MOSterd 20

40
MOS calling! school zoekt school Ados Ecolos, eTwinning verruimt de horizon De schoolmuren slopen Energieprestatiecertificaat. Moet onze school een EPC hebben? nr. 20, maart 2012 mosterd pittig tijdschrift met aandacht voor Milieuzorg Op School BRUSSEL X – VERSCHIJNT 3 MAAL PER JAAR

description

MOSterd: een pittig tijdschrift met aandacht voor Milieuzorg Op School. Algemeen onderwerp = communicatie. Ados Ecolos, ETwinning verruimt de horizon.

Transcript of MOSterd 20

Page 1: MOSterd 20

MOS calling! school zoekt school

Ados Ecolos, eTwinning verruimt de horizon

De schoolmuren slopen

Energieprestatiecertifi caat. Moet onze school een EPC hebben?

nr. 2

0, m

aart

201

2

mosterd pittig tijdschrift met aandacht voor Milieuzorg Op School

BRU

SSEL

X –

VER

SCH

IJN

T 3

MA

AL

PER

JAA

R

mosterd20_kaft.indd 1 27/03/2012 15:15:29

Page 2: MOSterd 20

Inhoud

1 MOSterdsaus 1 Kampvuurgevoel

2 MOS calling. Eerder reis dan bestemming 2 Comenius 3 Puppets with a green mission 6 Think global, act local: een reis met een bestemming 8 Onvergetelijke avonturen 8 / Building Our Future 9 / The Ecocentricity Chase 10 / Europe Goes Green 11 / Zorgen voor ons leefmilieu

12 Uitwisselingsprojecten en inleefreizen 12 Ados Ecolos, eTwinning verruimt de horizon 16 Flat Stanley reist de wereld rond 18 De schoolmuren slopen 23 Met maats in Belgie kommunikeer 24 Over het muurtje kijken

25 Enkel concrete verhalen van mensen spreken leerlingen aan

28 U vraagt 28 Energieprestatiecertifi caat. Moet onze school een EPC hebben? 29 Wat met composteerbare bekers? 29 Warm, warmer, warmst

30 Daar kun je wat mee 30 Met je klas het water op 31 Boerenlandschap in ’t vizier. Wandeling met gids 31 De Waterkant, natuur- en milieueducatie in de Dendervalei 32 Vormingen in De Helix, voorjaar 2012 33 Da’s proper: een nieuw licht op afvalbeheer 33 Fairtrade@school 34 De grote verkeerstoets voor vijfde leerjaar op 24 mei 2012 34 Het grote fi etsexamen voor zesde leerjaar 35 Google-Puy, Puy-book en Puy-quiz: tentoonstelling in Puyenbroeck 35 Oxfam Lerarendag 2012 36 Veldwerk voor pubers 36 Tentoonstellingen met educatief aanbod voor basisonderwijs

Op www.milieuzorgopschool.be Omarm de aarde (2) in BuBao De Spycker

Duurzame markt in De Leefschool, Oosterzele

34 Het grote fi etsexamen voor zesde leerjaar 35 Google-Puy, Puy-book en Puy-quiz: tentoonstelling in Puyenbroeck 35 Oxfam Lerarendag 2012 36 Veldwerk voor pubers 36 Tentoonstellingen met educatief aanbod voor basisonderwijs

mosterd20_kaft.indd 2 27/03/2012 15:15:29

Page 3: MOSterd 20

1

mosterd Mosterdsaus Kampvuurgevoel

Kampvuurgevoel

MOSterdsaus

Het “energy ambassadors’ programme” in Holt Hall, Nor-folk van 14 tot en met 16 febru-ari 2012, bracht jongeren uit Norfolk, Suffolk en Zweden en Noorwegen samen. Ze kwamen er leren hoe ze sensibiliserende acties kunnen opstarten om energie te besparen in hun eigen school. (zie ook “enkel concrete verhalen van mensen spreken leerlingen aan” p. 25). organi-sator Sue Falch-lovesey (“en-vironmental and outdoor lear-ning, Norfolk County Council) verdient een stevige pluim, maar dat wil niet zeggen dat we niet enkele punten van kritiek hebben.

LeiderschapNaast grondige aandacht voor communicatie en communica-tiemiddelen, werd er gefocust op leiderschap. Het zijn de lei-ders die voor verandering zor-gen. Zij bepalen de visie en de waarden. leerlingen moeten daarin dus worden getraind. legt moS dan te weinig gewicht op individuele vaardigheden? misschien wel? maar moS be-nadrukt vooral de sterkte van de groep, de organisatie van parti-cipatie en betrokkenheid. Dát is voor moS een belangrijker pro-cescriterium.

Gemiste kansenDe casestudy die de leerlin-gen kregen voorgeschoteld in het nabijgelegen Holkam es-tate was interessant: hoe zorg je ervoor dat de gebouwen van het domein opnieuw kunnen worden gebruikt op een duur-zame wijze? Het onderzoek, de bespreking en de discussie speelden zich echter te veel af in

een leslokaal, terwijl het mooie landgoed met oude, historische gebouwen die geklasseerd zijn, lag te wachten op actieve on-derzoekers. ook de Trias ener-geticas werd niet ter sprake ge-bracht. opnieuw een gemiste kans, want om met hernieuwba-re energie toe te komen, zal het energieverbruik eerst drastisch moeten dalen.

Informeel contactmaar, en dat is toch het belang-rijkste, jongeren uit verschillen-de landen met elkaar in contact brengen en over eenzelfde mi-lieuthema actief doen naden-ken, heeft alleen maar voorde-len. voor henzelf, voor de school en voor het milieu.Zo’n contact draagt bij tot hun opvoeding tot wereldburgers. Het verruimt hun horizon. Ze leren de dingen bekijken vanuit een ander perspectief. Ze ont-dekken dat jongeren van hun leeftijd in een andere cultuur leven en dus soms ook anders denken over dingen. Ze leren daar respectvol mee omgaan en stereotypen doorbreken. Kleine voorbeelden uit het leven van alle dag maken bovendien com-plexe mondiale problemen heel concreet.Hoe goed of slecht een pro-gramma ook is, het belangrijk-ste is en blijft het informele contact. Daarvoor alleen al is uitwisseling met leerlingen uit een ander land voor alle betrok-kenen boeiend genoeg. Ik heb het weer eens met mijn eigen ogen kunnen zien. Jongeren die elkaar ontmoeten en gedurende enkele dagen met elkaar optrek-ken, krijgen tamelijk snel een kampvuurgevoel: een kamp-vuur geeft warmte, door het

vuur voel je je veilig, het vuur is constant in beweging en je blijft er gefascineerd naar kijken. Het kampvuur is een plaats om even op te laden met warme, posi-tieve energie, om even op adem te komen. Je kunt er belevenis-sen delen, heerlijk staren in het vuur, luisteren naar muziek en je verwarmen aan de verhalen van anderen. elkaar van nabij leren kennen.

Aanraderen woorden zijn daarbij vaak ontoereikend. Communiceren doe je ook met je lichaam, met bijvoorbeeld muziek of dans, zelfs met geur. Communiceren is delen. Je bent namelijk geen eiland. Je ontmoet mensen die jou iets te vertellen, te leren heb-ben. en ook omgekeerd.Hopelijk laat deze moSterd jou zien dat uitwisselingsprojecten niet alleen voor de leerlingen, maar ook voor de leraren aan-trekkelijk kunnen zijn. moSterd wenst je alvast een boeiende reis.

Eric Craenhals

11

Page 4: MOSterd 20

2

MOS calling, eerder reis dan bestemming

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius

2

alle moS-scholen die het der-

de logo hebben behaald, zijn

geregistreerd als eco-School

en kunnen zich kandidaat stel-

len om de groene vlag te beha-

len. Het is geen ‘must’, maar

het zou een stimulans kun-

nen zijn om de moS-werking

nog beter te verankeren en de

start om te ‘netwerken’. moS

behoort door dit lidmaatschap

Comenius

Het Comeniusprogramma is één van de vier sectorale programma’s van het Europese Programma ‘Een Leven Lang Leren’ en richt zich tot alle geledingen van het schoolon-derwijs: het kleuter- en lager onder-wijs, alle vormen van het secundair onderwijs (aso, tso, (d)bso en kso), het buitengewoon (basis- en secun-dair) onderwijs maar ook de lera-

renopleiding en –nascholing. Een project omvat altijd twee jaar. Het programma biedt jongeren en onderwijspersoneel de kans de cul-turele en taalkundige diversiteit in Europa te ontdekken. In het Co-meniusproject zijn de schoolpart-nerschappen wellicht het meest gekend.In het secundair onderwijs wordt

tot een wereldwijd netwerk

van scholen die zorg voor het

milieu en duurzaamheid na-

streven. een logo-3 school die

in verband met een milieu-

thema contact wil zoeken met

een andere eco-School kan het

contactformulier invullen en

bezorgen aan de moS-coör-

dinatie. Je vindt het op www.

milieuzorgopschool.be > MOS-

extra > MOS-internationaal. alle

moS-scholen kunnen van het

formulier gebruikmaken. Je

hoeft immers geen derde logo

behaald te hebben om contact

te zoeken met andere scholen.

er zijn namelijk tal van projec-

ten en programma’s die voor

alle scholen van toepassing zijn.

moSterd verzamelde een aantal

inspirerende voorbeelden.

vaak het taalaspect aangehaald als de grote troef van Comenius. Leer-lingen gaan via klasuitwisselingen in interactie met hun collega’s uit het buitenland en doen dat in ver-band met een gemeenschappelijk thema. Maar ook voor lager onder-wijs en kleuteronderwijs heeft Co-menius veel te bieden.

Page 5: MOSterd 20

3

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Puppets with a green mission

De Sint-Jansschool van Knokke-Heist stapte in het Comeniusavon-tuur ‘Puppets with a mission’ in 2008. Ondertussen zijn ze al aan een vervolgproject bezig: ‘Puppets with a green mission’.

3

September 2008Gesprek tussen de klaspoppen Pompom en Jules

Pompom: Wat ben ik blij met alle vakantie-kaartjes die de kinderen ons toestuurden.Jules: Ja ik ook … Pompom: Kijk, er zitten zelfs kaartjes bij van mijn vriendjes Trol, Smurf en Draak.Jules: Leuk …Pompom: Waarom kijk je dan zo verdrietig ?Jules: We hebben wel veel kaartjes maar zelf gaan we nooit op reis … Pompom: Ja, dat is waar Jules. Ik droom er ook van om eens mijn vriendjes te kunnen opzoeken en te kijken in welke school ze wonen, wat ze allemaal met de kindjes doen, …Jules: Waar wonen ze?Pompom: Trol woont in IJsland, Smurf in Wal-lonië en Draak in Hongarije.Jules: Wauw, mag ik mee Pompom?Pompom: Ja hoor. We vragen de kinderen of ze onze valies willen maken en we trekken er samen op uit!

PuPPets with a green mission

Page 6: MOSterd 20

4

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Puppets with a green mission

Toen de kleuters van de Sint-Jansschool uit Knokke-Heist dit gesprek hoorden, werd het even stil. Hun klaspoppen waarmee ze dagelijks lief en leed deelden, zomaar op reis! Het afscheid zou sommige kleuters zwaar vallen, maar zo’n avontuur kon-den ze hun poppenvriendjes

toch niet ontnemen. Bovendien kwam er telkens een klaspop uit een ander land op bezoek. Dat kon spannend worden! Zo begint het Comeniusavon-tuur ‘puppets with a mission’ in 2008. vier scholen namen eraan deel : vrije Basisschool ‘St. ghislain

et Ste. Barbe’ in la louvière (Wallonië/België), Teddy’s Club in Szeged (Hongarije), Dverga-steinn in reykjavik (IJsland) en Sint-Jansschool in Knokke-Heist (vlaanderen/België). Het project speelt zich af op kleuter-niveau.

Een dagje uit het leven van een kleuter

De klaspoppen uit de verschil-lende landen gaan drie keer per jaar voor enkele weken bij elkaar op bezoek. Dat gebeurt simul-taan en met een doorschuifsys-teem. In hun koffer zitten een paspoort, een dagboek, een ty-pisch verhaal over de pop of zijn land, TIeN aan te leren woor-den, een eenvoudig lied, een powerpoint over school en land, een muzische activiteit, een re-cept en een dvd over een dagje uit het leven van een kleuter.“Het werd een prachtige tijd.

De kleuters leerden elkaar en el-kaars gewoonten kennen via de poppen. We creëerden webcam-contacten tussen de klassen, stelden elkaar vragen en lieten aangeleerde liedjes en woorden horen. met de klas uit Wallonië organiseerden we gezamenlijke daguitstappen naar het strand. De leerkrachten bezochten de verschillende scholen en beke-ken de verschillende onderwijs-methodes van nabij en we orga-niseerden gastactiviteiten.”

Dat smaakt naar nog

De kleuters worden er zich van bewust dat de wereld groter is dan hun nabije omgeving. Dat er in andere landen kin-deren wonen net als zij, of net een beetje anders. Ze komen in contact met andere talen en cul-turen. Zomaar afscheid nemen van het project kunnen we niet. pompom en Jules hebben trou-wens de smaak van het reizen te pakken gekregen.Zo ging ons tweede Comenius-project ‘puppets with a green mission’ van start. De basis van het eerste project werd behou-den maar deze keer kregen de poppen er een duidelijke groene missie bij. Negen landen nemen eraan deel : Nederland (Fries-land), Turkije, litouwen, por-tugal, roemenië, Spanje, Slove-nië, IJsland en België.

September 2011

Pompom: Jules, wat ben ik blij dat we samen met de kindjes zo goed afval kunnen sorteren in ons afvalstraatje. Jules: Ja ik ook. Het lukt al prima. Zouden ze dat in andere landen ook zo doen?Pompom: Misschien. Jules: Zouden we dat niet aan onze vriendjes in andere landen gaan vertellen. Dan kun-nen de kindjes dat daar ook leren!Pompom: Goed idee, Jules. En zij kunnen aan ons komen vertellen hoe zij goed voor de aarde zorgen.

Page 7: MOSterd 20

5

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Puppets with a green mission

Milieudoos

Ieder land focust op een milieu-onderwerp waarmee het een zekere band heeft. België kiest voor afval, Nederland voor wa-ter, portugal voor fauna, Slove-nië voor energie, litouwen voor flora, IJsland voor vuur, Roeme-nië voor lucht, Turkije voor ge-zonde voeding en Spanje voor groen transport. De poppen brengen naast hun koffer een milieudoos mee met daarin een verhaal, een muzische activiteit en een simpel lied over het on-derwerp.Driemaal per jaar vindt er ook een meeting plaats voor de leerkrachten. Hierbij staat het milieuonderwerp van het gast-land centraal. Tijdens de sa-menkomst bespreken we hoe de verschillende landen met dat milieuaspect omgaan op niveau van de klassen, de school en de maatschappij.

Zo hadden we het in Friesland over de problemen i.v.m. water. We ontdekten wat de impact is als het zes maanden niet regent, zoals in portugal. of hoe IJsland helemaal niet zui-nig hoeft om te gaan met water. De IJslanders kunnen genieten

van vele warmwaterbronnen. In België hadden we het over afval. als moS-school toonden we ons afvalstraatje, waar de kleuters al heel jong aan de hand van een dierenverhaal leren sorteren.

Europese burgers

We vieren allemaal de inter-nationale milieudagen in de verschillende scholen: op 16 oktober Internationale Dag van de gezonde voeding, op 22 maart Wereldwaterdag en op 22 april Internationale Dag van de aarde. Doorheen het project groeien ook nieuwe ideeën. We hebben bijvoorbeeld zaden uit-gewisseld. We hopen in de lente van ons europees bloementuin-tje te kunnen genieten. op het einde van het project zullen alle scholen 9 experimen-teerboxen hebben over milieu. Net als bij ons vorig project wil-len we een brochure uitgeven waarin alle activiteiten en in-formatie terug te vinden zijn. Ieder land maakt ook een ge-

zelschapsspel over zijn milieu-thema: uitwisseling volgt. Het einde van het project is gepland voor mei 2013 in reykjavik waar we met kosteloos materiaal een milieumodeshow zullen bren-gen. De kleuters experimente-ren en ontdekken nieuwe cultu-ren. Ze worden bewuster van de natuur om hen heen. We hopen dat onze kinderen opgroeien tot europese burgers met een groot milieubewustzijn. De natuur is er voor iedereen, laten we er dan ook samen voor zorgen.

Juf Magali Marey, Sint-Jansschool, Knokke-Heist

Disclaimer: Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie (mededeling) ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat.

Page 8: MOSterd 20

6 Kriebelversje in Slovenië

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Think global, act local

think global, act local

Een reis met een bestemming

De Hoedjes van papier uit Deurne stapte samen met ’t Klavertje uit Borgerhout in het project ‘Think global, act local’ in 2011.

Comeniusprojecten blijken leer-rijk en boeiend te zijn, want ook zij overwegen om een nieuw project in te dienen.De Hoedjes Van Papier, een kleu-terschool uit Deurne, is de trekker van het Comeniusproject “Think global, act local”. De school heeft het project vorig

jaar ingediend en is in september van dit schooljaar van start ge-gaan.MOSterd sprak met directrice Vera Van Steenbergen en leerkracht Tamara Van Herck (MOS-juf ) van de Hoedjes Van Papier over hun er-varingen tot hiertoe.

moSterd: Waarom neemt de school deel aan dit Comenius-project?Hvp: Ik had vroeger op een an-dere school al deelgenomen aan Comenius en vond dat een boeiende ervaring. Ik vond dat de leerkrachten en de kleuters hier dat ook eens moesten mee-maken. er was een contactseminarie in het kader van milieu. omdat we vorig jaar ons eerste moS-logo behaalden en gestart zijn met onze moestuin, vond ik dat het thema nauw bij onze schoolwer-king aansloot. Ik stelde het pro-ject aan de leerkrachten voor en ze waren allemaal heel enthou-siast om deel te nemen. We heb-ben dus niet getwijfeld om in te tekenen. moSterd: Hoe verliep het con-tactseminarie? Hvp: Het contactseminarie was in Slovenië en stond in het teken van milieu. Je kon deelnemen aan lezingen van professoren over de opwarming van de aarde en andere milieugerelateerde onderwerpen. Je kon er ook workshops volgen om ervarin-gen uit te wisselen. er waren een zestigtal landen aanwezig en het is de bedoeling om een vijftal partnerscholen te zoeken die sa-men aan dezelfde thema’s willen werken gedurende twee jaar. De grote krijtlijnen hebben we dan

daar ter plaatse samen met de partnerscholen opgesteld.Het project uitschrijven bezorg-de ons toch nog veel werk. eerst en vooral omdat de voertaal en-gels is, maar ook omdat je met de vijf deelnemende scholen moet overeenkomen. overleg gebeurde via mail of Skype. Je steekt er natuurlijk veel tijd in omdat je graag wilt dat het pro-ject wordt goedgekeurd. ons project is ingediend bij het na-tionaal agentschap van Ierland. moSterd: Welke thema’s heb-ben jullie gekozen? Hvp: We hebben er samen met de andere partners voor gekozen om vooral aandacht te hebben voor afvalpreventie, energie, mobiliteit, gezonde voeding en water. Het zijn veel thema’s,

6

maar dat moet wel lukken over een periode van twee jaar.moSterd: Wie zijn jullie part-nerscholen? Hvp: Twee scholen uit Ierland (Dublin, Cork), een school uit engeland (manchester), een school uit mallorca (palma), een school uit Slovenië en twee scholen uit België, wij en ‘t Kla-vertje uit Borgerhout.moSterd: Wat zijn de gemeen-schappelijke acties? Hvp: We doe met zijn allen mee aan “Happy Bike Day”, “Warm Sweater Day” en “World Water Day”. via een gemeenschappe-lijke site communiceren we over wat de andere landen die dagen doen. We wisselen tips en idee-tjes uit om de acties op een lu-dieke manier aan te pakken.

Page 9: MOSterd 20

7

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Think global, act local

l Tijdens de feestdagen hebben we kerstkaartjes gemaakt met gerecy- cleerd materiaal en die naar onze part- nerscholen gestuurd.l We hebben afgesproken dat elke school een moestuin aanlegt, zodat we op het einde van het project een kookboek kunnen maken met lekkere recepten met groenten uit de moestuin. We willen het boek op- vrolijken met foto’s van de kinderen die aan het oogsten of koken zijn.l We hebben een gezamenlijke kalen- der gemaakt met foto’s van alle deel- nemende scholen. l We hebben zaadjes uitgewisseld: het is de bedoeling om te zien wat er in de verschillende landen kan overle- ven en wat niet. Het is leuk om aan de kinderen mee te geven waarom er hier geen palmbomen groeien en op andere plaatsen wel. Zo kun je uitleg- gen waarom je beter inheemse plan- ten zaait.

Natuurles in Dublin

moSterd: Wat is de meerwaarde voor de school? Hvp: vooral tijdens de project-vergaderingen, die drie keer per jaar in een ander land plaatsvin-den, doen de leerkrachten heel veel ideeën op. Ze ervaren daar hoe andere landen met milieu-zorg omgaan en hoe ze dat in de klassen behandelen. In Ierland hebben we het wormenhotel leren kennen. Het was gewel-dig om te zien hoe de kindjes de wormen op hun handen lieten kruipen. In Slovenië hebben we gezien hoe je bijna alle school-materiaal met recyclagemateri-aal kunt maken. Ze hebben daar met gebruikte PET-flessen een bord gemaakt om aan te dui-den in welke speelhoeken er nog plaats is voor de kindjes. Wil een kleuter in de poppenhoek spe-

len, dan draait hij het schroef-dopje met zijn symbooltje op de fles. In Slovenië hebben we dan weer het slakkenhotel en de slakken-race leren kennen. moSterd: Hoe betrekken jullie de leerlingen?Hvp: elke school heeft een eigen mascotte met een dagboek en die reist naar alle landen. onze pop is eerst naar Spanje gegaan en is nu in Ierland. De kindjes zijn super gehecht aan de pop en om traantjes te vermijden, hebben we een dub-belganger, het broertje van de mascotte, die in de school blijft. In het dagboek houden we alle activiteiten i.v.m. Comenius bij. ook zaken die typisch zijn voor de plaatselijke cultuur worden genoteerd. en natuurlijk zijn

er foto’s van de kinderen. Het is telkens weer een feest om de nieuwe mascotte te verwelko-men en het dagboek in te kijken.met Kerstmis hebben de kinde-ren zich verkleed en via Skype kerstliedjes voor elkaar gezon-gen. ook al verstaan de kinderen elkaar niet echt, ze vinden het superleuk om te communiceren met kinderen van andere lan-den. moSterd: Hoe betrekken jul-lie de ouders bij het project? Hvp: op de eerste infoavond hebben we de ouders verteld dat we in het Comeniusproject zijn ingestapt. op een centraal punt hebben we een Comenius-muur met een kaart van europa en de deelnemende landen. al het nieuws over het project hou-den we hierop bij. op de website

leuk idee

Page 10: MOSterd 20

8

van de school posten we geregeld nieuws. Je kunt het filmpje dat we hebben gemaakt voor het grote startmoment in september be-kijken op: https://picasaweb.google.com/104345262453928419418/Co-menius#5668499607773799202

moSterd: Hoe verloopt de samen-werking met de andere Belgische school? Hvp: We zijn met onze kleuters te voet hun moestuin gaan be-zoeken. verder loopt de samen-werking zoals met de andere partners. alleen is het wel veel gemakkelijker om te overleggen omdat ze zo dichtbij gelegen zijn. moSterd: Hoe beoordeel je zelf het verloop van het project? Hvp: alleen maar positieve er-varingen tot hiertoe. Het is on-waarschijnlijk leerrijk. Zowel op professioneel als op sociaal vlak. Het is voor ons ook een bevesti-ging dat we ons kleuteronder-wijs hier goed aanpakken. vanaf volgend schooljaar kunnen we al terug een project indienen. Het is

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Onvergetelijke avonturen

Disclaimer: Dit project werd gefinancierd met de steun van de Europese Commissie. De verantwoordelijkheid voor deze publicatie (mededeling) ligt uitsluitend bij de auteur; de Commissie kan niet aansprakelijk wor-den gesteld voor het gebruik van de informatie die erin is vervat.

onvergetelijke avonturen

Building Our Future

Het Sint-paulusinstituut uit Herzele ging samen met 4 andere europese scholen (uit Duitsland, engeland, Hongarije en Tsjechië) op zoek naar oplossingen voor milieuproblemen op school.In oktober verscheen een special editie van een co-paper: ‘The Sint-paulus Herzele environmental edition’. In deze ‘groene’ krant brengt Sint-paulus artikels over de moS-werking van de school maar ook meer achtergrond over de milieu-aspecten in België.De leerlingen uit het buitenland kregen onder- meer informatie aangereikt over Dikketruiendag (Warm Jumper Day), een overzicht van de milieuinspanningen van de school, een artikel over het afvalbeleid en een fotoverslag van de groene week.Tijdens de uitwisseling naar Hongarije stelden de leerlingen van het Sint-paulusinstituut hun milieuraad voor aan de hand van een fotostrip.8

tot hiertoe al zo boeiend geweest dat we dat zeker overwegen. De kleuters kunnen de omringende landen al wat beter situeren en beseffen dat zorg dragen voor het milieu belangrijk is. Ze leren dat men daar ook in andere landen mee bezig is.een belangrijke tip: zorg ervoor dat het hele schoolteam erachter staat. Je moet samen het project dragen. er komt toch wel wat ex-tra werk bij kijken en dan is het belangrijk dat je taken kunt ver-delen. op de website www.epos-vlaanderen.be kun je vinden welke contactseminaries er gepland zijn. epos kan je ook helpen bij het invullen van projectformu-lieren.

Interview: Sofie Van hove

Page 11: MOSterd 20

9

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Onvergetelijke avonturen

De deelnemende leerlingen formuleren milieuproblemen waarmee ze de andere leerlin-gen, leerkrachten, ouders én de betrokken scholen confronte-ren. al gauw stelden ze vast dat het problemen zijn die niet gebon-den zijn aan de school zelf, maar ook in de deelnemende landen op de voorgrond treden. lBelgië, Herzele: Het afval komt niet altijd in de vuil- nisemmer terechtlengeland, marlborough: Hoe nog meer het openbaar vervoer promoten?lHongarije, pècs: verkeers- problemen in de onmiddel- lijke schoolomgevinglDuitsland, Kassel: Kauwgom

lTsjechië, praag: Zwerfvuil, ook in het stadspark

Terug in België zitten de vlaam-se leerlingen in Herzele rond de tafel. In de lessen Nederlands en engels zoeken ze naar mogelijke oplossingen. Na brainstorming, discussies en debatten ontwer-pen ze posters met oplossingen. een leerling-regisseur en bege-leidende leerkracht engels gie-ten het kauwgomprobleem in een filmpje. Het promotiefilm-pje kaart het probleem aan en toont hoe we best de kauwgom bannen op school.

Lena QuintynSint-Paulusinstituut uit Herzele

http://groenebevers1.wordpress.com/

Uit het Comeniusverslag Sint-Paulusinstituut:

“Building our future” in year two focused on shared identities leading to a common european identity.

Through the shared problems the young people identified (about the environment) they recognised they were ones we all face. each school presented a challenge to the partnership who then worked on provi-ding innovative solutions.

The Ecocentricity Chase

Hoofddoelstelling van het uit-wisselingsproject van Sint-Bavohumaniora (gent) is het langetermijngedrag van leerlin-gen, leerkrachten en directies van de deelnemende scholen tegenover milieuvraagstukken positief beïnvloeden. Dat lezen we op de gemeenschappelijke blog van de 4 deelnemende scholen (naast Sint-Bavohuma-niora ook secundaire scholen uit Duitsland, engeland en Zwe-den). als vergelijkingsmateri-aal onderzoekt elke school de ecologische voetafdruk van de betrokken leerlingen. Dezelfde oefening maken ze om de im-pact van de school op het milieu te berekenen. In een laatste fase van het project brengen leerlin-gen de attitude ten opzichte van milieu van ieder land in kaart.om het Comeniusproject ten-slotte ook op andere scholen te promoten, maken ze tijdens de lessen ICT en plastische opvoe-ding postkaarten en posters. De postkaarten zullen ze naar andere scholen uit de omgeving sturen om leerlingen aan te spo-ren hun ecologische voetafdruk

te verlagen.op de projectwebsite vinden leerkrachten methodieken om in hun lessen de ecologische voetafdruk te bespreken op leerling-, school- en omgeving-sniveau. Je kunt ook inspiratie putten uit een aantal workshops die in het kader van het project werden gehouden om de ecolo-gische voetafdruk te verlagen (o.a. maken van tassen en porte-

feuilles uit brik en pimpen van tweedehands sweaters tot hand-schoenen).Sint-Bavohumaniora is ook am-bassadeur van onze moS-Dik-ketruiendag. Ze introduceren ‘Warm Jumper Day’ in de en-gelse partnerschool.

Karel Dhondt - Sint-Bavo Genthttps://sites.google.com/site/

ecocentricitychase/

9

Page 12: MOSterd 20

10

Europe Goes Green

Het Comeniusproject van het vrij Handels en Sportinstituut uit Sint-michiels, Brugge in samenwerking met 3 partner-scholen uit engeland, Italië en Turkije stond in het teken van ecologisch reizen. via verschil-lende onderzoeksmethoden stel-den de leerlingen hun eigen im-pact op het milieu in vraag.

In een eerste fase van het pro-ject berekenden ze de ecologi-sche mobiliteitsvoetafdruk van iedere school. Ze concentreer-den zich op de weg van en naar school, de schooluitstappen en de privéreizen van leerlingen en leerkrachten. In de lessen en-gels maakten de leerlingen een mobiliteitsenquête die in de les-sen informatica werd gedigita-liseerd en vervolgens ingevuld.

10

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Onvergetelijke avonturen

Uit het logboek van de trip naar Engeland (VHSI Sint-Michiels)

Dag 2 Faversham – gravesend, 69 km gefietst

gemiddelde snelheid: 15,2 km

topsnelheid 46,4 km

843 Kcal verbruikt

effectieve fietstijd: 4.16 u.

De leerlingen vergeleken hun voetafdruk met die van de part-nerscholen.Nadien stelden ze toeristische fiets-, trein- en tram-uitstapjes in de omgeving van Brugge of een beetje verder op. Met film-pjes en interviews maakten ze uiteindelijk een online brochu-re met ecologisch verantwoorde uitstappen vanuit Brugge.Trouw aan het opzet van het project hebben ze alle verplaat-singen zo ecologisch mogelijk uitgevoerd.“Met de ferry en de fiets ging het richting Slough, zo’n 60 km bui-ten londen. voor de uitwisse-ling in Isparta in Turkije spoor-den we drie dagen en nachten dwars door europa. Daarna met de ferry over de Bosporus om tenslotte de nachtbus vanuit Istanbul richting Isparta te ne-men. op zich al een onvergete-lijk avontuur.”

Dirk MahieuVrij Handels en Sportinstituut

Sint-Michiels Bruggehttp://www.vhsi.be/projecten/

comeniusproject/index.html

Page 13: MOSterd 20

11

Zorgen voor ons leefmilieu

Het HIvSeT (Hoger Instituut voor verpleegkunde St. elisa-beth, Turnhout) is al enkele jaren een sterk gemotiveerde moS-school. om de milieuwer-king nog meer te integreren in de school en te zorgen voor een breder draagvlak, startte de school in 2010 met een Comeni-usproject ‘Zorgen voor ons leef-milieu’. De activiteiten hiervoor vinden plaats in de vakken pav (bso/oKaN), tso: gIp, aardrijkskun-de, geschiedenis, godsdienst, biologie en engels. er is uitwis-seling (in het engels) met het ‘lanesboro College’ uit Ierland en het ‘Collège Chateaubriand’ uit Frankrijk. een delegatie van de school bezoekt de partner-scholen en communiceert hier-

over naar de hele school.De partnerscholen willen hun kernwaarde van ‘zorg’ valorise-ren naar duurzame ontwikke-ling door samen te werken, uit te wisselen en te reflecteren met de leerlingen, leerkrachten en al wie betrokken is bij het school-gebeuren. Hiervoor zoeken de scholen naar een werkbare defi-nitie van ‘het milieu waarin we leven’. op deze manier worden taaldrempels overwonnen. De leerlingen leren een zorgzame europese gast te zijn en zorg te dragen voor het leefmilieu op school maar ook daarbuiten.er wordt gewerkt aan vier deel-projecten op het HIvSeT zelf, nl. composteren, vogelkastjes, insectentoren en (op termijn) een ecotuin.

Het project betekent voor de school en de leerlingen een zeer positieve ervaring. Het is be-langrijk om het project concreet te houden en een draagvlak op school uit te bouwen. er is meer europese betrokkenheid in de scholen bij leerkrachten en leerlingen, meer aandacht voor moS en voor concrete eco-logische initiatieven op school. vooral het bezoek aan Ierland is ons bijgebleven. Daar hebben we dan ook de Dikketruiendag gelanceerd. We kijken uit naar de slotontmoeting die in maart in onze school plaatsvindt.

Meer informatie: Greet van Sas of Annemie Lauryssens

Mike Stoens en Veerle Moons

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Comenius Onvergetelijke avonturen

sms-webshoP

op www.sms-webshop.be vind je voortaan alle educatieve materialen en

projecten over verkeer en mobiliteit voor alle doelgroepen in het vlaamse

onderwijs. De webshop staat dus niet alleen open voor scholen die deelne-

men aan het project Slimme mobiele Scholen (SmS).

ook andere scholen uit zowel het basis- als het secundair onderwijs, ver-

keersouders, mobiliteitsambtenaren, rijinstructeurs, kortom iedereen

die met verkeers- en mobiliteitseducatie te maken heeft, kan producten

bestellen via de SmS-webshop.Meer informatie:

Dries Rombouts, 015 44 32 66, [email protected]

Page 14: MOSterd 20

12

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Ados Ecolos

Uitwisselingsprojecten en inleefreizen

ados ecolos

eTwinning verruimt de horizon

Dat een eTwinningproject een uit-stekende manier is om een aantal leerplandoelstellingen op een mo-tiverende manier te verwezenlij-ken, bewijst het verhaal van Ann Vermeiren van het Immaculata Instituut uit Oostmalle. Hoe is het gesteld met het milieubewustzijn van Europese jongeren? Dat wilden de leerlingen van 4 Handel-talen onderzoeken. Ze zochten en vonden een klas in het Schotse Aberdeen die graag wilde meewerken aan het eTwinningproject “Ados Ecolos” (Ecologische jongeren).

School Immaculata Instituut

gemeente oostmalle

onderwijs secundair

leerkracht ann vermeiren

leeftijdsgroepleerlingen 15 - 16

vakken Frans - wiskunde - informatica

projecttaal Frans (vreemde taal)

projectpartner portlethen academy, aberdeen, Schot-land

Thema Duurzame ontwikkeling

In het Immaculata Instituut hadden de leerlingen van het vierde jaar al enkele jaren een milieudag. Die dag werd door iedereen ervaren als zinvol. maar eigenlijk was er te weinig voorbereiding en ook achteraf werd weinig gedaan met de ideeën van die dag. ‘ados eco-los’ heeft ertoe bijgedragen dat het thema “duurzame ontwik-keling” als een rode draad door-heen het schooljaar loopt. Daar-naast ontdekten de leerlingen dat “duurzame ontwikkeling” niet iets is dat zich ver van hun leefwereld afspeelt. Het kan im-mers gaan om kleine dagelijkse dingen en ook leeftijdsgeno-ten uit andere europese landen houden zich daarmee bezig. voor een leerkracht Frans is zo’n eTwinningproject bovendien een mooie manier om de leer-lingen op een heel authentieke wijze verschillende taalvaardig-heden te laten oefenen.12

“Omgeving en duurzame ontwikkeling”

Het project sensibiliseert jonge-ren en zet hen aan elke dag op-nieuw zorgzaam om te gaan met het milieu.We zijn niet vertrokken vanuit de theorie, maar vanuit de prak-tijk. met het project hebben we op een andere manier gewerkt aan de vakoverschrijdende eind-termen dan alleen maar met de traditionele projectdag.We passen verschillende werk-vormen toe en zo gaan de leer-lingen op zoek naar een eigen invulling van het begrip “duur-zame ontwikkeling”. Ze delen hun ervaringen en wisselen goede praktijkvoorbeelden uit via filmpjes en presentaties. Zo kunnen ze goede gewoonten van elkaar overnemen. met be-hulp van een zelfgemaakte en-quête krijgen ze een kijk op hoe ecologisch Belgische en Schotse jongeren wel zijn.

Doelstellingen: de leerlingen krijgen de kans om:

l te reflecteren over het be- lang van duurzame ont- wikkelingl hun kennis van het Frans aan de praktijk te toetsenl Frans te gebruiken als communicatiemiddel tussen leeftijdsgenotenl op een authentieke ma- nier verschillende taal- vaardigheden te oefenenl kennis te maken met de cultuur van een ander land en ervaringen uit te wisselenl verschillende ICT-tools te leren gebruiken

Page 15: MOSterd 20

13

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Ados Ecolos

Integratie in het lesprogramma

Frans: alle communicatieve vaardigheden komen dankzij het project op een natuurlijke en authentieke manier aan bod in de verschillende projectacti-viteiten. Bijvoorbeeld: luisteren en kijken naar de presentatie-films, lezen van en reageren op de berichten op het forum en in de mailbox, mondeling voor-stellen van de enquêteresultaten aan de partnerschool, oefening en uitbreiding van woorden-schat.

Wiskunde: De resultaten van de online enquête verwerken is een praktische toepassing van het onderdeel statistiek.

ICT en creatief gebruik van mo-derne communicatiemiddelen:l Skype: voor de samenwerking tussen de leerkrachtenl google docs: voor het maken van de online enquêtel bubbl.us: voor het maken van de ‘mindmaps’l powerpoint: voor presentatiesl www.wordle.net: voor het logol www.vsee.com: videoconfe- rentie: je kunt zowel de deel- nemers als de powerpointpre- sentaties tegelijk zienl Windows movie maker: voor presentaties en filmpjesl Twinspace: delen van werken, maar ook voor communica- tie via mailbox en forum

Verloop

l oktober 2010 : planning en re- gistratie van het project tijdens pDW (professional Development Workshop) in Chantilly.l november 2010 : kennisma- king : voorstelling leerlingen, school, regio.l december 2010 : mindmaps ‘duurzame ontwikkeling’.l januari 2011: kortfilm ‘Le trop petit prince’. In beide klassen bekeken we de kortfilm die op een ludie- ke manier het centrale thema van ons project behandelt. Samen maakten we hypothe- ses over het einde van de film en discussieerden we over de betekenis van duurzame ontwikkeling voor ons.l maart/april 2011 : opstellen, beantwoorden en verwerken van online enquête: nadat de leerlingen genoeg basis- kennis verworven hadden over duurzame ontwikkeling, hebben ze een online enquête opgesteld over het milieube- wustzijn van hun leeftijdsge- noten. De enquête werd inge- vuld door een aantal klassen in onze school en door een aantal klassen in onze part- nerschool in Schotland.l mei 2011 : voorstelling van de resultaten: elke leerling verwerkte de resultaten van zijn vragen tijdens de lessen wiskunde en maakte de resul- taten ook visueel aantrekke- lijk met een mooie grafiek. Tijdens de lessen tekstver- werking brachten de leerlin- gen alles samen in een knap- pe powerpointpresentatie. Tot slot gaven ze voor elke vraag nog wat extra informa- tie over hoe je meer milieube- wust kunt zijn in het dage- lijkse leven.

Le trop petit prince een klein jongetje is de hele dag in de weer om een lelijke vuile vlek op de zon weg te schrobben. maar hij kan er niet goed bij en de zon, ja die gaat ook altijd maar hoger staan. geluk-kig zakt ze later op de dag weer naar beneden en kan de poetsbeurt toch nog afgewerkt worden, maar dan…

Les résultats du sondage pour apporter tes tartines à l’école, c’est mieux de prendre une boîte à tartine et pas le papier aluminium. pour produire du papier aluminium il faut avoir beaucoup d’ énergie et c’est polluant pour l’air et pour l’eau. C’est donc très mau-vais pour l’environnement. en Belgique, la moitié des élèves prend du papier alu-minium à l’école. pourtant le papier aluminium est in-terdit dans notre école. en ecosse 13 élèves prennent du papier aluminium à l’école. Ce n’est pas bon pour l’environnement. Je propose d’acheter une boîte à tartines. C’est mi-eux pour l’environnement et vous pouvez utiliser la boîte plusieurs fois.

Ines

13

Page 16: MOSterd 20

14

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Ados Ecolos

Sterk gemotiveerd

De leerlingen hebben leren sa-menwerken en communiceren met leerlingen uit een ander europees land in een vreemde taal. alle vaardigheden kwamen aan bod en werden geoefend op een authentieke manier. De leer-lingen waren bovendien zeer gemotiveerd omdat hun werk werd getoond aan de partner-school.Naast hun vooruitgang in com-municatieve vaardigheden, groei-de ook het bewustzijn van het

belang van duurzame ontwik-keling, maar dan wel op een zeer concrete manier die aansluit bij hun dagelijks leven. De resulta-ten van de enquête toonden op eenvoudige wijze welke goede

praktijkvoorbeelden i.v.m. duur-zame ontwikkeling er in Schot-land en België al zijn, maar ook waar nog aan kan worden ge-werkt.

“Peer learning”

eTwinning stimuleert je om op zoek te gaan naar andere werk-vormen om tijdens de lessen te gebruiken. Ik heb ook geleerd dat je via een eTwinningpro-ject een aantal belangrijke leer-plandoelstellingen kunt ver-wezenlijken. Ik heb het project goed kunnen integreren in de les, het kwam er dus echt niet bovenop. voor mij persoonlijk was het een uitdaging om mijn ICT-grenzen te verleggen.Ik vond het fijn om te zien dat leerlingen enthousiast reageer-den op de contacten met leef-

tijdsgenoten uit een ander land. Die contacten motiveerden hen om extra hun best te doen voor de opdrachten. Tijdens de groepswerken is het me opge-vallen dat ze ook veel van elkaar hebben geleerd op het gebied van ICT. “peer learning” is echt niet alleen maar theorie!Het project ‘ados ecolos’ is ont-staan op de pDW in Chantilly. Tijdens de pDW kreeg ik de kans om een projectpartner te vinden en om dan samen het project te plannen. Ikzelf leerde er ook be-ter werken met Twinspace.

TwinSpace (www.etwinning.be en www.etwinning.net) De TwinSpace is een virtueel ‘klaslokaal’ waar eTwinning-partnerschappen hun projecten kun-nen uitvoeren.

Kenmerken:

Meertalig: de interface is in de 22 talen vertaald die in de landen die voor eTwinning in aanmer-king komen worden gesproken.

Veilig: de toegang tot de TwinSpace is beschermd door een wachtwoord en alleen toegankelijk voor mensen die door de projectbeheerders - meestal de leerkrachten die het partnerschap zijn aangegaan - zijn uitgenodigd. Dat betekent dat je leerlingen in een veilige omgeving kunnen werken zonder het risico dat ze in aanraking kunnen komen met onbekende mensen of schadelijke informatie.

Gebruiksvriendelijk: de TwinSpace is gericht op gebruikers die geen computerdeskundigen zijn. Het is een ongecompliceerd middel voor iedereen met basisvaardigheden op de computer.

Projectgeoriënteerd: de TwinSpace is op maat gemaakt om alle plannings-, communicatie- en publiceerfuncties te bieden die nodig zijn om een goed samenwerkingsproject te leiden

14

Page 17: MOSterd 20

15

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Ados Ecolos

Draagvlak

Het was ook fijn om te ervaren dat de collega’s van Wiskunde en Informatica, die niet van in het begin bij het project waren betrokken, toch onmiddellijk hun medewerking hebben toe-gezegd om de enquête succesvol te verwerken.voor technische tips kan ik al-tijd terecht bij de andere col-lega’s op school die ook een eTwinningproject hebben. Daarnaast kunnen we rekenen op de directie die een beleid voert dat eTwinning onder-steunt.

Verrijking

Klassen die niet rechtstreeks betrokken waren bij het project hebben ook de enquête inge-vuld. op die manier kregen zij belangstelling voor duurzame ontwikkeling en maakten zij kennis met eTwinning. Hope-lijk breidt de eTwinningwer-king in de school verder uit door die kennismaking. omdat de va-kantie- en examenperiodes van de projectpartners sterk kunnen verschillen, is het belangrijk dat je goede afspraken maakt over het tijdsgebruik.Je moet op regelmatige basis kunnen overleggen met je pro-jectpartner. uiteraard moet je ervoor zorgen dat je project je leerplandoelstellingen helpt te verwezenlijken, zodat het geen extra werk betekent.eTwinning betekent een echte verruiming van de europese ho-rizon, zowel voor de leerlingen als voor de leerkrachten en de school.Dit schooljaar lopen er in onze school drie eTwinningprojec-ten i.v.m. duurzame ontwik-keling. De partnerlanden zijn oostenrijk, Zweden, Frankrijk en Duitsland. Het zou fijn zijn als we in de toekomst elke klas van het vierde jaar een eigen project kunnen geven, omdat het een goede voorbereiding

Les résultats du sondage

la plupart des jeunes en ecosse va à vélo ou à pied à l’école. un bus est meilleur pour l’environnement que la voiture parce qu’une voiture pollue plus. rouler à vélo est un plaisir et c’est bon pour la santé. Des petits déplacements devraient certainement être faits à vélo ou à pied. Il y a beaucoup de gens qui prennent le vélo pour aller à l’école, mais je pense que ce nombre peut toujours être augmenté. Je pense que je dois plus prendre le vélo parce que notre environnement est très précieux.

Sofie

Les résultats du sondage

en Belgique, la plupart des élèves prend le bus à l’école. Il vaut mieux aller à l’école en bus parce que dans un bus plus de gens peuvent aller ensemble que dans une voiture. un bus est meilleur pour l’environnement que plusieurs voitures. l’émission de co2 est bien sûr moins que l’émission de co2 de plusieurs voitures dans le trafic. les meilleures manières pour aller à l’école sont aller à pied et à vélo parce qu’il n’y a pas d’émission de co2.

Jilly

is op de ‘milieudag’ die we in onze school organiseren voor de vierdejaars in het kader van de vakoverschrijdende eindtermen ‘omgeving en duurzame ont-wikkeling’. De nieuwe inzichten en ideeën die de leerlingen op die dag verkrijgen, kunnen dan weer worden gebruikt in op-drachten voor het project.

Ann Vermeiren, Immaculata Instituut,

Oostmalle, [email protected]

15

Page 18: MOSterd 20

16

Flat stanley reist de wereld rond

MOSterd sprak met Kristof De Waeghemaeker, directeur van Basisschool de Regenboog in Wondelgem, Gent.

Het Flat Stanley Project – een uitwisselingsproject per post of e-mail tussen lagere scholen – start in 1995 vanuit Ontario, Canada. Het project baseert zich op de gelijknamige jeugdboekenreeks van de auteur Jef Brown. Wereldwijd komen meer dan 6000 scholen uit meer dan 40 landen met elkaar in contact. Het enthousiasme waarmee de directeur ons tijdens een schoolbezoek over Flat Stanley vertelde, was ons bij-gebleven. (De Regenboog verdiende vorig jaar met vlag en wimpel – pun intended - de Groene Vlag) Voor dit themanummer over ‘internationale samenwerking en MOS’ trekken we dus opnieuw richting Wondelgem . Onze eerste vraag aan Kristof: ‘Hoe heb je het project leren kennen?’

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Flat Stanley reist de wereld rond

Leerlingen smelten voor een klein plat ventjeeen 10-tal jaar geleden, ik was toen nog leerkracht in het 6de leerjaar hier op school, kom ik heel toevallig via mijn broer in contact met Flat Stanley. een pennenvriendin uit Texas stuurt hem een Stanley op. Ik neem die Stanley mee naar mijn klas om de kinderen in Texas te tonen hoe het er in onze school aan toegaat. De kinderen uit mijn eigen klas reageren meteen superenthousiast. Die geest-drift komt vooral voort uit het idee dat een heel klein plat man-netje van de andere kant van de wereld komt, speciaal om hen te leren kennen. Je moet je voor-

stellen: een zesde leerjaar, allemaal stoere jongens en meisjes, die helemaal smel-

ten voor dat kleine platte ventje. Ik ben me meteen verder gaan informeren en zo rollen we in het project.In het begin werken we alleen binnen onze eigen school. We maken Stanleys in de klas en geven ze mee met kinderen die op reis gaan (of met hun fami-lieleden of vrienden). Zo brengt Stanley verslag uit vanuit o.a. Duitsland en Frankrijk. een Stanley vaart ook mee op een missie met de godetia, het Bel-gische marineschip, zover als Kaap de goede Hoop. De perso-nen die Stanley meenemen, ma-ken foto’s (met Stanley erop na-tuurlijk) en brengen verslag uit over hun reizen. Stanley brengt ook dikwijls souvenirs mee. op die manier maken we in de klas kennis met heel wat landen.Na een 3-tal jaar stappen we ef-fectief in het eigenlijke school-uitwisselingsproject.16

Stanley lambchop is een

jongen die zo plat is als

een dubbeltje nadat hij

in zijn slaap werd geplet

door een prikbord dat

van de muur viel. Dat

klinkt pijnlijk, maar

volgens Stanley kriebelde

het alleen een beetje.

Bovendien heeft plat zijn

ook voordelen. Hij kan zo

onder de deur glijden en

wanneer hij ergens wordt

uitgenodigd, sturen zijn

ouders hem gewoon op in

een enveloppe (met wat

boterhammen erbij).

Page 19: MOSterd 20

17

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Flat Stanley reist de wereld rond

Groot nieuws als Stanley terugkomt

Wij werken met het project in de derde graad. Soms in het vijfde, maar vooral in het zes-de leerjaar, omdat het project daar het best past binnen het leerplan Wereldoriëntatie. Het vijfde leerjaar kijkt naar europa, het zesde naar de wereld. Samen met de kinderen kiezen we een klas of een school in een land dat ons aanspreekt. vervolgens ne-men we via de site van het pro-

ject contact op met die school met de vraag of ze zin hebben in een uitwisseling. Komt er een positief antwoord, dan gaat het project echt van start en stoppen we Stanley in een envelop, samen met een in-formatiebrochure die de kinde-ren in het begin van het school-jaar maken over onze school, over Wondelgem en gent. met foto’s van de klas, de school, de omgeving enz.De kinderen ginder ontvangen die informatie en werken ermee in de klas.voor ons is het intussen met spanning afwachten op zijn terugkeer. meestal komt een Stanley terug na zo’n maand of twee, drie. met een envelop vol materiaal. We bespreken alles in de klas.Stanley kun je natuurlijk ook uitwisselen via e-mail en sinds kort ook via de Ipad. Wij opte-ren heel bewust voor de uitwis-seling per post. Het is heel ple-

zant voor de kinderen dat ze iets tastbaar in handen krijgen. Het enige nadeel is dat er op deze manier wel eens Stanleys ver-loren lopen. van de 20 Stanleys komen er gemiddeld 12 à 13 te-rug. Het is dan ook telkens groot nieuws als er een Stanley terug thuiskomt.In de loop van de jaren stuurden we Stanleys uit naar verschillen-de landen uit alle werelddelen.

Stanley doet eigenlijk al-les wat de kinderen in de klas doen. Hij gaat mee op uitstap, gaat de buurt verkennen en blijft meestal logeren bij een kindje thuis.Zo ging ‘little Stanley’ ooit op bezoek in een bedrijf in de verenigde Staten waar je niet zomaar binnen en buiten loopt. Zonder badge kom je er niet in.

Persoonlijke betrokkenheid

De grote kracht achter het project is

dat kinderen bijna ‘life’

contact heb-ben met de hele wereld en zo dingen

kunnen ontdek-ken. Het uitzon-

derlijke verhaal maakt dat de kinderen meteen mee

zijn met het concept.

omdat we met de hele klas aan het project werken, maar elk kind afzonderlijk zijn of haar

Stanley opstuurt, bereiken we niet alleen veel meer scholen maar krijgen we ook een zéér grote persoonlijke betrokken-heid van de leerlingen. eigenlijk gaan ze voor een stuk zelf op reis. Het is immers hun Stanley die we de wereld insturen. De kinderen leven echt mee met het figuurtje. Als Stanley terug-komt, is de envelop ook altijd geadresseerd aan de betrokken leerling.vroeger gebruikten we soms het standaardfiguurtje van het project maar nu maakt iedere leerling een eigen poppetje.voor de school en de leerkracht is dit project zeer toegankelijk. De instapdrempel is zeer laag.

17

Je hoeft geen vuistdik dossier te maken vooraleer je van start kunt gaan. Wat niet wil zeggen dat het project vrijblijvend is. Je gaat een engagement aan en je wilt de kinderen uit het buitenland en je eigen klas niet teleur-stellen na-tuurlijk. maar een papierberg is het dus zeker niet. en dat alles voor de prijs van een postzegel!

Page 20: MOSterd 20

18

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen De schoolmuren slopen

Stanley en het milieu

met Stanley kun je allerlei on-derwerpen aanraken, maar het milieu en het interculturele ko-men vrijwel altijd aan bod. So-wieso kijken kinderen naar hun eigen leefomgeving. Soms biedt de milieu-invalshoek zich aan door de informatie die we ont-vangen. Zo bracht een Stanley ons een uitgebreid relaas over een orkaan die de streek van een partnerschool trof. Dat gegeven grijpen we dan aan om met de kinderen over milieurampen te praten. of Stanley heeft een ka-toenveld bezocht. Hier pikken

we op in om over productiepro-cessen te praten.met een (eco)school in palasi-nan (Filippijnen) hebben we een iets diepere samenwerking. Hier gebeurt de samenwerking specifiek in functie van onze moS-werking. leerlingen cor-responderen met elkaar en le-ren zo hoe de mensen in andere landen met milieuzorg omgaan. De verslagjes en foto’s die wij opsturen gaan over onze moS-thema’s. We wisselen informa-tie uit over onze werking, over onze milieuproblemen en hoe

we die proberen op te lossen.Je merkt het, of je nu breed wilt gaan of heel specifiek aandacht wilt besteden aan een bepaald thema: met Flat Stanley kun je alle kanten op. Dit fantastische project is een absolute aanrader voor alle (moS-)scholen.

Website Basisschool De Regenboog Wondelgem: http://

users.telenet.be/de_regenboog/Website van het project

http://www.flatstanley.com/Interview: Wouter de Tandt en

Mike Stoens

de schoolmuren sloPen

Een duurzaam beleid in Humaniora Kindsheid Jesu, Hasselt

aangezien de provincie lim-burg voluit gaat voor klimaat-neutraliteit, zetten we in de lessen aardrijkskunde van de 2de graad thema’s als de water-problematiek in het midden-oosten en de ontbossing van het amazonewoud extra in de verf. We leggen ook de link naar de klimaatopwarming. In de 3de graad bekijken we de klimaatopwarming vanuit de gegevens die het IppC1 ons voor-legt. ook het standpunt van klimaat-critici komt aan bod.

Wereldteam HKJ

Wie?

een groep enthousiaste leer-lingen en leerkrachten die de school bewust wil maken van de Noord-Zuidproble-matiek en van de nood aan eerlijke en duurzame handel en voedsel, enzovoort… om uiteindelijk échte wereld-burgers van de leerlingen te maken.

Grondgedachte?

Bouwen aan een respect-volle, duurzame, eerlijke en rechtvaardige wereld.

1 Intergovernmental panel on Climate Change

Page 21: MOSterd 20

19

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen De schoolmuren slopen

Noord-Zuid en

Millenniumdoelen

Het Wereldteam bestaat uit een veertigtal vrijwilligers (een tien-tal leerkrachten en een dertigtal leerlingen) en vergadert regel-matig tijdens de middagpauze met een eerlijk sapje erbij. Het wereldteam organiseert ver-schillende Noord-Zuidactivitei-ten en in samenwerking met een aantal seminariegroepen van de Humane Wetenschappen en Wetenschappen ook activiteiten met betrekking tot eerlijke han-del, duurzame voeding en milieu.Sinds de start in het school-jaar 2004-2005 van de “Ik ben verkocht”-campagne, zitten we met ons Wereldteam geregeld rond de tafel om na te denken over hoe we op school leerlingen en leerkrachten actiever kun-nen betrekken bij acties i.v.m. eerlijke handel en duurzamer consumeren en produceren. Zo kunnen we ons steentje bijdra-gen aan een propere, rechtvaar-dige en duurzame wereld. Hier-bij laten we ons graag inspireren door materiaal van buiten de school, nl. van 11.11.11, vredesei-landen, Kleur Bekennen, moS, Broederlijk Delen, oxfam We-reldwinkels, globelink(KraS) en voedselteams. De rode draad door onze werking zijn de uitge-schreven millenniumdoelen.

Weer een auto minderIn de aanloop naar de 11.11.11-campagne besloten we om mee te doen met de nationale fietscampagne waarbij we de fietsplaatjes uitdeelden aan leerlingen en leerkrachten

die ook een klimaatakkoord wilden ondertekenen. met de slogan “Weer een auto minder” verkleint onze ecologische voetafdruk en vermindert de Co2- uitstoot gevoelig.

19

wereldteam 2011-2012

Page 22: MOSterd 20

20

Biotuintjes

We vroegen aandacht voor de klimaatslachtoffers in peru, het land waar we vorig schooljaar op inleefreis gingen en waar we met onze eigen ogen de afsmelting van de gletsjers hebben kunnen zien. We legden biotuintjes aan in een krottenbuurt van lima en hebben aan den lijve onder-vonden hoe kostbaar water is in een woestijnmilieu. In de droge periode kunnen kleine vierkante-meter-tuintjes en pi-ramide- en flessentuintjes een uitkomst bieden. We leerden de

lokale jongeren die duurzame technieken aan. Hopelijk met duurzaam resultaat? In de over-gangsperiode naar onze volgen-de inleefreis in april 2013 onder-houden we het contact met de buurt. We ontwikkelen nu edu-catieve spelletjes i.v.m. groenten en fruit, eenvoudige kooklesjes, creatieve workshops die met de kinderen van de buurt kunnen worden gespeeld.

Aanleggen van biotuintjes in de wijk

El Paraïso in Lima, Peru

Voedselteam

omdat ontwikkelingssamen-werking in onze geglobaliseer-de wereld een grote noodzaak blijft, zetten we ons verder in voor vredeseilanden. vredesei-landenprojecten kunnen echt het verschil maken voor de kleine boeren in Zuid en Noord. Daar krijgen we ieder jaar meer dan goede bewijzen van.Dit is bovendien het 3de jaar dat ons voedselteam, een initi-atief van vredeseilanden, actief is. leerkrachten vinden bij het verlaten van de school op don-derdag hun kist met lokale bio-groenten en fruit.

20

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen De schoolmuren slopen

Page 23: MOSterd 20

21

Consuminderen

en dan blijft er onze wekelijkse Wereldwinkel, die onze leerlin-gen van de hogere graad samen met enkele leerkrachten draai-ende houden. Naast wereldwinkelproducten zijn er ook Hasseltse bio-appels of al eens koekjes van het voed-selteam te koop. ondanks het succes houden we het toch op één verkoopsmid-dag. leerlingen moeten ook de bood-schap krijgen dat we moeten consuminderen, willen we als school bijdragen aan een meer duurzame samenleving.

Seminariegroepen

voor leerlingen van de derde graad Wetenschappen en Hu-mane Wetenschappen vullen we de uren vrije ruimte vak-overschrijdend in. per leerjaar en studierichting werken de leerlingen in kleine groepjes vier tot vijf thema’s uit. Die se-minariegroepen verdiepen zich in het thema: ze zoeken infor-matie op, nemen interviews af, leggen contacten met externe organisaties en bedrijven en

nemen deel aan activiteiten. Daarna geven ze met een inter-actieve voorstelling de informa-tie door aan de rest van de klas. De derde graad Wetenschappen verdiept zich in milieuthema’s zoals: kernenergie en de gevol-gen voor de maatschappij, alter-natieve energiebronnen, eigen energieverbruik, uitputting van grondstoffen, ontbossing, af-val, bodemerosie en water- en luchtvervuiling.

Klimaatcasino

Dit schooljaar spelen de leerlingen van de derde graad Wetenschappen met andere klassen het Kli-maatcasino van de provincie limburg. In de voor-bereiding leerden ze de eigen voedselvoetafdruk bevragen en het verbruik van hun elektrische toestellen meten. Ze bedachten een experiment om zure regen aan te tonen. Ze produceerden in een spelvorm een duurzame jeans of leerden een duurzaam festival organiseren. om nog meer achtergrond te krijgen, discussiëren we verder bij een aantal filmfragmenten die de overconsump-tie van grondstoffen in beeld brengen en inzoo-men op de uitwassen van de voedingsindustrie. op dit moment bereiden de leerlingen een duur-zame reclamecampagne voor het casino voor.

Verankering

Sommige initiatieven ontgroeien het “actiesta-dium” en worden jaarlijks herhaald. enkele voor-beelden. We wandelen naar de bioscoop voor ons jaarlijkse film. Zo moeten er geen bussen rijden, vermindert onze Co2 – uitstoot en maken de leer-lingen een sportieve wandeling. Snoep van de Sint hebben we ingeruild voor een speculaas van De Wroeter (een zorgboerderij uit Kortessem) en het Wereldteam zorgt voor de duiding en de ver-deling ervan. Het fruitsap uit de automaten is ver-vangen door eerlijk fruitsap van de Wereldwinkel en op recepties schenken we eerlijke wijn. en er is de jaarlijkse “Dikketruiendag”.

21

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen De schoolmuren slopen

Page 24: MOSterd 20

22

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen De schoolmuren slopen

Debatten en werkgroepen

In het derde trimester organi-seren de wetenschappelijke se-minariegroepen twee debatten, een gemeenteraadsdebat en een internationaal klimaatdebat.

Het seminarie Humane Weten-schappen, in de vrije ruimte van de derde graad, staat in het teken van de geglobaliseerde wereld met al zijn gunstige maar ook kwalijke gevolgen. vooraf brengen de leerlingen een be-zoek aan het inleefatelier mon-diapolis van oxfam Solidariteit. Daarna kiezen ze de deelthema’s via een brainstorm. Zo zijn er

verschillende seminariegroep-jes ontstaan die aandacht heb-ben voor ”voedsel van boeren van bij ons” en “eerlijke handel”. Zij hebben dit jaar het voedsel-team van de school bij de ouders bekend gemaakt.Het werkgroepje ‘Internationale economie en politiek’ vestigt de aandacht op bepaalde wan-toestanden achter de bekende merknamen. een groepje leer-lingen trekt zich het lot van vluchtelingen in vlaanderen aan. Nog een ander ploegje wil armoede in kaart brengen.

Gemeenteraadsdebat:Kiezen voor de meest duurzame oplossing voor de toekomstige energie-voorziening van de ge-meente.

Klimaatdebat:over verschillende milieu-thema’s zoals broeikasef-fect, bodemerosie en wa-tervervuiling.Elke deelnemer krijgt in het debat een rol toegewezen en moet die rol grondig voorbe-reiden aan de hand van een aantal kernvragen en ver-dedigen vanuit zijn of haar standpunt.Bijvoorbeeld (voor het kli-maatdebat):

“Wat is het belangrijkste probleem? Hoe kan de aarde gered worden? Wie moet dat betalen?”

Verschillende rollen in het debat: de Peruviaanse rege-ring, vertegenwoordigers van MNO’s, Greenpeace, weten-schappers, economen…

Klereninzamelactie voor asielcentrum van 6 Humane Wetenschappen

Waarom zouden we?

We beseffen dat een duurzaam beleid voeren op onze school echt nodig is. We willen onze schoolmuren slopen. We hou-den oren en ogen open en probe-ren de actuele maatschappelijke problemen ook binnen onze schoolmuren bespreekbaar te maken en onze eigen oplossin-gen aan te dragen. Dat willen we toch graag proberen …Bovendien krijgen we via de uren van het project “vrije ruimte” ook tijd en ruimte om

verschillende aspecten van duurzame ontwikkeling ter sprake te brengen en the-

ma’s onder de loep te nemen die bovendien ook aansluiten bij de studierichting die de leerlingen kozen.als we die thema’s belangrijk vinden, dan moeten ze ook les-tijd krijgen. Door de samenwer-king tussen het Wereldteam en de seminariegroepen, de be-trokkenheid van de hele school bij de Noord-Zuidacties, de fair-trade en duurzame consumptie acties en milieuacties, komen alle thema’s m.b.t. duurzame ontwikkeling op verschillende manieren aan bod en zijn ze ge-integreerd in een duurzaam be-

leid van heel de school.Wij kunnen zelf het verschil maken door resoluut onszelf te bevragen en uit te kijken hoe het nog duurzamer kan, door te kiezen voor korte-keten-biopro-ducten, eerlijke handel, zoveel mogelijk met de bus of de fiets naar school komen, energiezui-nig te leven thuis en op school, enzovoort.

Katelijne Cartuyvels, leerkracht aardrijkskunde,

begeleider Wereldteamwww.kjhasselt.be/humaniora/

activiteiten/wereldteam, http://inleefreisperu.blogspot.com/22

Page 25: MOSterd 20

23

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Met maats in Begie kommunikeer

Laerskool Witpoort uit Pretoria (Zuid-Afrika) correspondeert met het Atheneum Klein-Brabant uit België.Witpoort is een van de 40 scholen die zich engageerden in het Zuid-Afrikaanse project ‘Sustainable living in South-African schools’, een samenwerkingsproject van de Vlaamse overheid, de VUB en de South-West University.Een uitwisseling opstarten met een school aan het andere einde van de wereld is niet gemakkelijk. Neem bijvoorbeeld de verdeling van het schooljaar: bij ons van september tot juli en in Zuid-Afrika van ja-nuari tot november. Je moet dus minimum twee schooljaren uit-trekken om een duurzaam contact te behouden. Hoe je aan zo’n pro-ject begint en hoe je het volhoudt, vroeg MOSterd aan Hedwig Wuyts (Atheneum Klein-Brabant) en Cor-lia Eksteen (Witpoort). Een dubbel-interview.

moSterd: Wat verwachten de leerkrachten en leerlingen van zo’n uitwisselingsproject?Hedwig: We verruimen graag onze horizonten. We hebben op twee jaar tijd al heel wat gerea-liseerd in ons moS-project en staan open voor nog meer nieu-we ideeën. Wie weet leren we die wel van onze Zuid-afrikaanse vrienden. We willen graag re-gelmatig communiceren, maar hebben er dikwijls de tijd niet

voor. We zien er ook voordelen in voor de taalvaardigheid van onze leerlingen. misschien kun-nen we binnenkort Skype ge-bruiken?Corlia: In Suid-afrika is die ver-wagting dat leerders met maats in Belgie kommunikeer oor hoe hul herwinning doen, en som-mer net lekker gesels oor hulle land en ervarings.moSterd: Hoe hebben jullie el-kaar leren kennen?Corlia: ons het die skool leer ken deur herwinningsprojek by ons skool. (red.: Corlia verwijst naar het hogergenoemde samenwer-kingsproject)Hedwig: We reageerden op de vraag van moS om partner te zijn van een Zuid-afrikaanse school.moSterd: op welke wijze heb-ben jullie al contact gehad?Hedwig: Bijna een jaar geleden hebben onze leerlingen voor het eerst brieven geschreven naar laerskool Witpoort in Zuid-afrika.Corlia: ons het briewe van die skool ontvang en briewe van ons kinders saamgestuur. ons graad 7 leerders van 12 jaar oud is betrokke. Kontak is nie ge-reeld nie. ons skool het besluit om die projek te begin om meer uit te vind hoe ander skole her-winning doen.ons kinders van graad 7 verlaat elke einde van die jaar die skool

om na ander skole te gaan vir Hoërskool opleiding. Dus moet die graad 6 leerders ook elke keer betrek word. Daar is dus nie aaneelopende kontak tussen dieselfde groep nie, maar wissel elke jaar, wat dit moeilik maak.Hedwig: De leerlingen beschrij-ven in hun brieven alles wat met onze school en moS te maken heeft, wat we zoal doen voor moS. We hebben onze Zuid-afrikaanse partnerschool een dvd gegeven met daarop foto’s en filmpjes van onze MOS-ac-tiviteiten. Wij kregen van hen enkele maanden later een héél mooi pakketje terug, met 18 brieven, inheemse zaden en een dvd met foto’s.We hebben een leuk idee voor onze moS-tuin gezien op de fo-to’s van de laerskool Witpoort, namelijk een groentetuintje in de vorm van een cirkel. De cir-kel is verdeeld in vier, zes of acht segmenten. Dat oogt heel mooi en wordt in Zuid-afrika ge-bruikt om rekenwerk met breu-ken aan te leren, een goed idee, vinden we!voor onze ren-je-moS-quiz op de Dikketruiendag hebben we alvast een leuke vraag ge-haald uit de brieven van onze Zuid-afrikaanse vrienden: een composthoop noemen zij een “aardwormboerderij”, prachtig woord, vinden we allemaal.moSterd: geef eens wat raad aan

23

met maats in belgie kommunikeer

Page 26: MOSterd 20

24

scholen die ook met een buiten-landse school een of ander project willen beginnen?Hedwig: gewoon DoeN! We kun-nen veel van elkaar leren. Com-

VVOB (Vlaamse Vereniging voor Ontwikkelingssamenwer-king en technische Bijstand vzw). VVOB is een vzw die bij-draagt tot de kwaliteit van het onderwijs in ontwikkelings-landen. Vanwege de werking in het Zuiden en de verankering in Vlaanderen bevindt VVOB zich in een unieke positie om een brug te vormen tussen beide werelddelen.

In het programma Scholen-banden vinden scholen uit het Noorden en het Zuiden elkaar. De relatie kan heel diverse vormen aannemen. Van het verzenden van foto’s tot een fysieke uitwisseling. Van het leren van elkaars taal tot het uitwisselen van lesmateriaal. Van brieven schrijven tot ont-wikkelingshulp. Hoe de band er ook uitziet, be-langrijk is dat het een relatie is die voor beide partijen tegelijk zinvol, boeiend en plezierig is. www.scholenbanden.be

In de inkomhal kunnen kinderen en ouders het reilen en zeilen van het Surinameproject volgen. De schild-pad en kinderhandjes werden door de Surinaamse kinderen naar hun partner in Anderlecht gestuurd.

24 De leerlingen wisselen informatie over Belgische en Surinaamse gerechten uit via het internet.

over het muurtje kijken

Scholenbanden, een project van VVOB

Basisschool goede lucht, ander-lecht, heeft een band met open-bare School Clevia in Suriname. De school start met het uitwisse-lingsproject in 2008. Het begint heel klein: de leerlingen zoeken zelf op waar Suriname ligt en wel-ke taal er wordt gesproken. voor Brusselse leerlingen is Nederlands gebruiken in buitenschoolse con-texten immers heel belangrijk. De kinderen schrijven brieven naar elkaar en de leerkrachten probe-ren om toch zeker maandelijks contact met elkaar te hebben, zo-dat er een band ontstaat. Samen met de Surinaamse leerkrachten stellen ze het actieplan op. Beide scholen proberen er zoveel moge-lijk over te waken dat wat in België gebeurt ook in Suriname aan bod komt en omgekeerd. Het moS-project is een dankbaar gegeven om interessante onderwerpen aan bod te laten komen. De thema’s energie, afvalpreventie en water hebben hun weg naar het zuiden al gevonden.De ‘Walk for Water’ in 2011 stond

in het teken van Suriname en de school heeft een postpakket met tekeningen van de kleuters, wa-terproefjes en informatie over ‘the walk’ doorgestuurd. De groente-tuin en de kippenren op school kwamen in volgende uitwisse-lingsmomenten aan bod. ook de kleuters werken mee: Nijntje (Dick Bruna) bestaat ook in een zuiderse vorm en ‘Nina’ heeft nu ook haar plaats gevonden in de Brusselse kleuterklas. over de laatste actie i.v.m. ‘eten en drinken’ vind je tal van foto’s op de website van Scholenbanden. Het initia-tief komt van een lerares die zelf, voor haar stage, drie maanden in ghana doorbracht. Het virus om over het muurtje te kijken, is ze nooit meer kwijtgeraakt. Het is belangrijk dat de leerkrachten een kerngroep vormen om het project op de sporen te houden, want pro-jecten met het zuiden vereisen een grote dosis geduld en creativiteit. op www.scholenbanden.be/?q=nl/node/1290 kun je het uitwisselings-project volgen.

Paul Renders

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Uitwisselingsprojecten en inleefreizen Over het muurtje kijken

municatie met zo’n verre partner blijft een heikel punt. geduld heb-ben en langzaam de relatie opbou-wen, is het meest doeltreffend.Corlia: maak kontak met skole en

begin kommunikeer. Hul moet weet wie om te kontak om deel te word van die projek.

Interview: Paul Renders

Page 27: MOSterd 20

25

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Enkel concrete verhalen Aardrijkskunde als hét milieuvak

Enkel concrete verhalen van mensen spreken leerlingen aan

aardrijkskunde als hét milieuvak bij uitstek volgens jonathan hooton

Op uitnodiging van POM West-

Vlaanderen2 trok MOS naar Holt

(ongeveer 200 km ten noordoosten

van Londen). Het “Environmental

and Outdoor Learning Team” van

de Norfolk City Council organi-

seerde in Holt Hall van 14 tot 16

februari 2012 een 3-daagse energie-

training voor studenten van 16-18

jaar: “The Energy Ambassadors’

Programme”. Bedoeling was om

een 40-tal studenten van scholen

uit Norfolk (5 scholen), Suffolk

(1 school), Zweden (2 scholen) en

Noorwegen (3 scholen) op te leiden

tot energieambassadeurs die sen-

sibiliserende energieacties in hun

eigen school kunnen opzetten.

Jonathan Hooton is leraar aardrijkskunde aan de Notre Dame High School in Norwich, Norfolk, groot-Brittannië. met drie studenten nam hij deel aan het energy ambassadors’ pro-gramme in Holt Hall.moSterd had met hem een ge-sprek omdat zijn onomwonden mening over natuur- en milieu-educatie en duurzame ontwik-keling en de rol van aardrijks-kunde en vakoverschrijdend werken ons tegelijk verbaasde en intrigeerde. moSterd: Waarom vind jij het vak aardrijkskunde het meest geschikte vak om milieukwes-ties in de klas te behandelen? Jonathan: aardrijkskunde is multidisciplinair, verschillende wetenschappen komen erin sa-men: fysica, chemie, sociologie, wiskunde…een groot aantal milieuonder-werpen komen in onze aard-rijkskundecursus voor en staan

je toe om er dieper en uitgebrei-der op in te gaan. andere vakken hebben een te specialistische in-valshoek: ze halen het milieuon-derwerp uit de context van het leven en vergeten de impact op de wereld. Ze bekijken het in detail. Bijvoorbeeld in de chemieles heeft men het louter over de chemische re-acties. aardrijkskunde kijkt ook altijd naar het effect op gewone mensen en landen. Je hebt spe-cialisten nodig om wetenschap-pelijke fenomenen te begrijpen. maar aardrijkskunde brengt al die kennis samen.

2 provinciale ontwikkelingsmaatschappij / partner in het aNSWer-project

Geography looks at envi-ronmental issues in their context, in their effect on people and countries and in connection with climate and other general aspects.

Page 28: MOSterd 20

26

Kennis (van specialisten in gra-fieken en cijfers) heb je natuur-lijk nodig, maar het is de toe-passing op mensen die het pas interessant maakt.Het zijn de concrete verhalen van mensen die leerlingen aan-grijpen. Denk bijvoorbeeld aan de effecten van de tsunami in Japan verleden jaar. De leerlin-gen waren geschokt. Je kunt dan in de les verder uitweiden over het stijgende zeeniveau, over stormen en platentektoniek en klimaatverandering. Sommigen beweren ook dat het stijgende zeeniveau vulkanische uitbar-stingen zou oproepen. er kun-

nen in de les dus zeer interes-sante discussies ontstaan. moSterd: Waarom heeft de vak-overschrijdende aanpak volgens jou geen zin?Jonathan: Duurzaamheid is een verplicht onderwerp in engelse scholen: het moet worden on-derwezen! maar ik geloof er niet in dat leerlingen in staat zijn om duurzaamheidskwesties die be-sproken worden in bijvoorbeeld wetenschappen, in talen en in drama met elkaar in verband te brengen.Wat mij vooral irriteert, is het idee dat je denkt iets aan het af-valprobleem te doen door met afval kunstwerken te maken. Na een paar maanden gooi je die dingen toch weg, zonder dat je dieper bent ingegaan op wat hergebruik en recyclage pre-cies betekenen en waarom je het doet.moSterd: Spreek je nu niet en-kel over “kennis”. Heb je ook aandacht voor vaardigheden en attitudes?Jonathan: Binnen “environmen-tal studies” - een vak dat de leer-lingen serieus nemen omdat het een zelfstandig vak is - brengen we afvalbeheer ter sprake.We bespreken dan bijvoorbeeld of speciaal naar de glascontai-ner rijden om glas te brengen wel voordelig is voor het milieu. Het zou wel eens meer energie kunnen vragen dan dat het mi-lieu er voordeel bij doet, door-dat je glas sorteert. Het wordt pas goed voor het milieu als je dat glas wegbrengt op je weg

naar de supermarkt omdat je die rit toch moet maken.De interesse van de leerlingen was groot bij het onderwerp “luiers”: wat is beter voor het milieu, wegwerpluiers of was-bare luiers? mijn broer en ik hebben daarover een andere mening. Hij is een echte ecolo-gist en gebruikte wasbare luiers. mijn vrouw wilde wegwerplui-ers gebruiken en zij is de baas, dus…

Het Energy Ambassa-dors’ Programme brengt studenten uit verschil-lende landen bij elkaar om samen te leren over effectieve manieren om het gebruik van energie op school te verminderen. Het is niet alleen de bedoe-ling dat zij inzicht krijgen in de forse vooruitgang van de groene energie-industrie. Zij verkrijgen ook de vaardigheden, het ‘gereedschap’ en het noodzakelijke vertrouwen in zichzelf om energie- en Co2-reductie in hun school te realiseren. Het is een programma van het door europa gesubsidi-eerde aNSWer.

aNSWer (a North Sea Way for Energy-Efficient regions)www.answerproject.euaNSWer is een door de eu bekostigd project. Het project wil jongeren inspireren om het energie-verbruik in hun school te verminderen door real-time gegevens te vergelij-ken. Scholen voeren hun energiegegevens in (The energy Watch) en delen effectieve oplossingen voor energiereductie met elkaar.

(Zoek in google naar “aNS-Wer” + “The energy Watch” en je komt op de facebookpa-gina van het project)

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Enkel concrete verhalen Aardrijkskunde als hét milieuvak

What irritates me is the idea of using waste for art work, it only postpones the inevitable: you still throw it away after a couple of months. You’re not getting down to the issues of effective re-use and recycling or why you recycle.

3 Nvdr: uitgebreid onderzoek van voorlichtingsorganisatie milieu Centraal (Nederland), heeft uitgewezen dat de wegwerpluier het milieu 2,5 keer zo zwaar belast als de wasbare luier. als de luiers in de droger gaan is dat nog altijd 1,5 keer zo zwaar.

Page 29: MOSterd 20

27

Zo eenvoudig is het antwoord niet als je een volledige lCa (levenscyclusanalyse) opstelt. Heel bepalend is hoe je de ener-gie produceert om de luiers te wassen en hoe ver je moet rijden - eventueel naar een wasserij of om de luiers te kopen – om uit te maken wat het duurzaamst is. Zo groot is het verschil niet3.moSterd: Hoe ben je bij dit pro-ject betrokken geraakt?Jonathan: onze school is al be-trokken geweest bij een groot aantal milieuprojecten. Wij zijn een eco-school en hebben de groene vlag behaald. Wij heb-ben ook al altijd veel aandacht gehad voor energiemonito-ring. We hadden al een systeem van meten voor het aNSWer-project. Dat was wel niet goed-koop, maar het hoofd van de wetenschappenafdeling had een subsidie om te spenderen.

en omwille van onze ervaring met monitoring werden we ge-vraagd mee te doen.moSterd: Heb je al aan meer in-ternationale projecten meege-werkt?Jonathan: Niet echt internati-onaal, nee. We hebben op onze school een afvalaudit gedaan (76% was papier en karton) en sindsdien houden we papier apart van de rest van het afval. We stimuleren de leerlingen om zich op een duurzame manier te verplaatsen en hebben daarom fietsstallingen geïnstalleerd. We hebben ook een vijver binnen het schoolterrein. Die wordt in de wetenschapslessen veel ge-bruikt.moSterd: Hebben jullie ook vol-doende aandacht voor preven-tie?Jonathan: uiteraard hebben wij ook daar aandacht voor. maar er zijn bepaalde bestaande ge-woontes waar wij als leraar niet zelf over kunnen beslissen. Neem bijvoorbeeld mijn vak

aardrijkskunde – we doen niet echt wat we zelf uitdragen: wij hebben hier op school “exam-booklets” – wat heel veel papier betekent (foto’s, kaarten, grafie-ken…in kleur). op elke vergade-ring krijg je stapels papier. eén ding hebben we al wel verkre-gen, nl. dat onze printers stan-daard op recto-verso ingesteld zijn. maar aan de andere kant zijn onze computers nu ook verbonden met de foto-kopieermachines: zwart-wit en kleur. en velen van ons duwen meestal iets te snel op de printknop. We gebruiken ook minder handboeken, dus wordt er voor elke les gekopi-eerd…

Interview: Philippe Moreau, Eric Craenhals

mosterd MOS calling, eerder reis dan bestemming Enkel concrete verhalen Aardrijkskunde als hét milieuvak

If you drove glass to a re-cycling centre, you might actually quite easily be using more energy in dri-ving than you are saving in recycling.

27

Page 30: MOSterd 20

28

mosterd U vraagt Energieprestatiecertificaat

U vraagt

energiePrestatiecertiFicaat

Moet onze school een EPC hebben?

vanaf 1 januari 2013 moeten pu-blieke gebouwen met een bruik-bare vloeroppervlakte groter dan 500 m2 over een epC (ener-gieprestatiecertificaat) beschik-ken. Ze moeten het epC ophan-gen op een voor het publiek duidelijk zichtbare plaats. vanaf 1 januari 2015 wordt het epC ook verplicht voor gebouwen groter dan 250m2. Het gaat over gebou-wen van de federale, vlaamse, provinciale en gemeentelijke overheden en over gebouwen waarin publieke diensten zoals onderwijs of verzorging worden verstrekt die gelegen zijn in het vlaamse gewest. voor publieke gebouwen groter dan 1.000m2

geldt de verplichting al sinds 1 januari 2009. Het epC legt geen eisen op aan het gebouw, maar het kent een kengetal toe, waardoor de eige-naar, de gebruiker en de bezoe-kers informatie krijgen over de energetische kwaliteit van het gebouw. Daarnaast bevat het

epC ook een opsomming van energiebesparende maatregelen die zich op korte termijn terug-verdienen. Het epC voor publieke gebou-wen wordt opgemaakt door een erkende energiedeskundige type C of door een interne ener-giedeskundige. Interne ener-giedeskundigen kunnen enkel voor de publieke organisatie waarvoor ze werkzaam zijn een energieprestatiecertificaat op-maken. De lijst met erkende energiedeskundigen type C vind je op www.energiesparen.be/epc-publiek. om het epC te kunnen opma-ken moet de energiedeskundige over de verbruikgegevens van exact één jaar beschikken. om tegen 1 januari 2013 over een epC te beschikken, moet de school dus meterstanden vanaf uiter-lijk eind 2011 hebben genoteerd. Het vlaams energieagentschap oefent steekproefsgewijs con-troles uit op de aanwezigheid

en de correctheid van het ener-gieprestatiecertificaat voor pu-blieke gebouwen. Bij afwezig-heid of misbruik kan een boete worden opgelegd tussen 500 en 5000 euro en/of kan de energie-deskundige zijn erkenning ver-liezen.

De invoering van het epC is het gevolg van de europese richtlijn betreffende de energieprestaties van gebouwen (2002/91/eg). De herziene europese richtlijn (2010/eu/32) verplicht de lidstaten om de oppervlaktedrempel van 1000 m2 in twee stappen te verlagen naar res-pectievelijk 500 m2 en 250 m2. met het energiedecreet van 8 mei 2009, zoals gewijzigd met het decreet van 18 november 2011, wordt uitvoering gegeven aan deze richtlijn in vlaan-deren. meer informatie over het epC bij publieke gebouwen vind je op de website: www.energiesparen.be/epcpubliek. Je kunt ook vragen stellen via het contactformulier dat je vindt op www.energiesparen.be/info.

Page 31: MOSterd 20

29

mosterd U vraagt Wat met composteerbare bekers? / Warm, warmer, warmst

wat met comPosteerbare bekers?Op onze school hebben we bekers gekocht die afbreekbaar zijn. Ze zijn zelfs composteerbaar, staat op het etiket! Zijn we nu goed bezig?De ladder van lansink leert ons dat afval vermijden – preventie dus – nog altijd het beste is. als preventie echt niet mogelijk is, gebruik je best herbruikbare bekers of kopjes. In zeldzame gevallen is het aangewezen om wegwerpbekers te gebruiken. als milieubewuste consument kies je in dat geval natuurlijk voor biologisch afbreekbare bekers. Toch is hier verwarring troef. er bestaan immers ver-schillende labels die allemaal bijna hetzelfde betekenen, maar waar ‘bijna’ toch veel verschil in gebruik betekent.

Dit logo betekent dat het pro-duct werd gemaakt met hoofd-zakelijk ‘jonge’ koolstof. Dus niet met koolstof die miljoenen jaren geleden werd opgeslagen. Hoe meer sterren, hoe meer jonge koolstof in het product is opgeslagen.

producten met dit label kunnen enkel worden gecomposteerd in industriële composteerin-stallaties met temperaturen tot 55° à 60°. Je mag ze niet in de composthoop in de tuin (van de school) gooien omdat daar de temperatuur te laag is.

producten met dit label mogen wel thuis (Home) worden ge-composteerd (bij lagere tempe-raturen).

Toch is hier het verhaal niet af. Je moet je immers afvragen of het composteerbare bekertje wel zal worden gecomposteerd. Heb je zelf geen composteer-plaats op school, dan komen die bekers bij het restafval terecht, vanwaar ze rechtstreeks naar de verbrandingsoven gaan. Ze mo-gen immers niet in de pmD-zak. enkel als er ook een ophaling is van gFT zal het composteer-baar materiaal daadwerkelijk worden gecomposteerd.

warm, warmer, warmst

We hebben weer een koude winter achter de rug. In het be-gin van 2012 liet, niet alleen bij ons maar ook in heel europa, de winter zich van zijn koudste kant zien. ook 2010 was een rela-tief ‘koud’ jaar – denk maar aan de slechte zomer. Zitten we dan eindelijk op een kantelmoment?volgens de nieuwsbrief van het KmI, was 2011 het warmste jaar sinds het begin van de tellingen in 1833. De gemiddelde jaartem-peratuur bedroeg 11,6°C wat 1,1° C boven de normale waarde is. Het vorige record dateert van 2007.alle gemiddelde maandtempe-raturen gedurende 2011 waren hoger dan normaal, behalve voor juli en augustus. Het was dus inderdaad een rotzomer.

De tien warmste jaren hebben zich voorgedaan na 1988. Het jaargemid-delde van de temperaturen sinds

Bevestiging van een trend.1988 bedraagt 10,8°C, of 2°C hoger dan het gemiddelde tijdens de pe-riode 1833 – 1910.

Nog meer informatie in begrijpelijke taal over het weer en klimaat vind je in de KmI-nieuwsbrief die je gratis kunt ontvangen via www.kmi.be

29

Page 32: MOSterd 20

30

Daar kun je wat mee

met je klas het water oP

Na de paasvakantie vaart de mi-lieuboot nog enkele dagen tussen Hasselt en Tessenderlo, om daarna dieper Limburg in te trekken met boottochten tussen Genk en La-naken. Langs het Albertkanaal wisselt het mooie Kempense land-schap af met industrie, o.a. enkele voormalige kolenmijnsites. Het schooljaar wordt afgesloten in het uiterste oosten van Vlaanderen, op de Zuid-Willemsvaart tussen Eis-den en Bree.

30

Schooljaar 2012 - 2013In het najaar van 2012 zijn eerst de Dender en Zeeschelde aan de beurt. In het voorjaar van 2013 vaart de milieuboot verder stroomopwaarts op de Zeeschelde en gaat via de Bovenschelde naar het Kanaal Bossuit-Kortrijk.alle scholen in deze regio’s willen we de kans ge-ven om de waterloop in hun buurt te ontdekken. leerlingen van de tweede en derde graad lager on-derwijs, van de eerste graad secundair onderwijs en studenten lerarenopleiding zijn van harte wel-kom. Ze betalen elk 2 euro. per 15 leerlingen mag 1 begeleider gratis mee. extra begeleiders betalen 5 euro. op woensdagnamiddagen en in de week-ends zijn verenigingen, gemeenten, families, vriendengroepen en individueel geïnteresseer-den welkom om met de milieuboot mee te varen.

Er-vareneen tocht met de milieuboot betekent veel meer dan zomaar wat varen. vanaf het dek er-varen de leerlingen het kanaal of de rivier vanuit een ander oogpunt. Ze steken heel wat interessante infor-matie op zoals de verschillende functies van de waterloop, de natuur in de omgeving en het leven op, om en in het water. In het onderdekse labo-ratorium onderzoeken ze hoe het met de water-kwaliteit van de waterloop is gesteld en leren ze welke invloed vervuiling heeft op het leven in het water. In de tentoonstellingsruimte wordt dieper ingegaan op de invloed van onze leefwijze op de waterloop. Daarnaast zoeken we samen naar een meer milieubewuste omgang met water.

‘Educatieve milieuboottochten’ is een project van De Milieuboot met de steun van de Vlaamse overheid, Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, Afdeling Milieu-integratie en –subsidiëringen. Meer informatie over de vaartrajecten en data vind je op www.milieuboot.be. Inschrijven kan via de website of telefonisch 053 72 94 20. Arnout Willockx, vzw De Milieuboot, tel. 053 72 94 20 - fax 053 80 87 43, www.milieuboot.be.

mosterd Daar kun je wat mee Met je klas het water op

Page 33: MOSterd 20

31

mosterd Daar kun je wat mee Boerenlandschap in ‘t vizier / De Waterkant

boerenlandschaP in ’t vizier

op deze landelijke uitstap maak je kennis met rundveerassen, de aardappel-, graan-, bieten- en maïsteelt en de kleine land-schapselementen onderweg. Je ontdekt hoe landbouw en natuur respectvol kunnen sa-mengaan. Tijdens de wandeling

Wandeling met gids

breng je ook een bezoek aan een melkveebedrijf. In de wandelbrochure die je ontvangt, vind je zowel de weg-beschrijving, een kaartje als de achtergrondinformatie bij de onderwerpen die onderweg worden behandeld.

Praktisch: de wandeling is gratis, maar inschrijving is gewenst,

[email protected], 054 31 79 72, vertrek aan de inkom

van De Helix, Hoogvorst 2 9506 Geraardsbergen (Grimminge),

tijdstip: 19 u tot 21.30 u

de waterkant

Natuur- en

milieueducatie

in de Dendervallei

De Waterkant, gelegen aan de Dender in aalst, biedt het hele jaar door natuur- en milieuedu-catieve programma’s aan. leerlingen van de 2de en 3de graad van het lager onderwijs en leerlingen van het secundair on-derwijs kunnen deelnemen aan educatieve begeleide wandel-tochten in de natuurgebieden gerstjens en osbroek.voor leerlingen van de 2de graad secundair onderwijs biedt De Waterkant van maart tot juni en in september en oktober een ‘Denderonderzoek’ aan. met het nodige materiaal voeren de leerlingen zelf een fysico-che-mische en biologische water-kwaliteitsbepaling van het Den-derwater uit. elke activiteit is combineerbaar met een bezoek aan de grote aquaria met in-heemse vissen en planten en aan de tentoonstelling ‘De Dender integraal’ in het centrum zelf. De Waterkant werkt ook edu-

catieve programma’s op maat uit: bijvoorbeeld een waterkwa-liteitsbepaling van de beek in de buurt of een wateraudit op school. Zoek je een locatie om te vergaderen of om een vormings-sessie te geven, dan kun je in de vergaderzaal terecht (15 tot 65 personen).Meer informatie en inschrijvingen:

www.dewaterkant.org

Page 34: MOSterd 20

32

vormingen in de helix, voorjaar 2012

leerkrachten, directies, mede-werkers van de pedagogische begeleidingsdiensten en andere geïnteresseerden in kleuter-, lager en secundair onderwijs, Nme- werkers en gidsen.

een aantal programma’s wor-den vanaf september niet meer begeleid door een Helixgids. om leraren de kans te geven om zelf die programma’s te begelei-den, voorziet De Helix een reeks vormingen. Het bijhorende ma-teriaal kun je in het centrum ontlenen. De vormingen vinden telkens plaats op een woensdag-namiddag van 13.30u tot 16.30u. alle vormingen zijn gratis, in-schrijving is verplicht. Handlei-dingen kun je downloaden via www.dehelix.be

Voor wie?

Wat en wanneer?l 18 april 2012: Het bos in geu- ren en kleuren: 6 -8 jaar meer dan gras: 12-14 jaar Chemisch en biologisch wa- teronderzoek: 14-18 jaarl 25 april 2012: Het bos door de ogen van…: 8-10 jaar Biotoopstudie bos: 12-14 jaar veldwerk bos: 14-16 jaarl 2 mei 2012: Beestig natuur- pad: 4-6 jaar landschapsstudie: 12-14 jaar Chemisch en biologisch wa- teronderzoek: 14-18 jaar

Praktisch: inschrijven bij [email protected] met vermelding van datum en programma of telefonisch: 054 31 79 72. Voor meer informatie:www.lne.be/organisatie/centra/de-helix/algemeen-aanbod/vorming

mosterd Daar kun je wat mee Vormingen in De Helix, voorjaar 2012

Page 35: MOSterd 20

33

da’s ProPer

Een nieuw licht op afvalbeheer

Da’s proper biedt educatieve workshops aan die leerlingen uit het 4de en 5de jaar secundair onderwijs (aso, tso, bso, kso) be-wustmaken van het afvalbeheer. Ze krijgen tegelijk ook oplossin-gen aangereikt. Da’s proper be-handelt afval in een brede con-text en belicht uiteenlopende onderwerpen: sorteerregels, re-cyclage, preventie, hergebruik, zwerfvuil, sociale economie, duurzame ontwikkeling en wet-geving. Da’s proper biedt drie werkvor-men aan, begeleid door een edu-catief medewerker van greeN: een quiz (een lesuur), een rol-lenspel (twee lesuren) en een de-bat (twee lesuren). Da’s proper zet jongeren aan tot kritische reflectie en maakt hen duidelijk dat zij een belangrijke rol spe-len.Voor meer informatie neem je contact

op met GREEN vzw, 02 209 16 30 www.greenbelgium.org,

www.dasproper.be, of met je afvalintercommunale.Da’s proper is een initiatief van

Fost Plus vzw en is het resultaat van een samenwerking met de ge-westen, de afvalintercommunales

en GREEN vzw.

Da’s proper is een slimme zet voor elke school:l We maken leerlingen bewust van het afvalpro- bleem en -beleid.l onze kant-en-klare workshops sluiten nauw aan bij de eindtermen.l ervaren educatieve me- dewerkers leiden alles in goede banen.l De interactieve, educa- tieve methodes spreken de leerlingen aan.l We benaderen het thema ‘afval’ vanuit hun eigen leefwereld.l De leerkracht kiest de werkvorm op maat van zijn/haar school en leer- lingen.l Het is volledig gratis voor de school.

Fairtrade@school

mosterd Daar kun je wat mee Da’s proper / Fairtrade@School

Zet op vrijdag 11 mei 2012, op de vooravond van de World Fair Trade Day, eerlijke handel in de kijker via een opvallende of lu-dieke actie op jouw school. per Belgische provincie sleept één deelnemende school de Fairtra-de@School-award in de wacht.

Inschrijven doe je via www.fair-tradeday.be > Fairtrade@School. Hier vind je ook een handlei-ding en handige actietips.

Fairtrade@School is een actiemo-del dat openstaat voor zowel ba-sis als secundair onderwijs. Het wordt aangeboden door Oxfam-Wereldwinkels, Oxfam-Magasins du monde en Miel Maya Honing, en wordt ondersteund door de pro-vincie Vlaams-Brabant.

33

Page 36: MOSterd 20

34

mosterd Daar kun je wat mee Grote Verkeerstoets voor vijfde leerjaar / Het grote fietsexamen voor zesde leerjaar

het grote Fietsexamen voor zesde leerjaar

Een fietsexamen op de openbare weg geeft je een goede kijk op de

vaardigheden van de leerlingen. Zijn

ze klaar om het verkeer zelfstandig te trotseren? volgens de eindtermen moe-ten kinderen op het einde van het zesde

leerjaar voorbereid zijn om zich zelfstandig

als fietser en als voetgan-ger in het verkeer te ver-

plaatsen. De vlaamse Stichting verkeerskunde biedt je met het

project het Grote fietsexamen een kant-en-klaar pakket om zelf een fietsexamen te organi-seren.ga de uitdaging aan!Doe mee (enkel klassen van het zesde leerjaar) en schrijf je klas in op www.grotefietsexamen.be. Inschrijven kan tot 30 april 2012. Je ontvangt een doe-pakket (met een handleiding, oefenfiches voor leerkrachten, folders voor de ouders en een klasaffiche) waarmee je moeiteloos aan de voorbereidingen begint. Het hele project is gratis!

de grote verkeerstoets voor vijFde leerjaar

De derde editie van de grote verkeerstoets voor het vijfde leerjaar vindt plaats op donder-dag 24 mei 2012. Test je leerlin-gen met een gratis online toets waarin ze meerkeuzevragen beantwoorden aan de hand van digitale foto’s en filmpjes.als leerkracht of ouder krijg je door de toets een goed beeld van wat je kinderen al weten en kun-nen om goed te functioneren in het dagelijkse verkeer. aan

welke verkeersregels en vaardig-heden je nog speciale aandacht moet besteden, wordt ook met-een duidelijk.op 24 mei 2012 kunnen de leer-lingen van het vijfde leerjaar basisonderwijs individueel de Grote Verkeerstoets afleggen op een computer van de school.

l inschrijven is verplicht op www.verkeerstoets.be l deelname is gratis

l de leerkracht krijgt een pas- woord voor elke leerling, no- dig om in te loggen op 24 mei 2012;l inschrijven tot 30 april 2012

Informatie: Vlaamse Stichting Verkeerskunde,

www.verkeerstoets.be, Inneke Goyvaerts, tel. 015 44 61 32, [email protected].

Page 37: MOSterd 20

35

mosterd Daar kun je wat mee Google-Puy, Puy-book en Puy-quiz / OXFAM-lerarendag 2012

google-Puy, Puy-book en Puy-quiz

De gloednieuwe tentoonstelling in domein puy-enbroeck heeft drie grote thema’s.

Thema 1: het domein zelf en de omgeving. Wat valt er allemaal te beleven in het domein en waar vind je dat? In welke regio ligt het domein en wat valt daar dan allemaal te doen? Je vindt die informatie in onderdelen met de mysterieuze namen: goog-le-puy en het puy-book.

Thema 2: de natuur in puyenbroeck: een groot bos, verschillende vijvers, planten, dieren, enzo-voort. als je er meer over wilt weten, kun je de grote puy-quiz spelen. Je leeftijd maakt niets uit. er zijn vragen voor iedereen. Naast de quiz kun je ook aantal vogels van naderbij bekijken én beluis-teren. Zo weet je tijdens je boswandeling perfect welke vogel jou lijkt uit te lachen.

Thema 3: het gebouw waarin de tentoonstelling staat. Dat is namelijk geen gewoon gebouw, het is een passiefhuis. als je denkt dat dit een huis is waarin alles zeer rustig verloopt of dat er nu ook actiefhuizen bestaan, dan ben je mis. Wil je te we-ten komen wat dat wél betekent? Zoek dan naar onze interactieve projectie. Daar kom je alles te weten over passiefhuizen, alternatieve energie-bronnen en hoe je je eigen huis kunt aanpassen.

Jelle Biva, deskundige natuureducatie, Provinciaal Domein Puyenbroeck, 09 342 42 13,

www.puyenbroeck.be.

provinciaal domein puyenbroeckpuyenbrug 1a, Wachtebeke

l vanaf 31 maart 2012l voor iedereenl gratis

oxFam-lerarendag 2012

voor leerkrachten van het se-cundair onderwijs met een hart voor eerlijke handel en interesse voor de werking van oxfam-We-reldwinkels op school. oxfam-Wereldwinkels serveert een dag vol informatie, tips en uitdagingen om het Zuiden en eerlijke handel binnen de schoolmuren een plaats te ge-ven. een moment om gelijkgestemde

leerkrachten te ontmoeten en ervaringen uit te wisselen. een dag vol inspiratie om er het volgende schooljaar weer volle-dig in te vliegen. op vrijdag 27 april 2012, van 9.30 -15.30 u., bij Kleur Be-KeNNeN, onderwijscentrum Brussel, marcqstraat 16-18, 1000 Brussel.De lerarendag is gratis en be-doeld voor leerkrachten se-

cundair onderwijs die nog niet deelnamen aan eerdere leraren-dagen. Wie reeds aan een lera-rendag heeft deelgenomen en graag een stap verder zet, kan in de school een pedagogische stu-diedag organiseren.

Meer informatie: Hans Canters, [email protected], 09 218 88 68.

Een deelnameattest wordt voorzien. De deelnemers krijgen een infomap voor

leerkrachten en ondersteunend materi-aal voor Wereldwinkels op school.

Alle materialen van Oxfam-Wereld-winkels vzw zijn in te kijken en kunnen

worden besteld. Een overzicht van ons educatief materiaal vind je op

www.oxfamwereldwinkels.be/infomate-riaal.

Meer informatie over Kleur Bekennen vind je op www.kleurbekennen.be

Inschrijven kan tot 23 april: [email protected] of 09 218 88 99

35

Page 38: MOSterd 20

36

mosterd Daar kun je wat mee Veldwerk voor pubers / Tentoonstellingen met educatief aanbod voor basisonderwijs

veldwerk voor Pubers

tentoonstellingen met educatieF aanbod voor basisonderwijs

De West-vlaamse provinciedomeinen zijn terrei-nen bij uitstek om leerlingen in het veld aan het werk te zetten. een traject omvat een voorberei-ding op school, veldwerk in een domein en ver-werking terug op school. ondersteuning door een interactieve website www.veldwerk.be maakt dit proces mogelijk en het pakket volledig.

Aanbod eerste graad secundair:l veldwerk bos bespreekt de bosbiotoop aan de hand van verzamelde levende en niet-levende in-formatie.l Het proces van ‘landschap tot kaart’ krijgt zijn plaats in het veldwerk landschap. Bodemborin-gen, hoogtelijnen uitzetten, oriëntatie en water-loop bekijken zijn enkele van de ingrediënten. portofoons stimuleren daarbij de communicatieve vaardigheden.l Zoom in op ’t Zwin focust op een integrale wijze op de unieke biotoop van slik en schor.Aanbod tweede graad secundair:l Bij veldwerk ecologie voeren de leerlingen een transectstudie uit en zoeken uit hoe ze de biodi-versiteit een handje kunnen toesteken. l veldwerk water is een binnen- én buitenmo-dule. In de basismodule onderzoeken we de wa-terkwaliteit van een poel biotisch. Bij uitbreiding kan ook de chemische kwaliteit onderzocht wor-den.

Provinciedomein Bulskampveld, Beernem [email protected]

Provinciedomein De Gavers, Harelbeke [email protected]

Provinciedomein De Palingbeek, Zillebeke-Ieper [email protected] natuurcentrum, Knokke-Heist [email protected]

Bezoekerscentrum De Gavers in HarelbekeToverbos - van 1 maart tot 30 junivoor gezinnen met kinderen, kleuterklassen en 1ste graad. In Het Toverbos krijg je toverkracht. De kinderen gaan er op avontuur. Fee Hupsakee heet hen welkom! Ze zingt een toverliedje en maakt toversoep. De kinderen ontmoe-ten de bewoners van het bos: de das, de bosuil, het konijn, de eekhoorn en vele andere dieren. www.west-vlaanderen.be/gavers

Bezoekerscentrum De Palingbeek in Ieper-ZillebekeMerelmest, miezemuizen en hommelpap – van 1 april tot 30 augustusJoep de merel woont in het park, miep de muis in een rijtjeshuis en Bep de Tuinhommel in de tuin. Ze gaan bij elkaar logeren en zo leren Joep en Bep wat mie-zemuizen is, vertelt Joep over alle kleuren merelmest en wordt bij Bep thuis hommelpap gege-ten. voor kinderen van 4 t.e.m. 8 jaar.www.west-vlaanderen.be/paling-beekBezoekerscentrum Bulskampveld in BeernemSchone slapers - van 3 maart tot 24 juniWat is slaap? Wat is slaapwan-delen? Welke zijn de verschil-lende slaappatronen? Welke slaaphouding is ideaal om goed uitgerust te zijn? Hoe sliepen de mensen vroeger? Hoe slapen 36

mensen in andere culturen? Wat is slapeloosheid en wat is het nut van slapen? Slapen alle dieren net zoals mensen? Hoe slapen ze? Wat is een winter-slaap? ontdek het in de interac-tieve tentoonstelling.www.west-vlaanderen.be/ buls-kampveldZwin NatuurcentrumOnder dak – van 31 maart tot eind septemberHeel wat dieren bouwen ‘een dak boven hun hoofd’ als be-scherming tegen vijanden en het weer. Sommigen hebben één huis, anderen trekken van hier naar daar, een enkeling neemt op zijn tocht zijn huisje mee. De ene hokt samen, de ander sluit zich liever af voor de buitenwe-reld. ook in het Zwin zijn tal-loze ‘daken’ te ontdekken! prijs: inbegrepen in de toegangs-prijs www.zwin.be

Page 39: MOSterd 20

Provinciale MOS-teams

ANTWERPENProviciaal Instituut voor MilieuEducatie (PIME) vzwMechelsesteenweg 365, 2500 LierTel. 015 31 95 11, fax 015 31 58 80Begeleiders:Elke Hermans, Sofi e Van hove en Katrien Hoeylaerts (basis)tel. 015 30 61 26 en 015 30 61 [email protected] Moons (secundair), tel. 015 30 61 [email protected]

LIMBURGProvinciaal Natuurcentrum Het Groene HuisDomein Bokrijk 3600 [email protected], fax 011 26 54 55Begeleiders:Karel Coenen (basis), tel. 011 26 54 91, [email protected] Plessers (basis), tel. 011 26 54 66 [email protected] Hilde Boiten (secundair), tel. 011 26 54 67, [email protected]

OOST-VLAANDERENDienst Natuur- en Milieueducatie, De KaaihoeveOude Scheldestraat 16 - 9630 Meilegem-Zwalm [email protected], fax 055 49 67 98Begeleiders:Sandra Vandevelde (basis), tel. 09 267 78 [email protected] Wouter De Tandt (basis), tel. 09 267 78 [email protected] Stoens (secundair), tel. 09 267 78 42, [email protected]

VLAAMS-BRABANTCel Natuur- en MilieueducatieProvincieplein 1, 3010 [email protected], fax 016 26 72 61Begeleiders:Herwig Kevelaerts (basis), tel. 016 26 72 57, [email protected] Moreau (secundair), tel. 016 26 72 36, [email protected] Maesen (basis en secundair), tel. 016 26 72 76, [email protected]

WEST-VLAANDERENDienst Natuur- en MilieueducatieKoning Leopold III-laan 418200 Brugge (Sint-Andries)[email protected], fax 050 40 34 03Begeleiders: Joke Oosterlijnck (basis), tel. 050 40 33 80, [email protected] Dupon (basis), tel. 050 40 32 66, [email protected] Hantson (secundair), tel. 050 40 32 83, [email protected]

BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWESTVlaamse Gemeenschapscommissiep.a. GREEN Belgium vzwEdinburgstraat 26, 1050 Brussel [email protected], fax 02 893 08 01Begeleider:Paul Renders (basis en secundair),tel. 0473 73 67 30, [email protected]

Col

ofon

Arnout Willockx (De Milieuboot), Wouter De Tandt (MOS, Oost-Vlaan-deren), Ann Vermeiren (Immaculata Instituut, Oostmalle), Sofi e Van hove (MOS, Antwerpen), Katelijne Cartuyvels (Humaniora Kindsheid Jesu, Hasselt), Jelle Biva (domein Puyenbroeck), Inneke Goyvaerts en Dries Rombouts (Vlaamse Stichting Verkeerskunde), Hans Canters(Oxfam-Wereldwinkels), Veerle Moons (MOS, Antwerpen),

Werkten mee aan MOSterd nr. 20

RedactieMike Stoens, Paul Renders, Eric Craenhals

CartoonsDavid Schelfthout

Vlaamse overheidDepartement Leefmilieu, Natuur en Energie

Afdeling Milieu-integratie en -subsidiëringenProject MOS

COÖRDINATIE (VLAAMS GEWEST):Vlaamse overheid, Departement Leefmilieu, Natuur en EnergieAfdeling Milieu-integratie en -subsidiëringenKoning Albert II-laan 20 bus 8, 1000 Brusselfax 02 553 80 55, [email protected], www.milieuzorgopschool.be

Nele Dillen, tel. 02 553 80 72, [email protected] Van Regenmortel, tel. 02 553 14 82, [email protected] Fostier, tel. 02 553 70 23, [email protected] Craenhals, tel. 02 553 80 73, [email protected]

Teksten uit MOSterd mogen enkel worden overgenomen met duidelijke bronvermelding. Een groot aantal MOSterd-cartoons kun je downloadenvan www.milieuzorgopschool.be. Bronvermelding is verplicht.

MOSterd nr. 20 werd gedrukt op 100% kringlooppapier – PH-neutraal – chloorvrij –met gebruik van vegetale inkten en wasmiddelen.

Opmaak Diane De Smet, Tim Joye

Eindredactie Eric Craenhals

Contact

Greet van Sas en Annemie Lauryssens (HIVSET), Dirk Mahieu ( Vrij Handels en Sportinstituut Sint-Michiels), Karel Dhondt (Sint-Bavo, Gent), Lena Quintyn (Sint-Paulusinstituut, Herzele), Philippe Moreau (MOS, Vlaams-Brabant), Magali Marey (Sint-Jansschool, Knokke-Hei-st), Vera Van Steenbergen en Tamara Van Herck (De Hoedjes vanpapier, Deurne)

mosterd20_kaft.indd 3 27/03/2012 15:15:30

Page 40: MOSterd 20

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: J.-P. HEIRMAN, SECRETARIS-GENERAAL, DEPARTEMENT LEEFMILIEU, NATUUR EN ENERGIE, KONING ALBERT II-LAAN 20/8, 1000 BRUSSEL

MOS is een milieuzorgproject voor het basis- en secundair onderwijs. De afdeling Milieu-integratie en –subsidiëringen werkt hiervoor samen met de vijf Vlaamse provincies en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. www.milieuzorgopschool.be

locatie: commandobunker in KemmelDank aan het Koninklijk Museum van

het Leger en de Krijgsgeschiedenis.

mosterd20_kaft.indd 4 27/03/2012 15:15:32