HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 / Najaar 2008

12
Will Scheffer Legionelladeskundige: De hele water- sector heeft de afgelopen jaren keihard gewerkt En verder: Interview met Mari Verhagen Tweederde minder besmettingen Interview met Woonstichting Union N UMMER 1 / JAARGANG 1 / NAJAAR 2008 H YDRO V ISIE VERSCHIJNT 2 KEER PER JAAR

description

HydroVisie is het nieuwe infoblad van HydroScope waarin u wordt geïnformeerd over wijzigingen in de wetgeving, nieuwe ontwikkelingen etc. Het blad komt voor én door u tot stand. Dit komt naar voren doordat u (de klant) aan kan geven welke informatie u graag terug wilt zien in HydroVisie.

Transcript of HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 / Najaar 2008

Page 1: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

Will Scheffer Legionelladeskundige:De hele water-sector heeft de afgelopen jaren keihard gewerkt

En verder: Interview met Mari Verhagen Tweederde minder besmettingen Interview met Woonstichting Union

N U M M E R 1 / J A A R G A N G 1 / N A J A A R 2 0 0 8

H Y D R O V I S I E V E R S C H I J N T 2 K E E R P E R J A A R

Page 2: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

INHOUD346812

HydroVisie, voor en door de klant

Met gepaste trots presenteer ik u de eerste uitgave

van HydroVisie. HydroVisie is het nieuwe infoblad

van HydroScope, dat voor én door u tot stand komt.

Een nieuwe naam die hoort bij een vertrouwd

bedrijf. Sinds 2001 is HydroScope uw partner in

water en kunt u bij HydroScope terecht voor al uw

vragen over waterkwaliteit en waterveiligheid.

Om u niet alleen persoonlijk te woord te staan,

maar u ook tijdig te informeren over wijzigingen in

de wetgeving, nieuwe ontwikkelingen enzovoort,

hebben wij HydroVisie in het leven geroepen. Deze

kunt u twee keer per jaar op de mat verwachten.

De klant is koning, dat geldt voor HydroScope en

zeker ook voor HydroVisie. Als klant mag u aangeven

welke informatie u graag terug wilt zien in HydroVisie.

Omdat het persoonlijk contact met de klant bij ons

hoog in het vaandel staat, wil ik u persoonlijk

oproepen ons te voorzien van informatie en uw

ideeën met ons te delen, zodat wij twee keer per

jaar een informatief blad kunnen uitbrengen dat

geschreven is door en voor de klant.

In deze eerste editie treft u niet alleen informatie over wetswijzigingen

aan. Ook delen collega-ondernemers hun ervaringen met u.

Zo ziet u al direct in dit eerste nummer dat wij graag klanten

aan het woord laten om zo hun ervaringen met collega’s

te kunnen delen.

Ik hoop dat u HydroVisie met veel plezier

zult lezen en dat u uitkijkt naar de

volgende editie, die medio maart

2009 zal verschijnen.

Lars Kuipéri,

Directeur

Van de bijna 200 nieuwe klanten die HydroScope

in 2007 heeft bezocht, bleek 23% besmet. Dit komt

redelijk overeen met constateringen van de VROM-

inspectie. Over de jaren 2005 en 2006 heeft 18,5%

van de prioritaire instellingen melding gemaakt

van normoverschrijding. Dat blijkt uit de Evaluatie

Legionellapreventie – Waterleidingwet, RIVM, 2007.

HydroScope hanteert met haar vier-stappenplan

al jaren een unieke aanpak. Ons advies wordt pas

waardevol wanneer het opgevolgd wordt. Met

het vier-stappenplan waarborgen we een goede

opvolging en erkennen we deze door een Legionella

Veiligheidsverklaring af te geven. Dat deze aanpak

werkt, is bewezen. Voor 2007 was, zoals eerder op-

gemerkt, nog 23% besmet. In 2007 is bij de klanten

met de verklaring slechts in 8% van de gevallen

Statistieken

Interview Mari Verhagen, werkzaam bij Harry Immens

Interview met André Gorissenen Peter van Santen vanWoonstichting Union

Will Scheffer, legionelladeskundige

HydroScope algemeen +Colofon

2 - H y d r o V i s i e

V O O R W O O R D

S TAT I S T I E K E N

H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 32 - H y d r oooooooo VVVVVVVoooooooo i si si ssi sss i ei ei e

Tweederde minder besmettingen door vier-stappenplanJaarlijks bezoekt HydroScope meer dan 3.000 klanten en nemen onze adviseurs zo’n 15.000 legionellamonsters. Zo hebben we een goed inzicht in de besmettingskans op legionella.

Stap 1: Risicoanalyse

Onze adviseurs controleren of groei van legio-

nellabacteriën in uw installatie mogelijk is.

Stap 2: Beheersplan

De risicopunten worden uitgewerkt tot een

uitvoerbaar plan om uw installatie aan te passen,

te beheren en controleren.

Stap 3: Periodieke controle

HydroScope bekijkt periodiek uw installatie,

neemt watermonsters, laat deze analyseren

en vergelijkt de bevindingen met de informatie

uit eerdere controles. Ook temperatuurmetingen

en controles op functionaliteit behoren tot

het proces.

Stap 4: Legionella Veiligheidsverklaring

Als uit de controles blijkt dat uw installatie in

orde is en u het proces beheerst, ontvangt u een

Legionella Veiligheidsverklaring. Niet alleen uzelf,

maar iederéén kan zien dat u veilig en gezond

water belangrijk vindt!

en nemen ben we

Stap 1: Risicoanalyse

Onze adviseurs controleren of groei van legio-

nellabacteriën in uw installatie mogelijk k k k kkkkkkkkkkkkk isisisissisiiisisisisiisssss.

Stap 2: Beheersplan

De risicopunten worden uitgewerkt tot eeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeennnnnn nnnnnnnnnnnnnn

uitvoerbaar plan om uw installatie aan te papapapapapapaaaaapapapapaaaasssssssssssss eneeeeeeeee ,

te beheren en controleren.

Stap 3: Periodieke controle

H d S b kijkt i di k i t ll ti

Het vier-stappenplan

een besmetting geconstateerd. Tweederde minder

besmettingen dus. Het aantal leidingwaterinstallaties

met legionellabacteriën neemt in Nederland niet

duidelijk af. Daardoor is nog geen effect vast te

stellen van het beleid ter

preventie van legionella

in leidingwaterinstal-

laties. Ook dat blijkt uit

de genoemde Evaluatie

Legionellapreventie.

HydroScope laat niet-

temin zien dat een

afname van het

aantal besmettings-

gevallen wel kan

binnen de huidige

wet- en regelgeving.

Percentage per doelgroep die in 2005 en/of 2006 eennormoverschrijding heeft gemeld aan de VROM-inspectie

Campin

gs

40%

30%

20%

10%

0%

Jach

thav

ens

Hotels

Asielzo

eker

scen

tra +

justit

iële i

nrich

tinge

n

Zwem

bade

n

Zorg

inste

llinge

n

Page 3: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

INHOUD346812

HydroVisie, voor en door de klant

Met gepaste trots presenteer ik u de eerste uitgave

van HydroVisie. HydroVisie is het nieuwe infoblad

van HydroScope, dat voor én door u tot stand komt.

Een nieuwe naam die hoort bij een vertrouwd

bedrijf. Sinds 2001 is HydroScope uw partner in

water en kunt u bij HydroScope terecht voor al uw

vragen over waterkwaliteit en waterveiligheid.

Om u niet alleen persoonlijk te woord te staan,

maar u ook tijdig te informeren over wijzigingen in

de wetgeving, nieuwe ontwikkelingen enzovoort,

hebben wij HydroVisie in het leven geroepen. Deze

kunt u twee keer per jaar op de mat verwachten.

De klant is koning, dat geldt voor HydroScope en

zeker ook voor HydroVisie. Als klant mag u aangeven

welke informatie u graag terug wilt zien in HydroVisie.

Omdat het persoonlijk contact met de klant bij ons

hoog in het vaandel staat, wil ik u persoonlijk

oproepen ons te voorzien van informatie en uw

ideeën met ons te delen, zodat wij twee keer per

jaar een informatief blad kunnen uitbrengen dat

geschreven is door en voor de klant.

In deze eerste editie treft u niet alleen informatie over wetswijzigingen

aan. Ook delen collega-ondernemers hun ervaringen met u.

Zo ziet u al direct in dit eerste nummer dat wij graag klanten

aan het woord laten om zo hun ervaringen met collega’s

te kunnen delen.

Ik hoop dat u HydroVisie met veel plezier

zult lezen en dat u uitkijkt naar de

volgende editie, die medio maart

2009 zal verschijnen.

Lars Kuipéri,

Directeur

Van de bijna 200 nieuwe klanten die HydroScope

in 2007 heeft bezocht, bleek 23% besmet. Dit komt

redelijk overeen met constateringen van de VROM-

inspectie. Over de jaren 2005 en 2006 heeft 18,5%

van de prioritaire instellingen melding gemaakt

van normoverschrijding. Dat blijkt uit de Evaluatie

Legionellapreventie – Waterleidingwet, RIVM, 2007.

HydroScope hanteert met haar vier-stappenplan

al jaren een unieke aanpak. Ons advies wordt pas

waardevol wanneer het opgevolgd wordt. Met

het vier-stappenplan waarborgen we een goede

opvolging en erkennen we deze door een Legionella

Veiligheidsverklaring af te geven. Dat deze aanpak

werkt, is bewezen. Voor 2007 was, zoals eerder op-

gemerkt, nog 23% besmet. In 2007 is bij de klanten

met de verklaring slechts in 8% van de gevallen

Statistieken

Interview Mari Verhagen, werkzaam bij Harry Immens

Interview met André Gorissenen Peter van Santen vanWoonstichting Union

Will Scheffer, legionelladeskundige

HydroScope algemeen +Colofon

2 - H y d r o V i s i e

V O O R W O O R D

S TAT I S T I E K E N

H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 32 - H y d r oooooooo VVVVVVVoooooooo i si si ssi sss i ei ei e

Tweederde minder besmettingen door vier-stappenplanJaarlijks bezoekt HydroScope meer dan 3.000 klanten en nemen onze adviseurs zo’n 15.000 legionellamonsters. Zo hebben we een goed inzicht in de besmettingskans op legionella.

Stap 1: Risicoanalyse

Onze adviseurs controleren of groei van legio-

nellabacteriën in uw installatie mogelijk is.

Stap 2: Beheersplan

De risicopunten worden uitgewerkt tot een

uitvoerbaar plan om uw installatie aan te passen,

te beheren en controleren.

Stap 3: Periodieke controle

HydroScope bekijkt periodiek uw installatie,

neemt watermonsters, laat deze analyseren

en vergelijkt de bevindingen met de informatie

uit eerdere controles. Ook temperatuurmetingen

en controles op functionaliteit behoren tot

het proces.

Stap 4: Legionella Veiligheidsverklaring

Als uit de controles blijkt dat uw installatie in

orde is en u het proces beheerst, ontvangt u een

Legionella Veiligheidsverklaring. Niet alleen uzelf,

maar iederéén kan zien dat u veilig en gezond

water belangrijk vindt!

en nemen ben we

Stap 1: Risicoanalyse

Onze adviseurs controleren of groei van legio-

nellabacteriën in uw installatie mogelijk k k k kkkkkkkkkkkkk isisisissisiiisisisisiisssss.

Stap 2: Beheersplan

De risicopunten worden uitgewerkt tot eeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeennnnnn nnnnnnnnnnnnnn

uitvoerbaar plan om uw installatie aan te papapapapapapaaaaapapapapaaaasssssssssssss eneeeeeeeee ,

te beheren en controleren.

Stap 3: Periodieke controle

H d S b kijkt i di k i t ll ti

Het vier-stappenplan

een besmetting geconstateerd. Tweederde minder

besmettingen dus. Het aantal leidingwaterinstallaties

met legionellabacteriën neemt in Nederland niet

duidelijk af. Daardoor is nog geen effect vast te

stellen van het beleid ter

preventie van legionella

in leidingwaterinstal-

laties. Ook dat blijkt uit

de genoemde Evaluatie

Legionellapreventie.

HydroScope laat niet-

temin zien dat een

afname van het

aantal besmettings-

gevallen wel kan

binnen de huidige

wet- en regelgeving.

Percentage per doelgroep die in 2005 en/of 2006 eennormoverschrijding heeft gemeld aan de VROM-inspectie

Campin

gs

40%

30%

20%

10%

0%

Jach

thav

ens

Hotels

Asielzo

eker

scen

tra +

justit

iële i

nrich

tinge

n

Zwem

bade

n

Zorg

inste

llinge

n

Page 4: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 54 - H y d r o V i s i e

Harry Immens 9000 Installaties BV is in 1965 opgericht en groeide al spoedig uit tot een middelgroot installatiebedrijf. Momenteel zijn er zo’n 75 mensen werkzaam, van wie 40 direct. Met haar medewerkers verzorgt Harry Immens 9000 de aanleg en het onderhoud van installa-ties voor klimaatbeheersing, sanitairtechnische installaties en gebouwbeheersystemen.

Mari Verhagen is vanaf 1969 werkzaam bij Harry

Immens. Hij is begonnen als tekenaar. Momenteel

is hij werkvoorbereider/projectleider. Mari vertelt

ons over zijn werk, over legionellapreventie en de

samenwerking met HydroScope.

Wat vinden jullie van het initiatief van HydroScope

om een nieuwsmagazine uit te brengen?

‘Wij vinden een nieuwsmagazine een goed initiatief,

omdat we van HydroScope als organisatie nog niet

veel weten. We kennen de adviseurs Hans en John,

maar de samenstelling van het bedrijf enzovoort, is

ons nog niet echt bekend. Zaken die we graag terug

zouden willen zien in het magazine zijn wets-

wijzigingen. Ze volgen elkaar snel op en worden

de laatste paar jaar pas aan de orde gesteld.

De inspectie heeft ieder jaar een paar speerpunten.

Momenteel is bijvoorbeeld de controle van keer-

kleppen erg actueel. Wij zouden graag op de hoogte

blijven van dit soort actualiteiten.’

Hoe lang werkt Harry Immens al samen met

HydroScope en hoe is deze samenwerking

tot stand gekomen?

‘Sinds de oprichting van HydroScope in 2001 werken

wij al samen met het bedrijf. De samenwerking is

tot stand gekomen doordat er een risicoanalyse en

beheersplan moest

komen bij een klant.

Voorheen hadden we

hier nog nooit mee te

maken gehad. Door

de adviseur wordt een

bestek gemaakt en

daarin worden de eisen

omschreven waaraan

een installatie moet voldoen. Daar zijn een risicoanalyse en

beheersplan bijgekomen. We proberen HydroScope zoveel

mogelijk vanaf het begin in het traject te betrekken. In het

verleden kwam HydroScope vaak pas bij een installateur als

de installatie klaar was. Nu proberen we HydroScope steeds

vroeger te betrekken in het traject.’

Uit een evaluatie van VROM* uit 2007 blijkt dat het aantal

leidingwaterinstallaties met legionellabacteriën niet afneemt.

Bij een betere naleving van de Waterleidingwet zouden naar

verwachting wel minder legionellabacteriën in de leiding-

waterinstallatie voorkomen. Dat kan als installateurs

consequent leidingwaterinstallaties aanleggen volgens de

voorschriften en de eigenaren preventiemaatregelen tegen

legionella treffen. Dit gebeurt nu nog te weinig, aldus de

onderzoekers. Bent u het eens met de onderzoekers?

‘Ja, ik denk zeker dat installaties niet altijd volgens de voorschriften

zijn aangelegd. Ook bij Harry Immens is dit in het verleden gebeurd,

maar wij denken dat wij dit hebben ondervangen door HydroScope

tijdig in te schakelen om controles uit te oefenen. Vaak is het zo

dat ze inderdaad mankementen vinden. Omdat ze dat doen terwijl

wij werken, kunnen wij de mankementen meteen verhelpen.

Zeker wanneer een gebouw in de opleveringsfase is; dan gaat

dat meestal gelijktijdig. Nogmaals: een tijdige inschakeling van

HydroScope is dus erg belangrijk.’

Wordt er bij Harry Immens voldoende aandacht aan

opleidingen voor installateurs besteed?

‘Bij Harry Immens zijn drie mensen werkzaam die een cursus

legionellabeheersing hebben gevolgd. Zij brengen hun ervaringen

‘Door tijdige inschakeling van HydroScope hadden veel herstelwerkzaamheden voorkomen kunnen worden’

Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en is

niet meer weg te denken uit de installatiewereld

over op de monteurs. Onze monteurs hebben behoefte aan meer

informatie. Zowel over legionellapreventie als over hoe installaties

veilig aan te sluiten. Wellicht kan HydroScope presentaties of work-

shops geven aan monteurs.’

Wat betekent HydroScope voor Harry Immens op het gebied

van legionellapreventie?

‘HydroScope is voor ons een externe adviseur in wie wij een groot

vertrouwen hebben. Bij bepaalde projecten hadden we eerder

om raad moeten vragen, zodat bepaalde herstelwerkzaamheden

voorkomen hadden kunnen worden. We hebben een aantal dingen

moeten veranderen die niet nodig waren.’

Hoe belangrijk is legionellapreventie voor Harry Immens?

‘Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en niet meer

weg te denken uit de installatiewereld. Vooral met het ontwerp

van de installatie wordt gekeken of deze voldoet aan de eisen

die HydroScope hierin stelt. In het ontwerp wordt hier steeds

meer aandacht aan besteedt en we raken hiermee steeds

meer vertrouwd.’

Op welke punten zou HydroScope zich kunnen verbeteren?

‘Een punt waarop HydroScope zich zou kunnen verbeteren, is

communicatie en informatievoorziening. Zoals ik al eerder aangaf,

zouden we graag wat meer willen weten over wet- en regelgeving

en actuele ontwikkelingen. Een ander punt dat HydroScope nog

kan verbeteren, is de naamsbekendheid. Daarom vinden wij een

nieuwsmagazine een goed initiatief!’

M A R I V E R H A G E N V A N H A R R Y I M M E N S E N H A N S V E R H A G E N V A N H Y D R O S C O P E

*bron: www.vrom.nl

Page 5: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 54 - H y d r o V i s i e

Harry Immens 9000 Installaties BV is in 1965 opgericht en groeide al spoedig uit tot een middelgroot installatiebedrijf. Momenteel zijn er zo’n 75 mensen werkzaam, van wie 40 direct. Met haar medewerkers verzorgt Harry Immens 9000 de aanleg en het onderhoud van installa-ties voor klimaatbeheersing, sanitairtechnische installaties en gebouwbeheersystemen.

Mari Verhagen is vanaf 1969 werkzaam bij Harry

Immens. Hij is begonnen als tekenaar. Momenteel

is hij werkvoorbereider/projectleider. Mari vertelt

ons over zijn werk, over legionellapreventie en de

samenwerking met HydroScope.

Wat vinden jullie van het initiatief van HydroScope

om een nieuwsmagazine uit te brengen?

‘Wij vinden een nieuwsmagazine een goed initiatief,

omdat we van HydroScope als organisatie nog niet

veel weten. We kennen de adviseurs Hans en John,

maar de samenstelling van het bedrijf enzovoort, is

ons nog niet echt bekend. Zaken die we graag terug

zouden willen zien in het magazine zijn wets-

wijzigingen. Ze volgen elkaar snel op en worden

de laatste paar jaar pas aan de orde gesteld.

De inspectie heeft ieder jaar een paar speerpunten.

Momenteel is bijvoorbeeld de controle van keer-

kleppen erg actueel. Wij zouden graag op de hoogte

blijven van dit soort actualiteiten.’

Hoe lang werkt Harry Immens al samen met

HydroScope en hoe is deze samenwerking

tot stand gekomen?

‘Sinds de oprichting van HydroScope in 2001 werken

wij al samen met het bedrijf. De samenwerking is

tot stand gekomen doordat er een risicoanalyse en

beheersplan moest

komen bij een klant.

Voorheen hadden we

hier nog nooit mee te

maken gehad. Door

de adviseur wordt een

bestek gemaakt en

daarin worden de eisen

omschreven waaraan

een installatie moet voldoen. Daar zijn een risicoanalyse en

beheersplan bijgekomen. We proberen HydroScope zoveel

mogelijk vanaf het begin in het traject te betrekken. In het

verleden kwam HydroScope vaak pas bij een installateur als

de installatie klaar was. Nu proberen we HydroScope steeds

vroeger te betrekken in het traject.’

Uit een evaluatie van VROM* uit 2007 blijkt dat het aantal

leidingwaterinstallaties met legionellabacteriën niet afneemt.

Bij een betere naleving van de Waterleidingwet zouden naar

verwachting wel minder legionellabacteriën in de leiding-

waterinstallatie voorkomen. Dat kan als installateurs

consequent leidingwaterinstallaties aanleggen volgens de

voorschriften en de eigenaren preventiemaatregelen tegen

legionella treffen. Dit gebeurt nu nog te weinig, aldus de

onderzoekers. Bent u het eens met de onderzoekers?

‘Ja, ik denk zeker dat installaties niet altijd volgens de voorschriften

zijn aangelegd. Ook bij Harry Immens is dit in het verleden gebeurd,

maar wij denken dat wij dit hebben ondervangen door HydroScope

tijdig in te schakelen om controles uit te oefenen. Vaak is het zo

dat ze inderdaad mankementen vinden. Omdat ze dat doen terwijl

wij werken, kunnen wij de mankementen meteen verhelpen.

Zeker wanneer een gebouw in de opleveringsfase is; dan gaat

dat meestal gelijktijdig. Nogmaals: een tijdige inschakeling van

HydroScope is dus erg belangrijk.’

Wordt er bij Harry Immens voldoende aandacht aan

opleidingen voor installateurs besteed?

‘Bij Harry Immens zijn drie mensen werkzaam die een cursus

legionellabeheersing hebben gevolgd. Zij brengen hun ervaringen

‘Door tijdige inschakeling van HydroScope hadden veel herstelwerkzaamheden voorkomen kunnen worden’

Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en is

niet meer weg te denken uit de installatiewereld

over op de monteurs. Onze monteurs hebben behoefte aan meer

informatie. Zowel over legionellapreventie als over hoe installaties

veilig aan te sluiten. Wellicht kan HydroScope presentaties of work-

shops geven aan monteurs.’

Wat betekent HydroScope voor Harry Immens op het gebied

van legionellapreventie?

‘HydroScope is voor ons een externe adviseur in wie wij een groot

vertrouwen hebben. Bij bepaalde projecten hadden we eerder

om raad moeten vragen, zodat bepaalde herstelwerkzaamheden

voorkomen hadden kunnen worden. We hebben een aantal dingen

moeten veranderen die niet nodig waren.’

Hoe belangrijk is legionellapreventie voor Harry Immens?

‘Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en niet meer

weg te denken uit de installatiewereld. Vooral met het ontwerp

van de installatie wordt gekeken of deze voldoet aan de eisen

die HydroScope hierin stelt. In het ontwerp wordt hier steeds

meer aandacht aan besteedt en we raken hiermee steeds

meer vertrouwd.’

Op welke punten zou HydroScope zich kunnen verbeteren?

‘Een punt waarop HydroScope zich zou kunnen verbeteren, is

communicatie en informatievoorziening. Zoals ik al eerder aangaf,

zouden we graag wat meer willen weten over wet- en regelgeving

en actuele ontwikkelingen. Een ander punt dat HydroScope nog

kan verbeteren, is de naamsbekendheid. Daarom vinden wij een

nieuwsmagazine een goed initiatief!’

M A R I V E R H A G E N V A N H A R R Y I M M E N S E N H A N S V E R H A G E N V A N H Y D R O S C O P E

*bron: www.vrom.nl

Page 6: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

COLOFON

zaal, buitenschoolse opvang en een bibliotheek.

Daarnaast is er ruimte voor sociaal-cultureel werk,

waarin ook diverse cursussen gegeven worden, en

multifunctionele ruimte ‘De Til’, van de gemeente

Korendijk. In het oorspronkelijke woongedeelte is

een hospice ondergebracht, waar terminale patiënten

worden begeleid in hun laatste levensfase. Met legio-

nella hadden we nog weinig te maken gehad, totdat

er problemen kwamen met de installatie

van Dorpzigt. We zijn toen bij Arie Graus van Hydro-

Scope terechtgekomen. Hij heeft enkele monsters

genomen en er werden daadwerkelijk besmettingen

geconstateerd. Vervolgens zijn er veel beheersmaat-

regelen getroffen en we hebben veel aanpassingen

gedaan in de installatie. De besmetting was het

omslagpunt voor ons. Het was de eerste keer dat

we te maken hadden met een prioritaire instelling.

Voor deze periode verhuurden we alleen woningen.

Met een artikel over de zorgplicht en door de besmet-

tingen in Dorpzigt heeft Arie ons wakker geschud.’

Wat typeert de samenwerking met HydroScope?

‘HydroScope is voor ons Arie Graus’, aldus André.

‘Het bedrijf achter hem kennen we niet. Arie maakt

André Gorissen is projectleider Nieuwbouw &

Herstructureringsprojecten bij de afdeling project-

ontwikkeling van Union. Hij is ruim 29 jaar werk-

zaam bij het bedrijf. Zijn collega Peter van Santen is

contractentoezichthouder bij Union. Hij is er ruim 30

jaar werkzaam. Voorheen bekleedde hij de functie

van boekhouder. Union en HydroScope werken nu

ongeveer 2,5 jaar samen. Peter en André vertellen

over hun werk, over de samenwerking met Hydro-

Scope en over legionellapreventie bij Union.

Hoe is de samenwerking met HydroScope tot

stand gekomen?

‘Een aantal jaren geleden kocht Union een monu-

mentale boerderij’, vertelt Peter. ‘Dat was boerderij

Dorpzigt te Zuid-Beijerland. De landbouwschuur van

de boerderij is omgevormd tot een multifunctioneel

centrum met een kleinschalig woonproject met zes

zorgplaatsen en een gezamenlijke woonkamer. Ook

is hier het consultatiebureau van Careyn gevestigd.

Er bevindt zich een kinderdagverblijf, peuterspeel-

André Gorissen is

projectleider Nieuw-

bouw & Herstructure-

ringsprojecten bij de

afdeling projectont-

wikkeling van Union.

Hij is ruim 29 jaar

werkzaam bij het

bedrijf. Zijn collega

Peter van Santen is

contractentoezicht-

houder bij Union.

Hij is er ruim 30 jaar

werkzaam. Voorheen

bekleedde hij de func-

tie van boekhouder.

We willen bij Union zo weinig mogelijk risico lopen. De deskundige adviezen van Arie zijn voor ons dan ook

erg waardevol

We verwachten in dit nieuws-magazine, onder andere, meer te weten te komen over wet- en regelgeving en we zouden die informatie graag naar de

praktijk vertaald zien

6 - H y d r o V i s i e

De samenwerking tussen Union en HydroScope

Union is een woningcorporatie die circa 5.200 woningen, garages en bedrijfspanden verhuurt in de gemeenten Oud-Beijerland, Korendijk

(Nieuw-Beijerland, Zuid-Beijerland, Piershil, Goudswaard) en Cromstrijen (Numansdorp en Klaaswaal). Bij het bedrijf zijn 60 mensen werkzaam. Ongeveer 5 jaar geleden is Union ontstaan uit een fusie van 3 woning-

corporaties: Woonstichting Volksbelang, Woningstichting Cromstrijen en Woningstichting Korendijk.

op een prettige en persoonlijke manier dingen

duidelijk en hij is voor ons het eerste aanspreekpunt.

De betrokkenheid van Arie bij Union is zowel

zakelijk als persoonlijk. We werken samen aan

een gezamenlijk doel.’

Wordt er veel waarde gehecht aan

de adviezen van HydroScope?

‘Jazeker, we willen bij Union zo weinig mogelijk risico

lopen’, zegt Peter. ‘De deskundige adviezen van Arie

zijn voor ons dan ook erg waardevol. We wisten

voorheen weinig van legionella. Zoals al eerder

gezegd, hadden we er weinig mee te maken. Nu

kunnen we in de ontwerpfase al zaken voorkomen,

waar we anders na de oplevering tegenaan zouden

kunnen lopen. Een uurtje in de week zijn we nu on-

geveer kwijt aan beheer. Maar daardoor wordt een

hoop narigheid voorkomen. We staan steeds vaker

stil bij de beleving van de eindgebruiker. Gezondheid

en veiligheid van de gebruikers gaat boven alles.’

Op welke punten zou HydroScope zich nog

kunnen verbeteren?

Peter: ‘We vinden het moeilijk om direct een punt te

noemen, maar wat wij erg belangrijk vinden, is pro-

jectoverdracht. Wanneer een adviseur bijvoorbeeld

voor een lange periode wegvalt, dan vinden wij het

belangrijk dat werk goed overgedragen wordt.’

Wat vinden jullie ervan dat HydroScope een

nieuwsmagazine gaat uitbrengen?

André: ‘Wij waarderen het initiatief. We verwachten

in dit nieuwsmagazine, onder andere, meer te weten

te komen over wet- en regelgeving. En we zouden

die informatie graag naar de praktijk vertaald zien.’

H y d r o V i s i e - 7

W O N I N G B O U W V E R E N I G I N G U N I O N

Page 7: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

COLOFON

zaal, buitenschoolse opvang en een bibliotheek.

Daarnaast is er ruimte voor sociaal-cultureel werk,

waarin ook diverse cursussen gegeven worden, en

multifunctionele ruimte ‘De Til’, van de gemeente

Korendijk. In het oorspronkelijke woongedeelte is

een hospice ondergebracht, waar terminale patiënten

worden begeleid in hun laatste levensfase. Met legio-

nella hadden we nog weinig te maken gehad, totdat

er problemen kwamen met de installatie

van Dorpzigt. We zijn toen bij Arie Graus van Hydro-

Scope terechtgekomen. Hij heeft enkele monsters

genomen en er werden daadwerkelijk besmettingen

geconstateerd. Vervolgens zijn er veel beheersmaat-

regelen getroffen en we hebben veel aanpassingen

gedaan in de installatie. De besmetting was het

omslagpunt voor ons. Het was de eerste keer dat

we te maken hadden met een prioritaire instelling.

Voor deze periode verhuurden we alleen woningen.

Met een artikel over de zorgplicht en door de besmet-

tingen in Dorpzigt heeft Arie ons wakker geschud.’

Wat typeert de samenwerking met HydroScope?

‘HydroScope is voor ons Arie Graus’, aldus André.

‘Het bedrijf achter hem kennen we niet. Arie maakt

André Gorissen is projectleider Nieuwbouw &

Herstructureringsprojecten bij de afdeling project-

ontwikkeling van Union. Hij is ruim 29 jaar werk-

zaam bij het bedrijf. Zijn collega Peter van Santen is

contractentoezichthouder bij Union. Hij is er ruim 30

jaar werkzaam. Voorheen bekleedde hij de functie

van boekhouder. Union en HydroScope werken nu

ongeveer 2,5 jaar samen. Peter en André vertellen

over hun werk, over de samenwerking met Hydro-

Scope en over legionellapreventie bij Union.

Hoe is de samenwerking met HydroScope tot

stand gekomen?

‘Een aantal jaren geleden kocht Union een monu-

mentale boerderij’, vertelt Peter. ‘Dat was boerderij

Dorpzigt te Zuid-Beijerland. De landbouwschuur van

de boerderij is omgevormd tot een multifunctioneel

centrum met een kleinschalig woonproject met zes

zorgplaatsen en een gezamenlijke woonkamer. Ook

is hier het consultatiebureau van Careyn gevestigd.

Er bevindt zich een kinderdagverblijf, peuterspeel-

André Gorissen is

projectleider Nieuw-

bouw & Herstructure-

ringsprojecten bij de

afdeling projectont-

wikkeling van Union.

Hij is ruim 29 jaar

werkzaam bij het

bedrijf. Zijn collega

Peter van Santen is

contractentoezicht-

houder bij Union.

Hij is er ruim 30 jaar

werkzaam. Voorheen

bekleedde hij de func-

tie van boekhouder.

We willen bij Union zo weinig mogelijk risico lopen. De deskundige adviezen van Arie zijn voor ons dan ook

erg waardevol

We verwachten in dit nieuws-magazine, onder andere, meer te weten te komen over wet- en regelgeving en we zouden die informatie graag naar de

praktijk vertaald zien

6 - H y d r o V i s i e

De samenwerking tussen Union en HydroScope

Union is een woningcorporatie die circa 5.200 woningen, garages en bedrijfspanden verhuurt in de gemeenten Oud-Beijerland, Korendijk

(Nieuw-Beijerland, Zuid-Beijerland, Piershil, Goudswaard) en Cromstrijen (Numansdorp en Klaaswaal). Bij het bedrijf zijn 60 mensen werkzaam. Ongeveer 5 jaar geleden is Union ontstaan uit een fusie van 3 woning-

corporaties: Woonstichting Volksbelang, Woningstichting Cromstrijen en Woningstichting Korendijk.

op een prettige en persoonlijke manier dingen

duidelijk en hij is voor ons het eerste aanspreekpunt.

De betrokkenheid van Arie bij Union is zowel

zakelijk als persoonlijk. We werken samen aan

een gezamenlijk doel.’

Wordt er veel waarde gehecht aan

de adviezen van HydroScope?

‘Jazeker, we willen bij Union zo weinig mogelijk risico

lopen’, zegt Peter. ‘De deskundige adviezen van Arie

zijn voor ons dan ook erg waardevol. We wisten

voorheen weinig van legionella. Zoals al eerder

gezegd, hadden we er weinig mee te maken. Nu

kunnen we in de ontwerpfase al zaken voorkomen,

waar we anders na de oplevering tegenaan zouden

kunnen lopen. Een uurtje in de week zijn we nu on-

geveer kwijt aan beheer. Maar daardoor wordt een

hoop narigheid voorkomen. We staan steeds vaker

stil bij de beleving van de eindgebruiker. Gezondheid

en veiligheid van de gebruikers gaat boven alles.’

Op welke punten zou HydroScope zich nog

kunnen verbeteren?

Peter: ‘We vinden het moeilijk om direct een punt te

noemen, maar wat wij erg belangrijk vinden, is pro-

jectoverdracht. Wanneer een adviseur bijvoorbeeld

voor een lange periode wegvalt, dan vinden wij het

belangrijk dat werk goed overgedragen wordt.’

Wat vinden jullie ervan dat HydroScope een

nieuwsmagazine gaat uitbrengen?

André: ‘Wij waarderen het initiatief. We verwachten

in dit nieuwsmagazine, onder andere, meer te weten

te komen over wet- en regelgeving. En we zouden

die informatie graag naar de praktijk vertaald zien.’

H y d r o V i s i e - 7

W O N I N G B O U W V E R E N I G I N G U N I O N

Page 8: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

COLOFON

‘Met de hele watersector hebben we de afgelopen jaren keihard gewerkt’

W I L L S C H E F F E R , L E G I O N E L L A D E S K U N D I G E :dat ik in dienst zat, had ik tijd over. In die tijd heb ik veel

geschreven over mijn vak. Ik heb toen geprobeerd een

artikel te maken en op te sturen naar een vaktijdschrift.

Dit sloeg gelijk aan. Mijn eerste artikel werd op 8 mei

1970 gepubliceerd. Ik heb ongeveer 1.500 artikelen

geschreven.’

U zult volgend jaar met vervroegd pensioen gaan.

Hoe zal uw vertrek worden opgevangen?

‘Er komt een vervanger, maar helaas is deze er nog

niet. Zelf heb ik anderhalf jaar geleden al concrete

plannen voorgelegd over de overname. Ik wilde graag

de nieuwe medewerker een jaar de tijd geven om op

te bouwen, waardoor ik zou kunnen afbouwen. Door

allerlei omstandigheden zijn die plannen uitgesteld.

Als het allemaal meezit, begint de beoogde kandidaat

op 1 december. Als het die persoon gaat worden, heb

ik erg veel vertrouwen in een vloeiende overname.

Het belangrijkste is dat er continuering van mijn taken

kan plaatsvinden.’

Sinds het jaar 2000 is er op het gebied van legionella

veel veranderd. Hoe hebt u dit ervaren?

‘In het voorjaar 1999, toen we werden geconfronteerd

met de grootste legionella-epidemie ter wereld,

verantwoordelijk voor de hele ontwerpafdeling en cal-

culatie. Toen ik 29 was, ben ik directeur geworden van

het bedrijf. In 1995 heb ik de overstap gemaakt naar de

brancheorganisatie. Niet uit onvrede, maar omdat ik het

werken aan de ontwikkeling van het vakgebied ontzet-

tend interessant vond. Met leidinggeven van een bedrijf

ben je vooral bezig met managementtaken en kun je je

minder op je vakgebied concentreren.

Dat vond ik jammer. Vooral door zelfstudie heb ik me

op mijn vakgebied weten te ontwikkelen. In de periode

Will Scheffer is

beleidsmedewerker

bij UNETO-VNI en is

verantwoordelijk voor

de sanitaire techniek.

De sanitaire techniek

kent een drietal

deelgebieden: de

aanvoer van water, de

sanitaire faciliteiten

en de afvoer

van water.

Niemand in de hele water-sector heeft zich ooit gereali-

seerd wat de impact van een dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud

8 - H y d r o V i s i e

Een gesprek met legionelladeskundige Will Scheffer

Kunt u wat vertellen over uw werkzaamheden

bij UNETO-VNI?

‘Als beleidsmedewerker bij UNETO-VNI ben ik ver-

antwoordelijk voor de sanitaire techniek. De sanitaire

techniek kent een drietal deelgebieden: de aanvoer

van water, de sanitaire faciliteiten en de afvoer van

water. Mijn taak als beleidsmedewerker is zorgen dat

de normen, voorschriften en richtlijnen die voor deze

vakgebieden worden gemaakt, zo goed mogelijk

aansluiten bij de beleving van onze leden.’

Bent u hier al lang werkzaam en kunt u wat

vertellen over uw carrière?

‘UNETO-VNI is voortgekomen uit een fusie van

UNETO en VNI in 2002. VNI was de brancheorgani-

satie voor klimaat- en sanitairinstallateurs. UNETO

voor de elektra-installateurs. Ik werk zelf bij VNI

sinds 1995. Als zestienjarige ben ik begonnen in een

loodgietersbedrijf als leerling-tekenaar. Ik kon daar vrij

snel carrière maken. Toen ik 19/20 jaar was, was ik al

kwamen er al snel vragen los bij mensen. Vragen

als: hoe had dit kunnen gebeuren? Ook bij ons als

brancheorganisatie rezen dergelijke vragen. Dat je

je aan bepaalde regels moest houden, was altijd al

wel bekend, maar niemand in de hele watersector

heeft zich ooit gerealiseerd wat de impact van een

dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud.

De toenmalige minister van VROM, Jan Pronk, heeft

toen gezorgd dat er een noodwet kwam. Deze is

later bekend geworden als de Tijdelijke Regeling

Legionellapreventie. Achteraf gezien is het heel knap

geweest hoe alle organisaties binnen de watersector

de krachten hebben gebundeld om te komen tot een

wetgeving en een handleiding voor die wetgeving.

Partijen als VROM, KIWA, de waterleidingbedrijven, het

Ministerie van Volksgezondheid, TNO, UNETO-VNI en

ISSO hebben met elkaar echt keihard gewerkt om zo

snel mogelijk tot invulling te komen van die wetgeving

en de bijhorende handleiding. Tot vandaag is het nog

steeds zo: binnen de watersector weten de partijen

elkaar goed te vinden.’ ‘In 2000 werd de tijdelijke

regeling van kracht’, vervolgt Will na een denkpauze.

‘In die handleiding kwamen een aantal zaken te staan

die voor de installatiesector toch weer nieuw waren.

De grote lijnen waren wel bekend, maar we werden

gedwongen gedetailleerder te gaan kijken. Het hele

begrip van een risicoanalyse maken en beheersplan

opstellen was volkomen nieuw. Het heeft een enorme

impuls gegeven aan het vakgebied. Als installatie-

branche UNETO-VNI hebben we toentertijd de

mogelijkheid gekregen om veel te investeren in

nieuwe kennis. Als je de afgelopen tien jaar bekijkt, is

er op het gebied van kennis veel tot stand gekomen.

Zelfs dit jaar is weer een recordjaar aan nieuwe

publicaties die op het gebied van legionella beschik-

baar komen. Toch is er ook een klein moment van

frustratie opgetreden. Wij dachten dat we veel op

papier hadden staan en dat men die kennis ook wel

tot zich zou nemen, totdat we te maken kregen met

een aantal rapporten van het RIVM. Daar is gekeken

naar de resultaten van de wetgeving en hoe het in

de praktijk gaat met betrekking tot legionellapreventie

en het zorgen voor veilige installaties. Die rapporten

zagen er niet best uit. Uit in 2005 uitgevoerde

controles bleek dat het merendeel van de installaties

niet voldeed. Nou mag je dat zeker niet allemaal

toeschrijven aan de installatiebedrijven. Heel veel

heeft ook te maken met de bestaande installaties die

UNETO-VNI is de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel. Legionelladeskundige Will Scheffer is beleidsmedewerker bij UNETO-VNI. In dit interview vertelt hij over zijn carrière, over zijn werkzaamheden en over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving in de installatiebranche.

H y d r o V i s i e - 9

Page 9: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

COLOFON

‘Met de hele watersector hebben we de afgelopen jaren keihard gewerkt’

W I L L S C H E F F E R , L E G I O N E L L A D E S K U N D I G E :dat ik in dienst zat, had ik tijd over. In die tijd heb ik veel

geschreven over mijn vak. Ik heb toen geprobeerd een

artikel te maken en op te sturen naar een vaktijdschrift.

Dit sloeg gelijk aan. Mijn eerste artikel werd op 8 mei

1970 gepubliceerd. Ik heb ongeveer 1.500 artikelen

geschreven.’

U zult volgend jaar met vervroegd pensioen gaan.

Hoe zal uw vertrek worden opgevangen?

‘Er komt een vervanger, maar helaas is deze er nog

niet. Zelf heb ik anderhalf jaar geleden al concrete

plannen voorgelegd over de overname. Ik wilde graag

de nieuwe medewerker een jaar de tijd geven om op

te bouwen, waardoor ik zou kunnen afbouwen. Door

allerlei omstandigheden zijn die plannen uitgesteld.

Als het allemaal meezit, begint de beoogde kandidaat

op 1 december. Als het die persoon gaat worden, heb

ik erg veel vertrouwen in een vloeiende overname.

Het belangrijkste is dat er continuering van mijn taken

kan plaatsvinden.’

Sinds het jaar 2000 is er op het gebied van legionella

veel veranderd. Hoe hebt u dit ervaren?

‘In het voorjaar 1999, toen we werden geconfronteerd

met de grootste legionella-epidemie ter wereld,

verantwoordelijk voor de hele ontwerpafdeling en cal-

culatie. Toen ik 29 was, ben ik directeur geworden van

het bedrijf. In 1995 heb ik de overstap gemaakt naar de

brancheorganisatie. Niet uit onvrede, maar omdat ik het

werken aan de ontwikkeling van het vakgebied ontzet-

tend interessant vond. Met leidinggeven van een bedrijf

ben je vooral bezig met managementtaken en kun je je

minder op je vakgebied concentreren.

Dat vond ik jammer. Vooral door zelfstudie heb ik me

op mijn vakgebied weten te ontwikkelen. In de periode

Will Scheffer is

beleidsmedewerker

bij UNETO-VNI en is

verantwoordelijk voor

de sanitaire techniek.

De sanitaire techniek

kent een drietal

deelgebieden: de

aanvoer van water, de

sanitaire faciliteiten

en de afvoer

van water.

Niemand in de hele water-sector heeft zich ooit gereali-

seerd wat de impact van een dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud

8 - H y d r o V i s i e

Een gesprek met legionelladeskundige Will Scheffer

Kunt u wat vertellen over uw werkzaamheden

bij UNETO-VNI?

‘Als beleidsmedewerker bij UNETO-VNI ben ik ver-

antwoordelijk voor de sanitaire techniek. De sanitaire

techniek kent een drietal deelgebieden: de aanvoer

van water, de sanitaire faciliteiten en de afvoer van

water. Mijn taak als beleidsmedewerker is zorgen dat

de normen, voorschriften en richtlijnen die voor deze

vakgebieden worden gemaakt, zo goed mogelijk

aansluiten bij de beleving van onze leden.’

Bent u hier al lang werkzaam en kunt u wat

vertellen over uw carrière?

‘UNETO-VNI is voortgekomen uit een fusie van

UNETO en VNI in 2002. VNI was de brancheorgani-

satie voor klimaat- en sanitairinstallateurs. UNETO

voor de elektra-installateurs. Ik werk zelf bij VNI

sinds 1995. Als zestienjarige ben ik begonnen in een

loodgietersbedrijf als leerling-tekenaar. Ik kon daar vrij

snel carrière maken. Toen ik 19/20 jaar was, was ik al

kwamen er al snel vragen los bij mensen. Vragen

als: hoe had dit kunnen gebeuren? Ook bij ons als

brancheorganisatie rezen dergelijke vragen. Dat je

je aan bepaalde regels moest houden, was altijd al

wel bekend, maar niemand in de hele watersector

heeft zich ooit gerealiseerd wat de impact van een

dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud.

De toenmalige minister van VROM, Jan Pronk, heeft

toen gezorgd dat er een noodwet kwam. Deze is

later bekend geworden als de Tijdelijke Regeling

Legionellapreventie. Achteraf gezien is het heel knap

geweest hoe alle organisaties binnen de watersector

de krachten hebben gebundeld om te komen tot een

wetgeving en een handleiding voor die wetgeving.

Partijen als VROM, KIWA, de waterleidingbedrijven, het

Ministerie van Volksgezondheid, TNO, UNETO-VNI en

ISSO hebben met elkaar echt keihard gewerkt om zo

snel mogelijk tot invulling te komen van die wetgeving

en de bijhorende handleiding. Tot vandaag is het nog

steeds zo: binnen de watersector weten de partijen

elkaar goed te vinden.’ ‘In 2000 werd de tijdelijke

regeling van kracht’, vervolgt Will na een denkpauze.

‘In die handleiding kwamen een aantal zaken te staan

die voor de installatiesector toch weer nieuw waren.

De grote lijnen waren wel bekend, maar we werden

gedwongen gedetailleerder te gaan kijken. Het hele

begrip van een risicoanalyse maken en beheersplan

opstellen was volkomen nieuw. Het heeft een enorme

impuls gegeven aan het vakgebied. Als installatie-

branche UNETO-VNI hebben we toentertijd de

mogelijkheid gekregen om veel te investeren in

nieuwe kennis. Als je de afgelopen tien jaar bekijkt, is

er op het gebied van kennis veel tot stand gekomen.

Zelfs dit jaar is weer een recordjaar aan nieuwe

publicaties die op het gebied van legionella beschik-

baar komen. Toch is er ook een klein moment van

frustratie opgetreden. Wij dachten dat we veel op

papier hadden staan en dat men die kennis ook wel

tot zich zou nemen, totdat we te maken kregen met

een aantal rapporten van het RIVM. Daar is gekeken

naar de resultaten van de wetgeving en hoe het in

de praktijk gaat met betrekking tot legionellapreventie

en het zorgen voor veilige installaties. Die rapporten

zagen er niet best uit. Uit in 2005 uitgevoerde

controles bleek dat het merendeel van de installaties

niet voldeed. Nou mag je dat zeker niet allemaal

toeschrijven aan de installatiebedrijven. Heel veel

heeft ook te maken met de bestaande installaties die

UNETO-VNI is de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel. Legionelladeskundige Will Scheffer is beleidsmedewerker bij UNETO-VNI. In dit interview vertelt hij over zijn carrière, over zijn werkzaamheden en over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving in de installatiebranche.

H y d r o V i s i e - 9

Page 10: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

1 0 - H y d r o V i s i e

slecht beheerd worden. Het zijn dus eigenaren van installaties

die daar in eerste instantie op aangesproken moeten worden.

Maar, toegegeven, ook de nieuwe installaties bleken lang niet

altijd in orde te zijn. Dat vonden wij toch erg jammer. Tege-

lijkertijd realiseerden wij ons dat de rapporten, die pas medio

2007 beschikbaar kwamen, om een onderzoek gingen uit

2005. We concludeerden dat we op papier veel hadden bereikt,

maar dat dit blijkbaar nog niet in de praktijk tot uiting was

gekomen. Daarom hebben we een actieplan gemaakt:

het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.’

Het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties?

‘De installatiesector, UNETO-VNI, personenvereniging TVVL en ISSO

werken samen aan een Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.

Ze zijn van start gegaan in augustus 2007. In december 2008 moet

het plan voltooid zijn. Het bestaat uit verschillende activiteiten.

De eerste activiteit was het ontwikkelen van het zogeheten

Kleintje Legionellapreventie: een handzaam boekje voor monteurs.

De kennis bleef vaak in de bovenlagen van de installatiebedrijven

hangen. We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumen-

ten en afspraken kunt hebben, maar 1 klein foutje op de werkvloer

kan alles veranderen. Daarom hebben we ons toegelegd op het

maken van een zakboekje. Het boekje is toegankelijk voor installateur

en monteur. Met fi nanciële hulp van Het Opleidings- en ontwikke-

lingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf is ervoor gezorgd

dat elk erkend installatiebedrijf een Kleintje Legionellapreventie

kreeg. Het is belangrijk dat iedere monteur zo’n zakboekje krijgt.

Ik schat dat er zo’n 15000 exemplaren verkocht zijn.’

Is het succes van ‘Kleintje Legionella’ al merkbaar?

‘We kunnen dat nu nog niet meten. Wat we wel kunnen meten is

hoeveel mensen dit boekje hebben. Het boekje moet echter ook

gelezen worden. Daarom zijn instructiebijeenkomsten ontwikkeld.

Dat zijn landelijke instructiebijeenkomsten waarin Kleintje Legio-

nellapreventie is toegelicht, samen met de relevante Waterwerk-

bladen 1.4G en 3.8, met alle beheers- en onderhoudsaspecten en

de beveiligingstoestellen. Deze instructiebijeenkomsten worden

afgesloten met een soort CITO-toets. De bijeenkomsten lopen goed,

maar kunnen beter. Er zijn tienduizenden monteurs, maar het aantal

deelnemers tot op heden is 600 à 700. Dat vinden we tegenvallen.

In principe zijn de bijeenkomsten voor 1 jaar gepland. Daarna is het

de bedoeling dat ze geëvalueerd worden en dat de eindresultaten

beschikbaar gesteld worden aan reguliere opleidingsinstituten.

De bedoeling is dat er een permanente opleiding komt die installa-

teurs kunnen volgen. Dat is tevens een onderdeel van het actieplan.’

Richt het actieplan zich alleen op monteurs en installateurs?

‘Nee, we hebben ook te maken met adviseurs in legionellapreventie.

Zij hebben ook een opleidingsmogelijkheid. Er zijn drie instituten:

Kenteq, KIWA en de Stichting Wateropleidingen die cursussen geven

voor het uitvoeren van een risicoanalyse, het opstellen van een

beheersplan en het maken van een logboek. Omdat er ontzettend

veel gewijzigd is in wet- en regelgeving zijn deze cursussen gescreend

door onafhankelijke deskundigen. Er bleken bij diverse cursussen

aanpassingen nodig en die zijn inmiddels dan ook doorgevoerd. Wij

ontwikkelen overigens ook een cursus in samenwerking met Stichting

Wateropleiding. Een cursus met examen voor het beheer en onder-

houd van een collectieve leidingwaterinstallatie. Deze is gekoppeld

aan een nieuwe publicatie: ISSO 55.5. Deze moest eerst ontwikkeld

worden. De ontwikkeling is door TVVL en UNETO-VNI gefaciliteerd.

ISSO was er uiteraard ook bij betrokken. De ISSO-publicatie 55.5 is nu

in concept gereed. Eind deze maand hopen we dat de Raad van Bege-

leiding van ISSO kan instemmen met het concept 55.5. Hetzelfde geldt

voor publicatie 55.4 die over alternatieve preventietechnieken gaat. De

ontwikkeling daarvan hebben we parallel laten lopen aan de totstand-

koming van de KIWA Beoordelingsrichtlijnen voor de apparaten van

alternatieve technieken.’

Verder nog activiteiten omtrent het actieplan?

‘De laatste activiteit waar nog heel hard aan gewerkt wordt, is een IS-

SO-SBR publicatie. SBR is het kennisinstituut voor de bouwsector. ISSO

heeft van ons de opdracht gekregen om samen met SBR integrale

oplossingen op papier te zetten zodat ongewenste opwarming van

drinkwater voorkomen wordt. Integraal, daarmee bedoelen we: vanuit

de bouwkundige kant, vanuit de verwarmingstechniek én vanuit de

waterleidingtechniek. Want wij kunnen dat probleem alleen onmogelijk

oplossen. Dat kunnen alleen alle betrokkenen samen. Slechts dan zijn

we in staat om installaties te realiseren waarin ongewenste opwar-

ming niet of slechts beperkt zal voorkomen. Hieraan wordt momenteel

nog heel hard gewerkt. Zo hebben we een pakket van allemaal nieuwe

publicaties. Dat moet dan allemaal dit jaar klaar zijn, want het actiepro-

gramma loopt december 2008 af.’

Bent u tevreden over het verloop van het actieplan tot dusver?

‘Over de resultaten ben ik erg tevreden. Er is keihard gewerkt en ook

ISSO verdient een compliment. Ook TVVL, de mensen in werkgroepen,

diverse rapporteurs, hebben jaarrond keihard gewerkt. Ik ben over het

totale resultaat heel enthousiast. Het belangrijkst is dat we over een

paar jaar kunnen zeggen: het is allemaal onder controle; legionella is

beheersbaar. We zien gelukkig het aantal meldingen in de registratie

van legionella teruglopen. Ik kan en ik mag helemaal niet zeggen dat

dit door onze inspanningen komt, maar ongeacht de

oorzaak: het aantal legionella-uitbraken loopt terug.

Dat is goed nieuws. Een ramp als in 1999 mag niet

nogmaals gebeuren. Legionella is iets dat altijd dreigt

en daar moet op gehamerd worden.’

Wat vindt u van onafhankelijke adviesbureaus als

HydroScope?

‘Zolang adviesbureaus zich alleen op het terrein

bevinden om te adviseren, kan er nog wel eens een

heel goede samenwerking tot stand komen. Ik besef

dat er installatiebedrijven zijn die moeite hadden al

die processen en ontwikkelingen te volgen én dat zij

de nodige steun konden krijgen bij de adviesbureaus.

In eerste instantie ben ik wat argwanend geweest

tegenover adviesbureaus. Later hebben we gezegd:

we pakken het anders aan. Nu ben ik van mening dat

adviesbureaus en installatiebedrijven elkaar tot steun

zijn. En die wederzijdse steun is hard nodig, vanwege

de terugtrekkende beweging van het waterleidingbe-

drijf, die zo’n twintig jaar geleden werd ingezet.

Een beweging, overigens, die ik altijd heb betreurd.

Ik ben altijd een voorstander geweest van de contro-

lerende taak van de waterleidingbedrijven. Ik ben dan

ook blij dat in het Waterleidingbesluit de controletaak

van de waterleidingbedrijven is opgenomen.’

Wat is het hoogtepunt in uw carrière geweest, terug-

kijkend op al die jaren?

‘Er zijn meerdere hoogtepunten waar ik trots op ben.

Ik heb een aantal mooie prijzen mogen ontvangen.

Mijn eerste, mooie prijs was de gouden TVVL-penning

in 1999. Deze prijs wordt eens in de vijf jaar uitgereikt

aan iemand die zich op een bijzondere manier heeft

onderscheiden op het gebied van wetenschap en tech-

niek binnen de installatiesector. Ook heb ik de Legio-

nella Award ontvangen. Deze is tot op heden nog maar

twee keer uitgereikt. Ik heb deze in december 2006

mogen ontvangen. Heel bijzonder aan deze prijs is dat

deze wordt uitgereikt door de Stichting Veteranenziek-

te, dus door de slachtoffers zelf. Ruim een jaar geleden

werd ik nogmaals verrast. Toen kreeg ik de BJ Max-prijs,

een jaarlijkse prijs die een stichting ter bevordering

van wetenschap en techniek uitreikt aan iemand uit de

installatiesector. Die prijzen zijn erg bijzonder voor mij.

Ze zijn blijken van waardering voor je werk.’

We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumenten

en afspraken kunt hebben, maar één klein foutje op de werkvloer

kan alles veranderen

H y d r o V i s i e - 1 1

Page 11: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

1 0 - H y d r o V i s i e

slecht beheerd worden. Het zijn dus eigenaren van installaties

die daar in eerste instantie op aangesproken moeten worden.

Maar, toegegeven, ook de nieuwe installaties bleken lang niet

altijd in orde te zijn. Dat vonden wij toch erg jammer. Tege-

lijkertijd realiseerden wij ons dat de rapporten, die pas medio

2007 beschikbaar kwamen, om een onderzoek gingen uit

2005. We concludeerden dat we op papier veel hadden bereikt,

maar dat dit blijkbaar nog niet in de praktijk tot uiting was

gekomen. Daarom hebben we een actieplan gemaakt:

het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.’

Het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties?

‘De installatiesector, UNETO-VNI, personenvereniging TVVL en ISSO

werken samen aan een Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.

Ze zijn van start gegaan in augustus 2007. In december 2008 moet

het plan voltooid zijn. Het bestaat uit verschillende activiteiten.

De eerste activiteit was het ontwikkelen van het zogeheten

Kleintje Legionellapreventie: een handzaam boekje voor monteurs.

De kennis bleef vaak in de bovenlagen van de installatiebedrijven

hangen. We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumen-

ten en afspraken kunt hebben, maar 1 klein foutje op de werkvloer

kan alles veranderen. Daarom hebben we ons toegelegd op het

maken van een zakboekje. Het boekje is toegankelijk voor installateur

en monteur. Met fi nanciële hulp van Het Opleidings- en ontwikke-

lingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf is ervoor gezorgd

dat elk erkend installatiebedrijf een Kleintje Legionellapreventie

kreeg. Het is belangrijk dat iedere monteur zo’n zakboekje krijgt.

Ik schat dat er zo’n 15000 exemplaren verkocht zijn.’

Is het succes van ‘Kleintje Legionella’ al merkbaar?

‘We kunnen dat nu nog niet meten. Wat we wel kunnen meten is

hoeveel mensen dit boekje hebben. Het boekje moet echter ook

gelezen worden. Daarom zijn instructiebijeenkomsten ontwikkeld.

Dat zijn landelijke instructiebijeenkomsten waarin Kleintje Legio-

nellapreventie is toegelicht, samen met de relevante Waterwerk-

bladen 1.4G en 3.8, met alle beheers- en onderhoudsaspecten en

de beveiligingstoestellen. Deze instructiebijeenkomsten worden

afgesloten met een soort CITO-toets. De bijeenkomsten lopen goed,

maar kunnen beter. Er zijn tienduizenden monteurs, maar het aantal

deelnemers tot op heden is 600 à 700. Dat vinden we tegenvallen.

In principe zijn de bijeenkomsten voor 1 jaar gepland. Daarna is het

de bedoeling dat ze geëvalueerd worden en dat de eindresultaten

beschikbaar gesteld worden aan reguliere opleidingsinstituten.

De bedoeling is dat er een permanente opleiding komt die installa-

teurs kunnen volgen. Dat is tevens een onderdeel van het actieplan.’

Richt het actieplan zich alleen op monteurs en installateurs?

‘Nee, we hebben ook te maken met adviseurs in legionellapreventie.

Zij hebben ook een opleidingsmogelijkheid. Er zijn drie instituten:

Kenteq, KIWA en de Stichting Wateropleidingen die cursussen geven

voor het uitvoeren van een risicoanalyse, het opstellen van een

beheersplan en het maken van een logboek. Omdat er ontzettend

veel gewijzigd is in wet- en regelgeving zijn deze cursussen gescreend

door onafhankelijke deskundigen. Er bleken bij diverse cursussen

aanpassingen nodig en die zijn inmiddels dan ook doorgevoerd. Wij

ontwikkelen overigens ook een cursus in samenwerking met Stichting

Wateropleiding. Een cursus met examen voor het beheer en onder-

houd van een collectieve leidingwaterinstallatie. Deze is gekoppeld

aan een nieuwe publicatie: ISSO 55.5. Deze moest eerst ontwikkeld

worden. De ontwikkeling is door TVVL en UNETO-VNI gefaciliteerd.

ISSO was er uiteraard ook bij betrokken. De ISSO-publicatie 55.5 is nu

in concept gereed. Eind deze maand hopen we dat de Raad van Bege-

leiding van ISSO kan instemmen met het concept 55.5. Hetzelfde geldt

voor publicatie 55.4 die over alternatieve preventietechnieken gaat. De

ontwikkeling daarvan hebben we parallel laten lopen aan de totstand-

koming van de KIWA Beoordelingsrichtlijnen voor de apparaten van

alternatieve technieken.’

Verder nog activiteiten omtrent het actieplan?

‘De laatste activiteit waar nog heel hard aan gewerkt wordt, is een IS-

SO-SBR publicatie. SBR is het kennisinstituut voor de bouwsector. ISSO

heeft van ons de opdracht gekregen om samen met SBR integrale

oplossingen op papier te zetten zodat ongewenste opwarming van

drinkwater voorkomen wordt. Integraal, daarmee bedoelen we: vanuit

de bouwkundige kant, vanuit de verwarmingstechniek én vanuit de

waterleidingtechniek. Want wij kunnen dat probleem alleen onmogelijk

oplossen. Dat kunnen alleen alle betrokkenen samen. Slechts dan zijn

we in staat om installaties te realiseren waarin ongewenste opwar-

ming niet of slechts beperkt zal voorkomen. Hieraan wordt momenteel

nog heel hard gewerkt. Zo hebben we een pakket van allemaal nieuwe

publicaties. Dat moet dan allemaal dit jaar klaar zijn, want het actiepro-

gramma loopt december 2008 af.’

Bent u tevreden over het verloop van het actieplan tot dusver?

‘Over de resultaten ben ik erg tevreden. Er is keihard gewerkt en ook

ISSO verdient een compliment. Ook TVVL, de mensen in werkgroepen,

diverse rapporteurs, hebben jaarrond keihard gewerkt. Ik ben over het

totale resultaat heel enthousiast. Het belangrijkst is dat we over een

paar jaar kunnen zeggen: het is allemaal onder controle; legionella is

beheersbaar. We zien gelukkig het aantal meldingen in de registratie

van legionella teruglopen. Ik kan en ik mag helemaal niet zeggen dat

dit door onze inspanningen komt, maar ongeacht de

oorzaak: het aantal legionella-uitbraken loopt terug.

Dat is goed nieuws. Een ramp als in 1999 mag niet

nogmaals gebeuren. Legionella is iets dat altijd dreigt

en daar moet op gehamerd worden.’

Wat vindt u van onafhankelijke adviesbureaus als

HydroScope?

‘Zolang adviesbureaus zich alleen op het terrein

bevinden om te adviseren, kan er nog wel eens een

heel goede samenwerking tot stand komen. Ik besef

dat er installatiebedrijven zijn die moeite hadden al

die processen en ontwikkelingen te volgen én dat zij

de nodige steun konden krijgen bij de adviesbureaus.

In eerste instantie ben ik wat argwanend geweest

tegenover adviesbureaus. Later hebben we gezegd:

we pakken het anders aan. Nu ben ik van mening dat

adviesbureaus en installatiebedrijven elkaar tot steun

zijn. En die wederzijdse steun is hard nodig, vanwege

de terugtrekkende beweging van het waterleidingbe-

drijf, die zo’n twintig jaar geleden werd ingezet.

Een beweging, overigens, die ik altijd heb betreurd.

Ik ben altijd een voorstander geweest van de contro-

lerende taak van de waterleidingbedrijven. Ik ben dan

ook blij dat in het Waterleidingbesluit de controletaak

van de waterleidingbedrijven is opgenomen.’

Wat is het hoogtepunt in uw carrière geweest, terug-

kijkend op al die jaren?

‘Er zijn meerdere hoogtepunten waar ik trots op ben.

Ik heb een aantal mooie prijzen mogen ontvangen.

Mijn eerste, mooie prijs was de gouden TVVL-penning

in 1999. Deze prijs wordt eens in de vijf jaar uitgereikt

aan iemand die zich op een bijzondere manier heeft

onderscheiden op het gebied van wetenschap en tech-

niek binnen de installatiesector. Ook heb ik de Legio-

nella Award ontvangen. Deze is tot op heden nog maar

twee keer uitgereikt. Ik heb deze in december 2006

mogen ontvangen. Heel bijzonder aan deze prijs is dat

deze wordt uitgereikt door de Stichting Veteranenziek-

te, dus door de slachtoffers zelf. Ruim een jaar geleden

werd ik nogmaals verrast. Toen kreeg ik de BJ Max-prijs,

een jaarlijkse prijs die een stichting ter bevordering

van wetenschap en techniek uitreikt aan iemand uit de

installatiesector. Die prijzen zijn erg bijzonder voor mij.

Ze zijn blijken van waardering voor je werk.’

We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumenten

en afspraken kunt hebben, maar één klein foutje op de werkvloer

kan alles veranderen

H y d r o V i s i e - 1 1

Page 12: HydroVisie Nummer 1 / Jaargang 1 /  Najaar 2008

8 - H y d r o V i s i e

COLOFONHydroVisie verschijnt 2x per jaar.

Wilt u reageren? U kunt uw reactie sturen naar: HydroScope, Postbus 3238, 4800 DE BredaOf mail naar: [email protected]

Redactie: Sylvia Bennaars, Henk Peelen, Arie Graus, Kevin Kanters, Joyce Michielsen

Nummer: Nummer 1, oktober 2008Oplage: 1500 stuks

Fotografi e: Arie GrausOntwerp: Scheepens reclame adviseursDrukwerk: Lecturis Grafi groep

HYDROSCOPEHydroScope maakt voor bedrijven en instellingen de totale waterhuishouding beheersbaar. Waterkwaliteit,- veiligheid en kostenbesparing zijn dan ook de basiselementen van ons advies. Als onafhankelijke en betrouwbare partner staan wij persoonlijk voor u klaar.

HYDROSCOPE BVMinervum 7181, 4817 ZN BredaPostbus 3238, 4800 DE BredaTelefoon: + 31 (0) 76-572 77 87Fax: +31 )0)76-572 77 77Internet: www.hydroscope.nle-mail: [email protected]