DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE...

32
DE TOPONDERNEMERS REGELING Studenten in staat stellen om studeren en ondernemen op hoog niveau te kunnen combineren

Transcript of DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE...

Page 1: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

DE TOPONDERNEMERSREGELINGStudenten in staat stellen om studeren en ondernemen op hoog niveau te kunnen combineren

Page 2: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

COLOFON

Erasmus Centre for Entrepreneurship

Rotterdam Science Tower

Marconistraat 16

3029 AK Rotterdam

E-mail: [email protected]

Telefoon: 010-3021331

Auteur: Jeroen Veenenbos

Omslag ontwerp: Dito Yudhiana

Layout en DTP: Thomasbijen.com

© Erasmus Centre for Entrepreneurship 2015Niets van deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden verveelvoudigd zonder de voorafgaande toestemming van de uitgever en andere auteursrechthebbenden. ECE is niet aansprakelijk voor gegevens die door derden werden verstrekt.

Over het Erasmus Centre for Entrepreneurship

Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt

bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap door

hun inzicht en een leeromgeving te bieden waar zij van ideeën daadwerkelijk

kunnen omzetten in innovaties. Ieder jaar volgen meer dan 4000 studenten,

ondernemers en professionals ondernemerschapsonderwijs bij het ECE. De

ECE Campus, gevestigd in de Rotterdam Science Tower, is een hotspot voor

ondernemerschap en innovatie. Meer dan 50 innovatieve bedrijven zijn hier

gevestigd en elk jaar laten 10.000 mensen zich inspireren tijdens verschillende

evenementen op de ECE campus. Zie voor meer informatie www.ece.nl.

Over de Dutch Centres for Entrepreneurship

DutchCE is het netwerk van de gezamenlijke centres for entrepreneurship binnen

Nederland. DutchCE heeft als hoofddoel om het ondernemersschapsonderwijs

te promoten binnen Nederland. Daarbinnen streeft het DutchCE er onder andere

naar om de bijdrage van de academische centra aan het Nederlandse en Europeses

ecosysteem te vergroten, de kwaliteit van onderwijs, training en onderzoek op het

gebied van ondernemerschap te verbeteren en om de samenwerking tussen de

verschillende centra op het gebied van kennisdeling te stimuleren. Zie voor meer

informatie www.dutchce.nl.

Page 3: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

INHOUDSOPGAVE

Direct beginnen Achtergrond MethodologieAlgemene bevindingenVoorbeeldcases

Case 1Case 2Case 3

Conclusie

469

111314202629

Page 4: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

DIRECT BEGINNENZet in 5 slimme stappen snel en laagdrempelig een TOR op:

1. Peil de vraag

Peil op een slimme en laagdrempelige manier of er binnen de onderwijsinstelling

student-ondernemers zijn die behoefte hebben aan een TOR. Dit hoeft niet

altijd top-down, maar kan juist ook bottom-up. Doe dit bijvoorbeeld door een

marketingcampagne te lanceren, ook al is er nog geen compleet programma.

Maak via flyers, social media, video’s en kleine evenementen duidelijk dat student-

ondernemers zich kunnen aanmelden. Zo komt u er vanzelf achter of er vraag

naar is.

2. Zoek de samenwerking

Samenwerking heeft veel voordelen. Laat u bijvoorbeeld inspireren door bestaande

programma’s. Er is geen noodzaak om het wiel helemaal opnieuw uit te vinden. Kijk

ook of er in de regio koppelingen gemaakt kunnen worden. Door met meerdere

instellingen gezamenlijk één programma op te zetten kunnen er meer studenten

bereikt worden en wordt verschillende kennis en expertise samengebracht. Ook

samenwerkingen met expertise-partners (zoals bijv. een universitair centrum of

incubator) en succesvolle alumni-ondernemers van de instelling kunnen van grote

waarde zijn.

Page 5: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

3. Creëer één aanspreekpunt

Het moeten schakelen met verschillende docenten die intern niet communiceren

over gemaakte afspraken is een van de meest gehoorde klachten bij student-

ondernemers. Zorg daarom dat studentondernemers één aanspreekpunt hebben.

Deze persoon kan fungeren als persoonlijke begeleider en studentondernemers

helpen om binnen de onderwijsinstelling te navigeren.

4. Zorg voor een peer-to-peer groep

Door een community te creëren worden studentondernemers in staat gesteld om

elkaar verder te helpen. Zij kunnen ervaringen, kennis en netwerk delen. Daarnaast

kunnen zij elkaar motiveren en ondersteunen wanneer zaken tegen zitten. Het is

belangrijk dat dit een community van gelijkgestemden is. Let daarom bij de selectie

op aspecten zoals het ambitieniveau: wil de studentondernemer de volgende

Google opzetten of een lokale fietsenwinkel starten?

5. Creëer ambassadeurs

Om ervoor te zorgen dat, na de initiële marketing, studentondernemers het

programma blijvend weten te vinden, dan is het belangrijk om binnen de

onderwijsinstelling ambassadeurs te werven. Zorg dat onderwijzend personeel

van het programma weet en stimuleer huidige deelnemers en alumni om nieuwe

leden aan te dragen.

Zelf aan de slag en hulp nodig?

Wilt u zelf een TOR op gaan zetten en zit u met specifieke uitdagingen en vragen?

Wij helpen u graag door u in contact te brengen met mensen die u reeds zijn

voorgegaan. Zij kunnen hun ervaringen met u delen en met u sparren over de opzet

van uw programma. Als u hier interesse in heeft, dan kunt u een mail sturen naar

Jeroen Veenenbos van het Erasmus Centre for Entrepreneurship (veenenbos@

ece.nl).

Page 6: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

6

ACHTERGROND

De Topondernemersregeling

Ondernemen op hoog niveau is topsport. Veel onderwijsinstellingen hebben

regelingen die topsporters helpen om hun drukke trainingsschema’s te combineren

met hun studie. Waarom bestaan dergelijke regelingen niet voor studenten die op

topniveau ondernemen?

Met deze gedachte startte de Erasmus Universiteit Rotterdam in 2012 als

eerste universiteit van Nederland met het Student Entrepreneurs Excellence

Programme (StEEP); een topsportregeling voor studentondernemers, ofwel een

‘topondernemersregeling’ (TOR). De visie van StEEP is dat studentondernemers

niet een succesvol bedrijf runnen in plaats van hun studie, maar juist dankzij hun

studie. Het doel van StEEP is dan ook om studentondernemers af te laten studeren

en zogenaamde drop-outs (uitvallers) te voorkomen. Inmiddels zijn ook een aantal

andere onderwijsinstellingen gestart met het opzetten en uitvoeren van dergelijke

regelingen en programma’s.

Waarom dit Handboek?

Hoewel er een aantal onderwijsinstellingen zijn die reeds een topondernemers-

regeling hebben ingevoerd, staan veel van dergelijke regelingen nog in de

kinderschoenen en heeft de overgrote meerderheid van de onderwijsinstellingen

nog helemaal geen regeling terwijl het aantal student-ondernemers alleen maar

toeneemt.

Op initiatief van het ministerie van Economische Zaken heeft het Erasmus Centre

for Entrepreneurship (ECE), onder de vlag van de gezamelijke Dutch Centres for

Entrepreneurship, daarom dit korte handboek opgesteld. Het doel is om kennis

en ervaring te delen op het gebied van topondernemersregelingen en zo alle

onderwijsinstellingen in Nederland te helpen om studenten in staat te stellen

studeren en ondernemen op hoog niveau succesvol te combineren. Door dit

handboek en eventuele begeleiding willen wij onderwijsinstellingen ondersteuning

bieden bij het implementeren van dergelijke regelingen, gebaseerd op ervaringen

uit de praktijk, bijvoorbeeld als het gaat om het creëren van commitment bij

stakeholders of het bereiken van bestaande studentondernemers binnen de

onderwijsinstelling.

Page 7: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

7

Het Belang van Student Ondernemerschap

Om de creatie en groei van snelgroeiende, innovatieve en schaalbare bedrijven

te stimuleren is ondernemend talent nodig. Om dit talent de kans te geven zich

te ontwikkelen is het cruciaal dat zij al in een vroeg stadium in contact komen

met ondernemerschap. Ervaring in ondernemerschap leidt namelijk vaak tot

succesvoller ondernemen, aangezien de ondernemer niet meer dezelfde fouten

zal maken.. Een bijkomend voordeel is dat de ondernemende competenties en

denkwijzen die worden ontwikkeld door te ondernemen ook steeds meer worden

gewaardeerd binnen bestaande bedrijven. Naarmate concurrentie toeneemt

en veranderingen complexer worden hangt het onderscheidend vermogen

en succes steeds meer af van de mate waarin bedrijven zichzelf kunnen blijven

vernieuwen en effectief nieuwe kansen creëren en implementeren. Hiervoor zijn

interne ondernemers nodig.

“16 procent van de Nederlandse studenten is actief bezig met zijn of haar eigen bedrijf”

Op dit vlak vinden positieve ontwikkelingen plaats. Zo komen mensen op een

steeds jongere leeftijd al in aanraking met nieuwe technieken en zijn (financiële)

barrières makkelijker te overbruggen dan vroeger. Als gevolg vindt er de laatste

jaren een gestage groei plaats in het percentage (voltijd) studenten dat naast de

studie bezig is met een eigen bedrijf. Dit houdt in het plannen maken tot, opzetten

en runnen van een eigen startup. Uit onderzoek van het Erasmus Centre for

Entrepreneurship onder 10.000 respondenten blijkt dat het aantal studenten dat

naast een volledige studie een bedrijf runt sinds 2012 is verdubbeld1. In 2012 was

3 procent van de studenten in het hoger onderwijs actief als ondernemer. In 2014

liep dit op tot 6 procent. Daarnaast is 10 procent bezig om een bedrijf op te zetten.

Opgeteld is dus 16 procent actief bezig met zijn of haar bedrijf.

1 Bron: GUESSS National Report of the Netherlands 2013-2014. Erasmus Centre for Entrepreneurship. Beschikbaar via www.guesssurvey.nl

Page 8: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

8

De Uitdagingen van Student Ondernemerschap

Steve Jobs van Apple was er één. Mark Zuckerberg van Facebook ook, net

als in Nederland Pieter Zwart van Coolblue: een ‘college drop-out’. Ofwel,

topondernemers die hun studie niet afmaakten. “Er was voor mij destijds gewoon

niet genoeg tijd om beide te combineren. Dus koos ik voor mijn eigen bedrijf”,

heeft Pieter Zwart ooit gezegd.

Ondernemer ben je fulltime, maar als studentondernemer heb je naast je bedrijf

nog andere plichten en verantwoordelijkheden. Ervaring leert dat studenten het

vaak lastig vinden om het runnen van een bedrijf te combineren met het halen

van goede studieresultaten. Voor velen betekent dit dat óf het bedrijf óf de studie

daarom minder aandacht krijgt, met lagere cijfers, drop-out, of faillissement als

gevolg.

“Er was voor mij destijds gewoon niet genoeg tijd om beide te combineren. Dus koos ik voor

mijn eigen bedrijf” - Pieter Zwart, oprichter Coolblue

Hoewel het de bovengenoemde ondernemers gelukt is om van hun bedrijf een

succes te maken zonder hun studie, wijst de realiteit uit dat dit voor veel startups

niet zal gelden. Ruwweg gaat 7 van de 10 startups binnen 5 jaar ten onder. De

opleiding van de student kan juist sterk bijdragen aan het succes van hun bedrijf.

Uit verschillende studies blijkt dat het volgen van hoger onderwijs de kans op

bedrijfssucces verhoogt. Bovendien vinden veel studenten studeren simpelweg

leuk en hebben wel de ambitie om hun studie succesvol af te ronden.

Page 9: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

9

METHODOLOGIE

Wat is een Topondernemersregeling (TOR)?

Een topondernemersregeling (TOR) is een speciale regeling binnen een

onderwijsinstelling die studentondernemers flexibiliteit en ondersteuning biedt in

het combineren van het runnen van hun bedrijf en het studeren. Verschillende

onderwijsinstellingen geven vaak op hun eigen wijze invulling aan hun TOR. In

sommige gevallen zal een TOR dan ook puur bestaan uit de mogelijkheid om

enkele verplichte colleges te missen terwijl er bij andere instellingen sprake is van

persoonlijke studiebegeleiding of aanvullende trainingen. De term TOR is dan ook

meer een verzamelnaam voor regelingen die als doel hebben om studenten te

helpen om studie en ondernemerschap succesvol te combineren.

“Een topondernemersregeling (TOR) is een speciale regeling binnen een

onderwijsinstelling die studentondernemers flexibiliteit en ondersteuning biedt in het

combineren van het runnen van hun bedrijf en het studeren”

Hoe is dit handboek tot stand gekomen?

Hoe kunnen dergelijke (TOR) regelingen vormgegeven worden binnen

verschillende onderwijstypen (MBO/HBO/WO), wat zijn de kenmerken van en

ervaringen met bestaande regelingen en wat betekent dit voor instellingen die

de regeling willen gaan gebruiken? Deze vragen zijn de uitgangspunten van de

inventarisatie die heeft plaatsgevonden.

Voor de inventarisatie is er contact gezocht met de verschillende hubs van Startup

Delta en valorisatieprogramma’s in deze regio’s. Door middel van enquêtes en

interviews is er vastgelegd welke scholen er gebruik maken van een TOR en is

dieper ingegaan op best practices op het gebied van TOR’s en de verdere voor

en nadelen. In totaal zijn er 20 interviews van 40-60 minuten afgenomen met

docenten, leidinggevenden en directeuren vanuit WO, HBO, en MBO instellingen.

Page 10: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

10

Om een beter beeld te krijgen van de kenmerken, verschillen en best-practices

van bestaande TOR’s binnen verschillende onderwijstypen (MBO / HBO / WO)

is gekozen om nader in te zoomen op een drietal cases: Erasmus Universiteit

Rotterdam, Landstede en de Hogeschool Amsterdam. Deze cases zijn gekozen

omdat zij verschillende onderwijstypen vertegenwoordigen en allen op een

andere manier omgaan met hun TOR. Zij dienen als voorbeeld en inspiratie over

hoe een onderwijsinstelling een TOR kan opstarten, waar de uitdagingen liggen en

wat de best-practices zijn.

Zoals gezegd zijn de bevindingen in dit handboek gebaseerd op een beperkte

inventarisatie bij verschillende regio’s en onderwijsinstellingen. Het handboek

vormt daarmee geenszins een compleet en volledig accuraat overzicht van alle

TOR’s en initiatieven in Nederland.

Fabian Dudek Oprichter & CEO NestpickDudek startte in 2012, tijdens zijn bachelor aan de Erasmus Universiteit, Effortless Housing. Wat begon als een conventionele makelaar is inmiddels uitgegroeid tot Nestpick: net als Airbnb een platform waar mensen woningen kunnen huren en verhuren, maar dan voor een langere termijn. Na een eerdere investering van het Duitse Rocket Internet verhuisde het hele bedrijf naar Berlijn. Dankzij StEEP wist Dudek in de tussentijd zowel zijn bachelor als master succesvol af te ronden. Nestpick is momenteel actief in 40 steden verspreid over 8 landen en Dudek heeft zo’n 70 man personeel. In 2014 werd hij uitgeroepen tot student ondernemer van het jaar en sleepte hij tevens een Loey Award in de wacht.

Page 11: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

11

ALGEMENE BEVINDINGEN

Uit de inventarisatie blijkt dat er nog weinig aandacht is voor TOR’s en veel

programma’s nog in de kinderschoenen staan. Wij hopen dan ook dat onderwijzers

en andere lezers van dit handboek de cases en zien als voorbeelden van hoe zij

zelf aan de slag kunnen met hun eigen TOR.

Weinig onderwijsinstellingen hebben een TOR

Uit de inventarisatie blijkt dat slechts een zeer klein aantal onderwijsinstellingen in

Nederland al een TOR hebben. Van de in totaal 23 instellingen die meegenomen

zijn in deze inventarisatie hebben er slechts drie een TOR. Bij de overige instellingen

zijn studentondernemers op zichzelf aangewezen om creatieve oplossingen te

bedenken voor het combineren van bedrijf en studie. Studenten moeten in deze

gevallen zaken vaak regelen met individuele docenten. Dit is een tijdrovend en vaak

frustrerend proces voor de student, die zijn verhaal telkens opnieuw moet doen

en moet hopen dat de docent de waarde van ondernemerschap inziet. Daarnaast

is er vanuit de instelling geen consistentie: de ene docent zal meer bereid zijn om

mee te werken dan de andere.

Een kip - ei probleem

Uit de inventarisatie blijkt dat veel onderwijsinstellingen (nog) geen TOR hebben

vanwege een vicieuze cirkel: de instelling heeft een slecht beeld van het aantal

studentondernemers waardoor ze geen regeling beginnen. Bij gebrek aan een

regeling, besluiten studentondernemers zaken dan maar met individuele docenten

te bespreken. Gegegevens over deze individuele gevallen worden echter niet

centraal verzameld en communicatie hierover tussen docenten en begeleiders is

beperkt, waardoor de instelling weer denkt dat er geen vraag is van studenten. Het

voelt daarmee voor veel instellingen aan als een kip-ei probleem.

Uit de inventarisatie bleek dat hoewel slechts weinig instellingen een TOR hebben,

een groter aantal er wel over na heeft gedacht. Naast de vraag over hoeveel

animo er bij studenten zou zijn, speelden bij deze instellingen ook vragen rondom

de selectie van kandidaten te organiseren (aangezien er niet, zoals bijvoorbeeld

bij topsporters, nationale criteria zijn) en hoe er het beste mandaat kan worden

verkregen van de onderwijsinstelling.

Page 12: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

Studentondernemers van het StEEP programma helpen en motiveren elkaar tijdens een van de regelmatige bijeenkomsten

Page 13: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

13

VOORBEELDCASES

Om handvatten te bieden aan instellingen om de bovengenoemde uitdagingen

aan te pakken zijn in dit handboek een drietal cases opgenomen: de Erasmus

Universiteit Rotterdam, Landstede en de Hogeschool Amsterdam. Deze cases zijn

gekozen omdat zij verschillende onderwijstypen vertegenwoordigen en allen op

een andere manier omgaan met hun TOR. Zij dienen als voorbeelden en inspiratie

over hoe een onderwijsinstelling een TOR kan opstarten, waar de uitdagingen

liggen en wat de best-practices zijn.

Steven Lammertink Op-richter & CEO CirqleSteven Lammertink begon zijn eerste bedrijf toen hij 20 was. Met Republish digitaliseerde hij bestaande boeken tot e-books en werd hij geselecteerd voor de prestigieuze Kauffman Global Scholarship. Na Republish volgde Fray, een online marktplaats voor het aanbieden en vinden van diensten. Mede dankzij StEEP hield het oprichten van twee bedrijven Lammertink niet tegen om zowel zijn bachelor als master aan de Erasmus Universiteit af te ronden. Tegenwoordig is hij oprichter en CEO van Cirqle. Met Cirqle koppelt Lammertink reclamecampagnes van grote merken zoals KLM en Nordstrom aan bloggers en andere zogenaamde influencers om zo meer dan 50 miljoen mensen te bereiken. Daarnaast is Lammertink vaste columnist voor Emerce en adviseert hij verschillende andere startups.

Page 14: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

CASE 1Erasmus Universiteit Rotterdam (Student Entrepreneurs Excellence Programme)

Het begin

Met de aanname dat er studentenondernemers aanwezig zijn op de Erasmus

Universiteit en het besef dat de politiek bezig was met het verder stimuleren van

ondernemerschap is het ECE samen met de Rotterdam School of Management

begonnen met een pilot project om een TOR op te zetten. Waar anderen beginnen

met het in kaart brengen van de aantallen studentondernemers en vanuit daar een

TOR gaan opzetten is dit project vanuit een marketing perspectief ontstaan: een

bottom-up aanpak.

“If you build it, they will come!”

“If you build it they will come!”. Hier was het de bedoeling om een TOR te marketen

naar de studenten en zo de aantallen studentondermemers in kaart te brengen

en de vraag naar een TOR te peilen. Met een basisidee voor het programma

heeft het ECE samen met RSM een marketingcampagne opgezet. Door middel

van emailcampagnes gericht op studenten ondernemerschap aan RSM,

reclameposters op de campus, een promotievideo, en verschillende social media

acties is het Student Entrepreneurs Excellence Programme (StEEP) gepromoot op

de universiteit. De gedachte hierachter was dat er op deze manier een begin kon

worden gemaakt met het aanleggen van een database van studentondermers op

de universiteit, StEEP bekend zou worden onder de studenten en docenten en

hier vanuit de beste geselecteerd konden worden voor het programma. Foto rechts:

Aankondiging van de lancering van het eerste StEEP programma

Page 15: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap
Page 16: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

16

Het programma

Het Student Entrepreneurs Excellence Programme (StEEP) stelt studenten in staat

om tegelijkertijd zowel te ondernemen als te studeren en ondersteunt studenten

bij de barrières die op hun pad komen. In academische termen verandert er relatief

weinig voor de StEEP deelnemer. Een persoonlijke studieadviseur helpt StEEPers

hun studie en bedrijf goed te plannen om een drop-out te voorkomen. Verder staat

het StEEP programma voor behoud van de verbinding tussen studentondernemer

en universiteit en nodigt het ondernemers die hun studie nog niet afgemaakt

hebben uit om weer terug te komen en alsnog een diploma te halen.

Opzet StEEP

Elke StEEP deelnemer wordt ondersteund op de volgende punten:

• Flexibiliteit bij aanwezigheidsverplichtingen

• Flexibiliteit bij organisatie teamopdrachten

• Een personal coach/mentor

• Toegang tot collegereeks/workshops

• Toegang tot fysieke netwerklocatie/flexplekken

Afhankelijk van de persoonlijke situatie biedt StEEP sommige deelnemers ook:

• Flexibiliteit met betrekking tot het tentamenrooster

• Ruimere tijdspanne voor het behalen van ECTS

• Geen financiële gevolgen bij één jaar extra studievertraging

• Vakken, speciaal ontwikkeld voor/afgestemd op StEEP deelnemers

• Certificering, c.q. eervolle vermelding op diploma

• Mogelijkheid scriptie te schrijven over eigen onderneming

Naast een persoonlijke studieadviseur krijgt de excellente ondernemer ook een

mentor die hem vooral begeleidt op bedrijfstechnisch niveau. Deze mentor is

zowel een inspirator als een motivator voor de StEEP deelnemer. Een kritische

sparringpartner die de studentondernemer verder helpt.

Page 17: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

17

Toelating tot het programma vindt plaats via een strenge selectie. Student-

ondernemers kunnen zich aanmelden voor het programma, waarna zij door

middel van een presentatie de selectiecommissie moeten overtuigen. Deze

commissie bestaat o.a. uit de studieadviseur die bij StEEP betrokken is, een

vertegenwoordiger van de huidige StEEP groep en een vertegenwoordiger van

het ondernemerschapscentrum van de Erasmus Universiteit. De commissie toetst

de kandidaten aan de hand van een aantal criteria, waaronder de potentie van het

eigen bedrijf(splan), het persoonlijk profiel van de student, de maatschappelijke

relevantie van het bedrijf en in hoeverre de studentondernemer daadwerkelijk hulp

nodig heeft bij het combineren van studie en bedrijf.

Toelatingseisen StEEP

De selectiecommissie toetst de kandidaten aan de volgende criteria:

• Potentie bedrijfsplan / eigen bedrijf

• Kwaliteit presentatie

• Persoonlijk profiel

• Maatschappelijke relevantie

• Haalbaarheid voorstel combinatie studie/eigen onderneming

In de selectiecommissie worden (idealiter) de volgende personen opgenomen:

• Een studieadviseur

• Een vertegenwoordiger van jonge (bewezen) ondernemers

• Een vertegenwoordiger van de ondernemerschapstak van de universiteit

• Een StEEP deelnemer

Ervaringen

StEEP kent sinds de pilot veel succes. Sinds de start in 2012 hebben 12 ambitieuze

studentondernemers, in zowel bachelor als master fase, deelgenomen aan het

programma. In slechts één geval is het een studentondernemer niet gelukt om

zijn masterdiploma af te ronden tijdens zijn deelname aan het programma. De

overigen 11 deelnemers zijn allen succesvol afgestudeerd en zijn op dit moment

nog steeds bezig met hun bedrijf of zijn reeds hun tweede onderneming gestart.

Page 18: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

De lancering van het eerste StEEP programma

Page 19: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

19

Best practices

Begin niet altijd standaard met een top-down plan van aanpak. Soms is het beter

om direct naar de deelnemers te gaan met het idee en vanuit daar vorm te geven

aan de TOR. Zo kunnen de verschillende verwachtingen worden gemeten en

gaat u direct naar de kern van de vraag. Met het oog op de eerder genoemde

uitdagingen (niet genoeg vraag vanuit de studenten en scholen die niet op de

hoogte zijn van de aantallen studentondernemers) kan een dergelijke bottom-up

aanpak erg effectief zijn.

Het creëren van een community is een belangrijk aspect van het programma.

De bedoeling is dat StEEPers binnen het netwerk elkaar verder helpen door het

delen van hun expertise. Idealiter gaat dit in de toekomst leiden tot synergie

en investeringen binnen het StEEP netwerk. Verschillende evenementen en

bijeenkomsten zorgen ervoor dat de deelnemers elkaar goed leren kennen.

Bovendien leidt een sterke community ertoe dat studentondernemers juist minder

beroep hoeven te doen op mogelijkheden met betrekking tot het overslaan van

colleges en uitstellen van deadlines. Ze helpen elkaar om slimmer en efficiënter

te werken.

Een community kan er tevens voor zorgen dat andere studenten bekend worden

met de TOR en zich ook kunnen aanmelden. Zo kunt u ook verder inzicht in de

aantallen studentondernemers binnen de instelling.

Best-practices StEEP

• Los het kip-ei verhaal op door gewoon te starten

• Creëer ambassadeurs van studieadviseurs/ professoren

• Gebruik succesvolle alumni als voorbeelden en inspiratie

• Zorg voor een peer-to-peer groep zodat deelnemers elkaar kunnen

helpen en inspireren

• Maak de selectie streng, maar niet te gecompliceerd

• Faciliteer meerdere instroommomenten

Page 20: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

CASE 2Landstede MBO

Het begin

In 2012 had het Landstede een student die de (talent) topsportstatus van de

NOC*NSF had. Hierdoor was het voor topsporter Tamar Vedder (wielrenster)

mogelijk om haar studie op een succesvolle manier te combineren met haar

sport. Student Stephan Demmers, ondernemer in crossfietspakken, vroeg zich af:

‘waarom sport wel en ondernemerschap niet?’. Hij benaderde Landstede om te

kijken wat voor ondersteuning en voor hem mogelijk was.

“Student Stephan Demmers, ondernemer in crossfiets pakken, vroeg zich af: ‘waarom

sport wel en ondernemerschap niet?’”

Landstede was rond dit moment reeds bezig om van ondernemen een strategisch

speerpunt te maken en besloot daarom om een onderzoek te doen onder haar

studenten. Zij konden aangeven of zij student-ondernemer waren en zo ja, of zij

behoefte hadden aan ondersteuning en in welke vorm. Uit deze inventarisatie

bleek dat mbo en hbo studentondernemers de volgende wensen hadden:

• Anders omgaan met aan- en afwezigheid;

• Anders omgaan met participatie in projectgroepen;

• Relatie stage en eigen bedrijf mogelijk;

Page 21: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

21

• Coaching: ondernemen, time management, combineren onderwijs en

bedrijf;

• Aanbieden van ruimte: ondernemen op school.

Naar aanleiding van de inventarisatie werd besloten om te starten met een TOR.

Bij het opzetten van de TOR is gekozen voor een bestuurlijke route waarbij er

als eerste stap een intentieverklaring werd ondertekend. Dit niet alleen vanuit het

Landstede, maar vanuit de gehele ‘Zwolse 8’ (een samenwerkingsverband tussen

mbo en-hbo instellingen in Zwolle), de gemeente Zwolle en de KvK. Na een

positieve intentieverklaring is een TOR protocol opgesteld en aangenomen door

het CvB en de deelnemersraad. Als laatste stap is gezorgd voor goede borging van

de TOR binnen Landstede, bijvoorbeeld door de TOR expliciet op te nemen in

studiegidsen en het intranet en als integraal onderdeel van de intake van nieuwe

studenten.

Het Programma

De TOR van het Landstede is grotendeels gebaseerd op de wensen van

studentondernemers zoals zij deze hebben aangegeven bij de inventarisatie.

Deelnemers krijgen o.a.

• Ondersteuning vanuit een casemanager (aanspreekpunt)

• Gratis toegang tot evenementen en netwerkbijeenkomsten

• Een werkplek binnen de onderwijsinstelling

• De mogelijkheid om stage te lopen en af te studeren binnen het eigen

bedrijf

• Gratis toegang tot workshops gericht op startende ondernemers

Toelating tot het programma vindt plaats op basis van een aantal specifieke

criteria. Zo dient het bedrijf van de studentondernemer ingeschreven te staan bij

de KvK en moet er sprake zijn van een minimale omzet van €7,500 afkomstig van

minimaal drie klanten. Een volledig overzicht van de criteria is terug te vinden in

Appendix I. Zodra duidelijk is dat de studentondernemer voldoet aan de criteria

wordt de beginsituatie van de student in kaart gebracht en knelpunten rondom het

combineren van studie en bedrijf geïdentificeerd. Dit gebeurt onder leiding van een

Page 22: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

22

profi elmanager en een coach. Zodra dit is afgerond tekent de studentondernemer

een contract en wordt de TOR status offi cieel toegekend. Na het behalen van de

opleiding ontvangen de studenten niet alleen een diploma, maar ook een TOR-

certifi caat.

Toelatingseisen TOR Landstede

1. Inschrijving bij de KvK

Bewijslast: De student dient hiervan het volgende bewijs te kunnen

overhandigen: uittreksel KvK, inclusief het KvK-inschrijfnummer.

2. In bezit zijn van een BTW nummer en/of geregistreerd staan bij de

Belastingdienst, (vanwege BTW-vrijgestelde diensten, zoals bij journalistiek).

Bewijslast: De student dient van deze laatste het volgende bewijs te kunnen

overhandigen: bevestigingsbrief Aanmelding Belastingdienst.

3. Een bestaande klantenportefeuille hebben van minimaal drie betalende

klanten.

Bewijslast: De student dient hiervan het volgende bewijs te kunnen

overhandigen: een facturatie-overzicht of een digitale orderportefeuille.

4. De ondernemende activiteiten moeten planmatig onderbouwd worden.

Bewijslast: De student dient hiervan het volgende bewijs te kunnen over-

handigen: meerjarig businessplan.

5. Bij het leveren van producten: Een aanwezige investering / kredietfaciliteit van

minimaal €2500,00 en/of een omzet van minimaal € 7500,00.

Bewijslast: De student dient hiervan het volgende bewijs te kunnen overhan-

digen: bevestigingsbrief van verstrekte lening / kredietfaciliteit.

6. De regeling is niet bedoeld voor studentondernemers in hun startfase.

Bewijslast: De student moet al enige tijd (minimaal 1 jaar) actief zijn als

ondernemer/ KvK registratie.

Ervaringen

Sinds de oprichting van de TOR binnen Landstede heeft tot nu toe één

studentondernemer het gehele programma succesvol doorlopen. De ervaringen

van deze studentondernemer - en van de huidige deelnemers - zijn zeer positief.

Met name de persoonlijke begeleiding vanuit de casemanager rondom het

Page 23: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

DIRECT BEGINNEN

23

DIRECT BEGINNEN

23

Studentondernemer Stefan van den Berg

ontvangt het officiële TOR certificaat van Landstede

Page 24: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

24

plannen van studie en bedrijf en de mogelijkheid om problemen op een open

manier te bespreken werden als zeer positief ervaren. Ook de toegang tot

verschillende evenementen blijkt van grote waarde voor het snel vergroten van

het eigen netwerk.

Best practices

Waar het programma van de Erasmus Universiteit vooral een bottom-up initiatief

was dat zich stap voor stap uitbreidde en nog steeds uitbreidt, werd er in het

geval van het Landstede mbo meteen gekeken naar formele inbedding van

de TOR - niet alleen binnen de eigen organisatie, maar ook bij andere Zwolse

onderwijsinstellingen. Mede dankzij het feit dat ondernemerschap reeds benoemd

was als speerpunt was er op deze manier direct een sterk draagvlak voor de TOR.

“Landstede luisterde naar de wensen van de student-ondernemer”

Net als bij de StEEP regeling luisterde Landstede naar de wensen van de

studentondernemer. Waar StEEP zelf op zoek ging naar de wensen van de

studentondernemers werd Landstede hierop gewezen door een eigen student,

waarna een enquête werd uitgezet om dieper in te gaan op de wensen van

studentondernemers. Hierdoor ontstaat er een goede match met de daadwerkelijke

vragen van de studentondernemer en de hulp die de TOR biedt.

Best practices Landstede

• Zoek direct samenwerkingen op met andere onderwijsinstellingen

• Maak de TOR integraal onderdeel van processen (bijv. de inschrijving

van nieuwe studenten)

• Peil de wensen van bestaande studentondernemers

• Zorg voor persoonlijke begeleiding en één aanspreekpunt

(de casemanager)

Page 25: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

Pitches tijdens een StEEP bijeenkomst

Page 26: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

CASE 3Hogeschool Amsterdam

Het begin

In 2011 voerde de Hogeschool van Amsterdam een inventarisatie uit naar de bedrijven

die door hun studenten werden opgezet. Zo kreeg de minor ondernemerschap

jaarlijks 300 studenten binnen die gemiddeld 80 ondernemingen startten. Uit

de inventarisatie bleek echter dat 95% van deze bedrijven het eerste jaar niet

overleefden wegens obstakels gerelateerd aan de studie of het team en dus werd

er gezocht naar een manier om dit percentage omlaag te brengen.

“95% van deze bedrijven overleefden het eerste jaar niet wegens obstakels gerelateerd

aan de studie of het team”

De Hogeschool van Amsterdam heeft dit anders aangepakt dan de Erasmus

Universiteit en Landstede. In plaats van een formele TOR heeft de Hogeschool van

Amsterdam, in samenwerking met het Amsterdam Center for Entrepreneurship

(ACE), een apart begeleidingstraject opgezet. Studenten die al een eigen bedrijf

hebben kunnen stage lopen binnen hun eigen bedrijf en hier op afstuderen, onder

begeleiding van medewerkers van de hogeschool.

Het programma

Zoals gezegd is er bij de Hogeschool van Amsterdam dus geen sprake van een

formele TOR, maar een specifieke afstudeerrichting. Dit houdt in dat studenten

mogen afstuderen / stage lopen bij hun eigen onderneming. Deze aanpak vertoont

Page 27: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

27

wel veel overeenkomsten met de programma’s van de Erasmus Universiteit en

Landstede. Zo is er bijvoorbeeld individuele begeleiding van de studenten door

medewerkers van ACE, die de rol van bedrijfsbegeleider vervullen. Daarnaast krijgen

studenten die deelnemen aan deze afstudeerrichting aan het einde van het traject

een certificaat en een buddy-card. De buddy-card geeft recht op adviesgesprekken

en toegang tot de diensten van ACE (zoals netwerkevenementen en werkruimte)

gedurende het bestaan van het bedrijf.

Bij de Economie & Management opleidingen is door de examencommissie een

regeling opgesteld onder welke voorwaarden men in eigen bedrijf mag stage lopen

/ afstuderen. Op de Hogeschool van Amsterdam zijn op dit moment meerdere

faculteiten bezig met het integreren van ondernemerschap in het curriculum. Veel

van deze faculteiten bekijken aanmeldingen op dit moment nog op individuele

basis. Er zijn 7 domeinen: Economie en Management – Gezondheid – Techniek -

Digitale Media en Creative Industries - Bewegen, Sport en Voeding – Onderwijs en

Opvoeden – Maatschappij en Recht. Hier vinden zich 49.651 studenten, verdeeld

over 81 voltijd en 37 deeltijd bacheloropleidingen, en 12 masteropleidingen. Van

dit totaal zeggen 10% van de studenten dat ze ooit wil gaan ondernemen.

“Op de Hogeschool van Amsterdam zijn op dit moment meerdere faculteiten bezig met het integreren van ondernemerschap in het

curriculum”

Ervaringen

Sinds de start van het afstudeertraject in 2012 zijn er 44 studenten succesvol

afgestudeerd op hun eigen onderneming.

Page 28: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

28

Best practices

Door ondernemerschap een officieel onderdeel te maken van het curriculum is

er nog minder sprake van het idee dat studenten zouden moeten kiezen tussen

studie en onderneming. Hierdoor worden ook planningsconflicten weggenomen.

Immers, elk uur dat studenten aan hun studie besteden, besteden zij tegelijkertijd

aan hun onderneming.

• Maak ondernemerschap een officieel onderdeel van het curriculum

• Zoek samenwerkingen met locale expertise partijen op (in dit geval het

Amsterdam Centre for Entrepreneurship)

Daniel Gaspersz Oprich-ter & Decaan Awesome Foundation AmsterdamGaspersz combineerde via StEEP op een succesvolle manier zijn master opleiding in management of innovation met zijn bedrijf Dwillo, een online community voor universiteiten waar studenten, professionals en ondernemers een mentor konden vinden. Met Dwillo won hij onder andere de Phillips Innovation Award. Tegenwoordig houdt Daniel zich vooral bezig met ruimtereizen. Zo is hij o.a. de oprichter van hastagmars.com en directeur van het New Worlds Insitute, wereldwijde communities van wetenschappers, ondernemers en pioniers die gezamenlijk werken aan het mogelijk maken van menselijk leven in de ruimte. Daarnaast is Daniel een global fellow van de Kairos Society en werd hij recentelijk toegelaten tot de Draper University of Heroes in Silicon Valley, een exclusief programma voor ondernemend talent wereldwijd.

Page 29: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

29

CONCLUSIE

Steeds meer studenten in Nederland zijn naast hun (voltijd) studie aan het

ondernemen. Dit is een zeer positieve ontwikkeling aangezien (vroege) ervaring

in ondernemerschap leidt tot succesvoller ondernemen en de vaardigheden die

hierbij worden ontwikkeld tevens steeds meer worden gewaardeerd door het

bestaande bedrijfsleven.

Ondernemen tijdens een studie brengt echter ook een aantal uitdagingen met zich

mee. Het opzetten van een topsportprogramma voor studentondernemers, een

topondernemersregeling (TOR) is een goede manier om studentondernemers te

helpen bij deze uitdagingen en ervoor te zorgen dat zij studeren en ondernemen

op hoog niveau op een succesvolle manier kunnen combineren.

Dit handboek heeft een aantal cases belicht om de positieve impact van een

TOR te illustreren. Binnen deze cases is op verschillende wijze omgegaan met

het opzetten en uitvoeren van een TOR. De exacte vorm van een TOR zal dan

ook verschillen per onderwijsinstelling. Er zijn echter ook een aantal succesvolle

elementen die de cases met elkaar gemeen hebben en die daarom gezien kunnen

worden als best practices als het gaat om het opzetten, vormgeven en uitvoeren

van een TOR.

Samen sta je sterker

In alle bovengenoemde voorbeelden speelt samenwerking een belangrijke rol.

Zowel de Erasmus Universiteit als de Hogeschool van Amsterdam werken nauw

samen met de lokale ondernemerschapscentra (respectievelijk het Erasmus

Centre for Entrepreneurship en het Amsterdam Centre for Entrepreneurship)

en in het geval van Landstede werken er meerdere onderwijsinstellingen (de

Zwolse 8) en andere stakeholders (de gemeente Zwolle en de Kamer van

Koophandel) mee. Door nauw samen te werken met dergelijke partijen kan

expertise worden gedeeld, het bereik richtig studentondernemers worden

vergroot en een breed draagvlak worden gecreëerd.

Page 30: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

30

Start simpel

Veel onderwijsinstellingen ervaren het starten van een TOR als een kip - ei

probleem, maar starten hoeft niet ingewikkeld te zijn. StEEP van de Erasmus

Universiteit is een perfect voorbeeld van hoe met weinig middelen het animo

van studentondernemers op een eenvoudige manier getest kan worden. Na

een simpele start, die de vraag aan kan tonen, kan ook gemakkelijker vervolg

worden gegeven via formelere kanalen, zoals een enquête of bij inschrijving

van nieuwe studenten.

Zorg voor persoonlijke begeleiding

Een van de meest gewaardeerde aspecten van elk van de bovenstaande

voorbeelden is de persoonlijke begeleiding waar studentondernemers op

kunnen rekenen. Het is belangrijk dat studentondernemers één aanspreekpunt

hebben met wie zij op een open manier kunnen praten over hun uitdagingen

en die hen helpt met de planning van hun studie en bedrijfsactiviteiten. Dit

zorgt er tevens voor dat aan de kant van de onderwijsinstelling alle informatie

via één en hetzelfde kanaal word verzameld en dat studentondernemers op

een gelijkwaardige manier worden behandeld. Succesvolle alumni van de

regeling of ondernemers die alumni zijn van de onderwijsinstelling kunnen

hier eventueel ook een rol spelen als sparringpartner.

Luister naar de studentondernemer

Een goede match met de wensen van de studentondernemer is essentieel.

Bij zowel StEEP als Landstede zijn het de studentondernemers die aangeven

waar zij behoefte aan hebben. Zij vormen de basis van de TOR. Ga in gesprek

met potentiële deelnemers om te achterhalen welke uitdagingen voor hen

relevant zijn en gebruik alumni-ondernemers als voorbeelden en inspiratie

voor de continue verbetering van de regeling.

Page 31: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

31

Advies bij het opzetten van een TOR?

Zijn er binnen uw eigen onderwijsinstelling plannen om aan de slag te gaan met

studentondernemerschap of bent u juist van mening dat het hoog tijd is om

dergelijke stappen te zetten? Wij hopen ten eerste dat dit handboek u een aantal

handvatten geeft om zaken in gang te zetten en concrete stappen maken.

Daarnaast willen we u, namens het ministerie van Economische Zaken en de

gezamenlijke Dutch Centers for Entrepreneurship, graag de kans te geven om

te leren van ervaringsdeskundigen. Als u actief bezig bent of wilt gaan met het

opzetten van een TOR koppelen wij u daarom graag aan een expert waarmee

u kan sparren over de opzet van de TOR van uw onderwijsinstelling. U kunt

uw interesse kenbaar maken door een email te sturen naar Jeroen Veenenbos

([email protected]).

Page 32: DE TOPONDERNEMERS REGELING · Ondernemerschap zit in de genen van de Erasmus Universiteit. Het ECE maakt bedrijven, van startup tot multinational, zichtbaar beter in ondernemerschap

32

COLOFON

Steeds meer studenten in Nederland zijn naast hun (voltijd) studie aan het

ondernemen. Een zeer positieve ontwikkeling aangezien (vroege) ervaring in

ondernemerschap vaak leidt tot succesvoller ondernemen en de vaardigheden

die hierbij worden ontwikkeld tevens steeds meer worden gewaardeerd door het

bestaande bedrijfsleven.

Ondernemen tijdens een studie brengt echter ook een aantal uitdagingen met zich

mee. Het opzetten van een topsportprogramma voor studentondernemers, een

topondernemersregeling (TOR) is een goede manier om studentondernemers te

helpen bij deze uitdagingen en ervoor te zorgen dat zij studeren en ondernemen

op hoog niveau op een succesvolle manier kunnen combineren.

Het doel van dit handboek is om kennis en ervaring te delen op het gebied van

topondernemersregelingen en zo alle onderwijsinstellingen in Nederland te

helpen om studenten in staat te stellen studeren en ondernemen op hoog niveau

succesvol te combineren.

Dit handboek is samengesteld door het Erasmus Centre for Entrepreneurship,

onder de vlag van de gezamelijke Dutch Centres for Entrepreneurship en op

initiatief van het ministerie van Economische Zaken.