K 0 1\ki 1\K IJ K

OUDHEIDKUNDIG

GENOOTSCHAP E

AMSTERDAM.

JAARVERSLAG IN IlL

TWAALFDE ALGEMEENE VERGADERING

OP MAANDAG 23 APRIL 1870,

UITGEBRACHT DOOR DEN VOORZITTER.

GEDRUKT BIJ GEBROEDERS BINGER TE AMSTERDAM.

KONINKLIJK

tthOihvaiNA entufgrOi

TE AMSTERDAM,

JAARVERSLAGIN DE TWAALFDE ALGEMEENE VERGADERING

OP MAANDAG 25 APRIL 1870, UITGEBRACHT DOOR

DEN yOORZITTET

MIJNE HEEREN !

Het was een zware last, die nu een jaar geleden door mijnen

hooggeachten voorganger op de schouders van Uw Bestuur werd

gelegd, Coen hij zeide : »de man van het woord neemt zijn afscheid,

de man van de daad trede op" — want nu, bij het uitbrengen

van het Jaarlijksch Verslag, moet rekenschap worden afgelegd van

hetgeen gedaan is, en voor zoover gij niet geregeld onze bijeen-

komsten hebt bijgewoond, zult gij uit deze mededeelingen moeten

heoordeelen, in hoever onze daden bet Koninklijk Oudheidkundig

Genootschap nader hebben gebragt tot de verwezenlijking van het

jaren lang gekoesterde doel.

Pat zoo herhaalde malen besproken doel, – het bezit van een

eigen Museum-gebouw, — heeft ons dit jaar bijna uitsluitend

bezig gehouden , wij hielden het steeds voor oogen, en het scheen

ons door de omstandigheden, die gedurig wisselden, dan eens weer

dan eens minder bereikbaar; dan eens koesterden wij de hoop het

4

zoozeer gewenschte gebouw in 1870 te kunnen betrekken en de

Verzamelingen van het Genootschap er naar eisch in te kunnen

rangschikken, — en kort daarop, gelijk eene fata morgana verdween

dat liefelijk beeld van voor ons gezicht, en de werkelijkheid kwam

wederom als gewoonlijk ontmoedigend te voorschijn met hinder-

palen en bezwaren.

Intusschen was de toezegging der aanzienlijke bijdrage van 10 mille

een sterke drijfveer, om alle krachten in te spannen, ten einde de

voorwaarde te vervullen waarvan zij afhankelijk was. — Zoo als ik

de eer had U in de Algemeene Vergadering van Februarij 1.1. mede

te deelen, had het Bestuur reeds in den zomer van 1869 eenige

warme vrienden van Geschiedenis en Kunst aangesproken en van

hen aanzienlijke geldelijke toezeggingen ontvangen, en vond daarop

vrijheid bij circulaire de medewerking in te roepen der Leden van

het Genootschap, die zeker het eerste en grootste belang bij de

zaak hadden -- en niet vruchteloos werd om die medewerking

verzocht, want onbekrompen waren vele inteekeningen, en toen

was het dan ook, dat wij ons met de spoedige volledige oplossing

van het Museum-vraagstuk durfden vleijen. Voornamelijk was dit

het geval, toen Bestuurderen van Teylers-Stichting met hun deel-

nemend schrijven de aanzienlijke som van f 2000,— toezeiden.

Vol moed wendden wij ons teen tot onze stad- en landgenooten,

tot het groote publiek, dat evenzeer gebaat ml zijn door het ver-

rijzen van het lang gewenschte Museum, waar het kosteloos zoo-

veel tot onderzoek op gebied van geschiedenis en kunst moet kun-

nen zien en vergelijken, — en in deze oproeping werden wij, wat

zal ik zeggen, — teleurgesteld of niet ? — Het staat niet aan mij hier

de persoonlijke meening der verschillende leden van het Bestuur

terug te geven, — het bleek, of dat de verwachting te hoog ge-

spannen was geweest, of dat de maatregelen niet doeltreffend

waren gekozen. De gevorderde som van 30 mille werd tot op 31

Januarij 1.1. (den terme fatal) niet bijeengebragt, en dus was de

5

bijdrage van 10 mille voor het oogenblik vervallen. — Maar Mijne

Heeren, zoo de verkregen som niet voldoende was, toch was zij

vrij aanzienlijk, en ik meen hier in naam van het Genootschap

den opregten dank te mogen uitspreken aan alle inteekenaren die

door hunne milde toezeggingen een totaal bijeenbragten van

± J 17.000.— Zoo daarmede niet terstond kan gehandeld warden,

het is toch een eerste stap, een begin van uitvoering dat waarlijk

bemoedigend is.

Vergeten wij niet Mijne Heeren, dat ons Land, weleer bij uitne-

mendheid het Land van kollekties en verzamelingen, als te voor-

zien was, de gewone gevolgen van alle excessen heeft ondervonden,

de voorouders hadden liefhebberij in schilderijen, in papieren kunst,

in penningen en munten , — ook wel in hoorns en schelpen, in

tulpenbollen, en.... in rariteiten en zeldzaamheden, maar tegen

het laatst der vorige eeuw was het keerpunt daar, en de naneef

belachte de liefhebberijen van vroeger dagen, beschouwde ze als

ouderwetsch, en zoo kwam het daartoe dat niemand er meer van

hooren wilde, — en gebeurde het in de eerste helft dezer eeuw

dat iemand van andere meening was, en in zijne woning voor-

werpen bijeenbragt die niet spik splinter nieuw en blinkend waren,

hitj werd met een schouderophalen bejegend, bespot en voor een

onbruikbaar mensch uitgekreten. Wel begint nu daarin eenige

verandering te komen, maar het is er nog ver van of dat hier te

lande algemeen het nut erkend wordt van Musea gelijk aan die

welke tegenwoordig de meeste steden van eenig belang in het

buitenland bezitten. — En nu juist bij die minder algemeene er-

kenning van dat nut, is de verkregen som van f 17.000.— een

verblijdend verschijnsel. — Ook door U Mijne Heeren is zoo ge-

oordeeld toen ge in Uwe Buitengewone Algemeene Vergadering

van Februarij besloten hebt die som te ontvangen, en eene Kom-

missie benoemd hebt om die te beheeren en te trachten te ver-

meerderen. Die kommissie bestaat nu uit het Bestuur en de volgende

6

Heeren die uit de hoogste inschrijvers gekozen werden, de Heeren

C. P. VAN EEGHEN, Dr. J. P. Six, Dr. HACKE VAN MIJNDEN, P. L.

DUBOURCQ en later C. BECKER hebben welwillend dezen lastpost op

op zich genomen en daardoor het Genootschap ten zeersten aan

zich verpligt. Terwijl Uw Bestuur jaarlijks verandert, blijven deze

Heeren leden dier kommissie tot dat het Museum daar is, en zoo-

doende blijft eenheid van rigting vereenigd met gedeeltelijke ver-

nieuwing van krachten aan haar verzekerd. — Wij hebben alle

vertrouwen dat dank zij de vereenigde pogingen al dezer mannen

die een warm hart hebben voor de zaak waaraan zij zich hebben

aangesloten, het tijdvak van handelen is ingetreden. De roeping

en taak dezer Kommissie is niet enkel het beheer der in te komen

Belden, maar ook het nemen van voorbereidende maatregelen, het

onderzoeken van planners om ten spoedigste een uitvoerbaar voor-

stel aan Uwe Vergadering aan te bieden. Reeds heeft zij hare

werkzaamheden met voortvarenden ijver aangevangen, en ook uit

haar naam blijf ik deze zaak aan U aller ondersteuning en me-

dewerking aanbevelen ; ook hier kan alleen door vereende krachten

verkregen worden, hetgeen voor anderen te zwaar bleek, en het is

niet slechts materieele hulp waaraan behoefte is, — deze is zeker

een eerste en onontbeerlijk vereischte, maar er bestaat evenzeer

behoefte aan morele ondersteuning, om algemeen de overtuiging

te doen vestigen dat een goed ingerigt Museum van groot nut is

voor volksontwikkeling en beschaving.

Eene goede gelegenheid om veel te zien en te vergelijken op het

gebied van nijverheid ontbreekt hier te lande ten eenemale, en

niet al onze landgenooten kunnen de schatten van het Louvre of

van Kensington gaan opzoeken wanneer zij zulks voor hunne studien

zoudon wenschen te doen. -- Wel zouden zij naar Amsterdam

kunnen overkomen wanneer daar eene Inrigting bestond, waar

kosteloos te zien was al wat nog in ons Land belangrijks is over-

gebleven, en dit zeker met belangstelling beschouwen en verge-

7

lijken met de afgietsels, photografien of teekeningen van gelijk-

soortige voorwerpen die zich op andere plaatsen bevinden, en die

wij voornemens zijn er aan toe to voegen.

Ik behoef hies niet te spreken van Iletgeen in 1869 door Uw

Bestuur gedaan wend in deze zaak, al de onderhandelingen, afge-

legde bezoeken op te sommen, -- melding te maken van de vele

plannen die onderzocht werden, of der percelen die gezien en op-

genomen zijn in de hoop U een aanneembaar voorstel te kunnen

doen voor het daarstellen van het Museum, — ik geloof hiervan

verontschuldigd te zijn, daar de meeste dezer bemoeijingen en

teleurstellingen aan de leden die geregeld onze Vergaderingen bij-

woonden bekend zijn, terwijl wij onze Buitenleden bij het lezen

van dit Verslag slechts behoeven te wit.jzen op de bemoedigende

waarschijnlijkheid van het Museum in een niet te ver verwijderd

verschiet te zien verrijzen, en op de opgewekte sympatie, gebleken

uit de circa 250 inteekenaren. Vergun mij voor ik van dit onderwerp

afstap, nog met een woord te gewagen van een blijk van belang-

stelling door het Genootschap in het vorig jaar ontvangen, hetwelk

vroeger betoonde sympathie bevestigt, en bemoedigend voor de

toekomst is. Door ons geacht medelid Prof. MoLL, opmerkzaam

gemaakt op het bestaan eener uitmuntende Kamerbetimmering van

de 16de eeuw, die in een huis te Dordrecht op het punt stond van

te worden afgebroken, besloot onze ijverige vriend v. D. KELLEN

er terstond heen te gaan, ten einde met zijn bekenden wensch om

al het schoone wat van den »Ouden tijd" te behouden is, zoo mo-

gelijk dit ook pier te doen. Hij getroostte zich de reis naar Dor-

drecht in een allerongunstigst jaargetijde, — en de betimmering

overtrof zijne verwachting, zij was prachtig, en ware een aanwinst

voor het Museum geweest op zijne aanbeveling trachtte het Bestuur

onder zijne Loden de gevraagde som voor aankoop bijeen te brengen,

maar kon niet terstond genoegzame gelden daartoe verzamelen,

8

Coen wendde zich Uw onvermoeide Conservator direct tot den

Minister, en ontving van Zijne Excellentie een gunstig antwoord,

met autorisatie tot aankoop voor Rijks rekening, — terstond werd

naar Dordrecht getelegrafeerd, maar de eigenaar had intusschen

zijne kamer verkocht, en al bleef dit merkwaardig overblijfsel van

vroeger ten minste nog in het land, het was voor ons Museum

verloren, — maar wij hadden toch van den Minister een bewijs

outvangen der ingenomenheid met ons streven, hetwelk door ons

op hoogen prijs wordt gesteld, en een waarborg is dat de mede-

werking der Regering zoo noodig, ons later niet zal ontbreken.

Zoo ik dus bemoedigend mag wijzen op de aanvankelijk verkre-

gen uitkomsten gedurende het verloopen jaar, mag ik aan den

anderen kant de schaduwzijde niet bedekken. ; — wij hebben krach-

tiger leven waargenomen wat het handelen betreft, — maar be-

speurden wel eenige kwijning in onze veertiendaagsche bijeen-

komsten, sedert de man des woords afgetreden is en wij vele

geachte medeleden minder trouw zagen opkomen.

Wel is waar ging geen onzer bijeenkomsten voorbij of belang-

rijke taken werden er besproken, — zeer schoone voortbrengselen

van vroeger en later kunst werden ter tafel gebragt, zoodat zij.

die tegenwoordig waren geweest, steeds konden getuigen iets

nieuws te hebben geleerd, en hunne kennis te hebben vermeer-

derd, — maar wel is het te bejammeren dat over het algemeen

slechts zoo weinigen onzer genoten hebben van de wezenlijke

kunstschatten die ter bezichtiging werden gesteld, en dat die ge-

achte medeleden, die zich de moeite en opoffering getroostten van

het leveren eener bijdrage, meestal slechts een klein getal hoor-

ders hadden. Aan dit kleine getal geprivilegieerden zal ik hier

niet herinneren hoe genoeglijk, gezellig en leerzaam die avonden

geweest zijn, maar het zij mij vergund met eeit paar woorden te

zeggen aan aen die verhinderd waren op te komen, wat zij gemist

hebben. Voor de bijzonderheden omtrent de wijze waarop ieder

9

onzer bijeenkomsten werd doorgebragt, verwijs ik naar het kort

résumé dat U bij dit Verslag wordt toegezonden, maar dankbaar

mag ik hier Loch herdenken hoe aq ngenaam wij onder het kundige

geleide onzer vrienden KAISER en FRANKEN nailer bekend werken

met de werken van A. PURER, EGIDIUS SADLER, LUKAS KILLIAN,

CLAUDE MELLAN, ROBERT NANTEUIL, ANTOINE MASSON, HONDIUS,

CORN. VISSCHER. Die avonden, waarvoor zij een of ander dozer

meesters ter behandeling kozen, en diens werken met mededeelin-

gen daarover, en omtrent zijn persoon illustreerden, zullen niet

ligt vergeten worden. Evenmin kunnen wij de monografie van

den Dam en omstreken vergeten, ons door den Heer MEIJER ge-

geven, — of de hoogst belangrijke verklaring der Roomsch Katho-

lieke Kerkgewaden en hunne symbolische beteekenis, door teeke-

ningen en platen verduidelijkt, die wij aan ons kundig medelid

CUYPERS verschuldigd zijn. Welk een schat van opmerkingen en

historische bijzonderheden hebben wij niet te danken aan de beide

portefeuilles met teekeningen van oude Gebouwen te Dordrecht,

door den Heer RUTTEN geteekend en die de Heer VAN DER KEL-

LEN ons liet bezigtigen. Even als in vorige jaren hebben de Hee-

ren FR. MULLER en SIX wederom herhaalde malen onze bijeen-

komsten door bijdragen opgeluisterd. De eerste gaf ter beschou-

wing prachtige fotografien van schilderijen uit het Museum te

Koppenhagen, en vond daarin aanleiding dat Museum en de kunst-

waardering in Denemarken, Noorwegen en Zweden te bespreken ;

hij toonde ons nog getijdeboeken, belangrijk om uitvoering of

band. De Heer SIX stelde ons in staat kennis te maken met de

nieuwste uitgaven omtrent oude geschiedenis ; onder zijn geleide

bewonderden wij het werk van VREDE1VIA_N DE VRIESE, - de

11finchenei . Antiken, — Sicilische Vasenbgder, — afbeeldingen van

Grieksche gouden sieraden opgegraven in de Krim, enz.

Hoe dikwijls gebeurde het, wanneer in eene bijeenkomst het

een of ander onderwerp behandeld was geworden, dat, naar aan-

10

leiding daarvan, een onder leden, hetzij in dezelfde hetzij in eene

volgende Vergadering, minder bekende bijzonderheden mededeelde

of een voorwerp medebragt dat het gesprokene verduidelijkte, —

zoo hadden wij het onder anderen den Heer OBREEN te danken

kennis te maken met een zeer schoon handschrift van J. VAN DEN

VELDEN, zoo vond Prof. MOLL gelegenheid bij de beschouwing van

den Atlas van Dordrecht vele bijzonderheden mede te deelen om-

trent DEODA.TI en de bezoekers van het Heilige graf in de middel-

eeuwen. Aan den Heer BOASBERG zijn wij als gewoonlijk erke nte-

lijk dat hij ons weder zoo vele malen uit zijne rijke verzameling

de schoonste stukken liet bewonderen, wanneer hij meende dat zij

ons eenig belang konden inboezemen, en niet het minst rekenen

wij daaronder de overblijfsels van geborduurde kazuifels en andere

kerkgewaden ons dezen winter getoond.

Het is nu niet het oogenblik om in verdere bijzonderheden te

t'eden, maar aan hen, wier tegenwoordigheid wij tot ons leed-

wezen op onze bijeenkomsten moesten missen, mag ik de verzekc-

ring geven dat daar gewoonlijk belangrijke voorwerpen wer-

den medegebragt die aanleiding tot bespreking gaven dan was

het de eene of andere zeldzame penning, dan een vreemd horlo-

gie, of wel onuitgegeven brieven van hi storische personen, zoo als

van LOUISE DE COLIGNY, OLDENBARNEVELDT enz., — of een Album

Amicorum, — een ring of zegel, een zeldzame prent of ets, —

in een woord, steeds was er verscheidenheid, en de bijeenkomsten

bleven leerrijk en aantrekkelijk en lieten eene aangename herinne-

ring no, aan hen die ze mogten bijwonen.

Onder onze leden heeft weinig mutatie plaats gevonden. Wij

betreuren het afsterven van twee leden, die steeds met geestdrift

voor het Genootschap bezield, hunne medewerking en ondersteu-

11

ning schonken, wanneer die werdon ingeroepen. De Heer Mr. F.

DE Wain' en M. CALISCH waren Mede-Oprigters en gaven sedert

den beginne van • het Genootschap vele gewaardeerde blijken van

belangstelling de kundige Dr. L. J. P. JANSSEN, dien wij onder

onze Eere-leden mogten tellen, was altoos bereid met zijne uitge-

breide kennis ons bij te staan, en herhaalde malen mogten wij

van zijne welwillendheid gebruik maken. Moge het aan volgende

Voorzitters bespaard blijven dergelijke mededeelingen van het ver-

lies van leden te moeten doen. Tot Eere-Leden werden benoemd

de Heeren Mr. C. J. A. DEN TEX te Amsterdam, en Mr. L. A. J.

W. Baron SLOE'I VAN BE BEELE te Leiden, — terwitil bet getal

onzer gewone leden met 9 vermeerderd is.

De conservatoren zullen U mededeelen welke aanwinsten het

Museum en de Bibliotheek gedurende het laatste jaar ontvingen, —

is de vermeerdering gering, verscheidene der geschonken of der in

bruikleen afgestane voorwerpen zijn belangrijk en de kennismaking

zal velen Uwer aangenaam zijn. Verblijdend is het vooruitzigt

dat onze Conservatoren, die tot nu toe niets anders of meer kon-

den dan conserveren, eindelijk de gelegenheid zullen hebben, van

naar hun wensch en verlangen te rangschikken niet alleen het

vele dat wij reeds bezitten, maar ook het meerdere dat toe-

gezegd is wanneer de nu nog ontbrekende ruimte beschikbaar

zal zijn.

En nu M. M. ik ben aan het einde mijner taak gekomen, en

heb getracht U in eenige korte trekken een overzigt to geven der

handelingen van ons Genootschap gedurende 1869/70, hopende

daardoor bij U de overtuiging te hebben gevestigd dat het Ge-

nootschap, dat aan ons alien lief is, gedurende dat tijdsverloop

niet stationair bleef, maar vooruitgegaan is. Wel is de wensch

van rnijn geachten voorganger nog niet vervuld, wij kunnen heden

nog met het nieuwe Museumgebouw betreden, maar reeds ver-

12

scheidene steenen zijn aangebragt waaruit, naar wij hopen, dit ge-

bouw zal worden opgetrokken.

Moge het aan mijnen opvolger gegeven zijn, zoo niet al de nog

ontbrekende, loch vele steenen bij to brengen, waardoor het Konink-

lijk Oudheidkundig Genootschap, in eene zijner waardige mooning

aan zijne roeping kunne beantwoorden, en vele blijken gevende

van een krachtig leven, al dat nut stichte waartoe wij overtu=gd

zijn dat het zoo volkomen in staat is.

Ik heb gezegd.

Bijeenkomst 24 lUei 1869:bespreking van een adres in zake de regeling van het onderwijs

in de Beeldende Kunsten aan de Regering in te di enen.de Heer V. D. KELLEN bespreekt eene schoolverordening van

Zeeland van 1582. De Heer FRANKEN toont een juweelkistje metgegraveerd zilveren versieringen, en eenige portretten in ivoor ge-beiteld ;

de Heer BEELS toont twee gouden penningen der Prebende So-cieteit, een Album Amicorum van V. D. MYLE, een dergelijk derdames VAN EGMOND ; de Heer Six albeeldingen der gouden sieradeneener Grieksche vorstin, in de Krim opgegraven.

Bijeenkomst 14 Juiej 1869 :de Heer Six bespreekt de fotografische afbeelding van een poortje

der 16" eeuw te Zierikzee, waarvan de aankoop wordt voorgesteld ;de Heer MOLL bespreekt een basrelief, waarop het kindeke Jezus

in het bad ;de Heer Six geeft mededeelingen omtrent basreliefs te Pteruum enz.

Bijeenkomst 13 July 1869:de Heer BOASBERG brengt ter tafel een ivoren beker, portret in

ivoor gesneden en zilveren gedreven lepels ;op voorstel van genoemd Lid wordt besloten de verzameling

des Genootschaps gedurende de Tentoonstelling in het Paleis vanVolksvlijt, kosteloos voor belangstellenden ter bezigtiging te stellen ;

Bijeenkomst 9 Augustus 1869bezigtiging van belangrijke plaatwerken van den Heer Six en

nit de verzameling des Genootschaps.

Bijeenkomst 13 September 1869:mededeelingen en besprekingen omtrent eene oude Vierschaars-

bank te Grave, — en omtrent eene zeldzame aarden sehaal in hetMuseum aanwezig, die volgens mededeelingen een uniek exemplaareener vroegere fabriek te Brugge zoude zijn.

14

Bijeenkomst 11 October 1869 :de Heer MULLER brengt ter tafel fotografien naar schilderijen te

Koppenhagen enz., de Heer BEELS onuitgegeven brieven van LOUISE

DE COLIGNY en van OLDENBARNEVELT aan AARSSENS ; verder eengouden ring van Romeinschen oorsprong te Nijmegen gevonden ;

de steenen doodkist te Hello wordt besproken. De Heer MEIJEB

geeft ter bezigtiging het 1 st' deel van zijn Atlas van Amsterdam.

Bijeenkomst 25 October 1869:2" deel van den Atlas van Amsterdam door den Heer MEIJER,

ter tafel gebragt ; de Heer BEELS toont platen en de Spieghel derSchrijfconste van J. V. D. VELDEN.

Bijeenkomst 8 November 1869:de Heer OBREEN toont eene verzameling schoonschriften van

J. v. D. VELDEN ; de Heer v. D. KELLEN bespreekt eene houtenkamerbetimmering te Dordrecht ; — de Heer BOASBERG stelt terbezigtiging een kinderwagen begin 18" eeuw, met gebeeldhouwdonderstel ; — de Heer KAISER toont een verzameling wereldkaartenen prenten van de vroegste meesters en doet mededeelingen daarover.

Bijeenkomst 22 November 1869:de Heer BEELS geeft ter bezigtiging eene keus uit de werken van

LUKAS VAN LEIDEN, BEHAM, ALDEGREVER, G. PENCZ enz.

Bijeenkomst 13 December 1869:de Heer FRANKEN toont een deel der werken van CORN. VISSCHER ; —

de Heer BEELS een portefeuille etsen van REMBRANDT..

Bijeenkomst 27 December 1869:de Heer V. D. KELLEN toont eene portefeuille teekeningen van

oude gebouwen te Dordrecht door den Heer J. RUTTEN.

Bijeenkomst 10 January 1870:de Heer MOLL toont een oud horlogie, en bespreekt oude af-

beeldingen van het heilige graf, in sommige kerken aanwezig; —de Heer V. D. KELLEN brengt ter tafel de 2" portefeuille van Dor-

drecht; — de Heer BOASBERG toont geborduurde deelen van priester-

kleederen.

16

Bijeenkomst 24 Januarij 1870:

de Heer MULLER t0011t een getijdeboek en oude boekbanden; —de Heer SIB toont de werken van VREDEMAN DE VRIESE, de IVIiin-chener Antiken, Sicilische Vasenbilder.

Bijeenkontst 14 Februarij 1870:de Heer Six toont oude munten bij Marseille opgegraven ; --

de Heer FRANKEN eenige pracht-exemplaren uit, de werken vanA. IDURER, L. v. LEIDEN, REMBRANDT 011Z.

Bijeenloonist 28 Februarij 1870:de Heer KAISER geeft ter bezigtiging eene reeks uit de werken

van MELLAN, NANTEUIL en MASSON.

Bijeenkemst 14 Maart 1870.de Heer KAISER toont cell portefeuille prenten van oude Duitsehe

meesters ; — de Heer Six die Gallerie von Braunschweig.

_Bijeolloonist 28 Maart 1870:de Heer CUYPERS bespreekt de vroegere On latere priesterklee-

deren en hunne symbolische beteekenis; — de Heer BOASBERG toonteenig ivoren snijwerk, een Fransch uurwerk enz.

_Bijeeilloomst 11 April 1870 :de Heer CUYPERS geeft het vervolg zijner mededeelingen oraitrent

de priesterkleeding.

Bijeenlcomst 25 April 1870:

Algemeene jaarlijksche Vergadering.

>>

>>

>>

>>

>>

>>

>>

NA A M L IJ S T.

OPRICHTERS.Z. M. DE KONING.

Z. K. H. DE PRINS VAN ORANJE.

Z. K. H. PRINS HENDRIK DER NEDERLANDEN.

Z. K. H. PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN.

C. Becker, Amsterdam.

L. M. Beels van Heem-stede, >>

H. Binger, >>D. D. Bitchier, (Bedankt)

>>

A. J. de Bull, (Bedankt) »

NI. Calisch, (Overleden)D. Henr. de Castro Mz., >>

P. L. Dubourcq, >>C. P. van Eeghen, >>

Mr. A. J. Enschede, Haarlem.

D. Franken Dz., Amsterdam.

R F. Greive, (Bedankt)Mr. J. R. Corver Hooft,H. G. Jansen, (Bedankt)

J. W. Kaiser,H. F. C. ten Kate, (Bedankt)

Mari ten Kate, (Bedankt)D. van der Kellen, Jr.Mr. H. J. Koenen,J. W. Kerkhoven, (Overt.)

G. D. Kiille, (Overleden)Mr. J. van Lennep, (Overt.)

L. Lingeman,

J.D.Lodeesen, (Bed.) Amsterdam.

C. F. Lurasco, »Dr. S. I: Mulder, (Overt.)

>>

Fred. Muller, >>

N. Pieneman, (Overt.)Ch. Rochussen, Rotterdam.

Hk. Salm, (Overt.) Amsterdam.

Prof. J. G. de HoopScheffer, 7>

Dr. P. Scheltema, (Bedankt) >>

H. J. Scholten, Haarlem.J. H. Schuymer, Hzn.,

(Bedankt) Amsterdam.

J. G. Schwartze,Jhr. J. P. Six,E. B. Swalue, (Overt.)Mr. P. J. Teding van

Berkhout,J. A. Alberdingk Thijm,D. J. Veegens, (Overt.)W. J. de Voogt,J. de Vos, Jzn.A. Willet,Mr. F. de Wildt, (Overt.)

BESTUUR.

Van Mei 1870 tot Mei 1871.

Dr. Jhr. J. P. Six, President. J. W. Kaiser, Penningmeester.L. M. Beels van Heemstede, A. Willet,

Vice-President. D. v. d. Kellen Jr.,D. Franken Dz.,

ASvecretarissen.J. Taanman,

CONIMISSIE V0011 HET MUSEUM-FONDS.

C. Becker. Dr. Hacke van Mijnden.P. L. Dubourcq. Dr. Jhr. J. P. Six.C. P. van Eeghen.

EERELEDEN.

Conservators.

Mr. J. R. Thorbecke, Owl-MinisterLan Binnezil. Zaken.

Jhr. Mr. T. H. G. van Tets vanGoudriaan, 0Y1d-1VJinister 0(11i

Finantien.Mr. P. P. van Bosse, .Minister van

Finantzen.Jhr. Mr. W. Boreel van Hogelande,

Oud-Commissaris des Koningsde Provincie Noord-Holland.

Mr. C. Fock, jiinister van Bin-nenlandsche Zaken.

Mr. J. Messchert van Vollenhoven,Oud-Burgemeester van Amster-dam.

Mr. C. J. A. den Tex, Burgenteestervan, Amsterdam.

J. F. G. Meijer, Directeur v. h. Kon.Penninglcabinet, 's Gravenhage.

Dr. C. Leemans, Directeur v.'s RiftsMuseum van Oudheden, Leiden.

Mr. L. A. J. W. Baron Sloet vande Beele, Owl-Gouverneur- Gene-

raal van Oost-Indie, Leiden.Jhr. Rammelman Elsevier, Archi-

varis van Leiden, Leiden.H. C. Rogge, Leiden.Dr. P. J. Vermeulen, Archivaris

van Orecht, Utrecht.Directeuren van Teylers-Stichting

Haarlem.A. Crabee, Brussel.

M. 0. Dognëe, Lug:.

A. W. Franks, London.Alex. Pinchart, Brussel.

S. Mason. Yersey-City.

Amsterdam.>>

>>

,

'5>

>>

>>

>>

,>

,

>,

>>

>>

,

>>

>>

>>

>>

>>

>>

,

>>

>>

DON AT ELT R S.

Jul. J. Boasberg, Amsterdam. W. J. Hofdijk, AmsterdamG. H. Kuiper, »

GEWONE LEDEN.

A. Allel*Jhr. Mr. S. Backer,H. H. Beels,Jhr. Mr. W. E. J. Berg

van Dussen muilkerk, ,D. C. Berg, »Jhr. P. Berg,Q. Blaauw,Adr. Born, »M. H, Boas, »J. W. Pieneman Boelen,Prof. J. C. G. Boot,J. W. Brouwers,A. Caramelli, »Mr. C. A. Chais van Buren,W. P. van Wickevoort

Crommelin, ,

P. J. H. Cuypers, >>

B. van Dijk. >1

F. Disch, >>

J, H. van Duinen,P. van Eeghen, »Jozua van Eik,E. van Erven Doyens, ,

Mr. J. G. A. Faber, >>

E. Fuld,C. M. van Gogh,W. H. Gompertz,J. Gossehalk,Dr. Hacke van Mijnden,G. A. Heineken,

Joh. Hilman, Amsterdam.Mr. S. J. Hingst, >>

P, J. Ihnken, >>

M. H. Insinger, ,

J. J. Jitta, >,S. W. Josephus Jitta, >>

N. J. B. Kappeijne vande Copello,

H. A. Klinkhamer. >>

J. J. Kluppel, »Mr. W. P. Sautijn Kluit.E. J. L. Koch,B. C. Labouchere,J. H. Leliman,Mr. H. J. van Lennep,Mr. W. W. van Lennep,Mr. Hendrik S. van Lennep,Mr. D. J. C. van Lennep, »Jhr. A. P. Lopes Suasso, »S. J. Graaf van Limburg

Stirum,H. Luden,F. H. Maschhaupt,J. H. Maschhaupt Jz.P. A. Manus,J. ter Meulen,D. C. Meijer, Jr.Prof. W. Moll,Mr. C. A. de Neufville,G. Obreen,C. Outshoorn,

>>

>>

>>

19

N. J. Pook van Baggen, Amsterdam.P. E. H. Praetorius,H. J. Ravesteiju,N. Redeker Bisdom.Th. Reichelt,P . Reurop,C. F. Roos,S. J. Roosdorp,Jhr. H. J. Rutgers van

Rosenburg,W. E, Rijnbende,S. W. M. Rijnbende,Prof. C. G. Voorhelm

Schneevoogt,L. M. Schouwenburg,J. de Jong SehouwenburgA. Sterek,.T. Taanman,.T. H. Tielkemeijer,H. A. van Trigt,N. C. Vogel,J. A. Volcker van Soelen. »R. W. P. de Vries,Jo. de Vries Jer. Goon,G. J. Westerman.J. C. Wins,F. A. van West,P. H. Witkamp, `2>

A. van Ysendijk Cz.,C. W. Bruinvis, Alkmaar.W. Canneman, A p /them.J. Kneppelhout, Oosterbeek.J. J. A. Baron van Pallandt

van Westervoort,Alex. Ver Huell,J. A. Koopmans, Bever wykBaron van Hardenbroek

van Biljoen, Biljoen by Arnher ii

C. A. Nairac, Ba r n eve! dBaron Gericke van

Herwijnen, assel.T. H. van Geuns, DierenMr. S. van G-ijn, Dordrecht,J. H. L. van der Schaaff, Leiden.S.C.Snellen v. Vollenh oven,

Dr. W. N. du Rion, Leiden.J. Bolhuis van Zeeburg,J. J. Smits,Mr. G. Corver Hooft, 's Graveland.

Jhr. P. H. Six,Mr. J. E. Banck, 's Gravenhage..Jhr. Mr. 1). T. Gevers

van Endegeest,Mr. G. Groen van

Prinsterer,Ph. J. Koelman.John Loudon,M. Nijhoff,J. B. Rietstap,Jhr. H. Steengracht,

d'Oisterland,Jhr. W. 0. von Weckerlin, ,Jhr. F. M. Lijeklama

Nyeholt, G r ijp sic eMr. H. 0. Feith, Groningen .Jhr. H. G. Barnaart van

Santvoort, Haarlem.Jhr. L. G. Quarles van

Ufford, >>

J. van der Vlugt,Jhr. Mr. J. J. de Geer

van Rhijnhuizen, Jutphaas.Engelenberg, BrielleW. Eekhoff, Leeuwarden.Mr. A. Looxma Ypey, >>

Jhr. W. C. M. de Jongevan Ellemeet, Middelbur g

Mr. J. van der Graft,J. G. van den Bergh, Roo . mond.

W. Everts, Bolduc.

H. A. van de Wall Bake. Utrecht

Jhr. Mr. B. J. L. de Geervan Jutphaas,

G. van Heukelum,Jhr. Mr. E. Huydeeoper

van Nigtevecht,Mr. H. Royaards van

Scherpenzeel.Mr. W. J. Royaards van

don Ham,

20

Dr. C. C. de Ridder Dz., Utrecht. Th. Borret, Vogelenzang.Mr. P. Verloren van J. M. van Kempen, Voorschoten.

Themaet, » J. Heydanus, Weesp.Y. D. C. Suermondt, » J, Honig Izn., Zoandijk.W. P. Drossaert, Vlaardingen. M. Coster, Parijs.

GESCHENKEN,

ONTVANGEN GEDURENDE HET JAAR 1869.

Ecu aarden pot en eels haardsteen, gevonden op de Badhoeve in de Haarlem-

mermeer. Van den Heer Mr. J. P. AMERSFOORDT.

Twee gegraveerde drinkglazen nit de 17d e eeuw. Van den Heer Mr. VAN PER

MEER DE WIJS.

Fragmenten van een' koperen kerkkroon. Van den Heer BELMER te Sneek.

Kantoorboeken uit de helft der 17de eeuw. Van den Heer LODEESEN.

Koperen munten. Van den Heer C. H. NA/RAC te Barneveld.

Twee romeinsche munten. Van den Heer L. M. BEELS VAN HEEMSTEDE.

Twee snijwerken in eikenhout. Van den Heer N. C. VOGEL.

Histoire Genealogique de la Maison de Neufville. Van den Heer Mr. A. C. DE

NEUFVILLE.

De tapijtfabrieken in de 16e & 17e eeuw. Van den Heer M. J. VAN DER

GRAFT te MicIdelturg.

W. BLADES, A List of Medals in Connection with Printers. Van den Heer

A. Bom.

Verschillende boeken ever geschiedenis en oudheden. Van den Heer W. J. DE

VOOGT en andere leden.

Verslagen : van la Commission Imperiale te St. Petersburg.

de Vereeniging voor Nederlandsche IVIuziek-geschiedenis, het Utrechtsch Ge-

nootschap voor kunsten en wetenschappeu, het Zeeuwsch Genootschap der Weten-

schappen, de Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde, het Verein fur Kunst

and Alterthum in Ulm and Oberschwaben, het Antiquarisch historischer Verein

fur Nahe mid Hundsriicken.

22

TER BEWARING ONTVANGEN:

Tapijtwerken met figuren afkomstig van het Huis Nettelhorst. Van de Com-

missie der Kon : Akademie van Wetenschappen tot het opsporen enz.

Twee koperen gewigtsstellen met bceldwerk (16e eeuw) van overblijfsels der Va-

derlandsche kunst. Van HH. Regenten der Stadsbank van Leening te Amsterdam.

De Steen die Vondels graf in de Nieuwe kerk gedekt heeft. Van de Commissie

van toezigt op de gebouwen enz der Ned. Hervormde Gemeente te Amsterdam.

Een steenen doodkist, te Heilo opgegraven. Van de Commissie tot het opsporen

enz. van overblijfsels der Vaderlandsche Kunst.

-- — UIT

GA

VE

N.

ON

TV

AN

GS

TE

N.

295

Lok

aalh

uur

j

800

Bat

ig s

lot

der

vori

ge

Rek

enin

g ..... f

237

20C

ontr

ibut

ieva

n de

Led

en .

Ond

erho

ud v

an h

et M

useu

m e

nz. .

......

» 15

75»

78

»50

2

»30

0

»13

8

53R

ente

van

een

Rus

sisc

h L

ot 1

866,

een

Dru

kwer

k, B

ode

en d

iver

se U

itga

ven.

.ha

lf ja

ar

»

7 1

16 1fl

oss

ing v

an h

et r

esta

nt

ren

telo

os

A

voor

scho

t

72'

Bat

ig s

aldo

op

nieu

we

Rek

enin

g ov

erto

bre

ngen

45'

455

'1 118

19f 1

819

UIT

TR

EK

SE

L U

IT D

E R

EK

EN

ING

EN

VE

RA

NT

WO

OR

DIN

Cva

n de

n P

enni

ngm

eest

er o

ver

1869

-187

0.