over regels en afspraken en de achtergronden daarvan. De school beschikt ook over een anti-pest- , internet-, een rouwprotocol en protocol echtscheiding. Ook op de jaarlijkse informatieavond wordt met de ouders uitvoerig stilgestaan bij regels en afspraken.

Schoolniveau

Kwaliteitszorg

Schoolplan - beschrijving cyclus - analyse - plannen

Groepsniveau

Zorg en begeleiding

Groepsplan

Individueel niveau

Zorg

Groepsplan Handelingsplan Ontwikkelingsperspectief

Kijken/

waarnemen

Analyseren/ zoeke

n verklaringenBegrij

pen/ onderzoeken verklaringen

Plannen

Uitvoeren/

realiseren

Kijken/

waarnemen

Analyseren/ zoeke



Plannen

Uitvoeren/

realiseren

Kijken/

waarnemen

Analyseren/ zoeke



Plannen

Uitvoeren/

realiseren


Hoofdstuk 4 De inzet en ontwikkeling van ons personeel

4.1 Doelen van het personeelsbeleid

4.1.1 Iedere collega is een bevlogen collega Het personeelsbeleid op De Talisman heeft primair tot doel dat alle collega’s zich prettig voelen in hun werk. Wij streven er naar dat collega’s bevlogen zijn in hun werk. Een collega die bevlogen is vindt zijn werk inspirerend en is enthousiast en trots op wat hij doet. Zo’n type leerkracht/collega krijgt energie van zijn werk en is onvermoeibaar in het realiseren van de schooldoelstellingen en de eigen doelstellingen. Zij doen dat op een manier dat zij op gaan in hun werk als zijnde een deel van hun persoon. Om dit te realiseren hebben we een aantal beleidsmatige keuzes gemaakt en daarbij formele procedures opgesteld. Zo maken wij het mogelijk om het doel iedere medewerker een bevlogen medewerker te bereiken. Deze formele procedures zijn gevat onder de term Integraal Personeelsbeleid (IPB). Belangrijker vinden wij echter hoe we met elkaar het personeelsbeleid ervaren: voelen alle collega’s zich eigenaar van hun eigen ontwikkeling en mede-eigenaar van de school-ontwikkeling. Daar ligt de kern van ons personeelsbeleid. 4.2. Wat wordt onder Integraal Personeelsbeleid (IPB) verstaan

Ons personeelsbeleid heeft tot doel dat collega’s zich prettig voelen in hun werk.. Dat ze dat zijn en dat ze dat blijven. Wij kunnen op deze wijze de komende jaren voor stralende kinderen gaan. Zie ook visie en koers SKPO.

Integraal personeelsbeleid betekent het regelmatig en systematisch afstemmen van de inzet, kennis en bekwaamheden van de medewerkers op de inhoudelijke en organisatorische doelen van de organisatie. Deze afstemming is ingebed in de strategische positie en gerelateerd aan de onderwijscontext van de school. De komende jaren zal professioneel gebruik gemaakt worden van een samenhangend geheel van instrumenten en middelen die gericht zijn op de ontwikkeling van de individuele medewerker. Wij zijn een lerende organisatie. Net zoals een individu altijd leert, leert ook De Talisman als organisatie. Dit betekent dat we blijven werken aan professionaliteit. We blijven ons ontwikkelen, nemen verantwoordelijkheid, gaan voor kwaliteit en hebben een onderzoekende-nieuwsgierige houding. Hierbij worden wij ondersteund door de SKPO. Door samenwerking met de personeelsadviseurs is het personeelsbeleid duidelijk verbeterd op De Talisman in de afgelopen jaren. Voorbeelden van instrumenten en middelen zijn:

Opstellen van bekwaamheidsdossiers door de leerkrachten

voortgangsgesprekken met het accent op ontwikkeling

Beleid voor hanteren functiemix


Mobiliteitsplan met de procedure jobrotation

Begeleiding beginnende leerkracht (in de vervangingspoule)

Begeleiding verlatende leerkracht door bijv. outplacementtraject

Coaching van directies, IB-ers,

SVIB-trajecten Onze organisatorische doelen We hebben inzichtelijk hoe het personeelsbestand er (kwantitatief en kwalitatief) uit ziet.

Wat is de leeftijdsverdeling van het personeel in 2015-2016?

Wat was de gemiddelde leeftijd van de medewerkers de afgelopen jaren?


Hoeveel fte had de instelling beschikbaar de afgelopen jaren?

Hoe is de bemensing van de school in 2015-2016?

Instelling

Vergelijkings-

groep

Wat is het totale beschikbare aantal fte voor de instelling?

33,4 31,6

Hoeveel fte werkt een medewerker gemiddeld?

0,8 0,7

Hoeveel medewerkers heeft de instelling? 42 44

Hoe is het personeel verdeeld over de verschillende functiegroepen naar geslacht in 2015-2016?

Percentage man Percentage vrouw

Onderwijzend personeel 23,7 % 76,3 %

Indirect ondersteunend personeel

50,0 % 50,0 %

Management 20,8 % 79,2 %

Totaal 25,1 % 74,9 %


Tevens weten we wat wenselijk is op een termijn van vier jaar en welke acties er ondernomen worden om het gewenste personeelsbestand dichterbij te brengen. De gewenste situatie is afgeleid van onze missie, visie(s) en afspraken.

item Huidige situatie

1-8-2016

Gewenste situatie

1-8-2020

1 Aantal personeelsleden (vast

benoemd)

42 42

2 Verhouding man/vrouw 9-28 12-28

3 Verhouding deeltijdwerkers/fulltimers 14-23 14-23

4 Aantal IB-ers 2 3

5 Aantal adjuncten 2 2

6 Aantal leesspecialisten 1 2

7 Aantal rekenspecialisten 1 2

8 Aantal ICT-ers 1 2

9 Aantal gedragsspecialisten 3 4

10 Aantal specialisten begaafdheid 2 3

In het kader van professionalisering is het nodig dat De Talisman gaat voor bekwame leerkrachten met eventueel een bepaald specialisme. Er worden bekwaamheidsdossiers bijgehouden. Om voor de taken/functies onder nummer 4 t/m 8 in aanmerking te komen zal men gediplomeerd moeten zijn of de nodige certificaten hebben behaald. Deze doelen hebben tot gevolg dat zij standaard aan de orde komen bij de POP-ontwikkeling en in de voortgangsgesprekken. Verbeterpunt: De kwaliteit van met name het middenkader willen we borgen waardoor het aantal specialisten hoger wordt (specialisten op verschillende terreinen, bijv. leesspecialisme en IB). Dit kan door middel van opleiding en een heldere taakomschrijving. 4.3. Integraal personeelsbeleid Het integraal personeelsbeleid van De Talisman richt zich op de ontwikkeling van de medewerkers. De bedoelde ontwikkeling is gekoppeld aan de missie en de visie(s) van de school en aan de gemaakte afspraken per beleidsterrein. Op basis van de beleidsterreinen zijn voor de komende jaren competenties vastgesteld (in de geest van de wet BIO) (Wet op de beroepen in het onderwijs) Verschillende competenties zijn beschreven in:

De competentielijsten voor de LA- en LB leerkracht

Didactisch handelen ( kijkwijzers voor directe instructie, zelfstandig werken, van de Grift)

Zorg voor leerlingen ( schoolondersteuningsplan en ondersteuningsniveaus)

Communicatie (communicatieplan, communicatie bij ondersteuningsniveaus) .


4.3.1 Beleid met betrekking tot stagiaires De Talisman werkt mee aan de begeleiding en vorming van stagiaires van diverse opleidingen (Pabo, beroepsopleidingen onderwijsassistent) De stagiaires krijgen hun begeleiding van mentoren. Onze school kan jaarlijks ongeveer 6 pabo-studenten uit de leerjaren 1, 2 en 3 een stageplaats aanbieden. De laatste jaren hebben we ruimte voor 2 lio-ers . Jaarlijks plaatsen wij ook een aantal onderwijsassistent-stagiaires op onze school. Daarnaast bezoeken studenten lichamelijke opvoeding onze school 4.3.2 Werving en selectie De werving en selectie van personeel gebeurt in eerste instantie stichtingsbreed intern. Nadat een vacature is gemeld en een profiel is opgesteld wordt de vacature intern uitgezet. De sollicitatiecommissie bestaat uit de directeur, een afvaardiging van het team of MT. (zie ook beleidsplan SKPO) 4.3.3. Begeleiding nieuwe leerkrachten Nieuwe leraren krijgen het eerste jaar een mentor (een meer ervaren collega uit hetzelfde leerjaar of ander leerjaar). Deze mentor voert de praktische begeleiding uit buiten de klas. De nieuwe leerkrachten worden het eerste jaar op onze school vrijgesteld van niet-klasgebonden taken en commissies. De adjunct doet de klassenconsultaties en voert de voortgangsgesprekken samen met de directeur. Er wordt een POP opgesteld De IB-er /SVIB-er begeleidt de nieuwkomer met ev. SVIB. 4.3.4. Taakbeleid Een voorwaarde voor een degelijk personeelsbeleid is een goed taakbeleid. Taakbeleid is gekoppeld aan de doelstellingen van de schoolorganisatie en draagt bij aan het welzijn van het team. In het taakbeleid is rekening gehouden met beginnende leerkrachten, met zwaardere lesgebonden activiteiten, enzovoort. Bij het verdelen van de taken wordt ook gekeken naar de belastbaarheid. Er is onder het personeel behoefte aan een evenredige verdeling van de taken. Deze schooltaken zijn opgenomen in de normjaartaak van de leerkracht en per taak is een aantal uren toegekend. Jaarlijks krijgen de collega's een uitdraai van hun normjaartaak. 4.3.5. Collegiale consultatie Doordat we streven naar een lerende organisatie zal collegiale consultatie steeds meer toegepast worden. Wij hebben positieve ervaringen met het bespreken van het pedagogisch klimaat/pesten, begrijpend lezen, tabletgebruik en DI waarbij collegiale consultatie ingezet wordt. De leerkrachten onderling zullen meer gestimuleerd worden in het kader van professionalisering om bij elkaar te consulteren. 4.3.6. Klassenconsultatie De directie of een door de directie gedelegeerd persoon legt jaarlijks bij ieder teamlid enkele klassenbezoeken af. Bij het klassenbezoek worden in overleg criteria die afkomstig zijn van de kijkwijzers geobserveerd. De leerkracht vult zelf ook de kijkwijzer in. Daarnaast wordt bekeken of de leraar op een correcte wijze uitvoering geeft aan de gemaakte persoonlijke ontwikkelplannen. Na afloop van het klassenbezoek volgt een gesprek. Naast klassenbezoeken vindt juist ook “coaching on the job" plaats of kan gekozen worden voor flitsbezoeken. 4.3.7. Voortgangsgesprekken De directie voert jaarlijks een voortgangsgesprek met alle medewerkers. We beschikken over een notitie voortgangsgesprekken. In dit gesprek, dat op basis van gelijkwaardigheid


wordt gehouden, staan het welbevinden, POP, deskundigheidsbevordering en taakbeleid op de agenda. De komende jaren zal steeds meer het accent liggen op ontwikkeling en de focus van de leerkracht. 4.3.8. Professionalisering Professionalisering wordt een belangrijk onderdeel van het personeelsbeleid. Het team geeft aan dat er veel behoefte is aan professionalisering. Het team wil zich ontwikkelen naar een steeds betere professionele cultuur. Zo werden de volgende items genoemd:

meer samenwerken

elkaar professioneel aanspreken op leerkrachtengedag

samen leren

ons richten op ontwikkeling

denken in oplossingen

Deze onderwerpen komen terug in de teamvergaderingen en de voortgangsgesprekken. Medewerkers kunnen voor (persoonlijke) scholing opteren (bij voorkeur in relatie tot de organisatorische doelen) en daarnaast organiseert de directie teamgerichte scholing. Ook deze scholing richt zich op het versterken van de missie, de visie en de afspraken (doelen) van de school. Het team heeft vijf dagen per jaar teamgerichte scholing, waaronder een teamdag. Iedereen is daarbij aanwezig. De scholing wordt verwerkt in de normjaartaak onder het kopje professionalisering en duurzame inzetbaarheid. De leerkracht is zelf verantwoordelijk voor zijn eigen ontwikkeling

4.3.9. Intervisie De directie werkt met een vergaderstructuur waarin ook ruimte opgenomen is voor intervisiemomenten. Tijdens de intervisie bespreken de teamleden onder leiding van een directielid de dagelijkse praktijk. 4.3.10. Teambuilding In het kader van teambuilding worden jaarlijks teamscholingen gerealiseerd. Ook worden er meer informele activiteiten georganiseerd. Te denken valt dan aan een teamdag, de vrijdagmiddagborrel. Bij verschillende festiviteiten wordt aandacht geschonken aan een aardigheidje, attentie, “mooie woorden”. 4.3.11. Beoordelingsgesprekken Indien nodig voert de directie beoordelingsgesprekken. Onze school beschikt over een regeling beoordelingsgesprekken voor de vervangers uit bijv. de vervangerspoule. Deze regeling is stichtingsbreed afgesproken. De directie voert een beoordelingsgesprek na kortdurende en een langdurende vervanging. Zie procedure vervangingspoule 4.3.12. Ziekte en verzuimbeleid Ons schoolbestuur heeft verzuimbeleid geïnitieerd op basis van de wet “Poortwachter”. Hierin wordt aandacht besteed aan beleid met betrekking tot de verzuim- en reïntegratieprocedure. Het doel is om door middel van een structurele aanpak, ziekteverzuim zoveel mogelijk te voorkomen, te bestrijden en terug te dringen en het reïntegratieproces zo optimaal mogelijk te laten verlopen. (zie ook kwaliteitsindicatoren) Ziekte kan niet in alle gevallen voorkomen worden. Preventieve maatregelen zijn gericht op het voorkomen van vermijdbaar ziekteverzuim, daarnaast op het voorkomen van langdurig ziekteverzuim. Dit betekent: werken aan de verbetering van de kwaliteit van de organisatie en de arbeidsplaatsen.


A B D C Er is een ziekteverzuimprotocol verzuimbeleid SKPO opgesteld. Zie ook procedures ziekteverzuim Wet Poortwachter. Uit het schema hierboven blijkt dat in vergelijking met het gemiddelde van de SKPO-scholen het verzuimpercentage en de verzuimfrequentie laag zijn. 4.3.13 Deeltijd Alle parttimers krijgen bij de start van het schooljaar een checklist om de taken goed te verdelen en op te schrijven. Zie notitie deeltijd. 4.3.14 Het beleid ten aanzien van arbeidsomstandigheden

Veiligheid, gezondheid en ergonomie met betrekking tot schoolgebouwen en hun omgeving, de werken lesruimten, meubilair, leer- en hulpmiddelen. Dit onderdeel wordt gedelegeerd naar bedrijfshulpverlener Saasen. De arbocommissie van De Talisman stelt een risico-inventarisatie en evaluatie op. Daarna wordt een ARBO-plan gemaakt. Deze wordt jaarlijks bijgesteld en besproken in de MR. De schooldirectie draagt zorg voor de uitvoering.

4.3.15 Personeelsdossier en bekwaamheidsdossier In het personeelsdossier zit een aantal documenten, zoals diploma's, certificaten, eventuele arbodossiers en verslagen van voortgangsgesprekken. In het bekwaamheidsdossier (digitaal) staan de nascholingscursussen/opleidingen vermeld, de verslagen van gesprekken en is de ambitie wat betreft loopbaan en scholing van de leerkracht beschreven

4.3.16 De schoolleiding


Op stichtingsniveau wordt toegewerkt naar professioneel leiderschap op elke school. Uitgangspunt is het integraal schoolleiderschap, waarbij de directeur integraal verantwoordelijk is voor alle beleidsterreinen. Het komende jaar zal de managementstructuur op De Talisman gaan veranderen. Door accent te leggen op het streven naar een lerende organisatie zullen ook meer de kwaliteiten van de leerkrachten ingezet worden.

Hoofdstuk 5 Overige beleidsterreinen

In ons schoolplan hebben we onze beleidsvoornemens voor deze periode geformuleerd en geconcretiseerd in een meerjarenplanning, waarin aandacht wordt besteed aan onderwijskundig-, personeels-, financieel-, materieel-, en kwaliteitsbeleid. Zowel beleidsvoornemens als meerjarenplanning zijn tot stand gekomen na overleg met alle betrokkenen. Een belangrijk uitgangspunt daarbij is om door het gebruiken en verhogen van de betrokkenheid van onderwijsgevenden in onderling overleg te komen tot evenwichtig onderwijs en keuzes, waarbij ieder verantwoordelijk is voor zijn eigen taak zonder de verantwoordelijkheid voor de totale school uit het oog te verliezen. De directeur is eindverantwoordelijk voor het totale schoolbeleid. De adjuncten zijn verantwoordelijk voor hun bouw op operationeel niveau en de ib-ers voor de zorg, de lees- en gedragsspecialisten en de specialist meerbegaafdheid voor hun specifieke taak. De leerkrachten zijn verantwoordelijk voor het onderwijs in hun groep, en van daaruit voor het beleid in het paralleloverleg (ev.) en het bouwoverleg. Daarbij staat ons voor ogen dat het paralleloverleg, de bouwvergadering of het gehele team komt tot een bepaalde mening, op basis van voldoende informatie en vanuit hun verantwoordelijkheid, waardoor een breed gedragen besluit kan worden genomen. Bestuur, ouders en geledingen (MR) worden betrokken bij belangrijke beleidskeuzes, waarbij de geldende regelgeving hierbij het minimale niveau voorschrijft. Door open communicatie trachten we ouders bij het beleid en de daaruit voortvloeiende keuzes te betrekken.

5.1 Het strategisch beleid

Op bestuursniveau Binnen de SKPO geldt het integraal managementmodel . In dit beleid zijn 12 SKPO-indicatoren opgesteld die voor alle scholen gelden. De strategische beleidsterreinen manifesteren zich op de volgende onderdelen: onderwijskundig beleid, identiteit, personeel, gebouwen, externe relaties, financiën, organisatie in het algemeen, PR.

Op schoolniveau. De komende jaren gaan we voor onderwijs in de 21e eeuw. We gaan voor een school die modern en eigentijds onderwijs verzorgd en vaardigheden aanbiedt waarmee de kinderen voorbereid worden voor hun toekomst. We blijven werken aan de leukste en beste school van Eindhoven! Strategisch gezien moeten wij er voor zorgen dat we de visie op de brede ontwikkeling goed uitdragen om goed in de markt te blijven t.o.v. buurtscholen. Wij blijven breed vanuit een SPIL-visie werken, zowel met Korein als Het Avontuur. De realisering van de doorgaande lijn van 0-12 jaar blijft een aandachtspunt. Het is belangrijk dat we in het kader van VVE zoveel mogelijk doelgroepkinderen blijven bereiken.

5.2 Het financieel beleid


Bij het vaststellen van vergoedingen wordt altijd uitgegaan van het aantal leerlingen en de grootte van het gebouw. Bij het bepalen van het financieel beleid wordt uitgegaan van de visie/doelen en de meerjarenplanning. De directeur kan dan komen tot een verantwoorde planning van uitgaven in de komende jaren. Jaarlijks wordt in januari een begroting opgesteld. Bij de begroting zal rekening gehouden moeten worden met de jaarlijkse afschrijvingen van de investeringen. De school verkeert momenteel in een goede financiële positie. De komende paar jaar zal meer besteed worden aan personeelsinzet en vernieuwen van leermiddelen en hulpmiddelen om de reserves niet te hoog op te laten lopen. Dit beleid wordt jaarlijks besproken met de mr. 5.3 Het materieel beleid

Uitgangspunt bij de aanschaf van materialen is dat het materiaal altijd moet passen bij de schoolvisie en de meerjarenplanning die wij hanteren. Met andere woorden: het gebruik van het aan te schaffen materiaal moet bijdragen aan de realisering van onze doelen. Dit staat altijd voorop. Wij onderscheiden een aantal beleidsterreinen:

a. Vernieuwen van de onderwijsleer- en hulpmiddelen b. Beleid afgeleid van onze onderwijskundige ontwikkeling en verbeterpunten.

Een uitgebreide beschrijving daarvan is terug te vinden in hoofdstuk 3. c. Beleid gekoppeld aan het ARBO-beleid en de Algemene School Verkenning.

Dit uit zich in het plan van aanpak voor het schoolgebouw en speelplaats. (zie Arboplan)

d Beleid gekoppeld aan de Risico Inventarisatie en evaluatie. Op basis van een Risico Inventarisatie en evaluatie en wordt ook een plan van aanpak opgesteld. Dit plan is met name gericht op verkomen van fysieke risico’s (brand en veiligheid).

5.4 Het relationeel beleid

Medezeggenschapsraad

Er is op schoolniveau een medezeggenschapsraad waarin 4 ouders en 4 leerkrachten zitting hebben. Om de acht weken is er een vergadering waarin voornamelijk inhoudelijke zaken worden besproken. Eén van de ouders zit namens de MR in de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) van de SKPO. De directeur is steeds aanwezig bij de MR-vergaderingen. Hij kan dan toelichtingen geven op agendapunten of vragen beantwoorden.

Ouderbetrokkenheid De school neemt de rol van de ouders bij de vorming van hun kinderen zeer serieus. Dit blijkt al bij het eerste contact, waarbij ouders naast schriftelijke informatie van de school meteen een uitnodiging ontvangen voor een kennismakingsgesprek en een bezoek aan de school. Ouders moeten betrokken willen en kunnen zijn bij het onderwijs, goed geïnformeerd en met mogelijkheden voor reële inbreng. Anderzijds verwachten wij van ouders ook dat zij de leerkracht beschouwen als de professional op onderwijsgebied.


Om de twee-drie jaar houden wij een zeer uitgebreide enquête onder alle ouders, waarin zij hun mening over school en onderwijs kunnen geven. De resultaten worden teruggekoppeld en de verbeterpunten worden in de meerjarenplanning opgenomen. Ouderbetrokkenheid kan op diverse manieren vormgegeven worden. Bijvoorbeeld door te participeren in MR, ouderraad, commissies of door contactouder te worden voor een specifieke groep. De betrokkenheid bij de school is over het algemeen groot te noemen en er is regelmatig ouderhulp. De ouders worden op de volgende manier geïnformeerd:

Schoolgids

Tweewekelijkse digitale nieuwsbrief Het Talismanbulletin

Website en schoolapp

Rapporten; rapporten in groep 2 t/m 8.

Tien-minutengesprekken van groep 1 t/m 8

In de eerste weken dat een nieuwe leerling op school zit wordt een gesprek gepland tussen nieuwe ouder en de contactouder van de groep

Algemene ouderavond waarbij de ouders geïnformeerd worden over het komende schooljaar en/of onderwijsinhoudelijke verbeteronderwerpen

Inloopochtenden om samen met het kind naar het werk te kijken of een les bij te wonen

Ouders kunnen na schooltijd binnenlopen voor een gesprek.

In de groepen 1 en 2 is er ’s morgens een inloop voor 8.30 uur voor ouders waarbij er gelegenheid is om iets te zeggen of te vragen aan de groepsleerkracht.

De komende jaren willen wij de ouderbetrokkenheid vergroten door ze gericht bij het onderwijs te betrekken. Zo zijn ze welkom op de mr-vergaderingen om mee te praten over onderwijsinhoudelijke zaken. We hebben de eerste 10-minutengesprekken vroeger in het schooljaar gezet. Zodoende worden de ouders eerder in het schooljaar op de hoogte gebracht wat betreft het welbevinden en functioneren van hun kind(eren). Daarnaast krijgen de rapportavonden ook steeds een informatief karakter. In de hal kunnen de ouders in gesprek met de directie, intern begeleider, specialisten om geïnformeerd te worden over het onderwijs op De Talisman. Tevens worden ouderavonden georganiseer met bijvoorbeeld als thema de 21e eeuwse vaardigheden en omgang met social media Activiteitencommissies Een goed contact tussen school en thuis is voor de kinderen van groot belang. De activiteitencommissies dragen hier in grote mate toe bij. Het biedt de ouders niet alleen de mogelijkheid om deel te nemen aan activiteiten op school, maar de leerkrachten hebben daardoor ook meer tijd voor onderwijsinhoudelijke zaken, want de organisatie van allerhande activiteiten vergt veel tijd. De vrijwillige ouderbijdrage van de ouders wordt gebruikt voor tal van zaken die niet door het ministerie worden vergoed. Dit zijn doorgaans de leuke activiteiten. Er is één activiteitenbestuur bestaande uit minimaal 2 leerkrachten en 2 ouders. Zij innen en beheren de ouderbijdrage. Er zijn ongeveer 10 activiteitencommissies. Zij organiseren tal van activiteiten, dit zijn o.a.:

vieringen als sinterklaas, kerst, carnaval, pasen

sportdag

schoolreisjes


verkeerscommissie Informeel contact Om de goede sfeer op De Talisman te borgen vinden we informele contacten zeer belangrijk; tegelijk constateren we dat het moeilijk is met zoveel mensen regelmatig georganiseerde informele contacten te hebben. We vragen leerkrachten dan ook regelmatig om ook zelf op dit terrein met initiatieven te komen en niet af te wachten. Voor schooltijd, in de ochtend en middagpauze stimuleren we het gezamenlijk koffie en theedrinken en eten in de personeelskamer. Gekoppeld aan diverse evenementen is er gelegenheid om informeel samen te komen. Tijdens studiedagen zijn er geplande informele momenten; een teamdag is zelfs helemaal in informele sfeer. Met de ouders is er 1x in de twee jaar een ouderbedankavond in zeer informele sfeer.

5.5 Beleid op het gebied van externe relaties

School-wijk-buurt De school is onderdeel van Spilcentrum Gerardusplein, een voorziening voor kinderen in de wijk. We hebben contacten met de wijk.. In het kader van onze visie op school en maatschappij willen we structureel onderwerpen aan de orde laten komen die hierbij passen. Onderwerpen zijn:

Verkeersveiligheid (BrabantsVerkeersveiligheidLabel)

Praktische verkeerseducatie (BVL)

inloopavonden over allerlei onderwerpen

activiteiten met zorginstelling Kortonjo

Naschools sporten

Genneper Hoeve

School 24 School en andere (onderwijs)instellingen Door de realisering van het spilcentrum is er structureel overleg met:

Korein Kinderplein Kinderdagopvang, peuterspeelplaats en BSO

Het Avontuur Kinderdagopvang, peuterspeelplaats en BSO

Stichting Het Amuletje Tussenschoolse opvang

CKE, Sportformule, e.d Naschoolse activiteiten, cultuurcoach

. De school heeft contact met de omringende scholen voor basisonderwijs speciaal (passend onderwijs) en voortgezet onderwijs (BOVO-procedure). Studenten van diverse onderwijsinstellingen (Fontys, de Kempel, Summacollega) lopen op onze school stage. Om onze visie met betrekking op relatie school – maatschappelijke omgeving zichtbaar te maken binnen de dagelijkse schoolpraktijk worden er activiteiten, lessen en projecten


georganiseerd. Daarnaast onderhouden we contacten met instanties om goede zorg/begeleiding te bieden. De onderstaande activiteiten/contacten zijn opgenomen in het jaarplan: Instelling aard van het contact / activiteiten Sportstimulering Eindhoven kennismaken met verschillende sporten Stichting Marathon training voor de cityrun BrabantsVerkeersveiligheidsLabel verkeerseducatie (Van Schijndel of Dafmuseum) Parochie communie , Goede doelen Bieb op School leespromotie, kinderboekenweek Van Abbemuseum culturele activiteiten (groep 5 en 8 museumbezoek) CKE cultuureducatie, schouwburgbezoek, theatervoorstellingen Educatieve uitgeverijen educatieve tv-programma’s Onderwijsbegeleiding schoolbegeleiding, nascholing, Externe dienst Consultatieve begeleiding, onderzoeken CITO Toetsen GGD schoolarts, verpleegkundige Zuidzorg Parnassys leerlingenadministratie, leerlingenvolgsysteem Overheid-inspectie PKO- en JO onderzoeken, wettelijke regelgeving Gemeente gebruiksvergunning, eerste inrichting, Directieoverleg SKPO, ROTS overleg jeugd-buurtwerk IB-netwerk SKPO VVE-netwerk SKPO Beleid op sponsoring Onze school sluit aan bij het convenant dat in 2009 van kracht is geworden en dat onderschreven is door het ministerie en de onderwijskoepelorganisaties. Het convenant is te vinden via: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/convenanten/2009/02/24/convenant-scholen-voor-primair-en-voortgezet-onderwijs-en-sponsoring.html

De drie belangrijkste uitgangspunten van het convenant zijn: Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige

doelstellingen van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en fatsoen.

Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen.

Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. Het primair onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen.

http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/convenanten/2009/02/24/convenant-scholen-voor-primair-en-voortgezet-onderwijs-en-sponsoring.html




De GMR heeft instemmingsrecht op beslissingen van het bevoegd gezag over sponsoring. Tevens zijn de volgende principes van kracht: Nieuwe sponsorcontracten moeten zich richten op een gezonde levensstijl van

leerlingen. Bedrijven mogen alleen met scholen samenwerken vanuit een maatschappelijke

betrokkenheid. De samenwerking tussen scholen en bedrijven mag geen nadelige invloed hebben op

de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling van leerlingen. De kernactiviteiten van de school mogen niet afhankelijk worden van sponsoring. 5.6 Beheer De eindverantwoordelijkheid voor het totale beheersaspect ligt bij de directeur. Gebouwen Het groot onderhoud van het gebouw wordt beheerd door het

stafbureau van de SKPO en MBK. Meubilair Voor vervanging op lange termijn kan de school uit eigen

middelen putten. Onderwijsleerpakket lump-sum financiering Begroting De jaarlijkse schoolbegroting wordt opgesteld door de directeur

en na goedkeuring door MR en bestuur vastgesteld. Leermiddelen Het voorraadbeheer wordt gecoördineerd door iemand van het

managementteam. Daarnaast zorgt een conciërge voor de bestellingen. Via de SKPO nemen wij deel aan de jaarlijkse centrale inkoop.

Schoonmaak Het totale schoonmaakgebeuren is in handen van een schoonmaakbedrijf.

Hoofdstuk 6 Het slotwoord Nu het schoolplan af is kunnen we tevreden/trots zijn over het proces van realisatie. Het is gebaseerd op de werkwijze van, voor en door het team. Iedereen heeft z’n bijdrage geleverd. Dit schoolplan kenmerkt voor ons belangrijke punten, namelijk:

Een gevoel van realiteit en veiligheid binnen het schoolteam door de duidelijke koers Het bespreekbaar maken van eigen leerkrachtengedrag met anderen Een open werkklimaat Inzichtelijke veranderingsprocessen

Aan het einde van elk schooljaar zullen we de plannen van aanpak evalueren in een jaarverslag. In het jaarplan zijn de plannen van aanpak bijgesteld en of nieuw ingevoerd.

SCHOOLPLAN - - Home€¦ · * Brede ontwikkeling van kinderen met aandacht voor 21ste eeuw kennis...

Documents

Transcript of SCHOOLPLAN - - Home€¦ · * Brede ontwikkeling van kinderen met aandacht voor 21ste eeuw kennis...