Groep 1_NAT_Les 1 Schutkleur

4
Les 1 Natuuronderwijs (schutkleur) Groep 1/2 Benodigdheden: - Kleurplaten - Kleurpotloden Begrippen: - Schutkleur Introductie: Ik vertel de kinderen dat we het gaan hebben over schutkleuren en vraag wat ze hier al van weten. De kinderen hebben in de klas al een bak staan met wandelende takken, deze pak ik erbij en laat de kinderen goed zoeken of ze misschien een wandelende tak zien. Kern: Daarna laat ik een paar foto’s zien van dieren in hun omgeving die verstopt zitten en dus een schutkleur hebben. Ik laat de kinderen zien hoe ze uit 1 kleurpotlood verschillende tinten kunnen halen (harder of zachter drukken). Vervolgens gaan de kinderen aan een tafel zitten en krijgen de opdracht mee om een dier uit te kiezen (bruine beer in het bos, groene sprinkhaan in het gras, kikker in de sloot, vlinder in het bos). De kinderen tekenen een van deze opdrachten uit en gaan aan de slag met maar 1 kleurpotlood. Hoe zorgen ze ervoor dat het verschil te zien is tussen het dier en zijn omgeving? Waar nodig bied ik hulp. Afsluiting: In de kring laten de kinderen elkaars werk zien en een paar kinderen mogen er iets over vertellen, hoe zijn ze te werk gegaan, wat vonden ze moeilijk. Vooruit blik naar de volgende les waarin de kinderen gaan leren waarom sommige dieren of planten juist felle kleuren hebben.

description

Een les aan de kleuters over schutkleuren.

Transcript of Groep 1_NAT_Les 1 Schutkleur

Page 1: Groep 1_NAT_Les 1 Schutkleur

Les 1 Natuuronderwijs (schutkleur) Groep 1/2

Benodigdheden:- Kleurplaten- Kleurpotloden

Begrippen:- Schutkleur

Introductie:Ik vertel de kinderen dat we het gaan hebben over schutkleuren en vraag wat ze hier al van weten. De kinderen hebben in de klas al een bak staan met wandelende takken, deze pak ik erbij en laat de kinderen goed zoeken of ze misschien een wandelende tak zien.

Kern:Daarna laat ik een paar foto’s zien van dieren in hun omgeving die verstopt zitten en dus een schutkleur hebben. Ik laat de kinderen zien hoe ze uit 1 kleurpotlood verschillende tinten kunnen halen (harder of zachter drukken). Vervolgens gaan de kinderen aan een tafel zitten en krijgen de opdracht mee om een dier uit te kiezen (bruine beer in het bos, groene sprinkhaan in het gras, kikker in de sloot, vlinder in het bos). De kinderen tekenen een van deze opdrachten uit en gaan aan de slag met maar 1 kleurpotlood. Hoe zorgen ze ervoor dat het verschil te zien is tussen het dier en zijn omgeving? Waar nodig bied ik hulp.

Afsluiting:In de kring laten de kinderen elkaars werk zien en een paar kinderen mogen er iets over vertellen, hoe zijn ze te werk gegaan, wat vonden ze moeilijk.Vooruit blik naar de volgende les waarin de kinderen gaan leren waarom sommige dieren of planten juist felle kleuren hebben.

Page 2: Groep 1_NAT_Les 1 Schutkleur
Page 3: Groep 1_NAT_Les 1 Schutkleur
Page 4: Groep 1_NAT_Les 1 Schutkleur