Reader WPL1 2019-2020 - In*Oost€¦ · De volgende twee OT zijn verplicht en zijn een onderdeel...

Werkplekleren 1

Reader WPL1 – 2019-2020

Naam student:

Vakgroep:

Locatie IN*oost:

P a g i n a | 1

WPL 1 IN*oost

Inhoudsopgave Welkom en inleiding 3 Leeswijzer 4 WPL 1 : Dossier Oriëntatie op Beroep: algemene informatie 5 Overzichtslijst Ontwikkeltaken 6

Planning per week Periode 2 Week 2.1 14-15 november 2019 7

Week 2.2 21-22 november 2019 8

Week 2.3 28-29 november 2019 9

Week 2.4 5-6 december 2019 10

Week 2.5 12-13 december 2019 11

Week 2.6 19-20 december 2019 12

Week 2.7 9-10 januari 2020 13

Week 2.8 16-17 januari 2020 14

Periode 3

Week 3.1 6-7 februari 2020 15

Week 3.2. 13 februari 2020 15

Week 3.3 20-21 februari 2020 16

Week 3.4 5 - 6 maart 2020 17

Week 3.5 12-13 maart 2020 17

Week 3.6 19 - 20 maart 2020 18

Week 3.7 26-27 maart 2020 18

Week 3.8 2-3 april 2020 19

Beoordeling en Ontwikkeltaken Tussenbeoordeling Oriëntatie op beroep: 20

Beoordelingsformulier Tussenbeoordeling 21

Praktijkbeoordeling dossier Oriëntatie op beroep 22

Ontwikkeltaak 1 Reflectie: op weg naar het docentschap 23

Beoordeling Ontwikkeltaak 1 Reflectie: op weg naar het docentschap 25

Ontwikkeltaak 2 Instructie: ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’ 26

Beoordeling OT 2 Instructie: ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’ 28

Ontwikkeltaak 3 Verschil moet er zijn: mijn ideale school 29

Beoordeling Ontwikkeltaak 3 Verschil moet er zijn: mijn ideale school 30

Ontwikkeltaak 4 Het praktijkonderzoek 31

Beoordeling Ontwikkeltaak 4 Het praktijkonderzoek 36

P a g i n a | 2

WPL 1 IN*oost

Bijlagen 1. Logboekje 37 2. ABCD - reflectiemodel 38 3. Reflectiecyclus van Korthagen 39 4. Uitgewerkt reflectiemodel Korthagen 40 5. De opzet van een les 42 6. Observeren algemeen 43 7. Observeren docentengedrag 45 8. Kenmerken goede les 46 9. Lesvoorbereiding 47 10. SMART formuleren van leerdoelen 49

Gebruikte afkortingen

WPL = werkplekleren OWK = onderwijskunde SO = schoolopleider IO = instituutsopleider WPB = werkplekbegeleider OT = Ontwikkeltaak

P a g i n a | 3

WPL 1 IN*oost

Welkom en inleiding Welkom bij de opleidingsschool IN*oost! IN*oost staat voor Innovatie en Naoberschap.

Innoveren en experimenteren. Op de diverse scholen van IN*oost is een scala aan onderwijsvormen te ontdekken. Scholen met Technasium, tweetalig onderwijs, met een flexrooster, keuzevrijheid van leerlingen voor een mentor, maatwerk voor leerlingen enz. De medewerkers van de scholen staan open voor nieuwe ontwikkelingen. Dat is de basis waarop studenten tijdens het werkplekleren volop de kans krijgen hun eigen ontwikkeling vorm te geven. Noaberschap is hét uitgangspunt binnen Opleidingsschool IN*oost. De medewerkers zijn betrokken bij elkaar en bij de opleidingsschool. Ieders inbreng is welkom en waardevol. Als professionals heb je elkaar nodig en in het onderwijs kom je samen verder dan alleen. Deze visie is voelbaar en wordt door docenten in opleiding ook ervaren. Opleidingsschool IN*oost biedt een inspirerende en veilige omgeving, waarin studenten vanaf de eerste dag worden verwelkomd als collega’s en zoveel mogelijk bij alle schoolactiviteiten worden betrokken.

We hopen dat je na het afronden van WPL1 een onderbouwd antwoord kunt geven op de vraag ‘Wil en kan ik docent worden?’. Om deze vraag te kunnen beantwoorden voer je tijdens WPL1 verschillende activiteiten uit. Denk bijvoorbeeld aan het observeren/voorbereiden/geven van (deel)lessen, betrokken zijn bij de kerstviering of de Open Dag. Voor je ligt de planning en het materiaal waarmee je de komende periode aan de slag gaat. Het is een pakket geworden waarmee je vorm en inhoud kunt geven aan het onderwijs tijdens de stageperiode. Het is belangrijk dat jij als student de leiding neemt in jouw leerproces en dat jij dit met de hulp van de begeleiders vorm gaat geven. Je werkt aan je Groeidossier. Je loopt op één van de scholen van de Opleidingsschool IN*oost op donderdag stage en op vrijdag volg je op één van de scholen Onderwijskunde (OWK). De locaties voor de colleges OWK verschillen per periode. De + 35 studenten zijn in twee groepen ingedeeld. Dit jaar betreft het kring Doetinchem (Ulenhof – Ludger - Rietveld - Metzo - Gerrit Komrij) en de kring Achterhoek (Almende-Schaersvoorde). Je maakt op die manier kennis met een VMBO-locatie en een H/V-locatie.

Indeling in schema

Periode 2 15-11 t/m 17-1 Periode 3 6-2 t/m 3-4

Doetinchem: Metzo 9.00 – 12.00 Doetinchem: Rietveld 13.00 – 16.00

Achterhoek: Isala 13.00 – 16.00 Achterhoek: Schaersvoorde: 9.00 - 12.00

Deze reader is zodanig samengesteld dat je in staat wordt gesteld om de theorie en praktijk van het onderwijs met elkaar te verbinden. Je zult soms heel intensief met dit materiaal werken en soms dient het als achtergrondinformatie. Je neemt het in ieder geval naar alle bijeenkomsten mee, dus zowel op donderdag als op vrijdag. In de reader word je diverse keren naar de website van IN*oost verwezen. We wensen je heel veel plezier en hopen dat je tijdens deze stage met behulp van dit materiaal antwoord weet te geven op de vraag Wil en Kan ik leraar worden? Marian Baars (Schoolopleider IN*oost) Bob Lejeune (Instituutsopleider HAN) Hanneke van Sas (Onderwijskundige HAN) Beate Velthuis (Schoolopleider IN*oost)

P a g i n a | 4

WPL 1 IN*oost

Leeswijzer Naast een summiere uitleg over het Dossier Oriëntatie op het Beroep bevat deze reader planningen per week, de beschrijving van de inhoud en de beoordelingen van het Dossier Oriëntatie op beroep en de beschrijvingen en beoordelingen van de verplichte Ontwikkeltaken. Daarnaast is er een overzichtslijst van Ontwikkeltaken die beschreven staan op de site van IN*oost: http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/

Planningen per week Per dag wordt kort vermeld wat de focus van de dag is, welke voorbereiding er verondersteld wordt, welke activiteiten er ontplooid kunnen worden en wat het onderwerp is van de persoonlijke reflectie. De donderdagopbrengsten worden besproken op vrijdag bij OWK.

Ontwikkeltaken Je werkt in periode 2 en 3 aan ontwikkeltaken (afgekort: OT). De volgende twee OT zijn verplicht en zijn een onderdeel van de tussenbeoordeling WPL1 op het einde van periode 2. Zie InleverApp: Oriëntatie op beroep. Ontwikkeltaak 1 Reflectie: op weg naar het docentschap Ontwikkeltaak 2 Instructie: ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’ Zie InleverApp ‘Dossier Oriëntatie op het beroep’. Voor de praktijkbeoordeling op het einde van periode 3 zijn verplicht: Ontwikkeltaak 3 Verschil moet er zijn: mijn ideale school Ontwikkeltaak 4 Het praktijkonderzoek Je werkt in periode 2 en 3 ook aan andere OT. Deze OT kunnen jou ondersteunen om jouw persoonlijke leerdoelen te formuleren en te behalen. Zie voor meer informatie pagina 5-6 van deze reader.

Thema’s Op vrijdag worden tijdens OWK thema’s besproken, die een relatie hebben met de opdrachten van de donderdag. De informatie over deze thema’s wordt in de colleges OWK besproken/ aangereikt.

Bijlagen

Zowel op donderdag als op vrijdag wordt er naar bijlagen verwezen. Bepaalde bijlagen vind je in deze reader; de andere staan op de website IN*oost. Zie: http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/

en/of op OnderwijsOnline van de HAN.

http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/


P a g i n a | 5

WPL 1 IN*oost

WPL 1 : Dossier Oriëntatie op Beroep: algemene informatie

Het doel van WPL1 is dat je aan het eind van de stage antwoord kunt geven op de vraag ‘Wil en kan ik docent worden?’. Tijdens WPL1 voer je om deze vraag te kunnen beantwoorden, verschillende activiteiten uit. Denk bijvoorbeeld aan het observeren van (deel)lessen, het voorbereiden en geven van (deel)lessen, het (samen) nakijken van een toets, helpen bij de kerstviering of de Open Dag. Tijdens deze periode is het belangrijk dat jij als student de leiding neemt in jouw leerproces en dat jij dit met de hulp van de begeleiders vorm geeft. Belangrijke informatie rondom de stage en de beoordeling vind je op de site van Bureau Extern: https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-informatie

Groeidossier/presentatiedossier Om je ontwikkeling gedurende je gehele stage te volgen houd je een Groeidossier bij waarin je je ontwikkeling vastlegt. Aan de hand van het Groeidossier stel je het Presentatiedossier samen. Bestudeer de informatie die hoort bij het Groeidossier, zodat duidelijk voor je is hoe je hiermee gaat werken en wat er van je verwacht wordt. Je vindt die informatie op: https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-informatie/Handleiding-student-integraal-handelen-niv-1-VT19-20.pdf Je kunt het format IN*oost Groeidossier gebruiken om je Groeidossier vorm te geven, maar je kunt ook een andere vorm kiezen. Voor het format zie: http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/

Ontwikkeltaken Gedurende WPL1 werk je met leeruitkomsten. Vanuit deze leeruitkomsten stel jij leerdoelen voor jezelf op, waarbij je duidelijk aangeeft bij welke bekwaamheidseisen deze doelen horen. Je zult activiteiten moeten uitvoeren om uiteindelijk deze leerdoelen te kunnen behalen. Er zijn een aantal Ontwikkeltaken verplicht (Ontwikkeltaak 1 t/m 4) maar daarnaast kun je een OT kiezen en/of zelf formuleren die aansluit bij jouw persoonlijke leerdoelen. Op de website van IN*oost http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/ staan een aantal OT beschreven. Bepaal welke voor jou relevant is/zijn en welke OT je kan helpen om aan jouw leeruitkomsten te werken. Na elke OT beschrijf je wat je ervan geleerd hebt en wat de volgende stap is in jouw ontwikkeling met betrekking tot dit leerdoel. Zo’n OT bespreek je vooraf met je WPB en samen bepaal je aan welke beoordelingscriteria die OT moet voldoen. Het beoordelingsmodel dat bij de OT staat, is daarbij richtinggevend. Na overleg met je WPB kun je daarvan afwijken. Als de OT voor voldaan is ondertekend door je WPB en/of SO neem je die OT op in je Groeidossier.

https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-informatie

https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-informatie/Handleiding-student-integraal-handelen-niv-1-VT19-20.pdf

https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-informatie/Handleiding-student-integraal-handelen-niv-1-VT19-20.pdf



P a g i n a | 6

WPL 1 IN*oost

Overzichtslijst Keuze Ontwikkeltaken

In het onderstaande schema staan de titels van de OT en de betreffende bekwaamheidsgebieden. De nadere inhoudelijke uitwerking en beoordeling van deze OT is te vinden op de website van http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/

Ontwikkeltaken WPL 1

Brede professionele basis

Pedagogisch bekwaam

Vakinhoudelijk bekwaam

Vakdidactisch bekwaam

De leerling in beeld x x

De docent in beeld x x x x

Rolgedrag x

De school in beeld x x x x

De Open Dag x x x x

De docent als gastheer x x x

De docent als presentator x x

Lichaamstaal en expressie x x

De escalatieladder x x

Groepsprocessen x x

De goede les: DI lesfase 1 en 2 x x x x

Een toets: het beoordelingsmodel x x

Hoe leest een leerling jouw toetsvraag? x x

Een summatieve toets afnemen x X

Een summatieve toets nagekeken en wat nu?

x x x

De zorgleerling: de hulpvraag x x x

De zorgleerling: het spiekboekje x x x


P a g i n a | 7

WPL 1 IN*oost

WPL1 – periode 2 – week 1 stage op school donderdag 14 november 2019 Focus: Kennismaken en … Wat valt je op? Voorbereiding door student

Je hebt je verdiept in de stageschool. Gebruik daarvoor de website van de stageschool. Daarnaast vraag je je af wat jij wilt leren.

Introductie zoals gebruikelijk is op de diverse scholen door SO:

Afhandeling formaliteiten (VOG: afhankelijk van de school)

Wederzijdse verwachtingen bij deze stage

Beoordeling en begeleiding

Rondleiding

Geschreven en ongeschreven regels van de school

Voorstelartikel in het personeelsblad Dagopdracht

Kennismaken met de WPB (of sectieleden) en aanwezig in zijn/haar lessen.

Afspraken maken over communicatie met WPB: hoe en wanneer.

Observeren: Wat valt op? Noteer dat. Dit is de aanzet voor OT 1. Persoonlijke afronding dag

Bedenk wat je meeneemt naar de vrijdagbijeenkomst: vragen, opmerkingen….

Bespreek dat met je medestagiair of WPB of SO…

WPL1 – periode 2 week 1 OWK op locatie X vrijdag 15 november 2019 Introductie

Kennismaking met de groep OWK

Welkomstwoord door iemand van de school + rondleiding (en eventuele afspraken)

Doornemen algemene planning stageperiode.

Groeidossier/presentatiedossier

Plan voor de stagedagen opstellen: wat ga je doen? Wat zijn je ontwikkeldoelen en/of leerdoelen? Lijst van Ontwikkeltaken introduceren. Welke zijn verplicht? Welke zijn optioneel? Groeidossier: hoe vul jij dat (visueel) in? Gebruik je het Format Groeidossier (Zie http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/ of een andere vorm? Perspectief wisselen

Context van de school: ‘rolwisseling’

Terugblik op de stagedag: wat viel/valt op?

Wat is jouw rol binnen deze context? Beroepshouding. Wat wordt ervan je verwacht op stage en bij OWK? Deze beroepshouding is onderdeel van de brede professionele basis: een van de bekwaamheidseisen.

Aanwezigheidsplicht op donderdag en vrijdag. Reflectie: theoretische verdieping: het logboek. Zie bijlage 1.

Uitleg van OT 1- Reflectie

Waarvoor dient reflectie?

Kennismaken met mogelijk modellen om te reflecteren, om je persoonlijke groei vast te leggen.

ABDC-reflectiemodel; zie bijlage 2

Huiswerk

Directe Instructiemodel

Voorbereiden les DI-model (voor studenten die het model al kennen)



P a g i n a | 8

WPL 1 IN*oost

WPL1 – periode 2 – week 2 stage op school donderdag 21 november 2019 Focus: Wat wil ik leren? En Wat maakt een les tot een goede les?

Dagopdracht • Voer het Startgesprek met je WerkPlekBegeleider(s) (WPB en/of SO). • Bekijk lijst OT van IN*oost. • Maak afspraken met je WPB over het geven van een les(deel) op de volgende stagedagen; o.a.

voor een lesdeel met opnames. Vraag na wat het beleid op de school is t.a.v. het maken van opnamen.

• Leg een individuele leerling iets uit en/of begeleid een groepje leerlingen bij zelfstandig werken. • Observeer een les/lessen: wat wil je zien? Waar ga je op letten?

Persoonlijke afronding dag

• Bespreek OT 1 - Reflectie: op weg naar het docentschap met SO. • Wat maakt voor jou een les goed? Blik terug op eigen middelbare schooltijd… welke docent was

een inspiratie voor jou, welke lessen sprongen eruit en waardoor, etc. • OT 1 - Reflectie volgens ABCD-model (1) • Werk aan je Groeidossier.

Opbrengst Neem de resultaten mee naar de vrijdagbijeenkomst.

WPL1 – periode 2 - week 2 OWK op locatie X vrijdag 22 november 2019 Terugblik op stagedag

Intervisie

Bespreken van je Startgesprek met docent OWK Theoretische verdieping

OT 2 Instructie: ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’ Uitleg over Directe Instructiemodel

Afspraken Uitleg over inbreng studenten tijdens OWK: planning maken: hoe ‘misbruik’ je de ander? Wat wil je oefenen?

P a g i n a | 9

WPL 1 IN*oost

WPL1 – periode 2 – week 3 stage op school donderdag 28 november 2019 Focus: Rolwisseling/perspectiefwisseling

Voorbereiding door student

Maak een afspraak om een medewerker te interviewen. Zie onderstaande vragen.

Dagopdracht Probeer een antwoord krijgen op de volgende vragen:

Welk gedrag verwacht de school van jou als a.s. docent?

Wat is een schoolcultuur en hoe kunnen scholen van elkaar verschillen?

Wat is de cultuur van deze opleidingsschool?

Gesprek/ interview met een medewerker.

Buiten de les: Ga op zoek naar een situatie waarin je gedwongen wordt je als docent op te stellen: kantine of …..

Leg een individuele leerling iets uit en/of begeleid een groepje leerlingen bij zelfstandig werken en/of geef een (deel)les.


Groeidossier. Is het gelukt om aan je ontwikkel/leerdoel te werken? Wat wordt je ontwikkel/leerdoel voor volgende week?

OT 1 - Reflectie: ABCD-model (2)

Hoe heb je de rolwisseling ervaren? Leerling student docent?


WPL1 – periode 2 - week 3 OWK op locatie X vrijdag 29 november 2019

Terugblik op stagedag

Intervisie

Gesprekspunt: de rolwisseling

Theoretische verdieping

Bespreking Reflectiecyclus Korthagen; zie bijlage 3 en 4.

Daadwerkelijk observeren van een start van een les met behulp van een observatiemodel.

DI -nadere bespreking

Introductie OT 4 - Het praktijkonderzoek

Onderzoekscyclus en observeren/ deadlines worden gegeven.

Werken aan OT 2 – Instructie: ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’

Huiswerk Neem contact op met de onderzoeksbegeleider op je stageschool.

P a g i n a | 10

WPL 1 IN*oost

WPL1 – periode 2 – week 4 stage op school donderdag 5 december 2019 Focus: Rolwisseling/perspectiefwisseling


Bereid een deel(les) voor.

Neem het observatieschema mee dat je bij OWK hebt ontwikkeld/hebt gekregen.

Vraag na of het mogelijk is een overleg bij te wonen.

Dagopdracht

Leg een individuele leerling iets uit, met het accent op actief luisteren en aansluiten bij het taalniveau en de behoefte van de leerling.

Geef een (deel)les.

Maak kennis met de onderzoeksbegeleider van de school.

Sinterklaasviering: wat valt je op?


Groeidossier. Is het gelukt om aan je ontwikkel/leerdoel te werken? Wat wordt je ontwikkel/leerdoel voor volgende week?

OT 1 - Reflectie: reflectiecyclus Korthagen (1)


WPL1 – periode 2 - week 4 OWK op locatie X vrijdag 6 december 2019

Terugblik op stagedag:

Intervisie

OT 4 - Het praktijkonderzoek

Literatuurstudie rondom thema’s OT 4: belonen en corrigeren.

Observatiemodellen

Optioneel

Expertles over onderwijsvormen.

Huiswerk

Vragen voorbereiden voor speeddate OOP.

P a g i n a | 11

WPL 1 IN*oost

WPL1 – periode 2 – week 5 stage op school donderdag 12 december 2019 Focus: een andere school, een andere cultuur?

Dagopdracht

Geef een (deel)les.

Nog niet gedaan? Gesprek/interview met een medewerker.

Buiten de les: zoek naar een situatie waarin je gedwongen wordt je als docent op te stellen:

kantine of …..

Tijdens de les: kijk of je individuele leerlingen of groepjes leerlingen kunt helpen.

Wat is het eigene van deze school? Wat is anders dan je eigen middelbare school?

Werken aan het OT 2 - Instructie en OT 4 – Het praktijkonderzoek


Groeidossier

Welke OT heb je gedaan? Afgetekend door WPB?

Wat wordt er verwacht tijdens je tussenbeoordeling? Wat moet je dan nog laten zien? Hoe ga je dit aantonen tijdens het gesprek?

OT 1 - Reflectie: reflectiecyclus van Korthagen (2e )


WPL1 – periode 2 week 5 OWK op locatie X vrijdag 13 december 2019

Terugblik op stagedag:

Intervisie

Toelichting OT 3 - Verschil moet er zijn: mijn ideale school.

Toelichting tussenbeoordeling

Speeddate met OOP’ers van de school

Peerfeedback geven en ontvangen op OT 1 - Reflectie

Huiswerk

Werken aan het Groeidossier Voorbereiden tussenbeoordeling: Beoordelingsformulier voor WPB

WPL1 – periode 2 week 4 OWK op locatie X vrijdag 6 december

20

P a g i n a | 12

WPL 1 IN*oost

WPL1 – periode 2 – week 6 stage op school donderdag 19 december 2019 Focus: het interview

Voorbereiding door student Je hebt een afspraak gemaakt voor een interview (OT 4 - Het praktijkonderzoek) en je weet welke

(deel)les je gaat geven.

Bereid de deelles voor.

Dagopdracht

Jij regelt een gesprek tussen de jou/jullie en één of meer docenten met als onderwerp het gekozen thema van het onderzoek.

Je geeft een (deel)les.

Werken aan OT 4 - Het praktijkonderzoek.

Afronding dag door SO OT 1 – Reflectie: reflectiecyclus Korthagen (3)

Bespreken (deel)les met de WPB en/of de SO.

Werken aan OT 3: Verschil moet er zijn: mijn ideale school

Bespreek met de SO je concrete plan en opties en denk na over de volgende vragen:

Welke type docenten werken er op deze school (kwaliteiten)?

Hoe gaan de docenten met de leerlingen om (begeleiding)?

Hoe geven de docenten les op deze school (didactiek)?

Hoe werken de docenten met elkaar samen (organisatie)?

Hoe zien het schoolgebouw en omgeving er uit (randvoorwaarden)?

De vrijdag voor de kerstvakantie staat vaak in het teken van Kerstvieringen/Jaarafsluitingen. Overleg met je WPB/SO wat voor jou een zinvolle invulling is.

Het bezoek van De Open Dag en/of een stagedag op een andere school zijn opties.

WPL1 – periode 2 - week 6 geen OWK op locatie X vrijdag 20 december 2019

Deze dag kun je gebruiken voor OT 3 - Verschil moet er zijn: mijn ideale school.

Tijd voor voorbereiding van tussenbeoordeling.

P a g i n a | 13

WPL 1 IN*oost

WPL1 – periode 2 – week 7 stage op school donderdag 9 januari 2020 Focus: vakdidactiek en ICT

Voorbereiding student • Tussenevaluatie-gesprek afspreken met SO en WPB. Neem zelf het initiatief! Maak een concrete

afspraak voor de tussenevaluatie. Bestudeer de documenten informeer je WPB en SO.

• Afronding OT 1

Dagopdracht • Onderzoek wat jouw school aan ICT gebruikt en wat dat voor je eigen lessen kan betekenen:

formuleer je eigen OT ICT. • Geef een deelles of les. • Help een individuele leerling. • Werk aan OT 4 - Het praktijkonderzoek.

Persoonlijke afronding dag Bekijk wat je voor de volgende dag nodig hebt. Opbrengst

Neem de resultaten mee naar de vrijdagbijeenkomst.

WPL1 – periode 2 - week 7 OWK op locatie X vrijdag 10 januari 2020


Intervisie

Deelles ICT van expert (onder voorbehoud) Werken aan OT 2 • Vergeet niet je je beeldmateriaal voor OT 2 mee te nemen. • Bekijken van fragmenten EI en KEI: geef elkaar tips en tops bij de fragmenten. • Verwerk tips en tops in OT 2- Instructie

Werken aan Groeidossier/Presentatiedossier OT 4 - Het praktijkonderzoek

Uitleg over interviewen en toelichting presentatievorm

Uitleg rol onderzoeksbegeleider school: twee keer een GO. Daarna kun je pas definitief gaan observeren en interviewen.

P a g i n a | 14

WPL 1 IN*oost

WPL1 - periode 2 - week 8 stage op school donderdag 16 januari 2020 Focus: Terugblikken en vooruitkijken


Ontwikkel een (deel)les met het accent op ICT

Schrijf een zelfevaluatie en mail die op tijd naar de SO en WPB

Dagopdracht

Geef een les of deelles met gebruik van ICT


Het Groeidossier: definitieve tussenbeoordeling met WPB en SO. Welke presentatievorm heb je

gekozen?

Opbrengst


WPL-1 - periode 2 - week 8 OWK op locatie vrijdag 17 januari 2020


• Bespreken van de tussenevaluaties.

Inleveren Presentatiedossier/Groeidossier (Inclusief OT 1 en 2!) OT 4: Het praktijkonderzoek Zelfstandig aan de slag

P a g i n a | 15

WPL 1 IN*oost

WPL-1 periode 3 week 1 stage op school donderdag 6 februari 2020 Focus: een andere school, een andere cultuur? Voorbereiding door student

Bespreek je Groeidossier met je SO en/of WPL.

Bedenk hoe je in deze periode 3 gaat reflecteren. Dagopdracht

Werken aan de OT 3 - Verschil moet er zijn: mijn ideale school

Lesgeven blijft belangrijk!

Reflectie: afspraak maken met je WPL/SO. Hoe blijf je reflecteren? Opbrengst Neem de resultaten mee naar de vrijdagbijeenkomst.

Let op: je wordt op een ander tijdstip op een andere locatie verwacht.

WPL-1 periode 3 week 1 OWK op locatie Y vrijdag 7 februari 2020 Terugblik

Intervisie

Kennismaken met de nieuwe school (welkomstpraatje + rondleiding door studenten)

De 5 rollen van de docent: de gedragsindicatoren.

Planning derde periode. OT 3 – Verschil moet er zijn: mijn ideale school Afspreken presentaties 20 februari 2020. OT 4 – Het praktijkonderzoek

Uitleg APA-richtlijnen en data-analyse

Zelfstandig aan de slag met OT 4: observaties en interviews: deadline Stap 1

WPL-1 - periode 3 - week 2 Stage op school donderdag 13 februari 2020 Focus: Lesgeven en ICT


Regel dat je een (deel)les kunt geven.

Ontwerp die deelles. Is ICT relevant voor deze les? Vakinhoudelijk? Pedagogisch? Vakdidactisch?

Dagopdracht

Onderzoek verschillen in ICT- gebruik.

Interview WPB over ICT-gebruik in de les.


ICT: Waarover ben jij enthousiast?

Opbrengst Verwerk de resultaten in je Groeidossier.

Verplichte IN *oost- bijeenkomst- geen OWK op vrijdag. Uitnodiging volgt.

P a g i n a | 16

WPL 1 IN*oost

WPL-1 - periode 3 - week 3 stage op school donderdag 20 februari 2020 Focus: Eén klas met meerdere docenten


Bespreek met de WPB welke klas je een dag gaat volgen.

Vraag toestemming aan de docenten van de klas van je keuze om in hun les te zijn.

Oriënteer je op mogelijke observatiemodellen

Dagopdracht

Hoe heeft het gedrag van de docent invloed op het klassenklimaat? Loop deze dag mee met één klas en vind antwoord op bovenstaande vraag.

Geven van presentaties OT3 - Verschil moet er zijn: mijn ideale school


Wat heb je waargenomen bij de observaties?


WPL – 1 periode 3 - week 3 OWK op locatie Y vrijdag 21 februari 2020 Terugblik op stagedag: intervisie

Uitleg

Belonen en corrigeren

Escalatieladder

Klassenmanagement. (Gastles)

Beroepshouding: rolwisseling. Hoe kijk je daar tegenaan t.o.v. de eerste bijeenkomst?

OT 4 : verder werken aan data-analyse, observaties en interviews

Groeidossier

WPL-1 - periode 3 - week 4 stage op school donderdag 5 maart 2020

Focus: De klas als groep

Voorbereiding door student • Werk voor OT 3 je schriftelijke reflectie uit.

Dagopdracht • Geef les of deelles.

• Adequaat reageren op leerlinggedrag. Video-opname met interactief gedrag. Neem die mee naar

OWK.

• Bespreken met je WPB/SO je schriftelijke reflectie bij OT 3. Neem de beoordeling op in je

Groeidossier.

Persoonlijke afronding dag • Bespreken van de video-opname; zoek een geschikte gesprekspartner.


P a g i n a | 17

WPL 1 IN*oost

WPL-1 periode 3 – week 4 OWK op locatie Y vrijdag 6 maart 2020

Terugblik op stagedag; gebruik van de video-opnamen. (Maximaal 3 minuten)

OT 4 - Het praktijkonderzoek: peerfeedback n.a.v. data-analyse

Gastles Zorg. Bedenk welke LWT daarbij zou kunnen aansluiten.

Afspraak maken over je eindbeoordeling. Wat heb je nog nodig? Wat moet je nog doen?

WPL-1 periode 3 – week 5 stage op school donderdag 12 maart 2020 Focus: Zorg voor leerlingen


Oriënteer je op een OT rond zorg.

Maak een concrete afspraak met je WPB /SO over je eindevaluatie/zelfevaluatie. Dagopdracht

Onderneem de activiteiten die aansluiten bij de OT Zorg

Plan het eindgesprek met SO en WPB. Dagopdracht

Les of deelles geven

Op passende en professionele wijze contact maken met de leerlingen tijdens de les en dat contact inzetten om een beeld te vormen van hun leefwereld.

Observeren van leerlingen: leerlinggedrag en -kenmerken.

Werk aan OT 4 - Het praktijkonderzoek. Persoonlijke afronding dag

Zorg voor leerlingen: wat heb je gezien en gehoord en hoe ga je ermee om? Opbrengst


WPL-1 – periode 3 week 5 OWK op locatie Y vrijdag 13 maart 2020

Terugblik op stagedag: intervisie OT 4- Het praktijkonderzoek: presentaties voorbereiden Uitleg eindbeoordeling: IN*oost Parade Huiswerk Afsluiten van de les : De 5 rollen van de docent en het DI-model.

P a g i n a | 18

WPL 1 IN*oost

WPL-1 – periode 3 – week 6 stage op school donderdag 19 maart 202 Focus: Kan en wil ik docent worden?

Voorbereiding door student Mail je WPB het Lesvoorbereidingsformulier. Noem een concreet feedbackpunt

Dagopdracht

Schrijf een eindreflectie

Vraag om (schriftelijke) feedback van de WPB

Noteer aandachtspunten voor je Groeidossier voor WPL -2A

Werk aan OT 4 - Het praktijkonderzoek

Maak een concrete afspraak met je WPB /SO over je eindevaluatie/zelfevaluatie. Plan het beoordelingsgesprek met je WPB en SO in week 7.

Werken aan IN*oost Parade


WPL -1 periode 3 – week 6 OWK op locatie Y vrijdag 20 maart 2020

Terugblik op stagedag: intervisie Presentaties en beoordelingen van OT 4 - Het praktijkonderzoek door docent OWK en IO en/of SO Werken aan afronding van WPL 1- IN*oost Parade

WPL 1 – periode 3 - week 7 stage op school donderdag 26 maart 2020 Focus: Kan en wil ik docent worden?


Maak een concrete afspraak met je WPB /SO over je eindevaluatie/zelfevaluatie.

Stuur je WPB en SO de benodigde documenten Dagopdracht

Zorg ervoor dat je WPB het juiste beoordelingsformulier krijgt en invult.

Werken aan de eindbeoordeling IN*oost Parade

WPL 1 – periode 3 - week 7 OWK op locatie Y vrijdag 27 maart 2020

Terugblik op stagedag: intervisie

Evaluatie in HBO-spiegel invullen.

Werken aan de eindbeoordeling IN*oost Parade

WPL 1 – periode 3 - week 8 stage op school donderdag 2 april 2020

P a g i n a | 19

WPL 1 IN*oost

WPL 1 – periode 3 - week 8 stage op school donderdag 2 april 2020 Focus: Kan en wil ik docent worden?

Dagopdracht Handel alle zaken correct af. Centraal afsluiten door schoolopleider

Bespreken van je Groeidossier en Presentatiedossier

Invullen van de enquête van IN*oost over de stage en een evaluatie over de eigen school als WPL1-plek.

Kring Doetinchem houdt de IN*oost Parade

WPL 1 – periode 3 - week 8 OWK op locatie Y vrijdag 3 april 2020

Kring Achterhoek houdt de IN*oost Parade

P a g i n a | 20

WPL 1 IN*oost

Dossier Oriëntatie op Beroep en beoordeling WPL1: de tussenbeoordeling

Bij de tussenbeoordeling – op het eind van periode 2 - moet jij aantonen hoe ver je in je ontwikkeling

staat ten opzichte van de te behalen leeruitkomsten uit het eindbeoordelingsformulier voor WPL1.

Je geeft aan wat het concrete einddoel is, dus welk concreet objectief gedrag we zien als jij aan het

einde van WPL1 bent. Geef ook aan waar jij op het moment van de tussenbeoordeling staat.

Om dit visueel inzichtelijk te maken kun je gebruik maken van vier thermometers, waarbij elke

thermometer staat voor één bekwaamheidseis. Je vindt deze thermometers in het format Groeidossier

IN*oost. Zie: http://www.in-oost.nl/opleiden/wpl1/

De opdracht

De presentatievorm van de tussenbeoordeling is relatief vrij. Je kunt bijvoorbeeld kiezen om een vlog,

video of presentatie te maken van maximaal 10 minuten waarin je je ontwikkeling weergeeft en waarin

je het integraal handelen oefent. Kies je liever een andere presentatievorm, overleg dit met je WPB

en/of SO.

Voorafgaande aan de beoordelingsmomenten mailt de docent OWK een kort verslag per student over het functioneren tijdens de bijeenkomsten OWK betreffende de professionele houding. Dit wordt meegenomen in de uiteindelijke beoordelingen. In week 2.8 (16 januari 2020) van het collegejaar 2019-2020 presenteer je dit aan je SO en WPB. De

begeleiders kunnen na je presentatie nog vragen stellen.

Vervolgens vullen je WPB en SO het tussenbeoordelingsformulier in en je neemt dit getekende formulier

mee naar de bijeenkomst van OWK op vrijdag 17 januari 2020.

Op https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-informatie vind je het

Beoordelingsformulier tussenbeoordeling ‘oriëntatie op het beroep’ periode 2 voltijdopleidingen.

Tijdens de bijeenkomst van OWK op vrijdag 17 januari 2020 vindt er een gesprek plaats tussen jou en de

docent OWK van maximaal 5 minuten. Hierin bespreek je de uitkomsten van jouw presentatie en het

gesprek met je WPB en SO. Je laat tevens het getekende beoordelingsformulier zien en overhandigt een

kopie. De docent OWK kan daarna nog vragen stellen. De docent OWK tekent voor het definitieve cijfer

nadat de verplichte OT 2 – Instructie beoordeeld is. Deze beoordeling neem je als bijlage op in je

Groeidossier/Presentatiedossier.

In geval van twijfel of onduidelijkheden neemt de docent OWK contact op met de SO.

Wat lever je in bij de Tussenbeoordeling:

Het Groeidossier met daarin:

Ontwikkeltaak 1 (goedgekeurd door WPB en/of SO)

Ontwikkeltaak 2 (nog na te kijken door docent OWK)

Overige OT die jouw groei laten zien, getekend door WPB.

Je presentatie van de tussenbeoordeling.

Lever je vlog/video in via: https://videotoetsing.han.nl/P2G/cataloguepage.aspx

Zet de link naar je video/vlog in een Word-bestand en lever dit in, in de HAN Inleverapp. Dit MOET via deze server ingeleverd worden i.v.m. archivering van de toetsing. Als je het via een andere server inlevert, geldt dit niet en ben je dus te laat (kans 1 voorbij). Heb je voor een andere presentatievorm gekozen, dan kan je die presentatie toevoegen in de HAN Inleverapp.

Beoordelaar: Docent OWK

Herkansingen

Definitieve vaststelling van het cijfer kan pas plaatsvinden als Ontwikkeltaak 1 en 2 voldaan zijn. Indien

één van de OT nog niet voldaan is, wordt het cijfer 5 genoteerd in Alluris. Als de herkansing wel voldaan

is, wordt het cijfer van het beoordelingsformulier ingevuld.

De herkansingen voor de OT 1 en 2 worden uiterlijk in week 2.4 ingeleverd (2 maart 2020).



https://videotoetsing.han.nl/P2G/cataloguepage.aspx

P a g i n a | 21

WPL 1 IN*oost

Beoordelingsformulier Tussenbeoordeling ‘oriëntatie op het beroep’ periode 2

Op https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-informatie vind je het Beoordelingsformulier tussenbeoordeling ‘oriëntatie op het beroep’ periode 2 voltijdopleidingen.

De tussenbeoordeling ‘oriëntatie op het beroep’ na periode 2 wordt op de werkplek door de WPB/ SO samen met een lerarenopleider van het instituut (bijvoorbeeld een onderwijskundige , de IO’er) ingevuld en besproken met de student.

Student:

Datum:

Examinatoren:

De student laat zien dat hij zich bewust is van waar hij staat in de ontwikkeling binnen de vier bekwaamheidsgebieden1 door ...

feedback te vragen en deze in te zetten voor zijn verdere ontwikkeling.

op een systematische wijze te werken aan zijn ontwikkeling binnen de vier bekwaamheidsgebieden.

in samenspraak met zijn begeleiders afspraken te maken over de nog te zetten stappen. Onvoldoende

heeft bovenstaande niet of

onvoldoende laten zien

afgelopen periode

Voldoende

heeft bovenstaande

regelmatig laten zien

afgelopen periode

Goed

heeft bovenstaande structureel laten

zien afgelopen periode

4 5 6 7 8 9 10

Eindcijfer: Toelichting op de beoordeling:

Feedforward t.a.v. de ontwikkeling binnen de vier bekwaamheidsgebieden (Zie voor criteria het beoordelingsformulier ‘integraal handelen niveau 1’)

1 Zie beoordelingsformulier integraal handelen niveau 1 voltijd


P a g i n a | 22

WPL 1 IN*oost

Dossier Oriëntatie op Beroep en beoordeling WPL1: de praktijkbeoordeling

Eindbeoordeling: praktijkbeoordeling Deze eindbeoordeling is een speciaal moment, vandaar dat we van dit moment ook iets speciaals gaan

maken. De opdracht voer je op donderdag 2 april 2020 (Kring Doetinchem) of vrijdag 3 april 2020 (Kring

Achterhoek) uit.

De eindbeoordeling bestaat uit twee delen: het gesprek met je WPB en/of de SO en de IN*oost Parade.

EINDGESPREK MET DE WPB EN SO Je bespreekt met de WPB en/of SO de eindbeoordeling. Plan dit gesprek in week 3.7.

Stuur het beoordelingsformulier uiterlijk vijf werkdagen voorafgaand aan het gesprek naar de

WPB en SO. Je vindt op https://specials.han.nl/sites/bureau-extern/studenten/jouw-stage-

informatie het beoordelingsformulier Beoordeling integraal handelen niveau 1

voltijdopleidingen.

Vraag je WPB en/of SO om zeer concrete handelingen te noemen in de feedback. Dit helpt jou om

goede leerdoelen te formuleren.

Vooraf schrijf je een zelfevaluatie voor de eindbeoordeling waarin je beschrijft en bewijst

middels OT in het Groeidossier/Presentatiedossier - dat jij voldoet aan alle bekwaamheidseisen.

Waar sta je op dit moment en wat zijn jouw leerdoelen voor WPL2a?

Je hebt dit ook visueel verduidelijkt, bijvoorbeeld met de thermometers.

Ga vervolgens het gesprek aan over je stage. Gebruik de informatie uit het gesprek en jouw

verslag als input voor je IN*oost Parade.

De WPB en/of SO doen een voorstel voor een cijfer; hun beoordeling op het beoordelings-

formulier is leidend. Controleer of het formulier volledig is ingevuld voor periode 3.

Vul bij ‘examinatoren’ de namen in van je WPB, je SO en je OWK/IO. Zij ondertekenen uiteindelijk

het formulier.

Je bespreekt (maakt in samenwerking ) met de WPB een IN*oost Parade waarbij jij de leiding

neemt in het proces.

IN*oost Parade Algemene eisen:

De IN*oost Parade wordt op ludieke wijze gepresenteerd. Denk bijvoorbeeld aan:

Een vlog

Een filmpje

Een poster

Een mand met spullen die voor jou centraal staan. Aan de hand van deze voorwerpen worden de inhoudelijke eisen van de presentatie langsgelopen.

Een ‘kindermobiel’ waar allemaal sterren aanhangen met steekwoorden. Aan de hand van de sterren worden de inhoudelijke eisen van de presentatie langsgelopen.

De presentatie/uitvoering van de IN*oost Parade duurt maximaal tien minuten.

De WPB en jij spreken samen deze opdracht door. Van beiden is input nodig om de

eindbeoordeling volledig te laten zijn. Jij en je WPB mogen samen presenteren. Is dit niet

mogelijk, dan moet het duidelijk zijn voor de SO en IO/docent OWK wat het aandeel is van je

WPB. Denk bijvoorbeeld aan een stuk geschreven feedback, een opgenomen geluidsfragment of

een filmpje.

Het ingevulde en ondertekende beoordelingsformulier Beoordeling integraal handelen niveau 1 voltijdopleidingen neem je geprint mee naar de presentatie.



P a g i n a | 23

WPL 1 IN*oost

Inhoudelijk eisen: In de IN*oost Parade komt het volgende aan bod:

o Waarom jij WPL1 met een positief resultaat hebt afgerond.

o Jouw ‘Paradepaardje’: waar ben jij het meest tevreden over?

o Jouw belangrijkste leermoment.

o Jouw leerdoelen voor de volgende stage WPL2a.

o Welke activiteiten jij kunt ondernemen om de jou genoemde leerdoelen te behalen.

Uitvoering / de beoordeling De eindbeoordelingen vindt plaats voor de studenten van de kring Doetinchem op donderdag 2

april 2020; voor de studenten van de kring Achterhoek op vrijdag 3 april 2020.

De definitieve planning wordt te zijner tijd bekend gemaakt.

Bij elke presentatie is een SO aanwezig en iemand vanuit de HAN (IO of docent OWK).

De definitieve vaststelling van de eindbeoordeling vindt plaats:

na de presentatie IN*oost Parade.

nadat de OT 3 Verschil moet er zijn en OT 4 Het praktijkonderzoek goedgekeurd zijn.

als het ingevulde beoordelingsformulier aanwezig is en alle bekwaamheidseisen met minimaal

een 6 zijn beoordeeld.

De SO en de IO/docent OWK bepalen het definitieve cijfer voor WPL 1- de praktijkbeoordeling.

Vervolgens wordt het beoordelingsformulier ondertekend.

In geval van twijfel, vindt er eerst nog een overleg tussen de WPB en/of SO en een docent van de

HAN plaats.

Herkansingen Een student kan herkansen op de OT 3 en 4 en de IN*oost Parade.

Voor OT 3 is de herkansing van de presentatie uiterlijk 5 maart 2020. De reflectie moet binnen een

week ingeleverd worden.

Voor OT 4 (OWK) is de herkansing uiterlijk 22 mei 2020 (week 4.4).

De herkansing van de IN*oost Parade is uiterlijk op 16 april 2020.

Wat lever je via de InleverApp in?

Je Presentatiedossier (incl. de leertaken en de tussenbeoordeling)

De IN*oost Parade

Het ingevulde en ondertekende eindbeoordelingsformulier

P a g i n a | 24

WPL 1 IN*oost

Ontwikkeltaak 1: Reflectie: op weg naar het docentschap

Titel Reflectie: op weg naar het docentschap

Gekoppeld aan

bekwaamheidseisen

Vakinhoudelijk bekwaam / Vakdidactisch bekwaam

Pedagogisch bekwaam / De brede professionele basis

Niveau Niveau 1: Propedeuse

Vakken Alle vakken van de tweedegraads lerarenopleiding

Doel / relevantie In deze stage onderzoek je de vraag: ‘Wil en kan ik leraar docent worden?’. Je moet dit ook kunnen verwoorden. Dat doe je door met ondersteuning te reflecteren op je persoonlijke leerdoelen en het eigen handelen. Door middel van reflecteren word je jezelf bewust en krijg je inzicht in je eigen handelen en gedrag met als doel je je professionele handelen te optimaliseren (Groen, 2015). Reflecteren is onlosmakelijk verbonden met jouw persoonlijke ontwikkeling tot docent (Groen, 2015).

Ontwerpgroep IN* oost werkgroep WPL 1

Instructie/ omschrijving Wekelijks wordt er van je verwacht dat je een reflectieverslag schrijft naar aanleiding van een betekenisvolle gebeurtenis tijdens je stage of tijdens de les Onderwijskunde. Deze verslagen worden wekelijks, uiterlijk op een afgesproken moment, gemaild naar je WPB en/of SO die ze ondertekent. Tijdens de tussenbeoordeling in week 2.8 verwachten we dat er in je Groeidossier vijf ondertekende weekreflecties zitten. De reflecties van week 2 en 3 worden geschreven aan de hand van het ABCD-model. De reflecties van week 4 t/m 6 (7) worden geschreven aan de hand van de reflectiecyclus van Kortenhagen. Elke reflectie heeft maximaal de omvang van één A4. In week 2.5 geven we elkaar feedback op een reflectieverslag naar keuze. De feedback die je van twee medestudenten hebt gekregen, voeg je toe aan de Ontwikkeltaak. Voor de afronding van deze Ontwikkeltaak laat je zien hoe jij gewerkt hebt aan je professionele ontwikkeling op het gebied van reflectie. Wat ging er goed? Wat ging minder goed? Welke reflectie(vorm) heeft jou het meest opgeleverd? Hoe ga je in periode 3 reflecteren?

Resultaatverwachting Een verslag met daarin de volgende onderdelen:

Voorkant, inhoudsopgave en inleiding

Twee ABCD-reflecties

Drie reflecties volgens de reflectiecyclus van Korthagen

Feedback van minimaal twee medestudenten op een reflectieverslag.

Een reflectie op de reflecties.

Literatuur Verplichte literatuur Geerts, W., Kralingen, R., van. (2011). Handboek voor leraren. Bussum. Uitgedeelde literatuur door de docent OWK.

Reflectie: Wat ging er goed? Wat ging minder goed? Welke ontwikkeling heb je

doorgemaakt? Wat zijn je leerdoelen voor periode 3?

Feedback van de

medestudent (en)

Feedback op een reflectieverslag.

Feedback van de WPB en

beoordeling door de

docent OWK.

Inleveren uiterlijk maandag 13 januari 2020. (Voor de tussenbeoordeling)

P a g i n a | 25

WPL 1 IN*oost

Beoordelingsmodel Ontwikkeltaak 1: Reflectie: op weg naar het docentschap

Naam student:

Naam beoordelaar:

Datum:

NB: Alle voorwaardelijke eisen dienen als voldoende beoordeeld te zijn, voordat overgegaan wordt naar de

inhoudelijke beoordeling.

Beschrijving van de voorwaardelijke eisen

Onvoldoende Voldoende

Het verslag is in helder en correct Nederlands geschreven.

Het verslag heeft een functionele voorzijde en inhoudsopgave.

Het verslag is voor de deadline (13 januari 2020) ingeleverd.

Indien van toepassing: er is verwezen volgens de APA-richtlijnen.

Het product voldoet in de volgende mate aan de gestelde eisen:

Beschrijving van de eisen voor verslaglegging

Beoordeling

- V

Een inleiding waarin de student aangeeft hoe er de afgelopen periode aan de reflectievaardigheden en professioneel handelen is gewerkt en wie daarbij een rol hebben gespeeld.

In de vijf reflecties laat de student zien zicht te hebben op de persoonlijke leerdoelen en het eigen handelen.

Daarnaast gaat de student in op de invloed die het reflecteren heeft op zijn eigen functioneren als docent en formuleert concrete voornemens voor periode 3.

In de bijlage is opgenomen: De vijf reflecties met handtekening van de WPB /SO. Feedback van de medestudenten.

Eindbeoordeling Ontwikkeltaak 1: Alle onderdelen moeten voldoende zijn, wil de ontwikkeltaak als voldaan afgerond kunnen worden.

Voldaan / Niet voldaan Paraaf WPB/ SO

P a g i n a | 26

WPL 1 IN*oost

Ontwikkeltaak 2: Instructie: ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’

Titel Instructie: ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’

Gekoppeld aan bekwaamheidseis

Brede professionele basis / Pedagogisch bekwaam Vakdidactisch bekwaam / Vakinhoudelijk bekwaam



Doel / relevantie Veel leerlingen weten niet dat er door hun leraar veel tijd wordt besteed aan het voorbereiden van de lessen. Tijdens onderwijskunde (OWK) heb je je verdiept in het voorbereiden van lessen. Dat heb je gedaan door literatuur te lezen en door een model of een schema te maken dat je kunt gebruiken bij het voorbereiden van lessen. In deze Ontwikkeltaak ga je aan de slag met alle aspecten die van belang zijn bij het voorbereiden van lessen. Je laat zien dat je een les kunt voorbereiden en uitvoeren volgens het model van directe instructie. Je laat in de lesvoorbereiding zien dat je rekening kunt houden met de basisbehoeften en motivationele aspecten van jouw leerlingen.

Ontwerpgroep IN* oost werkgroep WPL1

Instructie/ omschrijving

1. Voorbereiding instructie Deze Ontwikkeltaak maak je individueel. Bekijk de bijlage De opzet van een les. Je hebt veel lessen geobserveerd en gekeken wat er in een goede les hoort te zitten. Kun je deze lijst nog aanvullen met eigen criteria? Lees vervolgens ook bijlage Lesplanning. Bespreek met je WPB welke (deel-)les jij in de komende weken gaat geven en aan welk persoonlijk leerdoel(en) je tijdens deze les wilt werken. Bereid de les voor volgens het directe instructiemodel. Maak een overzichtelijk lesvoorbereidingsformulier. Gebruik bijvoorbeeld het formulier dat je ontvangen hebt van je docent OWK. Vergeet niet de doelen voor jezelf en de leerlingen te vermelden en eventuele bordschema’s of andere uitgewerkte zaken die je in de les nodig zult hebben. Verwijs in de verantwoording van je lesvoorbereiding naar de gebruikte literatuur. Geef duidelijk aan waarom je bepaalde keuzes hebt gemaakt bij de betreffende lesfasen en welke literatuur deze keuze onderbouwd. Indien je met je WPB hebt afgesproken niet een hele maar een deel van de les uit te voeren maak je toch een lesvoorbereidingsformulier voor de hele les! Lesfase 4 is verplicht om uit te voeren. Regel op tijd met je WPB of de SO dat opname-apparatuur in het lokaal aanwezig is. Een mobiele telefoon is hiervoor niet geschikt. 2. Uitvoering a. Geef de (deel-)les en neem deze op. De beste opname krijg je door vanuit een vaste hoek achter in de klas te filmen. b. Selecteer uit het beeldmateriaal van de les maximaal 1 minuut waarin je jezelf een KEI vindt, en selecteer ook maximaal 1 minuut waarin je jezelf een EI vindt. Zet deze twee fragmenten op een usb-stick en neem deze mee naar de bijeenkomst op vrijdag 10 januari 2020.

P a g i n a | 27

WPL 1 IN*oost

3. Afronding Je maakt een verslag dat bestaat uit de volgende onderdelen:

Een voorkant en inhoudsopgave.

Een inleiding waarin je aangeeft wat je gedaan hebt, waarom je dat gedaan hebt en wat je daarvoor gebruikt hebt.

Beschrijf jouw persoonlijke leerdoel dat centraal stond tijdens de les. Licht toe wat de reden is dat je juist dat leerdoel hebt gekozen.

Het gebruikte lesvoorbereidingsformulier (met de daarbij horende opdrachten /PPTs etc.) van een hele les. Ook al heb je een deelles gegeven.

Een onderbouwing van de verschillende onderdelen van je eigen lesvoorbereidingsformulier. In deze onderbouwing verwijs je volgens APA-richtlijnen naar de gebruikte literatuur.

Een korte reflectie waarin je aangeeft wat goed ging in de les en wat beter zou kunnen. Reflecteer op je leerdoel en op de feedback die je hebt gekregen van de filmfragmenten. Formuleer aandachtspunten voor de toekomst op basis van de feedback van je WPB (op de les en het formulier) en je klasgenoten (ei- en kei-moment). Dit laatste zul je dus direct na de bijeenkomst op 10 januari 2020 moeten toevoegen aan je verslag.

In de bijlagen neem je de feedback op van de WPB op je les-voorbereidingsformulier en de les en de tips en tops van je medestudenten.

Het verslag is in helder en correct Nederlands geschreven en de verwijzingen zijn volgens APA-richtlijnen.

Resultaatverwachting Zie het beoordelingsformulier. Alle onderdelen moeten met een voldaan beoordeeld zijn.

Literatuur Verplichte literatuur Geerts, W., Kralingen, R., van. (2011). Handboek voor leraren. Bussum. Aanbevolen literatuur Uitgeverij Coutinho Ebbens, S. & Ettekoven, S. (2015). Effectief leren. Groningen: Noordhoff Uitgevers. ISBN 13: 9789001873127

Reflectie: Wat heb je geleerd? Hoe heeft deze Ontwikkeltaak het bijgedragen aan de ontwikkeling van je leerdoel?

Feedback van de medestudent

Tips en Tops van medestudenten.

Beoordeling Door docent Onderwijskunde

P a g i n a | 28

WPL 1 IN*oost

Beoordelingsmodel: OT 2 Instructie ‘Kijk! Hier ben ik een kei en hier een ei’

Naam student:

Naam beoordelaar:

Datum:

NB: Alle voorwaardelijke eisen dienen als voldoende beoordeeld te zijn, voordat overgegaan wordt naar de

inhoudelijke beoordeling.

Beschrijving van de voorwaardelijke eisen onvoldoende voldoende

Het verslag is in helder en correct Nederlands geschreven.

Het verslag heeft een functionele voorzijde en inhoudsopgave

Het verslag is voor de deadline (17 januari 2020) ingeleverd als onderdeel van het Presentatiedossier.

Er is verwezen volgens de APA-richtlijnen.

In de bijlage is de feedback opgenomen. Feedback WPB: lesvoorbereidingsformulier en les Medestudenten: tips & tops

Het product voldoet in de volgende mate aan de gestelde eisen:

Beschrijving van de eisen voor verslaglegging

Beoordeling

- V

In de inleiding is aangeven wat er gedaan is, waarom dat gedaan is en wat ervoor is gebruikt.

Er is beschreven welk persoonlijk leerdoel centraal heeft gestaan met een duidelijke toelichting.

Een individueel ingevuld lesvoorbereidingsformulier volgens het model van Directe Instructie (Dl) (incl. weergave gebruikte materialen)

Een onderbouwing van de verschillende onderdelen van je eigen lesvoorbereidingsformulier. (Leg uit hoe je tot gemaakte keuzes bent gekomen). Daarbij een onderbouwing van minimaal de verplichte literatuur.

Een reflectie (ca. 1 pagina A4) waarin is aangegeven wat goed ging, wat beter kan en met aandachtspunten voor de toekomst. In de reflectie is expliciet de feedback verwerkt van de WPB en de medestudenten op ‘Kei-Ei-oefening’.

Eindbeoordeling Ontwikkeltaak 2

Voldaan / niet voldaan

Feedback:

Paraaf opleidingsdocent

P a g i n a | 29

WPL 1 IN*oost

Ontwikkeltaak 3: Verschil moet er zijn: mijn ideale school

Titel Nederlandse Onderwijssysteem: Verschil moet er zijn: mijn ideale school


Brede professionele basis / Pedagogisch bekwaam Vakdidactisch bekwaam / Vakinhoudelijk bekwaam



Doel / relevantie In Nederland kennen we diverse vormen van voortgezet onderwijs en binnen deze vormen heeft elke school een eigen visie, een bepaald onderwijsconcept en een eigen leerlingpopulatie. Je kent en herkent dit wellicht vanuit je eigen VO-tijd. In deze Ontwikkeltaak ga je kritisch kijken naar je stageschool.

Ontwerpgroep IN* oost werkgroep WPL1


Voorbereiding:

Volg de OWK-lessen.

Bezoek de Open Dag en/of kerstviering.

En/of organiseer een stagedag op een ander schooltype.

Lees de literatuur.

Heb gesprekken met medewerkers van IN*oost over dit onderwerp.

Bestudeer de websites en andere documentatie.

Resultaatverwachting Je maakt een digitale presentatie. (Powerpoint, Prezi, Thinglink, etc..) In de presentatie geef je een beschrijving van je stageschool. Je beschrijft wat je graag terug zou willen zien in jouw ideale school. Tevens beschrijf je wat je graag anders zou willen zien en hoe dit dan is. In de presentatie laat je zien wat jouw ideale school/werkplek is. Je beantwoordt door middel van beeld en tekst onderstaande onderwerpen:

Type docenten (kwaliteiten).

Begeleiding van leerlingen (door docenten en zorgteam).

Didactiek.

De organisatiestructuur. Hoe werkt iedereen samen?

Schoolgebouw en omgeving.

Ondersteun elke vraag met (een) beeld(en) (stilstaand en/of bewegend). Ondersteun de beelden met teksten. (voorlichtingsmateriaal, zelfevaluatie tussenbeoordeling, onderzoek, literatuur, aantekeningen, etc.).

Vat vervolgens in maximaal 1 A’4 samen in hoeverre jouw stageschool aan jouw ideaal voldoet. Deze Ontwikkeltaak inclusief beoordeling komt in je Groeidossier. Datum presentatie: donderdag 20 februari 2020

Literatuur Verplichte literatuur Geerts, W., Kralingen, R., van. (2011). Handboek voor leraren. Bussum.

Reflectie Wat heb je geleerd? Hoe heeft deze Ontwikkeltaak het bijgedragen aan de ontwikkeling van jouw leerdoel?

Feedback van de medestudent(en)

Feedback van de WPB/SO

Zie beoordelingsformulier

P a g i n a | 30

WPL 1 IN*oost

Beoordelingsformulier OT 3: Verschil moet er zijn: mijn ideale school

Naam student: Naam beoordelaar: Datum: NB: Alle voorwaardelijke eisen dienen als voldoende beoordeeld te zijn, voordat overgegaan wordt naar de inhoudelijke beoordeling.

Beoordeling: De 6 beoordelingen hebben minimaal een ‘V" als resultaat. Het product voldoet in de volgende mate aan de gestelde eisen:

Beschrijving van de eisen voor de digitale presentatie De onderstaande deelvragen komen met beeld en tekst voor in de presentatie

Beoordeling

- V

Welke type docenten werken er op jouw ideale school (kwaliteiten)?

Hoe gaan de docenten met de leerlingen om (begeleiding)?

Hoe geven de docenten les op deze school (didactiek)?

Hoe werken de docenten met elkaar samen (organisatie)?

Hoe zien het schoolgebouw en omgeving er uit (randvoorwaarden)?

De reflectie (1 A4) waarin is aangegeven: "In hoeverre past mijn stageschool bij mijn ideale school?”

Voldaan / niet voldaan

Paraaf Schoolopleider of WPB

Feedback en/of feedforward

Beschrijving van de voorwaardelijke eisen Onvoldoende Voldoende

De teksten zijn in helder en correct Nederlands geschreven.

Er is verwezen volgens de APA-richtlijnen.

De digitale presentatie is gegeven: op 20 februari 2020

P a g i n a | 31

WPL 1 IN*oost

Ontwikkeltaak 4: Het praktijkonderzoek

Titel Ontwikkeltaak 4: Het praktijkonderzoek


Brede professionele basis Pedagogisch bekwaam



Doel / relevantie De student beheerst de vaardigheid om een eenvoudig praktijkonderzoek uit te voeren. Hij kan hiervoor relevante informatie uit de literatuur halen en de juiste APA-formulering toepassen in een tekst en een bronnenlijst. Tevens is hij bekwaam in het uitwerken van een gestructureerd observatiemodel en een interview. De student kan een conclusie presenteren waarin antwoord wordt gegeven op de hoofdvragen en het thema vanuit verschillende perspectieven wordt belicht.

Ontwerpgroep IN* oost- werkgroep WPL1


Voor de uitgebreide instructie, zie de omschrijving hieronder.

Resultaatverwachting Een presentatie met daarin de volgende onderdelen:

Resultaten observaties

Resultaten interviews

Eindconclusie Inhoud verslag voor in het Groeidossier/Presentatiedossier

Goedgekeurde observatie- en interviewplan (ondertekend!)

Beschrijving vanuit de literatuur (belonen en corrigeren) (Ondertekend)

Uitgewerkte observaties en interviews

Bovenstaande presentatie

Reflectie

Feedback medestudent

Literatuur Verplichte literatuur - Geerts, W., Kralingen, R., van. (2011). Handboek voor leraren. Bussum. - Van der Donk, C., Van Lanen, B. (2016). Praktijkonderzoek in de school.

Bussum.

Reflectie Antwoord op de volgende vragen: Wat neem je mee voor een volgende keer als je onderzoek gaat doen? Wat ga je de volgende keer weer zo aanpakken? Wat zou je anders aanpakken? Denk bij het beantwoorden van bovenstaande vragen aan: het observeren, interviewen, verwerken van gegevens, de presentatie en de samenwerking. Wat neem je van de conclusie van jullie onderzoek, mee naar jouw eigen praktijk?

Feedback van de medestudent(en)

Feedback op de samenwerking.

Feedback van de Onderzoeksbegeleider vanuit de stageschool en beoordeling door de docent Onderwijskunde.

P a g i n a | 32

WPL 1 IN*oost

Toelichting ONTWIKKELTAAK 4 Praktijkonderzoek IN*OOST - 2019-2020

Deel 1: Voorbereiding; het maken van een observatieplan en opstellen van een interview Het doel van deze Ontwikkeltaak is jouw onderzoekende vermogen als docent in opleiding verder te ontwikkelen. Je gaat in tweetallen een eenvoudig onderzoek uitvoeren, waarin de nadruk wordt gelegd op het leren observeren en interviewen. Naast de begeleiding vanuit de bijeenkomsten onderwijskunde word je ook begeleid door een onderzoeksbegeleider vanuit de stageschool. Voordat je start met het onderzoek is het belangrijk om na te gaan welke persoonlijke leerdoelen tijdens deze Ontwikkeltaak centraal staan. Bepaal tevens bij welke bekwaamheidseis(en) deze leerdoelen horen. Aan het einde, bij het schrijven van de reflectie, blik je onder andere terug op de ontwikkeling van jouw leerdoelen. In deze Ontwikkeltaak staat de overkoepelende onderzoeksvraag centraal: “Hoe beïnvloeden docenten het gedrag van leerlingen?” Om van deze vraag een onderzoeksvraag te maken is het van belang dat je scherp voor ogen hebt wat je precies te weten wil komen. Daarom geven we je alvast twee onderzoeksvragen:

Welke manieren hanteren verschillende docenten bij het belonen van gedrag van leerlingen?

Welke manieren hanteren verschillende docenten bij het corrigeren van gedrag van leerlingen? Interviewen en observeren zijn voor deze onderzoeksvragen de meest voor de hand liggende methoden van dataverzameling. In deze Ontwikkeltaak concentreren we ons dan ook op beide onderzoeksmethoden.

Stap 1. Bestuderen van literatuur en opstellen van een observatieplan Voordat jullie starten met observeren en interviewen is het van belang dat je je verdiept in de literatuur rondom onderzoek doen, belonen en corrigeren. Jullie starten met het schrijven van wat er in de literatuur geschreven wordt over belonen en corrigeren. Tevens beschrijven je concrete voorbeelden van beloningen en correcties zoals die genoemd zijn in de literatuur (maximaal 1 A’4). Let op: verwijs volgens de APA-richtlijnen naar de literatuur. Aanbevolen literatuur:

Handboek voor Leraren (Geerts & Van Kralingen, 2016)

Effectief leren (Ebbens& Ettekoven, 2015)

Een leraar van klasse (Korthagen & Lagerwerf, 2014)

Lessen in orde (Teitler, 2017) Observeren Van de docent onderwijskunde ontvangen jullie observatieschema’s. Let op: jullie gebruiken dus twee observatieschema’s (één per onderzoeksvraag) per tweetal! Om goed te kunnen observeren en interviewen is een stevige voorbereiding van groot belang.

Lees in Praktijkonderzoek in de school (Van der Donk & Van Lanen, 2016) paragraaf 6.3 en 6.4 over observeren en interviewen.

Maak vervolgens een observatieplan.

Beschrijf in het observatieplan: de klas, datum, het tijdstip van de les(sen) die jullie gaan observeren, het betreffende vak, de docent(en) en de namen van jullie zelf als observanten.

Jullie mogen niet gaan observeren bij jullie WPB/SO of de onderzoeksbegeleider.

P a g i n a | 33

WPL 1 IN*oost

Go / No Go Observeren Vraag vóórdat je start met het daadwerkelijke observeren - feedback op je observatieplan en je theoretische onderbouwing aan de onderzoeksbegeleider vanuit de stageschool. De goedkeuring van het plan is een voorwaarde om te mogen starten met het onderzoek. Pas het plan en de theoretische verkenning zo nodig aan en vraag vervolgens alsnog om goedkeuring. Interviewen Het bevragen van docenten en leerlingen is een veelvoorkomende dataverzamelingsmethode. Bij het interviewen is het de kunst data zo te verzamelen dat de resultaten niet beïnvloed zijn door de manier van bevragen. Elke vraag die je stelt, moet direct bijdragen aan het beantwoorden van de onderzoeksvraag. Jullie gaan de geobserveerde docenten interviewen. Naar aanleiding van de uitgevoerde observatie bepalen jullie welke vragen jullie aan de docenten willen stellen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan wat de reden van de docent was om bepaalde keuzes te maken. Verwerk deze vragen in een interview. Schrijf vervolgens de antwoorden woordelijk uit en gebruik dit voor de beantwoording van de onderzoeksvragen. Let op: de interviewvragen kunnen jullie pas opstellen nadat de observaties plaats hebben gevonden. Go / No Go Interviewen Net als voor de start van het observeren moeten eerst de interviewvragen goedgekeurd worden door de onderzoeksbegeleider vanuit de stageschool. Daarna mogen de interviews pas plaatsvinden. Pas de interviewvragen zo nodig aan en vraag vervolgens alsnog om goedkeuring.

Stap 2. Uitvoering; observeren van docentgedrag en afnemen van een interviews Onderdeel 1: Observeren Jullie plannen per tweetal minimaal 2 lesbezoeken. Vraag ook direct of de docenten mee willen werken aan een interview. Volg onderstaande aanwijzingen op:

Stel je voorafgaand aan de les voor aan de docent(en) en vraag toestemming om te observeren. Laat hun zo nodig jullie observatieschema’s zien. Vertel dat jullie hun namen in de uitwerking van de observaties zullen anonimiseren.

Verdeel beide observatieschema’s zodat ieder zich kan concentreren op één schema.

Kies een plaats achter in het lokaal zodat leerlingen niet mee kunnen kijken.

Houd je aan de observatiepunten en observeer zo objectief mogelijk. Eigen interpretaties, hoe verleidelijk ook, horen hier niet thuis.

Bedank de docent(en) aan het einde van de les voor de gastvrijheid.

Onderdeel 2: Interviewen Per tweetal nemen jullie bij de geobserveerde docenten een interview af. Vraag vooraf aan de docent medewerking. Vraag daarnaast toestemming voor het maken van een geluidsopname. Voeg de uitwerking van het interview toe als bijlage van de Ontwikkeltaak voor in je Groeidossier. Dit is een voorwaarde voor de beoordeling van de Ontwikkeltaak. Volg de volgende aanwijzingen op:

Vertel de docenten dat hun namen in de uitwerking van de interviews geanonimiseerd zullen worden.

Verdeel de taken tijdens het interview. Een student neemt het interview af, de ander noteert de antwoorden.

Kies een rustige plek uit om het interview af te nemen.

Houd je aan de interviewvragen en ben zo objectief mogelijk. Vraag door als iets niet duidelijk is. Net als bij de observatie horen eigen interpretaties hier niet thuis.

Bedank de docenten aan het einde van het interview voor hun medewerking.

P a g i n a | 34

WPL 1 IN*oost

Stap 3: Verwerking, presentatie en verslaglegging voor in het Groeidossier Verwerking observaties Aan de hand van de ingevulde observatieschema’s presenteren jullie per onderzoeksvraag op een overzichtelijke manier welke verschillen en overeenkomsten zijn waargenomen tussen de geobserveerde docenten. Tijdens de bijeenkomsten onderwijskunde wordt besproken hoe je gegevens op een overzichtelijke manier kunt presenteren. Anonimiseer de namen van de docenten. De ingevulde observatieschema’s voegen jullie toe als bijlagen in je verslag. Houd je nog steeds bij de objectieve waarnemingen en stel interpretaties uit. Verwerking interviews Verwerk de informatie die jullie verkregen hebben bij het afnemen van de interviews per onderzoeksvraag in de presentatie op een overzichtelijke manier. Welke verschillen en overeenkomsten zijn er uit de interviews gekomen? Anonimiseer de namen van de docenten. Het uitgeschreven interview voegen jullie als bijlage toe in je verslag. Conclusies Trek logische conclusies uit de voorgaande onderdelen en beantwoord jullie onderzoeksvragen. Zorg ervoor dat deze op een overzichtelijke manier gepresenteerd worden. Presentatie Tijdens de bijeenkomst onderwijskunde van 20 maart 2020 presenteren jullie het onderzoek aan docenten en de andere studenten. De presentatie mag door middel van een poster, Prezi of een eigen gekozen manier. Alle presentaties vinden tegelijkertijd plaats in één lokaal, dus denk goed na over de vorm. Overleg jullie keuze met de docent onderwijskunde. Feedback Geef je medestudent feedback over de samenwerking tijdens het totale onderzoek. Wat ging er goed? Wat ging er minder goed? Welke tips en tops geef jij je medestudent mee? Geef deze feedback aan je medestudent en stop de feedback die je hebt ontvangen in het eindverslag. Reflectie Aan het eind van het onderzoek beschrijf je individueel hoe je de opgedane inzichten kunt gebruiken als je zelf les geeft. Vertaal de inzichten naar concrete aandachtspunten of leerdoelen. Beschrijf aan welke leerdoelen je hebt gewerkt tijdens dit onderzoek. Wat is het resultaat? Geef antwoord op de volgende vragen over het proces van onderzoek doen (observeren, interviewen, verwerken van gegevens, presenteren en samenwerken)

Wat neem ik voor een volgende keer mee als ik nogmaals een onderzoek ga uitvoeren? Licht toe.

Wat ga ik de volgende keer op dezelfde manier aanpakken? Licht toe.

Wat zou ik de volgende keer (zeker) anders aanpakken? Licht toe.

Wat neem ik mee voor als ik zelf les ga geven? Welke inzichten heb ik opgedaan naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoek.

Beschrijf aan het einde van de reflectie je concrete ontwikkeldoelen voor WPL2a.

P a g i n a | 35

WPL 1 IN*oost

Verslag voor in het Groeidossier/Presentatiedossier De volgende onderdelen komen als één verslag (Ontwikkeltaak 4) in je Groeidossier. Bekijk het beoordelingsformulier goed voor de eisen aan het in te leveren verslag.

Goedgekeurde observatie- en interviewplan (ondertekend door onderzoeksbegeleider).

Beschrijving vanuit de literatuur over belonen en straffen (ondertekend door onderzoeksbegeleider).

Een juiste APA-verwijzing.

Presentatie van de onderzoeksgegevens.

Feedback van je medestudent over de samenwerking.

Reflectie met concrete leerdoelen voor WPL2a.

Bijlagen met de uitgewerkte observaties en interviews.

P a g i n a | 36

WPL 1 IN*oost

BEOORDELINGSFORMULIER ONTWIKKELTAAK 4 Het praktijkonderzoek IN*OOST Naam student: Naam beoordelaar (onderwijskundige van HAN/ILS): Plaats, datum: Vorm: De vorm van de Ontwikkeltaak is een schriftelijke rapportage en een presentatie. Ontvankelijkheidscriteria: De rapportage dient te voldoen aan de volgende ontvankelijkheidscriteria voordat er tot beoordeling kan worden overgegaan.

Ontvankelijkheidscriteria Niet voldaan Voldaan

Correct gebruik van de Nederlandse taal op HBO-niveau.

Indelingscriteria verslag: Omslag (naam, vak, studentnummer en naam van de student met wie je samengewerkt hebt) / inhoudsopgave / paginanummering / bronnenlijst

Verplichte bijlagen: de ingevulde observatieschema’s en uitgewerkte interviews

Tijdige inlevering via OnderwijsOnline op uiterlijk 20 maart 2020

Goedgekeurde presentatie tijdens de les Onderwijskunde op locatie op 20 maart 2020.

Volledige en juiste bronvermelding volgens de APA-richtlijnen, zowel in de lopende tekst als in een bronnenlijst.

De schriftelijke rapportage voldoet in de volgende mate aan de gestelde eisen:

Beschrijving van de eisen O V

1. Een observatieplan, interviewvragen en beschrijving vanuit de literatuur zijn goedgekeurd door de onderzoeksbegeleider.

2. De gegevens observaties zijn duidelijk en concreet en objectief gepresenteerd. De verschillen en overeenkomsten tussen de geobserveerde docenten worden duidelijk aangegeven.

Beoordeling tijdens presentatie

3. De gegevens uit de interviews worden duidelijk gepresenteerd. De verschillen en overeenkomsten worden duidelijk aangegeven.


4. Conclusies en antwoorden op de onderzoeksvragen zijn opgenomen in de presentatie.


5. De feedback van de medestudent is aanwezig.

6. In de reflectie komen de volgende onderdelen voor:

Aan welke ontwikkeldoelen is gewerkt.

Er is duidelijk beschreven wat er aan het onderzoeksproces verbeterd kan worden.

Welke nieuwe inzichten zijn opgedaan voor de eigen lespraktijk.

Wat nieuwe ontwikkeldoelen voor WPL2a zijn.

Beoordeling: Bij alle beoordelingen een V is voldaan. Indien niet alle onderdelen voldaan zijn, volgt er een herkansing.

Eindbeoordeling: Docent onderwijskunde

P a g i n a | 37

WPL 1 IN*oost

Bijlage 1 Logboekje

Ervaringen/terugblikken

Wat waren de belangrijkste ervaringen van deze week? (1 à 2 situaties)

Wat waren je leerpunten en hoe heb je daaraan gewerkt?

Reflectie op mijn ervaringen van deze week

Wat ging goed? Waaraan merkte je dat en wat was jouw aandeel in deze situatie? Behoort dit tot je sterke kanten en zou je dit verder kunnen/willen ontwikkelen?

Wat ging niet goed? Waaraan merkte je dat en wat was jouw aandeel in deze situatie? Wat zou je de volgende keer anders willen doen? Kun je dat ook?

Welke theorie kun je verbinden aan je ervaring en/of aan je leerpunten?

Aan welke bekwaamheidseisen heb je nu gewerkt?

Planning

Wat zijn je leerpunten voor de volgende week?

Op welke wijze ga je het aanpakken?

Welke ondersteuning heb je daarbij nodig?

Voor gezien WPB/SO Datum

P a g i n a | 38

WPL 1 IN*oost

Bijlage 2 ABCD-reflectiemodel

1 Wat was er Aan de orde?

2 Wat was daarin voor mij Belangrijk?

3 Welke Conclusies trek ik daaruit voor mijzelf?

4 Wat wil ik daar op langere termijn voor gaan Doen?

P a g i n a | 39

WPL 1 IN*oost

Bijlage 3 Reflectiecyclus van Korthagen

4

5

1

2

3

Alternatieven ontwikkelen en daaruit kiezen

Uitproberen

Handelen/ervaring

opdoen

Beschrijven

Analyseren

P a g i n a | 40

WPL 1 IN*oost

Bijlage 4 Uitgewerkte reflectie VOORBEELD (Korthagen) Bespreking met WPB week 42 Leervraag waar ik deze week aan gewerkt heb, is: Hoe pas ik actieve werkvormen toe in mijn les? Klas: H2g

Fase 1 Handelen Ik wil aan de slag gaan met actieve werkvormen. Omdat H2g met een nieuw hoofdstuk begint, lijkt het me een geschikt moment om te beginnen met activerende werkvormen. Voor vandaag wilde ik de voorkennis van de leerlingen activeren d.m.v. de werkvorm ABC. De leerlingen moeten dan bij elke letter van het alfabet een woord bedenken dat te maken heeft met het thema. Ik heb groepjes van 4 leerlingen gemaakt en ze 10 minuten de tijd gegeven om woorden te bedenken bij de letters. Na die 10 minuten heb ik opvallende en belangrijke punten eruit gepikt en besproken. Als laatste heb ik woorden gekozen waar ik mijn vervolg instructies aan vast kon hangen.

Fase 2 Terugblik Lerarenperspectief

Ik wilde de leerlingen aan het denken zetten over de onderwerpen licht, zien en kleur. Ik merkte dat veel groepjes alleen maar kleuren aan het opschrijven waren als appeltjesgroen en zeeblauw. Hierbij voelde ik me niet prettig, voor mijn gevoel kozen de meeste leerlingen voor de gemakkelijkste weg en staken ze er weinig energie in. Ik heb toen de groepen aangesproken en ze verboden om kleuren op te schrijven. Hiermee wilde ik ze dwingen om dieper na te gaan denken.

Leerlingenperspectief

De leerlingen schreven dus alleen maar kleuren op en dachten niet echt diep na. ‘Waarom moeilijk gaan doen als ik er ook gemakkelijk vanaf dan komen?’ De leerlingen zaten in groepjes van vier wat natuurlijk erg gezellig kan zijn, er werd veel gekletst en weinig nagedacht. Na mijn waarschuwing over de kleuren werden de leerlingen even tot de orde geroepen en dachten ze dieper na en kwamen met betere woorden. Bij deze waarschuwing hebben ze gevoeld dat ik wilde dat ze serieus met deze opdracht omgingen. Dit is bij de meeste binnen gekomen en ze zijn aan de slag gegaan.

Fase 3 Formuleren van essentiële aspecten Ik vond het belangrijk dat de leerlingen aan het denken werden gezet. Ik wilde ze activeren met deze opdracht en ze warm krijgen voor het nieuwe onderwerp. De leerlingen zagen de activiteit blijkbaar niet als activerend, ze gingen hier heel laks mee om. Het was meer kletsen dan serieus nadenken. Het is volgens mij ook essentieel dat de leerlingen voor de eerste keer met een andere werkvorm werkten bij mij in de les. Het gaat ineens over een andere boeg, dit kan zorgen voor onrust. De kern van het probleem is volgens mij dat de werkvorm niet uitdagend genoeg is. De leerlingen vinden het interessanter om te gaan kletsen. Ze kunnen zich niet zetten tot het nadenken over het onderwerp.

P a g i n a | 41

WPL 1 IN*oost

Fase 4 Alternatieven ontwikkelen Voor de volgende keer zal de activiteit iets uitdagender moeten zijn. Ik moet de leerlingen meer prikkelen. Dit kan ik doen door de belevingswereld van de leerlingen meer aan te spreken. De opdracht gieten in één geheel wat de leerlingen aanspreekt. (Bijvoorbeeld mode en licht.)

Misschien kan ik deze activiteit beter geven in de tweede les. De leerlingen hebben dan al wat dingen gehoord en dus is de voorkennis ook al wat breder. Nu is het moeilijk voor de leerlingen om gericht binnen de onderwerpen te denken. Ik kan de leerlingen ook triggeren door eerst wat te vertellen of plaatjes te laten zien. In plaats van het hele alfabet kan ik ook enkele letters eruit kiezen die voor meer uitdaging zorgen. De leerlingen worden dan gedwongen om goed na te denken. Ik kan er ook een soort van wedstrijdje van maken. Punten toekennen voor goede woorden en ook voor unieke woorden. Het nadeel hiervan is dat ik veel tijd kwijt ben met het behandelen van de opdracht. Dit wil ik liever niet want het is maar een startactiviteit om de kennis weer naar boven te halen.

Fase 5 Uitproberen volgende keer De volgende keer wil ik deze activiteit in de tweede les van een hoofdstuk plannen. De leerlingen hebben dan al wat voorkennis en het zit niet zo diep weg gestopt. Ook ga ik niet alle letters van het alfabet nemen maar alleen diegene die wat moeilijker zijn. Hiermee zorg ik ervoor dat de leerlingen echt aan het denken gezet worden. Wanneer ik de volgende keer ga werken met een activerende werkvorm moet ik als eerste kijken waar de werkvorm voor ontworpen is. Dan kan ik beoordelen of het in mijn les past en hoe ik ermee moet werken.

P a g i n a | 42

WPL 1 IN*oost

Bijlage 5 De opzet van een les

Herken je onderstaande aspecten van de lesvoorbereiding in het lesvoorbereidingsformulier?

Aandachtspunt Feedback Lesdoelen

Inhoud en werkhouding

Beginsituatie

Voorkennis-vaardigheden, modus

Werkvormen

Juiste keuze bij het les doel

Leermiddelen

Methode, digitaal, extra materiaal

Didactische volgorde van de verschillende lesonderdelen

Logische opbouw

Controle leerdoelen

Hoe? Wanneer?

Tijdsindeling

Realistisch?

Uitdagende start

Uitleg nieuwe lesstof/ instructie

Opbouw stappenplan?

Bordschema/PowerPoint

Eigen leerdoelen

Welk docenten gedrag wil je verbeteren?

Hoe ga je dit doen?

Bij welke bekwaamheidseis hoort het?

Is deze les passend, uitdagend en boeiend?

P a g i n a | 43

WPL 1 IN*oost

Bijlage 6 Observeren algemeen

Van te voren Formuleer kort en krachtig wat je verwachtingen zijn die je bij de observatie denkt aan te treffen. Denk aan: *de lesinhoud *de relatie tussen de docent en zijn leerlingen *kenmerken van de leerlingen enz.

Welke vragen en/ of aandachtspunten neem je concreet mee naar je lesobservatie?

Na de observatie Welke verwachtingen werden bevestigd?

Welke verwachtingen niet?

Lesopbouw en didactische werkvormen Welke lesopbouw heb je waargenomen? Beschrijf die kort.

Hoe wordt de lesopbouw aan de leerlingen duidelijk gemaakt?

Welke didactische werkvormen heb je waargenomen? Beschrijf die kort.

P a g i n a | 44

WPL 1 IN*oost

Reflectie Hoe denk jij persoonlijk over de lesopbouw? De wijze waarop die duidelijk is gemaakt en de gebruikte didactische werkvormen?

Wat zou je anders doen en waarom?

Het algemeen verloop van de les Wat vond je (los van de aandachtspunten) goed van deze les en waarom?

Welke lesdoelen kun je afleiden van de wijze waarop de les is opgebouwd en verlopen?

Welke alternatieven (-opbouw – inhoud en werkvorm) zou jij voor deze les overwegen?

Wat heb je geleerd? Wat leer je n.a.v. deze les over goed lesgeven? Antwoord in de vorm van adviezen aan jezelf.

P a g i n a | 45

WPL 1 IN*oost

Bijlage 7 Observeren docentengedrag

Stemgebruik Tempo Langzaam

Rustig Snel

Pauzes Lang Kort

Functioneel? Functioneel?

Volume Hard Gewoon Zacht

Vaak Vaak Vaak

Soms Soms Soms

Nooit Nooit Nooit

Gebaren Ondersteunend

Afleidend Vaak Vaak

Soms Soms

Nooit Nooit

Mimiek

Functioneel Onwillekeurig

Vaak Vaak

Soms Soms

Nooit Nooit

Lichaamshouding Open

Gesloten Vaak Vaak

Soms Soms

Nooit Nooit

Ruimtegebruik Beweegt voor de klas

Met een doel Zonder doel?

Vaak Vaak

Soms Soms

Nooit Nooit

Beweegt door het lokaal

Met een doel Zonder doel?

Vaak Vaak

Soms Soms

Nooit Nooit

Aankijken Kijkt de klas rond Heeft interactie met meerdere ll in één blik. Kijkt naar het boek, tafel, bord enz.

Vaak Vaak Vaak

Soms Soms Soms

Nooit Nooit Nooit

Verbaal gedrag Belonend

Corrigerend Vaak Vaak

Soms Soms

Nooit Nooit

Wat verder opvalt

P a g i n a | 46

WPL 1 IN*oost

Bijlage 8 Kenmerken van een goede les

Beschrijf in het kort en concreet een goede les die je hebt gezien • Niveau • Vak • Lesuur • Lesdoel • Les inhoud

Docentgedrag Wat vond je goed aan deze les? Geef aan wat je hebt gezien en hebt ervaren.

Leerlinggedrag Wat waren hun behoeften/ wensen? Geef dit voor een aantal leerlingen concreet aan. Waaraan zag je dat?

Algemene kenmerken van een goed les

De leerlingen wilden graag.. Dat kon ik zien aan…

Een goede les is

P a g i n a | 47

WPL 1 IN*oost

Bijlage 9 Lesvoorbereiding

Als beginnend docent is een goede lesvoorbereiding noodzakelijk. Door het opdoen van ervaring krijg je steeds meer gevoel voor tijd, werkvormen en organisatie. Tijdens het maken van een lesplanning zet je een aantal dingen voor jezelf op een rijtje:

Wat is de beginsituatie voor de leerlingen én voor jezelf?

Wat zijn je leerdoelen? Wat moeten de leerlingen na de les kunnen? Als je zelf niet weet welke doelen je hebt, dan weten leerlingen dat al helemaal niet. Je werkt dan van opdracht naar opdracht, waardoor voor een leerling het inzicht en overzicht ontbreekt. Je bepaalt zo de kern van je lessen en dat zorgt voor rust in de klas. “Als je geen doel hebt kun je niet scoren”

Hoe wil je de les opzetten? Welke werkvormen gebruik je?

Wat is het verband met voorgaande en latere lessen?

Sluit jouw les aan bij de belevingswereld van de leerlingen?

Beheers je zelf de stof van de les? Een goed hulpmiddel voor het maken van een lesplanning is een regie- of lesvoorbereidingsformulier. Het geeft overzicht en structuur en vormt een hulpmiddel bij de planning en organisatie van je les. Voor het uitwerken van de lesinhoud is het meestal ongeschikt, dat doe je apart. De eerste stap die je zet bij het maken van een lesplan is het bepalen van de beginsituatie. Hierbij kun je rekening houden met onderstaande punten:

Wat weten, kunnen of vinden je leerlingen al met betrekking tot de onderwerpen in je les?

Hebben ze al ervaring met die onderwerpen opgedaan? En hoe staan ze ertegenover?

Verder, hoe heterogeen is je groep in dat opzicht? Je kunt in feite niet spreken over de beginsituatie van de klas: er is een specifieke beginsituatie van elke leerling afzonderlijk.

Om duidelijke lesdoelen te formuleren, beschrijf je wat leerlingen na afloop van de les moeten kunnen en kennen. Bijvoorbeeld:

Leerlingen kunnen vijf kenmerken van een amfibie benoemen.

Leerlingen kunnen de indeling van hun eigen kamer in het Duits beschrijven en een tekening daarvan maken. Let op dat je altijd een toetsbaar actie-werkwoord gebruikt!! Probeer ook in één korte zin de kern van de les weer te geven in leerlingentaal. Deze zin is het antwoord op de vraag aan leerlingen na afloop van de les: Wat heb je in deze les geleerd? De leskern geeft aan wat de leerling moet kennen en kunnen en niet wat de docent moet doen of behandelen. Vandaag leer je jouw eigen kamer te beschrijven in het Duits. Verder omschrijf je bij de leerinhoud de kennis die bij leerlingen in het hoofd is achtergebleven na afloop van de les. Het betreft feitenkennis, maar ook vaardigheden, begrippen en regels of principes. Ook al zijn veel lessen gebaseerd op wat er in de methode staat, een lesplanning heeft tot doel na te gaan wat er uit die methode naar voren gehaald moet worden en wat een probleem zou kunnen zijn. Doel van de lesplanning is ook om te kijken of de verwachte doelen in de methode daadwerkelijk door middel van de methode worden gehaald. Dit is beslist niet altijd het geval. Het is nodig om na te denken over welke leeractiviteiten, welk leerproces je voor de leerlingen moet organiseren om ze in staat te stellen het gewenste te leren. Welke structuur kies je voor de les? Welke instructies geef je? Wat voor opbouw zit er in de les? Bedenk ook steeds waarom je het zo doet en niet anders. Je maakt allerlei keuzes tijdens het plannen van lessen, zorg ervoor dat je altijd in staat bent om je keuzes te motiveren. Gebruik voor verschillende fasen in de les verschillende werkvormen. Variatie in de les voorkomt dat leerlingen zich vervelen. Bedenk welke leeractiviteit het beste past bij de beoogde leerdoelen. Het gaat hier om wat leerlingen doen en in welke volgorde.

P a g i n a | 48

WPL 1 IN*oost

Een paar tips:

Kijk of de oefeningen en uitleg in het boek voldoen en maak van tevoren de opdrachten die de leerlingen maken. Op die manier kom je er ook achter wat zinvolle en minder zinvolle opdrachten zijn en waar ze toe dienen.

Voeg voorbeelden en opdrachten toe waar nodig, ook al lijkt de studiewijzer dat niet toe te laten. Blijf altijd kritisch de opdrachten bekijken en bedenk of je met een andere opdracht niet tot een beter resultaat kunt komen.

Opdrachten moeten passen bij de beoogde doelen: als leerlingen zelfstandige naamwoorden moeten kunnen aanwijzen in een zin, dan volstaat alleen een uitleg van wat een zelfstandig naamwoord is natuurlijk niet. Leerlingen moeten ook oefenen.

Werk met voorbeelden. Ook als er al voorbeelden in het boek staan is het goed om andere voorbeelden paraat te hebben. Als leerlingen de uitleg niet begrijpen aan de hand van de gegeven voorbeelden, kunnen andere voorbeelden wel verhelderend werken.

Een veel voorkomende fout is dat leerstof te abstract blijft. Probeer in de huid van de leerling te kruipen. Waar zou een leerling het moeilijk mee kunnen hebben?

Bouw je leerstof op van eenvoudig naar complex, van concreet naar abstract, van receptief naar productief, van begrijpen via integreren naar toepassen.

Denk na over hoe je leerlingen zich laat oriënteren op nieuwe leerstof. Hoe gebruik je hun voorkennis? Hoe controleer je de beginsituatie? Probeer dit te variëren, b.v. met plaatjes, muziek, demonstraties, objecten, onderwijsleergesprek.

Wat is de rol van huiswerk in je les? Vaak nemen docenten veel tijd in beslag met het overhoren van huiswerk; houd het kort en efficiënt.

Wat doen de leerlingen als zij zelf aan het werk zijn? Zelfwerkzaamheid is bedoeld om leerstof te begrijpen, integreren en toe te passen. Verschillende mogelijke werkvormen: opdrachten maken, discussiëren, debatteren, spelvormen, rollenspel, samenwerkend leren.

Denk na over wat voor extra materialen je nodig hebt, plaatjes, de krant of een tijdschrift, andere media, ICT, sheets, wandkaart, objecten, enz. Vaak helpt het meenemen van een simpel object van thuis leerlingen het onderwerp van de les goed te onthouden.

Verder is de tijdsplanning een belangrijk element. Hiervoor kun je de volgende stappen gebruiken:

Kijk hoeveel tijd je hebt. Uiteraard vormen studiewijzers en proefwerkdata een natuurlijke begrenzing.

Schat in hoeveel tijd de leerlingen nodig hebben voor het uitvoeren van de verschillende activiteiten.

Trek ongeveer 10 minuten af van de lestijd, voor binnenkomen, weggaan, gesprekken tussendoor, enz. In een lesuur van 50 minuten kun je op zijn best 40 minuten effectief lesgeven.

Wat doe ik met leerlingen die meer of minder tijd nodig hebben? Wachten op die leerlingen levert nutteloze tijd op voor de anderen. Het verschil in tempo negeren, kweekt een aantal leerlingen die achterstand oplopen vergeleken bij de rest van de groep. De snellere leerlingen vast vooruit laten werken, leidt tot verschillen in de groep die onbeheersbaar kunnen worden.

P a g i n a | 49

WPL 1 IN*oost

Bijlage 10 SMART formuleren van leerdoelen Het stellen van doelen stuurt je gedrag. Als je geen doelen hebt, maakt het niet zoveel uit wat je doet. Het is belangrijk dat je je leerdoelen SMART ofwel specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden kunt maken. De mate waarin je in je formulering van jouw leerdoelen met deze aspecten rekening houdt, bepaalt namelijk of je in staat zult zijn om de leerdoelen - binnen de afgesproken tijd - te bereiken en daarmee dus de mate van jouw tevredenheid over jouw eigen acties.

SMART staat voor:

Specifiek: het is voor iedereen duidelijk waar het om gaat en welk resultaat jij wilt bereiken.

Meetbaar: iedere onafhankelijke derde moet in staat zijn om na te gaan of je doel daadwerkelijk is gerealiseerd. Van belang is daarom ook om exact de voorwaarden te formuleren waaraan je leerresultaat zal moeten voldoen.

Acceptabel: iedereen is het er over eens dat jouw leerdoelen logischer wijze voortkomen uit je eigen analyse van jouw professionele en beroepsspecifieke vaardigheden.

Realistisch: je moet niet de hele wereld in één keer willen veranderen. Zorg ervoor dat je voor jezelf realistische en haalbare stapjes definieert, zodat je ook daadwerkelijk succes kunt boeken. Doe je dat niet dan is de kans op uitstelgedrag groter. Een moeilijk bereikbare doelstelling kun je opsplitsen in kleinere, haalbare stappen (niet te moeilijk, maar ook niet te gemakkelijk).

Tijdgebonden: het leerresultaat moet haalbaar zijn in het tijdsbestek van het traject, bijvoorbeeld per week, per stage. Hierbij kan het behulpzaam zijn om in kaart te brengen welke van jouw eigenschappen en sterkten je bij het realiseren van het leerdoel behulpzaam kunnen zijn.

Stappenplan om leerdoelen te formuleren Met onderstaand stappenplan kan je je leerdoelen meer concreet en SMART maken. 1. Leerdoel en leerresultaat

a. Wat is je leerdoel? b. Wat zou het bereiken van dit leerdoel je opleveren?

2. Leg uit waarom je voor een leerdoel kiest (ervaring, feedback,..). Stel jezelf verduidelijkende

vragen als: Wanneer? In welke situatie? Met wie?

Stel: Je vindt dat je beter om moet kunnen gaan met conflictsituaties. Zijn er ook situaties waarin je vindt dat je het wel goed doet? Benoem deze. Op deze manier maak je je leerdoel kleiner.

P a g i n a | 50

WPL 1 IN*oost

3. Formuleer jouw leerdoel: een leerdoel is altijd zo geformuleerd alsof je het al bereikt hebt. a. Een leerdoel begint altijd met: Ik b. Daarna komt er een 'doe' of 'meet' woord achter: weet, maak, kan, ken, durf, pas toe, heb

inzicht in, etc. c. Vervolgens het gedeelte benoemen wat je wilt leren: het eigenlijke doel (de vaardigheid in

meetbare termen). Gebruik alleen concrete woorden. Niet: Ik ga vaker contact leggen.

Wel: Ik neem op (datum en eventueel tijdstip) drie keer zelf het initiatief tot een gesprek met ….

4. Stel jezelf daarna de volgende vraag: als ik dit doel wil bereiken wat moet ik dan allemaal

ondernemen?

5. Indien je meerdere stappen nodig hebt om je leerdoel te bereiken dan: a. Nummer je stappen b. Maak een tijdspad: een realistisch plan, per stap naar het einddoel. c. Bepaal evaluatiemomenten en stel zo nodig het tijdpad of het leerdoel bij.

Voorbeelden SMART leerdoelen Voorbeeld 1 Niet SMART: Structuur aanbrengen Wel SMART:

Ik gebruik in de bespreking van een uitgevoerde opdracht de volgende opbouw: duidelijke inleiding, uitleg werkwijze, uitleg wat is bereikt/resultaat, leermomenten, feedback (tips/tops), duidelijke afsluiting.

Ik ben in staat bij alle uitleg die ik geef de relatie die dat heeft met de opdracht duidelijk aan te geven.

Ik volg de structuur van de verslaglegging van de opdracht zonder daar irrelevante dingen bij te halen.

Voorbeeld 2 Niet SMART: Communicatie Wel SMART:

Ik praat tijdens de les zo duidelijk hard dat ook de leerling achterin de klas me kan verstaan.

Ik neem tijdens mijn presentatie tussen alle zinnen even pauze, zodat ik niet te snel ga praten.

Reader WPL1 2019-2020 - In*Oost€¦ · De volgende twee OT zijn verplicht en zijn een onderdeel...

Documents

Transcript of Reader WPL1 2019-2020 - In*Oost€¦ · De volgende twee OT zijn verplicht en zijn een onderdeel...