JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING...

104
JAAR VERSLAG 2017

Transcript of JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING...

Page 1: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

JAARVERSLAG

2017

Page 2: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

RHIANTVeersedijk 101, 3341 LL Hendrik-Ido-AmbachtTelefoon (078) 68 121 52, E-mail [email protected] NL61 BNGH 0285 1118 41BTW NL0025.51.986.B.01KvK 23036526

Page 3: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

1

INHOUD

VOORWOORD 6

1. INLEIDING BESTUURSVERSLAG 71.1 BELANGRIJKSTE RESULTATEN 71.2 GEGEVENS BESTUUR 8

2. KWALITEIT VAN HET WONINGBEZIT 92.1 SAMENWERKINGSOVEREENKOMST KWAASTENIET (SOK) 92.2 KWALITEIT EN SAMENSTELLING VAN DE WONINGVOORRAAD 92.3 ONTWIKKELING VAN DE WONINGVOORRAAD 102.4 PLANMATIG ONDERHOUD 102.5 DUURZAAMHEID / ENERGETISCHE MAATREGELEN 112.6 NIET-PLANMATIG ONDERHOUD 112.7 NIEUWBOUW 12

3. VERHUUR VAN WONINGEN 133.1 HUURBELEID 133.2 PRIMAIRE DOELGROEP 143.3 BIJZONDERE DOELGROEPEN 153.4 WOONRUIMTEVERDELING 153.5 HUURVERHOGING 153.6 HUURDERVING 163.7 HUURINCASSO 163.8 ONTRUIMINGEN 16

4. BEWONERS EN BELANGHOUDERS 174.1 HUURDERSRAAD 174.2 BEWONERSCOMMISSIES 174.3 DIGITAAL KLANTENPANEL 174.4 BELANGHOUDERSOVERLEG 174.5 SAMENWERKING GEMEENTE EN COLLEGACORPORATIES 174.6 KLACHTEN GESCHILLENCOMMISSIE WONEN ZUID-HOLLAND 18

5. LEEFBAARHEID 185.1 BEWONERSPARTICIPATIE LEEFBAARHEIDSAMBASSADEURS 195.2 COMPLEX- EN WIJKBEHEER 195.3 SOCIAAL WIJKTEAM (SWT) 205.4 INLOOPPUNT BANCKERTPLEIN 205.5 HINDER EN OVERLAST 205.6 BEWONERSINITIATIEVENFONDS 20

Page 4: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

2

JAARVERSLAG 2017

6. WONEN EN ZORG 206.1 SAMENWERKING MET ZORGPARTIJEN 206.2 BESTAANDE ZORGCOMPLEXEN 206.3 MOGELIJK TOEKOMSTIGE PROJECTEN 20

7. ORGANISATIE 217.1 DIENSTVERLENING 217.2 PERSONELE ZAKEN 217.3 ONDERNEMINGSRAAD 227.4 ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE 22

8. VERSLAG VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN 23

9. FINANCIËLE CONTINUÏTEIT 289.1 JAARRESULTAAT 299.2 MARKTWAARDE 299.3 FINANCIEEL BELEID 309.4 FINANCIËLE CONTINUÏTEIT 319.5 TREASURY 329.6 RISICO-PARAGRAAF 339.7 VERBINDINGEN 37

JAARREKENING 2017 39

10. RESULTAAT 4010.1 VERGELIJKEND OVERZICHT 40

11. FISCALE POSITIE 4111.1 FISCALE EENHEID 4111.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 4111.3 TE VERREKENEN VERLIEZEN 4211.4 OVERIGE PUNTEN 4211.5 TOELICHTING 42

12. KENGETALLEN 4312.1 WONINGBEZIT 4312.2 HUURKLASSE ZELFSTANDIGE WONIGEN (AANTAL VHE’S) 4312.3 HET VERHUREN VAN WONINGEN 4312.4 FINANCIËLE CONTINUÏTEIT 43

13. BALANS PER 31 DECEMBER 2017 44

14. WINST-EN VERLIES + REKENING OVER 2017 46

Page 5: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

3

15. KASSTROOMOVERZICHT 2017 48

16. GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING EN RESULTAATBEPALING 50

17. TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2017 64 VASTE ACTIVA 64 OVERIGE ASPECTEN 69 OVERIGE VASTGOEDBELEGGINGEN 70 ONROERENDE ZAKEN VERKOCHT ONDER VOORWAARDEN 70 LATENTE BELASTINGVORDERING(EN) 74 LENINGEN U/G 74 VASTE ACTIVA 75 PASSIVA 77 VOORWAARDELIJKE VERPLICHTINGEN 80 ALGEMEEN 80

18. TOELICHTING OP DE WINST- EN VERLIESREKENING OVER 2017 82 NETTO GEREALISEERD RESULTAAT VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE 84 NETTO RESULTAAT OVERIGE ACTIVITEITEN 85

19. OVERIGE INFORMATIE 88 BEZOLDIGING TOPFUNCTIONARISSEN 90

20. OPENINGSBALANS DAEB 94

21. OPENINGSBALANS NIET-DAEB 96

22. ACCOUNTANTSVERKLARING 98

Page 6: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

4

JAARVERSLAG 2017

NIEUWE HUURDERS

ZO BESTEDEN WIJ UW HUUR

BETAAL-BAARHEID

KLANT-TEVREDENHEID

2017 IN BEELD

2017in beeld

8,5

27starters

58doorstromers

9status

houders

11urgente/

bijzondere middelen

7,5 7,4

De klanttevredenheid van nieuwe en vertrekkende huurders en reparaties wordt continu gemeten.

Wij zetten ons in voor goed en betaalbaar wonen en hebben een gedifferentieerd woningbezit.

Aantal verhuurde woningen: 105- sociale sector: 101- vrije sector: 4

onderhoudorganisatiegemeentelijke belastingen en verzekeringenverhuurdersheffingrenteaflossingen investeringen en overig

- samenwerken- budget voor bewonersinitiatieven - participatie met bewoners

IN€ 17 miljoen:huur en verkoop

UIT€ 5 miljoen:onderhoud

€ 12 miljoen:rente en aflossing in 2017 op alle lopende leningen

€ 1 miljoen:verhuurdersheffing

€ 2 miljoen:terugkoop woningen

€ 4 miljoen:organisatiekosten en leefbaarheid

EXTRA€ 7 miljoen:nieuw afgesloten leningen in 2017 om uitgaves te realiseren

In 2017 zijn 198 woningen verduurzaamd

LEEFBAARHEID

90648312962188

EengezinswoningenEtagewoningen met liftEtagewoningen zonder liftSeniorenwoningenSeniorenappartementen

22%

18%

6%

10%

21% 23

%

1.768woningen

DUURZAAMHEID

2016 2017 CD B

2021

96 <

€41

4,02

996

> €4

14,0

2 <

€592

,55

219

> €5

92,5

5 <

€635

,05

387

> €6

35,0

5 <

€710

,68

70 >

€710

,68

Page 7: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

5

NIEUWE HUURDERS

ZO BESTEDEN WIJ UW HUUR

BETAAL-BAARHEID

KLANT-TEVREDENHEID

2017 IN BEELD

2017in beeld

8,5

27starters

58doorstromers

9status

houders

11urgente/

bijzondere middelen

7,5 7,4

De klanttevredenheid van nieuwe en vertrekkende huurders en reparaties wordt continu gemeten.

Wij zetten ons in voor goed en betaalbaar wonen en hebben een gedifferentieerd woningbezit.

Aantal verhuurde woningen: 105- sociale sector: 101- vrije sector: 4

onderhoudorganisatiegemeentelijke belastingen en verzekeringenverhuurdersheffingrenteaflossingen investeringen en overig

- samenwerken- budget voor bewonersinitiatieven - participatie met bewoners

IN€ 17 miljoen:huur en verkoop

UIT€ 5 miljoen:onderhoud

€ 12 miljoen:rente en aflossing in 2017 op alle lopende leningen

€ 1 miljoen:verhuurdersheffing

€ 2 miljoen:terugkoop woningen

€ 4 miljoen:organisatiekosten en leefbaarheid

EXTRA€ 7 miljoen:nieuw afgesloten leningen in 2017 om uitgaves te realiseren

In 2017 zijn 198 woningen verduurzaamd

LEEFBAARHEID

90648312962188

EengezinswoningenEtagewoningen met liftEtagewoningen zonder liftSeniorenwoningenSeniorenappartementen

22%

18%

6%

10%

21% 23

%

1.768woningen

DUURZAAMHEID

2016 2017 CD B

2021

96 <

€41

4,02

996

> €4

14,0

2 <

€592

,55

219

> €5

92,5

5 <

€635

,05

387

> €6

35,0

5 <

€710

,68

70 >

€710

,68

Page 8: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

6

JAARVERSLAG 2017

VOORWOORDU heeft voor u het jaarverslag 2017 van Rhiant. Met enige trots kan ik onder andere de inzet op onze speerpunten duurzaamheid, betaalbaarheid en leefbaarheid met u delen. Verderop leest u inhoudelijk meer en vanaf pagina 38 vindt u ons financiële jaaroverzicht inclusief bijbehorende verantwoording.

DUURZAAMHEID

Duurzaamheid is één van de belangrijkste thema’s in 2017 geweest. De doelstelling van Rhiant is om in het jaar 2021 alle woningen op gemiddeld label B te hebben. De eerste stappen hiernaar zijn in 2017 gezet door een start te maken met het verduurzamen van 110 woningen. Zo bieden wij onze huurders ‘Goedkoper warmer wonen’.

Inmiddels zijn er door de regering nieuwe doelstellingen op het gebied van duurzaamheid geformuleerd. De ambitie is om alle woningen in 2030 gasloos te hebben en in 2050 zelfs helemaal co2 neutraal. Dit zijn stevige ambities. Rhiant maakt in 2018 plannen hoe zij hier invulling aan kan geven.

BETAALBAARHEID

Ten aanzien van de huurverhoging is vastgesteld dat alle huurders van een sociale huurwoning in 2017 een gelijk percentage huurverhoging krijgen. Voor dit jaar was dit 0,8 %. Daarnaast passen we bij mutatie regelmatig de huur aan naar een huurprijs onder één van de aftoppingsgrenzen. Om zo te zorgen voor voldoende aanbod voor de lage inkomens.

LEEFBAARHEID

Rhiant werkt samen met andere organisaties en bewoners aan een leefbare woonomgeving. Deze gezamenlijke investeringen zijn gericht op het zorgen voor woongenot, voorkomen van achteruitgang van de complexen en buurten en de positieve invloed op de verhuurbaarheid. In 2017 waren er weer 25 betrokken huurders (leefbaarheidsambassadeurs) die zich actief inzette voor de leefbaarheid in en om hun wooncomplex. Naast contact met medehuurders, hebben zij extra aandacht voor een schone en prettige woonomgeving. Deze samenwerking is heel waardevol. Tijdens de jaarlijkse ‘koffietafel’ bij Rhiant werden zij bedankt voor hun inzet.

DIENSTVERLENING

Uit de resultaten van ons klanttevredenheidsonderzoek kwam als belangrijkste conclusie dat veruit de meeste huurders positief zijn. De dienstverlening van Kwaasteniet bij reparaties wordt met een 7,4 gewaardeerd, nieuwe huurders waarderen het contact met Rhiant zelfs met een 8,5 en huurders die vertrekken beoordelen onze dienstverlening met een 7,5.

SOCIAAL EN VERANTWOORD

Rhiant staat er financieel en organisatorisch goed voor. We kunnen de komende jaren van betekenis zijn voor de volkshuisvesting in Hendrik-Ido-Ambacht. Graag bedank ik iedereen die heeft bijgedragen aan dit jaarverslag. Ik nodig u van harte uit onze activiteiten te blijven volgen. Dit kunt u doen via onze website www.rhiant.nl of via Twitter: @rhiant en Facebook: Woningcorporatie Rhiant.

ing. C.J. Oostindie directeur-bestuurder

Page 9: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

7

1. INLEIDING BESTUURSVERSLAGOnze missie is: Rhiant ’Sociaal en verantwoord’: goed en betaalbaar wonen. Dit houdt in:Sociaal: wij zijn er voor betaalbare en leefbare huisvesting van mensen die hier gezien hun financiële en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen.Verantwoord: wij moeten dit effectief en efficiënt realiseren. Daartoe zijn wij slank en doelgericht, willen we continu verbeteren en gaan we voor tevreden klanten, medewerkers en belanghouders. Wij willen de klantwaarde verhogen, geven invulling aan duurzaamheid en verspilling is ongewenst.

1.1 BELANGRIJKSTE RESULTATEN

Op basis van de strategische visie stellen we jaarlijks een jaarplan en een begroting vast. De meeste doelstellingen hebben we gehaald. Belangrijk daarbij is het meten van de klanttevredenheid, de tevredenheid van onze belanghouders (waaronder ook de Huurdersraad) en de tevredenheid van het personeel. Deze laten allen een positief beeld zien.

VisitatieIn 2017 is Rhiant gevisiteerd over de periode 2013 t/m 2016. Rhiant heeft een grote ontwikkeling doorgemaakt in deze periode. Er heeft een ingrijpende reorganisatie plaatsgevonden en er zijn grote stappen gezet in de bedrijfsvoering. Naast de reorganisatie en het doorvoeren van kostenbesparingen zijn alle activiteiten uitgevoerd die voortvloeien uit de nieuwe Woningwet. De visitatiecommissie zegt hierover: Voor een kleine organisatie als Rhiant is dit alles een bijzondere prestatie! Inmiddels staat er een frisse en energieke organisatie klaar om in de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht een grote bijdrage te leveren aan de volkshuisvesting.

De visitatiecommissie typeert Rhiant als een gedreven organisatie. Enthousiaste en gedreven mensen die zich volop inzetten om er toe te doen voor de volkshuisvesting in Hendrik-Ido-Ambacht, maar vooral om van belang te zijn voor haar huurders. De commissie ziet dit als een grote kracht van Rhiant. Het visitatierapport is te vinden op onze website.

DuurzaamheidIn 2017 is gestart met het uitvoeren van het grote verduurzamingsproject. Doelstelling van dit project is dat het woningbezit van Rhiant in 2021 een gemiddeld Energielabel B heeft. Het project omvat een geplande verduurzaming van 503 eengezinswoningen met een rood energielabel (D, E, F en G) in 2017 en 2018. Bij deze verduurzaming maakt Rhiant gebruik van STEP-subsidie van de overheid. In 2017 zijn 197 woningen in de complexen 112, 113, 115, 203 en 202 verduurzaamd. In 2018 loopt dit project door. Er wordt ook gekeken naar de mogelijkheden om de hoogbouw te verduurzamen.

RisicomanagementDe (tactische en strategische) risico’s zijn in 2017 opnieuw benoemd, het risicobeleid is geactualiseerd en er is een betere vertaling gemaakt naar de bedrijfsvoering. Ook is de frauderisico-analyse geactualiseerd.

SVBIn 2017 is er een nieuw Strategisch Voorraadbeleid opgesteld. Rhiant wil haar vastgoedstrategie herijken, onder meer vanwege de regelgeving rondom passend toewijzen, de veranderende vraag vanuit de markt en het feit dat de betaalbaarheid voor sommige doelgroepen onder druk staat. Dit vraagt een andere focus op het vastgoed en het huurbeleid dan voorheen. Het is tevens het moment om de thema’s duurzaamheid, wonen-zorg en betaalbaarheid uit de strategische visie in een portefeuillestrategie te concretiseren.De opgave voor Rhiant is de komende periode voor een belangrijk deel kwalitatief van aard. Kwalitatief in termen van het afstemmen van de woonproducten van Rhiant op de (toekomstige) vraag en in termen van het verbeteren van de technische (duurzame) kwaliteit van de woningen. Rhiant kiest hierbij concreet voor een focus op de sociale doelgroep en daarmee is betaalbaarheid een belangrijk aandachtspunt.

Page 10: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

8

JAARVERSLAG 2017

Om te bekijken of de gewenste opgave haalbaar is, is intern een financiële toets uitgevoerd. Hierbij is gekeken of de ratio’s binnen de door Aw & WSW vastgestelde normen vallen. De conclusie is dat alle ratio’s binnen de normen blijven voor zowel DAEB als niet-DAEB en dus de veranderopgave financieel haalbaar is.

BenchmarkRhiant heeft in 2017 meegedaan aan de Aedes benchmark. Rhiant valt in categorie C op het prestatieveld Bedrijfslasten. Ondanks een vermindering van de bedrijfslasten van € 1.162 (2015) naar € 936 (2016) per woning. Op de gebieden huurdersoordeel, planmatig onderhoud & verbetering en duurzaamheid heeft Rhiant een B gescoord. In 2014 heeft brancheorganisatie Aedes voor de eerste keer de Aedes-benchmark gepubliceerd. De benchmark is een middel om prestaties van corporaties te meten en onderling te vergelijken. De corporaties worden opgedeeld in Grootteklassen en krijgen binnen die klasse een relatieve beoordeling (A, B of C) voor elk van de prestatievelden.

1.2 GEGEVENS BESTUUR

De heer Ing. C.J. Oostindie (18 november 1967) is in functie getreden per 1 januari 2002 als directeur-bestuurder. Er is een nevenstructuur opgericht binnen Rhiant. De directeur-bestuurder van Rhiant is de enige bestuurder van de twee dochter-BV’s.

NEVENFUNCTIES• Directeur-bestuurder Stadsherstel Drechtsteden• Lid Raad van Toezicht van Woonkeus• Lid DNV-Waarborgcommissie VBO Makelaars• Lid Bestuurdersoverleg Woningcorporaties Drechtsteden (BWD)• Voorzitter van het bestuur van de Brede Welzijnsstichting De Vleet te Woudrichem

Rhiant heeft een tweelagenstructuur. Het bestuur wordt gevormd door een eenhoofdige directie. De Raad van Commissarissen (RvC) oefent toezicht uit op het bestuur. De taken, verantwoordelijkheden en bevoegd- heden van het bestuur en RvC zijn in de statuten en in een reglement omschreven (zie www.rhiant.nl). De RvC legt in zijn eigen verslag verantwoording af over de manier waarop toezicht wordt uitgeoefend. (pagina 23-28)

In 2017 is geen sprake geweest van tegen- strijdige belangen, zoals bedoeld in II.3 van de Governancecode Woningcorporaties.

VERKLARING BESTEDING GELDENTot slot kan ik verklaren dat alle middelen uitsluitend zijn gebruikt in het belang van het wonen en de volkshuisvesting.

Hendrik-Ido-Ambacht, 12 juni 2018 ing. C.J. Oostindie

directeur-bestuurder

Page 11: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

9

2. KWALITEIT VAN HET WONINGBEZIT2.1 SAMENWERKINGSOVEREENKOMST KWAASTENIET (SOK)

De afgesloten ‘Resultaatgerichte Samenwerkingsovereenkomst’ (SOK) tussen de Kwaasteniet en Rhiant liep van 16-6-2014 t/m 16-06-2017. Zowel Rhiant als De Kwaasteniet willen de samenwerking met elkaar verlengen en zijn in overleg met elkaar hoe dit vorm te geven. Omdat zorgvuldigheid boven snelheid gaat, is het niet gelukt om vóór 16-06-2017 het nieuwe contract met elkaar te tekenen. Afgesproken is om de bestaande SOK te verlengen tot eind 2018.

Verbeteringen die we in een nieuwe samenwerkingsovereenkomst willen realiseren zijn:• Beperken totale integrale kosten• Beter benutten automatisering• Innovatie op procedures, bijv. mutatieproces verder digitaliseren en lean maken• Kwalitatief goede en tijdige rapportages• Evt. bonus/malus wel/niet nakomen afspraken• Onderzoek naar mogelijkheid voor totale afkoop

2.2 KWALITEIT EN SAMENSTELLING VAN DE WONINGVOORRAAD

Het woningbestand van Rhiant bestond op 31 december 2017 uit 1.768 woningen en 68 onzelfstandige eenheden.

Deze voorraad is als volgt onderverdeeld

Etagewoningen met lift 483Etagewoningen zonder lift 129Seniorenwoningen 62Seniorenappartementen 188Eengezinswoningen 906Totaal 1768

De maximaal te besteden onderhoudskosten zijn gemiddeld € 968 per woning per jaar over een termijn van 10 jaar.

Totaaloverzicht kosten onderhoud

Kostenplaats Begroot Realisatie Verschil

Onderhoud totaal € 2.001.000 € 1.580.003 € 420.997

Tabel 1.1

Het onderhoud is binnen de begroting uitgevoerd. Het verschil wordt in de rubrieken 2.4 en 2.5 verder toegelicht.

Page 12: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

10

JAARVERSLAG 2017

2.3 ONTWIKKELING VAN DE WONINGVOORRAAD

In 2017 is het aantal woningen vanwege sloop, nieuwbouw en ver-of aankoop niet gewijzigd.

2.4 PLANMATIG ONDERHOUD

De basis voor de uitvoering van planmatig onderhoud is de opgestelde en goedgekeurde meerjaren onderhoudsbegroting. Sinds 2014 is het onderhoud uitbesteed aan Aannemersbedrijf De Kwaasteniet. Samen met De Kwaasteniet stelt Rhiant de MJOB op binnen de financiële kaders. Rhiant heeft in 2014 een conditiemeting op elementniveau laten uitvoeren. Een conditiemeting is een genormeerde meet- en registratiemethode volgens de NEN 2767. Bij deze conditiemeting zijn objectief de gebreken aan het vastgoed in intensiteit en omvang vastgesteld. De conditiescore geeft per bouwdeel een cijfer tussen 1 (zeer goed) en 6 (zeer slecht). De uitkomst van deze conditiemeting is gebruikt als input voor het opstellen van de MJOB.

Onder het planmatig onderhoud vallen alle werkzaamheden die in de werkbegroting 2017, als deel van de Meerjaren Onderhoudsbegroting (MJOB) voor het betreffende jaar zijn begroot.In het planmatig onderhoud zijn bouwkundige werkzaamheden, de contracten voor het onderhouden van technische installaties, het renoveren van keukens, badkamer en toiletten en het vervangen van CV ketels opgenomen.

In 57 woningen is op basis van technische noodzaak een badkamer-, keuken- of toiletrenovatie uitgevoerd en in 46 woningen is een CV ketel vervangen.

De overige uitgevoerde werkzaamheden in 2017 bestonden vooral uit schilderwerk, herstel van bestrating en onderhoud aan en vervangen van technische installaties.

De realisatie is lager dan de begroting. Dit komt enerzijds door niet uitgevoerde werkzaamheden en anderzijds door uitvoering van groot onderhoud in het kader van het energieproject. In tabel 1.2 is een specificatie gegeven van de grootste posten met de reden van niet uitvoeren.

Complex werkzaamheid bedrag reden

113 schilderwerk € 49.000 in Energieproject verantwoord

113 straatwerk brandgang € 13.000 zijn slechts kleine herstellingen uitgevoerd

117 vervangen liftonderdelen € 26.000 bij nader inzien niet nodig

203 aanbrengen bodemisolatie € 37.000 in Energieproject verantwoord

204 betonreparaties € 113.000 in project herstel balkon-vloeren verantwoord

206 onderzoek en herstel gevels € 19.000 na onderzoek bleek herstel niet nodig

304 ventilatiebox vervangen € 23.000in Energieproject verantwoord

310 worteldoek bergingen aanbrengen € 8.000 andere oplossing bedenken

410 straatwerk brandgang € 16.000zijn slechts kleine herstellingen uitgevoerd

Totaal € 304.000

Tabel 1.2

Page 13: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

11

Overzicht kosten planmatig onderhoud

Kostenplaats Begroot Realisatie Verschil

Planmatig onderhoud € 1.446.00 € 1.053.472 € 392.527

Tabel 1.3

2.5 DUURZAAMHEID / ENERGETISCHE MAATREGELEN

Rhiant heeft in 2016 een duurzaamheidsbeleidsplan opgesteld. Hierin staan de zes aanleidingen voor Rhiant om te verduurzamen benoemd, te weten:• Rhiant wil het wonen betaalbaar houden voor de huurders. Door verduurzaming kan de energienota

omlaag. Ook daalt in zijn algemeenheid daarmee de invloed van toekomstige wijzigingen van energietarieven en milieuheffingen.

• Duurzame woningen zijn over het algemeen comfortabele en gezonde woningen.• Door het woningbezit te verduurzamen draagt Rhiant een steentje bij aan het terugdringen van de

milieuproblematiek, zoals terugdringing van het broeikaseffect.• Door te investeren in verduurzaming draagt Rhiant bij aan verbetering van de waarde van het vastgoed

en daarmee de continuïteit van de corporatie zelf.• De overheid heeft in de Woningwet verduurzaming van het eigen sociale bezit specifiek als taakveld

benoemd.

In 2017 is een groot verduurzamingsproject in uitvoering gebracht. Doelstelling van dit project is dat het woningbezit van Rhiant in 2021 een gemiddelde Energie index lager dan 1,41 heeft (dit komt overeen met Energielabel B). Het project omvat een geplande verduurzaming van 503 eengezinswoningen met een rood energielabel (D, E, F en G) in 2017 en 2018. Bij deze verduurzaming maakt Rhiant gebruik van STEP-subsidie van de overheid.In 2017 zijn 198 woningen in de complexen 112, 113, 115, 203 en 202 verduurzaamd. In 2018 gaat de uitvoering van het ingezette verduurzamingsproject door en wordt de voorbereiding van verduurzaming van 389 appartementen opgestart. Ook wordt in 2018 het plaatsen van Zonnepanelen door middel van een lease constructie onderzocht.

Eind 2017 was de gemiddelde Energie-Index van de woningen van Rhiant 1,76. Dit cijfer komt overeen met een energie label C. Eind 2015 was dit cijfer nog 1,88 en label D.

2.6 NIET-PLANMATIG ONDERHOUD

Onder het niet-planmatig onderhoud vallen de reparatieverzoeken en het mutatieonderhoud. In 2017 zijn 2.063 reparatieverzoeken (exclusief serviceabonnement) afgehandeld. Er waren 105 mutaties.

Overzicht kosten niet-planmatig onderhoud

Kostenplaats Begroot Realisatie Verschil

Niet-planmatig onderhoud € 555.000 € 526.531 € 28.469

Tabel 1.4

Het totale niet-planmatig onderhoud (reparatie- en mutatieonderhoud) is binnen de begroting uitgevoerd.Het aantal mutaties bleef 16% achter op de prognose en het gemiddelde klachtenonderhoud per woning bleef ongeveer op begrotingsniveau. Het mutatieonderhoud over 2017 valt hierdoor lager uit dan de begroting. Het klachtenonderhoud is binnen een afwijking van 1% van de begroting afgesloten.

Page 14: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

12

JAARVERSLAG 2017

ENQUÊTESUit de enquêtes die De Kwaasteniet in 2017 verstuurde na afloop van een reparatiemelding blijkt dat onze bewoners de dienstverlening met een 7,4 waarderen. Dit cijfer is iets lager dan in 2016 (7,8). In totaal zijn er 1661 digitale enquêtes verstuurd en 392 ingevuld. Dit is een respons van 23%.

BANCKERTPLEINIn 2017 zijn de galerijen en balkons van complex 204 hersteld. Dit nadat in maart 2016 tijdens constructief onderzoek is gebleken dat de constructie niet voldeed aan de huidige eisen. Volgens de eindrapportage van Adviesbureau Hageman voldoen de uitkragende balkon- en galerijplaten en dak overstekken nu weer aan de hiervoor gestelde constructieve eisen volgens NEN8700 bestaande bouw conform het Bouwbesluit 2012. De totale kosten voor tijdelijke ondersteuning, advisering en herstel bedroegen € 1.433.000.

2.7 NIEUWBOUW

Project VeersedijkVoor de realisatie van het project Veersedijk (oorspronkelijk onderdeel van het herontwikkelingsplan Oostendam) is op 16 april 2018 een samenwerkingsovereenkomst gesloten met Stichting Philadelphia Zorg voor de realisatie van 32 woningen voor de doelgroep verstandelijk gehandicapte senioren. Dit gaat om een mix aan intramurale- en extramurale zorg. Het plan past binnen het vigerende bestemmingsplan.

Medio juni 2018 is het plan ingediend voor het verkrijgen van de omgevingsvergunning. De minimale duur van deze planologische procedure is twaalf weken. Na afgifte van de omgevingsvergunning ligt het plan zes weken ter inzage en bestaat voor belanghebbenden de mogelijkheid om bezwaar in te dienen tegen het vergunde plan. Indien van deze mogelijkheid om bezwaar te maken geen gebruik wordt gemaakt, dan is de omgevingsvergunning na afloop van deze bezwaartermijn van zes weken onherroepelijk. De start van de bouwvoorbereiding is dan eind oktober 2018 en duurt ca. acht weken. De bouwtijd is ca. twaalf maanden.

De bouwkosten zijn door een externe kostendeskundige geraamd op € 3.527.000,-- inclusief Btw, prijspeil januari 2018. De overige kosten (inclusief oude plankosten) zijn geraamd op 1.268.000,-- inclusief Btw, prijspeil januari 2018. Het project wordt in bouwteam uitgevoerd door GN Bouw. De prijsvorming vindt in juli/augustus 2018 plaats.De totale huuropbrengst is € 220.404,-- per jaar, prijspeil januari 2018.

Project AlewijnsstraatAan de Gerard Alewijnsstraat, tegenover zorgcentrum De Blije Borgh, is een kavel beschikbaar die in eigendom is van de gemeente. Op deze kavel stond een schoolgebouw, wat inmiddels is gesloopt. Met de gemeente is de afspraak gemaakt dat Rhiant op deze kavel zorgwoningen realiseert, die in samenwerking met een zorgorganisatie worden geëxploiteerd. Er wordt gesproken met De Blije Borgh voor de huisvesting van zorg geïndiceerde ouderen en met Syndion voor de huisvesting van verstandelijk gehandicapte bewoners. Uit de massastudie blijkt dat er ca 24 appartementen gerealiseerd kunnen worden met een gebruiksoppervlakte van gemiddeld 55 m2 GO. De doelgroepkeuze wordt in juli 2018 verwacht. Deze kan nog leiden tot andere m2 en aantallen. De start van de bouwvoorbereiding is gepland in het tweede kwartaal van 2019.

EnergieprojectIn 2018 worden de energie-ingrepen van de 502 laagbouwwoningen volgens planning afgerond. In januari 2019 start de uitvoering van de energie-ingrepen in de hoogbouw complexen 114 en 204 (totaal 389 woningen). De voorbereiding van deze complexen wordt in december 2018 afgerond.

Met de uitvoering van de energie-ingrepen wordt bereikt dat alle woningen minimaal een energielabel C hebben en dat het gemiddelde energielabel van het totale woningbezit van Rhiant label B is. Hiermee

Page 15: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

13

wordt binnen de gestelde termijn voldaan aan de energieprestatienorm die Aedes met de overheid is overeengekomen.

Project VolgerlandenOp basis van het oorspronkelijke verdeelbesluit van de door de Drechtsteden corporaties te realiseren sociale huurwoningen in de Volgerlanden, zal Rhiant in de komende jaren op de locatie Volgerlanden-oost nog 27 huurwoningen realiseren. In 2018 is de stedenbouwkundige verkaveling van dit plangebied door de gemeente, in samenwerking met alle ontwikkelende partijen, vastgesteld. Namens de deelnemende Drechtsteden corporaties is Trivire penvoerder. Voor de verdeling van de voor sociale woningbouw toegewezen plangebieden vindt overleg plaats tussen Trivire en Rhiant. Voor het eerste kwadrant van het plangebied is de verdeling vastgesteld. De huidige planning laat zien dat de realisatie van de 27 woningen van Rhiant vanaf 2020 plaatsvindt. Deze planning kan, afhankelijk van de definitieve toewijzing van de woningen voor Rhiant, nog wijzigen.

3. VERHUUR VAN WONINGEN

3.1 HUURBELEID

Rhiant is er voor betaalbare en leefbare huisvesting van mensen die hier gezien hun financiële en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. In eerste instantie dus voor mensen met een inkomen tot de sociale huurgrens van € 36.165 in 2017.

Wij zetten ons in voor goed en betaalbaar wonen in Hendrik-Ido-Ambacht en hebben een gedifferentieerd woningbezit, zowel qua woningtype, voorzieningen, kwaliteit en huurbedrag. Na mutatie wordt de huur- prijs aangepast naar de streefhuur. Rhiant heeft de streefhuur vastgesteld op 85% van de maximaal wettelijke huurprijsgrens, op basis van het aantal toegekende waarderingspunten tot een maximum van de subsidiabele huurtoeslaggrens (€ 710,68).

Passend toewijzenSinds 1 januari 2016 moeten huishoudens met recht op huurtoeslag een woning toegewezen krijgen onder de aftoppingsgrenzen. Huishoudens krijgen zo een woning met een huur die aansluit bij hun inkomen. Het moet worden voorkomen dat huurders snel in betalingsproblemen komen en dat het bedrag dat het Rijk moet uitgeven aan huurtoeslag te hoog oploopt. Een deel van de woningen verhuurt Rhiant daarom niet op de streefhuur, maar op een huurprijs afgetopt op één van de aftoppingsgrenzen (€592,55 voor 1 en 2 persoonshuishoudens en €635,05 voor 3 en meer persoonshuishoudens).

Huur categorieën Eind 2017 ziet het bezit van Rhiant er als volgt uit (zelfstandige huurwoningen): Zie tabel 1.4.Onderstaande tabel is gebaseerd op de huurgrenzen over het jaar 2017 met de huurprijzen van 31 december 2017.

huurcategorie Eengezins- woningen

Meergezins- woningen totaal

< € 414,02 34 62 96> € 414,02 < € 592,55 627 369 996> € 592,55 < € 635,05 87 132 219< € 635,05 < € 710,68 100 287 387> € 710,68 14 56 70Totaal 862 906 1768

Tabel 1.4

Page 16: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

14

JAARVERSLAG 2017

3.2 PRIMAIRE DOELGROEP

In 2017 heeft Rhiant 105 woningen verhuurd, waarvan 101 in de sociale verhuur en 4 woningen in de vrije sector. Volgens EU-richtlijnen moet ten minste 90% van de sociale huurwoningen onder de liberalisatiegrens van € 710,68 (prijspeil 2016) worden toegewezen aan huishoudens met een inkomen tot € 36.165. Rhiant voldeed aan deze norm: 95% (95 woningen) van de sociale voorraad is toegewezen aan deze inkomensgroep. Daarnaast gelden er sinds 1 januari 2016 strengere regels voor het passend toewijzen van woonruimte, een verdere verscherping van de bovengenoemde Europanorm. Dit betekent dat wij minimaal 95% van de primaire doelgroep een woning moeten toewijzen met een huur onder de aftoppingsgrens. In 2017 hebben wij 99% van de primaire doelgroep passend toegewezen. Hiermee hebben we voldaan aan de norm van minimaal 95%.

Het aantal mutaties in de sociale huur bedraagt gemiddeld rond de 100 woningen per jaar.(piek in 2013 is door oplevering van een nieuwbouwproject).

0

50

100

150

200

250

2013 2014 2015 2016 2017

vrije sector

nieuwbouw

verkoop

regulier

Page 17: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

15

3.3 BIJZONDERE DOELGROEPEN

In 2017 heeft Rhiant 20 woningen verhuurd aan bijzondere doelgroepen. Hiervan zijn 9 woningen verhuurd aan statushouders en 11 woningen aan voorrangskandidaten. Dit is minder dan in 2016. Rhiant heeft in 2017 15 woningen buiten Woonkeus om verhuurd aan kandidaten van de Blije Borgh. Dit zijn allemaal zorg- woningen waarvoor een indicatie nodig is. In het totaal zijn 31 woningen niet via het aanbodmodel van Woonkeus aangeboden.

3.4 WOONRUIMTEVERDELING

In Hendrik-Ido-Ambacht geldt een huisvestingsverordening. De criteria hiervoor zijn verwerkt in de toewijzingsvoorwaarden van ons regionale woningtoewijzingssysteem. De woningtoewijzing is ondergebracht bij de Stichting Woonkeus Drechtsteden. Alle vrijkomende woningen adverteren we in principe via www.woonkeus.nl. Hierop kunnen geregistreerde woningzoekenden reageren. De corporaties dragen zelf zorg voor de intake en verdere (administratieve) werkzaamheden.

TOEWIJZINGHet aantal reacties van woningzoekenden op een woning was in 2017 gemiddeld 82. Dit is een stijging met 10 woningzoekenden per mutatie. Gemiddeld werd een woning in 3,8 keer verhuurd. In 2016 was dit iets sneller, met 3,1 keer. In 2017 waren er gemiddeld 92 punten nodig om in aanmerking te komen voor een woning van Rhiant. Dit is 8,8 punten meer dan in 2016. Het aantal punten is wel sterk afhankelijk van het type woning en loopt uiteen. Van 127,6 punten bij seniorenwoningen tot 80,8 punten voor een eengezinswoning en 86,6 punten voor meergezinswoningen.

3.5 HUURVERHOGING

Rhiant heeft in 2017 in het belang van de betaalbaarheid een gematigde huurverhoging doorgevoerd voor al haar DAEB-woningen van inflatie + 0,5% = 0,8%.

Bij het vaststellen van de huurverhoging zoeken we naar een balans tussen het betaalbaar houden van de woningvoorraad en financiële continuïteit van de organisatie.

23

3227

51 5358

8

17

912 149

2

2015 2016 2017

starters doorstromers urgenten statushouders sloopvoorrang

Page 18: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

16

JAARVERSLAG 2017

3.6 HUURDERVING

De huurderving is in 2017 verder toegenomen. Enerzijds komt dit door onderhoudswerkzaamheden, anderzijds door de stijging van het aantal weigeraars bij mutaties. Veel genoemde reden van weigeren is de staat van onderhoud en het niet tijdig reageren op het aanbod.

3.7 HUURINCASSO

Van onze huurders heeft 6,5% een huurachterstand. Ongeveer de helft hiervan, namelijk 3%, is in handen van de deurwaarder. De totale huurachterstand is 0,48% van de jaarhuur. Dit is een dalingvan 0,24% ten opzichte van 2016.

3.8 ONTRUIMINGEN

In 2017 zijn twee ontruimingen ingepland. Eén ontruiming heeft daadwerkelijk plaatsgevonden. Naast 2 ontruimingsvonnissen hebben we ook 10 betaalvonnissen ontvangen.

0,00

2,00

4,00

6,00

8,00

10,00

12,00

14,00

2013 2014 2015 2016 2017

Gemiddeld aantal dagen leegstand bij mutatie

0

0,2

0,4

0,6

0,8

1

2013 2014 2015 2016 2017

huurachterstand in percentage van de jaarhuur

Page 19: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

17

4. BEWONERS EN BELANGHOUDERS4.1 HUURDERSRAAD

De Huurdersraad behartigt de belangen van huurders van Rhiant zo goed mogelijk. Zij geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de corporatie. De samenwerking verloopt goed. De Huurdersraad is in 2017 onder andere betrokken geweest bij de lokale prestatieafspraken, de jaarlijkse huurverhoging en het herijken van het Strategisch Voorraad Beleid. De Huurdersraad dringt aan op investeringen in duurzaamheid, daarnaast is betaalbaarheid voor hen een belangrijk aandachtspunt. Elk jaar wordt de samenwerking tussen de Huurdersraad en Rhiant geëvalueerd met een enquête. De Huurdersraad heeft de samenwerking in 2017 beoordeeld met gemiddeld een 7,4.

4.2 BEWONERSCOMMISSIES

Bewonerscommissies komen vaak voort uit groot onderhoudswerkzaamheden en herstructurering. Rhiant overlegt met bewonerscommissies over werkzaamheden op uitvoerend niveau. Momenteel zijn er geen bewonerscommissies actief.

4.3 DIGITAAL KLANTENPANEL

Ongeveer zestig huurders vormen ons digitaal klantenpanel. In 2017 hebben we de mening van dit panel gevraagd bij een evaluatie op de bestaande communicatie uitingen en om de behoefte te peilen voor andere middelen zoals animaties en infographics. Deelnemers ontvingen een vergoeding van € 10,- voor het invullen van de vragenlijst.

4.4 BELANGHOUDERSOVERLEG

In 2017 hielden we ons jaarlijks belanghoudersoverleg op 12 oktober. Het thema voor de bijeenkomst was de samenwerking in de aanpak van overlast en het verbeteren van de leefbaarheid. Dit omdat we zien dat de vraagstukken rondom armoede, psychische problematiek (‘verwarde mensen’), eenzaamheid en integratie toenemen in aantal en complexiteit. De leefbaarheid in veel buurten en wijken komt hierdoor steeds meer onder druk. Vanuit de Huurdersraad, Raad van Commissarissen, zorg- en welzijninstellingen, gemeente en andere corporaties waren betrokkenen aanwezig.

4.5 SAMENWERKING GEMEENTE EN COLLEGACORPORATIES

Rhiant werkt in de regio samen met de gemeente en met de collega-corporaties. In 2016 hebben we de herijking van de Prestatie Afspraken Lange Termijn (PALT) afgerond en ondertekend. De belangrijkste afspraken gaan over de grootte, betaalbaarheid en duurzaamheid van de voorraad sociale (huur)woningen. Elk jaar maken we daarnaast lokale prestatieafspraken. In de lokale afspraken worden deze onderwerpen gedetailleerder uitgewerkt. Daarnaast worden hierin afspraken gemaakt over de samenwerking. Met de gemeente voert Rhiant op bestuurlijk niveau overleg over de belangrijkste thema’s. En met de collega-corporaties overleggen we elke drie weken op beleidsniveau. In deze overleggen stemmen we af, delen we kennis en bereiden we beleid voor onder andere over woonruimteverdelingszaken. Daarnaast

Page 20: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

18

JAARVERSLAG 2017

vindt elke acht weken bestuurlijke afstemming tussen de corporaties plaats.

4.6 KLACHTEN GESCHILLENCOMMISSIE WONEN ZUID-HOLLAND

Rhiant is aangesloten bij de Geschillencommissie Wonen Zuid-Holland waarin de corporaties uit de regio zijn vertegenwoordigd. In 2017 zijn er geen klachten ingediend over Rhiant. Er is een reglement met de samenstelling en werkwijze van de commissie.Daarnaast hebben wij voor onze klanten een procedure waarin onder andere is aangegeven hoe en waar een klacht kan worden ingediend. Voor meer informatie over de Geschillencommissie, zie http://gcwzh.nl/

HUURCOMMISSIEDe landelijke Huurcommissie adviseert en doet uitspraak over de huurprijs en het onderhoud van huurwoningen. In 2017 heeft de Huurcommissie geen bezwaren over Rhiant ontvangen.

KLACHTENCOMMISSIE VAN WOONKEUSKlachten over de toewijzing van woningen kunnen worden ingediend bij de Klachtencommissie van Woonkeus Drechtsteden. De Klachtencommissie heeft in 2017 geen klachten over Rhiant ontvangen.

5. LEEFBAARHEIDEen prettige woonomgeving is ieders verantwoordelijkheid. Rhiant zet zich samen met haar huurders en andere organisaties zoals de gemeente, buitengewone opsporingsambtenaren (BOA’s), politie en jeugdwerkers in voor leefbare buurten en complexen.

5.1 BEWONERSPARTICIPATIE LEEFBAARHEIDSAMBASSADEURS

In 2017 meldden drie nieuwe leefbaarheidsambassadeurs zich aan. Helaas namen er twee afscheid. Zo zetten momenteel 25 actief betrokken huurders zich in voor de leefbaarheid in en om hun wooncomplex. Naast contact met medehuurders, hebben zij extra aandacht voor een schone en prettige woonomgeving. Tijdens de jaarlijkse ‘koffietafel’ bij Rhiant werden zij bedankt voor hun inzet.

ACTIVITEITENCOMMISSIEMet de activiteitencommissie van de ontmoetingsruimte De Zalmhaven waren dit jaar enkele gesprekken. Knelpunten die de commissie ziet zijn de vergrijzing en het trekken van voldoende deelnemers bij het activiteitenprogramma en exploitatie.

KLANKBORDGROEPENDe klankbordgroep IJdenhove/van Assendelftgaarde kwam in 2017 niet bijeen. Wel was regelmatig contact met enkele sleutelfiguren binnen deze complexen. De klankbordgroep Banckertplein kwam einde van 2017 bijeen. Reden hiervoor was het terugkijken op de onderhoudswerkzaamheden aan de galerijen en balkons die in 2017 plaatsvonden en in 2018 worden afgerond.

5.2 COMPLEX- EN WIJKBEHEER

Rhiant zet zich in voor schone, hele en veilige wooncomplexen. Hiervoor houden we toezicht op onze complexen. De leefbaarheid binnen de complexen Banckertplein, Pruylenborg, Van Assendelftgaarde en IJdenhove vroeg in 2017 opnieuw veel aandacht ten opzichte van andere complexen. Om problematische situaties te signaleren en sneller de juiste aanpak te organiseren werken we samen met onder andere wijk- agenten, buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s ) en jongerenwerkers. Ook de complexen

Page 21: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

19

Emmastaete en Sophiastaete vragen meer aandacht door de diverse specifieke voorzieningen en de periodieke controle daarop.

HUISMEESTERDe huismeester is actief in onze meergezinswooncomplexen. Naast het verhelpen van eenvoudige technische storingen en het verrichten van kleine reparaties, houdt hij daar ook toezicht op de naleving van gedragsregels en voorschriften. Ook heeft hij regelmatig contact met huurders, huisvuil inzamelbedrijf HVC en de BOA’s.

5.3 SOCIAAL WIJKTEAM (SWT)

In 2017 hebben wij 19 aanmeldingen gedaan bij het sociaal wijkteam. Opvallend is dat het aantal zaken welke door het SWT zijn opgepakt en (tijdelijk) is opgelost, is gedaald met 35,3 % t.o.v. 2016. Mogelijke reden hiervoor is de complexiteit van de casussen. Het aantal aanmelding waarbij Sociaal wijkteam geen contact met huurder heeft gekregen is gestegen met 16 %.Net als in 2016 is er bij 92 % van de aanmeldingen spraken van een huurachterstand. In de aanmeldingen is te zien dat het aantal aanmeldingen waarin een combinatie achter mét psychiatrie/psycho-sociale problematiek is toegenomen.

In 2017 heeft er een aantal malen overleg plaatsgevonden tussen de coördinator van het Sociaal Wijkteam en Rhiant om de samenwerking te verbeteren.

5.4 INLOOPPUNT BANCKERTPLEIN

Begin januari startte de pilot “inlooppunt Banckertplein”. Door toenemende sociale en leefbaarheidsproblematiek in dit wooncomplex, ontstond de behoefte bij Rhiant en wijkpartners om vanuit een dichtbij gelegen locatie te werken. In één van de woningen werden spreekuren en inloopmomenten georganiseerd. Het effect was niet wat we voor ogen hadden en bewoners bleken hier geen behoefte aan te hebben, daarom is besloten te stoppen met het inlooppunt en de woning weer regulier te verhuren.

5.5 HINDER EN OVERLAST

Geluidsoverlast, vervuiling rond de woning en directe woonomgeving blijven een grote ergernis voor veel bewoners. De problematiek van huurders is steeds complexer en er is vaker sprake van terugkerend ongewenst woongedrag van dezelfde huurders. Uit registraties blijkt dat ongeveer 7,5% van onze huurders is betrokken bij psychosociale en/of overlastproblematiek. Hiervan had gemiddeld 19% ook problemen met huurachterstand. Veel meldingen over leefbaarheid en veiligheid konden we direct afhandelen door de huurder te adviseren of door te verwijzen. Complexere situaties hebben een integrale aanpak nodig met gespecialiseerde partijen.

BUURTBEMIDDELINGBetrokkenen bij burenruzies verwijzen wij zoveel mogelijk door naar Buurtbemiddeling. We hebben in 2017 zes huurders zich aangemeld bij Buurtbemiddeling. Onze bijdrage voor 2017 was € 4500.

5.6 BEWONERSINITIATIEVENFONDS

Rhiant vindt het belangrijk dat onze huurders prettig wonen, de verhoudingen tussen de buren goed zijn en de wijk schoon, heel en veilig is. Bewoners van de wijk weten het beste wat daaraan ontbreekt en wat de leefbaarheid rondom de woning kan verbeteren. De Woningwet staat toe dat Rhiant een

Page 22: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

20

JAARVERSLAG 2017

budget beschikbaar stelt via het Bewonersinitiatievenfonds. In 2017 is hiervan ongeveer € 2000 besteed. Met dit budget wil Rhiant initiatieven die de leefbaarheid bevorderen in de woonomgeving van haar woongebouwen stimuleren.

Onderstaande bewonersgroepen ontvingen in 2017 een bijdrage uit dit fonds voor de activiteiten die zij organiseerden:• Bewoners van het seniorencomplex aan het Banckertplein verzorgden de kerstversieringen in het

atrium van het woongebouw.• Bewoners van het seniorencomplex aan De Hoge Bogerd onderhouden het groen bij de hoofdentree

zelf. Voor het aanschaffen van nieuwe planten ontvingen zij een bijdrage.• De bewonersgroep ‘Banckertplein Samen’ organiseerde in december kinderactiviteiten en een

kerstbijeenkomst op het centrale plein.• Bewoners van het seniorencomplex aan de Zalm plaatsten bloembakken bij de hoofdentree en

beplanten deze met kleurrijke planten.• Bewoners van de eengezinswoningen aan de Willem de Zwijgerstraat adopteren de gemeentetuintjes

voor hun woningen die zij opleukten met fleurige planten.• Bewoners van het seniorencomplex aan De Boutershof organiseerden een kerstbijeenkomst die werd

opgesierd met een prachtige kerstboom.

6. WONEN EN ZORG6.1 SAMENWERKING MET ZORGPARTIJEN

Rhiant participeert in het bestuurlijk overleg dat vier keer per jaar wordt gevoerd met de gemeente en de verschillende zorgparttijen die actief zijn in Hendrik-Ido-Ambacht. Het doel van het overleg is de activiteiten op elkaar af te stemmen. Ook voeren we vier keer per jaar overleg met de directie van de Blije Borgh en participeren we in de stuurgroep van het Sociaal Wijkteam.

6.2 BESTAANDE ZORGCOMPLEXEN

Rhiant heeft de volgende complexen waar- in zorg wordt verleend:• Emmastaete, totaal 48 woonzorgappartementen.• Sophiastaete, totaal 68 woonzorgappartementen.• Sophiastaete, zorgvastgoed met 24 plaatsen voor dementerenden.• Sophiastaete, gezondheidscentrum.• Hospice De Cirkel, 4 plaatsen, een plaatsvervangend thuis waar ongeneeslijk zieken

met een levensverwachting korter dan drie maanden te gast zijn om te sterven.• Eleos, G. Pijnsenhof, 18 woningen voor GGZ-patiënten met begeleid wonen.• Eleos, Olykamp, 4 plaatsen voor GGZ-patiënten.

6.3 MOGELIJK TOEKOMSTIGE PROJECTEN

• Rhiant is in overleg met Philadelphia voor de huisvesting van 32 cliënten.• Herontwikkeling van een voormalige schoollocatie aan de Alewijnsstraat

Page 23: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

21

7. ORGANISATIE7.1 DIENSTVERLENING

WEBSITE EN KLANTENPORTAALOp de website en via het klantenportaal kunnen onze huurders informatie vinden en online zaken regelen, zoals de huur opzeggen, een overlast(melding) doen of een reparatieverzoek indienen.

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEKDe klanttevredenheid van nieuwe en vertrekkende huurders wordt continu gemeten via Tevreden.nl. In 2017 vulden 23 nieuwe huurders (22%) de enquête in en 16 vertrekkende huurders (15%). Op de gemiddelde rapportcijfers van een 8,5 en een 7,5 zijn we trots.

7.2 PERSONELE ZAKEN

Rhiant vindt het belangrijk een goede werkgever te zijn. De ambities van Rhiant worden waargemaakt dankzij de kwaliteit van onze medewerkers. We bieden medewerkers ruimte voor eigen initiatief en verantwoordelijkheid. We vragen van onze medewerkers klantgerichtheid, initiatief en resultaatgerichtheid.

De organisatie ziet er als volgt uit:

MEDEWERKERSTEVREDENHEIDSONDERZOEK

Begin 2017 hebben we de medewerkers gevraagd mee te doen aan het jaarlijkse medewerkerstevredenheidsonderzoek. Vijftien medewerkers van Rhiant (90%) en vier medewerkers die bij de Kwaasteniet gedetacheerd zijn (80%), hebben de vragen beantwoord. Gemiddeld wordt er een 7,8 gegeven voor het werken bij Rhiant. Het verbeteren van de werksfeer en het enthousiasme over het werk zijn de belangrijkste aandachtspunten uit het onderzoek.

Voor goed werkgeverschap hebben wij het volgende gedaan:• De bedrijfscode is aangepast.• Er is een Strategisch Personeels Beleidsplan opgesteld. • Er is een traject ingezet om het MT en medewerkers te coachen om de organisatieveranderingen en de

daarbij behorende cultuur verder vorm te geven.• Met de Drechtstedencorporaties is een start gemaakt met benchlearning. Dit als middel om van elkaar

te leren en de bedrijfslasten te verlagen. • In november is een health check gehouden. Daaropvolgend zijn er twee workshops (Mindfulness en

Werk en Privé in balans) geweest. Het overgrote deel van het personeel was hierbij aanwezig.

Page 24: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

22

JAARVERSLAG 2017

7.3 ONDERNEMINGSRAAD

Binnen de kaders van de Wet op de Ondernemingsraden, als belangenvertegenwoordiging van medewerkers van Rhiant, was de Ondernemingsraad (OR) gesprekspartner van de directeur-bestuurder. De OR kwam in 2017 totaal 15 keer bijeen. Naast de reguliere overleggen had de OR ook een jaarlijks gesprek met een vertegenwoordiging van de Raad van Commissarissen en een gesprek met de Vertrouwenspersoon. Begin oktober 2017 viel één van de OR-leden uit door gezondheidsproblemen. De OR heeft voor inhoudelijke ondersteuning de beschikking over een externe OR-adviseur en daarnaast een externe professional voor secretariële ondersteuning.

Belangrijke dossiers en resultaten zijn:• Actualiseren het Arbeidsomstandighedenbeleid – OR heeft ingestemd• Uitkomst Medewerkers Tevredenheidsonderzoek 2016 – OR heeft ingestemd• Herbenoeming lid van de Raad van Commissarissen – OR heeft positief geadviseerd• Invoering Strategisch Personeelsplan – OR heeft positief geadviseerd op deze visie

Naast voornoemde dossiers ontving de OR de volgde aanvragen van de bestuurder: • Instemmingsaanvraag betreffende integriteitscode• Instemmingsaanvraag betreffende formatie-uitbreiding

De OR zal hierop begin 2018 inhoudelijk reageren. De OR zet zich in om als belangenvertegenwoordiging van de medewerkers samen met de WOR-bestuurder het beste voor de medewerkers en de organisatie te bereiken.

7.4 ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE

De administratie, inclusief het opstellen van de jaarrekening, voeren we in eigen beheer uit. We maken hiervoor gebruik van de programmatuur van het NCCW. Een belangrijke module is FMP (Financiële Meerjaren Prognose) waarmee we financiële scenario’s bij nieuwe projecten en begrotingen doorrekenen.

MANAGEMENTINFORMATIEDe belangrijkste informatie voor het management van Rhiant zijn de kwartaalrapportages. In de kwartaalrapportage maakt Rhiant onder andere gebruik van de Balanced Scorecard. Ook de risicomanagementrapportage is een belangrijk onderdeel. Hiermee zijn de risico’s en de beheersmaatregelen inzichtelijk. Deze hebben we in 2017 herijkt.

INTERNE CONTROLEIn 2017 werd een interne controle frequent uitgevoerd door de eigen organisatie. Deze controle heeft als doel de naleving van de vastgestelde procedures te controleren.

Page 25: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

23

8. VERSLAG VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSENNieuwe stappen vooruitIn 2017 konden woningcorporaties de blik weer naar buiten richten. Nadat 2016 sterk in het teken stond van het voldoen aan de nieuwe eisen van de Woningwet en de daarbij behorende administratieve acties die onevenredig veel inzet vroegen. Ook Rhiant kon in 2017 weer volop aan de slag met het vormgeven van het strategisch voorraadbeleid, het werken aan betaalbaarheid en duurzaamheid. De financiële ontwikkeling bleek positief en er is ruimte om stappen vooruit te zetten ten behoeve van het wonen in Hendrik-Ido-Ambacht. Voor de RvC van Rhiant was dit dan ook een belangrijk punt van aandacht.

Tegelijkertijd had de RvC een scherp oog op het doorontwikkelen van het risicomanagement. In de wetenschap dat het vergelijken van de prestaties van Rhiant met die van andere corporaties Rhiant verder vooruit kan helpen, besprak de RvC in 2017 de Aedes benchmark. Waar bleek, dat de bedrijfslasten van Rhiant sterk daalden, leidde dat echter niet tot een verbeterde score in die benchmark. De dalende tendens deed zich namelijk in de gehele sector voor. De RvC wil voorkomen dat een eenzijdige sturing op verlaging van bedrijfslasten negatieve effecten op andere terreinen veroorzaakt en concludeert dat het vooralsnog moet gaan om consolidatie van de bedrijfslasten. De RvC is buitengewoon verheugd over de resultaten van de visitatie die in 2017 plaatsvond. Die resulteerde in een over het algemeen positief beeld van Rhiant waaronder de governance en het toezicht. De kanttekening die de visitatiecommissie maakte bij de beperkte afstemming met de huurdersraad en de OR van Rhiant, neemt de RvC in 2018 in de zelfevaluatie ter harte.

Taken Raad van Commissarissen (RvC)De RvC houdt toezicht op het werk van Rhiant. Worden de maatschappelijke en volkshuisvestingsdoelstellingen gehaald? En loopt het nu maar ook later goed met de bedrijfsvoering? Dat zijn de hoofdvragen voor het werk van de RvC. De raad heeft drie rollen. De eerste: toezicht houden op het beleid van de bestuurder. De tweede: het werkgeverschap van de bestuurder. De derde: de bestuurder met raad terzijde staan, zijn sparringpartner zijn.

In dit verslag legt de raad verantwoording af. De raad ziet een open en constructieve relatie met de bestuurder als uitgangspunt voor zijn werk. De RvC heeft oog en oor voor huurders en belanghebbenden en bovendien voor de medewerkers van Rhiant . De RvC wil functioneren als team, waarbij ieders deskundigheid, vaardigheden en eigen benadering de kracht van de RvC als geheel versterkt. Daarbij blijft ieder lid apart verantwoordelijk voor het gehele reilen en zeilen van Rhiant.

GovernanceDe woningwet, het ondernemingsplan, het jaarplan en de begroting, en de diverse interne statuten en reglementen vormen het kader voor het werk van de RvC. Verder zijn afspraken met externe belanghebbenden en de Governancecode Woningcorporaties leidraad. De statuten (artikelen 10 tot en met 23) en het reglement van de RvC (december 2016) zijn de basis voor het handelen. Rhiant handelt in overeenstemming met de governancecode met uitzondering van de duur van de arbeidsovereenkomst met de bestuurder. Deze werd afgesloten voordat de code (die een overeenkomst van bepaalde tijd voorschrijft) van kracht werd en is van onbepaalde tijd.

ToezichtsrolDe eerste rol van de RvC is die van toezichthouder. Daarbij gaat het om goedkeuren van strategische plannen, van begroting en jaarrekening, van investeringsbeslissingen en verkopen. Het toezicht strekt zich uiteraard ook uit over de vraag of de kaders waarbinnen wordt gewerkt op orde zijn. Een belangrijke vraag is in hoeverre de risico’s adequaat worden beheerst.

Page 26: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

24

JAARVERSLAG 2017

In 2017 heeft de RvC uitgebreid aandacht besteed aan het strategisch voorraadbeleid. Rhiant gaat veel meer investeren in duurzaamheid. Dat is nodig om de sectorafspraken op dit gebied te realiseren. Bovendien is betaalbaarheid een speerpunt, zowel in het huurbeleid als waar het gaat om benodigde toevoegingen aan de voorraad. Binnen het woningbezit is de voorraad voor geschikte woningen voor senioren speerpunt.

De RvC vervult haar taak onder andere door zich breed te voorzien van informatie; niet alleen van de bestuurder, maar ook van stakeholders zoals huurders en gemeentebestuur, van de ondernemingsraad en elders binnen de organisatie, met name van de controller.De rol van de Raad van Commissarissen strekt zich ook uit tot de verbindingen van Rhiant. Eind 2017 zijn Rhiant Holding BV en Rhiant Energie BV de enige verbonden organisaties. De laatste is eigendom van Rhiant Holding en Rhiant Holding is volledig eigendom van Rhiant. In Rhiant Energie wordt een WKO installatie bij een complex van Rhiant geëxploiteerd. De RvC keurt in zijn rol als toezichthouder voorstellen van de bestuurder op de in de statuten vermelde terreinen goed (of af). Hieronder, in de paragraaf vergaderingen, zijn de genomen besluiten op hoofdlijnen vermeld.

WerkgeversrolDe raad is naast toezichthouder ook werkgever voor de bestuurder. Het arbeidscontract met de bestuurder is aangegaan voor onbepaalde tijd, met een beloning conform de vanaf 1 juli 2010 verplicht geldende Beloningscode Bestuurders Woningcorporaties. Met de bestuurder is een pensioen overeengekomen conform de regeling van de Stichting Pensioenfonds Woningcorporaties. Er worden aan de bestuurder geen bonussen of andere vormen van prestatiebeloning toegekend.

Zoals vastgelegd in de Governancecode en het Reglement Raad van Commissarissen spreekt de remuneratiecommissie jaarlijks met de bestuurder over zijn functioneren. De beoordeling vindt plaats conform de werkwijze die we met elkaar hebben afgesproken, vastgelegd in de Beoordelingsmethode. In deze beoordelingsmethode komen achtereenvolgens de behaalde resultaten, competenties en permanente educatie aan bod. De remuneratiecommissie en de Raad zijn positief over het functioneren van de bestuurder.

De vaste honorering (functiegroep D)in 2017 was als volgt:• vast jaarinkomen, inclusief vakantietoeslag: € 103.327• pensioenvoorziening afdracht € 22.314 en inhouding € 6.971 .• ter beschikking gestelde auto met een cataloguswaarde van € 40.729.

Volgens de Wet Normering Topinkomens (WNT )is een bezoldiging van €110.000 in 2018 het maximum (bezoldigingsklasse C). Dat brengt met zich mee dat vanaf 2018 in vier stappen de bezoldiging naar dit maximum moet worden teruggebracht. Omdat een eerste stap al is gezet in 2014 (toen het salaris op vrijwillige basis vanwege de WNT met 10% werd gekort), is er in 2018 geen verdere afbouw aan de orde.Daarmee voldoet Rhiant aan de overgangsregeling WNT.

KlankbordrolDe derde rol van de raad is die van sparringpartner of klankbord voor de bestuurder. In de vergaderingen van de RvC wordt deze rol nadrukkelijk onderscheiden van die van toezichthouder. De raad wil voorkomen dat inbreng als klankbord al voorsorteert op de vraag naar goedkeuring.

In 2017 werd onder meer gesproken over samenwerkingsvraagstukken, de duiding van de visitatieresultaten, het risicomanagement, de vernieuwde gedragscode integriteit en de Aedes benchmark.

Ook in bilaterale contacten van leden van de raad met de bestuurder en bijvoorbeeld in het kader van de auditcommissie is de rol van klankbord voor de bestuurder vervuld.

Page 27: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

25

Over de RvCDe Raad van Commissarissen bestaat statutair uit tenminste vier leden. De benoemingsperiode van de leden van de RvC is maximaal vier jaar, waarna een commissaris maximaal eenmaal voor een periode van vier jaar herbenoemd kan worden, conform de Governancecode Woningcorporaties. De raad is lid van de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW).

Per 31 december 2016 was de Raad van Commissarissen als volgt samengesteld:

RvC-functie en deskun-digheidsgebied

Beroep en relevante (neven)functies

Benoemd Sinds

Aftredend per

Komt in aanmerking voor herbenoeming

Dhr. H van der Velde (1952)

Voorzitter, lid remu-neratiecommissie en auditcommissie, Project-ontwikkeling en volks-huisvesting

Beroep: zelfstandig adviseurNevenfunctie:gemeenteraadslid Breda

6-12-2011 6-12-2019 Nee

Dhr. D. Vermaas RA (1958)

Lid, voorzitter auditcom-missie,Financiën en treasury, be-stuur en organisatie

Beroep: partner Verstegen accountants

6-12-2011 6-12-2019 Nee

Mevr. Drs. H. M. Olde Bijvank MRE (1970)

Lid, voorzitter remunera-tiecommissieMaatschappij, en volks-huisvesting, bestuur

Beroep: zelfstandig adviseur vastgoed, zorg en welzijn. Nevenfuncties:bestuursvoorzitter welzijnsstich-ting Welnuh; lid Raad van Toe-zicht gehandicaptenorganisatie Raamwerk

19-12-2013 19-03-2021 Nee

Dhr. Mr. G. van de Haar (1954)

Lid

Juridisch, bestuur en organisatie

Beroep: zelfstandig mediator, coach en interim managerNevenfuncties:voorzitter RvC Woningbouw- vereniging Nieuw Lekkerland (tot 1 april 2017), lid RvC Lek en Waard (vanaf 1 april), lid RvC Heuvelrug Wonen, voorzitter RvT CAI Hendrik Ido Ambacht

7-6-2017 7-6-2021 Ja

Namens de huurdersorganisaties zijn benoemd Dhr. D. Vermaas en Dhr. H Van der Velde.

In 2017 werd mevrouw Olde Bijvank na een positief advies van de Autoriteit Wonen herbenoemd tot lid van de RvC voor een periode van vier jaar.

Alle leden van de raad zijn onafhankelijk van de corporatie zoals vereist in de Governancecode Woningcorporaties.De leden van de Raad van Commissarissen onderschrijven de gedragscode voor integriteit, zoals deze geldt voor het personeel van Rhiant. In 2017 is geen sprake geweest van (transacties met) tegenstrijdige belangen waarbij leden van de raad en/of de bestuurder betrokken waren. De bestuurder heeft in 2017 één keer melding gemaakt van het handelen van een personeelslid in strijd met de integriteitscode.

Page 28: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

26

JAARVERSLAG 2017

Daarbij rapporteerde hij ook zijn aanpak in de betreffende situatie. De RvC constateerde dat de bestuurder in deze kwestie juist en slagvaardig heeft gehandeld.

De leden van de RvC zijn gehouden hun kennis op peil te houden. Zij namen daartoe in de jaren 2017 deel aan diverse opleidingen. Het schema hieronder laat zien dat zij allen voldeden aan de om tenminste 5 PE te behalen. De punten zijn geregistreerd

Opleidingsactiviteiten Datum Opleider PE-punten

Dhr. H van der Velde

Bijeenkomst Benchmark Financieel beleid Woningcorporaties

21-01-20175-10-2017

AedesSeminars op maat

6

Dhr. D. Vermaas

Accountantscontrole protocol 2017Intern ToezichtController, Bestuur en WoningwetJaarverslaggeving en governance woningcorporatiesVTW-ledenbijeenkomst met Aw

9-11-20176-10-201721-06-201716-06-2017

12-05-2017

Verstegen VGZ AcademyVTWSomVerstegen VGZ Academy

VTW

3368

2

Mevr. H. M. Olde Bijvank

Congresdag Wonen en ZorgStrategiedag Zorgvastgoed

11-10-20171-11-2017

CorporatieNLSpryg

66

Dhr. Mr. G. van de Haar

Ethiek van de governance en governance van de ethiekControle protocol 2017 c.a. voor woningcorporatiesLedencongres VTW

27-11-2017

9-11-2017

6-10-2017

VTW

Verstegen accountants

VTW

4

3

2

Op 13 juni hield de RvC de jaarlijkse zelfevaluatie. In dit jaar zonder externe begeleiding. In de zelfevaluatie keek de RvC in het bijzonder naar de invulling van de werkgeversrol en naar de efficiency van de eigen vergaderingen. Ook besprak de RvC het functioneren van alle leden afzonderlijk. Daarnaast kwamen diverse andere onderwerpen korter aan de orde, zoals de bemensing van audit- en remuneratiecommissie.

Commissies De RvC heeft twee commissies: een auditcommissie en een remuneratiecommissie. De laatste voert de functionering- en beoordelingsgesprekken met de bestuurder en bestaat per 31 december 2017 uit mevrouw Olde Bijvank (voorzitter commissie) en de heer Van der Velde. De auditcommissie komt voor elke vaste vergadering van de RvC bijeen en bespreekt daarin de financiële onderwerpen diepgaander dan in de RvC mogelijk is. Bij de vergaderingen van de auditcommissie is de accountant aanwezig. In de auditcommissie hebben per 31 december 2016 zitting de heren Vermaas (voorzitter) en Van der Velde.

De relatie tussen de Raad van Commissarissen en de bestuurder is goed. De voorzitter van de raad heeft frequent periodiek overleg met de bestuurder. Belangrijke gespreksonderwerpen betroffen de algemene gang van zaken binnen de organisatie, persoonlijke ontwikkeling, maatschappelijke ontwikkelingen, voorbereiding agenda RvC.

De honorering van de leden van de RvC valt binnen de normen van de VTW en de door de minister vastgestelde (ruimere) normen. De honorering is als volgt: voorzitter (de heer Van der Velde)€10.500 per jaar (VTW norm max. €12.982); de leden (de heren Vermaas, Van de Haar en mevrouw Olde Bijvank) €7.000 per jaar (VTW norm max. €8.655).

Page 29: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

27

VergaderingenDe RvC is inclusief de zelfevaluatie zes maal bijeen geweest. Vier vergaderingen waren reguliere zittingen. Voorafgaand aan elke vergadering stemt de RvC af zonder aanwezigheid van de bestuurder. Bij de vergaderingen was de bestuurder aanwezig, uitgezonderd het vergaderdeel met betrekking tot de directiebeoordeling. Alle leden van de raad zijn frequent aanwezig geweest. In 2017 heeft de Raad van Commissarissen de statutaire werkzaamheden verricht met als belangrijkste agendapunten:

1. Vaststelling compliancestatuut (7 maart 2017)2. Jaarstukken 2016 (goedgekeurd op 13 juni 2017)3. Herbenoeming tot lid van de RvC mevr. Olde Bijvank (13 juni 2017)4. Definitief scheidingsvoorstel (13 juni 2017)5. Beleid risicomanagement (3 oktober 2017)6. Strategisch voorraadbeleid (12 december 2017)7. Treasurystatuut en treasuryjaarplan (12 december 2017)8. Jaarplan en (meerjaren)begroting 2018 (goedgekeurd op 12 december 2017)9. Kwartaalrapportages

De RvC heeft zich in 2017 onder andere laten informeren door:• het volgen van landelijke en regionale ontwikkelingen in de sector;• het bijhouden van uiteenlopende publicaties en vakliteratuur;• het voeren van gesprekken met de bestuurder, leden van het management, externe adviseurs en de

jaarlijkse afstemming tussen voorzitter RvC en wethouder volkshuisvesting van Hendrik- Ido-Ambacht;• het voeren van gesprekken met de huurdersraad en de ondernemingsraad;• het stelsel van kwartaalrapportages conform het door de RvC vastgestelde format.

TenslotteHet jaar 2017 zien we als jaar waarin het werken aan de volkshuisvesting weer betekenis heeft gekregen. Stabiliteit in financiën en organisatie en de afronding van de nieuwe woningwet maakten het mogelijk de blik weer meer naar buiten te richten. Daarbij is uitbouw van onder andere het risicomanagement eens te meer van belang. De visitatie leverde een positief beeld en de erin gemaakte kritische kanttekeningen geven Rhiant handvatten om verder te verbeteren. In het bijzonder is de gedachte dat samenwerking voor Rhiant cruciaal is om als kleine corporatie succesvol te kunnen zijn, voer voor verdere uitwerking in 2018.

De Raad van Commissarissen bedankt de bestuurder voor zijn inspanningen. Grote dank gaat ook uit naar de medewerkers van Rhiant voor hun inzet voor het wonen in Hendrik-Ido-Ambacht.

Het bestuur heeft het jaarverslag over 2017 opgesteld, met daarin opgenomen de jaarrekening. Baker Tilly Berk heeft de jaarrekening gecontroleerd en voorzien van een goedkeurende controleverklaring. De Raad van Commissarissen kan zich verenigen met het jaarverslag van het bestuur. De Raad van Commissarissen stelt de jaarrekening vast.

De RvC en zijn individuele leden verklaren integer en onafhankelijk te hebben gehandeld conform de hiertoe ondertekende integriteitsverklaring.

H. van der Velde, voorzitter

E. Olde Bijvank, vice-voorzitter

D. Vermaas, lid

G. van de Haar, lid

Page 30: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

28

JAARVERSLAG 2017

9. FINANCIËLE CONTINUÏTEITVoor een maatschappelijke onderneming als Rhiant zijn financiën geen doel op zichzelf. Financiële continuïteit is de meest cruciale randvoorwaarde om ook op langere termijn verantwoordelijkheid te kunnen nemen voor de volkshuisvesting in de regio.

Het verslagjaar van Rhiant stond vooral in het teken van het verder uitbouwen van de reeds geïmplementeerde managementrapportages, in het kader van de woningwet. De activiteiten voor Rhiant zijn vooral DAEB activiteiten. Om de middeninkomensgroep te bedienen maakt Rhiant gebruik van:• Koopwoningen• Koopgarant-woningen• 10% vrije ruimte voor vrije toewijzingen sociale huurwoningen• Verhuur woningen in niet-DAEB

VerkoopwoningenKoopgarantDe huidige portefeuille Koopgarant-woningen wordt niet verder uitgebreid maar afgebouwd. We houden een minimale voorraad Koopgarant-woningen. Elf koopwoningen die we terug moesten kopen, hebben we zonder terugkoopvoorwaarde in de markt gezet.

Vrije verkoopDe prognose, conform de werkelijkheid, was dat we in 2017 geen woningen zouden verkopen in de vrije verkoop.

Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW)Het WSW verzorgt de monitoring van corporaties op kasstromen. Het is dus zaak om deze te optimaliseren en binnen de door het WSW aangegeven bandbreedtes te blijven. Hierbij maakt het WSW gebruik van het toetsingsinstrumentarium gebaseerd op 5 Financial risks (financiële ratio’s) en 24 vragen gericht op de Business Risks. Rhiant heeft deze toetsingen toegepast bij het opstellen van de meerjarenbegroting 2018 t/m 2027. Daarnaast wordt gemonitord op de gemiddelde schuld per woning. Deze is in 2017 € 39.058 (2016: € 40.543). Het WSW heeft voldoende faciliteringsvolume afgegeven in 2016, zodat Rhiant haar bedrijfsuitoefening kon financieren.

Autoriteit WoningcorporatiesDe Autoriteit Woningcorporaties (AW), voorheen het Centraal Fonds Volkshuisvesting, geeft geen oordelen meer af. Ze geven nu een toezichtbrief af waarin ze onderzoek doen op een zestal toezichtterreinen die van invloed kunnen zijn op de financiële continuïteit van de corporatie, te weten:1. kwaliteit financiële verantwoording2. behoud maatschappelijk gebonden vermogen3. financieel risicobeheer4. liquiditeit5. solvabiliteit6. draagkracht vermogen

• Een oordeel op de staatssteun- en passendheidsnorm wordt separaat afgegeven en moet verstrekt worden voor 1 december na het beoordeelde verslagjaar. In dit geval verslagjaar 2017.

In de toezichtbrief is opgenomen dat:• De beoordeling 2017 van Rhiant is nog niet uitgevoerd door het AW. Dit zal in de eerste helft van 2018

plaatsvinden.

Page 31: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

29

In de brief over het oordeel op de staatssteun- en passendheidsnorm is opgenomen dat:• Het oordeel voor de passendheidsnorm is dat er minder dan 95% van de huishoudens met een

recht op huurtoeslag woningen heeft toegewezen gekregen met een huur onder de toen vigerende aftoppingsgrenzen. Voor het jaar 2016 heeft dat nog geen consequenties. In de volgende verslagjaren kan het niet behalen ertoe leiden dat er een sanctie wordt opgelegd.

• Het oordeel voor de staatsteunnorm is dat de toewijzingen van de woongelegenheden met een maandhuur tot € 710,68 voor 90% of meer zijn gedaan aan huishoudens met een inkomen beneden de inkomensgrenzen van € 35.739,-/€ 39.874,--. Hiermee is voldaan aan de toewijzingseisen van de staatsteunregeling.

• De beoordeling 2016 geen aanleiding geeft tot het doen van interventies.

9.1 JAARRESULTAAT

Het gerealiseerde resultaat na belastingen voor 2017 is € 13 miljoen negatief (2016: € 22 miljoen positief). Het jaarresultaat wordt in de jaarrekening toegelicht. De belangrijkste redenen zijn:

Meer huuropbrengsten € 192.000Meer onderhoudslasten € -/- 1.500.000Meer verkoopresultaat € 160.000Minder waardeveranderingen € -/- 34.625.000

Minder rentelasten € 378.000Minder belastingen € 337.000Overige verschillen € -/- 261.000 ------------------------- Mutatie jaarresultaat 2017 t.o.v. 2016 € -/- 35.319.000 ======================

In de risicoparagraaf (hoofdstuk 9.6) worden de belangrijkste risicofactoren voor onze organisatie uitgewerkt.

9.2 MARKTWAARDE Vanaf 2016 zijn woningcorporaties verplicht hun bezit te waarderen op marktwaarde in verhuurde staat. De marktwaarde wordt berekend aan de hand van het handboek modelmatig waarderen. Hierbij kan er een keuze worden gemaakt tussen de basis-versie of de full-versie. Rhiant past de basis-versie van de berekening toe.

Realiseerbaarheid waarde onroerende zaken in exploitatiePer 31 december 2017 is in totaal € 88,5 miljoen aan ongerealiseerde herwaarderingen in de overige reserves begrepen (2016: € 102,9 miljoen) uit hoofde van de waardering van het vastgoed in exploitatie tegen marktwaarde in verhuurde staat. De waardering van dit vastgoed is in overeenstemming met het handboek modelmatig waarderen bepaald en is daarmee conform de in de Woningwet voorgeschreven waarderingsgrondslag en daaruit afgeleide ministeriële besluiten geldend ten tijde van het opmaken van de jaarverslaggeving. De realisatie van deze ongerealiseerde herwaardering is sterk afhankelijk van het te voeren beleid van Rhiant. De mogelijkheden voor de corporatie om vrijelijk door (complexgewijze) verkoop of huurstijgingen de marktwaarde in verhuurde staat van het DAEB bezit in exploitatie te realiseren zijn beperkt door wettelijke maatregelen en maatschappelijke ontwikkelingen zoals demografie en ontwikkeling van de behoefte aan sociale (DAEB) huurwoningen. Het bestuur van Rhiant heeft een inschatting gemaakt van het gedeelte van de herwaarderingsreserve dat bij ongewijzigd beleid niet of eerst op zeer lange termijn realiseerbaar is. Deze schatting ligt in lijn met het verschil tussen de

Page 32: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

30

JAARVERSLAG 2017

bedrijfswaarde van het DAEB bezit in exploitatie en de marktwaarde in verhuurde staat van dit bezit en bedraagt circa € 90,4 miljoen (2016: 108,3 miljoen). Dit impliceert dat circa 64,4 % (2016: circa 71% )van het totale eigen vermogen niet of pas op zeer lange termijn realiseerbaar is.

9.3 FINANCIEEL BELEID

In 2017 is het definitief scheidingsvoorstel ingediend bij het AW. Het AW heeft ons per brief op 8 november 2017 medegedeeld dat dit scheidingsvoorstel voldoet aan de wettelijke eisen en is goedgekeurd.

MeerjarenprognosesVoor de meerjarenprognoses verwijzen wij naar hoofdstuk 9.4. De meerjarenprognoses betreff en de Winst- en Verliesrekening over de jaren 2018 t/m 2022, de ontwikkeling van de balansposten en de prognoses van de belangrijkste kengetallen. In de meerjarenprognoses is rekening gehouden met de huursombenadering en de verhuurdersheffi ng op het niveau van het Woonakkoord die doorloopt tot einde levensduur complex.

Uitgangspunten prognoses 2018 – 2022De gekozen uitgangspunten in onze meerjarenprognose sluiten aan bij het door het AW afgegeven kader voor de financiële beoordeling bij de voorlopige scheiding DAEB/niet-DAEB.

Verdeling huurinkomstenDe huuropbrengsten die binnenkomen, gebruiken we om de kosten die we maken te voldoen. Om inzicht te geven waaraan de huur wordt uitgeven, is teruggerekend hoe € 1,- huur wordt uitgegeven. Het resultaat ziet u in onderstaande grafiek.

De resterende exploitatiekasstroom is het geld dat overblijft nadat alle uitgaven zijn gedaan. Dit resterende geld wordt onder andere gebruikt om aflossingen van leningen en investeringen in woningen (geen onderhoud) te kunnen doen.

Page 33: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

31

9.4 FINANCIËLE CONTINUÏTEIT

Voor realisering van onze doelstellingen is het van belang dat de financiële continuïteit gewaarborgd wordt. Deze financiële continuïteit wordt door het WSW beoordeeld op de 5 Financial Risks.

Omschrijving Norm Jaarrekening 2017

Jaarrekening 2016

ICR minimaal 1,4 1,8 2,2

DSCR minimaal 1,0 1,5 1,3

Solvabiliteit minimaal 20% 60,1% 62,0%

Loan to value maximaal 75% 55,9% 55,4%

Dekkingsratio (Leningen/WOZ)

maximaal 50% 24,2% 23,7%

Intrest Coverage ratio (ICR)De ICR geeft aan hoe de verhouding is tussen de operationele kasstroom en de verschuldigde rente aan de verschaffers van het vreemd vermogen. De ICR eind 2017 van 1,8 voldoet aan onze interne normering van 1,4. Ook in de prognosejaren 2018 t/m 2022 voldoen wij aan deze norm. Dit betekent dat Rhiant uit haar operationele kasstroom de rentelasten kan voldoen.

Dept Service Coverage Ratio (DSCR) De DSCR geeft aan in hoeverre Rhiant uit haar operationele kasstroom en verkoopopbrengsten, haar rente en aflossing kan betalen. In 2017 is deze ratio met 1,5 boven de norm van 1. Dat beeld is ook terug te zien in de prognoses voor 2018 t/m 2022.

Solvabiliteit (o.b.v. marktwaarde)Met solvabiliteit wordt aangegeven in hoeverre een onderneming de financiële verplichtingen aan verschaffers van vreemd vermogen kan nakomen met behulp van de aanwezige activa. Met een solvabiliteit van 59,8% voldoen we aan de intern gestelde norm van 20%. Dat beeld is ook terug te zien in de prognoses voor 2018 t/m 2022.

Loan to ValueDe Loan to Value geeft de verhouding tussen de leningen en de verdiencapaciteit van het vastgoed (bedrijfswaarde) weer en bedraagt 55,9%. We hanteren een maximale grens van 75%.Het WSW geeft als randvoorwaarde voor het aantrekken van geborgde financiering dat de leningenportefeuille maximaal 50% van de WOZ bedraagt (dekkingsratio). Onze leningenportefeuille bedraagt ongeveer 24,2% van de WOZ-waarde van ons bezit. Ook deze ratio’s voldoen in de prognosejaren aan de normen.

Financiële toekomstDe afgelopen jaren hebben we goed gekeken naar onze geldstromen. Wij hebben deze waar mogelijk geoptimaliseerd. Dit is een continue proces. Dus ook in 2017 is hieraan gewerkt. Mede dankzij deze inspanningen is onze financiële positie nog steeds goed. Aan de uitgavenkant zijn de bedragen voor onderhoud fors verminderd, mede doordat wij ons onderhoud hebben uitbesteed. Ook de beheerkosten zijn kritisch bekeken en worden naar beneden gebracht. De continuïteit is gewaarborgd en over het geheel zien wij de komende jaren optimistisch tegemoet. Wij verwachten dat we in staat blijven om de belangrijkste doelstellingen te realiseren. De effectuering van de ingezette (financiële) bijsturing is daarbij belangrijk.

De autoriteit woningcorporaties (AW) en het WSW beoordelen op basis van financiële ratio’s en de business risks. Het oordeel van het AW in 2016 geeft geen aanleiding tot opmerkingen. Een oordeel van

Page 34: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

32

JAARVERSLAG 2017

het AW is in 2017 niet afgegeven en wordt het 1e half jaar 2018 verwacht. Dit i.v.m. de drukte bij het AW. Het WSW ziet Rhiant als borgings- en kredietwaardig.In meerjarenperspectief kan Rhiant aan de financiële doelstellingen voldoen. Een belangrijk voorwaarde voor nieuwe investeringen is de verkoop van eigen woningbezit. De baten moeten dus voor de kosten uitgaan, wil Rhiant tot investeren overgaan. Tot en met 2015 was er een fors verkoopprogramma. Vanaf 2016 is het verkoopprogramma teruggebracht. Verkopen zetten we pas weer in als dit noodzakelijk is.

Eventueel herziening van het investeringsbeleid zal worden bekeken na implementatie van de woningwet. En zal meegenomen worden in de meerjarenbegroting 2019 e.v. Te denken valt aan het co2 neutraal maken van het bezit voor 2050.

De verwachting ten aanzien van de personeelskosten is dat deze stabiel zullen blijven de komende jaren. De afgelopen jaren is er door met name reorganisatie al veel sturing geweest op de daling van de personeelskosten. Er zal een verschuiving plaatsvinden van de flexibele schil ten gunste van de het vaste personeelsbestand.

Ondanks de verhuurdersheffing in combinatie met het aangepaste huurbeleid en de programmering van een aantal projecten en een aantal gerichte maatregelen concludeert Rhiant dat zij haar doelstellingen kan behalen en daarmee de continuïteit kan garanderen.

9.5 TREASURY

TreasurycommissieTreasury is hierbij een instrument om financiële kansen te benutten en bedreigingen af te wentelen. Het is een specialistisch vakgebied en voor Rhiant geen dagtaak. Daarom heeft Rhiant een externe treasurer aangesteld. De manager Financiën en de directeur-bestuurder van Rhiant vormen samen met externe treasurer de treasurycommissie. Twee tot drie keer per jaar komt deze commissie bij elkaar om de financiële zaken te bespreken.

RenteIn het verslagjaar 2017 is nog geen omslag gemaakt in de rentemarkten. De korte rente is in 2017 redelijk stabiel en heeft geen verontrustend beeld laten zien. Voor de lange rente, vanaf vijf jaar, ligt de rente iets hoger, maar nog steeds op een stabiel relatief laag niveau. Deze trend wordt vooral in stand gehouden door de (mondiale) economische ontwikkelingen. Ook de inflatievooruitzichten zijn vooralsnog gematigd. Het meest waarschijnlijke scenario is een gematigde opwaartse rentebeweging. Het een en ander is afhankelijk van de voortgang van het opkoopprogramma van de ECB dat minimaal loopt tot september 2018. Eventuele aanpassingen van dit opkoopprogramma kan effect hebben op de kapitaalmarktrentes.

LeningenportefeuilleEr is in 2017 waar mogelijk gebruik gemaakt van de lage rentestanden om renteopslagen opnieuw vast te leggen. Rhiant heeft één financiering aangetrokken, deels ter herfinanciering van eindaflossingen, waardoor het verkleinen van de leningenportefeuille verder vorm heeft gekregen. Hiermee wordt de schuld per woning lager en komt deze meer in lijn met de gemiddelde woningschuld in de sector. Hiermee heeft Rhiant dan de randvoorwaarde ingevuld om aan haar maatschappelijke doelen te kunnen blijven voldoen.

Voortgang Woningwet 2015DAEB – niet DAEBDe nieuwe Woningwet is sinds 1 juli 2015 van kracht. Belangrijk onderdeel hiervan betreft de juridische afsplitsing of administratieve scheiding van de niet-DAEB activiteiten. Op basis van ons voorlopige scheidingsvoorstel, gebaseerd op administratieve scheiding, is een definitief scheidingsvoorstel ingediend voor 1 juli 2017. Dit is beoordeeld door het AW en akkoord bevonden. De splitsing dan wel scheiding is vanaf 1 januari 2018 geïmplementeerd.

Page 35: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

33

Tripartiet overlegIn de Woningwet is vastgelegd dat gemeentes en huurdersorganisatie inzage krijgen in de ‘investeringscapaciteit’ van corporaties, door een door de AW beschikbaar gesteld ‘financieel kengetal’. Dit betreft in de praktijk een tweetal ratio’s, namelijk de ICR en de dekkingsratio.

Het bepalen van de financiële polsstok op basis van uitsluitend ICR en dekkingsratio gaat voorbij aan andere financiële ratio’s (zowel externe als interne) waaraan Rhiant gehouden is. Voorafgaand aan het overleg moet Rhiant een bod doen op de volkshuisvestelijke activiteiten in de betreffende gemeentes. Rhiant zal berekenen in hoeverre een voorgenomen bod past binnen de in- en externe financiële randvoorwaarden.

Jaarlijks moet het bod van Rhiant uiterlijk per 1 juli bij de gemeente en huurdersorganisaties ingediend zijn.

Treasurystatuut / Financieel reglementHet Treasurystatuut is op basis van de Woningwet onderdeel van het Reglement financieel beleid en beheer. Dit reglement is goedgekeurd door de AW en is als gevolg van de Veegwet in 2017 geactualiseerd. Dit door middel van het opstellen van een addendum. Dit addendum is in 2017 positief beoordeeld door het AW.

Borgingsplafond WSWDe methodiek die het WSW hanteert voor het bepalen van (de ruimte onder) het borgingsplafond is het afgelopen jaar niet gewijzigd. Uit de brief waarin medio 2017 het borgingsplafond aan Rhiant gecommuniceerd is, valt op te maken dat Rhiant wordt beoordeeld als een ‘borgbare corporatie’.

Financiering DAEB-activiteitenBelangrijke rol van de treasury is ervoor te zorgen dat Rhiant te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan haar financiële verplichtingen te kunnen voldoen. Wanneer nodig trekt de treasurycommissie hiertoe leningen aan die door het WSW geborgd worden. Voorwaarden voor borging is enerzijds dat het bestedingsdoel een DAEB activiteit is en dat anderzijds voldaan wordt aan de regels en normen van het WSW.

Het WSW geeft middels het borgingsplafond aan wat, voor maximaal de komende drie jaar, de maximale omvang (per einde jaar) van de geborgde leningenportefeuille mag zijn. De hoogte van het borgingsplafond is (mede) afhankelijk van de financieringsbehoefte uit de dPi-opgaaf. De dPi-opgaaf is gebaseerd op de door de RvC goedgekeurde begroting en meerjaren-prognoses.

Financiering niet-DAEB activiteitenHet is niet toegestaan om niet-DAEB activiteiten te financieren met door het WSW geborgde leningen. Voor zover Rhiant financiering zonder WSW-borging moet aantrekken voor niet-DAEB, moet de RvC hiertoe vooraf (schriftelijk vastgelegde) toestemming verleend hebben.

9.6 RISICO-PARAGRAAF

RisicomanagementEr is druk op onze financiële resultaten en als corporatie werken we met maatschappelijk vermogen. Deze combinatie verplicht ons als corporatie om goed zicht te hebben op de risico’s die we lopen. Hierbij moeten we die risico’s op juist managen. Daarom werken we conform vastgesteld risicomanagement beleid. In 2017 is het beleid herijkt. Hierbij zijn er geen grote aanpassingen gedaan. De belangrijkste wijziging is dat er onderscheid wordt gemaakt in strategisch- tactische en operationele risico’s. De overige aanpassingen zijn redactioneel van aard.

Page 36: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

34

JAARVERSLAG 2017

Voor interne risico’s bepaalt de Governance Code van Aedes dat er een risicobeheersing- en controlesysteem aanwezig moet zijn. Binnen Rhiant wordt bij de beheersings- en controlesystemen altijd het zogenaamde 4-ogen principe toegepast. Elke procedure en besluitvorming voldoet aan dit principe. De bewaking van dit principe vindt plaats door de reguliere planning- en controle-cyclus. In de kwartaalrapportages wordt melding gedaan van de bevindingen. Deze rapportages komen integraal in de vergaderingen van de Raad van Commissarissen aan de orde. De audit wordt jaarlijks uitgevoerd door de controlerend accountant. Intern worden doorlopend processen gecontroleerd en de bevindingen hiervan vastgelegd. In de Managementletter wordt over de bevindingen ten aanzien van de interne controle- en beheersingssystemen gerapporteerd en worden aanbevelingen gedaan (indien nodig) ter verbetering.

Rhiant heeft een risicomanagementbeleid ontwikkeld en geïmplementeerd. Risicomanagement kan beslissingsondersteunende informatie leveren die helpt om keuzes te maken hoe met dit soort risico’s om te gaan.

De reden dat Rhiant risicomanagement heeft opgezet is meervoudig:• Governance: vanuit het oogpunt van governance wordt verwacht dat woningcorporaties risico’s

expliciet inzichtelijk maken. Daarvoor moet Rhiant beschikken over een effectief werkend risicomanagementsysteem.

• Voldoen aan wet- en regelgeving: wettelijke bepalingen en gedragscodes. Conform de BW 2 titel 9 en vanuit de RJ645 is er de verplichting om in de jaarrekening aan te geven op welke wijze Rhiant omgaat met risicomanagement.

• Aansluiten bij de denkwereld van de omgeving: risicomanagement is in de gehele maatschappelijke context van belang.

• Adequatere voorspellingen: beter in staat om voorspellingen te doen (‘forecasting’) op zowel strategisch als operationeel niveau. Risicosignalering en risicobewustzijn is op alle niveaus in de organisatie belangrijk.

• Besluitvorming: risicomanagement kan helpen bij het maken van strategische keuzes en het stellen van prioriteiten. Nieuwe ontwikkelingen brengen risico’s met zich mee. Door de risico’s in kaart te brengen wordt niet alleen duidelijk welk bedrag gereserveerd moet worden voor het afdekken van deze risico’s als deze optreden, maar juist ook hoeveel ruimte er is om te investeren in nieuwe ontwikkelingen.

• Beheersing van standaardprocessen (continuïteitsprincipe): komende jaren zekerheid meegeven. Stand van cycli binnen de organisatie (financiën, planningen, aantal woningen, etc.)

• Terugdringen faalkosten en voorkomen van imagoschade: door risico’s te identificeren die zich in de organisatie manifesteren en vervolgens beheersmaatregelen treffen kunnen de faalkosten worden teruggedrongen en kan imagoschade worden voorkomen of beperkt.

Met het risicomanagement worden stelselmatig de risico’s in kaart gebracht en gewogen. Alle risico’s wor-den vastgelegd in een module, zodat de risico’s en de bijbehorende beheersmaatregelen kunnen worden gemonitord. Rhiant maakt hierbij gebruik van de module Naris van het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement. In de kwartaalrapportage wordt hierover gerapporteerd. De risico’s worden bespro-ken in het MT. Ook met de RvC wordt minimaal 1x per jaar de risico’s besproken. Ook vinden regelmatig gesprekken plaats in het MT en de organisatie om mensen bewust te maken en te houden om risico’s te melden. Mensen moeten gemotiveerd zijn om de door hen gesignaleerde risico’s te melden en beheers-maatregelen te noemen. Dit wordt vooral bewerkstelligd door in gesprek te gaan over de risico’s.

RisicoprofielDe risico’s van Rhiant zijn in kaart gebracht op basis van een opgesteld risicoprofiel. Dit risicoprofiel is tot stand gekomen met behulp van een workshop waarbij gebruik is gemaakt van het softwareprogramma NARIS® (NAR Risicomanagement Informatie Systeem) waarmee risico’s systematisch in kaart kunnen worden gebracht en beoordeeld. Uit de inventarisatie zijn een groot aantal risico’s in beeld gebracht.

Rhiant maakt onderscheid tussen de strategische, tactische en operationele risico’s. Strategische risico’s; risico’s die een belemmering kunnen vormen voor het realiseren van de strategie en die mogelijk invloed hebben op de lange termijn doelen.

Page 37: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

35

Tactische risico’s; risico’s die een belemmering kunnen vormen voor het realiseren van de doelstellingen, die zijn afgeleid van de strategie. Operationele risico’s; risico’s die betrekking hebben op de dagelijkse uitvoering van werkzaamheden.Manieren om met risico’s om te gaan, worden beheersmaatregelen genoemd. Ze zijn te onderscheiden in drie soorten:• Vermindering/vermijding van het risico • Acceptatie van het risico • Risico-overdracht: het overdragen van risico’s naar een andere partij

In onderstaand overzicht wordt inzicht gegeven in de beheersmaatregelen van Rhiant op de belangrijkste financiële risico’s, zoals genoemd in het risicoprofiel.

Dit zijn:

BETAALBAARHEIDToename huurachterstanden. Toename van een verslechterende financiële situatie van de huurders waardoor achterstanden toenemen en een te kleine voorraad betaalbare woningen. Beheersmaatregel. Geactualiseerd streefhuurbeleid om te borgen dat de woningen betaalbaar blijven. Actief incasso beleid, waarbij vroegtijdig maatregelen worden getroffen ter voorkoming of escalatie van betalingsproblemen.

DUURZAAMHEIDProject risico’s nieuwbouw en duurzaamheid Rhiant voert projecten zelfstandig en in samenwerking met derden uit. De risico’s die de projecten meebrengen zijn gelegen in tijd geld en imago.

BEHEERSMAATREGELENDe projecten worden opgedeeld in fases, iedere fase wordt aan de hand van een fasedocument ter besluitvorming voorgelegd aan het MT respectievelijk RvC indien van toepassing. In het fasedocument wordt ingegaan op: relatie met Strategisch Voorraadbeleid, de kosten en planning afgezet tegen de (meerjaren) begroting, risico’s, bewonersparticipatie en communicatie. In de kwartaalrapportage wordt de voortgang in tijd en geld van de projecten de prognoses, de risico’s en de beheersmaatregelen gepresenteerd.

LEEFBAARHEIDLeefbaarheid Problematiek achter de voordeur neemt toe in hoeveelheid en intensiteit. Beheersmaatregelen Samenwerking en afspraken met de hulporganisaties om tijdig te signaleren en te werken aan oplossingen.

FINANCIËNBeheersing bedrijfslasten Met benchmarks zal steeds nadrukkelijker in beeld worden gebracht in hoeverre Rhiant in staat is om onze kosten te beheersen. Als wij in die vergelijkingen met andere corporaties slechter scoren, ontstaat het beeld dat wij ondoelmatig omgaan met het geld van onze huurders. Dat kan leiden tot ontevreden huurders en imagoschade.

Beheersmaatregelen Gerichte sturing op het bereiken van de gewenste positie in de Benchmark bedrijfslasten van Aedes is van belang om de vereiste resultaten te bereiken. Met structurele (verantwoording)rapportages worden de budgetverantwoordelijke gestimuleerd om hun bijdrage te leveren aan de benodigde kostenbeheersing en –reductie.

ORGANISATIEInterne organisatie De kwaliteit en kwantiteit van de interne organisatie is onvoldoende om te kunnen voldoen aan de toenemende regeldruk vanuit de overheid en onvoldoende georganiseerd om de benodigde efficiency slag te behalen. Beheermaatregel Met het MT is in 2017 gestart met het traject “organisatie ontwikkeling” waarin de visie

Page 38: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

36

JAARVERSLAG 2017

wordt geconcretiseerd naar smart doelen en geïnventariseerd wat nodig is om deze doelen te behalen. Dit resulteert in een plan van aanpak personeelsbeleid en inventarisatie hoe efficiënter te werk te gaan, met als meetbaar resultaat toename werkplezier en daling ziekteverzuim.

STRATEGISCHE RISICO’SRhiant heeft ook haar strategische risico’s benoemd. Dat zijn de risico’s die zich voor kunnen doen wanneer Rhiant niet haar strategische doelstelling behaalt. Dit zijn onder andere:

DUURZAAMHEIDCO2 reductie De duurzaamheidsopgaaf dat in 2020 het bezit gemiddeld een energielabel B heeft wordt niet behaald.

Beheersmaatregelen Duurzaamheidbeleidsplan 2017-2021 is vastgesteld, concretisering door de stuurgroep in 2017. Toetsing van de voortgang op beheersing van kwantiteit, kwaliteit, geld en tijd.Invoeringsplan opstellen van het duurzaamheidsbeleidsplan gevolgd door een jaarlijks werkprogramma voor het komende jaar.

BETAALBAARHEID & LEEFBAARHEIDOntwikkeling gedifferentieerde woningbezit en wijken De ontwikkeling van gedifferentieerd woningbezit en wijken zoals deze in de wensportefeuille zijn benoemd blijven achter.

Beheersmaatregelen Strategisch Voorraadbeleid verder concretiseren waardoor de investeringsbeslissingen met betrekking tot de projecten, beoordeeld kunnen worden of deze plannen bijdragen aan de wens- portefeuille zoals benoemd in het strategisch voorraadbeleid.

FINANCIËNRente risico Financiële druk als gevolg van rentestijging.

Beheersmaatregelen Afbouwen van de lening portefeuille. De renteontwikkeling wordt frequent (dagelijks) gemonitord, zodat er geanticipeerd kan worden bij nadelige ontwikkelingen. Daarnaast vindt er twee maal per jaar afstemming plaats met een externe treasury expert.

Overheidsmaatregelen (o.a. verhuurdersheffing, huurtoeslag) Overheidsmaatregelen zoals het verhogen van de verhuurdersheffing en de mogelijke doorberekening van de huurtoeslag aan de woningcorporaties.

Beheersmaatregelen Uitvoeren van extra scenario analyse in de meerjarenraming waarin de gevolgen van o.a. de verhuurdersheffing wordt meegerekend.

Bestedingsruimte De bestedingsruimte is onvoldoende waardoor Rhiant haar doelstelling niet kan financieren.

Beheersmaatregelen Een actieve periodieke monitoring op de relevante (financiële) ratio’s, geïntegreerd in de managementrapportages, waardoor het tijdig nemen van maatregelen om bij te sturen wordt gefaciliteerd.

FRAUDERISICORhiant heeft uitgebreid de frauderisico’s geïnventariseerd. Een overzicht hiervan is opgenomen in de kwartaalrapportage. De volgende frauderisico’s zijn onder andere genoemd:• Woonruimteverdeling: toewijzen van een woning. • Huurprijzen en servicekosten: onrechtmatig muteren van huurprijzen en vaststellen van servicekosten.• Verkoop van een woning of grond: onrechtmatig vaststellen koopprijzen.• Wet Keten Aansprakelijkheid: aannemers voldoen niet aan eisen WKA.• Offerte- en of aanbestedingsprocedures: belangenverstrengeling.• Toezicht op uitvoering is niet conform offerte of facturen.

Page 39: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

37

• Onjuist vaststellen van beloningen.• Verwerken van onterechte facturen.• Cybercriminaliteit.

Beheersmaatregelen Een actieve monitoring op de frauderisico’s vind plaats via de interne audit op de wijze van uitvoeren van de processen.

Operationele risico’sRhiant maakt gebruikt van het auditplan dat als basis dient voor de interne controle. De procesbeschrijvingen zijn vastgesteld in het MT. De beschrijvingen zijn ook voorzien van fiscale punten. Het auditplan vormt een goede basis om ook de fiscale risico’s te monitoren met de interne controle. De operationele risico’s zijn in beeld met bijbehorende beheersmaatregelen.

Belangrijke risico’s zijn:• Uitval ICT-syteem. Dit is beheerst doordat er snel een tweede omgeving opgezet kan worden waardoor

we snel weer kunnen werken, desnoods vanuit huis.• Uitval personeel. Dit wordt beheerst door de kennis van taken bij twee personen te beleggen. En even-

tueel gebruik te maken van gekwalificeerde inhuur. Hiermee kunnen alle bedrijfsprocessen doorgaan.

Juridisch/fiscale risico’sOmdat de woningcorporaties op een andere wijze betrokken zijn in de fiscale positie is een Tax Control Framework opgezet. In het verslagjaar zijn fiscale vraagstukken getoetst door een fiscaal specialist. Ook in 2017 is gewerkt aan het verkrijgen van een betere fiscale kennis binnen de organisatie. Dit is een continu proces en komt de fiscale bewustwording bij de afdelingen ten goede.

Effect risico’s op het verslag jaarIn het verslag jaar hebben zich geen risico’s en onzekerheden voorgedaan die een belangrijke impact op Rhiant hebben gehad. Op basis hiervan is er geen noodzaak om verbeteringen aan te brengen in het risicomanagementsysteem.

9.7 VERBINDINGEN

Rhiant heeft verschillende deelnemingen. Te weten:

Deelname woningnet NVAls gevolg van de participatie in Stichting Woonkeus Drechtsteden heeft Rhiant, evenals de overige deelnemende corporaties, 100 aandelen in Woningnet NV aangekocht. Stichting Woonkeus Drechtsteden werkt sinds 1 juli 2004 nauw samen met Woningnet NV. De omvang van het gestort en geplaatst vermogen bedraagt € 4.491.000. Het deelnemingspercentage bedraagt 0,03%. Het betreft een deelneming zonder invloed van betekenis. Het balanstotaal van de verbinding per einde boekjaar bedraagt circa € 9.936.000.

Deelname StadsherstelIn samenwerking met zes andere corporaties is de NV Stadsherstel Drechtsteden opgericht. Deze vennootschap heeft zich ten doel gesteld het op een maatschappelijk en economisch verantwoorde wijze behouden van (rijks)monumenten en andere historische gebouwen in de regio Drechtsteden. De omvang van het gestort en geplaatst vermogen bedraagt € 3.644.000. Het deelnemingspercentage bedraagt 4,67%. Het betreft een deelneming zonder invloed van betekenis. Het balanstotaal van de verbinding bedraagt per einde boekjaar circa € 1.840.000.

Deelname Rhiant Holding BVStichting Rhiant is enig aandeelhouder van Rhiant Holding BV. Rhiant Holding BV is enig aandeelhouder van Rhiant Energie BV. De omvang van het gestort en geplaatst vermogen bedraagt € 18.000. Het

Page 40: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

38

JAARVERSLAG 2017

betreft een deelneming met invloed van betekenis, welke zich kwalificeert als groepsmaatschappij. De groepsmaatschappij wordt integraal geconsolideerd met Stichting Rhiant. Het balanstotaal van de verbinding bedraagt per einde boekjaar circa € 99.900.

Page 41: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

39

JAARREKENING 2017

STICHTING RHIANT TE HENDRIK-IDO-AMBACHT

Page 42: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

40

JAARVERSLAG 2017

10. RESULTAAT10.1 VERGELIJKEND OVERZICHT

Het resultaat over 2017 bedraagt negatief € 13.396.631 tegenover € 21.922.736 over 2016. De resultaten over beide jaren kunnen als volgt worden samengevat:

2017 2016 Verschil€ € €

Huuropbrengsten 12.972.425 12.780.918 191.507Opbrengsten servicecontracten 700.705 686.787 13.918Lasten servicecontracten -696.922 -666.618 -30.304Lasten verhuur en beheeractiviteiten -652.093 -610.070 -42.023Lasten onderhoudsactiviteiten -4.086.984 -2.506.268 -1.580.716Overige directe operationele lasten exploitatie bezit -2.074.823 -1.976.454 -98.369Nettoresultaat exploitatie vastgoedportefeuille 6.162.308 7.708.295 -1.545.987

Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille 610.125 466.519 143.606Toegerekende organisatiekosten -20.298 -18.990 -1.308Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 589.827 447.529 142.298

Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille -3.190.228 -1.593.740 -1.596.488Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille -14.244.052 18.773.017 -33.017.069Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden 670.339 682.259 -11.920Waardeveranderingen vastgoedportefeuille -16.763.941 17.861.536 -34.625.477

Overige bedrijfsopbrengsten 186.282 191.011 -4.729

Overige organisatiekosten -776.419 -726.387 -50.032

Leefbaarheid -208.581 -193.002 -15.579Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten - 5.765 -5.765Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 23.681 25.944 -2.263Rentelasten en soortgelijke kosten -2.747.437 -3.133.623 386.186Financiële baten en lasten -2.723.756 -3.101.914 378.158Resultaat voor belastingen -13.534.280 22.187.068 -35.721.348

Mutatie belastinglatentie 97.677 -239.260 336.937

Resultaat deelnemingen 39.972 -25.072 65.044Resultaat -13.396.631 21.922.736 -35.319.367Resultaat na belastingen -13.396.631 21.922.736 -35.319.367

Page 43: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

41

Het verschil in het resultaat tussen 2017 en 2016 is voornamelijk te verklaren door de waardeverandering van de vastgoedportefeuille ten behoeve van de exploitatie. Door de exploitatiebeklemming (nieuw in 2017) van 7 jaar en de daling van de mutatiegraad is ook de marktwaarde gedaald. Tevens is de onderhoudslast in 2017 gestegen, door het uitvoeren van werkzaamheden ten behoeve van het duurzaamheidsproject.

11. FISCALE POSITIE11.1 FISCALE EENHEID

Stichting Rhiant vormt tezamen met haar dochtermaatschappijen Rhiant holding B.V.en Rhiant Energie B.V.een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting.

De vennootschapsbelasting bij de dochtermaatschappijen wordt berekend alsof zij zelfstandig belasting-plichtig zijn. Eventuele verschillen als gevolg van de fiscale eenheid worden verantwoord bij de moeder-maatschappij.

11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017

Het belastbaar bedrag voor de vennootschapsbelasting over 2017 is als volgt berekend:

2017€

Resultaat -13.534.280Aandeel in het resultaat van deelnemingen 39.972

-13.494.308Waarderingsverschillen:Totaal af -3.833.249Totaal bij 22.474.325

18.641.076Fiscale verschillen:Niet aftrekbare kosten 4.500Investeringsaftrek -4.621

-121Fiscaal resultaat 2017 5.146.647Compensabele verliezen -5.146.647Belastbaar bedrag 2017 -Over het belastbare bedrag is geen vennootschaps-belasting verschuldigd.In de winst-en-verliesrekening is deze post als volgt verantwoord:

Mutatie belastinglatentie -97.677

Page 44: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

42

JAARVERSLAG 2017

11.3 TE VERREKENEN VERLIEZEN

Per 31 december 2017 bedraagt de omvang van de nog te verrekenen verliezen € 30.158.421.De verliezen kunnen binnen een termijn van negen jaar worden verrekend met toekomstige winsten. Verliezen uit het jaar 2017 kunnen over een periode van 9 jaar worden verrekend.Voor deze compensabele verliezen is een latente belastingvordering opgenomen die is gewaardeerd te-gen het nominale belastingtarief van 25%.

11.4 OVERIGE PUNTEN

De aanslagen zijn definitief geregeld tot en met het aangiftejaar 2015.

11.5 TOELICHTING

De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-en-ver-liesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief.

Sinds 1 januari 2008 vallen de corporaties integraal onder de vigerende belastingwetgeving. Eind 2008 is er overeenstemming bereikt tussen Aedes en de belastingdienst betreffende de VSO 2. De VSO 1 is een-zijdig in 2008 door de belastingdienst opgezegd.

Stichting Rhiant heeft op basis van de uitgangspunten van VSO 2 de fiscale positie ultimo 2017 en het fiscale resultaat 2017 bepaald. Doordat jurisprudentie inzake de uitwerking van VSO 2 voor corporaties nog ontbreekt kan de werkelijk te betalen of te verrekenen belasting afwijken van de in de jaarrekening opgenomen schatting.

Page 45: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

43

12. KENGETALLEN12.1 WONINGBEZIT

Aantal verhuureenheden (VHE)2017 2016

Eengezinswoningen DAEB 850 850Meergezinswoningen DAEB 849 849Intramurale zorgeenheden DAEB 68 68Maatschappelijk onroerend goed DAEB 6 6Garages DAEB 42 42Eengezinswoningen Niet-DAEB 56 56Meergezinswoningen Niet-DAEB 13 13Bedrijfs onroerend goed Niet-DAEB 10 10Garages Niet-DAEB 18 18

1.912 1.912

12.2 HUURKLASSE ZELFSTANDIGE WONIGEN (AANTAL VHE’S)

2017 2016Goedkope huur 96 105Betaalbare en dure huur 1.672 1.687

12.3 HET VERHUREN VAN WONINGEN

2017 2016Mutatiegraad in % woningbezit 5,90 6,80Huurachterstand in % jaarhuur 0,66 0,47Huurderving in % jaarhuur 0,33 0,23Aantal mutaties 105,00 124,00

12.4 FINANCIËLE CONTINUÏTEIT

2017 2016Solvabiliteit 60,10 62,00Liquiditeit 0,27 0,34Rentedekkingsratio (ICR) 1,75 2,23Loan to Value (LTV) 55,90 55,40Dekkingsratio WOZ 24,20 23,70DSCR 1,47 1,33

Page 46: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

44

JAARVERSLAG 2017

13. BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming)

31 december 2017 31 december 2016€ €

ACTIVA

Vaste activaVastgoedbeleggingen (1)DAEB vastgoed in exploitatie 188.653.244 205.761.224Niet-DAEB vastgoed in exploitatie 17.406.065 13.277.339Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 18.061.096 17.597.360Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 496.067 698.099

224.616.472 237.334.022

Materiële vaste activa (2)Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploi-tatie 839.161 935.875

Financiële vaste activa (3)Deelnemingen 126.919 86.947Latente belastingvordering(en) 5.020.913 4.923.236Leningen u/g 146.699 161.818

5.294.531 5.172.001

Vlottende activa

Voorraden (4)Vastgoed bestemd voor de verkoop - 505.920

Vorderingen (5)Huurdebiteuren 85.586 62.269Vorderingen op participanten en op maatschappijen waarin wordt deelgenomen 25.115 25.115Overige vorderingen 14.546 117.740Overlopende activa 550.535 139.044

675.782 344.168

Liquide middelen (6) 1.566.893 3.156.081

TOTAAL ACTIVA 232.992.839 247.448.067

Page 47: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

45

31 december 2017 31 december 2016€ €

PASSIVA

Eigen vermogen (7)Herwaarderingsreserve 89.594.386 102.933.482Overige reserves 50.445.567 50.503.102

140.039.953 153.436.584

Voorzieningen (8)Onrendabele investeringen en herstructureringen 2.054.148 -Overige voorzieningen 31.621 32.993

2.085.769 32.993

Langlopende schulden (9)Schulden/leningen overheid 56.798 59.654Schulden aan kredietinstellingen 64.655.706 64.248.569Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 17.778.843 17.985.446

82.491.347 82.293.669

Kortlopende schulden (10)Aflossingsverplichtingen langlopende schulden 4.342.648 9.277.820Schulden aan leveranciers 1.902.899 375.508

Schulden aan participanten en aan maatschappijen waar-in wordt deelgenomen 4.210 23.016Belastingen en premies sociale verzekeringen 267.008 98.938Schulden terzake van pensioenen 1.682 17.252Overlopende passiva 1.857.323 1.892.287

8.375.770 11.684.821

TOTAAL PASSIVA 232.992.839 247.448.067

Page 48: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

46

JAARVERSLAG 2017

14. WINST-EN VERLIES REKENING OVER 2017

2017 2016€ €

Huuropbrengsten (11) 12.972.425 12.780.918Opbrengsten servicecontracten (12) 700.705 686.787Lasten servicecontracten (13) -696.922 -666.618Lasten verhuur en beheeractiviteiten (14) -652.093 -610.070Lasten onderhoudsactiviteiten (15) -4.086.984 -2.506.268Overige directe operationele lasten exploitatie bezit (16) -2.074.823 -1.976.454Nettoresultaat exploitatie vastgoedportefeuille 6.162.308 7.708.295

Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille (17) 610.125 466.519Toegerekende organisatiekosten (18) -20.298 -18.990Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 589.827 447.529

Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille (19) -3.190.228 -1.593.740Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille (20) -14.244.052 18.773.017Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden (21) 670.339 682.259Waardeveranderingen vastgoedportefeuille -16.763.941 17.861.536

Overige bedrijfsopbrengsten (22) 186.282 191.011

Overige organisatiekosten (23) -776.419 -726.387

Leefbaarheid (24) -208.581 -193.002Bedrijfsresultaat -10.810.524 25.288.982

Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten (25) - 5.765Rentebaten en soortgelijke opbrengsten (26) 23.681 25.944Rentelasten en soortgelijke kosten (27) -2.747.437 -3.133.623Financiële baten en lasten -2.723.756 -3.101.914Resultaat voor belastingen -13.534.280 22.187.068

Mutatie belastinglatentie (28) 97.677 -239.260Resultaat deelnemingen (29) 39.972 -25.072Resultaat na belastingen -13.396.631 21.922.736

Page 49: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

47

Page 50: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

48

JAARVERSLAG 2017

15. KASSTROOMOVERZICHT 2017Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode.

2017 2016€ € € €

Kasstroom uit operationele activiteitenOperationele OntvangstenHuurontvangsten zelfstandige huurwoningen 11.970.330 11.961.788Huurontvangsten Intramuraal 515.916 -Huurontvangsten Maatschappelijk onroerend goed 144.973 396.527Huurontvangsten Bedrijfs onroerend goed 466.304 462.647Huurontvangsten Parkeervoorzieningen 13.580 16.093Vergoedingen 664.861 707.887Overige Bedrijfsontvangsten 89.579 175.468

13.865.543 13.720.410Operationele UitgavenPersoneelsuitgaven -876.540 -922.113Sociale lasten -152.397 -207.527Pensioenen -151.057 -149.041Onderhoudsuitgaven -3.995.882 -1.739.899Overige Bedrijfsuitgaven -2.493.317 -2.601.885Renteuitgaven -2.773.048 -3.041.254Sectorspecifieke Heffing -9.865 -9.991Verhuurdersheffing -1.306.790 -1.188.633Leefbaarheid externe uitgaven niet investering gebonden -18.908 -18.032

-11.777.804 -9.878.375

Kasstroom uit operationele activiteiten 2.087.739 3.842.035

Transporteren 2.087.739 3.842.035

Page 51: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

49

2017 2016€ € € €

Transport 2.087.739 3.842.035

Kasstroom uit operationele activiteitenMVA Ingaande KasstroomVerkoopontvangsten bestaande huur-, woon- en niet-woongelegenheden 2.285.836 2.243.475Verkoopontvangsten woongelegenheden (VOV) na inkoop 572.683 461.206Verkoopontvangsten grond 493.141 -

3.351.660 2.704.681

MVA Uitgaande KasstroomNieuwbouw huur-, woon- en niet- woongelegenheden -314.415 -17.932Woningverbetering, woon- en niet- woongelegenheden -409.586 -2.496.991Aankoop woongelegenheden (VOV) doorverkoop -1.597.978 -1.380.732Investeringen overig -41.594 -115.578Externe kosten bij verkoop -134.123 -166.785

-2.497.696 -4.178.018Kasstroom uit investeringsactiviteiten 853.964 -1.473.337

Kasstroom uit financieringsactiviteitenFinanciering Ingaande KasstromenNieuwe te borgen leningen 4.800.000 7.000.000

Financiering Uitgaande KasstromenAflossing door WSW geborgde leningen -9.260.595 -8.101.223Aflossing ongeborgde leningen niet-DAEB- investeringen -70.296 -19.412

-9.330.891 -8.120.635Kasstroom uit financieringsactiviteiten -4.530.891 -1.120.635

-1.589.188 1.248.063

Liquide middelenMutatie liquide middelen -1.589.188 1.248.063Geldmiddelen per 1 januari 3.156.081 1.908.018Liquide middelen 1.566.893 3.156.081

-1.589.188 1.248.063

Page 52: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

50

JAARVERSLAG 2017

16. GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING EN RESULTAATBEPALING

ALGEMEEN

ACTIVITEITEN

De activiteiten van Stichting Rhiant (geregistreerd onder KvK-nummer 23036526), statutair gevestigd te Hendrik-Ido- Ambacht, zijn erop gericht mensen te huisvesten in vitale wijken en steden.

VESTIGINGSADRES

Stichting Rhiant (geregistreerd onder KvK-nummer 23036526) is feitelijk gevestigd op Veersedijk 101 te Hendrik-Ido- Ambacht.

REGELGEVING

De toegelaten instelling heeft de enkelvoudige jaarrekening opgesteld met inachtneming van artikel 35 van de Woningwet. Het eerste lid van dit artikel schrijft de toepassing van BW2 Titel 9 voor, behoudens enkele specifieke uitzonderingen. Behalve de Woningwet zijn tevens het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting en de Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting van toepassing.Verder zijn de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector ( “WNT”) en de door de Raad voor de Jaarverslaggeving uitgegeven richtlijnen toegepast, waaronder Richtlijn 645 ‘Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (herzien 2016) in het bijzonder. De jaarrekening is opgemaakt op 12 juni 2018.

OORDELEN EN SCHATTINGEN

Bij de toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt het bestuur van de groep zich diverse oordelen en schattingen. De belangrijkste oordelen en schattingen hebben betrekking op de activa in exploitatie (zowel het sociaal als het commercieel vastgoed), de voorzieningen, de waardeverminderingen en de acute en latente belastingen. De hierbij behorende veronderstellingen zijn vermeld in de toelichting bij de hiervoor genoemde jaarrekeningposten.

CONSOLIDATIE

Op grond van de vrijstelling ingevolge artikel 2:407 lid 2a BW is geen geconsolideerde jaarrekening opgesteld.

Page 53: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

51

SALDEREN

Een actief en een post van het vreemd vermogen worden gesaldeerd in de jaarrekening opgenomen uitsluitend indien en voor zover:- een deugdelijk juridisch instrument beschikbaar is om het actief en de post van het vreemd vermogen

gesaldeerd en simultaan af te wikkelen; en- het stellige voornemen bestaat om het saldo als zodanig of beide posten simultaan af te wikkelen.

ALGEMENE GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE JAARREKENINGDe jaarrekening is opgesteld volgens de in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaggeving.De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva gewaardeerd volgens het kostprijsmodel.

Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

FINANCIËLE INSTRUMENTEN

Onder financiële instrumenten worden zowel primaire financiële instrumenten zoals vorderingen, effecten en schulden, als afgeleide instrumenten verstaan.In de toelichting op de verscheiden posten van de balans wordt de reële waarde van het betreffende instrument toegelicht als deze afwijkt van de boekwaarde. Indien het financiële instrument niet in de balans is opgenomen, wordt de informatie over de reële waarde gegeven in de toelichting op de ‘Niet in de geconsolideerde balans opgenomen rechten en verplichtingen’. Voor de grondslagen van primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de behandeling per balanspost.

Financiële derivaten waarbij de onderliggende waarde niet beursgenoteerd is, worden tegen kostprijs opgenomen. Indien per balansdatum de reële waarde lager is dan de kostprijs, dan wel negatief is, wordt het derivaat ten laste van de winst-en-verliesrekening afgewaardeerd naar de lagere reële waarde, tenzij kostprijshedge-accounting wordt toegepast. Bij de bepaling van de lagere reële waarde wordt rekening gehouden met het effect van de lopende rente.

De winst of het verlies uit de herwaardering naar reële waarde per balansdatum wordt onmiddellijk in de winst-en- verliesrekening verwerkt. Indien financiële derivaten echter voor hedge-accounting in aanmerking komen en hedge- accounting wordt toegepast, is de verwerking van deze winst of dit verlies afhankelijk van de aard van de afdekking.

Woningcorporatie Rhiant past hedge-accounting toe op basis van generieke hedge documentatie. Woningcorporatie Rhiant documenteert de wijze waarop de hedge-relaties passen in de doelstellingen van het risicobeheer, de hedge-strategie en de verwachting aangaande de effectiviteit van de hedge. Woningcorporatie Rhiant past hedge-accounting toe: Het effectieve deel van financiële derivaten die zijn toegewezen voor kostprijshedge-accounting, wordt tegen kostprijs gewaardeerd. Voor het ineffectieve deel wordt het verschil tussen de kostprijs en de lagere reële waarde in de winst-en- verliesrekening verwerkt.

Page 54: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

52

JAARVERSLAG 2017

Embedded derivaten worden afgescheiden van het basiscontract en afzonderlijk in de jaarrekening verwerkt conform de hiervoor beschreven grondslagen voor derivaten, indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:• er bestaat geen nauw verband tussen de economische kenmerken en risico’s van het in het contract

besloten derivaat en de economische kenmerken en risico’s van het basiscontract;• een afzonderlijk instrument met dezelfde voorwaarden als het in het contract besloten derivaat zou

voldoen aan de definitie van een derivaat; en• het samengestelde instrument wordt niet tegen reële waarde gewaardeerd met verwerking van

waardeveranderingen in het resultaat.

GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA

VASTGOEDBELEGGINGEN DAEB EN NIET-DAEB VASTGOED IN EXPLOITATIE

Binnen het vastgoed in exploitatie worden de volgende typen vastgoed onderscheiden:• Woongelegenheden (eengezinswoningen, meergezinswoningen, studenteneenheden en extramurale

zorgeenheden);• Bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed;• Parkeergelegenheden (parkeerplaatsen en garages);• Intramuraal zorgvastgoed.Het vastgoed in exploitatie worden op objectniveau geclassificeerd naar DAEB en niet-DAEB vastgoed, rekening houdend met de criteria van de Beschikking van de Europese Commissie d.d. 15 december 2009 aangaande de staatssteun voor toegelaten instellingen. DAEB vastgoed betreft conform deze criteria de woningen met een huurprijs per contractdatum tot aan de huurliberalisatiegrens en het maatschappelijk vastgoed. Maatschappelijk vastgoed is bedrijfsonroerend goed dat wordt verhuurd aan maatschappelijke organisaties, waaronder zorg-, welzijn-, onderwijs- en culturele instellingen en dienstverleners en tevens is vermeld op de bijlage zoals deze is opgenomen in de EC-beschikking d.d. 15 december 2009. Niet-DAEB vastgoed omvat overeenkomstig de eerder genoemde criteria de woningen met een huurprijs per contractdatum boven de huurliberalisatiegrens en het bedrijfsmatig vastgoed (niet zijnde maatschappelijk vastgoed). Stichting Rhiant hanteert de basisversie van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde voor Woongelegenheden en Parkeergelegenheden. Sichting Rhiant hanteert de full versie van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde voor Bedrijfsmatig onroerend goed (BOG) en Maatschappelijk onroerend goed (MOG), omdat de huursom van dit vastgoed meer bedraagt dan 5% van de totale huursom van de niet- DAEB tak.

WAARDERING BIJ EERSTE VERWERKING

Bij de eerste verwerking wordt het vastgoed in exploitatie gewaardeerd tegen de kostprijs. De kostprijs omvat de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, inclusief transactiekosten. De verkrijgings- of vervaardigingsprijs wordt bepaald als de som van de bestede externe kosten en de direct hieraan toerekenbare kosten. De in de toekomst te maken kosten voor sloop worden ten laste van het resultaat verantwoord in het jaar dat de exploitatie door sloop wordt beëindigd.

WAARDERING NA EERSTE VERWERKING

Na eerste verwerking wordt het vastgoed in exploitatie gewaardeerd tegen de marktwaarde. De marktwaarde wordt bepaald conform de uitgangspunten van het Handboek modelmatig waarderen

Page 55: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

53

marktwaarde. De waardevermindering of – vermeerdering die voortvloeit uit de eerste waardering tegen marktwaarde wordt bepaald op complexniveau. De waardevermindering of - vermeerdering wordt in het resultaat verantwoord als ‘Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille’. Daarnaast wordt ten laste van de resultaatbestemming, hetzij ten laste van de overige reserves, een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve wordt gevormd voor het verschil tussen de boekwaarde op basis van verkrijgings- of vervaardigingsprijs en de marktwaarde van het vastgoed in exploitatie waar de reserve betrekking op heeft.

COMPLEXINDELING

Om de marktwaardewaardering van het onroerend goed in exploitatie te bepalen, zijn alle verhuureenheden opgedeeld in waarderingscomplexen. Een waarderingscomplex is een samenstel van verhuureenheden dat in principe bestaat uit vergelijkbare verhuureenheden voor wat betreft type vastgoed, bouwperiode en locatie, en dat als één geheel in verhuurde staat aan een derde partij kan worden verkocht. Alle verhuureenheden maken deel uit van een waarderingscomplex of zijn een afzonderlijk waarderingscomplex.

DOOREXPLOITEER- EN UITPONDSCENARIO

De marktwaarde wordt bepaald op basis van de contante waarde van de toekomstige kasstromen (DCF- methode). Voor woon- en parkeergelegenheden met uitzondering van onzelfstandige studenteneenheden wordt de marktwaarde bepaald op basis van het doorexploiteerscenario en het uitpondscenario. De marktwaarde in verhuurde staat is de hoogste van het de marktwaarde volgens het doorexploiteer- of uitpondscenario. Voor bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed alsmede voor intramuraal zorgvastgoed wordt de marktwaarde bepaald volgens het doorexploiteerscenario.

OVERIGE TOELICHTING DAEB VASTGOED

Onroerende zaken in exploitatie worden op grond van artikel 35 lid 2 van de Woningwet na de eerste verwerking gewaardeerd tegen actuele waarde. Op grond van artikel 31 van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 vindt de waardering plaats tegen de marktwaarde, die overeenkomstig artikel 14 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 plaatsvindt conform de methodiek die is opgenomen in bijlage 2 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 (‘Handboek modelmatig waarderen marktwaarde’. Rhiant hanteert [voor het merendeel van] haar onroerende zaken in exploitatie) de basisversie van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde. In de basisversie wordt de waardering van het vastgoed op portefeuilleniveau en de daaraan gerelateerde herwaarderingsreserve modelmatig bepaald. Bij deze waardering is geen taxateur betrokken en er worden dus geen vrijheidsgraden toegepast. Als gevolg hiervan bestaat het risico dat de modelmatig bepaalde actuele waarde van het vastgoed afwijkt van de actuele waarde die met betrokkenheid van een taxateur tot stand zou zijn gekomen.

VASTGOED IN ONTWIKKELING BESTEMD VOOR EIGEN EXPLOITATIE

Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs.Voorts wordt rente tijdens de bouw toegerekend vanaf het moment dat daadwerkelijk met ontwikkeling is gestart. De geactiveerde rente wordt berekend tegen de gemiddelde rentevoet over het totale vreemde vermogen. Voor vastgoed waarvoor specifieke financiering is aangetrokken wordt de rente van deze specifieke financiering gehanteerd.

Wanneer de marktwaarde van het vastgoed in ontwikkeling, bepaald op basis van dezelfde grondslagen

Page 56: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

54

JAARVERSLAG 2017

als voor het vastgoed in exploitatie (inclusief macro economische parameters), lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, vindt afwaardering naar deze lagere waarde plaats. Deze afwaardering wordt in de winst- en-verliesrekening verantwoord onder ‘Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille’.

ONROERENDE ZAKEN VERKOCHT ONDER VOORWAARDEN

Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden die zijn gekwalificeerd als een financieringstransactie worden gewaardeerd op de getaxeerde leegwaarde onder aftrek van de korting.Winsten of verliezen ontstaan door een wijziging in de marktwaarde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de periode waarin de wijziging zich voordoet, onder de categorie Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden. Daarnaast wordt ten laste van de overige reserves een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve betreft het ongerealiseerde positieve verschil tussen de actuele waarde en de historische kostprijs.

MATERIËLE VASTE ACTIVA

Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatieDe onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd tegen de kostprijs (verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs), minus eventuele investeringssubsidies, verminderd met cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen.

Verder wordt rente tijdens de bouw op vreemd vermogen geactiveerd. Voor onroerende zaken waarvoor specifieke financiering is aangetrokken, wordt de intrestvoet van deze specifieke financiering gehanteerd. Voor zover geen specifieke leningen zijn aangetrokken, wordt de geactiveerde rente berekend op basis van de gewogen gemiddelde rente over de rentedragende schulden.De afschrijving is lineair en gebaseerd op de verwachte gebruiksduur rekening houdend met de restwaarde. Indien de verwachting omtrent de afschrijvingsmethode, gebruiksduur en/of restwaarde in de loop van de tijd wijzigingen ondergaat, worden deze wijzigingen als een schattingswijziging verantwoord.

Buiten gebruik gestelde onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd tegen de kostprijs dan wel de lagere opbrengstwaarde. De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden niet langer in de balans opgenomen na vervreemding of op nihil gewaardeerd wanneer geen toekomstige prestatie- eenheden van het gebruik of de vervreemding worden verwacht.

FINANCIËLE VASTE ACTIVA

DeelnemingenDeelnemingen in groepsmaatschappijen waarin de groep invloed van betekenis uitoefent op het zakelijke en financiële beleid worden tegen de vermogensmutatiemethode gewaardeerd. Voor de bepaling of sprake is van invloed van betekenis worden mede in aanmerking genomen de financiële instrumenten die potentiële stemrechten bevatten.

Overeenkomstig de vermogensmutatiemethode worden de deelnemingen in de balans opgenomen tegen het aandeel van de groep in de netto-vermogenswaarde vermeerderd met haar aandeel in de resultaten van de deelnemingen en haar aandeel in de directe mutaties in het eigen vermogen van de deelnemingen vanaf het moment van verwerving, bepaald volgens de grondslagen zoals vermeld in deze jaarrekening, verminderd met haar aandeel in de dividenduitkeringen van de deelnemingen. In de winst-en-verliesrekening wordt het aandeel van de groep in het resultaat van de deelnemingen opgenomen. Indien en voor zover de vennootschap niet zonder beperking uitkering van de positieve

Page 57: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

55

resultaten aan haar kan bewerkstelligen, worden de resultaten in een wettelijke reserve opgenomen. Haar aandeel in de rechtstreekse vermogensvermeerderingen en -verminderingen van de deelnemingen wordt ook in de wettelijke reserve opgenomen met uitzondering van herwaarderingen van activa die in de herwaarderingsreserve worden verwerkt. Indien de waarde van de deelneming volgens de vermogensmutatiemethode nihil is geworden, wordt deze methode niet langer toegepast en blijft de deelneming bij ongewijzigde omstandigheden op nihil gewaardeerd. Hierbij worden andere langlopende belangen in de deelneming die feitelijk worden aangemerkt als een onderdeel van de netto- investering, ook meegenomen. Indien en voor zover geheel of ten dele voor de schulden van de deelneming wordt ingestaan respectievelijk een feitelijke verplichting bestaat de deelneming tot betaling van haar schulden in staat te stellen, wordt een voorziening opgenomen.Een vervolgens verkregen aandeel in de winst van de deelneming wordt pas weer verwerkt indien en voor zover het cumulatief niet-verwerkte aandeel in het verlies is ingelopen.

Na toepassing van de vermogensmutatiemethode bepaalt de groep of het noodzakelijk is om voor de deelneming een verlies wegens bijzondere waardevermindering op te nemen. De vennootschap bepaalt op elke verslagdatum of er objectieve aanwijzingen zijn dat de deelneming een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Als dat het geval is, berekent de vennootschap het bedrag aan bijzondere waardevermindering als zijnde het verschil tussen de realiseerbare waarde van de deelneming en de boekwaarde en verantwoordt zij het bedrag in de winst-en- verliesrekening.

DeelnemingenDe andere deelnemingen waarop Woningcorporatie Stichting Rhiant geen invloed van betekenis uitoefent op het zakelijke en financiële beleid, worden tegen de verkrijgingsprijs gewaardeerd. Indien sprake is van een duurzame waardevermindering vindt waardering plaats tegen deze lagere waarde; afwaardering vindt plaats ten laste van de winst-en-verliesrekening.

OVERIGE FINANCIËLE VASTE ACTIVA

Latente belastingvorderingenVoor de waardering en verwerking van latente belastingvorderingen wordt verwezen naar de afzonderlijke paragraaf Belastingen.

VorderingenDe verstrekte vorderingen op en leningen aan deelnemingen alsmede de overige verstrekte vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde vermeerderd met de direct daaraan toe te rekenen transactiekosten en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs volgens de effectieve-rentemethode. Baten en lasten worden in de winst-en-verliesrekening verwerkt zodra de vorderingen aan een derde worden overgedragen of een bijzondere waardevermindering ondergaan, alsmede via het amortisatieproces.

Leningen u/gDe leningen u/g worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde van het verstrekte bedrag, gewoonlijk de nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. Vervolgens vindt waardering plaats tegen geamortiseerde kostprijs waarbij rekening wordt gehouden met een eventuelebijzondere waardevermindering.

VOORRADEN

Vastgoed bestemd voor de verkoopDit betreft opgeleverde nieuwbouwwoningen en teruggekochte woningen uit hoofde van een terugkoopplicht, bestemd voor verkoop.De waardering van de opgeleverde nieuwbouwwoningen is tegen vervaardigingsprijs en daaraan

Page 58: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

56

JAARVERSLAG 2017

toegerekende directe kosten dan wel lagere opbrengstwaarde. De waardering van de teruggekochte woningen met een terugkoopplicht is op moment van verkrijging tegen de marktwaarde na aftrek van de contractuele korting, hetgeen tevens de verkrijgingsprijs is voor de waardering als voorraad, en na eerste verwerking rekening houdend met de lagere opbrengstwaarde.De lagere opbrengstwaarde is de verwachte verkoopprijs en wordt bepaald op basis van taxaties dan wel recente verkooptransacties van referentiewoningen onder aftrek van kosten voor verkoop.

Hieronder is verder begrepen het commercieel vastgoed in exploitatie, geherclassificeerd als vastgoed bestemd voor verkoop. Bij eerste verwerking (i.c. moment van herclassificatie) en na eerste verwerking is de waardering tegen de kostprijs (verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs, verminderd met cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen als gevolg van de lagere reële waarde (i.c. geschatte marktwaarde).

VORDERINGEN

Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, veelal gelijk aan de nominale waarde. Een voorziening voor oninbaarheid gebaseerd op een statische beoordeling per balansdatum wordt in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.

LIQUIDE MIDDELEN

Onder liquide middelen worden verstaan kasmiddelen, de tegoeden op bankrekeningen en wissels en cheques. Liquide middelen worden gewaardeerd op basis van nominale waarde. Deposito’s worden onder liquide middelen opgenomen indien zij in feite - zij het eventueel met opoffering van rentebaten- ter onmiddellijke beschikking staan. Liquide middelen die (naar verwachting) langer dan twaalf maanden niet ter beschikking staan van de groep, worden als financiële vaste activa gerubriceerd.

BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN VAN VASTE ACTIVA

Stichting Rhiant beoordeelt op elke balansdatum of een financieel actief of een groep van financiële activa bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Voor alle categorieën financiële activa die tegen (geamortiseerde) kostprijs worden gewaardeerd, wordt bij aanwezigheid van objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen, de omvang van het verlies uit hoofde van de bijzondere waardevermindering bepaald en in de winst-en-verliesrekening verwerkt.

Bij financiële activa gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs wordt de omvang van het verlies bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de effectieve rentevoet van het financiële actief zoals die is bepaald bij de eerste verwerking van het instrument. Een voorheen opgenomen waarderingsverlies wordt teruggenomen, indien de afname van de waardevermindering verband houdt met een objectieve gebeurtenis na afboeking, tot maximaal het bedrag dat benodigd is om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs ten tijde van de terugname als geen sprake zou zijn geweest van een bijzondere waardevermindering. Het teruggenomen verlies dient in de winst-en-verliesrekening te worden verwerkt.

De boekwaarde van de vorderingen wordt verlaagd met gebruikmaking van een voorziening wegens oninbaarheid. Bij aandelen gewaardeerd tegen kostprijs wordt de omvang van het verlies bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het financiële actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de actuele vermogenskostenvoet voor een soortgelijk actief. Een voorheen opgenomen waardeverminderingsverlies wordt teruggenomen indien het wegnemen van de indicatie van een bijzondere waardevermindering objectief waarneembaar is.

Page 59: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

57

CLASSIFICATIE EIGEN VERMOGEN EN VREEMD VERMOGEN

Een financieel instrument of de afzonderlijke componenten van het instrument worden in de geconsolideerde jaarrekening als vreemd vermogen of als eigen vermogen geclassificeerd overeenkomstig de economische realiteit van de contractuele overeenkomst waaruit het financieel instrument voortvloeit. Rente, dividenden, baten en lasten met betrekking tot een (deel van een) financieel instrument worden in de jaarrekening opgenomen afhankelijk van de classificatie van het financieel instrument als financiële verplichting respectievelijk als eigen-vermogensinstrument.

VOORZIENINGEN

Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen en verliezen die op balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de hoogte redelijkerwijs kan worden geschat. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld.

Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringenVerwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen nieuwbouw worden als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de boekwaarde van het betreffende complex overtreffen wordt voor dit meerdere een voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto contante waarde van alle investeringsuitgaven minus aan deze investering toe te rekenen ontvangsten.

Voorziening latente belastingverplichtingenLatente belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen voor tijdelijke verschillen tussen de waarde van de activa en passiva volgens fiscale voorschriften enerzijds en de boekwaarden die in deze jaarrekening gevolgd worden anderzijds. De berekening van de latente belastingvorderingen en -verplichtingen geschiedt tegen de belastingtarieven die op het einde van het verslagjaar gelden, of tegen de tarieven die in de komende jaren gelden, voor zover deze al bij wet zijn vastgesteld.

Latente belastingvorderingen uit hoofde van verrekenbare verschillen en beschikbare voorwaartse verliescompensatie worden opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut.

Latente belastingen worden verantwoord voor tijdelijke verschillen inzake groepsmaatschappijen, deelnemingen en joint ventures, tenzij Stichting Rhiant in staat is het tijdstip van afloop van het tijdelijk verschil te bepalen en het niet waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de voorzienbare toekomst zal aflopen.

Latente belastingvorderingen zijn opgenomen onder de financiële vaste activa, latente belastingverplichtingen zijn opgenomen onder de voorzieningen.Belastinglatenties worden gewaardeerd op basis van contante waarde. Als disconteringsvoet voor de contantmaking is de marktrente van hoogwaardige ondernemingsobligaties ad 3,1% (2016: 4,1%) genomen.

Overige voorzieningenTenzij anders vermeld, worden de overige voorzieningen gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de betreffende verplichtingen af te wikkelen.

Page 60: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

58

JAARVERSLAG 2017

BELASTINGEN

Acute belastingenDe belastingen worden berekend op basis van het verantwoorde resultaat uitgaande van het geldende belastingtarief, rekening houdend met fiscaal vrijgestelde posten, de vaststellingsovereenkomst (VSO) en geheel of gedeeltelijk niet- aftrekbare kosten.

De belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd indien is voldaan aan de algemene voorwaarden voor saldering. Latente belastingenVoor alle belastbare tijdelijke verschillen tussen de commerciële en fiscale balanswaardering, wordt een latente belastingverplichting opgenomen. Voor alle verrekenbare tijdelijke verschillen tussen de commerciële en fiscale balanswaardering en voor beschikbare voorwaartse verliescompensatie wordt een latente belastingvordering opgenomen voor zover er latente verplichtingen tegenover staan, of het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn voor verrekening. De latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen onder de financiële vaste activa respectievelijk voorzieningen.

De waardering van latente belastingverplichtingen en -vorderingen wordt gebaseerd op de fiscale gevolgen van de door de groep, per balansdatum, voorgenomen wijze van realisatie of afwikkeling van activa, voorzieningen, schulden of overlopende passiva. Latente vorderingen worden opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten zullen zijn die voor realisatie van het tijdelijk verschil dan wel compensabele verliezen kunnen worden aangewend. Hierbij wordt uitgegaan van het geldende belastingtarief. De latente belastingverplichtingen en vorderingen worden gewaardeerd tegen contante waarde.

De latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd indien de groep een in rechte afdwingbaar recht heeft om actuele belastingvorderingen te salderen met actuele belastingverplichtingen en de uitgestelde belastingvorderingen en de uitgestelde belastingverplichtingen verband houden met winstbelastingen die betrekking hebben op dezelfde fiscale eenheid en door dezelfde belastingautoriteit worden geheven.

LANGLOPENDE SCHULDEN

Bij de eerste opname van langlopende schulden worden deze opgenomen tegen reële waarde verminderd met de direct daaraan toe te rekenen transactiekosten.

De langlopende schulden worden na de eerste waardering gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs volgens de effectieve-rentemethode. Winst of verlies worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen zodra de verplichtingen niet langer op de balans worden opgenomen, alsmede via het amortisatieproces.Voor de waarderingsgrondslag inzake terugkoopverplichtingen uit hoofde van onroerende zaken in exploitatie die in het kader van een regeling Verkoop onder Voorwaarden (VOV) door de corporatie zijn overgedragen aan derden, wordt verwezen naar paragraaf Vastgoed verkocht onder voorwaarden van dit hoofdstuk.De aflossingsverplichting voor het komend jaar van de langlopende schulden is opgenomen onder de kortlopende schulden.

KORTLOPENDE SCHULDEN

Bij de eerste opname van kortlopende schulden worden deze opgenomen tegen reële waarde verminderd met de direct daaraan toe te rekenen transactiekosten.

Page 61: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

59

De kortlopende schulden worden na de eerste waardering gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs volgens de effectieve-rentemethode. Winst of verlies worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen zodra de verplichtingen niet langer op de balans worden opgenomen, alsmede via het amortisatieproces.

GRONDSLAGEN VOOR RESULTAATBEPALING

ALGEMEEN

Baten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben voor zover deze gerealiseerd zijn. De kosten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor vermelde grondslagen voor waardering en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. (Voorzienbare) verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het boekjaar worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden en overigens wordt voldaan aan de voorwaarden voor het opnemen van voorzieningen. Bijzondere baten of lasten die behoren tot de gewone bedrijfsuitoefening, worden op grond van aard, omvang of het incidentele karakter afzonderlijk toegelicht teneinde een goed inzicht te geven in het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening van de corporatie en met de ontwikkeling daarin. Bijzondere posten worden met het oog op de analyse en de vergelijkbaarheid van de resultaten zoveel mogelijk naar aard en omvang afzonderlijk toegelicht.

OPBRENGSTVERANTWOORDING ALGEMEEN

Opbrengsten uit de levering van goederen worden verwerkt zodra alle belangrijke rechten en risico’s met betrekking tot de eigendom van de goederen zijn overgedragen aan de koper. Opbrengsten uit de levering van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten.

HUUROPBRENGSTEN

Opbrengsten uit de levering van (huur)diensten worden verantwoord naar rato van de geleverde prestaties. De huuropbrengsten zijn het resultaat van het gevoerde huurprijsbeleid van de groep, rekening houdend met de door het Rijk bepaalde kaders (zoals maximale huurverhoging, maximaal redelijke huur en maximale huursomstijging) en onder aftrek van huurderving wegens leegstand en oninbaarheid.

OPBRENGSTEN SERVICECONTRACTEN

De opbrengsten servicecontracten betreffen vergoedingen van huurders boven de netto huurprijs voor leveringen en diensten (zoals energie, water, huismeesters, schoonmaakkosten, glasverzekering). De opbrengsten worden verminderd met derving wegens oninbaarheid. De kosten van de leveringen en diensten worden verantwoord onder de lasten servicecontracten.

Page 62: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

60

JAARVERSLAG 2017

BEDRIJFSLASTEN

In 2017 is de verdeelsleutel ten behoeve van de functione winst- en verliesrekening opnieuw bepaald. De nieuwe sleutel is voor een goed vergelijkend inzicht ook in de vergelijkende cijfers verwerkt.

Dat heeft onderstaande effect:

Lasten verhuur en beheer: € -1.515.873 Lasten onderhoudsactiviteiten: € 842.703Netto resultaat vastgoedportefeuille: € -19.141 Overige organisatiekosten: € 726.386 Leefbaarheid: € 24.157Overige activiteiten: € -58.233

Tevens zijn in 2017 de verhuurdersheffing en de bijdrage AW verantwoord onder ‘’Overige directe operationele lasten exploitatie bezit’’. In 2016 waren deze posten verantwoord onder ‘’Lasten verhuur en beheer’’. Voor de vergelijkbaarheid van de cijfers zijn de vergelijkende cijfers aangepast.

LASTEN VERHUUR EN BEHEERACTIVITEITEN

Hier worden zowel de directe lasten voor de verhuur en beheeractiviteiten als de indirecte lasten via de kosten- verdeelstaat verantwoord.

LASTEN ONDERHOUDSACTIVITEITEN

De werkelijke onderhoudskosten voor dagelijks- en mutatieonderhoud en planmatig onderhoud worden ten laste van de exploitatie gebracht. Het dagelijks- en mutatieonderhoud wordt onderscheiden in de kosten van derden en de kosten van eigen dienst. De lasten van onderhoud onderscheiden zich van activeerbare uitgaven wanneer geen sprake is van waardevermeerdering van het actief.

Onder deze post worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord.Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden.Reeds aangegane verplichtingen waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op balansdatum worden verwerkt onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen.

OVERIGE DIRECTE OPERATIONELE LASTEN EXPLOITATIE BEZIT

Hieronder worden verantwoord de verhuurdersheffing, de kosten gerelateerd aan het niet kunnen incasseren van vorderingen op huurders anders dan huur en andere exploitatiekosten die niet tot een meer specifieke kostensoort behoren.

UITGAVEN VERKOCHT VASTGOED IN ONTWIKKELING EN TOEGEREKENDE ORGANISATIE- EN FINANCIERINGSKOSTEN

De uitgaven van het verkochte vastgoed in ontwikkeling inclusief de toegerekende organisatiekosten vanuit de kostenverdeelstaaten rente in het kader van financiering worden hieronder verantwoord.

Page 63: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

61

NETTO GEREALISEERD RESULTAAT VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE

De post Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst minus de toerekenbare verkoop- en organisatiekosten en de geactiveerde waarde met betrekking tot het vastgoed.

Opbrengst uit verkoop van vastgoed wordt in de winst-en-verliesrekening verwerkt als alle belangrijke rechten op economische voordelen alsmede alle belangrijke risico’s met betrekking tot de activa zijn overgedragen aan de koper, het bedrag van de opbrengst op betrouwbare wijze kan worden bepaald en ontvangst van de opbrengst waarschijnlijk is.Op basis van deze criteria wordt onder deze post de verkoopopbrengst van vastgoed in exploitatie onder aftrek van verkoopkosten en de boekwaarde verantwoord. De boekwaarde is op basis van de marktwaarde. Daarnaast wordt onder deze post verantwoord de opbrengstwaarde van verkocht vastgoed bestemd voor de verkoop (koopwoningen voor derden) onder aftrek van de gemaakte direct toerekenbare verkoopkosten en de vervaardigingsprijs en daaraan toegerekende directe kosten, dan wel de lagere opbrengstwaarde. Verder wordt hieronder verantwoord de verkoopopbrengst van onder VOV teruggekochte en vervolgens zonder voorwaarden doorverkochte woningen onder aftrek van de boekwaarde. De boekwaarde is de marktwaarde op terugkoopmoment onder aftrek van de contractuele korting.

Gerealiseerde verkoopresultaten worden verantwoord op het moment van levering (passeren transportakte). Eventuele verliezen op koopprojecten worden verantwoord zodra deze voorzienbaar zijn.

Woningen verkocht onder voorwaarden worden niet in het resultaat verantwoord in het geval de belangrijkste economische voor- en nadelen niet zijn overgedragen aan de koper.Dergelijke transacties worden verantwoord als financieringstransactie. Verwezen wordt naar de post Vastgoed verkocht onder voorwaarden in de grondslagen van balanswaardering.

Waardeveranderingen vastgoedportefeuilleHieronder zijn begrepen de overige waardeveranderingen en de waardeveranderingen met betrekking tot de vastgoedportefeuille bestaande uit vastgoed in exploitatie, vastgoed in ontwikkeling, vastgoed verkocht onder voorwaarden en vastgoed bestemd voor verkoop. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke verliezen, die ontstaan door een wijziging in de waarde van het vastgoed bestemd voor verkoop in het verslagjaar.

Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuilleDe overige waardeveranderingen worden gevormd door de waardevermindering die is ontstaan door gedurende het verslagjaar nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen met betrekking tot investeringen in nieuwbouw en herstructurering.

Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaardenIn deze post worden de ongerealiseerde waardeveranderingen van de vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden verantwoord die zijn ontstaan door een wijziging in de waarde van de vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden in het verslagjaar.

OPBRENGSTEN EN KOSTEN OVERIGE ACTIVITEITEN

Hieronder worden onder andere de inschrijfgelden van woningzoekenden, de opbrengsten van overige dienstverlening en incidentele opbrengsten verantwoord.

Page 64: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

62

JAARVERSLAG 2017

NETTO RESULTAAT OVERIGE ACTIVITEITEN

Hieraan zijn de opbrengsten en kosten van een Warmte- en Koudopslaginstallatie (WKO), beheer voor derden en VvE- beheer als ook opbrengsten zendmasten en erfpachtopbrengsten toegerekend.

AFSCHRIJVINGEN (IM)MATERIËLE VASTE ACTIVA EN VASTGOEDPORTEFEUILLE

De afschrijvingen (im)materiële vaste activa ten dienste van exploitatie worden gebaseerd op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode op basis van de geschatte economische levensduur. Afschrijving van het actief vindt plaats tot de restwaarde is bereikt.De afschrijvingen worden aan de verschillende activiteiten toegerekend middels de systematiek toegelicht in “Toerekening baten en lasten”.

LONEN EN SALARISSEN EN SOCIALE LASTEN

Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-en- verliesrekening voor zover zij verschuldigd zijn aan werknemers. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden door de werknemers. De lonen, salarissen en sociale lasten worden aan de verschillende activiteiten toegerekend middels de systematiek toegelicht in “Toerekening baten en lasten”.

PENSIOENLASTEN

Voor de grondslagen wordt verwezen naar de paragraaf voorziening pensioenen. De pensioenlasten worden aan de verschillende activiteiten toegerekend middels de systematiek toegelicht in “Toerekening baten en lasten”.

LEEFBAARHEID

Onder deze post zijn leefbaarheidsuitgaven inzake sociale activiteiten en fysieke activiteiten opgenomen.De uitgaven inzake sociale activiteiten omvatten wijkgebonden uitgaven voor ondersteuning van bewonersinitiatieven, gebiedsgericht personeel (zoals leefbaarheidscoördinator,wijkbeheerder, huismeester), leefbaarheidsonderzoeken en uitgaven voor activiteiten zoals welkomstbijeenkomsten nieuwe bewoners, bestrijding woonoverlast, buurtbemiddeling, opvang van dak- en thuislozen, schuldsaneringen, tweede kansbeleid et cetera.De uitgaven inzake fysieke activiteiten omvatten wijkgebonden uitgaven voor buurtcentra, bijzondere gebouwen (zoals wijksteunpunten, buurtposten, HOED), onderhoud groenvoorziening, speeltoestellen, beveiliging openbare ruimte, cameratoezicht, schoonmaakacties et cetera en uitgaven voor activiteiten zoals inbraakbeveiliging, brandpreventie, verlichting achterpad, afsluiting portieken et cetera.

RENTEBATEN EN RENTELASTEN

Rentebaten worden tijdsevenredig in de winst-en-verliesrekening verwerkt rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende actiefpost, indien hun bedrag bepaalbaar is en hun ontvangst waarschijnlijk. Rentelasten worden toegerekend aan de opeenvolgende verslagperioden naar rato van de resterende hoofdsom. (Dis)agio en aflossingspremies worden als rentelast aan de opeenvolgende verslagperioden toegerekend zodanig dat tezamen met de over de lening verschuldigde rentevergoeding de effectieve rente in de winst-en-verliesrekening wordt verwerkt en in de balans de amortisatiewaarde

Page 65: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

63

van de schuld. Periodieke rentelasten en soortgelijke lasten komen ten laste van het jaar waarover zij verschuldigd worden.

BELASTINGEN

De belasting over het resultaat wordt berekend op basis van het in de winst-en-verliesrekening verantwoorde resultaat, rekening houdend met fiscaal vrijgestelde posten en geheel of gedeeltelijk niet-aftrekbare kosten.Tevens wordt rekening gehouden met de wijzigingen in de latente belastingvorderingen en -schulden uit hoofde van respectievelijk wijzigingen in het belastingtarief, herbeoordeling van de mogelijkheid tot realisatie van latente belastingvorderingen of een wijziging van de verwachte realisatie van een actief- of passiefpost. De aldus bepaalde belastingpost wordt in de winst-en-verliesrekening opgenomen, behoudens voor zover deze betrekking heeft op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen, in welk geval de belasting in het eigen vermogen wordt verwerkt.

AANDEEL IN RESULTAAT VAN DEELNEMINGEN

Het aandeel in resultaat van deelnemingen gewaardeerd op nettovermogenswaarde is het resultaat van de deelnemingen bepaald op de waarderingsgrondslagen van Stichting Rhiant. Het resultaat op deelnemingen gewaardeerd tegen de kostprijs is bepaald op basis van de ontvangen dividenden.

TOEREKENING BATEN EN LASTEN

Om tot de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening te komen wordt gebruik gemaakt van een kostenverdeelstaat. Hierbij worden de personeelslasten verdeeld op basis van de werkelijke activiteiten van de werknemers. De overige bedrijfskosten worden verdeeld op basis van dezelfde verdeelsleutel als de personeelslasten.

GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN HET KASSTROOMOVERZICHTHet kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode.De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen en de vlottende effecten. De effecten kunnen worden beschouwd als zeer liquide beleggingen. De op korte termijn zeer liquide beleggingen zijn beleggingen die zonder beperkingen en zonder materieel risico van waardeverminderingen als gevolg van de transactie kunnen worden omgezet in geldmiddelen.Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.De verkrijgingsprijs van de verworven groepsmaatschappij en de verkoopprijs van de verkochte groepsmaatschappij zijn opgenomen onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten, voor zover betaling in geld heeft plaatsgevonden. De in deze groepsmaatschappijen aanwezige geldmiddelen zijn op de aankoopprijs respectievelijk de verkoopprijs in aftrek gebracht.Transacties waarbij geen ruil van kasmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, zijn niet in het kasstroomoverzicht opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiële leasecontract zijn voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als een uitgave uit operationele activiteiten. De ontvangst uit hoofde van een sale and financial leaseback-transactie wordt gepresenteerd als een ontvangst uit hoofde van financieringsactiviteiten.

Page 66: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

64

JAARVERSLAG 2017

17. TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2017

ACTIVAVASTE ACTIVA

1. VASTGOEDBELEGGINGENDAEB vastgoed in exploitatie en niet-DAEB vastgoed in exploitatie

DAEB vastgoed in exploitatie Niet-DAEB vastgoed in exploitatie2017 2016 2017 2016

€ € € €Boekwaarde per 1 januariAanschaffingswaarde per 1 januari 122.280.715 115.838.490 9.728.328 21.454.112Herwaardering 83.480.509 71.249.171 3.549.011 -8.113.940

205.761.224 187.087.661 13.277.339 13.340.172Stand per 1 januari 205.761.224 187.087.661 13.277.339 13.340.172

MutatiesInvesteringen 326.596 552.040 - 3.931Desinvesteringen -71.216 -225.451 - -Herwaarderingen -14.563.517 18.839.781 319.465 -66.764Herclassificaties scheidingsvoorstel -6.656.298 - 6.656.298 -Herclassificaties 2.847.037 - -2.847.037 -Overboekingen naar vastgoed in ex-ploitatie - 516.611 - -Voorziening Banckertplein 1.009.418 -1.009.418 - -Totaal mutaties 2017 -17.107.980 18.673.563 4.128.726 -62.833

Boekwaarde per 31 decemberAanschaffingswaarde 120.773.527 122.280.715 10.304.530 9.728.328Herwaarderingen 67.879.717 83.480.509 7.101.535 3.549.011

188.653.244 205.761.224 17.406.065 13.277.339

Per 1 januari 2017 zijn 50 woningen overgeheveld van DAEB naar niet DAEB conform het scheidingsvoor-stel. Dit heeft geen impact op vermogen en resultaat

Herclassificatie ad € 2.847.037 betreft een verschuiving van intramuraal zorgvastgoed per 2 januari 2017 van Niet-Daeb naar Daeb. Dit heeft geen impact op vermogen en resultaat.Ultimo 2017 waren er geen (2016: 0) woningen bestemd voor de verkoop.

Page 67: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

65

(bedragen x € 1.000) DAEB Niet-DAEB Totaal

Stand per 1 januari 2017 205.761 13.277 219.038Voorraadmutaties -243 0 -243Rekenmethodiek wijzigingen -2.168 -14 -2.182Mutatie objectgegevens -10.088 6.879 -3.209Mutatie disconteringsvoet -11.783 -535 -12.318Mutatie leegwaardestijging 2.866 114 2.980Mutatie marco-economische parameters 2.711 191 2.902Overige mutatie waarderingsparameters 1.597 -2.506 -909Mutatie sloop - - -Stand per 31 december 2017 188.653 17.406 206.059

Het saldo is met € 12,9 miljoen gedaald ten opzichte van 2016. Deze waardedaling voort vloeit uit enerzijds aanpassingen in het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde en anderzijds ontwikkelingen van de woningmarkt en huurportefeuille van de corporatie.

Het “validatie effect” van het handboek 2016 alsmede wijzigingen in de rekenmethodiek betreffen een schattingswijziging. Volgens de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving is sprake van een schattingswijziging indien een eerdere schatting wordt herzien. Dit kan noodzakelijk zijn op grond van wijzigingen in de omstandigheden waarop de schatting is gebaseerd of het beschikbaar komen van nieuwe informatie met betrekking tot de te schatten grootheid. Onder een schattingswijziging wordt mede verstaan een wijziging in de schattingsmethode. De aard van een schattingswijziging brengt mee dat deze niet voldoet aan de definities van een materiële fout. Het “validatie effect” van het handboek 2016 kan niet zuiver worden bepaald. Hierdoor kan er geen cijfermatige indicatie van de invloed van deze schattingswijziging worden gegeven.

Bij het doorexploitatiescenario is de veronderstelling dat het volledige complex in exploitatie blijft gedurende de DCF- periode. Bij het uitpondscenario is de veronderstelling dat na mutatie tot verkoop van individuele woningen tegen leegwaarde wordt overgegaan.De berekening wordt uitgevoerd over een DCF-periode van vijftien jaar. In het doorexploiteerscenario wordt de huur bij mutatie aangepast naar de markthuur of de maximale huur, afhankelijk of de woongelegenheid bij mutatie is te liberaliseren.- Indien de maximale huur lager dan of gelijk is aan de huurliberalisatiegrens, dan is de nieuwe huur het

minimum van de markthuur en de maximale huur volgens het woningwaarderingsstelstel.- Indien de maximale huur hoger is dan liberalisatiegrens, dan is de nieuwe huur de markthuur.

Page 68: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

66

JAARVERSLAG 2017

2018 2019 2020 2021 e.v.Parameters woongelegenhedenPrijsinflatie 1,30 % 1,50 % 1,70 % 2,00 %Looninflatie 2,20 % 2,20 % 2,20 % 2,50 %Bouwkostenstijging 2,20 % 2,20 % 2,20 % 2,50 %Leegwaardestijging 5,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 %Instandhoudingsonderhoud per vhe - EGW (€) 896 896 896 896Instandhoudingsonderhoud per vhe - MGW (€) 896 896 896 896Mutatieonderhoud per vhe - EGW (€) 836 836 836 836Mutatieonderhoud per vhe - MGW (€) 628 628 628 628Beheerkosten per vhe - EGW (€) 427 427 427 427Beheerkosten per vhe - MGW (€) 420 420 420 420Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten (% van de WOZ) 0,13 % 0,13 % 0,13 % 0,13 %Verhuurderheffing (% van de WOZ) 0,59 % 0,59 % 0,59 % 0,59 %Huurstijging boven prijsinflatie voorgaand jaar - 1,00 % 0,80 % 0,60 % 0,30 %Mutatiekans bij doorexploiteren 4,91 % 4,91 % 4,91 % 4,91 %Mutatiekans bij uitponden 5,93 % 4,91 % 4,91 % 4,91 %

Voor splitsingskosten is een norm gehanteerd van € 508 per te splitsen eenheid. De overdrachtskosten, bestaande uit overdrachtsbelasting alsmede notaris- en registratiekosten, bedragen 3% van de berekende waarde van een verhuureenheid.

De range van de gehanteerde disconteringsvoet is 6,14% - 7,63%.

2018 2019 2020 2021 e.v.Parameters bedrijfsmatigen maatschappelijk onroerend goed

Instandhoudingsonderhoud per m2 bvo (€) 5 5 5 5Mutatieonderhoud per m2 bvo (€) 10 10 10 10

Beheerkosten % van de markthuur - BOG 3,00 % 3,00 % 3,00 % 3,00 %

Beheerkosten % van de markthuur - MOG 2,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 %

Belastingen, verzekeringen en overige zakelijke lasten (% van de WOZ) 0,13 % 0,13 % 0,13 %

De range van de gehanteerde disconteringsvoet is 6,5% - 8%.

Om de te verwachten kasstromen in de DCF-berekening te bepalen, wordt gebruik gemaakt van de macro-economische parameters:

Page 69: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

67

2018 2019 2020 2021 e.v.Parameters parkeerplaatsenInstandhoudingsonderhoud - garagebox (€) 157 157 157 157Beheerkosten - garagebox (€) 36 36 36 36Belastingen, verzekeringen en overige za-kelijke lasten (% van de WOZ) 0,25 % 0,25 % 0,25 % 0,25 %Disconteringsvoet: 6,40 % 6,40 % 6,40 % 6,40 %

2018 2019 2020 2021 e.v.Parameters intramuraal zorgvastgoedInstandhoudingsonderhoud - € XX per m2 bvo (€) 8 8 8 8Mutatieonderhoud - € XX per m2 bvo (€) 10 10 10 10Belastingen, verzekeringen en overige za-kelijke lasten (% van de WOZ) 0,37 % 0,37 % 0,37 % 0,37 %

De range van de gehanteerde disconteringsvoet is 6,5% - 7%.

Toepassing vrijheidsgradenStichting Rhiant heeft voor een gedeelte van haar vastgoedbezit (intramuraal zorgvastgoed, bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerend goed) verplicht de full versie van het Handboek toegepast. De reikwijdte, aard en omvang van de aanpassingen zijn van toepassing op meerdere complexen, derhalve worden de gehanteerde vrijheidsgraden hierna schematisch op portefeuilleniveau toegelicht. Indien en voor zover op complexniveau is afgeweken van de vrijheidsgraden op portefeuilleniveau, dan wordt dit separaat toegelicht.

Ten slotte wordt hier opgemerkt dat bij de gehanteerde vrijheidsgraden zoveel als mogelijk aansluiting is gezocht bij het document “Best Practices vrijheidsgraden behorende bij het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde”, dat tot stand is gekomen op basis van een samenwerking tussen diverse gespecialiseerde partijen.

De hierna genoemde vrijheidsgraden hebben betrekking op de mate van afwijking ten opzichte van de basisvariant.

Markthuur(stijging)Deze vrijheidsgraad is toegepast. Taxateur heeft op complexniveau referenties geraadpleegd, uit de NVM-database teneinde marktconforme markthuur(stijgingen) voor de getaxeerde BOG/MOG-objecten in de taxaties te kunnen verwerken.

Exit yieldDeze vrijheidsgraad is toegepast. Taxateur acht een inschatting van de exit yield op basis het model van taxateur (waarbij onder meer de aanwezige huurpotentie als uitgangspunt wordt gehanteerd) beter passend en tot meer marktconforme waarderingsuitkomsten komt.

Leegwaarde(stijging)Deze vrijheidsgraad is niet toegepast.

DisconteringsvoetDeze vrijheidsgraad is wel toegepast. Taxateur is van mening dat de disconteringsvoet die tot stand komt op grond van de basisversie onvoldoende recht doet aan de afwijkende risicoprofielen van de complexen onderling, en heeft derhalve per complex een inschatting gemaakt van de disconteringsvoet.

Page 70: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

68

JAARVERSLAG 2017

Mutatie- en verkoopkansDeze vrijheidsgraad is niet toegepast. OnderhoudDeze vrijheidsgraad is niet toegepast.

Technische splitsingskostenDeze vrijheidsgraad is niet toegepast.

Bijzondere omstandighedenDeze vrijheidsgraad is niet toegepast.

ErfpachtDeze vrijheidsgraad is niet toegepast.

ExploitatiescenarioDeze vrijheidsgraad is niet toegepast.

Ontwikkeling marktwaardeDe waardeverandering in de jaarrekening 2017 is negatief terwijl de waardeontwikkeling in de regio positief is. Deze minder positieve ontwikkeling komt hoofdzakelijk door:

- Wijzigingen in de rekenmethodiek volgens het Handboek 2017;- Wijzigingen in het Handboek 2017 in de berekening van de disconteringsvoet, markthuur en

instandhoudingsonderhoud naar aanleiding van de validatie 2016 (feitelijk aanpassingen vorig jaar);- Corporatie specifieke wijzigingen zoals de mutatiekans en de WOZ-waarde;- Nieuwe verkoopregels in 2017 inzake 7 jarige exploitatieverplichting.

In de basisversie is rekening gehouden met de effecten van de in maart 2017 ingevoerde regelgeving inzake een 7 jarige exploitatieverplichting bij verkoop aan een belegger. De impact hiervan op de marktwaarde is circa € 3,8 miljoen. In de praktijk blijkt dat taxateurs in voorkomende gevallen de effecten hiervan in hun taxaties in een bepaalde mate corrigeren omdat de effecten hiervan mogelijk nog niet volledig zijn ingeprijsd in de markt. Omtrent de impact hiervan is geen eenduidig standpunt in te nemen.

WOZ-informatieDe WOZ-waarde bedraagt ultimo 2017 € 267,00 miljoen.

Bedrijfswaarde informatie

2018 2019 2020 2021 2022 2023 e.v.

Jaarlijkse reguliere huurverhoging 1,03% 2,10% 2,16% 2,23% 2,19% 1,64%

Jaarlijkse huurstijging als gevolg van huurharmonisatie 0,15% 0,18% -0,12% 0,16% 0,12% 0,07%

Jaarlijkse huurderving als gevolg van leegstand 0,40% 0,40% 0,40% 0,40% 0,40% 0,40%

Jaarlijkse gemiddelde mutatiegraad woningen 5,41% 5,41% 5,41% 5,41% 5,41% 5,41%

Jaarlijkse stijging van de overige exploitatieuitgaven 2,20% 2,30% 2,30% 2,30% 2,30% 2,50%

Jaarlijkse stijging van de onderhoudsuitgaven 2,50% 1,20% 1,50% 1,80% 2,00% 2,50%

Page 71: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

69

Normbedragen (in euro) zijn ongeïndexeerd en berekend over het totaal aantal vhe’s

2018 2019 2020 2021 2022 2023 e.v.

Jaarlijkse reguliere huurverhoging 1,03% 2,10% 2,16% 2,23% 2,19% 1,64%

Jaarlijkse huurstijging als gevolg van huurharmonisatie 0,15% 0,18% -0,12% 0,16% 0,12% 0,07%

Jaarlijkse huurderving als gevolg van leegstand 0,40% 0,40% 0,40% 0,40% 0,40% 0,40%

Jaarlijkse gemiddelde mutatiegraad woningen 5,41% 5,41% 5,41% 5,41% 5,41% 5,41%

Jaarlijkse stijging van de overige exploitatieuitgaven 2,20% 2,30% 2,30% 2,30% 2,30% 2,50%

Jaarlijkse stijging van de onderhoudsuitgaven 2,50% 1,20% 1,50% 1,80% 2,00% 2,50%

per vhe

klachten- en mutatieonderhoudsuitgaven 212

Planmatig en groot onderhoud (uitsluitend instandhouding) 863

Directe overige exploitatieuitgaven (belastingen, verzekeringen) 441

Overige indirecte exploitatieuitgaven voor zover vastgoedgerelateerd (algeme Verhuurderheffing) 1.857

Verhuurderheffing 872

Saneringsheffing en heffing Autoriteit Wonen (bedrijfswaarde dVi) 14

OVERIGE ASPECTEN

Restwaarde grond Restwaarde grond: € 5.000 per vhe, bepaald op basis van € 20.000 opbrengstwaarde en € 15.000 kosten (sloop en bouwrijpmaken)Contantmakingsperiode geschatte resterende economische levensduur van het complex met een minimum van 15 jaar voor complexen waarvoor geen concrete sloop- , renovatie- of verkoopplannen aanwezig zijn.Huurharmonisatie voor 5 jaar ingerekendVerhuurderheffing voor de gehele looptijd ingerekend conform wetgeving die per 1 januari 2017 is vastgesteld Woningverkopen Woningverkopen voor de eerste vijf jaar ingerekendVerbeteruitgaven Verbeteringen (energiebeleid) alleen ingerekend voor 2018

Bedrijfswaarde 31-12-2017 31-12-2016€ €

DAEB 96.624.215 98.448.979Niet-DAEB 19.038.117 17.678.480Totaal 115.662.332 116.127.459

Page 72: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

70

JAARVERSLAG 2017

Discontering 2017Disconteringsvoet 5%

OVERIGE VASTGOEDBELEGGINGEN

Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden

Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie

2017 2016 2017 2016€ € € €

Boekwaarde per 1 januariAanschaffingswaarde per 1 januari 18.352.956 19.945.185 4.904.211 2.673.014Herwaardering -755.596 -2.450.569 -4.206.112 -1.755.971Herrekende Stand per 1 januari 17.597.360 17.494.616 698.099 917.043

MutatiesInvesteringen 574.034 460.500 1.766.067 881.990Desinvesteringen -1.597.978 -1.512.454 -353.119 -Herwaarderingen 1.487.680 1.154.698 -3.190.228 -584.323Overboeking naar voorziening onren-dabel - - 2.054.148 -Overboekingen naar vastgoed in ex-ploitatie - - - -516.611STEP subsidie - - -478.900 -Totaal mutaties 2017 463.736 102.744 -202.032 -218.944

Boekwaarde per 31 decemberAanschaffingswaarde 17.329.012 18.352.956 1.124.821 4.904.211Herwaarderingen 732.084 -755.596 -628.754 -4.206.112

18.061.096 17.597.360 496.067 698.099

Splitsing vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 2017:- Veersedijk € 435.000- Alewijnstraat € 4.746- Marijkestraat € 49.421- Volgerlanden € 6.900 Totaal € 496.067

Splitsing vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 2016:- Onderdijk € 353.119- Veersedijk € 331.806- Marijkestraat € 6.274- Volgerlanden € 6.900 Totaal € 698.099

ONROERENDE ZAKEN VERKOCHT ONDER VOORWAARDEN

Gedurende 2017 zijn 4 woningen (2016: 4 woningen) onder een VOV-regeling aan derden overgedragen. Daarnaast zijn er in 2017 11 woningen teruggekocht vanuit een VOV regeling, waarvan er 7 via vrije verkoop zijn verkocht.Het aantal woningen verkocht onder voorwaarden bedraagt ultimo 2017 121 (2016: 128).

Page 73: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

71

VASTGOEDBELEGGINGEN

Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie

2017 2016€ €

Boekwaarde per 1 januariAanschaffingswaarde per 1 januari 2.184.439 2.174.486Cumulatieve afschrijvingen en waarde-verminderingen -1.248.564 -1.140.642Herrekende stand per 1 januari 935.875 1.033.844

MutatiesInvesteringen 41.426 12.703Desinvesteringen -8.998 -2.750Afschrijvingen -129.142 -107.922Totaal mutaties 2017 -96.714 -97.969

Boekwaarde per 31 decemberAanschaffingswaarde 2.216.867 2.184.439Cumulatieve afschrijvingen en waarde-verminderingen -1.377.706 -1.248.564

839.161 935.875

AfschrijvingenDe afschrijvingen op de onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie zijn bepaald volgens de lineaire methode rekening houdend met een eventuele restwaarde, onder toepassing van de componentenbenadering en gebaseerd op de volgende verwachte gebruiksduur:- bedrijfsterreinen: geen afschrijving;- automatisering: 5 jaar;- bedrijfsauto’s: 5 jaar;- inventaris kantoor: 10 of 15 jaar;- kantoorgebouw (componentenbenadering):- grond: geen afschrijving;- casco: 50 jaar;- liftinstallaties: 20 tot 25 jaar;- verwarmingsinstallaties: 20 jaar.

Page 74: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

72

JAARVERSLAG 2017

3. FINANCIËLE VASTE ACTIVA

31-12-2017 31-12-2016€ €

DeelnemingenRhiant Holding BV te Hendrik-Ido-Ambacht (100%) 74.798 814Woningnet NV te Dordrecht (-%) 1.565 1.565Stadsherstel Drechtsteden NV te Dordrecht (5%) 50.556 84.568

126.919 86.947

31-12-2017 31-12-2016€ €

Rhiant Holding BVStand per 1 januari 814 22.493Aandeel in het resultaat 73.984 -21.679Stand per 31 december 74.798 814

Boekwaarde per 31 decemberAanschaffingswaarde 2.216.867 2.184.439Cumulatieve afschrijvingen en waarde-verminderingen -1.377.706 -1.248.564

839.161 935.875

De besloten vennootschap Rhiant Holding BV is opgericht op 18 januari 2001 als BV Projectontwikkeling Algemeen Belang. Op 29 mei 2008 heeft een statutenwijziging plaatsgevonden, waarbij tevens de naam van de BV is gewijzigd.Het totale eigen vermogen per balansdatum bedraagt € 74.798. Directeur-bestuurder is de heer C.J. Oostindie.

Woningnet NVStand per 1 januari 1.565 1.565Stand per 31 december 1.565 1.565

Als gevolg van de participatie in Stichting Woonkeus Drechtsteden heeft Rhiant, evenals de overige deelnemende corporaties, 100 aandelen (€ 1.565) in Woningnet NV aangekocht. Stichting Woonkeus Drechtsteden werkt sinds 1 juli 2004 nauw samen met Woningnet NV. Het totale eigen vermogen per balansdatum bedraagt € 6,7 miljoenDirecteur is de heer J.M.W. Temme.

Stadsherstel Drechtsteden NVStand per 1 januari 84.568 87.961Aandeel in het resultaat -34.012 -3.393Stand per 31 december 50.556 84.568

In samenwerking met zes andere corporaties is de NV Stadsherstel Drechtsteden opgericht. Deze vennootschap heeft zich ten doel gesteld het op een maatschappelijk en economisch verantwoorde wijze behouden van (rijks)monumenten en andere historische gebouwen in de regioRhiant Holding BV is enig aandeelhouder van Rhiant Energie BV.

Rhiant heeft een belang van 170 aandelen (op een totaal van 3.644), nominaal € 1.000. Deze aandelen zijn voor 100% volgestort, zijnde € 170.000. Het totale eigen vermogen per balansdatum bedraagt € 1.084.500. Directeur is de heer C.J. Oostindie.

Page 75: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

73

LATENTE BELASTINGVORDERING(EN)

De samenstelling van verwerkte en niet-opgenomen beschikbare verrekenbare tijdelijke verschillen en compensabele verliezen is als volgt:.

Opgenomen onder financiële

vaste activa€

Verrekenbare tijdelijke verschillen 94.851Compensabele verliezen 7.090.822Passieve latentie vastgoedportefeuille -2.164.760

5.020.913

De onder financiële vaste activa opgenomen latenties zijn gewaardeerd tegen contante waarde, de overige latenties tegen nominale waarde. Verwacht wordt dat van dit bedrag op balansdatum een bedrag van € 2.906.318 binnen een jaar wordt gerealiseerd.

De op contante waarde gewaardeerde latenties zijn berekend tegen 3,1% (2016: 4,1%) en hebben een gemiddelde looptijd van 10 jaar. De nominale waarde van deze latenties bedraagt circa € 5,4 miljoen (2016: € 7,5 miljoen). De post heeft met name betrekking op langlopende leningen en op woningen bestemd voor verkoop binnen vijf jaar (de ‘verkoopvijver’).

De niet-opgenomen verrekenbare tijdelijke verschillen hebben betrekking op vastgoed en op compensabele verliezen. Naar verwachting zal de latentie over het vastgoed niet tot afwikkeling komen binnen een afzienbare termijn.

De nominale waarde van het waarderingsverschil van het vastgoed in exploitatie bedraagt € 2.250.699.

2017 2016€ €

Latente belasting-vorderingenStand per 1 januari 4.923.236 5.162.496Dotatie/onttrekking 97.677 -239.260

5.020.913 4.923.236Stand per 31 december 5.020.913 4.923.236

LENINGEN U/G

2017 2016€ €

Leningen u/g StartersRenteRegelingStand per 1 januari 161.818 167.982Waardeverminderingen -14.897 -6.073

146.921 161.909Voorzieningen -222 -91Stand per 31 december 146.699 161.818

Rhiant neemt deel aan de StartersRenteregeling. De Starters Renteregeling reduceert de maandelijkse hypotheekrentebetalingen voor kopers van een woning om zo de bereikbaarheid van koopwoningen te vergroten.De Starters Renteregeling bevordert de verkoop van woningen voor woningcorporaties tegen beperkte kosten en risico.s. De woningcorporatie realiseert bij een verkoop de actuele marktwaarde (leegwaarde)

Page 76: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

74

JAARVERSLAG 2017

van de woning. Daarnaast verstrekt de woningcorporatie bij de verkoop een lening aan Social Finance, gelijk aan de contante waarde van 10 jaar rentereductie.

Rhiant heeft in 2017 2 woningen verkocht met toepassing van de StarterRenteregeling. Op het uitstaande bedrag ter hoogte van € 148.858 heeft een afwaardering plaatsgevonden. Wegens mogelijke oninbaarheid is een voorziening gevormd ter hoogte van 1,45% van het uitstaande bedrag. Deze oninbaarheid heeft enerzijds betrekking op het risico van onvoldoende waardeontwikkeling en anderzijds op het kwijtscheldingsrisico.

VASTE ACTIVA

4. VOORRADEN

2017 2016€ €

Vastgoed bestemd voor de verkoopVastgoed bestemd voor de verkoop - 505.920

Per 31 december 2017 waren er geen woningen in voorraad.

5. VORDERINGEN

31-12-2017 31-12-2016€ €

HuurdebiteurenHuurdebiteuren lopende contracten 74.798 814Huurdebiteuren beëindigde contracten 1.565 1.565

86.450 62.895Voorziening wegens oninbaarheid -864 -626

85.586 62.269

Het aantal huurdebiteuren zijn naar maand van ontstaan van de vordering als volgt in te delen:

2017 2016tot 1 maand 100 781 tot 2 maanden 19 142 tot 3 maanden 10 63 maanden en langer 6 5Totaal 135 98

Page 77: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

75

2017 2016€ €

Voorziening dubieuze huurdebiteurenStand per 1 januari 626 1.122Dotatie 238 -Onttrekking - -496Stand per 31 december 864 626

Terzakevan oninbaarheid is een voorziening getroffen. De voorziening bedraagt per 31 december 2017, respectievelijk 2016 € 864 en € 626.

31-12-2017 31-12-2016€ €

Vorderingen op participanten en op maatschappijen waarin wordt deelgenomenRekening-courant Rhiant Holding B.V. 25.115 25.115Over de vordering wordt geen rente berekend.Overige vorderingen 86.450 62.895

Overige debiteuren 26.419 131.203Voorziening dubieuze debiteuren -11.873 -13.463

14.546 117.740

31-12-2017 31-12-2016€ €

Overlopende activaOverige posten 550.535 139.044

Personeelsvereniging 25 461Schade-uitkeringen - 6.745Vooruitbetaalde bedragen 71.610 131.838Nog te ontvangen STEP subsidie 478.900 -

550.535 139.044

De nog te ontvangen STEP subsidie heeft een looptijd van langer dan een jaar, de overige vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar.

6. LIQUIDE MIDDELEN

31-12-2017 31-12-2016€ €

Rabobank 19.427 17.832BNG Bank 1.547.293 3.138.372Gelden onderweg - -600Kas 173 477

1.566.893 3.156.081

De liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. De per 31 december 2017 aanwezige liquide middelen staan de onderneming ter vrije beschikking.

Page 78: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

76

JAARVERSLAG 2017

PASSIVA

7. EIGEN VERMOGEN2017 2016

€ €HerwaarderingsreserveStand per 1 januari 102.933.482 89.680.616Dotatie vastgoed in exploitatie -14.431.250 13.252.866Dotatie VOV woningen 1.092.154 -Stand per 31 december 89.594.386 102.933.482

In voorgaand jaar was de herwaarderingsreserve VOV niet gevormd. In 2017 is deze wel gevormd. Aanpassing van de vergelijkende cijfers is niet noodzakelijk.

2017 2016€ €

Overige reservesStand per 1 januari 50.503.102 41.833.230Stand per 31 december na resultaatbestemming 50.503.102 41.833.230Resultaatbestemming boekjaar -13.396.631 21.922.738

37.106.471 63.755.968Mutatie herwaarderingsreserve 13.339.096 -13.252.866Stand per 31 december 50.445.567 50.503.102

Het ingehouden deel van het resultaat over 2017 bedraagt nihil.

8. VOORZIENINGEN2017 2016

€ €Onrendabele investeringen en herstructureringenVoorziening onrendabel duurzaamheidsproject 2.054.148 -

Voorziening onrendabel duurzaamheidsproject

Stand per 1januari 2017 Dotatie Onttrekking

Stand per 31december

2017€ €

Onrendabele investeringen en herstructureringenVoorziening loopbaanbudget 32.993 2.501 3.873 31.621

De voorziening loopbaanbudget dient ter dekking van de nog te maken kosten voor het loopbaanbudget per werknemer.Iedere werknemer heeft vanaf 1 januari 2010 recht op een individueel loopbaanbudget. Dit budget is voor werknemers die 5 jaar of langer in dienst zijn en een fulltime dienstverband hebben maximaal € 4.500,--. De werknemer die korter in dienst is, bouwt een budget van € 900,-- per jaar op (bij een fulltime dienstverband).De werknemer mag aanspraak maken op dit budget om studies te

Page 79: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

77

bekostigen die met een toekomstige functie te maken hebben. Een werknemer die in de loop van het kalenderjaar de leeftijd van 55 jaar of ouder bereikt, kan maximaal 28 extra roostervrije uren kopen met zijn loopbaanbudget (bij een fulltime dienstverband en als het budget toereikend is).De opgenomen voorziening is gebaseerd op 75% van het totale berekende jaarbudget.

9. LANGLOPENDE SCHULDENLeningen overheid

€Stand per 1 januari 2017 62.400Aflossing -2.746Stand per 31 december 2017 59.654Aflossingsverplichting komend boekjaar -2.856Langlopend deel per 31 december 2017 56.798

2017 2016€ €

Leningen kapitaalmarktStand per 1 januari 73.523.643 74.790.205Opgenomen gelden 4.800.000 7.000.000Aflossing -9.328.145 -8.266.562Stand per 31 december 68.995.498 73.523.643Aflossingsverplichting komend boekjaar -4.339.792 -9.275.074Langlopend deel per 31 december 64.655.706 64.248.569

Gemiddelde rentevoet leningen 2017 2016

Leningen overheid 4,00% 4,00%Leningen kredietinstellingen 3,48% 4,14%Totalen 3,51% 4,14%

Indicatie looptijd en rentevast 2017 2016

Schuldrestant langer dan 5 jaar € 32.731.227 € 34.186.043Rentevastperiode langer dan 5 jaar € 32.473.322 € 39.400.000

De marktwaarde van de langlopende leningen ligt met € 84.556.461 op 122,5% van de nominale waarde. In 2016 lag de marktwaarde van de langlopende leningen met € 92.220.674 op 125,2% van de nominale waarde.

Alle Swaps zijn per 31 december 2017 in een effectieve hedgerelatie betrokken. Rhiant heeft geen csa-contracten waarin breakclausules of margin calls zijn opgenomen waarvoor bijstortingen nodig zouden kunnen zijn.

De marktwaarde van de Swaps is op balansdatum negatief. Rhiant maakt gebruik van derivaten met als doel het stabiliseren van de rentelasten van de aangetrokken roll-over-leningen, welke per definitie een variabele rente hebben. Middels het aantrekken van de Swaps is deze variabele rente omgezet in een vaste lange rente. Met het aantrekken van roll-over leningen kan Rhiant flexibel inspelen op actuele

Page 80: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

78

JAARVERSLAG 2017

vermogensbehoeften. Er is om die reden geen noodzaak een negatieve dan wel positieve marktwaarde van de Swaps als resultaat te verantwoorden. Voor de afgesloten Swaps zijn geen afspraken met de bank gemaakt om negatieve marktwaarden te storten.Er zijn er geen toezicht belemmerende bepalingen.

ZekerhedenVoor één lening is de borging en achtervang via de gemeente Hendrik Ido Ambacht geregeld. Voor alle andere aangetrokken leningen heeft het Waarborgsom Sociale Woningbouw (WSW) zich garant gesteld. De gemeente Hendrik Ido Ambacht heeft voor deze leningen de achtervangpositie aanvaard. Er zijn verder geen aanvullende zekerheden aan financiers verstrekt.

WSW obligoverplichtingPer 31 december 2017 heeft Rhiant een obligoverplichting jegens het WSW ten bedrage van € 2.569.169 uit hoofde van de door het WSW verstrekte borgstellingen, per 31 december 2016 bedroeg dit € 2.569.949.

Marktwaarde derivaten d.d. 31-dec-2017

Hoofdsom tegenpartij vaste renteVariabele

rente Startdatum EinddatumMW incl

opg. rente

Markt- waarde bij

1,0% rentedaling

Markt- waarde bij

1,0% rentedaling

4.000.000 BNG BANK 4,389% EUR 3M 03-03-2008 05-03-2018 -179.967 -180.287 -180.609

4.000.000 BNG BANK 4,423% EUR 3M 03-02-2009 04-02-2019 -369.453 -413.221 -457.693

5.000.000 BNG BANK 4,750% EUR 3M 05-04-2010 03-04-2020 -736.673 -860.827 -989.102

6.000.000 RABOBANK 3,890% EUR 6M 01-09-2011 01-09-2021 -914.660 -1.152.751 -1.402.510

6.000.000 RABOBANK 3,805% EUR 6M 01-12-2011 01-12-2019 -479.091 -579.588 -683.487

25.000.000 4,207% -2.679.844 -3.186.674 -3.713.402

In de voorwaarden van deze basisrenteleningen is sprake van embedded derivaten

Marktwaarde basisrenteleningen d.d. 31-dec-2017

Tegenpartij Totale rente Opslag Basisrente Startdatum EinddatumMW incl

opg. rente Nominale

waarde

NWB BANK 3,840% 0,3500% 3,4900% 02-05-2013 02-05-2057 -7.133.509 -4.400.000

BNG BANK 3,660% 0,5000% 3,1600% 03-03-2014 01-03-2044 -6.985.536 -5.000.000

Totalen -14.119.045 -9.400.000

Page 81: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

79

Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden

2017 2016€ €

Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht 18.893.031 19.944.985Vermeerderingen / verminderingen -907.585 -1.380.223Stand per 1 januari 17.985.446 18.564.762Bij: verplichtingen ontstaan bij nieuwe overdrachten 574.034 460.500Af: teruggekochte onroerende zaken verkocht onder voorwaarden -1.597.978 -1.512.454Herwaarderingen 817.341 472.638Stand per 31 december 17.778.843 17.985.446Terugkoopverplichting ontstaan bij overdracht 17.869.087 18.893.031Vermeerderingen / verminderingen -90.244 -907.585

17.778.843 17.985.446

10. KORTLOPENDE SCHULDEN

2017 2016€ €

Aflossingsverplichtingen langlopende schuldenOverheidsleningen 2.856 2.746Leningen 4.339.792 9.275.074Stand per 1 januari 4.342.648 9.277.820

Schulden aan leveranciersCrediteuren 1.902.899 375.508

Schulden aan participanten en aan maatschappijen waarin wordt deelgenomenTRekening-courant Rhiant Energie B.V. 4.210 23.016

Over de schuld wordt geen rente berekend.

2017 2016€ €

Belastingen en premies sociale verzekeringenOmzetbelasting 217.987 38.712Loonheffing 49.021 60.226

267.008 98.938

Schulden terzake van pensioenenNog te betalen pensioenpremies 1.682 17.252

Page 82: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

80

JAARVERSLAG 2017

2017 2016€ €

Overlopende passivaRente- en bankkosten 1.354.025 1.362.768Nettoloon 7.915 -Vooruitontvangen huren 150.985 163.952Nog te verrekenen servicekosten 54.921 22.349Overige posten 289.477 343.218

1.857.323 1.892.287

Onder de kortlopende schulden zijn geen vorderingen opgenomen met een looptijd langer dan een jaar.

NIET IN DE BALANS OPGENOMEN ACTIVA EN VERPLICHTINGENVOORWAARDELIJKE VERPLICHTINGEN

Fiscale eenheidDe vennootschap maakt deel uit van de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting en omzetbelasting van Stichting Rhiant Op grond daarvan is de vennootschap hoofdelijk aansprakelijk voor de belastingschuld van de fiscale eenheid als geheel.

Wet ketenaansprakelijkheid (WKA)Rhiant kan aansprakelijk worden gesteld in het kader van Wet ketenaansprakelijkheid. Ter beperking van dit risico zijn maatregelen getroffen.

Obligo WSWWSW-deelnemers hebben naar het WSW een zogeheten obligoverplichting. Deze verplichting is voorwaardelijk. Zolang het risicovermogen van het WSW voldoende is om eventuele betalingsverplichtingen van WSW-deelnemers over te nemen, wordt geen beroep gedaan op deze obligoverplichting.De obligoverplichting voor Rhiant bedraagt € 2.569.169.

FINANCIËLE INSTRUMENTENALGEMEEN

Voor de toelichting van primaire financiële instrumenten wordt verwezen naar de specifieke postgewijze toelichting. Hieronder worden de financiële derivaten van de groep en de hiermee verbonden risico’s toegelicht.

DerivatenRhiant maakt gebruik van derivaten, interest swaps. Te weten payer swaps. Rhiant maakt gebruik van deze swaps om lange rentevast perioden mogelijk maken met lage liquiditeitsopslagen (bancaire opslagen) voor de onderliggende lening. De swaps worden dus nooit afgesloten zonder onderliggende lening. De zogenaamde hedging.

Voor de hedging activiteiten met interest rate swaps past Rhiant hedge accounting toe. Rhiant maakt

Page 83: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

81

daarbij gebruik van het kostprijs hedge accounting model, zoals opgenomen in de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, Richtlijn 290 Financiële Instrumenten. Deze richtlijn voorziet in de mogelijkheid om hedging instrumenten te waarderen op kostprijs, overeenkomstig de waardering voor de herziening van deze standaard en daarmee in lijn met voorgaande verslagjaren.

Regels Rhiant met betrekking tot derivaten• Er dient steeds een verband te bestaan tussen enerzijds de opbouw van de leningenportefeuille en

beleggingen en/of nieuw aan te trekken middelen en anderzijds het gebruik van rente-instrumenten. Het volume en de looptijd van de rente-instrumenten sluit aan bij de omvang en duur van de gesignaleerde risico’s.

• De gebruikte rente-instrumenten zijn uitsluitend toelaatbaar om het rentetype van de leningenportefeuille te veranderen dan wel om de renterisico’s te beperken.

• Het gebruik van rente-instrumenten met een ‘open einde’ (zoals het verkopen (‘schrijven’) van opties zonder onderliggende waarde) is niet van toepassing, conform de regelgeving.

TegenpartijrisicoAnders dan bij leningen, waarbij het tegenpartijrisico geheel bij de financier ligt, kan bij rente-instrumenten het tegenpartijrisico bij (één van) beide partijen liggen. Om te voorkomen dat de tegenpartij niet aan haar verplichtingen kan voldoen, wil Rhiant haar tegenpartijrisico beperken. Hiervoor staan Rhiant de volgende instrumenten ter beschikking:• Spreiding van transacties over meerdere partijen.• Het overeenkomen van verplichte periodieke marktwaardeverrekening (bijvoorbeeld in de vorm van een

Credit Support Annex (‘CSA’; een bijlage met specifieke afspraken over marktwaardeverrekening). Dit heeft echter wel tot gevolg dat Rhiant zelf mogelijk op enig moment liquide middelen moet stallen bij haar tegenpartij. Dit resulteert in een liquiditeitsrisico. In beginsel zal Rhiant niet opteren voor een CSA.

Teneinde het tegenpartijrisico te beperken, hanteert Rhiant de volgende uitgangspunten:• Als Rhiant met een tegenpartij een CSA overeenkomt, zal altijd minimaal sprake zijn van gelijkwaardige

tweezijdigheid.• Tweezijdigheid impliceert dat zowel de bank als Rhiant dezelfde threshold (drempel) zullen toepassen.

In ieder geval zal de threshold van Rhiant nooit hoger zijn dan die van de bank.• Rente-instrumenten mogen alleen worden aangegaan met solide tegenpartijen. Aan deze tegenpartijen

worden de volgende eisen gesteld:• Hoofdvestiging in een lidstaat van de Europese Unie of Zwitserland.• De kredietwaardigheid dient door minimaal twee ‘rating agencies’ als minimaal ‘Strong’ (A) beoordeeld

te zijn. Dit geldt voor zowel de tegenpartij zelf, als voor de staat waarin zij gevestigd is.• Indien de rating van een tegenpartij, dan wel de staat waarin deze gevestigd is, verlaagd wordt

(‘downgrading’), tot een niveau lager dan ‘Strong’ (A), zal onderzocht worden of het gewenst en mogelijk is om lopende rente-instrumenten af te wikkelen. Binnen twee weken na de ‘downgrading’ zal daartoe aan de directeur-bestuurder een voorstel ter goedkeuring worden voorgelegd. In dit voorstel wordt een berekening opgenomen van de kosten van het afwikkelen van de rente-instrumenten en een analyse van de consequenties voor het renterisico van Rhiant.

Page 84: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

82

JAARVERSLAG 2017

18. TOELICHTING OP DE WINST- EN VERLIESREKENING OVER 2017

NETTO RESULTAAT EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE 2017 2016

€ €

11. Huuropbrengsten

Huren woningen Daeb 11.603.385 12.254.734

Huren niet-woningen Daeb 98.711 -

Huren woningen Niet-Daeb 830.634 555.986

Huren niet-woningen Niet-Daeb 482.638 -

13.015.368 12.810.720

Huurderving Daeb -37.920 -28.355

Huurderving Niet-Daeb -5.023 -1.447

12.972.425 12.780.918

De “te ontvangen nettohuur” is gewijzigd als gevolg van:- verhoging van de huren wegens algemene huurverhoging en wegens woningverbetering

tot een bedrag van € 204.649.

Gemeente Hendrik Ido Ambacht 12.972.425 12.780.918

12. Opbrengsten servicecontracten

Servicecontracten daeb 687.355 668.654

Servicecontracten niet-daeb 13.350 18.133

700.705 686.787

De te ontvangen vergoedingen zijn gewijzigd als gevolg van:- verhoging/verlaging van de vergoedingen tot een bedrag van € 0.- uitbreiding van de activiteiten op het gebied van de exploitatie van overige goederen, leveringen en diensten tot

een bedrag van € 0.- andere redenen, nader in te vullen door de corporatie.

13. Lasten servicecontracten

Lasten servicecontracten daeb 681.179 651.150

Lasten servicecontracten niet-daeb 15.743 15.468

696.922 666.618

De bedragen die in rekening worden gebracht voor levering en diensten, en overige onroerende en roerende zaken zijn gebaseerd op de geraamde c.q. werkelijke kosten. Zij worden jaarlijks, indien noodzakelijk, aangepast. Jaarlijks vindt afrekening plaats met de huurders met betrekking tot de leveringen en diensten over het voorgaande jaar.

Page 85: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

83

2017 2016

€ €

14. Lasten verhuur en beheeractiviteiten

Toegerekende personeelskosten 403.109 401.982

Toegerekende afschrijvingen 33.547 27.736

Toegerekende overige organisatiekosten 215.437 180.352

652.093 610.070

De toegerekende organisatiekosten aan verhuur en beheeractiviteiten volgen uit de kostenverdeelstaat.Daarin worden de organisatiekosten, welke onder andere bestaan uit lonen en salarissen en overige bedrijfskosten, op basis van een interne inschatting van de urenbesteding naar activiteiten verdeeld. Hierbij wordt in hoofdlijnen onderscheid gemaakt naar exploitatie, projectontwikkeling, verkoop en leefbaarheid.

Lonen, salarissen en sociale lasten

Lonen en salarissen 1.092.895 1.046.232

Sociale lasten 184.209 178.357

Pensioenlasten 151.497 150.660

Overige personeelskosten 139.918 188.884

1.568.519 1.564.133

PersoneelsledenGedurende het jaar 2017 had de corporatie gemiddeld 16 werknemers in dienst (2016: 16). Dit aantal is gebaseerd op het aantal fulltime equivalenten. Geen van de werknemers is buiten Nederland werkzaam (2016: -).

2017 2016

Onderverdeeld naar:

Directie 1 1

Wonen 6 6

Onderhoud 4 4

Vastgoed 2 2

Financiën 3 3

16 16

2017 2016

€ €

15. Lasten onderhoudsactiviteiten

Planmatig onderhoud 1.057.628 845.473

Klachtenonderhoud 295.725 615.236

Planmatig onderhoud duurzaamheidsproject 1.602.078 -

Mutatieonderhoud 230.806 202.855

Toegerekende personeelslasten 556.824 555.267

Toegerekende afschrijvingen 46.339 38.312

Toegerekende overige organisatiekosten 297.584 249.125

4.086.984 2.506.268

Page 86: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

84

JAARVERSLAG 2017

In 2016 werden zowel het CV onderhoud, de CV vervanging en het BKT onderhoud onder klachtenonderhoud verantwoord. Met ingang van 2017 worden deze kosten op planmatig onderhoud geboekt, conform de opgestelde begroting. De stijging in de onderhoudskosten wordt voornamelijk veroorzaakt door planmatig onderhoud veroorzaakt door duurzaamheidsingrepen en het toerekenen van personeelslasten, afschrijvingen en organisatiekosten op basis van de kostenverdeelstaat.

2017 2016

€ €

16 . Overige directe operationele lasten exploitatie bezit

Heffingen OZB en waterschap 731.160 735.120

Verzekeringen 20.344 20.344

Overige kosten 6.664 22.366

Bijdrageheffing AW 9.865 9.991

Verhuurdersheffing 1.306.790 1.188.633

2.074.823 1.976.454

NETTO GEREALISEERD RESULTAAT VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE

17. Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille

Voor het verkochte sociaal en commercieel vastgoed in exploitatie is de boekwaarde de marktwaarde in verhuurde staat. Voor het teruggekochte vastgoed onder VOV dat is doorverkocht zonder voorwaarden, is de boekwaarde de marktwaarde op terugkoopmoment onder aftrek van de contractuele korting.Het in de winst-en-verliesrekening verantwoorde resultaat bij verkoop van vorengenoemd vastgoed is derhalve beperkt, gezien het geringe verschil tussen de opbrengstwaarde en de boekwaarde.

Opbrengst verkopen VOV woningen 2.341.023 2.114.670

Verkoopkosten VOV woningen -132.920 -154.024

Boekwaarde VOV woningen -1.597.978 -1.512.454

Opbrengst verkopen bestaand bezit - 294.000

Verkoopkosten bestaand bezit - -5.585

Toegerekende organisatiekosten bestaand bezit - -44.637

Boekwaarde bestaand bezitVerkoop grond

--353.119

-225.451-

Boekwaarde grond 353.119 -

610.125 466.519

18. Toegerekende organisatiekosten

Toegerekende personeelslasten 12.548 12.513

Toegerekende afschrijvingen 1.044 863

Toegerekende overige organisatie kosten 6.706 5.614

20.298 18.990

Page 87: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

85

WAARDEVERANDERINGEN VASTGOEDPORTEFEUILLE 2017 2016

€ €

19. Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille

Overige waardeveranderingenvastgoedportefeuille - -1.009.417

Waardeveranderingen vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie -3.190.228 -584.323

-3.190.228 -1.593.740

20. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille

Waardeveranderingen vastgoed in exploitatie -14.244.052 18.773.017

21. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden

Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder

voorwaarden 670.339 682.259

NETTO RESULTAAT OVERIGE ACTIVITEITEN

22.Overige bedrijfsopbrengsten

Opbrengst overige activiteiten 186.282 191.011

23.Overige organisatiekosten

Toegerekende personeelslasten 479.967 478.625

Toegerekende afschrijvingen 39.943 33.024

Toegerekende overige organisatiekosten 256.509 214.738

776.419 726.387

24. Leefbaarheid

Vastgoed gerelateerde leefbaarheid 20.820 17.340

Toegerekende personeelslasten 116.070 115.746

Toegerekende afschrijvingen 9.659 7.986

Toegerekende overige organisatiekosten 62.032 51.930

208.581 193.002

Financiële baten en lasten

25. Opbrengst van vorderingen die tot de vaste activa behoren en van effecten

Rente projecten - 5.765

26. Rentebaten en soortgelijke opbrengsten

Rentebaten 23.681 25.944

Page 88: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

86

JAARVERSLAG 2017

2017 2016

€ €

27 .Rentelasten en soortgelijke kosten

Betaalde rente op leningen gemeente -2.496 -2.602

Betaalde rente op kapitaal-marktleningen -2.734.790 -3.099.327

Overige rentelasten -10.151 -31.694

-2.747.437 -3.133.623

28. Mutatie belastinglatentie

SchattingenDe acute en latente belastingen in de jaarrekening zijn bepaald met inachtneming van de fiscale regels volgens de door de sector met de belastingdienst gemaakte afspraken (VaststellingsovereenkomstI en II). De toepassing van deze regels is op een aantal onderwerpen niet zonder meer duidelijk en voor discussie vatbaar. Deze onderwerpen zijn onder andere het onderscheid tussen onderhoudskosten en verbeteringen, de toerekenbare kosten inzake projectontwikkeling en de inschatting van het op basis van een fiscale winstplanning naar verwachting te verrekenen deel van beschikbare fiscale verliezen. Eerst bij de aangifte zal blijken of en in hoeverre de fiscus de door de groep gevolgde standpunten zal overnemen en accorderen. Om die reden kan de in de jaarrekening bepaalde acute en latente belasting achteraf nog aan veranderingen onderhevig zijn.

Het verschil tussen het toepasselijke belastingtarief en de effectieve belastingdruk wordt hoofdzakelijk verklaard door verschillen tussen de commerciële en de fiscale waardering van het vastgoed.

Belastingdruk winst-en-verliesrekeningDe belastinglast/-bate over het resultaat in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening bestaat uit de volgende componenten:

2017 2016

€ €

Vennootschapsbelasting 97.677 -239.260

29. Resultaat deelnemingen

Aandeel resultaat Rhiant Holding BV 73.984 -21.679

Aandeel resultaat Stadsherstel Drechtsteden NV -34.012 -3.393

39.972 -25.072

Page 89: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

87

Onderstaand betreft de bedrijfskosten, welke volgens de kostenverdeelstaat zijn verdeeld over de verschillende categorieën in het functionele model.

Totaal te verdelen kosten volgens kostenverdeelstaat 2017 2016

Afschrijvingskosten € 130.533 € 107.922

Beheerskosten

Accountantskosten € 152.257 € 103.904

Automatiseringskosten € 178.279 € 183.485

Bestuurs- en toezichtskosten € 44.429 € 15.420

Huisvestigingskosten € 79.924 € 45.330

Autokosten € 14.292 € 54.073

Overige beheerskosten € 63.515 € 67.619

Heffingen

Belastingen € - -€ 5.878

Verzekeringen € 6.445 € 12.777

Contributies € 36.370 € 34.660

Overige heffingen € 17.070 € 15.539

Overige bedrijfslasten

Advieskosten € 235.021 € 128.698

Incassokosten € 2.753 € 18.351

Dotatie dubieuze debiteuren € 7.911 € 27.779

Diverse bedrijfslasten

Totaal overige lasten € 838.266 € 701.757

Personeelslasten

Lonen en salarissen € 1.092.895 € 1.046.232

Socialelasten € 184.209 € 178.357

Pensioenpremies € 151.497 € 150.660

Reis- en verblijfskosten € 12.307 € 14.336

Vergoedingen € 903 € 36.918

Opleidingskosten € 51.984 € 36.743

Overige personeelslasten € 74.724 € 100.887

Totaal personeelslasten € 1.568.519 € 1.564.133

Page 90: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

88

JAARVERSLAG 2017

19. OVERIGE INFORMATIEBELANGRIJKE GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM

Bestemming van het resultaat over het boekjaar 2016De jaarrekening 2016 is vastgesteld in de algemene vergadering gehouden op 28 juni 2017. De algemene vergadering heeft de bestemming van het resultaat vastgesteld conform het daartoe gedane voorstel.

Verwerking van het verlies 2017Overeenkomstig de wettelijke bepalingen is het verlies ad € 13.396.631 over 2017 in mindering gebracht op de overige reserves. Dit is reeds in de jaarrekening verwerkt onder voorbehoud van goedkeuring.

PensioenlastenDe gehanteerde pensioenregeling van Stichting Rhiant is ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties (SPW). De belangrijkste kenmerken van deze pensioenregeling zijn:- Er is sprake van een ouderdoms- en nabestaandenpensioen.- Er is sprake van een middelloonregeling.- De pensioenleeftijd is afhankelijk van de AOW pensioenleeftijd.- De regeling kent zowel een levenslang als een tijdelijk partner- en wezenpensioen, waarbij het partner-

en wezenpensioen is verzekerd op risicobasis.- Voor het ouderdomspensioen, partnerpensioen en wezenpensioen stelt het bestuur

van het pensioenfonds jaarlijks een premie vast met een maximum van 25% van de ouderdomspensioengrondslag respectievelijk 25% van de ouderdomspensioengrondslag gecorrigeerd met de deeltijdfactor.

- Als de middelen van het pensioenfonds het toelaten, zal het bestuur van het pensioenfonds de ingegane pensioenen en de premievrije aanspraken van gewezen deelnemers aanpassen overeenkomstig de consumentenprijsindex voor alle huishoudens. De toeslagverlening is voorwaardelijk. Er is geen recht op toeslagverlening en het is voor de langere termijn niet zeker of en in hoeverre toeslagverlening zal plaatsvinden. Het bestuur van het pensioenfonds beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenuitkeringen en pensioenaanspraken worden aangepast.

De belangrijkste kenmerken van de uitvoeringsovereenkomst zijn:- Deelneming in het bedrijfstakpensioenfonds is verplicht gesteld voor de werknemers en bestuurders

van de toegelaten instelling.- De toegelaten instelling is uitsluitend verplicht tot betaling van de vastgestelde premies. In geen geval

bestaat een verplichting tot bijstorting.- Er is geen sprake van recht op teruggave/premiekorting.

De dekkingsgraad van SPW bedraagt ultimo 2017 115,8% (31-12-2016: 104%). Hiermee voldoet het pensioenfonds niet aan de minimale vereiste 125% die voorgeschreven is door De Nederlandse Bank (DNB) en daarmee ontstond een dekkingstekort.SPW heeft een herstelplan ingediend bij DNB waarin wordt aangetoond hoe het pensioenfonds verwacht binnen de geldende termijn uit het reservetekort te komen. Het herstelplan is goedgekeurd door DNB.

Page 91: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

89

2017 2016

€ €

Accountantshonoraria

Controle van de jaarrekening Baker Tilly Berk 112.726 41.380

Controle van de jaarrekening Deloitte - -4.465

Andere controlewerkzaamheden Baker Tilly Berk 11.011 6.897

123.737 43.812

Bovenstaande honoraria betreffen de werkzaamheden die bij de Stichting zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants zoals bedoeld in art. 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties), alsook door accountantskantoren, fiscale- en advieskantoren.

Page 92: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

90

JAARVERSLAG 2017

WNT-VERANTWOORDING 2017 STICHTING RHIANT

Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan.

1. BEZOLDIGING TOPFUNCTIONARISSEN

1a. Leidinggevende topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking. Tevens leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling

Bedragen x € 1 C.J. Oostindie

Functiegegevens voorzitter bestuur

Aanvang en einde functievervulling in 2017 1/1 - 31/12

Omvang dienstverband (in fte) 1,0

Gewezen topfunctionaris? nee

(Fictieve) dienstbetrekking? ja

Individueel toepasselijk maximum voor de betreffende periode 106.000

Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 105.878

Beloningen betaalbaar op termijn 19.616

Subtotaal 125.494

-/- Onverschuldig betaald bedrag -

Totaal bezoldiging 125.494

Gegevens 2016

Aanvang en einde functievervulling in 2016 1/1 - 31/12

Omvang dienstverband 2016 (in fte) 1,0

Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 106.190

Beloningen betaalbaar op termijn 19.372

Totaal bezoldiging 2016 125.562

De Bestuurder valt onder het overgangsrecht en de beloning bedraagt maximaal de bezoldiging van het jaar 2013.

Page 93: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

91

1c. Toezichthoudende topfunctionarissenBedragen x € 1

Functiegegevens

H. v/d Velde

Voorzitter

D. Vermaas

lid

E. Olde Bijvank

lid

G.vandeHaar

lid

Aanvang en einde functievervulling in 2017 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12

Individueeltoepasselijkmaximumvoorde betreffende-periode 15.900 10.600 10.600 10.600

Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 10.500 7.000 7.000 7.000

Beloningen betaalbaar op termijn - - - -

Subtotaal 10.500 7.000 7.000 7.000

-/- Onverschuldig betaald bedrag - - - -

Totaal bezoldiging 10.500 7.000 7.000 7.000

Gegevens 2016

Aanvang en einde functievervulling in 2016 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 7/6 - 31/12

Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen Belonin-gen betaalbaar op termijn

10.500-

7.000-

7.000-

3.967-

Totaal bezoldiging 2016 10.500 7.000 7.000 3.967

3. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT

Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met dienstbetrekking die in 2017 een bezoldiging boven het individuele WNT-maximum hebben ontvangen . Er zijn in 2016 geen ontslaguitkeringen betaald aan overige functionarissen die op grond van de WNT dienen te worden vermeld, of die in eerdere jaren op grond van de WOPT of de WNT vermeld zijn of hadden moeten worden.

Page 94: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

92

JAARVERSLAG 2017

Ondertekening van de jaarrekening

Vaststelling jaarrekeningDe jaarrekening is aldus opgemaakt en vastgesteld door het bestuur c.q. de Algemene Vergadering.

Hendrik-Ido-Ambacht, 12 juni 2018

C.J. Oostindie

Ondertekening van de jaarrekening

Hendrik-Ido-Ambacht, 12 juni 2018

Directie voor akkoord Raad van commissarissen voor akkoord

C.J. Oostindie H. v/d Velde

D. Vermaas

E. Olde Bijvank

G. van de Haar

Page 95: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

93

OVERIGE GEGEVENS

1 Verwerking van het verlies 2017Overeenkomstig de wettelijke bepalingen is het verlies ad € 13.396.631 over 2017 in mindering gebracht op de overige reserves. Dit is reeds in de jaarrekening verwerkt.

2 DAEB en niet-DAEB openingsbalansIn de Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting artikel 15 lid 6 is opgenomen dat bij de jaarrekening over het verslagjaar 2017 worden de op de eindbalans van dat jaar gebaseerde beginbalansen voor het jaar 2018 gevoegd, waarbij onderscheid wordt aangebracht tussen de activa en passiva die samenhangen met de werkzaamheden die behoren tot de diensten van algemeen economisch belang en de overige activa en passiva.

Page 96: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

94

JAARVERSLAG 2017

20. OPENINGSBALANS DAEB31 december

2017

ACTIVA

Vaste activa

Vastgoedbeleggingen

DAEB vastgoed in exploitatie 188.653.244

Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 2.611.992

Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 496.067

191.761.303

Materiële vaste activa

Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie 839.161

Financiële vaste activa

Deelnemingen ingroepsmaatschappijen 74.798

Deelnemingen in overige verbonden maatschappijen 52.121

Latente belastingvordering(en) 4.763.341

Interne lening 4.664.458

Netto vermogenswaarde niet-DAEB 17.640.835

27.195.553

SOM DER VASTE ACTIVA 219.796.017

Vlottende activa

Vorderingen

Huurdebiteuren 50.836

Vorderingen op groepsmaatschappijen 20.905

Overige vorderingen 26.410

Overlopende activa 526.287

SOM DER VLOTTENDE ACTIVA 624.438

TOTAAL ACTIVA 220.420.455

Page 97: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

95

31 december2017

PASSIVA

Eigen vermogen

Herwaarderingsreserve 79.990.973

Overige reserves 73.445.611

Resultaat boekjaar -13.396.631

140.039.953

Voorzieningen

Onrendabele investeringen en herstructureringen 2.054.148

Overige voorzieningen 29.999

2.084.147

Langlopende schulden

Schulden/leningen overheid 59.654

Schulden aan kredietinstellingen 64.652.851

Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 2.561.745

67.274.250

Kortlopende schulden

Schulden aan kredietinstellingen 7.145.043

Schulden aan leveranciers 1.805.280

Schulden aan groepsmaatschappijen 4.210

Belastingen en premies sociale verzekeringen 253.311

Schulden terzake van pensioenen 1.595

Overige schulden 6.065

Overlopende passiva 1.806.601

11.022.105

TOTAAL PASSIVA 220.420.45

Page 98: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

96

JAARVERSLAG 2017

21. OPENINGSBALANS NIET-DAEB

31 december2017

ACTIVA

Vaste activa

Niet-DAEB vastgoed in exploitatie 17.406.065

Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 15.449.104

32.855.169

Financiële vaste activa

Latente belastingvordering(en) 257.576

Leningen u/g 146.700

404.276

SOM DER VASTE ACTIVA 33.259.445

Vlottende activa

Vorderingen

Huurdebiteuren 8.349

Overige vorderingen 14.537

Overlopende activa 28.458

51.344

Liquide middelen 4.369.284

SOM DER VLOTTENDE ACTIVA 4.420.628

TOTAAL ACTIVA 37.680.073

Page 99: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

97

31 december2017

PASSIVA

Eigen vermogen

Herwaarderingsreserve 9.603.414

Overige reserves 5.354.098

Resultaat boekjaar 2.683.323

17.640.835

Voorzieningen

Overige voorzieningen 1.622

Langlopende schulden

Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 15.217.098

Interne lening 4.664.458

19.881.556

Kortlopende schulden

Schulden aan leveranciers 97.619

Belastingen en premies sociale verzekeringen 13.698

Schulden terzake van pensioenen 86

Overige schulden 328

Overlopende passiva 44.329

156.060

TOTAAL PASSIVA 37.680.073

Page 100: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

98

JAARVERSLAG 2017

Page 101: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

99

Page 102: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

100

JAARVERSLAG 2017

Page 103: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

Rapport inzake jaarstukken 2017

101

Page 104: JAAR VERSLAG 2017 - Home | Rhiant · FISCALE POSITIE 41 11.1 FISCALE EENHEID 41 11.2 BEREKENING BELASTBAAR BEDRAG 2017 41 ... en/of sociale omstandigheden op zijn aangewezen. Verantwoord:

JAARVERSLAG 2017

www.rhiant.nl