NEN 2767 Conditiemeting in vogelvlucht - 2iNSPECT in vogelvlucht.pdf · Doelstellingen NEN 2767 -...

1
www.2inspect.nl Doelstellingen NEN 2767 - Een eenduidige en persoonsonaankelijke (technische). condiemeng voor bouw- en installaedelen. - Een gebruiksvriendelijk en beheersbaar instrument . - Een uniforme decomposie van beheerobjecten. - Een uniforme indeling van gebreken. - Een uniforme gebrekenlijst. NEN 2767 Condiemeng in vogelvlucht 2. Gebrekenstructuur Zowel bouwdelen als gebreken worden gekoppeld aan materialen. Gebreken worden gekoppeld aan bouwdelen. Gebreken worden onderverdeeld in gebreksoorten, elke gebreksoort is onlosmakelijk verbonden met een belang (ernsg/serieus/gering). Gebreken worden onderverdeeld in 2 groepen om verschillende toepassingen mogelijk te maken: Condionele gebreken en Tekortkomingen. 1. Decomposie 3. Gebrekenlijst NEN 2767 heeſt standaard gebrekenlijsten vastgelegd. De gebrekenlijsten zijn normaef om de eenduidigheid van de condiemeng te borgen. 5. Omvang NEN 2767 kent 5 gradaes van omvang voor een gebrek. De omvang van een gebrek wordt bepaald door het oppervlak van het gebrek te bepalen t.o.v. het gehele oppervlak van het geïnspecteerde bouwdeel. De omvang wordt in het veld bepaald (inspecteur). Voor scheuren en gaten in lijn-objecten is een alternaeve omvangbepaling gewenst. 6. Condiescore De condiescore is een resultante van de gebrekenpara- meters omvang, intensiteit en belang. De condiescore wordt weergegeven op een zespuntenschaal van 1 t/m 6. 7. Wegingsfactor Per element is aan de bouwdelen een wegingsfactor toe- gevoegd teneinde de importane van het bouwdeel binnen een element aan te geven. De wegingsfactor kent 3 niveaus hoog, gemiddeld en laag. Definies Belang: Mate van invloed van een gebrek op het funconeren van een bouw- of installaedeel. Condie: (Technische) toestand of staat waar een bouw- of installae- deel in verkeert. Gebrek: Omstandigheid van een bouw- of installaedeel waarbij de (technische) toestand op een lager niveau ligt dan de (technische) toestand die was beoogd bij oplevering. Intensiteit: Indicator die aangeeſt in welk stadium een gebrek zich bevindt (beginstadium, gevorderd stadium, eindstadium). Omvang: Neo hoeveelheid waarin een gebrek zich manifesteert t.o.v. de totale beschouwde hoeveelheid van een bouw- of installaedeel. 1. Het gebrek komt incidenteel voor (< 2%) 2. Het gebrek komt plaatselijk voor (2% to 10%) 3. Het gebrek komt regelmag voor (10% tot 30%) 4. Het gebrek komt aanzienlijk voor (30% tot 70%) 5. Het gebrek komt algemeen voor (> 70%) 1. Uitstekende condie (Incidenteel geringe gebreken) 2. Goede condie (Incidenteel beginnende veroudering) 3. Redelijke condie (Plaatselijk zichtbare veroudering, funce van bouwdelen niet in gevaar) 4. Mage condie (Funce van bouwdelen incidenteel in gevaar) 5. Slechte condie (De veroudering is onomkeerbaar) 6. Zeer slechte condie (Technisch rijp voor de sloop) Hoog (Wegingsfactor 1,0) Gemiddeld (Wegingsfactor 0,8) Laag (Wegingsfactor 0,5) 4. Intensiteit NEN 2767 kent 3 stadia van intensiteit voor een gebrek. De intensiteit wordt in het veld bepaald (inspecteur). Beginstadium - Gevorderd stadium - Eindstadium Soort gebreken 1. Werking primair (WP) 2. Construcef primair (CP) 3. Materiaalintrinsiek (MI) 4. Basiskwaliteit (BK) 5. Eventueel te benoemen (XX) 1. Werking secundair (WS) 2. Construcef Secundair (CS) 3. Materiaaloppervlak (MO) 4. Basiskwaliteit en veroudering onderdelen (BVO) 5. Eventueel te benoemen (XX) 1. Onderhoud (OND) 2. Afwerking (AFW) 3. Basiskwaliteit en veroudering subonderdelen (BKS) 4. Verval (VERV) 5. Eventueel te benoemen (XX) Onderwerpen de NEN 2767 niet behandeld - NEN 2767 geeſt geen eisen voor een inspecemethodiek. - NEN 2767 zegt niets over de te hanteren meetmethodieken. - NEN 2767 gaat niet over de beoordeling van bouw- en installaedelen, het gaat om de registrae van gebreken aan bouw- en installaedelen. - Het vertalen van de gevonden gebreken naar acviteiten maakt geen onderdeel uit van NEN 2767. - De invloed van een gebrek op de bedrijfsvoering heeſt geen invloed op de condiescore van een bouw- of installaedeel. Gering Serieus Ernsg Matriaalsoorten: Gras, Grond, Hout, Hout levend, Kunststof, (Non)-Ferro, Steen, Etc. Vloeistoffen: Water, Hydrauliek, Olie, Gasolie, Etc. Conservering: Coangs, Etc. Technische samenstelling: Mechaniek, Elektrotechniek, Hydrauliek, Etc. Een beheerobject is een aanwijsbaar deel van het areaal ten behoeve van één of meerdere funces. Een element is een fysiek en uniek aan- wijsbare eenheid met een specifieke funce waarvoor een apart onderhouds- strategie geldt. Een bouwdeel is een fysiek aanwijs- baar onderdeel van een element met een gedefinieerde construcevorm waarvan technische eigenschappen en historie gerelateerd kunnen worden. Beheerobject: Bruggen Element: Openbare Verlichtings Installatie (OVI) Bouwdeel: Mast Niveau 1: Beheerobject Niveau 2: Element Niveau 3: Bouwdeel

Transcript of NEN 2767 Conditiemeting in vogelvlucht - 2iNSPECT in vogelvlucht.pdf · Doelstellingen NEN 2767 -...

www.2inspect.nl

Doelstellingen NEN 2767 - Een eenduidige en persoonsonafhankelijke (technische). conditiemeting voor bouw- en installatiedelen.- Een gebruiksvriendelijk en beheersbaar instrument .- Een uniforme decompositie van beheerobjecten. - Een uniforme indeling van gebreken. - Een uniforme gebrekenlijst.

NEN 2767 Conditiemeting in vogelvlucht

2. Gebrekenstructuur Zowel bouwdelen als gebreken worden gekoppeld aan materialen. Gebreken worden gekoppeld aan bouwdelen. Gebreken worden onderverdeeld in gebreksoorten, elke gebreksoort is onlosmakelijk verbonden met een belang (ernstig/serieus/gering). Gebreken worden onderverdeeld in 2 groepen om verschillende toepassingen mogelijk te maken: Conditionele gebreken en Tekortkomingen.

1. Decompositie

3. GebrekenlijstNEN 2767 heeft standaard gebrekenlijsten vastgelegd. De gebrekenlijsten zijn normatief om de eenduidigheid van de conditiemeting te borgen.

5. Omvang NEN 2767 kent 5 gradaties van omvang voor een gebrek. De omvang van een gebrek wordt bepaald door het oppervlak van het gebrek te bepalen t.o.v. het gehele oppervlak van het geïnspecteerde bouwdeel. De omvang wordt in het veld bepaald (inspecteur). Voor scheuren en gaten in lijn-objecten is een alternatieve omvangbepaling gewenst.

6. Conditiescore De conditiescore is een resultante van de gebrekenpara- meters omvang, intensiteit en belang. De conditiescore wordt weergegeven op een zespuntenschaal van 1 t/m 6.

7. Wegingsfactor Per element is aan de bouwdelen een wegingsfactor toe-gevoegd teneinde de importantie van het bouwdeel binnen een element aan te geven. De wegingsfactor kent 3 niveaus hoog, gemiddeld en laag.

DefinitiesBelang: Mate van invloed van een gebrek op het functioneren van een bouw- of installatiedeel.Conditie: (Technische) toestand of staat waar een bouw- of installatie-deel in verkeert. Gebrek: Omstandigheid van een bouw- of installatiedeel waarbij de (technische) toestand op een lager niveau ligt dan de (technische) toestand die was beoogd bij oplevering. Intensiteit: Indicator die aangeeft in welk stadium een gebrek zich bevindt (beginstadium, gevorderd stadium, eindstadium). Omvang: Netto hoeveelheid waarin een gebrek zich manifesteert t.o.v. de totale beschouwde hoeveelheid van een bouw- of installatiedeel.

1. Het gebrek komt incidenteel voor (< 2%) 2. Het gebrek komt plaatselijk voor (2% to 10%) 3. Het gebrek komt regelmatig voor (10% tot 30%) 4. Het gebrek komt aanzienlijk voor (30% tot 70%) 5. Het gebrek komt algemeen voor (> 70%)

1. Uitstekende conditie (Incidenteel geringe gebreken) 2. Goede conditie (Incidenteel beginnende veroudering) 3. Redelijke conditie (Plaatselijk zichtbare veroudering, functie van bouwdelen niet in gevaar) 4. Matige conditie (Functie van bouwdelen incidenteel in gevaar) 5. Slechte conditie (De veroudering is onomkeerbaar) 6. Zeer slechte conditie (Technisch rijp voor de sloop)

Hoog (Wegingsfactor 1,0)Gemiddeld (Wegingsfactor 0,8)Laag (Wegingsfactor 0,5)

4. Intensiteit NEN 2767 kent 3 stadia van intensiteit voor een gebrek. De intensiteit wordt in het veld bepaald (inspecteur). Beginstadium - Gevorderd stadium - Eindstadium

Soort gebreken1. Werking primair (WP)2. Constructief primair (CP)3. Materiaalintrinsiek (MI)4. Basiskwaliteit (BK)5. Eventueel te benoemen (XX)

1. Werking secundair (WS)2. Constructief Secundair (CS)3. Materiaaloppervlak (MO)4. Basiskwaliteit en veroudering onderdelen (BVO)5. Eventueel te benoemen (XX)

1. Onderhoud (OND)2. Afwerking (AFW)3. Basiskwaliteit en veroudering subonderdelen (BKS)4. Verval (VERV)5. Eventueel te benoemen (XX)

Onderwerpen de NEN 2767 niet behandeld - NEN 2767 geeft geen eisen voor een inspectiemethodiek. - NEN 2767 zegt niets over de te hanteren meetmethodieken. - NEN 2767 gaat niet over de beoordeling van bouw- en installatiedelen, het gaat om de registratie van gebreken aan bouw- en installatiedelen. - Het vertalen van de gevonden gebreken naar activiteiten maakt geen onderdeel uit van NEN 2767. - De invloed van een gebrek op de bedrijfsvoering heeft geen invloed op de conditiescore van een bouw- of installatiedeel.

Ger

ing

Ser

ieus

Ern

stig

Matriaalsoorten: Gras, Grond, Hout, Hout levend, Kunststof, (Non)-Ferro, Steen, Etc.Vloeistoffen: Water, Hydrauliek, Olie, Gasolie, Etc.Conservering: Coatings, Etc.Technische samenstelling: Mechaniek, Elektrotechniek, Hydrauliek, Etc.

Een beheerobject is een aanwijsbaar deel van het areaal ten behoeve van één of meerdere functies.

Een element is een fysiek en uniek aan-wijsbare eenheid met een specifieke functie waarvoor een apart onderhouds-strategie geldt.

Een bouwdeel is een fysiek aanwijs-baar onderdeel van een element met een gedefinieerde constructievorm waarvan technische eigenschappen en historie gerelateerd kunnen worden.

Beheerobject: Bruggen Element: Openbare Verlichtings Installatie (OVI) Bouwdeel: Mast

Niveau 1: Beheerobject

Niveau 2: Element

Niveau 3: Bouwdeel