Schakel in Succes nr. 6 - december 2012
description
Transcript of Schakel in Succes nr. 6 - december 2012
Bonda opent nieuwe fabriek pAgINA 4
Samenwerking hyacintenbroeiers en Agrifirm Plant pAgINA 20
december 2012
06
schakelin succesvoor ondernemers in de tuinbouw,
akkerbouw en veehouderij
Voordeel door efficiënter werken pAgINA 10 - 13
“Altijd kritisch blijven”
schakel in succes december 20122
Ondernemen is continu in beweging blijven
Agrifirmonderneemtineendynamischeomgeving.Het
meestinhetoogspringendisdegrotebeweeglijkheid
vandegrondstofprijzendiedebedrijfsvoeringopuw
bedrijf,enookbijAgrifirm,sterkbeïnvloedt.Daarnaast
hebbenwet-enregelgevinggroteinvloedopdetoekomst
endemogelijkhedenvanveelbedrijven.Schaalvergroting,
zowelindeprimairesector,alsookindemarktvan
toelevering,isenblijfteenbelangrijketrend.
Agrifirmheeftzich,mededaarom,deafgelopentwee
jaaringrijpendaangepast.Deafgesprokenorganisatie-
aanpassingen,zijnvoor90%doorgevoerd,delaatste
stappenwordendekomendejarenafgerond.Debeoogde
fusievoordelenzijngerealiseerd.Ditbetekentnietdatwe
klaarzijn.Dedynamiekvandemarktvraagtomcontinue
beweging.DaaromzijnbijAgrifirmFeedenAgrifirm
Plantnieuweefficiencyprojectengestart,gerichtopnog
betereklantbedieningenlagerebedrijfskosten.
Ookbijdeniet-ledenbedrijvenvanAgrifirmgebeurtveel.
ZozijneruitbreidingsinvesteringeninChina,isereen
overnamegerealiseerdinHongarijeenisdenieuwe
fabriekvoorvochtigerundveevoedersinDenBosch
opgestart.Derendementsontwikkelingbijdezeniet-
ledenbedrijvengeeftAgrifirmdemogelijkheidomhet
Ledenvoordeelover2012teverhogen.Eindvanhetjaar
wordtunadergeïnformeerdoverhetexactepercentage.
Deaanpassingenindeonderneminggaandoor,gericht
ophogereservice,betereproductenenlagerekosten.
Aanpassingengerichtophetverbeterenvanhet
resultaatopuwbedrijf,directofindirect!Datisook
onzeopdrachtendoelstellingin2013.
MedenamensdeRaadvanCommissarissenendehoofd-
directiewensikueensuccesvol2013toe.
TonLoman
voorzitterhoofddirectie
AgrifirmGroup
Inditnummer
Agrifirm organiseert in februari Ledendagen
6
Sojaproductie hoog op agenda 8
20
Sterkere biggen door later spenen 28
Voorbereiden op nieuw teeltseizoen
16
Strategie Agrifirm 2013-2015: ‘Succesvol groeien’ 3
Nieuwe fabriek Bonda in gebruik 4
Jongerendag 2013:
‘Wat komt er op mijn bordje?’
Mestboekhouding uit handen geven 9
Voordeel door efficiënter werken 10
Met nieuw bouwplan klaar voor de toekomst 14
Kuilfolie in de voorverkoop 18
Nieuw bemestingsproduct: Top Soil terrafert 19
Netwerken op de BioVak 2013 22
Voorkeurspakket maïsrassen 23
Minder klauwproblemen dankzij totaalaanpak 24
Seminar Varkens Zwolle 26
Agrifirm Feed voer uit grobbendonk 30
Investeren in imago met zichtstal 31
Samenspel 32
Samenwerking hyacintenbroeiers en Agrifirm Plant
7
schakel in succes december 2012 3
‘Succesvol groeien’
In 2010 is, tijdens het fusieproces, de
eerste strategie voor Agrifirm vast-
gesteld. Daarbij zijn de grote lijnen
beschreven. De nieuwe strategie is, mede
omdat die kon worden gebaseerd op de
17 strategische plannen van de Agrifirm
bedrijven, scherper geformuleerd.
WAARDe GeNeReReN
De missie van Agrifirm is en blijft:
‘duurzaam waarde genereren voor
de leden’. Daarbij staat duurzaam voor
het efficiënt produceren met zo min
mogelijk belasting voor milieu en
omgeving. Agrifirm ondersteunt klanten
bij het het genereren van inkomen,
op een manier die aansluit op maat-
schappelijke wensen. Voortdurende
vernieuwing is noodzakelijk voor
gezonde groei. Daarom ontwikkelt
Agrifirm kennis en concepten voor
praktische innovaties. Die kennis en
concepten komen eerst voor onze
bedrijven en klanten beschikbaar.
Dat leidt tot een beter resultaat op
het erf van de klant.
ToP
De dochterondernemingen binnen
Agrifirm group opereren in diverse
marktsegmenten in meerdere landen.
De ambitie is om bij deze activiteiten
tot de top 3 of top 5 te horen in de
betreffende markt. Alleen als we bij
de top horen is het mogelijk om de
aanwezige kennis optimaal tot waarde
te brengen. Belangrijk onderdeel is de
De Agrifirm Ledenraad stemde in september in met de
aangescherpte strategie voor de periode 2013-2015.
‘Groei in de kernactiviteiten’, staat centraal. Gezonde groei,
om daarmee het rendement op het boerenerf te verhogen.
keuze om vooral te willen groeien in
de kernactiviteiten: de voersector, de
plantaardige sector, coproducten en
specialiteiten. Sommige bedrijven in
niet-kernactiviteiten worden daarom
verkocht. Die lijn is inmiddels ingezet
en heeft afgelopen jaar al geleid tot
diverse acquisities of verkopen.
Bijgaand kader geeft daarvan een
overzicht.
Agrifirm Plant: Modernisering logistiek door centrale distributie en
graanopslag: Efficiënt als het kan, spoed als het moet
Agrifirm Feed: Verhogen van capaciteit en flexibilisering mengvoerfabrieken,
sluiting fabrieken Maasbracht en Utrecht, landelijk beschikbaar maken van
innovatieve concepten zoals Air Line (voor varkens) en het kernvoerconcept
(voor vleespluimvee)
Agrifirm Feed: Verkoop van Interbroed als niet kernactiviteit
Co-producten: Verwerven van Wefelenberg in Duitsland en James & Son in het
Verenigd Koninkrijk. Dit laatste bedrijf handelt in bijproducten in de veehouderij
Specialiteiten: Verdubbeling productie in Suzhou (China) door het in gebruik nemen
van een tweede productielijn
Specialiteiten: Aankoop van de Nutreco activiteiten in Kornye (Hongarije)
Deelnemingen: Verkoop van Agrifirm aandeel in Cefetra
Strategie Agrifirm 2013-2015
Ondernemer Dirk Bruins uit het Drentse
Dwingeloo heeft op 22 november de
NCR Coöperatieprijs gewonnen. Bruins,
lid van Agrifirm, werd voor de finale
DeopeningvandenieuwespecialiteitenfabriekinChina.
geselecteerd door een vakjury en won
de publieksstemming bij de finale. Hij
ontving een award en een cheque voor
een agrarische studiereis ter waarde
van 3.500 euro. Agrifirm feliciteert
Dirk Bruins en is er trots op dat twee
van de drie finalisten, Dirk Bruins en
Michiel Bouma, Agrifirm-lid zijn.
Dirk Bruins wint coöperatieprijs
schakel in succes december 20124
De fabriek heeft een productiecapaciteit
van 200.000 ton vochtrijk mengvoer,
een voer dat de voordelen van verschil-
lende vloeibare, droge en stapelbare
(bij)producten combineert. “In de afge-
lopen twee jaar hebben we op kleinere
schaal, ervaring op gedaan met de
productie”, vertelt Marcel Lipsch,
verkoopleider bij Bonda. “In november
hebben we de nieuwe fabriek in
gebruik genomen.”
BehoeFTe
Het concept is ontstaan vanuit de wens
om nog beter bij de behoefte van klanten
aan te sluiten, vertelt Lipsch. “Rundvee-
bedrijven worden steeds groter en
intensiever. Veehouders hebben meer
technische mogelijkheden en willen
zo scherp mogelijk inkopen.” Steeds
meer veehouders gebruiken daarom
bijproducten, in verschillende soorten
en vormen. Het aanbod van deze
producten is echter niet altijd even
stabiel. Daar komt bij dat niet elke
veehouder de technische mogelijkheden
heeft om bijvoorbeeld vloeibare bij-
producten te voeren. Met het stapelbare
vochtrijke mengvoer maken wij voor
onze klanten meer producten bereik-
baar, wat voor een duidelijke plus in
het saldo kan zorgen.”
STABILITeIT
De nieuwe vochtrijke mengvoeders
nemen volgens Lipsch een aantal van
deze nadelen weg. “Een heel groot
voordeel is de zeer stabiele samen-
stelling en de jaarrond beschikbaarheid.
Dat kan doordat we de mogelijkheid
hebben om vochtrijke, droge, stapelbare
en vloeibare componenten te gebruiken.
Samen met de nutritionele afdeling
van Agrifirm Feed zijn we ook in staat
om gewenste accenten in de samen-
stelling te leggen. Onze vochtrijke
mengvoeders sluiten daardoor optimaal
aan bij de behoefte die bij onze klanten
leeft.” Behalve voor de veehouder,
heeft de nieuwe productiewijze ook
voor de toeleveranciers van Bonda
voordelen. “Omdat we ook in perioden
van geringere aanvoer onze klanten
aan ons binden, kunnen wij onze
toeleveranciers nog meer afzet-
zekerheid bieden. Alle stakeholders
hebben dus baat bij ons nieuwe
concept, en dat is de basis voor
duurzaam succes”, legt Lipsch uit.
Bonda produceert sinds kort, als enige bedrijf in de wereld, vochtrijk,
stapelbaar mengvoer voor rundvee. Dit najaar nam de Agrifirm
dochter haar nieuwe fabriek in ‘s-hertogenbosch in gebruik.
Nieuwe fabriek Bonda
‘ Wij kunnen dit als enige ter wereld’
schakel in succes december 2012 5
“Onzevochtrijkemengvoederssluitenoptimaal aanbijdebehoeftevanonzeklanten.”
SALDo VeRhoGeN
Voor Bonda zelf is de nieuwe fabriek
belangrijk om zich te onderscheiden
ten opzichte van de concurrentie. “Het
is heel simpel; de marges staan onder
druk en dat dwingt je om te innoveren
en te blijven ontwikkelen. Bovenal
moeten wij zorgen dat we unieke
service aan onze klanten en onze toe-
leveranciers bieden en ons daarin blijven
onderscheiden. Uiteindelijk moeten wij
ervoor zorgen dat veehouders met onze
producten meer rendement kunnen
behalen, dan blijven we de concurrentie
meer dan één stap voor. Met vochtrijk
mengvoer voor rundvee is dat duidelijk
gelukt; we zijn de enige ter wereld die
dit kunnen.”
TRoTS
Lipsch benadrukt dat alle grondstoffen
van goede veevoederkwaliteit zijn.
“Alle grondstoffen zijn afzonderlijk
ook te voeren. We vinden het ook heel
belangrijk om transparant te zijn.
Klanten kunnen op de afleverbon precies
zien wat er in het product zit en we
laten onze fabriek ook graag zien aan
geïnteresseerden, bijvoorbeeld studie-
clubs. We zijn er trots op wat we hier
hebben staan en op het product wat
we daar mee kunnen maken.”
< MarcelLipsch
Bonda produceert in de nieuwe
fabriek twee soorten vochtrijk
mengvoer. gluco+ (24 % ds, 1005
VEM, 113 DVE) is een zetmeel-
energierijk voer dat zeer geschikt
is als aanvulling op een grasrijk
rantsoen, proti+ (30 % ds, 1077 VEM,
127 DVE) is een eiwitrijk product dat
prima past bij rantsoenen met maïs.
Vochtrijk mengvoer wordt als een
mooi stapelbaar en inkuilbaar product
afgeleverd. Het is een zeer smakelijk
product en het gehele jaar leverbaar.
Voor meer informatie, zoals de
samenstelling van de producten
en de toepassing in uw rantsoen,
kunt u contact opnemen met uw
rundveespecialist.
Twee renderende producten
< Denieuweinstallatievoorvochtrijkemengvoeders.
schakel in succes december 20126
Agrifirm Ledendagen op een sportieve locatie
Agrifirm organiseert van 5 tot en met 28 februari 2013 haar
jaarlijkse Ledendagen. Binnenkort ontvangen alle Agrifirm-
leden hiervoor een uitnodiging. De Ledendagen worden onder
andere gehouden in Nederlandse voetbalstadions; dé plek waar
top prestaties geleverd worden.
De kroon op het werk dat zowel leden
als de coöperatie in de afgelopen 100
jaar leverden, is het predicaat ‘Koninklijk’
dat Agrifirm op 14 september 2012
ontving. Daarmee is de coöperatie
voortaan Koninklijke Coöperatie
Agrifirm. In de toekomst minimaal
dezelfde inspanning leveren als de
voorgangers de afgelopen 100 jaar
hebben gedaan; dat is de uitdaging
waar Agrifirm nu voor staat. Tijdens
de Agrifirm Ledendagen bespreken
het bestuur en de hoofddirectie met
de leden welke prestaties in 2012
geleverd zijn, want de eerste vruchten
van de fusie zijn er. Zo kan Agrifirm
Feed dankzij de grote synergievoordelen
scherp in de markt opereren, terwijl
voor Agrifirm plant de record voorschot-
prijs in de graanpool als voorbeeld
genoemd mag worden. Ook de dochter-
bedrijven in binnen- en buitenland
laten goede resultaten zien, wat de
leden extra resultaat oplevert via het
Leden voordeel.
WoRkShoPS
Vervolgens wordt er in de workshop-
rondes vooruit gekeken, of dit nu in
algemene zin is, of juist vaktechnisch.
De onderwerpen voor de workshops
worden in januari bekend gemaakt.
SPRekeRS
Tot slot delen ex-profvoetballer Hans
van Breukelen en judoka Dennis van
der geest met passie en humor hun
visie op thema’s als ondernemerschap,
presteren, teamspirit en het bereiken
van resultaat.
DATA eN LoCATIeS
De uitnodiging met een gedetailleerd
programma valt in januari bij alle
leden op de mat. De data en locaties
zijn al bekend.
Welkom met koninklijk tintje
PLAATS
SteinUrmond
Venlo
Breda
Eindhoven
Groningen
Leeuwarden
Rosmalen
Zwolle
Alkmaar
Houten
LoCATIe
VanderValk
VVV-voetbalstadion
NAC-voetbalstadion
PSV-voetbalstadion
Euroborgstadion
WTCExpo
AutotronExpo
PEC-ZwolleStadion
AZ-(AFAS)voetbalstadion
ExpoVeilinggebouw
DATum
5februari
6februari
7februari
8februari
12februari
13februari
14februari
26februari
27februari
28februari
Tijdens de Ledendagen komt de
bezetting van de Ledenraad aan de
orde. Afgesproken is dat daarin
90 ondernemers zitting hebben.
In 2013 treden volgens het Rooster
van Aftreden 12 ondernemers af
die niet herkiesbaar zijn. Bij de
uitnodiging zal een district-
specifieke brief gevoegd worden,
waarop de veranderingen uitgelegd
worden. Deze informatie is al
beschikbaar op de website
www.agrifirm.com/coöperatiezaken.
Daar staat ook de volledige samen-
stelling van de Ledenraad en de Raad
van Commissarissen gepubliceerd.
Ledenraad
schakel in succes december 2012 7
DATum
5februari
6februari
7februari
8februari
12februari
13februari
14februari
26februari
27februari
28februari
‘Wat komt er op mijn bordje?’
Agrifirm Jongerendag 2013
De Agrifirm Jongerendag op 16 januari
2013 gaat over deze problematiek.
Want jonge ondernemers van nu gaan
de voorziene verandering tot 2050 mee
maken. Al dan niet meegroeien, inspelen
op de markt en het bedrijf aanpassen
aan veranderende behoeften zijn thema’s
waarmee zij te maken gaan krijgen.
Kortom, hoe wordt Agenda 2050
ingevuld?
De wereldbevolking groeit en het voedingspatroon
verandert. 9 miljard mensen in 2050, die door
toegenomen welvaart hun bord luxer gevuld
willen hebben. kan dat wel? en zo ja, hoe kan de
land- en tuinbouw in Nederland daar aan bijdragen?
INSPeLeN oP oNTWIkkeLINGeN
Sanderine Nonhebel, onderzoeker aan
de Rijksuniversiteit groningen, geeft
haar visie op hoe de wereldvoedsel-
productie zal veranderen. Hoe en waar
voedsel geproduceerd zou moeten
worden, speelt daarbij een belangrijke
rol. Joris Baecke, voorzitter van de
Europese organisatie voor jonge boeren
en tuinders, geeft vervolgens zijn
mening over hoe jonge ondernemers in
kunnen spelen op deze ontwikkelingen.
IN De WINkeL
Voorwaarde voor ondernemers om hun
bedrijf in te laten spelen op ontwikke-
lingen, is dat hun producten uiteindelijk
wel aan de retail geleverd moeten
kunnen worden. Corrie Meijer van
Jumbo Supermarkten geeft haar
mening over welk voedsel er in 2050
in de winkel ligt en welke rol de retail
hierin zal spelen. Want misschien haalt
de consument in 2050 zijn voedsel wel
rechtstreeks bij de producent. Onder-
nemer Jaap Hoogenboom houdt daar
nu al rekening mee. Hij vertelt hoe hij
yoghurt produceert, rechtstreeks voor
de (Turkse) consument. geen gemak-
kelijke klus, maar wel één die perspectief
biedt.
heT ALTeRNATIeF
Natuurlijk is er ook de alternatieve blik
op voedsel, wat in goede handen is bij
topkok en entertainer pierre Wind.
Of het nu gaat om de smaak of
herkenbaarheid van het voedsel, Wind
zorgt hoe dan ook voor een verrassend
bordje voedsel. Het andere alternatief
dat tijdens de Jongerendag besproken
wordt, is de uitdaging die voedsel
met zich mee kan brengen. Wielrenster
Leontien van Moorsel vertelt over haar
vak waarin de energievoorraad niet
onuitputtelijk blijkt en perfect eten
noodzakelijk is.
Aanmeldenvoordedagkanvia
www.agrifirm.com/jongerendag
schakel in succes december 20128
Sojaproductie hoog op agenda
Agrifirm werkt actief aan het verduurzamen van sojaproductie en is daarom
betrokken bij de Stichting ketentransitie Verantwoorde Soja. Agrifirm participeert
ook in de Round Table on Responsible Soy Association (RTRS). Daarnaast onderzoekt
Agrifirm de inzet van alternatieve eiwitbronnen, die het aandeel geïmporteerde soja
uit Zuid-Amerika kan terugbrengen.
CRITeRIA
De RTRS verenigt partijen uit de hele
sojaketen en houdt zich aan het Amazone
Moratorium. Dit betekent dat er geen
soja gekocht wordt van landen in het
Amazone regenwoud dat na 24 juli
2006 is ontbost. Daarbovenop heeft de
RTRS 98 indicatorenbepaald voor RTRS-
gecertificeerde verantwoorde soja. Deze
zijn gericht op verantwoord gebruik
van gewasbeschermings middelen,
respect voor landrechten van lokale
gemeenschappen, voorkomen van aan-
tasting van gebieden met waardevolle
Stichting Ketentransitie Verantwoorde
Soja stelt zich ten doel om in 2015
honderd procent verantwoorde soja
te gebruiken in Nederland. Nederlandse
bedrijven in de sojaketen hebben in
2012 280.000 ton RTRS-gecertificeerde
soja gekocht en 120.000 ton soja
gecertificeerd volgens een beperktere
set criteria: een verdubbeling van
inkoop ten opzichte van 2011.
Deze soja moet voldoen aan de
certificerings criteria van de RTRS.
Agrifirm onderstreept dit en werkt
hier actief aan mee.
biodiversiteit en zorg voor goede werk-
omstandigheden.
ALTeRNATIeVe eIWITBRoNNeN
Naast participatie in ketenverbanden,
doet Agrifirm onderzoek naar alter-
natieve eiwitbronnen voor veevoer.
proeven met veldbonen en sojateelt in
Noord-West Europa zijn voorbeelden
daarvan. Ook het verhogen van het
eiwitgehalte in maïs biedt mogelijk
perspectief. Op dit moment past Agrifirm
al concreet kennis toe die het gebruik
van eiwitten optimaliseert. Voorbeelden
zijn de inzet van eiwitrijke balansmelen
ter vervanging van enkelvoudige soja en
optimalisering van europese eiwitrijke
grondstoffen als raap in mengvoeders.
Deze projecten zijn onderdeel van de
strategie van Agrifirm om grondstof-
stromen verder te verduurzamen.
Stichting Ketentransitie Verantwoorde Soja
De Stichting Ketentransitie Verantwoorde Soja is in
maart 2012 opgericht en voortgekomen uit Initiatief
Duurzame Soja (IDS) en de Task Force Duurzame soja.
De bij het plan betrokken organisaties zijn de Neder-
landse Vereniging Diervoederindustrie (Nevedi), waar
Agrifirm deel van uitmaakt, het Initiatief Duurzame
Handel (IDH), de Nederlandse Zuivelorganisatie (NZO),
de Centrale Organisatie voor de Vleessector, Albert
Heijn, C1000, Jumbo, Lidl, Superunie als centrale
inkoper van 13 supermarktketens, het productschap
pluimvee en Eieren en het productschap Margarine,
Vetten en Oliën. Het Wereld Natuur Fonds, Natuur &
Milieu, Solidaridad, en LTO Nederland ondersteunen
de doelstellingen van de stichting.
Zieookwww.verantwoordesoja.nl
schakel in succes december 2012 9
JelkoStelwagen(l)enTheoBenningvanAgrfirmExlan.
Mestboekhouding uit handen geven
Bemestingsplan en BEX: mestproductie verantwoorden
Stelwagen wil zijn zaken volgens de
richtlijnen voor elkaar hebben. Hij
onderhoudt dan ook nauw contact
met Theo Benning, specialist Mest-
regel geving bij Agrifirm Exlan. “Zeker
omdat ik alles, van voer tot kunstmest,
bij Agrifirm bestel is het ideaal dat Theo
voor mij de mestboekhouding kan
bijhouden. Hij weet precies wat er op
mijn bedrijf wordt aan- en afgevoerd.”
STIkSToFBehouD
Behoud van stikstof en mineralen is voor
Stelwagen belangrijk om efficiënter met
zijn bemestingsruimte om te gaan en
om beter in zijn bemestingsplan uit te
komen. “Voor behoud van het stikstof
en verbetering van de drijfmest gebruik
ik bijvoorbeeld een natuurlijke toevoe-
ging”, legt Stelwagen uit. De graskuil
strak afdekken geeft hij vervolgens als
Nu het einde van het jaar nadert, staat het actualiseren van het bemestingsplan
weer op de agenda. Zo ook voor melkveehouder Jelko Stelwagen uit Franeker (FR).
“Ik doe mee aan de derogatie en daarbij is het ideaal dat Agrifirm exlan voor mij het
complete bemestingsplan en de BeX-berekening kan verzorgen.”
voorbeeld om mineralen verlies zo veel
mogelijk tegen te gaan. “De kuil lucht-
dicht afdekken en broei voorkomen
helpen de binnengehaalde mineralen
te behouden.”
BeX
Om minder mest te hoeven afvoeren,
doet Stelwagen sinds 2009 mee aan de
bedrijfsspecifieke excretie (BEX), zodat
hij efficiënt met nutriënten om kan
gaan. Benning: “Jelko kan zo de mest-
productie op zijn bedrijf verantwoorden.
Een goede kuil is daarbij van belang,
lettend op onder andere veel VEM en
het juiste eiwitgehalte.”
oNTZoRGeN
Om de mestboekhouding op orde te
houden, hebben Benning en Stelwagen
drie vaste contactmomenten per jaar.
melkveehouder Stelwagen
>110melkkoeien
>100stuksjongvee
>62hagrasland
Productie:8744kilogram,
met4,43%veten3,44%eiwit
Agrifirm Exlan bemiddelt onder de
naam Agrifirm Quotumbank.nl bij
de overdracht van melkquota en
dierrechten. De handel in productie-
rechten voor dit seizoen loopt op
zijn einde. Heeft u nog rechten
nodig of heeft u rechten aan te
bieden, dan kunt u contact opnemen
met één van onze vestigingen.
exlan meppel
melkquota en rechten:
(0522) 26 82 25
mestboekhouding en BEX:
(0522) 26 82 20
exlan Veghel
melkquota en rechten:
(0413) 38 26 67
mestboekhouding en BEX:
(0413) 38 21 40
Bekijkookeensonzevernieuwde
website:www.quotumbank.nl
Bedrijfsgegevens
Aan het eind van het jaar wordt onder
andere gezamenlijk bekeken hoe de BEX
uitkomt en hoe het met de eindvoor-
raad staat. “Daar hoef ik bijna niets voor
te doen”, aldus Stelwagen. “Alles wat
aan voer en kunstmest wordt geleverd,
is bij Agrifirm bekend.” Benning vult
hem aan: “En ook de andere benodigde
informatie, zoals uitslagen van kuil-
monsters kunnen wij inlezen. Zo ont-
zorgen we de klant zo veel mogelijk.”
schakel in succes december 201210
Plant en Feed scoren door efficiëntieslag
Lagere kosten door efficiënter te werken. het was één van de
beloften bij de fusie waaruit Agrifirm in 2010 ontstond. Afgelopen
jaar hebben zowel Agrifirm Feed als Agrifirm Plant concrete
stappen gezet om die belofte waar te maken.
Agrifirm maakt fusiebelofte waar
schaalvoordelen. Bovendien kunnen
activiteiten en bedrijfsonderdelen
worden geïntegreerd waardoor voordeel
wordt behaald.
FuSIeBeLoFTe
Eén van de fusiebeloften van Agrifirm
was dan ook om de kosten te verlagen
door een betere efficiëntie. Dat begon
direct na de fusie, met het samenvoegen
van de bedrijven, maar de efficiëntie-
Een fusie is een uitgelezen kans om de
efficiëntie van bedrijven en van proces-
sen te verbeteren. Door afzonderlijke
bedrijven samen te voegen ontstaan er
schakel in succes december 2012 11
BeSTeLLeN eN BeZoRGeN
“De distributie – voornamelijk voor
gewasbescherming, meststoffen en
zaaizaden – organiseren we vanuit vijf
professionele distributiecentra. Deze
efficiencyslag levert grote logistieke
voordelen op”, vertelt Beekman. Agrifirm
plant gaat verder sturen op afleveren
bij de teler en hem zo ontzorgen. Op dit
moment wordt negentig procent van
de omzet al bezorgd op het boerenerf
en de organisatie kiest er voor om alle
producten te gaan bezorgen. Agrifirm
plant biedt haar telers verschillende
bestelmogelijkheden. Ze kunnen bij-
voorbeeld in de voorverkoop producten
bestellen of vroeg in de ochtend en het
dezelfde dag laten leveren. “Voor haast-
klussen zetten we een nieuwe spoed-
service op. Deze spoedservice vervangt
op termijn de afhaalmogelijkheid. Dat
is in het begin zeker wennen als je
afhalen gewend bent”, denkt Beekman.
“Ik ben er van overtuigd dat we het
vertrouwen winnen van de telers met
een professionele aanpak en de nieuwe
spoedservice, waarbij alles binnen drie
uur op het erf staat.”
TRANSPoRT
Agrifirm Feed is voornemens om ook
aanpassingen door te voeren in transport.
Het voornemen is om per 1 januari 2014
alle transportactiviteiten uit te besteden
aan externe, gespecialiseerde vervoerders.
“Om onze positie in de markt verder te
vergroten, moeten we ons focussen op
onze kernactiviteit”, legt Maaskant uit.
“Onze kernactiviteit is de productie en
verkoop van diervoedingsconcepten en
slag gaat verder dan dat. Door kritisch
naar de organisaties en processen te
kijken hebben zowel Agrifirm Feed als
Agrifirm plant afgelopen jaar flinke
slagen gemaakt. “Dit levert voordelen
op waarvan de boeren mee profiteren”,
stelt Agrifirm plant directeur Drees
Beekman. Bij zowel Agrifirm plant als
bij Agrifirm Feed gaat het enerzijds om
logistieke aanpassingen en anderzijds
om veranderingen in de organisatie.
PRoDuCTIeLoCATIeS
Agrifirm Feed heeft afgelopen najaar
twee productielocaties gesloten: in
Utrecht en in Maasbracht. “Dat is een
duidelijk voorbeeld van het benutten
van schaalvoordelen”, vertelt directeur
Wim Maaskant. “Agrifirm Feed heeft
enerzijds investeringen gedaan in een
aantal productielocaties, om innovatiever
en efficiënter – met lagere kosten per
ton voer – te kunnen werken. Deze in-
vesteringen maken een flexibelere en
meer klantspecifieke productie mogelijk.
Zo kunnen we beter aan de vraag van de
markt voldoen. Door de investeringen
bleek het mogelijk om de locaties in
Utrecht en Maasbracht te sluiten, terwijl
de voerafzet nauwelijks is gedaald.
De andere fabrieken worden nu beter
benut, waardoor de kosten per ton voer
lager zijn. Dat is efficiëntie.”
CeNTRALISATIe
Ook Agrifirm plant zet in op centralisatie.
Het aantal panden voor de opslag en
bewerking van granen wordt terugge-
bracht van vijftien naar vijf. Het aantal
inname locaties in de regio blijft onge-
wijzigd tijdens het seizoen. Beekman
geeft aan: “Met het centraliseren van de
graanopslag maken we een enorme slag
met betrekking tot beperken van het
intern transport. De afstanden tussen
vestigingen zijn groter, maar granen
zijn sneller op de juiste plek. Bovendien
spelen we hiermee in op de behoefte
aan afnemerskant naar grotere volumes.
Voor extra opslagcapaciteit gaat Agrifirm
plant samenwerken met graansloot
Kampen (dienstverlener logistiek).” >
“Fabriekenwordennubeterbenut,waardoordekostenpertonvoerlagerzijn.Datisefficiëntie.”
Logistiekendistributiespeleneenbelangrijkerolindeefficiëntiemaatregelen.
schakel in succes december 20121212
daar willen we in excelleren, dus daar
ligt de focus. Externe vervoerders kunnen
tegen lagere kosten vervoeren en leveren
ons de noodzakelijke flexibiliteit. Voor
de klant zal er weinig veranderen – nu
werken we al voor vijftig procent met
externe vervoerders – en veel van onze
huidige chauffeurs blijven voor ons wer-
ken, weliswaar in dienst van de externe
vervoerder. Door goed overleg met de
transportbedrijven zorgen we dat het
transport aan de klantwensen voldoet.”
kANSeN
Zowel bij Agrifirm Feed als bij Agrifirm
plant komen de maatregelen zeker
niet alleen voort uit een noodzaak tot
efficiënt werken. Agrifirm Feed staat
voor de uitdaging om in een krimpende
markt de positie uit te breiden, Agrifirm
plant ziet een toenemende schaalver-
groting in de markt. Beekman: “We
spelen in op kansen die we zien in de
markt, waarbij we ons kunnen onder-
scheiden met een professionele, moderne
logistiek. De bedrijven van telers worden
groter en meer geprofessionaliseerd
en met de nieuwe logistiek kunnen we
hen ontzorgen, zodat ze meer tijd over
houden voor de eigen bedrijfsvoering.”
Voor Agrifirm Feed geldt ook dat de
maatregelen aansluiten bij ontwikke-
Toon van Broekhoven heeft samen met zijn broer en zoon een
bedrijf met loonwerk, grondwerk, transport en akkerbouw in
Tilburg. Ze kopen zoveel mogelijk vooraf in bij Agrifirm plant.
“Dat levert voordeel op, zowel qua prijs als qua tijdstip van
betalen. Daarnaast werkt het gewoon het prettigst. We maken
van tevoren samen met de specialist een keuze van de producten,
bepalen hoeveel we nodig hebben voor onze agrarische klanten
en zorgen dat we dat op voorraad hebben. We weten pas kort
van te voren of we ergens aan het werk moeten, het is veel
spoedwerk. Met een goede voorraad grijp je eigenlijk nooit mis.
En mocht dat toch eens voorkomen, dan bellen we onze specialist
en dan wordt het zo snel mogelijk geleverd.” Van Broekhoven
koopt echter het liefst vooraf in, omdat dat voor beide partijen
het meest efficiënt is. “Wij kopen bijvoorbeeld een deel van de
producten in bulk in, los gestort. Dat werkt voor ons het
gemakkelijkst en is ook voor Agrifirm efficiënt. Voor mij werkt
het principe van Agrifirm plant perfect: efficiënt als het kan,
spoed als het moet.”
‘Voordeel voor beiden’
“Meteengoedevoorraadgrijpjeeigenlijknooitmis.”
< ToonvanBroekhoven
>
“Dekostenverlagingendragenbijaaneenbeterresultaatophetboerenerf.”
schakel in succes december 2012 13
Agrifirm is een cooperatie en dat betekent in mijn ogen dat ze zo
goedkoop mogelijk moeten produceren voor de leden en afnemers.
Dan is het logisch dat efficiëntie heel erg belangrijk is.” Aan het
woord is varkenshouder Frans Dortmans, die met zijn vrouw Rieky
380 zeugen, 6.400 vleesvarkens en 200 rosékalveren houdt in het
Brabantse Son. “Ik vind het dan ook goed dat Agrifirm Feed maat-
regelen neemt, zoals het sluiten van sommige fabrieken om de
effiency te verhogen. Een organisatie als Agrifirm moet altijd kritisch
blijven kijken en continu in beweging blijven om de beste prijs kwa-
liteit-verhouding te kunnen bieden aan de leden.” “Ik denk dat het
ook belangrijk is om dingen inzichtelijk te maken, duidelijk te maken
waarom je bepaalde keuzes maakt en wat het effect is. De tijdelijke
voerkorting is een goed voorbeeld, die is vooral communicatief
belangrijk. Uiteindelijk gaat het om de werkelijke prijsdaling op de
lange termijn en als dat inderdaad 40 cent is, is dat een duidelijk
resultaat. Toch wil ik niet zeggen dat overal op bezuinigd moet
worden. Agrifirm moet wel toegevoegde waarde blijven bieden aan
haar leden/afnemers. goede vakmensen zijn heel belangrijk, daar
kun je niet zomaar in snijden. Op die dingen moet je zuinig zijn.”
‘Altijd kritisch blijven’
FransDortmans
<
“Opsommigedingenmoetjezuinigzijn.”
lingen in de markt. Maaskant: “We
hebben in de fabrieken geïnvesteerd
en ze meer gespecialiseerd, waardoor
we meer mogelijkheden hebben om
klantspecifiek voer te produceren. We
kunnen maatwerk leveren en daar is
veel vraag naar. Dat draagt weer bij aan
versterking van onze marktpositie.”
FINANCIeeL VooRDeeL
Uiteindelijk is het doel van alle efficiëntie-
maatregelen dat het geld oplevert.
Dat geld komt, direct of indirect, ten
goede aan de klanten van Agrifirm. “De
kosten verlagingen dragen bij aan een
beter resultaat op het boerenerf”, stelt
Beekman. “Het doel van Agrifirm plant
is om, dankzij de maatregelen, een
besparing op kosten te behalen van circa
1 à 2 miljoen. Dat zorgt niet alleen
voor een sterker bedrijf, wat belangrijk
is voor de coöperatie, maar ook voor
betere prijzen voor de teler.” Agrifirm
Feed heeft het voordeel voor veehouders
zelfs direct inzichtelijk gemaakt, door
het geven van een extra korting van
vier euro per ton mengvoer voor de
periode van begin september tot
5 januari 2013. “Dat is een tijdelijke
korting, bedoeld om het synergievoor-
deel zichtbaar te maken”, aldus Maas-
kant. “Na 5 januari 2013 wordt de
korting verrekend in de voerprijs. Het
voordeel is dan dus niet meer apart
zichtbaar op de factuur, maar het is
er nog wel. Het voordeel wordt direct
teruggegeven aan de klant in de vorm
van scherpe voerprijzen.”
schakel in succes december 201214
Na vier jaar met zijn vader in maatschap
te hebben gezeten, runt Van der Heide
het akkerbouwbedrijf van 54 hectare
sinds maart zelfstandig. “Het vaste
bouwplan dat we nu hebben, geeft mij
rust. Ik weet dat ik nu op de goede weg
zit en dat we hiermee in de toekomst
verder kunnen”, vertelt Van der Heide.
DuuRZAAmheID
In het verleden is Van der Heide gestart
met Stichting Veldleeuwerik, waarin
duurzaamheid hoog in het vaandel
staat. “We hebben toen ons bouwplan
verruimd naar 1 op 6 vruchtwisseling,
door meer graan te gaan telen”, legt
Van der Heide uit. Dit bleek voor zijn
bedrijf nog niet direct tot succes te
leiden, want de invulling van het graan-
areaal leidde zelfs tot meer aaltjes van
de soorten pratylenchus pratensis en
Thrichodorus primitivus. Van het aaltje
Thrichodorus primitivus is bekend dat
het problemen kan geven in witlof- en
peenteelt. “Duurzaamheid betekent
niet alleen verduurzaming van de
voedselproductie, maar óók een gega-
randeerde toekomst met een bloeiend
bedrijf. En dan moeten de gewassen
wel elk jaar een topopbrengst hebben”,
aldus Erik Nagelhoud, specialist bij
Agrifirm plant. Bij het berekenen van
het nieuwe bouwplan werd met deze
uitgangspunten dan ook rekening
gehouden.
SCeNARIo’S
Eén keer per jaar monitort Van der Heide
de bodem, om zo de ontwikkelingen
goed te volgen. Mocht er iets aan de
hand zijn, dan kan hij daar meteen
naar handelen. Voorafgaand aan het
berekenen van het bouwplan heeft hij
een bodem- en aaltjesonderzoek laten
doen. Het akkerbouwbedrijf heeft te
maken met lichte grond. Voordelen zijn
dat er op deze grond altijd geteeld kan
worden, dat het makkelijk rooien en
oogsten is en dat wormen zich niet in
de lichte grond nestelen. Nadeel is
‘ Ik weet dat ik nu op de goede weg zit’
Nieuw bouwplan geeft rust
< MichielvanderHeide(r)enErikNagelhoud
De matige bodemvruchtbaarheid, een uienoogst die dreigde te
mislukken en problemen met aaltjes waren in 2009 aanleiding
voor michiel van der heide om een nieuw bouwplan voor zijn
akkerbouwbedrijf te berekenen. Nu, drie jaar later, is het bedrijf
in Lelystad weer klaar voor de toekomst.
plant
“Inhetbouwplanhebbenwegekekenhoewedeaaltjesbiologischkunnenbestrijden.”
schakel in succes december 2012 15
echter dat aaltjes op deze grond
gemakkelijk ontwikkelen, wat ook uit
het bodemonderzoek bleek. “Aan de
hand van alle uitkomsten hebben we
drie verschillende scenario’s opgesteld,
variërend van intensieve naar meer
extensieve teelt”, legt Nagelhoud uit.
Voor alle drie de bouwplannen werd
een inschatting gemaakt wat de situatie
over tien jaar zou zijn. De module
Bouwplan optimalisatie van Agrifirm
plant speelde daarbij een belangrijke
rol. “We kregen voor elk plan inzichtelijk
wat op langere termijn de invloed
zou zijn op indicatoren als bodem-
vruchtbaarheid, opbrengsten,
bemestingskosten en kosten voor
gewasbeschermingsmiddelen”,
vertelt Van der Heide. “Daarbij keken
we elke keer welke problemen er
mogelijk zouden optreden en welke
consequenties daarbij hoorden.”
AALTJeS AANPAk
Het nieuwe bouwplan houdt vooral
rekening met de aaltjes-situatie en de
onkruiden. Om deze problemen op te
lossen, was chemische bestrijding
mogelijk, maar Van der Heide wil de
problemen zo veel mogelijk biologisch
oplossen. “In het bouwplan hebben we
daarom gekeken hoe we de aaltjes
biologisch kunnen bestrijden. We kozen
voor het telen van groenbemester even-
als het gebruik van compost. Door het
compost laten de aaltjes de gewassen
met rust en is een weerbaardere bodem
een bijkomend voordeel. Ook de groen-
bemester zorgt voor veel stabiliteit in de
Aaltjesadvies
Agrifirm plant heeft Agrifirm Aaltjesadvies laten ontwikkelen. Met deze
internetmodule kunt u voor uw eigen situatie uitrekenen wat de beste
maatregel is voor de beheersing van het aardappelcysteaaltje. De berekeningen
zijn gebaseerd op de kennis uit het aaltjesadviesprogramma NemaDecide.
Na het invoeren of ophalen van een bemonsteringsuitslag en de keuze voor
een ras en een aanvullende bestrijding, zoals bijvoorbeeld toevoegen van
granulaat, wordt berekend wat het effect is van de gekozen aanpak op populatie-
ontwikkeling en opbrengst. Voor pootgoedtelers wordt bovendien het effect
van de aanpak op de detectiekans aardappelmoeheid (AM) berekend. Behalve
voor een granulaat kan ook gekozen worden voor andere maatregelen als een
grondontsmetting, teelt van een vanggewas en teelt van een resistent ras.
Wilt u een uitgebreid NemaDecide advies voor een optimale vruchtwisseling
en voor meerdere rotaties? Neem dan contact op met uw specialist of kijk op
www.agrifirm.com.
plant
bodem”, legt Nagelhoud uit. Om het
onkruid te onderdrukken is zomergerst
in het bouwplan opgenomen.
SALDo DooRSLAGGeVeND
Uiteindelijk is het saldo voor de teler
doorslaggevend welk bouwplan het
beste op zijn bedrijf past. Nagelhoud:
“Op elk bedrijf gelden andere uitgangs-
punten. Wat hier past, past bij de buur-
man niet. Maar voor iedereen kunnen
we een passende oplossing berekenen.”
Dit blijkt ook uit het bouwplan van Van
der Heide. Hij heeft de weloverwogen
keuze gemaakt zijn bouwplan aardappels
1 op 4 te vernauwen naar 1 op 3. Door
de lichte grond is aardappelteelt goed
mogelijk. Hier haalt Van der Heide dan
ook het grootste deel van zijn inkomen
uit. Daarnaast teelt hij zomergerst,
witlof, bieten en uien. Daarmee is Van
der Heide overgestapt van een vrucht-
wisseling van 1 op 5 naar 1 op 6, wat
resulteert in een makkelijkere perceel-
indeling. Mogelijk worden de te telen
gewassen nog aangevuld met vroege
peen. “Ik ben mij hierop aan het
oriënteren, zodat ik een grotere risico-
en arbeidsspreiding kan opbouwen”,
aldus van der Heide.
VeRTRouWeN
In het proces van de afgelopen drie jaar
is vertrouwen het sleutelwoord geweest.
Van der Heide: “Ik ken Erik al langere tijd
en dat is ook belangrijk bij het berekenen
van een bouwplan. In feite heb ik mijn
hele bedrijf bloot gegeven en dan moet
je elkaar wel vertrouwen.” Juist door
samen de verschillende plannen te
berekenen hebben de twee elkaar op
ideeën gebracht en elkaar scherp
gehouden, met het huidige bouwplan
als resultaat. Nagelhoud besluit:
“Michiel kan hier de komende jaren
met goed resultaat boeren.”
< MichielvanderHeide
schakel in succes december 201216
GedurendehetseizoenorganiseertAgrifirmPlantdemodagenopregionaleproefvelden.
<
De voorbereiding op het nieuwe bemes-
tingsseizoen begon met de jaarlijkse
bemestingsdag op 31 oktober in Dronten,
voor specialisten van Agrifirm plant en
Agrifirm Feed. Onderzoekers en andere
experts bespraken de nieuwste ontwik-
kelingen. In belang voor onze klanten,
aldus Karin Oonk, Kenniscoordinator
bodem en bemesting. “We spijkeren
het kennisniveau van onze specialisten
continu bij. Alleen dan kunnen ze de
beste adviezen blijven geven.“
BemeSTINGSDAG
Vast onderdeel van de bemestingsdag
vormt de wetgeving; de stand van zaken
rond de bemestingsnormen en andere
regels en de te verwachten knelpunten.
Een ander vast onderdeel is de bespreking
van de resultaten van de eigen bemes-
tingsproeven. Agrifirm plant heeft
regionale proef velden voor akkerbouw-
gewassen, vollegrondsgroente, bloem-
bollen, gras en maïs. Hier worden in de
regio, onder praktijkomstandigheden
Voor de optimale bemesting is meer nodig dan een goede mest-
stof. hoe krijg je als teler de intensief gebruikte bodem opnieuw
in beste conditie voor een topopbrengst? De specialisten van
Agrifirm bereiden zich deze winter voor op de beste advisering.
producten en bemestingsstrategieën
vergeleken.
WoLFTRAX eN mANGAAN
Daarnaast passeren nieuwe ontwikke-
lingen in het aanbod aan bemestings-
producten de revue. Zoals de vernieuwde
Top Trace lijn voor de fruitteelt. Een
opmerkelijk nieuw product is de nieuwe
mangaanmeststof van Wolf Trax,
vertelt Oonk. “Met één gift in het vroege
voorjaar voorkom je mangaangebrek.
Hierdoor groeit het gewas krachtiger
en is het veel mindergevoelig voor-
onkruidbestrijding. Een voorbeeld van
een mooie innovatie.” Een ander veel-
belovend nieuw product is Top Soil
terrafert, gebaseerd op reststromen uit
de suikerindustrie. Dit combineert een
hoog gehalte organische stof met een
hoog nutriëntengehalte. “Reststromen
staan volop in de belangstelling als
bron van organisch stof”, aldus Oonk.
“Doordat de normen voor fosfaat-
bemesting krap zijn geworden, wordt
het steeds lastiger organisch stof in
de bodem op peil te houden.”
STIkSToF uIT meST
Nieuw is een rekenmodel dat de
‘dynamische beschikbaarheid’ van
stikstof uit organische mest in beeld
brengt. Dit model draait het komende
seizoen op de computers van de
specialisten, zodat ze dat kunnen
gebruiken bij het optimaliseren van
de bemestingsplannen van de telers.
“We zijn hier heel blij mee”, zegt Oonk.
“Want mest levert weliswaar goedkope
stikstof, maar het is voor een efficiënte
benutting lastig als de beschikbaarheid
onvoorspelbaar verloopt. Met dit
model, dat we samen met het Louis
Bolk Instituut en het ppO hebben
ontwikkeld, kunnen we de beschikbaar-
heid in de tijd laten zien.”
ADVIeS AAN De kLANT
De centrale bemestingsdag geeft het
grote overzicht van de trends en nieuwe
ontwikkelingen. De specialisten gaan
daarmee in hun eigen regionale teams
per sector aan de slag met de onderdelen
die voor de klanten in hun regio van
belang zijn. Oonk: “Innovaties en
onderzoeksresultaten zijn mooi, maar
het gaat natuurlijk om de vertaling
naar het advies in het veld.”
Voorbereiden op nieuw teeltseizoen
Van meststof tot rekenprogramma
plant
schakel in succes december 2012 17
plant
‘Nieuwe producten’
“De bemestingsdag biedt extra achtergrondinformatie en een stuk verdieping”, vindt
akkerbouwspecialist Nico Schutter. Hij ziet concrete nieuwe ontwikkelingen voor zijn klanten,
bijvoorbeeld Top Soil terrafert. “Een prachtig product, dat behalve organische stof ook
stikstof, fosfaat en kali bevat. Daar is zeker behoefte aan.” Schutter is ook enthousiast over
het rekenprogramma voor stikstof in organische mest. “Je weet wel hoeveel stikstof er in
de mest zit, maar niet wanneer die beschikbaar komt voor de groei van de plant. Dat kun
je alleen maar inschatten. Nu hebben we een stuk gereedschap in handen waarmee we
een beter gefundeerd advies kunnen geven.”NicoSchutter,specialistakkerbouw
‘Kennis van de bodem’
“Kennis van de bodem is zeker zo belangrijk voor een topopbrengst als de keuze voor de
juiste meststof,” is de ervaring van specialist bloembollen Siebe Seepma. Het bijspijkeren van
deze kennis is voor hem een van de belangrijkste onderdelen van de bemestingsdag. “Bollen-
grond die intensief gebruikt wordt, dreigt onder de huidige bemestingsnormen uitgemergeld
te raken. Telers doen er alles aan om de bodemvruchtbaarheid en -gezondheid op peil te
houden. Daarom moeten wij in onze advisering heel veel kennis hebben van de bodem.”
Daarnaast is de kennis van de verschillende meststoffen van toegevoegde waarde; zeker de
uitslagen van bemestingsproeven van Agrifirm plant.” We testen alles wat er op de markt komt.”SiebeSeepma,specialistbloembollen
‘gemak voor de teler’
“De behoefte aan nutriënten verandert gedurende het seizoen. Fruitttelers willen daarop inspelen,
maar hebben ook behoefte aan gemak.” Specialist fruitteelt Kees de Jongh juicht daarom de
vernieuwde bladmeststoffenlijn Top Trace toe. “We gaan werken met één product waarvan
we de samenstelling gedurende het jaar aanpassen. Het heeft dan in elke fase de juiste
verhouding mangaan, zink en borium. Het wordt de teler een stuk gemakkelijker gemaakt.”
De Jongh ziet verder dat de kennis van de mineralenboekhouding rond bodembedekkers
actueler wordt. “producten als champost of compost worden steeds meer ingezet, om
onderstammen tegen vorst te beschermen. Daardoor wordt de ruimte voor fosfaat krapper.”KeesdeJongh,specialistfruitteelt
‘Nieuwe ontwikkelingen sporenelementen’
“De bodem is de basis voor alles. Die is bepalend voor een topopbrengst en de weerbaarheid
van de plant tegen ziekten en plagen.” Dat zegt Roland Hendriksen, specialist vollegronds-
groenten. Nieuwe producten bieden interessante mogelijkheden voor verdere optimalisering.
“Nieuwe meststoffen met een coating van sporenelementen, zoals Wolf Trax, kunnen
helpen de voeding van de planten nog verder te verbeteren”, aldus de specialist. “We gaan
ook kijken naar silicium, bij bladgewassen zoals sla. Silicium is van belang voor de weer-
baarheid tegen schimmels, zoals valse meeldauw. Dat is een nieuwe ontwikkeling, die
komt uit de glastuinbouw.”
RolandHendriksen,specialistvollegrondsgroenten
schakel in succes december 201218
Agrifirm werkt met een voorverkoopregeling voor kuilfolie. Coen van kuijk van
Transport- en Loonbedrijf Van kuijk uit helvoirt en Agrifirm Plant specialist
Jos Bekkers zetten de voordelen voor klant en Agrifirm op een rijtje.
Kijk bijvoorbeeld naar maiszaad. We
willen niet meer zaad in huis hebben
dan we nodig hebben. De overschotten
gaan direct na het zaaien terug. Met
folie ligt dat toch iets anders. Folie is
een kostbare aangelegenheid. De
nadelen van het in huis hebben van
een grotere hoeveelheid kuilfolie
wegen niet op tegen de voordelen.”
kWALITeIT FoLIe
Agrifirm plant levert drie soorten kuil-
folie: Excellentfolie van 0,17 mm dik,
Rendementfolie van 0,15 mm dik en
Exactfolie van 0,15 mm dik. Loonbedrijf
Van Kuijk werkt met Excellentfolie,
volgens Bekkers het topsegment kuilfolie.
“Excellent is het beste wat we hebben.
Het heeft een hoge treksterkte en een
prima kogelvalwaarde. Er komt steeds
meer vraag naar deze folie. Dat is ook
wel logisch. Er ligt ook voor een fiks
bedrag voer onder en dat moet
Op jaarbasis bestelt Joost Hoevenaars,
planner van Loonbedrijf Van Kuijk BV
bij Verkoopondersteuning van Agrifirm
plant zo’n 130 rollen Excellent kuilfolie.
Niet allemaal tegelijk, maar wel ruim
voor het begin van het kuilseizoen. Dit
doet hij omdat het loonbedrijf in de
voorverkoop kan rekenen op voordeel.
Agrifirm werkt met een voorverkoop-
regeling voor kuilfolie. Agrifirm plant
specialist Jos Bekkers vertelt: “We hebben
gekozen voor deze aanpak omdat het
binnen de logistiek van Agrifirm beter
past om de levering van de kuilfolie
zo veel mogelijk naar voren te halen.
Uiteindelijk betekent het voor de klant:
financieel voordeel én natuurlijk dat de
klant de kuilfolie altijd op tijd in huis
heeft. Dit zorgt voor rust in zijn bedrijf.”
VoLDoeNDe VooRRAAD
Coen van Kuijk: “Normaal gesproken
willen we onze voorraden minimaliseren.
100 procent in orde zijn. Daar kun je
eigenlijk geen risico mee lopen.” Van
Kuijk beaamt dit. “In het verleden is
het nog wel eens fout gegaan en
scheurde de folie. Dat risico willen we
nu niet meer lopen. Daarom kiezen we
voor de beste kwaliteit folie, niet voor
de laagste prijs. We betalen liever per
rol een paar tientjes meer, zodat we
zeker weten dat het goed is. Wat is nu
een paar tientjes op een kuil?”
Meerinformatieofkuilfoliebestellen?
Neemdancontactopmetuwspecialist,
ofkijkopwww.agrifirm.com/kuilfolie.
Kuilfolie bestellen in voorkoop levert voordeel op
Loonbedrijf Van Kuijk
Transport- en Loonbedrijf Van Kuijk
uit het Brabantse Helvoirt bestaat
in 2013 45 jaar. De broers Bart en
Coen van Kuijk hebben het bedrijf
in 2007 over genomen van hun
ouders. Het bedrijf telt in totaal
49 medewerkers.
JoostHoevenaars(r)enJosBekkers.
plant
<
schakel in succes december 2012 19
JohanOttens(r)legtHenkenAlbertManting(l)uitvanwelkdeelvandesuikerbietTopSoilterrafertgemaaktwordt.>
Agrifirm Plant is vanaf begin november gestart met de verkoop van Top Soil terrafert,
een nieuw hoogwaardig bemestingsproduct. Akkerbouwer Albert manting uit
Valthermond is enthousiast over het product.
Top Soil terrafert combineert de positieve
eigenschappen van een hoog gehalte
organische stof met die van minerale
meststoffen. Het draagt bij aan een
weerbare bodem, een gezond gewas
en hoge opbrengst en kwaliteit. De
organische stof in Top Soil terrafert ver-
betert het vochtvasthoudend vermogen
en de minerale bindingscapaciteit in de
bodem. Daarnaast draagt het bij aan
een actief bodemleven en opwaardering
van het organische stofgehalte.
ReSTPRoDuCT BIeTeNPuLP
Agrifirm plant verkoopleider Johan
Ottens legt uit hoe het product gemaakt
wordt: “Top Soil terrafert is een duur-
zaam restproduct vanuit de bietenver-
werking. De bietenpulp gaat in een
fabriek van de SuikerUnie de biovergister
in. Als reststroom ontstaat digestaat.
Dit wordt gescheiden in een vaste fractie
en een dunne fractie. De dunne fractie
wordt ingedampt en als concentraat over
de vaste fractie verdeeld. Het resultaat
is een hele mooie bodemverbeteraar
met ideale bemestende waarden.”
De mogelijkheden voor het gebruik zijn
‘ Een bodemverbeteraar met ideale bemestende waarden’
Agrifirm plant introduceert Top Soil terrafert
legio, aldus Ottens. “Het past eigenlijk
onder iedere teelt als basisbemesting.
Verschraling van de grond is hier in de
Veen koloniën een belangrijk thema.
Top Soil terrafert kan uitstekend ingezet
worden om verschraling tegen te gaan
en het organisch stof gehalte op peil te
houden.”
GuNSTIG BINNeN WeT
Albert Manting heeft een akkerbouw-
bedrijf en een loonbedrijf in Valthermond.
Op 70 hectare teelt hij aardappelen,
bieten en granen. Hij is één van de eerste
gebruikers van Top Soil terrafert. Hij
gebruikt het product niet alleen komend
voorjaar als basisbemesting, maar gaat
het ook dit najaar nog inzetten om zijn
bemestingsruimte voor 2012 vol te
krijgen. Manting: “In september sprak
ik Johan voor het eerst over het product.
Ik was er enthousiast over. Toen bleek
dat we, ondanks de extra aanvoer van
organische mest in de stoppel, nog
ruimte over hadden. Johan stelde dit
product voor. Ottens vult hem aan:
“Omdat Top Soil terrafert onder de
overige meststoffen valt, mag je het
jaarrond uitrijden. Wil je echter het
meeste resultaat uit de mineralen halen
dan past een voorjaarstoediening beter.”
VeRVANGING ComPoST
Top Soil terrafert kan ingezet worden ter
vervanging van compost. grote voor-
deel van het product is de verhouding
organische stof - droge stof. Ottens:
“Compost bestaat uit 700 kg droge
stof per ton. Van die 700 is maar een
derde organische stof. Top Soil terrafert
bestaat uit 275 kg droge stof per ton.
Daarvan is ongeveer 80% organische stof.
Ondanks het lage drogestofgehalte in
Top Soil terrafert, geef je bijna net zo
veel organische stof per ton product
dan met compost.”
> verbetert vochtvasthoudend vermogen
> verbetert minerale bindingscapaciteit
> draagt bij aan actief bodemleven
> draagt bij aan opwaardering organische
stof gehalte
> Het bevat 12 kg/ton stikstof, 3,7 kg/ton
fosfaat, 8,2 kg/ton kalium, 3,2 kg/ton
magnesium en 4,5 kg/ton sulfaat.
> stikstof geldt voor 50 %
Top Soil terrafert:voordelen op een rij
schakel in succes december 201220
Klaas Troost startte rond 2004 met zijn
onderzoek naar waterbroei van snij-
hyacinten. ‘Wat bij tulpen werkt, moet
ook kunnen werken bij hyacinten’ was
het uitgangspunt. Na proeven met
honingraten kwam Troost terecht bij de
Agrifirm broeitray voor tulpen. Om deze
trays uitgebreid te kunnen testen scha-
kelde hij de hulp in van vier hyacinten-
broeiers. Troost: ”We hebben met
proeven ontdekt dat de meeste hyacint
cultivars prima op de priktray gezet
kunnen worden. Om te zien of het idee
‘praktijkproof’ was, zochten we broeiers
die samen met ons de waterbroei wilden
testen. We zijn erg blij dat we deze
pilotgroep bij elkaar hebben gekregen.
We hebben veel van elkaar geleerd.”
Al jarenlang onderzoekt klaas Troost, specialist bij Agrifirm Plant,
de mogelijkheid van waterbroei van snijhyacinten. De laatste vier
jaar met de hulp van vier hyacintenbroeiers die de waterbroei in
de praktijk testten. Deze samenwerking tussen Agrifirm Plant en
kwekers leverde beide partijen veel nuttige informatie op.
‘ We hebben veel van elkaar geleerd’
Samenwerking Agrifirm plant en hyacintenbroeiers
eNeRGIeWINST
Rob van Haaster uit Vijfhuizen is één
van de leden van de pilotgroep. Hij
broeit zijn hyacinten op potgrond met
zand. “We willen graag overschakelen
naar waterbroei. Belangrijk hierbij is
dat de kwaliteit en de houdbaarheid
van de hyacint gewaarborgd blijft.
We verwachten dat waterbroei ons
energiewinst oplevert en grondstoffen
bespaart. Met waterbroei kunnen
we een stuk duurzamer produceren.”
INDIVIDueeL VeRVoLG
De samenwerking in de pilotgroep
beviel Van Haaster goed. “We hebben
de afgelopen jaren veel nieuwe infor-
matie verzameld. Bijvoorbeeld dat
er veel invloeden van buitenaf zijn
die het broeiproces bepalen. De
plant
“Metwaterbroeikunnenweeenstukduurzamer
produceren.”
schakel in succes december 2012 21
HyacintenbroeierRobHaaster(l)ingesprekmetAgrifirmPlantspecialistKlaasTroost.
>
“Samenweetjealtijdmeerdanéén.”
Innovatiefonds beloont voorstel tulpenteler
Agrifirm Plant directeur Drees
Beekman heeft onlangs tulpenteler
Niels kreuk uit Andijk bezocht. kreuk
ontving namens het Wim Luijkx
Innovatiefonds een cheque van
€5.000 voor zijn innovatieve
voorstel voor een duurzame teelt.
Maatschap Kreuk produceert
ongeveer 10 miljoen tulpen per jaar
en richt zich daarbij op kwaliteit en
diversiteit. In 2011 bouwde de
familie Kreuk een nieuwe kas voor
de broei van tulpen in drie lagen.
Het hele teeltproces vindt plaats op
stromend water met volledige
recirculatie. De kas is compleet
ingericht met LED-verlichting
waarbij luchtaanzuiging van buiten
voor een goed klimaat zorgt.
De teelt kent veel minder lozingen
naar het oppervlaktewater. In
combinatie met een aanmerkelijk
lager energieverbruik is deze aanpak
beter voor het milieu, tegen lagere
kosten. Een prachtig voorbeeld hoe
duurzaam- en resultaatgericht
ondernemen prima samen gaan!
inwendige kwaliteit van de hyacint
is zo divers dat het niet meevalt om
bollen van elkaar te broeien. Het is
moeilijk om gericht resultaten te
halen uit de proeven. Daarom is beslo-
ten niet als pilotgroep verder te gaan.
Broeiers kunnen beter individueel
verder gaan en proeven uitvoeren
met hun eigen bollen.” Het voordeel
van de samenwerking is duidelijk voor
van Haaster. “Hetgeen dat we met
elkaar boven water wilden krijgen,
is gelukt, dat is het belangrijkste.
En daarbij: samen weet je altijd meer
dan één.”
NuTTIGe keNNIS
Niet alleen Van Haaster heeft veel van
het project opgestoken, ook Agrifirm
heeft veel nieuwe informatie opge-
daan. Troost: “We hebben geconsta-
teerd dat bemesting grote invloed
heeft op de bollen, afhankelijk of de
broeier stalmest of compost gebruikt.
De bol die de broeier gaat broeien,
maak je in het land. Tijdens de broei
kun je er weinig meer aan veranderen.
Er zijn grote verschillen in de wijze van
broeien in de kassen, de temperatuur
in de kassen en of de broeier vloerver-
warming of gewone verwarming ge-
bruikt. Als je weet wat het uiteindelijk
op het hele traject uitmaakt, kun je
met deze verschillende factoren gaan
variëren. Dat is nuttige kennis, die we
kunnen gebruiken.”
BRoeITRAyS meT BRuGGeN
Van Haaster gaat, begeleidt door
Troost, zeker door met de proeven.
Troost: “Het vorige model van de
Agrifirm plant broeitray gaf een te
hoog uitvalspercentage. De hyacinten
vallen tijdens het oogsten om. Daarom
gaan we nu werken met broeitrays
met bruggen. We hopen dat de
hyacinten met de wortels onder de
brug blijven hangen, zodat ze niet
omvallen. Deze tray worden al succes-
vol ingezet bij tulpen, dus ik verwacht
er veel van.” Van Haaster: “We blijven
heel serieus bezig met de proeven,
zodat we op termijn om kunnen scha-
kelen. Het grootste probleem, dat van
verslijming van de wortels, hebben we
al opgelost. Nu nog het uitvalprobleem
aanpakken. Deze nieuwe tray met de
bruggen lijkt een goede oplossing.
We zijn net begonnen. Of het effect
heeft? Dat weten we over 15 weken!”
plant
NielsKreuk(l)enDreesBeekman.>
schakel in succes december 201222
Netwerken op BioVak 2013
Agrifirm plant en Feed vertegenwoordigd
In januari 2013 vindt de BioVak plaats.
De hele keten presenteert zich op deze
beurs. Natuurlijk zijn alle biologische
sectoren van Agrifirm Plant en Agrifirm
Feed hier vertegenwoordigd.
plant
De ontwikkelingen in de biologische
sector gaan snel. In gesprek gaan met u
over actuele en overkoepelende thema’s
praten vinden we belangrijk. Daarom
bieden we in een speciale netwerk-
ruimte gedurende de twee beursdagen
voor alle sectoren workshops aan. De
workshops zijn er op gericht om kennis
met u te delen. De onderwerpen zijn
divers zowel interessant voor de gehele
sector of de individuele biologische
akkerbouwer of veeteler.
ThemA’S
> ‘Voldoet ú nog aan de bemestings-
norm in 2013?’
> ‘Ik wil van Agrifirm plant een
oplossing voor…’
> Voer uit de regio, mogelijkheden
en saldo’s
> Optimalisatie van voeropname en
productie
Zievoormeerinformatie:
www.agrifirm.com/biovak.
In de maand januari en februari
2013 organiseert Agrifirm plant
gewasbeschermingsbijeenkomsten.
Op deze avonden praten wij u bij
over de laatste resultaten die volgen
uit het onderzoek van Agrifirm plant.
Onderwerpen die onder andere aan
bod komen zijn: phytophthora,
ritnaalden en virus in aardappelen
en ziektebestrijding in granen. De
bijeenkomsten zijn speciaal voor
klanten van Agrifirm plant, u ontvangt
hiervoor een persoonlijke uitnodiging.
Zievooralledataenadresgegevens:
www.agrifirm.com/plant,kiesagenda.
De bodywarmers zijn in dames- en
heren modellen verkrijgbaar, met een
moderne uitstraling en van goede
kwaliteit. Dat maakt de bodywarmer
makkelijk draagbaar onder verschillende
omstandigheden. U kon de bodywarmer
vanaf begin oktober bestellen via een
aparte bestelmodule. De toegang
daartoe kreeg u via uw Agrifirm
specialist, in de vorm van een handig
sleuteletui met daarin een korte bestel-
handleiding. De bestelde bodywarmer
wordt bij u thuis afgeleverd.
Als teken van betrokkenheid biedt
Agrifirm haar trouwe klanten een
mooie Agrifirm-bodywarmer aan.
Via mijnAgrifirm.com kunt u zelf een
bodywarmer bestellen met het kaartje
dat u van uw specialist ontving.
Agrifirm bodywarmers
Winterlezingen Agrifirm plant
schakel in succes december 2012 23
gezond resultaat met Agrifirm Feed
De basis voor een goede productie
en gezonde koeien is de voeding
rond droogstand en afkalven
(100-dagenaanpak) en een opfok die
is gericht op robuuste vaarzen die op
24 maanden kalven (OpFOK24).
Onze specialisten Rundveehouderij
adviseren de melkveehouder hierover,
ondersteund door adviesinstrumen-
ten als Melk Navigator en de
gezondheidsIndex.
De PRAkTIJk BeWIJST
Agrifirm-klanten vergeleken met
niet-Agrifirm-klanten:
> extra melk +365 kg
> extra eiwit +14 kg
> extra vet +19 kg
> € 150 extra per koe per jaar
(bron:CRV/AgrifirmFocusMelkvee)
Maïsras belangrijk, maar bodem vormt de basis
Veel belangrijker dan de maïsrassenkeuze
is een goede bodemgezondheid en pas-
sende bemesting. Een gezonde bodem
vormt de basis voor een hoge ruwvoer-
productie van gewenste kwaliteit. Bekijk
de bodemanalyses kritisch, onder andere
op de zuurtegraad (pH). Een te lage pH
belemmert het vrijkomen van belangrijke
groei-elementen zoals stikstof, fosfaat
en kalium (NpK-elementen). Blijkt de
zuurtegraad te laag, bekalk het maïsland
dan voor het bemesten.
meeR uIT eIGeN RuWVoeR
De opbrengst van snijmaïs hoeft slechts
twee procent toe te nemen om de kosten
van een gemiddelde kalkgift te compen-
seren, terwijl hiermee in de praktijk de
opbrengst van snijmaïs vaak wordt
verhoogd tot wel vijftien procent. Zo
De nieuwe cijfers van de Nederlandse rassenlijst voor snij- en korrelmaïs zijn bekend.
Belangrijke informatie om het maïsras te kiezen dat past bij u en uw bedrijf. het
voorkeurspakket maïsrassen van Agrifirm Feed bevat de top van de Nederlandse
rassenlijst.
produceert de melkveehouder meer uit
eigen ruwvoer.
oPTImAAL BemeSTeN
Het is belangrijk de bemesting van
maïs af te stemmen op de onttrekking
van het gewas. De gebruiksruimte aan
elementen stikstof (N) en fosfaat
(p2O5) liggen vast vanuit de mest-
wetgeving. Maïs heeft echter ook
een duidelijke behoefte aan kalium (K)
en zwavel (S). Dit zijn elementen die
zonder beperkingen bemest mogen
worden en van wezenlijk belang zijn
voor een goede maïsopbrengst.
Analyseer drijfmest op de NpK-
elementen en kies voor een passende
rijenbemesting. Extra kalium kan
eenvoudig na de inzaai van maïs
toegediend worden.
feed
schakel in succes december 201224
feed
Pierre en maddy meulepas melken ongeveer 100 koeien in hun nieuwe stal in Gemert (N-B), die
afgelopen voorjaar in gebruik werd genomen. In de voorafgaande jaren stonden vader en zoon
voor de uitdaging om, in een te volle stal, toch de hoge productie vast te houden. met volop
aandacht voor de gezondheid van de koeien is dat gelukt.
Het rollend jaargemiddelde op het
bedrijf ligt boven de 10.000 kilogram
melk. Dat vraagt veel van de koeien,
zeker als de omstandigheden niet
optimaal zijn. “Te veel eigenlijk”, denkt
vader pierre. “De koeien zijn topatleten,
dan moeten de omstandigheden ook
top zijn. In de oude stal was dat niet zo,
de stal was overbezet door de geplande
nieuwbouw. Dat zagen we vooral terug
in de klauwgezondheid.” Er kwamen te
veel klauwproblemen voor en dat vroeg
veel tijd en energie tussen de halfjaar-
lijkse bekapbeurten door. Bovendien
ging het ten koste van de algehele
gezondheid van de koeien.
kRITISChe BLIk
Ondanks de nieuwbouwplannen,
besloten vader en zoon kritisch te kijken
naar de bestaande stal en het rantsoen.
“We hebben geprobeerd de omstandig-
heden zonder grote investeringen
zoveel mogelijk te verbeteren. Door
bijvoorbeeld een box weg te halen
ontstond er meer bewegingsruimte.
Een nieuwe ventilator zorgde voor een
beter klimaat, waardoor de voeropname
en gezondheid direct verbeterden.
Daarnaast hebben we samen met onze
specialist Rundveehouderij Leon van Lent
gekeken hoe we het rantsoen konden
aanpassen”, vertelt Maddy. Van Lent
gebruikte daarvoor de gezondheidsIndex
in zijn voerberekeningsprogramma.
“Het programma rekent de invloed van
aanpassingen op de gezondheidsindex
door. Voldoende structuur is bijvoor-
beeld belangrijk om bevangenheid te
voorkomen, en ook met organisch
gebonden mineralen kun je bijsturen.
Het bleek dat we de klauwindex
met 5 punten konden verhogen met
DairyFit® Klauw Vitaal met extra
Biotine en levende gisten.
ToTAALPLAATJe
In de zomer van 2011 is het rantsoen
aangepast. In combinatie met de
Minder klauw- problemen dankzij totaalaanpak
gezondheid en productie voorop
schakel in succes december 2012 25
feed
managementmaatregelen zorgde het
inderdaad voor een afname van het
aantal klauwproblemen. Maddy: “Dat
is moeilijk in cijfers aan te tonen, maar
we zagen zelf duidelijk verbetering. Dat
bleek ook wel uit de productie. Over
het afgelopen jaar is de gemiddelde
jaarproductie met bijna 1.000 kilo
gestegen, terwijl we de helft van die
tijd nog in de oude stal molken.”
Volgens Van Lent maakt het geheel
aan maatregelen het verschil.
“Voeding, management, klauwverzor-
ging. Het gaat om het totaalplaatje.”
Dat blijkt ook in de praktijk: sinds de
nieuwe stal in gebruik is genomen, kon
DairyFit® Klauw Vitaal vervangen worden
door DairyFit® Immuun Vitaal Np, wat
de algehele weerstand ondersteunt.
NIeuWe STAL
“De gezondheid was eigenlijk meteen
beter”, vertelt pierre. “Natuurlijk was
het even wennen voor onszelf en voor
de koeien, zeker omdat we voor het
eerst met een robot melken. Het
celgetal steeg daardoor eerst even en
de vruchtbaarheid werd eerst minder
voordat het beter werd, maar de uier- en
klauwgezondheid waren meteen een
stuk beter. De productie steeg zelfs, we
hebben de koeien echt moeten remmen.”
Een belangrijke verandering voor de
klauwgezondheid is de dichte vloer met
mestschuif, die altijd mooi schoon en
vlak is. Bovendien is de stal één grote,
open ruimte met zo min mogelijk
obstakels, zodat er vrij koeverkeer
mogelijk is, ook als de stal vol staat.
BekAPPeN
“Het bekappen doe ik nu ook zelf”,
vertelt Maddy. “We hebben in de nieuwe
stal een vaste bekapbox gemaakt, waar-
door je ook makkelijk alleen kunt werken.
Dat verlaagt de drempel om klauwpro-
blemen aan te pakken, ik merk dat ik er
nu veel eerder bij ben. Als ik een kreupele
koe zie, kan ik direct aan de slag. Je hebt
er ook veel meer gevoel bij als je het
altijd zelf doet, dan wanneer de bekap-
per een paar keer per jaar komt. Ik houd
nu ook per koe bij wat ik heb gedaan en
wat me opvalt.” Daardoor ziet Maddy
duidelijk het verschil met de oude
situatie. “Er zijn minder klauwproblemen
en de klauwkwaliteit is beter. We
hadden wel wat last van Mortellaro,
daar hebben we voetbaden voor inge-
voerd. Al met al loopt eigenlijk alles
beter en werkt het prettiger.”
ToTAALPLAATJe
Voor Van Lent bevestigt dit, dat het om
het totaalplaatje draait. “Voeding is
heel belangrijk, ook om bij te sturen en
te optimaliseren, maar de omstandig-
heden zijn daarbij bepalend. pierre en
Maddy hebben nu de klauwgezondheid
goed onder controle. De gezondheids-
Index-klauw helpt, om per rantsoen de
index te beoordelen en niets aan het
toeval over te laten.” Het evenwicht
tussen gezondheid en productie is een
belangrijk gegeven voor de melkvee-
houders. De nieuwe stal is daarop
ingericht. Behalve de bekapbox is er
bijvoorbeeld ook een aparte ruimte
voor de droge koeien, zodat die een apart
rantsoen kunnen krijgen volgens de
100-dagenaanpak. Het afkalven en de
opstart van de lactatie verlopen daar-
mee soepeler, waardoor de koeien ster-
ker zijn en de productie stabieler. pierre:
“Uiteindelijk willen we de 200 ligplaatsen
helemaal benutten, maar daar hebben
we geen haast mee. De productie en de
gezondheid staan voorop en daar is
altijd ruimte voor verbetering.”
melkveehouderij meulepas
> 115 koeien, waarvan 100
aan de melk
> 40 ha gras- en maïsland
> 13 ha tuin- en akkerbouw
Bedrijfsgegevens
<Pierre(l)enMaddy(m)MeulepasbesprekendeklauwgezondheidvanhunkoeienmetAgrifirmFeedspecialistLeonvanLent.
schakel in succes december 201226 schakel in succes december 201226
Agrifirm Feed Zwolle Experience druk bezochtRuim 220 varkenshouders bezochten vrijdag 23 november de ‘Agrifirm Feed Zwolle experience’ op de
productielocatie van Agrifirm Feed in Zwolle. Bezoekers konden de innovatieve kracht van Air Line®
ervaren, tijdens een seminar en rondleidingen in de fabriek. De reacties waren zeer enthousiast.
INVeSTeRING PRoDuCTIeLoCATIe ZWoLLe: AIR LINe®-VoeR LANDeLIJk LeVeRBAAR
Aanleiding voor het event was een investering in de fabriek in Zwolle. Agrifirm heeft de fabriek – waar varkensvoer
wordt geproduceerd – vernieuwd en uitgebreid met een Air Line®-machine. Het Air Line®-voer werd voorheen alleen
in Veghel (en eerder in Maasbracht) geproduceerd. De nieuwe installatie betekent niet alleen een uitbreiding van de
productiecapaciteit, maar ook dat het voer nu voor varkenshouders in heel Nederland beschikbaar komt.
MeerwetenoverdeAgrifirmFeedZwolleExperienceofoverdevoordelenvanAirLine-voer?
Kijkopwww.agrifirmfeedzwolleexperience.com
schakel in succes december 2012 27
feed
Seminar met André Kuipers en rondleiding door de fabriek
De Agrifirm Feed Zwolle experience startte ’s ochtends met een
seminar ‘ervaar de innovatie die Air Line® heet’. ’s middags was er
gelegenheid voor een rondleiding door de fabriek, onder leiding
van een specialist. het innovatieproces van Air Line® werd aan de
hand van proeven duidelijk gemaakt.
Ton Loman, voorzitter hoofddirectie Agrifirm
Innovatie-enduurzaamheidsstrategiemoetrendementopleveren
“De investering op productielocatie Zwolle is een voorbeeld van
de wijze waarop de innovatie- en duurzaamheidsstrategie van
Agrifirm invulling krijgt. Agrifirm is volop bezig met het investeren
in de toekomst. Daarbij gaat het om een bedrag van € 150 miljoen
euro dat we in de jaren 2011 tot en met 2013 hebben gereserveerd
om onze productielocaties in Nederland, Europa en China uit te
breiden of nieuwe locaties te openen. Dat het bedrijf groeiende is,
zorgt voor een hoger Ledenvoordeel voor de leden van coöperatie
Agrifirm. Onze innovatiestrategie moet rendement opleveren voor
onze klanten en leden.”
Bert Fierkens, sectormanager Varkens Agrifirm Feed
DoorinvesteringinZwolleisAirLine®-voernulandelijkleverbaar
“De Air Line®-machine in Zwolle kan ca. 100.000 ton voer per jaar
produceren. Eenzelfde soort machine staat op onze productielocatie
in Veghel. Vanuit deze twee locaties kunnen we nu varkenhouders
in heel Nederland van Air Line®-voer voorzien. De Air Line®-
machine werkt als een snelkookpan. Het zorgt voor varkensvoer
met een luchtige structuur en betere verteerbaarheid (tot wel
6 procent). Het resultaat is een hogere groei bij vleesvarkens.
Daarnaast blijkt uit cijfers van Agrovision dat varkenshouders met
Air Line®-Lactovoer één big extra per zeug kunnen realiseren.”
André kuipers, astronaut
Een‘AirLine-experience’,maardananders
Hoofdgast André Kuipers belichtte het thema ‘Air Line’ op geheel
eigen wijze. Hoe bereidt een astronaut zich voor op een ruimtereis?
Wat waren zijn ervaringen tijdens de expeditie? En hoe ziet onze
planeet eruit, gezien vanuit de ruimte? André Kuipers deelde zijn
belevenissen en sloot het seminar af met spectaculaire filmpjes en
beelden vanuit zijn ‘Air Line Experience’.
schakel in succes december 201228
ArjanKrijgsmanindekraamstal,bijbiggendiebijna3,5weekoudzijn.
<
Arjan en Hennie Krijgsman hebben in
Markelo (Ov.) een bedrijf met 400 zeugen,
in groepshuisvesting met voerstations.
Ze doen het werk op het bedrijf samen,
bijgestaan door de ouders van Arjan.
In de afgelopen anderhalf jaar voerden
de ondernemers de nodige aanpassin-
gen in de bedrijfsvoering door, met als
belangrijkste doel om de kwaliteit van
de biggen verder te verbeteren. Het
verschuiven van het speenmoment
speelt daar een belangrijke rol in.
GoeDe BIG
“Een goede big vinden we eigenlijk het
allerbelangrijkste. Belangrijker nog dan
het aantal biggen”, vertelt Arjan. “We
willen een big produceren waar de
vleesvarkenshouder blij mee is en goed
mee kan draaien.” De varkenshouders
zijn er van overtuigd dat de speendip
een belangrijke invloed heeft op de
uiteindelijke kwaliteit van de big en
proberen die met management en
voeding zoveel mogelijk te voorkomen.
Arjan: “Tot een jaar geleden speenden
we op gemiddeld 21 dagen leeftijd.
Om te voorkomen dat we jonger
zouden spenen, speenden we wel
tot 3 keer per week. Nu zitten we op
24 dagen, dit is merkbaar beter voor
de biggen en het werken is meer
georganiseerd.”
DRIe DAGeN eXTRA
Agrifirm Feed specialist Varkenshouderij
Luit Meijer bevestigt dat. “Op drie weken
zijn de biggen eigenlijk nog erg jong en
hebben ze nog maar nauwelijks vast
voer opgenomen. De speendip is dan
veel groter dan als ze een paar dagen
ouder zijn. Op 24 dagen zijn de biggen
wel zes tot acht ons zwaarder dan op
21 dagen en nemen ze veel makkelijker
voer op.” Door iedere 17 weken het
Arjan en hennie krijgsman spenen hun biggen op een gemiddelde
leeftijd van 24 dagen. om dat te bereiken verschuiven ze iedere
17 weken het speenmoment van maandag naar donderdag of
van donderdag naar de maandag er op. Dit verspringend spenen
zorgt voor sterkere biggen en vermindert de speendip.
‘ goede biggen is het allerbelangrijkst’
Sterkere biggen door later spenen
schakel in succes december 2012 29
Arjan(m)enHennieKrijgsmanindebiggenstal,metAgrifirmFeedspecialistLuitMeijer(l).
<
Bedrijfsgegevens
speenmoment te veranderen van
maandag naar donderdag, of van
donderdag naar de maandag er op,
kan de speenleeftijd verhoogd worden
zonder dat er meer kraamhokken nodig
zijn. Meijer: “Als je drie dagen later
speent zijn de zeugen ook drie dagen
later berig en schuift dus alles drie
dagen op. Zo win je dus drie extra
zoogdagen voor de biggen. Het
betekent natuurlijk wel dat het hele
werkritme opschuift, dat moet wel
passen in het management.”
mINDeR uITVAL
Dat die drie dagen een groot verschil
kunnen maken zien Arjan en Hennie
duidelijk in de stal. “De sterfte is
duidelijk gezakt, die ligt wel 1,5 procent
lager. We zitten nu onder de 1 procent
uitval in de biggenstal en gebruiken
ook minder antibiotica, vooral doordat
er minder streptokokkenproblemen
zijn”, licht Arjan toe. “Doordat de
biggen minder last van een speendip
hebben zitten ze ook beter in hun vel,
waardoor we bijvoorbeeld veel minder
last hebben van oorbijten.” Hij bena-
drukt echter dat de speenleeftijd niet
de enige factor hoeft te zijn. De
varkenshouders zoeken steeds naar
manieren om een nog betere big te
produceren en voerden in de afgelopen
anderhalf jaar dan ook verschillende
aanpassingen door.
BIJVoeReN
Tegelijkertijd met het later spenen,
is Hennie begonnen met intensief
bijvoeren in de kraamstal. “Daar begin
ik al mee op een dag of drie”, vertelt ze.
“Eerst krijgen ze melk, daarna een papje
en in de laatste dagen droogvoer.
De laatste tijd geven we zelfs al het
speenvoer wat ze in de biggenstal
krijgen, zodat ze daar aan kunnen
wennen.” Ook in de biggenstal krijgen
de pas gespeende biggen de eerste
dagen nog eens per dag een papje
bijgevoerd. Hennie: “We willen de
biggen verwennen, zodat ze zoveel
mogelijk opnemen en ze daarnaast
alvast wennen aan vast voer. De
overgang na het spenen is dan veel
geleidelijker, zeker nu ze wat ouder
zijn bij het spenen. Het hangt allemaal
met elkaar samen.”
PIéTRAIN
Sinds vorig jaar worden de zeugen ook
geënt tegen Abortus Blauw en stapten
de varkenshouders over van een Topigs
20 x Tempo kruising naar een combinatie
van een Topigs 50 zeug met een piétrain
beer. “Zo hopen we sterkere en meer
vleestypische biggen te produceren”,
legt Arjan uit. “piétrains zijn natuurlijk
wel gevoelig en juist daarom is het
misschien ook wel belangrijk dat ze
een paar dagen extra bij de zeug
hebben.” Door die drie dagen extra
kunnen de biggen bovendien langer
profiteren van het bijvoeren in de
kraamstal. “Hennie en Arjan hebben
daar heel intensief op ingezet en dat
betaalt zich terug”, denkt Luit Meijer.
“Het later spenen is dan ook zeker niet
de enige factor, maar ik denk wel dat
het cruciaal is. Hennie en Arjan kunnen
nu gewoon hele mooie, onbesproken
biggen afleveren waar nauwelijks iets
op aan te merken is, en daar was het
om te doen.”
maatschap krijgsman
> 400 zeugen
> 13 ha maïsteelt
> 29 biggen per zeug per jaar
“Doorhetverspringendspenenhebbendebiggendriedagenextrabijdezeug.”
feed
schakel in succes december 201230
feed
Agrifirm Feed en Agrifirm Belgium
werken nauw samen op gebieden waar
dat synergievoordeel oplevert. Agrifirm
Belgium verkoopt bijvoorbeeld al jaren
rundveevoer dat in Oss geproduceerd
is. Onlangs heeft Agrifirm Feed twee
fabrieken in Nederland gesloten en in
de andere fabrieken geïnvesteerd om
de productie te optimaliseren en zoveel
mogelijk te specialiseren. Daarbij is ook
over de grens gekeken. Sinds kort wordt
het legpluimveevoer voor de Nederlandse
markt geproduceerd in drie fabrieken:
Meppel, Wanssum en grobbendonk.
SPeCIALISATIe
“Wij zijn van origine een producent
van legpluimveevoer”, vertelt Koen
van Broeck, commercieel manager van
Agrifirm Belgium. “Later zijn we ook
andere voersoorten gaan produceren,
maar onze specialisatie is nog altijd leg-
pluimvee.” Het legpluimveevoer is 60
procent van de omzet van Agrifirm
Belgium en het bedrijf is marktleider in
de Belgische legsector. Het lag dan ook
voor de hand om juist dit voer in België
te produceren. productie in België heeft
bovendien efficiëntievoordelen. “De
capaciteit van de fabriek wordt nu beter
benut en het transport is voordeliger.
We zitten op maar een uur rijden van
Eindhoven en Breda”, legt directeur
Adrie Brands uit.
kWALITeIT
De kwaliteit van het voer is gelijk aan
die van de Nederlandse fabrieken.
Van Broeck: “We hebben een moderne
fabriek, gebouwd in de jaren negentig,
waarin constant wordt geïnvesteerd
om de hoogste kwaliteit te garanderen.
Daardoor hebben we de modernste
apparatuur, waarmee we bijvoorbeeld
een heel constante structuur kunnen
produceren.” De voeders en de fabriek
moeten uiteraard aan dezelfde
kwaliteits- en veiligheidseisen voldoen
als de Nederlandse fabrieken. Ook de
productiewijze en de grondstoffen zijn
gelijk. Dat geldt ook voor de receptuur,
die exact hetzelfde is als in de fabrieken
in Wanssum en Meppel.
GeeN VeRSChIL
Om te zorgen dat er geen verschil is
tussen het voer uit de verschillende
fabrieken, heeft Agrifirm Belgium
de instellingen van de machines aan-
gepast op die in Nederland. “In eerste
instantie stond de maalfijnheid van
de machines anders afgesteld, waar-
door de structuur verschilde. Inmiddels
hebben we de machines zo afgesteld
dat het voer exact hetzelfde is als in de
Nederlandse fabrieken”, vertelt Brands.
De samen werking is al met al een
voorbeeld van synergie die voor een
duidelijke verbetering van de kostprijs-
efficiency zorgt.
Synergievoordeel door samenwerking
Agrifirm Belgium specialist in legpluimveevoer
Sinds kort worden Nederlandse klanten van Agrifirm Feed voorzien van pluimveevoer
uit de fabriek van Agrifirm Belgium in Grobbendonk. Dit levert belangrijke efficiëntie-
voordelen op.
schakel in succes december 2012 31
De zichtstal biedt bezoekers uitzicht
op ruim 30.000 vleeskuikens. posters
en informatiematerialen geven uitleg
over de Nederlandse vleeskuiken-
houderij. “De informatie waar mensen
normaal mee in aanraking komen is
veel te gekleurd. Ik wil bezoekers laten
zien hoe het werkelijk is, zodat ze zelf
een mening kunnen vormen”, legt
Laarman uit.
WINkeL
Laarman heeft samen met zijn vrouw
Alida een bedrijf met 140.000 vlees-
kuikens in het Drentse Ruinen. Vader
Wim helpt mee op het bedrijf. Tot vijf
jaar geleden hielden de pluimveehouders
Vleeskuikenhouder Johan Laarman greep de bouw van zijn nieuwe stal aan om een
zichtstal te realiseren. hij hoopt daarmee een positieve bijdrage te leveren aan het
imago van de sector.
Investeren in imago met zichtstal
Vleeskuikenhouder wil openheid geven
kalkoenen, maar gezondheidsproblemen
en de afhankelijkheid van Duitse slachte-
rijen deden hen besluiten over te stappen
naar vleeskuikens. Naast het pluimvee-
bedrijf heeft Laarman, die eerder als
poelier werkte, een winkel waar hij kip,
kalkoen en, in het seizoen, wild verkoopt.
PoSITIeVe ReACTIeS
De winkel speelde een belangrijke rol
in de keuze voor een zichtstal. “Klanten
vragen heel vaak hoe de kuikens gehou-
den worden. We lieten ze dan eerder
een kijkje nemen vanuit het voerhok
en dan bleek dat mensen echt een heel
vertekend beeld hadden. We kregen
eigenlijk alleen maar positieve reacties
en veel begrip als we uitlegden hoe
vleeskuikens gehouden worden. Dat
wilden we breder uitdragen. De zicht-
stal zien we als een investering in de
sector.” Openheid en eerlijkheid staan
daarbij centraal. Laarman wil een reëel
beeld geven, daarom is de zichtstal de
gehele ronde geopend.
GoeD VeRhAAL
“Je moet het niet mooier maken dan het
is. Het is wel belangrijk om een goed
verhaal te hebben. Duurzaam produceren
gaat vaak samen met wat goed is voor
het bedrijf.” Diergezondheid zorgt
bijvoorbeeld voor zowel een beter
resultaat als voor een laag antibiotica-
gebruik. Behalve zorgvuldig afgestemde
voeding, met voldoende vitaminen en
mineralen, speelt het klimaat daar een
belangrijke rol in. Warmtewisselaars,
indirect gestookte gasheaters en een
CO2-meter dragen bij aan een optimaal
klimaat, lager energiegebruik en minder
ammoniakuitstoot. “Duurzaamheid en
rendement versterken elkaar. Dat geldt
ook voor de zichtstal. Die ondersteunt
onze winkel en andersom. Het moet
ook commercieel werken, het één kan
niet zonder het ander. Ik ben er van
overtuigd dat openheid en een
goed imago zich direct en indirect
terug betaalt.”
JohanLaarmanenAgrifirmFeedspecialistMaartenRupertindezichtstal.
feed
JohanLaarman>
schakel in succes is het klantenblad van Agrifirm en verschijnt 6 keer per jaar. Redactie Afdeling Communicatie Agrifirm ([email protected]) Fotografie Marten Aukes, Marcel Bekken, Albert Brunsting, Jacob Melissen, Lex Salverda, Carla Scholten Linde en Agrifirm Concept en realisatie JEEN bureau voor communicatie Drukwerk Ten Brink, Meppel
ISSN 2211-5811
colofon
Samenspel Conrad Corts (l) begon in 2005, samen met zijn vrouw Nicky, een biologisch legpluimveebedrijf. Inmiddels hebben ze 12.000
hennen en 9 hectare grond. Conrad mengt zijn voer zelf, met een groot aandeel enkelvoudige grondstoffen. Dat vraagt om een
zorgvuldige afstemming van het kernvoer. De nutritionele kennis die Conrad eerder opdeed als pluimveespecialist bij Agrifirm
komt hem daarbij goed van pas, maar als het ook zijn pet te boven gaat kan hij altijd terecht bij Lutien Groeneveld (m). Zij
begeleidt hem in de nutritionele vraagstukken. Voor praktische en managementtechnische zaken overlegt Conrad met specialist
Wilco Wijlhuizen (r). Zo zorgen ze er in een samenspel van pluimveehouder, specialist en nutritionist voor dat het bedrijf steeds
een stapje verder komt.
“ De samenwerking met Wilco en Lutien is echt een samenspel. Ieder op hun eigen vakgebied hebben ze veel kennis en ze zijn altijd bereid om mee te denken.”
Conrad Corts biologischpluimveehouder inHavelte
“Conrad is een ondernemer die altijd een stapje verder wil en zelf veel verstand van kippen en voeding heeft. Samen kunnen
we hem het maatwerk bieden waar hij om vraagt.”
Wilco Wijlhuizen specialistLegpluimveebijAgrifirmFeed
Lutien Groeneveld nutritionistLegpluimveebijAgrifirmFeed