Feest !

Nieuwjaar

Verjaardag

Feest van de

Kosmonauten

Moederdag

Vaderdag

Carnaval

Bloemenfeest

Suikerfeest

Allerheiligen

Dag van de

Vrijheid

Pesach Kerstmis

ChanoekaDiwali

Choeral

Chinees

Nieuwjaar

Feesten uit andere culturenFeesten uit andere culturen

LocatiesLocaties

Eten en drinken

Kledij

THEMA : FEESTEN Hoe kan je dit aanpakken in de klas?

- Brainstormen rond het thema Feesten: verschillende soorten feesten (ook uit andere culturen), wat je allemaal nodig hebt om te feesten,…- Opdracht: met de klas een feest organiseren- 2 mogelijkheden: een bestaand feest kiezen OF zelf een feest uitvinden (beslissen door te stemmen in de klas)

Bestaand feest Feest uitvinden- Kinderen zoeken allerlei informatie op over het feest. Er wordt een datum en een plaats vastgelegd voor het feest (liefst zo dicht mogelijk tegen het echte feest). Er wordt ook bepaald wie er allemaal mag komen.

- Kinderen brengen ideeën aan voor eventuele feesten. Leerkracht schrijft de feesten op bord en er wordt gestemd.

- De taken worden verdeeld: versiering, eventuele kledij, eten maken, uitnodigingen maken, voor drinken zorgen, muziek, dans, affiches,…

-Brainstorm rond het gekozen feest: wat kunnen we errond doen? Wat hebben we allemaal nodig? … Er word een datum en een plaats vastgelegd voor het feest. Er wordt ook bepaald wie er allemaal mag komen.

-De uitnodigingen worden verstuurd/afgegeven, de affiches worden opgehangen,…

- De taken worden verdeeld: versiering, eventuele kledij, eten maken, uitnodigingen maken, voor drinken zorgen, muziek, dans, affiches,…

- Alles wordt in gereedheid gebracht en dan … feesten maar !!

- De uitnodigingen worden verstuurd/afgegeven, de affiches worden opgehangen,…

- Alles wordt in gereedheid gebracht en dan … feesten maar !!

SUIKERFEEST

Wat is het Suikerfeest?

Het einde van de ramadan betekent het begin van het Suikerfeest. Het begin van het Suikerfeest is tevens het begin van de tiende maand van de

islamitische jaartelling, sjawal. Het Suikerfeest duurt 3 dagen.

De eerste ochtend van het Suikerfeest bezoeken mannen de moskee voor het gezamenlijke speciale gebed voor deze feestdag. Vrouwen en kinderen zijn vrijgesteld van deze verplichting en blijven doorgaans thuis, vanwege de grote drukte in de moskee.

De rest van de dag gaat men zo mogelijk bij familie op bezoek. Ter

gelegenheid van het Suikerfeest worden zoete gerechten en lekkernijen zoals lokum gegeten en geeft men elkaar en de armen

cadeautjes. Veel vrouwen versieren hun handen met henna. Zowel de

mannen als de vrouwen trekken schone (of zelfs nieuwe) kleren aan, en ook het huis is geheel schoon.

3 BEELDENDE WERKJES:1e graad

Waarom ‘eten’?Tijdens het Suikerfeest wordt er langsgegaan bij de hele familie en wordt er veel gegeten. Dat eten bestaat voornamelijk uit zoetigheden, het is dan ook het Suiker-feest.

Inhoud: namaken van eten van het Suikerfeest met fimo of zoutdeeg Beeldaspecten: - vorm - kleur - textuurMaterialen: fimo, zoutdeeg, verf, verfborstels, spatels, deegrol, vormpjes, bordjes, servetten, … Technieken: - kneden van de fimo of maken en kneden van het zoutdeeg - bakken van de fimo of bakken en schilderen van het zoutdeeg

Doelen:2.4. Informatie halen uit beelden.5.3. De mogelijkheden van materialen en technieken leren kennen.8.1. Zich bezinnen voor te beginnen, door eerst na te denken over de bedoeling die gerealiseerd moet worden.12.4. Vormen kunnen voorstellen door volumes.13.11. De begrippen vrolijke en sombere kleuren toepassen.15.1. De begrippen hard, glad, ruw, blinkend,.. Illustreren.

Lesverloop:- Leerkracht vertelt over het Suikerfeest en laat afbeeldingen zien van de maaltijden op het feest. De leerkracht vertelt ook waarom we het het Suikerfeest noemen. Eventueel brengt de leerkracht echt eten mee. In dat geval mogen de leerlingen ook proeven.- De leerlingen beschrijven wat ze zien en eventueel voelen/proeven. De leerkracht schenkt aandacht aan de begrippen: vrolijke en sombere kleuren, hard, zacht, glad, ruw, blinkend.- Leerkracht legt de opdracht uit: eten namaken met fimo of zoutdeeg. Het gebruikte materiaal hangt af van de leerlingen, de tijd, de beschikbaarheid van het materiaal, de ruimte waarin er gewerkt wordt,… De leerkracht beslist dit zelf. Fimo hoeft achteraf niet meer geschilderd te worden. Werken met zoutdeeg neemt dus meer tijd in beslag.- Leerkracht toont enkele afgewerkte stukjes en doet de techniek van het kneden voor.-Leerlingen kneden met de fimo of het zoutdeeg en vullen een bordje met ‘eten’.-De fimo of het zoutdeeg wordt gebakken. Het zoutdeeg wordt geschilderd. De leerlingen kijken aandachtig naar de kleuren!- Alle bordjes worden tentoongesteld zoals bij een echt Suikerfeest !

2e graad

Waarom een kaartje met mozaïek?Een kaartje omdat men kaartjes schrijft om elkaar een fijn Suikerfeest toe te wensen.Mozaïek omdat de moslims veel gebruik maken van schalen versierd met mozaïek tijdens het Suikerfeest.

Inhoud: kaartjes maken voor het Suikerfeest, met aan de voorkant een mandala versierd als een mozaïek Beeldaspecten: - kleur - lijn - vorm - compositieMaterialen: papier, gekleurd papier, passer, potlood, lat, schaar. Technieken: - een mandala tekenen m.b.v. een passer - een figuur opvullen met gekleurd papier als een mozaïek

Doelen:3.2. Aangewende technieken en materialen kennen en herkennen.8.1. Zich te bezinnen voor te beginnen.8.2. Intens observeren en verbeelden.8.8. Een werkstuk langzaam laten groeien.11.4. Verschillende vormen van lijnen toepassen in het tekenwerk. (gegolfd, hoekig, vloeiend, dik, dun,…)12.7. Symmetrie toepassen.13.1. Kleuren onderscheiden en ordenen.13.9. Door middel van kleur een bepaald element in een werkstuk of een deel ervan in het oog laten springen.

Lesverloop:- Leerkracht vertelt over het Suikerfeest en laat er afbeeldingen/foto’s van zien.-Klasgesprek rond feesten en in het bijzonder over het Suikerfeest: de leerlingen brengen aan wat ze op de foto’s zien. De leerkracht wijst hen erop dat er bij het Suikerfeest ook kaartjes naar elkaar worden geschreven !- Leerkracht toont ook enkele prenten van versiering met mozaiek (voornamelijk borden, vazen, schalen,…) Leerlingen beschrijven wat mozaiek eigenlijk is (veelkleurige stukjes glas als versiering).- Leerkracht legt de opdracht uit: we gaan een kaartje maken met binnenin een wens om iemand een gelukkig Suikerfeest te wensen. De voorkant gaan we versieren door eerst een mandala te tekenen en deze op te vullen met stukjes gekleurd papier als mozaiek. - Leerkracht laat enkele voorbeelden van mandala’s zien. Een mandala is een cirkel die binnenin versierd wordt met allerlei patronen. Om de mandala te kunnen opvullen met stukjes papier, gaan we hem simpel houden. Leerkracht toont een voorbeeld van een afgewerkt kaartje.- De leerlingen tekenen met potlood (niet te hard op drukken !) een mandala op de helft van een blad of op een volledig blad (de leerlingen mogen zelf kiezen hoe hun kaartje eruit gaat zien). Daarna knippen ze stukjes van het gekleurd papier en kleven deze als een mozaiek in de mandala.- Achteraf schrijven ze een mooie wens in hun kaartje om iemand een gelukkig Suikerfeest te wensen.- De leerkracht kan deze kaartjes ophangen in de klas of ze kunnen afgegeven worden aan een moslims klasgenootje of een andere moslim.

3e graad

Waarom tekenen op een pop?Tijdens het Suikerfeest versieren vele vrouwen hun lichaam (vooral de handen dan) met henna. Dit doen ze om zich mooi te maken. Het tekenen op de pop symboliseert dus de henna op het lichaam van de vrouwen.

Inhoud: poppen versieren met ‘henna’ Beeldaspecten: - lijnMaterialen: poppen (grote poppen en barbiepoppen die volledig van plastiek zijn !!) , dunne zwarte alcoholstiftjes, papier Technieken: - tekenen van hennapatronen met een dun stiftje op een gebogen oppervlak

Doelen:2.2. Constateren dat beelden veel toepassingsmogelijkheden hebben in de maatschappij (godsdienst)3.2. Aangewende technieken en materialen kennen en herkennen.4.2. Details in werkstukken van dichtbij bekijken.8.1. Zich te bezinnen voor te beginnen.8.2. Intens observeren en verbeelden.8.8. Een werkstuk langzaam laten groeien.11.4. Verschillende vormen van lijnen toepassen in het tekenwerk. (gegolfd, hoekig, vloeiend, dik, dun,…)

Lesverloop:- Leerkracht vertelt over het Suikerfeest en laat afbeeldingen zien van mensen die hun lichaam versierden met henna. Leerkracht vertelt ook waarom dat gedaan wordt (om zich mooi te maken). Tijdens het Suikerfeest gebeurt dit vooral door de vrouwen op hun handen.-De leerlingen bekijken de henna aandachtig en beschrijven wat ze zien: dunne lijnen in bruin/rood , meestal gebogen, soms ook figuren (bloemen, vogels,…), je moet ook hebben voor detail,…- Leerkracht legt de opdracht uit: met een dun zwart alcoholstiftje (een stiftje dat je niet kan uitvegen !!) hennatekeningen maken op een plastieken pop (een grote pop of een barbiepop). Leerkracht toont een voorbeeld.- De leerlingen proberen eerst enkele patronen te tekenen op een papier. Daarna denken ze goed na hoe ze willen dat hun pop eruit gaat zien. Wat je tekent op de pop, kan je niet meer wegvegen !- De leerlingen versieren hun pop met patronen naar keuze en naar eigen fantasie. Het is de bedoeling dat de hele pop versierd is.- De poppen worden tentoongesteld en de leerlingen uiten hun appreciatie voor het werk van andere kinderen (geven een positieve feedback).

1e graad 2e graad 3e graadOnderwerp – Inhouden

Eten van het Suikerfeest namaken met fimo of zoutdeeg.

Een kaartje maken voor het Suikerfeest met een mandala als mozaïek versierd.

Een pop versieren met ‘henna’.

Beeldaspecten

Vorm Kleur Textuur

Kleur Lijn Vorm Compositie

Lijn

Materiaal en techniek

Materiaal: fimo, zoutdeeg, verf, verfborstels, spatels, deegrol, vormpjes, bordjes, servetten, …

Techniek: - kneden van de fimo of maken en kneden van het zoutdeeg - bakken van de fimo of bakken en schilderen van het zoutdeeg

Materiaal: papier, gekleurd papier, passer, potlood, lat, schaar.

Techniek:- een mandala tekenen m.b.v. een passer - een figuur opvullen met gekleurd papier als een mozaïek

Materiaal: poppen (grote poppen en barbiepoppen die volledig van plastiek zijn !!) , dunne zwarte alcoholstiftjes, papier.

Techniek: - tekenen van hennapatronen met een dun stiftje op een gebogen oppervlak

Deelschoolwerkplan ‘Feesten: Suikerfeest’

Relaties met andere vakken

WERO (Eten uit vreemde

culturen) Godsdienst(Verschillende

religies)

WERO (Feesten uit

vreemde culturen)

Godsdienst(Verschillende

religies)

WERO (Kunst uit vreemde

culturen) Godsdienst(Verschillende

religies)

Werkvormen Info over Suikerfeest Bekijken van prenten van eten + bespreken (kleur en vorm) Uitleg + demonstraite van werkwijze/techniek. Individueel werken. Tentoonstellen van alle werkjes op bordjes.

Info over Suikerfeest. Bekijken van prenten van Suikerfeest + bespreken. Uitleg + demonstratie van werkwijze. Individueel werken. Voorstellen van de werkjes aan elkaar + beoordelen. Kaartjes eventueel ook echt afgeven.

Info over Suikerfeest. Bekijken van prenten van henna + bespreken. Uitleg + demonstratie van techniek. Individueel werken. Voorstellen van de werkjes aan elkaar + positief beoordelen.

Doelen 2.4. Informatie halen uit beelden.5.3. De mogelijkheden van materialen en technieken leren kennen.8.1. Zich bezinnen voor te beginnen, door eerst na te denken over de bedoeling die gerealiseerd moet worden.12.4. Vormen kunnen voorstellen door volumes.13.11. De begrippen vrolijke en sombere kleuren toepassen.15.1. De begrippen hard, glad, ruw, blinkend,.. Illustreren.

3.2. Aangewende technieken en materialen kennen en herkennen.8.1. Zich te bezinnen voor te beginnen.8.2. Intens observeren en verbeelden.8.8. Een werkstuk langzaam laten groeien.11.4. Verschillende vormen van lijnen toepassen in het tekenwerk. (gegolfd, hoekig, vloeiend, dik, dun,…)12.7. Symmetrie toepassen.13.1. Kleuren onderscheiden en ordenen.13.9. Door middel van kleur een bepaald element in een werkstuk of een deel ervan in het oog laten springen.

2.2. Constateren dat beelden veel toepassingsmogelijkheden hebben in de maatschappij (godsdienst)3.2. Aangewende technieken en materialen kennen en herkennen.4.2. Details in werkstukken van dichtbij bekijken.8.1. Zich te bezinnen voor te beginnen.8.2. Intens observeren en verbeelden.8.8. Een werkstuk langzaam laten groeien.11.4. Verschillende vormen van lijnen toepassen in het tekenwerk. (gegolfd, hoekig, vloeiend, dik, dun,…)

FeesteFeestenn

in kunstin kunst

De boerenbruiloft – Breugel de OudeDe boerenbruiloft – Breugel de Oude

De tuin der lusten – Jeroen BoschDe tuin der lusten – Jeroen Bosch

Hoe kijk je naar kunst ? Met de Hoe kijk je naar kunst ? Met de kijkwijzer kijkwijzer !!

A. KennismakenA. Kennismaken-Naam van het werkNaam van het werk-Naam van de kunstenaarNaam van de kunstenaar-FormaatFormaat-JaartalJaartal

B. Objectief beschrijvenB. Objectief beschrijven-Wat zie je?Wat zie je?

C. Materiaal en techniekC. Materiaal en techniek-Waarvan is het gemaakt?Waarvan is het gemaakt?-Hoe is het gemaakt?Hoe is het gemaakt?-Met of zonder hulp?Met of zonder hulp?

D. BeeldaspectenD. Beeldaspecten- Grote of kleine vormen?Grote of kleine vormen?- Geometrische of organische vormen?Geometrische of organische vormen?

- Heldere of gemengde kleuren?Heldere of gemengde kleuren?- 1 kleurfamilie of bonte kleuren?1 kleurfamilie of bonte kleuren?- Natuurtinten?Natuurtinten?- Veel soorten van 1 kleur?Veel soorten van 1 kleur?- Licht- donkercontrast?Licht- donkercontrast?- Complementair contrast?Complementair contrast?

- Hoe wordt de ruimte gesuggereerd in 2-dimensionaal werk?Hoe wordt de ruimte gesuggereerd in 2-dimensionaal werk?- Hoe staat een 3-dimensionaal werk in de ruimte?Hoe staat een 3-dimensionaal werk in de ruimte?

- Is er een lichtbron zichtbaar?Is er een lichtbron zichtbaar?- Is er een lichtbron denkbaar?Is er een lichtbron denkbaar?- Hoe valt de schaduw?Hoe valt de schaduw?- Hoe weerkaatst de huid van een beeld het licht?Hoe weerkaatst de huid van een beeld het licht?

- Hoe zijn de belangrijkste elementen in het werk geplaatst?Hoe zijn de belangrijkste elementen in het werk geplaatst?- Is daar een vorm of ritme in te ontdekken?Is daar een vorm of ritme in te ontdekken?- Kun je lijnen ontdekken waarlangs je oog geleid wordt?Kun je lijnen ontdekken waarlangs je oog geleid wordt?

-Worden vormen ritmisch herhaald?Worden vormen ritmisch herhaald?

-Zijn er lijnen zichtbaar?Zijn er lijnen zichtbaar?-Hoe zien de lijnen eruit?Hoe zien de lijnen eruit?

-Hoe is de huid? (glad/ruw, hard/zacht,…)Hoe is de huid? (glad/ruw, hard/zacht,…)

-Suggereert het beeld beweging?Suggereert het beeld beweging?- Waardoor wordt dit gedaan?Waardoor wordt dit gedaan?

E. Betekenis gevenE. Betekenis geven-Welke sfeer straalt het werk uit?Welke sfeer straalt het werk uit?- Zijn de vormen veranderd of vereenvoudigd?Zijn de vormen veranderd of vereenvoudigd?- Waar gaat het over?Waar gaat het over?- Welke bedoeling zou de kunstenaar hebben?Welke bedoeling zou de kunstenaar hebben?

F. MeningvormingF. Meningvorming-Heeft de kunstenaar de juiste middelen gebruikt om zijn bedoeling over te Heeft de kunstenaar de juiste middelen gebruikt om zijn bedoeling over te brengen?brengen?- Vind je het fijn om naar het werk te kijken?Vind je het fijn om naar het werk te kijken?

HoeHoe moet je de moet je de kijkwijzerkijkwijzer gebruiken? gebruiken?

• 11ee + 2 + 2ee graad graad: De kinderen kunnen deze vragen nog niet zelf : De kinderen kunnen deze vragen nog niet zelf oplossen. De oplossen. De leerkrachtleerkracht moet hen hier zeker in moet hen hier zeker in leidenleiden en de en de vragenvragen zelf stellen, weliswaar ook een beetje zelf stellen, weliswaar ook een beetje vereenvoudigdvereenvoudigd. .

• 33ee graad graad: De kinderen zijn oud genoeg om : De kinderen zijn oud genoeg om individueelindividueel of in of in groep met de kijkwijzer aan de slag te gaan. Dit enkel op groep met de kijkwijzer aan de slag te gaan. Dit enkel op voorwaarde voorwaarde dat in lagere jaren hier dat in lagere jaren hier voldoende tijd voldoende tijd aan aan besteed werd en de leerlingen besteed werd en de leerlingen vertrouwdvertrouwd zijn met de zijn met de termen termen die aan bod komen.die aan bod komen.

De De kijkwijzer toegepastkijkwijzer toegepast op volgend werk : op volgend werk :

A. KennismakenA. Kennismaken- De boerenbruiloftDe boerenbruiloft- Breugel de OudeBreugel de Oude- 163 x 114 cm163 x 114 cm- 15681568

B. Objectief beschrijvenB. Objectief beschrijven- Mensen zitten aan tafels, 2 mensen brengen taart rond op een deur, er zijn Mensen zitten aan tafels, 2 mensen brengen taart rond op een deur, er zijn

doedelzakspelers, een kind zit te eten op de grond, de locatie is een soort doedelzakspelers, een kind zit te eten op de grond, de locatie is een soort schuur, er zijn ook nog mensen die niet kunnen zitten, het drinken wordt in schuur, er zijn ook nog mensen die niet kunnen zitten, het drinken wordt in kruiken gegoten, de oogst hangt aan de muur,…kruiken gegoten, de oogst hangt aan de muur,…

C. Materiaal en techniekC. Materiaal en techniek- Het is een schilderij. Breugel heeft olieverf gebruikt voor dit werk. Het is een schilderij. Breugel heeft olieverf gebruikt voor dit werk. - Hij heeft het schilderij alleen gemaakt.Hij heeft het schilderij alleen gemaakt.

D. BeeldaspectenD. Beeldaspecten- Grote vormenGrote vormen- Organische vormenOrganische vormen

- Gemengde kleurenGemengde kleuren- Warme kleurenWarme kleuren- NatuurtintenNatuurtinten- Veel groenVeel groen

- Er is overlappingEr is overlapping

- Geen lichtbron zichtbaarGeen lichtbron zichtbaar- Lichtbron denkbaar door eventuele ramen aan de linkerkantLichtbron denkbaar door eventuele ramen aan de linkerkant- Er is geen schaduw te zienEr is geen schaduw te zien

- Belangrijkste elementen hebben wel heldere kleuren zodat ze opvallenBelangrijkste elementen hebben wel heldere kleuren zodat ze opvallen- Je oog wordt geleid langs de lijn van de tafel: rechts Je oog wordt geleid langs de lijn van de tafel: rechts links links

-Er worden geen vormen ritmisch herhaald.Er worden geen vormen ritmisch herhaald.

-Het beeld suggereeert beweging: de doedelzakspelers spelen, er wordt taart Het beeld suggereeert beweging: de doedelzakspelers spelen, er wordt taart uitgedeeld en doorgegeven, er wordt wijn overgegoten,…uitgedeeld en doorgegeven, er wordt wijn overgegoten,…- Je ziet dit door: de wijn die aan het overgieten is, de positie van de vingers van Je ziet dit door: de wijn die aan het overgieten is, de positie van de vingers van de doedelzakspelers, de positie van de voeten van de mannen die de taarten de doedelzakspelers, de positie van de voeten van de mannen die de taarten ronddragen, de positie van het lichaam van de mensen die de taarten doorgeven ronddragen, de positie van het lichaam van de mensen die de taarten doorgeven en aannemen, het kind met de vinger in de mond, …en aannemen, het kind met de vinger in de mond, …

E. Betekenis gevenE. Betekenis geven- Het werk straalt een sfeer van geluk uit, van blijheid.Het werk straalt een sfeer van geluk uit, van blijheid.- De vormen zijn niet veranderd.De vormen zijn niet veranderd.- Het gaat over een bruiloft bij de boerenbevolking in de Middeleeuwen.Het gaat over een bruiloft bij de boerenbevolking in de Middeleeuwen.- Bedoeling: hij wilde het leven van de gewone mens tonen.Bedoeling: hij wilde het leven van de gewone mens tonen.

F. MeningvormingF. Meningvorming- De kunstenaar heeft de juiste middelen gebruikt voor zijn werk want het ziet er De kunstenaar heeft de juiste middelen gebruikt voor zijn werk want het ziet er een levensecht tafereel uit.een levensecht tafereel uit.- Het is heel fijn om naar dit werk te kijken.Het is heel fijn om naar dit werk te kijken.

Bronnen:

http://nl.wikipedia.org/wiki/Suikerfeesthttp://www.henna-tattoos-kits.com/http://www.kleutergroep.nl/Suikerfeest/suikerfeest%20index.htmhttp://users.skynet.be/zoekheteensop/breughel.htm