Handleiding Leren in de Praktijk

voor deelnemers

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 1

Inhoudsopgave:

1: Leren bij het CITAVERDE College. 1.1 CITAVERDE College; Groen onderwijs voor MBO, VMBO en volwassenen

1.1.1. Wat biedt CITAVERDE college? 1.1.2. Hoe is CITAVERDE College georganiseerd?1.1.3. Waar zijn we te vinden?1.1.4. Wie moet je waarvoor hebben ?

1.2 Wat is Competentiegericht onderwijs (CGO)1.2.1. CGO; onderwijs in de praktijk.1.2.2. Doelstelling Leren in de praktijk.

1.3 Wettelijke Regels1.3.1. De onderwijstijd1.3.2. Het Bedrijf

1.4 Het examen.1.4.1.De examenverantwoording.

2: Leren in de praktijk.2.1 Wat mag jij verwachten?

2.1.1 Het leerproces2.1.2 De begeleiding2.1.3 De beoordeling2.1.4 Het niveau

2.2 Wat mag het leerbedrijf van jou verwachten?2.2.1 Het Leerbedrijf en de Match.2.2.2 Het leerbedrijf en het leerproces.2.2.3 Het leerbedrijf en de begeleiding.2.2.4 Het leerbedrijf en beoordeling. 2.2.5 Het leerbedrijf en verdere afspraken.2.2.6 Afspraken met jou

3: Vastleggen van gegevens3.1 De praktijkovereenkomst (pok)3.2 Formulieren

4: Financiën, verzekering en andere informatie4.1 Financiële stimulans (bij BBL) 4.2 Verzekering4.2 Legitimatieplicht4.3 Tips en tools

5: Formulieren5.1 Sollicitatie / leerdoelenformulier leerbedrijf5.2 Aanvraagformulier Praktijkovereenkomst (APOK)5.3 Registratieformulier werk en tijd5.4 Afwezigheidformulier5.5 Mutatieformulier BPVbedrijf5.6 Begeleidingsformulier5.7 Evaluatieformulier5.8 Wijzigingsformulier officiële BPVdagen

6: Verzekeringen, een nadere toelichting6.1 Bedrijfsaansprakelijkheid, bedrijfsvereniging, belastingdienst en algemene aansprakelijkheid6.2 De stageverzekering

In de navolgende teksten is voor de aanduiding van en verwijzing naar personen, enkel om de leesbaarheid te verhogen, alleen de mannelijke vorm gebruikt.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 2

Hoofdstuk 1: Leren bij CITAVERDE College.

1.1 CITAVERDE College: groen onderwijs voor VMBO, MBO en volwassenen

CITAVERDE College is een onderwijsinstelling voor VMBO en MBO en bestaat uit zes verschillende locaties door heel Limburg. Leerlingen met interesse in de groene sector vinden bij het CITAVERDE College een passende opleiding. Het CITAVERDE College heeft oog voor de mogelijkheden en kansen van leerlingen. Door de juiste begeleiding en flexibiliteit brengt het CITAVERDE College leerlingen naar een zo goed mogelijk studieresultaat. Daarbij werkt het CITAVERDE College veel samen met regionale partners in onderwijs, maatschappelijke organisaties, overheden en de beroepspraktijk.

Bij CITAVERDE staat de persoonlijke groei van alle deelnemers centraal!“CITAVERDE College, beleef je eigen groei”

Kwaliteit staat voorop!Door onze passie en interesse voor de groene sector, kan het CITAVERDE College kwaliteit bieden. Dat kunnen we niet alleen bereiken, daar hebben we ook jouw inzet voor nodig. Op die manier bieden we kwaliteit en bereiken we een goed studieresultaat. Met de betrokkenheid van leerkrachten en jij als deelnemer wordt een goed studieresultaat gevormd.Ook in de arbeidsmarkt of in het vervolgonderwijs zorgt dit voor een succesvolle ontwikkeling.

Ambitieus?Zeker! Maar om een zo goed mogelijk studieresultaat te bereiken kan dat alleen als iedere betrokkene bij het leertraject zich daar maximaal voor inzet. Ook wij werken daar aan en daarop zijn wij aanspreekbaar, maar wij rekenen ook op jou bijdrage. Hierdoor kun jij als deelnemer van het CITAVERDE College, succesvol worden als mens en succesvol worden op de arbeidsmarkt of in het vervolgonderwijs.

“CITAVERDE College”:

• Is ‘the green place to be’• Ontwikkelt zich continu• Biedt kwaliteit• Behandelt iedereen als individu• Voelt veilig en vertrouwd en daagt je tegelijkertijd uit• Leert je samen te werken

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 3

1.1.1 Wat biedt CITAVERDE College?

CITAVERDE College biedt naast VMBO opleidingen, ook MBO opleidingen aan. Deze opleidingen zijn ondergebracht in de volgende werelden:

Wereld: Opleidingen:

Surprising Nature Watermanagement, Bos- en Natuurbeheer, Tuin, Park & Landschap, Sport, Recreatie & Toerisme

Animal Friends Dierverzorging, Dierenartsassistent, Paardenhouderij, Paardensport

Good Food Veehouderij

Mighty Machines Loonwerk

Dynamic Design Bloem & Design, Interieur- & Vormgeving

Big Business Greenport Logistics, Greenport Retail,Greenport Production.

Natural Health Maatschappelijke Zorg Natuur & Welzijn

Per wereld worden opleidingen aangeboden op verschillende niveaus: Niveau 1: assistent medewerker Niveau 2: medewerker Niveau 3: gespecialiseerd medewerker. Niveau 4: middenkader functionaris, specialist of ondernemer.

Benamingen kunnen per werelden verschillen. Een specialist kan bij de een op niveau 3 en de ander op niveau 4 voorkomen. De juiste benaming per wereld en het aanbod per locatie, vindt je op www.citaverde.nl/opleidingsgids.

1.1.2 Hoe is het CITAVERDE College georganiseerd?

Het CITAVERDE College verzorgt dagonderwijs voor leerlingen op 5 verschillende locaties door heel Limburg (Roermond, Heerlen, Horst, Nederweert en Maastricht). Daarnaast is er een afdeling Bedrijfsopleidingen. Bedrijfsopleidingen is het onderdeel van CITAVERDE College dat zich richt op onderwijs voor volwassenen in het kader van ‘een leven lang leren’. CITAVERDE College Bedrijfsopleidingen verzorgt cursussen en opleidingen op MBO niveau.

Meer informatie op www.citaverde.nl /organisatie.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 4

1.1.3 Waar zijn we te vinden?

Op de volgende adressen zijn we bereikbaar:

CITAVERDE College Heerlen:Heldevierlaan 126415 SB HeerlenT 045 - 570 08 88F 045 - 570 08 89E heerlen@citaverde.nl

CITAVERDE College Maastricht:Geusseltweg 45c6225 XS MaastrichtT 043 - 3629060F 043 - 3629061E maastricht@citaverde.nl

CITAVERDE College Roermond:Jagerstraat 66042 KA RoermondT 0475 - 346 346F 0475 - 346 300E roermond@citaverde.nl

Postbus 10506040 KB Roermond

CITAVERDE College Nederweert:Pastoor van der Steenstraat 56031 EB NederweertT 0495 - 632 130F 0495 - 633 919E nederweert@citaverde.nl

Postbus 27096030 AA Nederweert

CITAVERDE College Horst:Spoorweg 85963 NJ HorstT 077 - 3981620F 077 - 3986345E horst@citaverde.nl

Postbus 62145960 AE Horst

Bedrijfsopleidingen:Louis Eijssenweg 56049 CD Herten-RoermondT 0475 - 389 190F 0475 - 389 199E cursus@citaverde.nl

Postbus 5696040 AN Roermond

1.1.4 Wie moet je waarvoor hebben?

Als er zaken zijn, waarover je wil praten met de school, is de praktijkdocent of coach uw eerste aanspreekpunt. Bijvoorbeeld over je werkzaamheden op je stage-plaats of opleiding. Als de BPVdocent geen antwoord kan geven op je vraag, zal hij de vraag intern doorspelen naar de persoon die er wel over gaat. Vaak zal dit de coördinator van de afdeling zijn.

Locatie: Coördinator praktijkleren: E-mailadres:

Roermond Dhr. P. Wolters p.wolters@citaverde.nl

Heerlen Dhr. B. Frins h.frins@citaverde.nl

Horst Dhr. M. Tacken m.tacken@citaverde.nl

Maastricht Mevr. C. Beunen c.beunen@citaverde.nl

Herten-Roermond Dhr. T. Boumans t.boumans@citaverde.nl

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 5

1.2 Wat is Competentiegericht onderwijs (CGO)?

Competentie Gericht Onderwijs (CGO) is een onderwijsmethode waarbij het groeien in en hetcombineren van vaardigheden en kennis centraal staan. Dit betekent dat jij als startende beroepsbeoefenaar bepaalde vaardigheden, kennis en gedrag in huis moet hebben om te voldoen aan specifieke competenties. Als je kunt aantonen dat je over de vereiste vaardigheden en kennis beschikt, dan ontvangt je een diploma.

Het uitgangspunt is, dat je over voldoende vakkennis beschikt, de vakvaardigheden beheerst en de juiste beroepshouding hebt. Je bent dan competent.

Onderwijskundig heeft het CITAVERDE College de volgende uitgangspunten geformuleerd:

Jij staat centraal. Jij ontwikkelt je talenten. Jij leert ondernemend. Competentiegericht leren vindt plaats in echte situaties. Leren en werken gebeurt samen met anderen. De leer- en werkomgeving is functioneel, inspirerend en veilig.

Vernieuwend in het CGO leren is, dat het leren niet beperkt blijft tot de school.Het is juist de uitdaging, dat jij als deelnemer veel meer gaat leren in de reële beroepssituatie, dus op de bedrijven. Nog meer dan in het verleden, is het de bedoeling om het leerproces op school aan het bedrijf te koppelen. Je ziet en ervaart vanuit de praktijk van het beroep welke competenties belangrijk zijn te beheersen.

1.2.1 CGO; onderwijs in de praktijk.

Uitgangspunt in het CGO onderwijs is jij centraal staat. Jij weet of bedenkt, wat jej wil gaan worden. jij onderzoekt in de praktijk, wat je daarvoor nodig hebt. Op basis daarvan ontwikkel je leervragen en ga je hiermee aan de slag.In dit proces wordt je bijgestaan door een coach.

Om zo goed mogelijk bij jouw belevingswereld aan te sluiten is het bedrijf bij jou in de buurt een optimaal leerinstrument. Het aanbod van bedrijven verschilt per regio. De inhoud (wat je dient te leren) van de opleidingen bij CITAVERDE is echter voor alle locaties hetzelfde. De vorm van het onderwijs hangt af van de mogelijkheden op de bedrijven in de regio (hoe je leert).

De hoofdlijn is de volgende:Je krijgt je diploma op basis van examens: de zogenaamde Proeve van Bekwaamheden. (PvB)Deze bestaan uit vaardigheden die je moet beheersen om het beroep te kunnen uitoefenen. Jij moet laten zien dat jij dit kunt. (competenties). Het opleidingstraject bestaat dus uit het leren en het laten zien van deze beroepshandelingen. Daarnaast moet je ook als burger kunnen functioneren. Daarvoor zijn, naast algemeen vormende vakken, ook lessen ontwikkeld in het kader van leren, loopbaan en burgerschap.

Er zijn dus 3 leerlijnen: Kennis opdoen op school via een schoolplan, waarin lesstof, toetsen, etc zitten. Kennis- en vaardigheden opdoen via een praktijkleerplan, waarin geleerd en geoefend wordt

op de bedrijven. Kennis- en vaardigheden opdoen via oefensituaties, opdrachten en werkervaringleren, waarin

de link tussen theorie en praktijk wordt gelegd.

Jouw ontwikkelingen worden vastgelegd in een portfolio.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 6

1.2.2 Doelstelling Leren in de praktijk.

Deelnemers van het MBO zijn vaak heel gericht op hun toekomstig beroep. Werken op de werkvloer motiveert enorm. Vandaar dat we je maximaal in de praktijk willen laten leren.

Voor het leren in de praktijk zijn de volgende doelen geformuleerd: Zo veel mogelijk kennis maken met je toekomstige beroep en werksituatie. Aanleren van beroepsvaardigheden in de echte beroepssituatie. Het belang zien en ervaren van de te leren competenties. De samenhang van de competenties zien in de beroepspraktijk. Oefenen van competenties, die de deelnemer in de Proeve van Bekwaamheid moet laten

zien. Het leren van de nieuwste (bedrijfs)kennis van het beroep. Ervaringen opdoen in het beroep.

1.3 Wettelijke regels

Met de volgende regels moeten we rekening houden. Deze regels zijn wettelijk vastgelegd.

1.3.1 De onderwijstijd

CITAVERDE moet jou minimaal 850 uur begeleide onderwijstijd (incl BPV) aanbieden. Onder begeleide onderwijstijd vallen o.a. de volgende werkvormen:

theorielessen theorie- of bedrijfsopdrachten begeleide excursies BPV (beroepspraktijkvorming), PV (praktijkvorming) en Praktijkleren

De schoolorganisatie moet deze lestijd verantwoorden aan de onderwijsinspectie.

Hiervoor zijn een aantal formulieren ontwikkeld, waarop tijd en aanwezigheid van de leerling moeten worden ingevuld. Zie “formulieren’.

1.3.2 Het bedrijf

Je kunt alleen BPV doen op een erkend leerbedrijf ! Deze erkenning wordt afgegeven door een kennisinstelling, zoals Aequor of Kennis Centrum Handel. Daarnaast begeleiden deze kennisinstellingen BPV bedrijven bij het ontwikkelen van competenties, die nodig zijn om in het kader van CGO leren, deelnemers optimaal te kunnen begeleiden.Voor meer informatie, zie o.a. www.aequor.nl , www.stagemarkt.nl

1.4 Het examen

Bij het onderdeel competentiegericht onderwijs is al gesproken over de Proeve van Bekwaamheid. Dit is een nieuw exameninstrument om de competentie van jou te kunnen meten.

De systematiek van leren en examineren is het beste te vergelijken met het behalen van het rijbewijs. Je volgt autorijlessen en samen met de rijinstructeur bepaal je wanneer je voldoende competent bent om het examen te mogen afleggen.

Iedere opleiding van het MBO heeft een opleidingsplan. Hierin staat wat je moet kennen, kunnen en willen. Je behaalt in de loop van de tijd alle onderdelen van dit opleidingsplan. Indien deze voldoende zijn, mag je op voor de Proeve van Bekwaamheid.

Een Proeve van Bekwaamheid (PvB) is een examen, dat door de onderwijsinspectie op kwaliteit en niveau wordt gecontroleerd. Dit examen wordt uitgevoerd in de echte beroepssituatie.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 7

De Proeve bestaat uit een situatieschets, waarin alle beroepshandelingen en beroepskennis beschreven zijn. Op basis daarvan zijn examenopdrachten ontwikkeld. Die moet jij gedurende een bepaalde tijd uitvoeren. De beoordeling vindt plaats op basis van een observatie en een reflectiegesprek; dus het hoe en het waarom. Op dit moment is het zo, dat de beoordeling gedaan wordt door een tweetal assessoren ( beoordelaars) vanuit het onderwijs of bedrijfsleven. Meer informatie www.kwalificatieprofielen.nl en www.degroenestandaard.nl

1.4.1 De examenverantwoording.

De manier van examinering is vastgelegd in de OER (Onderwijs en examenregeling). Hierin is vastgelegd hoe examens en examenprocessen worden beoordeeld.

Iedere school heeft een examenbureau, die de examinering coördineert.

Examenbureau Roermond

Examenbureau Horst

Examenbureau Maastricht

Examenbureau Heerlen

Dhr G. Peters Mevr B. Geurts Mevr. C. Beunen Dhr H. Gorissen

g.peters@citaverde.nl b.geurts@citaverde.nl c.beunen@citaverde.nl h.gorissen@citaverde.nl

Als er vragen of problemen zijn betreffende het examen of Proeve van Bekwaamheid, dan kun je contact opnemen met je coach en in tweede instantie met het examenbureau.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 8

Hoofdstuk 2: Leren in de praktijk.

“Leren in de praktijk” vormt 40-60% van de opleiding. Het doel is je kennis te laten maken met de praktijk en vakvaardigheden ter ontwikkeling van het toekomstige beroep.

In de opleiding zijn er verschillende vormen van leren in de praktijk:

BPV: Beroepspraktijkvorming ( ook wel stage genoemd) is een vorm van leren in de praktijk bij een voor de opleiding Aequor erkend leerbedrijf. Werken en leren aan de hand van opdrachten die individueel of in groepsverband worden uitgevoerd. Hiervoor wordt een praktijkovereenkomst (POK) gesloten met het leerbedrijf. Dit kan in de vorm van:

o Dagstage: gedurende het schooljaar één of twee dagen per week.o Blokstage: een aaneengesloten periode van zes tot tien weken

PV: Praktijkvorming is stage of een project op een niet voor de opleiding erkend leerbedrijf. Werken en leren gaat de deelnemer doen aan de hand van opdrachten die individueel of in groepsverband worden uitgevoerd. Bij PV als aanvullende stage wordt ook een praktijkovereenkomst (POK) afgesloten met het leerbedrijf.

Praktijkleren: dit zijn o.a. trainingen en workshops door bedrijven of deskundigen, excursies enz.

Het Stagebureau, de BPV-coördinator en/ of coach ondersteunt bij het zoeken naar een geschikt leerbedrijf.

Belangrijk is dat: De verwachtingen van elkaar helder zijn. De resultaten worden benoemd. Spelregels worden afgesproken. De beoordeling helder is.

Hieronder worden deze onderdelen kort besproken.

2.1 Wat mag jij verwachten?

2.1.1 Het leerproces.

Jij zult straks in de Proeve van Bekwaamheid je competenties laten zien. Deze moet je dus kunnen ontwikkelen. Daarvoor is het belangrijk dat duidelijk is wat je moet kennen en kunnen en waarmee je aan de slag moet. Dat vereist een helder leerplan en heldere opdrachten, die passen bij het niveau en de plaats in het opleidingstraject.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 9

2.1.2 De begeleiding.

Je hebt in het leerproces begeleiding nodig om vorm en inhoud te geven aan het leerproces. Op school is dit je coach; op het bedrijf is dit de praktijkopleider. Coaching is er op gericht om je goed voor te bereiden op opdrachten. Wat moet je doen, hoe moet je het doen, wat moet het exacte resultaat zijn en wat moet de kwaliteit van de uitvoering zijn? Daarom is het erg belangrijk, dat er uit gegaan wordt van jou als persoon en je competenties Jij mag verwachten dat jouw begeleiders aansluiten bij de aanwezige competenties en van daaruit helpen bij het ontwikkelen van nieuwe competenties.

2.1.3 De beoordeling.

Je hebt recht op een goede en faire beoordeling van competenties. Enerzijds zal dit een beoordeling zijn op de inhoud. Anderzijds is dit een beoordeling op de houding. Dit proces van beoordelen is nog volop in ontwikkeling is. De ene keer zal dit de vertrouwde handelingenlijst, begeleidingslijst of een evaluatieformulier zijn en een andere keer zal gevraagd worden om de ontwikkeling in beeld te brengen.

2.1.4 Het niveau.

Er is een model ontwikkeld, wat aangeeft wat de relatie is tussen inhoud van de competentie en niveau van de opleiding. Deze moet de komende jaren nog vertaald worden naar praktische beoordelingslijsten.

Niveau 1 , assistent medewerker- werkt altijd onder begeleiding - gaat handvaardigheden leren en oefenen - gaat leren omgaan met apparatuur en materialen. - gaat in praktijk brengen van wat hij op school heeft geleerd

Niveau 2, basisberoepsopleiding medewerker- werkt altijd onder begeleiding - gaat handvaardigheden leren en oefenen - gaat leren omgaan met apparatuur en materialen. - gaat in praktijk brengen van wat hij op school heeft geleerd- er moet een terugkoppeling van praktijkervaringen met de theorielessen op school zijn

Niveau 3, gespecialiseerd medewerker- Inzicht krijgen in en vaardigheden opdoen op praktisch, bedrijfseconomisch en organisatorisch

gebied. - leert zelfstandig en met verantwoording werkopdrachten uit te voeren. - leert vergelijkingen maken met diverse bedrijfssituaties. - gaat Toetsen aan de praktijk van hetgeen in de theorieperioden op school geleerd is. - wordt geconfronteerd met de problemen van de praktijk.

Niveau 4, middenkaderopleiding , specialist, ondernemer - gaat leren functioneren binnen organisaties. - gaat kennis nemen van de wijze waarop een bedrijf of instelling is georganiseerd en waarop deze

functioneert. - gaat opdrachten uitvoeren en onderzoeken over thema's waarmee het praktijkbedrijf zich

bezighoudt. - gaat de werking van het bedrijf of de instelling en de problemen die zich daarin voordoen. kritisch

analyseren- gaat aanleren verantwoordelijkheid te dragen.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 10

2.2 Wat mag het bedrijf van jou verwachten?

2.2.1. Het leerbedrijf en de Match.

Om praktijkleren optimaal te laten verlopen heeft de Overheid bepaald dat de BPV alleen mag plaatsvinden op bedrijven in de sector die passen bij de opleiding. Er moet een zgn. “match” zijn tussen crebonummer van de opleiding en de accreditatie van het bedrijf door Aequor. Alle relevante werkprocessen van een bepaalde opleiding moeten op het bedrijf kunnen worden uitgevoerd. Bijv. voor een niveau 4 opleiding moet het bedrijf ook op niveau 4 zijn geaccrediteerd.

2.2.2 Het leerbedrijf en het leerproces.

Het is belangrijk dat het leerbedrijf exact weet wat je wil leren op zijn bedrijf. Je kunt dit aangeven in een sollicitatie- en leerdoelenformulier (zie ‘formulieren’). Belangrijk is ook dat op de eerste dag van de BPV de leerdoelen en leeropdrachten op papier staan en besproken worden met de praktijkopleider. De deelnemer en het schoolteam zal hier voor zorg moeten dragen.

2.2.3 Het leerbedrijf en de begeleiding.

Het leerbedrijf mag helderheid van CITAVERDE eisen over het leertraject. Van een kennisinstelling(Aequor) mag het bedrijf ondersteuning verwachten in het coachproces.

2.2.4 Het leerbedrijf en beoordeling.

Het bedrijf mag van de school verwachten, dat er formulieren beschikbaar zijn om een beoordeling te kunnen geven over het leerproces. Daarnaast moet de school zorgen voor een goede uitleg over het invullen van deze formulieren.

2.2.5 Het leerbedrijf en verdere afspraken.

Werktijden:Een werkdag voor CITAVERDE studenten is gemiddeld 8 uur excl. reistijd naar standplaats en pauzes. De werkweek is 40 uur. In overleg kan op zaterdag, zondag, koopavond en vakantie kan de deelnemer stage inhalen en/of stage lopen maar dit mag géén verplichting zijn.

Minimale rusttijden: rusttijd tussen opeenvolgende arbeidsdagen min. 12 uur in elk geval tussen 22.00 - 6.00 uur of 23.00 - 7.00 uur

Maximale arbeidstijd: per dag 9 uur  per week 45 uur  per 4 weken 160 uur, gemiddeld 40 uur per week

Pauze en verlof bij meer dan 4,5 uur werken, een ½ uur aan een gesloten pauze bij meer dan 8 uur werken 45 minuten pauze, waarvan een half uur aan een gesloten Zondagsarbeid 4 zondagen in het jaar. Zondag werken is zaterdag vrij Verlof geldt voor de reguliere schoolvakantie

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 11

Kijk voor meer informatie over werktijden, CAO’s en werkafspraken op de volgende websites: http://www.abvakabofnv.nl/advies/vraag-en-antwoord/67/

http://www.jip.org/lan/docs/werken_omstandigheden.html

http://www.leren.nl/rubriek/loopbaan/vakantiewerk_en_bijbaantjes/

Kostenvergoeding:De school vraagt geen Stagevergoeding voor de deelnemers. Stageverleners zijn niet verplicht de deelnemer een vergoeding te betalen. Het leerproces staat centraal.

Reisvergoeding:De Stageverlener is niet verplicht een reiskostenvergoeding te betalen.

Maatregelen ter voorkoming van ziekteoverdracht.(Bij sommige bedrijven)Je krijgt het advies om de nodige voorzichtigheid te betrachten bij het optreden van ziekten en plagen (wisselen van kleding, gebruik maken van de douche, en dergelijke). Het (onbewust) besmetten van bedrijven onderling blijft dan tot een minimum beperkt.

2.2.6 afspraken met jou

Wat te doen bij ziekte?Het is verstandig om af te spreken met de praktijkbegeleider wat je moet doen bij ziekte. Je moet weten welke nummers gebeld moeten worden, wanneer je moet bellen en hoe ver van te voren gebeld moet worden. Bij sommige banen moet er vroeg van te voren gebeld worden, omdat vervanging moeilijk te regelen is. Denk hierbij aan werk waar men alleen staat. Het kan voorkomen dat je vaak ziek bent geweest tijdens de stage en daardoor stageuren mist. Deze moet je alsnog inhalen. Indien nodig dient de stage verlengd te worden.

Welke (werk)kleding draagt de deelnemer ?Dat is voor iedere beroepsrichting verschillend maar in het algemeen willen de praktijkopleiders schone nette (vak)kleding, maar geen petje, hoofddoek, zonnebril, naveltruitje, uitgesproken kledingstijl, minirok, heel lage heupbroek, korte broek, zichtbare tatoeage of piercing.

GeheimhoudingDe stagebegeleider kan afspraken maken over wat wel en niet in de openbaarheid mag worden gebracht. Bijv het uitdragen van informatie mbt foto’s kan besproken worden.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 12

Hoofdstuk 3: Vastleggen van gegevens

3.1 De praktijkovereenkomst (POK)

De praktijkovereenkomst van de stage is een schriftelijke overeenkomst tussen bedrijf, student en het CITAVERDE College.Hierin worden afspraken vastgelegd die belangrijk zijn in verband met de stage en de opleiding.

Voor de start van de stage-periode wordt jou en het leerbedrijf een gegevensformulier (APOK) ingevuld en door jou ingeleverd bij het stagebureau. Hiermee geeft je te kennen dat je contact hebt opgenomen met het bedrijf en afspraken over de stage zijn gemaakt.De Praktijkovereenkomst (POK) voor de beroepsopleidende leerweg (BOL) dient vóór de eerste stage-dag op het stagebureau aanwezig te zijn en ondertekend door alle partijen.Jij bent verantwoordelijk voor het retourneren van de ondertekende Praktijkovereenkomst .De school zal deze overeenkomst ondertekenen en daarna ontvangt ieder een kopie.Voor de beroepsopleidende leerweg (BOL) dient voor elke stage-periode een nieuwePOK gemaakt te worden.

Voor de BBL geldt dat de POK wordt gekoppeld aan de duur van de opleiding en aan het aantal arbeidsuren volgens de arbeidsovereenkomst.Ieder bedrijf heeft hiermee aanspraak op de WVA (Wet Vermindering Afdracht) of afdrachtvermindering onderwijs.Kijk hiervoor op www.belastingdienst.nl (zakelijk/loonheffingen/afdrachtvermindering onderwijs)

3.2 Formulieren

Gedurende de stage-periode zal je meerdere keren formulieren moeten invullen of laten ondertekenen. Het is jou taak en die van de praktijkopleider deze zo volledig en snel mogelijk te verwerken zodat een goede registratie en verantwoording van de stage gewaarborgd kan worden.

Een opsomming van de belangrijkste documenten: Sollicitatieformulier / leerdoelenformulier Aanvraagformulier Praktijkovereenkomst (APOK) Praktijkovereenkomst (POK) Registratieformulieren van tijd en werkzaamheden Wijzigingsformulier officiële BPV-dagen Mutatieformulier BPVbedrijf Evaluatieformulieren

Deze kunt u ook digitaal vinden op de website van CITAVERDE: www.citaverde.nl/bpv

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 13

Hoofdstuk 4: Financiën, verzekering en andere informatie

4.1 Financiële stimulans (bij BBL)

De overheid stimuleert de deelname aan de beroepsbegeleidende leerweg, voorheen de leerlingstelselopleidingen, door middel van een tegemoetkoming in de loonkosten. Deze tegemoetkoming wordt gegeven in de vorm van een vermindering van de fiscale afdracht loonheffing. De vermindering kan oplopen tot є 2500.- op jaarbasis, afhankelijk van de omvang van de arbeidsovereenkomst en de leeftijd van de student. Zie; belastingdienst - BBL en opleiding

De wet WVA geldt niet alleen in de BBL constructie, maar is ook mogelijk bij stages van dagschoolleerlingen op niveau 1 en 2. Zie; belastingdienst MBO niveau 1 en 2

4.2 Verzekering

De deelnemer voert opdrachten en werkzaamheden uit bij het leerbedrijf. Hierdoor kan het zijn dat hij of zij (per ongeluk) iets kapot maakt. Bij BPV is er volgens de Nederlandse Rechtsregels sprake van een ‘werkgever/ werknemer-relatie’ en zal de deelnemer op grond van die regels niet aansprakelijk zijn voor schade die bij uitvoering van de opdrachten en werkzaamheden worden toegebracht aan het bedrijf van de praktijkopleider. Als er sprake is van opzet, geldt deze regel uiteraard niet.

Het CITAVERDE College heeft een aanvullende verzekering afgesloten, waarop de gevolgen van fouten van de deelnemer in bepaalde gevallen verzekerd zijn. Per incident zal beoordeeld worden of de schade voor vergoeding in aanmerking komt. Alleen schade aan materiaal van de BPV-verlener valt onder de BPV-verzekering. Dus schade aan materiaal van bijvoorbeeld een samenwerkende collega wordt niet vergoed.

Er zal echter altijd eerst een beroep worden gedaan op de verzekering van het bedrijf.!!!

De verzekeringsmaatschappij zal zich strikt houden aan de BPV-overeenkomst. In het algemeen zal CITAVERDE College de kosten van het eigen risico voor rekening nemen. Wanneer zich problemen voordoen, moet de deelnemer zich zo snel mogelijk de vestigingsadministratie op de hoogte stellen. SCHADES ALTIJD MELDEN!!!.

Voor beroepspraktijkvorming buiten Nederland geldt de schoolverzekering niet volledig. Het advies is om als deelnemer zelf een individuele verzekering af te sluiten. Met name schade aan en veroorzaakt door motorvoertuigen is niet verzekerd. Het is aan te raden dat de praktijkopleider de deelnemer aanmeldt bij het UWV in verband met de geldigheid van diverse sociale verzekeringen, zonder betaling van premie.

Hieronder worden een aantal preventiepunten genoemd voor de praktijkopleider diekunnen bijdragen tot een verbetering van het schadeverloop.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 14

Preventiepunten voor de praktijkopleider: Alleen deelnemers in het bezit van een trekkerrijbewijs de trekkers laten besturen. Een trekkerrijbewijs garandeert niet dat de deelnemer voldoende ervaring heeft in het

besturen en omgaan met trekkers. Begeleiding blijft noodzakelijk!! Een duidelijke instructie en begeleiding bij de deelnemers voor nieuwe werkzaamheden blijft

noodzakelijk. Sommige deelnemers zijn nogal positief over hun eigen kunnen, terwijl dit in de praktijk soms

erg tegenvalt. Probeer dit als BPV- begeleider vast te stellen door met de deelnemers over de werkzaamheden te praten en/of kleine opdrachten en/of oefeningen te geven.

Geef vooral duidelijke instructies en wijs op de risico’s. Stel door controlevragen vast of de deelnemer de instructies heeft begrepen. De voor u

meest logische werkzaamheden zijn voor de deelnemer soms volslagen onbekend. Schat van tevoren de risico’s in en vermijd dat de deelnemer werkzaamheden moet doen die

te riskant zijn. Houd rekening met de leeftijd en het opleidingsniveau en ervaring van de deelnemer.

4.3 Legitimatieplicht

Per 1 juni 1994 dient een werkgever in zijn administratie een kopie van een legitimatiebewijs te hebben van een werknemer en/of stagiair. Deze moet de eerste werkdag aanwezig zijn op je leerbedrijf.

4.4 Tips en tools

Een BBL-leerling heeft geen verlof in de schoolvakantie; een BOL-leerling wel. Voor BBL gelden de verlofdagen volgens de CAO Inhaaldagen (BOL) kunnen ook in de schoolvakanties worden afgesproken In de blokstage kunnen er terugkomdagen op de onderwijslocatie zijn.

Bij de aanmelding leerbedrijf.

er mag in principe niet meer dan één deelnemer van hetzelfde leerjaar gelijktijdig stage lopen op hetzelfde bedrijf.

in de opeenvolging van leerbedrijven wordt gestreefd naar variatie. het leerbedrijf moet ‘passen’ bij de competenties en handelingen van het niveau van de

opleiding. er moet een match zijn met niveau opleiding en leerbedrijf! Let op de reisafstand. de eigen voorkeur van de deelnemer. Een leerbedrijf kan worden toegewezen.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 15

Hoofdstuk 5: Formulieren.

Alle benodigde formulieren kunt u downloaden op de website van CITAVERDE:

www.citaverde.nl/mbo/bpv(stage)/formulieren

Hoofdstuk 6: Verzekeringen, een nadere toelichting.

Met ingang van 1 september 2010 zijn alle verzekeringen ondergebracht bij Assurantieadviseur Rabobank Maashorst die als tussenpersoon voor de portefeuille van CITAVERDE College fungeert.

Over hoe om te gaan met schades is er een handboek schadeprocedure beschikbaar op het portal van de website www.citaverde.nl . De locaties kunnen deze raadplegen. Voor inhoudelijke vragen kunt u contact opnemen met de medewerkers van het Bestuursbureau, Ellis Lubberhuizen en Nicole Golsteijn-Cnoops, telefoonnummer 0475-389160.

De volgende verzekeringen zijn voor CITAVERDE College van kracht:1. Onderwijstotaalpolis2. Brandpolis onderwijsinstellingen3. Bedrijvencompactpolis4. Landmaterieelpolis, inclusief dekking voor afname trekkerrijbewijs5. Werkgeversaansprakelijkheid verkeersdeelnemers6. ASR vervoermiddelen

De voor BPV relevante onderdelen lichten we hieronder nader toe:

6.1 Bedrijfsaansprakelijkheid, bedrijfsvereniging, belastingdienst en algemene aansprakelijkheid

BedrijfsaansprakelijkheidElk bedrijf heeft al een aansprakelijkheidsverzekering voor zijn werknemers.Het is van groot belang dat u in de polis van uw aansprakelijkheidsverzekering bedrijven nakijkt of hierin ook de aansprakelijkheid v.w.b. de vrijwilligers en stagiaires is opgenomen

Deelnemers van het MBO, die in het kader van hun lesprogramma gedurende een periodeberoepspraktijk volgen op een BPV-bedrijf , vallen onder de werknemersverzekeringen inrelatie tot de ARBO en werktijden.

Aanmelding bij de bedrijfsverenigingHet is ook van het grootste belang, dat u contact opneemt met uw bedrijfsvereniging om de stagiaire aan te melden en te informeren naar de gang van zaken betreft stagiaires. Dit is namelijk bij elke bedrijfsvereniging anders geregeld!

BelastingdienstAls bedrijf dient u ook te denken aan de Eerste Dagsmelding ( EDM ) naar de belastingdienst (zie http://www.belastingdienst.nl/zakelijk/eerstedagsmelding als dit voor U van toepassing is )

Algemene aansprakelijkheidsverzekering en BPV/Stage.CITAVERDE College heeft voor de leerlingen/deelnemers, vrijwilligers en medewerkers een onderwijstotaalpolis afgesloten.

6.2 De stageverzekering

Verzekerd is de aansprakelijkheid van de instelling voor door derden (waaronder de stage biedende organisatie) te lijden schade in verband met stagewerkzaamheden van leerlingen. Schade aan eigendommen van de stage biedende organisatie is meeverzekerd tot € 45.379,00 per gebeurtenis. De

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 16

maximale aansprakelijkheid bedraagt € 1.134.451,00 per gebeurtenis. Er is een € 500,00 eigen risico voor de instelling van kracht.

De verzekering is ook voor buitenlandstages geldig met uitzondering van de Verenigde Staten en Canada. Buitenlandstages moeten apart opgegeven worden. Voor stages in het buitenland dient in eventuele stageovereenkomst steeds opgenomen te worden dat bij geschillen het Nederlands recht van toepassing is.

Stagedekking voor motorrijtuigenDeze verzekering biedt tot maximaal € 11.345,00 per stage, na een eigen risico van € 68,00 per gebeurtenis, tevens dekking voor de aansprakelijkheid van de stagiair(e) voor schade aan motorrijtuigen welke toebehoren aan of om welke reden dan ook onder beheer zijn van de stagebiedende organisatie, mits de schade is toegebracht door de stagiair(e) en verband houdt met de stagewerkzaamheden.

Voor wat betreft gekentekende motorrijtuigen is de dekking uitsluitend van kracht indien de schade het gevolg is van het gebruiken en/of besturen van dit motorrijtuig in het bedrijf of op het terrein van de stagebiedende organisatie. Het gebruiken en/of besturen van een motorrijtuig op de openbare weg is niet meeverzekerd.

Inzake gekentekende motorrijtuigen is de dekking uitsluitend van kracht indien als gevolg van een schade - door de stagiair(e) toegebracht - verlies van no-claim korting op de premie van de garagepolis van de stagebiedende organisatie optreedt. De no-claim korting wordt over maximaal één jaar vergoed en uitsluitend voor zover dit verlies aan de stagiair(e) kan worden toegerekend.

Inzake ongekentekende motorrijtuigen biedt deze verzekering - tot maximaal € 453.781,00 per gebeurtenis - dekking voor de aansprakelijkheid van stagiaires voor schade veroorzaakt door of met trekkers of zelf rijdend landbouwmaterieel met aangekoppelde aanhangwagens of werktuigen of door ander niet gekentekend werkmaterieel, mits de schade is toegebracht door de stagiair(e) en verband houdt met de stagewerkzaamheden.

Handleiding Leren in de Praktijk voor deelnemers | december 2011 17